Meiskes en jongens - Arne Sierens

LIESKE Nekeer nen oorlog lijk in Joegoslavië
hebben ze nodig. Rondvliegende kogels.Wat brandjes.
Alles wat weer in de zjuuste proporties.
Lijk dat ze hier zagen en zeveren
en janken voor ocharme een kraske op hun ziel.
Dat moet naar buiten! Dat moet op TV!
D’r gaan honderdduizenden mensen kapot
aan de walmenden damp van hun gekreun en gesteun!
’t Is godverdomme shit leed van kabouters!
Dat ze om te beginnen al hun gaten nekeer toenaaien!
DE KOLONEL terug op D’r wordt hier niet gezwommen!
TANIA Meneer, ik ben ekik een sportieve jonge vrouw,
die als zij een zwembad ziet, niet aan de verleiding
kan weerstaan van daar in te duiken.
DE KOLONEL Zwembad? Dat is geen zwembad,
dat is ne vijver! Er zitten vissen in.
Geen grote. Bijten gaan die niet doen.
Maar als ge dat niet weet, dat kan enorm
verschietachtig zijn. Voor dat ge ’t weet,
raakt ge in paniek, krijgt ge water binnen
en verdrinkt ge!
TANIA daagt hem uit Stel nu nekeer
dat gij en ik verliefd op mekaar zouden worden?
Gij ne man van vijftig en ik een meiske van twintig
- ineens verliefd.
DE KOLONEL Juffrouw, niet zeveren.
TANIA Ge gelooft niet dat dat kan?
Ge sluit die mogelijkheid dus uit?
DE KOLONEL Juffrouw, het enige wat ‘k wil zeggen is,
dat ge hier niets te zoeken hebt.
TANIA Stelt dat nu nekeer: gij en ik.
23
Meiskes en jongens