19.09.2013 Views

0420420 Fluit nr 2 2008:5118 FLUIT_05_2 1-30 - Nederlands Fluit ...

0420420 Fluit nr 2 2008:5118 FLUIT_05_2 1-30 - Nederlands Fluit ...

0420420 Fluit nr 2 2008:5118 FLUIT_05_2 1-30 - Nederlands Fluit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Een zeventiende-eeuwse amateurfluitist<br />

Als je als vereniging een tijdschrift publiceert en een website onderhoudt, word je soms bestookt met<br />

verrassende vragen. Afgelopen zomer ontvingen we een e-mail uit Noorwegen van iemand die<br />

tijdens zijn onderzoek naar de stamboom en de geschiedenis van zijn familie op een fluitspelende<br />

voorvader uit Nederland was gestuit. Met het oog op een familiereünie die gepland is in 2010, was<br />

de vraag welke muziek die voorvader zou hebben gespeeld, en op welk instrument? Dan wil men die<br />

nogmaals spelen.<br />

De kennis over deze man is voor een deel afkomstig uit<br />

twee manuscripten over de familie, een uit 1824 en een<br />

uit 1929, en verder het resultaat van eigen archiefonderzoek<br />

van Knut Geelmuyden, onze Noorse<br />

connectie.<br />

Gerrit Adriaenszoon van Geelmuyden werd rond 1632<br />

geboren in ‘Geelmuyden’ in Overijssel. De plaats staat<br />

nu bekend als Genemuiden. Over Gerrits leven voor<br />

1660, het jaar van zijn komst naar Bergen in Noorwegen,<br />

is vrijwel niets bekend. Op 19 juli van dat jaar<br />

kreeg hij burgerrechten in de stad, wat inhield dat hij<br />

handel mocht drijven (de geplande familiereünie vindt<br />

precies 350 jaar later plaats). Hij trouwde met een<br />

Noorse, en de hele familie Geelmuyden stamt van hem<br />

af, inclusief een <strong>Nederlands</strong>e tak. Zijn achterkleinzoon<br />

Geert Geelmuyden, in 1759 geboren in Kopenhagen,<br />

was namelijk een zeeman, die eerst naar de <strong>Nederlands</strong>e<br />

bezittingen in West-Indië trok en uiteindelijk in<br />

Vlissingen en Amsterdam terechtkwam.<br />

Gerrit Adriaenszoon was in Bergen koopman en reder.<br />

Na een paar jaar was hij al een van de tien rijkste in -<br />

woners van de stad. Zijn kleindochter Karen Geel -<br />

muyden werd geboren in 1702 en stierf pas in 1803,<br />

en hoewel ze geboren werd na het overlijden van haar<br />

grootvader in 1701 moet ze in de familie veel over<br />

Gerrit hebben gehoord. Ze was nog in leven toen<br />

Fredrik Geelmuyden, een volgende nazaat, begon aan<br />

zijn onderzoek naar de familiegeschiedenis, dat<br />

uitmondde in het al genoemde manuscript van 1824.<br />

Volgens Karen had Gerrit altijd een zwart fluwelen jas<br />

met gouden knopen gedragen, met op zijn hoofd een<br />

muts van dezelfde stof, een zwarte broek en met ringen<br />

versierde schoenen. Kortom, hij moet eruit hebben<br />

gezien als de Hollandse kooplieden op zeventiendeeeuwse<br />

schilderijen. Blijkbaar is hij zijn hele leven de<br />

<strong>Nederlands</strong>e gewoontes trouw gebleven, ook op het<br />

gebied van kleding.<br />

Karen had Fredrik ook verteld dat Gerrit een lange,<br />

slanke man was geweest, die fluit speelde en een goede<br />

zangstem had. Hij moet heel muzikaal zijn geweest, een<br />

talent dat in de familie erfelijk is gebleken, want in de<br />

volgende 100 tot 150 jaar treffen we onder zijn nazaten<br />

verschillende familieorkesten aan, en de violist Ole<br />

Bornemann Bull, die in de negentiende eeuw wereld -<br />

beroemd was, stamde van hem af, evenals de Australi-<br />

sche jazzmusicus Geoff Bull in onze tijd.<br />

Het verhaal gaat in de familie dat Gerrit in Nederland<br />

bij een duel betrokken was en mogelijk om die reden<br />

het land moest ontvluchten, maar misschien is hij ook<br />

alleen maar vertrokken om zich in Bergen als koopman<br />

te kunnen vestigen. In die tijd was Bergen het belangrijkste<br />

en meest internationaal gerichte handels -<br />

centrum van Noorwegen. Een zoon van Gerrit, Adriaan,<br />

vertrok op dezelfde manier uit Bergen naar Londen,<br />

waar hij voor de handel werd op geleid, voor hij zich in<br />

Amsterdam vestigde. De Deense<br />

dichter baron Ludvig Holberg is in<br />

Bergen geboren, en groeide niet ver<br />

van het huis van de familie Geel -<br />

muyden op. In de verslagen van<br />

zijn reizen door Europa vertelt hij<br />

dat hij een bezoek bracht aan<br />

Adriaan Gerritsz. van Geelmuyden<br />

in Amsterdam, en met hem in een<br />

huisorkest speelde.<br />

Renaissancefluit<br />

volgens Mersenne<br />

Maar wat voor instrument speelde<br />

stamvader Gerrit Geelmuyden, een<br />

<strong>Nederlands</strong>e emigrant in Noorwegen?<br />

Wat voor fluit werd be -<br />

speeld door een koopman uit een<br />

<strong>Nederlands</strong> provinciestadje? De<br />

conische baroktraverso met één<br />

klep bestond in 1660 nog niet –<br />

althans waarschijnlijk niet in<br />

Gerrits omgeving. Misschien<br />

werden in de buurt van Amsterdam<br />

al wel conische fluiten gemaakt. Als<br />

het een dwarsfluit is geweest,<br />

moeten we eerder denken aan een<br />

eenvoudige cilindrische houten<br />

fluit met zes gaten. In die tijd werd<br />

zo’n fluit flûte d’Allemand genoemd,<br />

‘Duitse fluit’; tegenwoordig zeggen<br />

we meestal ‘renaissancefluit’. De<br />

Franse monnik, theoloog en<br />

geleerde Marin Mersenne noemt in<br />

zijn boek Harmonie Universelle<br />

(1627) twee ‘flûtes d’Allemand’, een<br />

in D en een in G. De fluit op zijn<br />

afbeelding is een beetje krom, zoals<br />

<strong>FLUIT</strong> <strong>2008</strong>-2 21


hij zelf opmerkt, maar het is de<br />

beste afbeelding die hij kent.<br />

Maar het is ook heel goed denkbaar<br />

dat Geelmuydens fluit een blokfluit<br />

was – we mogen niet denken dat<br />

het woord ‘fluit’ in de omgangstaal<br />

een nauwkeurig omschreven betekenis<br />

had.<br />

Wat betreft het repertoire moeten<br />

we evenzeer gissen als wat betreft<br />

het instrument. Misschien kunnen<br />

we nog het best denken aan muziek<br />

als in de bundel die jonkheer Jacob<br />

van Eyck (1590-1657), de blinde<br />

Utrechtse stadsbeiaardier, in 1646<br />

publiceerde onder de titel Der<br />

Fluyten Lusthof, een verzameling<br />

van bekende melodieën van allerlei<br />

herkomst, waar Van Eyck variaties<br />

aan had toegevoegd.<br />

Deze informatie was dan ook ons<br />

antwoord aan Knut Geelmuyden.<br />

Hanzesteden en scheepvaartroutes<br />

22 <strong>FLUIT</strong> <strong>2008</strong>-2

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!