Energiek met afval

Energiek met afval
Jaarmagazine 2005
Essent Milieu

Focus op
verwerking
Er zit volop beweging in de afvalmarkt en
het einde is nog lang niet in zicht. Na een
turbulente tijd vol organisatiewijzigingen
en aanpassingen van de strategie heeft
Essent Milieu de opgaande lijn te pakken.
Het jaar 2005 was duidelijk beter dan de
jaren daarvoor.
Onze focus ligt op het verwerken van afval. En daar zijn we goed in!
Onder het motto ‘Energiek met afval’ is dankzij de inzet van al onze
medewerkers 2,5 miljoen ton afval verwerkt en is het bedrijfsresultaat
flink verbeterd. Dankzij de inzet van al onze medewerkers is het
bedrijfsresultaat flink verbeterd. Kernwoord bij alle verbeteringen die
zijn doorgevoerd, was ‘operational excellence’. In 2005 zijn in Wijster,
Groningen en Moerdijk records gebroken in de hoeveelheden afval
die zijn verbrand en vergist. Ook in 2006 zullen we deze opgaande
lijn voortzetten. Dat afvalverwerking in de belangstelling staat, blijkt
uit een toenemende aandacht van media en investeerders. Nieuwe
financiële spelers geven een impuls aan de markt. Een markt die in
beweging is biedt volop nieuwe kansen. Zo gaan op 1 januari 2007
de grenzen voor brandbaar afval in Europa open. Vrij verkeer is dan
mogelijk en daarom zien wij mogelijkheden om op de internationale
afvalmarkt een rol te spelen. Door de invoering van het stortverbod in
Duitsland van 1 juni 2005 kijkt men daar nu met belangstelling naar de
verwerkingsmogelijkheden in ons land. Wij zullen zeer serieus kijken
naar het benutten van kansen om ook in het buitenland contracten
af te sluiten.
Uitdaging
De tweede helft van het afgelopen jaar toonde duidelijk aan dat
Nederland kampt met een structureel tekort aan verbrandingscapaciteit.
Alle AVI’s zitten vol en we zien het storten toenemen. Om nieuwe
afvalstromen te kunnen verwerken, willen wij de capaciteit vergroten
door onze bestaande installaties verder te optimaliseren. Ook staan
uitbreidingen van de verbrandingsinstallaties in Moerdijk en Wijster op
het programma. Een vierde verbrandingslijn bij AZN wordt volgens plan
eind 2008 in gebruik genomen. Een uitbreiding in Wijster met twee lijnen
overwegen we ook, maar daarvoor loopt de vergunningsprocedure nog.
Een bijzondere uitdaging is het aflopen van de verwerkingscontracten
voor GFT-afval in 2008 en die van huishoudelijk afval van de Limburgse
gemeenten in datzelfde jaar. Wij zijn al geruime tijd bezig ons zeer
zorgvuldig voor te bereiden op de aanbestedingen die gaan komen. Er is
ons alles aan gelegen om met klanten, waar we al zo’n lange relatie mee
hebben, een nieuwe periode van samenwerking in te gaan.
Persoonlijke aandacht
De groeiende dynamiek in de markt vraagt om een organisatie die
flexibel is en in staat om snel invulling te geven aan nieuwe
ontwikkelingen en kansen. Onze medewerkers hebben veel kennis en
ervaring. Wij willen hen volop de mogelijkheid geven zich verder te
ontwikkelen. Ook willen we de uitwisseling van kennis bevorderen door
nog meer te gaan samenwerken. Het laten rouleren van werknemers zal
ook voor hen persoonlijk weer nieuwe uitdagingen en kansen betekenen.
‘Last but not least’ is veiligheid, gezondheid, welzijn en milieu een
topprioriteit binnen Milieu. Als we zien wat voor vorderingen we sinds
2004 hebben gemaakt, dan kunnen we daar trots op zijn. We blijven
hameren op veiligheid, niet alleen onder onze eigen mensen, maar ook
bij bedrijven en organisaties die wij inhuren of waar we contracten mee
sluiten. En we zullen bovendien nadrukkelijker invulling geven aan het
gezondheids- en milieubeleid.
Met dit jaarmagazine willen wij u een helder beeld geven van onze
onderneming, haar activiteiten en wat er in het afgelopen jaar tot
stand is gebracht.
Ik wens u veel leesplezier!
Robert van der Hoeven
Algemeen directeur Essent Milieu

2
Jaarmagazine Essent Milieu
24

18
Deel 1 Wat doen we 4
Organisatie 4
Energiek met afval 5
Deel 2 Vol energie naar een nieuwe afvalmarkt 6
Composteren: een goedkope mogelijkheid 10
om milieuvoordeel te halen
Deel 3 Aandacht voor veiligheid 12
Aandacht voor onze omgeving 15
Deel 4 Verwerking brandbaar afval 18
Verwerking organisch afval 24
Verwerking niet brandbaar afval 30
Deel 5 Basisgegevens Essent Milieu 34
Samenstelling management 35
Kerncijfers 35
Adresgegevens vestigingslocaties 36
12
20
3
30

4
Wat
doen we
Jaarmagazine Essent Milieu
Essent Milieu ziet afvalverwerking nadrukkelijk als omzetting van afval in
energie. Dat betekent niet alleen verbranden met energieopwekking: ook
vergisting levert energie op, net als het omzetten van een deel van de
organische afvalstromen in biobrandstof. Verder worden in de scheidingsinstallaties
materialen afgescheiden die toegepast worden als secundaire
brandstof.
Essent Milieu verwerkt op industriële schaal brandbare, organische en
niet-brandbare/minerale afvalstromen. Daarbij maken wij gebruik van
scheidings-, vergistings- en verbrandingstechnieken. Voor die afvalstromen
waarvoor geen andere verwerkingsmogelijkheden zijn en gestort
moeten worden, zorgt Essent Milieu binnen de wettelijke kaders voor
een milieu- en maatschappelijk verantwoorde opslag op een van haar
stortplaatsen.
Het grootste deel van onze aanvoer bestaat uit huishoudelijk en daarmee
vergelijkbaar bedrijfsafval. Jaarlijks ontvangen wij een volume aan afval
van rond 2,5 miljoen ton.
Sturing van afvalstromen
Essent Milieu beschikt over een aantal verwerkingsinstallaties voor
brandbaar, organisch en niet-brandbaar afval. Deze afvalstromen komen
vrij in Zuid-, Noord-, en Midden-Nederland en moeten op een efficiënte
en snelle wijze naar de diverse installaties en locaties vervoerd worden.
Wij hebben daarom in diverse gemeenten op- en overslagstations, waar
we afval verzamelen en overslaan in grotere vrachtwagens of afvoeren
per spoor. Deze afvalstromen worden centraal gestuurd om tot een zo
efficiënt mogelijke verdeling van het afval over onze verwerkinginstallaties
te komen.
Organisatie
Essent Milieu is één van de business units van het energiebedrijf Essent
en bestaat uit drie entiteiten. De activiteiten zijn georganiseerd en
geconcentreerd rond de verwerking van brandbaar, organisch en nietbrandbaar/mineraal
afval, die samen de portfolio van Essent Milieu
vormen. De verwerkings-, op- en overslaglocaties in Zuid-Nederland
werken onder de naam Essent Milieu Zuid. De verwerkingslocatie Wijster
en VAGRON te Groningen werken onder de naam Essent Milieu Noord.
Als derde werkt de NV Afvalverbranding Zuid-Nederland (AZN) als de
centrale verwerkingslocatie voor brandbaar afval uit de drie zuidelijke
provincies. De commerciële activiteiten worden gebundeld voor de drie
entiteiten uitgevoerd.

Energiek
met afval
Afval als bron
van energie
Onze dienstverlening nemen wij energiek ter hand. Betrouwbaarheid,
integer handelen en klantgerichtheid staan voor ons centraal. Wij richten
ons hierbij op de lange-termijn-belangen van onze klanten. Dit betekent
ook dat we zullen inspelen op de marktkansen die zich voordoen.
Energiek slaat ook op onze kracht om te vernieuwen. Afvalverwerking
is altijd in beweging. Niet alleen technisch, maar ook economisch.
Innovatie krijgt gestalte door ‘operational excellence’, het continu werken
aan veilige, efficiënte, goedkope en schone processen.
Energiek zijn we ook waar het onze medewerkers betreft. Een veilige
en schone werkplek voor iedereen is ons vertrekpunt. De persoonlijke
ontwikkeling van medewerkers wordt gestimuleerd door trainingen,
samenwerken, communicatie en kennisoverdracht. De motivatie van de
medewerkers is de motor van onze onderneming.
Energiek is ons geloof in de eigen kracht van de afvalsector. Deze is
modern, innovatief en levert een waardevolle bijdrage aan economische
en milieudoelstellingen van ons land. In Europa behoort Nederland tot de
top als het om afvalverwerking gaat en daar willen we onze bijdrage aan
blijven leveren.
Essent Milieu is een deel van de samenleving en weet zich daarom
betrokken bij die samenleving. Ze onderschrijft haar maatschappelijke
verantwoordelijkheid door energiek te werken aan een meer duurzame
samenleving. Van alle in Nederland opgewekt elektriciteit is 1% afkomstig
uit het afval dat door Essent Milieu wordt verwerkt. Een schone leefomgeving,
zuinig omgaan met primaire grondstoffen, het sluiten van
kringlopen en energie produceren uit afval zijn in onze bedrijfsvoering
nauw met elkaar verweven.
5

6 Jaarmagazine Essent Milieu
Voor een klant is het van belang
om een doorzicht te krijgen
in de toekomst van Essent Milieu.
Wij willen dat zicht bieden.

Vol energie
naar een nieuwe
afvalmarkt
Er zijn twee opmerkelijk veranderingen in de afvalmarkt de afgelopen jaren. De eerste bij Essent
Milieu, de tweede bij de markt zelf. Essent Milieu wil groeien door zich te concentreren op haar
kerntaken en daarin uit te blinken. De afvalmarkt is na het invoeren van het Duitse stortverbod
enorm in beweging gekomen. Aanleiding voor Essent Milieu om zich energiek op de afvalmarkt
van morgen te storten. Lout Hazen en Willem Geerling buigen zich over hun ‘nieuwe’ bedrijf.
Het roer om: dat was de uitdaging voor Essent
Milieu na moeizame eerste jaren van dit
millennium. Het nieuwe leven voor Essent Milieu
(EM) begon in 2003 toen besloten werd te
stoppen met alle inzamelingswerkzaamheden
en met de verwerking van bouw- en sloopafval.
Rank en slank moest de organisatie worden,
om slagvaardig te kunnen opereren op een
markt die steeds meer concurrenten kent.
Willem Geerling, bij EM verantwoordelijk voor
Participaties, Regulatory en Public Affairs
verduidelijkt die keuze: “Er zijn twee manieren
om deze afvalbusiness te bekijken. Integratie
op de hele afvalketen, of je helemaal richten
op een onderdeel van de keten. We zaten
oorspronkelijk op het eerste spoor, en kochten
daarom bedrijven, van inzamelen tot en met de
afzet van eindproducten. Na een heroriëntatie
op onze strategie zijn we op het tweede spoor
terecht gekomen. We richten ons nu geheel op
het verwerken van afval.
Grootschaligheid
Verbranden, vergisten, composteren en storten
met gaswinning: het zijn de steekwoorden die
passen bij het concept dat afval energie kan
opleveren. Een concept dat Essent Milieu stevig
omhelst. Lout Hazen, die het commerciële beleid
vormgeeft: “De keuze voor afvalverbranding
en het daarmee opwekken van energie ligt het
dichtst bij de kernactiviteit van onze moeder.
Een tweede reden was het besef dat wanneer je
bijvoorbeeld ook zelf inzameling van afval gaat
doen, je eigenlijk concurrent wordt van je eigen
7
klanten. Iedereen moet doen waar hij goed in
is: een inzamelaar zamelt in, een afvalverwerker
verwerkt. Wij verwerken dus afval.”
Stroomlijnen
Geerling: “Omdat onze focus helder was, konden
we werken aan het rendementsherstel. Er vond
een herstructurering plaats van activiteiten en
processen, waardoor een betere stroomlijning
– vooral op technisch gebied – kon worden
bereikt. We kunnen nu onze installaties
optimaler benutten. Verder heeft de markt een
positieve beweging gemaakt. Het stortverbod in
Duitsland van 1 juni 2005 had tot gevolg dat
bedrijfsafval niet langer weglekte, maar in eigen
land bleef. Het afvalaanbod naar onze
verbranders nam toe. Dat heeft de verwerkings-

8
tarieven een positieve impuls gegeven.” Toch
heeft Essent niet alleen voordeel gehad van
het stortverbod in Duitsland. “We moeten onze
secundaire brandstoffen nu afzetten tegen
hogere kosten, omdat vooral in Duitsland het
aanbod van deze brandstoffen is toegenomen.”
Ook qua organisatie is het nodige veranderd.
Juridisch, commercieel en administratief zijn de
processen zodanig ingericht dat Essent Milieu
als één bedrijf kan opereren. De tevredenheid
onder het personeel is toegenomen nu de
onzekerheid over de toekomstige ontwikkeling
binnen het bedrijf is verdwenen. De helderheid
binnen de organisatie heeft zelfvertrouwen
gegeven.”
Flexibel
In 2005 zijn vele technische maatregelen
genomen. Zo is de verwerking geperfectioneerd
van ONF, de stroom ‘organisch natte fractie’, die
vrijkomt uit de scheidingsinstallaties in Wijster.
Hazen: “ONF mocht vanwege gewijzigd beleid
van de overheid niet meer worden gestort, wat
wel kon toen de installatie gebouwd werd. Nu
wordt deze stroom mee verbrand. Dat heeft
natuurlijk wel de nodige aanpassingen in de
voorscheiding en het verbrandingsproces
gevergd.”
Jaarmagazine Essent Milieu
Nu worden jaarlijks enkele honderdduizenden
tonnen ONF direct omgezet in energie, in
plaats van storten. Bijkomend voordeel is dat
er veel minder intern transport nodig is, wat de
veiligheid op het terrein ten goede komt.
Geerling noemt nog een voorbeeld. “Het winnen
en afzetten van stortgas van onze stortplaatsen
in de regio Zuid was uitbesteed aan een externe
exploitant. Tegenwoordig nemen we beheer en
onderhoud van alle stortgasmotoren helemaal
in eigen hand, zodat we de energieopwekking
optimaal kunnen benutten.” Het gaat om meer
dan 30 motoren die jaarlijks rond 28 miljoen
De helderheid
binnen de organisatie
heeft zelfvertrouwen
gegeven.
kubieke meter stortgas omzetten in 50 miljoen
kWh elektriciteit. “Een behoorlijke hoeveelheid.
En het wordt des te interessanter bij stijgende
energieprijzen.”
Groeimogelijkheden
Binnen de kerntaken is er duidelijk sprake van
groei. Het groeiscenario voor de toekomst richt
zich vooral op de verwerking van brandbaar
afval. Geerling: “Bij het verbranden kunnen we
kiezen voor het opvoeren van de capaciteit in de
bestaande verbranders, of door capaciteit aan te
kopen. Voorlopig houden we beide opties open.”
Hazen: “Je volgt de markontwikkelingen, kijkt
wat er aan afval overblijft voor onze capaciteit.
Aan de hand daarvan kun je zien waar de groeimogelijkheden,
ook internationaal, zijn. Er zijn
natuurlijk meerdere kapers op de kust. Het blijft
een hybride markt, doordat de betrokken
bedrijven deels private, deels publieke ondernemingen
zijn.”
Uitbreiding
Geerling: “Wij zoeken naar profijtelijke groeimogelijkheden.
Bij AZN in Moerdijk zal eind
2006, na de definitieve goedkeuring van de
investering, de bouw van een vierde
verbrandingslijn van start gaan. Voor een

mogelijke uitbreiding van de capaciteit in
Wijster is het noodzakelijk vergunningstraject
in volle gang.”
Het storten van afval was vroeger de kerntaak
van de voorlopers van Essent Milieu, zoals de
VAM en Afvalsturing Limburg. Maar storten is
in de afvalwereld een laatste optie, en over de
toekomst van het storten vindt een landelijke
discussie plaats.
Geerling: “Wij zijn het grootste stortbedrijf van
Nederland. Dat betekent ook dat we nog ruim
voldoende stortcapaciteit hebben. Maar er zal
een nieuwe scenario moeten worden ontwikkeld
over hoe we in de toekomst met die capaciteit
omgaan. Stortplaatsen hebben een wezenlijke
overloopfunctie voor een deel van het brandbare
afval. Daarnaast zijn er tal van niet-brandbare
afvalstromen – denk aan minerale stromen zoals
asbesthoudend materiaal en bepaalde slibstromen
– die nog steeds gestort moeten
worden. We zullen stortcapaciteit beschikbaar
moeten houden om te borgen dat we ruimte
hebben als zich calamiteiten voordoen.”
Storten verduurzamen
Het aantal stortlocaties neemt af, oude stortplaatsen
worden afgewerkt, ingericht en overgedragen
aan de provincies. Soms worden ze tot
markante landschapselementen ‘omgetoverd’,
zoals de VAM-berg in Wijster en de voormalige
stortplaats van de RAZOB te Nuenen. Daarin
onderkent Essent Milieu haar maatschappelijke
verantwoordelijkheid.
‘Duurzaam storten’ is een interessante
nieuwe ontwikkeling. Lout Hazen: “Wij maken
nu in Nederland van een stortplaats een
soort loempia, vouwen al het afval in een
beschermend korstje. Feitelijk gebeurt in
die loempia niet zoveel, het afval blijft afval.
Andere landen in Europa accepteren dat je in
een stortplaats zo’n dertig jaar lang een actief
biologisch proces hebt, dat je zo kunt sturen dat
verontreinigingen worden afgebroken, omgezet
of gebonden. Ik denk dat de Nederlandse
overheid anders moet gaan denken over de
stortwijze. Onze insteek is een andere aanpak
om zo de verontreinigingen van een stortplaats
‘af te bouwen’. Dus duurzaam storten. Wij
sluiten daarbij aan op de visie van de Vereniging
van Afvalbedrijven in Nederland, die onlangs
een rapport over het duurzaam storten van
afvalstromen aanbood aan de staatssecretaris
van VROM.
9
Toekomst
Over de toekomst van Essent Milieu zijn zowel
Hazen als Geerling onverdeeld positief. “We
hebben onze toekomststrategie bepaald. We
zien, op basis van de ontwikkelingen in het
afgelopen jaar, een behoorlijk groeiperspectief
binnen de verwerking. De verbrandingsmarkt is
een kapitaalintensieve tak van sport en schaalvergroting
zal nodig blijken om een vooraanstaande
rol te kunnen blijven spelen. Het is
nadrukkelijk de ambitie van Essent Milieu om
die toonaangevende rol te spelen. De hectische
periode van veranderingen binnen het bedrijf
is achter de rug en er is nieuw elan binnen de
onderneming. De sfeer binnen het bedrijf is
positief: de mensen zijn weer enthousiast en
hebben de blik op de toekomst.
En dat enthousiasme en die heldere blik op de
toekomst zullen ook onze klanten merken en
nieuwe klanten trekken. “De overheidsklant gaat
steeds meer naar aanbestedingen toe, dat zijn
de Europese regels. Voor een klant is het van
belang om een doorzicht te krijgen in de
toekomst van Essent Milieu. Wij willen dat zicht
bieden.”

10
Er is vanaf 2004 in pers en parlement een
uitgebreide discussie ontstaan over het nut
van gescheiden inzameling van GFT-afval.
Gemeenten vragen zich onder meer af of het
composteren van GFT nog wel milieuvoordelen
biedt.
Jaarmagazine Essent Milieu
Composteren:
de goedkope mogelijkheid
om milieuvoordeel te halen
Diverse rapporten suggereren dat GFT-afval net zo goed, zo niet beter
verbrand kan worden: dat levert tenminste energie op en heeft daarmee
een hoger (economisch) nut. En het gaat om grote hoeveelheden, totaal
wordt in Nederland circa 1,4 miljoen ton GFT ingezameld.
Veel gemeenten – vooral de grotere steden – zouden uit praktische
overwegingen graag het gescheiden inzamelen van afval willen
afschaffen en zien in die rapporten hun gelijk bevestigd. In de praktijk
is dat ook gebeurd, vooral daar waar het economisch onrendabel is.
Zoals bij hoogbouw en gebieden buiten de stadskernen. Hier spelen
de inzamelkosten een grote rol en is het stoppen van het gescheiden
inzamelen een voordeligere optie. Deze argumenten vertroebelen
regelmatig de discussie rond het nut van de gescheiden verwerking van
GFT-afval.
Lout Hazen, commercieel manager Essent Milieu: “Het verbranden van
GFT-afval wordt te vaak en te enthousiast gebracht, maar is gezien de
samenstelling geen logische optie. GFT bestaat voor het merendeel uit
Wij blijven geloven
in nut en noodzaak van
composteren
water en zand en slechts een beperkt percentage is brandbaar. Al met
al is dat niet meer dan zo’n kleine 30%. Dit betekent dat je eerst water
moet verdampen om uiteindelijk het brandbare deel te kunnen benutten.
Als alternatief wordt ook wel vergisten van GFT genoemd. Voor bepaalde
organische stromen is dit zeker een optie, maar geldt ook in mindere
mate voor GFT. Ook hier weer vanwege het aandeel water, maar zeker ook
vanwege de zandfractie. Composteren is veruit de goedkoopste optie. En
daar draait het vooral om”, stelt Hazen.
In de huidige inzamelstructuur van gemeenten is het inzamelen van GFT
weliswaar wat duurder dan het inzamelen van restafval, maar dit wordt
ruim gecompenseerd door het verschil in verwerkingskosten. Bovendien:
doordat de verbrandingsinstallaties in ons land momenteel op volle toeren
draaien is er onvoldoende capaciteit in Nederland. Iedere ton GFT die nu
bij het restafval komt, betekent dat er een ton afval gestort moet worden.
Tegen torenhoge storttarieven en dat niet alleen, maar storten scoort
qua duurzaamheid veel lager dan verbranden en zeker veel lager dan
composteren.
Hazen: “Naast financiële overwegingen zijn er nog andere argumenten
waarom wij pleiten voor het handhaven en juist het stimuleren van
gescheiden inzameling van organisch afval. De belangrijkste is dat het
grondstoffen spaart. Verbranden leidt tot de definitieve vernietiging van
de bruikbare en nuttige bestanddelen in GFT-afval.”
Met het apart en selectief bewerken van organische afvalstromen
produceert Essent Milieu nu drie hoogwaardige productgroepen. De
bekendste is compost, dat als bodemverbeteraar breed wordt ingezet. De
tweede is veenvervanging. Dit voorkomt landschapsvernietiging en spaart
een aanzienlijke CO 2 -uitstoot. Als laatste blijft materiaal over dat uitermate
geschikt is als biobrandstof voor het opwekken van energie. “Kortom, wij
blijven geloven in nut en noodzaak van composteren.”

10
Er is vanaf 2004 in pers en parlement een
uitgebreide discussie ontstaan over het nut
van gescheiden inzameling van GFT-afval.
Gemeenten vragen zich onder meer af of het
composteren van GFT nog wel milieuvoordelen
biedt.
Jaarmagazine Essent Milieu
Composteren:
de goedkope mogelijkheid
om milieuvoordeel te halen
Diverse rapporten suggereren dat GFT-afval net zo goed, zo niet beter
verbrand kan worden: dat levert tenminste energie op en heeft daarmee
een hoger (economisch) nut. En het gaat om grote hoeveelheden, totaal
wordt in Nederland circa 1,4 miljoen ton GFT ingezameld.
Veel gemeenten – vooral de grotere steden – zouden uit praktische
overwegingen graag het gescheiden inzamelen van afval willen
afschaffen en zien in die rapporten hun gelijk bevestigd. In de praktijk
is dat ook gebeurd, vooral daar waar het economisch onrendabel is.
Zoals bij hoogbouw en gebieden buiten de stadskernen. Hier spelen
de inzamelkosten een grote rol en is het stoppen van het gescheiden
inzamelen een voordeligere optie. Deze argumenten vertroebelen
regelmatig de discussie rond het nut van de gescheiden verwerking van
GFT-afval.
Lout Hazen, commercieel manager Essent Milieu: “Het verbranden van
GFT-afval wordt te vaak en te enthousiast gebracht, maar is gezien de
samenstelling geen logische optie. GFT bestaat voor het merendeel uit
Wij blijven geloven
in nut en noodzaak van
composteren
water en zand en slechts een beperkt percentage is brandbaar. Al met
al is dat niet meer dan zo’n kleine 30%. Dit betekent dat je eerst water
moet verdampen om uiteindelijk het brandbare deel te kunnen benutten.
Als alternatief wordt ook wel vergisten van GFT genoemd. Voor bepaalde
organische stromen is dit zeker een optie, maar geldt ook in mindere
mate voor GFT. Ook hier weer vanwege het aandeel water, maar zeker ook
vanwege de zandfractie. Composteren is veruit de goedkoopste optie. En
daar draait het vooral om”, stelt Hazen.
In de huidige inzamelstructuur van gemeenten is het inzamelen van GFT
weliswaar wat duurder dan het inzamelen van restafval, maar dit wordt
ruim gecompenseerd door het verschil in verwerkingskosten. Bovendien:
doordat de verbrandingsinstallaties in ons land momenteel op volle toeren
draaien is er onvoldoende capaciteit in Nederland. Iedere ton GFT die nu
bij het restafval komt, betekent dat er een ton afval gestort moet worden.
Tegen torenhoge storttarieven en dat niet alleen, maar storten scoort
qua duurzaamheid veel lager dan verbranden en zeker veel lager dan
composteren.
Hazen: “Naast financiële overwegingen zijn er nog andere argumenten
waarom wij pleiten voor het handhaven en juist het stimuleren van
gescheiden inzameling van organisch afval. De belangrijkste is dat het
grondstoffen spaart. Verbranden leidt tot de definitieve vernietiging van
de bruikbare en nuttige bestanddelen in GFT-afval.”
Met het apart en selectief bewerken van organische afvalstromen
produceert Essent Milieu nu drie hoogwaardige productgroepen. De
bekendste is compost, dat als bodemverbeteraar breed wordt ingezet. De
tweede is veenvervanging. Dit voorkomt landschapsvernietiging en spaart
een aanzienlijke CO 2 -uitstoot. Als laatste blijft materiaal over dat uitermate
geschikt is als biobrandstof voor het opwekken van energie. “Kortom, wij
blijven geloven in nut en noodzaak van composteren.”

12
Jaarmagazine Essent Milieu
Onze aandacht voor
veiligheid, gezondheid,
welzijn en milieu

Onder het motto ‘een schone en veilige werkplek voor iedereen’ werkt Essent Milieu
voortdurend aan het verbeteren van de werkomstandigheden op haar productie-, kantoor-
en overslaglocaties. Of het nu gaat om eigen werknemers, personeel dat voor korte of
langere tijd bij ons werkzaam is, medewerkers van ingehuurde firma’s en bezoekers, wij
vinden dat iedereen op onze locaties daar veilig en schoon moet kunnen werken of er
een bezoek moet kunnen brengen.
Registratie voor alle bedrijfsonderdelen
In 2005 zijn wij gestart met een VGWMmanagementsysteem
voor al onze bedrijfsonderdelen.
Het grote belang van dit systeem
is, dat wij nu een beter overzicht hebben dan
voorheen wat er op dit gebied gebeurt, wat er
verbeterd kan en moet worden en vooral wat
wij willen bereiken en hoe wij dat willen doen.
Een goed voorbeeld is het bijhouden van ‘bijna
ongevallen’. Van iedereen die bij ons werkt
wordt verwacht, dat hij of zij gevaarlijke situaties
en/of gedrag registreert en doorgeeft. Als
onderneming kun je zo al in een vroeg stadium
voorkomen dat zich ongelukken voordoen. In
2005 zijn er enkele honderden meldingen in dit
kader gedaan. Elke melding wordt beoordeeld
en zonodig door concrete acties opgevolgd om
de ongewenste situaties op te heffen.
Continu verbeteren
Voor 2006 zijn voor alle bedrijfsonderdelen van
Essent Milieu doelstellingen vastgesteld voor
veiligheid, kwaliteit, arbeidsomstandigheden en
milieu. Een maandelijks overzicht geeft de stand
van zaken weer in relatie tot de eerder vastgestelde
doelstellingen. Zo blijft de onderneming
alert en is tijdig ingrijpen mogelijk. Ieder jaar
zullen we opnieuw doelstellingen op deze
thema’s vaststellen. En elk jaar proberen we ons
weer te verbeteren. Dat maakt de aanpak voor
iedereen uitdagend en scherpt onze aandacht.
2005: aanpassingen en concrete
maatregelen
Op onze locaties worden regelmatig
veiligheidsronden gelopen. Het doel is vast
te stellen of zich onveilige situaties voordoen,
eigen medewerkers en externe medewerkers
zich aan de regels houden en hoe het staat met
de orde en netheid. Bij iedere ronde wordt een
klein team samengesteld, dat kritisch een
productieonderdeel of kantoorlocatie bekijkt.
Elke onveilige of te verbeteren situatie en
gedrag wordt genoteerd en besproken. Iedere
veiligheidsronde leidt zo tot aanpassingen.
Op en rond onze verwerkinglocaties is een
13
groot aantal verkeersmaatregelen genomen.
Belangrijkste doel is het scheiden van voetgangers
en langzaam verkeer van het zware
verkeer. Met bebording, afbakening van
voetgangerspaden, zebrapaden, drempels,
signaleringspalen en de aanleg van speciale
wisselplaatsen voor containerauto’s, is de
veiligheid sterk bevorderd.
Vanaf 1 januari 2005 is iedereen op elke
verwerkingslocatie van Essent Milieu verplicht
reflecterende kleding te dragen, geldt er een strikt
parkeerbeleid en wordt streng op snelheid
gecontroleerd op het bedrijfsterrein zelf.
Bij de aanvoer van afvalstoffen komt het wel
eens voor dat brand ontstaat. Broei en
ontbranding van licht ontplofbaar of ontvlambaar
materiaal tijdens bewerkingstappen is in de
meeste gevallen de oorzaak. De schade bleef
vrijwel altijd beperkt door snel en vakkundig
ingrijpen van de eigen medewerkers van de
bedrijfshulpverlening (BHV).

14
‘Veiligheid en
helder zijn gaan
hand in hand’
Doelstellingen 2006
In 2006 zullen naast de eerder genoemde
veiligheidsrondes ook thematische rondes
worden ingepland voor de diverse locaties.
Hierbij zal specifiek gekeken worden naar vooraf
vastgestelde elementen op de locaties, zoals de
opslag van chemicaliën, arbeidshygiëne of de
verkeerssituatie.
Doel is om op het gebied van veiligheid,
kwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieu
verdere verbeteringen te realiseren. Daarvoor
zijn voor diverse indicatoren waarden
vastgesteld die voor 2006 gelden zodat de
beoogde verbeteringen meetbaar zijn. In
de tabel hiernaast zijn de doelen voor 2006
weergegeven. Aangezien VAGRON en AZN
pas recentelijk onderdeel zijn geworden zijn
vergelijkbare cijfers over 2005 niet te geven.
Wat de DART en het ziekteverzuim betreft
lagen de cijfers voor Essent Milieu vorig jaar
op respectievelijk 2,20 en 4,6%.
Jaarmagazine Essent Milieu
Industriële installaties zoals verbrandingsketels
moeten met regelmaat in revisie. Ze liggen dan
enkele weken stil. Gespecialiseerde bedrijven
worden uitgenodigd dit soort omvangrijk werk
uit te voeren. Vaak zijn tientallen mensen
tegelijk aan het werk. Er wordt gewerkt in
ploegen, de klok rond. Logisch dat veiligheid
een hoge prioriteit heeft. Het gekozen bedrijf
moet uiteraard aan alle veiligheidseisen voldoen
die Essent stelt.
“Als we de aanvragen voor dit soort grootschalige
werkzaamheden de deur uitdoen, dan
Overzicht doelstellingen VGWM Essent Milieu 2006
sturen we onze reglementen mee, zodat de
bedrijven daarop kunnen inspelen”, legt Michiel
Kuijpers uit, Hoofd Technisch Onderhoud en
projectleider. Kunnen ze aan alle voorwaarden
voldoen en hoe gaan ze bijvoorbeeld om met
ongevallen met verzuim? De aanbiedingen
worden zeer kritisch bekeken, vooral hun beleid
om ongevallen te voorkomen.
“Bij ons kwam Stork het beste uit de bus voor
de revisies van de ketels. Je kunt heldere
afspraken met ze maken, hebben veel ervaring
en voeren een streng veiligheidsbeleid. Niet
alleen voor eigen medewerkers maar ook voor
onderaannemers. Helder tegen elkaar zijn is
belangrijk als het om veiligheid gaat”, stelt
Michiel.
Elke dag dat er gewerkt wordt door Stork, zijn
er bijeenkomsten, waar de eisen en regels van
Essent besproken en doorgelopen worden.
Door het lopen van veiligheidsronden tijdens de
revisie blijven wij als Essent Milieu op de hoogte
hoe het er mee staat op de werkvloer.
*1 DART = aantal ongevallen met verzuim of aangepast werk per 200.000 gewerkte uren.

De werkzaamheden en activiteiten op de diverse productie- en op- en overslaglocaties
van Essent Milieu hebben effecten op de omgeving. Overlast door verkeer, geluid en
geur komt voor. Ons streven is om deze effecten zo beperkt mogelijk te houden voor
iedereen die in de nabijheid van onze locaties woont, werkt en recreëert. Want Essent
Milieu wil een goede en betrouwbare buurman zijn.
Onze aandacht
voor omgeving en
samenleving
Omgevingscommunicatie
Wij vinden het van wezenlijk belang dat omwonenden en betrokken
partijen in de omgeving van onze locaties geïnformeerd zijn over onze
werkzaamheden, ontwikkelingen en toekomstige activiteiten. Daarom
hebben wij regelmatig contact met omwonenden, belangengroepen en
vertegenwoordigers van locale en regionale verenigingen. In de
omgeving van onze grootste productielocatie Wijster brengen wij
al meer dan 10 jaar periodiek een informatiekrant uit waarin wij de
belangrijkste ontwikkelingen schetsen, naast gegevens over emissies
en klachten. Voorafgaande aan het indienen van plannen voor
15
uitbreiding van onze activiteiten of wijziging van onze vergunning,
organiseren wij voorlichtingsbijeenkomsten voor omwonenden en
geïnteresseerden. Op plaatsen waar we omvangrijke afdekprogramma’s
van stortlocaties uitvoeren, informeren wij plaatselijke belangenverenigingen
en bewoners. Niet in alle gevallen is onze omgeving
ingenomen met onze activiteiten en werkzaamheden, omdat er vaak
sprake is van tijdelijke overlast. Wij proberen wel zoveel mogelijk
rekening te houden met onze omwonenden en inwoners van nabij
gelegen dorpen

16
Inrichting stortplaatsen
Het inrichten van gesloten stortlocaties van
Essent Milieu gebeurt op basis van plannen,
die afgestemd zijn met gemeentelijke en
provinciale autoriteiten en plaatselijke
belangenverenigingen. Veelal zie je dit terug in
het aanbrengen van specifieke beplanting of
bij het geven van een passende bestemming
aan de afgewerkte stortplaats. Dit kan een
recreatieve functie zijn of een functie die meer
past bij de natuurwaarden van het gebied.
Ook in de toekomst wil Essent Milieu rekening
blijven houden met plaatselijke omstandigheden
bij de nog in te richten stortplaatsen. Een
sprekend voorbeeld is de inrichting van de
locatie Razob te Nuenen. Deze voormalige
stortplaats en het aangrenzende gebied worden
ontwikkeld tot Landgoed Gulbergen. Naast
een golfbaan, een dierenpark voor Europese
dieren, zijn ook een mountainbike parcours en
een evenemententerrein aangelegd. Voor de
toekomst staat een verdere ontwikkeling van
het landgoed op het programma. Afstemming
hierover vindt plaats met het Regionaal
Jaarmagazine Essent Milieu
Stortplaats als leverancier
van energiegewassen
Essent Milieu beschikt met haar stortplaatsen
over honderden hectaren grond. Mogelijk dat
die in de toekomst een heel ander aanzicht
krijgen dan nu het geval is. Voor het eerst
worden proeven genomen met de teelt van
energiegewassen. Op de stortplaatsen in
het Limburgse Schinnen en Montfort en
het Brabantse Haps zullen proefvakken met
koolzaad, energietarwe en –maïs ingezaaid
worden. “Zo snijdt het mes aan twee
kanten”, volgens Joost Pellens, manager
Productontwikkeling. “Onze stortplaatsen
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE).
Een ander project is de uitvoering van het
Landschappelijke Inpassingsplan rond de
locatie Wijster. Dit plan dateert uit de jaren
tachtig en had tot doel het zicht op het bedrijf
vanuit de omgeving te beperken. De aanleiding
was onze aanvraag de stortplaats te verhogen
naar 40 meter boven maaiveld. De uitvoering
van dit plan heeft op basis van de vrijwillige
medewerking van landbouwers en omwonenden
plaatsgevonden. Dit project is op 21 december
2005 officieel afgesloten met de onthulling van
een informatiepaneel.
In de periode van bijna twintig jaar heeft
Wijster een kleine honderd hectare rond
het bedrijfsterrein ingeplant, vele tientallen
kilometers wegbeplanting aangelegd en 90
erven van omwonenden beplant. Er zijn vele
gronden aangekocht met als doel deze daarna
te kunnen ruilen tegen gronden die voor
beplanting het meest geschikt waren. Essent
Milieu werkt samen met Stichting Het Drentsche
Landschap, de provincie Drenthe en enkele
andere organisaties aan de ontwikkeling van
zijn nu ingezaaid met gras en dat vergt ook
onderhoud, dus waarom niet gewassen
verbouwen die ook nog energie opleveren.” Het
vraagt wel de nodige zorgvuldigheid. Bij het
ploegen moet je rekening houden met gas- en
watervoorzieningen in het stort. Joost: “De
gebruikte grond is meestal schraal en moet
dus bemest worden. Uiteraard met compost uit
eigen huis. En natuurlijk bijhouden hoe de groei
verloopt en het effect ervan op de onderliggende
laag.” Er wordt samengewerkt met de Hogere
Agrarische School in Den Bosch. Studenten
het stroomdal van het Oude Diep, een regionale
beek die weer haar oorspronkelijke loop heeft
teruggekregen. Ook namen wij het initiatief voor
de aanleg van diverse wandel- en fietspaden,
zowel op eigen terrein als daarbuiten. Sluitstuk
vormde de bouw van een informatiecentrum
op het hoogste punt van de stortplaats en
openstelling van een deel van de stortplaats
als wandelgebied. Recentelijk hebben we nog
meegewerkt aan de restauratie van de enige
overgebleven historische brug over het VAMkanaal.
Essent Milieu blijft actief deelnemen
aan de verbetering van de kwaliteit van het
landschap in haar directe omgeving. En dat
geldt niet alleen voor de locatie Wijster, maar
ook voor vele andere locaties van Essent Milieu.
Biomonitoring
Een bijzonder vorm van maatschappelijke
betrokkenheid is de afspraak uit 1995 met
vertegenwoordigers van de agrariërs in de
omgeving van Wijster. Bij de plannen voor de
bouw van de verbrandingsinstallatie, brachten
boeren in de omgeving van Wijster hun zorgen
zullen wekelijks inspecteren hoe de groei
vordert. “Wat er na de oogst met de gewassen
gebeurt, is nog niet duidelijk. Vergisten,
bijstoken in energiecentrales van Essent of
er biodiesel van maken zijn een paar opties.
Voorlopig gaat het om tien hectare en de proef
duurt twee jaar”, geeft Joost Pellens aan.
De verwachting is dat de plannen over het
algemeen positief ontvangen zullen worden.
De resultaten van de proef moeten uitwijzen of
Essent Milieu haar stortplaatsen in de toekomst
zal markeren met geel wuivend koolzaad.

naar voren over eventuele gevolgen van de
geplande installatie. In onderling overleg is
afgesproken biomonitoring te starten in de
omgeving. Speciale gewassen worden onder
gecontroleerde omstandigheden verbouwd
‘Geen erfenis
voor toekomstige
generaties’
De praktijk in Nederland is dat gesloten stortplaatsen terecht komen in
een fase van eeuwigdurende nazorg. Dat is in de Nederlandse wetgeving
vastgelegd. Ook moeten ze zowel aan de boven- als aan de onderkant
voorzien zijn van voorgeschreven waterdichte afdichtingen. Dit moet
voorkomen dat er emissies naar lucht, water en bodem optreden.
“De vraag is of dit een ideale situatie is”, geeft Hans Woelders aan. Hij
is procestechnoloog en betrokken bij het project Duurzaam Storten. “Wij
en enkele andere partijen wilden aantonen dat het mogelijk moet zijn
een stortplaats te ontwikkelen, waar na één generatie geen emissies
meer optreden en geen nadere maatregelen meer nodig zijn. Dus geen
dure nazorg, geen vervanging van de bovenafdichting na 50 jaar en nog
op enkele vooraf vastgestelde plaatsen. De
Universiteit van Wageningen onderzoekt
jaarlijks de verbouwde gewassen, koemelk en
gras op de aanwezigheid van zware metalen en
dioxinen. Tot nu toe hebben deze onderzoeken
17
niet kunnen aantonen dat er een verbrandingsinstallatie
in dit deel van Drenthe staat.
belangrijker geen nadelige invloed meer op het milieu. Zo voorkom je dat
toekomstige generaties opgezadeld worden met onze erfenis. En dat is
gelukt. We hebben aangetoond dat het zonder meer mogelijk is.”
Het betekent wel dat je anders moet werken bij het inrichten van zo’n
stortlocatie. Een zorgvuldige keuze van afvalstoffen die je bij elkaar brengt
en een passende manier van werken horen daarbij. Hans: “Dit onderzoek
richtte zich op de aanleg van nieuwe stortplaatsen. Wij gaan ons nu
richten op het toepassen van de verzamelde kennis, om onze bestaande
stortplaatsen te ‘verduurzamen’. Kortom, zorgen dat de levensduur van
nazorg flink ingekort wordt. Dat beperkt de invloed op het milieu op lange
termijn en scheelt toekomstige generaties heel wat kosten.”

18
Jaarmagazine Essent Milieu
Essent Milieu beschikt over drie moderne en unieke installaties, de Geïntegreerde Afval
Verwerkings Installatie (GAVI) in het Drentse Wijster en de nv Afvalverbranding Zuid-
Nederland (AZN) in Moerdijk. Gemakshalve voegen wij daar de scheidings- en vergistings-
installatie VAGRON in Groningen aan toe. Omdat ook deze unieke installatie direct gericht
is op de verwerking van brandbaar afval en gericht is op de productie van energie. De
gezamenlijke verwerkingscapaciteit van genoemde onderdelen was in 2005 ruim
1,5 miljoen ton afval. Daarmee speelt Essent Milieu een hoofdrol op de Nederlandse markt.

Sinds 1996 draait de GAVI. Deze installatie bestaat
uit drie parallelle verwerkingslijnen met drie
identieke scheidingslijnen. Dat maakt Wijster
uniek. Het aangevoerde afval wordt dus eerst
gescheiden in deelstromen en vervolgens wordt
een deel verbrand. De capaciteit van de installatie
is ruim 800.000 ton per jaar.
Scheiding
In de scheidingsinstallatie scheiden zeeftrommels,
magneten en sterke luchtstromen
het afval in een aantal deelstromen, waaronder
ONF. Deze stromen bestaan uit organische
bestanddelen, zand, steen, glas, ijzer, blik en
papier en kunststoffen. De scheiding is nodig
om papier en lichte plastic folies te kunnen
afscheiden. Windzifters ‘zuigen’ als grote stofzuigers
dit lichte materiaal van lopende banden,
voeren deze stroom af naar grote persen en
wikkelen het materiaal tot grote balen. Deze
fractie wordt elders nuttig toegepast als
secundaire brandstof in de cement- en
kalkindustrie en energiecentrales. Met deze
scheiding maken we maximaal gebruik van de
beschikbare verwerkingscapaciteit.
Verbranding
Wat na de scheiding overblijft, is een brandbare
fractie (RDF). Deze fractie wordt in de drie
Verwerking
brandbaar afval
Geïntegreerde Afval Verwerkings Installatie
(GAVI) te Wijster
roosterovens van de GAVI verbrand. Dat gebeurt
bij een temperatuur die ligt rond 1.300°C. Bij de
verbranding wordt energie geproduceerd. De
hete rookgassen verwarmen water dat door
buizen in de ketelwanden stroomt. Zo ontstaat
stoom met een temperatuur van 400°C en een
druk van 40 bar. Een turbinegenerator zet de
stoom om in elektriciteit. Een klein deel hiervan
is voor eigen gebruik en dekt de energiebehoefte
van de installatie zelf. Het grootste deel
19
wordt geleverd aan het elektriciteitsnet en levert
energie voor minimaal 100.000 huishoudens.
Rookgasreiniging
De bij de verbranding vrijkomende rookgassen
worden in zes afzonderlijke stappen gereinigd,
waarbij elk van de reinigingsstappen zorgt voor
de verwijdering van specifieke verontreinigingen.
Zo worden verzurende stoffen, zware metalen en
dioxinen verwijderd en afgebroken. De uitstoot

20
die de schoorsteen verlaat voldoet ruimschoots
aan de strenge wettelijke eisen.
Reststoffen
In het verbrandingsproces komen reststromen
vrij. De omvangrijkste stroom bestaat uit
onverbrande resten, de slakken, ook bodemas
genoemd. Deze reststroom ondergaat nog
een behandeling. Magneten halen ferro- en
non-ferro metalen uit het materiaal, zeven
verwijderen de grote delen en het restant gaat
als grondstof voor funderingen naar de wegenbouw
en grote infrastructurele werken. Kleine
hoeveelheden vliegas en rookgasreinigingsresidu
worden afgevoerd naar Duitsland waar
het na een speciale behandeling, een nuttige
toepassing krijgt bij het opvullen van oude
gangen in voormalige droge zoutmijnen.
Jaarmagazine Essent Milieu
Afvalverbranding Zuid-Nederland (AZN)
te Moerdijk
AZN is sinds 1997 operationeel en verbrand
jaarlijks rond 670.000 ton huishoudelijk en
vergelijkbaar bedrijfsafval. Hiervoor zijn met
gemeenten in Limburg, Noord-Brabant en Zeeland
langjarige contracten afgesloten. AZN kent sinds
januari 2006 Essent Milieu (80%) en Delta NV
(20%) als aandeelhouders.
Productie
AZN heeft drie verbrandingslijnen met elk een
oven, ketel en een uitgebreide rookgasreiniging.
De installatie is uniek vanwege haar ongekend
hoge energierendement. Dit laatste is een
gevolg van de unieke koppeling van de
installatie aan de naastgelegen warmtekrachtcentrale
(WKC) van Essent. De combinatie wekt
niet alleen elektriciteit op, maar levert tevens
warmte aan Shell Chemie Moerdijk. AZN levert
de met de afvalverbranding geproduceerde
hogedrukstoom aan deze WKC. Met het
verhogen van de stoomdruk tot 100 bar is
de afvalverbrandingsinstallatie in staat een
rendement te halen van 30%. Bij een ‘gewone’
AVI is dit doorgaans rond 23%. Via de WKC
produceert AZN 580.000 MWh elektriciteit per
jaar, voldoende voor ruim 170.000 huishoudens.
Omdat een groot deel van het verwerkte afval
uit biomassa bestaat, geldt bijna de helft van
deze productie ook nog als duurzame energie.
Afvalverbranding Zuid-Nederland heeft vorig
jaar ruim 4% meer afval verwerkt.

Rookgasreiniging
De installatie kent verschillende stappen van
reiniging. Een elektrostatisch filter vangt het
vliegas af, dat in de asfalt- en cementindustrie
gebruikt wordt als grondstof. In de
verbrandingsketels zelf wordt ammonia
ingespoten, dat verzurende stikstofoxiden
omzet in onschadelijk stikstof en waterdamp.
Vervolgens verwijdert een driestaps natte
rookgaswasser onder andere zoutzuur, waterstoffluoride,
zwaveldioxide (SO2) en zware
metalen. Als laatste stap wordt actief kool aan
de rookgassen toegevoegd en worden deze
gassen door een doekenfilter gezogen. Deze
kool bindt de dioxines, kwikdampen en andere
zware metalen.
Restproducten hergebruikt
Naast het vliegas wordt ook de bodemas
opgewerkt. Zowel magnetische (ferro) als
niet-magnetische metalen (non-ferro) worden
verwijderd en als schroot hergebruikt. De
bodemas zelf wordt fijngemalen en gebruikt
als fundering bij de aanleg van wegen.
AZN produceert als een van de weinige
installaties gips uit de afvalstromen van de
natte rookgaswasser. Dit gips, jaarlijks zo’n
2.500 ton, wordt geleverd aan de industrie en
bouwondernemingen.
Voor beide verbrandingsinstallaties
Uitbreiding verbrandingscapaciteit
Er is een structureel tekort aan verwerkingscapaciteit
voor brandbaar afval in Nederland.
Tot voor kort was de verbrandingscapaciteit
5,8 miljoen ton, daar komen enkele honderdduizenden
tonnen bij door de uitbreiding van
de installatie in Amsterdam. Toch is dit nog
steeds onvoldoende om de geschatte
hoeveelheid, die zich tussen 8 en 9 miljoen ton
AZN GAVI VAGRON
brandbaar afval beweegt, te kunnen verwerken.
Daarom nemen verschillende verwerkers het
initiatief om ook hun verbrandingscapaciteit
uit te breiden. Ook Essent Milieu bereidt zich
momenteel voor om haar beide installaties uit te
breiden. AZN beschikt al over de noodzakelijke
milieuvergunning (tot 1.000.000 ton/jaar). Naast
de drie bestaande verbrandingsovens zal aan het
einde van 2006 naar verwachting gestart worden
met de bouw van een vierde verbrandingslijn
met een jaarcapaciteit van 275.000 ton per jaar.
Voor de GAVI in Wijster staat een uitbreiding
met twee verbrandingslijnen op stapel. De
uitbreiding zal de verbrandingscapaciteit
bijna verdubbelen. De verwachting is dat
vergunningprocedure in de tweede helft van
2007 zal worden afgerond.
Emissiegegevens 2005 GAVI Wijster en AZN Moerdijk
21
Meetapparatuur conform Bva
Onze beide verbrandingsinstallaties moeten
uiteraard voldoen aan de nieuwe normen van het
Besluit Verbranden Afvalstoffen (Bva). Daarom
is op beide locaties de meetapparatuur voor de
emissie naar lucht aangepast. Daarmee was al
in 2004 begonnen. Een belangrijk deel van 2005
heeft de nieuwe emissieapparatuur
(en registratie) parallel gedraaid met de oude
meetapparatuur. Zo wordt er sinds mei 2005
in overeenstemming met de eisen van de Bva
geregistreerd en gerapporteerd, dat per
28 december 2005 van toepassing werd ter
vervanging van het Besluit Luchtemissies
Afvalverbranding (Bla).
Verschillen in de weergegeven gemiddelde jaarconcentraties tussen beide installaties zijn
te verklaren door verschillen in de toegepaste rookgasreiningingstechniek.

22
AZN is uniek vanwege
haar ongekend hoog
energierendement
Jaarmagazine Essent Milieu
IPPC/BAT/BREF
De Europese Unie heeft, met het oog op het
terugdringen en het controleren van emissies,
het Integrated Polutions Prevention en Control
(IPPC) opgesteld. Hierin is vastgelegd dat onder
meer AVI’s gebruik moeten maken van de
zogeheten ‘Best Available Techniques’(BAT),
anders gezegd, de best beschikbare technieken
om de rookgassen te reinigen en emissies tot
een minimum terug te dringen. De Europese
Unie legt dit naar verwachting medio 2006 vast
in zogenaamde BAT Reference Documents
(BREF’s) voor afvalverbranding.
Emissie naar lucht, water en bodem
De emissie van onze AVI’s kent in principe drie
vormen: emissie naar lucht, water en bodem.
Speciale en hoogwaardige technieken stellen
ons in staat de emissies altijd binnen de
toegestane grenzen te houden. Afval is echter
een niet-homogene brandstof die van dag tot
dag kan verschillen en dus invloed kan hebben
op het niveau van de emissie. Uiteraard hebben
onze medewerkers de mogelijkheid tijdig bij te
sturen. Daarnaast zijn en worden maatregelen
getroffen om de wisseling in kwaliteit van het
afval zoveel mogelijk tegen te gaan. Dit gebeurt
bij de sturing van afvalstromen en de acceptatie,
maar ook door een zorgvuldig bunkerbeheer.
VAGRON te Groningen
Afvalbeheer Regio Centraal Groningen, een
samenwerkingsverband tussen de gemeente
Groningen en een 7-tal aangrenzende gemeenten,
sloot in 1987 een contract met VAGRON Industrial
vof, kortweg VAGRON. Dit onderdeel van Essent
Milieu verwerkt huishoudelijk afval door het te
scheiden en te vergisten.
Scheiding
De scheidingsinstallatie heeft een verwerkingscapaciteit
van circa 230.000 ton per jaar en
bestaat uit een aaneenschakeling van trommelzeven,
stijgzifters en magneetbanden. Zo
ontstaan diverse deelstromen zoals metalen,
papier/kunststof, brandbare fractie en ONF. Ook
bestaat de mogelijkheid om drankenkartons af
te scheiden.
Vergisting
De was- en vergistinginstallatie verwerkt
jaarlijks 95.000 ton ONF. In de wasinstallatie
wordt de ONF-fractie gescheiden in organisch
en inert materiaal. Het organische materiaal
wordt verkleind, nabehandeld en vervolgens
verpompt naar vier reactoren, elk met een
inhoud van 2.750 m 3 . Het vergistingproces levert
ongeveer 1.000 m 3 gas per uur op waarmee

‘Het is goed dat we
tijdig zijn gestart’
Zowel in de GAVI als bij AZN is in 2005 de
emissie meet- en registratieapparatuur
vernieuwd conform de eisen van het nieuwe
Besluit Verbranden Afvalstoffen (Bva). Per
28 december jongstleden is de Bva in werking
getreden en vervangt ze het Besluit Luchtemissies
Afvalverbranding (Bla) van 1993.
Henk de Vries, projectleider GAVI, “De aanschaf
is een hele klus geweest en behoorlijk
ingrijpend. Het is goed dat we er op tijd mee
begonnen zijn. We hebben het nu goed voor
elkaar.” Verandering van Europese wetgeving
maakte nieuwe apparatuur noodzakelijk, maar
ook was na 10 jaar onze apparatuur verouderd
en technisch afgeschreven. We waren toe aan
een vervanging.” De Europese regelgeving
geeft nauwkeurige eisen waaraan de meet-
en registratie-instrumenten moeten voldoen.
De aandacht gaat daarbij vooral uit naar de
kwaliteit van de metingen en hoe alles wordt
bijgehouden. “Je moet vier kwaliteitsstappen
doorlopen en dat begint al bij de aanvragen
van de offertes. We laten ook de KEMA als
vier gasmotoren van de warmtekrachtinstallatie
gevoed worden, die zowel elektrische als
thermische energie levert. De elektrische
energie wordt ingezet voor eigen gebruik. Het
overschot wordt leveren aan het openbare
elektriciteitsnet.
Na vergisting blijft het zogeheten digestaat
onafhankelijke partij oordelen om tot de
juiste keuze te komen. De volgende stap
is de belangrijkste. De apparatuur moet
getoetst worden of ze doet wat ze moet doen
volgens de eisen, normen en richtlijnen van
de Bva. Dat moet een erkend instituut
uitvoeren. Bij akkoord, geeft dat een
representatieve weergave van wat de Bva
eist”, aldus Henk. De laatste twee stappen
testen opnieuw of het meten en registreren
en analyseren in de praktijk goed verloopt.
De Bva eist dat 10 minuten-, uur- en
daggemiddelden bijgehouden worden voor
bepaalde stoffen die je uitstoot. Dat vergt
veel rekenwerk. Deze daggemiddelden
mogen de normen nooit overschrijden. Henk:
“Groot voordeel is dat je met de nieuwe
meetapparatuur vooruit kunt kijken. Deze
geeft aan of je de dagelijkse norm wel haalt
of dat je in de loop van de dag je processen
moet bijstellen. Wij vallen keurig binnen alle
eisen.”
over. Dit wordt machinaal ontwaterd en lijkt
wat samenstelling en structuur betreft op
compost. De fracties grof inert en zand uit de
wasinstallatie worden na verdere bewerking
en keuring hergebruikt als bouwstof. Het
vrijkomende proceswater wordt zoveel mogelijk
hergebruikt.
Verwerking brandbaar afval Essent Milieu
23
Productie energie uit brandbaar afval

24
Jaarmagazine Essent Milieu

Essent Milieu is marktleider in Nederland als het gaat om het verwerken van GFT-afval tot
compostproducten. Logischerwijs geldt het marktleiderschap ook voor de afzet van de
geproduceerde compost. In Maastricht, Venlo, Deurne en Acht beschikken we over moderne
tunnelcomposteerinstallaties, in Wijster en Moerdijk vindt de compostering plaats in grote
gesloten hallen.
Verwerking
organisch afval
Tunnelcompostering
De fabrieken in Venlo en Maastricht zijn
halverwege de jaren negentig gebouwd en
verwerken jaarlijks GFT- en groenafval. Venlo
verwerkt daarnaast ook nog ONF. In 2003
zijn de voor- en nabewerkingslijnen van de
compostfabriek in Maastricht aangepast. Zo zijn
we nog beter in staat te sturen op de kwaliteit
van de compost en het proces zelf.
Het GFT-afval wordt na binnenkomst
gecontroleerd en verkleind. Magneten
verwijderen de aanwezige metalen. Vervolgens
wordt het, eventueel na bevochtiging, in
gesloten tunnels gebracht en belucht.
Ongewenste ziektekiemen worden vernietigd
en zaden verliezen hun kiemkracht. Biofilters
zuiveren de vrijkomende proceslucht uit de
tunnels en beperken de uitstoot van ammoniak,
geur en micro-organismen tot een minimum. Na
het composteringsproces zorgt een uitgebreid
zeefproces dat het materiaal geschoond wordt
van grove nog niet gecomposteerde delen
evenals stukjes plastic, steen en glas. Het grove
organisch materiaal gaat opnieuw de tunnels in
als entmateriaal. De fijne compostfractie wordt
opgeslagen en vervolgens afgezet. In 2005 zijn
de composteerinstallaties in Deurne en Acht
door Essent Milieu overgenomen.
25
Halcompostering
De gesloten composteerhallen in Wijster
en Moerdijk zijn in het begin van de jaren
negentig gebouwd. De composteerinstallatie
Verwerkte hoeveelheden organisch afval 2005 Compostproductie 2005

26
Gesloten compostering is ontwikkeld voor het omzetten
van GFT-afval in compost. Het systeem is echter ook
geschikt voor het stabiliseren, hygiëniseren of biologisch
drogen van afvalstromen met een relatief hoog
organisch gehalte.
in Wijster bestaat uit vijf hallen en behoort tot
de grootste in Europa. De voorbewerkingsinstallatie
verkleint, ontijzert en zeeft het
aangevoerde GFT-afval. Via transportbanden
gaat het te composteren materiaal naar de
gesloten composteerhallen, elk ter grootte van
een voetbalveld. Beluchtingsbuizen in de vloer
blazen lucht door het composterend materiaal.
De vrijkomende proceslucht wordt afgezogen
en afgevoerd naar biofilters. Een automatische
graafmachine keert het materiaal wekelijks,
waardoor een homogenisering en een betere
beluchting optreedt. Na enkele weken verblijftijd
in de hal ondergaat de compost een aantal
nabewerkingen, waaronder het zeven. Ook hier
wordt de grove zeeffractie teruggevoerd in de
compostering als entmateriaal.
Jaarmagazine Essent Milieu
Keurmerken compost
De gebruiker van compost wil er zeker van zijn
dat het product goed is en voldoet aan wettelijke
normen. Daarom is onze compost voorzien van
keurmerken om onze klanten de garantie te
geven dat ze een uitstekend product in handen
hebben. De compost van de installaties in
Wijster, Venlo en Maastricht vallen onder het
Duitse keurmerk RAL-Gütezeichen. Zonder dit
keurmerk is de afzet van compost in Duitsland
niet mogelijk. Jaarlijks worden enkele
tienduizenden tonnen geëxporteerd naar onze
oosterburen. Zowel de compost uit Wijster als
die van de installatie uit Moerdijk hebben het
KIWA-productcertificaat en voldoen tevens aan
de Boordelingsrichtlijn (BRL). Beide keurmerken
geven de garantie dat de samenstelling en
kwaliteit van het product constant van aard is
en voldoet aan de gestelde richtlijnen.

Erkenning VWA (Voedsel en Warenautoriteit)
In 2005 zijn alle composteerinstallaties van
Essent Milieu erkend door de VWA in het
kader van de Europese richtlijn Dierlijke
Bijproducten. Dit betekent dat de manier van
composteren waarborgt dat er voldoende
afdoding plaatsvindt van dierlijke en humane
pathogenen (ziekteverwerkers). Zo wordt onze
compost gecontroleerd op de aanwezigheid
van salmonella. De erkenning biedt tevens de
mogelijkheid dat in onze installaties ook
organische overdatum producten uit winkelketens
verwerkt mogen worden.
‘Wij leveren
compost voor
topprestaties’
Essent Milieu en compost zijn onlosmakelijk
met elkaar verbonden. Als marktleider hebben
we al enkele tientallen jaren kennis en ervaring.
Onze handelsmaatschappij Conviro zet jaarlijks
enkele honderdduizenden tonnen hoogwaardige
compostproducten af op de markt in Nederland
en de buurlanden. Huub Derks, commercieel
medewerker bij Conviro: “Wij controleren
voortdurend ons composteringsproces, zodat
organisch afval onder de meest optimale
omstandigheden omgezet worden in een
stabiel, veilig, en humusrijk product.” Sinds
eind 2005 kent de stad Groningen een nieuw
markant bouwwerk: Euroborg, het nieuwe
voetbalstadion van FC Groningen. “Het voetbalveld
van dit stadion is aangelegd met 350
kubieke meter Superveencompost, één van de
specialities van Conviro”, geeft Huub aan. “Dit
product is gemaakt van zeer fijne compost en
hoogwaardige tuinturf. Alleen het beste is goed
genoeg voor velden waar topvoetbal gespeeld
wordt.”
Onze compost wordt ook gebruikt voor
hydroseeding. Huub: “Dit is het inzaaien van
bermen en stuifgevoelige zandvlakten met
vloeibare Edel-keurcompost gemengd met
27
kruidensoorten en het wordt verspreid met
speciale spuitapparatuur.” Zo is bij het Naviduct
in Enkhuizen 130 hectare bermen en terrein
aangelegd met diverse kruidenmengsels.
“Het idee is simpel”, stelt Huub, “de compost
plakt als het ware de kruidenzaden aan de
humusarme zandgrond en geeft gelijk de eerste
bemesting. Zo krijgt de wind geen vat meer op
dit soort kwetsbare oppervlakten. Ook is Edelkeurcompost
zeer geschikt voor het dressen van
golfbanen. Het blijkt de vervilting van de toplaag
tegen te gaan, een probleem waarmee de
meeste banen in Nederland te kampen hebben.”

28
Compostering van GFT-afval is duurzaam,
omdat:
• Compost veen kan vervangen
(langcyclische koolstof);
• Compost kunstmest vervangt
(N, P 2 O 5 , K 2 O);
• Door toepassing van compost het gebruik
van gewasbeschermingsmiddelen daalt;
• Er CO 2 vastlegging plaatsvindt in
de bodem door compostgebruik;
• Compost beperkt uitspoeling
van voedingsstoffen;
• Compost vocht goed vasthoudt in
de bodem en er dus minder beregening
nodig is;
• Compost de bodemdiversiteit bevordert
‘Biomassatransitie:
ons perspectief voor
morgen’
Jaarmagazine Essent Milieu
Essent Milieu verwerkt jaarlijks bijna 650.000 ton organisch afval in haar
composteerinrichtingen, waarvan verreweg het grootste deel GFT-afval
van huishoudens is. Hoewel composteren de meest voor de hand liggende
verwerkingsmethode voor deze materiaalstroom is, komt het de laatste tijd
regelmatig voor dat verbranding als perspectiefrijk alternatief naar voren
gebracht wordt. “Een verkeerde keuze en te kort door de bocht”, stelt
John van Haeff, manager Converteren. “Wie goed naar de samenstelling
van GFT kijkt, moet tot een andere conclusie komen. Wij hebben dat heel
zorgvuldig gedaan en ons voorbereid op de dag van morgen.”
In 2003 is de compostfabriek van Essent Milieu in Maastricht technisch
zo aangepast, dat gerust gesproken kan worden van de meest moderne
composteerinstallatie in ons land. John: “Met deze installatie zijn wij niet
alleen in staat het composteerproces feilloos te sturen, maar kunnen we
ook het gecomposteerde materiaal zo uiteen rafelen dat wij een scala
aan deelstromen kunnen produceren. De eisen die de gebruikers aan
organisch materiaal stellen bij het opwekken van energie, is voor ons
geen probleem. Ik spreek dan ook graag over biomassatransitie, het
benutten van het brandbare deel van het GFT-afval dat daar ook het
meest geschikt voor is. Het overgrote deel kan uitstekend gebruikt blijven
worden als compost of in toenemende mate als vervanger van veen.”
De installatie in Maastricht werkt ook de residustromen van andere
composteerinstallaties van Essent Milieu op. Zo wordt de opbrengst aan
inzetbare stromen maximaal. “We hebben nu zoveel ervaring opgedaan
met deze eerste Orga-Select installatie, dat wij ook zonder problemen
organische rest- en residustromen van derden kunnen en willen
opwerken.”

30
Jaarmagazine Essent Milieu
Niet-brandbaar en
mineraal afval

De belangrijkste deelstromen die binnen dit bedrijfsonderdeel verwerkt worden, zijn boorgruis
en boorspoeling, (verontreinigde) grond, bodemas, asbest, slib en onverwerkbare residuen uit
allerlei scheidings- en industriële processen. Uiteraard valt ook het storten van het overschot
brandbaar afval onder de werkzaamheden. Voor een deel komen deze stromen terecht op één
van onze operationele deponieën. Het overige wordt na opslag, bewerking of reiniging afgezet
in de markt. Andere werkzaamheden die uitgevoerd worden zijn het opwerken en op de markt
afzetten van stromen die intern vrijkomen als bodemas, metalen, zand en inerte stromen. Tot
slot behoren alle activiteiten die direct verband houden met het afwerken en onderhouden
van stortplaatsen, het behandelen van vrijkomend afvalwater en stortgas eveneens tot de
werkzaamheden van dit bedrijfsonderdeel.
Essent Milieu beschikt over een omvangrijke
vergunde capaciteit aan stortvolume in ons land.
Deze capaciteit is grotendeels geconcentreerd in
Zuid-Nederland. De operationele stortplaatsen
in 2005 waren Landgraaf, Montfort, Kragge en
Spinder. In het noorden geldt dat voor de locatie
Wijster. Zij bieden nog mogelijkheden voor
toekomstige te storten volumes. In het afgelopen
decennium heeft de overgang naar verbranden,
het invoeren van stortbelasting, de recente
export naar Duitsland, de ontwikkeling van
recyclingmogelijkheden en de ontwikkeling
van milieustraten en gedifferentieerde tarieven
er voor gezorgd, dat steeds minder afval wordt
gestort. Per 1 juni 2005 is in Duitsland een
algemeen stortverbod ingevoerd en strikt
gehandhaafd. Voor die datum was het voor
Nederlandse aanbieders van bedrijfsafvalstoffen
aantrekkelijker deze stromen te laten
‘verwerken’ in Duitsland. Vanaf 1 juni bleef het
afval in Nederland en draaiden de AVI’s weer
op volle toeren. Het overschot aan afval dat
niet verwerkt kon worden door een tekort aan
capaciteit, werd gestort.
31
Beheer en nazorg
Naast de exploitatie van de stortplaatsen richten
de werkzaamheden van dit bedrijfsonderdeel
zich in toenemende mate op het beheer ervan,
het uitvoeren van de vergunningverplichtingen
(onderhoud, controle, rapportage), het
organiseren van afdekprojecten en het opstellen
/actualiseren van diverse (nazorg)plannen.
Essent Milieu wil met het afstemmen van
plannen met lokale en provinciale overheden
en omwonenden, haar maatschappelijke
verantwoorde taak zeer serieus uitvoeren.

32
Grondbanken en grondstoffenhandel
Bij de grondbanken betreft de bulk van
de verhandelde stromen schone grond en
categorie-1 grond die voor het leeuwendeel
worden gebruikt bij de afwerking van de eigen
gesloten stortplaatsen.
Boorgruis en boorspoeling
Deze afdeling in Wijster verwerkt diverse
kwaliteiten boorspoeling en boorgruis afkomstig
van boorlocaties over heel Nederland. De
diverse stappen bestaan uit het ontvangen,
bezinken en ontwateren. De zouthoudende
waterstroom wordt afgevoerd naar een rioolwaterzuivering.
Het boorgruis en het slib wordt
gemengd met een toeslagstof die bindend werkt,
zodat een stortbaar product ontstaat.
Grondstoffenhandel
Insulinde is het bedrijfsonderdeel dat
gespecialiseerd is in de opwerking van
industriële minerale reststoffen als bodemas,
vliegas en metalen. Bodemas van afvalverbrandingsinstallaties
is de grootste deelstroom
en wordt zowel ingezet als steunlaagmateriaal
in af te werken stortplaatsen als voor
de aanleg van externe grootschalige grond-
en wegenbouw projecten. De afzet is in het
afgelopen jaar volledig extern geweest, onder
meer als grondstof bij de aanleg van de nieuwe
A50/A59 bij Paalgraven.
Jaarmagazine Essent Milieu
Gasonttrekking en energieopwekking
Voor de locatie Wijster was de prognose dat
de hoeveelheid te onttrekken stortgas sterk
af zou nemen, omdat er beduidend minder
gestort wordt en door de langzaam afnemende
biologische activiteit van de stortplaats.
Ondanks dit gegeven is er door het aanpassen
van een aantal onttrekkingspunten en het
optimaliseren van het gasnet en leidingwerk
een stabiele onttrekking op een hoger niveau
dan verwacht, gerealiseerd. In 2005 zijn alle
warmtekrachtinstallaties (stortgasmotoren) op
onze diverse operationele en gesloten stortlocaties
in eigen beheer genomen.
Meteen is gestart met het invoeren van een
andere onderhoudsstrategie en een uitgebreid
programma om de stortgasproductie en
-benutting te optimaliseren en te vergroten. De
beschikbaarheid van de installaties evenals de
productie zijn sindsdien aanzienlijk toegenomen.

Optimaal beheer stortplaatsen
is uitdagend
Een stortplaatsen is eigenlijk een grote bioreactor. Er spelen zich allerlei
processen af, die de moeite waard zijn om diepgaand te bestuderen. Zo
zetten miljarden bacteriën organisch materiaal om in stortgas. Brandstof
voor duurzame energie. De stortplaatsen van Essent Milieu leveren jaarlijks
zo’n 55 miljoen kubieke meter gas op, die omgezet wordt in aardgas en
elektriciteit, voldoende energie voor enkele duizenden huishoudens.
Van belang daarbij is de hoeveelheid vocht die beschikbaar is voor de
bacteriën. Lennart Lalieu, Jong Talent bij Essent Milieu, doet onderzoek
naar de waterhuishouding. “Ik gebruik daarvoor een model dat ontwikkeld
is door Grontmij. Dat heb ik aangepast aan de omstandigheden op onze
stortplaatsen. Daarnaast heb ik gebruik gemaakt van de kennis en
ervaring van onze medewerkers van de stortplaatsen”, vertelt Lennart. “Zo
kan ik voorspellen hoeveel vervuild water een stortplaats in de toekomst
te verwerken krijgt. En dat is weer belangrijk omdat zo ingespeeld kan
worden op de inzet van de juiste zuiveringstechniek.” Het reinigen
van afvalwater uit stortplaatsen is een kostbare aangelegenheid en
een afgewogen inzet kan een aanzienlijke besparing opleveren. Het
model wordt inmiddels gebruikt op zeven stortplaatsen en levert goede
voorspellingen op.
Lennart: “Met dit soort onderzoek geven stortplaatsen hun geheimen
steeds meer prijs en wordt het interne proces steeds minder een black
box. Met de verworven kennis kunnen wij ons voordeel doen en de
stortgasproductie optimaliseren.” Naast het onderzoek van Lennart neemt
Essent Milieu ook deel in de Stichting Duurzaam Storten. Samen met
branchegenoten wordt onderzoek gedaan en proefprojecten uitgevoerd
naar slimmere storttechnieken. Dit moet leiden tot nog milieuvriendelijkere
stortplaatsen en lagere kosten voor de nazorg.
Brand legt grondwaterzuivering
tijdelijk stil
33
De stortplaats op de locatie Wijster dateert al van de jaren vijftig. Daarom
ontbreekt een afdichting onder een groot deel van deze omvangrijke
deponie. Om verspreiding van verontreiniging in te dammen is Essent
Milieu verplicht jaarlijks 350.000 m 3 grondwater op te pompen. “We hebben
een speciale zuiveringsinstallatie gebouwd voor deze waterstroom”,
vertelt Cor ten Duis, bedrijfsleider Verwerking Niet-brandbaar Afval.
“Deze installatie verwijdert de verontreinigingen uit het grondwater onder
onze stortplaats. Zelfs kunnen we het behandelde water gebruiken als
proceswater bij diverse verwerkingsprocessen.” Daarnaast beschikt Wijster
over nog twee andere typen zuiveringsinstallaties.
Op 26 april 2005 verwoeste een korte, felle brand deze grondwaterzuiveringsinstallatie.
“We hebben het ontrekken van het grondwater weer
heel snel kunnen oppakken door provisorische maatregelen te treffen. Na
een maand zaten we gelukkig weer bijna op het oude niveau. Zo kwamen
we ook tegemoet aan de wens van het bevoegd gezag. Door de enorme
inzet van de medewerkers van mijn afdeling is de zuivering van al het
vrijkomende afvalwater op de locatie nooit in gevaar geweest”, geeft
Cor aan.
Cor: “Ter voorbereiding op de nieuwbouw van de installatie is uitgebreid
onderzocht of een combinatie mogelijk is van de zuivering van grondwater
en water dat rechtstreeks uit de stortplaats wordt opgevangen
(=percolaat). Het resultaat is één gecombineerde installatie voor het
zuiveren van beide afvalwaterstromen. De ingebruikname staat gepland
voor medio 2006.

34
Jaarmagazine Essent Milieu
Basisgegevens
Essent Milieu

Samenstelling
management
Robert van der Hoeven
algemeen directeur Essent Milieu
Frans Föllings
directeur Essent Milieu Zuid
Marcel Daemen
directeur Essent Milieu Noord
Taco Douma
directeur AZN
Lout Hazen
manager Commercie
Jacob Stollenga
manager Finance & Control
Emile Henckens
manager Human Resources
Willem Geerling
manager Participaties,
Regulatory en Public Affairs
Kerncijfers
Omzet 362,4 miljoen euro
Resultaat 59,7 miljoen euro
Personeel 740 medewerkers
Gemiddelde leeftijd 41 jaar
Gemiddeld ziekteverzuim 4,6%
Verwerkte hoeveelheid afval in 2005 (afgerond)
Essent Milieu verwerkt jaarlijks bijna 2,5 miljoen ton afvalstoffen
op haar locaties in Noord- en Zuid-Nederland.
Verwerking brandbaar afval 1.505.000 ton
(GAVI Wijster, AZN Moerdijk,
VAGRON Groningen).
Verwerking organisch afval 643.000 ton
(Wijster, Moerdijk, Deurne,
Venlo, Born, Maastricht)
Verwerking door storten 350.000 ton
Energie uit verwerking brandbaar afval 930.000 MWh
Energie uit stortgas 32.000 MWh
Overige productie energie 16,4 miljoen Nm 3 equivalent aardgaskwaliteit
De totale hoeveelheid energie die binnen Essent Milieu is geproduceerd
komt overeen met bijna 1% van het totale Nederlandse productievolume.
Verwerking brandbaar afval Verwerking organisch afval Stortplaatsen
35

36
Adresgegevens
vestigingslocaties
Essent Milieu Buggenum
Postbus 4114
6080 AC Haelen
Roermondseweg 53
6081 NT Haelen
T 043 – 8551000
F 043 - 8551070
E info.milieu@essent.nl
W www.essent.nl
Essent Milieu Tilburg
Postbus 4114
6080 AC Haelen
Vloeiveldweg 8
5048 TD Tilburg
T 043 - 8551000
F 043 – 8551070
E info.milieu@essent.nl
W www.essent.nl
Essent Milieu Wijster
Postbus 5
9418 ZG Wijster
VAMweg 7
9418 TM Wijster
T 0593 – 563939
F 0593 – 563993
E info.milieu@essent.nl
W www.essent.nl
Jaarmagazine Essent Milieu
VAGRON
Duinkerkenstraat 99
9723 BP Groningen
T 050 – 5339500
F 050 – 5339507
E info.milieu@essent.nl
W www.essent.nl
nv Afvalverbranding Zuid-Nederland
Postbus 21
4780 AA Moerdijk
Middenweg 34
4780 AA Moerdijk
T 0168 - 385400
F 0168 - 385499
E azn@nvAZN.nl
W www.nvAZN.nl
Colofon
Uitgave
Essent Milieu
Auteur
Léon Dirrix
Jacques Hermus
Vormgeving
studio Tineke Wieringa bno, Haren
Fotografie
Joep Jacobs, Nuenen
Persburo Melissen, Pesse
John Stoel, Haren
en andere
Druk
Het Grafisch Huis, Groningen
Uitgave
juli 2006