Het gebruik van Natuurbrug Zanderij Crailoo door mens en dier
Het gebruik van Natuurbrug Zanderij Crailoo door mens en dier Het gebruik van Natuurbrug Zanderij Crailoo door mens en dier
Tabel 6.2. De doelen voor het gebruik van Natuurbrug Zanderij Crailoo door amfibieën en het gemeten gebruik op de natuurbrug. Het betreft uitsluitend soorten die actueel in de gebieden rondom de natuurbrug voorkomen. D = dagelijkse passages; D-W = dagelijkse tot wekelijkse passages; W = wekelijkse passages; J = jaarlijks enkele passages; 0 = geen passages; **** = min of meer permanent aanwezig (trefkans>300 dagen per jaar); *** = frequent aanwezig (trefkans=201-300 dagen per jaar); ** = regelmatig aanwezig (trefkans 50-200 dagen per jaar); * = incidenteel aanwezig (trefkans
7 Gebruik Natuurbrug Zanderij Crailoo door reptielen 7.1 Soorten en aantallen op de natuurbrug Op Natuurbrug Zanderij Crailoo is tijdens de inventarisaties van de transecten één soort reptiel aangetroffen: de levendbarende hagedis (Lacerta vivipara). Over de twee onderzoeksjaren zijn tijdens de inventarisaties van de transecten 7 waarnemingen van deze soort op de natuurbrug geregistreerd. Het betrof 2 adulten – 1 man en 1 onbekend – en 5 juvenielen. De waarnemingen zijn gedaan in juli 2007 (n=1), augustus 2007 (n=3), oktober 2007 (n=1), maart 2008 (n=1) en oktober 2008 (n=1). Op basis van deze cijfers kan men gemiddeld circa 23 waarnemingen per jaar van de levendbarende hagedis verwachten wanneer de natuurbrug dagelijks wordt onderzocht. Naast de waarnemingen tijdens de transectinventarisaties is één incidentele zichtwaarneming van een volwassen mannelijk dier van de levendbarende hagedis gedaan. Tevens zijn er op de natuurbrug sporen van reptielen waargenomen. Op de sporenbedden van Ecoduct Spoor is driemaal het spoor van een slang aangetroffen. Het betreft vermoedelijk in alle gevallen de ringslang (Natrix natrix) omdat dit de enige slangensoort is die in Zanderij Crailoo (en omgeving) voorkomt. De sporen zijn aangetroffen in respectievelijk augustus 2007, september 2007 en september 2008. Tweemaal zijn sporen van een hagedis – vermoedelijk een levendbarende hagedis – op de natuurbrug aangetroffen, eenmaal op een sporenbed van Ecoduct Spoor (september 2008) en eenmaal op het ruiterpad (augustus 2009). 7.2 Ruimtelijke spreiding over de natuurbrug Reptielen – of sporen van reptielen – zijn op de natuurbrug in 8 sectoren aangetroffen (figuur 7.1). Het betreft 4 sectoren op de westelijke toeloop, 1 sector in het tussengebied en 3 sectoren op de oostelijke toeloop. Er zijn geen waarnemingen van reptielen op Ecoduct Spoor en Ecoduct Naarderweg gedaan. De registraties van ringslangen en een (levendbarende?) hagedis op de sporenbedden van Ecoduct Spoor suggereren echter dat dit ecoduct door deze soorten is betreden en wellicht is overgestoken. De lage aantallen reptielen en de hiaten in de ruimtelijke spreiding op de natuurbrug maken duidelijk dat de natuurbrug nog geen optimaal habitat biedt aan deze soortgroep. De (heide)vegetatie is op veel plekken nog onvoldoende ontwikkeld en biedt de dieren daarom naar verwachting nog te weinig schuilmogelijkheden. De geregistreerde waarnemingen van reptielen op de natuurbrug, hoewel nog zeer beperkt in aantal, wijzen er echter wel op dat de faunapassage de potentie heeft om als leefgebied en/of migratiecorridor te worden gebruikt en dat er naar verwachting al enige uitwisseling van individuen tussen de populaties oost en west van de natuurbrug plaatsvindt. Alterra-rapport 1906 91
- Page 42 and 43: een kwalificatie gegeven aan de toe
- Page 44 and 45: weersomstandigheden (temperatuur, n
- Page 46 and 47: van een hoge dichtheid aan sporen o
- Page 49 and 50: 4 Gegevensverwerking 4.1 Gegevensve
- Page 51 and 52: zoogdieren (bruine rat, wezel) aang
- Page 53 and 54: natuurbrug (wat het streven is) en
- Page 55 and 56: elatief het meest profiteren van de
- Page 57 and 58: 5 Gebruik Natuurbrug Zanderij Crail
- Page 59 and 60: Ree Op Natuurbrug Zanderij Crailoo
- Page 61 and 62: naast de passages, dagelijks gemidd
- Page 63 and 64: egel bunzing mol boommarter hermeli
- Page 65 and 66: mededeling). In het Spanderswoud, a
- Page 67 and 68: passages en bezoeken voor de hermel
- Page 69 and 70: (januari-augustus) en haas (decembe
- Page 71 and 72: ee konijn vos haas egel bunzing mol
- Page 73 and 74: 5.6 Looppatronen van soorten op de
- Page 75 and 76: Ook hier was sprake van een ‘vast
- Page 77 and 78: Tabel 5.2. De doelen voor het gebru
- Page 79 and 80: 6 Gebruik Natuurbrug Zanderij Crail
- Page 81 and 82: Aantal waarnemingen 1200 1000 800 6
- Page 83 and 84: De gewone pad is in 26 sectoren waa
- Page 85 and 86: Wanneer we de ruimtelijke spreiding
- Page 87 and 88: 6.3 Natuurbrug versus omgeving Verg
- Page 89 and 90: Vergelijking transecten natuurbrug
- Page 91: de natuurbrug verder niet in de zan
- Page 95 and 96: 7.3 Natuurbrug versus omgeving In d
- Page 97 and 98: natuurbrug (figuur 7.5). Dat is opm
- Page 99 and 100: 8 Gebruik Natuurbrug Zanderij Crail
- Page 101 and 102: De eerste voetgangers/fietsers pass
- Page 103 and 104: Gemiddeld aantal passages 3 2 1 0 0
- Page 105 and 106: Kans op passages (in %) 100 75 50 2
- Page 107 and 108: Gemiddeld aantal sporen 500 450 400
- Page 109 and 110: 9 Advies Natuurbrug Zanderij Crailo
- Page 111: De aanbeveling is om genetisch onde
- Page 114 and 115: waarvan weinig loopsporen zijn gere
- Page 116 and 117: Naar verhouding zijn de sporenbedde
- Page 118 and 119: verstrekte nadere informatie over h
- Page 121: Bijlage 1 Lengte sporenbedden Locat
- Page 124 and 125: A. Interpretatie van sporen op TWEE
- Page 126 and 127: Sporenpatroon Zandbed 1 Zandbed 2 Z
- Page 129 and 130: Bijlage 3 Schema transecten inventa
7 Gebruik <strong>Natuurbrug</strong> <strong>Zanderij</strong> <strong>Crailoo</strong> <strong>door</strong> reptiel<strong>en</strong><br />
7.1 Soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> aantall<strong>en</strong> op de natuurbrug<br />
Op <strong>Natuurbrug</strong> <strong>Zanderij</strong> <strong>Crailoo</strong> is tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisaties <strong>van</strong> de transect<strong>en</strong> één<br />
soort reptiel aangetroff<strong>en</strong>: de lev<strong>en</strong>dbar<strong>en</strong>de hagedis (Lacerta vivipara). Over de twee<br />
onderzoeksjar<strong>en</strong> zijn tijd<strong>en</strong>s de inv<strong>en</strong>tarisaties <strong>van</strong> de transect<strong>en</strong> 7 waarneming<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
deze soort op de natuurbrug geregistreerd. <strong>Het</strong> betrof 2 adult<strong>en</strong> – 1 man <strong>en</strong> 1<br />
onbek<strong>en</strong>d – <strong>en</strong> 5 juv<strong>en</strong>iel<strong>en</strong>. De waarneming<strong>en</strong> zijn gedaan in juli 2007 (n=1),<br />
augustus 2007 (n=3), oktober 2007 (n=1), maart 2008 (n=1) <strong>en</strong> oktober 2008 (n=1).<br />
Op basis <strong>van</strong> deze cijfers kan m<strong>en</strong> gemiddeld circa 23 waarneming<strong>en</strong> per jaar <strong>van</strong> de<br />
lev<strong>en</strong>dbar<strong>en</strong>de hagedis verwacht<strong>en</strong> wanneer de natuurbrug dagelijks wordt<br />
onderzocht.<br />
Naast de waarneming<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de transectinv<strong>en</strong>tarisaties is één incid<strong>en</strong>tele<br />
zichtwaarneming <strong>van</strong> e<strong>en</strong> volwass<strong>en</strong> mannelijk <strong>dier</strong> <strong>van</strong> de lev<strong>en</strong>dbar<strong>en</strong>de hagedis<br />
gedaan. Tev<strong>en</strong>s zijn er op de natuurbrug spor<strong>en</strong> <strong>van</strong> reptiel<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Op de<br />
spor<strong>en</strong>bedd<strong>en</strong> <strong>van</strong> Ecoduct Spoor is driemaal het spoor <strong>van</strong> e<strong>en</strong> slang aangetroff<strong>en</strong>.<br />
<strong>Het</strong> betreft vermoedelijk in alle gevall<strong>en</strong> de ringslang (Natrix natrix) omdat dit de<br />
<strong>en</strong>ige slang<strong>en</strong>soort is die in <strong>Zanderij</strong> <strong>Crailoo</strong> (<strong>en</strong> omgeving) voorkomt. De spor<strong>en</strong><br />
zijn aangetroff<strong>en</strong> in respectievelijk augustus 2007, september 2007 <strong>en</strong> september<br />
2008. Tweemaal zijn spor<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> hagedis – vermoedelijk e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>dbar<strong>en</strong>de<br />
hagedis – op de natuurbrug aangetroff<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>maal op e<strong>en</strong> spor<strong>en</strong>bed <strong>van</strong> Ecoduct<br />
Spoor (september 2008) <strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal op het ruiterpad (augustus 2009).<br />
7.2 Ruimtelijke spreiding over de natuurbrug<br />
Reptiel<strong>en</strong> – of spor<strong>en</strong> <strong>van</strong> reptiel<strong>en</strong> – zijn op de natuurbrug in 8 sector<strong>en</strong><br />
aangetroff<strong>en</strong> (figuur 7.1). <strong>Het</strong> betreft 4 sector<strong>en</strong> op de westelijke toeloop, 1 sector in<br />
het tuss<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> 3 sector<strong>en</strong> op de oostelijke toeloop. Er zijn ge<strong>en</strong> waarneming<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> reptiel<strong>en</strong> op Ecoduct Spoor <strong>en</strong> Ecoduct Naarderweg gedaan. De registraties <strong>van</strong><br />
ringslang<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> (lev<strong>en</strong>dbar<strong>en</strong>de?) hagedis op de spor<strong>en</strong>bedd<strong>en</strong> <strong>van</strong> Ecoduct<br />
Spoor suggerer<strong>en</strong> echter dat dit ecoduct <strong>door</strong> deze soort<strong>en</strong> is betred<strong>en</strong> <strong>en</strong> wellicht is<br />
overgestok<strong>en</strong>.<br />
De lage aantall<strong>en</strong> reptiel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de hiat<strong>en</strong> in de ruimtelijke spreiding op de natuurbrug<br />
mak<strong>en</strong> duidelijk dat de natuurbrug nog ge<strong>en</strong> optimaal habitat biedt aan deze<br />
soortgroep. De (heide)vegetatie is op veel plekk<strong>en</strong> nog onvoldo<strong>en</strong>de ontwikkeld <strong>en</strong><br />
biedt de <strong>dier</strong><strong>en</strong> daarom naar verwachting nog te weinig schuilmogelijkhed<strong>en</strong>. De<br />
geregistreerde waarneming<strong>en</strong> <strong>van</strong> reptiel<strong>en</strong> op de natuurbrug, hoewel nog zeer<br />
beperkt in aantal, wijz<strong>en</strong> er echter wel op dat de faunapassage de pot<strong>en</strong>tie heeft om<br />
als leefgebied <strong>en</strong>/of migratiecorridor te word<strong>en</strong> <strong>gebruik</strong>t <strong>en</strong> dat er naar verwachting<br />
al <strong>en</strong>ige uitwisseling <strong>van</strong> individu<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de populaties oost <strong>en</strong> west <strong>van</strong> de<br />
natuurbrug plaatsvindt.<br />
Alterra-rapport 1906 91