18.09.2013 Views

Beleidsplan Werkgroep Eredienst 2006 – 2009 - Torenpleinkerk

Beleidsplan Werkgroep Eredienst 2006 – 2009 - Torenpleinkerk

Beleidsplan Werkgroep Eredienst 2006 – 2009 - Torenpleinkerk

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Vleuten, februari <strong>2006</strong><br />

<strong>Beleidsplan</strong><br />

<strong>Werkgroep</strong> <strong>Eredienst</strong><br />

<strong>2006</strong> <strong>–</strong> <strong>2009</strong><br />

Protestantse Wijkgemeente<br />

Vleuten en De Haar<br />

1


1. Doelstelling<br />

De werkgroep <strong>Eredienst</strong> stelt zich ten doel de organisatie van de eredienst van de gemeente goed te laten verlopen<br />

en zich te bezinnen op het wezen, de inhoud en de vormgeving van de eredienst, teneinde op verantwoorde wijze<br />

de liturgie te vieren in de samenkomst van de gemeente.<br />

Daarbij wordt dankbaar rekening gehouden met de liturgische traditie der eeuwen en wordt de<br />

verantwoordelijkheid gevoeld en beseft van de toepassing daarvan in het heden.<br />

2. Taakomschrijving<br />

a. Organisatie<br />

De werkgroep is verantwoordelijk voor het jaarlijks samenstellen (of verzorgd door anderen) van verschillende<br />

roosters:<br />

- Een dienstrooster voor de erediensten (praktijk: scriba, voorzitter en predikant).<br />

- Een ambtsdragerrooster (praktijk: scriba)<br />

- Organistenrooster (praktijk: eerstverantwoordelijke organist).<br />

- Rooster voor de leiding van de kindernevendienst (praktijk: leiding kindernevendienst).<br />

- Rooster voor de kindercrèche (praktijk: leiding kindernevendienst, c.q. een gemeentelid).<br />

- Lectorenrooster (praktijk: lectorengroep)<br />

- Typegroeprooster (praktijk: typegroep)<br />

- Koffie-ontmoetingsrooster (praktijk: beheerster kerkgebouw en een gemeentelid)<br />

- Kostersrooster (praktijk: kostersgroep)<br />

- Rooster voor de groep van gastvrouwen/-heren (praktijk: beheerster kerkgebouw)<br />

- Cantorij-rooster (praktijk: cantorij en predikant).<br />

- Rooster voor de liturgen van de vespervieringen (praktijk: de veertigdagencommissie).<br />

- Rooster voor deelname van (jongeren)koren aan de eredienst (praktijk: jeugdouderling,<br />

eerstverantwoordelijke organist en predikant).<br />

Andere roosters en zaken die met de eredienst te maken hebben, maar niet direct vallen onder verantwoordelijkheid<br />

van de werkgroep:<br />

- Bloemendienstrooster (praktijk: diaconie).<br />

- Autodienstrooster (praktijk: diaconie).<br />

- Collecterooster (praktijk: diaconie en college van kerkrentmeesters).<br />

- Het rooster voor de zondagavond-zangbijeenkomsten valt niet onder de verantwoordelijkheid van de<br />

kerkenraad (praktijk: zondagavondzangcommissie).<br />

- Alle zaken m.b.t. organisatie en uitvoering van kerktelefoon en cassetterecorder, dus aangaande het opnemen<br />

van kerkdiensten (praktijk: diaconie en kosters).<br />

De werkgroep is verantwoordelijk voor:<br />

2<br />

- Werven van gastvoorgangers (praktijk: gedelegeerd aan gemeentelid).<br />

- Zorgen voor een goede informatiebrief voor gastvoorgangers.<br />

- Het zorgen voor de kaarsenvoorraad (Paaskaars, devotiekaarsen, kaarsen voor huwelijk, doop, gedachtenis,<br />

belijdenis, advent).<br />

- Het uitbrengen van adviezen aan de kerkenraad over de inrichting van het kerkgebouw.<br />

- Het meedenken over en daardoor mede zorgen voor een optimale verstaanbaarheid en zichtbaarheid in de<br />

erediensten, niet alleen wat betreft de geluidsinstallatie en degenen die het woord voeren, maar ook met<br />

betrekking tot het gebruik van visuele communicatiemiddelen.<br />

b. Inhoudelijk<br />

- Het samenstellen en inhoudelijk verantwoorden van een basisconcept voor erediensten.<br />

- Het samenstellen en inhoudelijk verantwoorden van een basisconcept voor doopdiensten.<br />

- Het samenstellen en inhoudelijk verantwoorden van verschillende (verbonden met perioden van het kerkelijk<br />

jaar) liturgieboekjes voor de viering van de Maaltijd van de Heer.


- Het samenstellen van verschillende (verbonden met perioden van het kerkelijk jaar) raamwerk orden van<br />

dienst voor de erediensten, die door gastvoorgangers geleid worden.<br />

- Het samenstellen en inhoudelijk verantwoorden van een overzicht van verschillende (verbonden met perioden<br />

van het kerkelijk jaar) gesproken en gezongen acclamaties en responsies voor de erediensten.<br />

- Het samenstellen van een kerkmuzikaal beleidsplan<br />

- Het verzorgen van goede publiciteit over de activiteiten van de werkgroep eredienst en over inhoudelijke en<br />

praktische liturgische zaken in het kerkblad.<br />

c. Bezinning<br />

- De werkgroep <strong>Eredienst</strong> bezint zich op wat wezenlijk is voor een verantwoorde wijze van liturgieviering. Via<br />

literatuurstudie bestudeert zij de oorsprong, de geschiedenis en de actuele ontwikkelingen van de liturgie,<br />

waarbij zij ook voortdurend over de grenzen van de eigen traditie heenkijkt.<br />

- De werkgroep <strong>Eredienst</strong> bezint zich opbouwend kritisch op de inhoud en vormgeving van de erediensten in<br />

de eigen gemeente, bezoekt ook doelbewust kerkdiensten elders en zoekt daarbij contact met andere<br />

eredienstwerkgroepen om informatie in te winnen en ervaringen uit te wisselen.<br />

- In het kader van ‘vorming en toerusting’ organiseert de werkgroep gespreksavonden en leerhuisavonden over<br />

liturgie, teneinde de liturgische kennis van de gemeente te vergroten en het besef van liturgie te doen groeien.<br />

- De werkgroep <strong>Eredienst</strong> zoekt nadrukkelijk het gesprek met de gemeente door het organiseren van<br />

nabesprekingmomenten van concreet en recent gevierde erediensten.<br />

d. Contact met commissies<br />

- De “Veertigdagencommissie” valt onder directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong> en zorgt<br />

voor een bepaalde deeltaak van de werkgroep. Haar taak is: het jaarlijks organiseren van de vespervieringen<br />

in de veertigdagentijd en van de bijzondere diensten in de Stille Week, tot en met de Paasmorgendienst.<br />

- De “Liturgie-typegroep” valt onder directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong> en zorgt voor<br />

een bepaalde deeltaak van de werkgroep. Haar taak is: het typen en vermenigvuldigen gedurende het kerkelijk<br />

jaar van orden van dienst voor hoogtijvieringen en andere bijzondere erediensten.<br />

- De “Lectorengroep” valt onder directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong> en verzorgt mede<br />

het lezen van de Heilige Schrift in de eredienst.<br />

- De “Kindernevendienst” valt onder directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong> en zorgt<br />

inhoudelijk en organisatorisch voor alle zaken die de nevendienst aangaan.<br />

- De “Cantorij” valt onder directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong>. De taak en doelstelling<br />

van de cantorij is verwoord in een aparte beleidsnotitie.<br />

- De “Jongerendienstcommissie” valt onder de directe verantwoordelijkheid van de Jeugdraad. Wel stelt zij de<br />

werkgroep <strong>Eredienst</strong> op de hoogte van haar activiteiten en vindt eenmaal per jaar overleg plaats over het<br />

beleid inzake jongerendiensten.<br />

- De “Schildersgroep” valt onder de directe verantwoordelijkheid van de werkgroep <strong>Eredienst</strong>. Deze creatieve<br />

groep gemeenteleden verbeeldt met penseel en verf in afzonderlijke projecten bijbelse teksten en verhalen.<br />

- De “Zondagavondzanggroep” valt niet onder de verantwoordelijkheid van de kerkenraad. Er bestaat dus ook<br />

geen relatie met de werkgroep <strong>Eredienst</strong>.<br />

3


3. Status<br />

4<br />

- Een werkgroep <strong>Eredienst</strong> wordt ingesteld door de kerkenraad en valt dus onder de directe<br />

verantwoordelijkheid van de kerkenraad.<br />

- De leden worden, op voordracht van de werkgroep, door de kerkenraad benoemd.<br />

- De kerkenraad kan de werkgroep opdrachten verstrekken, passend binnen de doelstelling van de werkgroep.<br />

- De werkgroep kan aan de kerkenraad opdrachten vragen, voorstellen doen en gevraagd of ongevraagd advies<br />

geven m.b.t. alle zaken die binnen de opdracht van de werkgroep vallen.<br />

4. Samenstelling<br />

- De taken van de werkgroep <strong>Eredienst</strong> zijn gevarieerd. Daarom is het voor de goede uitvoering van haar taken van<br />

groot belang dat binnen de werkgroep diverse bekwaamheden en vaardigheden aanwezig zijn. Daarbij valt te<br />

denken aan: kerkmuzikale, liturgische, theologische deskundigheid, maar ook aan praktisch - organisatorische<br />

vaardigheden.<br />

- In de werkgroep hebben daarom tenminste zitting:<br />

- De voorganger van de gemeente<br />

- De (cantor)organist<br />

- Een vertegenwoordiger van de kindernevendienstleiding<br />

- Een vertegenwoordiger van de kostersgroep<br />

- Een vertegenwoordiger van de cantorij<br />

- Een vertegenwoordiger van de kerkenraad<br />

- Gemeenteleden die feeling hebben voor en interesse hebben in zaken van eredienst en liturgie<br />

- De werkgroep <strong>Eredienst</strong> bestaat in totaal uit acht tot maximaal tien leden


5. Werkwijze<br />

- De werkgroep vergadert ongeveer zeven keer per jaar of zoveel keer als nodig is en maakt van elke<br />

vergadering een verslag.<br />

- Ze kiest uit haar midden een voorzitter (niet de predikant) en een secretaris. De predikant is de vervangend<br />

voorzitter.<br />

- De leden van de werkgroep kunnen in onderling overleg tot een taakverdeling komen, zodat sommige leden<br />

zich meer intensief met bepaalde onderdelen van de taken bezighouden.<br />

- Zij stelt jaarlijks een begroting op van verwachte uitgaven voor de activiteiten van de werkgroep en dient<br />

deze begroting uiterlijk op 1 oktober voor het nieuwe kalenderjaar in bij het college van kerkrentmeesters.<br />

- De nota’s van gemaakte kosten worden ingediend bij de penningmeester van het college van<br />

kerkrentmeesters. Dit college bewaakt de uitgaven en geeft desgevraagd een overzicht aan de werkgroep van<br />

de gemaakte kosten.<br />

- De werkgroep overhandigt de kerkenraad aan het eind van een werkseizoen (uiterlijk 1 juli) een jaarverslag<br />

van haar werkzaamheden.<br />

- Zij onderhoudt contacten met bovenplaatselijke kerkelijke instanties, die zich met liturgie en eredienst<br />

bezighouden.<br />

- Zij onderhoudt contacten met andere plaatselijke kerken en geloofsgemeenschappen en onderzoekt daarbij de<br />

mogelijkheden om op verantwoorde wijze tot gezamenlijke (oecumenische) vieringen te komen.<br />

5


6. Visie<br />

a. Oorsprong<br />

• Het vieren behoort tot het kloppend hart van de gemeente van Christus. Ook dit hart heeft vier kamers. Elke<br />

kamer bevat een werkwoord, samen deze vier: vieren, delen (van lief en leed=het pastoraat), dienen (diaconaat)<br />

en leren (catechese en vorming en toerusting).<br />

• De Kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland zegt in artikel VII: “Geroepen door haar Heer komt de<br />

gemeente samen tot de lezing van de Heilige Schrift en de prediking van het Evangelie, de bediening en viering<br />

van de doop en het avondmaal, de dienst van lofzegging en gebed en de dienst van barmhartigheid en<br />

gerechtigheid”.In de zondagmorgendienst, de hoofddienst, vormen deze vier elementen één geheel en vormen ze<br />

het hart van de liturgie.<br />

• De oorsprong van de christelijke eredienst ligt in de liturgie van het volk Israël, in de eredienst van tabernakel,<br />

tempel, synagoge en van de joodse huiskamer. Eigenlijk begint het nog eerder dan in de tijd van de tabernakel<br />

(de woestijn). Toen aartsvader Abraham (bij hem is alles begonnen) geroepen werd en wegtrok uit zijn<br />

geboortestreek en zich vestigde in het beloofde land, bouwde hij daar bij aankomst een altaar voor de Heer en<br />

riep de naam des Heren aan (Genesis 12: 8c).<br />

• Ook Jezus vierde opgroeiend als joodse jongen (als 12-jarige was hij in de tempel) de liturgie van zijn volk<br />

Israël en later, na zijn roeping, ging hij als joodse rabbi “naar zijn gewoonte” op sabbat naar de dienst in de<br />

synagoge. En hij vierde de liturgie mee in de joodse huiskamer, waar onder dankzegging het brood werd<br />

gebroken, gedeeld en de beker werd rondgegeven (Pascha). Toen Jezus op de avond voor zijn lijden en sterven<br />

met zijn leerlingen in ‘zijn huiskamer’ het Pascha vierde en op een specifieke wijze met de woorden “Doet dit<br />

tot mijn gedachtenis” zich aansloot bij deze pascha-viering en tegelijk deze naar zich toetrok, werd de eredienst<br />

van de christelijke gemeente ingesteld en geboren (Van der Zee).<br />

Die eredienst/kerkdienst is dus in zijn optimale vorm: dienst van Schrift en Tafel, gedachtenis, verkondiging en<br />

viering van het grote geheim. Ook waar de maaltijd (nog) niet gevierd wordt, verwijst de zondagmorgendienst<br />

daarheen.<br />

Op grond van de doop (inwijding en inlijving in het volk van God) kunnen kinderen als jonge gelovigen van de<br />

gemeente deelnemen aan de Maaltijd van de Heer.<br />

• Hèt kenmerkend woord voor de eredienst van Israël en van die van de christelijke gemeente is het werkwoord<br />

gedenken. Vierend gedenkt de gemeente van Christus in dankbaarheid de grote daden en de grote verhalen van<br />

hoop en bevrijding van God in en door Israël en van Jezus Christus de Heer. En gedenken betekent beslist niet<br />

alleen ‘terugdenken aan’, nee het is een zich dankbaar in herinnering roepen met het oog op het heden en de<br />

toekomst. Opdat de gemeente ook in háár heden gelooft dat God de Heer haar gids is en dat in de naam en<br />

kracht van God ook nu bevrijding mogelijk is en dat de toekomst in en door Gods belofte en trouw principieel<br />

en hoopvol open ligt naar het Koninkrijk van God toe.<br />

• De gemeente verricht haar eredienst (samen met heel Gods kerk op aarde) namens en voor de hele wereld, als<br />

(in Christus) eerstelingen van de hele schepping (pars pro toto), dus ook van degenen die niet geloven en niet<br />

(kunnen) bidden. Haar kyrië-roepen, haar lofprijzing, haar gebed is plaatsvervangend. Want God moet geprezen<br />

worden (Hij troont op de lofzangen van zijn volk), voor lijdenden en mensen in nood moet gebeden worden en<br />

de diaconale dienst van gerechtigheid en barmhartigheid moet verricht worden. Gemeenteleden gaan dus niet<br />

allereerst voor zichzelf naar de kerk, maar zij gaan naar de eredienst om plaatsvervangend de dienst aan God en<br />

mensen te verrichten.<br />

• De kerkdienst is een adempauze in de tijd, maar niet een eilandje(los van het vaste land van de werkelijkheid)<br />

van rust. Gemeenteleden mogen op de rustdag in het huis van de Heer, huis van vrede en verzoening, tot rust<br />

komen en uitrusten van de werkweek (vanuit en in deze ontspanning wordt de liturgische arbeid verricht), maar<br />

ze worden ook weer toegerust tot de dienst aan God en mensen door de week. De kerkdienst is een adempauze,<br />

maar de adem van de Geest drijft hen ook weer naar buiten, het leven in, “deze dienst is afgelopen, uw dienst in<br />

de wereld begint nu”. Het hoort bij elkaar: uitrusten en toegerust worden. Zo is dus de kerkdienst een beweging<br />

van buiten naar binnen en weer van binnen naar buiten. We nemen onze dankbaarheid, onrust en zorgen mee<br />

naar binnen en zijn zegen en opdracht mee naar buiten.<br />

b. Liturgie<br />

• Liturgie is: het geheel van woorden en handelingen die samen in een bepaalde orde de eredienst vormen, goed<br />

doordacht (geen improviserende willekeur) en zorgvuldig samengesteld vanuit een gekozen thematiek. Zo’n<br />

liturgie, zo’n geheel van woorden en handelingen is als een goed bouwwerk, alles houdt verband met elkaar.<br />

6


Zo’n liturgie haast zich niet naar de preek toe, maar elk liturgisch onderdeel -elk woord en elke handeling- krijgt<br />

zijn eigen gewicht en wordt zo recht gedaan.<br />

Liturgie is dus niet: alles in de kerkdienst behalve de preek (het ‘liturgisch gedeelte’). Liturgie is ook niet : een<br />

wat feestelijker type dienst (een ‘liturgische dienst’) tegenover een sobere orde (Van der Zee).<br />

• Liturgie is per definitie afgesproken werk. Want het is een dienst van het volk (dat is ook de letterlijke betekenis<br />

van liturgie: dienst van het volk), van de gemeente. Er zijn in de liturgie méér die hun dienst verrichten dan<br />

alleen de predikant die zijn ‘preekbeurt’ vervult. De gemeente als geheel verricht haar viervoudige dienst voor<br />

het aangezicht van God: de dienst van het Woord, de dienst der sacramenten, de dienst der gebeden en de dienst<br />

van de barmhartigheid. Daarom maakt een kerkenraad in overleg met de gemeente afspraken: zo doen wij het<br />

samen (Van der Zee). En daarom is er ook een actieve deelname van alle betrokkenen in de eredienst, klinken er<br />

meer stemmen in de liturgie dan alleen die van de voorganger en wordt wisselwerking en responsie tussen<br />

voorganger en gemeente gestimuleerd.<br />

Alleen: de liturgie is niet voor honderd procent een democratisch gebeuren, want de wezenlijke inhoud van de<br />

liturgie, het kloppend hart, staat vast, daarover kan niet gestemd worden. Die wezenlijke inhoud hebben we<br />

ontvangen in de Heilige Schrift, in de openbaring van God door zijn volk Israël en in Jezus die de Christus is,<br />

dat is een kwestie van ‘to be or not to be’ (Shakespeare).<br />

• Liturgie heeft ook altijd verbindingen met de kerk van alle tijden (de eeuwen door) en van alle plaatsen<br />

(wereldwijd). De eredienst is nooit alleen van jezelf, van deze groep hier en nu (jij hebt de liturgie niet bedacht,<br />

hij is naar je toegekomen als een geschenk). De eeuwen hebben inspraak en de traditie spreekt een woord mee<br />

(Van der Zee). Tegelijkertijd mag de liturgie niet met het gezicht naar het verleden staan en een tijdloos<br />

gebeuren worden in het actuele heden.<br />

Ontwikkelingen in kerk en maatschappij horen te resoneren in de liturgie, zodat de deelnemers aan de liturgie<br />

(de kerkgangers) de polsslag van hun eigen concrete leven en die van de cultuur en de samenleving voelen<br />

kloppen in inhoud, vormgeving en ritme van de eredienst. Ook liturgie staat dus zo in het creatieve<br />

spanningsveld tussen traditie en vernieuwing en zoekt daarin zijn balans.<br />

• Liturgie mag naar zijn wezen niet opgesloten worden in de (kleine) bedding van de eigen traditie, want liturgie<br />

is wezenlijk oecumenisch van aard. Er is nu eenmaal een lange geschiedenis waarin de oervorm zich gaandeweg<br />

vierend ontwikkelde tot een rijke pluriformiteit, die op een verrassende wijze toch hetzelfde (oecumenische)<br />

grondpatroon laat zien. Het is goed en zinvol om met een open, nieuwsgierige blik over de muren van de eigen<br />

liturgische vormgeving en traditie heen te kijken en verwachtingsvol te zien naar de rijkdom en veelkleurigheid<br />

van al die liturgische planten en bloemen die groeien en bloeien in het open oecumenische veld.<br />

c. Uitgangspunten eredienst<br />

• De gemeente van Christus viert haar diensten ‘s zondags en door de week (kerst, vespers, stille week, rouw en<br />

trouw). Maar de hoofdviering van de gemeente vindt op de zondagmorgen plaats. Al eeuwenlang komt de<br />

christelijke gemeente op de derde dag, op de dag van de Opstanding bij elkaar om Gods grote daden in Israël en<br />

in Christus de Heer te vieren en om haar verdere liturgische dienst te verrichten. De zondag als bevrijdingsdag,<br />

waarop God en medemens en het eigen zelf (spel en ontspanning) in het middelpunt mogen staan en de<br />

gemeente van Christus zo in even oplichtende bevrijdingsmomenten anticipeert op het Koninkrijk van God, de<br />

grote beloofde Bevrijding, die in de woorden en daden van de Messias al even glinsterde.<br />

De samenkomst van de gemeente op de zondagmorgen is een ‘heilig’ moment (“waar twee of drie in mijn naam<br />

bijeen zijn, daar ben Ik aanwezig”, zo spreekt de Heer), het hart van het gemeente-zijn, hét moment in de tijd<br />

van samen vieren en elkaar ontmoeten, voor en na de dienst (hoezeer hebben we elkaar nodig om ons geloven<br />

aan de gang te houden, daarom is het goed en noodzakelijk elkaar bij name te kennen). De samenkomst van de<br />

gemeente, de gemeenschap der heiligen (in Christus geheiligd) is door Berkhof eens “het derde sacrament”<br />

genoemd, zo gewichtig vond ook hij dit kloppend hart van het gemeente-zijn.<br />

Als de huiskamer van een gezin, als de samenkomst van de familie, als de training van een sportclub (samen<br />

leven, ontmoeting, je wordt verwacht, er wordt op je gerekend, verantwoordelijk voor elkaar, samenspel,<br />

oefening baart kunst), zo is ook de samenkomst van de gemeente (de godsdienst-oefening) op de zondagmorgen<br />

het middelste punt van de cirkel van het gemeente-zijn, waar alle lijnen naar toelopen.<br />

Om de eredienst van de gemeente levend en vitaal te houden, is het van het grootste belang dat vanuit het ‘wijsamen’<br />

naar de eredienst gekeken wordt en niet allereerst of alleen vanuit het individuele ‘ik’(de golfslag van de<br />

eigen behoeften en het eigen gevoel).<br />

• De kinderen van de gemeente horen als vanzelfsprekend en principieel (in Israël maakt het kind organisch deel<br />

uit van het volk van God, stelt het jongste kind de vraag aan de Sedermaaltijd en Jezus plaatst het kind in het<br />

midden als voorbeeld van geloof) in de eredienst van de gemeente thuis. Zij zijn altijd van harte welkom. Maar<br />

7


8<br />

dan heeft de gemeente in haar eredienst ook rekening met de kinderen te houden door af en toe liturgisch op de<br />

hurken te gaan zitten en een liturgisch moment op het niveau van de kinderen in te vullen. Het is goed wanneer<br />

dat in elke eredienst gebeurt. Het kind is de belofte voor de toekomst van de gemeente, staat in de lijn der<br />

geslachten alweer dichterbij het Koninkrijk van God en heeft, eenmaal volwassen geworden, ook zelf weer de<br />

eredienst verder te dragen door de tijd heen.<br />

De gemeente buigt zich liturgisch naar de kinderen toe, maar kinderen en jongeren hebben zich gedurende hun<br />

kindertijd en jeugdperiode ook toe te buigen naar de eredienst door al doende en geholpen door volwassen<br />

gemeenteleden (ouders, kindernevendienst, catechese) veel te leren over oorsprong, wezen, inhoud en<br />

vormgeving van de liturgie.<br />

Gemeenteleden geven aan andere (groepen van ) leden in de eredienst de ruimte voor liturgische momenten en<br />

vormgevingen, die niet direct de hunne zijn, opdat ook zij liturgisch aan hun trekken komen. Zo wordt aan<br />

elkaar het eigene en specifieke gegund: dat is de ware koinoonia (gemeenschapszin) van de gemeente van<br />

Christus.<br />

Toch hoort ook het besef aanwezig te zijn bij kinderen, jongeren en andere groepen van gemeenteleden dat<br />

onmogelijk alle wensen kunnen worden vervuld (dat is voor velen een moeilijke zaak, want we lijken op dit<br />

moment te leven in een sterke wenscultuur <strong>–</strong>waarover overigens wel verschil van mening bestaat- en als in zo’n<br />

cultuur eigen wensen niet snel genoeg worden vervuld, klinken al gauw de woorden: “dan doe ik niet meer<br />

mee”).<br />

Aan de andere kant blijft het een vraag of, gezien de huidige ontwikkelingsfase van onze samenleving en cultuur<br />

met zijn generatiekloven en z’n wel heel specifieke kinderleefwereld en jongerencultuur, het wel echt mogelijk<br />

is een zogenaamde eredienst van 0-80 jaar te vieren, waarin de verschillende generaties voldoende terugzien van<br />

hun terechte wensen en verlangens aangaande de kerkdienst.<br />

Dat dus niet alle begrijpelijke wensen en verlangens in een liturgische cocktail kunnen worden gemixt, maar dat<br />

misschien tijdelijk de oplossing gezocht moet worden in verschillende soorten van diensten, gericht op<br />

verschillende doelgroepen. Diensten, die dan naast de zondagmorgendienst op andere momenten van de zondag<br />

gevierd worden of die in plaats van een ‘gewone’ zondagsdienst ‘s morgens om tien uur gevierd worden,<br />

waarbij altijd alle leden van de gemeente van alle generaties van harte welkom zijn en we mogen hopen en een<br />

beetje verwachten dat zij ook zullen komen.<br />

d. Verleden <strong>–</strong> toekomst<br />

• Liturgie blijft zich bewegen (in de ene tijd wel meer dan in een andere tijdsperiode) in het spanningsveld tussen<br />

traditie en vernieuwing (statisch en dynamisch). Liturgie heeft het onvervreemdbaar eigene van de traditie<br />

aan/in zich en liturgie is in beweging omdat mensen en samenlevingen in beweging zijn.<br />

Het maakt nogal wat uit wanneer mensen leven in een woordcultuur of in een beeldcultuur, in een wat rustige<br />

agrarische samenleving of in de hectiek van een industriële samenleving met z’n 24-uurs economie en z’n<br />

geweldige prestatiedruk en iedereen die op van alles en nog wat wordt afgerekend. Daar zal in de gemeente<br />

rekening mee moeten worden gehouden, ook liturgisch, of je dat nu leuk vindt of niet.<br />

Daarom zal er in de gemeente, rekening houdend met het goud van de traditie, aan liturgievernieuwing moeten<br />

worden gedaan om geen extra hindernissen op te werpen voor moderne mensen voor het verstaan en beleven<br />

van het bevrijdende evangelieverhaal van God en de mensen. Liturgievernieuwing is geboden met ruimte voor<br />

liturgie op experimentele wijze, zonder mee te deinen op de golfslag van de laatste mode, want als een<br />

geloofsgemeenschap zich los van de traditie liturgisch uitlevert aan de laatste mode, dan staat het op een bepaald<br />

moment met lege handen wanneer die laatste trend weer als een luchtbel uiteengespat is en verwaaid is op de<br />

wind.<br />

• Kerkmuziek en kerkzang vormen een zeer belangrijk onderdeel van de liturgie. Een gelovige gemeente is een<br />

zingende en musicerende gemeente, zo was het al in oude tijden (tabernakel en tempel). Ook kerkmuziek en<br />

kerkzang bevinden zich altijd weer en in onze tijd in het bijzonder (de eigensoortigheid van de popmuziek en<br />

popcultuur in de leefwereld van pubers, adolescenten en jongvolwassenen) in het spanningsveld tussen traditie<br />

en vernieuwing, tussen cultus en cultuur. En het evangelische lied met zijn eigen tekst en ritme verslaat zijn<br />

tienduizenden in onze tijd. Daarom is het goed en zinvol dat er een apart beleidsplan kerkmuziek geschreven<br />

wordt, zoals er ook al een separate notitie over doelstelling, werkwijze en het belang van een cantorij<br />

geschreven is. Een kleine ad hoc-commissie houdt zich hier al mee bezig.<br />

• Ten aanzien van de vormgeving en uitvoering van een concrete liturgie is het woord ‘spanningsboog’ van groot<br />

belang. Het vieren van de eredienst hoort een ontspannen gebeuren te zijn, waarin de lach en de humor niet<br />

ontbreken, maar tegelijkertijd hoort de aandachtsboog wel gespannen te blijven. Aan de ene kant is rust en


ontspanning van belang, waarbij elk liturgisch onderdeel zorgvuldige aandacht krijgt en aan de andere kant is<br />

het geboden de vaart erin te houden, opdat de dienst met ‘Schwung’ gevierd wordt.<br />

Het gaat om het vinden van de goede balans tussen beide polen, opdat de deelnemers aan eredienst betrokken<br />

blijven.<br />

9


7. Beleid <strong>2006</strong>-<strong>2009</strong><br />

- Het schrijven en aan de kerkenraad voorleggen ter beoordeling van een kerkmuzikaal beleidsplan.<br />

- Het samenstellen vanuit de secties van een groep gemeenteleden die (bij toerbeurt per sectie) zorgdraagt voor<br />

het organiseren van het koffiedrinken na de dienst in de Achterbouw. Op alle zondagen behalve wanneer er in<br />

de kerkzaal (meestal eenmaal per maand) koffie wordt gedronken. Dus: op alle zondagen koffiedrinken, met<br />

het oog op de vele nieuw ingekomenen en om in het algemeen de ontmoeting en kennismaking in de<br />

gemeente te stimuleren.<br />

- Een maximale inspanning verrichten om de cantorij weer leven in te blazen door het aanstellen van een<br />

cantor/cantrix. Als dit nog niet gelukt, dan tijdelijk het liturgisch zingen met elkaar organiseren onder andere<br />

leiding.<br />

- Het verkennen en onderzoeken van de mogelijkheden om tot een gedachtenishoek in onze kerkzaal te komen,<br />

opdat we naast de namen van de dopelingen ook de namen van hen die ontslapen zijn in ons midden hebben.<br />

- Het verkennen van de mogelijkheden om het aantal vespervieringen gedurende het kerkelijke jaar uit te<br />

breiden.<br />

- Het verkennen van de mogelijkheden om in de eredienst meer gebruik te maken van non-verbale<br />

communicatievormen, gezien het feit dat we sterk leven in een beeldcultuur.<br />

- Het optimaal gebruik maken van mogelijkheden om de gemeente van jong tot oud liturgisch toe te rusten.<br />

- Het verder nadenken over de keuze (te ervaren als een groot dilemma) tussen het samen met alle<br />

leeftijdsgroepen (alle generaties) vieren van de eredienst op de zondagmorgen en het doelgroepgericht<br />

(gezien de grote verschillen op dit moment tussen de generaties) organiseren van verschillende soorten<br />

vieringen op verschillende tijden.<br />

- Het onderzoeken van de mogelijkheid om onze <strong>Torenpleinkerk</strong> vaker het jaar door voor bezichtiging en als<br />

meditatieve plek open te stellen, opdat ons kerkgebouw nog meer dienstbaar is aan de Vleutense samenleving<br />

en aan voorbijgangers.<br />

- Het inventariseren van de huidige praktijk van oecumenische vieringen, deze evalueren en nagaan in hoeverre<br />

deze zijn uit te breiden. En bezien of we in de vierende oecumenische contacten wat aan de vrijblijvendheid<br />

voorbij kunnen komen.<br />

- Het zoeken naar mogelijkheden om onze kerkruimte wat vaker te gebruiken voor een expositie in het kader<br />

van ‘Kerk en Kunst’. Het is misschien wenselijk te streven naar een kleine commissie ‘Kerk en Kunst’.<br />

- Het zoeken naar mogelijkheden om regelmatig met de kerkenraad inhoudelijk te spreken over de zaken van<br />

liturgie en eredienst.<br />

Vleuten, september 2005<br />

Besproken met en gefiatteerd door<br />

de kerkenraad, februari <strong>2006</strong><br />

<strong>Werkgroep</strong> <strong>Eredienst</strong> van de<br />

Protestantse Wijkgemeente<br />

Vleuten en De Haar<br />

10

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!