Powerpoint kinderen met ADHD
Powerpoint kinderen met ADHD Powerpoint kinderen met ADHD
ADHD Alle Dagen Heel Druk
- Page 2 and 3: Inhoud • ADHD Aandachtstoornis
- Page 4 and 5: HYPERACTIVITEIT/IMPULSIVITEIT Hyper
- Page 6 and 7: ADHD algemeen Kwantitatieve stoorni
- Page 8 and 9: • Gemengd type: A I H ADHD: types
- Page 10 and 11: ADHD:en nu?
- Page 12 and 13: Gedrag en gedragsverandering Vb.:Fi
- Page 14 and 15: SGG-schema Vbn: S: Lesley zit allee
- Page 16 and 17: Gedrag en gedragsverandering 1.2. W
- Page 18 and 19: 3. Humor Gedrag en gedragsveranderi
- Page 20 and 21: Gedrag en gedragsverandering 5. Tim
- Page 22: • En nu in ‘t echt ! gedrag
<strong>ADHD</strong><br />
Alle Dagen Heel Druk
Inhoud<br />
• <strong>ADHD</strong> Aandachtstoornis<br />
• Hyperactiviteit<br />
• Impulsiviteit<br />
• Algemeen<br />
• Dynamische diagnose<br />
• Types<br />
• Bijkomende kenmerken<br />
• Comorbiditeit<br />
• Aanpak observeren<br />
• SGG-schema<br />
• Gedrag en gedragsverandering
AANDACHTSTOORNIS<br />
Aandacht: 6/9 cutt off<br />
maken slordige fouten<br />
niet lang inspanning tot denken volbrengen / niet lang<br />
spelen<br />
zien niet dat je tegen hen praat<br />
registeren maar reageren niet<br />
startproblemen bij opdracht en problemen bij volhouden<br />
opdracht (niet vanuit oppositioneel gedrag)<br />
organisatie, planning bij oudere lukt niet, als jonger neemt<br />
ouder het over<br />
vermijdingsgedrag voor leren<br />
verliezen veel – vergeten veel<br />
verstrooid door stimuli buitenaf<br />
afleidbaarheid groot<br />
vergeetachtigheid in dagelijkse terugkerende activiteiten
HYPERACTIVITEIT/IMPULSIVITEIT<br />
Hyperactiviteit – impulsiviteit 6/9 cutt off<br />
beweeglijk – moeite <strong>met</strong> stil zitten – prutsen, handen en/of<br />
voeten bewegen<br />
zitten niet op stoel in de klas of bv. bij het eten of situaties<br />
waar verwacht wordt te zitten<br />
klimmen – rennen<br />
als adolescent ongedurigheid<br />
rumoerig – bruut – bruusk in vrijetijdsactiviteiten<br />
opgedraaid als motor<br />
Zeer veel praten
impulsiviteit<br />
• plots iets zomaar zeggen (charmant als klein - / ouder<br />
kind = frank)<br />
• beurt afwachten lukt niet<br />
• wachten gaat niet (bv. duwen in de rug in de rij)<br />
• Van de ene activiteit naar de andere<br />
• Moeilijk organiseren spel, taken,…<br />
• Veel controle nodig<br />
• Roekeloos, ongecontroleerd
<strong>ADHD</strong> algemeen<br />
Kwantitatieve stoornis: ‘te’<br />
Aanwezig vóór de leeftijd van 7 jaar<br />
Er moet lijden zijn (bv. sociaal – school – vrije tijd) =<br />
Functioneren kind gestoord<br />
Symptomen in 2 of meer settings<br />
Samengevat altijd en overal
<strong>ADHD</strong> dynamische diagnose<br />
• Ontwikkelingsstoornis ,dus heel vroeg last en hinder.<br />
• Evolueert <strong>met</strong> de leeftijd.<br />
• Eenvoudige vraagstelling legt vermoeden <strong>ADHD</strong> bloot.<br />
• Co-morbiditeit die belangrijk is wordt duidelijker <strong>met</strong> de<br />
leeftijd.<br />
• Diagnose is stabieler ngl men ouder wordt
• Gemengd type: A I H<br />
<strong>ADHD</strong>: types<br />
• Type <strong>met</strong> overwegend aandachtstoornissen ADD<br />
• Type <strong>met</strong> overwegend hyperactiviteit en impulsiviteit<br />
• (klinisch weinig voorkomend)
Comorbiditeit<br />
• Leerstoornissen: dyslexie, dysorthografie,<br />
dyscalculie<br />
• ASS autismespectrumstoornis<br />
• Gedragstoornis<br />
• Ticstoornis<br />
• Andere: OCD obsessief compulsieve<br />
stoornis, angststoornis,depressie
<strong>ADHD</strong>:en nu?
Gedrag en gedragsverandering<br />
OBSERVEREN<br />
Gedrag is wat we kunnen waarnemen. Is niet wat we erbij<br />
denken !<br />
Het is belangrijk om waarneming en interpretatie van elkaar<br />
te scheiden en niet te verwarren.<br />
Vb. een kind schopt en slaat naar een ander kind; het<br />
gezicht is gefronst. (gedrag)<br />
Misschien is het boos en reageert het zich af (interpretatie)<br />
Misschien verdedigt het zich, omdat het ander kind schopte<br />
(interpretatie)<br />
Kijk en luister en stel vragen !!
Gedrag en gedragsverandering<br />
Vb.:Fien en Jasper maken ruzie waarbij ze beiden aan een<br />
stuk speelgoed trekken. Jasper heeft aan ruk aan het<br />
speelgoed waarbij Fien valt en Japser het speelgoed heeft.<br />
Fien begint te huilen.(gedrag)<br />
Mama komt binnen en vraagt boos aan Jasper wat hij nu<br />
weer gedaan heeft.(interpretatie)<br />
Jasper brult dat zij begonnen is en dat het altijd hetzelfde is,<br />
het is altijd van hem. (gedrag en interpretatie)<br />
Mama troost Fien en vraagt later aan Jasper wat er gebeurt<br />
was. Jasper vertelt dat hij aan het spelen was toen Fien erbij<br />
kwam en zijn speelgoed nam. Hij wilde het terug en trok<br />
eraan. (gedrag)
Gedrag binnen SGG-schema<br />
• S= situatie<br />
• In welke situatie komt het gedrag voor (waar, bij<br />
wie, wanneer)? Wat gaat er aan het gedrag<br />
vooraf?<br />
• G= gedrag<br />
• Wat doet het kind? Omschrijf in concreet<br />
gedrag!<br />
• G= gevolgen<br />
• Hoe reageer je op het gedrag? Hoe reageren<br />
andere? Wat is de ‘winst’?
SGG-schema<br />
Vbn: S: Lesley zit alleen in de zandbak. Ze schept zand en<br />
gooit het in de lucht. Stijn zegt: Lesley je mag geen zand in<br />
de lucht gooien.<br />
G: Lesley kijkt naar Stijn. Ze fronst haar gezicht. Ze<br />
schept zand en gooit het in de lucht.<br />
G: Stijn zegt: blijkbaar lukt het niet om geen zand <strong>met</strong><br />
de schop in de lucht te gooien, dus neem ik je schopje weg<br />
voor 5 min.<br />
Gevolg: - geen schop meer om te spelen<br />
+ beperkte negatieve aandacht
Gedrag en gedragsverandering<br />
1. Preventie<br />
1.1 Positieve aandacht<br />
Weegschaal: positieve en negatieve aandacht MOET in<br />
voordeel zijn van positieve aandacht.<br />
Geven van compliment: Kijken naar gedrag kind, concreet<br />
gedrag benoemen op positieve manier.<br />
Snel en systematisch<br />
Ook door: knuffel, schouderklopje, aai over de bol, arm om<br />
het kind, duim omhoog, knipoog, glimlach,…<br />
Samen dingen doen<br />
Materiële beloners: stempels, stickers,…
Gedrag en gedragsverandering<br />
1.2. Wees duidelijk<br />
Maak de regels concreet en duidelijk.<br />
Herhaal ze of bevraag ze bij het kind.<br />
Maak sancties duidelijk en voorspelbaar.<br />
Pas ze consequent toe.<br />
Geef het goede voorbeeld.<br />
Leg de regels kort en duidelijk uit <strong>met</strong> evt uitleg over de<br />
nieuwe situatie.<br />
Maak oogcontact, evt fysiek contact (bij de hand houden).<br />
Laat de opdracht, regel, omerking,… herhalen.
Gedrag en gedragsverandering<br />
2. Negeren<br />
Eerste manier om te reageren op mild ongewenst gedrag.<br />
Negeren van gedrag, niet van persoon.<br />
Best in combinatie <strong>met</strong> compliment voor positief gedrag<br />
van anderen.<br />
Vb: aan tafel speelt Robbe fluit op een boontje. Er wordt<br />
gelachen waarbij Robbe verder fluit op elk boontje. Aan<br />
zus wordt gezegd dat het leuk is dat ze goed dooreet<br />
zodat ze van tafel kan.
3. Humor<br />
Gedrag en gedragsverandering<br />
Met humor kun je een milde negatieve situatie afleiden.<br />
Ook toepasbaar bij de ergernissen bij kind zelf of andere<br />
door gevolgen <strong>ADHD</strong>.<br />
Humor is grappig en niet kwetsend (hoe rekening <strong>met</strong> de<br />
gevoeligheden van een persoon). Is GEEN sarcasme.<br />
Bv.: Als Pieter weeral eens schots en scheef aangekleed is<br />
hem een clowntje noemen en eens in de spiegel laten<br />
kijken.”
Gedrag en gedragsverandering<br />
4. Opmerking<br />
Geef een opmerking kort, specifiek en zonder veel emotie.<br />
bv.: Jas aan om buiten te gaan<br />
Nonverbaal: schudt neen als je oogcontact hebt, stuur<br />
gedrag bij door handoplegging.<br />
Bv.: Manou prutst aan kledij Heike. Haal het handje weg<br />
van de kledij, maak oogcontact en schud neen.<br />
Als gedrag stopt: geef compliment !
Gedrag en gedragsverandering<br />
5. Time out<br />
Vorm van negeren van negatief gedrag maar ook van de<br />
persoon. Ontnemen van sociale interactie.<br />
Kort: waarom time out, wat is gewenst gedrag<br />
Apart waar en hoelang<br />
Wees zuinig op time out!<br />
In de ruimte: baken de ruimte af d.m.v. matje, stoel, hoek…<br />
Indien mogelijk in andere ruimte bv op trap.<br />
Let erop dat time out niet positief wordt: bv. Ontsnappen aan<br />
activiteit.
Gedrag en gedragsverandering<br />
6. Straf<br />
Indien mogelijk koppel straf aan overtreding.<br />
Bv. playmobil opstelling van broer kapot gemaakt…..<br />
Terug goed zetten.<br />
Straf kort, doordacht (<strong>met</strong> verstand en niet <strong>met</strong> emotie)<br />
Bespreek concreet overtreding, straf (wat, hoe lang,..)<br />
Anderen bezeren, kwetsen,… Doe beroep op inleving.<br />
Laat verontschuldiging aanbieden: gemeend en <strong>met</strong> doel<br />
het niet te herhalen.<br />
Wees zuinig <strong>met</strong> straf en per situatie.<br />
Over is over: koeien in de sloot laten.
• En nu in ‘t echt !<br />
gedrag