You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoevezuivel 2008<br />
WeRvel<br />
(Werkgroep voor een rechtvaardige en verantwoorde landbouw)<br />
legde voor dit zuivelboekje zijn oor te luisteren bij boerinnen en boeren<br />
die de melk van hun koeien op de boerderij bewerken tot zuivel die ze<br />
ook zelf verdelen via voedselteams, een hoevewinkel, boerenmarkten,<br />
een melkronde.<br />
Bijzondere dank aan<br />
Ronny Aerts, De Ploeg, Herselt;<br />
Johan Broekx, ‘t Paepenhof, Bocholt;<br />
Magda De Meutter, Dobbelhoeve, Schilde;<br />
Dirk Mouton, De zwaluw, lovendegem;<br />
Dirk Rummens, in De zon, vissenaken;<br />
els verstraeten, Swijsenhof, Kuringen.<br />
opmaak: Chris lathouders<br />
Cartoons: Gaby Coucquyt<br />
met steun van de<br />
De Vlaamse overheid kan niet verantwoordelijk worden<br />
gesteld voor de inhoud van deze <strong>brochure</strong><br />
Hoevezuivel<br />
h<br />
h<br />
h
Verder dan soja<br />
De sojaïsering van ons veevoeder is nog maar een halve eeuw aan<br />
de gang. Toch lijkt het alsof we niet meer zonder kunnen. Nochtans<br />
leidt de soja-invoer tot grondloze veeteelt en dus tot mestoverschot.<br />
Ook heeft maïs, als aanvulling bij het sojameel, onze velden<br />
ingepalmd.<br />
En toch zijn er andere mogelijkheden om in eiwitten te voorzien.<br />
Er zijn vergeten gewassen, half vergeten teelten zoals klaver en<br />
voederbieten en helemaal vergeten teelten zoals hennep. En er<br />
zijn ook nieuwe teelten zoals lupine, huttentut, amarant. Over die<br />
teelten bracht <strong>Wervel</strong> een <strong>brochure</strong> uit in juni 2008, Eiwitteelten van<br />
de toekomst, en voor de meest beloftevolle ervan zijn technische<br />
fiches ter beschikking van landbouwers. Ze bevatten teelt- en<br />
voedergegevens.<br />
Dit boekje is gesteund op de ervaring van boeren en boerinnen<br />
die zelf hun melk verwerken. Ze hebben vastgesteld dat ze betere<br />
producten kunnen maken als ze hun koeien voederen volgens<br />
het basisprincipe van hun zuivel-ambacht : het microbieel leven<br />
bevorderen.<br />
Dat lukt hen wonderwel, ook met minder soja en maïs.<br />
<strong>Wervel</strong> stelt die verder-dan-soja-hoevezuivel graag voor aan wie<br />
niet globalistisch, maar wel globaal denkt en dus lokaal eet.<br />
Blijft u op uw honger zitten?<br />
Omdat u in dit boekje niet hebt gevonden waarom hoevezuivel<br />
beter zou zijn dan zuivel in de handel.<br />
Ja, wat is “beter”?<br />
gezond<br />
goedkoop<br />
lekker<br />
eerlijk<br />
ecologisch<br />
biologisch<br />
duurzaam<br />
Bent u het niet eens?<br />
Ja, we hebben de wijsheid niet in pacht. We willen blijven<br />
zoeken. En als u ons kunt helpen. Graag.<br />
WERVEL<br />
(Werkgroep voor een Rechtvaardige en Verantwoorde Landbouw)<br />
Vooruitgangstraat 333/9 1030 Brussel<br />
info@wervel.be<br />
02 203 60 29<br />
www.wervel.be
InleIdIng<br />
“drie glazen melk per dag” - “leef langer met yoghurt” - “Zuivel voor<br />
stevige botten”. dat lees je hier niet. dit is geen reclame-boekje.<br />
We hebben het ook niet over dé melk en dé kaas: niet alle melk en<br />
zuivel zijn van dezelfde kwaliteit. en kwaliteit betekent niet voor iedereen<br />
hetzelfde. We leggen hier de klemtoon op levende zuivel.<br />
leven is bewegen. We zien dat niet met het blote oog, maar we kunnen<br />
het wel zien onder de microscoop. Ook worden we er soms letterlijk met<br />
onze neus op gedrukt als melk verzuurt, of kaas rijpt. daar zijn microorganismen<br />
aan de gang. Ze bewegen, ze werken, ze leven.<br />
Zuivelmakers verstaan de kunst om dat leven in een bepaalde richting te<br />
begeleiden, naargelang ze boter en botermelk, yoghurt, verse of gerijpte<br />
kaas willen verkrijgen.<br />
Het leven in de zuivel is al aan de gang voor de zuivelmaker ingrijpt: in<br />
de melk, in de pens van de koe, in de stal, in de voederbakken, in de<br />
voederkuilen, op het veld, in de bodem.<br />
Als we voor hoevezuivel kiezen, willen we weten<br />
wat we eten → melk p. 2<br />
hoe boeren (m/v) zuivel maken → zuivel p. 10<br />
wat de koeien te eten krijgen → voeder p. 19<br />
hoe boeren (m/v) weiden en velden verzorgen → grond p. 25
Wat we eten<br />
MelK<br />
Melkkoeien worden in de regel twee keren per dag gemolken.<br />
Gemiddeld geven ze 25 tot 30 liter melk per dag. Ze worden ruim<br />
10 maanden per jaar gemolken. Dat levert per jaar 7.500 tot 9.000<br />
liter melk op.<br />
“Melk is voor baby’tjes”<br />
Inderdaad. en elk zoogdier heeft aangepaste melk voor haar jongen.<br />
de mens heeft enkele zoogdieren gedomesticeerd en geselecteerd<br />
op melkgift. en die melk geven mensen niet alleen aan de kindjes,<br />
maar ze blijven er ook hun leven lang drinken of tenminste in bewerkte<br />
vorm eten als boter, kaas of yoghurt.<br />
“Melk is voor kalfjes”<br />
Uiteraard. Voor baby’tjes verdient moedermelk de voorkeur. Voor<br />
opgroeiende kinderen en voor volwassenen vormen koemelk (of<br />
melk van andere dieren) en melkproducten een voedingsmiddel met<br />
een hoge voedingswaarde. Zo hoog dat we er een heel stuk van de<br />
voedingsdriehoek mee kunnen opvullen. We kunnen er namelijk heel<br />
wat voedingsstoffen uit halen: eiwitten, suikers, vetten, mineralen,<br />
vitaminen.<br />
Samenstelling<br />
gemiddeld is de samenstelling van koemelk als volgt.<br />
Zoals dat op de verpakkingen van voedingsmiddelen voor 100 gram is<br />
aangegeven, kunnen we ons een glaasje van ongeveer een deciliter<br />
voorstellen en dan hebben we meteen de indeling in procenten.
Stoffen Hoeveelheid<br />
%<br />
Water 87,0<br />
Suikers 4,6<br />
Vetten 4,0<br />
Opmerkingen toepassingen<br />
lactose<br />
o.m. nuttig als<br />
energiebron voor<br />
bacteriën bij<br />
yoghurtbereiding<br />
verzadigde en<br />
onverzadigde<br />
vetzuren<br />
yoghurt<br />
room,<br />
boter<br />
eiwitten 3,5 80% caseïne kaas<br />
Mineralen,<br />
Vitaminen<br />
Totaal 100<br />
0,9<br />
waarvan 0,12 g<br />
calcium<br />
water- en vetoplosbare<br />
vitaminen<br />
Bij die algemene cijfers horen enkele opmerkingen.<br />
1.Het zijn gemiddelde cijfers. Gemiddelden voor<br />
▪ verschillende koeien en verschillende rassen koeien,<br />
▪ verschillend voeder,<br />
▪ verschillende seizoenen.<br />
2.De samenstelling verandert als de melk verwarmd wordt. Dat effect<br />
is groter naarmate de temperatuur hoger is en de duur langer.<br />
daarom zijn de verliezen van vitaminen en wei-eiwitten hoger bij<br />
sterilisatie dan bij pasteurisatie.
3.de samenstelling verandert ook als melk bewerkt wordt. Melk<br />
afromen bijvoorbeeld betekent er de vetten uithalen, maar tegelijk<br />
verdwijnen de vetoplosbare pro-vitaminen zoals caroteen en de<br />
vitaminen A,d,e,K.<br />
4.Belangrijker dan de samenstelling is de opneembaarheid van de<br />
voedingsstoffen.<br />
Het “zuivere” voedingsmiddel, rauwe melk, ondergaat, omwille van<br />
hygiëne – voedselveiligheid heet dat tegenwoordig – en van bewaring<br />
een zekere bewerking. die bewerking blijft bij hoevezuivel beperkt tot<br />
pasteurisatie.
Wie verse melk op de boerderij komt halen, kan die ook rauw krijgen.<br />
en sommige hoevezuivelmakers maken ook bepaalde kazen met rauwe<br />
melk. Yoghurt en verse kaas worden volgens de richtlijnen van de<br />
overheid met gepasteuriseerde melk gemaakt.<br />
Om de verliezen door de industriële bewerking te compenseren, worden<br />
in melkerijmelk soms melkvreemde stoffen toegevoegd, zoals vitaminen<br />
die door de hoge temperatuur of de afroming zijn verloren gegaan.<br />
daarom is het goed de etikettering in de gaten te houden.<br />
Hoevezuivel houdt het puur.
Voedingsstoffen<br />
Als we alleen naar de samenstelling van melk kijken, doen we de<br />
voedingswaarde en vooral de meerwaarde van hoevezuivel geen<br />
recht aan. “Vet” of “eiwit,” zegt niet genoeg, want er zijn verschillende<br />
soorten vet, eiwit, enzovoort. We bekijken daarom de voedingsstoffen<br />
aandachtiger.<br />
■ Vetten<br />
Melk en zuivel hebben een slechte naam: “té vet” en vooral “véél<br />
verzadigde vetzuren”.<br />
Voor beide moeten we niet overdrijven.<br />
Het vetgehalte van melk ligt toch maar om en bij de vier procent:<br />
een potje van veertig gram in een liter melk. Van waar dan toch die<br />
vraag naar afgeroomde melk en magere yoghurt of kaas?<br />
en de vetzuren in melk zijn inderdaad verzadigd. de bacteriën in<br />
de pens van de koe zetten onverzadigde vetzuren uit gras om in<br />
verzadigde vetzuren.<br />
Ten eerste hoeft ook dat geen drama te zijn als de hoeveelheid beperkt<br />
blijft en de vetten op tijd worden verbrand door lichaamsbeweging.<br />
Ten tweede, vooral, het vet-verhaal is onvolledig: in melk zitten ook<br />
onverzadigde vetzuren. de bekendste - of moeten we zeggen de<br />
meest in de publiciteit naar voren geschovene? - zijn omega-6,<br />
omega-3 en ClA’s. Omega-6, linolzuur, komt vrij courant voor in<br />
voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong. Het omega-3 dat in melk<br />
voorkomt, is alfa-linoleenzuur. ClA, geconjugeerd linolzuur, kan ook<br />
in melk voorkomen. en dat in verschillende vormen. Vandaar ClA’s
in het meervoud. We kunnen hier de mogelijke gezondheidseffecten<br />
niet uit de doeken doen. Om de meerwaarde van hoevezuivel in<br />
te schatten, moeten we wel weten dat melkveehouders kunnen<br />
inspelen op de soorten vetten die in de melk zullen zitten. dat<br />
kunnen ze door een doordachte samenstelling van het voeder,<br />
zoals we verder zullen zien<br />
.<br />
■ eiwitten<br />
de eiwitten van melk bevatten de acht essentiële aminozuren en<br />
dat in een verhouding die geschikt is voor menselijke voeding.<br />
de aanwezigheid en de hoeveelheid ervan is een van de grote<br />
voordelen die dierlijke producten hebben op plantaardige. Want het<br />
is een hele kunst alle acht aminozuren in een goede verhouding<br />
uit verschillende planten en plantendelen bijeen te sprokkelen. dat<br />
sprokkelen, laten we als melk- en zuiveleters over aan de koeien.<br />
Uit wat zij te eten krijgen, kunnen ze in hun pens bestanddelen<br />
van planten omzetten en opwaarderen tot volwaardige eiwitten.<br />
daarvoor zorgen bacteriën. de eiwitten die koeien aanmaken, zijn<br />
daarom microbiële eiwitten. Hoe goed ze dat doen, hangt af van wat<br />
ze te eten krijgen. dat bespreken we als we het over het voeder<br />
hebben.<br />
■ Suikers<br />
de suiker in de melk is lactose. lactose is samengesteld uit<br />
galactose en glucose. Als ze de menselijke spijsvertering passeert,<br />
valt de lactose weer uiteen in die twee enkelvoudige suikers.<br />
lactose zorgt voor de zoete smaak van melk. Maar tegelijk is er<br />
ook een lichtzure smaak en die komt van de bacteriën lactobacilli<br />
en lactococci. die zetten lactose om tot melkzuur.
■ Mineralen<br />
Hét mineraal waarvoor melk de hemel in geprezen wordt, is calcium.<br />
niet ten onrechte. de waarde van die calcium komt nochtans maar tot<br />
uiting door zijn combinatie met andere mineralen zoals magnesium,<br />
fosfor en zink. Anderzijds vermindert de hoeveelheid opneembaar<br />
calcium bij de bewerking van de melk op hoge temperatuur.<br />
■ Vitaminen<br />
In melk zitten zowel water- als vetoplosbare vitaminen of provitaminen<br />
zoals caroteen. naast vitamine A zijn vooral d en e en<br />
enkele vitaminen van de B-groep van belang, onder meer B12 die<br />
voor vegetariërs een heikel punt vormt. Bij de bewerking verdwijnen<br />
er sommige geheel of gedeeltelijk. dat is onder meer het geval voor<br />
vitamine C die al beperkt aanwezig is en vlug verloren gaat.
daarmee hebben we de rijke samenstelling van melk niet volledig uiteen<br />
gezet. naast de samenstelling is de samenhang van de verschillende<br />
voedingsstoffen trouwens minstens even belangrijk.<br />
We hebben ook geen pleidooi voor melk gehouden. Melk kan best<br />
voorzien in de voedingsbehoeften van kalfjes en in zekere mate van<br />
mensenkindjes. dat is niet het geval voor opgroeiende kinderen en<br />
volwassenen. die zouden al enkele liters melk moeten drinken om in de<br />
dagelijkse behoefte van de onderscheiden voedingsstoffen te voorzien.<br />
en dan nog zouden ze de nodige vezels missen om die voedingsstoffen<br />
via maag, darmen, bloed dienstig te maken voor hun spier- en andere<br />
cellen, tot en met hun hersencellen.<br />
We hebben niet systematisch op het verschil tussen melkerij- en<br />
hoevemelk gewezen, maar hebben toch hier en daar voordelen van<br />
hoevemelk aangestipt. die voordelen worden trouwens duidelijker<br />
naarmate we stroomopwaarts gaan van melk over zuivel en voeder naar<br />
weiden en velden.<br />
De voedingswaarde van melk hangt af<br />
van wat ermee is gebeurd voor ze op tafel komt:<br />
hoe we ze hebben bereid,<br />
hoe we ze hebben bewaard<br />
en hoe ze is bewerkt tot zuivel,<br />
in ons geval op de boerderij.
0<br />
Hoe boeren (m/v) zuivel maken<br />
ZUIVel<br />
“Zuivel is alles wat van melk gemaakt is”. Zo bepaalt het verklarend<br />
woordenboek Van Dale “zuivel”. Inderdaad: “van”, niet “met” melk.<br />
We kunnen ons hier dus beperken tot melk zelf, boter en botermelk,<br />
room, kaas en yoghurt. Vla, rijstpap, matten en zelfs ijsroom laten<br />
we hier buiten beeld – al hebben heel wat hoevezuivelmakers die<br />
wel in hun aanbod. En nog meer lekkers trouwens.<br />
Vanuit de samenstelling van melk kunnen we de verschillende vormen<br />
van zuivel onderscheiden. Room en boter, kaas, yoghurt brengen<br />
inderdaad elk andere delen van de melk op de voorgrond.<br />
Zuivel houdt een concentratie van melk in. Om onze voedselbehoeften<br />
(en de prijs) in het oog te houden, moeten we dus rekening houden met<br />
het aantal liter melk dat voor elk zuivelproduct nodig is.<br />
gemiddeld aantal liter melk voor verschillende zuivelproducten:<br />
Eenheid zuivel Aantal liter melk<br />
1 liter room 10<br />
1 kg boter 22<br />
1 liter yoghurt 1<br />
1 kg verse kaas 4<br />
1 kg kaas (type gouda) 10
Melk<br />
Is melk zelf ook zuivel? de meningen zijn verdeeld. We beschouwen<br />
hier rauwe melk als “melk”, terwijl we als melk die bewerkt is om beter<br />
te bewaren, beschouwen als “zuivel”.<br />
Op de boerderij houden we de melk koel (4°) en we pasteuriseren ze op<br />
ambachtelijke wijze.<br />
Pasteuriseren – genoemd naar de ontdekker van de bacteriën louis<br />
Pasteur – maakt de bederfbacteriën die normaal in de melk zitten en<br />
mogelijke ziektebacteriën onschadelijk. Ze zijn niet allemaal morsdood,<br />
maar wel tot op een veilig niveau herleid.<br />
Pasteuriseren is wettelijk verplicht voor yoghurt en verse kaas. dus niet<br />
voor room, boter en gerijpte kaas. Als die laatste van rauwe melk zijn<br />
gemaakt, dient dat wel vermeld te worden.<br />
de zachte pasteurisatie die hoevezuivel ondergaat, gebeurt bijvoorbeeld<br />
door de melk op 72° graden te brengen en die temperatuur zo’n 20<br />
seconden aan te houden. daardoor verandert de smaak niet grondig<br />
en blijven er nog genoeg weldadige bacteriën en enzymen over voor<br />
de verdere zuivelbereiding en voor de vertering. gepasteuriseerde melk<br />
blijft ongeopend en koel bewaard (4°) ongeveer een week goed.<br />
In de melkerij gebeurt de verhitting op hogere temperaturen. Als<br />
de temperatuur tot een stuk boven de 100° oploopt, is de melk<br />
gesteriliseerd. niet alleen is dan de smaak grondig gewijzigd, maar ook<br />
is de voedingswaarde aangetast, vooral door het verlies van vitaminen<br />
en wei-eiwitten. Bovendien gaat het levende karakter verloren, mede<br />
door het verlies van enzymen die onder meer de vertering bevorderen.<br />
Ten slotte werkt gesteriliseerde melk verzurend in het bloed, wat de hoog<br />
geprezen botvorming door melk in het gedrang brengt.
Het UHT procédé dat wel met heel hoge temperaturen werkt, maar die<br />
slechts een korte tijd aanhoudt, beperkt de nadelen van steriliseren. dat<br />
is ook het procédé dat het meest gebruikt wordt bij commerciële melk.<br />
de voedingsindustrie past soms nog een andere bewerking toe:<br />
homogeniseren. Om te voorkomen dat vet komt bovendrijven, wordt de<br />
hete melk onder hoge druk gebracht en door kleine gaatjes geperst. door<br />
de stroming worden de vetbolletjes van 4 micrometer tot 1 verkleind en<br />
daardoor gelijkmatig verdeeld.<br />
Room, boter, botermelk<br />
Als je melk gewoon laat staan, komt het vet boven drijven. Tenminste als<br />
de melk rauw of hoogstens gepasteuriseerd is. Als ze gehomogeniseerd<br />
is, blijven de verkleinde vetbolletjes, aan caseïne geklit, verspreid.<br />
Het bovendrijvende vet is de room. dat is nog niet de room die je als<br />
zuivelproduct kunt kopen. daarin is het vet nog meer geconcentreerd:<br />
tot 40 % vet in slagroom (crême fraîche) bijvoorbeeld. Vandaar ook de<br />
40 % die je op volle plattekaas ziet staan, en de 20 % op de halfvolle.<br />
De “echte” room van 40 %, die je kunt kloppen, is gemaakt met een<br />
afromer. die werkt door te centrifugeren.<br />
de afgeroomde rest van de melk is “magere melk”. Tien liter melk geeft<br />
9 liter magere melk en 1 liter room of 9,5 liter halfvolle melk en ½ liter<br />
room.<br />
Boter, of tenminste hoeveboter, is gemaakt met verzuurde room, terwijl<br />
melkerijboter zoete boter is. de melksuiker (lactose) wordt door bacteriën<br />
omgezet in melkzuur. de bacterie van dienst is hier de streptococcus
diacetylactis. Het diacetyl dat die bacterie produceert, geeft de boter<br />
haar specifieke aroma van boerenboter. Als de werking van die bacteriën<br />
door andere bacteriën verstoord wordt, kan de smaak verknoeid worden.<br />
daarom werd de boerenboter vroeger gezouten.<br />
Om boter te maken, moet je karnen of boteren: naargelang van de<br />
hoeveelheid in een pot stampen of in een ton laten ronddraaien. naast<br />
de boter krijg je boter- of karnemelk.<br />
Wat de melkerijen vandaag de dag als karnemelk of botermelk<br />
verkopen, is niet door karnen tot stand gekomen, maar is gewoon<br />
magere melk die door aanzuren en fermenteren dikker wordt. Ze zou<br />
eigenlijk gefermenteerde melk moeten heten en dat is soms ook het<br />
geval. Ze smaakt alleszins helemaal anders dan karnemelk van de<br />
boer. Karnemelk heeft trouwens ook een andere smaak en een andere<br />
structuur naargelang ze van gepasteuriseerde of van rauwe melk is<br />
gemaakt.<br />
Kaas<br />
Kaas maken is meer dan een ambacht. Het is een kunst. We houden het<br />
hier bij de grondbeginselen.<br />
■ Verse kaas<br />
Verse kaas, ook plattekaas genoemd, ontstaat bijna vanzelf: de<br />
toegevoegde melkzuurbacteriën breken de melksuiker (lactose) af tot<br />
melkzuur. In de volgende 24 uren klontert de melk. Dat is de wrongel.<br />
die doe je in een doek en je laat hem uitlekken. en klaar is Kees, dat is<br />
de verse kaas. die heet dan klonterkaas of kwark. Meestal wordt hij nog<br />
smeuïg gemaakt door hem te mixen. We noemen hem dan plattekaas.<br />
naargelang van de gebruikte melk is de verse kaas voller of magerder.
Magere kaas bevat minder dan 20% vet, halfvette kaas 20% tot 35% vet,<br />
vette kaas meer dan 35% vet en roomkaas ten minste 45% vet.<br />
In de commerciële producten wordt de wei (het vocht) soms niet<br />
of slechts gedeeltelijk verwijderd. Om geen te platte ‘plattekaas’ te<br />
krijgen, wordt dan zetmeel toegevoegd, ook bij “light”producten. echte<br />
hoevezuivelmakers doen dat niet. Het etiket lezen, is de boodschap.<br />
Verse kaas is witte, ongezouten en ongerijpte kaas.<br />
■ gerijpte kaas<br />
de eenvoudige formule van kaas is als volgt.<br />
Kaas = (melk + enzymen+ bacteriën) rijping<br />
Volle melk geeft volle kaas, minder volle melk geeft minder volle tot<br />
magere kaas.<br />
Het belangrijkste enzym is chymosine. Het dient als stremsel. door<br />
stremsel aan de melk toe te voegen, krijg je een wrongel. Het overblijvende<br />
of later vrijkomende vocht is de wei. Stremsel komt uit de lebmaag van<br />
een kalf. Chymosine bevindt zich daar tot het kalf ongeveer een maand<br />
oud is en dient om de eiwitten uit de moedermelk te verteren.<br />
Andere enzymen breken de eiwitten af tot aminozuren en zorgen samen<br />
met de bacteriën voor de uiteenlopende smaak van verschillende<br />
kazen.<br />
de melkzuurbacteriën zijn de eerste startbacteriën. de kaasmakers<br />
voegen er nog andere aan toe. Als hun startende werking is uitgedoofd,<br />
blijven hun enzymen toch nog actief tijdens de rijping.<br />
Rijping speelt een grote rol in de kaasmakerij. de tijd nemen, is dus een
eerste vereiste. de industrie heeft die niet. de ambachtelijke kaasmaker<br />
op de boerderij maakt er een punt van alles op tijd en stond te doen.<br />
Op de boerderij is verse kaas vers van de koe. Jonge kaas is toch al<br />
een kleine maand gerijpt. Belegen kaas heeft er zijn tijd van een drietal<br />
maanden gelegen. Oude kaas is werkelijk oud na een half jaar.<br />
Kaas maken, begint bij de wrongel. Als je die droger maakt dan voor<br />
bewerking tot verse kaas, hem daarna in een pekelbad steekt (voor<br />
de korst- en de smaakvorming) en er, in voorkomend geval, kruiden<br />
of schimmels bijvoegt, kan de rijping beginnen. de kaasmaker houdt<br />
daarna de kaas nog in de gaten, keert hem geregeld en verwijdert de<br />
mogelijke ongewenste schimmels.<br />
De caseïne, de meerderheid van de eiwitten in de melk, zorgt ervoor dat<br />
gerijpte kaas een vaste vorm aanneemt. dat betekent nochtans niet dat<br />
alleen die caseïne de kaas uitmaakt. Ook de vetten gaan mee en ook<br />
de mineralen, vitaminen en enzymen. de melksuiker wordt omgezet in<br />
melkzuur. Het komt erop aan genoeg maar niet te veel melksuiker in de<br />
wrongel te laten zodat de rijping kan doorgaan, zonder dat de smaak te<br />
zuur wordt.
dat alles mondt uit in een smakelijk en consistent voedingsmiddel. en<br />
– zoals we verder zullen zien – hangt de kwaliteit daarvan grotendeels af<br />
van het voeder en van de bodem waarop dat voeder is gewonnen.<br />
de vochtige substantie die uitdruppelt of uitgeperst wordt, is de wei. (die<br />
komt ook vrij als je verse kaas of yoghurt na opening laat staan, als er<br />
tenminste geen stabilisatoren zijn toegevoegd).<br />
Wei verdient beter dan als een afval-product aangezien te worden. Ze<br />
bevat geen caseïne, maar wel andere eiwitten, serum-eiwitten en ook<br />
het grootste deel van de melksuiker.<br />
In verdunde vorm kunnen hoevezuivelmakers de kaaswei aan hun<br />
koeien en kalveren, varkens en biggetjes voederen. Als ze het gat in<br />
de markt vinden, zouden ze de kaaswei kunnen laten verzuren door<br />
inwerking van de bacteriën die er zich in bevinden. dan zouden ze een<br />
product krijgen dat ze naast “molkosan” kunnen leggen.
Yoghurt<br />
In plaats van de melksuiker zijn gang te laten gaan, voegt de yoghurtmaker<br />
specifieke bacteriën toe: lactobacillus bulgaricus en streptococcus<br />
thermophilus. door de lactose op te nemen, bespoedigen die bacteriën<br />
de melkzuurvorming. Ze zorgen er ook voor dat de eiwitten uitvlokken.<br />
Zo ontstaat een specifieke textuur die anders is dan die van verse<br />
kaas. een minder zichtbare werking van de yoghurtbacteriën is dat ze<br />
bederfbacteriën afblokken. Onze tanden varen er wel bij.<br />
Het resultaat is een rijk en gemakkelijk verteerbaar, want door bacteriën<br />
voorverteerd voedingsmiddel.<br />
Om het zoete mondje van de meeste hedendaagse consumenten te<br />
behagen, is de bekoring groot zoetstof aan de lichtzure yoghurt toe te<br />
voegen. Boerenzuivel is in de regel ”natuurlijk”, maar vruchtenyoghurt<br />
komt aan de vraag van heel wat klanten tegemoet. dat is ofwel<br />
standyoghurt als de vruchten op de bodem van het glas liggen, ofwel<br />
roeryoghurt als de vruchtenmoes al is vermengd met de yoghurt. Bij<br />
hoevezuivel kun je ervan op aan dat er geen smaak- en kleurstoffen zijn<br />
toegevoegd.<br />
In de plaats van de twee geëigende bacteriën, kunnen ook andere<br />
fermenten toegevoegd worden. een andere mogelijkheid bestaat erin<br />
de geëigende bacteriën te gebruiken in het fabricageproces, maar<br />
ze daarna weer te doden door te steriliseren. In beide gevallen krijg<br />
je gefermenteerde melk, maar geen yoghurt. Het product mag alleen<br />
‘yoghurt’ heten als beide specifieke bacterieculturen aanwezig zijn - ze<br />
stimuleren elkaar trouwens – én in aanzienlijke hoeveelheid in leven<br />
blijven tot levering aan de verbruiker.<br />
Wel kan de yoghurt verrijkt worden door er bovendien bijvoorbeeld<br />
bifidus aan toe te voegen.
Opdat de bacteriële werking duurt tot en met het moment dat we de<br />
yoghurt eten, kunnen we van de leveranciers van hoevezuivel verwachten<br />
dat ze nauwgezet toekijken op de houdbaarheid.<br />
foto Luk Collet<br />
De kwaliteit van zuivel<br />
hangt af van het basisproduct:<br />
de melk zoals de koe ze geeft.<br />
En de kwaliteit van de melk<br />
heeft dan weer alles te maken<br />
met het voeder
Wat de koeien te eten krijgen<br />
VOedeR<br />
Als de voedingsindustrie het nuttig vindt het verband met de koe en<br />
haar voeder te leggen, dan toont ze op de verpakking steevast een<br />
koe in een uitgestrekte heuvelachtige weide, soms nog met een<br />
bloemetje erbij, en op de achtergrond een piepklein boerderijtje.<br />
Idyllisch, maar niet realistisch.<br />
Boerderijen die zelf hun melk verwerken, maken er een punt van zoveel<br />
mogelijk voor eigen veevoeder te zorgen. dat betekent eerst en vooral dat<br />
ze over voldoende graasweide beschikken waarin ze de koeien bij goed<br />
weer kunnen laten grazen. Voorts hebben ze nog maai- en hooiweiden<br />
en telen ze op hun velden aanvullend ruw- en krachtvoer. Op die manier<br />
beperken ze het aangekochte voeder tot een minimum.<br />
Voor we het voeder – boeren spreken van het rantsoen – onder de loep<br />
nemen, vragen we ons af hoe koeien de nodige voedingsstoffen uit het<br />
voeder halen. die voedingsstoffen komen via het bloed onder meer<br />
terecht in de uier. daar zetten de melkklieren ze om in melk. Voor een<br />
liter melk passeren er 500 tot 750 liter bloed door de melkklieren.<br />
Hoe eet een koe?<br />
Koeien zijn herkauwers: ze kunnen de inhoud van hun maag opnieuw<br />
naar de mond brengen om hem opnieuw te kauwen. Koeien doen dat<br />
vanuit de pens en de netmaag. dat zijn hun eerste magen, want koeien<br />
hebben vier magen. na de pens en de netmaag komen de boekmaag en<br />
- voor de eigenlijke vertering - de lebmaag.<br />
de pens is nochtans veel meer dan een voorlopig depot van voeder in
0<br />
afwachting van een grondige kauwbeurt. de wand van de pens staat<br />
al in verbinding met de bloedsomloop zodat daar al voedingsstoffen in<br />
de bloedsomloop overgaan. Het ander deel van nog niet ver genoeg<br />
afgebroken voedingsstoffen gaat via de netmaag naar de boek- en<br />
lebmaag om in de darm, goed en wel verteerd, in de bloedsomloop<br />
terecht te komen.<br />
Ook gebeurt er in de pens een afbraak van voeder en een wederopbouw<br />
tot nieuwe voedingsstoffen. dat is het werk van een legertje bacteriën.<br />
Beter gezegd: van verschillende legereenheden. die breken af, bouwen<br />
op en, vooral, vermenigvuldigen zich. Iedere bacterie bestaat voor vijftig<br />
procent uit eiwitten, die ze nota bene zelf heeft opgebouwd. Wanneer<br />
een bacterie sterft, komen die eiwitten vrij. Ze worden afgebroken tot<br />
aminozuren en in de dunne darm opgenomen in het bloed.<br />
Op die manier, dankzij de samenwerking met bacteriën, maken koeien<br />
microbieel eiwit aan Ze produceren dus meer en andere eiwitten dan<br />
ze innemen. Bovendien combineren ze die eiwitten zodanig dat ze de<br />
essentiële aminozuren leveren voor het kalf en zijn plaatsvervanger, de<br />
mens.<br />
Wat de vetten betreft, zetten koeien een deel van de onverzadigde<br />
vetzuren uit hun voeder om in verzadigde, maar komt toch een deel<br />
van die onverzadigde vetzuren in de melk terecht. Ook wordt in de pens<br />
een gedeelte van de onverzadigde vetzuren uit het voeder omgezet<br />
in waardevolle vetzuren zoals ClA’s, waarnaar we hoger, bij de<br />
samenstelling van melk, verwezen.<br />
de omzetting van cellulose in suikers en van suikers in vetzuren doet<br />
de pensinhoud zuur worden. Wanneer het er te zuur wordt, mindert de<br />
activiteit van de bacteriën en zal er uiteindelijk minder microbieel eiwit<br />
aangemaakt worden. Maar er is goed nieuws. door te herkauwen vormen<br />
koeien speeksel en dat bevat natriumbicarbonaat. Als zout neutraliseert<br />
dat natriumbicarbonaat de zuren die in de pens ontstaan.
Dat de zuurtegraad in de pens een pH tussen 6,1 en 6,8 behoudt, kan de<br />
boer in het oog houden door het kauwgetal bij te houden. Het kauwgetal<br />
is het aantal keren dat een herkauwende koe op elke brok kauwt. dat<br />
moet tussen de 60 en 65 liggen. Als het herkauwgetal te laag is, wordt<br />
er minder speeksel gevormd, komt er minder natriumbicarbonaat in de<br />
pens en dreigt er verzuring. en dan moet de boer meer ‘ruw’ voeder<br />
geven.<br />
Om heel de bacteriekweek mogelijk te maken, dient in de pens nog een<br />
voorwaarde vervuld te zijn: voldoende vocht. Ook die voorwaarden moet<br />
de boer scheppen. Voldoende water betekent voor elke koe (met een<br />
gemiddelde pensinhoud van 250 liter) acht tot tien emmers per dag.<br />
“Ruw” voeder moet trouwens het hoofdbestanddeel uitmaken van een<br />
rundrantsoen. Als “ruwvoeder” gelden planten en plantendelen in hun<br />
natuurlijke, ingekuilde of gedroogde vorm, waarin de vezels nog zichtbaar<br />
en voelbaar zijn. die vezels bevorderen het kauwen en herkauwen,<br />
de speekselvorming, de bacteriële en fysische vertering. en natuurlijk
evatten ze ook de nodige voedingsstoffen, zowel energie- als bouw- en<br />
hulpstoffen.<br />
naast het ruwvoeder krijgen koeien nog krachtvoeder toegediend. dat<br />
zijn plantendelen, maar dan in de vorm van meel of koeken.<br />
Wat eet die koe?<br />
Alle koeien hebben ongeveer dezelfde mogelijkheden voor een gezonde<br />
vertering en melkgift. Of ze daarvan ten volle gebruik maken, hangt af<br />
van wat ze te grazen krijgen en van wat ze in hun drink- en voederbak<br />
vinden.<br />
de “heerlijke nieuwe wereld” is al zo dichtbij dat industriële<br />
melkveebedrijven kinderen aanzetten tot melk drinken met de “informatie”<br />
dat koeien net als mensen ontbijtgranen eten.<br />
Hoe voederen hoevezuivelmakers hun koeien?<br />
Tot voor kort bleven de meeste hoevezuivelmakers in het gelid lopen van<br />
de heersende praktijk: weiden met raaigrassen, maïs als voornaamste<br />
voedergewas, aangevuld door eiwit- en energierijke melen met soja en<br />
granen als hoofdbestanddeel. daarbij, afhankelijk van de streek, ook<br />
nog restproducten van suikerfabriek, brouwerij, maalderij, enz.<br />
Alle hoevezuivelmakers geven niet hetzelfde rantsoen. Sommigen gaan<br />
niet zo ver als hieronder is uiteengezet. Anderen gaan verder. We kunnen<br />
toch geredelijk aannemen dat ze allen “in omschakeling” zijn van maïs<br />
en soja naar alternatieven voor die beide gewassen. en met gras-klaver<br />
zijn ze al een heel stuk onderweg.<br />
dat is trouwens geen weg terug naar de oude tijd van zowat een halve<br />
eeuw geleden. Het is een zoektocht. die tocht vertrekt van de nog
niet verloren ervaring uit die tijd. Maar veel is intussen veranderd: de<br />
samenleving (minder arbeidskracht beschikbaar) de economie (aanbod<br />
van voedermeel uit de hele wereld), de infrastructuur (transport), de<br />
techniek, de energievoorziening, de wetenschap.<br />
gras-klaver<br />
De overschakeling– om welke reden boeren die ook doen - van maïssoja<br />
naar gras- klaver betekent een vernieuwende benadering van de<br />
voedingswijze.<br />
Het maïs-sojamodel steunt op een minimum-basis van gras met daarbij<br />
maïs enerzijds, soja anderzijds. Maïs is vooral de energieleverancier,<br />
soja de eiwitleverancier.<br />
Als boer moet je voortdurend de verhouding tussen beide in de gaten<br />
houden.<br />
Te veel sojaschroot betekent te veel eiwitten. die worden afgevoerd en<br />
dat leidt tot een overbelasting van nieren en urinewegen. Ook van het<br />
milieu trouwens.<br />
Te veel maïs betekent te veel zetmeel. Wanneer dat teveel niet verwerkt<br />
geraakt in het ingenieuze verteringstelsel van de koe, verliest ze het<br />
via de mest. Over een slecht rendement gesproken! Ofwel wordt het<br />
zetmeel omgezet in lichaamsvet en dan moet de boer toezien op de lijn<br />
van zijn koeien.<br />
Met gras-klaver als uitgangspunt, is de balans tussen energie en eiwit<br />
meteen veel evenwichtiger.<br />
Bovendien kun je, als boer, dat gras-klaver evenwicht bijsturen,<br />
naargelang van het seizoen en van de gewassen die je hebt geoogst, zo<br />
nodig aangevuld met aangekocht (kracht)voeder, waarin dan nog plaats<br />
kan zijn voor maïs en soja meel.
die voeders kunnen van nieuwe teelten komen – waarover verder iets<br />
meer – of van nieuw aangeboden krachtvoeder zoals de restproducten<br />
van de agro-energiewinning die er aankomen.<br />
Over de kwaliteit van samen gevoederde gras-klaver tegenover<br />
afzonderlijk bedeelde maïs en soja kan nog een boompje opgezet<br />
worden. Voornamelijk de vetzuursamenstelling verandert in het voordeel<br />
van gras-klaver. Kwantitatief, wijst de ervaring uit dat je met minder<br />
eiwitten toekomt.<br />
Zuivelproducten danken hun kwaliteit<br />
aan de grondstof:<br />
de melk.<br />
Het voordeel van hoevezuivel is<br />
dat hoevezuivelmakers zelf instaan<br />
voor de kwaliteit van de melk<br />
door het voeder dat ze de koeien bezorgen.<br />
En dat voeder winnen ze<br />
op zijn beurt<br />
uit betrouwbare grond-stof:<br />
de gewassen die ze zelf winnen<br />
op hun grond.
Hoe boeren (M/V) weiden en velden verzorgen<br />
gROnd<br />
De grond van de zaak is de zaak van de grond.<br />
De zuivel die we drinken en eten, komt van de zuivelmaker. Als we<br />
voor hoevezuivel kiezen, is die zuivelmaker ook veeteler . En als<br />
die veeteler ook nog landbouwer is, staan we helemaal stevig op<br />
de grond.<br />
Wat telen de boeren-zuivelmakers voor hun melkkoeien en hoe<br />
verzorgen ze de grond waarop ze zaaien, maaien en oogsten?<br />
gewassen<br />
Koeien zijn grazers. laat ze dus maar grazen. die tijd is voorbij. We<br />
hebben koeien gedomesticeerd. dat wil zeggen ze in onze domus, ons<br />
huis opgenomen. We moeten dus voor hun eten zorgen.<br />
In de gras-klaver benadering betekent dat graas- en maaiweiden<br />
aanleggen. naast de klassieke engelse en Italiaanse raaigrassen<br />
komen op die weiden grassen zoals veldbeemd, beemdlangbloem,<br />
lammerstaart, kropaar, rietzwenkgras. Voor de klaver zijn dat witte en<br />
rode klaver. Er is nog plaats voor maïs, die wel zijn hoofdrol kwijt is,<br />
maar als ruw- of krachtvoeder nog wel zijn deel kan leveren. Als er nog<br />
meer grond ter beschikking is en als het past in de teeltwisseling kunnen<br />
melkveehouders een keuze maken uit de “eiwitteelten van de toekomst”<br />
(volgens de titel van een <strong>Wervel</strong>-<strong>brochure</strong>)<br />
die eiwitteelten kunnen traditionele gewassen zijn die voor veevoeder<br />
in onbruik zijn geraakt. naast klaver zijn luzerne dat vlas, erwten,<br />
veldbonen, lupine, koolzaad, kemp. Het kunnen ook voor deze streken
echt nieuwe gewassen zijn zoals quinoa, amarant, saffloer, huttentut.<br />
Ook de traditionele graangewassen - tarwe, gerst, haver, triticale- kunnen<br />
deel uitmaken van het voeder. Als ze in het teeltplan worden opgenomen,<br />
kunnen ze alleen maar de diversiteit bevorderen. Zeker in mengteelt met<br />
een of meer van de genoemde sojavervangende eiwitteelten.<br />
Om de diversiteit volledig te maken, zien melkveehouders met plezier<br />
dat er zich op de weiden kruiden komen nestelen zoals weegbree,<br />
boerenwormkruid, duizendblad, paardebloem, wilde cichorei. die<br />
kruiden verrijken de gezaaide gras-klaver met gevarieerde mineralen en<br />
vitaminen. en sommige ervan zorgen voor ruigere vezels.<br />
Bodem<br />
de gewassen die hoevezuivelmakers telen als ze voor het gras-klaver<br />
model kiezen, brengen hen zeer dicht bij de organische teeltwijze. Als<br />
dat al niet hun uitgangspunt was.
De klaver en andere vlinderbloemigen fixeren stikstof uit de lucht. Neem<br />
daarbij de eigen stal- of drijfmest en het wordt duidelijk dat de rekening<br />
voor stikstof als kunstmest drastisch daalt.<br />
Als veeboeren hun dierlijke mest aanwenden, haalt de bodem daaruit<br />
ook kali, fosfor en sporenelementen. Voeg daarbij een verstandige<br />
teeltwisseling, mengteelt, invoeging van kruiden en dan is er nog weinig<br />
of geen behoefte aan die meststof toe te dienen in minerale vorm.<br />
Weinig of geen minerale meststoffen gebruiken, is de eerste stap naar<br />
een levende bodem. daarin kunnen de gewassen gedijen. dat wil niet<br />
noodzakelijk zeggen: groot worden, wel sterk. die gewassen zijn minder<br />
onderhevig aan plagen. dan hoef je niet te pas en te onpas pesticiden in<br />
te zetten. en herbiciden zijn ook al overbodig door in de weiden kruiden<br />
te koesteren als heilkruiden, door op de velden vlug dekkende gewassen<br />
te zaaien en door mengteelt toe te passen.<br />
Wie er ook nog op let de bodemlagen niet altijd opnieuw ondersteboven<br />
te ploegen en de bodem niet met zware machines dicht te drukken, komt<br />
vanzelf bij een organische teeltwijze en is al een eindver op weg naar<br />
een ecologische teeltwijze en bio-garantie.<br />
Het eerste principe van organisch telen is niet de plant te voeden,<br />
maar het bodemleven. en dat leven is het leven van insecten, pieren,<br />
schimmels en … bacteriën. In symbiose met de wortels van de planten<br />
zorgen de bacteriën ervoor dat de planten de voor hen geschikte<br />
voedingsstoffen in minerale vorm kunnen opnemen. dat zijn bijvoorbeeld<br />
de rhizobium-bacteriën die bij de vlinderbloemigen stikstof uit de lucht in<br />
de bodem vastleggen. Maar er zijn nog meer soorten die elk hun eigen<br />
taak hebben.
Zo belanden we, aan het einde van ons zuivel-verhaal, bij de laatste<br />
soorten bacteriën, of liever bij de eerste. In hun spoor zullen vele andere<br />
micro-organismen volgen: op het veld, in de voederkuilen, in de stal, in<br />
het voeder, in het spijsverteringsstelsel van de koe, bij de zuivelbereiding,<br />
in de zuivel en in de spijsvertering van de zuivelverbruiker.<br />
Aristoteles,<br />
bekend als klassiek Griekse filosoof,<br />
stelde de bodem voor als de maag van de plant.<br />
Hij beschikte nog niet over een microscoop.<br />
Anders had hij geweten<br />
dat de vertering in de “bodemmaag”<br />
het werk is van micro-organismen.<br />
En dan had hij de vergelijking verder doorgetrokken.<br />
Micro-organismen breken stoffen af en bouwen er iets anders mee op:<br />
van humus tot voeder,<br />
van voeder tot melk,<br />
van melk tot zuivel,<br />
van zuivel tot voeding.