n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe
n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe
n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Programmadirectie Natura 2000 1<br />
PDN/2009-122<br />
Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />
De Minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit<br />
Gelet op artikel 3, eerste lid, <strong>en</strong> artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de<br />
Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats <strong>en</strong> de<br />
wilde flora <strong>en</strong> fauna (PbEG L 206);<br />
Gelet op de Beschikking van de Commissie 2008/23/EG van 12 november 2007 op<br />
grond van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, van e<strong>en</strong> eerste bijgewerkte lijst van<br />
gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de Atlantische biogeografische regio (PbEG L<br />
12);<br />
Gelet op artikel 4, eerste <strong>en</strong> tweede lid, van Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2<br />
april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103);<br />
Gelet op de artikel<strong>en</strong> 10a <strong>en</strong> 15 van de Natuurbeschermingswet 1998;<br />
BESLUIT:<br />
Artikel 1<br />
1. Als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, vierde lid, van Richtlijn<br />
92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de<br />
natuurlijke habitats <strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna (PbEG L 206) wordt aangewez<strong>en</strong>:<br />
het op de bij dit besluit behor<strong>en</strong>de kaart aangegev<strong>en</strong> gebied, bek<strong>en</strong>d onder de<br />
naam: Westerschelde & Saeftinghe.<br />
2. De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewez<strong>en</strong> voor de<br />
volg<strong>en</strong>de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van Richtlijn 92/43/EEG;<br />
prioritaire habitattyp<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> sterretje (*) aangeduid:<br />
H1110 Perman<strong>en</strong>t met zeewater van geringe diepte overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />
H1130 Estuaria<br />
H1310 E<strong>en</strong>jarige pioniersvegetaties van slik- <strong>en</strong> zandgebied<strong>en</strong> met Salicornia<br />
spp. <strong>en</strong> andere zoutminn<strong>en</strong>de plant<strong>en</strong><br />
H1320 Schorr<strong>en</strong> met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)<br />
H1330 Atlantische schorr<strong>en</strong> (Glauco-Puccinellietalia maritimae)<br />
H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />
H2120 Wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> op de strandwal met Ammophila ar<strong>en</strong>aria (“witte<br />
duin<strong>en</strong>”)<br />
H2160 Duin<strong>en</strong> met Hippophaë rhamnoides<br />
H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />
3. De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewez<strong>en</strong> voor de<br />
volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG; prioritaire<br />
soort<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> sterretje (*) aangeduid:<br />
H1014 Nauwe korfslak<br />
H1095 Zeeprik<br />
H1099 Rivierprik<br />
H1103 Fint<br />
H1365 Gewone zeehond<br />
H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis
Programmadirectie Natura 2000 2<br />
PDN/2009-122<br />
Artikel 2<br />
Het besluit tot aanwijzing van het gebied Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe als speciale<br />
beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG van de<br />
Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103) van 18 juli<br />
1995 (N. 955811; Stcrt. 1995, nr. 147) <strong>en</strong> het besluit tot aanwijzing van het gebied<br />
Westerschelde als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste <strong>en</strong> tweede<br />
lid, van Richtlijn 79/409/EEG van 24 maart 2000 (N/2000/330; Stcrt. 2000, nr. 65)<br />
word<strong>en</strong> als volgt gewijzigd:<br />
a. de begr<strong>en</strong>zing van de aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> wordt op de in paragraaf 3.3 van de<br />
Nota van toelichting, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit<br />
beschrev<strong>en</strong> wijze gewijzigd;<br />
b. de Nota van toelichting behor<strong>en</strong>de bij het Vogelrichtlijnbesluit Verdronk<strong>en</strong> Land van<br />
Saeftinghe wordt ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> door de Nota van toelichting, zoals<br />
bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit;<br />
c. de Nota van toelichting behor<strong>en</strong>de bij het Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde wordt<br />
met uitzondering van de paragraf<strong>en</strong> 3.2, 4.1, 4.2 <strong>en</strong> 4.3 ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervang<strong>en</strong><br />
door de Nota van toelichting, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit;<br />
d. de in de aanhef bedoelde speciale beschermingszones geld<strong>en</strong> als te zijn<br />
aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, welke word<strong>en</strong> beschermd op grond<br />
van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG:<br />
A026 Kleine zilverreiger<br />
A034 Lepelaar<br />
A075 Zeear<strong>en</strong>d<br />
A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />
A103 Slechtvalk<br />
A132 Kluut<br />
A138 Strandplevier<br />
A140 Goudplevier<br />
A157 Rosse grutto<br />
A176 Zwartkopmeeuw<br />
A191 Grote stern<br />
A193 Visdief<br />
A195 Dwergstern<br />
A272 Blauwborst<br />
e. de in de aanhef bedoelde speciale beschermingszones geld<strong>en</strong> als te zijn<br />
aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, welke word<strong>en</strong> beschermd<br />
op grond van artikel 4, tweede lid, van Richtlijn 79/409/EEG:<br />
A005 Fuut<br />
A041 Kolgans<br />
A043 Grauwe gans<br />
A048 Berge<strong>en</strong>d<br />
A050 Smi<strong>en</strong>t<br />
A051 Krake<strong>en</strong>d<br />
A052 Wintertaling<br />
A053 Wilde e<strong>en</strong>d<br />
A054 Pijlstaart<br />
A056 Slobe<strong>en</strong>d<br />
A069 Middelste zaagbek<br />
A130 Scholekster<br />
A137 Bontbekplevier<br />
A141 Zilverplevier<br />
A142 Kievit
Programmadirectie Natura 2000 3<br />
PDN/2009-122<br />
A143 Kanoet<br />
A144 Driete<strong>en</strong>strandloper<br />
A149 Bonte strandloper<br />
A160 Wulp<br />
A161 Zwarte ruiter<br />
A162 Tureluur<br />
A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter<br />
A169 Ste<strong>en</strong>loper<br />
f. de kaart<strong>en</strong> voor zover van toepassing op de in de aanhef g<strong>en</strong>oemde besluit<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> ingetrokk<strong>en</strong>.<br />
Artikel 3<br />
1. Dit besluit gaat vergezeld van e<strong>en</strong> Nota van toelichting inclusief bijlag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
kaart die integraal deel uitmak<strong>en</strong> van dit besluit.<br />
2. De in de artikel<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 2 g<strong>en</strong>oemde speciale beschermingszones vorm<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> het<br />
Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe, waarvan de<br />
instandhoudingsdoelstelling in de zin van artikel 10a, tweede lid, van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998 is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de Nota van toelichting.<br />
Artikel 4<br />
Het besluit tot aanwijzing van het Nederlandse Zwingebied als speciale<br />
beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG van 11<br />
oktober 1996 (DN. 965400; Stcrt. 1996, nr. 202) wordt als volgt gewijzigd: de<br />
begr<strong>en</strong>zing van dit gebied wordt op de in paragraaf 3.3.2 van de Nota van toelichting,<br />
zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, van dit besluit beschrev<strong>en</strong> wijze gewijzigd.<br />
Artikel 5<br />
1. De bek<strong>en</strong>dmaking van dit besluit geschiedt in de Staatscourant.<br />
2. Dit besluit treedt in werking op de dag na bek<strong>en</strong>dmaking in de Staatscourant.<br />
De Minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />
w.g. G. Verburg<br />
Dit besluit, de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting word<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de zes wek<strong>en</strong> ter<br />
inzage gelegd in de onderstaande vestiging<strong>en</strong> van de Directie Regionale Zak<strong>en</strong> van het<br />
ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit:<br />
– Vestiging Noord: Cascadeplein 6, 9726 AD GRONINGEN;<br />
– Vestiging Oost: Verzetslaan 30, 7411 HX DEVENTER;<br />
– Vestiging West: Herman Gorterstraat 55, 3511 EW UTRECHT;<br />
– Vestiging Zuid: Keizersgracht 5, 5611 GB EINDHOVEN.<br />
De terinzagelegging vindt tev<strong>en</strong>s plaats in de geme<strong>en</strong>tehuiz<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de<br />
geme<strong>en</strong>te(n), in de kantor<strong>en</strong> van de waterschapp<strong>en</strong> waaronder het gebied valt <strong>en</strong> in<br />
de provinciehuiz<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de provincie(s). Het besluit kan ook word<strong>en</strong><br />
ingezi<strong>en</strong> op internet op het adres: http://www.minlnv.nl/natura2000 <strong>en</strong> het zal<br />
bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>dgemaakt in dag-, nieuws- <strong>en</strong> huis-aan-huisblad<strong>en</strong>.<br />
Belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> die hun zi<strong>en</strong>swijze als bedoeld in artikel 3:15 van de Algem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht naar vor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
gebracht of die het redelijkerwijs niet verwet<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze naar vor<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> gebracht, kunn<strong>en</strong> tot<br />
zes wek<strong>en</strong> ná de eerste dag van de terinzagelegging beroep instell<strong>en</strong> bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad<br />
van State, Postbus 20019, 2500 EA D<strong>en</strong> Haag.
Programmadirectie Natura 2000 4<br />
PDN/2009-122
Nota van toelichting van het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />
waarin opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>:<br />
Nota van toelichting bij de aanwijzing van Westerschelde & Saeftinghe als<br />
speciale beschermingszone in het kader van de Richtlijn 92/43/EEG van de<br />
Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats<br />
<strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna <strong>en</strong> hierna te noem<strong>en</strong> de Habitatrichtlijn, alsmede<br />
Nota van toelichting bij de wijziging van besluit<strong>en</strong> N. 955811 <strong>en</strong> N/2000/330<br />
tot aanwijzing van Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe <strong>en</strong> Westerschelde als<br />
speciale beschermingszones in het kader van de Richtlijn 79/409/EEG van de<br />
Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand <strong>en</strong> hierna te<br />
noem<strong>en</strong> de Vogelrichtlijn<br />
1. INLEIDING<br />
Met dit besluit wordt het gebied Westerschelde & Saeftinghe aangewez<strong>en</strong> als speciale<br />
beschermingszone onder de Habitatrichtlijn. Tev<strong>en</strong>s wordt met dit besluit de besluit<strong>en</strong><br />
tot de aanwijzing van Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe <strong>en</strong> Westerschelde als speciale<br />
beschermingszones onder de Vogelrichtlijn, inclusief de daarbij behor<strong>en</strong>de Nota van<br />
toelichting, gewijzigd. Het gebied wordt ook aangewez<strong>en</strong> als het Natura 2000-gebied<br />
Westerschelde & Saeftinghe, waarbij instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
toegevoegd.<br />
In artikel 1 van het besluit staat de naam van het gebied <strong>en</strong> word<strong>en</strong> de habitattyp<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> opgesomd, waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />
Artikel 2 van het besluit regelt de belangrijkste wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het eerder<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> besluit tot aanwijzing van het gebied onder de Vogelrichtlijn. Zo wordt de<br />
Nota van toelichting, behor<strong>en</strong>de bij het bestaande Vogelrichtlijnbesluit Verdronk<strong>en</strong><br />
Land van Saeftinghe, geheel ingetrokk<strong>en</strong>. De Nota van toelichting, behor<strong>en</strong>de bij het<br />
bestaande Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde, wordt nag<strong>en</strong>oeg geheel ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
zover noodzakelijk vervang<strong>en</strong> door deze Nota van toelichting. Alle<strong>en</strong> de toelichting op<br />
de criteria die voor de aanwijzing van het gebied Westerschelde zijn gebruikt, wordt<br />
niet ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> app<strong>en</strong>dix aan deze Nota gehecht. Daarnaast word<strong>en</strong> de<br />
vogelsoort<strong>en</strong> opgesomd waarvoor het gebied van belang is <strong>en</strong> waarvoor het wordt<br />
geacht te zijn aangewez<strong>en</strong>. De aanwijzing<strong>en</strong> als Wetland zijn door dit besluit niet<br />
gewijzigd.<br />
In artikel 3 van het besluit wordt de term Natura 2000-gebied geïntroduceerd <strong>en</strong> wordt<br />
bepaald dat er voor het gebied e<strong>en</strong> bepaalde instandhoudingsdoelstelling verwez<strong>en</strong>lijkt<br />
di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong>. Deze doelstelling heeft zowel betrekking op de in artikel 1 opgesomde<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitatsoort<strong>en</strong> als op de in artikel 2 opgesomde vogelsoort<strong>en</strong>. De<br />
vogels waarvoor instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn vastgesteld, zijn geselecteerd aan<br />
de hand van de criteria die destijds zijn gebruikt bij de aanwijzing van de<br />
Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000. Beide aanwijzing<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />
Westerschelde & Saeftinghe, waarvan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in dit<br />
besluit zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> staan in de Nota van<br />
toelichting.<br />
Artikel 4 regelt de bek<strong>en</strong>dmaking <strong>en</strong> de inwerkingtreding van dit besluit.<br />
In hoofdstuk 2 van deze Nota van toelichting word<strong>en</strong> de aanwijzing<strong>en</strong> op grond van de<br />
Habitat- <strong>en</strong> Vogelrichtlijn kort toegelicht. Vervolg<strong>en</strong>s wordt in hoofdstuk 3 e<strong>en</strong><br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
5
gebiedsbeschrijving gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt ingegaan op ev<strong>en</strong>tuele gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> die zijn<br />
doorgevoerd nadat het gebied bij de Europese Commissie is aangemeld of die zijn<br />
doorgevoerd nadat het gebied als Vogelrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s wordt in<br />
hoofdstuk 3 de bij dit besluit behor<strong>en</strong>de kaart toegelicht. In hoofdstuk 4 wordt e<strong>en</strong><br />
opsomming gegev<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waaraan het gebied zijn betek<strong>en</strong>is<br />
ontle<strong>en</strong>t. Ev<strong>en</strong>tueel doorgevoerde wijziging<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in bijlage B van e<strong>en</strong> toelichting<br />
voorzi<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> belangrijk onderdeel van de Nota van toelichting is de opsomming van de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in hoofdstuk 5. Allereerst word<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e<br />
doelstelling<strong>en</strong> geformuleerd <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s staan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van<br />
de in het gebied aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> vermeld. Er wordt aangegev<strong>en</strong> in<br />
welke richting de instandhoudingsdoelstelling zich zal moet<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Daarvoor<br />
word<strong>en</strong> de term<strong>en</strong> “behoud”, “uitbreiding” of “verbetering” gebruikt. Voor e<strong>en</strong><br />
habitattype wordt de verdeling gemaakt in oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit, zodat de<br />
aanduiding van de instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> habitattype altijd in de vorm<br />
van “behoud” of “uitbreiding” van oppervlakte <strong>en</strong> van “behoud” of “verbetering” van<br />
kwaliteit wordt gegev<strong>en</strong>. Voor soort<strong>en</strong> is het leefgebied medebepal<strong>en</strong>d <strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong><br />
verdeling in omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied. De aanduiding van de<br />
instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> soort is altijd in de vorm van “behoud” of<br />
“uitbreiding” van omvang leefgebied <strong>en</strong> van “behoud” of “verbetering” van kwaliteit<br />
van leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van “behoud” of “uitbreiding” van de populatie.<br />
Daarnaast zijn aan de Nota van toelichting drie bijlag<strong>en</strong> toegevoegd. Ook de bijlag<strong>en</strong><br />
mak<strong>en</strong> integraal onderdeel uit van het besluit. Bijlage A (voor zover van toepassing)<br />
laat zi<strong>en</strong> welke terreindel<strong>en</strong> zijn vervall<strong>en</strong> of zijn toegevoegd als onderdeel van de<br />
speciale beschermingszone in de zin van de Vogelrichtlijn. Bijlage B is toegevoegd naar<br />
aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> omvat e<strong>en</strong> nadere onderbouwing van wijziging<strong>en</strong> in<br />
Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>, van de selectie als<br />
Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> toewijzing van <strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> in<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. In bijlage C wordt naar aanleiding van de ontvang<strong>en</strong><br />
zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nadere onderbouwing van het besluit gegev<strong>en</strong>. De gebiedsspecifieke<br />
behandeling van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> in deze bijlage beperkt zich tot de punt<strong>en</strong> die direct van<br />
invloed zijn op dit aanwijzingsbesluit.<br />
2. AANWIJZINGEN HABITAT- EN VOGELRICHTLIJN<br />
Door middel van dit besluit wordt het gebied Westerschelde & Saeftinghe aangewez<strong>en</strong><br />
als speciale beschermingszone onder de Habitatrichtlijn (verder aangeduid als<br />
“Habitatrichtlijngebied”). Het gebied is in mei 2003 aangemeld volg<strong>en</strong>s de procedure<br />
zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in artikel 4 van deze Richtlijn, waarna het gebied in december 2004<br />
door de Europese Commissie onder de naam “Westerschelde” <strong>en</strong> onder nummer<br />
NL9803061 is geplaatst op de lijst van gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de<br />
Atlantische biogeografische regio.<br />
Het gebied is op 18 juli 1995 (N. 955811) onder de naam “Verdronk<strong>en</strong> Land van<br />
Saeftinghe” <strong>en</strong> op 24 maart 2000 (N/2000/330) onder de naam “Westerschelde” ook<br />
aangewez<strong>en</strong> als speciale beschermingszone onder de Vogelrichtlijn (verder aangeduid<br />
als “Vogelrichtlijngebied”). Bij de Europese Commissie zijn de gebied<strong>en</strong> Westerschelde<br />
<strong>en</strong> Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe bek<strong>en</strong>d onder de nummers NL9802026 <strong>en</strong><br />
NL1000019. De bestaande Vogelrichtlijnbesluit<strong>en</strong> N. 955811 <strong>en</strong> N/2000/330 zijn door<br />
middel van dit besluit gewijzigd. Uit het Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
6
overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tekstdel<strong>en</strong> zijn in paragraaf 3.2 van deze Nota van toelichting cursief<br />
gezet 1 .<br />
Met betrekking tot het Vogelrichtlijngebied kan er in dit besluit naast mogelijke<br />
gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> wijziging plaatsvind<strong>en</strong> bij de vogelsoort<strong>en</strong>, waarvoor dit<br />
gebied destijds is aangewez<strong>en</strong>. Deze ev<strong>en</strong>tuele wijziging<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegelicht in bijlage<br />
B. In dit besluit word<strong>en</strong> alle vogelsoort<strong>en</strong> opgesomd waarvoor het gebied wordt geacht<br />
te zijn aangewez<strong>en</strong>.<br />
Het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe (landelijk gebiedsnummer 122)<br />
omvat derhalve de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> Westerschelde <strong>en</strong> Verdronk<strong>en</strong> land van<br />
Saeftinghe <strong>en</strong> het Habitatrichtlijngebied Westerschelde & Saeftinghe.<br />
Natura 2000 is het sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de Europees ecologisch netwerk bestaande uit de<br />
gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> onder de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> onder de Vogelrichtlijn. Dit netwerk<br />
moet de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitattyp<strong>en</strong>, habitats van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leefgebied<strong>en</strong><br />
van vogels in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding behoud<strong>en</strong> of, in voorkom<strong>en</strong>d<br />
geval, herstell<strong>en</strong>. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (hoofdstuk 5) <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />
wijziging van de begr<strong>en</strong>zing zijn in algem<strong>en</strong>e zin nader toegelicht in het Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) 2 . Dit docum<strong>en</strong>t geeft het beleidskader van de geformuleerde<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> weer <strong>en</strong> van de daarbij gehanteerde systematiek.<br />
Beschrijving<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> waarvoor doel<strong>en</strong> zijn vastgesteld,<br />
zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2008) 3 .<br />
Het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe ligt in de provincie Zeeland <strong>en</strong><br />
behoort tot het grondgebied van de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Borsele, Hulst, Kapelle, Reimerswaal,<br />
Sluis, Terneuz<strong>en</strong>, Veere <strong>en</strong> Vlissing<strong>en</strong>.<br />
2.1 Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
Ingevolge artikel 15a, tweede <strong>en</strong> derde lid, van de Natuurbeschermingswet 1998<br />
vervalt van rechtswege de status van de hieronder opgesomde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 4 .<br />
Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Schor van Waarde is aangewez<strong>en</strong> op 30 januari 1973<br />
(NBOR/S-9733; Stcrt. 1973, nr. 29).<br />
Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge is aangewez<strong>en</strong> op 11<br />
juni 1976 (NLB/N-21610; Stcrt. 1976, nr. 120).<br />
Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is aangewez<strong>en</strong> op 23<br />
december 1975 (NLB/N-19460; Stcrt. 1977, nr. 98).<br />
Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Schor van Waarde is aangewez<strong>en</strong> op 27 juli 1978 (NLB/N-<br />
23630; Stcrt. 1978, nr. 147).<br />
Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge is aangewez<strong>en</strong> op 26 april<br />
1976 (NLB/N-19520; Stcrt. 1976, nr. 89).<br />
Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is aangewez<strong>en</strong> op 23 maart<br />
1977 (NLB/N-24749; Stcrt. 1977, nr. 98).<br />
1<br />
De afkorting sbz (“speciale beschermingszone”) <strong>en</strong> de aanduiding “beschermingszone” zijn hierin<br />
vervang<strong>en</strong> door de term “Vogelrichtlijngebied”.<br />
2<br />
Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Duidelijkheid bied<strong>en</strong>, richting gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte<br />
lat<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
3<br />
Ministerie van LNV (2008): Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong><br />
Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
4<br />
De oude wet k<strong>en</strong>de zowel staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Dit verschil is<br />
in de huidige wet kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong>.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
7
Op grond van de wet heeft de instandhoudingsdoelstelling voor de gedeelt<strong>en</strong> van het<br />
Natura 2000-gebied waarop de aanwijzing<strong>en</strong> als natuurmonum<strong>en</strong>t van toepassing<br />
war<strong>en</strong>, mede betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het behoud, herstel <strong>en</strong><br />
de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van<br />
het gebied zoals deze war<strong>en</strong> vastgelegd in de vervall<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> (zie verder hoofdstuk<br />
5).<br />
De gebied<strong>en</strong>, die in het verled<strong>en</strong> als natuurmonum<strong>en</strong>t zijn aangewez<strong>en</strong>, zijn op de<br />
bijgevoegde kaart<strong>en</strong> ook als zodanig te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />
3. GEBIEDSBESCHRIJVING EN BEGRENZING<br />
3.1 Gebiedsbeschrijving<br />
De Westerschelde is de zuidelijke tak in het oorspronkelijke mondingsgebied van de<br />
rivier de Schelde. Het is de <strong>en</strong>ige zeetak in de Delta waar nu nog sprake is van e<strong>en</strong><br />
estuarium met op<strong>en</strong> verbinding naar zee. Het betreft e<strong>en</strong> zeer dynamisch gebied,<br />
mede door de trechtervorm ervan, waarin het getijverschil naar achter<strong>en</strong> erg groot<br />
wordt. Noordzeewater dringt met krachtige getijd<strong>en</strong>strom<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, maar door de<br />
aanvoer van rivierwater is het zoutgehalte relatief laag.<br />
Het estuarium is zeer uitgestrekt. De rivier bestaat uit e<strong>en</strong> hoofdgeul met meerdere,<br />
zich verplaats<strong>en</strong>de nev<strong>en</strong>geul<strong>en</strong> waartuss<strong>en</strong> bij eb droogvall<strong>en</strong>de zand- <strong>en</strong> slikplat<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> ondiep water ligg<strong>en</strong>. Langs de rand<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> schorr<strong>en</strong>, waarin krek<strong>en</strong> grillige<br />
patron<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>. Onder invloed van eb <strong>en</strong> vloed verandert de aanblik van het gebied<br />
voortdur<strong>en</strong>d.<br />
Onder de schorr<strong>en</strong> langs de Westerschelde bevindt zich het grootste schorr<strong>en</strong>gebied<br />
van ons land: het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe. Door het grote getijverschil bevat<br />
het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe zeer hoge oeverwall<strong>en</strong> <strong>en</strong> brede geul<strong>en</strong>.<br />
Buit<strong>en</strong>gaats ligt de verzande slufter van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder nog in het<br />
gebied. In het mondingsgebied is verder nog sprake van duinvorming bij<br />
Rammek<strong>en</strong>shoek, de Kaloot <strong>en</strong> op de Hooge Plat<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong>dijks ligg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal<br />
gebied<strong>en</strong> met aan het estuarium gekoppelde natuur: Rammek<strong>en</strong>shoek, Inlaag 1887,<br />
Bathse Kreek, Inlaag Hoofdplaat <strong>en</strong> Herdijkte Zwarte Polder.<br />
3.2 Landschappelijke context <strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing<br />
Westerschelde & Saeftinghe behoort tot het Natura 2000-landschap “Noordzee,<br />
Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Delta”.<br />
De ligging van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de leefgebied<strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> (paragraaf 4.4)<br />
waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>, vormt het uitgangspunt voor de begr<strong>en</strong>zing van<br />
de Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Dit is inclusief terreindel<strong>en</strong> die van mindere kwaliteit zijn.<br />
Daarnaast omvat het begr<strong>en</strong>sde gebied ook natuurwaard<strong>en</strong> die integraal onderdeel<br />
uitmak<strong>en</strong> van de ecosystem<strong>en</strong> waartoe de betreff<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong><br />
van soort<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>, alsmede terreindel<strong>en</strong> die noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht om de<br />
betreff<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in stand te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
herstell<strong>en</strong> 5 .<br />
Bij de keuze <strong>en</strong> de afbak<strong>en</strong>ing van de gebied<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met andere<br />
vereist<strong>en</strong> dan die verband houd<strong>en</strong> met de instandhouding van de natuurlijke habitats<br />
<strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna 6 .<br />
5 De begr<strong>en</strong>zingsmethodiek is verder uitgewerkt in het Gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2004).<br />
6 Hof van Justitie EG, 7 november 2000, First Corporate Shipping, zaak C-371/98, punt<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 25.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
8
De gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald door het gebruik dat de<br />
aanwezige bijlage I-soort<strong>en</strong>, <strong>en</strong>/of trekk<strong>en</strong>de watervogels, <strong>en</strong>/of overige trekk<strong>en</strong>de<br />
vogels ervan mak<strong>en</strong>, waarbij wordt uitgegaan van landschapsecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
de biotoopeis<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong> vogelsoort<strong>en</strong>. De Westerschelde is aangewez<strong>en</strong> als<br />
Vogelrichtlijngebied onder de Vogelrichtlijn vanwege de aanwezigheid van schorr<strong>en</strong>,<br />
slikk<strong>en</strong>, plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiep water die als geheel het leefgebied vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal in<br />
artikel 4 van de Richtlijn bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong> watergebied dat het<br />
leefgebied vormt van soort<strong>en</strong> van Bijlage I van de Vogelrichtlijn (art. 4.1) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s<br />
fungeert als broed-, rui-, overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats in de trekzone van<br />
andere trekvogelsoort<strong>en</strong> (art. 4.2). De begr<strong>en</strong>zing van het Vogelrichtlijngebied is zo<br />
gekoz<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> in landschappelijk <strong>en</strong> vogelkundig opzicht sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d geheel is<br />
ontstaan dat voorziet in de beschermingsbehoefte met betrekking tot het voortbestaan<br />
<strong>en</strong>/ of voortplant<strong>en</strong> van bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. 7<br />
3.3 Begr<strong>en</strong>zing <strong>en</strong> oppervlakte<br />
3.3.1 Natura 2000-gebied<br />
De begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is aangegev<strong>en</strong> op de bij de aanwijzing<br />
behor<strong>en</strong>de kaart. In hoofdlijn<strong>en</strong> omvat het aangewez<strong>en</strong> gebied het estuarium <strong>en</strong><br />
mondingsgebied van de Westerschelde vanaf de rijksgr<strong>en</strong>s (nabij Bath) tot de lijn<br />
Westkapelle-Cadzand (rijksgr<strong>en</strong>s). Daarnaast mak<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> aantal binn<strong>en</strong>dijkse<br />
gebied<strong>en</strong>, die veelal e<strong>en</strong> ecologische relatie hebb<strong>en</strong> met het estuarium, deel uit van<br />
het aangewez<strong>en</strong> gebied. T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s mak<strong>en</strong> de<br />
strand<strong>en</strong>, met uitzondering van die ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder, ge<strong>en</strong><br />
deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied. De begr<strong>en</strong>zing van het Vogel- <strong>en</strong><br />
Habitatrichtlijngebied is gelijk.<br />
Het Natura 2000-gebied beslaat e<strong>en</strong> oppervlakte van ongeveer 43.650 ha, dat zowel<br />
Vogelrichtlijngebied als Habitatrichtlijngebied betreft. De in hoofdstuk 2 g<strong>en</strong>oemde<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (circa 3.640 ha) vall<strong>en</strong> in hun geheel binn<strong>en</strong> het Natura 2000gebied.<br />
Voor de exacte oppervlakt<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar de leg<strong>en</strong>da van de bij dit<br />
besluit behor<strong>en</strong>de kaart. Deze cijfers betreff<strong>en</strong> de bruto-oppervlakt<strong>en</strong> omdat bij de<br />
berek<strong>en</strong>ing ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met niet op de kaart, tekstueel uitgeslot<strong>en</strong><br />
del<strong>en</strong> (zie paragraaf 3.4).<br />
De begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> van het Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> van het Habitatrichtlijngebied (zoals<br />
aangemeld) zijn op de kaart op <strong>en</strong>kele technische punt<strong>en</strong> verbeterd 8 :<br />
• Bestaande bebouwing (inclusief erv<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuin<strong>en</strong>; reeds tekstueel geëxclaveerd)<br />
waar ge<strong>en</strong> Natura 2000-waard<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, is waar mogelijk op grond van<br />
kadastrale of topografische lijn<strong>en</strong> ook op de kaart buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing gebracht.<br />
(º)<br />
• De begr<strong>en</strong>zing is waar mogelijk gelegd langs topografisch herk<strong>en</strong>bare lijn<strong>en</strong>, zoals<br />
weg<strong>en</strong>, water<strong>en</strong>, perceelscheiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> bosrand<strong>en</strong>.<br />
• De gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde oostelijk van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ter<br />
hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is uit e<strong>en</strong> oogpunt van duidelijkheid op de<br />
buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong> gelegd. De eerder als gr<strong>en</strong>s<br />
gehanteerde buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong> is onduidelijk waar schorr<strong>en</strong> zich over de buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong><br />
uitstrekk<strong>en</strong> over de buit<strong>en</strong>zijde van de dijk.<br />
7 De wijze van begr<strong>en</strong>zing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> is toegelicht in de Nota van Antwoord Vogelrichtlijn<br />
(2000), bijlage 1, Selectiecriteria <strong>en</strong> methode van begr<strong>en</strong>zing.<br />
8 Wijziging<strong>en</strong> aangeduid met e<strong>en</strong> nulletje (º) betreff<strong>en</strong> aanpassing<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het ontwerpbesluit.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
9
• Onlogische verschill<strong>en</strong> (
• Twee buit<strong>en</strong>dijkse strok<strong>en</strong> land <strong>en</strong> slikk<strong>en</strong> (39 ha) tuss<strong>en</strong> Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s,<br />
waaronder het Voorland Nummer E<strong>en</strong>, onderdeel van het habitattype estuaria<br />
(H1130) <strong>en</strong> bestaande uit of in ontwikkeling zijnde schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />
(H1330). Deze strok<strong>en</strong> war<strong>en</strong> reeds deel van het aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<br />
(2000);<br />
• De Weitje (7 ha) aansluit<strong>en</strong>d op Rammek<strong>en</strong>shoek t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van Vlissing<strong>en</strong>;<br />
• Meest westelijk geleg<strong>en</strong> deel van Inlaag 1887 (2 ha) bij Ellewoutsdijk;<br />
• Scheldeoord (9 ha) onder Baarland;<br />
• D<strong>en</strong> Inkel onder Kruining<strong>en</strong> (7 ha);<br />
• Twee percel<strong>en</strong> van de Bathse Kreek (17,4 ha) tuss<strong>en</strong> Rilland <strong>en</strong> Bath;<br />
• Schor van Hont<strong>en</strong>isse t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Oss<strong>en</strong>isse, Mol<strong>en</strong>polder (26 ha).<br />
Deze gebiedsdel<strong>en</strong> (met uitzondering van de eerstg<strong>en</strong>oemde) zijn ook toegevoegd aan<br />
het Vogelrichtlijngebied als hoogwatervluchtplaats voor watervogels die in het<br />
intergetijd<strong>en</strong>gebied van de Westerschelde voedsel zoek<strong>en</strong>. Met name de laatste twee<br />
g<strong>en</strong>oemde (grotere) gebiedsdel<strong>en</strong> zijn ook van belang voor diverse soort<strong>en</strong><br />
broedvogels (kluut, strandplevier, bontbekplevier, visdief <strong>en</strong> bruine kiek<strong>en</strong>dief).<br />
Het Habitatrichtlijngebied (zoals aangemeld) <strong>en</strong> het Vogelrichtlijngebied zijn uitgebreid<br />
(16 ha) met de voormalige veerhav<strong>en</strong> van Kruining<strong>en</strong> als onderdeel van het estuari<strong>en</strong>e<br />
systeem (habitattype estuaria (H1130)). De hav<strong>en</strong>kom maakt onderdeel uit van het<br />
Natuurcomp<strong>en</strong>satieprogramma Westerschelde. Onder meer vanuit dit programma is de<br />
hav<strong>en</strong>kom aangepast om e<strong>en</strong> natuurlijke <strong>en</strong> ongestoorde ontwikkeling van slik <strong>en</strong><br />
schor mogelijk te mak<strong>en</strong>. (º)<br />
Het Habitatrichtlijngebied (zoals aangemeld) is verkleind:<br />
• T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s is de landwaartse gr<strong>en</strong>s buit<strong>en</strong> de<br />
Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder gelegd op de laagwaterlijn (º). De gr<strong>en</strong>s wordt hier<br />
gelijkgetrokk<strong>en</strong> met de landwaartse gr<strong>en</strong>s van het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />
overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110B) waartoe het zeegebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van<br />
Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s behoort. De aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de strand<strong>en</strong> <strong>en</strong> duingebied<strong>en</strong> mak<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> deel uit van de habitattyp<strong>en</strong> estuaria (H1130) <strong>en</strong> perman<strong>en</strong>t overstroomde<br />
zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) waarvoor het gebied vooral wordt aangewez<strong>en</strong>. Voor zover<br />
duinhabitats hier voorkom<strong>en</strong> betreft het marginale voorkom<strong>en</strong>s. Deze habitattyp<strong>en</strong><br />
zijn al zeer goed verteg<strong>en</strong>woordigd in andere duingebied<strong>en</strong>.<br />
• Ter hoogte van Bath valt de gr<strong>en</strong>s van het gebied in de Westerschelde sam<strong>en</strong> met<br />
de rijksgr<strong>en</strong>s. Abusievelijk war<strong>en</strong> del<strong>en</strong> Belgisch grondgebied binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (circa 210 ha). (º)<br />
In afwijking van het ontwerpbesluit, maar in overe<strong>en</strong>stemming met de aanwijzing als<br />
Vogelrichtlijngebied (1995), is de zog<strong>en</strong>aamde gasdam tuss<strong>en</strong> het Verdronk<strong>en</strong> Land<br />
van Saeftinghe <strong>en</strong> het Sieperdaschor opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (º) omdat<br />
• deze onderdeel uitmaakt van de oorspronkelijke aanwijzing <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> inhoudelijke<br />
red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn dit gebiedsdeel te verwijder<strong>en</strong>;<br />
• bij verwijdering zou aan beide zijd<strong>en</strong> de (buit<strong>en</strong>)kruinlijn moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevolgd<br />
(conform de wijze van begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> langs waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong>, zie bov<strong>en</strong>) omdat de<br />
gasdam aan beide zijd<strong>en</strong> wordt omgev<strong>en</strong> door schorr<strong>en</strong>. Dit heeft als consequ<strong>en</strong>tie<br />
dat alle<strong>en</strong> de kruin van de dam zou word<strong>en</strong> geëxclaveerd, waardoor het praktische<br />
voordeel van exclavering grot<strong>en</strong>deels t<strong>en</strong>iet wordt gedaan (bedoeld voordeel is<br />
uitzondering van e<strong>en</strong> gebiedsdeel dat als leiding<strong>en</strong>straat fungeert).<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
11
De volg<strong>en</strong>de in het ontwerp opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreiding<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het<br />
aangemelde Habitatrichtlijngebied kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong> omdat deze ge<strong>en</strong> bijdrage<br />
(kunn<strong>en</strong>) lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van het gebied (º):<br />
• Boonepolder (12 ha) onder ’s-Grav<strong>en</strong>polder;<br />
• Bathse Schor (73,4 ha);<br />
• Margarethapolder t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van Terneuz<strong>en</strong> (83 ha).<br />
• Klein Mol<strong>en</strong>polder bij Paal (3,4 ha);<br />
• Plaskreek, noordelijk deel (20 ha) t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Biervliet.<br />
Dit betreft ge<strong>en</strong> terrein<strong>en</strong> waar habitattyp<strong>en</strong> of leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> aanwezig zijn<br />
of ontwikkeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op grond waarvan uitbreiding als Habitatrichtlijngebied<br />
kan word<strong>en</strong> gerechtvaardigd (zie ook bijlage C, 3.2).<br />
3.3.2 Wijziging Vogelrichtlijngebied Nederlands Zwingebied<br />
De wijziging waarbij de zeewaartse gr<strong>en</strong>s van Natura 2000-gebied Westerschelde &<br />
Saeftinghe is gelegd op de gr<strong>en</strong>s van de territoriale zee van Nederland (zie bov<strong>en</strong>),<br />
heeft als consequ<strong>en</strong>tie dat e<strong>en</strong> stuk zeegebied (circa 15 ha) dat in oktober 1996 was<br />
aangewez<strong>en</strong> als onderdeel van het Vogelrichtlijngebied Nederlands Zwingebied, wordt<br />
overgeheveld naar het eerstg<strong>en</strong>oemde gebied (artikel 4 van dit besluit, zie kaart<br />
bijlage A). Dit betek<strong>en</strong>t dat het besluit tot aanwijzing van het Vogelrichtlijngebied<br />
Nederlands Zwingebied middels dit besluit wordt gewijzigd (de aanwijzing van het<br />
Zwingebied als Natura 2000-gebied zal op e<strong>en</strong> later tijdstip plaatsvind<strong>en</strong>). (º)<br />
3.4 Toelichting bij de kaart <strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> del<strong>en</strong><br />
De begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is aangegev<strong>en</strong> op de bij de aanwijzing<br />
behor<strong>en</strong>de kaart. Voor zover van toepassing is daarbij onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> de<br />
begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> van Habitatrichtlijngebied, Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> (voormalige)<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daar waar de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting, bijvoorbeeld om<br />
kaarttechnische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>, is de tekst in deze paragraaf<br />
doorslaggev<strong>en</strong>d. In voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> zijn op de kaart ook aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de Natura<br />
2000-gebied<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>. Aan de indicatief aangeduide begr<strong>en</strong>zing van deze<br />
gebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> recht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>d (voor de begr<strong>en</strong>zing van deze<br />
gebied<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar de kaart<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de aangewez<strong>en</strong> of<br />
aangemelde gebied<strong>en</strong>).<br />
Voor de begr<strong>en</strong>zing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> geldt de volg<strong>en</strong>de algem<strong>en</strong>e<br />
exclaveringsformule: Bestaande bebouwing, erv<strong>en</strong>, tuin<strong>en</strong>, verharding<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
hoofdspoorweg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied, t<strong>en</strong>zij daarvan in<br />
paragraaf 3.3 wordt afgewek<strong>en</strong>. Voor de gebruikte begripp<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de<br />
definities (voor zover van toepassing in het onderhavige gebied):<br />
• Bebouwing betreft één of meer gebouw<strong>en</strong> of bouwwerk<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> zijnde.<br />
Gebouw: elk bouwwerk, dat e<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toegankelijke, overdekte, geheel of<br />
gedeeltelijk met wand<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> ruimte vormt. Bouwwerk: elke constructie van<br />
<strong>en</strong>ige omvang van hout, ste<strong>en</strong>, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of<br />
indirect met de grond verbond<strong>en</strong> is, of hetzij direct of indirect steun vindt in of op<br />
de grond.<br />
• Erv<strong>en</strong> zijn de onmiddellijk aan e<strong>en</strong> woning of ander gebouw geleg<strong>en</strong>, daarbij<br />
behor<strong>en</strong>de <strong>en</strong> daarmede in gebruik zijnde terrein<strong>en</strong>.<br />
• Tuin<strong>en</strong> zijn in de onmiddellijke nabijheid van e<strong>en</strong> woning of ander gebouw geleg<strong>en</strong><br />
int<strong>en</strong>sief onderhoud<strong>en</strong> terrein<strong>en</strong>, beplant met siergewass<strong>en</strong> <strong>en</strong> gazons of in gebruik<br />
als moestuin, die zich duidelijk onderscheid<strong>en</strong> van de omgeving. Tuin<strong>en</strong> zijn<br />
meestal beslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> omheind middels e<strong>en</strong> afrastering, schutting, muur of haag, of<br />
(deels) omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> sloot.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
12
• Verharding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bijvoorbeeld zijn: weg<strong>en</strong>, plein<strong>en</strong>, parkeervoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<br />
erfverharding<strong>en</strong> <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>glooiing<strong>en</strong>. Weg<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> alle voor het gemotoriseerd<br />
verkeer in gebruik zijnde kunstmatig verharde weg<strong>en</strong> met inbegrip van de daarin<br />
ligg<strong>en</strong>de brugg<strong>en</strong> <strong>en</strong> duikers <strong>en</strong> de tot die weg<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>de pad<strong>en</strong> <strong>en</strong> berm<strong>en</strong> of<br />
zijkant<strong>en</strong>.<br />
• Hoofdspoorweg<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> spoorlijn<strong>en</strong> die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Besluit<br />
aanwijzing hoofdspoorweg<strong>en</strong> (Stb. 2004, nr. 722). Langs hoofdspoorweg<strong>en</strong> geldt<br />
artikel 20 van de Spoorwegwet.<br />
4. NATURA 2000-WAARDEN<br />
4.1 Inleiding<br />
In dit hoofdstuk wordt allereerst e<strong>en</strong> opsomming gegev<strong>en</strong> van de waard<strong>en</strong> waaraan<br />
het gebied zijn betek<strong>en</strong>is ontle<strong>en</strong>t als Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied.<br />
Wat betreft de aanwijzing als Habitatrichtlijngebied wordt in paragraf<strong>en</strong> 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2<br />
e<strong>en</strong> lijst gegev<strong>en</strong> van de habitattyp<strong>en</strong> (met vermelding van de aanwezige subtyp<strong>en</strong>)<br />
<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong> 11 . Paragraaf 4.2.3 vermeldt de<br />
vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied onder de Vogelrichtlijn is aangewez<strong>en</strong>. Op alle<br />
vermelde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling van<br />
toepassing (zie hoofdstuk 5).<br />
Vervolg<strong>en</strong>s wordt in paragraaf 4.3 vermeld welke selectiecriteria op het<br />
Habitatrichtlijngebied van toepassing zijn <strong>en</strong> wordt onderbouwd waarom het gebied als<br />
Habitatrichtlijngebied is geselecteerd. Van elk habitattype <strong>en</strong> van elke soort waarvoor<br />
het gebied aan de selectiecriteria voldoet, wordt in bijlage B.3 in tekst <strong>en</strong>/of tabelvorm<br />
de betek<strong>en</strong>is (relatieve bijdrage) van het gebied afgezet teg<strong>en</strong> de betek<strong>en</strong>is van de<br />
andere Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> die aan de selectiecriteria voldo<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte beschrijft<br />
paragraaf 4.4 de verspreiding van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het gebied, ter<br />
onderbouwing van de gevolgde gebiedsbegr<strong>en</strong>zing van het Habitatrichtlijngebied.<br />
4.2 Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong><br />
4.2.1 Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I 12 )<br />
Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de natuurlijke habitats opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage<br />
I van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied e<strong>en</strong> bijdrage levert aan de<br />
instandhouding op landelijk niveau. T<strong>en</strong> behoeve van de nationale uitwerking van de<br />
Habitatrichtlijn is e<strong>en</strong> deel van de habitattyp<strong>en</strong> verdeeld in subtyp<strong>en</strong>, vanwege de zeer<br />
ruime variatie in fysieke omstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling. De nam<strong>en</strong> van de<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarvan afgeleide subtyp<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verder met hun verkorte nam<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> aangeduid. Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanmelding als<br />
Habitatrichtlijngebied (2003) <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage<br />
B.1 van deze Nota van toelichting 8 .<br />
H1110 Perman<strong>en</strong>t met zeewater van geringe diepte overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />
Verkorte naam Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />
betreft het subtype:<br />
H1110B Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (Noordzeekustzone)<br />
11<br />
Prioritaire habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitatsoort<strong>en</strong> zijn in bijlag<strong>en</strong> I <strong>en</strong> II van de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> in dit besluit<br />
aangeduid met e<strong>en</strong> sterretje *.<br />
12<br />
Bijlag<strong>en</strong> I <strong>en</strong> II laatstelijk aangepast op 20 november 2006, Richtlijn 2006/105/EG, PbEG L 363,<br />
20.12.2006, p. 368-405 (zie ook rectificatie PbEG L 80, 21.3.2007, p. 15).<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
13
H1130 Estuaria<br />
Verkorte naam Estuaria<br />
H1310 E<strong>en</strong>jarige pioniersvegetaties van slik- <strong>en</strong> zandgebied<strong>en</strong> met Salicornia spp.<br />
<strong>en</strong> andere zoutminn<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />
Verkorte naam Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong><br />
betreft de subtyp<strong>en</strong>:<br />
H1310A Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (zeekraal)<br />
H1310B Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (zeevetmuur)<br />
H1320 Schorr<strong>en</strong> met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)<br />
Verkorte naam Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />
H1330 Atlantische schorr<strong>en</strong> (Glauco-Puccinellietalia maritimae)<br />
Verkorte naam Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />
betreft de subtyp<strong>en</strong>:<br />
H1330A Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong>dijks)<br />
H1330B Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong> (binn<strong>en</strong>dijks)<br />
H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />
Verkorte naam Embryonale duin<strong>en</strong><br />
H2120 Wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> op de strandwal met Ammophila ar<strong>en</strong>aria (“witte<br />
duin<strong>en</strong>”)<br />
Verkorte naam Witte duin<strong>en</strong><br />
H2160 Duin<strong>en</strong> met Hippophaë rhamnoides<br />
Verkorte naam Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />
H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />
Verkorte naam Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />
betreft het subtype:<br />
H2190B Vochtige duinvallei<strong>en</strong> (kalkrijk)<br />
4.2.2 Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong> (bijlage II 12 )<br />
Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van de<br />
Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke functie in de lev<strong>en</strong>scyclus vervult.<br />
Hiermee wordt e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau.<br />
Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) <strong>en</strong>/of het<br />
ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting 8 .<br />
H1014 Nauwe korfslak (Vertigo angustior)<br />
H1095 Zeeprik (Petromyzon marinus)<br />
H1099 Rivierprik (Lampetra fluviatilis)<br />
H1103 Fint (Alosa fallax)<br />
H1365 Gewone zeehond (Phoca vitulina)<br />
H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis (Liparis loeselii)<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
14
4.2.3 Vogelrichtlijn: vogelsoort<strong>en</strong> (bijlage I <strong>en</strong> artikel 4.2)<br />
Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de<br />
Vogelrichtlijn:<br />
A026 Kleine zilverreiger (Egretta garzetta)<br />
A034 Lepelaar (Platalea leucorodia)<br />
A075 Zeear<strong>en</strong>d (Haliaeetus albicilla)<br />
A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief (Circus aeruginosus)<br />
A103 Slechtvalk (Falco peregrinus)<br />
A132 Kluut (Recurvirostra avosetta)<br />
A138 Strandplevier (Charadrius alexandrinus)<br />
A140 Goudplevier (Pluvialis apricaria)<br />
A157 Rosse grutto (Limosa lapponica)<br />
A176 Zwartkopmeeuw (Larus melanocephalus)<br />
A191 Grote stern (Sterna sandvic<strong>en</strong>sis)<br />
A193 Visdief (Sterna hirundo)<br />
A195 Dwergstern (Sterna albifrons)<br />
A272 Blauwborst (Luscinia svecica)<br />
Verder is het gebied aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de andere geregeld voorkom<strong>en</strong>de<br />
trekvogels waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is als broed-, rui- <strong>en</strong>/of<br />
overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats<strong>en</strong> in hun trekzones (artikel 4.2):<br />
A005 Fuut (Podiceps cristatus)<br />
A041 Kolgans (Anser albifrons)<br />
A043 Grauwe gans (Anser anser)<br />
A048 Berge<strong>en</strong>d (Tadorna tadorna)<br />
A050 Smi<strong>en</strong>t (Anas p<strong>en</strong>elope)<br />
A051 Krake<strong>en</strong>d (Anas strepera)<br />
A052 Wintertaling (Anas crecca)<br />
A053 Wilde e<strong>en</strong>d (Anas platyrhynchos)<br />
A054 Pijlstaart (Anas acuta)<br />
A056 Slobe<strong>en</strong>d (Anas clypeata)<br />
A069 Middelste zaagbek (Mergus serrator)<br />
A130 Scholekster (Haematopus ostralegus)<br />
A137 Bontbekplevier (Charadrius hiaticula)<br />
A141 Zilverplevier (Pluvialis squatarola)<br />
A142 Kievit (Vanellus vanellus)<br />
A143 Kanoet (Calidris canutus)<br />
A144 Driete<strong>en</strong>strandloper (Calidris alba)<br />
A149 Bonte strandloper (Calidris alpina ssp. alpina)<br />
A160 Wulp (Num<strong>en</strong>ius arquata)<br />
A161 Zwarte ruiter (Tringa erythropus)<br />
A162 Tureluur (Tringa totanus)<br />
A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter (Tringa nebularia)<br />
A169 Ste<strong>en</strong>loper (Ar<strong>en</strong>aria interpres)<br />
Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanwijzing<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied (1995 <strong>en</strong> 2000)<br />
<strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.2 van deze Nota van<br />
toelichting 8 .<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
15
4.3 Habitatrichtlijn: waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied aan de selectiecriteria<br />
voldoet<br />
4.3.1 Habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I)<br />
Voor niet-prioritaire habitattyp<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de Habitatrichtlijn zijn in<br />
de eerste stap van het selectieproces in beginsel de “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>”<br />
geselecteerd. Voor habitattyp<strong>en</strong> welke verdeeld zijn in subtyp<strong>en</strong>, geldt e<strong>en</strong> aantal van<br />
“drie belangrijkste gebied<strong>en</strong>” per subtype. Voor prioritaire habitattyp<strong>en</strong> 11 geldt e<strong>en</strong><br />
aantal van “ti<strong>en</strong> belangrijkste gebied<strong>en</strong>” <strong>en</strong> voor subtyp<strong>en</strong> van prioritaire habitattyp<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> aantal van “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>” per subtype. Verdeling in subtyp<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
behoeve van de selectie is alle<strong>en</strong> toegepast indi<strong>en</strong> de subtyp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />
verspreiding hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beschikbare gegev<strong>en</strong>s verdeling in subtyp<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong>. Voor<br />
<strong>en</strong>kele verspreid over het land voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong>, die in voldo<strong>en</strong>de mate in<br />
gebied<strong>en</strong> zijn verteg<strong>en</strong>woordigd welke voor andere waard<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zijn ge<strong>en</strong><br />
gebied<strong>en</strong> geselecteerd 13 . De betek<strong>en</strong>is van het gebied is afgemet<strong>en</strong> aan de aanwezige<br />
oppervlakte <strong>en</strong> zo nodig ook de repres<strong>en</strong>tativiteit van het habitattype. In e<strong>en</strong> tweede<br />
stap zijn ev<strong>en</strong>tueel nog extra gebied<strong>en</strong> toegevoegd met het oog op landelijke dekking,<br />
geografische spreiding <strong>en</strong> gr<strong>en</strong>soverschrijding 14 . In de onderstaande tabel zijn de<br />
habitattyp<strong>en</strong> vermeld die bij de aanmelding hebb<strong>en</strong> geleid tot selectie van het gebied<br />
<strong>en</strong>/of de habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied op grond van de huidige gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />
omstandighed<strong>en</strong> aan de selectiecriteria zou voldo<strong>en</strong> (zie ook bijlage B.3).<br />
Habitattype<br />
X a Y b Landelijke<br />
oppervlakte c<br />
Oppervlakte in<br />
Westerschelde &<br />
Saeftinghe d<br />
Oppervlakte in<br />
Yde gebied e<br />
Selectie bij<br />
aanmelding<br />
H1110B 3 3 ca. 270.000 B2 (6-15%) B2 (6-15%) nee<br />
H1130 5 2 ca. 44.300 A3 (50-75%) A2 (30-50%) ja<br />
H1310A 3 3 ca. 2.200 A1 (15-30%) B1 (2-6%) nee<br />
H1330A 3 3 ca. 9.900 A1 (15-30%) B1 (2-6%) ja<br />
(a) Aantal gebied<strong>en</strong> dat maximaal voor dit habitattype kan word<strong>en</strong> geselecteerd volg<strong>en</strong>s het criterium: “behor<strong>en</strong>d tot<br />
de X belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype.<br />
(b) Aantal gebied<strong>en</strong> dat op grond van het onder (a) g<strong>en</strong>oemde selectiecriterium voor het habitattype is geselecteerd (Y<br />
< X indi<strong>en</strong> er minder dan X gebied<strong>en</strong> zijn waarin het habitattype is vastgesteld of voorkomt in differ<strong>en</strong>tiër<strong>en</strong>de<br />
omvang).<br />
(c) Geschatte landelijke oppervlakte van het (subtype van het) habitattype in hectar<strong>en</strong>.<br />
(d) Oppervlakte in het onderhavige gebied, uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke oppervlakte. (Niet ingevuld<br />
indi<strong>en</strong> gebied niet één van de X belangrijkste gebied<strong>en</strong> is.)<br />
(e) Oppervlakte van het habitattype in het, in rangorde van aflop<strong>en</strong>de betek<strong>en</strong>is, Yde belangrijkste gebied. (Niet<br />
ingevuld indi<strong>en</strong> niet van belang voor de bepaling van de relatieve betek<strong>en</strong>is van het gebied, wanneer<br />
repres<strong>en</strong>tativiteit in plaats van oppervlakte doorslaggev<strong>en</strong>d was).<br />
4.3.2 Soort<strong>en</strong> (bijlage II)<br />
Voor niet-prioritaire soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van de Habitatrichtlijn zijn in de<br />
eerste stap van het selectieproces in beginsel de “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>”<br />
geselecteerd. Voor prioritaire soort<strong>en</strong> 11 geldt e<strong>en</strong> aantal van “ti<strong>en</strong> belangrijkste<br />
gebied<strong>en</strong>”. Voor <strong>en</strong>kele verspreid over het land voorkom<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>, die in voldo<strong>en</strong>de<br />
mate in gebied<strong>en</strong> zijn verteg<strong>en</strong>woordigd welke voor andere waard<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />
zijn ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> geselecteerd 15 . De betek<strong>en</strong>is van het gebied is afgemet<strong>en</strong> aan de<br />
13 Habitattyp<strong>en</strong> waarvoor ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd zijn: slijkgrasveld<strong>en</strong> (H1320) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
zom<strong>en</strong>, moerasspirea (H6430A) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zom<strong>en</strong>, droge bosrand<strong>en</strong> (H6430C).<br />
14 De selectiecriteria zijn verder uitgewerkt in het Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t (2003).<br />
15 Soort<strong>en</strong> waarvoor ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd zijn: zeeprik (H1095), elft (H1102), zalm (H1106),<br />
bittervoorn (H1134) <strong>en</strong> kleine modderkruiper (H1149). Voor de platte schijfhor<strong>en</strong> (H4056) zijn ge<strong>en</strong><br />
gebied<strong>en</strong> geselecteerd omdat de soort bij de uitbreiding van de EU in 2004 is toegevoegd aan bijlage II.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
16
omvang van de aanwezige populatie. In e<strong>en</strong> tweede stap zijn ev<strong>en</strong>tueel nog extra<br />
gebied<strong>en</strong> toegevoegd met het oog op landelijke dekking, geografische spreiding <strong>en</strong><br />
gr<strong>en</strong>soverschrijding 14 . In de onderstaande tabel zijn de habitatsoort<strong>en</strong> vermeld die bij<br />
de aanmelding hebb<strong>en</strong> geleid tot selectie van het gebied <strong>en</strong>/of de habitatsoort<strong>en</strong><br />
waarvoor het gebied op grond van de huidige gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> aan de<br />
selectiecriteria zou voldo<strong>en</strong> (zie ook bijlage B.3).<br />
Code Soort X a Y b Landelijke<br />
populatie c<br />
% in Westerschelde<br />
& Saeftinghe d<br />
% in Yde<br />
gebied e<br />
Selectie bij<br />
aanmelding<br />
H1365 Gewone zeehond 5 5 4.200-5.500 C (
5. INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />
5.1 Inleiding<br />
Het ecologisch netwerk Natura 2000 moet de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitats <strong>en</strong><br />
leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in hun natuurlijke verspreidingsgebied in e<strong>en</strong> gunstige staat<br />
van instandhouding behoud<strong>en</strong> of in voorkom<strong>en</strong>d geval herstell<strong>en</strong>. Onder het begrip<br />
“instandhouding” wordt e<strong>en</strong> geheel aan maatregel<strong>en</strong> verstaan die nodig zijn voor het<br />
behoud of herstel van natuurlijke habitats <strong>en</strong> populaties van wilde dier- <strong>en</strong><br />
plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. Ingevolge artikel 4, vierde<br />
lid, Habitatrichtlijn word<strong>en</strong> bij aanwijzing als Habitatrichtlijngebied “tev<strong>en</strong>s de<br />
prioriteit<strong>en</strong> vast[gesteld] gelet op het belang van de gebied<strong>en</strong> voor het in e<strong>en</strong> gunstige<br />
staat van instandhouding behoud<strong>en</strong> of herstell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> type natuurlijke habitat […]<br />
of van e<strong>en</strong> soort […] alsmede voor de coher<strong>en</strong>tie van Natura 2000 <strong>en</strong> gelet op de voor<br />
dat gebied bestaande dreiging van achteruitgang <strong>en</strong> vernietiging”.<br />
Deze bepaling is in artikel 10a, tweede lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 nader<br />
uitgewerkt. Op grond van dit artikel bestaat de verplichting om in e<strong>en</strong> aanwijzing<br />
doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de instandhouding van leefgebied<strong>en</strong> van vogelsoort<strong>en</strong><br />
dan wel doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de instandhouding van natuurlijke habitats of<br />
populaties van de in het wild lev<strong>en</strong>de dier- <strong>en</strong> plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. Om die<br />
red<strong>en</strong> zijn voor elk Natura 2000-gebied instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> ontwikkeld,<br />
waarbij per habitattype <strong>en</strong> per (vogel)soort is uitgegaan van landelijke doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
bijdrage die e<strong>en</strong> gebied redelijkerwijs kan lever<strong>en</strong> voor het bereik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gunstige<br />
staat van instandhouding op landelijk niveau. Tev<strong>en</strong>s is daarbij aangegev<strong>en</strong> welke<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of (vogel)soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste mog<strong>en</strong> gaan van andere habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
(vogel)soort<strong>en</strong>. Bij broedvogelsoort<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> regionale doelstelling is in de<br />
toelichting aangegev<strong>en</strong> wat in e<strong>en</strong> bepaalde periode de minimale <strong>en</strong> maximale bijdrage<br />
van het betreff<strong>en</strong>de gebied aan het regionale doelniveau is geweest. Voor e<strong>en</strong> beperkt<br />
aantal (vogel)soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> zijn op basis van artikel 10a, derde lid van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998 “complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong>” geformuleerd. Het betreft<br />
(vogel)soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> die onder druk staan <strong>en</strong> waarvoor Nederland in<br />
Europees verband e<strong>en</strong> bijzondere verantwoordelijkheid heeft. Dit betek<strong>en</strong>t dat aan e<strong>en</strong><br />
beperkt aantal Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> Habitatrichtlijndoel<strong>en</strong> zijn toegek<strong>en</strong>d (<strong>en</strong><br />
andersom) <strong>en</strong> dat aan e<strong>en</strong> beperkt aantal Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> “ontwikkeldoel<strong>en</strong>”<br />
zijn toegek<strong>en</strong>d. Met behulp van deze complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> is de realisering van de<br />
landelijke doel<strong>en</strong> beter gewaarborgd. Deze doel<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> volwaardig deel uit van de<br />
aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. De betreff<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet aangemeld bij de Europese<br />
Commissie.<br />
In bijlage B.4 van deze Nota van toelichting is e<strong>en</strong> overzicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van alle<br />
gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> per habitattype <strong>en</strong> per (vogel)soort.<br />
Voor de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in beheerplann<strong>en</strong> instandhoudingsmaatregel<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> uitgewerkt die beantwoord<strong>en</strong> aan de gebiedsspecifieke ecologische vereist<strong>en</strong><br />
van de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitats <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong>.<br />
Als verdere invulling van het stell<strong>en</strong> van prioriteit<strong>en</strong> zijn voor de acht onderscheid<strong>en</strong><br />
Natura 2000-landschapp<strong>en</strong> 16 kernopgav<strong>en</strong> geformuleerd op grond van de daar<br />
voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>, de landelijke betek<strong>en</strong>is van deze waard<strong>en</strong><br />
binn<strong>en</strong> het betreff<strong>en</strong>de landschap, de belangrijkste verbeteropgav<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
16<br />
Het Natura 2000-landschap van het gebied waarop dit besluit betrekking heeft staat vermeld in<br />
paragraaf 3.2 van deze Nota van toelichting.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
18
eïnvloedingsmogelijkhed<strong>en</strong>. Per landschap omvatt<strong>en</strong> ze de belangrijkste behoud- <strong>en</strong><br />
herstelopgav<strong>en</strong>. De kernopgav<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> (“richting gev<strong>en</strong>”) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />
overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> aan. Zij hebb<strong>en</strong> in het<br />
bijzonder betrekking op habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> die sterk onder druk staan<br />
<strong>en</strong>/of waarvoor Nederland van groot of zeer groot belang is. De kernopgav<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
per Natura 2000-landschap behandeld <strong>en</strong> opgesomd in hoofdstuk 5 van het Natura<br />
2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006).<br />
5.2 Algem<strong>en</strong>e doel<strong>en</strong><br />
Behoud <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> van toepassing herstel van:<br />
1. de bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de ecologische sam<strong>en</strong>hang van Natura<br />
2000 zowel binn<strong>en</strong> Nederland als binn<strong>en</strong> de Europese Unie;<br />
2. de bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de biologische diversiteit <strong>en</strong> aan de<br />
gunstige staat van instandhouding van natuurlijke habitats <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />
Europese Unie, die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I of bijlage II van de Habitatrichtlijn.<br />
Dit behelst de b<strong>en</strong>odigde bijdrage van het gebied aan het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> op<br />
landelijk niveau gunstige staat van instandhouding voor de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>;<br />
3. de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het Natura 2000-gebied, inclusief de sam<strong>en</strong>hang van<br />
de structuur <strong>en</strong> functies van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> waarvoor het<br />
gebied is aangewez<strong>en</strong>;<br />
4. de op het gebied van toepassing zijnde ecologische vereist<strong>en</strong> van de habitattyp<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />
5.3 Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I)<br />
H1110 Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>,<br />
Noordzeekustzone (subtype B).<br />
Toelichting Het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzeekustzone<br />
(subtype B) komt voor in het westelijk deel van het Natura 2000-gebied,<br />
t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s. De doelstelling is gericht op het<br />
voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang van het habitattype in dit gebied.<br />
H1130 Estuaria<br />
Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit.<br />
Toelichting De staat van instandhouding van dit habitattype is zeer ongunstig. Als<br />
gevolg van m<strong>en</strong>selijke ingrep<strong>en</strong> is de oppervlakte (hoogdynamisch) diep<br />
water in de Westerschelde sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, waarbij de overgang<strong>en</strong> naar<br />
(laagdynamische) ondiepere del<strong>en</strong> steil zijn geword<strong>en</strong>. Voor de<br />
Westerschelde houdt kwaliteitsverbetering in: herstel van de afwisseling<br />
aan diverse deelecosystem<strong>en</strong> (laagdynamische <strong>en</strong> hoogdynamische, diepe<br />
<strong>en</strong> ondiepe, zoete <strong>en</strong> zoute del<strong>en</strong> <strong>en</strong> geleidelijke overgang<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> al deze<br />
deelsystem<strong>en</strong>) met de bijbehor<strong>en</strong>de hoge biodiversiteit. De<br />
kwaliteitsverbetering komt ook t<strong>en</strong> goede aan de<br />
instandhoudingsdoelstelling voor de bel<strong>en</strong>d<strong>en</strong>de schorr<strong>en</strong> (H1330). Voor dit<br />
gebied is behoud van het meergeul<strong>en</strong>stelsel <strong>en</strong> uitbreiding van de<br />
oppervlakte met laagdynamische del<strong>en</strong> (droogvall<strong>en</strong>de plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiepe<br />
water<strong>en</strong>) noodzakelijk voor kwaliteitsverbetering <strong>en</strong> duurzaam<br />
voortbestaan. Daarnaast is behoud van de zoet-zout gradiënt binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
min of meer stabiel traject van belang, ev<strong>en</strong>als behoud van geleidelijke<br />
overgang<strong>en</strong> naar schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> duintjes.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
19
H1310 Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong><br />
Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>,<br />
zeekraal (subtype A) <strong>en</strong> behoud van oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit zilte<br />
pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B).<br />
Toelichting Het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (subtype A) is in dit<br />
gebied in de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia sterk in oppervlakte achteruitgegaan.<br />
Duurzaam herstel gaat sam<strong>en</strong> met herstel van het habitattype estuaria<br />
(H1130): meer ruimte voor natuurlijke dynamiek. Het habitattype zilte<br />
pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B) komt over e<strong>en</strong> geringe<br />
oppervlakte voor. Behoud is hier voldo<strong>en</strong>de omdat het subtype landelijk in<br />
gunstige staat van instandhouding verkeert.<br />
H1320 Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />
Toelichting Het habitattype slijkgrasveld<strong>en</strong> is uitsluit<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong> vorm met de exoot<br />
<strong>en</strong>gels slijkgras aanwezig; deze vorm is vanuit het oogpunt van<br />
biodiversiteit niet van belang, maar omdat het habitattype plaatselijk e<strong>en</strong><br />
aanzi<strong>en</strong>lijke oppervlakte inneemt, heeft het hier e<strong>en</strong> duidelijke functie als<br />
beschermingszone teg<strong>en</strong> het eroder<strong>en</strong> van het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte<br />
grasland<strong>en</strong> (H1330). Herstel van begroeiing<strong>en</strong> van klein slijkgras wordt als<br />
weinig haalbaar ingeschat.<br />
H1330 Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />
Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte<br />
grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (subtype A), <strong>en</strong> behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />
schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (subtype B).<br />
Toelichting De verdeling van de schorr<strong>en</strong> (H1330A) binn<strong>en</strong> het estuarium is mom<strong>en</strong>teel<br />
niet in ev<strong>en</strong>wicht. In het oostelijke, brakke deel kom<strong>en</strong> grote oppervlakt<strong>en</strong><br />
voor (onder andere Saeftinghe), terwijl in het westelijke deel (tuss<strong>en</strong><br />
Vlissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> Hansweert) de oppervlakte veel geringer is. In het westelijke<br />
deel vindt nog steeds afbraak van schorr<strong>en</strong> plaats. Daarom wordt<br />
uitbreiding van de oppervlakte schorr<strong>en</strong> nagestreefd, naast verbetering van<br />
de kwaliteit. Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding, is<br />
behoud van het binn<strong>en</strong>dijkse subtype (B) in dit gebied voldo<strong>en</strong>de.<br />
H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />
Toelichting Het habitattype embryonale duin<strong>en</strong> komt thans in geringe oppervlakte voor.<br />
Van belang is dat in het mondingsgebied de abiotische <strong>en</strong> ruimtelijke<br />
randvoorwaard<strong>en</strong> aanwezig blijv<strong>en</strong> om, in sam<strong>en</strong>hang met habitattype<br />
witte duin<strong>en</strong> (H2120), dit dynamische type te lat<strong>en</strong> bestaan.<br />
H2120 Witte duin<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />
Toelichting Het habitattype witte duin<strong>en</strong> komt thans over e<strong>en</strong> geringe oppervlakte<br />
voor. Van belang is dat in het mondingsgebied de abiotische <strong>en</strong> ruimtelijke<br />
randvoorwaard<strong>en</strong> aanwezig blijv<strong>en</strong> om, in sam<strong>en</strong>hang met habitattype<br />
embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> (H2110), dit dynamische habitattype te<br />
lat<strong>en</strong> bestaan.<br />
H2160 Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
20
Toelichting Het habitattype duindoornstruwel<strong>en</strong> komt over e<strong>en</strong> geringe oppervlakte<br />
voor in de duin<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> duin<strong>en</strong>kweldergebied. Om de kwaliteit te<br />
behoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> alle successiestadia in het gebied voorkom<strong>en</strong>, ook de<br />
jonge stadia die als matig ontwikkeld word<strong>en</strong> beoordeeld.<br />
H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />
Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (subtype B).<br />
Toelichting Het habitattype van vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (subtype B) komt met<br />
e<strong>en</strong> geringe oppervlakte voor in het gebied. Het habitattype heeft zich<br />
onder andere ontwikkeld in e<strong>en</strong> inlaag waar kalkrijke ondergrond vrijkwam.<br />
In één van de inlag<strong>en</strong> komt de habitatsoort gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) voor<br />
binn<strong>en</strong> het habitattype.<br />
5.4 Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong> (bijlage II)<br />
H1014 Nauwe korfslak<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.<br />
Toelichting Rec<strong>en</strong>te waarneming<strong>en</strong> van de nauwe korfslak betreff<strong>en</strong> e<strong>en</strong> populatie<br />
tuss<strong>en</strong> Cadzand <strong>en</strong> de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder.<br />
H1095 Zeeprik<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />
Toelichting Het gebied Westerschelde & Saeftinghe is voor de zeeprik van belang als<br />
doortrekgebied. De populatie is afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>. In het gebied<br />
Westerschelde & Saeftinghe zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk,<br />
omdat de oorzaak van de landelijk matig ongunstige staat van<br />
instandhouding niet in dit gebied ligt.<br />
H1099 Rivierprik<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />
Toelichting De Westerschelde is als doortrekgebied van Nederlands belang. In dit<br />
gebied zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk. De populatie is<br />
afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s<br />
in Vlaander<strong>en</strong>.<br />
H1103 Fint<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />
Toelichting Het gebied Westerschelde & Saeftinghe is als doortrekgebied voor de fint<br />
van (pot<strong>en</strong>tieel) groot belang. In dit gebied zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong><br />
noodzakelijk. De populatie is afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>.<br />
H1365 Gewone zeehond<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding<br />
populatie t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale populatie van t<strong>en</strong>minste 200<br />
exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied.<br />
Toelichting De Westerschelde kan e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de regionale doelstelling<br />
van t<strong>en</strong> minste 200 exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied voor deze soort. Door<br />
het instell<strong>en</strong> van rustgebied<strong>en</strong> kan verstoring word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>. De<br />
kwaliteit van het leefgebied is mede afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
21
H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit biotoop voor behoud populatie.<br />
Toelichting De gro<strong>en</strong>knolorchis verkeert landelijk in e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />
instandhouding. De soort is binn<strong>en</strong> het gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />
uitsluit<strong>en</strong>d bek<strong>en</strong>d van de inlaag Hoofdplaat waar het voorkomt in het<br />
habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (H2190B).<br />
5.5 Vogelrichtlijn: broedvogels<br />
A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van t<strong>en</strong> minste 20 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De bruine kiek<strong>en</strong>dief is van oudsher e<strong>en</strong> schaarse broedvogel in dit gebied.<br />
Vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig is de soort geleidelijk in aantal toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />
maximum van 23 par<strong>en</strong> in 2003. Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van<br />
instandhouding is behoud voldo<strong>en</strong>de. De draagkracht is afgeleid van het<br />
gemiddelde over de jar<strong>en</strong> 1999-2003 van 20 broedpar<strong>en</strong>. Het gebied levert<br />
voldo<strong>en</strong>de draagkracht voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />
A132 Kluut<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 2.000 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />
Oosterschelde, Zoommeer, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De<br />
populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk<br />
wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het gebied draagt bij aan de<br />
draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie. In de periode<br />
1999-2008 broedde minimaal 2% <strong>en</strong> maximaal 14% van de broedpopulatie<br />
van het Deltagebied in het onderhavige gebied. Kleine aantall<strong>en</strong> klut<strong>en</strong><br />
broed<strong>en</strong> van oudsher langs de Westerschelde (t<strong>en</strong> minste 150 par<strong>en</strong>). Het<br />
ontbrek<strong>en</strong> van uitgestrekte oeverzones biedt weinig broedmogelijkhed<strong>en</strong>.<br />
Na e<strong>en</strong> niveau van t<strong>en</strong> minste 200 par<strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> tachtig liep<strong>en</strong> de<br />
aantall<strong>en</strong> terug. De stand k<strong>en</strong>merkt zich door sterke fluctuaties: in de<br />
periode 1988-2002 minimaal 64 (1989) <strong>en</strong> maximaal 190 par<strong>en</strong> (2000). In<br />
2003 kwam het aantal echter weer flink bov<strong>en</strong> de 200: 278 par<strong>en</strong>.<br />
A137 Bontbekplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 100 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />
Oosterschelde, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De populatie is<br />
alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de<br />
voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het gebied draagt bij aan de draagkracht t<strong>en</strong><br />
behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie. In de periode 1999-2008<br />
broedde minimaal 9% <strong>en</strong> maximaal 22% van het regionale doelniveau van<br />
het Deltagebied in het onderhavige gebied. Ev<strong>en</strong>als bij de kluut zijn de<br />
aantall<strong>en</strong> bontbekplevier<strong>en</strong> langs de Westerschelde relatief bescheid<strong>en</strong>. In<br />
de meeste jar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> minder dan 10 par<strong>en</strong> geteld. Rec<strong>en</strong>telijk zijn de<br />
aantall<strong>en</strong> wat hoger met 22 par<strong>en</strong> in 2002 <strong>en</strong> 20 in 2003. De meeste par<strong>en</strong><br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
22
oed<strong>en</strong> langs de kust van Zuid-Beveland op door de m<strong>en</strong>s gecreëerde<br />
zandige terrein<strong>en</strong>.<br />
A138 Strandplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 220 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek, Haringvliet, Krammer-<br />
Volkerak, Greveling<strong>en</strong>, Oosterschelde, Zoommeer, Westerschelde &<br />
Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />
gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het<br />
gebied draagt bij aan de draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale<br />
sleutelpopulatie. In de periode 1999-2008 broedde minimaal 8% <strong>en</strong><br />
maximaal 25% van het regionale doelniveau van het Deltagebied in het<br />
onderhavige gebied. Strandplevier<strong>en</strong> broed<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig verspreid langs<br />
de Westerschelde in relatief bescheid<strong>en</strong> aantall<strong>en</strong>: maximaal 40 par<strong>en</strong> met<br />
e<strong>en</strong> uitschieter in 1999 van 55 par<strong>en</strong>. Begin jar<strong>en</strong> tachtig kond<strong>en</strong> nog circa<br />
80 par<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geteld. De meeste par<strong>en</strong> broed<strong>en</strong> nu langs de kust van<br />
Zuid-Beveland. Ondanks de landelijk zeer ongunstige staat van<br />
instandhouding is niet voor uitbreiding van de populatie gekoz<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de<br />
onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied. Mogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />
verbetering kwaliteit leefgebied zull<strong>en</strong> wel word<strong>en</strong> onderzocht.<br />
A176 Zwartkopmeeuw<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 400 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Zoommeer <strong>en</strong><br />
Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />
gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Vanaf<br />
1981 broed<strong>en</strong> geregeld <strong>en</strong>ige zwartkopmeeuw<strong>en</strong> langs de Westerschelde;<br />
soms net binn<strong>en</strong>dijks. Eind jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig ontstond e<strong>en</strong> flinke kolonie op<br />
het Zuidgors bij Ellewoutsdijk: 86 par<strong>en</strong> in 2001. In het gehele gebied<br />
fluctueerde het aantal par<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 1999-2003 tuss<strong>en</strong> 3 <strong>en</strong> 87 par<strong>en</strong>. In de<br />
periode 1999-2008 broedde minimaal 1% <strong>en</strong> maximaal 48% van het<br />
regionale doelniveau van het Deltagebied in het onderhavige gebied.<br />
Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding is behoud voldo<strong>en</strong>de.<br />
A191 Grote stern<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 4.000 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Greveling<strong>en</strong>, Oosterschelde <strong>en</strong><br />
Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />
gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. De<br />
grote stern broedt verspreid over het Deltagebied in e<strong>en</strong> beperkt aantal<br />
kolonies die geregeld van plaats wissel<strong>en</strong>. Het is daarom van groot belang<br />
op meerdere locaties waar de soort rec<strong>en</strong>telijk heeft gebroed aandacht te<br />
bested<strong>en</strong> aan behoud van het leefgebied. In de periode 1999-2008 broedde<br />
minimaal 0% <strong>en</strong> maximaal 115% van het regionale doelniveau van het<br />
Deltagebied in het onderhavige gebied. De populatie van de grote stern in<br />
Zuidwest-Nederland <strong>en</strong> aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d België moet als één geheel word<strong>en</strong><br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
23
eschouwd. Op de Hooge Plat<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> kolonie zich gevestigd in 1987.<br />
In de jar<strong>en</strong> daarna groeide de kolonie langzaam, t<strong>en</strong> dele t<strong>en</strong> koste van de<br />
kolonie op de Hompelvoet. Hoogste aantal werd geteld in 2002: 4.600<br />
par<strong>en</strong>. In dit gebied wordt behoud nagestreefd, omdat de pot<strong>en</strong>tie van het<br />
gebied voor herstel onvoldo<strong>en</strong>de is. Het gebied draagt bij aan de<br />
draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie.<br />
A193 Visdief<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 6.500 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />
Oosterschelde, Zoommeer <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is<br />
alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de<br />
voorkom<strong>en</strong> per gebied. Van oudsher broed<strong>en</strong> rond de 1.000 par<strong>en</strong><br />
visdiev<strong>en</strong> in de Westerschelde. Op het dieptepunt in de jar<strong>en</strong> zestig hooguit<br />
<strong>en</strong>kele honderd<strong>en</strong>. Daarna trad sterk herstel op via circa 500 par<strong>en</strong> in<br />
begin jar<strong>en</strong> tachtig tot t<strong>en</strong> minste 1.000 rond de eeuwwisseling (maximaal<br />
1.545 in 2000). De Hooge Plat<strong>en</strong> zijn in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate van belang als<br />
broedplaats met in 2002 1.100 par<strong>en</strong>.<br />
Ook op Saeftinghe is de visdief van oudsher e<strong>en</strong> broedvogel in <strong>en</strong>kele<br />
honderd<strong>en</strong> par<strong>en</strong> (bijvoorbeeld 400 par<strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig). Na e<strong>en</strong><br />
niveau van t<strong>en</strong> minste 300 par<strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> tachtig liep<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong><br />
weer op. De stand op Saeftinghe k<strong>en</strong>merkt zich door sterke fluctuaties: in<br />
de periode 1987-2000 minimaal 283 (2000) <strong>en</strong> maximaal 522 par<strong>en</strong><br />
(1991). In 2001 <strong>en</strong> 2002 werd<strong>en</strong> zeer afwijk<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> vastgesteld:<br />
respectievelijk 869 <strong>en</strong> 71. Het uitzonderlijk lage aantal in 2002 wordt<br />
gewet<strong>en</strong> aan het weinig voorhand<strong>en</strong> zijn van de favoriete nestlocaties in de<br />
vorm van pakkett<strong>en</strong> “veek” (opgespoeld plant<strong>en</strong>materiaal dat bij hoge<br />
waterstand<strong>en</strong> gaat drijv<strong>en</strong>).<br />
Voor het gebied als geheel bedroeg het gemiddeld aantal par<strong>en</strong> in de<br />
periode 1999-2003 1.600 met e<strong>en</strong> maximum van 1.969 in 2001. In de<br />
periode 1999-2008 broedde minimaal 8% <strong>en</strong> maximaal 30% van het<br />
regionale doelniveau van het Deltagebied in het onderhavige gebied.<br />
Ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is<br />
uitbreiding van de populatie niet direct vereist, daar zich al jar<strong>en</strong> lang e<strong>en</strong><br />
geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t.<br />
A195 Dwergstern<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />
voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 300 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />
volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />
Oosterschelde <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op<br />
regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per<br />
gebied. In vroegere jar<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> doorgaans minder dan 50 par<strong>en</strong><br />
dwergsterns tot broed<strong>en</strong> in de Westerschelde. Op het dieptepunt van de<br />
populatie in de jar<strong>en</strong> zestig kwam<strong>en</strong> slechts <strong>en</strong>kele paartjes tot broed<strong>en</strong>.<br />
Daarna is herstel van de populatie opgetred<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> maximum van 203<br />
par<strong>en</strong> in 1987. In het afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium kwam<strong>en</strong> jaarlijks circa 100<br />
par<strong>en</strong> tot broed<strong>en</strong> (maximaal 140 in 1997). In de periode 1999-2008<br />
broedde minimaal 28% <strong>en</strong> maximaal 83% van het regionale doelniveau van<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
24
het Deltagebied in het onderhavige gebied. Ondanks de landelijk matig<br />
ongunstige staat van instandhouding is niet voor uitbreiding van de<br />
populatie gekoz<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het<br />
Deltagebied.<br />
A272 Blauwborst<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van t<strong>en</strong> minste 450 par<strong>en</strong>.<br />
Toelichting De eerste aanwijzing van broed<strong>en</strong>de blauwborst<strong>en</strong> (tev<strong>en</strong>s voor Zeeland)<br />
stamt uit 1947. Pas vanaf de jar<strong>en</strong> zestig werd het e<strong>en</strong> regelmatige<br />
broedvogel <strong>en</strong> vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig is de stand sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In<br />
1997 werd<strong>en</strong> circa 620 par<strong>en</strong> geteld. Vooral in de rietruigt<strong>en</strong> van<br />
Saeftinghe is de blauwborst inmiddels e<strong>en</strong> talrijke broedvogel. Gezi<strong>en</strong> de<br />
landelijk gunstige staat van instandhouding is behoud op het gemiddelde<br />
niveau van 1999-2003 voldo<strong>en</strong>de. Het gebied heeft voldo<strong>en</strong>de draagkracht<br />
voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />
5.6 Vogelrichtlijn: niet-broedvogels<br />
A005 Fuut<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de fuut met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied.<br />
De soort is vooral e<strong>en</strong> wintergast, met de hoogste aantall<strong>en</strong> in oktoberfebruari,<br />
net als in de rest van de zoute Delta (met uitzondering van<br />
Voordelta). Vroeger kwam e<strong>en</strong> veel scherpere piek voor in januari. De<br />
populatie is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig, maar daarvoor<br />
bestond<strong>en</strong> sterke fluctuaties. Het patroon vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met<br />
dat van middelste zaagbek (A069) <strong>en</strong> nonnetje (A068) <strong>en</strong> wijkt op<br />
vergelijkbare wijze af van het patroon in de andere deltawater<strong>en</strong>.<br />
Waarschijnlijk spel<strong>en</strong> verandering<strong>en</strong> in de beschikbaarheid van vis in de<br />
Westerschelde e<strong>en</strong> rol. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, de<br />
waarschijnlijke oorzaak van de landelijk matig ongunstige staat van<br />
instandhouding is niet geleg<strong>en</strong> in dit gebied.<br />
A026 Kleine zilverreiger<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 40 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> kleine zilverreigers zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />
heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na de<br />
Greveling<strong>en</strong> levert de Westerschelde & Saeftinghe in Nederland de grootste<br />
bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig, maar met e<strong>en</strong> sterke piek in<br />
augustus/september. Saeftinghe is één van de bolwerk<strong>en</strong>, de reigers jag<strong>en</strong><br />
hier op vis <strong>en</strong> garnal<strong>en</strong>. De kleine zilverreiger is aanwezig sinds begin jar<strong>en</strong><br />
neg<strong>en</strong>tig <strong>en</strong> sindsdi<strong>en</strong> snel toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />
voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A034 Lepelaar<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 30 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> lepelaars zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
25
slaapplaats. Vooral in Saeftinghe bevind<strong>en</strong> zich hoge aantall<strong>en</strong> in<br />
september. In de loop van de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is de populatie sterk<br />
toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de<br />
landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A041 Kolgans<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 380 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de kolgans met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />
<strong>en</strong> slaapplaats. De draagkrachtschatting <strong>en</strong> de tr<strong>en</strong>danalyse hebb<strong>en</strong><br />
betrekking op de foerageerfunctie. De slaapplaatsfunctie is mogelijk<br />
belangrijker, maar er zijn niet voldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s voor e<strong>en</strong><br />
kwantificering in het doel. De slaapplaats is van regionale betek<strong>en</strong>is.<br />
Aantall<strong>en</strong> fluctuer<strong>en</strong>, maar met e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d. Het aantal slap<strong>en</strong>de<br />
vogels is groter dan het aantal foerager<strong>en</strong>de vogels, tot de orde van<br />
grootte van 4.000 vogels. Deze vogels zijn vooral afkomstig uit Zeeuws-<br />
Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zuid-Beveland. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />
gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A043 Grauwe gans<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 16.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> grauwe ganz<strong>en</strong> zijn van grote nationale <strong>en</strong> grote internationale<br />
betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied <strong>en</strong> slaapplaats. De slaapplaatsfunctie, van regionale<br />
betek<strong>en</strong>is, betreft vooral de grauwe ganz<strong>en</strong> die in Zeeuws-Vlaander<strong>en</strong><br />
foerager<strong>en</strong>. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De<br />
Westerschelde & Saeftinghe, het Haringvliet <strong>en</strong> het Hollands Diep lever<strong>en</strong><br />
de grootste bijdrage aan de grauwe gans in Nederland. Sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />
tachtig is de populatie sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, rec<strong>en</strong>t lijk<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> af te<br />
vlakk<strong>en</strong>, waarbij in Saeftinghe aantall<strong>en</strong> van 50.000-75.000 vogels zijn<br />
bereikt (circa 30% van de internationale populatie). Behoud van de huidige<br />
situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
De doelstelling heeft ge<strong>en</strong> betrekking op de ev<strong>en</strong>tuele functie van het<br />
gebied als broedgebied voor deze soort.<br />
A048 Berge<strong>en</strong>d<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 4.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> berge<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Na<br />
de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage. Net als in de<br />
Voordelta, maar in teg<strong>en</strong>stelling tot de andere zoute deltawater<strong>en</strong> gaat het<br />
vooral om e<strong>en</strong> (na)zomervogel, met hoge aantall<strong>en</strong> in juni-oktober. Er is<br />
ge<strong>en</strong> dip in augustus voor de ruitrek, hoewel e<strong>en</strong> deel wel wegtrekt<br />
(Wadd<strong>en</strong>zee), maar e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d aantal, rec<strong>en</strong>t 4.000-10.000 vogels,<br />
blijft teg<strong>en</strong>woordig om in het gebied zelf te rui<strong>en</strong>. Sinds het begin van de<br />
jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is er e<strong>en</strong> doorgaande populatieto<strong>en</strong>ame, die sterker is dan<br />
in de andere zoute Deltawater<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />
voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
26
A050 Smi<strong>en</strong>t<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 16.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />
slaapplaats. De slaapplaats is van regionale betek<strong>en</strong>is. De<br />
draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Na de Wadd<strong>en</strong>zee<br />
levert het gebied de grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, hoogste<br />
aantall<strong>en</strong> aanwezig in september-maart. De smi<strong>en</strong>t komt sterk<br />
geconc<strong>en</strong>treerd voor in Saeftinghe, waar 30.000-50.000 vogels<br />
overwinter<strong>en</strong>. Sinds de jar<strong>en</strong> tachtig is de populatie toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
factor drie, sterker dan in de andere zoute Deltawater<strong>en</strong>. Rec<strong>en</strong>t heeft<br />
echter e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>tering plaatsgevond<strong>en</strong>, waardoor deze voorsprong weer<br />
verdwijnt. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding. De doelstelling heeft ge<strong>en</strong> betrekking<br />
op de ev<strong>en</strong>tuele functie van het gebied als broedgebied voor deze soort.<br />
A051 Krake<strong>en</strong>d<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 40 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de krake<strong>en</strong>d met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied. De soort is het hele jaar aanwezig, maar vooral in het<br />
winterhalfjaar, met e<strong>en</strong> doortrekpiek in september <strong>en</strong> hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />
december-februari. De populatie is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zoals bijna overal, maar<br />
minder sterk dan in Greveling<strong>en</strong> <strong>en</strong> Oosterschelde, waar de absolute<br />
aantall<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig aanzi<strong>en</strong>lijk hoger zijn dan in de Westerschelde &<br />
Saeftinghe. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding.<br />
A052 Wintertaling<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> wintertaling<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />
de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het gebied levert na de<br />
Wadd<strong>en</strong>zee, Lauwersmeer <strong>en</strong> Oostvaardersplass<strong>en</strong> de grootste bijdrage.<br />
Binn<strong>en</strong> het gebied komt de soort geconc<strong>en</strong>treerd voor in Saeftinghe. De<br />
wintertaling is vooral aanwezig in de winter, met de hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />
september-maart. De populatie is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, weliswaar met sterke<br />
fluctuaties. De aantalsontwikkeling vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van<br />
andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij<br />
wilde e<strong>en</strong>d (A053), pijlstaart (A054), slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)),<br />
zodat verandering<strong>en</strong> in voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij<br />
<strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong><br />
zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau<br />
is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />
A053 Wilde e<strong>en</strong>d<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 11.700 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> wilde e<strong>en</strong>d zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de<br />
soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na de Wadd<strong>en</strong>zee levert<br />
het gebied de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig, maar<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
27
met lage aantall<strong>en</strong> in maart-mei. De aantalsontwikkeling vertoont<br />
overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong><br />
sinds 2000/2001 zoals ook bij wintertaling (A052), pijlstaart (A054),<br />
slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)), zodat verandering<strong>en</strong> in voedselhabitat<br />
waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij <strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon<br />
echter ook in andere water<strong>en</strong> zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is<br />
voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A054 Pijlstaart<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.400 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> pijlstaart<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na<br />
de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong><br />
wintergast, aanwezig in september-maart, hoogste aantall<strong>en</strong> in oktoberjanuari,<br />
met e<strong>en</strong> beperkte doortrekpiek in oktober. De aantalsontwikkeling<br />
vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde<br />
aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij wilde e<strong>en</strong>d (A053), wintertaling<br />
(A052), slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)), zodat verandering<strong>en</strong> in het<br />
voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij <strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is<br />
dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong> zichtbaar. De to<strong>en</strong>ame wordt bij<br />
de pijlstaart mede veroorzaakt door verbreding van het seizo<strong>en</strong>. Behoud<br />
van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong><br />
herstelopgave geformuleerd.<br />
A056 Slobe<strong>en</strong>d<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 70 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de slobe<strong>en</strong>d met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied. De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t, met lage aantall<strong>en</strong> in<br />
juni/juli <strong>en</strong> doortrekpiek<strong>en</strong> in september <strong>en</strong> maart/april. De aantall<strong>en</strong> zijn<br />
laag in vergelijking met andere Deltawater<strong>en</strong>, ook in Saeftinghe. De<br />
aantalsontwikkeling vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere<br />
grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij wilde<br />
e<strong>en</strong>d (A053), pijlstaart (A054), wintertaling (A052), krake<strong>en</strong>d (A051)),<br />
zodat verandering<strong>en</strong> in het voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij<br />
<strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong><br />
zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding.<br />
A069 Middelste zaagbek<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 30 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de middelste zaagbek met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, aanwezig in oktober-april, met<br />
hoogste aantall<strong>en</strong> in december-maart. Sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is de<br />
populatie nogal afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> patroon dat overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> vertoont<br />
met dat van fuut (A005) <strong>en</strong> nonnetje (A068) <strong>en</strong> op vergelijkbare wijze<br />
afwijkt van het patroon in de andere deltawater<strong>en</strong>, zodat waarschijnlijk<br />
verandering<strong>en</strong> in de beschikbaarheid van vis in de Westerschelde e<strong>en</strong> rol<br />
spel<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
28
A075 Zeear<strong>en</strong>d<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 2 vogels (seizo<strong>en</strong>smaximum).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> zeear<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft<br />
voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het gebied levert<br />
één van de grootste bijdrag<strong>en</strong> in Nederland. Populatieaantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> toe te<br />
nem<strong>en</strong>, maar de gegev<strong>en</strong>s zijn niet toereik<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse.<br />
Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige<br />
staat van instandhouding.<br />
A103 Slechtvalk<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 8 vogels (seizo<strong>en</strong>smaximum).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> slechtvalk<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />
de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het betreft één van de<br />
belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de slechtvalk in Nederland. Aantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong><br />
stabiel, maar de gegev<strong>en</strong>s zijn niet toereik<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse.<br />
Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige<br />
staat van instandhouding.<br />
A130 Scholekster<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 7.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> scholeksters zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort onder andere e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />
als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />
De soort foerageert in het intergetijd<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> overtijt met name op de<br />
Hooge Plaat<strong>en</strong>, in minder mate op Oss<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> Braakmanhav<strong>en</strong>. Het<br />
seizo<strong>en</strong>sverloop is vergelijkbaar met de Oosterschelde, met de hoogste<br />
aantall<strong>en</strong> in augustus-februari. De populatieontwikkeling is echter heel<br />
anders, met tijdelijk verhoogde aantall<strong>en</strong> in het midd<strong>en</strong> van de jar<strong>en</strong><br />
neg<strong>en</strong>tig in plaats van e<strong>en</strong> meer doorgaande afname zoals in de<br />
Oosterschelde. E<strong>en</strong> abrupte afname van 1998/1999 op 1999/2000<br />
suggereert e<strong>en</strong> afname van de draagkracht, maar de aantall<strong>en</strong> zijn niet<br />
lager dan in de tweede helft van de jar<strong>en</strong> tachtig <strong>en</strong> de afname is inmiddels<br />
gestabiliseerd. Ondanks de bijdrage van de Westerschelde aan de landelijk<br />
zeer ongunstige staat van instandhouding is gekoz<strong>en</strong> voor behoud, omdat<br />
herstel van het leefgebied niet realistisch lijkt.<br />
A132 Kluut<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 540 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> klut<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />
heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />
De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t, maar met duidelijke doortrekpiek<strong>en</strong> in<br />
oktober/november <strong>en</strong> maart/april <strong>en</strong> zonder zwaartepunt in het voorjaar<br />
zoals in de Oosterschelde. Het aantalsverloop vertoont e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />
t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s, maar met sterke fluctuaties <strong>en</strong> is niet significant. Behoud van de<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
29
huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave<br />
geformuleerd.<br />
A137 Bontbekplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 430 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> bontbekplevier<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is.<br />
Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />
<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />
functies. Na de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage voor de<br />
populatie die naar West/Zuid-Afrika trekt. Voor de populatie die in West-<br />
Europa <strong>en</strong> Noord-Afrika overwintert levert het gebied na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong><br />
de Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is grot<strong>en</strong>deels doortrekker<br />
met e<strong>en</strong> scherpe piek in aantall<strong>en</strong> in september die wordt toegeschrev<strong>en</strong><br />
aan de eerstg<strong>en</strong>oemde populatie, ev<strong>en</strong>als de hoogste van de twee veel<br />
lagere voorjaarspiek<strong>en</strong> in mei. E<strong>en</strong> eerdere, nog lagere maar wel<br />
afzonderlijke piek in maart, wordt toegeschrev<strong>en</strong> aan de eerstg<strong>en</strong>oemde<br />
populatie. Deze populatie beleefde e<strong>en</strong> dal in de eerste helft van de jar<strong>en</strong><br />
neg<strong>en</strong>tig maar herstelde zich daarna, om de laatste jar<strong>en</strong> weer wat af te<br />
nem<strong>en</strong>. Over het geheel is sprake van e<strong>en</strong> beperkte afname. Ondanks<br />
grote fluctuaties is er e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met het aantalsverloop in de<br />
verschill<strong>en</strong>de zoute deltawater<strong>en</strong>, zodat het waarschijnlijk is dat de<br />
oorzak<strong>en</strong> van de verandering<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste gedeeltelijk buit<strong>en</strong> de Delta<br />
ligg<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding.<br />
A138 Strandplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 80 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> strandplevier<strong>en</strong> zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />
heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert de grootste bijdrage in Nederland. De soort is aanwezig in<br />
het zomerhalfjaar, maar net als in de Oosterschelde met e<strong>en</strong> sterk acc<strong>en</strong>t<br />
op de periode van de najaarstrek, met e<strong>en</strong> scherpe piek in augustus. Eind<br />
jar<strong>en</strong> tachtig is de populatie fors afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, deze afname heeft zich na<br />
e<strong>en</strong> onderbreking in het midd<strong>en</strong> van de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig, in de rec<strong>en</strong>te jar<strong>en</strong><br />
voortgezet. De aantall<strong>en</strong> doortrekkers in Nederland word<strong>en</strong> grot<strong>en</strong>deels<br />
bepaald door de omvang van de eig<strong>en</strong> broedpopulatie <strong>en</strong> de afname is voor<br />
e<strong>en</strong> groot deel e<strong>en</strong> gevolg van verlies aan geschikte broedgebied<strong>en</strong>. De<br />
draagkrachtschatting is berek<strong>en</strong>d over de periode na de grootste landelijke<br />
afname, 1989-2003.<br />
A140 Goudplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> goudplevier<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />
de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />
draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De soort is<br />
aanwezig in het winterhalfjaar. De hoogste aantall<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor in<br />
oktober-februari, met e<strong>en</strong> sterke piek in november, net als elders in de<br />
zoute Delta. De voorjaarspiek van februari/maart komt in de Westerschelde<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
30
& Saeftinghe minder naar vor<strong>en</strong>. Net als in de Oosterschelde <strong>en</strong><br />
beantwoord<strong>en</strong>d aan het landelijke beeld van de monitoringsgebied<strong>en</strong>,<br />
vertoont het aantalsverloop e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame sinds begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig. De<br />
landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding heeft zijn oorsprong in<br />
e<strong>en</strong> afname van de (veel grotere) aantall<strong>en</strong> in de landelijke gebied<strong>en</strong><br />
buit<strong>en</strong> het monitoringsnetwerk. Behoud van de huidige situatie is<br />
voldo<strong>en</strong>de, de waarschijnlijke oorzaak van de landelijk zeer ongunstige<br />
staat van instandhouding is niet geleg<strong>en</strong> in dit gebied.<br />
A141 Zilverplevier<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> zilverplevier<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee, Noordzeekustzone <strong>en</strong> de<br />
Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t met<br />
lage aantall<strong>en</strong> in juni/juli <strong>en</strong> doortrekpiek<strong>en</strong> in september <strong>en</strong> mei, maar ook<br />
relatief hoge aantall<strong>en</strong> overwinteraars. De voorjaarpiek is meer promin<strong>en</strong>t<br />
aanwezig dan in de Oosterschelde. Rond midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig war<strong>en</strong><br />
tijdelijk verhoogde aantall<strong>en</strong> aanwezig. Het patroon lijkt sterk op dat van<br />
de Oosterschelde, <strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> wat positievere variant ook in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />
terug te vind<strong>en</strong> De oorzak<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste voor e<strong>en</strong> deel buit<strong>en</strong><br />
Nederland ligg<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de<br />
landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A142 Kievit<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 4.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de kievit met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />
<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />
functies. Het betreft e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratiegebied met de grootste bijdrage na de<br />
Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde (de verspreiding is echter diffuus).<br />
Populatieaantall<strong>en</strong> zijn sinds de jar<strong>en</strong> tachtig verdubbeld. Behoud van de<br />
huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave<br />
geformuleerd.<br />
A143 Kanoet<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> kanoet<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in 1993-1997 van internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De<br />
betek<strong>en</strong>is van het gebied is ondergeschikt aan die van de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de<br />
Oosterschelde, maar het is wel het derde foerageergebied van de kanoet in<br />
Nederland. Op de hoogwatervluchtplaats overwinter<strong>en</strong> in de regel <strong>en</strong>kele<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> vogels op de Hooge Plat<strong>en</strong>. De hoogste aantall<strong>en</strong> van de<br />
ondersoort islandica kom<strong>en</strong> eind herfst <strong>en</strong> in de winter, van oktober tot<br />
februari, voor. De ondersoort canutus trekt door in veel lagere aantall<strong>en</strong> in<br />
augustus. Er is e<strong>en</strong> kleine voorjaarspiek in mei. De aantall<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
beperkte afname zi<strong>en</strong> die echter binn<strong>en</strong> het deltagebied bijna<br />
verwaarloosbaar is t<strong>en</strong> opzichte van de doorgaande to<strong>en</strong>ame in de<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
31
Oosterschelde. Ondanks de landelijk matig ongunstige staat van<br />
instandhouding is gekoz<strong>en</strong> voor behoud gezi<strong>en</strong> de to<strong>en</strong>ame in de Delta <strong>en</strong><br />
omdat herstel van leefgebied niet realistisch lijkt.<br />
A144 Driete<strong>en</strong>strandloper<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.000 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> driete<strong>en</strong>strandlopers zijn van nationale <strong>en</strong> internationale<br />
betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft<br />
betrekking op beide functies. Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de<br />
Noordzeekustzone de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig,<br />
maar met lage aantall<strong>en</strong>, tot afwezig in juni/juli <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer sterke<br />
voorjaarspiek in mei; de najaarspiek die met name in de Oosterschelde<br />
duidelijk optreedt is hier veel minder promin<strong>en</strong>t. Het aantalsverloop<br />
vertoont e<strong>en</strong> sterke to<strong>en</strong>ame, net als in de Oosterschelde <strong>en</strong> de Voordelta.<br />
De landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is niet gebaseerd<br />
op e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d maar op verstoring door recreatiedruk in het<br />
leefgebied. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau<br />
is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />
A149 Bonte strandloper<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 15.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> bonte strandlopers zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is.<br />
Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />
<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />
functies. Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de<br />
grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, met hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />
november-januari. Populatieaantall<strong>en</strong> zijn stabiel, maar net als bij e<strong>en</strong><br />
aantal andere soort<strong>en</strong> met schijnbaar cyclische fluctuaties die sterk<br />
overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met die van de Oosterschelde <strong>en</strong> die waarschijnlijk word<strong>en</strong><br />
gestuurd door str<strong>en</strong>ge winters (via invloed daarvan op<br />
voedselbeschikbaarheid). Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />
gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A157 Rosse grutto<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.200 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Het gebied heeft voor de rosse grutto met name e<strong>en</strong> functie als<br />
foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft<br />
betrekking op beide functies. De betek<strong>en</strong>is van het gebied is ondergeschikt<br />
aan die van de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde, maar het betreft wel het<br />
derde foerageergebied van de rosse grutto in Nederland. De soort<br />
foerageert in de intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong>, overtijt met name op de Hooge<br />
Plat<strong>en</strong>. De rosse grutto overwintert ook in het gebied, maar hogere<br />
aantall<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor tijd<strong>en</strong>s de najaarstrek in augustus <strong>en</strong> sterk<br />
verhoogde aantall<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de voorjaarstrek in mei. De aantall<strong>en</strong> zijn net<br />
als in de Oosterschelde <strong>en</strong> de Voordelta opvall<strong>en</strong>d stabiel. Behoud van de<br />
huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van<br />
instandhouding.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
32
A160 Wulp<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 2.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> wulp<strong>en</strong> zijn van internationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />
de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />
draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied levert<br />
na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage, maar met<br />
aanzi<strong>en</strong>lijk lagere aantall<strong>en</strong>. Vanuit het intergetijd<strong>en</strong>gebied wordt<br />
voornamelijk op de Hooge Plat<strong>en</strong> overtijt. Het seizo<strong>en</strong>sverloop vertoont net<br />
als in de Oosterschelde e<strong>en</strong> grote doortrekpiek in augustus/september, iets<br />
lagere aantall<strong>en</strong> overwinteraars <strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorjaarspiek in januari-maart.<br />
Deze ligt lager dan de najaarspiek. Populatieaantall<strong>en</strong> zijn stabiel met <strong>en</strong>ige<br />
fluctuatie. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />
gunstige staat van instandhouding.<br />
A161 Zwarte ruiter<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 270 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> zwarte ruiters zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste<br />
bijdrage. Saeftinghe is verreweg het belangrijkste deel van het gebied. In<br />
mindere mate is ook de Inlaag 1887 bij Ellewoutsdijk van belang. De soort<br />
is e<strong>en</strong> doortrekker <strong>en</strong> komt sterk geconc<strong>en</strong>treerd voor in de nazomer/herfst<br />
met hoogste aantall<strong>en</strong> in juli-september <strong>en</strong> e<strong>en</strong> piek in juli/augustus. De<br />
soort is in dit gebied duidelijk eerder aanwezig dan in de Oosterschelde. Er<br />
zijn veel lagere aantall<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de voorjaarstrek in april/mei. De aantall<strong>en</strong><br />
zijn min of meer stabiel, mogelijk e<strong>en</strong> lichte to<strong>en</strong>ame, met sterke<br />
fluctuaties die overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> met die in de Oosterschelde <strong>en</strong><br />
do<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan die van andere soort<strong>en</strong> (bonte strandloper (A137);<br />
effect<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge winters). De zwarte ruiter heeft e<strong>en</strong> voorkeur voor de<br />
meest slikkige gebied<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />
gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A162 Tureluur<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 1.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> tureluurs zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />
gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />
slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />
Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste<br />
bijdrage. De hoogste aantall<strong>en</strong> zijn aanwezig in de zomer, met e<strong>en</strong> sterke<br />
piek in juli <strong>en</strong> e<strong>en</strong> kleinere in april. De aantall<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> duidelijke<br />
tr<strong>en</strong>d, maar fluctuer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> patroon dat vergelijkbaar is met dat van de<br />
Oosterschelde <strong>en</strong> met de patron<strong>en</strong> van de zwarte ruiter (A161) <strong>en</strong> de bonte<br />
strandloper (A149), hetge<strong>en</strong> suggereert dat fluctuaties in voedselaanbod<br />
<strong>en</strong>/of str<strong>en</strong>ge winters e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />
voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
33
A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 90 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>pootruiters zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft<br />
voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats.<br />
De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied<br />
levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage. Het<br />
gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />
Het seizo<strong>en</strong>sverloop is vergelijkbaar met dat van de tureluur (A162), met<br />
e<strong>en</strong> hoge piek tijd<strong>en</strong>s de najaarstrek in augustus <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lage in mei. In de<br />
wintermaand<strong>en</strong> is de soort nag<strong>en</strong>oeg afwezig. Net als elders in de Delta<br />
verton<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> duidelijke to<strong>en</strong>ame. Behoud van de huidige<br />
situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />
A169 Ste<strong>en</strong>loper<br />
Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />
populatie van gemiddeld 230 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
Toelichting Aantall<strong>en</strong> ste<strong>en</strong>lopers zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />
de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />
draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied levert<br />
na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is het<br />
hele jaar pres<strong>en</strong>t maar met lage aantall<strong>en</strong> in juni <strong>en</strong> juli. De aantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>igszins te zijn afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar deze tr<strong>en</strong>d is niet significant. Omdat<br />
herstel van het leefgebied niet realistisch lijkt <strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de beperkte<br />
bijdrage van de Westerschelde aan de landelijk zeer ongunstige staat van<br />
instandhouding , is gekoz<strong>en</strong> voor behoud.<br />
5.7 Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
Het Natura 2000-gebied omvat één of meer voormalige beschermde<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (zie paragraf<strong>en</strong> 2.1 <strong>en</strong> 3.3 van deze Nota van toelichting).<br />
Ingevolge artikel 15a, derde lid, Natuurbeschermingswet 1998, heeft de bescherming<br />
van dat deel van het gebied, dat zijn status als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t heeft<br />
verlor<strong>en</strong>, mede betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het behoud, herstel <strong>en</strong><br />
de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van<br />
het gebied zoals bepaald in het van rechtswege vervall<strong>en</strong> besluit. Voor zover deze<br />
doelstelling<strong>en</strong> Natura 2000-waard<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> (zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in paragraaf 4.2 van<br />
deze Nota van toelichting), mak<strong>en</strong> deze deel uit van de in voorgaande paragraf<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> de doelstelling<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> Natura 2000waard<strong>en</strong><br />
betreff<strong>en</strong>, houd<strong>en</strong> deze doelstelling<strong>en</strong>, zoals de bescherming van het<br />
natuurschoon, hun zelfstandige betek<strong>en</strong>is. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> is het niet mogelijk<br />
om zowel de doel<strong>en</strong> die voortkom<strong>en</strong> uit de aanwijzing als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<br />
als de Natura 2000-doelstelling<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong> (bijvoorbeeld omdat dat om<br />
teg<strong>en</strong>strijdig beheer vraagt). In deze gevall<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de Natura 2000-doel<strong>en</strong><br />
voorrang om de Europeesrechtelijke verplichting<strong>en</strong> na te kom<strong>en</strong>.<br />
In het beheerplan zull<strong>en</strong> de doel<strong>en</strong> (de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong><br />
landschappelijke waard<strong>en</strong>) van voormalig beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, net als die<br />
van Natura 2000, in ruimte <strong>en</strong> tijd word<strong>en</strong> uitgewerkt. Dan wordt ook uitgewerkt waar<br />
achteruitgang van het natuurschoon <strong>en</strong> de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is is<br />
toegestaan t<strong>en</strong> gunste van Natura 2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. De van<br />
rechtswege vervall<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> zijn ter informatie aan het einde van dit besluit<br />
toegevoegd.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
34
De minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit heeft in e<strong>en</strong> brief van 30 juni<br />
2009 (TK 2008-2009, 31700 XIV, nr. 160) aangekondigd e<strong>en</strong> voorstel tot wijziging van<br />
de Natuurbeschermingswet 1998 in procedure te zull<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, waarin wordt<br />
voorgesteld dat voor de doel<strong>en</strong> die voortkom<strong>en</strong> uit de aanwijzing als beschermd<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t - voor zover deze verder gaan dan de Natura 2000 doel<strong>en</strong> - het<br />
oorspronkelijke beschermingsregime voor natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zal gaan geld<strong>en</strong>.<br />
Wanneer dat aangekondigde wetsvoorstel door het parlem<strong>en</strong>t wordt aanvaard,<br />
betek<strong>en</strong>t dat onder meer dat de uitwerking van die doel<strong>en</strong> in het beheerplan facultatief<br />
wordt, in plaats van dat daartoe e<strong>en</strong> verplichting geldt.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
35
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
36
Natura 2000-gebied #122 overzichtskaart<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
80000<br />
75000<br />
70000<br />
65000<br />
60000<br />
55000<br />
50000<br />
45000<br />
40000<br />
35000<br />
30000<br />
25000<br />
20000<br />
15000<br />
10000<br />
400000 400000<br />
395000 395000<br />
390000 390000<br />
1 2 3 4<br />
385000 385000<br />
380000 380000<br />
6 7 8 9 10 11<br />
5<br />
375000 375000<br />
370000 370000<br />
365000 365000<br />
80000<br />
75000<br />
70000<br />
65000<br />
60000<br />
55000<br />
50000<br />
45000<br />
40000<br />
35000<br />
30000<br />
25000<br />
20000<br />
15000<br />
10000<br />
Opdrachtgever:<br />
Schaal 1 : 280.000 (A4)<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
deze kaart<br />
0 2500 5000 10000 15000 20000<br />
meter<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
VR + HR<br />
VR + HR + BN<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
BN = Beschermd Natuurmonum<strong>en</strong>t<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 25-nov-2009<br />
Topografische ondergrond: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> databankrecht<strong>en</strong> zijn voorbehoud<strong>en</strong> aan de Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009
395000<br />
390000<br />
385000<br />
Opdrachtgever:<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad1<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
VR + HR<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
15000<br />
15000<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
meter<br />
-15<br />
-20<br />
-20<br />
-25<br />
-30<br />
-35<br />
-15<br />
-10<br />
Westka pelse Ze ed ijk<br />
18<br />
-5<br />
Zuiderhoofd<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
20000<br />
Manege<br />
-1.6<br />
-10<br />
20000<br />
Oude Za nd we g<br />
-15<br />
-5<br />
Sl<br />
Ho ge<br />
Westkapelle<br />
Westkapel sche<br />
Prelaat<br />
Wasschappelse<br />
Bos<br />
2<br />
-20<br />
-5<br />
Sl<br />
N288<br />
13<br />
-25<br />
D E U<br />
Spleet<br />
395000<br />
390000<br />
385000
Ho ge<br />
apelle<br />
395000<br />
Wasschappelse<br />
390000<br />
385000<br />
Sl<br />
13<br />
Sl<br />
Weg<br />
De Boomgaard<br />
Paul usw eg el i ng<br />
Kreek<br />
Sl<br />
Grind w eg<br />
No ordw eg<br />
Pre laat we g<br />
Joossesweg<br />
Joossesweg<br />
Pan teg em sspri nk<br />
Ro verswe geling<br />
12<br />
Zuiderduin<br />
Poppek er kse<br />
Scho utsw eg<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Pau lu s<br />
U R L O O<br />
11<br />
Sl<br />
Sl<br />
De Zandput<br />
-5<br />
De Grote Prelaat<br />
Weg<br />
Boudewijnskerke<br />
Oostb aan<br />
Duinzicht<br />
we g<br />
-5<br />
-10<br />
St Jan t<strong>en</strong> Heere<br />
Sl<br />
Melse swe g<br />
Sl<br />
West-<br />
Hout<strong>en</strong>burg<br />
-15<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
-15<br />
St Jan t<strong>en</strong> Heere<br />
Ra p<strong>en</strong> bu rg sch e Sprink<br />
Westka pelsch e<br />
-10<br />
Ti<strong>en</strong> de hof we g<br />
-5<br />
't Hof Klein Haz<strong>en</strong>berg<br />
Gesch ier es weg<br />
Baa i we g<br />
Sprink<br />
Ra p<strong>en</strong> bu rg we g<br />
Geert se s we g<br />
Ke tella pp erswe g<br />
't Oude Hof<br />
't Nieuwe Hof<br />
-10<br />
-5<br />
Koe koeksw eg<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te D omburg)<br />
-15<br />
E<strong>en</strong>d<strong>en</strong>oord<br />
Mole nw eg<br />
Waterlooze Werve<br />
-5<br />
Melis ke rkse<br />
-10<br />
-15<br />
-15<br />
-10<br />
Gro<strong>en</strong>e<br />
-5<br />
-1.7<br />
Peke ling se<br />
Westka pelsch e Wate rg an g<br />
POLDER WALCHEREN<br />
Hol lan dse Weg<br />
2<br />
Zoutelande<br />
St Janshof<br />
Sint Janskerke Boo m we g<br />
Th ijsw eg<br />
O O S T G A T<br />
Opdrachtgever:<br />
Bou d ew ijns<br />
Kerksche Sprink<br />
Bankje<br />
van<br />
Pl<br />
Het Kustlicht<br />
Zoutelande<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Tramzicht<br />
Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />
-1.7<br />
Schoonvelde<br />
9<br />
Pl<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad2<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
Blauw po ortse we g<br />
we g<br />
Geme<strong>en</strong>te Veere<br />
N288<br />
Klaasse<br />
De Hommel<br />
s<br />
De Ruiser<br />
Innerduyn<br />
Groot-Valk<strong>en</strong>isse<br />
we g<br />
Pl n<br />
POLDER<br />
Wer<strong>en</strong>dijke<br />
Lan ged am sp rin k<br />
Elleboog<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
VR + HR<br />
-20<br />
8<br />
-20<br />
-15<br />
Pl 29<br />
1<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
25000<br />
M e liskerksch e<br />
Plom per t w eg<br />
Wat ergang<br />
Meliskerke<br />
't Hof Meliskerke<br />
Kaa sboe rw eg<br />
Zwan<strong>en</strong>hof<br />
Klein-Valk<strong>en</strong>isse<br />
Kaapduin<strong>en</strong><br />
Radartor<strong>en</strong><br />
25000<br />
Lag e Weg<br />
Kloos t erw eg<br />
Pauwhoek<br />
Sl<br />
Kru isw e g<br />
De Vijf Ambacht<strong>en</strong><br />
Het Hof Grijpskerke<br />
Begr pl<br />
Galgeput<br />
Bergw eg<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
7<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Zu id w eg<br />
Dishoek<br />
Pl<br />
6<br />
Weg<br />
Hoeve Lar<strong>en</strong>burg<br />
Do m burg sch e<br />
Ora et labora<br />
Ho ut <strong>en</strong> han d<br />
't Swa<strong>en</strong><strong>en</strong>hof<br />
Weg Weg<br />
Oude Tol<br />
Mariekerke<br />
De Kluithoek<br />
Ho gela ndse Weg<br />
Kluitho ekw eg<br />
Biggekerke<br />
Va lk<strong>en</strong>isse<br />
Zw aa n<br />
Duinzicht<br />
Veb<strong>en</strong>abos<br />
Kr om m<strong>en</strong> h o ekse w eg<br />
N o l l e p l a a t<br />
Weg<br />
Kelde rw eg<br />
De Hofwei<br />
Manege<br />
we g<br />
Galge we g<br />
Oostwe g<br />
Strand we g<br />
Sprink<br />
Wate rg an g<br />
Elz<strong>en</strong>oord<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Marieke rkse<br />
Charlott<strong>en</strong>burg<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Meliskerk sch e<br />
Gre nssprink<br />
2<br />
sc he Sprink<br />
Bouwmanslust<br />
Kra b be n<br />
No ordw eg<br />
Bre ew eg<br />
eila nd<br />
Weg<br />
Kromm<strong>en</strong>hoeke<br />
Gd<br />
Kraai<strong>en</strong>hoek<br />
Geme<strong>en</strong>te Veere<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te D omburg)<br />
5<br />
Westerwijk<br />
Dijksh oe k<br />
Wate rg ang<br />
De Vlegel<br />
Ve rbrand e<br />
sp rin k<br />
Wate r gan g<br />
Ho fwe g<br />
Koksw eg<br />
Paauw<strong>en</strong>burg<br />
Swa<strong>en</strong><strong>en</strong>burgh<br />
Nollebos<br />
Sard ij ngeul<br />
Nollehoofd<br />
Loo dho lse<br />
Zuiverhoeve<br />
Parelvliet<br />
Weg<br />
Ve ldersw eg<br />
Kro mm <strong>en</strong> ho eksche Sprink<br />
Koudekerke<br />
De Lange Pacht<br />
De Nolle<br />
't Hof Rav<strong>en</strong>stein<br />
N660<br />
1<br />
2<br />
4<br />
Km<br />
Popp<strong>en</strong>damme<br />
't Hof Zwagerman<br />
Stee nh e ulwe g<br />
Oostka pelse Weg<br />
't Rav<strong>en</strong>nest<br />
Zw ag erma nw eg<br />
Grijpskerke<br />
3<br />
Br <strong>en</strong> Sl<br />
Het Blauwe Hof<br />
Stee ngracht s<br />
Waaij<strong>en</strong>burg<br />
Fred erik<br />
WALCHEREN<br />
Moesbosch<br />
Kapel van St Maart<strong>en</strong><br />
Bra am<br />
Huis ter<br />
Schelde<br />
Bigge kerk sch e<br />
we g<br />
Waterhoek<br />
Km<br />
Koningshof<br />
Ter<br />
VLISSINGEN<br />
Poo rte we g<br />
Mein ers<br />
Lammer<strong>en</strong>burg<br />
Manege<br />
Ros<strong>en</strong>burg<br />
Zeevaartschool<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
we g<br />
Zorglust<br />
Bunker<br />
Moerweie<br />
Hoogelande<br />
3 N288<br />
Triton<br />
De Vlie<strong>db</strong>erg<br />
(Verpleeginr)<br />
Gevang<strong>en</strong>tor<strong>en</strong><br />
Leug<strong>en</strong>aarshoofd<br />
't Munnik<strong>en</strong>hof<br />
Ja cob<br />
Ho gela ndse<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Wate rg an g<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Jachtlust<br />
Zuid Werve<br />
De Hanekam<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Tor<strong>en</strong>zicht<br />
Ca tswe g<br />
sp rin k<br />
Mol<strong>en</strong>zicht<br />
Ora et labora<br />
't Duuntje<br />
2<br />
Krie ke w eg<br />
Ho nde ge msw eg<br />
Landzicht<br />
Buttinge<br />
Oss<strong>en</strong>b ergw eg<br />
Perdu in swe g<br />
Ter H oog e Sprink<br />
Midd elbu rg se<br />
Radartor<strong>en</strong><br />
Bar bar ossaw eg<br />
Noor<strong>db</strong>eek<br />
Ja co ba van Be ie re nw eg<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
2<br />
Bergw eg<br />
Straat<br />
Sl n<br />
Butt in gse<br />
Wate r gan g<br />
Papegaai<strong>en</strong>burg<br />
Boss<strong>en</strong>burgh<br />
Roeiershoofd<br />
Do m b r<br />
Werf<br />
Ars<strong>en</strong>aal<br />
Ruimzicht<br />
Weg<br />
Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />
meter<br />
u gsch e<br />
Breehof<br />
Gro <strong>en</strong>e<br />
St<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
Pitteperk<br />
2<br />
Bergzicht<br />
Weg<br />
Kru isw e g<br />
Zan d voo rt se<br />
Weg<br />
Sl<br />
Roy<strong>en</strong>hove<br />
Zandvoort<br />
Sl<br />
Witte Hof<br />
Weg<br />
Vrijburg<br />
Westerzicht<br />
Bask<strong>en</strong>sburg<br />
-10<br />
-15<br />
Landgoed<br />
Ter Hooge<br />
5<br />
Pl 2<br />
Ho nde ge msw eg<br />
Sint L aure nsche<br />
Singelw eg<br />
West-<br />
West-<br />
Souburg<br />
Souburg<br />
72<br />
-20<br />
4<br />
-5<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
N661<br />
30000<br />
4<br />
Ter Hooge<br />
2<br />
Gro <strong>en</strong>e Weg<br />
-1.8<br />
30000<br />
Abe else Weg<br />
't Huis Om<br />
No orddo rp sw e g<br />
Popk<strong>en</strong>sburg<br />
Wate rg an g<br />
Roz<strong>en</strong>hof<br />
Pro nk<strong>en</strong> burgse Weg<br />
Z a ndv o ort<br />
2<br />
Griffio<strong>en</strong><br />
Vlissing sche<br />
Zin d erwe g<br />
73<br />
we g<br />
Vrijburg<br />
4<br />
Pl 3<br />
1 e Binne nh av<strong>en</strong><br />
-5<br />
-10<br />
-15<br />
-20<br />
Polder<br />
Schot el we g<br />
3<br />
2<br />
Popp<strong>en</strong>roede<br />
't Zand<br />
Toor<strong>en</strong>vliedt<br />
Wate rg an g<br />
Pyramidehoeve<br />
Gp<br />
Pl 4<br />
Buit<strong>en</strong>hav<strong>en</strong><br />
Sch sl n<br />
Strom<strong>en</strong>wijk<br />
2<br />
Voet/fietsveer op B re sk<strong>en</strong>s<br />
Ve erdi<strong>en</strong> st op Sh eern ess<br />
395000<br />
390000<br />
385000
't Huis Om<br />
395000<br />
rp sw e g<br />
Popk<strong>en</strong>sburg<br />
Roz<strong>en</strong>hof<br />
Weg<br />
Popp<strong>en</strong>roede<br />
't Zand<br />
Toor<strong>en</strong>vliedt<br />
390000<br />
midehoeve<br />
71<br />
Sint L aure nsche<br />
Klaverblad<br />
De Brigge<br />
Leliëndale<br />
Wilgeroosje<br />
N57<br />
76<br />
Nieuw-Erve<br />
78<br />
Strom<strong>en</strong>wijk<br />
1<br />
385000<br />
t op Sh eern ess<br />
2<br />
70<br />
N57<br />
27<br />
4<br />
N661<br />
171<br />
4<br />
2<br />
77<br />
Watt els we g E<strong>en</strong>d<strong>en</strong>oord<br />
Sint Laur<strong>en</strong>s<br />
't Hof Fortuin<br />
Sprink<br />
De Weele<br />
Geerheulsp rin k<br />
Weg<br />
Fruitberg<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Sche llach se Weg<br />
't Hof Schellach<br />
Wee l<br />
Nw Veerezicht<br />
Botjeszee<br />
Ban<strong>en</strong>burg<br />
POLDER WALCHEREN<br />
E<strong>en</strong> d e ko tsw e g<br />
va n 't H o ffw eg<br />
Gem Middelburg<br />
Golsteinse<br />
Pro<br />
Kers<strong>en</strong>burg<br />
oye<br />
Brigdamme<br />
Walcher<strong>en</strong><br />
nse W<br />
't Hof Leg-af<br />
eg<br />
Veersepoort<br />
Gr Prooy<strong>en</strong><br />
Kanaal<br />
Pl 5<br />
Wate rg an g<br />
Gd<br />
Lan geville<br />
70<br />
ve st<br />
Oude<br />
Pl 6<br />
Weg<br />
Groot-Abeele<br />
Viso de we g<br />
Seis<br />
69<br />
Erasmuswijk<br />
Klar<strong>en</strong>beek<br />
Pl 7<br />
Re ijersw eg<br />
Schroe we g<br />
Miniatuur<br />
Walcher<strong>en</strong><br />
Lange Jan<br />
Oost-Souburg<br />
Ha v<strong>en</strong><br />
Weltevred<strong>en</strong><br />
ve st<br />
Abe else S prin k<br />
170<br />
we g<br />
Zuiveringsinst<br />
Voorm<br />
Fort de Ruijter<br />
Pl 760<br />
se<br />
Vlissing Vlissing<br />
Opdrachtgever:<br />
Brig dam se Weg<br />
40<br />
Gp<br />
Reijershove<br />
169<br />
Roz<strong>en</strong>burg<br />
Ste<strong>en</strong>vliet<br />
MIDDELBURG<br />
Ritth emse Straat<br />
Zuidersluis<br />
Za nd we g<br />
watergang<br />
1<br />
Westhoek<br />
Nieuw Erve<br />
Kre eksprink<br />
Scho ttew eg<br />
Spuikom<br />
Pl 750<br />
Sl<br />
Tor<strong>en</strong>w e g<br />
Buite nhave n<br />
Dauw<strong>en</strong>daele<br />
Moe rin g we g<br />
Re ijersw eg Sl<br />
Schroe we g<br />
68<br />
Het Meiveld<br />
Magistraatwijk<br />
Lan <strong>db</strong>o uw w eg<br />
door<br />
Zuiveringsinst<br />
Sl<br />
A58<br />
E312<br />
31<br />
Scheesp rin k<br />
Boschzicht<br />
Welz in gse Weg<br />
Midd<strong>en</strong><br />
Prooy<strong>en</strong><br />
Ve ersche _<br />
Bosscha artsw eg<br />
't Hof Waai<strong>en</strong>burg<br />
Berglust<br />
Ter Linde<br />
Ritthem<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
-30<br />
-25<br />
-35<br />
-20<br />
-15<br />
-40<br />
Ve erse<br />
Zeld<strong>en</strong>rust<br />
Grafheuvel Schellach<br />
1 Brand<strong>en</strong>burg<br />
168<br />
Oostp erkwe g<br />
67<br />
Tor<strong>en</strong>hof<br />
Wate r gan g<br />
Kru isw e g<br />
Favorite<br />
Krooneveld<br />
Arnepoort<br />
E<strong>en</strong> dracht sw e g<br />
Man ne zeesch e Wate rg an g<br />
Zu id we g<br />
Veldlust<br />
Mortiere<br />
30<br />
Welzinge<br />
2<br />
Welzing sch e Sprink<br />
Sche ew eg<br />
Schonewal<br />
3<br />
Niet Altijd Winter<br />
Arnekanaal<br />
66<br />
Nieu wla ndse Weg Sl<br />
167<br />
't Hof Welzinge<br />
Rammek<strong>en</strong>shoek<br />
(Natuurreservaat)<br />
Botjesland<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
N663<br />
Chem fabr<br />
Sl<br />
Welzinge po ld er<br />
29<br />
3<br />
Tre k dijk<br />
Sl<br />
Biew eg<br />
4<br />
Kleverskerksche<br />
Sl<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Snavelhof<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Za ag mole npo lder<br />
Mortiere<br />
polder<br />
Schorer<br />
Polder<br />
Sl<br />
Sl<br />
Bosw eg<br />
Klein St Jan<br />
Sprink<br />
Kra aij<strong>en</strong>h olse<br />
Lan gerak<br />
166<br />
polde r<br />
Waa ije nbu rg po ld er<br />
Mol<strong>en</strong>polder<br />
Sl<br />
Zanddijk<br />
Dijkzicht<br />
Za nd dijkse Weg<br />
Popp<strong>en</strong>kinder<strong>en</strong>burg<br />
Do ele weg<br />
Sl<br />
Paspoorthoeve<br />
Slikk<strong>en</strong>burg<br />
Lan tshe er sprink<br />
Weg<br />
Oude Dijk<br />
Sl<br />
52<br />
Kleverskerke<br />
Brak<strong>en</strong>burg<br />
65<br />
Sch sl n<br />
Kanaal door Walcher<strong>en</strong><br />
Pl 12<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Pl 13<br />
Pl 14<br />
Kleverskerke<br />
J o h a n n a po l d e r<br />
Hof Nieuwlands Rust<br />
Pl 50<br />
Wulp<strong>en</strong>burg<br />
Oude M id de lb urgsche H av<strong>en</strong><br />
Platte we g<br />
51<br />
Middel burgsche<br />
165<br />
Nw-Mol<strong>en</strong>zicht<br />
Oudedorp<br />
Zeld<strong>en</strong>rust<br />
28<br />
Polder<br />
Carolin<strong>en</strong>burg<br />
Eerste Weg<br />
sp rin k Pl 60<br />
Zilver<strong>en</strong> sch or<br />
Va n Citte rsw eg<br />
164<br />
Dijkzicht<br />
Oostw eg<br />
Balk<strong>en</strong>stein<br />
Boo m dijk<br />
Sloehav<strong>en</strong><br />
Ora njep olde rsche<br />
we g<br />
Wate rg an g<br />
-2<br />
Scoutc<strong>en</strong>trum Zeeland<br />
Meer<br />
-4<br />
Het Zilver<strong>en</strong> Schor<br />
Sl<br />
Arnemuid<strong>en</strong><br />
50<br />
Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>burg<br />
Sl<br />
polder<br />
-19<br />
Soelekerkeplaat<br />
Aar<strong>db</strong>ei<strong>en</strong>eiland<br />
Oranje<br />
Hof Nieuwerkerke<br />
-8<br />
Arneplaat<br />
Ora njep olde rse Weg<br />
Wilh elm in apo lder<br />
Lan ge Weg<br />
Nieuwerkerke polder<br />
Broederlust<br />
Geme<strong>en</strong>te Middelburg<br />
39<br />
g<br />
Wate r an<br />
N665<br />
g<br />
N663<br />
Karnemelkshoek<br />
Oostperk<br />
Ramsburg<br />
Ve erse Weg<br />
55<br />
Oude Ve erse Weg<br />
Ransburg<br />
Arnestein<br />
Gevang<strong>en</strong>is<br />
2<br />
Walcher<strong>en</strong><br />
N254 4<br />
N662<br />
Voorm Fort Zoutman<br />
ZuidwateringH O<br />
Pl 740<br />
-45<br />
N ie uw la n d se Weg<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad3<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
Oude H av<strong>en</strong> po ld er<br />
4<br />
Lan ge Weg<br />
54<br />
Caisson<br />
Pl 730<br />
-5<br />
Pl 10<br />
Arn em u id <strong>en</strong>sch e<br />
-1.8<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
Z an dd ijksche<br />
D<strong>en</strong> Doel<br />
Koe dijk<br />
38<br />
Zonnehoeve<br />
't Hof Rammek<strong>en</strong>s<br />
-20<br />
VR + HR<br />
Sprink<br />
53<br />
Pl 11<br />
Spijkerplaat<br />
35000<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
Sprink<br />
Kan aalw eg<br />
Nieuw_<br />
Sloe we g- Noord<br />
Voorm Fort<br />
Rammek<strong>en</strong>s<br />
-5<br />
-10<br />
-15<br />
<strong>en</strong><br />
-20<br />
35000<br />
4<br />
Buite nd ijk<br />
't Hollandshof<br />
De rringm oe r<br />
Sint Jooslandpolder<br />
Oude Villa Vesta<br />
Kleversker ks e Weg<br />
-1.8<br />
we g<br />
Konijn<strong>en</strong>berg<br />
Midd elbu r gsch e<br />
N665<br />
Boo m dijksch e<br />
Ruithora<br />
Nieuw_<br />
<strong>en</strong> St Joosland<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
27<br />
Crossbaan<br />
Werf<br />
64<br />
De Bock<strong>en</strong>borgh<br />
-1.9<br />
37<br />
Sprink<br />
Sprink<br />
De rd e Weg<br />
Oud- St Jooslandpolder<br />
Twe ed e Weg<br />
Binne ndijk<br />
13<br />
Sl<br />
Halfweg<br />
't Hof<br />
Reigersberg<br />
26<br />
4<br />
Ve erse Weg<br />
1<br />
163<br />
Sloedam<br />
Europ aw eg- No ord<br />
63<br />
Binne ndijk<br />
Sl<br />
Vlissing<strong>en</strong>-Oost<br />
(Industrieterrein)<br />
Chem fabr<br />
De Weidebloem<br />
120<br />
Oranjepolder<br />
De E<strong>en</strong>dracht<br />
Oud-<br />
Sint-<br />
Chem fabr<br />
Steigerweg<br />
49<br />
Mariahoeve<br />
Jo oslan ds prin k<br />
12<br />
205<br />
Sloew eg<br />
De Kruitmol<strong>en</strong><br />
De nem ark<strong>en</strong> we g<br />
N T E<br />
Suzanna<br />
Rap<strong>en</strong>burg<br />
2<br />
-19<br />
A58<br />
E312<br />
polder<br />
De<br />
polder<br />
Gp<br />
-8<br />
-15<br />
Oranjeplaat<br />
25<br />
N254<br />
Goudplaat<br />
Natuurreservaat<br />
Piet<br />
-5<br />
Veerse Meer<br />
(Zomerpeil 0.0, winterpeil -0.7)<br />
Nieuw- <strong>en</strong><br />
Sint Joosland<br />
polder<br />
W es t hof w eg<br />
Achte rd uinw eg<br />
Jachthav<strong>en</strong><br />
162<br />
Quarleshav<strong>en</strong><br />
119<br />
Meetpaal<br />
Pl 90<br />
62<br />
48<br />
Sl<br />
Jo nke r Fran swe g<br />
Bijleveldhav<strong>en</strong><br />
Aluminiumfabriek<br />
Kaloot<br />
Kaloothav<strong>en</strong><br />
Gp<br />
polder<br />
204<br />
Oranjeplaat<br />
Kra aijertha v<strong>en</strong><br />
3<br />
Spartinahoeve<br />
Postw eg<br />
Quarles<br />
Be rnh ard w eg- West<br />
11<br />
Van Cittershav<strong>en</strong><br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
2<br />
Veerse Meer<br />
Ora njep la at<br />
118<br />
De Witte Raaf<br />
24<br />
Fran krijkwe g<br />
-8<br />
Muid <strong>en</strong>w e g<br />
Oude<br />
203<br />
301<br />
161<br />
St Felixw eg<br />
polder<br />
Bastiaan de Langeplaat<br />
we g<br />
Sl<br />
Sch<strong>en</strong>ge<br />
Gem Goes<br />
4<br />
Spieringplaat<br />
-5<br />
-13<br />
Zandkreekplaat<br />
Geme<strong>en</strong>te Goes<br />
47<br />
61<br />
Sloekreek<br />
10<br />
Luxe mb urgw eg<br />
Ve erw eg<br />
Schelpkreek<br />
Ze ed ijk va n de Jaco bp olde r<br />
Elektr C<strong>en</strong>trale<br />
Hav<strong>en</strong> De Piet<br />
Sl<br />
23<br />
Belgiëw e g - Oo st<br />
117<br />
Vliegveld<br />
Midd<strong>en</strong> Zeeland<br />
Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />
Scaldiahav<strong>en</strong><br />
(Gem huis te Heink<strong>en</strong>szand)<br />
Quarles polde rw e g<br />
Pl 80<br />
Westh ofh av<strong>en</strong><br />
Europ aw eg- Zu id<br />
meter<br />
4<br />
Pl 70<br />
202<br />
N665<br />
Jacobpolder<br />
9<br />
Sl<br />
Sluiswe g<br />
Sl<br />
201<br />
Olieraffinaderij<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
Sl<br />
40000<br />
No ord Kra aije rt se D ijk<br />
22<br />
46<br />
Landlust<br />
300<br />
8<br />
De Piet<br />
160<br />
-23<br />
Pietw eg<br />
Vliegveld<br />
Midd<strong>en</strong>-Zeeland<br />
He rte nw eg<br />
West-<br />
De kke rsw e g<br />
5<br />
60<br />
Sche nkeldijk<br />
polder<br />
Sl<br />
21<br />
Weelhoek<br />
116<br />
Sl<br />
Pietw eg<br />
De Piet<br />
Eb<strong>en</strong> Haëzer<br />
200<br />
Lew ed ijk<br />
Ha lsw eg<br />
7<br />
Mariahoeve<br />
Gem Middelburg<br />
No ord<br />
Buit<strong>en</strong>hof<br />
40000<br />
Kra aijertse<br />
Noord- Kraaijert<br />
2<br />
Oons Uusje<br />
polder<br />
N254<br />
't Plitje<br />
Nieuwe-<br />
14<br />
Oss<strong>en</strong> we g<br />
Nieuwdo<br />
36<br />
Kaa iw eg<br />
395000<br />
390000<br />
385000
395000<br />
-1.4<br />
Go<strong>en</strong>je<br />
Proefstation<br />
Pl 30<br />
Goese Meer<br />
Pl 0<br />
Sl<br />
Wilhelminadorp<br />
Kru kwe g<br />
Oost-Bevelandpolder<br />
Mosselbank<br />
polder<br />
Sl<br />
Hav<strong>en</strong>kanaal<br />
Koo iw eg<br />
Katt <strong>en</strong>d ijkse<br />
Oost have n dijk<br />
De Schaapskooi<br />
Golfterrein<br />
ilhelmina Het Goese Meer<br />
polder<br />
390000<br />
ho ttersw eg<br />
's-Heer Abtskerke<br />
Polder we g<br />
7<br />
Zwake<br />
385000<br />
Radio -TV tor<strong>en</strong><br />
Gro <strong>en</strong>e Weg je<br />
polde r<br />
polder<br />
Pykeswe gje<br />
Zw aa ksche Wee l<br />
Albertinehoeve<br />
Vier Lind<strong>en</strong><br />
Langeweegje Toeristische Spoorweg<br />
49<br />
Toeristische Sp oorw eg<br />
Kru isw e g<br />
Groote<br />
148<br />
Kloet ing se Weg<br />
Bosse Weg<br />
De Poel<br />
Conserv<strong>en</strong>fabr<br />
Polder<br />
Opdrachtgever:<br />
6<br />
Oude -<br />
Sl<br />
Overzuid<br />
Goese Meer<br />
Noordhoek<br />
1<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
's-Gra v<strong>en</strong> polde rse Weg<br />
2<br />
N669<br />
3<br />
Ho ond ert<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
De Groe<br />
147<br />
't Hof Blaemskinder<strong>en</strong><br />
Weeldijk<br />
't Hof Zwake<br />
48<br />
Ora njew eg<br />
Kor<strong>en</strong>polder<br />
Elsahoeve<br />
Midd<strong>en</strong>hof<br />
Coster-Zwakepolder<br />
Vro u we nw eg<br />
Oosterschelde<br />
Gro ew eg<br />
GOES<br />
Oostmol<strong>en</strong>park<br />
Z aaid ij k<br />
polde r<br />
Pieters<br />
Weg<br />
's- Gra v<strong>en</strong> po ld ersche<br />
Pl 10<br />
Magdal<strong>en</strong>ahoeve<br />
5<br />
4<br />
t<br />
Rotterdam<br />
Het Sas<br />
Sch sl<br />
Geme<strong>en</strong>te<br />
Weg<br />
K ap e ls e<br />
Katt <strong>en</strong>d ijkse Dijk<br />
Noordeinde<br />
Kloetinge<br />
47<br />
Abbekinder<strong>en</strong><br />
't Hof Olm<strong>en</strong>stein<br />
's-Grav<strong>en</strong>polder<br />
Noordpolder<br />
Ha agd ijk<br />
Moe r tje s dijk<br />
Waa nw eg<br />
Ste ll ew eg<br />
Wa erleiding<br />
Emergis<br />
Nieuwe- Hoondertpolder<br />
Heer-Geertspolder<br />
Sl<br />
52<br />
A58<br />
E312<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Wee l<br />
Golfterrein<br />
Zeeaaskwekerij<br />
Weg je<br />
Sl<br />
Goes<br />
Bre de Weg<br />
E R S<br />
Pl 40<br />
Pl 50<br />
-5<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
-25<br />
-35 -40<br />
-30<br />
Sluishoek<br />
-1.4<br />
Pl 60<br />
Mon nik<strong>en</strong> dijk<br />
Katt<strong>en</strong>dijke<br />
C<br />
Sl<br />
Katt<strong>en</strong>dijke<br />
H<br />
Oude Zee dijk<br />
Ru isw eg<br />
Sl<br />
Koku its we g<br />
Domburg<br />
Geme<strong>en</strong>te Kapelle<br />
E L D E<br />
-25<br />
-30<br />
-35<br />
-40<br />
-15<br />
-20<br />
-10<br />
Pl 20<br />
-30 -35<br />
Sl<br />
-25<br />
-5 -10 -15 -20<br />
Steld ijk<br />
Sl<br />
Stelhoek<br />
POLDER DE BREEDE WATERING<br />
146<br />
Da niëlsw eg<br />
D<strong>en</strong> Biegank<br />
Spa anw eg<br />
Nieu we Vie r we g<strong>en</strong><br />
Boone<br />
polder<br />
Heer-Janz<br />
polder<br />
51<br />
Ham<br />
Tervat<strong>en</strong><br />
Bre de We g<br />
Zwart<strong>en</strong>burg<br />
BEWESTEN YERSEKE<br />
Prins<strong>en</strong>hof<br />
Goessch e<br />
Geme<strong>en</strong>te Goes<br />
Man n ee we g<br />
De Wranghe<br />
(Pompstation)<br />
Za aidijk<br />
Pl 35<br />
Pl 34<br />
Pl 33<br />
-2.0<br />
4<br />
Sl<br />
N289<br />
2<br />
Vie rw e g<strong>en</strong><br />
Biezelingsche<br />
-2.0<br />
Zuiveringsinst<br />
-5<br />
-30<br />
N670<br />
N666<br />
-10<br />
-25<br />
-15<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad4<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
35<br />
-20<br />
-20<br />
Waanskinder<strong>en</strong><br />
46<br />
50<br />
Diep<br />
Bra an je nw eg<br />
3<br />
Bre ije rw eg<br />
Klazinahoeve<br />
Fran se Weg<br />
Oude Zee dijk<br />
Deessche Water gang<br />
Spo orpad<br />
Sl<br />
1<br />
145<br />
Oost we g<br />
Ve rlo re n we gje<br />
Dijkwel<br />
M i d d e l g a t<br />
Sl<br />
De Noordhoek<br />
Eversdijk se<br />
's-Gra v<strong>en</strong>p olde rse Oude dijk<br />
-2.0<br />
-25<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
Pl 32<br />
-2.0<br />
VR + HR<br />
49<br />
Hoochwal<br />
Brouwerplaat<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
Manege<br />
45<br />
Bre de Weg<br />
55000<br />
Za nd<br />
we g<br />
Mon nik <strong>en</strong> dijk<br />
De Vonk<br />
144<br />
Kloosterhof<br />
55000<br />
Zo ute Weg<br />
Monnik<strong>en</strong>dijk Crossbaan<br />
Monnik<strong>en</strong>hof<br />
Veldzicht<br />
Oude Waterleiding<br />
Plasw eg<br />
Hoeve Carilo<br />
Kapelle<br />
Pl 31<br />
2<br />
Biezeling se We g<br />
Paa rd ewe gje<br />
Biezelinge<br />
48<br />
Eversdijk<br />
Geerhoek<br />
Groote<br />
Eliwerve<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
No ord we g Maalstede<br />
44<br />
Waterleiding<br />
l g<br />
Ja n D om m issewe g e in<br />
143<br />
Lan ge W eg<br />
-10<br />
Ho ge Pad<br />
-20<br />
Pl 30<br />
De Rus<strong>en</strong><br />
Oude Po ld er we g<br />
Janny<br />
3<br />
47<br />
1<br />
Conserv<strong>en</strong>fabr<br />
Landmanslust<br />
-15<br />
Overtieringe<br />
Bosp ad<br />
43<br />
Kapellebank<br />
Ru isw eg<br />
2<br />
Stelhoeve<br />
't Hof Maalkote<br />
Wem elding se Zan dw eg<br />
Da nkerse<br />
Pl 30<br />
3<br />
Klapw eg<br />
Soekowono<br />
Tek<strong>en</strong>burg<br />
De Kleine Hoek<br />
46<br />
42<br />
Vlie<strong>db</strong>erg<br />
Weg<br />
-10<br />
Lurpse<br />
Weg<br />
Tek<strong>en</strong> bu rg se Weg<br />
Geme<strong>en</strong>te Kapelle<br />
Spoorzicht<br />
4<br />
Oost Am bachtw e g<br />
Veiling<br />
Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />
-5<br />
-10<br />
Smokkelhoek<br />
Pl 29<br />
-10<br />
N671<br />
142 34<br />
4<br />
-5<br />
-2.0<br />
-10<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />
WEERT<br />
Kelho ekse We g<br />
N ieu w e S ch oo rse w e g<br />
Pl 28<br />
Eew eg<br />
Biezewe gje<br />
Lerk<strong>en</strong> hoek<br />
A58<br />
E312<br />
Sl<br />
141<br />
Sl<br />
Stee n we g<br />
Postw eg<br />
Scho orse Bre de<br />
5<br />
45<br />
Schore<br />
Pl 27<br />
Meetpaal<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
Pl 40<br />
-5<br />
Middel- plaat<br />
-10<br />
-1.5<br />
Wemeldinge<br />
41<br />
Bre de Weg<br />
Kapelse Moer<br />
't Fopvisje<br />
Doeselaar<br />
N289<br />
Weg<br />
-1.5<br />
Hansweert<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
-15<br />
-30<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-30<br />
Zwaak<br />
1<br />
Kloosterhoek<br />
Westnol<br />
-35<br />
meter<br />
Hav<strong>en</strong><br />
Postbrug<br />
6<br />
N672<br />
Pl 26<br />
Werf<br />
KANAAL DOOR ZUID-BEVELAND<br />
Kan aalw eg<br />
Pl 50<br />
Vlakebrugg<strong>en</strong><br />
Vlaketunnel<br />
Noorder Voorhav<strong>en</strong><br />
-15<br />
Snoodijk<br />
N670<br />
polder<br />
Knobbewerve<br />
De Moer<br />
Re ew eg<br />
Sch sl n<br />
Vlake<br />
44 40<br />
-1.5<br />
-5 -10 -15 -20 -25<br />
Pl 25<br />
Veelust<br />
Ho vijw eg<br />
Kam pe r we g<br />
Zuider Voorhav<strong>en</strong><br />
Sl<br />
Yerseke Moer<br />
Vlake Weg<br />
Kerse nwe g<br />
Zo ute We g<br />
Za nd<br />
Oostnol<br />
Everse W e g<br />
De Moer<br />
Schorebrug<br />
Pl 24<br />
dijk<br />
Kruining<strong>en</strong><br />
Pl 23<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
60000<br />
polder<br />
7<br />
Pl 60<br />
M oerw eg<br />
Middelplaat<br />
-20<br />
Kaars<br />
polder<br />
Sl<br />
't Hof Wijd Ee<br />
Ak k erse Weg<br />
Everse Weg<br />
Pl 70<br />
Geme<strong>en</strong>te<br />
Vlakew eg<br />
Bre ed s<strong>en</strong>d ijk<br />
Deurloohoek<br />
S m a<br />
Polder<br />
De Drie Geule<br />
Vo ornse<br />
De breede<br />
Reimerswaal<br />
De Moer<strong>en</strong><br />
van Vlake<br />
bewest<strong>en</strong><br />
-15<br />
N670<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />
Inter Scaldes<br />
Za nd we g<br />
E<strong>en</strong> d<strong>en</strong> po elwe g<br />
Willem<br />
4<br />
Meers<strong>en</strong>hoek<br />
-15<br />
60000<br />
Kruining<strong>en</strong><br />
H<strong>en</strong>drikshoek<br />
San dee<br />
's Landskot<br />
Pl 22<br />
-10<br />
-5<br />
Pl 0<br />
2<br />
we g<br />
Sluiswe g<br />
-2.0<br />
33<br />
22<br />
N673<br />
138<br />
waterin<br />
Trafostation<br />
Nisse<br />
395000<br />
390000<br />
385000
380000<br />
375000<br />
Opdrachtgever:<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Vogelpark<br />
Vuile Va art<br />
Linie<br />
-5<br />
Zwart Huis<br />
Ze ed ijkad er<br />
Hazegraspolder<br />
Hoeve Hazegras<br />
De Vrede<br />
va n Ca nte lm o<br />
-1.8<br />
No ord Wate rg an g<br />
Dijkgraaf stra at<br />
A p p e l z a k<br />
Het Zwin<br />
(Natuurreservaat)<br />
Kave l 1 st ra at<br />
Pau lu svaartBurkeldijk<br />
Het Vlieg<strong>en</strong>d Paard<br />
Gp 359<br />
Paard<strong>en</strong>markt<br />
Nieu we Wate rg an g<br />
Radio geleidingsstation<br />
Gp 360 a<br />
Gp 360<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad5<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
Willem-<br />
Sl<br />
Gp 361<br />
De Zeemeeuw<br />
Hp 14 87<br />
Burkelpolder<br />
Dikke Dijk<br />
Het Zwin<br />
Maneschijn<br />
Pl 10<br />
Meetpaal<br />
Pl 10<br />
Reddingsboot<br />
Strandloper<br />
Hp 1 4 01<br />
De Plaat<br />
Pl 1 4 01<br />
Kievitte<br />
polder<br />
Zomerdorp<br />
Het Zwin<br />
Oranjehoeve<br />
Hickmanbrug<br />
Brixuspolder<br />
polder<br />
Gouverneur<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
Pl 14 87<br />
Pl 14 87<br />
Pl<br />
Gp 369<br />
Gp 368<br />
Gp 367<br />
Gp 366<br />
Sl<br />
De Wildhof<br />
Gp 365<br />
Gouvernem<strong>en</strong>ts<br />
Leopoldpolder<br />
Gp 362<br />
weide<br />
Sint Anna ter Muid<strong>en</strong><br />
Lan<strong>db</strong>ouwmuseum<br />
VR + HR<br />
Nieu we<br />
Wate rg an g<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
15000<br />
Pl 0<br />
Drieling van<br />
Retranchem<strong>en</strong>t<br />
polder<br />
15000<br />
Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />
Gp 364 <strong>en</strong> 364 a<br />
Sl<br />
-10<br />
Sl<br />
Sl<br />
Zuiveringsinst<br />
Basting sw eg<br />
De Lange Strink<br />
Gp 363<br />
Kleine Pas-<br />
h e H av e np ol d er<br />
Voetbrug<br />
St r<strong>en</strong>gw eg<br />
Ca dz an ds ew e g<br />
Sl<br />
Pasp older<br />
M ar i a p o l d e r<br />
Molinshoeve<br />
Versche<br />
Sl<br />
Hp 13<br />
Pl 13<br />
Cadzand-Bad<br />
Polder<br />
Retranchem<strong>en</strong>t<br />
Bewest<strong>en</strong>-<br />
of Waesberghepolder<br />
-5<br />
De Wachtsluis<br />
-1.8<br />
Gp 364 b<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
-15<br />
Uitwaterings<br />
Weg<br />
Gro <strong>en</strong>e<br />
Terhofstede<br />
Z w i n<br />
14<br />
Lan ge<br />
Koo ls<br />
Terhofstede<br />
polder<br />
Zwinbrug<br />
Pl 20<br />
Strin k<br />
Afwateringskanaal<br />
Caricole<br />
Slagje<br />
Berghoeve<br />
Bra am dijk<br />
Kasteel<br />
De Brabander<br />
Elz<strong>en</strong>hof<br />
Oudelandsche<br />
Breijdelhoeve<br />
Sc he nk el w eg<br />
kanaal<br />
Polder<br />
Kleine<br />
polder<br />
13<br />
we g<br />
Sluissche Veer<br />
p o l d e r<br />
we g<br />
Re t ran ch em<strong>en</strong> ts e Weg<br />
Bos we g<br />
Hp 11 91<br />
Sl<br />
Cadzand<br />
Sl<br />
No ordm answ eg<br />
Vierhonderd- beoost<strong>en</strong>-<br />
R105<br />
Bladelings<br />
polder<br />
naar<br />
De Droogbloemzolder<br />
Buit<strong>en</strong>hof<br />
De Schare<br />
He re n we g<br />
Oude Tol<br />
Pl 10 92<br />
Vierhonderd<br />
Her<strong>en</strong>polre<br />
Prinsehof<br />
Olieslagerspolder<br />
Ze ed ijk<br />
Pl 10<br />
Hp 10 92<br />
11<br />
Hoogduin<br />
De Noorman<br />
Beerhoeve<br />
Prin se w egje<br />
De Vingerling<br />
Vie rh on derd<br />
Ruimzicht<br />
6<br />
Pl 20<br />
Ti<strong>en</strong>honderd polder<br />
Platte<br />
Ti<strong>en</strong> ho nde rd se Midd <strong>en</strong>w e g<br />
Wulp<strong>en</strong><br />
Ring dijk - Zu id<br />
Weg<br />
N675<br />
Terhofstedepolder<br />
12<br />
de<br />
Ring dijk- No ord<br />
't Hof<br />
Oude Ze ed ijk<br />
Sluisse<br />
Dijk<br />
Groote Bladelingspolder<br />
Wieling<strong>en</strong><br />
Zomerweelde<br />
Strijde rsd ijk Kno kk ert w eg<br />
10<br />
polde r<br />
Terhof sted edijk<br />
Slikk<strong>en</strong>burg<br />
't Plank<strong>en</strong>' uus<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
Radarpost<br />
Herdijkte<br />
Strijdersgat polder<br />
dijk<br />
Hp 9 93<br />
Zw arte Polde r we g<br />
De Hoogte<br />
polder<br />
Zw arte<br />
Pl 9 93<br />
5<br />
9<br />
Berghoeve<br />
Pl 10 Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder<br />
(Natuurreservaat) Pl 10<br />
Adornis<br />
Nieuwvliet-Bad<br />
Sl<br />
Vijverhoeve<br />
Potjes<br />
Koke rsw eg<br />
Zuidzandepolder<br />
Berk<strong>en</strong>hoeve<br />
Slikk<strong>en</strong>burg<br />
Bos van<br />
Capellepolder<br />
Kap elle w eg<br />
Erasmus<br />
<strong>en</strong><br />
de Kookkert<br />
Loo dijk<br />
Auste rlitzdijk<br />
Diomede polder<br />
Co xyd ew eg<br />
Pann<strong>en</strong>schuur<br />
4<br />
Gro ote St A nna pold er<br />
Vrede <strong>en</strong> rust<br />
Antwerp<strong>en</strong><br />
De Wielewaal Linie N6<br />
(Pl)<br />
Zu id zan dse Weg<br />
Pro vin ciale Weg<br />
Pom p edi jkje<br />
Kleine Lodijk<br />
polder<br />
Polder<br />
De Knokkert<br />
Geme<strong>en</strong>te Sluis<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te Oostburg)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
meter<br />
Hed<strong>en</strong>esse<br />
N674<br />
Kok ers w eg<br />
Pl 9 20<br />
Pl 9 20<br />
St Jans-<br />
Mariastraa t<br />
8<br />
De Test<br />
polder<br />
Groote Lodijkpolder<br />
Austerlitzpolder<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
20000<br />
Boshoeve<br />
Konijn<strong>en</strong>berg<br />
Kruishoofd<br />
A do rn isd ijk<br />
Nieu we ho v<strong>en</strong>d ijk<br />
7<br />
Pl 8 02<br />
Hp 8 02<br />
Antwerp<strong>en</strong>polder<br />
Mole n<br />
Pl<br />
polder<br />
Nieuwehov<strong>en</strong>polder<br />
Sl<br />
20000<br />
De Waag<br />
Met te nijedijk<br />
D <strong>en</strong> Dri nk<br />
Zuidzandepolder<br />
we g<br />
Zuidzande<br />
Oude Zee dijk<br />
Sl<br />
Vijfhonderd-<br />
beoost<strong>en</strong>- <br />
Baa nstpo lderse Dijk<br />
polder<br />
M ol<strong>en</strong>weg<br />
Ve erho ek<br />
Baanstpolde<br />
St Ja nsdijk<br />
Ve erho ekdijk<br />
Maa gd <strong>en</strong>b erg Sl<br />
380000<br />
Lampzins<br />
Mett<strong>en</strong>ijepolder<br />
375000<br />
Smitsd ijk<br />
Blin de Weg
380000<br />
02<br />
Manege<br />
Baanstpolder<br />
Lampzins<br />
Sl<br />
W I E LI N G E N<br />
M osse ldi jk<br />
Nieuwvliet<br />
-15<br />
Erasmus<br />
's- Gr ave n pol d er<br />
p<strong>en</strong>polder St Jorishoeve<br />
Ve erho ekdijk<br />
polder<br />
Mett<strong>en</strong>ijepolder<br />
St Ja nsdijk<br />
375000<br />
Smitsd ijk<br />
Akkerwe g<br />
Akkerput<br />
Bru gg <strong>en</strong>d ijk<br />
Cranepolder<br />
6<br />
Ho<strong>en</strong>derhuisje<br />
Clet em sp olde r<br />
Z w ar te gat sche<br />
Kre ek<br />
Proostpolder<br />
Ca tswe g<br />
Nieuwesluis<br />
Pl 0<br />
Sl<br />
Puij<strong>en</strong>d ijk<br />
Hp 4 13<br />
Pl 4 13<br />
Pl 10<br />
Hp 3 08<br />
Pl 3 08<br />
O u d - B r e s k e n s p o l d e r<br />
-5<br />
-15<br />
-20<br />
-10<br />
Schoneveld<br />
Schallegalle<br />
polder<br />
-25<br />
-1.7<br />
He re nw eg<br />
Hp 2 08<br />
Pl 2 08<br />
Parasijspolder<br />
Catshoeve<br />
N675<br />
Windkracht 7<br />
Stoute- of Zoutepolder 3<br />
Zuidwesthoekpolder<br />
He nricu s dijk<br />
Stam pe rsh oek<br />
5<br />
Is<strong>en</strong>polder<br />
Geuze n dijk<br />
Sl<br />
De Vlijt<br />
Marolleput<br />
Burghof<br />
Most erdw eg<br />
4<br />
De Mij<strong>en</strong>berg<br />
Bar<strong>en</strong> dijk<br />
Zaemslach<br />
Oostburgsche Brug Maaidijk<br />
La Trampa<br />
2<br />
187<br />
Golfterrein<br />
Blin de Weg<br />
St Ba vod ijk<br />
Sl<br />
De Lerk<br />
Eik<strong>en</strong>polder<br />
Eedepolder<br />
190<br />
Pl 7 05<br />
Oude Ha v<strong>en</strong><br />
Veerhoekpolder<br />
Bru gse Va art<br />
in-<br />
polder<br />
Opdrachtgever:<br />
Pl 10<br />
G ar s- <strong>en</strong> Gr u b eke p ol de r<br />
Eik st ra at<br />
<strong>en</strong><br />
St Joris<br />
polder<br />
St-Anna<br />
189<br />
Bru gg <strong>en</strong> dijk<br />
Kleine<br />
2<br />
1<br />
Oude- Polder<br />
Groo te<br />
Lijsbette<br />
polder<br />
Boom k ree k we g<br />
St Ann a polder<br />
St An na dij k<br />
Els<strong>en</strong>hof<br />
188<br />
St Ba vod ijk<br />
we g<br />
Co mm erswe rve w eg<br />
-5<br />
Pl 20<br />
Ho <strong>en</strong>d er we g<br />
Groote<br />
Pl<br />
02 n 6<br />
Kleine Polder<br />
Thuinpolder<br />
De Bosduif<br />
Het Zuid<strong>en</strong><br />
Sno uck-H u rg ro nje-<br />
Kl H<strong>en</strong>ricuspolder<br />
Bakkersstraa t<br />
Zwarte<br />
Gat<br />
Het Vlaemsche Duyn<br />
pol der<br />
Sl<br />
Hp 5 12<br />
H<strong>en</strong>ricuspolder<br />
Groote<br />
Pl 5 12<br />
Wal<strong>en</strong> dijk<br />
Ring dijk<br />
Zuiveringsinst<br />
Oostburg<br />
Scherpbier<br />
Lev<strong>en</strong>smoed<br />
TragelwijkPhilip swe g<br />
Kaa s <strong>en</strong> Brood se D ijk<br />
Gerard de Moorpolder<br />
Nieu veltw eg<br />
De Mu nte<br />
1<br />
Trafostation<br />
186<br />
Ca the line w eg<br />
Blauwe Hoeve<br />
Welgeleg<strong>en</strong><br />
2<br />
184<br />
Sl<br />
Blontrok<br />
2<br />
Lan ge Weg<br />
Bloks polder<br />
Oude- Groedsche Polder<br />
Nieu we Weg<br />
Tor<strong>en</strong>w e g<br />
Heer<strong>en</strong>polder<br />
Scho on di jkse We g<br />
Bruhane<br />
183<br />
Eik<strong>en</strong>boom<br />
Kreekzicht<br />
Nieuwe- Groedsche- of Oude- IJvepolder<br />
Forell<strong>en</strong>kwekerij<br />
De Ys<strong>en</strong>agel<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
-10<br />
-1.8<br />
Pl 30<br />
Groedse Duintjes<br />
De Blikk<strong>en</strong><br />
Van der Ling<strong>en</strong>s polder<br />
2 e Ho g<strong>en</strong> dijk<br />
Zuiveringsinst<br />
Gerard d e Moo rsw e g<br />
No ordw eg I<br />
Kasteelberg<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad6<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
Gat<br />
Maa idijk<br />
Za nd ertje<br />
Sche rp bierse<br />
Weg<br />
Sl<br />
Wafeldorphuis<br />
Chez Marain<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
Groede<br />
Ni euw kerksc he<br />
Kreek<br />
Tor<strong>en</strong>hoeve<br />
3<br />
Tragel<br />
Kruisweg<br />
Ste<strong>en</strong>hove<br />
Sl<br />
Boer<strong>en</strong>hol<br />
1 Boer<strong>en</strong>hof<br />
De Drieweg<br />
Blin d<strong>en</strong> w eg<br />
Krabbedijk<br />
Veldzicht<br />
Kruisdi jk we g<br />
182<br />
No zem ans we g<br />
Ste<strong>en</strong>hov<strong>en</strong><br />
Philip swe g<br />
Ste<strong>en</strong><strong>en</strong>polder<br />
Kruisdijk<br />
G<strong>en</strong>erale Prins Willempolder<br />
De Schans<br />
Cathalijne<br />
VR + HR<br />
D' Eierkurf<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
Lan ge<br />
Weg<br />
25000<br />
Slikke nbu rg se<br />
Ha v<strong>en</strong>d ijk<br />
Kra bb edijk<br />
25000<br />
Ho ged ijk<br />
Bra m<strong>en</strong> dijk<br />
Groote<br />
He er<strong>en</strong>st ra at<br />
Baarzandsc he Kreek<br />
2<br />
(2 e gedeelte)<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
Pl 20<br />
Corne liap older<br />
Tra ge l-<br />
Mag da le na po ld er<br />
Oude Passageulepolder<br />
Nolle tj esd ijk<br />
Sint Philips polder<br />
Kiew eg<br />
West<br />
Voorm Fort<br />
Frederik H<strong>en</strong>drik<br />
De Zoete inval<br />
N58<br />
Het Heem<br />
4<br />
179<br />
Stee nh ov<strong>en</strong> se Dijk<br />
M o l<strong>en</strong>k re ek<br />
176<br />
N58<br />
Gro <strong>en</strong>e<br />
Pl 30<br />
Waterlandkerkje<br />
Sl<br />
178<br />
Luteyn<br />
180<br />
Veerhav<strong>en</strong><br />
177<br />
Goud <strong>en</strong><br />
Nieu wla nd se<br />
Vo et / fietsve er<br />
Noordwesthoekpolder<br />
polde rd ijk<br />
Goud<strong>en</strong>polder<br />
Nieu we ha v<strong>en</strong>w eg<br />
Kre ek<br />
Weg<br />
5<br />
Sl<br />
op Vlissing<strong>en</strong><br />
Gistelarepolder<br />
Buiz<strong>en</strong>polder<br />
Baarzande<br />
Klein- Baarzandepolder<br />
Midd <strong>en</strong>d ijk<br />
Buyz<strong>en</strong> -<br />
Bresk<strong>en</strong>s<br />
polde rd ijk<br />
Golepolder<br />
Schoondijke<br />
2<br />
Platte Weg<br />
Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />
Zuidoosthoekpolder<br />
Jong- Baarzandepolder<br />
Wolframhoek<br />
Nieuw e-<br />
Prins Willem<br />
-5<br />
-10<br />
11<br />
Hp 0<br />
Reigershoeve<br />
Vrede is Rijkdom<br />
Vaarwater langs Hoofdplaat<br />
Ha nde lsh ave n<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
Visse rsh av<strong>en</strong><br />
Ho ofd plaa tse W eg<br />
Jo ng baa r-<br />
have npolde r<br />
N61<br />
Re ig erswe g<br />
Tra ge l-<br />
Ora nje<br />
Wille msw eg<br />
d'Ooipanne<br />
Ve rbindin gs we g<br />
-25<br />
Voisepolder<br />
Oost<br />
Oranje 3<br />
polder<br />
6<br />
Koo lw eg<br />
J ac ht h ave n<br />
G<strong>en</strong>erale-<br />
Sasp utse Straat<br />
Pl 10<br />
Elisabethpolder<br />
za nd edijk<br />
Du ive lsh oe k<br />
Prins-Willempolder<br />
(2 e gedeelte)<br />
Turkeye<br />
-20<br />
1<br />
N677<br />
-20<br />
J<strong>en</strong>tohoeve<br />
Gate rn isse we g<br />
Gro <strong>en</strong>e We g<br />
Stat <strong>en</strong>d ijk<br />
dijk<br />
4<br />
-10<br />
-15<br />
-25<br />
Zuiveringsinst<br />
't M ole ntje<br />
Maurits polder<br />
Ze v<strong>en</strong> Ho fsted <strong>en</strong> st ra at<br />
N676<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
meter<br />
Sl<br />
-10<br />
Midd <strong>en</strong> dijk<br />
7<br />
2<br />
-5<br />
Sl<br />
-2.0<br />
-1.8<br />
Pl 20<br />
Gaternisse Kre ek<br />
-5<br />
-10<br />
Turkeyew e g<br />
2<br />
-5<br />
De Ki<strong>en</strong>stee<br />
De Wiekslag<br />
Sl<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
30000<br />
-15<br />
5<br />
Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />
Wille msw eg<br />
30000<br />
-10<br />
Sl<br />
G<strong>en</strong>erale Prins-<br />
Willempolder<br />
Gate rn isse<br />
Plank<strong>en</strong>poortje<br />
De Punt<br />
Oudeland<br />
6<br />
-15<br />
-1.9<br />
Oranjehoeve<br />
Dier<strong>en</strong>tijd<br />
polder<br />
Sl<br />
Bierkre ek<br />
Sl<br />
Ze v<strong>en</strong>h ofst ede nstraa t<br />
Ora nje<br />
Plaat<br />
kree k<br />
Oranje<br />
Mauritspolder<br />
-5<br />
Nummer Eén<br />
K rom m e Weg<br />
3<br />
Stat <strong>en</strong>d ijk<br />
st ra at<br />
Is<strong>en</strong>dica<br />
Mau ritsw eg<br />
Boer<strong>en</strong> ve rd riet<br />
380000<br />
375000<br />
IJz<strong>en</strong>dijk<br />
Kleine Jonkvrouw B<strong>en</strong>oorde
sing<strong>en</strong><br />
380000<br />
mmer Eén<br />
375000<br />
Stat <strong>en</strong>d ijk<br />
st ra at<br />
van Bresk<strong>en</strong>s<br />
Is<strong>en</strong>dica<br />
Mau ritsw eg<br />
er<strong>en</strong> ve rd riet<br />
-40<br />
Sl<br />
Pl 100<br />
Pl 1 0<br />
Slijkplaat<br />
Sl<br />
Sasput<br />
Ora njed ijk<br />
Retranchem<strong>en</strong>t<br />
polder<br />
IJz<strong>en</strong>dijke<br />
kvrouw B<strong>en</strong>oord<strong>en</strong><br />
-35 -30<br />
Ravelijn<br />
-25<br />
Goede Hope<br />
West Lan ge Weg<br />
Ora nje dijk<br />
Sche rp <strong>en</strong>h eu ve l<br />
Eerste<br />
Manteau<br />
polder Groote Put<br />
Dw arsw eg<br />
Klakba an<br />
Sl<br />
Polder<br />
polder<br />
Schorersgraf<br />
Zacharias polder<br />
(1e gedeelte)<br />
Opdrachtgever:<br />
-20 -15<br />
-10<br />
-5<br />
4<br />
Gro te Put<br />
Le Paradis<br />
Mauritshof<br />
Sl<br />
De Bol<br />
Pl 9 0<br />
Pl 2 0<br />
Kru isw e g<br />
Zachariaspolder<br />
(2e gedeelte)<br />
Bunkerbos<br />
Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />
Nieu we D ijk<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-1.8<br />
Rood<strong>en</strong>hoek<br />
Scho re rw eg<br />
De Komme<br />
Kom se<br />
Sl<br />
H o o ge P l a t e n<br />
Vaarwa ter<br />
5<br />
De Verwagting<br />
Bosd ijk<br />
Pl 3 0<br />
Pl 80<br />
-10<br />
Hoofdplaatpolder<br />
Pl n<br />
Sl n<br />
Driew ege nw eg<br />
Groote Jonkvrouw<br />
Tivoli<br />
Sint Pieterspolder<br />
Hoogeweg<br />
Sint Piete rsdijk<br />
Blin de Weg<br />
Geme<strong>en</strong>te Sluis<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te Oostburg)<br />
Kra bb ega t we g<br />
't Oude Tolhuis<br />
Midd <strong>en</strong>w e g<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Sl<br />
9<br />
Polde rstra at<br />
Lau rina w eg<br />
Ho ge Weg dijk<br />
6<br />
Nieuwland<br />
Ameliapolder<br />
langs<br />
Pl 40<br />
Sl<br />
I Jz<strong>en</strong> d ijks e Weg<br />
Halfweg<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad7<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
N677<br />
Wilh elm in adijk<br />
10<br />
-5<br />
Wilhelminapolder<br />
Nieu wla ndse Weg<br />
Sl<br />
S c h a a r<br />
-1.9<br />
Oranjepolder<br />
-5<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
-5<br />
-5<br />
-5<br />
35000<br />
Spijkerplaat<br />
-10<br />
Sl<br />
0<br />
Sl<br />
Nieuwlandse Mol<strong>en</strong><br />
VR + HR<br />
1<br />
7<br />
2<br />
-10<br />
N678<br />
Zu id L ang e Weg<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
Pl 50<br />
Hoofdplaat<br />
De Gemetschuur<br />
Drieweg<strong>en</strong><br />
3<br />
-5<br />
Hoofdplaat<br />
Sl<br />
Sl<br />
35000<br />
van<br />
Sche nkeldijk<br />
He le na we g<br />
N678<br />
4<br />
Sl<br />
Nooit rust<br />
Geertruida dijk<br />
Welme<strong>en</strong><strong>en</strong>dheid<br />
Pl 60<br />
De Vos<br />
Hel<strong>en</strong>ahoeve<br />
No ordstraa t<br />
Geertruida<br />
Dijkepu tte n<br />
12<br />
Spijkerplaat<br />
Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />
Kro mm e<br />
Hel<strong>en</strong>apolder<br />
Ho ofd plaa tse Weg<br />
Meetpaal<br />
W atergan g<br />
Z<br />
Geertruidapolder<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
2<br />
Plask ree k<br />
Groote Zoutpolder<br />
ou te Weg<br />
Kleine Zoutpolder<br />
Antoniushoeve<br />
Kaa id ijk<br />
Sl<br />
-5<br />
Radarpost<br />
-5<br />
Nol Zev<strong>en</strong><br />
Pl 70<br />
Jagershof<br />
Konijn<strong>en</strong>berg<br />
Bril<br />
polder<br />
Mariapolder<br />
Kon ijne nb ergw eg<br />
Sl n<br />
-1.9<br />
Sl<br />
13<br />
-10<br />
Hooge Springer<br />
-10<br />
-15<br />
-1.9<br />
-5<br />
Sl<br />
-10<br />
Oost L an ge Weg<br />
Sl<br />
Sl<br />
Sl<br />
E<br />
V a a r w a t e r l a n g s d e Pa<br />
Pl 0<br />
Beu kelsdijk<br />
Pl 1 0<br />
De Hoekstee<br />
n<br />
Sl Sl<br />
Wilhelmina<br />
polder<br />
Sl Schorreblom<br />
Sl<br />
-10<br />
Nu mm er Ze v<strong>en</strong>w e g<br />
Uitwateringskanaal Nol Zev<strong>en</strong><br />
Olm <strong>en</strong> dijk<br />
Sl<br />
Biervliet<br />
Sl<br />
Thomaespolder<br />
Stellehoeve<br />
-45<br />
-15<br />
Pau lina dijk<br />
Gro <strong>en</strong>e Straat<br />
Beukelspolder<br />
Witte Straa t<br />
Sl<br />
Eiersg atw e g<br />
-40<br />
Sprin ger geul<br />
Sl<br />
-20<br />
Sl<br />
Stelled ijk we g<br />
Lan ge Bet te<br />
-35<br />
-20<br />
-25<br />
-25<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-30<br />
Sl<br />
-30<br />
-35<br />
-1.9<br />
P A S<br />
-40<br />
Pl 0<br />
Pau lina w eg<br />
Noordnol<br />
-60<br />
-50<br />
-45<br />
Sche ld edijk<br />
-55<br />
B O R S S E L E<br />
Lage Springer<br />
De Ste lle we g<br />
u l i n a p o l d e r<br />
Paviljo <strong>en</strong> we g<br />
Oostze edijk<br />
Ha v<strong>en</strong>stra at<br />
Pl 10<br />
Pl 0<br />
Elektr C<strong>en</strong>trale<br />
Pl 50<br />
Pl 20<br />
Borssele<br />
Ca talijn ew eg<br />
Ze ed ijk<br />
Hoek van Borssele<br />
Paulina polder<br />
we g<br />
Elisabeth polder<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
-15<br />
-1.9<br />
V A<br />
N<br />
-5<br />
-10<br />
-15<br />
-20<br />
-5<br />
-1.9<br />
meter<br />
-10<br />
Pl 10<br />
Paviljo<strong>en</strong><br />
Wee lh oe kw e g<br />
polder<br />
Pl 40<br />
Wee lw eg<br />
Eb<strong>en</strong> Haëzer<br />
Galghoek<br />
Borssele<br />
Stadhoek<br />
Ev e r i n g e n<br />
-15<br />
Kru isw e g<br />
-10<br />
-20<br />
-5<br />
-15<br />
-15<br />
-10<br />
-20<br />
-5<br />
Thom aes geul<br />
-5<br />
-5<br />
Lan ge Zu idw eg<br />
-25<br />
Geme<strong>en</strong>te<br />
Terneuz<strong>en</strong><br />
-35<br />
-30<br />
-1.9<br />
-1.9<br />
Braakmankreek<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
40000<br />
Sl<br />
Pl 30<br />
Pl 80<br />
-25<br />
Trooy<strong>en</strong>hoek<br />
Wolph aa rt s w eg<br />
Wolfershoek<br />
-20<br />
Sl<br />
West-<br />
40000<br />
-15<br />
Kaa iw eg<br />
Borssele<br />
Monsterhoek<br />
Gemaal Van Borssele<br />
-25<br />
-5<br />
-10<br />
-2.0<br />
Sl<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
Noorder<br />
Gat<br />
-5<br />
-2.0<br />
Zuidhoek<br />
Pl 20<br />
Dijkzicht<br />
-15<br />
Weve lsw aa ldijk<br />
Pl 70<br />
Valuepark<br />
(Ind terrein in aanleg)<br />
geul<br />
boss<strong>en</strong><br />
Braakmanpolder<br />
Savo ya ards<br />
380000<br />
375000<br />
Braakmankreek
Kaa iw eg<br />
rssele<br />
sterhoek<br />
Zuidhoek<br />
380000<br />
375000<br />
Dijkzicht<br />
Ossevaathoek<br />
Mon sterw eg<br />
Lan ge Zu idw eg<br />
Pl 70<br />
in aanleg)<br />
ve lsw aa ldijk<br />
-10<br />
van<br />
raakmanpolder<br />
Reugersberg<br />
Moolhoek<br />
De Hoop <strong>en</strong> Verwachting<br />
we g<br />
Braakmankreek<br />
-5<br />
Pl 20<br />
De Schephoek<br />
-15<br />
Ked-'ered<br />
-2.0<br />
-1.8<br />
-5<br />
Pl 60<br />
Ju rja new e g<br />
polder<br />
Ovezan dsche<br />
Wate rg an g<br />
Ho llep olde rse D ijk<br />
SluishoekKorte Zu id we g Baa ndijk<br />
Bor ssele<br />
Ze ed ijk<br />
Meetpaal<br />
Pl 10<br />
Sl<br />
Mol<strong>en</strong>hoek<br />
Staartsche N ol<br />
Rug van Borssele<br />
E<br />
Geul van de Sui plaat<br />
Lov<strong>en</strong> w eg<br />
Opdrachtgever:<br />
32<br />
-5<br />
-10<br />
-15<br />
31<br />
Pl 30<br />
't Klompekot<br />
Westeindse Weel<br />
De Hooge Boom<strong>en</strong><br />
N62<br />
Zuidoosthoek<br />
30<br />
De Staart<br />
Sl<br />
Weste indse<br />
Witte Pauw<br />
Staa rt se<br />
Sl<br />
Dijk<br />
Dijk<br />
Ruig<strong>en</strong>hoeve<br />
Holle polder<br />
Sl<br />
Sl<br />
Paulushoek<br />
Polder<br />
Ellewoutsdijk<br />
Ho ogla ndse<br />
Sl<br />
Drieweg<strong>en</strong><br />
Dijk<br />
Blazekop polder<br />
Gro <strong>en</strong>e<br />
Scho ond ijkse D ijk Bushoeve<br />
Meehoek<br />
Tre nte we g<br />
Braakmanhav<strong>en</strong>Nieu w-<br />
Co rridorw eg<br />
No o rd dijk<br />
ker<br />
Pl 50<br />
't Sluisje<br />
-15<br />
-10<br />
Achterhoek<br />
Mole nw eg<br />
Lan ge Mairep olde r<br />
't Hof Tilburg<br />
Drieweg<strong>en</strong><br />
Zuiderhoogland<br />
Gat van Borssele Inlaag 1887<br />
Pl 40<br />
Sl n<br />
Sl<br />
Lov<strong>en</strong><br />
Love nw eg<br />
geul<br />
Kerpelgat<br />
polder<br />
Love npo lder<br />
Achterste<br />
Kreek<br />
Pl 10<br />
Are nd shoe kwe g<br />
Pl 0<br />
Ne uz<strong>en</strong> we g<br />
Willemskerke<br />
(Natuurreservaat)<br />
polder<br />
Dijk<br />
Zak polder<br />
Ru ig <strong>en</strong> dijk<br />
Loire<br />
Weldijk<br />
Koekoek<br />
De Zak<br />
Sl<br />
Sl<br />
Noord polder<br />
Ho ogla ndse<br />
Oud-Ovezandpolder<br />
Plata anw eg<br />
Sl<br />
Ovezande<br />
Blauwe Hoeve<br />
Kamerpolder<br />
erse Weg<br />
Verlor<strong>en</strong>kostpolder<br />
polder<br />
Storm<br />
Sl<br />
Dijkzicht<br />
Ovezan dse<br />
't Hof Schild<br />
12<br />
Kru ipuitse Dijk<br />
Nieuwlande<br />
Weg<br />
O u de la n<br />
Za kdijk<br />
Nieuw- Ovezand<br />
Schuurhoek<br />
polder<br />
Ellewoutsdijk polder<br />
Grind w eg<br />
Dijk<br />
Vijfzo odijk<br />
Ellewoutsdijkse Mol<strong>en</strong><br />
Pap otw eg<br />
De Ellewout<br />
V E RI N G E<br />
Suikerplaat<br />
Geme<strong>en</strong>te Terneuz<strong>en</strong><br />
0<br />
Pl 20<br />
Chemische Fabriek<br />
Loop-<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
-5<br />
-15<br />
-10<br />
-2.0<br />
-5<br />
-5<br />
-2.0<br />
-10<br />
Pl 51<br />
N681<br />
1<br />
Pl 50<br />
-2.0<br />
-25<br />
He rb ert H Do ww eg<br />
Hoogedijk<br />
2<br />
-20<br />
-15<br />
-35<br />
N62<br />
-10<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad8<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
-30<br />
-10<br />
Wille m s<br />
ke rke<br />
Sl<br />
-5<br />
-5<br />
2<br />
105<br />
Pl 49<br />
-2.0<br />
106<br />
-10<br />
Sl<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
-15<br />
Westerschelde tunnel<br />
20<br />
dijk<br />
-5<br />
PAS<br />
4<br />
-2.0<br />
21<br />
VR + HR<br />
-20<br />
-10<br />
-15<br />
-20<br />
-30<br />
-25<br />
Voorm Fort Ellewoutsdijk<br />
De Boerderij<br />
N252<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
-20<br />
Wulp<strong>en</strong>bek<br />
polder<br />
N682<br />
45000<br />
Pl 48<br />
-10 -15<br />
Sl<br />
6<br />
Kno l<br />
15<br />
-25<br />
45000<br />
Sl<br />
Ellewoutsdijk<br />
Sl Hellewoud<br />
Sl<br />
Pl 46<br />
Zuidgors<br />
d sc he<br />
Zakpolder<br />
Platschorre<br />
Tolhoek<br />
11<br />
Nisse- Stelle<br />
Pold er<br />
Sl<br />
Sl<br />
De Beuk<strong>en</strong>hof<br />
't Hof Tolhoek<br />
Isew eg<br />
Simonshoek<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />
Middel plaat<br />
West<br />
buit<strong>en</strong>hav<strong>en</strong><br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
Sl<br />
14<br />
Oost<br />
buit<strong>en</strong><br />
hav<strong>en</strong><br />
Sl<br />
Zuid Evering<strong>en</strong><br />
-2.0<br />
-5<br />
Zijkan aal A<br />
Zw inw eg<br />
Vissers d ijk<br />
Ve erha v<strong>en</strong><br />
Jachthav<strong>en</strong><br />
Sl<br />
Schelhoek<br />
De Hoogte<br />
PJ Isra ëlw eg<br />
't Zwint<br />
Busw eg je<br />
Za ksche<br />
polder<br />
't Hof Boomzicht<br />
Mol<strong>en</strong>polder<br />
Lambrechtshoek<br />
Slikk<strong>en</strong> van Evering<strong>en</strong><br />
VAN TER NEU ZEN<br />
Westelijke<br />
-10<br />
Pl 47<br />
-40<br />
-45<br />
-35<br />
-25<br />
-30<br />
-15<br />
-20<br />
-25<br />
-5<br />
-10<br />
-50<br />
-2.0<br />
-20<br />
-2.0<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-5<br />
-10<br />
Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />
Terneuz<strong>en</strong><br />
Sl<br />
Pl 45<br />
-2.0<br />
Pl 90<br />
-5<br />
-10<br />
Wate rg an g<br />
't Hof de Dierik<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
Dierikwe g<br />
Sl n<br />
Baarland-<br />
Stellepolder<br />
Baa rlan d S telle we g<br />
Quistkostpolder<br />
Oudelande<br />
Oudelande<br />
Sl<br />
Everingepolder<br />
N<br />
Sl<br />
Sl<br />
Sl<br />
Zweemersdam<br />
Pl 44<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
Zorgg<strong>en</strong>ot<br />
Stelse Dijk<br />
Wate rvlietse We g<br />
Kwad<strong>en</strong>damme<br />
Nieuwe-Vreeland<br />
polder<br />
Kleine-<br />
Reinoutpolder<br />
Parelvisserij<br />
Toeristische Spo orwe g<br />
Pl 80<br />
Oth<strong>en</strong>e<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
Oth e<strong>en</strong><br />
-5<br />
De Maelderië<br />
Vijfzo odijk<br />
-25<br />
-2.0<br />
meter<br />
Sl<br />
He ll <strong>en</strong>b urg<br />
Ze ed ijk<br />
Pl 43<br />
Weg<br />
Westd orpse<br />
st ra at<br />
Zuidpolder<br />
Sl<br />
Siguitpolder<br />
Sl<br />
Zu id po ld erdijk<br />
Plaat van Baarland<br />
Pl 0<br />
Mole nw eg<br />
-2.0<br />
-2.0<br />
Westdorp<br />
-5<br />
Groote-<br />
Reinout<br />
polder<br />
Pl 10<br />
Margaretha<br />
polder<br />
-25<br />
Sorgvliet<br />
Ve rko rt in g<br />
Sl<br />
Driew eg<br />
-10<br />
-20<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
50000<br />
-15<br />
Sl<br />
Oude Po ld erdijk<br />
Spoorzicht<br />
Ruïne<br />
Stuyvesant<br />
Pl 42<br />
Vo ge lsa ng se<br />
Kwad<strong>en</strong>damme<br />
Herverka velings<br />
Plaat van Baarland<br />
-20<br />
-25<br />
50000<br />
-10<br />
-2.0<br />
PAS<br />
Pl 0<br />
Margaretha-<br />
Ve rko rt in g<br />
polder<br />
Paa rd <strong>en</strong>d ijk<br />
Schoonoord<br />
Va lwe g<br />
Val<br />
dijk<br />
Baarland<br />
Baarland<br />
Ze e dij k<br />
S t r a a t j e<br />
-5<br />
-15<br />
-30<br />
-5<br />
-10.0<br />
-15<br />
-2.0 -5<br />
Hav<strong>en</strong><br />
-10<br />
Kleine<br />
-2.0<br />
van<br />
VAN<br />
Griete<br />
380000<br />
Lan ge<br />
Pl 41<br />
375000<br />
Mole nw eg
aarland<br />
380000<br />
-2.0<br />
375000<br />
Mole nw eg<br />
Bak<strong>en</strong><br />
Aalw eg<br />
Mole nstraa t<br />
Waa rd we g<br />
Polder<br />
Strie pse Weg<br />
Lan ge Polde rw eg<br />
Pl 41<br />
Hoedek<strong>en</strong>skerke<br />
Scheldeoord<br />
van Willem<br />
VAN<br />
-5<br />
-10<br />
polder<br />
Va lwe g<br />
dorp se w eg<br />
Pl 10<br />
Re uz<strong>en</strong> ho ekse<br />
Oude D ie rikp olde rw eg<br />
De We st er<br />
Pl 0<br />
E<strong>en</strong> dragt we g<br />
Beu ge lta sdijk<br />
Krekepolder<br />
Hoeve Striepe<br />
Bak<strong>en</strong>dorp<br />
Conserv<strong>en</strong>fabr<br />
Dijk<br />
Pl 40<br />
Hoek van Baarland<br />
Sche nkeldijk<br />
Polderschool<br />
Pl 39<br />
st ra at<br />
-5 -10<br />
Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />
T ERN EU Z EN<br />
-20<br />
-30<br />
-25<br />
-2.0<br />
Huiss<strong>en</strong>spolder<br />
Opdrachtgever:<br />
-2.0<br />
-5<br />
Pl 10<br />
-2.0<br />
Pl 38<br />
Hof Reuz<strong>en</strong>hoek<br />
Waa nw eg<br />
M i d d e l g a t<br />
Reuz<strong>en</strong>hoek<br />
Sl<br />
Hoedek<strong>en</strong>skerke<br />
Pl 37<br />
Hav<strong>en</strong> de Val<br />
(Jachthav<strong>en</strong>)<br />
Kwa kkelse<br />
Dijk<br />
Pl 36<br />
Groote Huiss<strong>en</strong>spolder<br />
Geme<strong>en</strong>te Terneuz<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> dragt we g<br />
Kam pe rse<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
-10<br />
-15<br />
-10<br />
-10<br />
-15<br />
-15<br />
-5<br />
-30<br />
-25<br />
-25<br />
-20<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
Copwyck<br />
Hoek van de Dijk<br />
M<br />
Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />
-5<br />
Pl 20<br />
Nooitgedacht<br />
E<strong>en</strong>dragt polder<br />
-20<br />
-5<br />
Weg<br />
-2.0<br />
De Moor<br />
De Stelberg<br />
Julianahoeve<br />
Leeuw<strong>en</strong>stein Lee uw <strong>en</strong> steinse We g<br />
Aan dijkse<br />
Kampersche Hoek<br />
Kwakkel<br />
Weg<br />
Aan- <strong>en</strong><br />
Rug van Baarland<br />
Brouwerplaat<br />
GAT VAN OSSENIS SE<br />
De Poonhoeve<br />
Poonhav<strong>en</strong><br />
G<strong>en</strong>derdijke polder<br />
Za am slagse<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-5<br />
-2.0<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad9<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
De Schuttebocht<br />
Pl 10<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
-5<br />
-2.0<br />
-10<br />
Plat<strong>en</strong> van Oss<strong>en</strong>isse<br />
Kam p<br />
E<strong>en</strong>dragt<br />
Kam pe rse Dijk<br />
-2.0<br />
er<br />
se D ijk<br />
polder<br />
VR + HR<br />
Van Lynd<strong>en</strong>-<br />
G<strong>en</strong>d erdijkse W eg<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
Plat<strong>en</strong> van Hulst<br />
Sl<br />
-2.0<br />
Hellegat<br />
Poo n straat<br />
polder<br />
55000<br />
Va n L ijn <strong>en</strong> dijk<br />
Dijkstra at<br />
-5<br />
55000<br />
-10<br />
-15<br />
polder<br />
Kon in g<br />
-20<br />
Pl 0<br />
Sl<br />
Will em lll w eg<br />
Willem III polder<br />
Sluis<br />
Pl 340<br />
Ca mp <strong>en</strong>se<br />
Dijk<br />
-20<br />
Pl 330<br />
Kan aaldijk<br />
Ru mm ersdijkstra at<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
-20<br />
-15<br />
Sl<br />
-10<br />
-30<br />
-5<br />
-25<br />
-35<br />
Camp<strong>en</strong><br />
(Gemaal)<br />
Kamp<strong>en</strong><br />
-20<br />
Ser_<br />
Westd ijk<br />
Kamperhoek<br />
Keizerrijk<br />
-15<br />
Ruisch<strong>en</strong>degat<br />
-15<br />
OVERLOOP VAN HANS WEERT<br />
Ar<strong>en</strong>dspolder<br />
-10<br />
-5<br />
Rummersdijkpolder<br />
Oude_<br />
Schapershoek<br />
Zeedorp<br />
Kam pe rw eg<br />
Copwijkhoeve<br />
Hoek van Oss<strong>en</strong>isse<br />
Pl 300<br />
Ze estraa t<br />
-2.0<br />
Zu id dijk<br />
Copwijkse Weg<br />
-2.1<br />
Knuitershoek<br />
Hooglandpolder<br />
Kleine<br />
Vogelwaarde<br />
Lan ge<br />
Weg<br />
Polder<br />
Westst ra at<br />
Hav<strong>en</strong><br />
Vogelfort<br />
Gro <strong>en</strong>e St ra at<br />
H<strong>en</strong>gstdijk<br />
Oude Stoof<br />
Sl<br />
Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />
Mol<strong>en</strong>polder<br />
Nijs polder<br />
Weverstraat<br />
Oss<strong>en</strong>isse<br />
Vogelzicht<br />
Vo ge lw e g<br />
Pl 290<br />
Kon in gsdijk<br />
Oostd ijk<br />
De Mol<strong>en</strong>burg<br />
Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />
De Streep<br />
-5<br />
Ho ogla ndse _<br />
Burghoeve<br />
Dijk<br />
Sl<br />
De Vogel<br />
Kreverhille<br />
Burgh<br />
Zo utlan dstraa t<br />
polder<br />
Strooi<strong>en</strong>stad<br />
Platte<br />
Ser_ Pauluspolder<br />
-5<br />
-2.0<br />
Dorpzicht<br />
-10<br />
-15<br />
-20<br />
-25<br />
De Vogel<br />
-30<br />
Schaar van Oss<strong>en</strong>isse<br />
Kievitpolder<br />
H<strong>en</strong>gstdijk<br />
Reygerskreek<br />
Pl 280<br />
Noordhof polder<br />
Wilhelminahoeve<br />
Zoute Polder<br />
He ngst dijkse Straat<br />
De Guil Groote H<strong>en</strong>gstdijkpolder<br />
N688<br />
4<br />
3<br />
ge<br />
o<br />
V<br />
Klondyke<br />
2<br />
Kerkw eg<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
Do orndijk<br />
Zo utl and se<br />
Anna Paulownahoeve<br />
Dijk<br />
Noordhof<br />
Drooghuize<br />
Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>dijk<br />
Karne me lkstraa t<br />
Drog <strong>en</strong>d ijk<br />
Maria polder<br />
Pauluspolder<br />
Polde rw eg<br />
Pl 270<br />
Perkpolder Veerhav<strong>en</strong><br />
Ze ed ijk<br />
Noordstraat<br />
Rikerohof Kloosterzande<br />
Puttingzicht<br />
Mar garetse<br />
Dijk<br />
Kalv erdijk<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
ld ijk<br />
Zuid<br />
-2.0<br />
1<br />
weg<br />
-2.1<br />
meter<br />
0<br />
West_ Vogel<br />
polder<br />
Perkst ra at<br />
-2.1<br />
-5<br />
De Perk<br />
Waterhoeve<br />
De Grote Putting<br />
(Natuurreservaat)<br />
Oostd ijk<br />
Wate r st ra at<br />
Lett <strong>en</strong>b urgse We g<br />
-10<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
Sl<br />
Fabr<br />
N689<br />
Tasdijk<br />
Vo ge ld ijk<br />
60000<br />
Noordhof<br />
polder<br />
Maria<br />
Pl 260<br />
D<strong>en</strong> Tol<br />
Noorddijk<br />
polder<br />
Meetpaal<br />
polder<br />
Walsoord<strong>en</strong><br />
Zuiveringsinst<br />
Betonfabr<br />
Pl 240<br />
Zandpolder<br />
15<br />
N60<br />
4<br />
16<br />
-10<br />
Vo ge ld ijk<br />
-2.0<br />
Noo rddij kse D ij k<br />
-15<br />
Hoop op<br />
zeg<strong>en</strong><br />
1<br />
Groote<br />
H<strong>en</strong>gstdijk<br />
polder<br />
Grootvogel<br />
Mee rd ijk<br />
60000<br />
-2.0<br />
-5<br />
-15<br />
-10<br />
-20<br />
Schaperspolder<br />
Mariad ijk<br />
Waldeckhoeve<br />
-15<br />
Schapers<br />
17<br />
St Jo se ph stra at<br />
Ser-Paulus<br />
polder<br />
2<br />
-20<br />
-25<br />
Pl 250<br />
Sl<br />
Veerhav<strong>en</strong><br />
Z<br />
Boc ht<br />
Kleine Dijk<br />
De Beaufortsluis<br />
Oude land se<br />
Lepelstraathof<br />
polder<br />
West-<br />
18<br />
Vogelpolder<br />
Lett<strong>en</strong>burg<br />
Tri<strong>en</strong>tjeshoeve<br />
Oudeland-<br />
polder<br />
20<br />
Hu lste rwe g<br />
N60<br />
Sch aper s dijk<br />
-30<br />
Schapershof<br />
Kuitaart<br />
19<br />
380000<br />
375000
Veerhav<strong>en</strong><br />
380000<br />
Z<br />
Boc ht<br />
van<br />
Kleine Dijk<br />
De Beaufortsluis<br />
Lepelstraathof<br />
375000<br />
Oude land se<br />
Wilhelmus<br />
Joh Glerum<br />
polder<br />
Pl 230<br />
D<strong>en</strong> Inkel<br />
Willebroeksnol<br />
Kruisdorp<br />
Inkeld ijk<br />
Kru isst ra at<br />
Oost Inkel<strong>en</strong><br />
D<strong>en</strong> Inkel<br />
polder<br />
Vro onw e g<br />
Vro ond ijk<br />
Schaar van Waarde<br />
UI D E R<br />
Lan ge Nieu wst ra at<br />
Schapershof<br />
s dijk<br />
-30<br />
-15<br />
-20<br />
-25 Have n<br />
Kuitaart<br />
Kleinvogel<br />
Vogelzicht<br />
(Km)<br />
-15<br />
Wals oor d<strong>en</strong><br />
Dijk<br />
Groot m oedersd ijk<br />
Opdrachtgever:<br />
-10<br />
Pl 19<br />
Kru isst ra at<br />
Pl 220<br />
Pl 18<br />
-2.0<br />
-5<br />
-10<br />
G<br />
Pl 17<br />
Zuiveringsinst<br />
Kad ijk<br />
Puth oe kse Weg<br />
Waarde<br />
Lag e Weg<br />
Westveer<br />
polder<br />
Mee ze<br />
Plaat van Walsoord<strong>en</strong><br />
-5<br />
Schaar<br />
Pl 210<br />
Kruispolder<br />
we g<br />
Mid d<strong>en</strong> we g<br />
Marina<br />
Sl<br />
Kru isp olde rd ijk<br />
Waarde<br />
Hav<strong>en</strong><br />
Schor van Baalhoek<br />
Fruetus ex Labora Fluitershoek<br />
Va n R e mo rte lst ra at<br />
-10<br />
-5<br />
-20<br />
-15<br />
-2.0<br />
Bou deloo dijk<br />
-2.0<br />
-10<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
-2.0<br />
A T<br />
Kruispolder<br />
Hoeve Bur<strong>en</strong><br />
Oost-Vogelschor Polder<br />
Dree fk<strong>en</strong><br />
Fred erik He nd rikstraat<br />
Ho efke nsdijk<br />
Koelewei<br />
Mariahoeve<br />
Hoofd- <strong>en</strong><br />
De Wêêl<br />
Vitshoek<br />
polder<br />
Koe dam<br />
Boudeloohoeve<br />
st ra at<br />
Lamswaarde<br />
Ro verbe rg se Dijk<br />
Eeck<strong>en</strong>nisse<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Vit shoe kdijk<br />
Pl 16<br />
Roverberg<br />
Sl<br />
Rov e rb er g se<br />
't Lammetje<br />
Straat<br />
Ooststraa t<br />
Km<br />
134<br />
Waarde<br />
St<br />
Annaput<br />
Bote r<br />
Radarpost<br />
Sonneheerdt<br />
De Vliet<br />
Carpe Diem<br />
dijk<br />
Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />
polder<br />
Ooststraa t<br />
Graauwpolder<br />
Hav<strong>en</strong>oord se Weg<br />
Pl 200<br />
Oud-<br />
Krabb<strong>en</strong>dijke<br />
polder<br />
Kra bb <strong>en</strong><br />
133<br />
dijksch e<br />
Voetpomp<br />
Nolleweg<br />
G<strong>en</strong> t m an sd ijk<br />
Plassew eg<br />
Zuidwesthoek<br />
Vliete<br />
Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />
Wee lw eg<br />
Kruispolder<br />
Monnik<strong>en</strong>polder<br />
polder<br />
van Val k<strong>en</strong> isse<br />
Kruispolderhoeve<br />
Scheldevaartshoek<br />
S che n keld ij k<br />
Kru isp olde rse<br />
Oude<br />
-10<br />
Pl 15<br />
d'Ouwe Graauw<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad10<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
-2.0<br />
4<br />
Baalhoek<br />
132<br />
(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />
H<strong>en</strong>ehouwe<br />
Pl 190<br />
Pl 20<br />
Vlie t<br />
Huisjes<br />
Mon nik<strong>en</strong> dijk<br />
Oud-Valck<strong>en</strong>isse<br />
Natuurreservaat<br />
Noordwesthoek<br />
36<br />
De Rozeboom<br />
(Km)<br />
Krabb<strong>en</strong>dijke<br />
Sl<br />
Poldersteyn<br />
Zu s terza nd<br />
Gaw eg e<br />
Gaw ee gse D ijk<br />
De Weel<br />
Pl 10<br />
Meetpaal<br />
Sl<br />
Sl<br />
131<br />
Gawege<br />
Zu id w eg<br />
Valk<strong>en</strong>isse<br />
polder<br />
Emanuelpolder<br />
Turfplat<strong>en</strong><br />
32<br />
35<br />
Nieuw Krabb<strong>en</strong>dijkepolder<br />
Zuidoosthoek<br />
Sl<br />
Verderf<br />
Sl<br />
130<br />
Meib oom<br />
Sl<br />
31<br />
Hav<strong>en</strong><br />
No ordscha ns<br />
Zuidschans<br />
Koe dijk<br />
Mairepolder<br />
Roelshoek<br />
Mairehoeve<br />
Stroodorpepolder<br />
Emanuelhoeve Frederica polder<br />
Pl 0<br />
Vredehof<br />
Pl 40<br />
Oostpolder<br />
34<br />
Kwe ekw eg<br />
Pl 0<br />
Schalkshoeve<br />
129<br />
Pl 30<br />
30<br />
33<br />
Oude R ijksw eg<br />
Fred erika w eg<br />
Midd<strong>en</strong>hoeve<br />
Vink<strong>en</strong>isse<br />
Tweede Bathpolder<br />
Bergkilwe g<br />
Kor<strong>en</strong> we g<br />
Dw arsw eg<br />
Oosthof<br />
Zimmerman polder<br />
Zim me rm an we g<br />
O V E R L O O P V A N V A L K E N I S S E<br />
-20<br />
Konijn<strong>en</strong>schor<br />
Geul Zimmerman<br />
Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse<br />
Zwaantjeshof<br />
-20<br />
Lan ge Nie uw stra at<br />
Oude Gra auw se Dijk<br />
Dijk<br />
Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
VR + HR<br />
-5<br />
-2.0<br />
-10<br />
-10<br />
Kruispolderhav<strong>en</strong><br />
Duiv<strong>en</strong>hoek<br />
Melopolder<br />
Melo<br />
Gra auw se Dijk<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
65000<br />
we g<br />
-5<br />
65000<br />
-2.0<br />
-5<br />
-2.0<br />
Graauw<br />
Erw te nw eg<br />
-2.0<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
Pl 180<br />
Paal<br />
Kleine<br />
Mariahof<br />
Mol<strong>en</strong>polder<br />
Meloborgh<br />
Sl<br />
Melohoeve<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
Pl<br />
-15<br />
-10<br />
-5<br />
Speelmansgat<br />
Paal<br />
Sl<br />
Sl<br />
Weg<br />
Paa lse<br />
Sl<br />
-2.0<br />
Pl 170<br />
Wille m<br />
He ndrik<br />
Sl n<br />
-2.0<br />
Jachthav<strong>en</strong><br />
Pl 160<br />
Sl<br />
Van Alstein-<br />
Midd el<br />
Dw arsstraat<br />
we g<br />
polder<br />
Kro mm e Weg<br />
Polderzicht<br />
A58<br />
E312<br />
-20<br />
-5<br />
Va n der Ha vew eg<br />
Du ive nho ek<br />
(Natuurreservaat)<br />
29<br />
Pl 40<br />
128<br />
Sl<br />
32<br />
Vink<strong>en</strong>isse kreek<br />
Pl 20<br />
Hav<strong>en</strong><br />
't Zuid<strong>en</strong><br />
Akkerwe g<br />
-19<br />
Pl 30<br />
Westhof<br />
Drie H aa sje s<br />
Stationsbuurt<br />
Reigersbergsche Polder<br />
Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe<br />
Speelmansgat<br />
Emm a<br />
Pl 150<br />
Va n Alste in dijk<br />
Spa uw er<br />
Pl<br />
Graauwse Plaat<br />
we g<br />
Parallelw eg<br />
Pl 140<br />
-2.0<br />
-2.0<br />
-2.0<br />
-5<br />
-10<br />
Schelp kre ek<br />
Heuvel<br />
Bezoekersc<strong>en</strong>trum<br />
N289<br />
-2.0<br />
-15<br />
-20<br />
Pl 130<br />
Emmadorp<br />
-15<br />
4<br />
-10<br />
-5<br />
-20<br />
Pl 10<br />
127<br />
Meetpaal<br />
Marlemontsche Plaat<br />
(Natuurreservaat)<br />
Pl 120<br />
31<br />
Eerste Weg<br />
Hof Maire<br />
Kap ucijn ew eg<br />
Zim me rm an we g<br />
Westketel<br />
Westh ofw eg<br />
Tweede<br />
Nieuw Maire<br />
Ho ofd we g<br />
Pl 10<br />
Verdronk<strong>en</strong><br />
Marlemont-<br />
sche<br />
Plaat<br />
Verdronk<strong>en</strong> land van<br />
Schaapskooi<br />
Kon in gin<br />
IJskelder<br />
Saeftinghe<br />
Emm ap olde rd ijk<br />
Tweede<br />
Koningin Emma polder<br />
70000<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
meter<br />
Ro tteg eu l<br />
Le e<br />
laa<br />
r<br />
p<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
Rijksdam<br />
70000<br />
4<br />
Twe ed e<br />
126<br />
Reigersbergsche<br />
NAUW<br />
-15<br />
-10<br />
Hon de<br />
gat<br />
-5<br />
-2.0<br />
Platte Plaat<br />
Emm aw eg<br />
Va lck<strong>en</strong>isse Weg<br />
S c h a<br />
Eerste Platte Plaat<br />
Pl 110<br />
380000<br />
375000<br />
Parallelw eg
27<br />
A58<br />
E312<br />
126<br />
Pl 70<br />
30<br />
N289<br />
Veldzicht<br />
Oude<br />
Du mo ulin w eg<br />
Midd<strong>en</strong>ketel<br />
Lindezorg<br />
Rilland<br />
Reigersberg<br />
Radartor<strong>en</strong><br />
26<br />
125<br />
Meehoeve<br />
Putkil we g<br />
Pl 60<br />
(Natuurreservaat)<br />
Rijkswe g<br />
rsbergsche Polder<br />
Va lck<strong>en</strong>isse Weg<br />
380000<br />
375000<br />
Plaat<br />
Twe ed e Weg<br />
Bathpolder<br />
h a a r v a n d e N o o r d<br />
Pl 110<br />
Parallelw eg<br />
-2.0<br />
Klein Ho nde gat<br />
-5<br />
VAN<br />
-10<br />
31<br />
-15 -20<br />
Saeftinghe<br />
de Pro spe rp older<br />
Opdrachtgever:<br />
Noordketel<br />
Midd<strong>en</strong>hof<br />
29<br />
Pl 0<br />
De Poort<br />
Oostketel<br />
Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />
Bath po ld erwe g<br />
't Hof Slicher van Bath<br />
25<br />
124<br />
Zu id ho f<br />
Pl 10<br />
28<br />
Bath<br />
Kru k<br />
Scha nsw eg<br />
we g<br />
Oosthof<br />
Zuidhof<br />
Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />
Pl 50<br />
land van Saeftinghe<br />
Hondegat<br />
Pl 100<br />
-5<br />
Sieperda<br />
Majaco<br />
Petrushoeve<br />
BATH<br />
Pl 90<br />
Petrus st ra at<br />
-5<br />
Oude We rkd am<br />
Leidin g<strong>en</strong> dijk<br />
schor<br />
Ligne straat<br />
Bath se Weg<br />
-10<br />
Lionskooi<br />
(Scha apskooi)<br />
Da m n aa r<br />
-15<br />
Eerste<br />
de N o ord<br />
Pl 80<br />
Bathpolder<br />
(Gem huis te Kru ining<strong>en</strong>)<br />
Ter Schelde<br />
Pl 40<br />
PAS VAN RILLAND<br />
-2.0<br />
Meetpaal<br />
-15<br />
Erikstraa t<br />
-20<br />
-5<br />
-10<br />
Bath se D ijk<br />
Sl<br />
Zuid Saeftinghe<br />
Het Zomerverblijf<br />
Gp 269 b<br />
Carolushoeve<br />
-15<br />
-10<br />
He dw ig estraa t<br />
Gp<br />
Prosper polder<br />
Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />
Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />
Datum kaart: 26-okt-2009<br />
Mariastraa t<br />
Hertogin-<br />
Hedwige polder<br />
Gp<br />
Eng elbert<br />
st ra at<br />
Gp<br />
-20<br />
Paviljo<strong>en</strong><br />
1<br />
Weste lijke Spu ika na alwe g<br />
Bathse Spuisluis<br />
Zuidervoorhav<strong>en</strong><br />
Appelzak<br />
1039<br />
23<br />
121<br />
Het Rak<br />
24<br />
123<br />
27<br />
Trafostation<br />
122<br />
Völckerdorp<br />
Sl Dameshof<br />
Sl<br />
Sl<br />
Crossbaan<br />
-2.0<br />
-5<br />
Pl 70<br />
-5<br />
Lydiastraa t<br />
Natura 2000-gebied #122 kaartblad11<br />
Westerschelde & Saeftinghe<br />
-20<br />
-15<br />
-10<br />
Sl n<br />
Nieu we Kre ekrakw eg<br />
-5<br />
He dw igdijk<br />
Josephushoef<br />
Pl 30<br />
-5<br />
Radartor<strong>en</strong><br />
Antoniushoeve<br />
Sl<br />
Bathse Spuikanaal<br />
-5<br />
Gp 269 a<br />
-2.0<br />
Pl 20<br />
1040<br />
He rto g Pro spe rstraa t<br />
Leg<strong>en</strong>da<br />
VR + HR<br />
-5<br />
-2.0<br />
1041<br />
26<br />
1042<br />
Schietbaan<br />
Gre nsw eg<br />
Kre ekrakw eg<br />
Kreekrakpolder<br />
1043<br />
Sl<br />
SCHELDE- RIJ N V ER BI N DI NG<br />
Bath se W eg<br />
Pl 10<br />
Sl<br />
Sl<br />
Polderhuis<br />
1044<br />
Vie rling we g<br />
22<br />
Zuiveringsinst<br />
25<br />
Völcker-<br />
polder<br />
120<br />
Sl<br />
Sophiahoeve<br />
Plathoeve<br />
Anna -Maria<br />
polder<br />
Golfterrein Fo rt we g<br />
Pl 0<br />
Ballastplaat<br />
Stroom lei dam<br />
-2.0<br />
-2.0<br />
Ooste lijke S cheld e R ijn we g<br />
Schaar van Oud<strong>en</strong> Doel<br />
-20<br />
't Schuurke<br />
VR + HR + NB<br />
VR eraf<br />
VR erbij<br />
Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />
75000<br />
-2.0<br />
SCHELDE<br />
Pl 10<br />
Gp 269<br />
Trafostation<br />
Jachthav<strong>en</strong><br />
Bevrijdinghoeve<br />
Oud<strong>en</strong> Doel<br />
75000<br />
-10<br />
-5<br />
-10<br />
Sl<br />
Oostlan ge we g<br />
-15<br />
Paa rd <strong>en</strong>sch or<br />
Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />
VR = Vogelrichtlijngebied<br />
HR = Habitatrichtlijngebied<br />
NB = NBwet-gebied<br />
-15<br />
-5<br />
(Kreekrak)<br />
-2.0<br />
Zuiveringsinst<br />
Hogerwaard- polder<br />
1045<br />
Völckerw eg<br />
Ho gerw aa rd we g<br />
Sop hiaw eg<br />
't Scheld<br />
Chemische<br />
Fabriek<br />
21<br />
Dames-<br />
Sint<br />
polder<br />
Ann a M ariaw eg<br />
Martijnsw eg<br />
Gp 268 a<br />
1046<br />
24<br />
Da me sw e g<br />
Agger<br />
Sl<br />
Va n d er D uijnspo ld erw eg<br />
Gp 268<br />
Sl<br />
245<br />
Sl<br />
23<br />
Martinushoeve<br />
Sluishuis Sl<br />
246<br />
1047<br />
Knooppunt<br />
Markiezaat<br />
Agg er<br />
Jachthuis<br />
Boo mp je s<br />
247<br />
polder<br />
Van d<strong>en</strong> Eijnd<strong>en</strong><br />
polder<br />
Polde rsw eg<br />
dijk<br />
Oud-<br />
Hinkel<strong>en</strong>oordpolder<br />
Kil<br />
19<br />
248<br />
Kab elja uw be ek<br />
't Spanjooltje<br />
Geme<strong>en</strong>te Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />
(Gem huis te Hoo gerheide)<br />
Van der<br />
Duijns<br />
polder<br />
Leidin gst ra at<br />
244<br />
119<br />
Martinu sho eve<br />
20<br />
Oud Hinke le-<br />
No orddijk<br />
Polder Nieuw Hinkel<strong>en</strong>oord <strong>en</strong> Hoogerwerf<br />
we g<br />
4<br />
Vijdt<br />
polder<br />
Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />
0 250 500 1000 1500 2000<br />
uitw ate r ing<br />
243<br />
A4<br />
Nieu we Dijk<br />
A4<br />
A58<br />
E312<br />
4<br />
Agg er Kap it ale Uit w atering<br />
De Driepolder<br />
Nieuwe<br />
meter<br />
Sl<br />
Gp 267<br />
1048<br />
249<br />
Lan ge Weg<br />
244<br />
Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />
Zo me rb aa n<br />
Zuid polder<br />
van Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />
Sche nkeldijk<br />
Ca lf ve nse Weg<br />
Zuidpolder<br />
Zuidpolder<br />
1049<br />
polder<br />
Bra aksew e g<br />
250<br />
Noordlan<strong>db</strong>rug<br />
't Marktje<br />
Cal f v<strong>en</strong> sche<br />
Noord polder<br />
Na ar he t Le <strong>en</strong><br />
Rijz<strong>en</strong>d e<br />
He re we g<br />
Oude D ijk<br />
Sch<br />
onder<br />
Sl<br />
Weg<br />
ip pers<br />
Oss<strong>en</strong>drecht<br />
Gp 266<br />
K re ek<br />
kil<br />
18<br />
Zandvliet<br />
1 2 3 4<br />
5 6 7 8 9 11<br />
deze kaart<br />
80000<br />
Stee nstraa t<br />
De Braak<br />
Heiakkers<br />
Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />
Calfv<strong>en</strong><br />
Noord<br />
polder<br />
Sterbos<br />
Aanwas<br />
53<br />
80000<br />
Lan ge Weg<br />
De Bunt<br />
De Geest<br />
Sl<br />
Berghoeve<br />
Peeberg<br />
Sl<br />
N289<br />
19<br />
De Koepel<br />
Calv<strong>en</strong><br />
Tra mb aa n<br />
Van Lindonkhoeve<br />
Arm <strong>en</strong> dijk<br />
Pott<strong>en</strong>berge<br />
Oss<strong>en</strong><br />
Zuidpolder<br />
Nieu we We g<br />
Kabeljauwbeek<br />
Nieuw-Noordlandpolder<br />
11<br />
Pap <strong>en</strong>b ee k<br />
Zandvliet<br />
Duinhoeve<br />
18<br />
Pu tt erkreek<br />
onder Oss<strong>en</strong>drec<br />
13<br />
Gp<br />
380000<br />
375000
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 49<br />
Nadere onderbouwing van wijziging<strong>en</strong> in Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het<br />
gebied is aangewez<strong>en</strong>, van de selectie als Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> toewijzing<br />
van <strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> in instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
B.1. Wijziging<strong>en</strong> in habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanmelding als<br />
Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2)<br />
B.2. Wijziging<strong>en</strong> in vogelsoort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanwijzing als Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong>/of<br />
het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.3)<br />
B.3. Toepassing selectiecriteria Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (paragraaf 4.3)<br />
B.4. Toewijzing instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (hoofdstuk 5)<br />
B.1. Wijziging<strong>en</strong> in habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanmelding als<br />
Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2)<br />
• In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het<br />
ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewez<strong>en</strong> voor het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />
overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110). Het subtype Noordzee-kustzone komt voor in het<br />
gebied.<br />
B.2. Wijziging<strong>en</strong> in vogelsoort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanwijzing als<br />
Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.3)<br />
De vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe in 1995 is aangewez<strong>en</strong>,<br />
betreff<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsomming van vogelsoort<strong>en</strong> waaraan het gebied zijn natuurwet<strong>en</strong>schappelijke<br />
betek<strong>en</strong>is ontle<strong>en</strong>t. Niet eerder dan bij de aanwijzing van 49 Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000 is<br />
vastgesteld voor welke soort<strong>en</strong> op grond van artikel 4 van de Vogelrichtlijn e<strong>en</strong> verplichting<br />
bestaat voor het treff<strong>en</strong> van speciale beschermingsmaatregel<strong>en</strong> in de vorm van de aanwijzing<br />
van gebied<strong>en</strong> (in de Richtlijn aangeduid als “speciale beschermingszones”) 17 . Dit betreft in de<br />
eerste plaats 46 soort<strong>en</strong> die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de Vogelrichtlijn 18 . Daarnaast zijn<br />
gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> voor 51 (andere) trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> zoals bedoeld in artikel 4.2 van<br />
de Vogelrichtlijn.<br />
De vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied Westerschelde in 2000 is aangewez<strong>en</strong>, zijn indertijd<br />
ontle<strong>en</strong>d aan SOVON (2000) 19 . De numerieke criteria die daarin zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn ontle<strong>en</strong>d<br />
aan de Nota van Antwoord Vogelrichtlijn (2000) 20 . E<strong>en</strong> gebied wordt slechts aangewez<strong>en</strong> voor<br />
de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van landelijke betek<strong>en</strong>is is. Hiervan is in beginsel sprake indi<strong>en</strong><br />
het gebied minst<strong>en</strong>s 1% van de landelijke broedpopulatie herbergt, indi<strong>en</strong> 0,1% van de<br />
biogeografische populatie geregeld in het gebied verblijft of indi<strong>en</strong> het gebied in combinatie met<br />
andere gebied<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de bijdrage kan lever<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />
Voor ev<strong>en</strong>tuele toevoeging of verwijdering van vogelsoort<strong>en</strong> is gebruik gemaakt van SOVON &<br />
CBS (2005) 21 waarin de ontwikkeling van vogelaantall<strong>en</strong> in de laatste dec<strong>en</strong>nia is beschrev<strong>en</strong>.<br />
Dit rapport heeft t<strong>en</strong> grondslag geleg<strong>en</strong> aan de formulering van de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de Vogelrichtlijnsoort<strong>en</strong>. In bijlage 1 van dit rapport zijn de<br />
17<br />
Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, bijlage 1. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong><br />
Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />
18<br />
De Nota van Antwoord (2000) vermeldt 44 soort<strong>en</strong> van bijlage I waarvoor gebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>.<br />
Voor één soort zijn ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> omdat er ge<strong>en</strong> vaste verblijfplaats<strong>en</strong> zijn (lachstern). Sindsdi<strong>en</strong> zijn<br />
verder drie soort<strong>en</strong> aan bijlage I toegevoegd. Voor twee van deze soort<strong>en</strong> (strandplevier <strong>en</strong> dwergmeeuw) war<strong>en</strong> reeds<br />
gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>. Voor de dwerggans word<strong>en</strong> naar aanleiding van e<strong>en</strong> rechterlijke uitspraak gebied<strong>en</strong><br />
aangewez<strong>en</strong>. Per saldo zijn <strong>en</strong> word<strong>en</strong> er dus voor 46 soort<strong>en</strong> van bijlage I gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>.<br />
19<br />
SOVON (2000): Belangrijke vogelgebied<strong>en</strong> in Nederland 1993-97. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-<br />
Ubberg<strong>en</strong>.<br />
20<br />
Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, bijlage 1, selectiecriteria <strong>en</strong> methode van begr<strong>en</strong>zing.<br />
Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />
21<br />
SOVON & CBS (2005): Tr<strong>en</strong>ds van vogelaantall<strong>en</strong> in het Nederlandse Natura 2000 netwerk. SOVONinformatierapport<br />
2005/09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 50<br />
verschill<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de soort<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> per gebied die in beide aangehaalde rapport<strong>en</strong><br />
zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Om ecologische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> hieronder zijn vermeld, is soms van<br />
deze algem<strong>en</strong>e criteria afgewek<strong>en</strong>. Deze werkwijze heeft voor de lijst van vogelsoort<strong>en</strong><br />
waarvoor dit gebied is aangewez<strong>en</strong>, de volg<strong>en</strong>de consequ<strong>en</strong>ties:<br />
• Van de oorspronkelijke aanwijzing<strong>en</strong> zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> gehandhaafd: fuut<br />
(A005), kleine zilverreiger (A026), lepelaar (A034), kolgans (A041), grauwe gans (A043),<br />
berge<strong>en</strong>d (A048), smi<strong>en</strong>t (A050), krake<strong>en</strong>d (A051), wintertaling (A052), wilde e<strong>en</strong>d (A053),<br />
pijlstaart (A054), slobe<strong>en</strong>d (A056), middelste zaagbek (A069), bruine kiek<strong>en</strong>dief (A081),<br />
slechtvalk (A103), scholekster (A130), kluut (A132), bontbekplevier (A137), strandplevier<br />
(A138), goudplevier (A140), zilverplevier (A141), kievit (A142), kanoet (A143),<br />
driete<strong>en</strong>strandloper (A144), bonte strandloper (A149), rosse grutto (A157), wulp (A160),<br />
zwarte ruiter (A161), tureluur (A162), gro<strong>en</strong>pootruiter (A164), ste<strong>en</strong>loper (A169),<br />
zwartkopmeeuw (A176), grote stern (A191), visdief (A193), dwergstern (A195) <strong>en</strong><br />
blauwborst (A272).<br />
• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing<strong>en</strong>, maar conform het ontwerpbesluit (2007)<br />
is het gebied ook aangewez<strong>en</strong> voor één vogelsoort van bijlage I: zeear<strong>en</strong>d (A075) als nietbroedvogel.<br />
Op grond van toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis over aantall<strong>en</strong>, verspreiding <strong>en</strong><br />
populatieomvang zijn voor deze soort instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> geformuleerd voor de<br />
vijf gebied<strong>en</strong> met de grootste bijdrage <strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> die eerder war<strong>en</strong> geselecteerd. Dit<br />
gebied blijkt bij toepassing van dit criterium tot de belangrijkste vijf gebied<strong>en</strong> te behor<strong>en</strong>.<br />
• In vergelijking tot de oorspronkelijke aanwijzing (1995), maar conform het ontwerpbesluit<br />
(2007), is de rietgans (thans aangeduid als to<strong>en</strong>drarietgans), e<strong>en</strong> trekvogelsoort zoals<br />
bedoeld in artikel 4.2, niet meer opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat het voorkom<strong>en</strong> niet voldoet aan het<br />
getalsmatige criterium (minst<strong>en</strong>s 0,1% van de biogeografische populatie).<br />
• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> niet meer<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, omdat deze soort<strong>en</strong> niet behor<strong>en</strong> tot de soort<strong>en</strong> waarvoor<br />
Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn<br />
(zie bov<strong>en</strong>): bosruiter, zilvermeeuw <strong>en</strong> smellek<strong>en</strong>.<br />
• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe<br />
(1995) zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> die war<strong>en</strong> vermeld als broedvogel, niet meer<br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat deze soort<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als niet-broedvogel kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong><br />
conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn (zie bov<strong>en</strong>): grauwe gans <strong>en</strong> tureluur.<br />
• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe<br />
(1995) zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> die war<strong>en</strong> vermeld als niet-broedvogel (functie van<br />
het gebied als slaapplaats), niet meer opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat deze soort<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als broedvogel<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn (zie bov<strong>en</strong>):<br />
blauwe kiek<strong>en</strong>dief <strong>en</strong> bruine kiek<strong>en</strong>dief.<br />
B.3. Toepassing selectiecriteria Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (paragraaf 4.3)<br />
In dit onderdeel wordt voor elk habitattype <strong>en</strong> elke soort waarvoor het onderhavige gebied aan<br />
de selectiecriteria voldoet (zie paragraaf 4.3), e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van alle daarvoor<br />
kwalificer<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>. Dit gebeurt zoveel mogelijk in de vorm van e<strong>en</strong> tabel met de gebied<strong>en</strong><br />
die aan de selectiecriteria voldo<strong>en</strong>, onder vermelding van de relatieve bijdrage. In het geval<br />
van habitattyp<strong>en</strong> betreft dit het actuele aandeel van de landelijke oppervlakte dat in het gebied<br />
aanwezig is. Indi<strong>en</strong> kwaliteit e<strong>en</strong> rol heeft gespeeld in de bepaling van de gebied<strong>en</strong>selectie voor<br />
habitattyp<strong>en</strong> is dit tekstueel toegelicht. In het geval van soort<strong>en</strong> betreft de relatieve bijdrage<br />
het aandeel van de landelijke populatie dat (geregeld) in het gebied aanwezig is. Afhankelijk<br />
van de soort wordt dit afgemet<strong>en</strong> aan getelde aantall<strong>en</strong>, aantal bezette plekk<strong>en</strong> of<br />
kilometerhokk<strong>en</strong>.<br />
Er is gebruik gemaakt van de volg<strong>en</strong>de klasse-indeling:<br />
A1 = 15-30%, A2 = 30-50%, A3 = 50-75% <strong>en</strong> A4 = >75%<br />
B1 = 2-6% <strong>en</strong> B2 = 6-15%<br />
C =
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 51<br />
In de kolom “Bronvermelding” zijn de terreinbeher<strong>en</strong>de organisaties, andere instanties <strong>en</strong><br />
bronn<strong>en</strong> vermeld, waaraan de oppervlaktecijfers <strong>en</strong> aantall<strong>en</strong> zijn ontle<strong>en</strong>d, met vermelding<br />
van de jar<strong>en</strong> waarin deze zijn verzameld of gepubliceerd. Verklaring gebruikte afkorting<strong>en</strong>:<br />
RWS = Rijkswaterstaat (kwelderkartering), SBB = Staatsbosbeheer (* = aangevuld met andere<br />
bronn<strong>en</strong>).<br />
Het gebied is één van de belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong>:<br />
H1110B - Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzeekustzone<br />
Landelijke oppervlakte ca. 270.000 ha<br />
N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />
113 Voordelta A1 (15-30%) Aanwijzingsbesluit 2008<br />
007 Noordzeekustzone B2 (6-15%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe B2 (6-15%) Topografische kaart<br />
Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied (2003) zijn de drie volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> voor dit<br />
habitattype geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Voordelta (113) <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007). In<br />
het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype inmiddels in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />
(respectievelijk getijd<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> Noordzeekustzone) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische<br />
variatie <strong>en</strong> gelet op het aanzi<strong>en</strong>lijk verschil in ecologische vereiste. Het subtype getijd<strong>en</strong>gebied<br />
is toegek<strong>en</strong>d aan de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Voordelta.<br />
De Voordelta is het belangrijkste gebied voor dit subtype in Nederland. Op de tweede plaats<br />
komt Noordzeekustzone <strong>en</strong> op de derde plaats het niet-estuari<strong>en</strong>e deel van Westerschelde &<br />
Saeftinghe (122) t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s. Het aandeel van de<br />
Noordzeekustzone zal word<strong>en</strong> vergroot door de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreiding in het kader van de<br />
aanwijzing van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>.<br />
H1130 - Estuaria<br />
Landelijke oppervlakte ca. 44.300 ha<br />
N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe A3 (50-75%) Topografische kaart<br />
001 Eems-Dollard 22 A2 (30-50%) Topografische kaart<br />
Voor de aanmelding van de Habitatrichtlijn (2003) zijn de twee volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> voor het<br />
habitattype geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) 23 . Eems-<br />
Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied<br />
is aangewez<strong>en</strong>. Dit betreff<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ige gebied<strong>en</strong> waar het habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong><br />
Nederland.<br />
H1310A – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal<br />
Landelijke oppervlakte ca. 2.200 ha<br />
N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe A1 (15-30%) RWS 2004<br />
118 Oosterschelde B1 (2-6%) RWS 2001*<br />
Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn voor dit habitattype de volg<strong>en</strong>de vijf<br />
gebied<strong>en</strong> geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel (002) 24 , Duin<strong>en</strong> Goeree &<br />
Kwade Hoek (101) 25 , Greveling<strong>en</strong> (115) <strong>en</strong> Zwin <strong>en</strong> Kievittepolder (123) 26 .<br />
22<br />
Eems-Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />
23<br />
Destijds bek<strong>en</strong>d als Westerschelde.<br />
24<br />
Destijds bek<strong>en</strong>d als Duin<strong>en</strong> Texel, Waal <strong>en</strong> Burg, Dijkmanshuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Bol.<br />
25 Destijds bek<strong>en</strong>d als Duin<strong>en</strong> Goeree.<br />
26 Destijds bek<strong>en</strong>d als Zwin.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 52<br />
In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />
(respectievelijk zeekraal <strong>en</strong> zeevetmuur) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische variatie <strong>en</strong> gelet<br />
op het aanzi<strong>en</strong>lijke verschil in ecologische vereist<strong>en</strong>. De “belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor dit<br />
subtype zijn: Wadd<strong>en</strong>zee, Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122). Van deze<br />
gebied<strong>en</strong> herbergt Wadd<strong>en</strong>zee de grootste oppervlakte (ongeveer 50% landelijke oppervlakte),<br />
gevolgd door Westerschelde (ongeveer 20%) <strong>en</strong> Oosterschelde (ongeveer 5%). Het vierde <strong>en</strong><br />
vijfde gebied zijn Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007); zij bevatt<strong>en</strong> net iets<br />
meer dan 2% van de landelijke oppervlakte van het subtype. In de overige gebied<strong>en</strong> zijn<br />
slechts relatief kleine oppervlakt<strong>en</strong> aanwezig.<br />
H1330A – Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks<br />
Landelijke oppervlakte ca. 9.900 ha<br />
N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe A1 (15-30%) RWS 2004<br />
118 Oosterschelde B1 (2-6%) RWS 2001<br />
Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (2003) zijn voor dit habitattype de volg<strong>en</strong>de<br />
vijf gebied<strong>en</strong> geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel (002) 24 , Duin<strong>en</strong><br />
Goeree & Kwade Hoek (101) 25 , Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) 23 .<br />
In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />
(respectievelijk buit<strong>en</strong>dijks <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>dijks) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische variatie <strong>en</strong><br />
gelet op het aanzi<strong>en</strong>lijke verschil in ecologische vereist<strong>en</strong>. De drie “belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor<br />
dit subtype zijn: Wadd<strong>en</strong>zee, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Oosterschelde, waarbij de<br />
Wadd<strong>en</strong>zee aan top staat met meer dan de helft van het landelijk areaal. Op de tweede plaats<br />
staat Westerschelde & Saeftinghe met het uitgestrekte schorr<strong>en</strong>gebied van het Verdronk<strong>en</strong><br />
Land van Saeftinghe. Oosterschelde komt op de derde plaats gevolgd door Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage<br />
Land Texel op de vierde plaats.<br />
Het gebied is één van de belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de habitatsoort:<br />
H1365 – Gewone zeehond<br />
Landelijke populatie 4.200-5.500 individu<strong>en</strong><br />
N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%)<br />
Bronvermelding<br />
Aanwijzingsbesluit 2009<br />
007 Noordzeekustzone B1 (2-6%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />
113 Voordelta C (
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 53<br />
In dit onderdeel wordt voor iedere Natura 2000-waarde waarvoor het onderhavige gebied is<br />
aangewez<strong>en</strong>, inzichtelijk gemaakt hoe de landelijke doelstelling is uitgewerkt in de Natura<br />
2000-gebied<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kader voor de formulering van<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> op gebiedsniveau. De gebiedsdoel<strong>en</strong> bij elkaar “opgeteld”,<br />
ev<strong>en</strong>tueel tezam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> opgave buit<strong>en</strong> het Natura 2000 netwerk, hebb<strong>en</strong> als som het<br />
landelijke doel. Onder iedere tabel wordt de landelijke staat van instandhouding van<br />
betreff<strong>en</strong>de habitattype of (vogel)soort vermeld. Indi<strong>en</strong> de landelijke doelstelling van de<br />
betreff<strong>en</strong>de waarde afwijkt van wat kan word<strong>en</strong> verwacht uit de landelijke staat van<br />
instandhouding, is dit hier gemotiveerd. Gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> die afwijk<strong>en</strong> van de landelijke<br />
doelstelling, word<strong>en</strong> ook zoveel mogelijk gemotiveerd. In gevall<strong>en</strong> waarin motivering ontbreekt,<br />
is aanpassing nog in overweging (met name naar aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>) in het kader van<br />
het besluit voor het betreff<strong>en</strong>de gebied. Doelstelling<strong>en</strong> die volg<strong>en</strong>s de tabell<strong>en</strong> zijn aangepast<br />
t<strong>en</strong> opzichte van het ontwerpbesluit (zie kolom “Besluit”) staan ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s onder de betreff<strong>en</strong>de<br />
tabell<strong>en</strong> gemotiveerd. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> die<br />
zijn toegevoegd naar aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>, zijn in principe op behoud gesteld, omdat de<br />
landelijke doelstelling al haalbaar werd geacht zonder deze toevoeging<strong>en</strong>. De<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> die om deze red<strong>en</strong> op behoud zijn gesteld <strong>en</strong> daarmee afwijk<strong>en</strong><br />
van de landelijke doelstelling voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort, zijn in<br />
de tabell<strong>en</strong> gemarkeerd met e<strong>en</strong> x .<br />
De niet-broedvogelsoort<strong>en</strong> waarvoor zowel landelijk als in alle gebied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> behoudopgave is<br />
gesteld zijn sam<strong>en</strong>gevat in één tabel. Regels in cursief betreff<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> (zie<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, paragraaf 3.3). Bij broedvogels <strong>en</strong> niet-broedvogels wordt in de<br />
kolom “Populatie” tev<strong>en</strong>s aangegev<strong>en</strong> of er sprake is van herstel dan wel uitbreiding (↑). In e<strong>en</strong><br />
aparte kolom is van elk gebied de relatieve bijdrage vermeld. Voor e<strong>en</strong> nadere toelichting <strong>en</strong> de<br />
klasse-indeling wordt verwez<strong>en</strong> naar de inleiding van onderdeel 3 van deze bijlage.<br />
B.4.1. Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong><br />
N2knr<br />
H1110B – Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzee-kustzone<br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B2 conform ontwerp<br />
Vrijwel het gehele landelijke areaal van dit subtype ligt in Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. De landelijke<br />
staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />
beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />
hierop aan.<br />
De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> wijk<strong>en</strong> in alle gebied<strong>en</strong> van de landelijke doelstelling af op het aspect<br />
kwaliteit. In de Noordzeekustzone (007) zal dit nader word<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong> bij de uitbreiding van het<br />
gebied in het kader van de aanwijzing van de mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>. In de Voordelta (113) is de<br />
doelstelling gericht op het voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang, hetzelfde geldt voor de<br />
Westerschelde & Saeftinghe (122).<br />
N2knr<br />
H1130 – Estuaria<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Eems-Dollard 27 behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding verbetering A3 conform ontwerp<br />
27 Eems-Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 54<br />
Vrijwel het gehele landelijke areaal van het habitattype estuaria ligt binn<strong>en</strong> het Natura 2000netwerk.<br />
De staat van instandhouding van het habitattype is beoordeeld als “zeer ongunstig”.<br />
De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het relatieve belang van Nederland is groot <strong>en</strong> wordt<br />
verteg<strong>en</strong>woordigd door Eems-Dollard (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122). De<br />
doelstelling<strong>en</strong> van Westerschelde & Saeftinghe sluit<strong>en</strong> aan op de landelijke doelstelling. Voor<br />
Eems-Dollard ligt het acc<strong>en</strong>t op behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit. Het realiser<strong>en</strong> van<br />
kleinschalige zoet-zout gradiënt<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee, is mede t<strong>en</strong> behoeve van verbetering van<br />
de kwaliteit van de habitattyp<strong>en</strong> slik- <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong>, getijd<strong>en</strong>gebied (H1140A) <strong>en</strong> perman<strong>en</strong>t<br />
overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, getijd<strong>en</strong>gebied (H1110A). Voor de Westerschelde houdt<br />
kwaliteitsverbetering in: herstel van de afwisseling aan diverse deelecosystem<strong>en</strong><br />
(laagdynamische <strong>en</strong> hoogdynamische, diepe <strong>en</strong> ondiepe, zoete <strong>en</strong> zoute del<strong>en</strong> <strong>en</strong> geleidelijke<br />
overgang<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> al deze deelsystem<strong>en</strong>) met de bijbehor<strong>en</strong>de hoge biodiversiteit. De<br />
kwaliteitsverbetering komt ook t<strong>en</strong> goede aan de instandhoudingsdoelstelling voor de<br />
bel<strong>en</strong>d<strong>en</strong>de schorr<strong>en</strong> (H1330). Voor dit gebied is behoud van het meergeul<strong>en</strong>stelsel <strong>en</strong><br />
uitbreiding van de oppervlakte met laagdynamische del<strong>en</strong> (droogvall<strong>en</strong>de plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiepe<br />
water<strong>en</strong>) noodzakelijk.<br />
N2knr<br />
H1310A – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A3 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde uitbreiding behoud B1 conform ontwerp<br />
121 Yerseke <strong>en</strong> Kapelse Moer behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding behoud A1 conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />
dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />
habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (subtype A) is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong><br />
kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” <strong>en</strong> “gunstig” 28 . De landelijke<br />
doelstelling sluit hierop aan. De matig ongunstige staat van instandhouding op het aspect<br />
oppervlakte is met name gericht op de sterke achteruitgang in de Oosterschelde (118) <strong>en</strong><br />
Westerschelde & Saeftinghe (122) door erosie van de schorr<strong>en</strong>. Uitbreiding oppervlakte wordt<br />
daarom alle<strong>en</strong> in deze twee gebied<strong>en</strong> beoogd. Voor de overige gebied<strong>en</strong> is behoud oppervlakte<br />
voldo<strong>en</strong>de.<br />
N2knr<br />
H1310B – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur<br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
28 In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) zijn deze twee beoordeling<strong>en</strong> abusievelijk verwisseld.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 55<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A3 ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />
Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />
dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor<br />
het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B) is beoordeeld als “gunstig”.<br />
De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de<br />
landelijke doelstelling.<br />
N2knr<br />
H1320 – Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit a<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A2 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud A2 doel aangepast b<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B2 conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
(a) In e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong> mag het areaal afnem<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>,<br />
zeekraal (H1310A) 29 .<br />
(b) Voor de Oosterschelde was ge<strong>en</strong> doel geformuleerd voor de kwaliteit van het habitattype. Dit is aangepast; er is<br />
behoud van de kwaliteit t<strong>en</strong> doel gesteld. Het is van belang dat de huidige kwaliteit wordt behoud<strong>en</strong> voor de<br />
instandhouding van het habitattype.<br />
Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />
dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />
habitattype slijkgrasveld<strong>en</strong> is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />
respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling met betrekking tot de<br />
oppervlakte sluit hierop aan. De zeer ongunstige kwaliteit van het habitattype in Nederland<br />
wordt veroorzaakt door het geheel of vrijwel geheel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn van de belangrijkste<br />
typische soort klein slijkgras. Daarvan kom<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> goed ontwikkelde vorm<strong>en</strong> meer voor. Het<br />
habitattype komt wel veel voor in e<strong>en</strong> vorm met <strong>en</strong>gels slijkgras, waarvan de kwaliteit lager<br />
wordt beoordeeld, omdat deze soort die hier niet van nature voorkomt maar in de vorige eeuw<br />
is aangeplant. Deze matige vorm ontstaat vaak op plekk<strong>en</strong> waar kwelders eroder<strong>en</strong>. Daarom<br />
mag in e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong> het areaal afnem<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gunste van het habitattype zilte<br />
pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (H1310A). Herstel van de kwaliteit van de door klein slijkgras<br />
gedomineerde vorm<strong>en</strong> van het habitattype wordt op dit mom<strong>en</strong>t niet als haalbaar gezi<strong>en</strong>,<br />
doordat de vegetaties teg<strong>en</strong>woordig geheel uit <strong>en</strong>gels slijkgras bestaan. Het landelijk doel is<br />
daarom behoud van de kwaliteit. De gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke<br />
doelstelling.<br />
N2knr<br />
H1330A - Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks<br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering A3 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
29<br />
Nadere toelichting over de “t<strong>en</strong> gunste formulering” wordt gegev<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), p.<br />
35/37.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 56<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud B1 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding verbetering A1 conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />
dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor<br />
het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (subtype A) is op de aspect<strong>en</strong><br />
oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De<br />
landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122)<br />
herberg<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> meer dan 80% van de landelijke oppervlakte <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daarmee ook de<br />
grootste bijdrage lever<strong>en</strong> aan de herstelopgave. In de andere gebied<strong>en</strong> is het habitattype reeds<br />
in goede kwaliteit aanwezig (dus behoud is voldo<strong>en</strong>de) of is herstel waarschijnlijk niet mogelijk<br />
gegev<strong>en</strong> de getijd<strong>en</strong>demping t<strong>en</strong>gevolge van de aanleg van de stormvloedkering<br />
(Oosterschelde (118)). In het westelijke deel van de Westerschelde wijkt de oppervlakte<br />
kwelders sterk af van de natuurlijke situatie. Hier vindt nog steeds afbraak van schorr<strong>en</strong> plaats.<br />
Daarom wordt hier uitbreiding van de oppervlakte nagestreefd. Met deze gebiedsdoelstelling<strong>en</strong><br />
wordt de landelijke doelstelling voldo<strong>en</strong>de afgedekt.<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
H1330B – Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks<br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
091 Polder Westzaan uitbreiding verbetering C ontwerpbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde uitbreiding behoud B2 conform ontwerp<br />
121 Yerseke & Kapelse Moer behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B1 conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
124 Groote Gat ge<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> C ontwerpbesluit<br />
Van het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) is bijna driekwart van<br />
de landelijke oppervlakte opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van<br />
instandhouding van het subtype is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />
respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling wijkt af op het aspect<br />
kwaliteit, omdat de matig ongunstige staat van instandhouding van de kwaliteit het gevolg is<br />
van de ongunstige situatie in het Noord-Hollandse ve<strong>en</strong>weidegebied (onder andere Polder<br />
Westzaan, 091). Door vermindering van zoute kwel staan de betreff<strong>en</strong>de zilte vegetaties daar<br />
sterk onder druk. Daarom is alle<strong>en</strong> in Polder Westzaan (091) e<strong>en</strong> verbeterdoelstelling<br />
neergelegd. In de Oosterschelde ligt e<strong>en</strong> opgave voor uitbreiding van de oppervlakte, omdat de<br />
oppervlakte aan kwelders in dit gebied sterk afwijkt van de natuurlijke situatie.<br />
N2knr<br />
H2110 – Embryonale duin<strong>en</strong><br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 57<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud A2 aanwijzingsbesluit<br />
086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> uitbreiding behoud C conform ontwerp<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />
Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />
het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />
habitattype embryonale duin<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />
hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoel<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke<br />
doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duin<strong>en</strong> (086) wijkt af van het landelijk doel op het<br />
aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam <strong>en</strong> door<br />
rec<strong>en</strong>te inrichtingsmaatregel<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />
het habitattype in dit gebied. Met e<strong>en</strong> uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te<br />
mak<strong>en</strong> van de ecologische pot<strong>en</strong>ties van het gebied.<br />
N2knr<br />
H2120 – Witte duin<strong>en</strong><br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit a<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
085 Zwan<strong>en</strong>water & Pettemerduin<strong>en</strong> behoud verbetering C ontwerpbesluit<br />
086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> uitbreiding verbetering C conform ontwerp<br />
087 Noordhollands Duinreservaat uitbreiding verbetering B2 ontwerpbesluit<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud verbetering C conform ontwerp<br />
097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />
100 Voornes Duin behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud B1 doel toegevoegd x<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud verbetering C ontwerpbesluit<br />
(a) Verbetering kwaliteit wordt vooral nagestreefd in de duin<strong>en</strong> van de vastelandskust <strong>en</strong> het Deltagebied.<br />
Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />
het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />
habitattype witte duin<strong>en</strong> is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />
respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />
doelstelling van verbetering kwaliteit wordt nagestreefd door het optimaliser<strong>en</strong> van verstuiving.<br />
In de gebied<strong>en</strong> waar deze ontwikkeling conflicteert met de veiligheid van het achterligg<strong>en</strong>de<br />
land, is ge<strong>en</strong> verbeterdoelstelling neergelegd (zoals in Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101)). In<br />
het Wadd<strong>en</strong>gebied komt het habitattype reeds over e<strong>en</strong> groot oppervlakte <strong>en</strong> in goede kwaliteit
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 58<br />
voor. Ook voor deze gebied<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> behoudsopgave geformuleerd. In Westerschelde &<br />
Saeftinghe is er tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> behoudsopgave geformuleerd omdat daar weinig mogelijkhed<strong>en</strong><br />
zijn voor verbetering van de kwaliteit.<br />
Voor de gebied<strong>en</strong> langs de (Noord-)Hollandse kust (Schoorlse Duin<strong>en</strong> (086), Noordhollands<br />
Duinreservaat (087) <strong>en</strong> K<strong>en</strong>nemerland-Zuid (088)) is, in teg<strong>en</strong>stelling tot het landelijk doel,<br />
gekoz<strong>en</strong> voor de doelstelling uitbreiding oppervlakte. Vanwege de grote breedte van het<br />
duingebied is uitbreiding van witte duin<strong>en</strong> in deze gebied<strong>en</strong> goed mogelijk. Dit is vooral van<br />
belang voor de uitbreidingsopgave van het prioritaire habitattype grijze duin<strong>en</strong> (H2130).<br />
N2knr<br />
H2160 – Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />
Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit… a<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud a behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> behoud behoud C doel aangepast b<br />
087 Noordhollands Duinreservaat behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud a behoud A2 ontwerpbesluit<br />
096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud behoud C conform ontwerp<br />
097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />
098 Westduinpark & Wap<strong>en</strong>dal behoud a behoud C ontwerpbesluit<br />
099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />
100 Voornes Duin behoud a behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud a behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />
117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud a behoud C ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
(a) … van goed ontwikkelde vorm<strong>en</strong> in de gebied<strong>en</strong> waar het type e<strong>en</strong> belangrijke positie in het duinlandschap<br />
inneemt. Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan t<strong>en</strong> gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattyp<strong>en</strong><br />
grijze duin<strong>en</strong> (H2130), duinboss<strong>en</strong> (H2180) of vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190), mits de totale oppervlakte van goed<br />
ontwikkelde vorm<strong>en</strong> niet afneemt 29 .<br />
(b) Het doel van dit habitattype is aangepast, waarbij de t<strong>en</strong> gunste formulering t<strong>en</strong> behoeve van grijze duin<strong>en</strong><br />
(H2130) <strong>en</strong> vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190) is vervall<strong>en</strong>. Het habitattype blijkt met e<strong>en</strong> kleine oppervlakte aanwezig<br />
te zijn in het gebied <strong>en</strong> vormt hiermee ge<strong>en</strong> bedreiging voor de habitattyp<strong>en</strong> grijze duin<strong>en</strong> (H2130) <strong>en</strong> vochtige<br />
duinvallei<strong>en</strong> (H2190). De huidige oppervlakte is noodzakelijk voor behoud van dit type in het gebied Schoorlse<br />
Duin<strong>en</strong>.<br />
Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />
het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />
habitattype duindoornstruwel<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />
hierop aan. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke doelstelling. Aan e<strong>en</strong><br />
groot deel van de gebied<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> “t<strong>en</strong> gunste formulering” toegevoegd. Afhankelijk van het<br />
voorkom<strong>en</strong> in deze gebied<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> één of meerdere van de begunstigde habitattyp<strong>en</strong> (H2130,<br />
H2180 of H2190) in de “t<strong>en</strong> gunste formulering” van de betreff<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.
N2knr<br />
H2190B – Vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />
Natura 2000-gebied<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Doel<br />
oppervlakte<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
Bijlage B 59<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland uitbreiding behoud C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />
005 Duin<strong>en</strong> Ameland uitbreiding verbetering C aanwijzingsbesluit<br />
006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog uitbreiding verbetering C aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
087 Noordhollands Duinreservaat uitbreiding behoud B1 ontwerpbesluit<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid uitbreiding verbetering B2 ontwerpbesluit<br />
096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud verbetering C doel toegevoegd a<br />
097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide uitbreiding verbetering C ontwerpbesluit<br />
099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
100 Voornes Duin uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak uitbreiding behoud C concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />
117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />
(a) Deze toevoeging betreft herstel van e<strong>en</strong> technische fout. De aanwezige vegetatie behoort niet tot het subtype op<strong>en</strong><br />
water (subtype A), maar tot het subtype kalkrijk (subtype B). Omdat dit e<strong>en</strong> wijziging van subtyp<strong>en</strong> betreft, is de<br />
doelstelling gelijk geblev<strong>en</strong>.<br />
Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />
het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />
(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />
habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (2190B) is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />
beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wanneer er ge<strong>en</strong><br />
pot<strong>en</strong>tiële herstelmogelijkhed<strong>en</strong> aanwezig zijn binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het gebied door<br />
bijvoorbeeld de mate van dynamiek, zoals in Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007), is<br />
er behoudsdoelstelling neergelegd. Alle verbeterdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan op reeds ingezet<br />
hydrologisch herstel (wadd<strong>en</strong>eiland<strong>en</strong> <strong>en</strong> Hollandse kust) <strong>en</strong> reg<strong>en</strong>eratie van duinvallei<strong>en</strong> in<br />
duingebied<strong>en</strong> die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge<br />
stadia <strong>en</strong> de rijke variatie aan vochtige duinvallei<strong>en</strong>, is vergroting van dynamiek door wind <strong>en</strong><br />
zee noodzakelijk in e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke ontwikkeling wordt nagestreefd op<br />
plaats<strong>en</strong> waar dit niet in conflict is met de veiligheid van het achterligg<strong>en</strong>d land.<br />
B.4.2. Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong><br />
H1014 – Nauwe korfslak<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />
behoud populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
087 Noordhollands Duinreservaat behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />
097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />
099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud behoud B1 doel toegevoegd
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 60<br />
100 Voornes Duin behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />
123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />
154 Gele<strong>en</strong>beekdal behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
De landelijke staat van instandhouding van de nauwe korfslak is op het aspect leefgebied<br />
beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hier niet op aan. De matig<br />
ongunstige staat van instandhouding wordt veroorzaakt door de toestand van de duin<strong>en</strong>,<br />
verreweg het belangrijkste leefgebied. De hoeveelheid geschikt habitat (met name<br />
populier<strong>en</strong>bos) vertoont hier e<strong>en</strong> lichte afname. Dit heeft twee oorzak<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste neemt<br />
door natuurlijke successie in de duin<strong>en</strong> de oppervlakte eik<strong>en</strong>bos toe. T<strong>en</strong> tweede word<strong>en</strong><br />
populierachtig<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee vergelijkbare soort<strong>en</strong> op veel plaats<strong>en</strong> gekapt omdat ze niet als<br />
inheems word<strong>en</strong> beschouwd. De landelijke behoudsdoelstelling wordt met deze ontwikkeling<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> behoorlijke opgave. In de kalkrijke duin<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> voor de soort (per saldo)<br />
behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> voor behoud van de populatie. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />
doelstelling die gericht is op behoud. Op langere termijn is meer inzicht nodig in verspreiding,<br />
populatiedynamiek <strong>en</strong> ecologie van deze soort om adequate bescherming mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
H1095 – Zeeprik<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve<br />
van uitbreiding populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
a Besluit<br />
bijdrage<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
066 Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn behoud verbetering uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
067 Gelderse Poort uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />
150 Roerdal behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
(a) Voor trekviss<strong>en</strong> kan de som van de relatieve bijdrag<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> de 100% uitkom<strong>en</strong>, omdat voor deze soort<strong>en</strong> alle<br />
gebied<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> trekroute van ev<strong>en</strong> groot belang zijn.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de zeeprik is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 30 . De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />
doelstelling van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone (007), Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-<br />
Rijn (066), Haringvliet (109), Hollands Diep (111), Biesbosch (112), Voordelta (113),<br />
Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Roerdal (150) wijkt op het aspect omvang leefgebied af<br />
van de landelijke doelstelling, omdat het leefgebied voor de soort hier niet kan word<strong>en</strong><br />
uitgebreid. De doelstelling van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee, Noordzeekustzone, Hollands Diep,<br />
Biesbosch, Voordelta <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe wijkt op het aspect kwaliteit leefgebied af<br />
van de landelijke doelstelling, omdat de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding op<br />
dit aspect niet wordt veroorzaakt door deze gebied<strong>en</strong>.<br />
30 De beschrev<strong>en</strong> staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegev<strong>en</strong> in het Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006). Zie het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2008) voor e<strong>en</strong> nadere uitleg.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 61<br />
H1099 – Rivierprik<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve<br />
van uitbreiding populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
a Besluit<br />
bijdrage<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
025 Dr<strong>en</strong>tsche Aa-gebied behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
066 Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn behoud verbetering uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
067 Gelderse Poort uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />
150 Roerdal behoud verbetering behoud B ontwerpbesluit<br />
152 Gr<strong>en</strong>smaas behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
(a) Voor trekviss<strong>en</strong> kan de som van de relatieve bijdrag<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> de 100% uitkom<strong>en</strong>, omdat voor deze soort<strong>en</strong> alle<br />
gebied<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> trekroute van ev<strong>en</strong> groot belang zijn.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de rivierprik is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />
doelstelling<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone (007), Dr<strong>en</strong>tsche Aagebied<br />
(025), Hollands Diep (111), Biesbosch (112), Voordelta (113), Westerschelde &<br />
Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Gr<strong>en</strong>smaas (152) wijk<strong>en</strong> op de aspect<strong>en</strong> omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied af<br />
van de landelijke doelstelling. De landelijk matig ongunstige staat van instandhouding van de<br />
soort wordt niet veroorzaakt in deze gebied<strong>en</strong>. Door behoud van het leefgebied <strong>en</strong> het nem<strong>en</strong><br />
van maatregel<strong>en</strong> elders wordt in deze gebied<strong>en</strong> uitbreiding van de populatie beoogd. In de<br />
gebied<strong>en</strong> Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn (066), Haringvliet (109) <strong>en</strong> Roerdal (150) is uitbreiding van<br />
het leefgebied ook niet aan de orde, maar is wel kwaliteitsverbetering van het leefgebied als<br />
doel gesteld.<br />
N2knr<br />
H1103 – Fint<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />
uitbreiding populatie<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />
109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding C ontwerpbesluit<br />
111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />
112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />
De landelijke staat van instandhouding van de fint is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />
beoordeeld als “zeer ongunstig”. Op het aspect leefgebied wijkt de landelijke doelstelling<br />
hiervan af. Oorzaak van de “zeer ongunstige” staat van instandhouding zijn verminderde<br />
migratiemogelijkhed<strong>en</strong>. Door het kierbesluit – het besluit om de Haringvlietsluiz<strong>en</strong> ook bij vloed<br />
op e<strong>en</strong> kier te zett<strong>en</strong> – wordt de migratieroute zi<strong>en</strong>derog<strong>en</strong> verbeterd. Hierdoor zal naar
verwachting ook de populatie in achterligg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> (zoals het Hollands Diep <strong>en</strong> de<br />
Biesbosch) uitbreid<strong>en</strong>, aansluit<strong>en</strong>d bij internationale populatieontwikkeling<strong>en</strong> 31 .<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 62<br />
H1365 – Gewone zeehond<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />
uitbreiding populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding A3 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud verbetering uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud verbetering uitbreiding C conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud verbetering uitbreiding C conform ontwerp<br />
De gewone zeehond verkeert landelijk in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. De landelijke<br />
doelstelling wijkt hiervan af 32 , t<strong>en</strong> behoeve van herstel van de populatie na rec<strong>en</strong>te afname<br />
(door viruss<strong>en</strong>), met name in het Deltagebied. Zuidwest-Nederland herbergt ge<strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong>svatbare populatie. De oorzaak hiervan is e<strong>en</strong> te laag geboortecijfer in het Deltagebied,<br />
waardoor de kleine populatie zichzelf niet in stand kan houd<strong>en</strong>. In het Deltagebied wordt<br />
gestreefd naar e<strong>en</strong> regionale populatie van t<strong>en</strong>minste 200 exemplar<strong>en</strong>, waarbij de Voordelta<br />
(113) de grootste bijdrage levert. Om dit doel te bereik<strong>en</strong> zal in de gebied<strong>en</strong> Voordelta,<br />
Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) het areaal aan onverstoord gebied<br />
moet<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> zodat deze gebied<strong>en</strong> beter geschikt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor voortplanting.<br />
In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> de Noordzeekustzone (007) wordt van de landelijke doelstelling<br />
afgewek<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee g<strong>en</strong>iet de gewone zeehond goede bescherming van ligplaats<strong>en</strong>,<br />
vooral tijd<strong>en</strong>s zoog- <strong>en</strong> paringstijd. Met behoud van het huidige leefgebied wordt e<strong>en</strong><br />
uitbreiding van de populatie t<strong>en</strong> doel gesteld. De gestage groei van de populatie zal de<br />
kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> naar verwachting doorzett<strong>en</strong>, mits viruss<strong>en</strong> uitblijv<strong>en</strong>. Ook in de<br />
Noordzeekustzone, welke met name e<strong>en</strong> foerageerfunctie voor de populatie uit de Wadd<strong>en</strong>zee<br />
k<strong>en</strong>t, gaat het goed met de soort. In dit gebied is ge<strong>en</strong> uitbreiding voor de populatie t<strong>en</strong> doel<br />
gesteld.<br />
H1903 – Gro<strong>en</strong>knolorchis<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit biotoop t<strong>en</strong> behoeve van<br />
uitbreiding populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Doel<br />
populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />
005 Duin<strong>en</strong> Ameland uitbreiding verbetering uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />
006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />
018 Rottige Me<strong>en</strong>the & Brandemeer uitbreiding verbetering uitbreiding C ontwerpbesluit<br />
034 Weerribb<strong>en</strong> behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />
035 De Wied<strong>en</strong> behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />
072 IJsselmeer behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />
088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud uitbreiding C ontwerpbesluit<br />
094 Naardermeer behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
095 Oostelijke Vechtplass<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
100 Voornes Duin uitbreiding behoud uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />
103 Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />
31<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />
pagina 139.<br />
32<br />
Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41).
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 63<br />
116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />
De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort gro<strong>en</strong>knolorchis is op de aspect<strong>en</strong><br />
populatie <strong>en</strong> leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 30 . De landelijke opgave sluit hierop<br />
aan. De kans<strong>en</strong> voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebied<strong>en</strong> echter beperkt; er is<br />
daarom veelal voor e<strong>en</strong> behoudopgave gekoz<strong>en</strong>. In de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel<br />
(002), Duin<strong>en</strong> Vlieland (003), Duin<strong>en</strong> Terschelling (004) <strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog (006) is<br />
voor e<strong>en</strong> behoudopgave gekoz<strong>en</strong>, omdat het biotoop hier in voldo<strong>en</strong>de mate <strong>en</strong> kwaliteit<br />
voorkomt. Hetzelfde geldt voor De Wied<strong>en</strong> (035) <strong>en</strong> Weerribb<strong>en</strong> (034), de soort is hier goed<br />
verteg<strong>en</strong>woordigd. In de Deltagebied<strong>en</strong> (Greveling<strong>en</strong> (115), Kop van Schouw<strong>en</strong> (116) <strong>en</strong><br />
Westerschelde & Saeftinghe (122)), hang<strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> van de populatie sam<strong>en</strong> met de<br />
fluctuer<strong>en</strong>de waterstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) word<strong>en</strong> de<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebied<strong>en</strong> Naardermeer<br />
(094), Oostelijke Vechtplass<strong>en</strong> (095) <strong>en</strong> Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck (103) gaat het om<br />
kleine populaties, waarvoor ge<strong>en</strong> tot weinig uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Voor<br />
K<strong>en</strong>nemerland-Zuid (088) is de verwachting dat onder behoud van de huidige omstandighed<strong>en</strong><br />
de populatie zich hier uit zal breid<strong>en</strong>. In Voornes Duin (100) is de doelstelling vastgesteld in<br />
sam<strong>en</strong>hang met de doelstelling voor vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190).<br />
B.4.3. Vogelrichtlijn: broedvogels<br />
A081 – Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 30 B1 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud 30 B1 aanwijzingsbesluit<br />
003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud 20 C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud 45 B1 aanwijzingsbesluit<br />
005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud 40 B1 aanwijzingsbesluit<br />
006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud 25 B1 aanwijzingsbesluit<br />
008 Lauwersmeer behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />
013 Alde Fean<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 20 (↑) C ontwerpbesluit<br />
014 Deel<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 5 C conform ontwerp<br />
035 De Wied<strong>en</strong> behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />
072 IJsselmeer behoud behoud 25 C doel aangepast a<br />
078 Oostvaardersplass<strong>en</strong> behoud behoud 40<br />
B1 conform ontwerp<br />
092 Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland, … behoud behoud 15 C ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />
112 Biesbosch behoud behoud 30 B1 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 13 C concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 19 C doel toegevoegd<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 20 C conform ontwerp<br />
(a) Het aantal voor IJsselmeer is aangepast conform het gemiddelde van de periode 1999-2003.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de bruine kiek<strong>en</strong>dief is voor de aspect<strong>en</strong> leefgebied<br />
<strong>en</strong> populatie als “gunstig” beoordeeld. Gezi<strong>en</strong> de belangrijke functie van Nederland als<br />
noordwestelijk bolwerk in het broedgebied in Europa is e<strong>en</strong> veilige marge ingebouwd in het<br />
voor Nederland na te strev<strong>en</strong> populati<strong>en</strong>iveau. Het doel heeft betrekking op behoud van het<br />
huidige niveau. De landelijke doelstelling staat dan ook zowel voor omvang als kwaliteit van het<br />
leefgebied op behoud met e<strong>en</strong> landelijk doelniveau van 1.300 broedpar<strong>en</strong>. Voor de realisatie<br />
van de landelijke doelstelling zal aansluiting nodig zijn van nationaal beleid zoals de realisatie<br />
van de Ecologische Hoofdstructuur.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 64<br />
De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> op de landelijke doelstelling aan, met uitzondering van de<br />
gebied<strong>en</strong> Alde Fean<strong>en</strong> (013) <strong>en</strong> Deel<strong>en</strong> (014). Vanwege de voor de regio unieke pot<strong>en</strong>tie voor<br />
e<strong>en</strong> sleutelpopulatie is er voor het gebied Alde Fean<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling.<br />
Vanwege de rec<strong>en</strong>te afname van de populatie in gebied Deel<strong>en</strong> is hier e<strong>en</strong> beperkte<br />
herstelopgave geformuleerd, zodat de soort in het gebied behoud<strong>en</strong> kan blijv<strong>en</strong>.<br />
A132 – Kluut<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering 3.800 A2 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud 120 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />
008 Lauwersmeer behoud behoud 110 C ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 2.000 R B1 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 2.000 R B2 concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 2.000 R B1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 2.000 R B1 conform ontwerp<br />
120 Zoommeer behoud behoud 2.000 R C concept-ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 2.000 R B1 conform ontwerp<br />
127 Markiezaat behoud behoud 2.000 R C ontwerpbesluit<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de kluut is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong> populatie<br />
<strong>en</strong> leefgebied beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. Op het aspect<br />
populatie sluit de landelijke doelstelling hierop aan. De doelstelling luidt: “behoud omvang <strong>en</strong><br />
kwaliteit leefgebied voor behoud populatie van t<strong>en</strong> minste 8.000 par<strong>en</strong>”. Landelijk is op het<br />
aspect leefgebied e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling geformuleerd, omdat de matig ongunstige staat van<br />
instandhouding op het aspect leefgebied alle<strong>en</strong> de afname in de Wadd<strong>en</strong>zee (001) betreft. In<br />
afwijking van de landelijke doelstelling heeft dat gebied dan ook e<strong>en</strong> verbeteropgave gekreg<strong>en</strong>.<br />
De som van de gebiedsdoel<strong>en</strong> is 6.030 broedpar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat is 75% van het landelijke<br />
doelniveau.<br />
A137 – Bontbekplevier<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor behoud<br />
populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 60 A1 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering 20 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 10 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud 20 B1 aanwijzingsbesluit<br />
008 Lauwersmeer behoud behoud 4 C ontwerpbesluit<br />
072 IJsselmeer uitbreiding verbetering 13 (↑) B1 doel aangepast a<br />
109 Haringvliet behoud behoud 100 R (↑) C ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 100 R (↑) B1 concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 100 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 100 R (↑) B2 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 100 R (↑) B1 conform ontwerp<br />
127 Markiezaat behoud behoud 100 R (↑) C ontwerpbesluit<br />
(a) De doelstelling voor IJsselmeer is aangepast, omdat de landelijke doelstelling is gericht op uitbreiding omvang <strong>en</strong><br />
verbetering kwaliteit leefgebied om de negatieve tr<strong>en</strong>d in de Wadd<strong>en</strong>zee gedeeltelijk te kunn<strong>en</strong> comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. Het<br />
aantal is gebaseerd op de historische pot<strong>en</strong>tie van het gebied in het jaar 2000.<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 65<br />
De landelijke staat van instandhouding van de bontbekplevier is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 33 . De landelijke doelstelling voor de bontbekplevier<br />
luidt “uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor behoud populatie van t<strong>en</strong><br />
minste 400 par<strong>en</strong>”. De som van de gebiedsdoel<strong>en</strong> is 227 broedpar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat is 57% van het<br />
landelijke doelniveau. De doelstelling<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone<br />
(007), Lauwersmeer (008), Haringvliet (109), Krammer-Volkerak (114), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />
Oosterschelde (118), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) wijk<strong>en</strong> af van de<br />
landelijke doelstelling. De gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Noordzeekustzone word<strong>en</strong> niet gezi<strong>en</strong> als<br />
gebied<strong>en</strong> met de beste pot<strong>en</strong>ties voor herstel van de leefgebied<strong>en</strong> van locale populaties. In het<br />
gebied Lauwersmeer is ge<strong>en</strong> mogelijkheid het leefgebied van de soort te vergrot<strong>en</strong> of te<br />
verbeter<strong>en</strong>. In de Deltagebied<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> licht herstel van de populatie nagestreefd, om<br />
achteruitgang van de landelijke populatie buit<strong>en</strong> de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> (veelal tijdelijke<br />
populaties) op te vang<strong>en</strong>. Naar verwachting zal dit herstel van de populatie kunn<strong>en</strong><br />
plaatsvind<strong>en</strong> middels behoud van het leefgebied. Voor het gebied Haringvliet is de doelstelling<br />
pass<strong>en</strong>d bij de afsprak<strong>en</strong> die met betrekking tot de “kier” zijn gemaakt <strong>en</strong> voor Krammer-<br />
Volkerak geldt dat de doelstelling afhankelijk is gesteld van de uitkomst<strong>en</strong> van de<br />
inrichtingsvariant zoet of zout 34 . Het gebied Oosterschelde wijkt af van de landelijke<br />
doelstelling omdat er sprake is van e<strong>en</strong> min of meer stabiele stand.<br />
A138 – Strandplevier<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />
populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee uitbreiding verbetering 50 (↑) B2 aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 10 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone uitbreiding verbetering 30 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud 220 R (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 220 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 220 R (↑) B2 concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 220 R (↑) A1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde uitbreiding verbetering 220 R (↑) B1 conform ontwerp<br />
120 Zoommeer behoud behoud 220 R (↑) B1 concept-ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 220 R (↑) B2 conform ontwerp<br />
127 Markiezaat behoud behoud 220 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de strandplevier is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling omvat e<strong>en</strong> herstelopgave<br />
voor het leefgebied voor herstel van de populatie van t<strong>en</strong> minste 400 paar verdeeld over t<strong>en</strong><br />
minste 10 sleutelpopulaties van t<strong>en</strong> minste 20 par<strong>en</strong>. Er is herstel gew<strong>en</strong>st tot bov<strong>en</strong> het<br />
niveau van de minimum populatie, mede als verzekering naar de toekomst 35 . De doelstelling<br />
van de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101), Haringvliet (109), Krammer-Volkerak<br />
(114), Zoommeer (120), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) wijkt af van de<br />
landelijke doelstelling gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied.<br />
Mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de kwaliteit van het leefgebied zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderzocht<br />
om meer te garander<strong>en</strong> dat de soort zich in Nederland op het niveau van e<strong>en</strong> duurzame<br />
populatie kan handhav<strong>en</strong>. Voor Haringvliet is de doelstelling pass<strong>en</strong>d bij de afsprak<strong>en</strong> die met<br />
betrekking tot de “kier” zijn gemaakt <strong>en</strong> voor Krammer-Volkerak <strong>en</strong> Zoommeer is de<br />
33<br />
De beoordeling van het aspect populatie is aangepast t<strong>en</strong> opzichte van de beoordeling zoals vermeld in het Natura<br />
2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) (aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee, Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel,<br />
Duin<strong>en</strong> Terschelling <strong>en</strong> Noordzeekustzone, Stcrt. 2009, 38).<br />
34<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />
p. 138.<br />
35<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Tekstkader 4.5.1. Landelijke doel<strong>en</strong> broedvogels.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 66<br />
doelstelling afhankelijk gesteld van de uitkomst<strong>en</strong> van de inrichtingsvariant zoet of zout 36 . Zou<br />
dit consequ<strong>en</strong>ties hebb<strong>en</strong> voor de landelijke doelstelling dan wordt deze daarop aangepast.<br />
N2knr<br />
A176 – Zwartkopmeeuw<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor behoud populatie<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
103 Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck behoud behoud 9 C ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 400 R A1 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 400 R A2 concept-ontwerp<br />
120 Zoommeer behoud behoud 400 R C concept-ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 400 R B1 conform ontwerp<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de zwartkopmeeuw is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “gunstig”. Gezi<strong>en</strong> de gunstige staat van instandhouding is de<br />
landelijke instandhoudingsdoelstelling gericht op behoud van het leefgebied <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de<br />
populatie. Er is slechts e<strong>en</strong> beperkt aantal kolonies van <strong>en</strong>ige omvang aanwezig in het<br />
Deltagebied. Daarbuit<strong>en</strong> broedt de soort verspreid over heel Nederland in geringe aantall<strong>en</strong>. In<br />
het Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck (103) bevindt zich de <strong>en</strong>ige “kolonie”<br />
buit<strong>en</strong> het Deltagebied welke kwalificeerde op basis van gegev<strong>en</strong>s in 1999-2003. Ongeveer<br />
80% van de Nederlandse populatie zwartkopmeeuw<strong>en</strong> broedt binn<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />
De gebiedsdoel<strong>en</strong> in de aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> all<strong>en</strong> aan bij de landelijke doelstelling.<br />
A191 – Grote stern<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 16.000 (↑) A3 aanwijzingsbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 4.000 R C ontwerpbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 4.000 R A1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 4.000 R C conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 4.000 R A1 conform ontwerp<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de grote stern is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong><br />
populatie <strong>en</strong> leefgebied respectievelijk als “matig ongunstig” 37 <strong>en</strong> “gunstig” beoordeeld. De<br />
landelijke doelstelling sluit hierbij aan: “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor herstel<br />
populatie tot 20.000 par<strong>en</strong>” 37 . Vanwege de kwetsbaarheid van de nestplaats<strong>en</strong> is de soort<br />
vrijwel volledig aangewez<strong>en</strong> op het Natura 2000-netwerk 38 . Alle<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee (001)<br />
wordt herstel van de populatie haalbaar geacht. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />
doelstelling voor het leefgebied van de soort.<br />
A193 – Visdief<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 5.300 A1 aanwijzingsbesluit<br />
072 IJsselmeer behoud behoud 3.300 B2 doel aangepast a<br />
073 Markermeer & IJmeer behoud behoud 630 B1 conform ontwerp<br />
36<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />
pagina 138.<br />
37<br />
Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Stcrt. 2009, 38).<br />
38<br />
In de peilperiode 1999-2003 100% in aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> maar in 2006 6% broedpopulatie in nieuwe kolonie in<br />
Natura 2000-gebied Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel (002) waarvoor ge<strong>en</strong> gebiedsdoel is gesteld.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 67<br />
077 Eemmeer & Gooimeer Zuidoever behoud behoud 280 B1 doel aangepast b<br />
092 Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland, … behoud behoud 180 C ontwerpbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 6.500 R (↑) B2 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 6.500 R (↑) C concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 6.500 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 6.500 R (↑) B1 conform ontwerp<br />
120 Zoommeer behoud behoud 6.500 R (↑) C concept-ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 6.500 R (↑) B2 conform ontwerp<br />
(a) De doelstelling voor IJsselmeer is aangepast, omdat het aantal par<strong>en</strong> in rec<strong>en</strong>te jar<strong>en</strong> (2004-2008) flink is<br />
toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (maximaal 5.380 broedpar<strong>en</strong> in 2008) door de aanleg van vogeleiland de Kreupel in 2004. Er is<br />
gekoz<strong>en</strong> om het gemiddelde van de laatste ti<strong>en</strong> jaar (1999-2008) als behoudsdoel te stell<strong>en</strong>, waarmee de aantall<strong>en</strong><br />
vóór aanleg <strong>en</strong> na aanleg van de Kreupel gemiddeld zijn aangezi<strong>en</strong> het niet zeker is of de huidige populatie zich in<br />
hoge aantall<strong>en</strong> zal handhav<strong>en</strong> of dat de populatie zich zal stabiliser<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> wat lager niveau. Het aantal heeft<br />
betrekking op gunstige jar<strong>en</strong>.<br />
(b) Het aantal voor Eemmeer & Gooimeer Zuidoever is aangepast conform het gemiddeld aantal broedpar<strong>en</strong> (1999-<br />
2003) op het eiland De Visdief. Dit wijkt af van het gemiddelde g<strong>en</strong>oemd in SOVON & CBS (2005) omdat hierin ook<br />
buit<strong>en</strong> het gebied nestel<strong>en</strong>de par<strong>en</strong> zijn meegeteld. Tev<strong>en</strong>s is de tekst, die onder het kopje “Doel” in paragraaf 5.3<br />
van de Nota van toelichting van het betreff<strong>en</strong>de besluit, na de behoudopgave vermeld staat, verwijderd. Deze tekst<br />
is abusievelijk in het doel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>..<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de visdief is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />
beoordeeld als “matig ongunstig”. Na e<strong>en</strong> sterke terugval rond de jar<strong>en</strong> zestig vindt sindsdi<strong>en</strong><br />
voortdur<strong>en</strong>d herstel plaats, al lijkt dit mom<strong>en</strong>teel te stagner<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling is<br />
behoud van het leefgebied dat plaats biedt aan de herstell<strong>en</strong>de populatie van uiteindelijk<br />
20.000 broedpar<strong>en</strong>.<br />
Het regiodoel voor het Deltagebied sluit hierop aan: behoud van het huidige leefgebied voor<br />
herstel van de populatie van t<strong>en</strong> minste 6.500 broedpar<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) wordt het<br />
stopp<strong>en</strong> van de neergaande tr<strong>en</strong>d t<strong>en</strong> doel gesteld. In het IJsselmeer (072) heeft de<br />
draagkracht betrekking op gunstige jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> bestaat er nog onzekerheid over de draagkracht<br />
van de Kreupel op langere termijn (zie paragraaf 5.5 van de Nota van toelichting). In het<br />
Markermeer & IJmeer (073), Eemmeer & Gooimeer Zuidoever (077) <strong>en</strong> Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland,<br />
Oostzanerveld & Twiske (092) is de bijdrage aan de landelijke doelstelling relatief klein <strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>ties laag ingeschat. Ongeveer drie kwart van de landelijke opgave ligt binn<strong>en</strong><br />
het Natura 2000-netwerk.<br />
A195 – Dwergstern<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee uitbreiding verbetering 210 (↑) A2 aanwijzingsbesluit<br />
002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering 40 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />
004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 20 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone uitbreiding verbetering 20 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />
109 Haringvliet behoud behoud 300 R (↑) A1 ontwerpbesluit<br />
114 Krammer-Volkerak behoud behoud 300 R (↑) C concept-ontwerp<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 300 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 300 R (↑) B2 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 300 R (↑) A1 conform ontwerp<br />
(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />
De landelijke staat van instandhouding van de dwergstern is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong><br />
populatie 37 <strong>en</strong> leefgebied als “matig ongunstig” beoordeeld. De landelijke doelstelling omvat<br />
alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> herstelopgave voor het populati<strong>en</strong>iveau: “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied<br />
voor herstel populatie tot 600 par<strong>en</strong>” 37 . Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> landelijke behoudopgave<br />
ondanks de matig ongunstige staat van instandhouding aangezi<strong>en</strong> de populatie in historisch<br />
perspectief gunstig afsteekt. Alle<strong>en</strong> in het Wadd<strong>en</strong>gebied, waar de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 68<br />
veel plekk<strong>en</strong> op elkaar aansluit<strong>en</strong>, wordt e<strong>en</strong> herstelopgave met betrekking tot het leefgebied<br />
(naast herstel populatie) haalbaar geacht <strong>en</strong> is het vooral van belang dat de som van de<br />
gebiedsdoel<strong>en</strong> (290) in de regio wordt gehaald. Vanwege de kwetsbaarheid van de<br />
nestplaats<strong>en</strong> is de soort vrijwel volledig aangewez<strong>en</strong> op het Natura 2000-netwerk. De som van<br />
de gebiedsdoel<strong>en</strong>, met daarbij opgeteld het aantal dat buit<strong>en</strong> Natura 2000 broedt (1%), bereikt<br />
het g<strong>en</strong>oemde doelniveau van 600.<br />
A272 – Blauwborst<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage Besluit<br />
008 Lauwersmeer behoud behoud 120 C ontwerpbesluit<br />
033 Bargerve<strong>en</strong> behoud behoud 150 C ontwerpbesluit<br />
067 Gelderse Poort behoud behoud 80 C ontwerpbesluit<br />
078 Oostvaardersplass<strong>en</strong> behoud behoud 190 C conform ontwerp<br />
109 Haringvliet behoud behoud 300 B1 ontwerpbesluit<br />
112 Biesbosch behoud behoud 2.300 A1 ontwerpbesluit<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 450 B1 conform ontwerp<br />
139 Deurnsche Peel & Mariapeel behoud behoud 350 B1 aanwijzingsbesluit<br />
140 Groote Peel behoud behoud 200 B1 aanwijzingsbesluit<br />
De landelijke staat van instandhouding van de blauwborst is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />
leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke populatie van de blauwborst is, na dec<strong>en</strong>nia<br />
lange daling, vanaf 1980 sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Daarbij heeft tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> belangrijke uitbreiding<br />
over met name de lage del<strong>en</strong> van het land plaatsgevond<strong>en</strong> (met e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van voorkom<strong>en</strong><br />
met 318% in 1973-2000). De huidige populatie is groter dan ooit eerder in de vorige eeuw <strong>en</strong><br />
groter dan het gew<strong>en</strong>ste basisniveau vanuit populatie-ecologische optiek. Conform het<br />
Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) 39 wordt landelijk behoud van 6.500 par<strong>en</strong><br />
t<strong>en</strong> doel gesteld. De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij deze landelijke behoudsdoelstelling.<br />
B.4.4. Vogelrichtlijn: niet-broedvogels<br />
De doelniveaus van niet-broedvogels zijn meestal uitgedrukt als seizo<strong>en</strong>sgemiddelde of als<br />
(gemiddeld) seizo<strong>en</strong>smaximum. Deze gemiddeld<strong>en</strong>, die word<strong>en</strong> bepaald aan de hand van<br />
maandelijkse telling<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> als volgt berek<strong>en</strong>d 40 :<br />
Het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde is het gemiddelde aantal in e<strong>en</strong> gebied aanwezige vogels over het<br />
gehele seizo<strong>en</strong>, berek<strong>en</strong>d aan de hand van maandelijks uitgevoerde telling<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> reeks<br />
seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> (1999/2000-2003/2004).<br />
Het (gemiddeld) seizo<strong>en</strong>smaximum is het gemiddelde van het grootste getelde aantal<br />
(piekaantal) per seizo<strong>en</strong> (juli t/m juni van het volg<strong>en</strong>de jaar) berek<strong>en</strong>d over e<strong>en</strong> reeks van<br />
achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> (meestal vijf seizo<strong>en</strong><strong>en</strong>: 1999/2000-2003/2004).<br />
Bij voorkeur is het doelniveau uitgedrukt als seizo<strong>en</strong>sgemiddelde omdat dit e<strong>en</strong> indicatie geeft<br />
voor het gebruik van e<strong>en</strong> gebied over het gehele seizo<strong>en</strong>. Bij onvoldo<strong>en</strong>de beschikbaarheid van<br />
jaarrondtelling<strong>en</strong> moet soms word<strong>en</strong> teruggevall<strong>en</strong> op het seizo<strong>en</strong>smaximum.<br />
N2knr<br />
A130 – Scholekster<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />
populatie<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering<br />
Populatie<br />
140.000-<br />
160.000 (↑)<br />
Relatieve<br />
bijdrage* Besluit<br />
sf, A4 aanwijzingsbesluit<br />
39<br />
Boer, T. d<strong>en</strong> (2000): Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004. Rapport Directie Natuurbeheer nr. 47. Ministerie<br />
van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />
40<br />
Voorbeeld voor e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong> met de volg<strong>en</strong>de telresultat<strong>en</strong> (juli-juni): 0, 0, 0, 100, 100, 200, 100, 100, 0, 0, 0, 0. Het<br />
seizo<strong>en</strong>smaximum bedraagt in dit geval 200, het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde 50 (som van alle maandcijfers gedeeld door 12).
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 69<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud 3.300 a s, C aanwijzingsbesluit<br />
038 Uiterwaard<strong>en</strong> Ijssel behoud behoud 210 sf, C ontwerpbesluit<br />
101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud 790 sf, C aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud 2.500 sf, C aanwijzingsbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 560 sf, C ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 24.000 sf, A1 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 7.500 sf, B1 conform ontwerp<br />
* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />
(a) De populatieschatting is gebaseerd op het gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.<br />
De staat van instandhouding voor de scholekster is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />
beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”, waarbij de laatste<br />
voornamelijk betrekking heeft op de kwaliteit van het leefgebied <strong>en</strong> niet op de omvang. De<br />
landelijke doelstelling sluit hierop aan 41 . In Nederland is de populatie scholeksters fors<br />
afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (bij e<strong>en</strong> internationale to<strong>en</strong>ame) in relatie tot verminderd voedselaanbod in de<br />
intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong> (schelpdier<strong>en</strong>). Alle<strong>en</strong> voor de Wadd<strong>en</strong>zee (001) is e<strong>en</strong> verbeteropgave<br />
geformuleerd voor de kwaliteit van het leefgebied, vanwege het relatief grote belang van dit<br />
gebied <strong>en</strong> omdat de mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de kwaliteit in het Deltagebied, in dit<br />
geval de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101), Voordelta (113), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />
Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122), beperkt zijn (met name door<br />
zandhonger in de Oosterschelde, welke leidt tot e<strong>en</strong> afname van het foerageergebied). In de<br />
Natura 2000-gebied<strong>en</strong> Uiterwaard<strong>en</strong> IJssel (038), Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek, Voordelta <strong>en</strong><br />
Greveling<strong>en</strong> zijn bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> voor afname van de populatie of voor<br />
vermindering van de kwaliteit van het leefgebied (zelfs aantalsto<strong>en</strong>ame in de gebied<strong>en</strong><br />
Uiterwaard<strong>en</strong> IJssel <strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek sinds respectievelijk 1980/1981 <strong>en</strong><br />
1990/1991). Voor de Westerschelde is de tr<strong>en</strong>d op lange termijn neutraal, in teg<strong>en</strong>stelling tot<br />
de Wadd<strong>en</strong>zee. Daarom is voor de Westerschelde voor behoud gekoz<strong>en</strong>. Voor de<br />
Noordzeekustzone (007) zijn onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse. Er is<br />
daarom ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> behoudopgave geformuleerd.<br />
N2knr<br />
A143 – Kanoet<br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />
populatie<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
Populatie<br />
Relatieve<br />
bijdrage* Besluit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering 44.400 (↑) sf, A4 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud 560 a s, C aanwijzingsbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 7.700 sf, A1 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 600 sf, C conform ontwerp<br />
127 Markiezaat behoud behoud 1.600 a<br />
s, B1 ontwerpbesluit<br />
* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />
(a) De populatieschatting is gebaseerd op het gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.<br />
De staat van instandhouding van de kanoet is op de aspect<strong>en</strong> leefgebied <strong>en</strong> populatie<br />
beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” <strong>en</strong> “gunstig”. Het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde bedroeg<br />
over 1988-2000 circa 60.000, maar was daarvoor aanzi<strong>en</strong>lijk lager (circa 40.000). De afname<br />
van rond 2001 heeft niet geleid tot lagere waard<strong>en</strong> dan in de periode van voor 1988. De<br />
tr<strong>en</strong>dontwikkeling is daardoor over de lange termijn neutraal <strong>en</strong> over kortere termijn onzeker.<br />
Daarom is de herstelopgave niet gericht op het leefgebied voor het strev<strong>en</strong> naar hogere<br />
aantall<strong>en</strong>. Behoud van de huidige populatie (gemiddelde over de periode 1999-2003) vergt<br />
echter wel inspanning<strong>en</strong>, vandaar de verbeteropgave voor kwaliteit leefgebied. Omdat de<br />
Wadd<strong>en</strong>zee (001) ruim 80% van de Nederlandse populatie herbergt <strong>en</strong> de rec<strong>en</strong>te negatieve<br />
t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s hier is geconc<strong>en</strong>treerd terwijl er in de Delta, in dit geval de gebied<strong>en</strong> Oosterschelde<br />
41 Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Stcrt. 2009, 38).
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 70<br />
(118), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) sprake is geweest van to<strong>en</strong>ame,<br />
is alle<strong>en</strong> voor de Wadd<strong>en</strong>zee e<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd. Aangezi<strong>en</strong> voor de<br />
Noordzeekustzone onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d zijn voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse, wordt ook hier<br />
volstaan met e<strong>en</strong> behoudopgave.<br />
A169 – Ste<strong>en</strong>loper<br />
Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />
populatie<br />
N2knr<br />
Natura 2000-gebied<br />
Doel<br />
omvang<br />
Doel<br />
kwaliteit<br />
001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering<br />
Populatie<br />
2.300-<br />
3.300 (↑)<br />
Relatieve<br />
bijdrage* Besluit<br />
sf, A3 aanwijzingsbesluit<br />
007 Noordzeekustzone behoud behoud 160 sf, B1 aanwijzingsbesluit<br />
113 Voordelta behoud behoud 70 sf, B1 aanwijzingsbesluit<br />
115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 30 sf, C ontwerpbesluit<br />
118 Oosterschelde behoud behoud 580 sf, A1 conform ontwerp<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 230 sf, B2 conform ontwerp<br />
* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />
De staat van instandhouding van de ste<strong>en</strong>loper is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />
beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De algem<strong>en</strong>e aantalstr<strong>en</strong>d<br />
voor de ste<strong>en</strong>loper in de Wadd<strong>en</strong>zee (001) is licht dal<strong>en</strong>d, voor de Delta, in dit geval de<br />
gebied<strong>en</strong> Voordelta (113), Greveling<strong>en</strong> (115), Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde <strong>en</strong><br />
Saeftinghe (122), stabiel <strong>en</strong> voor de Noordzeekustzone (007) zijn onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s<br />
voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse bek<strong>en</strong>d. De herstelopgave is daarom alle<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />
neergelegd. Oorzaak van de licht dal<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d kan in verband word<strong>en</strong> gebracht met het<br />
verdwijn<strong>en</strong> van droogvall<strong>en</strong>de mosselbank<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee. De mosselbank<strong>en</strong> zijn in de<br />
Wadd<strong>en</strong>zee in de laatste jar<strong>en</strong> wel teruggekeerd in het oostelijk deel, maar nog niet in het<br />
westelijk deel. Mogelijk spel<strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> in de internationale, biogeografische populatie<br />
ook e<strong>en</strong> rol in de afname van het populatieaantal in de Wadd<strong>en</strong>zee.<br />
Vogelsoort<br />
Overige niet-broedvogelsoort<strong>en</strong><br />
Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied<br />
Aantal<br />
gebied<strong>en</strong><br />
Landelijke<br />
doelstelling<br />
Populatie<br />
Westerschelde<br />
& Saeftinghe<br />
Relatieve<br />
bijdrage* Besluit<br />
A005 Fuut a;h 24 10.900 100 f, C conform ontwerp<br />
A026 Kleine zilverreiger f 5 140 40 f, A1 conform ontwerp<br />
A034 Lepelaar f 22 1.225 30 sf, B1 conform ontwerp<br />
A041 Kolgans f;g 36 218.300 380 sf, C conform ontwerp<br />
A043 Grauwe gans f;g 31 86.300 16.600 sf, A1 conform ontwerp<br />
A048 Berge<strong>en</strong>d f 14 48.900 4.500 sf, B2 conform ontwerp<br />
A050 Smi<strong>en</strong>t f;g 45 258.200 16.600 sf, B2 conform ontwerp<br />
A051 Krake<strong>en</strong>d f;g 35 10.200 40 f, C conform ontwerp<br />
A052 Wintertaling c 24 21.000 1.100 f, B1 conform ontwerp<br />
A053 Wilde e<strong>en</strong>d f 13 128.000 11.700 f, B2 conform ontwerp<br />
A054 Pijlstaart b 25 7.850 1.400 f, B2 conform ontwerp<br />
A056 Slobe<strong>en</strong>d f;h 38 5.750 70 f, C conform ontwerp<br />
A069 Middelste zaagbek f 7 3.310 30 f, C conform ontwerp<br />
A075 Zeear<strong>en</strong>d f 4 7 k 2 (max) f, A1 conform ontwerp<br />
A103 Slechtvalk f 6 180 k 8 (max) f, B1 conform ontwerp<br />
A132 Kluut b;h 17 9.510 540 sf, B1 conform ontwerp<br />
A137 Bontbekplevier f 10 2.260 430 sf, B2 conform ontwerp<br />
A138 Strandplevier d 3 180 80 (↑) sf, A3 conform ontwerp<br />
A140 Goudplevier e 11 32.300 1.600 sf, B1 conform ontwerp
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 71<br />
A141 Zilverplevier f;i 8 27.600 1.500 sf, B1 conform ontwerp<br />
A142 Kievit b 11 75.500 4.100 sf, B1 conform ontwerp<br />
A144 Driete<strong>en</strong>strandloper j 6 4.310 1.000 sf, B2 conform ontwerp<br />
A149 Bonte strandloper f 8 187.300 15.100 sf, B2 conform ontwerp<br />
A157 Rosse grutto f 7 39.500 1.200 sf, C conform ontwerp<br />
A160 Wulp f 17 101.100 2.500 sf, B1 conform ontwerp<br />
A161 Zwarte ruiter f 5 2.040 270 sf, B2 conform ontwerp<br />
A162 Tureluur b 9 18.480 1.100 sf, B1 conform ontwerp<br />
A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter f 3 2.210 90 sf, B1 conform ontwerp<br />
* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf). Relatieve bijdrage is<br />
alle<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>d als het landelijke doel <strong>en</strong> het gebiedsdoel beide zijn gebaseerd op dezelfde waarde (òf<br />
seizo<strong>en</strong>smaximum óf seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />
a. Fuut: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is landelijk e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling<br />
geformuleerd voor deze soort vanwege slechte stuurbaarheid van vermoedelijke oorzak<strong>en</strong> (Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />
b. Pijlstaart, kluut, kievit <strong>en</strong> tureluur: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is landelijk e<strong>en</strong><br />
behoudsdoelstelling voor deze soort<strong>en</strong> geformuleerd, omdat deze staat van instandhouding alle<strong>en</strong> gebaseerd is op<br />
toekomstverwachting (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />
c. Wintertaling: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding op het aspect populatie is landelijk<br />
e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling voor deze soort geformuleerd. De staat van instandhouding is gebaseerd op e<strong>en</strong><br />
populatie-afname die niet leidt tot e<strong>en</strong> waarde van minder dan 75% van de draagkrachtindicatie (Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />
d. Strandplevier: ondanks de landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding is voor deze soort landelijk e<strong>en</strong><br />
behoudopgave geformuleerd. De sterke afname in populatieomvang hangt sam<strong>en</strong> met de afname van de<br />
broedvogelpopulatie. De oorzak<strong>en</strong> van deze afname ligg<strong>en</strong> waarschijnlijk meer in de afname van de geschiktheid<br />
van de broedgebied<strong>en</strong> dan in die van de foerageergebied<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het broedseizo<strong>en</strong>. De condities in het leefgebied<br />
voor de strandplevier zijn grot<strong>en</strong>deels op orde, derhalve word<strong>en</strong> op gebiedsniveau behoudopgav<strong>en</strong> voor het<br />
leefgebied geformuleerd (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />
e. Goudplevier: de goudplevier heeft landelijk e<strong>en</strong> opgave voor uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />
leefgebied. De verslechtering van de kwaliteit van het leefgebied is niet zichtbaar in de tr<strong>en</strong>d, deze laat e<strong>en</strong><br />
to<strong>en</strong>ame zi<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> Natura 2000-netwerk. Dit betreft echter minder dan de helft van de Nederlandse vogels <strong>en</strong> is<br />
e<strong>en</strong> gevolg van verschuiving<strong>en</strong> in de ligging van de pleisterplaats<strong>en</strong>. Incid<strong>en</strong>tele telling<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het<br />
monitoringsnetwerk suggerer<strong>en</strong> dat de kwaliteit van het leefgebied buit<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Herstelopgav<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het netwerk zijn in dit licht niet geformuleerd (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />
f. Kleine zilverreiger, lepelaar, kolgans, grauwe gans, berge<strong>en</strong>d, smi<strong>en</strong>t, krake<strong>en</strong>d, wilde e<strong>en</strong>d, slobe<strong>en</strong>d, middelste<br />
zaagbek, zeear<strong>en</strong>d, slechtvalk, bontbekplevier, zilverplevier, bonte strandloper, rosse grutto, wulp, zwarte ruiter <strong>en</strong><br />
gro<strong>en</strong>pootruiter: de staat van instandhouding van deze soort<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”.<br />
g. Kolgans, grauwe gans, smi<strong>en</strong>t <strong>en</strong> krake<strong>en</strong>d: <strong>en</strong>ige afname landelijk veroorzaakt door ext<strong>en</strong>sivering van landgebruik<br />
(onder andere door natuurontwikkeling) is aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />
h. Fuut, slobe<strong>en</strong>d <strong>en</strong> kluut: <strong>en</strong>ige afname landelijk als gevolg van herstel van zout-zoet overgang<strong>en</strong> is aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />
i. Zilverplevier: <strong>en</strong>ige afname landelijk t<strong>en</strong> behoeve van herstel van het leefgebied voor schelpdiereters is<br />
aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />
j. Driete<strong>en</strong>strandloper: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is voor de deze soort<br />
landelijk e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling geformuleerd, vanwege de internationaal vooralsnog stabiele <strong>en</strong> nationaal<br />
doorgaand to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de populatie.<br />
k. Zeear<strong>en</strong>d <strong>en</strong> slechtvalk: de landelijke instandhoudingdoelstelling<strong>en</strong> voor deze soort<strong>en</strong> zijn gebaseerd op het<br />
gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage B 72
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Motivering van het besluit op basis van de binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong><br />
1. INLEIDING<br />
Op 27 november 2006 zijn er 111 ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> gepubliceerd voor de eerste<br />
tranche Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />
Deze ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in de periode van 9 januari 2007 tot <strong>en</strong> met 19<br />
februari 2007 ter inzage geleg<strong>en</strong>. Dit heeft ertoe geleid dat er door bijna 7.800 person<strong>en</strong> of<br />
organisaties e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze is ingedi<strong>en</strong>d over één of meer gebied<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijk deel van de<br />
argum<strong>en</strong>tatie in deze zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> heeft betrekking op de gebruikte criteria, de voorgestelde<br />
begr<strong>en</strong>zing van de gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de mogelijke gevolg<strong>en</strong> van Natura 2000 voor burgers <strong>en</strong> het<br />
bedrijfslev<strong>en</strong>. In veel zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> werd dezelfde argum<strong>en</strong>tatie gebruikt <strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
gelijkluid<strong>en</strong>de zorg<strong>en</strong> geuit.<br />
Er is daarom beslot<strong>en</strong> om in één nota tot e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e beantwoording van deze breed geuite<br />
kritiekpunt<strong>en</strong> over te gaan. In deze Nota van Antwoord 42 is op hoofdlijn<strong>en</strong> het te voer<strong>en</strong> beleid<br />
uite<strong>en</strong>gezet. De Nota van Antwoord is op 21 november 2007 aan de Tweede Kamer<br />
aangebod<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 13 februari <strong>en</strong> 6 maart 2008 heeft de Tweede Kamer de nota besprok<strong>en</strong>.<br />
Iedere<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze heeft ingedi<strong>en</strong>d, heeft in e<strong>en</strong> persoonlijke brief e<strong>en</strong> antwoord<br />
ontvang<strong>en</strong>, waarin op de algem<strong>en</strong>e opmerking<strong>en</strong> uit de zi<strong>en</strong>swijze is ingegaan.<br />
Gelet op het grote aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> dat voor elk gebied is ingedi<strong>en</strong>d <strong>en</strong> het grote aantal<br />
onderwerp<strong>en</strong> dat daarbij aan de orde is gekom<strong>en</strong>, is beslot<strong>en</strong> om bij elk besluit de individuele<br />
zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> per thema te behandel<strong>en</strong>. Dit gebeurt in deze bijlage C.<br />
Verder wordt in deze bijlage C vermeld welke specifiek op dit gebied betrekking hebb<strong>en</strong>de<br />
inspraakreacties zijn binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe hiermee is omgegaan bij het opstell<strong>en</strong> van het<br />
aanwijzingsbesluit.<br />
Bij de beantwoording van de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn ook de provinciale beschouwing<strong>en</strong> op de<br />
zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>.<br />
Voor het gebied Westerschelde & Saeftinghe zijn 234 zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> ingedi<strong>en</strong>d. De reacties word<strong>en</strong><br />
hieronder thematisch besprok<strong>en</strong>.<br />
2. REACTIES OVER DE PROCEDURE<br />
2.1 ALGEMEEN<br />
In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn vrag<strong>en</strong> gesteld <strong>en</strong> opmerking<strong>en</strong> gemaakt over de gebruikte<br />
aanmeldingsgegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de onderbouwing van de vermelde gegev<strong>en</strong>s in het<br />
standaardgegev<strong>en</strong>sformulier, waaronder “de mate van instandhouding”. Verder wordt<br />
opgemerkt dat er voor de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> met de kwalificatie “aanwezig maar<br />
verwaarloosbaar” ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in de besluit<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> te word<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Daarnaast wordt opgemerkt dat op het standaardgegev<strong>en</strong>sformulier de<br />
bedrijfsactiviteit<strong>en</strong>, die in <strong>en</strong> om het gebied plaatsvind<strong>en</strong>, niet zijn vermeld. M<strong>en</strong> vraagt zich af<br />
of de Europese Commissie bij de selectie van de gebied<strong>en</strong> daarmee rek<strong>en</strong>ing heeft kunn<strong>en</strong><br />
houd<strong>en</strong>.<br />
M<strong>en</strong> vraagt zich ook af of de aanmeldingsprocedure wel zorgvuldig g<strong>en</strong>oeg is doorlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijst<br />
in dit kader mede op de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de huidige besluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eerdere concept<strong>en</strong> die<br />
eind 2005 war<strong>en</strong> opgesteld. Zo wordt er gesteld dat de vertaling van de aanmeldingsgegev<strong>en</strong>s<br />
naar de doelstelling<strong>en</strong> disproportioneel is. Daarnaast zijn de doelstelling<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s deze<br />
insprekers uitgebreider dan de Richtlijn voorschrijft. Door de doelstelling<strong>en</strong> in het ontwerp-<br />
42<br />
Ministerie van LNV (2007): Nota van Antwoord. Inspraakprocedure aanwijzing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Ministerie van<br />
Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
73
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
aanwijzingsbesluit voor alle soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus ook voor die soort<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> typ<strong>en</strong> die niet kwalificer<strong>en</strong>, wordt er naar de m<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong> aantal insprekers t<strong>en</strong> onrechte<br />
de suggestie gewekt dat de maatregel<strong>en</strong> die hieruit voortvloei<strong>en</strong> het gevolg zijn van de<br />
verplichting<strong>en</strong> van de Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn. In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt erop<br />
aangedrong<strong>en</strong> om in e<strong>en</strong> gebied alle<strong>en</strong> die habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>, waarvoor<br />
het gebied tot de categorie van belangrijkste gebied behoort. In e<strong>en</strong> ander verband wordt<br />
verwez<strong>en</strong> naar grote aantall<strong>en</strong> ganz<strong>en</strong> die reeds zonder speciale beschermingsgebied<strong>en</strong> al e<strong>en</strong><br />
gunstige ontwikkeling doormak<strong>en</strong>.<br />
Insprekers wijz<strong>en</strong> verder op docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> eerdere fase van het proces ter beoordeling<br />
zijn aangebod<strong>en</strong>, waarop m<strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> heeft voorgesteld <strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> waarvan<br />
wijziging<strong>en</strong> zijn doorgevoerd in de ontwerpbesluit<strong>en</strong>. Het betreft onder andere de<br />
profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 2006 43 <strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit 2005.<br />
Verder wordt er door diverse insprekers op gewez<strong>en</strong> dat de aanwijzing van e<strong>en</strong> Natura 2000gebied<br />
e<strong>en</strong> nieuwe wettelijke status tot gevolg heeft. Dat zou moet<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat in de<br />
besluitvorming de belang<strong>en</strong> van alle betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zorgvuldig di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> meegewog<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Selectie <strong>en</strong> aanwijzing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
De selectie <strong>en</strong> aanwijzing van de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn met uitzondering van twee<br />
gebied<strong>en</strong> 44 in 2005 volledig afgerond. De rechter is destijds met betrekking tot de in 2000<br />
gebruikte selectie- <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zingsmethodiek 45 tot de conclusie gekom<strong>en</strong> dat deze criteria niet<br />
onredelijk war<strong>en</strong> 46 <strong>en</strong> heeft alle bezwar<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing van de<br />
to<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> ongegrond verklaard. Dat betek<strong>en</strong>t dat de aanwijzing<br />
van dit Vogelrichtlijngebied al recht<strong>en</strong>s vaststaat. Dit gebied was dus al voor de<br />
terinzagelegging e<strong>en</strong> volwaardig Natura 2000-gebied <strong>en</strong> op dat feit kon daarom niet word<strong>en</strong><br />
ingesprok<strong>en</strong>. In deze procedure zijn nu aan dit gebied instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
toegevoegd <strong>en</strong> daarnaast is e<strong>en</strong> aantal wijziging<strong>en</strong> doorgevoerd. Voor de ev<strong>en</strong>tuele wijziging<strong>en</strong><br />
van de vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied geldt te zijn aangewez<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar bijlage<br />
B.2 van deze Nota van toelichting <strong>en</strong> naar hoofdstuk 4 van deze bijlage C. Voor ev<strong>en</strong>tuele<br />
wijziging<strong>en</strong> in de begr<strong>en</strong>zing van het Vogelrichtlijngebied wordt verwez<strong>en</strong> naar hoofdstuk 3 van<br />
de Nota van toelichting <strong>en</strong> naar hoofdstuk 3 van deze bijlage C.<br />
Stapp<strong>en</strong> in het selectieproces van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
Zoals in het Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t (2003) 47 beschrev<strong>en</strong> staat, heeft de aanmelding van<br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> in twee stapp<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>:<br />
Eerste stap van de selectie:<br />
Bij de eerste stap zijn voor elk prioritair habitattype <strong>en</strong> voor elke prioritaire soort in principe de<br />
ti<strong>en</strong> belangrijkste gebied<strong>en</strong> geselecteerd. Dit zijn de gebied<strong>en</strong> waar het type of de soort het<br />
best ontwikkeld is <strong>en</strong> met de grootste oppervlakte of populatie aanwezig is. Indi<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong><br />
bepaald prioritair habitattype de variatie in soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling zodanig groot is dat er<br />
meerdere subtyp<strong>en</strong> (plant<strong>en</strong>sociologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> op verbondsniveau) zijn te onderscheid<strong>en</strong>,<br />
zijn per subtype de vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong> geselecteerd. E<strong>en</strong> onderverdeling in subtyp<strong>en</strong> is<br />
niet toegepast indi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de subtyp<strong>en</strong> in dezelfde gebied<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />
43<br />
Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />
D<strong>en</strong> Haag.<br />
44<br />
Het gebied Abtskolk & De Putt<strong>en</strong> zal als gevolg van e<strong>en</strong> rechterlijke uitspraak als Vogelrichtlijngebied aangewez<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarnaast vindt bij het gebied Strabrechtse Heide & Beuv<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> aanwijzing als Vogelrichtlijngebied<br />
plaats.<br />
45<br />
Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, deel 1, bijlage 1. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw,<br />
Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />
46<br />
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State, 19 maart 2003, nr. 200201933.<br />
47<br />
Ministerie van LNV (2003): “Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t”. Selectiemethodiek voor aangemelde<br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />
74
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Voor elk niet-prioritair habitattype of elke niet-prioritaire soort is in principe dezelfde methodiek<br />
toegepast, met di<strong>en</strong> verstande dat voor die typ<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> slechts de vijf belangrijkste<br />
gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd. Ook hier geldt dat alle<strong>en</strong> die gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd waar het<br />
habitattype of de soort het best ontwikkeld is <strong>en</strong> waar de grootste oppervlakte of populatie<br />
aanwezig is. Indi<strong>en</strong> de variatie in soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling van e<strong>en</strong> niet-prioritair habitattype<br />
zodanig groot is dat het type meerdere subtyp<strong>en</strong> omvat, zijn per subtype de drie belangrijkste<br />
gebied<strong>en</strong> geselecteerd. Ook hier is deze onderverdeling in subtyp<strong>en</strong> niet gemaakt indi<strong>en</strong> de<br />
verschill<strong>en</strong>de subtyp<strong>en</strong> in dezelfde gebied<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />
Tweede stap van de selectie:<br />
Bij de tweede stap van het selectieproces is onderzocht in hoeverre de landelijke dekking<br />
<strong>en</strong> de geografische spreiding van de gebied<strong>en</strong> als voldo<strong>en</strong>de kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt.<br />
De landelijke dekking van habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> betreft de totale oppervlakte van e<strong>en</strong><br />
habitattype of de totale populatie van e<strong>en</strong> soort binn<strong>en</strong> de aangemelde gebied<strong>en</strong> als perc<strong>en</strong>tage<br />
van de landelijke oppervlakte van dat habitattype of als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke populatie<br />
van de soort. Als op basis van de selectie in de eerste stap het aantal geselecteerde<br />
“belangrijkste” gebied<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de dekking oplevert, moet onderzocht word<strong>en</strong> welke<br />
gebied<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>d geselecteerd dan wel aangemeld moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om voldo<strong>en</strong>de landelijke<br />
dekking te hal<strong>en</strong>. Daarnaast is bekek<strong>en</strong> of gebied<strong>en</strong> die één ecologische e<strong>en</strong>heid vorm<strong>en</strong> met<br />
gebied<strong>en</strong> in België of Duitsland aan de lijst van aangemelde gebied<strong>en</strong> toegevoegd moet<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.<br />
Voor ieder niet-prioritair habitattype <strong>en</strong> iedere niet-prioritaire soort wordt voldo<strong>en</strong>de landelijke<br />
dekking nagestreefd. De indicaties van het European Topic C<strong>en</strong>tre (ETC) <strong>en</strong> de conclusies van<br />
de biogeografische seminars zijn hiervoor als leidraad gebruikt:<br />
- < 20% wordt in de meeste gevall<strong>en</strong> als onvoldo<strong>en</strong>de dekkingsgraad beschouwd;<br />
- 20-60% is e<strong>en</strong> bespreekbaar dekkingsperc<strong>en</strong>tage;<br />
- > 60% dekking is over het algeme<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de.<br />
Hierbij is uitdrukkelijk rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de specifieke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> eis<strong>en</strong> die de<br />
afzonderlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> relatief laag dekkingsperc<strong>en</strong>tage is<br />
aanvaar<strong>db</strong>aar als er sprake is van weinig bedreigde habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze verspreid<br />
voorkom<strong>en</strong>. Hier geldt het proportionaliteitsbeginsel: voor habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> die sterker<br />
onder druk staan, wordt relatief meer bijgedrag<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk dan voor<br />
meer algeme<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. Voor prioritaire habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
prioritaire soort<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de lidstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijzondere verantwoordelijkheid <strong>en</strong> verwacht de<br />
Europese Commissie dat e<strong>en</strong> hoger dekkingsperc<strong>en</strong>tage wordt bereikt.<br />
Beoordeling aanmelding<strong>en</strong> door de Europese Commissie<br />
In 2003 is de Nederlandse bijdrage aan de communautaire lijst van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> 48<br />
door de Europese Commissie goedgekeurd. Daaraan voorafgaand zijn in respectievelijk 1996 <strong>en</strong><br />
1998 voorlopige aanmelding<strong>en</strong> bij de Europese Commissie ingedi<strong>en</strong>d. In het Lijstdocum<strong>en</strong>t<br />
(2004) 49 is het Nederlandse deel van de communautaire lijst voor de Atlantische<br />
biogeografische regio opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hoofdstuk 3 van het Lijstdocum<strong>en</strong>t geeft per habitattype <strong>en</strong><br />
per soort e<strong>en</strong> toelichting op de selectie van gebied<strong>en</strong>. Hierbij staat steeds expliciet aangegev<strong>en</strong><br />
hoe de Europese Commissie de aanmelding van 1998 heeft beoordeeld. Daaruit blijkt dat de<br />
Europese Commissie voor diverse habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in 2002 heeft gemeld dat er e<strong>en</strong><br />
onvoldo<strong>en</strong>de dekking was. Om die red<strong>en</strong> is de aanmelding van 2003 nog met e<strong>en</strong> aantal<br />
gebied<strong>en</strong> uitgebreid. Het Reactiedocum<strong>en</strong>t (2004) 50 bevat e<strong>en</strong> Nota van Antwoord met<br />
48<br />
Beschikking van de Commissie van de Europese Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van 7 december 2004 tot vaststelling, op grond<br />
van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, van de lijst van gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de Atlantische<br />
biogeografische regio (2004/813/EG). Publicatieblad van de Europese Unie L 387/1 (29 december 2004): p. 1-96.<br />
49<br />
Ministerie van LNV (2004): ”Lijstdocum<strong>en</strong>t”. Overzicht van gebiedsselectie voor de Habitatrichtlijn. Ministerie van<br />
Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
50<br />
Ministerie van LNV (2004): Reactiedocum<strong>en</strong>t aanmelding Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Resultat<strong>en</strong> van de ontvang<strong>en</strong><br />
reacties bij de op<strong>en</strong>bare procedure voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> in het kader van Natura 2000.<br />
Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
75
etrekking tot de op<strong>en</strong>bare voorbereidingsprocedure voor de aanmelding van<br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>, die begin 2003 heeft plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Misverstand<strong>en</strong> over de aanmelding<br />
E<strong>en</strong> veel gehoord argum<strong>en</strong>t is dat de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong> die in <strong>en</strong> om het gebied plaatsvind<strong>en</strong><br />
bij de aanmelding gemeld hadd<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zodat de Europese Commissie rek<strong>en</strong>ing had<br />
kunn<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> met bestaand gebruik. Dit berust op e<strong>en</strong> misverstand. Zoals in paragraaf 2.1.1<br />
van de Nota van Antwoord uitvoerig uite<strong>en</strong> is gezet, is het standaardgegev<strong>en</strong>sformulier bedoeld<br />
om de pot<strong>en</strong>tiële Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> met de natuurwaard<strong>en</strong> bij de Europese Commissie<br />
aan te meld<strong>en</strong>. Op het formulier staat per rubriek nauwkeurig aangegev<strong>en</strong> welke gegev<strong>en</strong>s<br />
vóór de aanmelding verstrekt di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke gegev<strong>en</strong>s in e<strong>en</strong> later stadium<br />
verstrekt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Eén van de rubriek<strong>en</strong> die pas ingevuld hoeft te word<strong>en</strong> nadat het<br />
gebied deel uitmaakt van het Natura 2000-netwerk is de rubriek “Activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> invloed<strong>en</strong> in<br />
<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het betrokk<strong>en</strong> gebied”. Die gegev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> vooral als basisinformatie voor de<br />
Europese Commissie om de uitvoering van de Richtlijn te kunn<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> <strong>en</strong> haar rol als<br />
toezichthouder te kunn<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>. Het is dan ook e<strong>en</strong> misvatting te veronderstell<strong>en</strong> dat de<br />
Europese Commissie bij de besluitvorming van onjuiste of onvolledige gegev<strong>en</strong>s zou zijn<br />
uitgegaan.<br />
Zoals in paragraaf 3.3 van de Nota van Antwoord staat beschrev<strong>en</strong>, di<strong>en</strong><strong>en</strong> ook voor de soort<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> die niet direct tot de selectie van dat betreff<strong>en</strong>de Habitatrichtlijngebied hebb<strong>en</strong><br />
geleid, maar die wel in dat gebied voorkom<strong>en</strong>, instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> te word<strong>en</strong><br />
opgesteld. Dat zijn namelijk ook soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangemeld.<br />
Het berust op e<strong>en</strong> misverstand te veronderstell<strong>en</strong> dat uit de Richtlijn uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong><br />
verplichting zou voortvloei<strong>en</strong> met betrekking tot kwalificer<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat<br />
er met betrekking tot de niet-kwalificer<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> verplichting<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> bestaan. Er<br />
word<strong>en</strong> daarom niet alle<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de kwalificer<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong><br />
of de kwalificer<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> geformuleerd, maar voor alle habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong>, waarvoor<br />
e<strong>en</strong> gebied is aangemeld. De Europese Commissie gaat ervan uit dat op het<br />
standaardgegev<strong>en</strong>sformulier alle relevante Natura 2000-waard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vermeld <strong>en</strong> dat de<br />
daarop verstrekte gegev<strong>en</strong>s geregeld word<strong>en</strong> geactualiseerd.<br />
Voor één bepaalde categorie kan het formuler<strong>en</strong> van instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> echter<br />
achterwege blijv<strong>en</strong>. Het betreft de categorie “aanwezig maar verwaarloosbaar”. E<strong>en</strong> habitattype<br />
of soort kan in e<strong>en</strong> bepaald gebied in zodanige minieme oppervlakte of slechts incid<strong>en</strong>teel<br />
aanwezig zijn, dat mag word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat het habitattype of de soort zich in dit gebied<br />
niet blijv<strong>en</strong>d kan handhav<strong>en</strong>. Het ontstaan van deze categorie (aanwezig maar<br />
verwaarloosbaar) is het gevolg van de voorgeschrev<strong>en</strong> aanmeldingssystematiek, waarbij de<br />
lidstaat voor elk gebied alle aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> – ongeachte de mate waarin ze<br />
voorkom<strong>en</strong> – di<strong>en</strong>t te meld<strong>en</strong>. Voor deze categorie zijn dan ook ge<strong>en</strong><br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> geformuleerd.<br />
Motivering<br />
Naar aanleiding van de ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is de selectie van de gebied<strong>en</strong> inzichtelijker<br />
gemaakt. Er is per gebied uite<strong>en</strong>gezet waarom het gebied is aangemeld <strong>en</strong> op grond van welke<br />
criteria dit is gebeurd. Naast de reeds uitgebreide toelichting in de Nota van Antwoord is in de<br />
Nota van toelichting van dit besluit op e<strong>en</strong> overzichtelijke wijze aangegev<strong>en</strong> voor welke soort<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> het gebied is aangemeld.<br />
Betrokk<strong>en</strong>heid bij de voorbereiding van de aanwijzing<br />
Voor de nationale procedure voor de aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong><br />
naar de paragraf<strong>en</strong> 1.1.4 <strong>en</strong> 1.3.5 van de Nota van Antwoord. In deze paragraf<strong>en</strong> wordt<br />
uitvoerig ingegaan op de gevolgde procedure, die uiteindelijk tot de terinzagelegging van het<br />
ontwerp-aanwijzingsbesluit van dit gebied heeft geleid. Daaruit blijkt dat dit deel van de<br />
procedure meerdere jar<strong>en</strong> in beslag heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zo hebb<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong> ministeries,<br />
provincies, kamers van koophandel, (regionale) land- <strong>en</strong> tuinbouworganisaties, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
waterschapp<strong>en</strong>, drinkwaterwinners, visserijorganisaties, recreatieorganisaties,<br />
natuurbeschermingsorganisaties <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>sbeheerders eind 2005 het concept Natura 2000<br />
76
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2005) <strong>en</strong> de concept Natura 2000-gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (2005) voor de 162<br />
gebied<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, met het verzoek om comm<strong>en</strong>taar te gev<strong>en</strong>. Naar aanleiding van de<br />
reacties zijn waar nodig nog aanvull<strong>en</strong>de gesprekk<strong>en</strong> gevoerd. Deze consultatie maakte deel uit<br />
van de voorbereiding van de besluitvorming <strong>en</strong> heeft nog tot wijziging<strong>en</strong> geleid. Het resultaat<br />
van deze voorbereiding heeft ter inzage geleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van deze ontwerpaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />
heeft e<strong>en</strong> ieder e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze kunn<strong>en</strong> indi<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Zorgvuldigheid van de procedure <strong>en</strong> afweging van belang<strong>en</strong><br />
In de paragraf<strong>en</strong> 2.1.1 <strong>en</strong> 1.1.8 van de Nota van Antwoord is de selectieprocedure uitvoerig<br />
beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> is uite<strong>en</strong>gezet hoe de verschill<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> elkaar zijn afgewog<strong>en</strong>. De<br />
keuze van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied heeft uitsluit<strong>en</strong>d plaatsgevond<strong>en</strong> op basis van de<br />
aanwezigheid van de in bijlage I <strong>en</strong> II van de Habitatrichtlijn g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de aanwezigheid van de in bijlage I <strong>en</strong> artikel 4.2 van de Vogelrichtlijn g<strong>en</strong>oemde<br />
vogelsoort<strong>en</strong>, trekk<strong>en</strong>de watervogels <strong>en</strong>/of overige trekk<strong>en</strong>de vogels. Deze werkwijze vloeit<br />
voort uit de in de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> Vogelrichtlijn g<strong>en</strong>oemde criteria <strong>en</strong> de hierop gebaseerde<br />
Europese jurisprud<strong>en</strong>tie. Het is niet mogelijk om hiervan af te wijk<strong>en</strong>. Pas in e<strong>en</strong> later stadium<br />
– bij het vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij het vaststell<strong>en</strong> van het<br />
beheerplan – kunn<strong>en</strong> naast de ecologische belang<strong>en</strong> ook andere belang<strong>en</strong> aan de orde kom<strong>en</strong>.<br />
Dit is in de paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 3.5 van de Nota van Antwoord verder uite<strong>en</strong>gezet.<br />
Gesteld mag word<strong>en</strong> dat de procedure die bij de aanwijzing van de gebied<strong>en</strong> is gevolgd<br />
zorgvuldig is geweest <strong>en</strong> geheel overe<strong>en</strong>komstig de wet- <strong>en</strong> regelgeving heeft plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />
2.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE PROCEDURE<br />
E<strong>en</strong> inspreker kan zich niet ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> met de aanwijzing van de Westerschelde tot Natura<br />
2000-gebied voor zover die aanwijzing betrekking heeft op het gebied dat is geleg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />
gr<strong>en</strong>s met de Noordzee <strong>en</strong> de monding van de Scaldiahav<strong>en</strong>. In dit gebied, in het bijzonder de<br />
vaarroutes die toegang gev<strong>en</strong> tot de Scaldiahav<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de Scaldiahav<strong>en</strong> zelf, de optimale<br />
accommodatie van de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong> in Vlissing<strong>en</strong>-Oost voorop di<strong>en</strong>t te staan. In dit gebied<br />
di<strong>en</strong>t de ontwikkeling van natuurwaard<strong>en</strong> ondergeschikt te zijn aan exploitatie van<br />
bedrijfsactiviteit<strong>en</strong>.<br />
In bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemd gebied van de Westerschelde zijn ge<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> aanwezig die mede<br />
bepal<strong>en</strong>d zijn voor de stopzetting van de achteruitgang van de biodiversiteit in Europa <strong>en</strong> die<br />
bij afweging van betrokk<strong>en</strong> belang<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> tot aanwijzing tot Natura 2000-gebied. Inspreker<br />
verzoekt de Westerschelde als geheel subsidiair het gebied tuss<strong>en</strong> de lijn Westkapelle-Cadzand<br />
in het west<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s-Borselle in het oost<strong>en</strong> niet aan te wijz<strong>en</strong> als Natura 2000-gebied.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het doel van het Natura 2000-netwerk is om e<strong>en</strong> bijdrage<br />
te lever<strong>en</strong> aan het stopp<strong>en</strong> van de achteruitgang van biodiversiteit <strong>en</strong> deze waar mogelijk te<br />
herstell<strong>en</strong>. Dit netwerk is gekoppeld aan bepaalde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> opgesomd in de<br />
bijlag<strong>en</strong> van de Habitatrichtlijn. Estuaria is één van deze habitattyp<strong>en</strong> (H1130). De gehele<br />
Westerschelde (inclusief het mondingsgebied) is in 2003 aangemeld als Habitatrichtlijngebied.<br />
De voor aanmelding belangrijkste red<strong>en</strong> is dat het één van de twee estuari<strong>en</strong>e system<strong>en</strong><br />
(H1130) betreft die in Nederland nog aanwezig zijn. Dit betreft e<strong>en</strong> habitattype dat overal sterk<br />
onder druk staat of plaatselijk zelfs verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> is. Het is niet mogelijk dit gebied geheel of<br />
gedeeltelijk uit te zonder<strong>en</strong> omdat selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d op ecologische grond<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong> (zie verder Nota van Antwoord, paragraaf 2.1). Ook door andere lidstat<strong>en</strong><br />
zijn de belangrijke estuaria aangemeld. Keuzemogelijkheid is er niet omdat het in Nederland<br />
om slechts twee estuaria gaat. Gedeeltelijke aanwijzing is ook niet mogelijk omdat e<strong>en</strong><br />
estuarium alle<strong>en</strong> als geheel als zodanig kan functioner<strong>en</strong>.<br />
De ondiepe del<strong>en</strong> van de Westerschelde zijn reeds in 2000 aangewez<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied.<br />
De aanwijzing als Natura 2000-gebied behelst onder meer de aanwijzing als<br />
Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>voeging met het aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied. Het<br />
perman<strong>en</strong>te water van de Westerschelde is van betek<strong>en</strong>is als voedsel- <strong>en</strong> rustgebied voor<br />
watervogels. Dit is de red<strong>en</strong> geweest om de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> het<br />
Habitatrichtlijngebied gelijk te trekk<strong>en</strong>.<br />
77
3. REACTIES OVER DE BEGRENZING<br />
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
3.1 ALGEMEEN<br />
Ook bij de begr<strong>en</strong>zing van het gebied heeft e<strong>en</strong> aantal insprekers aangegev<strong>en</strong> dat ge<strong>en</strong><br />
rek<strong>en</strong>ing wordt gehoud<strong>en</strong> met andere dan ecologische eis<strong>en</strong>. Zo hebb<strong>en</strong> insprekers aangegev<strong>en</strong><br />
dat ze bezwaar hebb<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de opname van nieuwe natuur, del<strong>en</strong> van de Ecologische<br />
Hoofdstructuur die e<strong>en</strong> natuurfunctie krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in lan<strong>db</strong>ouwkundig gebruik zijn of war<strong>en</strong>.<br />
Insprekers wijz<strong>en</strong> op de gedane toezegging<strong>en</strong> in het kader van nieuwe natuur <strong>en</strong> de<br />
Ecologische Hoofdstructuur. Tev<strong>en</strong>s wordt in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gemeld dat bepaalde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
soort<strong>en</strong> niet of in beperkte mate aanwezig zijn. Insprekers verwacht<strong>en</strong> dat in ieder geval die<br />
grond<strong>en</strong> waar deze waard<strong>en</strong> niet aanwezig zijn buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000gebied<br />
word<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong>.<br />
Er wordt voor gepleit om de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op e<strong>en</strong>duidige wijze ook in het verticale<br />
vlak te begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> op 500 voet, zijnde de bestaande minimumvlieghoogte. Verder wordt<br />
aangegev<strong>en</strong> dat bij de aanwijzing van de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> destijds voor e<strong>en</strong> bufferzone<br />
van 100 meter rond jachthav<strong>en</strong>s gekoz<strong>en</strong> is. In die geest wordt er bepleit om e<strong>en</strong> bufferzone<br />
van 300 tot 500 meter rond agrarische- <strong>en</strong> recreatiebedrijv<strong>en</strong> in te stell<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s wordt er<br />
aangegev<strong>en</strong> dat de aanmelding onvoldo<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappelijk onderbouwd is, zodat de<br />
onderzoeksplicht bij de belanghebb<strong>en</strong>de wordt gelegd wanneer deze de begr<strong>en</strong>zing gewijzigd<br />
wil zi<strong>en</strong>. Ook wordt gesteld dat de strand<strong>en</strong> niet binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van e<strong>en</strong> Natura 2000gebied<br />
behor<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong>. Zij herberg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is<br />
aangewez<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Begr<strong>en</strong>zing van bestaande Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
De aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> is niet bedoeld om de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van reeds eerder<br />
aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> te wijzig<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe reeds<br />
eerder is aangewez<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied (zie ook het hoofdstuk over de procedure), staat<br />
de oorspronkelijke begr<strong>en</strong>zing in principe nu niet ter discussie. Dat neemt niet weg dat er soms<br />
aanleiding kan zijn om de begr<strong>en</strong>zing aan te pass<strong>en</strong>. Daarbij kan het gaan om technische of<br />
inhoudelijke wijziging<strong>en</strong> (zie “Hoofdlijn<strong>en</strong> aanpassing begr<strong>en</strong>zing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>”<br />
hierna).<br />
Uitgangspunt<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
Zoals in paragraaf 2.2 van de Nota van Antwoord <strong>en</strong> in bijlage 9.1 van het Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) 51 uitvoerig uite<strong>en</strong> is gezet, is ook bij het begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gebied<br />
ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met andere vereist<strong>en</strong> dan die verband houd<strong>en</strong> met de aanwezigheid<br />
<strong>en</strong> de instandhouding van de natuurlijke habitats <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. Daarbij zijn de volg<strong>en</strong>de<br />
algem<strong>en</strong>e uitgangspunt<strong>en</strong> gebruikt:<br />
- Habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> van de bijlag<strong>en</strong>: de habitattyp<strong>en</strong> van bijlage I <strong>en</strong> de leefgebied<strong>en</strong><br />
van de soort<strong>en</strong> van bijlage II van de Habitatrichtlijn (<strong>en</strong> dus niet de soort<strong>en</strong> van bijlage IV)<br />
vorm<strong>en</strong> het uitgangspunt voor de begr<strong>en</strong>zing. Dit is inclusief in kwaliteit achteruitgegane <strong>en</strong><br />
gedeg<strong>en</strong>ereerde terreindel<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> herstel haalbaar is <strong>en</strong> voor zover nodig voor de<br />
instandhouding van de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />
- Herk<strong>en</strong>bare e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit: er is gestreefd naar de begr<strong>en</strong>zing van herk<strong>en</strong>bare <strong>en</strong><br />
beheerbare e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>: ecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> (bijvoorbeeld op basis van vegetatiestructuur,<br />
hydrologie of geomorfologie) of beheere<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. Door e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> op deze manier te<br />
begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> krijgt het gebied e<strong>en</strong> duidelijke id<strong>en</strong>titeit.<br />
- “Cem<strong>en</strong>t tuss<strong>en</strong> de bakst<strong>en</strong><strong>en</strong>”: de begr<strong>en</strong>zing van ecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> impliceert dat het<br />
Habitatrichtlijngebied bestaat uit de habitattyp<strong>en</strong> van bijlage I <strong>en</strong> het leefgebied van de<br />
soort<strong>en</strong> van bijlage II én e<strong>en</strong> stelsel van natuurwaard<strong>en</strong> waarvoor het gebied niet is<br />
51 Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Duidelijkheid bied<strong>en</strong>, richting gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte lat<strong>en</strong>.<br />
Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
78
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
geselecteerd <strong>en</strong>/of niet is aangemeld. Die natuurwaard<strong>en</strong>, gek<strong>en</strong>merkt als het “cem<strong>en</strong>t<br />
tuss<strong>en</strong> de bakst<strong>en</strong><strong>en</strong>”, mak<strong>en</strong> integraal onderdeel uit van de ecosystem<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn nodig voor<br />
herstel <strong>en</strong>/of instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de in de Richtlijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />
- Deelgebied<strong>en</strong>: bij zeer sterke versnippering in meerdere deelgebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> deze<br />
deelgebied<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>sd. De verschill<strong>en</strong>de deelgebied<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> dan elk afzonderlijk de<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied geselecteerd is. Enclaves: binn<strong>en</strong> grote<br />
e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>claves van grootschalige lan<strong>db</strong>ouw <strong>en</strong>/of bebouwing uitgeslot<strong>en</strong>, voor<br />
zover ze ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke bijdrage lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />
- Aansluiting bij administratieve gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>: er is zoveel mogelijk aangeslot<strong>en</strong> bij bestaande<br />
administratieve gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> (bijvoorbeeld begr<strong>en</strong>zing van onder de Natuurbeschermingswet<br />
aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>, Nationale Park<strong>en</strong>, Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of eig<strong>en</strong>domsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>).<br />
- Herk<strong>en</strong>bare topografische lijn<strong>en</strong>: de gebiedsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> bij voorkeur sam<strong>en</strong> met duidelijk<br />
in het landschap herk<strong>en</strong>bare topografische lijn<strong>en</strong>, zoals weg<strong>en</strong>, slot<strong>en</strong>, hegg<strong>en</strong>, oevers,<br />
bosrand<strong>en</strong> <strong>en</strong> markante verschill<strong>en</strong> in landgebruik.<br />
Hoofdlijn<strong>en</strong> aanpassing begr<strong>en</strong>zing Natura 2000-gebied<strong>en</strong><br />
Bij de aanwijzing van de Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij de aanvulling van de<br />
Vogelrichtlijnaanwijzing<strong>en</strong> met gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn overlapp<strong>en</strong>de Vogel- <strong>en</strong><br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> gecombineerd tot één Natura 2000-gebied. Daarbij is ernaar gestreefd<br />
de begr<strong>en</strong>zing van Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> zo goed mogelijk op elkaar af te<br />
stemm<strong>en</strong>.<br />
De herbegr<strong>en</strong>zing is doorgevoerd op basis van technische <strong>en</strong>/of inhoudelijke argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
Technische aanpassing<strong>en</strong>:<br />
Dit zijn vaak minieme kaarttechnische verbetering<strong>en</strong> t<strong>en</strong>einde de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> af te stemm<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gelijk te trekk<strong>en</strong>. Het zijn ook pragmatische aanpassing<strong>en</strong>. Hierdoor blijv<strong>en</strong> het beheer <strong>en</strong> de<br />
bescherming hanteerbaar <strong>en</strong> wordt de burger e<strong>en</strong> zo duidelijk <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig mogelijke<br />
begr<strong>en</strong>zing gebod<strong>en</strong>. Dit kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> die voor e<strong>en</strong><br />
belangrijk deel overlap verton<strong>en</strong> met (voormalige) beschermde <strong>en</strong> staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op<br />
deze begr<strong>en</strong>zing afgestemd word<strong>en</strong>. Hierdoor word<strong>en</strong> onlogische verschill<strong>en</strong> vermed<strong>en</strong>.<br />
Verder betreft dit ook het zoveel mogelijk op kaart uitzonder<strong>en</strong> van bestaande bebouwing,<br />
tuin<strong>en</strong> <strong>en</strong> erv<strong>en</strong> die alle<strong>en</strong> tekstueel war<strong>en</strong> geëxclaveerd. Tot deze categorie behor<strong>en</strong> ook<br />
aanpassing<strong>en</strong> aan kadastrale gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> in verband met de kadastrale registratie van bij de<br />
aanwijzing “betrokk<strong>en</strong>” percel<strong>en</strong> (zie Nota van toelichting, paragraaf 3.3). Hiermee wordt<br />
voorkom<strong>en</strong> dat kadastrale percel<strong>en</strong> die slechts voor e<strong>en</strong> onbetek<strong>en</strong><strong>en</strong>d deel met het gebied<br />
overlapp<strong>en</strong>, kadastraal word<strong>en</strong> ingeschrev<strong>en</strong> als deel uitmak<strong>en</strong>d van het gebied.<br />
Inhoudelijke aanpassing<strong>en</strong>:<br />
Verkleining van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> wordt door de Europese Commissie, gelet op de<br />
Europese jurisprud<strong>en</strong>tie, slechts “in uitzonderlijke gevall<strong>en</strong>” aanvaar<strong>db</strong>aar geacht indi<strong>en</strong> bij de<br />
oorspronkelijke aanwijzing e<strong>en</strong> “duidelijke wet<strong>en</strong>schappelijke fout” is gemaakt.<br />
Uit jurisprud<strong>en</strong>tie 52 blijkt dat de oppervlakte van e<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied niet mag word<strong>en</strong><br />
verkleind <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied niet mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewijzigd, als<br />
daardoor zones word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> waarin in het wild lev<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong><br />
waarvan de bescherming de aanwijzing van dat Vogelrichtlijngebied heeft gerechtvaardigd. E<strong>en</strong><br />
uitzondering hierop vorm<strong>en</strong> de van het Vogelrichtlijngebied uitgeslot<strong>en</strong> zones die niet langer<br />
overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met de, voor de instandhouding van de in het wild lev<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, meest<br />
geschikte leefgebied<strong>en</strong> in de zin van artikel 4, lid 1, van de Richtlijn. Zo kan de begr<strong>en</strong>zing van<br />
Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn aangepast door bebouwing op de rand van het gebied,<br />
bedrijv<strong>en</strong>terrein<strong>en</strong> (>5 ha) <strong>en</strong> rijksweg<strong>en</strong> zoveel mogelijk ook op kaart<strong>en</strong> te exclaver<strong>en</strong> (de<br />
tekstuele exclaveringsformule geldt alle<strong>en</strong> voor de in 2000 aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>).<br />
52 Europese Hof van Justitie, 13 juli 2006, zaak C-191/05 <strong>en</strong> 25 november 1999, zaak C-96/98.<br />
79
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
In gevall<strong>en</strong> waar in het verled<strong>en</strong> mogelijk e<strong>en</strong> duidelijke begr<strong>en</strong>zingsfout is gemaakt, wordt<br />
onderzocht of er sprake is van e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke fout die voldoet aan de door de Europese<br />
Commissie gestelde voorwaard<strong>en</strong>. Toekomstige ontwikkeling<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> die criteria; de<br />
vergunningprocedure is daarvoor de aangewez<strong>en</strong> weg.<br />
Zie verder Nota van Antwoord paragraaf 2.2.4.<br />
Uitbreiding van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> kan alle<strong>en</strong> aan de orde zijn als het gebied tev<strong>en</strong>s<br />
Habitatrichtlijngebied is <strong>en</strong> de uitbreiding onderdeel is van het desbetreff<strong>en</strong>de<br />
Habitatrichtlijngebied. Uitbreiding van e<strong>en</strong> “zuiver” Vogelrichtlijngebied is ge<strong>en</strong> onderdeel van<br />
deze procedure. Zie ook Nota van Antwoord paragraaf 2.2.5.<br />
Geblek<strong>en</strong> is dat in e<strong>en</strong> beperkt aantal gevall<strong>en</strong> bij de begr<strong>en</strong>zing van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
onvoldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de verspreiding van relevante habitattyp<strong>en</strong> of<br />
leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong>, waardoor aanpassing<strong>en</strong> (zowel uitbreiding als verkleining)<br />
noodzakelijk war<strong>en</strong>. Dit is meestal het gevolg van verbeterde <strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis. Ook<br />
uitbreiding<strong>en</strong> die noodzakelijk zijn voor het behal<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van<br />
het gebied, vall<strong>en</strong> in deze categorie van inhoudelijke aanpassing<strong>en</strong>.<br />
Meebegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van nieuwe natuur<br />
Met nieuwe natuur word<strong>en</strong> del<strong>en</strong> van de Ecologische Hoofdstructuur bedoeld die e<strong>en</strong><br />
natuurfunctie krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in lan<strong>db</strong>ouwkundig gebruik zijn of war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> groot deel van deze<br />
nieuwe natuur is inmiddels al verworv<strong>en</strong> <strong>en</strong> als natuurgebied ingericht. Nieuwe natuur is<br />
meebegr<strong>en</strong>sd indi<strong>en</strong> (in geval van e<strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied) één van de volg<strong>en</strong>de situaties van<br />
toepassing is:<br />
1) wanneer het natuurdoel van de nieuwe natuur overe<strong>en</strong>komt met dat van het aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de<br />
aangemelde Natura 2000-gebied (de natuurwaard<strong>en</strong> zijn al aanwezig of zull<strong>en</strong> conform<br />
vastgestelde plann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontwikkeld). Het betreff<strong>en</strong>de natuurdoel di<strong>en</strong>t uiteraard invulling<br />
te gev<strong>en</strong> aan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van het gebied.<br />
2) wanneer de nieuwe natuur aantoonbaar noodzakelijk is om de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
te kunn<strong>en</strong> realiser<strong>en</strong>.<br />
Voor nieuwe natuur die nodig is voor de realisatie van Natura 2000 blijft het principe van<br />
vrijwilligheid geld<strong>en</strong> bij verwerving van de grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij omzetting van cultuurgrond naar<br />
natuur (zie verder paragraaf 2.2.2 van de Nota van Antwoord). De nieuwe natuur die is<br />
toegevoegd na de aanmelding in 2003 is naar aanleiding van ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> op de<br />
ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> nogmaals kritisch getoetst aan de hiervoor g<strong>en</strong>oemde criteria.<br />
Het resultaat staat beschrev<strong>en</strong> in paragraaf 3.3 van de Nota van toelichting.<br />
Exclavering van (jacht)hav<strong>en</strong>s<br />
In paragraaf 2.2.8 van de Nota van Antwoord staat dat in de Nota’s van toelichting, behor<strong>en</strong>de<br />
bij de besluit<strong>en</strong> voor de aanwijzing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000, hav<strong>en</strong>s op de volg<strong>en</strong>de<br />
wijze tekstueel zijn uitgezonderd: “(Jacht)hav<strong>en</strong>s mak<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> deel uit van de speciale<br />
beschermingszone. Bij (jacht)hav<strong>en</strong>s, die geheel binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> speciale beschermingszone ligg<strong>en</strong>,<br />
valt aan de waterzijde e<strong>en</strong> zone van 100 meter, gemet<strong>en</strong> vanaf de hav<strong>en</strong>mond c.q. de<br />
aanlegsteigers, ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing. Gr<strong>en</strong>st e<strong>en</strong> (jacht)hav<strong>en</strong> aan de buit<strong>en</strong>zijde direct<br />
aan de speciale beschermingszone, dan is de zone van 100 meter ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />
van de speciale beschermingszone gehoud<strong>en</strong>. Daar waar de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting,<br />
bijvoorbeeld om kaarttechnische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>, is de hierbov<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
tekst doorslaggev<strong>en</strong>d.”.<br />
De red<strong>en</strong> hiervoor was dat dergelijke hav<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk deel uitmak<strong>en</strong> van het leefgebied<br />
van de betreff<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>. De formule gaf echter aanleiding tot misverstand<strong>en</strong>. Zo vatte e<strong>en</strong><br />
geme<strong>en</strong>te de bov<strong>en</strong>aangehaalde exclavering op als vrijbrief voor de aanleg van e<strong>en</strong> jachthav<strong>en</strong>.<br />
Ook zijn sommige hav<strong>en</strong>s in 2000 op kaart ruimer geëxclaveerd dan de exclaveringsformule<br />
voorschrijft. Er bestond bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> grote onduidelijkheid over de invulling van het begrip<br />
(jacht)hav<strong>en</strong>. Daarom is er beslot<strong>en</strong> om de algem<strong>en</strong>e exclaveringsformule voor hav<strong>en</strong>s te lat<strong>en</strong><br />
vervall<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle hav<strong>en</strong>s die voor exclavering in aanmerking kom<strong>en</strong>, al op de gebiedskaart uit<br />
te zonder<strong>en</strong>. Het exclaver<strong>en</strong> van hav<strong>en</strong>s op kaart geeft bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> uitsluitsel over wat precies<br />
onder het begrip “(jacht)hav<strong>en</strong>s” moet word<strong>en</strong> verstaan, namelijk uitsluit<strong>en</strong>d aanlegplaats<strong>en</strong><br />
80
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
met hav<strong>en</strong>faciliteit<strong>en</strong>. Op zichzelf staande aanlegvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zoals aanlegsteigers word<strong>en</strong><br />
daartoe niet gerek<strong>en</strong>d.<br />
Bufferzones <strong>en</strong> exclavering van recreatieonderneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> agrarische bedrijv<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> bufferzone van 300 tot 500 meter rond recreatieonderneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> agrarische bedrijv<strong>en</strong>,<br />
waar door vele ondernemers om is verzocht, behoort niet tot de mogelijkhed<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong><br />
hiervoor is dat m<strong>en</strong>selijk gebruik of de door de m<strong>en</strong>s toegek<strong>en</strong>de bestemming niet bepal<strong>en</strong>d is<br />
voor de vraag of e<strong>en</strong> gebied of terrein als Natura 2000-gebied aangewez<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong>.<br />
Ecologische red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn daarbij bepal<strong>en</strong>d. E<strong>en</strong> Natura 2000-gebied is in zijn geheel van<br />
belang.<br />
Ook in de uitspraak van de Raad van State over de aanwijzing van één van de eerste Natura<br />
2000-gebied<strong>en</strong> is de vraag over e<strong>en</strong> bufferzone aan de orde gekom<strong>en</strong>. De Raad van State was<br />
to<strong>en</strong> van oordeel dat “het aanhoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> minimale afstand tot bedrijfsbebouwing niet<br />
mogelijk is, omdat niet in algem<strong>en</strong>e zin t<strong>en</strong> behoeve van de in het gebied geleg<strong>en</strong> agrarische<br />
bedrijfsbebouwing kan word<strong>en</strong> vastgesteld in hoeverre de binn<strong>en</strong> die afstand geleg<strong>en</strong> grond<strong>en</strong><br />
naar ecologische maatstav<strong>en</strong> al dan niet tot het aan te wijz<strong>en</strong> gebied moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
gerek<strong>en</strong>d” 53 .<br />
Bij Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> wordt het hele gebied door de vogels gebruikt voor broed<strong>en</strong>,<br />
foerager<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of rust<strong>en</strong>, hoewel niet elk deel ev<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sief wordt b<strong>en</strong>ut. Voor<br />
Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong> vergelijkbare aanpak hoewel habitattyp<strong>en</strong> meestal ge<strong>en</strong><br />
grote, aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> oppervlakt<strong>en</strong> beslaan. Daar staat teg<strong>en</strong>over dat de instandhouding van<br />
habitattyp<strong>en</strong> meestal e<strong>en</strong> ruimere begr<strong>en</strong>zing vereist omdat ook rek<strong>en</strong>ing moet word<strong>en</strong><br />
gehoud<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> mogelijke verschuiving van de habitatwaard<strong>en</strong> door het gebied (successie).<br />
Daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> bestaande bebouwing, erv<strong>en</strong>, tuin<strong>en</strong>, verharding<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoofdspoorweg<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> deel uit van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied. Zij zijn door hun fysieke geaardheid blijv<strong>en</strong>d<br />
ongeschikt. Ook mijnbouwinrichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> -installaties vall<strong>en</strong> onder de definitie van e<strong>en</strong><br />
bouwwerk <strong>en</strong> daarmee onder de exclaveringsformule (zie paragraaf 3.4 van de Nota van<br />
toelichting). Dat geldt niet voor ondergronds of onderwater voorkom<strong>en</strong>de structur<strong>en</strong> zoals gas-<br />
<strong>en</strong> waterleiding<strong>en</strong>. De aanwezigheid hiervan betek<strong>en</strong>t niet per definitie dat deze gebied<strong>en</strong><br />
ongeschikt zijn voor plant<strong>en</strong> of dier<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze zijn daarom niet geëxclaveerd.<br />
Zie ook paragraaf 2.2.6 van de Nota van Antwoord.<br />
Verticale begr<strong>en</strong>zing<br />
In paragraaf 2.2.9 van de Nota van Antwoord wordt vermeld dat er ge<strong>en</strong> verticale gr<strong>en</strong>s in de<br />
Natura 2000-gebied<strong>en</strong> is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Wel moet gewaarborgd zijn dat vliegbeweging<strong>en</strong> in de<br />
omgeving van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> niet tot aantasting van natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Dat<br />
geldt voor de gehele burgerluchtvaart (inclusief parasail<strong>en</strong>, parachutespring<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
luchtballonvar<strong>en</strong>), het militaire luchtverkeer <strong>en</strong> alle andere activiteit<strong>en</strong> die in sam<strong>en</strong>hang met<br />
deze vliegbeweging<strong>en</strong> in het luchtruim of op de grond plaatsvind<strong>en</strong>, zoals schietoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
parachutespring<strong>en</strong>. De effectbeoordeling van dit soort activiteit<strong>en</strong> kan daarom het best per<br />
gebied plaatsvind<strong>en</strong>, toegesned<strong>en</strong> op de omstandighed<strong>en</strong> ter plekke. Het is dus niet zinvol om<br />
hiervoor g<strong>en</strong>erieke norm<strong>en</strong> in de besluit<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> aan de orde, wordt het<br />
bestaand gebruik door luchtverkeer beoordeeld bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan.<br />
Voorwaarde blijft ook hier dat het bestaande gebruik de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> niet in<br />
gevaar mag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
3.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE BEGRENZING<br />
Enkele insprekers vrag<strong>en</strong> om vooral aan de rand<strong>en</strong> van het gebied te bepal<strong>en</strong> of de kwaliteit<strong>en</strong><br />
van het gebied de begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>. Voorgesteld wordt om waar dit niet het geval<br />
is, de begr<strong>en</strong>zing 300 tot 500 meter zeewaarts bij te stell<strong>en</strong>. Dit beperkt de belemmer<strong>en</strong>de<br />
rechtsgevolg<strong>en</strong>.<br />
Andere insprekers stell<strong>en</strong> voor de begr<strong>en</strong>zing 300 meter naar binn<strong>en</strong> te schuiv<strong>en</strong> zodat niet het<br />
lan<strong>db</strong>ouwgebied maar de nieuwe natuur de buffer vormt.<br />
53 Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State, 5 november 2008, nr. 200802546/1.<br />
81
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Volg<strong>en</strong>s <strong>en</strong>kele insprekers is in het gedeelte van het gebied Westerschelde tot <strong>en</strong> met 3000<br />
meter t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van glastuinbouw Rilland niet mogelijk dat habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied<br />
is aangewez<strong>en</strong> hier aanwezig zijn, vanwege de drukke scheepvaart. Mocht<strong>en</strong> deze habitattyp<strong>en</strong><br />
wel aanwezig zijn dan hebb<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele kans om te overlev<strong>en</strong> vanwege scheepvaart,<br />
klimaatverandering<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeewaterstroming<strong>en</strong>. Ook ontbrek<strong>en</strong> in dit gebied bijna alle<br />
aangewez<strong>en</strong> soort<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker zegt dat in de actuele situatie de natuurdoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> niet of slechts in<br />
beperkte mate aanwezig zijn bij zijn glastuinbouwcomplex. Gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de voet van de<br />
Westerscheldedijk loopt ter hoogte van het complex e<strong>en</strong> brede diepe geul die zelfs bij eb niet<br />
droog valt. De inspreker acht het daarom onmogelijk om zonder m<strong>en</strong>selijk ingrijp<strong>en</strong> de<br />
habitattyp<strong>en</strong> voor dit gebied daar te realiser<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de aanwijzing van de Westerschelde <strong>en</strong> de<br />
begr<strong>en</strong>zing in algem<strong>en</strong>e zin wordt verwez<strong>en</strong> naar het antwoord gegev<strong>en</strong> in paragraaf 2.2 van<br />
deze bijlage. Bij de aanwijzing van Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bufferzones<br />
gehanteerd, omdat de begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d moet word<strong>en</strong> vastgesteld aan de hand van de<br />
waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied wordt aangewez<strong>en</strong> (zie verder Nota van Antwoord, paragraaf<br />
2.2.6).<br />
E<strong>en</strong> inspreker maakt gebruik van zog<strong>en</strong>aamde ankerplaats<strong>en</strong> welke minimaal 15 meter diep<br />
di<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn. Bij de aanwijzing van de Westerschelde als Vogelrichtlijngebied bleek dat<br />
ankerplaats<strong>en</strong> geëxclaveerd werd<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat licht<strong>en</strong> tot best<strong>en</strong>dig gebruik werd gerek<strong>en</strong>d, dus in<br />
huidige omvang <strong>en</strong> int<strong>en</strong>siteit kon blijv<strong>en</strong> bestaan. Nu zijn echter de diepe water<strong>en</strong> inclusief de<br />
bodem wel tot Natura 2000-gebied aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn de ankerplaats<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> als<br />
habitattype estuaria (H1130). Er wordt bezwaar gemaakt teg<strong>en</strong> het opnem<strong>en</strong> van habitattype<br />
estuaria <strong>en</strong> stelt voor om water<strong>en</strong> dieper dan 10 meter te exclaver<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gr<strong>en</strong>s van het Vogelrichtlijngebied is gelijkgetrokk<strong>en</strong><br />
met die van het Habitatrichtlijngebied (zie ook het antwoord in paragraaf 2.2), gelet op het<br />
gebruik dat watervogels in het gebied van het perman<strong>en</strong>te water mak<strong>en</strong>. Gebiedsdel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
niet word<strong>en</strong> uitgezonderd weg<strong>en</strong>s bepaald m<strong>en</strong>selijk gebruik. Het gebruik van ankerplaats<strong>en</strong><br />
zal als bestaand gebruik in het beheerplan aan de orde kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers vrag<strong>en</strong> aandacht voor de strand<strong>en</strong> ter hoogte van het Sloegebied (ook<br />
aangeduid als de Kaloot). Enerzijds wordt gesteld de hele Westerschelde (inclusief strand<strong>en</strong>)<br />
bescherming verdi<strong>en</strong>d. Anderzijds wordt door ander<strong>en</strong> gesteld dat de begr<strong>en</strong>zing ge<strong>en</strong><br />
belemmering mag vorm<strong>en</strong> voor de uitbreiding van het hav<strong>en</strong>gebied.<br />
E<strong>en</strong> andere inspreker w<strong>en</strong>st dat Natura 2000 ge<strong>en</strong> belemmering vormt voor de realisering van<br />
de Westerschelde Container Terminal. Indi<strong>en</strong> blijkt dat dit wel het geval zal zijn, verzoekt de<br />
inspreker de Kaloot uit de begr<strong>en</strong>zing te hal<strong>en</strong>.<br />
De ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanleiding de begr<strong>en</strong>zing ter hoogte van het Sloegebied<br />
ter herzi<strong>en</strong>. De strand<strong>en</strong> in het estuari<strong>en</strong>e deel van de Westerschelde (het buit<strong>en</strong>dijks gebied<br />
tuss<strong>en</strong> de rijksgr<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s) mak<strong>en</strong> deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied<br />
als onderdeel van het habitattype estuaria (H1130). Voor wat betreft de bedoelde belemmering<br />
wordt erop gewez<strong>en</strong> dat bij begr<strong>en</strong>zing slechts ecologische motiev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Er kan<br />
ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met toekomstige ontwikkeling<strong>en</strong>; de vergunning<strong>en</strong>procedure<br />
is daarvoor de aangewez<strong>en</strong> weg (Nota van Antwoord, paragraaf 2.2.4).<br />
E<strong>en</strong> inspreker ziet e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>strijdigheid in de Nota van toelichting.Op pagina 8 staat<br />
“Waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong> zijn buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing gebracht”. Op pagina 10 staat “Waar de<br />
buit<strong>en</strong>gr<strong>en</strong>s van het watergebied sam<strong>en</strong>valt met e<strong>en</strong> waterker<strong>en</strong>de dijk ligt de gr<strong>en</strong>s op de<br />
buit<strong>en</strong>kruinlijn van de dijk”.<br />
E<strong>en</strong> inspreker heeft bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing van de waterker<strong>en</strong>de dijk, zoals op de kaart<br />
staat aangegev<strong>en</strong>. De inspreker concludeert echter uit de toelichting dat de waterker<strong>en</strong>de<br />
dijk<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de aanwijzing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> vraagt om op de kaart de gr<strong>en</strong>s aan te<br />
pass<strong>en</strong>.<br />
82
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Er lijkt sprake van teg<strong>en</strong>strijdigheid omdat in het tweede (niet aangehaalde) deel van de zin op<br />
pagina 8 abusievelijk “Oosterschelde” staat vermeld in plaats van “Westerschelde”. Er had<br />
moet<strong>en</strong> staan: “met di<strong>en</strong> verstande dat de gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde t<strong>en</strong> behoeve van de<br />
duidelijkheid is gelegd op de buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong>” 54 . Dit is gedaan<br />
omdat de voorhe<strong>en</strong> gehanteerde “buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong>” tot onduidelijkheid heeft geleid waar schorr<strong>en</strong><br />
langs de dijk ligg<strong>en</strong>. De buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong> is dan niet e<strong>en</strong>duidig vast te stell<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou de<br />
gr<strong>en</strong>s dan door habitatyp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> strijdig is met het uitgangspunt<br />
(paragraaf 3.2) dat de ligging van habitattyp<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>d di<strong>en</strong>t te zijn voor de begr<strong>en</strong>zing. De<br />
begr<strong>en</strong>zing op de buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong> is nu ook op de kaart<strong>en</strong><br />
uitgevoerd.<br />
E<strong>en</strong> inspreker vraagt om de toevoeging van de dijk tuss<strong>en</strong> de Herdijkte Zwarte Polder <strong>en</strong> de<br />
Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder, vanwege de negatieve randwerking <strong>en</strong> afronding.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Aan de w<strong>en</strong>s is echter in e<strong>en</strong> andere vorm wel tegemoet<br />
gekom<strong>en</strong> doordat de gr<strong>en</strong>s de buit<strong>en</strong>kruinlijn volgt (zie bov<strong>en</strong>) waardoor het buit<strong>en</strong>talud binn<strong>en</strong><br />
het aangewez<strong>en</strong> gebied is kom<strong>en</strong> te ligg<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers will<strong>en</strong> dat strand<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>s van<br />
het Natura 2000-gebied op de laagwaterlijn wordt gelegd vanwege de recreatieve functie van<br />
de strand<strong>en</strong>, de uitvoering van waterstaatkundige werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> het feit dat er ge<strong>en</strong><br />
leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> of habitattyp<strong>en</strong> op de strand<strong>en</strong> aanwezig zijn waarvoor het gebied is<br />
aangewez<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor zover het het (zee-)gebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn<br />
Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s betreft met uitzondering van het deel ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong><br />
Zwarte Polder (zie t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van deze lijn het vorige antwoord). Dit is als volgt verwoord in<br />
paragraaf 3.3: “De gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde oostelijk van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />
ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is uit e<strong>en</strong> oogpunt van duidelijkheid op de<br />
buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong> gelegd.“ Dit is gedaan omdat de laagwaterlijn de<br />
gr<strong>en</strong>s vormt van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) waarvoor het<br />
gebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s vooral is aangewez<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> uitzondering vormt de<br />
Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Cadzand waar de gr<strong>en</strong>s de buit<strong>en</strong>kruinlijn langs<br />
het (voormalige) beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t volgt. In teg<strong>en</strong>stelling tot bv. de Voordelta<br />
hebb<strong>en</strong> de strand<strong>en</strong> hier weinig betek<strong>en</strong>is voor de vogels waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de gr<strong>en</strong>s van het Habitatrichtlijngebied hier leid<strong>en</strong>d omdat dit de aanleiding was<br />
voor uitbreiding van het Vogelrichtlijngebied.<br />
E<strong>en</strong> inspreker stelt dat de gr<strong>en</strong>s op plaats<strong>en</strong> waar het Natura 2000-gebied gr<strong>en</strong>st aan duin<strong>en</strong><br />
op de duinvoet moet word<strong>en</strong> gelegd, conform de gr<strong>en</strong>s van de Voordelta.<br />
Voor e<strong>en</strong> andere inspreker is het onduidelijk waarom strand<strong>en</strong> <strong>en</strong> duin<strong>en</strong> in het gebied aan de<br />
noordzijde van de Westerschelde buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing zijn gelat<strong>en</strong>. De begr<strong>en</strong>zing is hier<br />
geleg<strong>en</strong> ter hoogte van de kopp<strong>en</strong> van de paalhoofd<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de motivering wordt verwez<strong>en</strong> naar het vorige<br />
antwoord.<br />
Enkele insprekers vind<strong>en</strong> dat de Vlakte van de Raan <strong>en</strong> de Zeeuwse Bank<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
meebegr<strong>en</strong>sd. Dit volgt uit de criteria die voor het vaststell<strong>en</strong> van de begr<strong>en</strong>zing geld<strong>en</strong>. Hier<br />
bevind<strong>en</strong> zich perman<strong>en</strong>t met ondiep zeewater overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110). Het strookt<br />
volg<strong>en</strong>s insprekers niet de plann<strong>en</strong> om de Vlakte van de Raan te bescherm<strong>en</strong>. De gebied<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> veel veel gebruikt word<strong>en</strong> door foerager<strong>en</strong>de sterns (A191 t/m A195) broed<strong>en</strong>d op de<br />
Hooge Plat<strong>en</strong>, door zeehond<strong>en</strong> (H1365) <strong>en</strong> door zwarte zee-e<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (A065).<br />
54 De betreff<strong>en</strong>de zin is anders geformuleerd in verband met het antwoord in de volg<strong>en</strong>de alinea.<br />
83
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
E<strong>en</strong> andere inspreker me<strong>en</strong>t dat het beter is de begr<strong>en</strong>zing van het gebied te lat<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong><br />
bij de zeewaartse begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied Voordelta.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat de aanwijzing van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong> de<br />
Westerschelde) buit<strong>en</strong> het kader van deze aanwijzing valt. Wel is op andere wijze reeds<br />
invulling gegev<strong>en</strong> aan de geuite w<strong>en</strong>s. De Vlakte van de Raan is in december 2008 als<br />
Habitatrichtlijngebied aangemeld in het kader van de aanmelding van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>. Uit de<br />
beoordeling van de Nederlandse aanmelding van deze gebied<strong>en</strong> door de Europese Commissie<br />
zal moet<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> of dit voldo<strong>en</strong>de wordt geacht. Met deze aanmelding wordt ook aansluiting<br />
bereikt op de Voordelta.<br />
Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat bij de aanwijzing van de Westerschelde tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> stuk<br />
Noordzee is betrokk<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Bresk<strong>en</strong>s-Vlissing<strong>en</strong>. Dit gebied is zodanig groot<br />
dat e<strong>en</strong> nauwkeurige begr<strong>en</strong>zing op zijn plaats is. Vooral aan de rand<strong>en</strong> moet nader gekek<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> of de kwaliteit<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing rechtvaardig<strong>en</strong>. Waar dit niet het geval is di<strong>en</strong>t de<br />
begr<strong>en</strong>zing naar binn<strong>en</strong> toe te word<strong>en</strong> verlegd.<br />
In de vorige antwoord<strong>en</strong> is reeds verklaard dat de gr<strong>en</strong>s aan de landzijde t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de<br />
lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s is gelegd op de laagwatergr<strong>en</strong>s. De zeewaartse gr<strong>en</strong>s volgt de gr<strong>en</strong>s<br />
van de territoriale zee van Nederland (zie paragraaf 3.3 van deze Nota van toelichting).<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat gebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die weliswaar natuurgebied zijn, maar<br />
waar ge<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> aanwezig zijn die aanwijzing rechtvaardig<strong>en</strong>. Dit laatste geldt<br />
nadrukkelijk voor de Herdijkte Zwarte Polder gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de Zwarte Polder. Deze polder heeft<br />
ge<strong>en</strong> noem<strong>en</strong>swaardige natuurwaarde.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In bedoeld deelgebied zijn wel degelijk habitattyp<strong>en</strong><br />
aanwezig: zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (H1310), schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks<br />
(H1330B) <strong>en</strong> helmduin<strong>en</strong> (H2120), terwijl mogelijk op termijn ook het habitattype vochtige<br />
duinvallei<strong>en</strong> (H2190) ontwikkeld kan word<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker vindt dat de oostelijke helft van het Rammek<strong>en</strong>sgors, geleg<strong>en</strong> in de monding van<br />
de Sloehav<strong>en</strong>, bestaande uit ondiep op<strong>en</strong> water, slik <strong>en</strong> jong schor t<strong>en</strong> onrechte buit<strong>en</strong> de<br />
begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is gelat<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gr<strong>en</strong>s van het Habitatrichtlijngebied volgt hier de gr<strong>en</strong>s<br />
van het Vogelrichtlijngebied zoals die bij de aanwijzing in 2000 is vastgesteld. De gr<strong>en</strong>s valt<br />
sam<strong>en</strong> met de gr<strong>en</strong>s van de Ecologische Hoofdstructuur (bestaande natuur) zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
in het provinciale natuurgebiedsplan (2008).<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het natuurgebied De Groedse Duintjes, geleg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van<br />
Groede, in de begr<strong>en</strong>zing op te nem<strong>en</strong> In dit natuurgebied zou het habitattype vochtige<br />
duinvallei<strong>en</strong> (H2190) voorkom<strong>en</strong>, zeldzaam voor de regio.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er zijn <strong>en</strong>kele plasjes aanwezig, die door het ontbrek<strong>en</strong> van<br />
karakteristieke soort<strong>en</strong> echter niet tot het habitattype kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d. Er is dan ook<br />
ge<strong>en</strong> aanleiding om uitbreiding van het gebied te overweg<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker vraagt om de toevoeging van Voorland van Nummer E<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Hoofdplaat. Hier zou e<strong>en</strong> waardevol schorgebied zijn met broe<strong>db</strong>iotoop van<br />
onder andere de dwergstern (A195).<br />
Het bedoelde gebied maakte reeds deel uit van het in 2000 aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong><br />
maakt ook onderdeel uit van het Natura 2000-gebied.<br />
E<strong>en</strong> inspreker is het niet e<strong>en</strong>s met de begr<strong>en</strong>zing van percel<strong>en</strong> die in het kader van<br />
Natuurcomp<strong>en</strong>satie Westerschelde zijn gerealiseerd, zoals het schor bij Oss<strong>en</strong>isse, de<br />
84
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Mol<strong>en</strong>polder bij Oss<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gedeelte van de Vogelkreek. De Mol<strong>en</strong>polder staat overig<strong>en</strong>s<br />
wel op de kaart, maar niet in de gebiedsbeschrijving.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het Schor van Hont<strong>en</strong>isse (in de Mol<strong>en</strong>polder t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong><br />
van Oss<strong>en</strong>isse) is toegevoegd om invulling te gev<strong>en</strong> aan de uitbreidingsdoelstelling die van<br />
toepassing is op het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B). Het<br />
terrein heeft ontwikkelingskans<strong>en</strong> voor dit habitattype. De Vogelkreek betreft e<strong>en</strong> ander Natura<br />
2000-gebied. De gebiedsbeschrijving vermeldt niet alle gebiedsdel<strong>en</strong>, maar het bedoelde<br />
deelgebied komt wel aan de orde in de motivering van de gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> (paragraaf 3.3 van<br />
deze Nota van toelichting).<br />
Enkele insprekers vind<strong>en</strong> dat gebied Klein Mol<strong>en</strong>polder/De Paal niet moet word<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>sd met<br />
het oog op e<strong>en</strong> robuuste <strong>en</strong> duidelijke begr<strong>en</strong>zing, de ligging aansluit<strong>en</strong>d aan de dorpskern<br />
Paal, het agrarische gebruik van de polder <strong>en</strong> de barrière die de omgelegde zeedijk vormt<br />
tuss<strong>en</strong> dit perceel <strong>en</strong> het aan de overzijde geleg<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> Natura 2000-gebied.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit terrein, binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong> aan de westzijde van het<br />
Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe, herbergt ge<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> die uitbreiding van het<br />
Habitatrichtlijngebied rechtvaardig<strong>en</strong>. Het provinciale natuurdoel is “vochtig hooiland” waardoor<br />
het terrein ge<strong>en</strong> bijdrage kan lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van het gebied als<br />
Habitatrichtlijngebied.<br />
Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat in de Margarethapolder vanwege de zoetwaterhuishouding,<br />
bijna alle soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> ontbrek<strong>en</strong>. De uitbreiding met dit binn<strong>en</strong>dijkse gebied is<br />
daarom niet gerechtvaardigd.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In teg<strong>en</strong>stelling tot oorspronkelijk gew<strong>en</strong>ste natuurdoel wordt<br />
g<strong>en</strong>oemde polder geheel ingericht als “zoetwaternatuur”, waardoor ge<strong>en</strong> directe relatie bestaat<br />
met de zilte natuur van het estuarium. De uitbreiding levert daarom ge<strong>en</strong> bijdrage aan de<br />
instandhouding van het gebied.<br />
Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat zonder nadere beoordeling alle aan de Westerschelde<br />
gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de natuurgebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de begr<strong>en</strong>zing, terwijl voor e<strong>en</strong> aantal van deze<br />
gebied<strong>en</strong> andere afsprak<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>. De insprekers verzoek<strong>en</strong> deze natuurgebied<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de<br />
begr<strong>en</strong>zing te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> omdat ze volg<strong>en</strong>s de insprekers ondanks hun nabijheid niet het karakter<br />
van de Westerschelde hebb<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn deels overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De in ontwerp toegevoegde binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong><br />
terrein<strong>en</strong>, zijn opnieuw beoordeeld. Daarbij is geblek<strong>en</strong> dat de volg<strong>en</strong>de terrein<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
bijdrage lever<strong>en</strong> of kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan de instandhoudingsdoelstelling van Westerschelde &<br />
Saeftinghe als Habitatrichtlijngebied:<br />
• Noordelijk deel Plaskreek (20 ha) t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Biervliet, dit terrein heeft als<br />
natuurdoel<strong>en</strong> “vochtig hooiland” <strong>en</strong> “kruid<strong>en</strong>- <strong>en</strong> faunarijk grasland”. Dit zijn ge<strong>en</strong> zilte<br />
doel<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de instandhouding als Habitatrichtlijngebied;<br />
• Boonepolder onder ’s-Grav<strong>en</strong>polder, uit e<strong>en</strong> rapport van de Provincie Zeeland blijkt dat “zilte”<br />
natuur hier niet haalbaar is. Dit betek<strong>en</strong>t dat het terrein ge<strong>en</strong> ontwikkelingsmogelijkheid<br />
heeft voor het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) zoals eerder<br />
werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>;<br />
• Bathse Schor, dit terrein heeft als natuurdoel “haagbeuk<strong>en</strong>- <strong>en</strong> ess<strong>en</strong>bos” dat ge<strong>en</strong> bijdrage<br />
levert aan de instandhouding van het Habitatrichtlijngebied;<br />
• Margarethapolder (zie antwoord op bov<strong>en</strong>behandelde zi<strong>en</strong>swijze);<br />
• Klein Mol<strong>en</strong>polder bij Paal (zie antwoord op bov<strong>en</strong>behandelde zi<strong>en</strong>swijze).<br />
E<strong>en</strong> inspreker vindt dat er t<strong>en</strong> onrechte nieuwe natuur rond Hoedek<strong>en</strong>skerke is meebegr<strong>en</strong>sd.<br />
Het getijd<strong>en</strong>gebied zelf biedt voldo<strong>en</strong>de rust voor watervogels. E<strong>en</strong> ruimere begr<strong>en</strong>zing werkt<br />
te beperk<strong>en</strong>d op de omgeving.<br />
85
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de motivering wordt verwez<strong>en</strong> naar het vorige antwoord<br />
(Boonepolder).<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de percel<strong>en</strong> in de buurt van Hoofdplaat rec<strong>en</strong>te kunstmatig<br />
aangelegde natuurgebied<strong>en</strong> zijn. Het eerste perceel is op<strong>en</strong>baar toegankelijk <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de<br />
inspreker dus ge<strong>en</strong> rustgev<strong>en</strong>de hoogwatervluchtplaats. Bij de instandhoudingdoelstelling<strong>en</strong><br />
wordt de Gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) g<strong>en</strong>oemd, maar deze komt volg<strong>en</strong>s de inspreker alle<strong>en</strong> op<br />
zeer kleine schaal voor op e<strong>en</strong> ander perceel <strong>en</strong> het is door onder meer verzilting <strong>en</strong><br />
ontwatering ge<strong>en</strong> duurzaam voorkom<strong>en</strong>. Deze percel<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> dan ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />
gebracht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De Inlaag Hoofdplaat maakt deel uit van het in 2003<br />
aangemelde Habitatrichtlijngebied. Dit deelgebied is indertijd toegevoegd weg<strong>en</strong>s het<br />
voorkom<strong>en</strong> van de gro<strong>en</strong>knolorchis <strong>en</strong> vochtige duinvalleivegetaties (H2190B). Deze waard<strong>en</strong><br />
zijn thans aanwezig in het westelijk deel van de inlaag, maar zull<strong>en</strong> ook word<strong>en</strong> ontwikkeld in<br />
het oostelijk deel (na verwijdering van de nutriënt<strong>en</strong>rijke bov<strong>en</strong>laag).<br />
E<strong>en</strong> strook in het verl<strong>en</strong>gde van de binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong> kreek in de Hedwigepolder is in de<br />
begr<strong>en</strong>zing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hier bevindt zich e<strong>en</strong> hav<strong>en</strong>tje dat tev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong>st dat als afwatering.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de strook Belgisch grondgebied is. Inspreker vreest dat het<br />
onderhoud van het hav<strong>en</strong>tje wordt bemoeilijkt.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van het verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe volgt de<br />
gr<strong>en</strong>s van het aangewez<strong>en</strong> Natura 2000-gebied de rijksgr<strong>en</strong>s.<br />
4. REACTIES OVER DE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />
4.1 ALGEMEEN<br />
In de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn veel opmerking<strong>en</strong> gemaakt over de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
over de realisatie hiervan.<br />
Er is voorgesteld om de tekst van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling “behoud van de<br />
bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de biologische diversiteit <strong>en</strong> aan de gunstige staat<br />
van instandhouding van natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de Europese Unie” te<br />
vervang<strong>en</strong> door de letterlijke tekst van de Habitatrichtlijn: “behoud van de bijdrage van het<br />
Natura 2000-gebied aan het waarborg<strong>en</strong> van de biologische diversiteit door het instandhoud<strong>en</strong><br />
van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de Europese Unie”.<br />
Verder is voorgesteld om de tekst van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling “behoud <strong>en</strong><br />
waar nodig herstel van de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de sam<strong>en</strong>hang van de ecologische<br />
structuur <strong>en</strong> functie van het gehele gebied voor alle habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn geformuleerd” te schrapp<strong>en</strong> omdat met de formulering in<br />
het ontwerpbesluit onvoldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de wijze waarop in jurisprud<strong>en</strong>tie<br />
rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de term<strong>en</strong> “natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>” <strong>en</strong><br />
“instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>”.<br />
Er zijn vrag<strong>en</strong> gesteld over de gestelde nationale doel<strong>en</strong>, de monitoring van Natura 2000gebied<strong>en</strong>,<br />
de afstemming <strong>en</strong> de verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt de<br />
vraag gesteld of de besluit<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang met elkaar <strong>en</strong> met de gebied<strong>en</strong> daarbuit<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong><br />
voldo<strong>en</strong>de bijdrage lever<strong>en</strong> om de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />
instandhouding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of te houd<strong>en</strong>.<br />
De vrees wordt uitgesprok<strong>en</strong> dat dit niet het geval is. Daarnaast wordt er verzocht om voor die<br />
soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong>, waarvoor sprake is van e<strong>en</strong> ongunstige staat van instandhouding,<br />
zowel landelijk als op gebiedsniveau e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> t<strong>en</strong>zij er ecologische<br />
red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn om hiervan af te zi<strong>en</strong>. Het achterwege lat<strong>en</strong> van adequate herstelopgav<strong>en</strong> wordt<br />
door insprekers als onacceptabel gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> in strijd met de wettelijke verplichting<strong>en</strong>.<br />
86
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Er is gevraagd om de doel<strong>en</strong> op gebiedsniveau te herzi<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> aantal broedvogels waarvan<br />
de landelijke doelstelling voor het aantal sleutelpopulaties, met de huidige<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>, niet zal word<strong>en</strong> gerealiseerd. Er is aanbevol<strong>en</strong> om de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> aantal vogelsoort<strong>en</strong> in te vull<strong>en</strong> op basis van de in het<br />
Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) 55 vermelde aantall<strong>en</strong> voor lev<strong>en</strong>svatbare<br />
populaties moerasvogels. In het geval van soort<strong>en</strong> waarvoor actuele gedocum<strong>en</strong>teerde<br />
beschermingsplann<strong>en</strong> beschikbaar zijn di<strong>en</strong><strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> waar mogelijk<br />
daarmee gelijk geschakeld te word<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> aantal broedvogels is ook gevraagd om<br />
aanvull<strong>en</strong>de doel<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>.<br />
Het besluit zou moet<strong>en</strong> aangev<strong>en</strong> wat de gevolg<strong>en</strong> zijn wanneer e<strong>en</strong> soort uit e<strong>en</strong> gebied dreigt<br />
te verdwijn<strong>en</strong>. Daarnaast zou er e<strong>en</strong> gegronde red<strong>en</strong> aanwezig moet<strong>en</strong> zijn wanneer er niet<br />
gestreefd wordt naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding.<br />
Anderzijds wordt in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> aangeduid dat veel doel<strong>en</strong> te hoog gegrep<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> dat deze<br />
alle<strong>en</strong> met grote (financiële) inspanning<strong>en</strong> bereikt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Er wordt over de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> opgemerkt dat ze de status zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
inspanningsverplichting <strong>en</strong> niet van e<strong>en</strong> resultaatsverplichting. Enkele insprekers m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat bij<br />
het vaststell<strong>en</strong> van de doelstelling<strong>en</strong> veel geleund wordt op onwet<strong>en</strong>schappelijke informatie<br />
over het voorkom<strong>en</strong> van flora <strong>en</strong> fauna in vroegere jar<strong>en</strong>, die niet gebaseerd is op voldo<strong>en</strong>de<br />
wet<strong>en</strong>schappelijke gegev<strong>en</strong>s. Het is onduidelijk of deze waard<strong>en</strong> daadwerkelijk aanwezig zijn.<br />
Om die red<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> kaart aangeduid moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Weer ander<strong>en</strong> m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de uitgangssituatie helder moet word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> in het<br />
aanwijzingsbesluit. Tegelijkertijd zal er e<strong>en</strong> termijn gegev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> de<br />
doelstelling<strong>en</strong> gerealiseerd moet<strong>en</strong> zijn.<br />
In de besluit<strong>en</strong> wordt er volg<strong>en</strong>s insprekers niet ingegaan op de mogelijke gevolg<strong>en</strong> van<br />
klimaatverandering, terwijl deze verandering<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> zijn voor de haalbaarheid van<br />
de natuurdoel<strong>en</strong>. In andere zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt aangevoerd dat er voor veel soort<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
instandhoudingsdoelstelling geformuleerd mag word<strong>en</strong> omdat hiermee soort<strong>en</strong> onterecht onder<br />
de bescherming van de Europese Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn kom<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong>.<br />
Er wordt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> gevraagd om de kernopgav<strong>en</strong> in de aanwijzing<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>, dan wel het<br />
Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) deel uit te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. Uit<br />
het besluit zou duidelijk moet<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> voor welke functie(s) <strong>en</strong> voor welke soort(<strong>en</strong>) het<br />
gebied wordt aangewez<strong>en</strong>, zodat duidelijk is of de soort<strong>en</strong> in al hun lev<strong>en</strong>sbehoeft<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
beschermd. Daar waar niet alle lev<strong>en</strong>sbehoeft<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied zijn beschermd<br />
di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> waar de ontbrek<strong>en</strong>de functies zijn geleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de<br />
beschermingsstatus is.<br />
Er wordt gevraagd om rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong> cultureel<br />
gebied <strong>en</strong> met regionale <strong>en</strong> lokale bijzonderhed<strong>en</strong>. In dat verband wordt dan ook met nadruk<br />
gewez<strong>en</strong> op het belang van het gebied Westerschelde & Saeftinghe voor de recreatie <strong>en</strong> de<br />
scheepvaart, waarbij met name e<strong>en</strong> ongestoord toeristisch gebruik van de strand<strong>en</strong> van groot<br />
economisch belang is voor de lokale economie.<br />
Dat het concretiser<strong>en</strong> van maatregel<strong>en</strong> wordt doorgeschov<strong>en</strong> naar het beheerplan geeft voor<br />
veel insprekers onduidelijkheid; hierdoor kan het overleg over het beheerplan onder grote<br />
spanning kom<strong>en</strong> te staan. Zij bepleit<strong>en</strong> duidelijke kaders voor het beheerplan, zodat er<br />
constructief aan de uitwerking kan word<strong>en</strong> gewerkt. Daarnaast wordt opgemerkt dat bij het<br />
vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> wordt uitgegaan van bestaande<br />
budgett<strong>en</strong>. Welke consequ<strong>en</strong>ties de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in financiële zin<br />
wordt pas duidelijk bij het tot stand kom<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>.<br />
55<br />
Boer, T. d<strong>en</strong> (2000): Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004. Rapport Directie Natuurbeheer nr. 47. Ministerie<br />
van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />
87
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
De algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> beog<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e hoofddoelstelling van de<br />
Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn in de individuele aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> te veranker<strong>en</strong>. Daarmee wordt<br />
de bijdrage van de Nederlandse Natura 2000-gebied<strong>en</strong> aan het behoud van de biodiversiteit<br />
vastgelegd. Het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding van de per<br />
aanwijzingsbesluit opgesomde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> is daarvan de uitwerking. Het vormt de<br />
Nederlandse bijdrage aan de ecologische sam<strong>en</strong>hang van het Europese Natura 2000-netwerk.<br />
Per gebied zijn de specifieke doelstelling<strong>en</strong> voor de relevante habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> nader<br />
omschrev<strong>en</strong>. Op basis van de algem<strong>en</strong>e doelstelling<strong>en</strong> wordt naar e<strong>en</strong> landelijk gunstige staat<br />
van instandhouding van de voor Nederland relevante habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> gestreefd. Dit<br />
houdt in dat het natuurlijke verspreidingsgebied van de habitat of van de soort stabiel moet zijn<br />
of moet to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>; dit moet in de toekomst ook zo blijv<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> duurzaam behoud van e<strong>en</strong><br />
habitattype kan alle<strong>en</strong> maar gerealiseerd word<strong>en</strong> wanneer de plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong> die<br />
typisch zijn voor de habitat behoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit geldt ook voor de bescherming van<br />
e<strong>en</strong> bepaalde plant<strong>en</strong>soort of diersoort. De betreff<strong>en</strong>de soort kan alle<strong>en</strong> effectief beschermd<br />
word<strong>en</strong> wanneer de beschermingsmaatregel<strong>en</strong> zich, naast op de soort zelf, ook richt<strong>en</strong> op het<br />
leefgebied van de soort. Zodo<strong>en</strong>de strekt in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied de<br />
instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> soort zich mede uit tot het leefgebied van de betreff<strong>en</strong>de<br />
soort.<br />
De formulering van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is aangepast in hoofdstuk 5 van<br />
de Nota van toelichting van dit besluit. In de aangepaste formulering van het tweede algem<strong>en</strong>e<br />
doel is niet de letterlijke tekst van de Habitatrichtlijn (artikel 2) gevolgd, omdat het in de<br />
Richtlijn e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e doelstelling van de Richtlijn betreft <strong>en</strong> in dit geval om de<br />
gebiedsspecifieke invulling daarvan. Meer in het bijzonder: e<strong>en</strong> Europese Richtlijn kan e<strong>en</strong><br />
bijdrage lever<strong>en</strong> aan het waarborg<strong>en</strong> van de biologische diversiteit, maar e<strong>en</strong> gebied kan alle<strong>en</strong><br />
bijdrag<strong>en</strong> aan het behoud van de biologische diversiteit. Verder is de term “natuurlijke<br />
k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>” in de algem<strong>en</strong>e doel<strong>en</strong> gehandhaafd, omdat dit e<strong>en</strong> begrip is dat in de Richtlijn ook<br />
gebruikt wordt in verband met de bescherming van de gebied<strong>en</strong> (artikel 6).<br />
Verder geldt ook dat invloed<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>af op het Natura 2000-gebied van grote invloed<br />
kunn<strong>en</strong> zijn op de staat van instandhouding van e<strong>en</strong> habitattype of soort: de externe werking.<br />
De instandhoudingsdoelstelling richt zich op het gehele biotische <strong>en</strong> abiotische complex van<br />
factor<strong>en</strong>, die het habitattype of de soort haar specifieke aanzi<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die noodzakelijk zijn<br />
voor het behoud van de biologische diversiteit van het gebied.<br />
Met name bij vogels is e<strong>en</strong> belangrijk deel van het leefgebied buit<strong>en</strong> het Natura 2000-gebied<br />
gehoud<strong>en</strong>. Bij e<strong>en</strong> aantal vogelsoort<strong>en</strong> gaat het daarbij vooral om de foerageergebied<strong>en</strong>. Deze<br />
bevind<strong>en</strong> zich in grote aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> agrarische gebied<strong>en</strong> of zijn buit<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />
gehoud<strong>en</strong> omdat niet gegarandeerd kon word<strong>en</strong> dat deze gebied<strong>en</strong>, zoals braakligg<strong>en</strong>de<br />
bouwterrein<strong>en</strong>, hun huidige functie ook in de toekomst behoud<strong>en</strong>. Deze gebied<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>,<br />
vanwege het vervull<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaalde (foerageer)functie voor de soort, e<strong>en</strong> belangrijke rol<br />
bij het realiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> goede staat van instandhouding, zodat ook het verstor<strong>en</strong> van zo’n<br />
gebiedsfunctie van grote invloed kan zijn op de staat van instandhouding van de soort.<br />
Contour “haalbaar <strong>en</strong> betaalbaar”<br />
In de paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 4.1.7 van de Nota van Antwoord staat aangegev<strong>en</strong> dat zowel de<br />
selectie als de begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d gebaseerd is op ecologische criteria. Dit betek<strong>en</strong>t echter<br />
niet dat andere dan ecologische belang<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> rol hebb<strong>en</strong> gespeeld. Bij het vaststell<strong>en</strong> van de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> heeft het uitgangspunt “haalbaar <strong>en</strong> betaalbaar”, zowel landelijk<br />
als per gebied nadrukkelijk e<strong>en</strong> rol gespeeld. Er is daarbij rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de<br />
economische <strong>en</strong> sociale belang<strong>en</strong> van de directe omgeving. Dit betek<strong>en</strong>t in de praktijk dat voor<br />
e<strong>en</strong> bepaald habitattype of soort de relatief grootste ecologische bijdrage komt van het gebied<br />
waar de ecologische vereist<strong>en</strong> reeds op orde zijn of waar ze op relatief e<strong>en</strong>voudige wijze op<br />
orde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zijn, om zodo<strong>en</strong>de bij het opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtige<br />
balans tuss<strong>en</strong> economie <strong>en</strong> ecologie na te kunn<strong>en</strong> strev<strong>en</strong>.<br />
88
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
In paragraaf 3.4 van de Nota van Antwoord staat dat Nederland zich inspant om zoveel<br />
mogelijk habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding te houd<strong>en</strong> of te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Er kan echter ge<strong>en</strong> onev<strong>en</strong>redige financiële inspanning verwacht word<strong>en</strong> om alle<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> te herstell<strong>en</strong>. Met oog hierop is voor e<strong>en</strong> aantal soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
habitattyp<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006, hoofdstuk 6) gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> lager<br />
niveau dan gunstige staat van instandhouding. In die gevall<strong>en</strong> wordt verbetering van de<br />
ecologische vereist<strong>en</strong> voorlopig niet realistisch geacht of staat de inspanning in ge<strong>en</strong><br />
verhouding tot de extra bijdrage die e<strong>en</strong> gebied kan lever<strong>en</strong> aan de realisering van de Natura<br />
2000-doel<strong>en</strong> op landelijk niveau. Anderzijds is het logisch dat e<strong>en</strong> hogere inzet wordt<br />
nagestreefd voor habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar Nederland relatief belangrijk voor is <strong>en</strong>/of voor<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> die sterk onder druk staan.<br />
Dit geldt bijvoorbeeld voor het habitattype estuaria (H1130) <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> als de gewone zeehond<br />
(H1365) <strong>en</strong> de bontbekplevier (A137). Voor dit habitattype <strong>en</strong> deze soort zijn de ecologische<br />
omstandighed<strong>en</strong> nog niet op orde.<br />
Contour “strategisch lokaliser<strong>en</strong>”<br />
Bij het vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is ook geanticipeerd op bestaande<br />
plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> project<strong>en</strong> ter realisering van de Ecologische Hoofdstructuur <strong>en</strong> bestaand beleid met<br />
betrekking tot bijvoorbeeld mest <strong>en</strong> waterhuishouding. Dit is het gehanteerde principe van<br />
“strategisch lokaliser<strong>en</strong>”: behoud of herstel nastrev<strong>en</strong> daar waar de grootste pot<strong>en</strong>tie ligt <strong>en</strong><br />
waar dit gemakkelijk kan zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de ecologische uitgangspunt<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> ambities. Om daaraan invulling te gev<strong>en</strong> zijn diverse consultatierondes met deskundig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
terreinbeheerders gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn analyses uitgevoerd, waaronder de knelpunt<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />
kans<strong>en</strong>analyse van KIWA 56 .<br />
In de toekomst zull<strong>en</strong> inspanning<strong>en</strong> voor het waterbeheer meer gericht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op het<br />
natuurbelang. Waar nodig is de begr<strong>en</strong>zing van gebied<strong>en</strong> aangepast om e<strong>en</strong> op termijn<br />
duurzamere situatie te verkrijg<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> zijn gezi<strong>en</strong> de<br />
urg<strong>en</strong>tie t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van één of meerdere kernopgav<strong>en</strong> (“s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy”) 57 , op de korte én<br />
langere termijn, aanvull<strong>en</strong>de water- of beheermaatregel<strong>en</strong> nodig.<br />
Tr<strong>en</strong>ds, dynamiek <strong>en</strong> autonome ontwikkeling<strong>en</strong><br />
In het aanwijzingsbesluit staat het resultaat van de bov<strong>en</strong>staande contour<strong>en</strong> uitgewerkt in de<br />
vorm van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Op grond daarvan word<strong>en</strong> in het beheerplan de<br />
b<strong>en</strong>odigde maatregel<strong>en</strong> uitgewerkt om de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in de gew<strong>en</strong>ste<br />
staat van instandhouding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of te behoud<strong>en</strong>, zodat het gebied voldo<strong>en</strong>de bijdrage kan<br />
lever<strong>en</strong> aan het realiser<strong>en</strong> van de gew<strong>en</strong>ste staat van instandhouding op landelijk niveau. Eén<br />
van de uitgangspunt<strong>en</strong> in de Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie (2005) 58 is dat doelstelling<strong>en</strong> in de<br />
tijd robuust geformuleerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit is gedaan om zo te kunn<strong>en</strong> anticiper<strong>en</strong> op<br />
bijvoorbeeld de natuurlijke dynamiek of mogelijke klimaatsverandering<strong>en</strong>. Als de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> niet gehaald lijk<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, bijvoorbeeld omdat e<strong>en</strong> populatie<br />
vogels of e<strong>en</strong> bepaald habitattype ondanks de bescherming toch kleiner wordt, moet Nederland<br />
maatregel<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> om deze ontwikkeling te ker<strong>en</strong>. Artikel 6, tweede lid, van de<br />
Habitatrichtlijn, verplicht de lidstaat namelijk om verslechtering van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
leefgebied<strong>en</strong> van (vogel)soort<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>. Soms zull<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> niet<br />
werk<strong>en</strong>, bijvoorbeeld bij klimaatsverandering, e<strong>en</strong> te grote externe beïnvloeding of als<br />
trekk<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land negatief word<strong>en</strong> beïnvloed. Er zijn dan ge<strong>en</strong> sancties.<br />
Gezi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal onzekerhed<strong>en</strong> over te verwacht<strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong>, die voortkom<strong>en</strong> uit<br />
natuurlijke dynamiek <strong>en</strong> klimaatverandering<strong>en</strong>, is voor het jaar 2015 voorzi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> evaluatie<br />
van het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006). Indi<strong>en</strong> noodzakelijk word<strong>en</strong> dan ook de<br />
betreff<strong>en</strong>de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> aangepast (zie Nota van Antwoord, paragraaf 3.19).<br />
56<br />
KIWA & EGG (2007): Knelpunt<strong>en</strong>- <strong>en</strong> kans<strong>en</strong>analyse Natura 2000 gebied<strong>en</strong>. Versie 2007. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw,<br />
Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag<br />
57<br />
E<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” is toegek<strong>en</strong>d aan e<strong>en</strong> gebied als binn<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> jaar (na 2005) mogelijk e<strong>en</strong> onherstelbare<br />
situatie ontstaat. Zie verder bijlage 2 begripp<strong>en</strong> <strong>en</strong> definities uit de Nota van Antwoord (2007).<br />
58<br />
Ministerie van LNV (2005): Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie. Kaders voor Natura 2000-doel<strong>en</strong>, besluit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
beheersplann<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />
89
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
In bijlage B.4 van de Nota van toelichting van dit besluit wordt nader op de specifieke keuzes<br />
ingegaan.<br />
Herijking instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
De lidstat<strong>en</strong> van de Europese Unie hebb<strong>en</strong> de afspraak gemaakt om alle maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />
die nodig zijn om e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding van de aangewez<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
habitattyp<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong>. Pas wanneer daadwerkelijk is geblek<strong>en</strong> dat de doel<strong>en</strong> om wat voor<br />
red<strong>en</strong> dan ook niet haalbaar zijn, bestaat er – zoals onder andere in paragraaf 1.4.1 van de<br />
Nota van Antwoord staat vermeld – e<strong>en</strong> aantal mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop de doel<strong>en</strong> bijgesteld kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. De drie mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> herijkt <strong>en</strong><br />
zo nodig kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bijgesteld zijn (zie ook Nota van Antwoord, paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 3.14):<br />
- bij de definitieve aanwijzing;<br />
- bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan;<br />
- bij de geplande evaluatie in 2015.<br />
Ecologische sam<strong>en</strong>hang <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>afweging<br />
De afweging tuss<strong>en</strong> economie <strong>en</strong> ecologie moet zodanig plaatsvind<strong>en</strong> dat de gunstige staat van<br />
instandhouding van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar het gebied voor is aangewez<strong>en</strong> niet in<br />
gevaar komt.<br />
De situatie kan zich voordo<strong>en</strong> dat in e<strong>en</strong> bepaald gebied e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong><br />
voorkomt, waarvoor ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn vastgesteld. Er is dan de<br />
inschatting gemaakt dat het betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort weliswaar<br />
marginaal in het gebied aanwezig is, maar dat het gebied op termijn ge<strong>en</strong> bijdrage kan lever<strong>en</strong><br />
aan de instandhouding van het habitattype of de soort. Ook bij de formulering van e<strong>en</strong> doel<br />
voor vogels is bepal<strong>en</strong>d of het gebied e<strong>en</strong> relevante bijdrage aan het realiser<strong>en</strong> van het<br />
landelijke doel levert of kan gaan lever<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 3.11 van de Nota van Antwoord).<br />
Voor elk specifiek gebied komt het erop neer dat de instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong><br />
bepaald habitattype of bepaalde soort alle<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang kan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> met de<br />
instandhoudingsdoelstelling op landelijk niveau <strong>en</strong> in andere Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Dat<br />
betek<strong>en</strong>t dat er weliswaar landelijk per soort of per habitattype naar e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />
instandhouding moet word<strong>en</strong> gestreefd, maar dat deze situatie niet in elk gebied afzonderlijk<br />
hoeft te word<strong>en</strong> nagestreefd. Binn<strong>en</strong> dit kader kan ook rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met<br />
vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong> cultureel gebied <strong>en</strong> met regionale <strong>en</strong> lokale<br />
bijzonderhed<strong>en</strong>.<br />
Recreatie <strong>en</strong> toerisme (<strong>en</strong> visserij)<br />
Beseft wordt dat Westerschelde & Saeftinghe e<strong>en</strong> belangrijk onderdeel uitmaakt van het<br />
Zeeuwse toeristische product. Het strand<strong>en</strong> het water zijn de belangrijkste trekpleister voor<br />
toerist<strong>en</strong>. Het toeristische bedrijfslev<strong>en</strong> vindt dat de aard van het gebied zo moet blijv<strong>en</strong>. In die<br />
zin is het belang van e<strong>en</strong> adequaat natuurbeheer ook in het belang van e<strong>en</strong> gezonde<br />
toeristische sector. In onder meer paragraf<strong>en</strong> 4.1.3 <strong>en</strong> 4.1.4 van de Nota van Antwoord is<br />
ingegaan op de ontwikkelingsmogelijkhed<strong>en</strong> van bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> de concurr<strong>en</strong>tiepositie:<br />
afhankelijk van de bedrijfstak biedt de aanwezigheid van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied dikwijls<br />
nieuwe mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />
Dit specifieke gebied is e<strong>en</strong> natuurgebied waar ondanks de toeristische druk bepaalde<br />
natuurwaard<strong>en</strong> zich nog steeds in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding bevind<strong>en</strong>. Niettemin<br />
is het door de ongunstige staat van instandhouding van het habitattype estuaria noodzakelijk<br />
om e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong>. Wanneer er e<strong>en</strong> herstelverplichting is, di<strong>en</strong>t bij de te<br />
nem<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met de vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong><br />
cultureel gebied. Bij het formuler<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is dat gedaan. Het<br />
afweg<strong>en</strong> van ecologie <strong>en</strong> economie gebeurt ook in het stelsel van vergunningverl<strong>en</strong>ing. Zie<br />
verder paragraaf 3.5 van de Nota van Antwoord.<br />
Dit gebied heeft e<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” opgave voor watercondities. Dat betek<strong>en</strong>t dat er op<br />
korte termijn maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, omdat herstel anders niet meer te<br />
realiser<strong>en</strong> zal zijn. Ook wordt beseft dat zowel de beroepsvisserij als de sportvisserij e<strong>en</strong><br />
economische rol van betek<strong>en</strong>is spel<strong>en</strong> in het gebied. De belang<strong>en</strong> van de visserij zull<strong>en</strong> aan de<br />
90
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
orde kom<strong>en</strong> in het beheerplanproces. De insteek is hierbij om de visserij <strong>en</strong> de natuur zo goed<br />
mogelijk sam<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> gaan.<br />
Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair doel is e<strong>en</strong> doelstelling voor e<strong>en</strong> habitattype of soort waarvoor het gebied<br />
niet is aangewez<strong>en</strong> op grond van de gebruikelijke methodiek van toewijzing (actueel<br />
voorkom<strong>en</strong> van habitatwaard<strong>en</strong> in Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> van vogels in<br />
Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong>). Dergelijke doel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> wel nodig geacht t<strong>en</strong> behoeve van de<br />
realisering van de landelijke doelstelling. Zij zijn met name bedoeld om de inspanning<strong>en</strong> voor<br />
het bereik<strong>en</strong> van de landelijk gunstige staat van instandhouding zoveel mogelijk neer te legg<strong>en</strong><br />
in Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dus niet daarbuit<strong>en</strong>.<br />
Aan Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> kan om één van de volg<strong>en</strong>de twee red<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair<br />
doel zijn toegevoegd:<br />
- belangrijk voorkom<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> broedvogelsoort van de Vogelrichtlijn, die in e<strong>en</strong> zeer<br />
ongunstige staat van instandhouding verkeert (9 soort<strong>en</strong>).<br />
- ontwikkeldoel voor e<strong>en</strong> habitattype of soort met e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />
instandhouding waar goede kans<strong>en</strong> aanwezig zijn (3 habitattyp<strong>en</strong>, 4 soort<strong>en</strong>).<br />
Aan Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> kan om één red<strong>en</strong> e<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair doel zijn toegevoegd:<br />
- belangrijk voorkom<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> habitattype of soort met e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />
instandhouding, met e<strong>en</strong> relatief lage landelijke dekking in Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of<br />
met onvoldo<strong>en</strong>de geografische spreiding (9 habitattyp<strong>en</strong>, 14 soort<strong>en</strong>).<br />
Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> zijn gebaseerd op artikel 10a, derde lid van de Natuurbeschermingswet<br />
1998 59 <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> daardoor volwaardig deel uit van het beschermingsregime van Natura 2000gebied<strong>en</strong>.<br />
Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als onderdeel van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
verder uitgewerkt in de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> nadere toelichting <strong>en</strong> de<br />
vermelding van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> op van toepassing<br />
kunn<strong>en</strong> zijn, wordt verwez<strong>en</strong> naar het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), pagina 35 <strong>en</strong><br />
verder.<br />
Onderbouwing besluit<strong>en</strong><br />
In diverse ecologische rapport<strong>en</strong> 60 <strong>en</strong> databank<strong>en</strong> zijn de natuurwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> vogelgegev<strong>en</strong>s van<br />
Nederland beschrev<strong>en</strong>. Het is voor de selectie of ecologische onderbouwing van e<strong>en</strong> Natura<br />
2000-gebied niet noodzakelijk dat de aanwezige natuurwaard<strong>en</strong> op kaart word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>.<br />
Wel wordt in paragraaf 4.4 van deze Nota van toelichting e<strong>en</strong> globale, niet-uitputt<strong>en</strong>de,<br />
omschrijving gegev<strong>en</strong> van de verspreiding van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in dit gebied.<br />
Het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is één van de drag<strong>en</strong>de beleidsdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die aan<br />
de besluitvorming t<strong>en</strong> grondslag heeft geleg<strong>en</strong>. Het beleid zoals daar is uite<strong>en</strong>gezet, is bij de<br />
besluitvorming toegepast, maar het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) maakt géén<br />
onderdeel uit van het besluit.<br />
Met betrekking tot de vraag op welke wijze de gunstige staat van instandhouding voor dat<br />
betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort kan word<strong>en</strong> bereikt, is er in de Nota van<br />
toelichting e<strong>en</strong> uitgebreid overzicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarin alle gebied<strong>en</strong> staan vermeld waaraan<br />
voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype of soort e<strong>en</strong> doel is toegek<strong>en</strong>d. Op deze wijze is na te gaan<br />
hoe de landelijke opgave over het Natura 2000-netwerk is verdeeld. Het is echter e<strong>en</strong><br />
indicatieve vermelding, want het is niet de bedoeling in deze aanwijzing e<strong>en</strong> besluit te nem<strong>en</strong><br />
over de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van andere gebied<strong>en</strong>.<br />
Kernopgav<strong>en</strong><br />
In paragraaf 1.3.4 van de Nota van Antwoord staat vermeld dat de kernopgav<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk<br />
hulpmiddel zijn bij de focus <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele prioritering binn<strong>en</strong> de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong>. Ze<br />
beschrijv<strong>en</strong> de belangrijkste behoud- <strong>en</strong> herstelopgav<strong>en</strong> per Natura 2000-landschap <strong>en</strong> zijn in<br />
59<br />
Wet van 25 mei 1998, houd<strong>en</strong>de nieuwe regel<strong>en</strong> ter bescherming van natuur <strong>en</strong> landschap (Natuurbeschermingswet<br />
1998).<br />
60<br />
Zie voor e<strong>en</strong> overzicht van de bronn<strong>en</strong> onder andere Ministerie van LNV (2007): Nota van Antwoord.<br />
Inspraakprocedure aanwijzing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, bijlage 3. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />
D<strong>en</strong> Haag.<br />
91
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) toebedeeld aan gebied<strong>en</strong>. Het toevoeg<strong>en</strong> van de<br />
kernopgav<strong>en</strong> aan de Nota’s van toelichting bij de definitieve aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong><br />
meerwaarde, omdat die informatie is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t.<br />
Ambiti<strong>en</strong>iveau van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort of habitattype landelijk in e<strong>en</strong> ongunstige staat van instandhouding verkeert,<br />
betek<strong>en</strong>t dit niet automatisch dat in alle gebied<strong>en</strong> waar de betreff<strong>en</strong>de waarde voorkomt<br />
hiervoor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling moet word<strong>en</strong> geformuleerd. In de Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie<br />
(2005) <strong>en</strong> het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) staan de hoofdlijn<strong>en</strong> voor het formuler<strong>en</strong><br />
van de Natura 2000 doel<strong>en</strong> uitgewerkt. Daarmee is het Europese kader toegespitst op de<br />
Nederlandse situatie. Per gebied zijn er gebiedsdoel<strong>en</strong> opgesteld. Deze richt<strong>en</strong> zich op de<br />
kwaliteit <strong>en</strong> oppervlakte van het habitattype of van het leefgebied van e<strong>en</strong> soort. Voor soort<strong>en</strong><br />
wordt daarnaast e<strong>en</strong> doel gesteld voor de gew<strong>en</strong>ste populatie. Voor sommige soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijwel<br />
alle vogels zijn hierbij richtinggev<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. Deze di<strong>en</strong><strong>en</strong> als (minimale)<br />
draagkracht voor het leefgebied binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het gebied. In het geval van herstel<br />
is de uitwerking van de landelijke doel<strong>en</strong> middels het principe van “strategisch lokaliser<strong>en</strong>”<br />
bepaald. Dat wil zegg<strong>en</strong> dat de herstelopgave is neergelegd in de gebied<strong>en</strong> waar de meeste<br />
pot<strong>en</strong>tie is om het habitattype of het leefgebied van de soort te verbeter<strong>en</strong>. Voor verspreid<br />
voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> is het niet mogelijk om de landelijke doelstelling<strong>en</strong><br />
alle<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk te realiser<strong>en</strong>. Opgav<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk<br />
word<strong>en</strong> via ander natuurbeleid gerealiseerd, zoals de Flora- <strong>en</strong> faunawet <strong>en</strong> de Ecologische<br />
Hoofdstructuur. Voor e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> is in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t de explicite<br />
keuze gemaakt om niet te strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding (Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), pagina 138).<br />
Met betrekking tot de vogeldoel<strong>en</strong> is in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
dat voor e<strong>en</strong> gebied “bij e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de <strong>en</strong> stabiele lokale tr<strong>en</strong>d” e<strong>en</strong> behoudopgave wordt<br />
geformuleerd. E<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d wordt als aanwijzing opgevat dat het leefgebied voor deze<br />
soort<strong>en</strong> al geschikt is <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de draagkracht heeft om bij te drag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> populatie hoger<br />
dan het gemiddelde in de periode 1999-2003. In dergelijke gevall<strong>en</strong> wordt volstaan met e<strong>en</strong><br />
behoudopgave omdat ge<strong>en</strong> extra maatregel<strong>en</strong> ter verbetering van het leefgebied nodig word<strong>en</strong><br />
geacht. In gevall<strong>en</strong> waarin de pot<strong>en</strong>tie van het gebied dusdanig wordt geacht dat de<br />
draagkracht van het gebied nog niet bereikt lijkt te zijn, wel gestreefd naar herstel van de<br />
populatie. Naar verwachting zal herstel van de populatie in dit soort gevall<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>, zolang<br />
het leefgebied behoud<strong>en</strong> blijft.<br />
Voor vogels geldt daarnaast dat bij behoudopgav<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> gebaseerd zijn op het<br />
gemiddelde seizo<strong>en</strong>sgemiddelde over de periode 1999-2003 (bij niet-broedvogels geldt de<br />
periode 1999/2000-2003/2004) 61 . Bij herstelopgav<strong>en</strong> zijn de aantall<strong>en</strong> meestal gebaseerd op<br />
de historische pot<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, dat is het maximaal aantal vastgestelde<br />
vogels (of broedpar<strong>en</strong>) over e<strong>en</strong> interval van <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de periode 1980-2003<br />
(SOVON). Dit betek<strong>en</strong>t dat op gebiedsniveau ge<strong>en</strong> streefwaard<strong>en</strong> uit beschermingsplann<strong>en</strong><br />
zoals het Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) zijn gebruikt. Deze plann<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> wel hun doorwerking gekreg<strong>en</strong> in de landelijke instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> van belang zijn bij het opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong>. Vervolg<strong>en</strong>s is in de toelichting<strong>en</strong><br />
bij de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> of het gebied met het gestelde doel ook kan<br />
voldo<strong>en</strong> aan de minimum eis<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />
Ook voor broedvogels geldt dat bij verspreid voorkom<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> het niveau van e<strong>en</strong><br />
sleutelpopulatie in e<strong>en</strong> specifiek gebied soms niet gehaald kan word<strong>en</strong>. Vaak is dan op<br />
regionale schaal sprake van e<strong>en</strong> min of meer sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de populatie met meerdere kern<strong>en</strong><br />
(meta-populatie), die qua omvang wel het minimale niveau van de sleutelpopulatie overstijgt.<br />
Bij de evaluatie in 2015 word<strong>en</strong> zowel de ambities van de gebiedsdoel<strong>en</strong> als de landelijke<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>, in geval van broedvogels met inbegrip van het aantal<br />
sleutelpopulaties, teg<strong>en</strong> het licht gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt bekek<strong>en</strong> of bijstelling nodig is.<br />
61 SOVON & CBS (2005): Tr<strong>en</strong>ds van vogelaantall<strong>en</strong> in het Nederlandse Natura 2000 netwerk. SOVONinformatierapport<br />
2005/09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>.<br />
92
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Monitoring<br />
Het ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit (LNV) is verantwoordelijk voor de<br />
periodieke algem<strong>en</strong>e rapportages aan de Europese Commissie <strong>en</strong> voor de monitoring van de<br />
staat van instandhouding van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> op landelijk niveau. Het ministerie van<br />
LNV zorgt voor e<strong>en</strong> landelijk monitoringssysteem. De gebiedsgerichte monitoring zal<br />
plaatsvind<strong>en</strong> op basis van de monitoringsparagraaf in de beheerplann<strong>en</strong> waarin ook roll<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verantwoordelijkhed<strong>en</strong> zijn uitgewerkt. Voor zowel de landelijke als de gebiedsgerichte<br />
monitoring wordt mom<strong>en</strong>teel - in sam<strong>en</strong>hang - e<strong>en</strong> programma van eis<strong>en</strong> ontwikkeld in overleg<br />
met de betrokk<strong>en</strong> bevoegde gezag<strong>en</strong> (ministerie van LNV, ministerie van Verkeer <strong>en</strong><br />
Waterstaat, ministerie van Def<strong>en</strong>sie <strong>en</strong> de provincies (Interprovinciaal Overleg)). Zie ook<br />
paragraaf 1.5.1 van de Nota van Antwoord.<br />
Nulsituatie of uitgangspunt<br />
In paragraaf 3.18 van de Nota van Antwoord staat vermeld dat bij het vaststell<strong>en</strong> van de<br />
gebiedsdoel<strong>en</strong> niet is uitgegaan van e<strong>en</strong> bepaald refer<strong>en</strong>tiejaar, zoals het mom<strong>en</strong>t van<br />
aanwijzing als Vogelrichtlijngebied of aanmelding als Habitatrichtlijngebied. Bij het vaststell<strong>en</strong><br />
van de doel<strong>en</strong> is gekek<strong>en</strong> naar de staat van instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de soort of het<br />
habitattype op landelijk niveau. Ook is gekek<strong>en</strong> naar de (minimaal) b<strong>en</strong>odigde oppervlakte<br />
leefgebied <strong>en</strong>/of habitattype om e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding op landelijk niveau te<br />
realiser<strong>en</strong>.<br />
Die (landelijke) staat van instandhouding vormde mede de basis voor vaststelling van de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor soort<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of habitattyp<strong>en</strong> per gebied. In de Nota’s van<br />
toelichting bij de besluit<strong>en</strong> is aangegev<strong>en</strong> of voor e<strong>en</strong> soort of habitattype in e<strong>en</strong> concreet<br />
gebied e<strong>en</strong> behoud- of herstelopgave geldt. Zo is bijvoorbeeld e<strong>en</strong> behoudopgave geformuleerd<br />
als het gebied e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de bijdrage levert aan de realisering van het doel op landelijk niveau<br />
of als onev<strong>en</strong>redige maatregel<strong>en</strong> nodig zoud<strong>en</strong> zijn om het gebied e<strong>en</strong> grotere bijdrage te lat<strong>en</strong><br />
lever<strong>en</strong>.<br />
Realisatietermijn<strong>en</strong><br />
Zoals in paragraaf 3.16 van de Nota van Antwoord wordt gesteld, zijn termijn<strong>en</strong> onmisbaar om<br />
de realisatie van doel<strong>en</strong> te plann<strong>en</strong>. Deze planning<strong>en</strong> zijn grot<strong>en</strong>deels afhankelijk van regionale<br />
<strong>en</strong> zelfs lokale omstandighed<strong>en</strong>. Daardoor zijn de op te stell<strong>en</strong> beheerplann<strong>en</strong> de aangewez<strong>en</strong><br />
plaats voor het bepal<strong>en</strong> van de realisatietermijn<strong>en</strong>. Om die red<strong>en</strong> is ervan afgezi<strong>en</strong><br />
realisatietermijn<strong>en</strong> in de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>.<br />
Flanker<strong>en</strong>d beleid<br />
In paragraaf 5.8 van de Nota van Antwoord staat als uitgangspunt geformuleerd dat de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> met behulp van bestaande budgett<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerealiseerd. De<br />
“bestaande budgett<strong>en</strong>” waaruit realisatie van de Natura 2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
gefinancierd moet word<strong>en</strong>, zijn grot<strong>en</strong>deels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Investeringsbudget Landelijk<br />
Gebied (ILG). Daartoe behor<strong>en</strong> de Subsidieregeling Natuurbeheer, de Subsidieregeling<br />
Agrarisch Natuurbeheer <strong>en</strong> de financiële middel<strong>en</strong> voor de bestrijding van verdroging in de<br />
zog<strong>en</strong>oemde TOP-lijst gebied<strong>en</strong> 62 . Daarnaast is ook het bestaande beheerbudget voor<br />
Staatsbosbeheer e<strong>en</strong> financieringsbron voor de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Waar de Natura<br />
2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> gekoppeld zijn aan waterkwaliteit kunn<strong>en</strong> de additionele<br />
kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gefinancierd via het spoor van de Kaderrichtlijn Water. Veel<br />
subsidiemogelijkhed<strong>en</strong> voor inrichting <strong>en</strong> (agrarisch) natuurbeheer zijn met het ILG onder<br />
verantwoordelijkheid van de provincies gekom<strong>en</strong>. De provincies bied<strong>en</strong> deze<br />
subsidiemogelijkhed<strong>en</strong> aan door middel van provinciale subsidieregeling<strong>en</strong> zoals Provinciale<br />
Subsidieregeling Natuurbeheer <strong>en</strong> de Provinciale Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer.<br />
62<br />
De door de provincies opgestelde lijst<strong>en</strong> met gebied<strong>en</strong> die in het kader van het verdrogingsbeleid met voorrang<br />
word<strong>en</strong> aangepakt.<br />
93
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
4.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />
E<strong>en</strong> inspreker heeft geconstateerd dat de ambities voor <strong>en</strong>kele habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />
soort<strong>en</strong> uit de gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (2005) naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> toe zijn bijgesteld (lagere aantall<strong>en</strong>,<br />
behoudopgave in plaats van verbeteropgave) t<strong>en</strong> opzichte van de ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />
van het Deltagebied. Dit geldt voor de habitattyp<strong>en</strong>: perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />
(H1110) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zom<strong>en</strong> (H6430), <strong>en</strong> voor de soort<strong>en</strong>: zeeprik (H1095), rivierprik<br />
(H1099), zalm (H1106), fint (H1103), noordse woelmuis (H1340), gewone zeehond (H1365),<br />
topper (A062), strandplevier (A138), scholekster (A130), kanoet (A143), grote stern (A191) <strong>en</strong><br />
visdief (A193). Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat het ambiti<strong>en</strong>iveau teruggebracht moet word<strong>en</strong> naar<br />
dat zoals vermeld in het gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t 2005.<br />
Van de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> zijn in het gebied Westerschelde & Saeftinghe alle<strong>en</strong><br />
de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van de zeeprik, fint, gewone zeehond, strandplevier (als<br />
broedvogel) <strong>en</strong> scholekster naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bijgesteld. De overige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> kom<strong>en</strong><br />
niet in het gebied voor of hebb<strong>en</strong> in het ontwerp-aanwijzingsbesluit dezelfde<br />
instandhoudingsdoelstelling als in het gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t 2005. Voor de visdief (gebiedsdoel<br />
omgezet naar regionale doelstelling) <strong>en</strong> de rivierprik is het ambiti<strong>en</strong>iveau zelfs verhoogd.<br />
De doelstelling<strong>en</strong> van de zeeprik <strong>en</strong> de fint voor het aspect kwaliteit van het leefgebied zijn<br />
aangepast van verbetering naar behoud. Verbetering van de kwaliteit van het leefgebied heeft<br />
betrekking op ontwikkeling<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het gebied geleg<strong>en</strong> zijn, namelijk het Belgische deel<br />
van de Schelde. Voor trekviss<strong>en</strong> geldt de beleidslijn dat alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> herstelopgave voor het<br />
leefgebied wordt geformuleerd in die gebied<strong>en</strong> waar de nodige maatregel<strong>en</strong> daadwerkelijk<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Als gevolg van deze beleidslijn is de doelstelling dan ook op behoud<br />
van de kwaliteit gezet.<br />
Voor de gewone zeehond is de instandhoudingsdoelstelling aangepast van 500 naar 200<br />
exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied. E<strong>en</strong> doel voor 500 gewone zeehond<strong>en</strong> in het Deltagebied wordt<br />
zelfs op lange termijn mom<strong>en</strong>teel niet realistisch geacht. Zie voor nadere toelichting de<br />
beantwoording van de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> over de instandhoudingsdoelstelling van de gewone zeehond<br />
in deze paragraaf. Daarnaast is de gebiedsdoelstelling voor het aspect omvang leefgebied<br />
aangepast van uitbreiding naar behoud. Deze doelstelling is in lijn gebracht met de landelijke<br />
doelstelling, welke ook is aangepast van “uitbreiding omvang leefgebied” naar “behoud omvang<br />
leefgebied”. De red<strong>en</strong> voor deze aanpassing is dat het uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> kwaliteitsprobleem<br />
betreft. Voor uitbreiding van de populatie is to<strong>en</strong>ame van het areaal rustig gebied nodig. Dit<br />
heeft betrekking op de kwaliteit van het reeds aanwezige gebied.<br />
De gebiedsdoelstelling van de strandplevier (als broedvogel), zoals vermeld in het<br />
gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, is omgezet in e<strong>en</strong> regionale doelstelling. Gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de<br />
ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied <strong>en</strong> de beperkte mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de<br />
kwaliteit van het leefgebied in andere gebied<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>de tot de regio, is het aantal g<strong>en</strong>oemd<br />
in de regionale doelstelling verlaagd (aantal nog steeds hoger dan de som van de gemiddeld<strong>en</strong><br />
1999-2003 (SOVON & CBS, 2005)). E<strong>en</strong> regionale doelstelling op het niveau van het<br />
gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t van 2005 wordt daarom niet realistisch geacht.<br />
Betreff<strong>en</strong>de de scholekster is de landelijke doelstelling aangepast. Mede door de ongunstige<br />
situatie in de Oosterschelde wordt uitbreiding niet langer realistisch geacht, met name omdat<br />
het belang van dit gebied veel groter is dan de andere gebied<strong>en</strong> in de Delta <strong>en</strong> die gebied<strong>en</strong> het<br />
verlies onvoldo<strong>en</strong>de kunn<strong>en</strong> comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers stell<strong>en</strong> dat de beoogde natuurdoel<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gehaald omdat de<br />
soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waard<strong>en</strong> niet of slechts in beperkte mate aanwezig zijn. Volg<strong>en</strong>s de insprekers is<br />
zijn beoogde water- <strong>en</strong> luchtkwaliteit niet te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong> als gevolg van de verdieping van<br />
de Westerschelde, industrie, scheepvaart, de teg<strong>en</strong>strijdigheid van natuurontwikkeling <strong>en</strong><br />
verstedelijking, opslibbing <strong>en</strong> vergrassing van de schorr<strong>en</strong> van Saeftinghe <strong>en</strong><br />
klimaatverandering. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> de insprekers bezwaar teg<strong>en</strong> vernatting omdat dit grote<br />
nadelige gevolg<strong>en</strong> heeft voor de omligg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers merk<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het kustgebied tuss<strong>en</strong> de vaargeul <strong>en</strong> de<br />
Margaretha-, Kleine Huiss<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> de E<strong>en</strong>drachtspolder het volg<strong>en</strong>de op. Door de drukke<br />
scheepvaart is het niet mogelijk dat soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied is<br />
94
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
aangewez<strong>en</strong>, in dit gedeelte van de Westerschelde voorkom<strong>en</strong>. Het is dan ook onmogelijk om<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor dit gebied op te stell<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij het formuler<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />
is rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de actuele situatie in het Natura 2000-gebied: de huidige staat van<br />
instandhouding van e<strong>en</strong> soort of habitattype in e<strong>en</strong> specifiek gebied <strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />
ev<strong>en</strong>tueel herstel. Daarbij is ook rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met kans<strong>en</strong> in andere gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
bestaand gebruik van het gebied. E<strong>en</strong> van de uitgangspunt<strong>en</strong> is dat de doelstelling<strong>en</strong> in de tijd<br />
robuust geformuleerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om zo te kunn<strong>en</strong> anticiper<strong>en</strong> op bijvoorbeeld de<br />
natuurlijke dynamiek of e<strong>en</strong> mogelijke klimaatsverandering.<br />
E<strong>en</strong> inspreker stelt dat in de beschrijving van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> bij het<br />
habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) e<strong>en</strong> onjuistheid in de laatste zin<br />
staat. Inspreker stelt dat schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks, niet voorkom<strong>en</strong> in de<br />
Inlaag Hoofdplaat.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De toelichting op het doel is aangepast.<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het habitattype slikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong> (H1140) te handhav<strong>en</strong> als doel<br />
voor dit Natura 2000-gebied <strong>en</strong> hiervoor e<strong>en</strong> adequate kernopgave <strong>en</strong> doelstelling te<br />
formuler<strong>en</strong> in de definitieve aanwijzing.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het habitattype slikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong> (H1140) maakt<br />
onderdeel uit van het “sam<strong>en</strong>gestelde” habitattype Estuaria (1130). Het habitattype is niet<br />
aangemeld of later aangewez<strong>en</strong> voor het Natura 2000-gebied Westerschelde. Derhalve kan het<br />
habitattype noch word<strong>en</strong> gehandhaafd noch verwijderd. In het Natura 2000-gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<br />
(2006) is abusievelijk e<strong>en</strong> voorstel tot verwijder<strong>en</strong> van het habitattype uit de database<br />
vermeld. De kernopgav<strong>en</strong> per gebied zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<br />
(2006) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> richting aan de uitwerking van de doel<strong>en</strong> in de beheerplann<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> niet<br />
in de besluit<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 4.1 van bijlage C). Bij het opstell<strong>en</strong> van de<br />
beheerplann<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> vrij om binn<strong>en</strong> de kaders van het aanwijzingsbesluit aanvull<strong>en</strong>de<br />
prioriteit<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers pleit<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> expliciet hersteldoel voor het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />
overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110), omdat voor dit habitattype e<strong>en</strong> matig ongunstige staat van<br />
instandhouding geldt <strong>en</strong> het het meest bedreigd wordt door de verdieping van de<br />
Westerschelde. De insprekers w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het herstel van het onev<strong>en</strong>wichtige stroomgebied dat<br />
door de verdieping is ontstaan.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In de Westerschelde & Saeftinghe is de doelstelling gericht<br />
op het voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde<br />
zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzee-kustzone (H1110B). De matige ongunstige staat van instandhouding,<br />
waar de inspreker naar verwijst, geldt landelijk. In de Noordzeekustzone (007), het<br />
belangrijkste gebied voor dit habitattype, zal nader word<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong> of daar e<strong>en</strong> doel voor<br />
kwaliteitsverbetering kan word<strong>en</strong> neergelegd bij de uitbreiding van het gebied in het kader van<br />
de aanwijzing van de mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker onderschrijft de doelstelling van “behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit” voor het<br />
habitattype perman<strong>en</strong>te overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>. De inspreker stelt dat wat de bodemfauna<br />
in de kustzone betreft het zeker niet bewez<strong>en</strong> wordt geacht dat hierin verandering<strong>en</strong> zijn<br />
opgetred<strong>en</strong> als gevolg van visserijactiviteit<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de inspreker betreft het immers e<strong>en</strong><br />
zeer dynamisch gebied <strong>en</strong> de bodemfauna is aan deze continue verstoring aangepast. De<br />
inspreker concludeert dat, op basis van de criteria die de Europese Commissie stelt aan e<strong>en</strong><br />
gunstige staat van instandhouding, de instandhouding van alle in de Nederlandse kustzone<br />
voorkom<strong>en</strong>de bodemdier<strong>en</strong> gunstig is. Dus ook de staat van instandhouding van dit habitattype<br />
zou op basis van de door de Europese Commissie gepubliceerde criteria als gunstig word<strong>en</strong><br />
beschouwd.<br />
95
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> nadere analyse van de landelijke staat van<br />
instandhouding van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstrom<strong>en</strong>de zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) blijkt de<br />
beoordeling, op het aspect kwaliteit, als “matig ongunstig” terecht te zijn. Zie hiervoor de<br />
nieuwe profielbeschrijving waar de motivering van de staat van instandhouding verder is<br />
uitgewerkt, ev<strong>en</strong>als de ecologische vereist<strong>en</strong> van het habitattype (Natura 2000<br />
profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2008).<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat het Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe door afzetting van zand langs<br />
de zeedijk zoveel is opgehoogd dat er van natte natuur ge<strong>en</strong> sprake meer kan zijn.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Grote del<strong>en</strong> van het Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe<br />
bestaan uit het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (H1330A).<br />
E<strong>en</strong> inspreker vraagt op welke grond<strong>en</strong> de staat van instandhouding van estuaria (H1130)<br />
veranderd is van “ongunstig” naar “zeer ongunstig”. Volg<strong>en</strong>s de inspreker kan voor de<br />
uitvoering van project<strong>en</strong> in het Natura 2000-gebied c.q. de beoordeling van de zog<strong>en</strong>aamde<br />
“externe werking” voor ontwikkeling<strong>en</strong> in de nabijheid van dit gebied bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde wijziging<br />
namelijk zeer nadelige gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />
De landelijke staat van instandhouding van het habitattype estuaria (H1130) is onveranderd<br />
beoordeeld als “zeer ongunstig”. Dit hangt sam<strong>en</strong> met het grote areaalverlies dat de afgelop<strong>en</strong><br />
50 jaar is opgetred<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook nog in rec<strong>en</strong>te tijd. Verder wordt verwez<strong>en</strong> naar het profiel waarin<br />
de motivering van de staat van instandhouding is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als de ecologische vereist<strong>en</strong><br />
van het habitattype (Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2008).<br />
De instandhoudingsdoelstelling voor estuaria (H1130) is “uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering<br />
kwaliteit”. Enkele insprekers mak<strong>en</strong> bezwaar teg<strong>en</strong> de ontpoldering die hiervoor nodig is. Er<br />
wordt voorgesteld om in plaats van ontpoldering buit<strong>en</strong>dijkse maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> zodat de<br />
kwaliteit van het estuarium wordt verbeterd. Op grond van de hoofdlijn<strong>en</strong> voor het bepal<strong>en</strong> van<br />
de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> wordt gevraagd “uitbreiding oppervlakte” voor deze<br />
habitattyp<strong>en</strong> te schrapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de toelichting aan te gev<strong>en</strong> dat het doel niet nagestreefd wordt<br />
door ontpoldering. De insprekers stell<strong>en</strong> dat ontpoldering niet realistisch <strong>en</strong> in strijd met de<br />
hoofdlijn<strong>en</strong> 1, 5, 6 <strong>en</strong> 8 is.<br />
E<strong>en</strong> andere inspreker acht e<strong>en</strong> doelstelling van “verbetering van de kwaliteit” voor Estuaria<br />
(H1130) onhaalbaar, indi<strong>en</strong> verdere verdieping van de vaargeul zal plaatsvind<strong>en</strong>. De inspreker<br />
verzoekt indi<strong>en</strong> de doelstelling wordt behoud<strong>en</strong>, duidelijker aan te gev<strong>en</strong> dat deze verbetering<br />
zal voortkom<strong>en</strong> uit de aanleg van nieuwe natuur <strong>en</strong> verbetering van de waterkwaliteit. De<br />
inspreker stelt voor dat e<strong>en</strong> passage wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat voor bodemberoer<strong>en</strong>de visserij<br />
ge<strong>en</strong> extra maatregel<strong>en</strong> noodzakelijk zijn.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanleiding tot wijziging<strong>en</strong>. Het gebiedsdoel “uitbreiding oppervlakte<br />
<strong>en</strong> verbetering kwaliteit” volgt uit het landelijk doel zoals vastgesteld in het Natura 2000<br />
doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. In het <strong>en</strong>ige andere gebied waar het habitattype Estuaria nog aanwezig is<br />
(Wadd<strong>en</strong>zee, Eems-Dollard) geldt e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling omdat de karakteristiek<strong>en</strong> van dit<br />
estuarium nog redelijk intact zijn. Dit betek<strong>en</strong>t dat de herstelopgave geheel in de<br />
Westerschelde zal moet<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>.<br />
De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong> zich tot de begr<strong>en</strong>zing van het gebied <strong>en</strong> de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Hoe <strong>en</strong> waar deze word<strong>en</strong> gerealiseerd <strong>en</strong> welke maatregel<strong>en</strong><br />
daarvoor nodig zijn, wordt niet bepaald in deze besluit<strong>en</strong> maar in de beheerplann<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de begr<strong>en</strong>zing van habitattype estuaria (H1130), uitbreiding van<br />
estuaria, niet duidelijk wordt aangegev<strong>en</strong>. De inspreker acht uitbreiding niet noodzakelijk <strong>en</strong><br />
niet haalbaar. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou de noodzaak voor uitbreiding niet duidelijk onderbouwd zijn.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is gedeeltelijk overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting is de<br />
locatie van de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in het gebied beschrev<strong>en</strong>. Het habitattype<br />
verkeert landelijk in e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van instandhouding. De relatieve bijdrage op<br />
96
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
basis van de oppervlakte is vermeld in de tabell<strong>en</strong> van bijlage B.4 (zie ook Nota van Antwoord,<br />
paragraaf 1.3.6). Verder wordt verwez<strong>en</strong> naar de beantwoording van vorige zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers stell<strong>en</strong> voor om voor de gewone zeehond (H1365) e<strong>en</strong> doelstelling van<br />
“behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit” te formuler<strong>en</strong>. De insprekers del<strong>en</strong> mee dat de populatie in de<br />
Delta ook zonder specifieke beschermingsmaatregel<strong>en</strong> groeit door aanwas van elders.<br />
Insprekers vind<strong>en</strong> het onzinnig om maatregel<strong>en</strong> te formuler<strong>en</strong>, met het oog op e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame<br />
van het aantal gewone zeehond<strong>en</strong> in de Delta, waardoor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> onnodig gehinderd kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> in hun bewegingsvrijheid. Ook vraagt e<strong>en</strong> inspreker zich af of de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (zoals met betrekking tot gewone zeehond) haalbaar is gelet op<br />
het recreatief gebruik <strong>en</strong> andere activiteit<strong>en</strong> op de strand<strong>en</strong> rond Vlissing<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gewone zeehond heeft landelijk e<strong>en</strong> hersteldoelstelling.<br />
Voor e<strong>en</strong> duurzame populatie van de gewone zeehond in het Deltagebied is het van belang om<br />
de kans op voorplanting te verbeter<strong>en</strong> (zie voor nadere toelichting bijlage B.4 van de Nota van<br />
toelichting). In het beheerplan zal moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald in hoeverre bestaand gebruik zoals<br />
het recreatief gebruik van strand<strong>en</strong> daarbij in de weg staat.<br />
Enkele insprekers zijn van m<strong>en</strong>ing dat de draagkrachtschatting van de gewone zeehond<br />
(H1365) voor de Delta verhoogd di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> tot 500, omdat de nu gepubliceerde<br />
draagkrachtschatting van slechts 200 onvoldo<strong>en</strong>de is voor e<strong>en</strong> duurzame populatie.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal van 500 gewone zeehond<strong>en</strong> in het Deltagebied<br />
is zelfs op lange termijn mom<strong>en</strong>teel als niet realistisch aan te merk<strong>en</strong>. Onder de huidige<br />
omstandighed<strong>en</strong> is het door omvang leefgebied <strong>en</strong> vervuiling niet waarschijnlijk dat in het<br />
Deltagebied e<strong>en</strong> veel grotere populatie kan voorkom<strong>en</strong>. Ondanks e<strong>en</strong> lichte to<strong>en</strong>ame van de<br />
aantall<strong>en</strong> in het Deltagebied, blijft het aantal dier<strong>en</strong> dat geteld wordt onder de 200. Van e<strong>en</strong><br />
snel groei<strong>en</strong>de populatie (zoals in de Wadd<strong>en</strong>zee) is ge<strong>en</strong> sprake. Zie voor nadere toelichting<br />
bijlage B.4 van de Nota van toelichting.<br />
E<strong>en</strong> inspreker me<strong>en</strong>t dat m<strong>en</strong> voor het bereik<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de<br />
gewone zeehond (H1365) afhankelijk is van maatregel<strong>en</strong> in België. Hierdoor zoud<strong>en</strong> hier ge<strong>en</strong><br />
herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk zijn <strong>en</strong> vindt de inspreker het onbegrijpelijk waarom de<br />
zeehond toch als doelsoort aangemerkt is.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gewone zeehond is met e<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige populatie<br />
aanwezig in het gebied (zie ook paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting). Voor alle in het<br />
gebied aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> in principe instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> te<br />
word<strong>en</strong> geformuleerd (Nota van Antwoord, paragraaf 3.3). Dat de kwaliteit van het leefgebied<br />
afhankelijk is van de situatie bov<strong>en</strong>strooms in Vlaander<strong>en</strong>, zoals ook opgemerkt in de<br />
toelichting op het betreff<strong>en</strong>de doel (paragraaf 5.4) doet daar niets aan af.<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt de bruinvis (H1351) toe te voeg<strong>en</strong> aan de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van de Westerschelde.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De bruinvis heeft de gehele Noordzee als leefgebied <strong>en</strong> de<br />
Westerschelde is niet van specifiek belang voor de soort. Er bevindt zich ge<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige<br />
populatie in de Westerschelde.<br />
E<strong>en</strong> inspreker stelt dat de Westerschelde als doortrekgebied voor de rivierprik (H1099), zeeprik<br />
(H1095) <strong>en</strong> de fint (H1103) van gering actueel Nederlands belang is. Deze viss<strong>en</strong> zijn<br />
anadrome viss<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> deel van hun lev<strong>en</strong> in zee doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar zoet water trekk<strong>en</strong><br />
om zich voort te plant<strong>en</strong>. Door watervervuiling, verstuwing van rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere hinderniss<strong>en</strong><br />
als de Haringvlietdam, zijn deze soort<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong> sterk achteruit gegaan, hoewel voor de<br />
zeeprik <strong>en</strong> de rivierprik nu weer herstel wordt waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit herstel werd waarschijnlijk<br />
veroorzaakt door vermindering van de vervuiling <strong>en</strong> het wegnem<strong>en</strong> van barrières. De inspreker<br />
merkt op dat voor deze twee soort<strong>en</strong> populatie-uitbreiding uitsluit<strong>en</strong>d wordt verwacht indi<strong>en</strong> in<br />
het Belgische deel van de Schelde maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Nu maatregel<strong>en</strong> in de<br />
97
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Westerschelde op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wijze kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan herstel van de prikk<strong>en</strong>populaties die<br />
in het Belgische deel van de Schelde (theoretisch) zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> paai<strong>en</strong> stelt de inspreker<br />
voor om niet tot aanwijzing van de Westerschelde als speciale beschermingszone voor prikk<strong>en</strong><br />
over te gaan. Mocht dit toch noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht, dan stelt de inspreker voor om in<br />
plaats van “herstelmaatregel<strong>en</strong>” het woord “maatregel<strong>en</strong>” te gebruik<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker stelt dat het voor Nederland van groot belang is dat de rivierprik, zeeprik <strong>en</strong> fint<br />
de Westerschelde als doortrekgebied kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>. Deze inspreker doet het<br />
verzoek om e<strong>en</strong> herstelopgave aan het doel voor deze soort<strong>en</strong> toe te voeg<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Waarneming<strong>en</strong> van de rivierprik, zeeprik <strong>en</strong> fint in de<br />
Westerschelde ton<strong>en</strong> aan dat dit gebied van belang is als doortrekgebied voor deze soort<strong>en</strong>.<br />
Voor elk van deze drie soort<strong>en</strong> geldt dat de populatie afhankelijk is van ontwikkeling<strong>en</strong> in<br />
België, daarom wordt behoud van de omvang <strong>en</strong> kwaliteit van het leefgebied voldo<strong>en</strong>de geacht<br />
voor uitbreiding van de populatie die de Westerschelde als doortrekgebied gebruikt. Uitbreiding<br />
van de populatie was reeds als doel gesteld.<br />
E<strong>en</strong> inspreker vindt dat de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor trekviss<strong>en</strong> te vaag zijn<br />
gedefinieerd, waardoor onduidelijk is hoe de ontwikkeling van populaties <strong>en</strong> de ev<strong>en</strong>tuele<br />
invloed van de beroepsvisserij op trekviss<strong>en</strong> hierop, beoordeeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De inspreker<br />
vraagt om de b<strong>en</strong>odigde rechtszekerheid <strong>en</strong> daarom meetbare doel<strong>en</strong> te formuler<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Slechts voor e<strong>en</strong> beperkt aantal habitatsoort<strong>en</strong> zijn<br />
aantall<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd in de instandhoudingsdoelstelling. Dit is alle<strong>en</strong> gedaan wanneer er<br />
voldo<strong>en</strong>de betrouwbare kwantitatieve data over de verspreiding van de soort beschikbaar was.<br />
In het beheerplan word<strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor het Natura 2000-gebied<br />
uitgewerkt in omvang, ruimte <strong>en</strong> tijd. Het beschrijft de resultat<strong>en</strong> die nodig zijn om het behoud<br />
of herstel van de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>. Het beheerplan geeft<br />
verder e<strong>en</strong> overzicht van instandhoudingsmaatregel<strong>en</strong> om deze resultat<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>. Zie voor<br />
verdere informatie Nota van Antwoord paragraaf 1.5 <strong>en</strong> 3.9.<br />
E<strong>en</strong> inspreker meldt dat de noordse woelmuis (H1340) <strong>en</strong> de gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) in het<br />
Natura 2000-gebied voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzoekt deze soort<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong> in het besluit.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tijde van de aanmelding van habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />
(2003) is het gebied Westerschelde & Saeftinghe reeds aangemeld voor de gro<strong>en</strong>knolorchis <strong>en</strong><br />
blijft onveranderd aangewez<strong>en</strong> voor het gebied. Van de noordse woelmuis is ge<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige<br />
populatie aanwezig in het gebied <strong>en</strong> er is ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling voor opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Voor de grote stern (A191) is landelijk e<strong>en</strong> hersteldoel van 25.000 broedpar<strong>en</strong> geformuleerd.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat er echter slechts voor 13.500 broedpar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelstelling<br />
opgesteld is in de Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> de soort niet voorkomt buit<strong>en</strong> de Natura<br />
2000-gebied<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>st de inspreker dat het rester<strong>en</strong>de, landelijk te herstell<strong>en</strong> aantal<br />
broedpar<strong>en</strong> (11.500) over de gebied<strong>en</strong> waarvoor de soort is aangewez<strong>en</strong> verdeeld wordt,<br />
waaronder de Westerschelde & Saeftinghe. De inspreker verzoekt e<strong>en</strong> herstelopgave voor dit<br />
gebied te formuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij concrete aantall<strong>en</strong> te noem<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling van de grote stern is verlaagd van<br />
25.000 naar 20.000 broedpar<strong>en</strong> 63 . De draagkracht voor deze soort is voor de Wadd<strong>en</strong>zee (001)<br />
vastgesteld op 16.000 broedpar<strong>en</strong>. Voor de gebied<strong>en</strong> Haringvliet (109), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />
Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) is e<strong>en</strong> regionale doelstelling<br />
vastgesteld van 4.000 broedpar<strong>en</strong>. Het gehele landelijke doelniveau is hiermee afgedekt.<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het aantal par<strong>en</strong> van de grote stern (A191) g<strong>en</strong>oemd in de<br />
instandhoudingsdoelstelling te verhog<strong>en</strong> van 4.000 naar 10.000 par<strong>en</strong>. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing<br />
63 Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Strct. 2009, 38).<br />
98
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
dat er t<strong>en</strong>minste 25.000 broedpar<strong>en</strong> in Nederland nodig zijn om e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />
instandhouding te bereik<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de inspreker geeft dit, verdeeld tuss<strong>en</strong> Delta <strong>en</strong><br />
Wadd<strong>en</strong>zee met e<strong>en</strong> verhouding 2:3, e<strong>en</strong> streefgetal van 10.000 broedpaar in de Delta.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
De landelijke doelstelling van de grote stern is verlaagd van 25.000 naar 20.000 broedpar<strong>en</strong> 64 .<br />
Van e<strong>en</strong> 2:3 verhouding, zoals op te mak<strong>en</strong> is uit de gegev<strong>en</strong>s in het Natura 2000<br />
profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t van 2006, is gezi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de pot<strong>en</strong>tie van gebied<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> sprake.<br />
Ondanks de mogelijke schommeling<strong>en</strong> wordt op basis van gegev<strong>en</strong>s 65 e<strong>en</strong> regionale doelstelling<br />
voor de Delta met e<strong>en</strong> draagkracht van 4000 gegrond geacht <strong>en</strong> lijkt het verhog<strong>en</strong> van deze<br />
doelstelling e<strong>en</strong> onrealistisch strev<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat het argum<strong>en</strong>t, dat “ondanks de landelijk zeer ongunstige staat<br />
van instandhouding uitbreiding van de populatie niet direct vereist is, daar zich al jar<strong>en</strong> lang<br />
e<strong>en</strong> geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t”, onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt dat herstel tot 25.000<br />
broedpar<strong>en</strong> grote sterns op landelijk niveau gewaarborgd is. De grote stern bevindt zich in zeer<br />
ongunstige staat van instandhouding <strong>en</strong> daarom zijn concrete herstelopgav<strong>en</strong> noodzakelijk,<br />
aldus inspreker. Inspreker acht het terecht dat er e<strong>en</strong> behoud wordt geformuleerd voor<br />
plaats<strong>en</strong> waar de soort rec<strong>en</strong>telijk heeft gebroed <strong>en</strong> dit nu niet meer doet. Er is echter niet<br />
gedefinieerd wat in dit kader als rec<strong>en</strong>telijk wordt gezi<strong>en</strong>, aldus inspreker. Inspreker is van<br />
m<strong>en</strong>ing dat dit deze doelstelling niet meetbaar <strong>en</strong> toetsbaar maakt. Inspreker verzoekt<br />
“rec<strong>en</strong>telijk” in dit kader nader te definiër<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
De landelijke doelstelling van de grote stern is inmiddels verlaagd van 25.000 naar 20.000<br />
broedpar<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> iets minder is dan de ondergr<strong>en</strong>s van de populatieschommeling<strong>en</strong> in de<br />
periode 1900-1960 (voor de grote terugval naar het dieptepunt van 900 in 1965). E<strong>en</strong> hoger<br />
doelniveau werd niet realistisch geacht gelet op het verminderd aanbod aan natuurlijke<br />
broedplaats<strong>en</strong> (uitvoering Deltawerk<strong>en</strong>, verdwijning De Beer) <strong>en</strong> de verslechtering van het<br />
voedselaanbod. Ook di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> opgemerkt dat rond 1990 e<strong>en</strong> nieuwe broedplaats in<br />
Zeebrugge (Vlaander<strong>en</strong>) is ontstaan (rec<strong>en</strong>t 1.000-4.000 par<strong>en</strong>) hetge<strong>en</strong> mogelijk t<strong>en</strong> koste is<br />
gegaan van de Zeeuwse broedpopulatie. De staat van instandhouding voor wat betreft het<br />
aspect populatie is gewijzigd in “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling omvat, gezi<strong>en</strong> de<br />
landelijk stijg<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d, e<strong>en</strong> behoudopgave voor het leefgebied. Er wordt gezi<strong>en</strong> de matige<br />
ongunstige staat van instandhouding op het aspect populatie, gestreefd naar e<strong>en</strong> doelniveau<br />
dat 20% groter is dan de som van de gemiddeld<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) wordt herstel van<br />
de populatie, gezi<strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>tie van het gebied, haalbaar geacht zonder dat extra maatregel<strong>en</strong><br />
ter verbetering van het leefgebied nodig word<strong>en</strong> geacht. De draagkracht voor deze soort voor<br />
de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> het Deltagebied (Haringvliet (109), Greveling<strong>en</strong> (115), Oosterschelde (118)<br />
<strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122)) bedraagt tezam<strong>en</strong> 20.000 par<strong>en</strong>, waarmee aan de<br />
landelijk doelstelling wordt voldaan. Het begrip rec<strong>en</strong>telijk heeft betrekking op de afgelop<strong>en</strong> 15<br />
jaar (inclusief 1993-1997, de peilperiode voor de aanwijzing<strong>en</strong> in 2000).<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de doelstelling t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de slechtvalk (A103) teg<strong>en</strong>strijdig<br />
met de doelstelling van de grote stern (A191). Volg<strong>en</strong>s de inspreker ondervond e<strong>en</strong> kolonie<br />
grote sterns veel last van de aanwezigheid van e<strong>en</strong> slechtvalk die in e<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> broedde.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij de draagkracht voor grote sterns hoort e<strong>en</strong> zeker<br />
predatierisico. Als het noodzakelijk is dit te stur<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t dat in het beheerplan te word<strong>en</strong><br />
uitgewerkt.<br />
64 Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Strct. 2009, 38).<br />
65 Aarts, B., Van d<strong>en</strong> Bremer, L., Van Wind<strong>en</strong>, E. & Zoetebier, D. (2008): Tr<strong>en</strong>dinformatie <strong>en</strong> refer<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> voor<br />
Nederlandse kustvogels. WOt-rapport 79. Wettelijke Onderzoekstak<strong>en</strong> Natuur & Milieu, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (SOVONinformatierapport<br />
2008/06. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>).<br />
99
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt voor de dwergstern (A195) in de instandhoudingsdoelstelling e<strong>en</strong> aantal<br />
van t<strong>en</strong>minste 400 broedpar<strong>en</strong> in de Delta op te nem<strong>en</strong>. Dit aantal acht de inspreker<br />
noodzakelijk voor e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de<br />
Westerschelde hieraan reeds e<strong>en</strong> goede bijdrage levert.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
De regionale instandhoudingsdoelstelling behor<strong>en</strong>de tot het Deltagebied, waaraan de<br />
Westerschelde bijdraagt, heeft e<strong>en</strong> draagkracht van t<strong>en</strong> minste 300 broedpar<strong>en</strong>. Dit aantal ligt<br />
gezi<strong>en</strong> de landelijke instandhoudingsdoelstelling “behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor<br />
herstel populatie” hoger dan het gemiddelde aantal broedpar<strong>en</strong> in de periode 1999-2003 (som<br />
gemiddeld<strong>en</strong> Deltagebied<strong>en</strong>). Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> landelijke behoudopgave ondanks de<br />
landelijk matig ongunstige staat van instandhouding, aangezi<strong>en</strong> zich al jar<strong>en</strong>lang e<strong>en</strong><br />
geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t. Het leefgebied in het gebied is voldo<strong>en</strong>de op orde <strong>en</strong> levert<br />
voldo<strong>en</strong>de draagkracht om bij te drag<strong>en</strong> aan de landelijke instandhoudingsdoelstelling.<br />
E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat voor de strandplevier (A138) e<strong>en</strong> te laag landelijke hersteldoel<br />
is geformuleerd. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat er e<strong>en</strong> herstel van 50% van de historische<br />
broedpopulatie (refer<strong>en</strong>tiejaar 1950) di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> nagestreefd, zoals g<strong>en</strong>oemd in het<br />
Beschermingsplan Duin- <strong>en</strong> Kustvogels. Het landelijke hersteldoel di<strong>en</strong>t volg<strong>en</strong>s inspreker<br />
derhalve de uitbreiding omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor herstel populatie van 500<br />
broedpar<strong>en</strong> te zijn in plaats van 400 broedpar<strong>en</strong>. Inspreker me<strong>en</strong>t dat uitgaande van e<strong>en</strong><br />
landelijk herstel van 400 broedpaar driekwart van de broedpopulatie strandplevier voorkomt in<br />
Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. In deze gebied<strong>en</strong> is echter slechts voor 276 broedpaar e<strong>en</strong> doel gesteld,<br />
aldus inspreker. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de overige 24 broedpar<strong>en</strong>, die nu op gebiedniveau<br />
niet gedekt word<strong>en</strong>, over Natura 2000-gebied<strong>en</strong> waarvoor de soort is aangewez<strong>en</strong> verdeeld<br />
di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het gevraagde landelijke doelniveau betreft 50% van de<br />
historische refer<strong>en</strong>tie in het begin van de vorige eeuw (1.000 broedpar<strong>en</strong>). E<strong>en</strong> reconstructie<br />
van de populatieontwikkeling in de 20 e eeuw 66 vermeldt echter e<strong>en</strong> lager getal (900<br />
broedpar<strong>en</strong>). Verder is het onduidelijk waar het perc<strong>en</strong>tage van 50, die de inspreker noemt,<br />
aan is ontle<strong>en</strong>d. Het is in feite e<strong>en</strong> correctiefactor voor verlor<strong>en</strong> gegane broedgebied<strong>en</strong> die niet<br />
meer hersteld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Deze is aan de hoge kant want strand<strong>en</strong> waar de soort<br />
ongestoord kan nestel<strong>en</strong> <strong>en</strong> jong<strong>en</strong> grootbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> nog aanwezig in<br />
beschermde gebied<strong>en</strong> (in Wadd<strong>en</strong>- <strong>en</strong> Deltagebied). Door de aanleg <strong>en</strong> versterking van<br />
kustverdediging, de aanleg van hav<strong>en</strong>terrein<strong>en</strong> (Europoort, Sloegebied) <strong>en</strong> de uitvoering van de<br />
Deltawerk<strong>en</strong> zijn ook veel broedplaats<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> gegaan. Beschermde broedgebied<strong>en</strong> (met<br />
name in reservat<strong>en</strong>) bied<strong>en</strong> daarvoor maar beperkt soelaas. Er is dus zeker meer dan 50% van<br />
het geschikte broedareaal verlor<strong>en</strong> gegaan <strong>en</strong> niet meer te herstell<strong>en</strong>.<br />
De vaststelling van het landelijk doelniveau is vastgesteld aan de hand van de actuele <strong>en</strong><br />
pot<strong>en</strong>tiële situatie in de huidige broedgebied<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> werkwijze die ook in de juridische<br />
analyse van Bastmeijer, De Bruin & Verschuur<strong>en</strong> 67 wordt aanbevol<strong>en</strong>. Aan de hand hiervan is<br />
e<strong>en</strong> doelniveau van 400 vastgesteld dat overe<strong>en</strong>komt met de broedpopulatie in de periode<br />
1991-1995. In de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig <strong>en</strong> tachtig van de vorige eeuw kon de soort nog profiter<strong>en</strong> van<br />
de uitvoering van de Deltawerk<strong>en</strong> waarbij door afdamming <strong>en</strong> opspuit- <strong>en</strong> graafwerkzaamhed<strong>en</strong><br />
veel tijdelijke broedplaats<strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker pleit voor e<strong>en</strong> ambitieuzere herstelopgave voor de strandplevier (A138) van 350<br />
paar in de Delta, aangezi<strong>en</strong> het nu g<strong>en</strong>oemde doel van 220 paar nauwelijks hoger is dan het<br />
gemiddelde over de periode 1999-2003 in de Delta (186 paar).<br />
66<br />
Meininger & Arts (1997): De Strandplevier Charadrius alexandrinus als broedvogel in Nederland in de 20e eeuw.<br />
Limosa 70: 41-60.<br />
67<br />
Bastmeijer, C.J., de Bruin, M.K. & Verschuur<strong>en</strong> J.M. (2008): Concept-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> getoetst, Natura 2000 in<br />
Nederland. E<strong>en</strong> onderzoek in opdracht van Vogelbescherming Nederland naar de juridische kwaliteit van de conceptaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />
voor geselecteerde Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Eindrapport. C<strong>en</strong>trum voor wetgevingsvraagstukk<strong>en</strong>,<br />
Universiteit van Tilburg, Tilburg.<br />
100
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De regionale doelstelling van 220 par<strong>en</strong> is, gezi<strong>en</strong> de huidige<br />
systeem- <strong>en</strong> infrastructurele k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het Deltagebied, reeds e<strong>en</strong> behoorlijke opgave.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat viset<strong>en</strong>de niet-broedvogels zoals fuut (A005), nonnetje (A068) <strong>en</strong><br />
middelste zaagbek (A069) ge<strong>en</strong> herstelopgave hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>, ondanks e<strong>en</strong> gestaag<br />
afnem<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d. Als red<strong>en</strong> hiervoor wordt de beschikbaarheid van vis aangevoerd. De<br />
inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat deze oorzaak kan word<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door op het niveau van<br />
habitats (inrichting <strong>en</strong> beheer) de nodige herstelmaatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>. De inspreker verzoekt<br />
voor deze viset<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de habitats waarvan zij afhankelijk zijn e<strong>en</strong> adequate<br />
herstelopgave te formuler<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij ge<strong>en</strong> van deze soort<strong>en</strong> is sprake van e<strong>en</strong> duidelijke<br />
landelijke afname <strong>en</strong> is er dus ge<strong>en</strong> landelijke hersteldoelstelling geformuleerd. De<br />
doelstelling<strong>en</strong> van het gebied Westerschelde & Saeftinghe sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />
doelstelling<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s is Westerschelde & Saeftinghe niet aangewez<strong>en</strong> voor het nonnetje.<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt de kleine mantelmeeuw (A183) als doelsoort (broedvogel) voor dit<br />
Natura 2000-gebied op te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> hiervoor e<strong>en</strong> doelstelling te formuler<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
draagkracht van minimaal 200 broedpar<strong>en</strong>. Inspreker verwijst naar gegev<strong>en</strong>s in Castelijns <strong>en</strong><br />
Wieland (2005); broedvogelonderzoek 2004 Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe, uitgave HZL. In<br />
2004 werd<strong>en</strong> 266 broedpar<strong>en</strong> geteld, aldus bron.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Het gebied voldoet niet aan het 1%-criterium voor opname van de soort tijd<strong>en</strong>s de peilperiode<br />
1999-2003 (820 broedpar<strong>en</strong>). In die periode zijn er gemiddeld 33 broedpar<strong>en</strong> geteld.<br />
Enkele insprekers m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de blauwborst (A272) <strong>en</strong> de bruine kiek<strong>en</strong>dief (A081) niet in het<br />
estuarium thuishor<strong>en</strong>. De insprekers stell<strong>en</strong> dat door verzoeting van het land van Saeftinghe <strong>en</strong><br />
de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de rietvorming de vogelsoort<strong>en</strong> daarvan hun verblijfplaats hebb<strong>en</strong><br />
gemaakt. Ook zijn de insprekers van m<strong>en</strong>ing dat vogels die slechts <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong> in het gebied<br />
voorkom<strong>en</strong>, zoals de zeear<strong>en</strong>d (A075), niet in het besluit hor<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Nederland heeft de verplichting om maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />
die soort<strong>en</strong> van communautair belang in e<strong>en</strong> gunstige staat van in standhouding te houd<strong>en</strong> of<br />
te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> gebied wordt slechts aangewez<strong>en</strong> voor de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van<br />
landelijke betek<strong>en</strong>is is, zoals toegelicht in bijlage B.2 van dit besluit. Gegev<strong>en</strong>s lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat<br />
slechts <strong>en</strong>kele bruine kiek<strong>en</strong>diev<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong> in het gebied broedd<strong>en</strong>. Dat aantal is echter<br />
sinds de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig dusdanig toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat het gebied met e<strong>en</strong> gemiddeld aantal in<br />
1999-2003 van 22 broedpar<strong>en</strong> voldoet aan het 1%-criterium voor opname van de soort. Dit<br />
gebied voldoet tev<strong>en</strong>s voor de blauwborst, met e<strong>en</strong> gemiddeld aantal van 450 broedpar<strong>en</strong> in de<br />
periode 1999-2003, aan het 1%-criterium (100 broedpar<strong>en</strong>). Ook voor de zeear<strong>en</strong>d zijn de<br />
beste vijf gebied<strong>en</strong> in Nederland aangewez<strong>en</strong>. “Slechts <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong>” is betrekkelijk voor zo’n<br />
zeldzame soort; het gebied is op grond van de beschikbare gegev<strong>en</strong>s het beste gebied in<br />
Nederland na de Biesbosch.<br />
Enkele insprekers zijn het er niet e<strong>en</strong>s dat voor a) de scholekster (A130), b) de kanoet (A143)<br />
<strong>en</strong> c) de ste<strong>en</strong>loper (A169) ge<strong>en</strong> herstelopgave is geformuleerd, omdat het herstel van het<br />
leefgebied niet realistisch zou zijn. De insprekers acht<strong>en</strong> dit e<strong>en</strong> onbegrijpelijke conclusie <strong>en</strong><br />
mak<strong>en</strong> er bezwaar teg<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> is van m<strong>en</strong>ing dat juist nu er in het Schelde-estuarium op<br />
aanzi<strong>en</strong>lijke schaal wordt ingezet op herstel <strong>en</strong> uitbreiding van habitattype estuaria (H1130) <strong>en</strong><br />
er ook langs andere weg<strong>en</strong> (inperking schelpdiervisserij, beperking toegankelijkheid zeedijk<strong>en</strong>)<br />
voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> op<strong>en</strong> staan om het leefgebied van onder andere deze soort te<br />
herstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit te breid<strong>en</strong>. Eén inspreker verzoekt voor de scholekster, kanoet <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>loper<br />
e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van respectievelijk 11.000, 800<br />
<strong>en</strong> 300 vogels.<br />
E<strong>en</strong> andere inspreker vraagt om e<strong>en</strong> gemiddelde van ruim 12.000 scholeksters te hanter<strong>en</strong>.<br />
Volg<strong>en</strong>s de inspreker is het feit dat het gemiddelde op grond van RIKZ-telling<strong>en</strong> na 2000<br />
101
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
beduid<strong>en</strong>d lager ligt, mogelijk het gevolg van de nog steeds periodiek voorkom<strong>en</strong>de<br />
kokkelvisserij <strong>en</strong> baggerwerkzaamhed<strong>en</strong>.<br />
Ook andere insprekers legg<strong>en</strong> het verband met de mechanische kokkelvisserij <strong>en</strong> verzoek<strong>en</strong> het<br />
mechanische kokkelviss<strong>en</strong> te verbied<strong>en</strong>. De insprekers vrag<strong>en</strong> voor de scholekster <strong>en</strong> de kanoet<br />
e<strong>en</strong> herstelopgave op te nem<strong>en</strong> met als doel e<strong>en</strong> populatieomvang die veel hoger is dan de<br />
thans vermelde getall<strong>en</strong>.<br />
a) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de scholekster is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is in de Westerschelde<br />
ge<strong>en</strong> sprake geweest van doorgaande afname van de scholekster; de huidige aantall<strong>en</strong> zijn<br />
vergelijkbaar met die van eind jar<strong>en</strong> tachtig. De aantall<strong>en</strong> in de Westerschelde bedrag<strong>en</strong><br />
ongeveer 4% van het landelijke aantal, zodat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele to<strong>en</strong>ame in de Westerschelde<br />
slechts beperkt bijdraagt aan het realiser<strong>en</strong> van het landelijke doel.<br />
b) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de kanoet is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het aantal kanoet<strong>en</strong> is in de<br />
Westerschelde nauwelijks afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (<strong>en</strong> minder dan de aantall<strong>en</strong> in de Oosterschelde, die<br />
bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> sterk zijn toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>). Het aandeel van de landelijke populatie dat in de<br />
Westerschelde verblijft bedraagt circa 1%. De landelijke opgave moet vooral word<strong>en</strong><br />
gerealiseerd door verbetering van de kwaliteit van het leefgebied in de Wadd<strong>en</strong>zee, waar meer<br />
dan 80% van de Nederlandse vogels verblijft.<br />
c) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de ste<strong>en</strong>loper is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is in de Westerschelde<br />
sprake geweest van <strong>en</strong>ige afname bij de ste<strong>en</strong>loper. De aantall<strong>en</strong> in de Westerschelde bedrag<strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 230 echter slechts ongeveer 7% van het landelijke aantal,<br />
zodat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele to<strong>en</strong>ame in de Westerschelde slechts beperkt bijdraagt aan het realiser<strong>en</strong><br />
van het landelijke doel. De landelijke herstelopgave kan daarom het best in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />
word<strong>en</strong> gerealiseerd.<br />
E<strong>en</strong> inspreker onderschrijft de doelstelling van “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied” voor<br />
de scholekster (A130), maar vindt het noem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal vogels van 7.500 ongew<strong>en</strong>st. De<br />
inspreker me<strong>en</strong>t dat aantall<strong>en</strong> van deze soort sterk kunn<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> terwijl daar ge<strong>en</strong><br />
aanwijsbare red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor zijn. De inspreker vreest dat e<strong>en</strong> onverhoopte afname onder het<br />
seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 7.500 kan leid<strong>en</strong> tot (voorbarige of onjuiste) conclusies over de<br />
afname van de kwaliteit van het leefgebied, wat onnodige negatieve gevolg<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> voor de mechanische kokkelvisserij in het gebied. De inspreker wijst ook op de<br />
verdiepingswerkzaamhed<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> negatief effect hebb<strong>en</strong> op de kwaliteit van de kokkels.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De getall<strong>en</strong> zijn bedoeld als indicatie van de gew<strong>en</strong>ste<br />
draagkracht, <strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> doel op zich. Fluctuaties zijn ondervang<strong>en</strong> door gebruik te mak<strong>en</strong> van<br />
vijfjarige gemiddeld<strong>en</strong>.<br />
Gezi<strong>en</strong> de ongunstige staat van instandhouding <strong>en</strong> de int<strong>en</strong>tie om de situatie te verbeter<strong>en</strong><br />
stell<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele insprekers voor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling op te nem<strong>en</strong> voor de bontbekplevier<br />
(A137).<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Het nagestreefde lichte herstel van de populatie bontbekplevier<strong>en</strong> in de Delta zal naar<br />
verwachting kunn<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> middels behoud van het huidige leefgebied.<br />
E<strong>en</strong> inspreker verzoekt e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> voor de strandplevier (A138) als nietbroedvogel,<br />
voor de slaapplaats <strong>en</strong> foerageerfunctie die dit Natura 2000-gebied heeft. De<br />
inspreker verzoekt e<strong>en</strong> draagkracht van dit gebied voor e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 200<br />
vogels.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Afname van de aantall<strong>en</strong> niet-broedvogels is in hoge mate<br />
verbond<strong>en</strong> aan verslechtering van de kwaliteit van de broedhabitat. Omdat het leefgebied voor<br />
niet-broedvogels ge<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong>de factor lijkt, is voor wat betreft niet-broedvogels volstaan<br />
met e<strong>en</strong> opgave voor behoud van omvang <strong>en</strong> kwaliteit van het leefgebied.<br />
102
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat binn<strong>en</strong> het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe voor<br />
de driete<strong>en</strong>strandloper (A144) e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d wordt geconstateerd t<strong>en</strong> gevolge van<br />
verstoring door recreatiedruk. Uitgaande van de doelstelling behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit<br />
leefgebied me<strong>en</strong>t de inspreker dat bij het beheer reguler<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> met betrekking tot<br />
recreatief gebruik noodzakelijk zijn.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is ge<strong>en</strong> sprake van afname in de Westerschelde, de<br />
aantall<strong>en</strong> zijn sinds begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig verdriedubbeld, net als in de rest van Nederland.<br />
To<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de recreatiedruk kan deze positieve ontwikkeling echter wel onder druk zett<strong>en</strong>.<br />
Ev<strong>en</strong>tuele beperk<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> met betrekking tot recreatie kom<strong>en</strong> in het<br />
beheerplanproces aan de orde.<br />
Enkele insprekers zijn van m<strong>en</strong>ing dat e<strong>en</strong> herstelopgave voor de visdief (A193) met e<strong>en</strong><br />
draagkracht tot 8.000 broedpar<strong>en</strong> (40% van de landelijk b<strong>en</strong>odigde aantall<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />
gunstige staat van instandhouding) gew<strong>en</strong>st is. Het is niet duidelijk waarom e<strong>en</strong> geleidelijke<br />
to<strong>en</strong>ame voor e<strong>en</strong> soort met e<strong>en</strong> landelijk matig ongunstige staat van instandhouding tot de<br />
conclusie leidt dat e<strong>en</strong> uitbreiding van e<strong>en</strong> populatie niet direct vereist is, aldus insprekers.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De regionale instandhoudingsdoelstelling behor<strong>en</strong>de tot het<br />
Deltagebied, waaraan de Westerschelde <strong>en</strong> Saeftinghe bijdraagt, heeft e<strong>en</strong> draagkracht van<br />
6.500 broedpar<strong>en</strong>. Dit aantal ligt gezi<strong>en</strong> de landelijke instandhoudingsdoelstelling: “behoud<br />
omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor herstel populatie” hoger dan het gemiddeld aantal<br />
broedpar<strong>en</strong> in de periode 1999-2003 (som gemiddeld<strong>en</strong> Deltagebied<strong>en</strong>). De regionale<br />
doelstelling is niet verhoogd omdat het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> draagkracht van 6.500 reeds <strong>en</strong>igszins<br />
ambitieus te noem<strong>en</strong> is. E<strong>en</strong> verhoging van de draagkracht naar 8.000 wordt op basis van de<br />
huidige gegev<strong>en</strong>s niet haalbaar geacht. Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> behoudopgave ondanks de<br />
landelijk matig ongunstige staat van instandhouding, aangezi<strong>en</strong> zich al jar<strong>en</strong>lang e<strong>en</strong><br />
geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t in dit gebied. Het leefgebied in het gebied is voldo<strong>en</strong>de op orde<br />
<strong>en</strong> levert voldo<strong>en</strong>de draagkracht om bij te drag<strong>en</strong> aan de landelijke<br />
instandhoudingsdoelstelling.<br />
E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de natuurdoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> met<br />
name voor wat betreft de doelstelling<strong>en</strong> van vogels e<strong>en</strong> zware claim op het binn<strong>en</strong>dijks gebied<br />
legg<strong>en</strong>, bijvoorbeeld voor de grauwe gans (A043) <strong>en</strong> de kievit (A142), die juist buit<strong>en</strong> het<br />
fysieke gr<strong>en</strong>sgebied voorkom<strong>en</strong>. De inspreker vraagt duidelijk aan te gev<strong>en</strong> hoe buit<strong>en</strong> het<br />
fysieke gr<strong>en</strong>sgebied maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om de realisatie van de<br />
doelstelling<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
In hoofdstuk 5 van de Nota van toelichting staat beschrev<strong>en</strong> welke functie(s) het gebied vervult<br />
voor de desbetreff<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>. Voor het bescherm<strong>en</strong> van foerageergebied<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het<br />
begr<strong>en</strong>sde gebied geleg<strong>en</strong> zijn kan de provincie ganz<strong>en</strong>foerageergebied<strong>en</strong> aanwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> biedt<br />
de Flora- <strong>en</strong> Faunawet ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong>. Zie voor meer informatie<br />
paragraf<strong>en</strong> 5.9, 6.4.2 <strong>en</strong> 7.1 van de Nota van Antwoord.<br />
Enkele insprekers wijz<strong>en</strong> er op dat de overzomer<strong>en</strong>de populatie grauwe ganz<strong>en</strong> (A043) niet<br />
natuurlijk is. De insprekers stell<strong>en</strong> dat de grauwe ganz<strong>en</strong> nazat<strong>en</strong> zijn van de tamme ganz<strong>en</strong><br />
die weliswaar verwilderd zijn, maar niet de natuurlijke trekdrang verton<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de<br />
insprekers zou het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> natuurlijkere situatie gebaat zijn met het reducer<strong>en</strong> van de<br />
overzomer<strong>en</strong>de populatie.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze heeft ge<strong>en</strong> aanleiding gegev<strong>en</strong> tot aanpassing. Dit doel betreft de functies voor<br />
niet-broedvogels vanuit e<strong>en</strong> grote verantwoordelijkheid van Nederland voor deze soort als<br />
trekvogel (70% van de internationale populatie in de winter), terwijl de overlast meestal<br />
broedvogels betreft. Voor de grauwe gans als niet-broedvogel is het gebied Westerschelde &<br />
Saeftinghe het belangrijkste gebied in Nederland, met aantall<strong>en</strong> die oplop<strong>en</strong> tot meer dan 20%<br />
van de internationale populatie. Aan de toelichting op de doelstelling van de grauwe gans is wel<br />
toegevoegd dat deze ge<strong>en</strong> betrekking heeft op de functie van het gebied als broedgebied.<br />
103
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Meerdere insprekers verzoek<strong>en</strong> de doelstelling van de grauwe gans (A043) naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bij te<br />
stell<strong>en</strong>, omdat zij nu al last van de ganz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de insprekers heeft het gebied<br />
ge<strong>en</strong> slaapfunctie, zoals beschrev<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> foerageerfunctie wat veel schade toebr<strong>en</strong>gt aan<br />
de lan<strong>db</strong>ouw. Ook zou in bijna alle polders gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de Westerschelde e<strong>en</strong> verjagings- <strong>en</strong><br />
bejagingsbeleid van kracht zijn.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uit het SOVON-rapport blijkt er wel degelijk sprake te zijn<br />
van e<strong>en</strong> slaapfunctie voor de grauwe gans binn<strong>en</strong> het gebied. Het beheerplan dat voor de<br />
aangewez<strong>en</strong> natuurgebied<strong>en</strong> wordt opgesteld, moet word<strong>en</strong> afgestemd op het verblijf van<br />
ganz<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> Natura 2000-gebied heeft de provincie ganz<strong>en</strong>foerageergebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong><br />
waar subsidies geld<strong>en</strong>. Daarbuit<strong>en</strong> bestaat er de mogelijkheid om ganz<strong>en</strong> weg te jag<strong>en</strong>. Zie ook<br />
hoofdstuk 7 van deze bijlage C.<br />
Kokkelvisserij vindt plaats op de locaties die van groot belang zijn voor estuari<strong>en</strong>e steltlopers.<br />
E<strong>en</strong> inspreker me<strong>en</strong>t dat de totale kokkelbiomassa (maatstaf LNV) niet bepal<strong>en</strong>d is voor de<br />
draagkracht van het gebied voor steltlopers, maar dat dit bepaald wordt door de dichtheid<br />
waarin kokkels lokaal aanwezig zijn. De inspreker merkt op dat dit in de relatief beperkte<br />
oppervlakte slikkig intergetijdegebied in de Westerschelde het hoogste is.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De draagkrachtschatting bij e<strong>en</strong> behoudopgave is<br />
gebaseerd op de seizo<strong>en</strong>sgemiddeld<strong>en</strong> van 1999-2003, niet zozeer op de aanwezigheid van<br />
voldo<strong>en</strong>de voedsel. De relatie tuss<strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> van kokkelvisserij <strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> estuari<strong>en</strong>e<br />
steltlopers is iets dat in het beheerplanproces of e<strong>en</strong> vergunningprocedure aan de orde kan<br />
kom<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat veel plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> slikk<strong>en</strong> zanderiger zijn geword<strong>en</strong>, hun hoogteligging<br />
is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> de plaatrand<strong>en</strong> steiler zijn geword<strong>en</strong>. De inspreker me<strong>en</strong>t dat dit sam<strong>en</strong> lijkt<br />
te hang<strong>en</strong> met int<strong>en</strong>sieve bagger- <strong>en</strong> stortbeheer. Hierdoor zoud<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> de<br />
dichthed<strong>en</strong> aan bodemdier<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn, hetge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> minder gunstige voedselsituatie<br />
voor de estuari<strong>en</strong>e steltlopers betek<strong>en</strong>t.<br />
E<strong>en</strong> andere inspreker merkt op dat de aanwezigheid van deze viss<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>d is voor het<br />
voortbestaan <strong>en</strong> broedsucces van de steltlopers. Deze visbestand<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de laatste jar<strong>en</strong><br />
sterk afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn. De inspreker me<strong>en</strong>t dat duidelijke oorzak<strong>en</strong> hiervoor niet direct aan te<br />
wijz<strong>en</strong> zijn, maar dat mogelijk overbevissing of het int<strong>en</strong>sievere baggerbeleid hierbij e<strong>en</strong> rol<br />
spel<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het al dan niet reguler<strong>en</strong> van dit soort activiteit<strong>en</strong> is iets<br />
dat in het beheerplanproces of e<strong>en</strong> vergunningprocedure aan de orde komt.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat als er behoefte is aan jong schor <strong>en</strong> ondiep water, er gedeeltes van<br />
verouderde schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> rietveld<strong>en</strong> afgegrav<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, voor het behoud van de<br />
kraamkamerfunctie van de Westerschelde. De inspreker me<strong>en</strong>t dat als dit niet gebeurt het<br />
aantal steltlopers in de toekomst zal teruglop<strong>en</strong> door gebrek aan voedsel.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Maatregel<strong>en</strong> voor behoud <strong>en</strong> verbetering van<br />
natuurwaard<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in het beheerplan aan de orde.<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de recreatieve druk op intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong>, in het bijzonder de<br />
Hooge Plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse, de laatste jar<strong>en</strong> is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, wat gepaard gaat<br />
met meer verstoring van foerager<strong>en</strong>de vogels, broed<strong>en</strong>de vogels <strong>en</strong> rust<strong>en</strong>de of zog<strong>en</strong>de<br />
zeehond<strong>en</strong>. De inspreker stelt dat recreatie <strong>en</strong> toevar<strong>en</strong> zonder sterke verstoring van<br />
natuurwaard<strong>en</strong> in de Westerschelde goed mogelijk is, mits daarvoor e<strong>en</strong> integraal plan van<br />
toezicht <strong>en</strong> zonering in ruimte <strong>en</strong> tijd ingevoerd wordt.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het reguler<strong>en</strong> van activiteit<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot<br />
verstoring komt in het beheerplanproces aan de orde.<br />
104
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat kernopgave 1.05 “kwaliteit estuaria” spreekt van verbetering van<br />
de verhouding laagproductieve <strong>en</strong> hoogproductieve onderdel<strong>en</strong>. Inspreker vraagt zich af of hier<br />
“laag dynamisch” <strong>en</strong> “hoogdynamisch” bedoeld wordt <strong>en</strong> verzoekt de kernopgave te corriger<strong>en</strong>.<br />
Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat e<strong>en</strong> kernopgave ontbreekt voor het habitattype estuaria (1130)<br />
gericht op “uitbreiding areaal”. Inspreker verzoekt daarom hiervoor e<strong>en</strong> kernopgave te creër<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> toe te voeg<strong>en</strong> aan dit gebied. Deze herstelopgave wordt ook beoogd door LNV via onder<br />
meer de uitvoering van de zog<strong>en</strong>aamde Ontwikkelingsschets Schelde-estuarium 2010, aldus<br />
inspreker. Inspreker verzoekt e<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> aan deze kernopgav<strong>en</strong>. Bij<br />
de Westerschelde & Saeftinghe ontbrek<strong>en</strong> de relevante kernopgav<strong>en</strong>: 1.03 (Overstroomde<br />
zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>; biog<strong>en</strong>e structur<strong>en</strong>), 1.04 (Foerageerfunctie viset<strong>en</strong>de vogels), 1.10 (Diversiteit<br />
getijd<strong>en</strong>plat<strong>en</strong>), 1.11 (Rust <strong>en</strong> foerageergebied<strong>en</strong>), 1.12 (Hoogwatervluchtplaats vogels), 1.17<br />
(Broedgeleg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> foerageergebied). Inspreker verzoekt deze kernopgav<strong>en</strong> alsnog aan dit<br />
gebied toe te del<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze te verwerk<strong>en</strong> in concrete behoud of herstelopgav<strong>en</strong> voor soort<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> habitats.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De kernopgav<strong>en</strong> per gebied zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura<br />
2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> richting aan de uitwerking van de doel<strong>en</strong> in de<br />
beheerplann<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> niet in de besluit<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 4.1 van bijlage<br />
C). Bij het opstell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> vrij om binn<strong>en</strong> de kaders van het<br />
aanwijzingsbesluit aanvull<strong>en</strong>de prioriteit<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />
5. REACTIES OVER DE RECHTSGEVOLGEN<br />
5.1 ALGEMEEN<br />
Er wordt gewez<strong>en</strong> op het feit dat de gevolg<strong>en</strong> van het huidig gevoerde natuurbeleid e<strong>en</strong><br />
onev<strong>en</strong>redige belasting vorm<strong>en</strong> voor de bevolking van Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vlissing<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> stelt dat<br />
het onmogelijk is om op basis van de stukk<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong> wat de gevolg<strong>en</strong> van de aanwijzing<br />
zijn voor de individuele bedrijfsvoering. De scheiding in tijd tuss<strong>en</strong> het aanwijzingsbesluit <strong>en</strong><br />
het beheerplan wordt daarvoor verantwoordelijk gehoud<strong>en</strong>. Daarnaast word<strong>en</strong> er veel<br />
opmerking<strong>en</strong> gemaakt <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> gesteld over de diverse facett<strong>en</strong> van bestaand gebruik, de<br />
externe werking, de relatie met het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000, de relatie met<br />
de Kaderrichtlijn Water <strong>en</strong> Kaderrichtlijn Mari<strong>en</strong>e Strategie <strong>en</strong> de relatie met<br />
bestemmingsplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere ruimtelijke plann<strong>en</strong>, zoals de Integrale Visie Deltawater<strong>en</strong>.<br />
Enkele insprekers wijz<strong>en</strong> er op dat 1 oktober 2005 (de inwerkingtreding van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998) niet als peildatum voor bestaand gebruik kan di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Externe werking<br />
Het is moeilijk aan te gev<strong>en</strong> wat de precieze omvang van de externe werking van e<strong>en</strong> bepaalde<br />
activiteit is. In paragraaf 4.3 van de Nota van Antwoord staat dat dit afhangt van de aard van<br />
de activiteit zelf, de int<strong>en</strong>siteit ervan <strong>en</strong> de gevoeligheid van de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
soort<strong>en</strong>. Het valt op voorhand dus niet te zegg<strong>en</strong> of er beïnvloeding plaatsvindt. Dat betek<strong>en</strong>t<br />
dat wanneer niet uitgeslot<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied door e<strong>en</strong> bepaalde<br />
activiteit wordt beïnvloed, er bekek<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> of er op grond van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998 e<strong>en</strong> vergunningplicht voor e<strong>en</strong> bepaalde activiteit aan de orde is.<br />
Het is dus ev<strong>en</strong>min aan te gev<strong>en</strong> waar de externe werking van e<strong>en</strong> bepaalde activiteit eindigt.<br />
Het beleid om nieuwe natuur van ná 1 mei 1988 niet als verzuringgevoelig aan te merk<strong>en</strong>, is<br />
nooit van toepassing geweest op de oude Natuurbeschermingswet. Ook voor de<br />
inwerkingtreding van de Natuurbeschermingswet 1998 was het voor de beoordeling alle<strong>en</strong> van<br />
belang of e<strong>en</strong> bepaalde activiteit schade aan e<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<br />
toebracht. De vraag of e<strong>en</strong> deel van e<strong>en</strong> bepaald beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t als zog<strong>en</strong>oemde<br />
nieuwe natuur moest word<strong>en</strong> aangemerkt, heeft in deze besluitvorming ge<strong>en</strong> rol gespeeld. Als<br />
105
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
e<strong>en</strong> bepaald gebied als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t was aangewez<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>oot zo’n<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t de volledige bescherming van de Natuurbeschermingswet.<br />
In het beheerplan zal duidelijkheid gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor welke activiteit<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
vergunningplicht aan de orde kan zijn. De afstand tuss<strong>en</strong> de locatie van de activiteit <strong>en</strong> de te<br />
bescherm<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> is daarbij niet altijd doorslaggev<strong>en</strong>d; het gaat er om of e<strong>en</strong><br />
bepaalde activiteit al dan niet de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, waar<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> onderdeel van uitmak<strong>en</strong>, kan aantast<strong>en</strong>.<br />
Rond de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> wordt, volg<strong>en</strong>s sommige insprekers, e<strong>en</strong> beschermingszone<br />
ingesteld van 3.000 meter. Dat is echter niet van toepassing op de beoordeling van effect<strong>en</strong> op<br />
Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. In het kader van de Interimwet ammoniak <strong>en</strong> veehouderij 68 werd in<br />
verband met de ammoniakdepositie e<strong>en</strong> zone van 3.000 meter gehanteerd. Binn<strong>en</strong> die zone<br />
was de beïnvloeding door e<strong>en</strong> veehouderijbedrijf van verzuringsgevoelig gebied nog meetbaar.<br />
Tot deze gr<strong>en</strong>s kon e<strong>en</strong> vergunningplicht voor deze verzuringsgevoelige gebied<strong>en</strong> aan de orde<br />
zijn. Deze gr<strong>en</strong>s is inmiddels vervall<strong>en</strong>. Natura 2000 is gericht op de bescherming van de in het<br />
gebied voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> exacte gr<strong>en</strong>s waar de externe werking<br />
ophoudt, is in algem<strong>en</strong>e zin niet aan te gev<strong>en</strong>. Dit wordt van geval tot geval beoordeeld.<br />
Bepal<strong>en</strong>d is dus niet de afstand, maar of er sprake kan zijn van verslechtering of significante<br />
verstoring van natuurwaard<strong>en</strong> in het betreff<strong>en</strong>de gebied.<br />
Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
In de paragraf<strong>en</strong> 3.15, 4.6.4 <strong>en</strong> 4.6.9 van de Nota van Antwoord staat dat e<strong>en</strong> belangrijk deel<br />
van de aan te wijz<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, zoals dit gebied, reeds onder de oude<br />
Natuurbeschermingswet als beschermd of als staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t was aangewez<strong>en</strong>. Op<br />
grond van artikel 15a van de Natuurbeschermingswet 1998 vervalt e<strong>en</strong> besluit tot aanwijzing<br />
van e<strong>en</strong> beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t zodra het gebied is aangewez<strong>en</strong> als Natura 2000-gebied<br />
<strong>en</strong> voor zover het beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t binn<strong>en</strong> dat Natura 2000-gebied ligt. Dat<br />
betek<strong>en</strong>t dat wanneer e<strong>en</strong> deel van het beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t buit<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />
ligt, de oude aanwijzing als natuurmonum<strong>en</strong>t voor dat gebiedsdeel van kracht blijft.<br />
Voor Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> was dit reeds aan de orde.<br />
De instandhoudingsdoelstelling heeft, voor het deel van het Natura 2000-gebied waarop de<br />
aanwijzing als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t betrekking had, vanaf dat mom<strong>en</strong>t mede<br />
betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> van dat beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het<br />
behoud, herstel <strong>en</strong> de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke<br />
betek<strong>en</strong>is. Bepaling<strong>en</strong> uit de aanwijzing<strong>en</strong> tot beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t over natuurschoon,<br />
rust, stilte <strong>en</strong> over de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van het beschermde<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t blijv<strong>en</strong> gewoon van kracht <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> mede de inhoud van het beheerplan<br />
gaan bepal<strong>en</strong>. Op dit onderdeel br<strong>en</strong>gt Natura 2000 ge<strong>en</strong> verandering in de bestaande situatie.<br />
De minister van LNV heeft in De minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit heeft in<br />
e<strong>en</strong> brief van 30 juni 2009 (TK 2008-2009, 31700 XIV, nr. 160) aangekondigd e<strong>en</strong> voorstel tot<br />
wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 in procedure te zull<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zie voor verdere<br />
toelichting met betrekking tot beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> paragraaf 5.7 “Beschermde<br />
natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>” van de Nota van toelichting.<br />
Bestaand gebruik: peildatum <strong>en</strong> vergunningplicht<br />
In paragraf<strong>en</strong> 4.1 <strong>en</strong> 4.2 van de Nota van Antwoord wordt uitvoerig ingegaan op bestaand<br />
gebruik <strong>en</strong> hoe daarmee wordt omgegaan.<br />
Het aanwijz<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied leidt niet tot e<strong>en</strong> verbod op het verricht<strong>en</strong> van<br />
bepaalde handeling<strong>en</strong> zoals het zeil<strong>en</strong> of het vang<strong>en</strong> van vis. In het aanwijzingsbesluit staat<br />
alle<strong>en</strong> voor welke waard<strong>en</strong> het gebied is aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de gr<strong>en</strong>s van het betreff<strong>en</strong>de<br />
gebied is. In het besluit zelf is niet aangegev<strong>en</strong> of, <strong>en</strong> onder welke voorwaard<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> activiteit<br />
kan word<strong>en</strong> toegestaan.<br />
68 Wet van 9 juni 1994, houd<strong>en</strong>de tijdelijke regeling inzake de ammoniakdepositie veroorzaakt door veehouderij<strong>en</strong><br />
(Interimwet ammoniak <strong>en</strong> veehouderij). Staatsblad 1994, nr. 634.<br />
106
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Op grond van de huidige Natuurbeschermingswet 1998 geldt e<strong>en</strong> vergunningplicht voor<br />
activiteit<strong>en</strong> die in <strong>en</strong> om Natura 2000-gebied<strong>en</strong> de beschermde natuur kunn<strong>en</strong> verslechter<strong>en</strong> of<br />
e<strong>en</strong> significant verstor<strong>en</strong>d effect hebb<strong>en</strong> op de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>. Het<br />
gaat daarbij niet om e<strong>en</strong> vergunning voor alle activiteit<strong>en</strong>, maar alle<strong>en</strong> voor mogelijk<br />
schadelijke of significant verstor<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast is er in de wet e<strong>en</strong> uitzondering gemaakt voor bestaand gebruik waarvoor ge<strong>en</strong><br />
(nieuwe) vergunning nodig is. Deze uitzondering geldt, totdat het eerste beheerplan voor het<br />
desbetreff<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied onherroepelijk is geword<strong>en</strong>, voor bestaand gebruik “indi<strong>en</strong><br />
dat gebruik e<strong>en</strong> project is dat niet direct verband houdt met of nodig is voor het beheer van<br />
e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied maar dat afzonderlijk of in combinatie met andere project<strong>en</strong> of<br />
plann<strong>en</strong> significante gevolg<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong> voor het desbetreff<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied” (artikel<br />
19c, eerste lid van de Natuurbeschermingswet 1998).<br />
Tot na het onherroepelijk 69 word<strong>en</strong> van het Natura 2000-beheerplan is de vergunningplicht niet<br />
van toepassing op bestaand gebruik. De Natuurbeschermingswet 1998 omschrijft bestaand<br />
gebruik als “iedere handeling die voor 1 oktober 2005 werd verricht <strong>en</strong> sedertdi<strong>en</strong> niet of niet<br />
in betek<strong>en</strong><strong>en</strong>de mate is gewijzigd”.<br />
Om te voorkom<strong>en</strong> dat het bestaand gebruik de kwaliteit van de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied verslechtert <strong>en</strong> dat er door bestaand<br />
gebruik stor<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> significant effect kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op de soort<strong>en</strong><br />
waar het gebied voor is aangewez<strong>en</strong>, draagt het ministerie van LNV de verantwoordelijkheid<br />
dat - totdat het beheerplan onherroepelijk wordt - er in het gebied pass<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In het uiterste geval kan dit betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat op last van het ministerie van<br />
LNV het bestaande gebruik wordt stilgelegd. Het initiatief daartoe zal in alle gevall<strong>en</strong> van het<br />
ministerie van LNV uitgaan. E<strong>en</strong> vergunning blijft echter noodzakelijk als e<strong>en</strong> bedrijf zich nieuw<br />
vestigt of wanneer e<strong>en</strong> (bestaande) activiteit wordt uitgebreid of gewijzigd.<br />
In het beheerplan zal het bestaande gebruik beschrev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zal zo nodig aan<br />
voorwaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong>. Zoals in paragraaf 4.2.4 van de Nota van Antwoord reeds<br />
uite<strong>en</strong> wordt gezet, word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> per definitie gelegaliseerd. Dat e<strong>en</strong> bepaalde<br />
activiteit om wat voor red<strong>en</strong> dan ook als bestaand gebruik wordt aangemerkt, wil nog niet<br />
zegg<strong>en</strong> dat deze activiteit in het beheerplan zal word<strong>en</strong> toegestaan. Dat geldt ook voor<br />
inrichting<strong>en</strong> die niet vergunningplichtig zijn volg<strong>en</strong>s het Besluit lan<strong>db</strong>ouw milieubeheer (2006) 70<br />
uit de Wet milieubeheer of reeds in het bezit zijn van e<strong>en</strong> milieuwetvergunning. Zodra de<br />
Crisis- <strong>en</strong> herstelwet definitief is, is voorzi<strong>en</strong> dat bestaand gebruik dat onverhoopt niet in het<br />
beheerplan wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, vrijgesteld blijft van de vergunningplicht.<br />
Doorwerking aanwijzing in andere plann<strong>en</strong><br />
De verplichting om Natura 2000-gebied<strong>en</strong> aan te wijz<strong>en</strong> volgt direct uit de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> uit<br />
de Vogelrichtlijn. Mede op basis van Europeesrechterlijke uitsprak<strong>en</strong> kan er bij de selectie <strong>en</strong> bij<br />
de begr<strong>en</strong>zing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d van ecologische criteria word<strong>en</strong> uitgegaan.<br />
Dat betek<strong>en</strong>t in de praktijk dat de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van deze gebied<strong>en</strong> zijn bepaald door het gebruik dat<br />
de betreff<strong>en</strong>de plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong> van het gebied mak<strong>en</strong>. Terreindel<strong>en</strong> die van mindere<br />
kwaliteit zijn, kunn<strong>en</strong> deel uitmak<strong>en</strong> van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> als herstel van die terrein<strong>en</strong><br />
haalbaar is <strong>en</strong> als ze nodig zijn voor de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>.<br />
Daardoor zal de begr<strong>en</strong>zing van zo’n gebied niet in alle gevall<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met de<br />
bestemming die in e<strong>en</strong> vastgesteld bestemmingsplan aan het gebied is toegek<strong>en</strong>d. In het<br />
uiterste geval zou dat kunn<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> bepaalde bestemming die in e<strong>en</strong><br />
bestemmingsplan aan zo’n gebied rechtsgeldig is toegek<strong>en</strong>d, toch niet gerealiseerd kan<br />
word<strong>en</strong>, omdat daarvoor ge<strong>en</strong> vergunning op basis van de Natuurbeschermingswet 1998 kan<br />
69 E<strong>en</strong> beheerplan is pas onherroepelijk nadat alle juridische beroepsprocedures, die volg<strong>en</strong> op de definitieve<br />
vaststelling van zo’n beheerplan, definitief zijn afgerond.<br />
70 Besluit van 13 juli 2006, houd<strong>en</strong>de regels voor akkerbouw- of tuinbouwbedrijv<strong>en</strong> met op<strong>en</strong> grondteelt,<br />
melkrundveehouderij<strong>en</strong>, gemechaniseerde loonbedrijv<strong>en</strong>, witloftrekkerij<strong>en</strong>, teeltbedrijv<strong>en</strong> met eetbare paddestoel<strong>en</strong>,<br />
paard<strong>en</strong>houderij<strong>en</strong>, kinderboerderij<strong>en</strong>, kleinschalige veehouderij<strong>en</strong>, spoelbassins <strong>en</strong> opslag<strong>en</strong> van vaste mest (Besluit<br />
lan<strong>db</strong>ouw milieubeheer).<br />
107
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
word<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>d. In paragraf<strong>en</strong> 4.2 <strong>en</strong> 6.1 van de Nota van Antwoord wordt hierop verder<br />
ingegaan. Ook voor reconstructieplann<strong>en</strong> 71 , provinciale waterplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterbeheerplann<strong>en</strong><br />
van de waterschapp<strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong> gelijksoortige situatie. Het kan zijn dat dit soort plann<strong>en</strong> nog<br />
onvoldo<strong>en</strong>de concreet zijn om ze op de gevolg<strong>en</strong> voor Natura 2000-gebied<strong>en</strong> te toets<strong>en</strong>, maar<br />
op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t zull<strong>en</strong> al deze plann<strong>en</strong>, al dan niet bij hun nadere uitwerking, bij het<br />
opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong> afgestemd word<strong>en</strong> (paragraaf 6.3.2 van de Nota van Antwoord).<br />
Veiligheid waterkering <strong>en</strong> kustbeheer in relatie tot Natura 2000<br />
De veiligheid van de gebied<strong>en</strong> geldt als e<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong> van groot op<strong>en</strong>baar belang die,<br />
bij afwezigheid van alternatiev<strong>en</strong>, ingrep<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> significant effect in het Natura 2000gebied<br />
rechtvaardig<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat Natura 2000 het waarborg<strong>en</strong> van de (kust- <strong>en</strong><br />
water)veiligheid niet in de weg zal staan. Zie ook paragraaf 6.3.3 van de Nota van Antwoord.<br />
Project<strong>en</strong>, plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> die verband houd<strong>en</strong> met het kustbeheer kom<strong>en</strong> aan de orde in<br />
de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> (paragraaf 1.1.8 van de Nota van Antwoord).<br />
Relatie met stikstof<br />
In paragraaf 6.2 van de Nota van Antwoord wordt ingegaan op het toetsingskader Ammoniak<br />
<strong>en</strong> Natura 2000. Bij het realiser<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor Natura 2000gebied<strong>en</strong><br />
spel<strong>en</strong> de negatieve gevolg<strong>en</strong> van stikstofdepositie, met name ammoniak, e<strong>en</strong><br />
belangrijke rol. Om duidelijkheid te bied<strong>en</strong> tot het mom<strong>en</strong>t van vaststell<strong>en</strong> van de<br />
beheerplann<strong>en</strong> is beslot<strong>en</strong> interim-beleid te ontwikkel<strong>en</strong>. Dit zog<strong>en</strong>oemde toetsingskader<br />
Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000 is door de Ver<strong>en</strong>iging Nederlandse Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (VNG),<br />
Interprovinciaal Overleg (IPO) <strong>en</strong> het Rijk sam<strong>en</strong> opgesteld <strong>en</strong> in februari 2007 bestuurlijk<br />
geaccordeerd. Land- <strong>en</strong> Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) heeft ingestemd met dit<br />
akkoord. Op 22 mei 2007 is het als handreiking aan het bevoegd gezag verstuurd <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s<br />
aan de Tweede Kamer.<br />
Met behulp van het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000 kond<strong>en</strong> provincies relatief<br />
e<strong>en</strong>voudig beoordel<strong>en</strong> of veehouderijbedrijv<strong>en</strong> in de buurt van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong><br />
uitbreid<strong>en</strong> of niet. Ook kond<strong>en</strong> provincies met het toetsingskader beoordel<strong>en</strong> of nieuwe<br />
bedrijv<strong>en</strong> zich er kond<strong>en</strong> vestig<strong>en</strong>. De ammoniakuitstoot was daarbij bepal<strong>en</strong>d.<br />
In maart 2008 heeft de Raad van State echter geoordeeld dat het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong><br />
Natura 2000 onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt dat de natuurwaard<strong>en</strong> in Natura 2000-gebied<strong>en</strong> niet<br />
word<strong>en</strong> aangetast. Het toetsingskader is daardoor vervall<strong>en</strong> als g<strong>en</strong>eriek instrum<strong>en</strong>t.<br />
Naar aanleiding van deze uitspraak heeft de minister van LNV de Taskforce Trojan ingesteld. De<br />
taskforce heeft aangegev<strong>en</strong> dat er verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> van invloed zijn op het behal<strong>en</strong> van<br />
de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>; stikstofdepositie is er één van. Het rapport van deze<br />
taskforce heeft vervolg<strong>en</strong>s geleid tot e<strong>en</strong> proeve van e<strong>en</strong> handreiking voor het bevoegd gezag<br />
die op 24 november 2008 aan de Tweede Kamer 72 is gestuurd. Deze handreiking is e<strong>en</strong><br />
hulpmiddel <strong>en</strong> bevat aanwijzing<strong>en</strong> voor de beoordeling van bestaand gebruik <strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
activiteit<strong>en</strong> in of in de omgeving van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> die stikstofdepositie veroorzak<strong>en</strong>.<br />
Het is aan het bevoegd gezag om maatwerk te lever<strong>en</strong> bij de beoordeling van (voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>)<br />
activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij zoveel mogelijk de relevante factor<strong>en</strong> die hierop van invloed zijn te<br />
betrekk<strong>en</strong>. Zo kan bijvoorbeeld – afhankelijk van de situatie – e<strong>en</strong> afname van depositie<br />
word<strong>en</strong> verrek<strong>en</strong>d met de depositie veroorzaakt door de activiteit die ter beoordeling voorligt<br />
(saldering), zodat ruimte ontstaat voor economische ontwikkeling. Het voordeel hiervan is dat<br />
economische ontwikkeling, mits deze gepaard gaat met afname van de milieudruk, het<br />
realiser<strong>en</strong> van instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> dichterbij kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit di<strong>en</strong>t echter op<br />
gebiedsniveau op ecologische wijze onderbouwd te word<strong>en</strong>.<br />
In het wetsvoorstel Crisis- <strong>en</strong> herstelwet, zoals ingedi<strong>en</strong>d bij de Eerste Kamer, is e<strong>en</strong><br />
stikstofvoorzi<strong>en</strong>ing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die regelt dat indi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> sprake is van e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van de<br />
stikstofdepositie er e<strong>en</strong> vrijstelling van de vergunningplicht geldt voor het aspect stikstof.<br />
Verder komt er e<strong>en</strong> Programma Stikstof gericht op borging van de dal<strong>en</strong>de lijn van de<br />
depositie.<br />
71 Plann<strong>en</strong> op grond van de Wet van 31 januari 2002, houd<strong>en</strong>de regels inzake de reconstructie van<br />
conc<strong>en</strong>tratiegebied<strong>en</strong> (Reconstructiewet conc<strong>en</strong>tratiegebied<strong>en</strong>). Staatsblad 2002, nr.115.<br />
72 Tweede Kamer, 2008-2009, 30654, nr. 62.<br />
108
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
In het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe is het habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>,<br />
kalkrijk (H2190B) het meest gevoelig voor stikstof 73 .<br />
Kaderrichtlijn Water<br />
Het gebied Westerschelde & Saeftinghe maakt deel uit van het stroomgebied Schelde 74 . Voor de<br />
Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is voor de Schelde e<strong>en</strong> stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan<br />
vastgesteld. Natura 2000-gebied<strong>en</strong> zijn in de stroomgebie<strong>db</strong>eheerplann<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als<br />
gebied<strong>en</strong> waar water e<strong>en</strong> bijzondere bescherming behoeft. De in het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan<br />
Schelde op te nem<strong>en</strong> milieudoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dan ook<br />
overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong> met de doel<strong>en</strong> van Natura 2000. De afstemming van doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de weergave<br />
daarvan in het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan beperkt zich tot die del<strong>en</strong> van de doelstelling<strong>en</strong> van<br />
Natura 2000 die e<strong>en</strong> relatie hebb<strong>en</strong> met de ecologische of chemische kwaliteit van het water.<br />
Het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan wordt uitgewerkt in de provinciale waterplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />
waterbeheerplann<strong>en</strong> van waterschapp<strong>en</strong>. Daar waar in de afstemming strijdigheid kan ontstaan<br />
wordt maatwerk toegepast <strong>en</strong> wordt afhankelijk van de situatie de KRW of de Vogel- <strong>en</strong><br />
Habitatrichtlijn<strong>en</strong> als richtinggev<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Tot gebiedsspecifiek maatwerk behoort<br />
bijvoorbeeld de door de waterschapp<strong>en</strong> opgestelde Gew<strong>en</strong>ste Grond <strong>en</strong> Oppervlakte Water<br />
Regiems (GGOR’s) 75 .<br />
Waar nodig zull<strong>en</strong> de lokale watervereist<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daarvoor b<strong>en</strong>odigde maatregel<strong>en</strong> verder<br />
word<strong>en</strong> uitgewerkt <strong>en</strong> in de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zie ook Nota van<br />
Antwoord paragraaf 6.3.<br />
Gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong><br />
De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> (<strong>en</strong> ook de beheerplann<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> opgesteld vanuit de nationale<br />
Natuurbeschermingswet. Er bestaan daarom ge<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />
Wel zijn er Natura 2000-gebied<strong>en</strong> die aansluit<strong>en</strong> op Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op Belgisch of Duits<br />
grondgebied, waaronder het gebied Westerschelde & Saeftinghe. De Natuurbeschermingswet<br />
gaat echter niet over de gr<strong>en</strong>s. Er zal daarom e<strong>en</strong> Nederlands beheerplan word<strong>en</strong> opgesteld dat<br />
<strong>en</strong>kel van toepassing is op het beschermde gebied op Nederlandse grond. Hierbij is<br />
sam<strong>en</strong>werking met het betreff<strong>en</strong>de buurland e<strong>en</strong> nadrukkelijk punt van aandacht. Zie ook Nota<br />
van Antwoord paragraf<strong>en</strong> 1.1.5 <strong>en</strong> 1.3.3.<br />
Aangezi<strong>en</strong> de Natuurbeschermingswet 1998 beperkt is tot Nederlands grondgebied, kan<br />
Nederland ge<strong>en</strong> vergunningplicht word<strong>en</strong> opgelegd voor activiteit<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> andere lidstaat<br />
plaatsvind<strong>en</strong>. Die andere lidstaat zal, volg<strong>en</strong>s artikel 6 van de Habitatrichtlijn, zijn eig<strong>en</strong><br />
nationale wetgeving moet<strong>en</strong> hanter<strong>en</strong> om te beoordel<strong>en</strong> of zo’n activiteit mogelijke gevolg<strong>en</strong><br />
heeft voor e<strong>en</strong> Nederlands Natura 2000-gebied. Andersom moet Nederland in het kader van<br />
e<strong>en</strong> vergunningverl<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> habitattoets uitvoer<strong>en</strong>, om te bepal<strong>en</strong> of activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> onze<br />
landsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> mogelijke effect<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op Natura 2000-gebied<strong>en</strong> in Duitsland of België. Zie<br />
ook Nota van Antwoord paragraaf 4.3.3.<br />
5.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE RECHTSGEVOLGEN<br />
Meerdere insprekers vrag<strong>en</strong> naar de relatie tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele ontpoldering van de Hertogin<br />
Hedwigepolder in het kader van het Verdiepingsverdrag Westerschelde. Eén van de vrag<strong>en</strong> die<br />
gesteld is, is of de comp<strong>en</strong>sati<strong>en</strong>atuur, in de Hertogin Hedwigepolder of op e<strong>en</strong> andere locatie,<br />
ook binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied komt te vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> hiervoor ook<br />
(afrek<strong>en</strong>bare) doel<strong>en</strong> opgesteld word<strong>en</strong>.<br />
Ontpoldering van de Hertogin Hedwigepolder maakt onderdeel uit van de in het verdrag tuss<strong>en</strong><br />
Nederland <strong>en</strong> het Vlaams Gewest over de uitvoering van ontwikkelingschets van het Scheldeestuarium<br />
(Trb. 2005, 310) opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> natuurherstelmaatregel<strong>en</strong>. Uitbreiding van het Natura<br />
73 Van Dobb<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Hinsberg (2008): Overzicht van kritische depositiewaard<strong>en</strong> voor stikstof, toegepast op<br />
habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Alterra-rapport 1654.<br />
74 http://www.kaderrichtlijnwater.nl/uitvoering/<br />
75 De te nem<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> voor grondwater word<strong>en</strong> gebiedsspecifiek vastgesteld via het GGOR in het<br />
stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan dat opgesteld wordt naar aanleiding van de Kaderrichtlijn Water (EU-richtlijn voor<br />
waterkwaliteit).<br />
109
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
2000-gebied Westerschelde zal plaatsvind<strong>en</strong> door het nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> afzonderlijk besluit <strong>en</strong> is<br />
nu niet aan de orde.<br />
6. REACTIES OVER DE RELATIE MET DE BEHEERPLANNEN<br />
6.1 ALGEMEEN<br />
De wijze waarop de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> al dan niet verwez<strong>en</strong>lijkt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
wordt in vele zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> aan de orde gesteld. Zo wordt in verschill<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s<br />
uitgesprok<strong>en</strong> om de plann<strong>en</strong> zo te ontwikkel<strong>en</strong> dat daardoor de aanwezige natuurwaard<strong>en</strong> zich<br />
kunn<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de kom<strong>en</strong>de g<strong>en</strong>eraties behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>. Er wordt gewez<strong>en</strong> op de<br />
diverse vorm<strong>en</strong> van ongew<strong>en</strong>st gebruik van het gebied. In weer andere zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> van<br />
m<strong>en</strong>ing dat bepaalde vorm<strong>en</strong> van gebruik ge<strong>en</strong> negatieve invloed op de natuurwaard<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> wordt bepleit dat het huidige landgebruik ongehinderd voortgang moet kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>. In<br />
e<strong>en</strong> ander verband wordt er zorg uitgesprok<strong>en</strong> over de bescherming van habitattyp<strong>en</strong> als<br />
estuaria. Er wordt opgemerkt dat door de nationale procedure, waarbij eerst de gebied<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> doelstelling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geformuleerd <strong>en</strong> pas in e<strong>en</strong> later stadium de<br />
beheerplann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgesteld, aan sociaal-economische belang<strong>en</strong> voorbij wordt gegaan.<br />
Ook zou er in zijn algeme<strong>en</strong>heid onvoldo<strong>en</strong>de duidelijkheid bestaan over het algehele<br />
ambiti<strong>en</strong>iveau <strong>en</strong> de consequ<strong>en</strong>ties van de aanwijzing <strong>en</strong> het toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Tot slot gev<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de insprekers aan betrokk<strong>en</strong> te will<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan.<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Volgorde aanwijzing <strong>en</strong> beheerplan<br />
In de Nota van Antwoord staat in paragraaf 1.4 het nodige over de relatie tuss<strong>en</strong> de<br />
aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de nog op te stell<strong>en</strong> beheerplann<strong>en</strong>. Ook de onderbouwing van de<br />
keuze om niet gelijktijdig tot vaststelling van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
beheerplan over te gaan wordt in paragraaf 1.4.1 van de Nota van Antwoord uite<strong>en</strong>gezet.<br />
E<strong>en</strong> uitzondering hierop vorm<strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> waar de provincies het voortouw hebb<strong>en</strong> voor het<br />
opstell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>. Op verzoek van de provincies heeft de minister van LNV in het<br />
Algeme<strong>en</strong> Overleg met de Tweede Kamer van 13 februari 2008 toegezegd te wacht<strong>en</strong> met het<br />
definitief mak<strong>en</strong> van de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> voor die gebied<strong>en</strong> waarvoor de provincie<br />
voortouwnemer is <strong>en</strong> die daarvoor door de provincie zijn aangemeld. De provincies word<strong>en</strong><br />
voor deze gebied<strong>en</strong> eerst in de geleg<strong>en</strong>heid gesteld met de omgeving concept beheerplann<strong>en</strong><br />
op te stell<strong>en</strong> op basis van de ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. De besluitvorming van deze<br />
aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> is daarom uitgesteld tot na 1 september 2009. Hierna zull<strong>en</strong> de ontwerpaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />
verder in procedure word<strong>en</strong> gebracht.<br />
Voor de gebied<strong>en</strong> waar het Rijk het voortouw heeft voor het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan, zoals<br />
bij Westerschelde & Saeftinghe blijft de volgorde: eerst vaststell<strong>en</strong> van aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
daarna vaststell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>.<br />
Beheerplan <strong>en</strong> bestaand gebruik<br />
Zoals in paragraf<strong>en</strong> 1.5 <strong>en</strong> 4.2 van de Nota van Antwoord staat vermeld, kan bestaand gebruik<br />
e<strong>en</strong> plaats in het beheerplan krijg<strong>en</strong>. Hierbij wordt zoveel mogelijk ruimte gelat<strong>en</strong> voor het<br />
continuer<strong>en</strong> van bestaand gebruik, echter wel binn<strong>en</strong> de voorwaard<strong>en</strong> die de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> daaraan stell<strong>en</strong>. Uiteindelijk heeft het beheerplan e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale<br />
rol als het gaat om de regulering van bestaand gebruik. In e<strong>en</strong> beheerplan wordt concreet<br />
gemaakt hoe <strong>en</strong> op welke termijn de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van het gebied gerealiseerd<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het beheerplan zal duidelijkheid verschaff<strong>en</strong> over de vereiste milieukwaliteit <strong>en</strong><br />
over de ruimtelijke sam<strong>en</strong>hang met de omgeving. In het beheerplan zal dus ook aan de orde<br />
kom<strong>en</strong> of bestaand gebruik (mogelijk onder voorwaard<strong>en</strong>) vergunningvrij kan word<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het beheerplan of dat e<strong>en</strong> activiteit het realiser<strong>en</strong> van de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> bemoeilijkt <strong>en</strong> daardoor vergunningplichtig is in het kader van de<br />
Natuurbeschermingswet.<br />
110
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
De opstellers van de beheerplann<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> onderling afstemm<strong>en</strong> hoe zij met bestaand gebruik<br />
om will<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong> hoe zij dit in het beheerplan zull<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong>. Mogelijk kan niet voor al het<br />
bestaand gebruik t<strong>en</strong> tijde van het vaststell<strong>en</strong> van het beheerplan word<strong>en</strong> bepaald wat het<br />
effect is op de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Voor deze gevall<strong>en</strong> van bestaand gebruik zal dan<br />
ook tijd<strong>en</strong>s de looptijd van het beheerplan (maximaal 6 jaar) e<strong>en</strong> traject van<br />
vergunningverl<strong>en</strong>ing aan de orde blijv<strong>en</strong>.<br />
De bescherming van e<strong>en</strong> bepaalde diersoort zoals de driete<strong>en</strong>strandloper (A144) is e<strong>en</strong> thema<br />
dat in e<strong>en</strong> beheerplan thuishoort. Als er voor de bescherming van e<strong>en</strong> bepaalde diersoort<br />
bepaalde specifieke maatregel<strong>en</strong> nodig zijn, dan behoort dit in het beheerplan geregeld te<br />
word<strong>en</strong>. Dat kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat er ook maatregel<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het Natura 2000gebied<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Jacht, wil<strong>db</strong>eheer <strong>en</strong> schadebestrijding word<strong>en</strong> gereguleerd door de bepaling<strong>en</strong> van de Flora-<br />
<strong>en</strong> faunawet. Dit betek<strong>en</strong>t dat zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> over dit onderwerp ge<strong>en</strong> directe relatie hebb<strong>en</strong> met<br />
de aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, maar met de bepaling<strong>en</strong> van de Flora- <strong>en</strong> faunawet.<br />
De huidige regels voor jacht <strong>en</strong> wil<strong>db</strong>eheer volg<strong>en</strong>s de Flora- <strong>en</strong> faunawet zijn door de<br />
aanwijzing als Natura 2000-gebied niet gewijzigd. Over wil<strong>db</strong>eheer <strong>en</strong> schadebestrijding zijn<br />
afsprak<strong>en</strong> gemaakt in het Faunabeheerplan. Zie verder paragraaf 6.4.2 van de Nota van<br />
Antwoord.<br />
Betrokk<strong>en</strong>heid bij beheerplan<br />
De w<strong>en</strong>s om betrokk<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan <strong>en</strong> de diverse ideeën die<br />
daarover naar vor<strong>en</strong> zijn gebracht, zijn e<strong>en</strong> goed signaal. De integrale b<strong>en</strong>adering die het<br />
beheerplan voorstaat, kan alle<strong>en</strong> succesvol zijn bij voldo<strong>en</strong>de betrokk<strong>en</strong>heid. Per gebied is één<br />
bevoegd gezag de zog<strong>en</strong>aamde voortouwnemer voor het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan. Voor dit<br />
gebied is dat Rijkswaterstaat Zeeland.<br />
Het is aan de voortouwnemer om grondeig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, gebruikers, andere overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> of verteg<strong>en</strong>woordigers te betrekk<strong>en</strong> bij het beheerplan. Belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> natuurlijk ook zelf het initiatief nem<strong>en</strong> hun verteg<strong>en</strong>woordigers of de voortouwnemer te<br />
b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Het is niet uitvoerbaar verzoek<strong>en</strong> om betrokk<strong>en</strong>heid bij het beheerplan, zoals<br />
verwoord in e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>, door te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aan de voortouwnemer.<br />
6.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE RELATIE MET DE BEHEERPLANNEN<br />
E<strong>en</strong> inspreker stelt dat er onvoldo<strong>en</strong>de onderbouwing is voor met name verstoringsafstand<strong>en</strong><br />
tot vogelsoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitats. Daarnaast wordt gesteld dat het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van<br />
soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitats niet wordt g<strong>en</strong>oemd in ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>.<br />
Er kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vaste verstoringsafstand<strong>en</strong> tot de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />
De omvang van de externe werking is afhankelijk van welke specifieke activiteit<strong>en</strong> in het<br />
specifieke gebied plaatsvind<strong>en</strong>. Het gaat om het effect van e<strong>en</strong> activiteit op de<br />
instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gebied. Dit is maatwerk dat in het beheerplan sam<strong>en</strong> met<br />
de betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> uitgewerkt.<br />
In het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t is ingegaan op de ecologische vereist<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
habitattyp<strong>en</strong>, welke omschrijv<strong>en</strong> onder welke omstandighed<strong>en</strong> zij het best gedij<strong>en</strong>. Naast deze<br />
ecologische vereist<strong>en</strong> is het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> sterk<br />
afhankelijk van de omgeving waarin zij voorkom<strong>en</strong>. Het was daarom niet mogelijk om in het<br />
aanwijzingsbesluit e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e indicatie van het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
habitattyp<strong>en</strong> vast te legg<strong>en</strong>.<br />
Veel insprekers pleit<strong>en</strong> voor één beheerplan voor het gehele Deltagebied, inclusief regionale<br />
doel<strong>en</strong>. Het kan voorkom<strong>en</strong> dat aantall<strong>en</strong> vogels niet altijd in hetzelfde gebied broed<strong>en</strong>,<br />
foerager<strong>en</strong> of rust<strong>en</strong>. Door één beheerplan op te stell<strong>en</strong> wordt ingespeeld op deze dynamiek <strong>en</strong><br />
wordt voorkom<strong>en</strong> dat er onev<strong>en</strong>redig zware maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als soort<strong>en</strong><br />
van het <strong>en</strong>e naar het andere gebied migrer<strong>en</strong>.<br />
De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gebied<strong>en</strong> in de Delta verschill<strong>en</strong> onderling teveel van<br />
elkaar om als één sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d gebied gezi<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Hierbij valt te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan<br />
111
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> zoet <strong>en</strong> zout water, gebied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vast waterpeil of juist getijd<strong>en</strong>werking <strong>en</strong><br />
ev<strong>en</strong>tuele invloed<strong>en</strong> van rivier<strong>en</strong>.<br />
7. REACTIES OVER SCHADE<br />
In e<strong>en</strong> groot aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt erop gewez<strong>en</strong> dat er als gevolg van deze aanwijzing<br />
inkom<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>sschade kan optred<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> mist in het besluit e<strong>en</strong> paragraaf over<br />
schade <strong>en</strong> het betal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> schadevergoeding. Verscheid<strong>en</strong>e insprekers verwacht<strong>en</strong> onder<br />
andere schade te lijd<strong>en</strong> door vraat <strong>en</strong> overlast van foerager<strong>en</strong>de niet-broedvogels (met name<br />
ganz<strong>en</strong> <strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Verder wordt aangevoerd dat bij het aannem<strong>en</strong> van de Habitatrichtlijn de<br />
toezegging is gedaan dat de eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebruikers van de grond niet de financiële last<br />
van deze maatregel<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>. Artikel 31 van de Natuurbeschermingswet 1998 biedt<br />
volg<strong>en</strong>s de insprekers ge<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>de mogelijkheid voor comp<strong>en</strong>satie. Verder zou de aanwijzing<br />
als Natura 2000-gebied e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>ding van het eig<strong>en</strong>domsrecht oplever<strong>en</strong> <strong>en</strong> in strijd zijn met<br />
artikel 1 van het Eerste Protocol van het Europese Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s. Ook<br />
de beperking<strong>en</strong> van artikel 19d tot <strong>en</strong> met 19l <strong>en</strong> artikel 20 van de Natuurbeschermingswet<br />
1998 zou e<strong>en</strong> dermate zware verplichting oplever<strong>en</strong> dat het eig<strong>en</strong>dom of het gebruikersrecht<br />
ge<strong>en</strong> waarde van <strong>en</strong>ige betek<strong>en</strong>is overhoudt. Er wordt in dit kader om e<strong>en</strong> volledige<br />
schadeloosstelling gevraagd.<br />
Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />
gemaakt:<br />
Schadevergoeding<br />
Zoals in hoofdstuk 5 van de Nota van Antwoord over dit onderwerp staat vermeld, zijn in de<br />
aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aparte vergoedingsregeling<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De huidige wettelijke<br />
regeling biedt namelijk voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> voor comp<strong>en</strong>satie. Het gaat dan in het<br />
bijzonder om artikel 31 van de Natuurbeschermingswet 1998. M<strong>en</strong> kan in aanmerking kom<strong>en</strong><br />
voor schadevergoeding, indi<strong>en</strong> aan bepaalde voorwaard<strong>en</strong> is voldaan.<br />
De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> naar verwachting niet snel e<strong>en</strong> recht op schadevergoeding<br />
gev<strong>en</strong>, omdat het aanwijzingsbesluit zelf over het algeme<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> oplevert. Pas in<br />
het kader van het beheerplan of bij vergunningverl<strong>en</strong>ing kunn<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld<br />
aan het bestaand gebruik, aan voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> of aan de ontwikkeling<br />
van nieuwe activiteit<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> komt in aanmerking voor schadevergoeding, indi<strong>en</strong> aan de<br />
volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong> is voldaan:<br />
1. er is schade geled<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> aanwijzing van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, door het weiger<strong>en</strong><br />
van e<strong>en</strong> vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (of door e<strong>en</strong> daaraan<br />
verbond<strong>en</strong> voorwaarde) of door bepaling<strong>en</strong> in het Natura 2000-beheerplan;<br />
2. de schade behoort redelijkerwijs niet (geheel) voor eig<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te blijv<strong>en</strong>;<br />
3. de vergoeding van de schade is niet (voldo<strong>en</strong>de) verzekerd door aankoop, onteig<strong>en</strong>ing of<br />
door andere maatregel<strong>en</strong>, zoals beheersubsidies.<br />
Rol van het beheerplan bij schade<br />
In de nog op te stell<strong>en</strong> Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> zal uiteindelijk word<strong>en</strong> bepaald wanneer <strong>en</strong><br />
hoe de doel<strong>en</strong> gerealiseerd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke maatregel<strong>en</strong> daarvoor noodzakelijk zijn. Pas op<br />
dat mom<strong>en</strong>t kan er e<strong>en</strong> nauwkeurige kost<strong>en</strong>inschatting word<strong>en</strong> gemaakt. Er wordt grote<br />
waarde gehecht aan goede financiële dekking van de realisering van de doel<strong>en</strong> in de<br />
beheerplann<strong>en</strong>. Het bov<strong>en</strong>staande houdt niet alle<strong>en</strong> in dat Nederland zich inspant om zoveel<br />
mogelijk habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding te houd<strong>en</strong> of te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het betek<strong>en</strong>t ook dat de comp<strong>en</strong>satie van mogelijke inkom<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>sschade<br />
van de betrokk<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruikers aan de orde di<strong>en</strong>t te kom<strong>en</strong>. Artikel 31 van de<br />
Natuurbeschermingswet 1998 is juist voor dit doel door de wetgever in de wet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
deze heeft geme<strong>en</strong>d daarmee e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de mogelijkheid voor nadeelcomp<strong>en</strong>satie te bied<strong>en</strong>.<br />
Resolutie 2004/2164(INI) van het Europese Parlem<strong>en</strong>t over de financiering van Natura 2000,<br />
waarnaar verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is verwez<strong>en</strong>, biedt dan ook ge<strong>en</strong> grond voor de<br />
stelling dat artikel 31 van Natuurbeschermingswet 1998 onvoldo<strong>en</strong>de<br />
comp<strong>en</strong>satiemogelijkhed<strong>en</strong> zou bied<strong>en</strong>.<br />
112
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C<br />
Schade door foerager<strong>en</strong>de vogels<br />
Grondgebruikers met grond<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> of in de nabijheid van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, waarbij<br />
sprake is van e<strong>en</strong> onbelemmerde lan<strong>db</strong>ouwproductie (dus ge<strong>en</strong> natuurpacht <strong>en</strong> dergelijke),<br />
kunn<strong>en</strong> bij het Faunafonds e<strong>en</strong> verzoek indi<strong>en</strong><strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> tegemoetkoming voor schade die is<br />
veroorzaakt door beschermde inheemse diersoort<strong>en</strong> (zoals wilde ganz<strong>en</strong> <strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Het<br />
Faunafonds keert e<strong>en</strong> tegemoetkoming uit indi<strong>en</strong> deze schade niet of niet geheel voor rek<strong>en</strong>ing<br />
van de grondgebruiker hoort te vall<strong>en</strong>. Zie ook Nota van Antwoord paragraaf 5.9.<br />
Eig<strong>en</strong>domsrecht<br />
Van sch<strong>en</strong>ding van het eig<strong>en</strong>domsrecht <strong>en</strong> van strijdigheid met artikel 1 van het Eerste Protocol<br />
van het Europese Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s (EVRM) is ge<strong>en</strong> sprake. Artikel 1,<br />
eerste lid, van het Eerste Protocol van het EVRM bepaalt dat alle natuurlijke rechtsperson<strong>en</strong><br />
recht hebb<strong>en</strong> op het ongestoord g<strong>en</strong>ot van hun eig<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> dat niemand van zijn eig<strong>en</strong>dom<br />
zal word<strong>en</strong> beroofd, behalve indi<strong>en</strong> sprake is van algeme<strong>en</strong> belang <strong>en</strong> met inachtneming van de<br />
voorwaard<strong>en</strong> neergelegd in de wet <strong>en</strong> in de algem<strong>en</strong>e beginsel<strong>en</strong> van het internationaal recht.<br />
De voorwaard<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> gesteld aan het beheer van grond, die nodig is voor het realiser<strong>en</strong><br />
van het Natura 2000-netwerk, lever<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aantasting op van het recht van eig<strong>en</strong>dom. De<br />
bepaling uit het EVRM laat onverlet dat de staat het recht heeft om die wett<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong><br />
die noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht om het gebruik van eig<strong>en</strong>dom te reguler<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming<br />
met het algeme<strong>en</strong> belang.<br />
113
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
Bijlage C 114
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
App<strong>en</strong>dix<br />
App<strong>en</strong>dix<br />
Toelichting op de selectie- <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zingscriteria die bij de aanwijzing van<br />
het Vogelrichtlijngebied Westerschelde gebruikt zijn.<br />
Onderstaande paragraf<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de Nota van toelichting van het<br />
Vogelrichtlijnbesluit.<br />
3. Gebiedsbeschrijving, aanduiding leefgebied <strong>en</strong> Begr<strong>en</strong>zing.<br />
3.2 Aanduiding leefgebied<br />
De Westerschelde is aangewez<strong>en</strong> als Speciale Beschermingszone onder de Vogelrichtlijn<br />
vanwege de aanwezigheid van schorr<strong>en</strong>, slikk<strong>en</strong>, plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiep water die als geheel het<br />
leefgebied vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal in artikel 4 van de Richtlijn bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. Het is<br />
e<strong>en</strong> watergebied dat het leefgebied vormt van soort<strong>en</strong> van Bijlage I van de Vogelrichtlijn (art.<br />
4.1) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s fungeert als broed-, rui-, overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats in de trekzone van<br />
andere trekvogelsoort<strong>en</strong> (art. 4.2). De begr<strong>en</strong>zing van de Beschermingszone is zo gekoz<strong>en</strong> dat<br />
e<strong>en</strong> in landschappelijk <strong>en</strong> vogelkundig opzicht sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d geheel is ontstaan dat in<br />
sam<strong>en</strong>hang met SBZ Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge, Zwin <strong>en</strong> Oosterschelde voorziet in de<br />
beschermingsbehoefte met betrekking tot het voortbestaan <strong>en</strong>/of voortplant<strong>en</strong> van bedoelde<br />
vogelsoort<strong>en</strong>.<br />
Het onderhavige gebied is tev<strong>en</strong>s aangewez<strong>en</strong> als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is<br />
onder de Wetlands-Conv<strong>en</strong>tie vanwege de aanwezigheid van e<strong>en</strong> bijzonder wetlandtype<br />
(criterium 1), het voorkom<strong>en</strong> van kwetsbare of bedreigde soort<strong>en</strong> of geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />
(criterium 2), het voorkom<strong>en</strong> van plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong>/of diersoort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gevoelig deel van hun<br />
lev<strong>en</strong>scyclus (criterium 4) <strong>en</strong> het voorkom<strong>en</strong> van belangrijke aantall<strong>en</strong> watervogels (criterium 5<br />
<strong>en</strong> 6).<br />
4. Vogelkundige- <strong>en</strong> andere wetlandwaard<strong>en</strong><br />
4.1 Kwalificer<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />
De Westerschelde kwalificeert als Speciale Beschermingszone onder de Vogelrichtlijn vanwege<br />
het voorkom<strong>en</strong> van drempeloverschrijd<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> van Grauwe Gans, Berge<strong>en</strong>d,<br />
Scholekster, Kluut 76 , Bontbekplevier, Zilverplevier, Kanoetstrandloper, Driete<strong>en</strong>strandloper,<br />
Bonte Strandloper, Rosse Grutto, Wulp, Tureluur, Grote Stern <strong>en</strong> Visdief, die het gebied<br />
b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> als broedgebied, ruigebied, overwinteringsgebied <strong>en</strong>/of rustplaats. Het gebied kan<br />
hierdoor tev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> aangemerkt als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is zoals bedoeld<br />
in de Wetlands-Conv<strong>en</strong>tie (criterium 6). Het gebied kwalificeert tev<strong>en</strong>s omdat het behoort tot<br />
één van de vijf belangrijkste broedgebied<strong>en</strong> voor Grote Stern, Visdief <strong>en</strong> Dwergstern in<br />
Nederland.<br />
De Westerschelde wordt verder aangemeld als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is onder<br />
de Wetlands-conv<strong>en</strong>tie vanwege het geregeld voorkom<strong>en</strong> van minst<strong>en</strong>s 20.000 watervogels<br />
(criterium 5).<br />
Soort<strong>en</strong> van Bijlage I waarvoor het gebied tot "e<strong>en</strong> van de vijf belangrijkste" in Nederland behoort<br />
Soort Art. 4 Brv a Aantal NL b % in 5e c % in SBZ d Telperiode<br />
Grote Stern Sterna sandvic<strong>en</strong>sis 1 Ja 11 700 1,8% 18,1% 1993-97<br />
Visdief Sterna hirundo 1 Ja 17 200 5,6% 5,7% 1993-97<br />
Dwergstern Sterna albifrons 1 Ja 430 6% 23% 1993-97<br />
Soort<strong>en</strong> van Bijlage I <strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>de watervogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied aan de 1%-drempel voldoet<br />
Soort Art. 4 Brv a Biogeogr. populatie e 1% Biopop f % in SBZ g Telperiode<br />
Grauwe Gans Anser anser 2 Nee NW/ZW-Europa 2 000 5,8% 1993-97<br />
Berge<strong>en</strong>d Tadorna tadorna 2 Nee NW-Europa 3 000 1,7% 1993-97<br />
76 Onderstreepte soort<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in Bijlage I van de Richtlijn (artikel 4.1).<br />
115
122 Westerschelde & Saeftinghe<br />
App<strong>en</strong>dix<br />
Scholekster Haematopus ostralegus 2 Nee Europa/N&W-Afrika 9 000 2,2% 1993-97<br />
Kluut Recurvirostra avosetta 1 Nee W-Europa/W-Mid. Zee 700 1,1% 1993-97<br />
Bontbekplevier Charadrius hiaticula 2 Nee West/Zuid-Afrika (win) 2 000 1,2% 1993-96<br />
Zilverplevier Pluvialis squatarola 2 Nee Oost-Atlantisch 1 500 2,5% 1993-97<br />
Kanoet C. canutus islandica 2 Nee NO-Canada/NW-Euro 350 000 1,0% 1993-97<br />
Driete<strong>en</strong>strandloper Calidris alba 2 Nee Oost-Atlantisch ... 1 000 1,3% 1993-97<br />
Bonte Strandloper Calidris alpina 2 Nee N-Siberië/West-Afrika 14 000 2,1% 1993-97<br />
Rosse Grutto Limosa lapponica 1 Nee W-Palearctisch (win) 1 000 1,3% 1993-97<br />
Wulp Num<strong>en</strong>ius arquata 2 Nee Europa 3 500 1,1% 1993-97<br />
Tureluur Tringa totanus totanus 2 Nee Oost-Atlantisch (win) 1 500 1,3% 1993-97<br />
Grote Stern Sterna sandvic<strong>en</strong>sis 1 Ja W-Europa/W-Afrika 500 bp 4,2% 1993-97<br />
Visdief Sterna hirundo 1 Ja Zuid-/West-Europa 600 bp 1,6% 1993-97<br />
(a) De kwalificatie betreft in het gebied broed<strong>en</strong>de vogels (indi<strong>en</strong> ingevuld met "ja") of niet-broedvogels (“nee”)<br />
(b) Omvang van de Nederlandse broedpopulatie (in par<strong>en</strong>)<br />
(c) Aantal in het op vier na belangrijkste gebied (5e gebied) uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke broedpopulatie<br />
(d) Aantal in het onderhavige gebied uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke broedpopulatie<br />
(e) Biogeografische populatie waartoe de in Nederland pleister<strong>en</strong>de exemplar<strong>en</strong> van deze soort word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d<br />
(f) Drempelwaarde zijnde 1% van de betreff<strong>en</strong>de biografische populatie (biografische populaties <strong>en</strong> drempelwaard<strong>en</strong> van nietbroed<strong>en</strong>de<br />
vogels ontle<strong>en</strong>d aan Rose & Scott 1997, Waterfowl Population Estimates – 2 nd edition. Wetlands International,<br />
Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>; broedvogels (par<strong>en</strong>) zie notitie "Selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong>", bijlage 2B)<br />
(g) Aantal in het onderhavige gebied uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de biogeografische populatie<br />
4.2 Andere relevante soort<strong>en</strong><br />
Andere soort<strong>en</strong> van Bijlage I waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is, zijn Kluut <strong>en</strong><br />
Zwartkopmeeuw (broedvogels) <strong>en</strong> Kleine Zilverreiger, Lepelaar, Slechtvalk, Goudplevier (nietbroedvogels).<br />
Andere trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is als<br />
overwinteringsgebied <strong>en</strong>/of rustplaats: Fuut, Smi<strong>en</strong>t, Krake<strong>en</strong>d, Wilde E<strong>en</strong>d, Pijlstaart,<br />
Slobe<strong>en</strong>d, Middelste Zaagbek, Strandplevier, Zwarte Ruiter, Gro<strong>en</strong>pootruiter 77 , Ste<strong>en</strong>loper. De<br />
plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> strand<strong>en</strong> zijn verder van belang als broedgebied voor Strandplevier <strong>en</strong><br />
Bontbekplevier (trekvogels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de nationale lijst van met uitroeiing bedreigde of<br />
speciaal gevaar lop<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>).<br />
De biotop<strong>en</strong> van deze vogels hebb<strong>en</strong> mede de begr<strong>en</strong>zing van dit gebied bepaald.<br />
4.3 Plaatselijke omstandighed<strong>en</strong><br />
De broedkolonies van Grote Stern <strong>en</strong> Dwergstern bevind<strong>en</strong> zich op de Hooge Plat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
'Voorland van Nummer E<strong>en</strong>’ (Dwergstern), terwijl Visdief, Kluut, Bontbek- <strong>en</strong> Strandplevier<br />
behalve op de Hooge Plat<strong>en</strong> ook elders in het estuarium <strong>en</strong> omgeving nestel<strong>en</strong>. De Dwergstern<br />
b<strong>en</strong>ut vooral het Vaarwater langs Hoofdplaat tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Hoofdplaat., terwijl van de<br />
Visdief hHet voedselgebied van de Visdief is onder meer geleg<strong>en</strong> in de driehoek De Bol (Hooge<br />
Plat<strong>en</strong>), Bresk<strong>en</strong>s, Vlissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> rond de Hooge Plat<strong>en</strong>; de Pas van Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ter hoogte<br />
van Terneuz<strong>en</strong>; de Overloop van Valk<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> de schaar van de Noord. De Fuut wordt in het<br />
winterseizo<strong>en</strong> vooral aangetroff<strong>en</strong> nabij Saeftinge <strong>en</strong>, t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van de Hooge Plat<strong>en</strong>. <strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Cadzand; Het leefgebied van de Middelste Zaagbek is hoofdzakelijk beperkt<br />
tot de westhelft van het estuarium. De Westerschelde is naast de Oosterschelde de<br />
belangrijkste pleisterplaats voor doortrekk<strong>en</strong>de <strong>en</strong> overwinter<strong>en</strong>de steltlopers in het<br />
Deltagebied. De Hooge Plat<strong>en</strong>, Inlaag 1887 bij Ellewoutsdijk <strong>en</strong> de schorr<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> belangrijke<br />
hoogwatervluchtplaats<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het gebied. De zweme<strong>en</strong>d<strong>en</strong> pleister<strong>en</strong> met name in de<br />
omgeving van Saeftinge, Hellegatschor, Braakmankreek <strong>en</strong> Paulinaschor. Ganz<strong>en</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong><br />
onder meer de Hooge Plat<strong>en</strong>, Zuidgors <strong>en</strong> de Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse als slaapplaats 78 . Het<br />
gebied fungeert verder als belangrijk ruigebied voor de Berge<strong>en</strong>d (water<strong>en</strong> rond Hooge Plat<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> in oostelijk deel ter hoogte van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge <strong>en</strong> bij Oss<strong>en</strong>isse).<br />
77 Het voorkom<strong>en</strong> van de Gro<strong>en</strong>pootruiter is ontle<strong>en</strong>d aan Watervogels in de Zoute Delta 1991-94, 1993/94, 1995/96,<br />
1996/97 (RIKZ-Rapport<strong>en</strong> 95.025, 96.009, 97.001, 98.001, Rijkswaterstaat, Middelburg).<br />
78 De slaapplaatsfunctie van het gebied voor ganz<strong>en</strong> wordt onderschat omdat de telling<strong>en</strong> overdag zijn verricht (vgl.<br />
Vogelconc<strong>en</strong>traties <strong>en</strong> vogelbeweging<strong>en</strong> in Zeeland (1990), Rijkswaterstaat, Middelburg).<br />
116