18.09.2013 Views

n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe

n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe

n2k122_db_hvnw_westerschelde_en_saeftinghe

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Programmadirectie Natura 2000 1<br />

PDN/2009-122<br />

Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />

De Minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit<br />

Gelet op artikel 3, eerste lid, <strong>en</strong> artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de<br />

Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats <strong>en</strong> de<br />

wilde flora <strong>en</strong> fauna (PbEG L 206);<br />

Gelet op de Beschikking van de Commissie 2008/23/EG van 12 november 2007 op<br />

grond van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, van e<strong>en</strong> eerste bijgewerkte lijst van<br />

gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de Atlantische biogeografische regio (PbEG L<br />

12);<br />

Gelet op artikel 4, eerste <strong>en</strong> tweede lid, van Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2<br />

april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103);<br />

Gelet op de artikel<strong>en</strong> 10a <strong>en</strong> 15 van de Natuurbeschermingswet 1998;<br />

BESLUIT:<br />

Artikel 1<br />

1. Als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, vierde lid, van Richtlijn<br />

92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de<br />

natuurlijke habitats <strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna (PbEG L 206) wordt aangewez<strong>en</strong>:<br />

het op de bij dit besluit behor<strong>en</strong>de kaart aangegev<strong>en</strong> gebied, bek<strong>en</strong>d onder de<br />

naam: Westerschelde & Saeftinghe.<br />

2. De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewez<strong>en</strong> voor de<br />

volg<strong>en</strong>de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van Richtlijn 92/43/EEG;<br />

prioritaire habitattyp<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> sterretje (*) aangeduid:<br />

H1110 Perman<strong>en</strong>t met zeewater van geringe diepte overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />

H1130 Estuaria<br />

H1310 E<strong>en</strong>jarige pioniersvegetaties van slik- <strong>en</strong> zandgebied<strong>en</strong> met Salicornia<br />

spp. <strong>en</strong> andere zoutminn<strong>en</strong>de plant<strong>en</strong><br />

H1320 Schorr<strong>en</strong> met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)<br />

H1330 Atlantische schorr<strong>en</strong> (Glauco-Puccinellietalia maritimae)<br />

H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />

H2120 Wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> op de strandwal met Ammophila ar<strong>en</strong>aria (“witte<br />

duin<strong>en</strong>”)<br />

H2160 Duin<strong>en</strong> met Hippophaë rhamnoides<br />

H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />

3. De in het eerste lid bedoelde speciale beschermingszone is aangewez<strong>en</strong> voor de<br />

volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van Richtlijn 92/43/EEG; prioritaire<br />

soort<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> sterretje (*) aangeduid:<br />

H1014 Nauwe korfslak<br />

H1095 Zeeprik<br />

H1099 Rivierprik<br />

H1103 Fint<br />

H1365 Gewone zeehond<br />

H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis


Programmadirectie Natura 2000 2<br />

PDN/2009-122<br />

Artikel 2<br />

Het besluit tot aanwijzing van het gebied Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe als speciale<br />

beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG van de<br />

Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (PbEG L 103) van 18 juli<br />

1995 (N. 955811; Stcrt. 1995, nr. 147) <strong>en</strong> het besluit tot aanwijzing van het gebied<br />

Westerschelde als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste <strong>en</strong> tweede<br />

lid, van Richtlijn 79/409/EEG van 24 maart 2000 (N/2000/330; Stcrt. 2000, nr. 65)<br />

word<strong>en</strong> als volgt gewijzigd:<br />

a. de begr<strong>en</strong>zing van de aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> wordt op de in paragraaf 3.3 van de<br />

Nota van toelichting, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit<br />

beschrev<strong>en</strong> wijze gewijzigd;<br />

b. de Nota van toelichting behor<strong>en</strong>de bij het Vogelrichtlijnbesluit Verdronk<strong>en</strong> Land van<br />

Saeftinghe wordt ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> door de Nota van toelichting, zoals<br />

bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit;<br />

c. de Nota van toelichting behor<strong>en</strong>de bij het Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde wordt<br />

met uitzondering van de paragraf<strong>en</strong> 3.2, 4.1, 4.2 <strong>en</strong> 4.3 ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervang<strong>en</strong><br />

door de Nota van toelichting, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, van dit besluit;<br />

d. de in de aanhef bedoelde speciale beschermingszones geld<strong>en</strong> als te zijn<br />

aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, welke word<strong>en</strong> beschermd op grond<br />

van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG:<br />

A026 Kleine zilverreiger<br />

A034 Lepelaar<br />

A075 Zeear<strong>en</strong>d<br />

A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />

A103 Slechtvalk<br />

A132 Kluut<br />

A138 Strandplevier<br />

A140 Goudplevier<br />

A157 Rosse grutto<br />

A176 Zwartkopmeeuw<br />

A191 Grote stern<br />

A193 Visdief<br />

A195 Dwergstern<br />

A272 Blauwborst<br />

e. de in de aanhef bedoelde speciale beschermingszones geld<strong>en</strong> als te zijn<br />

aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, welke word<strong>en</strong> beschermd<br />

op grond van artikel 4, tweede lid, van Richtlijn 79/409/EEG:<br />

A005 Fuut<br />

A041 Kolgans<br />

A043 Grauwe gans<br />

A048 Berge<strong>en</strong>d<br />

A050 Smi<strong>en</strong>t<br />

A051 Krake<strong>en</strong>d<br />

A052 Wintertaling<br />

A053 Wilde e<strong>en</strong>d<br />

A054 Pijlstaart<br />

A056 Slobe<strong>en</strong>d<br />

A069 Middelste zaagbek<br />

A130 Scholekster<br />

A137 Bontbekplevier<br />

A141 Zilverplevier<br />

A142 Kievit


Programmadirectie Natura 2000 3<br />

PDN/2009-122<br />

A143 Kanoet<br />

A144 Driete<strong>en</strong>strandloper<br />

A149 Bonte strandloper<br />

A160 Wulp<br />

A161 Zwarte ruiter<br />

A162 Tureluur<br />

A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter<br />

A169 Ste<strong>en</strong>loper<br />

f. de kaart<strong>en</strong> voor zover van toepassing op de in de aanhef g<strong>en</strong>oemde besluit<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingetrokk<strong>en</strong>.<br />

Artikel 3<br />

1. Dit besluit gaat vergezeld van e<strong>en</strong> Nota van toelichting inclusief bijlag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

kaart die integraal deel uitmak<strong>en</strong> van dit besluit.<br />

2. De in de artikel<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 2 g<strong>en</strong>oemde speciale beschermingszones vorm<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> het<br />

Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe, waarvan de<br />

instandhoudingsdoelstelling in de zin van artikel 10a, tweede lid, van de<br />

Natuurbeschermingswet 1998 is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de Nota van toelichting.<br />

Artikel 4<br />

Het besluit tot aanwijzing van het Nederlandse Zwingebied als speciale<br />

beschermingszone in de zin van artikel 4, eerste lid, van Richtlijn 79/409/EEG van 11<br />

oktober 1996 (DN. 965400; Stcrt. 1996, nr. 202) wordt als volgt gewijzigd: de<br />

begr<strong>en</strong>zing van dit gebied wordt op de in paragraaf 3.3.2 van de Nota van toelichting,<br />

zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, van dit besluit beschrev<strong>en</strong> wijze gewijzigd.<br />

Artikel 5<br />

1. De bek<strong>en</strong>dmaking van dit besluit geschiedt in de Staatscourant.<br />

2. Dit besluit treedt in werking op de dag na bek<strong>en</strong>dmaking in de Staatscourant.<br />

De Minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />

w.g. G. Verburg<br />

Dit besluit, de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting word<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de zes wek<strong>en</strong> ter<br />

inzage gelegd in de onderstaande vestiging<strong>en</strong> van de Directie Regionale Zak<strong>en</strong> van het<br />

ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit:<br />

– Vestiging Noord: Cascadeplein 6, 9726 AD GRONINGEN;<br />

– Vestiging Oost: Verzetslaan 30, 7411 HX DEVENTER;<br />

– Vestiging West: Herman Gorterstraat 55, 3511 EW UTRECHT;<br />

– Vestiging Zuid: Keizersgracht 5, 5611 GB EINDHOVEN.<br />

De terinzagelegging vindt tev<strong>en</strong>s plaats in de geme<strong>en</strong>tehuiz<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de<br />

geme<strong>en</strong>te(n), in de kantor<strong>en</strong> van de waterschapp<strong>en</strong> waaronder het gebied valt <strong>en</strong> in<br />

de provinciehuiz<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de provincie(s). Het besluit kan ook word<strong>en</strong><br />

ingezi<strong>en</strong> op internet op het adres: http://www.minlnv.nl/natura2000 <strong>en</strong> het zal<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>dgemaakt in dag-, nieuws- <strong>en</strong> huis-aan-huisblad<strong>en</strong>.<br />

Belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> die hun zi<strong>en</strong>swijze als bedoeld in artikel 3:15 van de Algem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht naar vor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

gebracht of die het redelijkerwijs niet verwet<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze naar vor<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> gebracht, kunn<strong>en</strong> tot<br />

zes wek<strong>en</strong> ná de eerste dag van de terinzagelegging beroep instell<strong>en</strong> bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad<br />

van State, Postbus 20019, 2500 EA D<strong>en</strong> Haag.


Programmadirectie Natura 2000 4<br />

PDN/2009-122


Nota van toelichting van het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />

waarin opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>:<br />

Nota van toelichting bij de aanwijzing van Westerschelde & Saeftinghe als<br />

speciale beschermingszone in het kader van de Richtlijn 92/43/EEG van de<br />

Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats<br />

<strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna <strong>en</strong> hierna te noem<strong>en</strong> de Habitatrichtlijn, alsmede<br />

Nota van toelichting bij de wijziging van besluit<strong>en</strong> N. 955811 <strong>en</strong> N/2000/330<br />

tot aanwijzing van Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe <strong>en</strong> Westerschelde als<br />

speciale beschermingszones in het kader van de Richtlijn 79/409/EEG van de<br />

Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand <strong>en</strong> hierna te<br />

noem<strong>en</strong> de Vogelrichtlijn<br />

1. INLEIDING<br />

Met dit besluit wordt het gebied Westerschelde & Saeftinghe aangewez<strong>en</strong> als speciale<br />

beschermingszone onder de Habitatrichtlijn. Tev<strong>en</strong>s wordt met dit besluit de besluit<strong>en</strong><br />

tot de aanwijzing van Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe <strong>en</strong> Westerschelde als speciale<br />

beschermingszones onder de Vogelrichtlijn, inclusief de daarbij behor<strong>en</strong>de Nota van<br />

toelichting, gewijzigd. Het gebied wordt ook aangewez<strong>en</strong> als het Natura 2000-gebied<br />

Westerschelde & Saeftinghe, waarbij instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

toegevoegd.<br />

In artikel 1 van het besluit staat de naam van het gebied <strong>en</strong> word<strong>en</strong> de habitattyp<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> opgesomd, waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />

Artikel 2 van het besluit regelt de belangrijkste wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het eerder<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> besluit tot aanwijzing van het gebied onder de Vogelrichtlijn. Zo wordt de<br />

Nota van toelichting, behor<strong>en</strong>de bij het bestaande Vogelrichtlijnbesluit Verdronk<strong>en</strong><br />

Land van Saeftinghe, geheel ingetrokk<strong>en</strong>. De Nota van toelichting, behor<strong>en</strong>de bij het<br />

bestaande Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde, wordt nag<strong>en</strong>oeg geheel ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

zover noodzakelijk vervang<strong>en</strong> door deze Nota van toelichting. Alle<strong>en</strong> de toelichting op<br />

de criteria die voor de aanwijzing van het gebied Westerschelde zijn gebruikt, wordt<br />

niet ingetrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> app<strong>en</strong>dix aan deze Nota gehecht. Daarnaast word<strong>en</strong> de<br />

vogelsoort<strong>en</strong> opgesomd waarvoor het gebied van belang is <strong>en</strong> waarvoor het wordt<br />

geacht te zijn aangewez<strong>en</strong>. De aanwijzing<strong>en</strong> als Wetland zijn door dit besluit niet<br />

gewijzigd.<br />

In artikel 3 van het besluit wordt de term Natura 2000-gebied geïntroduceerd <strong>en</strong> wordt<br />

bepaald dat er voor het gebied e<strong>en</strong> bepaalde instandhoudingsdoelstelling verwez<strong>en</strong>lijkt<br />

di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong>. Deze doelstelling heeft zowel betrekking op de in artikel 1 opgesomde<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitatsoort<strong>en</strong> als op de in artikel 2 opgesomde vogelsoort<strong>en</strong>. De<br />

vogels waarvoor instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn vastgesteld, zijn geselecteerd aan<br />

de hand van de criteria die destijds zijn gebruikt bij de aanwijzing van de<br />

Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000. Beide aanwijzing<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />

Westerschelde & Saeftinghe, waarvan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in dit<br />

besluit zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> staan in de Nota van<br />

toelichting.<br />

Artikel 4 regelt de bek<strong>en</strong>dmaking <strong>en</strong> de inwerkingtreding van dit besluit.<br />

In hoofdstuk 2 van deze Nota van toelichting word<strong>en</strong> de aanwijzing<strong>en</strong> op grond van de<br />

Habitat- <strong>en</strong> Vogelrichtlijn kort toegelicht. Vervolg<strong>en</strong>s wordt in hoofdstuk 3 e<strong>en</strong><br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

5


gebiedsbeschrijving gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt ingegaan op ev<strong>en</strong>tuele gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> die zijn<br />

doorgevoerd nadat het gebied bij de Europese Commissie is aangemeld of die zijn<br />

doorgevoerd nadat het gebied als Vogelrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s wordt in<br />

hoofdstuk 3 de bij dit besluit behor<strong>en</strong>de kaart toegelicht. In hoofdstuk 4 wordt e<strong>en</strong><br />

opsomming gegev<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waaraan het gebied zijn betek<strong>en</strong>is<br />

ontle<strong>en</strong>t. Ev<strong>en</strong>tueel doorgevoerde wijziging<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in bijlage B van e<strong>en</strong> toelichting<br />

voorzi<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> belangrijk onderdeel van de Nota van toelichting is de opsomming van de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in hoofdstuk 5. Allereerst word<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e<br />

doelstelling<strong>en</strong> geformuleerd <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s staan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van<br />

de in het gebied aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> vermeld. Er wordt aangegev<strong>en</strong> in<br />

welke richting de instandhoudingsdoelstelling zich zal moet<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Daarvoor<br />

word<strong>en</strong> de term<strong>en</strong> “behoud”, “uitbreiding” of “verbetering” gebruikt. Voor e<strong>en</strong><br />

habitattype wordt de verdeling gemaakt in oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit, zodat de<br />

aanduiding van de instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> habitattype altijd in de vorm<br />

van “behoud” of “uitbreiding” van oppervlakte <strong>en</strong> van “behoud” of “verbetering” van<br />

kwaliteit wordt gegev<strong>en</strong>. Voor soort<strong>en</strong> is het leefgebied medebepal<strong>en</strong>d <strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong><br />

verdeling in omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied. De aanduiding van de<br />

instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> soort is altijd in de vorm van “behoud” of<br />

“uitbreiding” van omvang leefgebied <strong>en</strong> van “behoud” of “verbetering” van kwaliteit<br />

van leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van “behoud” of “uitbreiding” van de populatie.<br />

Daarnaast zijn aan de Nota van toelichting drie bijlag<strong>en</strong> toegevoegd. Ook de bijlag<strong>en</strong><br />

mak<strong>en</strong> integraal onderdeel uit van het besluit. Bijlage A (voor zover van toepassing)<br />

laat zi<strong>en</strong> welke terreindel<strong>en</strong> zijn vervall<strong>en</strong> of zijn toegevoegd als onderdeel van de<br />

speciale beschermingszone in de zin van de Vogelrichtlijn. Bijlage B is toegevoegd naar<br />

aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> omvat e<strong>en</strong> nadere onderbouwing van wijziging<strong>en</strong> in<br />

Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>, van de selectie als<br />

Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> toewijzing van <strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> in<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. In bijlage C wordt naar aanleiding van de ontvang<strong>en</strong><br />

zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nadere onderbouwing van het besluit gegev<strong>en</strong>. De gebiedsspecifieke<br />

behandeling van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> in deze bijlage beperkt zich tot de punt<strong>en</strong> die direct van<br />

invloed zijn op dit aanwijzingsbesluit.<br />

2. AANWIJZINGEN HABITAT- EN VOGELRICHTLIJN<br />

Door middel van dit besluit wordt het gebied Westerschelde & Saeftinghe aangewez<strong>en</strong><br />

als speciale beschermingszone onder de Habitatrichtlijn (verder aangeduid als<br />

“Habitatrichtlijngebied”). Het gebied is in mei 2003 aangemeld volg<strong>en</strong>s de procedure<br />

zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in artikel 4 van deze Richtlijn, waarna het gebied in december 2004<br />

door de Europese Commissie onder de naam “Westerschelde” <strong>en</strong> onder nummer<br />

NL9803061 is geplaatst op de lijst van gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de<br />

Atlantische biogeografische regio.<br />

Het gebied is op 18 juli 1995 (N. 955811) onder de naam “Verdronk<strong>en</strong> Land van<br />

Saeftinghe” <strong>en</strong> op 24 maart 2000 (N/2000/330) onder de naam “Westerschelde” ook<br />

aangewez<strong>en</strong> als speciale beschermingszone onder de Vogelrichtlijn (verder aangeduid<br />

als “Vogelrichtlijngebied”). Bij de Europese Commissie zijn de gebied<strong>en</strong> Westerschelde<br />

<strong>en</strong> Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe bek<strong>en</strong>d onder de nummers NL9802026 <strong>en</strong><br />

NL1000019. De bestaande Vogelrichtlijnbesluit<strong>en</strong> N. 955811 <strong>en</strong> N/2000/330 zijn door<br />

middel van dit besluit gewijzigd. Uit het Vogelrichtlijnbesluit Westerschelde<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

6


overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tekstdel<strong>en</strong> zijn in paragraaf 3.2 van deze Nota van toelichting cursief<br />

gezet 1 .<br />

Met betrekking tot het Vogelrichtlijngebied kan er in dit besluit naast mogelijke<br />

gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> wijziging plaatsvind<strong>en</strong> bij de vogelsoort<strong>en</strong>, waarvoor dit<br />

gebied destijds is aangewez<strong>en</strong>. Deze ev<strong>en</strong>tuele wijziging<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegelicht in bijlage<br />

B. In dit besluit word<strong>en</strong> alle vogelsoort<strong>en</strong> opgesomd waarvoor het gebied wordt geacht<br />

te zijn aangewez<strong>en</strong>.<br />

Het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe (landelijk gebiedsnummer 122)<br />

omvat derhalve de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> Westerschelde <strong>en</strong> Verdronk<strong>en</strong> land van<br />

Saeftinghe <strong>en</strong> het Habitatrichtlijngebied Westerschelde & Saeftinghe.<br />

Natura 2000 is het sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de Europees ecologisch netwerk bestaande uit de<br />

gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> onder de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> onder de Vogelrichtlijn. Dit netwerk<br />

moet de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitattyp<strong>en</strong>, habitats van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de leefgebied<strong>en</strong><br />

van vogels in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding behoud<strong>en</strong> of, in voorkom<strong>en</strong>d<br />

geval, herstell<strong>en</strong>. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (hoofdstuk 5) <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

wijziging van de begr<strong>en</strong>zing zijn in algem<strong>en</strong>e zin nader toegelicht in het Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) 2 . Dit docum<strong>en</strong>t geeft het beleidskader van de geformuleerde<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> weer <strong>en</strong> van de daarbij gehanteerde systematiek.<br />

Beschrijving<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> waarvoor doel<strong>en</strong> zijn vastgesteld,<br />

zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2008) 3 .<br />

Het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe ligt in de provincie Zeeland <strong>en</strong><br />

behoort tot het grondgebied van de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Borsele, Hulst, Kapelle, Reimerswaal,<br />

Sluis, Terneuz<strong>en</strong>, Veere <strong>en</strong> Vlissing<strong>en</strong>.<br />

2.1 Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Ingevolge artikel 15a, tweede <strong>en</strong> derde lid, van de Natuurbeschermingswet 1998<br />

vervalt van rechtswege de status van de hieronder opgesomde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 4 .<br />

Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Schor van Waarde is aangewez<strong>en</strong> op 30 januari 1973<br />

(NBOR/S-9733; Stcrt. 1973, nr. 29).<br />

Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge is aangewez<strong>en</strong> op 11<br />

juni 1976 (NLB/N-21610; Stcrt. 1976, nr. 120).<br />

Het beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is aangewez<strong>en</strong> op 23<br />

december 1975 (NLB/N-19460; Stcrt. 1977, nr. 98).<br />

Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Schor van Waarde is aangewez<strong>en</strong> op 27 juli 1978 (NLB/N-<br />

23630; Stcrt. 1978, nr. 147).<br />

Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge is aangewez<strong>en</strong> op 26 april<br />

1976 (NLB/N-19520; Stcrt. 1976, nr. 89).<br />

Het Staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is aangewez<strong>en</strong> op 23 maart<br />

1977 (NLB/N-24749; Stcrt. 1977, nr. 98).<br />

1<br />

De afkorting sbz (“speciale beschermingszone”) <strong>en</strong> de aanduiding “beschermingszone” zijn hierin<br />

vervang<strong>en</strong> door de term “Vogelrichtlijngebied”.<br />

2<br />

Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Duidelijkheid bied<strong>en</strong>, richting gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte<br />

lat<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

3<br />

Ministerie van LNV (2008): Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong><br />

Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

4<br />

De oude wet k<strong>en</strong>de zowel staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Dit verschil is<br />

in de huidige wet kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong>.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

7


Op grond van de wet heeft de instandhoudingsdoelstelling voor de gedeelt<strong>en</strong> van het<br />

Natura 2000-gebied waarop de aanwijzing<strong>en</strong> als natuurmonum<strong>en</strong>t van toepassing<br />

war<strong>en</strong>, mede betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het behoud, herstel <strong>en</strong><br />

de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van<br />

het gebied zoals deze war<strong>en</strong> vastgelegd in de vervall<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> (zie verder hoofdstuk<br />

5).<br />

De gebied<strong>en</strong>, die in het verled<strong>en</strong> als natuurmonum<strong>en</strong>t zijn aangewez<strong>en</strong>, zijn op de<br />

bijgevoegde kaart<strong>en</strong> ook als zodanig te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

3. GEBIEDSBESCHRIJVING EN BEGRENZING<br />

3.1 Gebiedsbeschrijving<br />

De Westerschelde is de zuidelijke tak in het oorspronkelijke mondingsgebied van de<br />

rivier de Schelde. Het is de <strong>en</strong>ige zeetak in de Delta waar nu nog sprake is van e<strong>en</strong><br />

estuarium met op<strong>en</strong> verbinding naar zee. Het betreft e<strong>en</strong> zeer dynamisch gebied,<br />

mede door de trechtervorm ervan, waarin het getijverschil naar achter<strong>en</strong> erg groot<br />

wordt. Noordzeewater dringt met krachtige getijd<strong>en</strong>strom<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, maar door de<br />

aanvoer van rivierwater is het zoutgehalte relatief laag.<br />

Het estuarium is zeer uitgestrekt. De rivier bestaat uit e<strong>en</strong> hoofdgeul met meerdere,<br />

zich verplaats<strong>en</strong>de nev<strong>en</strong>geul<strong>en</strong> waartuss<strong>en</strong> bij eb droogvall<strong>en</strong>de zand- <strong>en</strong> slikplat<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> ondiep water ligg<strong>en</strong>. Langs de rand<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> schorr<strong>en</strong>, waarin krek<strong>en</strong> grillige<br />

patron<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>. Onder invloed van eb <strong>en</strong> vloed verandert de aanblik van het gebied<br />

voortdur<strong>en</strong>d.<br />

Onder de schorr<strong>en</strong> langs de Westerschelde bevindt zich het grootste schorr<strong>en</strong>gebied<br />

van ons land: het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe. Door het grote getijverschil bevat<br />

het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe zeer hoge oeverwall<strong>en</strong> <strong>en</strong> brede geul<strong>en</strong>.<br />

Buit<strong>en</strong>gaats ligt de verzande slufter van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder nog in het<br />

gebied. In het mondingsgebied is verder nog sprake van duinvorming bij<br />

Rammek<strong>en</strong>shoek, de Kaloot <strong>en</strong> op de Hooge Plat<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong>dijks ligg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal<br />

gebied<strong>en</strong> met aan het estuarium gekoppelde natuur: Rammek<strong>en</strong>shoek, Inlaag 1887,<br />

Bathse Kreek, Inlaag Hoofdplaat <strong>en</strong> Herdijkte Zwarte Polder.<br />

3.2 Landschappelijke context <strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing<br />

Westerschelde & Saeftinghe behoort tot het Natura 2000-landschap “Noordzee,<br />

Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Delta”.<br />

De ligging van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de leefgebied<strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> (paragraaf 4.4)<br />

waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>, vormt het uitgangspunt voor de begr<strong>en</strong>zing van<br />

de Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Dit is inclusief terreindel<strong>en</strong> die van mindere kwaliteit zijn.<br />

Daarnaast omvat het begr<strong>en</strong>sde gebied ook natuurwaard<strong>en</strong> die integraal onderdeel<br />

uitmak<strong>en</strong> van de ecosystem<strong>en</strong> waartoe de betreff<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong><br />

van soort<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>, alsmede terreindel<strong>en</strong> die noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht om de<br />

betreff<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in stand te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />

herstell<strong>en</strong> 5 .<br />

Bij de keuze <strong>en</strong> de afbak<strong>en</strong>ing van de gebied<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met andere<br />

vereist<strong>en</strong> dan die verband houd<strong>en</strong> met de instandhouding van de natuurlijke habitats<br />

<strong>en</strong> de wilde flora <strong>en</strong> fauna 6 .<br />

5 De begr<strong>en</strong>zingsmethodiek is verder uitgewerkt in het Gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2004).<br />

6 Hof van Justitie EG, 7 november 2000, First Corporate Shipping, zaak C-371/98, punt<strong>en</strong> 16 <strong>en</strong> 25.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

8


De gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald door het gebruik dat de<br />

aanwezige bijlage I-soort<strong>en</strong>, <strong>en</strong>/of trekk<strong>en</strong>de watervogels, <strong>en</strong>/of overige trekk<strong>en</strong>de<br />

vogels ervan mak<strong>en</strong>, waarbij wordt uitgegaan van landschapsecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de biotoopeis<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong> vogelsoort<strong>en</strong>. De Westerschelde is aangewez<strong>en</strong> als<br />

Vogelrichtlijngebied onder de Vogelrichtlijn vanwege de aanwezigheid van schorr<strong>en</strong>,<br />

slikk<strong>en</strong>, plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiep water die als geheel het leefgebied vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal in<br />

artikel 4 van de Richtlijn bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong> watergebied dat het<br />

leefgebied vormt van soort<strong>en</strong> van Bijlage I van de Vogelrichtlijn (art. 4.1) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s<br />

fungeert als broed-, rui-, overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats in de trekzone van<br />

andere trekvogelsoort<strong>en</strong> (art. 4.2). De begr<strong>en</strong>zing van het Vogelrichtlijngebied is zo<br />

gekoz<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> in landschappelijk <strong>en</strong> vogelkundig opzicht sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d geheel is<br />

ontstaan dat voorziet in de beschermingsbehoefte met betrekking tot het voortbestaan<br />

<strong>en</strong>/ of voortplant<strong>en</strong> van bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. 7<br />

3.3 Begr<strong>en</strong>zing <strong>en</strong> oppervlakte<br />

3.3.1 Natura 2000-gebied<br />

De begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is aangegev<strong>en</strong> op de bij de aanwijzing<br />

behor<strong>en</strong>de kaart. In hoofdlijn<strong>en</strong> omvat het aangewez<strong>en</strong> gebied het estuarium <strong>en</strong><br />

mondingsgebied van de Westerschelde vanaf de rijksgr<strong>en</strong>s (nabij Bath) tot de lijn<br />

Westkapelle-Cadzand (rijksgr<strong>en</strong>s). Daarnaast mak<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> aantal binn<strong>en</strong>dijkse<br />

gebied<strong>en</strong>, die veelal e<strong>en</strong> ecologische relatie hebb<strong>en</strong> met het estuarium, deel uit van<br />

het aangewez<strong>en</strong> gebied. T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s mak<strong>en</strong> de<br />

strand<strong>en</strong>, met uitzondering van die ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder, ge<strong>en</strong><br />

deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied. De begr<strong>en</strong>zing van het Vogel- <strong>en</strong><br />

Habitatrichtlijngebied is gelijk.<br />

Het Natura 2000-gebied beslaat e<strong>en</strong> oppervlakte van ongeveer 43.650 ha, dat zowel<br />

Vogelrichtlijngebied als Habitatrichtlijngebied betreft. De in hoofdstuk 2 g<strong>en</strong>oemde<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (circa 3.640 ha) vall<strong>en</strong> in hun geheel binn<strong>en</strong> het Natura 2000gebied.<br />

Voor de exacte oppervlakt<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar de leg<strong>en</strong>da van de bij dit<br />

besluit behor<strong>en</strong>de kaart. Deze cijfers betreff<strong>en</strong> de bruto-oppervlakt<strong>en</strong> omdat bij de<br />

berek<strong>en</strong>ing ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met niet op de kaart, tekstueel uitgeslot<strong>en</strong><br />

del<strong>en</strong> (zie paragraaf 3.4).<br />

De begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> van het Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> van het Habitatrichtlijngebied (zoals<br />

aangemeld) zijn op de kaart op <strong>en</strong>kele technische punt<strong>en</strong> verbeterd 8 :<br />

• Bestaande bebouwing (inclusief erv<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuin<strong>en</strong>; reeds tekstueel geëxclaveerd)<br />

waar ge<strong>en</strong> Natura 2000-waard<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, is waar mogelijk op grond van<br />

kadastrale of topografische lijn<strong>en</strong> ook op de kaart buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing gebracht.<br />

(º)<br />

• De begr<strong>en</strong>zing is waar mogelijk gelegd langs topografisch herk<strong>en</strong>bare lijn<strong>en</strong>, zoals<br />

weg<strong>en</strong>, water<strong>en</strong>, perceelscheiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> bosrand<strong>en</strong>.<br />

• De gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde oostelijk van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ter<br />

hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is uit e<strong>en</strong> oogpunt van duidelijkheid op de<br />

buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong> gelegd. De eerder als gr<strong>en</strong>s<br />

gehanteerde buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong> is onduidelijk waar schorr<strong>en</strong> zich over de buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong><br />

uitstrekk<strong>en</strong> over de buit<strong>en</strong>zijde van de dijk.<br />

7 De wijze van begr<strong>en</strong>zing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> is toegelicht in de Nota van Antwoord Vogelrichtlijn<br />

(2000), bijlage 1, Selectiecriteria <strong>en</strong> methode van begr<strong>en</strong>zing.<br />

8 Wijziging<strong>en</strong> aangeduid met e<strong>en</strong> nulletje (º) betreff<strong>en</strong> aanpassing<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het ontwerpbesluit.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

9


• Onlogische verschill<strong>en</strong> (


• Twee buit<strong>en</strong>dijkse strok<strong>en</strong> land <strong>en</strong> slikk<strong>en</strong> (39 ha) tuss<strong>en</strong> Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s,<br />

waaronder het Voorland Nummer E<strong>en</strong>, onderdeel van het habitattype estuaria<br />

(H1130) <strong>en</strong> bestaande uit of in ontwikkeling zijnde schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />

(H1330). Deze strok<strong>en</strong> war<strong>en</strong> reeds deel van het aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<br />

(2000);<br />

• De Weitje (7 ha) aansluit<strong>en</strong>d op Rammek<strong>en</strong>shoek t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van Vlissing<strong>en</strong>;<br />

• Meest westelijk geleg<strong>en</strong> deel van Inlaag 1887 (2 ha) bij Ellewoutsdijk;<br />

• Scheldeoord (9 ha) onder Baarland;<br />

• D<strong>en</strong> Inkel onder Kruining<strong>en</strong> (7 ha);<br />

• Twee percel<strong>en</strong> van de Bathse Kreek (17,4 ha) tuss<strong>en</strong> Rilland <strong>en</strong> Bath;<br />

• Schor van Hont<strong>en</strong>isse t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Oss<strong>en</strong>isse, Mol<strong>en</strong>polder (26 ha).<br />

Deze gebiedsdel<strong>en</strong> (met uitzondering van de eerstg<strong>en</strong>oemde) zijn ook toegevoegd aan<br />

het Vogelrichtlijngebied als hoogwatervluchtplaats voor watervogels die in het<br />

intergetijd<strong>en</strong>gebied van de Westerschelde voedsel zoek<strong>en</strong>. Met name de laatste twee<br />

g<strong>en</strong>oemde (grotere) gebiedsdel<strong>en</strong> zijn ook van belang voor diverse soort<strong>en</strong><br />

broedvogels (kluut, strandplevier, bontbekplevier, visdief <strong>en</strong> bruine kiek<strong>en</strong>dief).<br />

Het Habitatrichtlijngebied (zoals aangemeld) <strong>en</strong> het Vogelrichtlijngebied zijn uitgebreid<br />

(16 ha) met de voormalige veerhav<strong>en</strong> van Kruining<strong>en</strong> als onderdeel van het estuari<strong>en</strong>e<br />

systeem (habitattype estuaria (H1130)). De hav<strong>en</strong>kom maakt onderdeel uit van het<br />

Natuurcomp<strong>en</strong>satieprogramma Westerschelde. Onder meer vanuit dit programma is de<br />

hav<strong>en</strong>kom aangepast om e<strong>en</strong> natuurlijke <strong>en</strong> ongestoorde ontwikkeling van slik <strong>en</strong><br />

schor mogelijk te mak<strong>en</strong>. (º)<br />

Het Habitatrichtlijngebied (zoals aangemeld) is verkleind:<br />

• T<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s is de landwaartse gr<strong>en</strong>s buit<strong>en</strong> de<br />

Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder gelegd op de laagwaterlijn (º). De gr<strong>en</strong>s wordt hier<br />

gelijkgetrokk<strong>en</strong> met de landwaartse gr<strong>en</strong>s van het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />

overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110B) waartoe het zeegebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van<br />

Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s behoort. De aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de strand<strong>en</strong> <strong>en</strong> duingebied<strong>en</strong> mak<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> deel uit van de habitattyp<strong>en</strong> estuaria (H1130) <strong>en</strong> perman<strong>en</strong>t overstroomde<br />

zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) waarvoor het gebied vooral wordt aangewez<strong>en</strong>. Voor zover<br />

duinhabitats hier voorkom<strong>en</strong> betreft het marginale voorkom<strong>en</strong>s. Deze habitattyp<strong>en</strong><br />

zijn al zeer goed verteg<strong>en</strong>woordigd in andere duingebied<strong>en</strong>.<br />

• Ter hoogte van Bath valt de gr<strong>en</strong>s van het gebied in de Westerschelde sam<strong>en</strong> met<br />

de rijksgr<strong>en</strong>s. Abusievelijk war<strong>en</strong> del<strong>en</strong> Belgisch grondgebied binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (circa 210 ha). (º)<br />

In afwijking van het ontwerpbesluit, maar in overe<strong>en</strong>stemming met de aanwijzing als<br />

Vogelrichtlijngebied (1995), is de zog<strong>en</strong>aamde gasdam tuss<strong>en</strong> het Verdronk<strong>en</strong> Land<br />

van Saeftinghe <strong>en</strong> het Sieperdaschor opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (º) omdat<br />

• deze onderdeel uitmaakt van de oorspronkelijke aanwijzing <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> inhoudelijke<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn dit gebiedsdeel te verwijder<strong>en</strong>;<br />

• bij verwijdering zou aan beide zijd<strong>en</strong> de (buit<strong>en</strong>)kruinlijn moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevolgd<br />

(conform de wijze van begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> langs waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong>, zie bov<strong>en</strong>) omdat de<br />

gasdam aan beide zijd<strong>en</strong> wordt omgev<strong>en</strong> door schorr<strong>en</strong>. Dit heeft als consequ<strong>en</strong>tie<br />

dat alle<strong>en</strong> de kruin van de dam zou word<strong>en</strong> geëxclaveerd, waardoor het praktische<br />

voordeel van exclavering grot<strong>en</strong>deels t<strong>en</strong>iet wordt gedaan (bedoeld voordeel is<br />

uitzondering van e<strong>en</strong> gebiedsdeel dat als leiding<strong>en</strong>straat fungeert).<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

11


De volg<strong>en</strong>de in het ontwerp opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreiding<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het<br />

aangemelde Habitatrichtlijngebied kom<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong> omdat deze ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

(kunn<strong>en</strong>) lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van het gebied (º):<br />

• Boonepolder (12 ha) onder ’s-Grav<strong>en</strong>polder;<br />

• Bathse Schor (73,4 ha);<br />

• Margarethapolder t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van Terneuz<strong>en</strong> (83 ha).<br />

• Klein Mol<strong>en</strong>polder bij Paal (3,4 ha);<br />

• Plaskreek, noordelijk deel (20 ha) t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Biervliet.<br />

Dit betreft ge<strong>en</strong> terrein<strong>en</strong> waar habitattyp<strong>en</strong> of leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> aanwezig zijn<br />

of ontwikkeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op grond waarvan uitbreiding als Habitatrichtlijngebied<br />

kan word<strong>en</strong> gerechtvaardigd (zie ook bijlage C, 3.2).<br />

3.3.2 Wijziging Vogelrichtlijngebied Nederlands Zwingebied<br />

De wijziging waarbij de zeewaartse gr<strong>en</strong>s van Natura 2000-gebied Westerschelde &<br />

Saeftinghe is gelegd op de gr<strong>en</strong>s van de territoriale zee van Nederland (zie bov<strong>en</strong>),<br />

heeft als consequ<strong>en</strong>tie dat e<strong>en</strong> stuk zeegebied (circa 15 ha) dat in oktober 1996 was<br />

aangewez<strong>en</strong> als onderdeel van het Vogelrichtlijngebied Nederlands Zwingebied, wordt<br />

overgeheveld naar het eerstg<strong>en</strong>oemde gebied (artikel 4 van dit besluit, zie kaart<br />

bijlage A). Dit betek<strong>en</strong>t dat het besluit tot aanwijzing van het Vogelrichtlijngebied<br />

Nederlands Zwingebied middels dit besluit wordt gewijzigd (de aanwijzing van het<br />

Zwingebied als Natura 2000-gebied zal op e<strong>en</strong> later tijdstip plaatsvind<strong>en</strong>). (º)<br />

3.4 Toelichting bij de kaart <strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> del<strong>en</strong><br />

De begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is aangegev<strong>en</strong> op de bij de aanwijzing<br />

behor<strong>en</strong>de kaart. Voor zover van toepassing is daarbij onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> de<br />

begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> van Habitatrichtlijngebied, Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> (voormalige)<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daar waar de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting, bijvoorbeeld om<br />

kaarttechnische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>, is de tekst in deze paragraaf<br />

doorslaggev<strong>en</strong>d. In voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> zijn op de kaart ook aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de Natura<br />

2000-gebied<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>. Aan de indicatief aangeduide begr<strong>en</strong>zing van deze<br />

gebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> recht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>d (voor de begr<strong>en</strong>zing van deze<br />

gebied<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar de kaart<strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de aangewez<strong>en</strong> of<br />

aangemelde gebied<strong>en</strong>).<br />

Voor de begr<strong>en</strong>zing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> geldt de volg<strong>en</strong>de algem<strong>en</strong>e<br />

exclaveringsformule: Bestaande bebouwing, erv<strong>en</strong>, tuin<strong>en</strong>, verharding<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hoofdspoorweg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied, t<strong>en</strong>zij daarvan in<br />

paragraaf 3.3 wordt afgewek<strong>en</strong>. Voor de gebruikte begripp<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de<br />

definities (voor zover van toepassing in het onderhavige gebied):<br />

• Bebouwing betreft één of meer gebouw<strong>en</strong> of bouwwerk<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> zijnde.<br />

Gebouw: elk bouwwerk, dat e<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toegankelijke, overdekte, geheel of<br />

gedeeltelijk met wand<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> ruimte vormt. Bouwwerk: elke constructie van<br />

<strong>en</strong>ige omvang van hout, ste<strong>en</strong>, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of<br />

indirect met de grond verbond<strong>en</strong> is, of hetzij direct of indirect steun vindt in of op<br />

de grond.<br />

• Erv<strong>en</strong> zijn de onmiddellijk aan e<strong>en</strong> woning of ander gebouw geleg<strong>en</strong>, daarbij<br />

behor<strong>en</strong>de <strong>en</strong> daarmede in gebruik zijnde terrein<strong>en</strong>.<br />

• Tuin<strong>en</strong> zijn in de onmiddellijke nabijheid van e<strong>en</strong> woning of ander gebouw geleg<strong>en</strong><br />

int<strong>en</strong>sief onderhoud<strong>en</strong> terrein<strong>en</strong>, beplant met siergewass<strong>en</strong> <strong>en</strong> gazons of in gebruik<br />

als moestuin, die zich duidelijk onderscheid<strong>en</strong> van de omgeving. Tuin<strong>en</strong> zijn<br />

meestal beslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> omheind middels e<strong>en</strong> afrastering, schutting, muur of haag, of<br />

(deels) omgev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> sloot.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

12


• Verharding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bijvoorbeeld zijn: weg<strong>en</strong>, plein<strong>en</strong>, parkeervoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<br />

erfverharding<strong>en</strong> <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>glooiing<strong>en</strong>. Weg<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> alle voor het gemotoriseerd<br />

verkeer in gebruik zijnde kunstmatig verharde weg<strong>en</strong> met inbegrip van de daarin<br />

ligg<strong>en</strong>de brugg<strong>en</strong> <strong>en</strong> duikers <strong>en</strong> de tot die weg<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>de pad<strong>en</strong> <strong>en</strong> berm<strong>en</strong> of<br />

zijkant<strong>en</strong>.<br />

• Hoofdspoorweg<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> spoorlijn<strong>en</strong> die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Besluit<br />

aanwijzing hoofdspoorweg<strong>en</strong> (Stb. 2004, nr. 722). Langs hoofdspoorweg<strong>en</strong> geldt<br />

artikel 20 van de Spoorwegwet.<br />

4. NATURA 2000-WAARDEN<br />

4.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk wordt allereerst e<strong>en</strong> opsomming gegev<strong>en</strong> van de waard<strong>en</strong> waaraan<br />

het gebied zijn betek<strong>en</strong>is ontle<strong>en</strong>t als Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied.<br />

Wat betreft de aanwijzing als Habitatrichtlijngebied wordt in paragraf<strong>en</strong> 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2<br />

e<strong>en</strong> lijst gegev<strong>en</strong> van de habitattyp<strong>en</strong> (met vermelding van de aanwezige subtyp<strong>en</strong>)<br />

<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong> 11 . Paragraaf 4.2.3 vermeldt de<br />

vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied onder de Vogelrichtlijn is aangewez<strong>en</strong>. Op alle<br />

vermelde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling van<br />

toepassing (zie hoofdstuk 5).<br />

Vervolg<strong>en</strong>s wordt in paragraaf 4.3 vermeld welke selectiecriteria op het<br />

Habitatrichtlijngebied van toepassing zijn <strong>en</strong> wordt onderbouwd waarom het gebied als<br />

Habitatrichtlijngebied is geselecteerd. Van elk habitattype <strong>en</strong> van elke soort waarvoor<br />

het gebied aan de selectiecriteria voldoet, wordt in bijlage B.3 in tekst <strong>en</strong>/of tabelvorm<br />

de betek<strong>en</strong>is (relatieve bijdrage) van het gebied afgezet teg<strong>en</strong> de betek<strong>en</strong>is van de<br />

andere Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> die aan de selectiecriteria voldo<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte beschrijft<br />

paragraaf 4.4 de verspreiding van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het gebied, ter<br />

onderbouwing van de gevolgde gebiedsbegr<strong>en</strong>zing van het Habitatrichtlijngebied.<br />

4.2 Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong><br />

4.2.1 Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I 12 )<br />

Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de natuurlijke habitats opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage<br />

I van de Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied e<strong>en</strong> bijdrage levert aan de<br />

instandhouding op landelijk niveau. T<strong>en</strong> behoeve van de nationale uitwerking van de<br />

Habitatrichtlijn is e<strong>en</strong> deel van de habitattyp<strong>en</strong> verdeeld in subtyp<strong>en</strong>, vanwege de zeer<br />

ruime variatie in fysieke omstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling. De nam<strong>en</strong> van de<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarvan afgeleide subtyp<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verder met hun verkorte nam<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> aangeduid. Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanmelding als<br />

Habitatrichtlijngebied (2003) <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage<br />

B.1 van deze Nota van toelichting 8 .<br />

H1110 Perman<strong>en</strong>t met zeewater van geringe diepte overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />

Verkorte naam Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />

betreft het subtype:<br />

H1110B Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (Noordzeekustzone)<br />

11<br />

Prioritaire habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitatsoort<strong>en</strong> zijn in bijlag<strong>en</strong> I <strong>en</strong> II van de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> in dit besluit<br />

aangeduid met e<strong>en</strong> sterretje *.<br />

12<br />

Bijlag<strong>en</strong> I <strong>en</strong> II laatstelijk aangepast op 20 november 2006, Richtlijn 2006/105/EG, PbEG L 363,<br />

20.12.2006, p. 368-405 (zie ook rectificatie PbEG L 80, 21.3.2007, p. 15).<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

13


H1130 Estuaria<br />

Verkorte naam Estuaria<br />

H1310 E<strong>en</strong>jarige pioniersvegetaties van slik- <strong>en</strong> zandgebied<strong>en</strong> met Salicornia spp.<br />

<strong>en</strong> andere zoutminn<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />

Verkorte naam Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong><br />

betreft de subtyp<strong>en</strong>:<br />

H1310A Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (zeekraal)<br />

H1310B Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (zeevetmuur)<br />

H1320 Schorr<strong>en</strong> met slijkgrasvegetatie (Spartinion maritimae)<br />

Verkorte naam Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />

H1330 Atlantische schorr<strong>en</strong> (Glauco-Puccinellietalia maritimae)<br />

Verkorte naam Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />

betreft de subtyp<strong>en</strong>:<br />

H1330A Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong>dijks)<br />

H1330B Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong> (binn<strong>en</strong>dijks)<br />

H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />

Verkorte naam Embryonale duin<strong>en</strong><br />

H2120 Wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> op de strandwal met Ammophila ar<strong>en</strong>aria (“witte<br />

duin<strong>en</strong>”)<br />

Verkorte naam Witte duin<strong>en</strong><br />

H2160 Duin<strong>en</strong> met Hippophaë rhamnoides<br />

Verkorte naam Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />

H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />

Verkorte naam Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />

betreft het subtype:<br />

H2190B Vochtige duinvallei<strong>en</strong> (kalkrijk)<br />

4.2.2 Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong> (bijlage II 12 )<br />

Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van de<br />

Habitatrichtlijn, waarvoor het gebied e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke functie in de lev<strong>en</strong>scyclus vervult.<br />

Hiermee wordt e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de instandhouding op landelijk niveau.<br />

Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003) <strong>en</strong>/of het<br />

ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.1 van deze Nota van toelichting 8 .<br />

H1014 Nauwe korfslak (Vertigo angustior)<br />

H1095 Zeeprik (Petromyzon marinus)<br />

H1099 Rivierprik (Lampetra fluviatilis)<br />

H1103 Fint (Alosa fallax)<br />

H1365 Gewone zeehond (Phoca vitulina)<br />

H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis (Liparis loeselii)<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

14


4.2.3 Vogelrichtlijn: vogelsoort<strong>en</strong> (bijlage I <strong>en</strong> artikel 4.2)<br />

Het gebied is aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de<br />

Vogelrichtlijn:<br />

A026 Kleine zilverreiger (Egretta garzetta)<br />

A034 Lepelaar (Platalea leucorodia)<br />

A075 Zeear<strong>en</strong>d (Haliaeetus albicilla)<br />

A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief (Circus aeruginosus)<br />

A103 Slechtvalk (Falco peregrinus)<br />

A132 Kluut (Recurvirostra avosetta)<br />

A138 Strandplevier (Charadrius alexandrinus)<br />

A140 Goudplevier (Pluvialis apricaria)<br />

A157 Rosse grutto (Limosa lapponica)<br />

A176 Zwartkopmeeuw (Larus melanocephalus)<br />

A191 Grote stern (Sterna sandvic<strong>en</strong>sis)<br />

A193 Visdief (Sterna hirundo)<br />

A195 Dwergstern (Sterna albifrons)<br />

A272 Blauwborst (Luscinia svecica)<br />

Verder is het gebied aangewez<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de andere geregeld voorkom<strong>en</strong>de<br />

trekvogels waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is als broed-, rui- <strong>en</strong>/of<br />

overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats<strong>en</strong> in hun trekzones (artikel 4.2):<br />

A005 Fuut (Podiceps cristatus)<br />

A041 Kolgans (Anser albifrons)<br />

A043 Grauwe gans (Anser anser)<br />

A048 Berge<strong>en</strong>d (Tadorna tadorna)<br />

A050 Smi<strong>en</strong>t (Anas p<strong>en</strong>elope)<br />

A051 Krake<strong>en</strong>d (Anas strepera)<br />

A052 Wintertaling (Anas crecca)<br />

A053 Wilde e<strong>en</strong>d (Anas platyrhynchos)<br />

A054 Pijlstaart (Anas acuta)<br />

A056 Slobe<strong>en</strong>d (Anas clypeata)<br />

A069 Middelste zaagbek (Mergus serrator)<br />

A130 Scholekster (Haematopus ostralegus)<br />

A137 Bontbekplevier (Charadrius hiaticula)<br />

A141 Zilverplevier (Pluvialis squatarola)<br />

A142 Kievit (Vanellus vanellus)<br />

A143 Kanoet (Calidris canutus)<br />

A144 Driete<strong>en</strong>strandloper (Calidris alba)<br />

A149 Bonte strandloper (Calidris alpina ssp. alpina)<br />

A160 Wulp (Num<strong>en</strong>ius arquata)<br />

A161 Zwarte ruiter (Tringa erythropus)<br />

A162 Tureluur (Tringa totanus)<br />

A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter (Tringa nebularia)<br />

A169 Ste<strong>en</strong>loper (Ar<strong>en</strong>aria interpres)<br />

Wijziging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van de aanwijzing<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied (1995 <strong>en</strong> 2000)<br />

<strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (2007) zijn verklaard in bijlage B.2 van deze Nota van<br />

toelichting 8 .<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

15


4.3 Habitatrichtlijn: waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied aan de selectiecriteria<br />

voldoet<br />

4.3.1 Habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I)<br />

Voor niet-prioritaire habitattyp<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de Habitatrichtlijn zijn in<br />

de eerste stap van het selectieproces in beginsel de “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>”<br />

geselecteerd. Voor habitattyp<strong>en</strong> welke verdeeld zijn in subtyp<strong>en</strong>, geldt e<strong>en</strong> aantal van<br />

“drie belangrijkste gebied<strong>en</strong>” per subtype. Voor prioritaire habitattyp<strong>en</strong> 11 geldt e<strong>en</strong><br />

aantal van “ti<strong>en</strong> belangrijkste gebied<strong>en</strong>” <strong>en</strong> voor subtyp<strong>en</strong> van prioritaire habitattyp<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> aantal van “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>” per subtype. Verdeling in subtyp<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

behoeve van de selectie is alle<strong>en</strong> toegepast indi<strong>en</strong> de subtyp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />

verspreiding hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beschikbare gegev<strong>en</strong>s verdeling in subtyp<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong>. Voor<br />

<strong>en</strong>kele verspreid over het land voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong>, die in voldo<strong>en</strong>de mate in<br />

gebied<strong>en</strong> zijn verteg<strong>en</strong>woordigd welke voor andere waard<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zijn ge<strong>en</strong><br />

gebied<strong>en</strong> geselecteerd 13 . De betek<strong>en</strong>is van het gebied is afgemet<strong>en</strong> aan de aanwezige<br />

oppervlakte <strong>en</strong> zo nodig ook de repres<strong>en</strong>tativiteit van het habitattype. In e<strong>en</strong> tweede<br />

stap zijn ev<strong>en</strong>tueel nog extra gebied<strong>en</strong> toegevoegd met het oog op landelijke dekking,<br />

geografische spreiding <strong>en</strong> gr<strong>en</strong>soverschrijding 14 . In de onderstaande tabel zijn de<br />

habitattyp<strong>en</strong> vermeld die bij de aanmelding hebb<strong>en</strong> geleid tot selectie van het gebied<br />

<strong>en</strong>/of de habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied op grond van de huidige gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />

omstandighed<strong>en</strong> aan de selectiecriteria zou voldo<strong>en</strong> (zie ook bijlage B.3).<br />

Habitattype<br />

X a Y b Landelijke<br />

oppervlakte c<br />

Oppervlakte in<br />

Westerschelde &<br />

Saeftinghe d<br />

Oppervlakte in<br />

Yde gebied e<br />

Selectie bij<br />

aanmelding<br />

H1110B 3 3 ca. 270.000 B2 (6-15%) B2 (6-15%) nee<br />

H1130 5 2 ca. 44.300 A3 (50-75%) A2 (30-50%) ja<br />

H1310A 3 3 ca. 2.200 A1 (15-30%) B1 (2-6%) nee<br />

H1330A 3 3 ca. 9.900 A1 (15-30%) B1 (2-6%) ja<br />

(a) Aantal gebied<strong>en</strong> dat maximaal voor dit habitattype kan word<strong>en</strong> geselecteerd volg<strong>en</strong>s het criterium: “behor<strong>en</strong>d tot<br />

de X belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype.<br />

(b) Aantal gebied<strong>en</strong> dat op grond van het onder (a) g<strong>en</strong>oemde selectiecriterium voor het habitattype is geselecteerd (Y<br />

< X indi<strong>en</strong> er minder dan X gebied<strong>en</strong> zijn waarin het habitattype is vastgesteld of voorkomt in differ<strong>en</strong>tiër<strong>en</strong>de<br />

omvang).<br />

(c) Geschatte landelijke oppervlakte van het (subtype van het) habitattype in hectar<strong>en</strong>.<br />

(d) Oppervlakte in het onderhavige gebied, uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke oppervlakte. (Niet ingevuld<br />

indi<strong>en</strong> gebied niet één van de X belangrijkste gebied<strong>en</strong> is.)<br />

(e) Oppervlakte van het habitattype in het, in rangorde van aflop<strong>en</strong>de betek<strong>en</strong>is, Yde belangrijkste gebied. (Niet<br />

ingevuld indi<strong>en</strong> niet van belang voor de bepaling van de relatieve betek<strong>en</strong>is van het gebied, wanneer<br />

repres<strong>en</strong>tativiteit in plaats van oppervlakte doorslaggev<strong>en</strong>d was).<br />

4.3.2 Soort<strong>en</strong> (bijlage II)<br />

Voor niet-prioritaire soort<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage II van de Habitatrichtlijn zijn in de<br />

eerste stap van het selectieproces in beginsel de “vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong>”<br />

geselecteerd. Voor prioritaire soort<strong>en</strong> 11 geldt e<strong>en</strong> aantal van “ti<strong>en</strong> belangrijkste<br />

gebied<strong>en</strong>”. Voor <strong>en</strong>kele verspreid over het land voorkom<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>, die in voldo<strong>en</strong>de<br />

mate in gebied<strong>en</strong> zijn verteg<strong>en</strong>woordigd welke voor andere waard<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />

zijn ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> geselecteerd 15 . De betek<strong>en</strong>is van het gebied is afgemet<strong>en</strong> aan de<br />

13 Habitattyp<strong>en</strong> waarvoor ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd zijn: slijkgrasveld<strong>en</strong> (H1320) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

zom<strong>en</strong>, moerasspirea (H6430A) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zom<strong>en</strong>, droge bosrand<strong>en</strong> (H6430C).<br />

14 De selectiecriteria zijn verder uitgewerkt in het Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t (2003).<br />

15 Soort<strong>en</strong> waarvoor ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd zijn: zeeprik (H1095), elft (H1102), zalm (H1106),<br />

bittervoorn (H1134) <strong>en</strong> kleine modderkruiper (H1149). Voor de platte schijfhor<strong>en</strong> (H4056) zijn ge<strong>en</strong><br />

gebied<strong>en</strong> geselecteerd omdat de soort bij de uitbreiding van de EU in 2004 is toegevoegd aan bijlage II.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

16


omvang van de aanwezige populatie. In e<strong>en</strong> tweede stap zijn ev<strong>en</strong>tueel nog extra<br />

gebied<strong>en</strong> toegevoegd met het oog op landelijke dekking, geografische spreiding <strong>en</strong><br />

gr<strong>en</strong>soverschrijding 14 . In de onderstaande tabel zijn de habitatsoort<strong>en</strong> vermeld die bij<br />

de aanmelding hebb<strong>en</strong> geleid tot selectie van het gebied <strong>en</strong>/of de habitatsoort<strong>en</strong><br />

waarvoor het gebied op grond van de huidige gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> aan de<br />

selectiecriteria zou voldo<strong>en</strong> (zie ook bijlage B.3).<br />

Code Soort X a Y b Landelijke<br />

populatie c<br />

% in Westerschelde<br />

& Saeftinghe d<br />

% in Yde<br />

gebied e<br />

Selectie bij<br />

aanmelding<br />

H1365 Gewone zeehond 5 5 4.200-5.500 C (


5. INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />

5.1 Inleiding<br />

Het ecologisch netwerk Natura 2000 moet de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitats <strong>en</strong><br />

leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in hun natuurlijke verspreidingsgebied in e<strong>en</strong> gunstige staat<br />

van instandhouding behoud<strong>en</strong> of in voorkom<strong>en</strong>d geval herstell<strong>en</strong>. Onder het begrip<br />

“instandhouding” wordt e<strong>en</strong> geheel aan maatregel<strong>en</strong> verstaan die nodig zijn voor het<br />

behoud of herstel van natuurlijke habitats <strong>en</strong> populaties van wilde dier- <strong>en</strong><br />

plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. Ingevolge artikel 4, vierde<br />

lid, Habitatrichtlijn word<strong>en</strong> bij aanwijzing als Habitatrichtlijngebied “tev<strong>en</strong>s de<br />

prioriteit<strong>en</strong> vast[gesteld] gelet op het belang van de gebied<strong>en</strong> voor het in e<strong>en</strong> gunstige<br />

staat van instandhouding behoud<strong>en</strong> of herstell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> type natuurlijke habitat […]<br />

of van e<strong>en</strong> soort […] alsmede voor de coher<strong>en</strong>tie van Natura 2000 <strong>en</strong> gelet op de voor<br />

dat gebied bestaande dreiging van achteruitgang <strong>en</strong> vernietiging”.<br />

Deze bepaling is in artikel 10a, tweede lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 nader<br />

uitgewerkt. Op grond van dit artikel bestaat de verplichting om in e<strong>en</strong> aanwijzing<br />

doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de instandhouding van leefgebied<strong>en</strong> van vogelsoort<strong>en</strong><br />

dan wel doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de instandhouding van natuurlijke habitats of<br />

populaties van de in het wild lev<strong>en</strong>de dier- <strong>en</strong> plant<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. Om die<br />

red<strong>en</strong> zijn voor elk Natura 2000-gebied instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> ontwikkeld,<br />

waarbij per habitattype <strong>en</strong> per (vogel)soort is uitgegaan van landelijke doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

bijdrage die e<strong>en</strong> gebied redelijkerwijs kan lever<strong>en</strong> voor het bereik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gunstige<br />

staat van instandhouding op landelijk niveau. Tev<strong>en</strong>s is daarbij aangegev<strong>en</strong> welke<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of (vogel)soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste mog<strong>en</strong> gaan van andere habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

(vogel)soort<strong>en</strong>. Bij broedvogelsoort<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> regionale doelstelling is in de<br />

toelichting aangegev<strong>en</strong> wat in e<strong>en</strong> bepaalde periode de minimale <strong>en</strong> maximale bijdrage<br />

van het betreff<strong>en</strong>de gebied aan het regionale doelniveau is geweest. Voor e<strong>en</strong> beperkt<br />

aantal (vogel)soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> zijn op basis van artikel 10a, derde lid van de<br />

Natuurbeschermingswet 1998 “complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong>” geformuleerd. Het betreft<br />

(vogel)soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> die onder druk staan <strong>en</strong> waarvoor Nederland in<br />

Europees verband e<strong>en</strong> bijzondere verantwoordelijkheid heeft. Dit betek<strong>en</strong>t dat aan e<strong>en</strong><br />

beperkt aantal Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> Habitatrichtlijndoel<strong>en</strong> zijn toegek<strong>en</strong>d (<strong>en</strong><br />

andersom) <strong>en</strong> dat aan e<strong>en</strong> beperkt aantal Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> “ontwikkeldoel<strong>en</strong>”<br />

zijn toegek<strong>en</strong>d. Met behulp van deze complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> is de realisering van de<br />

landelijke doel<strong>en</strong> beter gewaarborgd. Deze doel<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> volwaardig deel uit van de<br />

aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. De betreff<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet aangemeld bij de Europese<br />

Commissie.<br />

In bijlage B.4 van deze Nota van toelichting is e<strong>en</strong> overzicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van alle<br />

gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> per habitattype <strong>en</strong> per (vogel)soort.<br />

Voor de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in beheerplann<strong>en</strong> instandhoudingsmaatregel<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> uitgewerkt die beantwoord<strong>en</strong> aan de gebiedsspecifieke ecologische vereist<strong>en</strong><br />

van de betrokk<strong>en</strong> natuurlijke habitats <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong>.<br />

Als verdere invulling van het stell<strong>en</strong> van prioriteit<strong>en</strong> zijn voor de acht onderscheid<strong>en</strong><br />

Natura 2000-landschapp<strong>en</strong> 16 kernopgav<strong>en</strong> geformuleerd op grond van de daar<br />

voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>, de landelijke betek<strong>en</strong>is van deze waard<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> het betreff<strong>en</strong>de landschap, de belangrijkste verbeteropgav<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

16<br />

Het Natura 2000-landschap van het gebied waarop dit besluit betrekking heeft staat vermeld in<br />

paragraaf 3.2 van deze Nota van toelichting.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

18


eïnvloedingsmogelijkhed<strong>en</strong>. Per landschap omvatt<strong>en</strong> ze de belangrijkste behoud- <strong>en</strong><br />

herstelopgav<strong>en</strong>. De kernopgav<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> prioriteit<strong>en</strong> (“richting gev<strong>en</strong>”) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />

overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> aan. Zij hebb<strong>en</strong> in het<br />

bijzonder betrekking op habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> die sterk onder druk staan<br />

<strong>en</strong>/of waarvoor Nederland van groot of zeer groot belang is. De kernopgav<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

per Natura 2000-landschap behandeld <strong>en</strong> opgesomd in hoofdstuk 5 van het Natura<br />

2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006).<br />

5.2 Algem<strong>en</strong>e doel<strong>en</strong><br />

Behoud <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> van toepassing herstel van:<br />

1. de bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de ecologische sam<strong>en</strong>hang van Natura<br />

2000 zowel binn<strong>en</strong> Nederland als binn<strong>en</strong> de Europese Unie;<br />

2. de bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de biologische diversiteit <strong>en</strong> aan de<br />

gunstige staat van instandhouding van natuurlijke habitats <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

Europese Unie, die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I of bijlage II van de Habitatrichtlijn.<br />

Dit behelst de b<strong>en</strong>odigde bijdrage van het gebied aan het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> op<br />

landelijk niveau gunstige staat van instandhouding voor de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>;<br />

3. de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het Natura 2000-gebied, inclusief de sam<strong>en</strong>hang van<br />

de structuur <strong>en</strong> functies van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> waarvoor het<br />

gebied is aangewez<strong>en</strong>;<br />

4. de op het gebied van toepassing zijnde ecologische vereist<strong>en</strong> van de habitattyp<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />

5.3 Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong> (bijlage I)<br />

H1110 Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>,<br />

Noordzeekustzone (subtype B).<br />

Toelichting Het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzeekustzone<br />

(subtype B) komt voor in het westelijk deel van het Natura 2000-gebied,<br />

t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s. De doelstelling is gericht op het<br />

voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang van het habitattype in dit gebied.<br />

H1130 Estuaria<br />

Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit.<br />

Toelichting De staat van instandhouding van dit habitattype is zeer ongunstig. Als<br />

gevolg van m<strong>en</strong>selijke ingrep<strong>en</strong> is de oppervlakte (hoogdynamisch) diep<br />

water in de Westerschelde sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, waarbij de overgang<strong>en</strong> naar<br />

(laagdynamische) ondiepere del<strong>en</strong> steil zijn geword<strong>en</strong>. Voor de<br />

Westerschelde houdt kwaliteitsverbetering in: herstel van de afwisseling<br />

aan diverse deelecosystem<strong>en</strong> (laagdynamische <strong>en</strong> hoogdynamische, diepe<br />

<strong>en</strong> ondiepe, zoete <strong>en</strong> zoute del<strong>en</strong> <strong>en</strong> geleidelijke overgang<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> al deze<br />

deelsystem<strong>en</strong>) met de bijbehor<strong>en</strong>de hoge biodiversiteit. De<br />

kwaliteitsverbetering komt ook t<strong>en</strong> goede aan de<br />

instandhoudingsdoelstelling voor de bel<strong>en</strong>d<strong>en</strong>de schorr<strong>en</strong> (H1330). Voor dit<br />

gebied is behoud van het meergeul<strong>en</strong>stelsel <strong>en</strong> uitbreiding van de<br />

oppervlakte met laagdynamische del<strong>en</strong> (droogvall<strong>en</strong>de plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiepe<br />

water<strong>en</strong>) noodzakelijk voor kwaliteitsverbetering <strong>en</strong> duurzaam<br />

voortbestaan. Daarnaast is behoud van de zoet-zout gradiënt binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

min of meer stabiel traject van belang, ev<strong>en</strong>als behoud van geleidelijke<br />

overgang<strong>en</strong> naar schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> duintjes.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

19


H1310 Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong><br />

Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>,<br />

zeekraal (subtype A) <strong>en</strong> behoud van oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit zilte<br />

pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B).<br />

Toelichting Het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (subtype A) is in dit<br />

gebied in de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia sterk in oppervlakte achteruitgegaan.<br />

Duurzaam herstel gaat sam<strong>en</strong> met herstel van het habitattype estuaria<br />

(H1130): meer ruimte voor natuurlijke dynamiek. Het habitattype zilte<br />

pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B) komt over e<strong>en</strong> geringe<br />

oppervlakte voor. Behoud is hier voldo<strong>en</strong>de omdat het subtype landelijk in<br />

gunstige staat van instandhouding verkeert.<br />

H1320 Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />

Toelichting Het habitattype slijkgrasveld<strong>en</strong> is uitsluit<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong> vorm met de exoot<br />

<strong>en</strong>gels slijkgras aanwezig; deze vorm is vanuit het oogpunt van<br />

biodiversiteit niet van belang, maar omdat het habitattype plaatselijk e<strong>en</strong><br />

aanzi<strong>en</strong>lijke oppervlakte inneemt, heeft het hier e<strong>en</strong> duidelijke functie als<br />

beschermingszone teg<strong>en</strong> het eroder<strong>en</strong> van het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte<br />

grasland<strong>en</strong> (H1330). Herstel van begroeiing<strong>en</strong> van klein slijkgras wordt als<br />

weinig haalbaar ingeschat.<br />

H1330 Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong><br />

Doel Uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte<br />

grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (subtype A), <strong>en</strong> behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />

schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (subtype B).<br />

Toelichting De verdeling van de schorr<strong>en</strong> (H1330A) binn<strong>en</strong> het estuarium is mom<strong>en</strong>teel<br />

niet in ev<strong>en</strong>wicht. In het oostelijke, brakke deel kom<strong>en</strong> grote oppervlakt<strong>en</strong><br />

voor (onder andere Saeftinghe), terwijl in het westelijke deel (tuss<strong>en</strong><br />

Vlissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> Hansweert) de oppervlakte veel geringer is. In het westelijke<br />

deel vindt nog steeds afbraak van schorr<strong>en</strong> plaats. Daarom wordt<br />

uitbreiding van de oppervlakte schorr<strong>en</strong> nagestreefd, naast verbetering van<br />

de kwaliteit. Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding, is<br />

behoud van het binn<strong>en</strong>dijkse subtype (B) in dit gebied voldo<strong>en</strong>de.<br />

H2110 Embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />

Toelichting Het habitattype embryonale duin<strong>en</strong> komt thans in geringe oppervlakte voor.<br />

Van belang is dat in het mondingsgebied de abiotische <strong>en</strong> ruimtelijke<br />

randvoorwaard<strong>en</strong> aanwezig blijv<strong>en</strong> om, in sam<strong>en</strong>hang met habitattype<br />

witte duin<strong>en</strong> (H2120), dit dynamische type te lat<strong>en</strong> bestaan.<br />

H2120 Witte duin<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />

Toelichting Het habitattype witte duin<strong>en</strong> komt thans over e<strong>en</strong> geringe oppervlakte<br />

voor. Van belang is dat in het mondingsgebied de abiotische <strong>en</strong> ruimtelijke<br />

randvoorwaard<strong>en</strong> aanwezig blijv<strong>en</strong> om, in sam<strong>en</strong>hang met habitattype<br />

embryonale wandel<strong>en</strong>de duin<strong>en</strong> (H2110), dit dynamische habitattype te<br />

lat<strong>en</strong> bestaan.<br />

H2160 Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

20


Toelichting Het habitattype duindoornstruwel<strong>en</strong> komt over e<strong>en</strong> geringe oppervlakte<br />

voor in de duin<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> duin<strong>en</strong>kweldergebied. Om de kwaliteit te<br />

behoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> alle successiestadia in het gebied voorkom<strong>en</strong>, ook de<br />

jonge stadia die als matig ontwikkeld word<strong>en</strong> beoordeeld.<br />

H2190 Vochtige duinvallei<strong>en</strong><br />

Doel Behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (subtype B).<br />

Toelichting Het habitattype van vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (subtype B) komt met<br />

e<strong>en</strong> geringe oppervlakte voor in het gebied. Het habitattype heeft zich<br />

onder andere ontwikkeld in e<strong>en</strong> inlaag waar kalkrijke ondergrond vrijkwam.<br />

In één van de inlag<strong>en</strong> komt de habitatsoort gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) voor<br />

binn<strong>en</strong> het habitattype.<br />

5.4 Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong> (bijlage II)<br />

H1014 Nauwe korfslak<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor behoud populatie.<br />

Toelichting Rec<strong>en</strong>te waarneming<strong>en</strong> van de nauwe korfslak betreff<strong>en</strong> e<strong>en</strong> populatie<br />

tuss<strong>en</strong> Cadzand <strong>en</strong> de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder.<br />

H1095 Zeeprik<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />

Toelichting Het gebied Westerschelde & Saeftinghe is voor de zeeprik van belang als<br />

doortrekgebied. De populatie is afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>. In het gebied<br />

Westerschelde & Saeftinghe zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk,<br />

omdat de oorzaak van de landelijk matig ongunstige staat van<br />

instandhouding niet in dit gebied ligt.<br />

H1099 Rivierprik<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />

Toelichting De Westerschelde is als doortrekgebied van Nederlands belang. In dit<br />

gebied zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk. De populatie is<br />

afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s<br />

in Vlaander<strong>en</strong>.<br />

H1103 Fint<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor uitbreiding populatie.<br />

Toelichting Het gebied Westerschelde & Saeftinghe is als doortrekgebied voor de fint<br />

van (pot<strong>en</strong>tieel) groot belang. In dit gebied zijn ge<strong>en</strong> herstelmaatregel<strong>en</strong><br />

noodzakelijk. De populatie is afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>.<br />

H1365 Gewone zeehond<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor uitbreiding<br />

populatie t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale populatie van t<strong>en</strong>minste 200<br />

exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied.<br />

Toelichting De Westerschelde kan e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de regionale doelstelling<br />

van t<strong>en</strong> minste 200 exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied voor deze soort. Door<br />

het instell<strong>en</strong> van rustgebied<strong>en</strong> kan verstoring word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>. De<br />

kwaliteit van het leefgebied is mede afhankelijk van de ontwikkeling<strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>strooms van de Nederlandse gr<strong>en</strong>s in Vlaander<strong>en</strong>.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

21


H1903 Gro<strong>en</strong>knolorchis<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit biotoop voor behoud populatie.<br />

Toelichting De gro<strong>en</strong>knolorchis verkeert landelijk in e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />

instandhouding. De soort is binn<strong>en</strong> het gebied Westerschelde & Saeftinghe<br />

uitsluit<strong>en</strong>d bek<strong>en</strong>d van de inlaag Hoofdplaat waar het voorkomt in het<br />

habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (H2190B).<br />

5.5 Vogelrichtlijn: broedvogels<br />

A081 Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van t<strong>en</strong> minste 20 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De bruine kiek<strong>en</strong>dief is van oudsher e<strong>en</strong> schaarse broedvogel in dit gebied.<br />

Vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig is de soort geleidelijk in aantal toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

maximum van 23 par<strong>en</strong> in 2003. Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van<br />

instandhouding is behoud voldo<strong>en</strong>de. De draagkracht is afgeleid van het<br />

gemiddelde over de jar<strong>en</strong> 1999-2003 van 20 broedpar<strong>en</strong>. Het gebied levert<br />

voldo<strong>en</strong>de draagkracht voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />

A132 Kluut<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 2.000 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />

Oosterschelde, Zoommeer, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De<br />

populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk<br />

wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het gebied draagt bij aan de<br />

draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie. In de periode<br />

1999-2008 broedde minimaal 2% <strong>en</strong> maximaal 14% van de broedpopulatie<br />

van het Deltagebied in het onderhavige gebied. Kleine aantall<strong>en</strong> klut<strong>en</strong><br />

broed<strong>en</strong> van oudsher langs de Westerschelde (t<strong>en</strong> minste 150 par<strong>en</strong>). Het<br />

ontbrek<strong>en</strong> van uitgestrekte oeverzones biedt weinig broedmogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

Na e<strong>en</strong> niveau van t<strong>en</strong> minste 200 par<strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> tachtig liep<strong>en</strong> de<br />

aantall<strong>en</strong> terug. De stand k<strong>en</strong>merkt zich door sterke fluctuaties: in de<br />

periode 1988-2002 minimaal 64 (1989) <strong>en</strong> maximaal 190 par<strong>en</strong> (2000). In<br />

2003 kwam het aantal echter weer flink bov<strong>en</strong> de 200: 278 par<strong>en</strong>.<br />

A137 Bontbekplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 100 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />

Oosterschelde, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De populatie is<br />

alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de<br />

voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het gebied draagt bij aan de draagkracht t<strong>en</strong><br />

behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie. In de periode 1999-2008<br />

broedde minimaal 9% <strong>en</strong> maximaal 22% van het regionale doelniveau van<br />

het Deltagebied in het onderhavige gebied. Ev<strong>en</strong>als bij de kluut zijn de<br />

aantall<strong>en</strong> bontbekplevier<strong>en</strong> langs de Westerschelde relatief bescheid<strong>en</strong>. In<br />

de meeste jar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> minder dan 10 par<strong>en</strong> geteld. Rec<strong>en</strong>telijk zijn de<br />

aantall<strong>en</strong> wat hoger met 22 par<strong>en</strong> in 2002 <strong>en</strong> 20 in 2003. De meeste par<strong>en</strong><br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

22


oed<strong>en</strong> langs de kust van Zuid-Beveland op door de m<strong>en</strong>s gecreëerde<br />

zandige terrein<strong>en</strong>.<br />

A138 Strandplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 220 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek, Haringvliet, Krammer-<br />

Volkerak, Greveling<strong>en</strong>, Oosterschelde, Zoommeer, Westerschelde &<br />

Saeftinghe <strong>en</strong> Markiezaat. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />

gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Het<br />

gebied draagt bij aan de draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale<br />

sleutelpopulatie. In de periode 1999-2008 broedde minimaal 8% <strong>en</strong><br />

maximaal 25% van het regionale doelniveau van het Deltagebied in het<br />

onderhavige gebied. Strandplevier<strong>en</strong> broed<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig verspreid langs<br />

de Westerschelde in relatief bescheid<strong>en</strong> aantall<strong>en</strong>: maximaal 40 par<strong>en</strong> met<br />

e<strong>en</strong> uitschieter in 1999 van 55 par<strong>en</strong>. Begin jar<strong>en</strong> tachtig kond<strong>en</strong> nog circa<br />

80 par<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geteld. De meeste par<strong>en</strong> broed<strong>en</strong> nu langs de kust van<br />

Zuid-Beveland. Ondanks de landelijk zeer ongunstige staat van<br />

instandhouding is niet voor uitbreiding van de populatie gekoz<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de<br />

onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied. Mogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />

verbetering kwaliteit leefgebied zull<strong>en</strong> wel word<strong>en</strong> onderzocht.<br />

A176 Zwartkopmeeuw<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 400 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Zoommeer <strong>en</strong><br />

Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />

gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. Vanaf<br />

1981 broed<strong>en</strong> geregeld <strong>en</strong>ige zwartkopmeeuw<strong>en</strong> langs de Westerschelde;<br />

soms net binn<strong>en</strong>dijks. Eind jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig ontstond e<strong>en</strong> flinke kolonie op<br />

het Zuidgors bij Ellewoutsdijk: 86 par<strong>en</strong> in 2001. In het gehele gebied<br />

fluctueerde het aantal par<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 1999-2003 tuss<strong>en</strong> 3 <strong>en</strong> 87 par<strong>en</strong>. In de<br />

periode 1999-2008 broedde minimaal 1% <strong>en</strong> maximaal 48% van het<br />

regionale doelniveau van het Deltagebied in het onderhavige gebied.<br />

Gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding is behoud voldo<strong>en</strong>de.<br />

A191 Grote stern<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 4.000 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Greveling<strong>en</strong>, Oosterschelde <strong>en</strong><br />

Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op regionaal niveau<br />

gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per gebied. De<br />

grote stern broedt verspreid over het Deltagebied in e<strong>en</strong> beperkt aantal<br />

kolonies die geregeld van plaats wissel<strong>en</strong>. Het is daarom van groot belang<br />

op meerdere locaties waar de soort rec<strong>en</strong>telijk heeft gebroed aandacht te<br />

bested<strong>en</strong> aan behoud van het leefgebied. In de periode 1999-2008 broedde<br />

minimaal 0% <strong>en</strong> maximaal 115% van het regionale doelniveau van het<br />

Deltagebied in het onderhavige gebied. De populatie van de grote stern in<br />

Zuidwest-Nederland <strong>en</strong> aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d België moet als één geheel word<strong>en</strong><br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

23


eschouwd. Op de Hooge Plat<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> kolonie zich gevestigd in 1987.<br />

In de jar<strong>en</strong> daarna groeide de kolonie langzaam, t<strong>en</strong> dele t<strong>en</strong> koste van de<br />

kolonie op de Hompelvoet. Hoogste aantal werd geteld in 2002: 4.600<br />

par<strong>en</strong>. In dit gebied wordt behoud nagestreefd, omdat de pot<strong>en</strong>tie van het<br />

gebied voor herstel onvoldo<strong>en</strong>de is. Het gebied draagt bij aan de<br />

draagkracht t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> regionale sleutelpopulatie.<br />

A193 Visdief<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 6.500 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />

Oosterschelde, Zoommeer <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is<br />

alle<strong>en</strong> op regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de<br />

voorkom<strong>en</strong> per gebied. Van oudsher broed<strong>en</strong> rond de 1.000 par<strong>en</strong><br />

visdiev<strong>en</strong> in de Westerschelde. Op het dieptepunt in de jar<strong>en</strong> zestig hooguit<br />

<strong>en</strong>kele honderd<strong>en</strong>. Daarna trad sterk herstel op via circa 500 par<strong>en</strong> in<br />

begin jar<strong>en</strong> tachtig tot t<strong>en</strong> minste 1.000 rond de eeuwwisseling (maximaal<br />

1.545 in 2000). De Hooge Plat<strong>en</strong> zijn in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate van belang als<br />

broedplaats met in 2002 1.100 par<strong>en</strong>.<br />

Ook op Saeftinghe is de visdief van oudsher e<strong>en</strong> broedvogel in <strong>en</strong>kele<br />

honderd<strong>en</strong> par<strong>en</strong> (bijvoorbeeld 400 par<strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig). Na e<strong>en</strong><br />

niveau van t<strong>en</strong> minste 300 par<strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> tachtig liep<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong><br />

weer op. De stand op Saeftinghe k<strong>en</strong>merkt zich door sterke fluctuaties: in<br />

de periode 1987-2000 minimaal 283 (2000) <strong>en</strong> maximaal 522 par<strong>en</strong><br />

(1991). In 2001 <strong>en</strong> 2002 werd<strong>en</strong> zeer afwijk<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> vastgesteld:<br />

respectievelijk 869 <strong>en</strong> 71. Het uitzonderlijk lage aantal in 2002 wordt<br />

gewet<strong>en</strong> aan het weinig voorhand<strong>en</strong> zijn van de favoriete nestlocaties in de<br />

vorm van pakkett<strong>en</strong> “veek” (opgespoeld plant<strong>en</strong>materiaal dat bij hoge<br />

waterstand<strong>en</strong> gaat drijv<strong>en</strong>).<br />

Voor het gebied als geheel bedroeg het gemiddeld aantal par<strong>en</strong> in de<br />

periode 1999-2003 1.600 met e<strong>en</strong> maximum van 1.969 in 2001. In de<br />

periode 1999-2008 broedde minimaal 8% <strong>en</strong> maximaal 30% van het<br />

regionale doelniveau van het Deltagebied in het onderhavige gebied.<br />

Ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is<br />

uitbreiding van de populatie niet direct vereist, daar zich al jar<strong>en</strong> lang e<strong>en</strong><br />

geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t.<br />

A195 Dwergstern<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied als bijdrage aan de draagkracht<br />

voor de populatie van het Deltagebied van t<strong>en</strong> minste 300 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De regionale doelstelling van het Deltagebied heeft betrekking op de<br />

volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>: Haringvliet, Krammer-Volkerak, Greveling<strong>en</strong>,<br />

Oosterschelde <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe. De populatie is alle<strong>en</strong> op<br />

regionaal niveau gedefinieerd vanwege het sterk wissel<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong> per<br />

gebied. In vroegere jar<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> doorgaans minder dan 50 par<strong>en</strong><br />

dwergsterns tot broed<strong>en</strong> in de Westerschelde. Op het dieptepunt van de<br />

populatie in de jar<strong>en</strong> zestig kwam<strong>en</strong> slechts <strong>en</strong>kele paartjes tot broed<strong>en</strong>.<br />

Daarna is herstel van de populatie opgetred<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> maximum van 203<br />

par<strong>en</strong> in 1987. In het afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium kwam<strong>en</strong> jaarlijks circa 100<br />

par<strong>en</strong> tot broed<strong>en</strong> (maximaal 140 in 1997). In de periode 1999-2008<br />

broedde minimaal 28% <strong>en</strong> maximaal 83% van het regionale doelniveau van<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

24


het Deltagebied in het onderhavige gebied. Ondanks de landelijk matig<br />

ongunstige staat van instandhouding is niet voor uitbreiding van de<br />

populatie gekoz<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het<br />

Deltagebied.<br />

A272 Blauwborst<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van t<strong>en</strong> minste 450 par<strong>en</strong>.<br />

Toelichting De eerste aanwijzing van broed<strong>en</strong>de blauwborst<strong>en</strong> (tev<strong>en</strong>s voor Zeeland)<br />

stamt uit 1947. Pas vanaf de jar<strong>en</strong> zestig werd het e<strong>en</strong> regelmatige<br />

broedvogel <strong>en</strong> vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig is de stand sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In<br />

1997 werd<strong>en</strong> circa 620 par<strong>en</strong> geteld. Vooral in de rietruigt<strong>en</strong> van<br />

Saeftinghe is de blauwborst inmiddels e<strong>en</strong> talrijke broedvogel. Gezi<strong>en</strong> de<br />

landelijk gunstige staat van instandhouding is behoud op het gemiddelde<br />

niveau van 1999-2003 voldo<strong>en</strong>de. Het gebied heeft voldo<strong>en</strong>de draagkracht<br />

voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />

5.6 Vogelrichtlijn: niet-broedvogels<br />

A005 Fuut<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de fuut met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied.<br />

De soort is vooral e<strong>en</strong> wintergast, met de hoogste aantall<strong>en</strong> in oktoberfebruari,<br />

net als in de rest van de zoute Delta (met uitzondering van<br />

Voordelta). Vroeger kwam e<strong>en</strong> veel scherpere piek voor in januari. De<br />

populatie is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig, maar daarvoor<br />

bestond<strong>en</strong> sterke fluctuaties. Het patroon vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met<br />

dat van middelste zaagbek (A069) <strong>en</strong> nonnetje (A068) <strong>en</strong> wijkt op<br />

vergelijkbare wijze af van het patroon in de andere deltawater<strong>en</strong>.<br />

Waarschijnlijk spel<strong>en</strong> verandering<strong>en</strong> in de beschikbaarheid van vis in de<br />

Westerschelde e<strong>en</strong> rol. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, de<br />

waarschijnlijke oorzaak van de landelijk matig ongunstige staat van<br />

instandhouding is niet geleg<strong>en</strong> in dit gebied.<br />

A026 Kleine zilverreiger<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 40 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> kleine zilverreigers zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />

heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na de<br />

Greveling<strong>en</strong> levert de Westerschelde & Saeftinghe in Nederland de grootste<br />

bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig, maar met e<strong>en</strong> sterke piek in<br />

augustus/september. Saeftinghe is één van de bolwerk<strong>en</strong>, de reigers jag<strong>en</strong><br />

hier op vis <strong>en</strong> garnal<strong>en</strong>. De kleine zilverreiger is aanwezig sinds begin jar<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong>tig <strong>en</strong> sindsdi<strong>en</strong> snel toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />

voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A034 Lepelaar<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 30 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> lepelaars zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

25


slaapplaats. Vooral in Saeftinghe bevind<strong>en</strong> zich hoge aantall<strong>en</strong> in<br />

september. In de loop van de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is de populatie sterk<br />

toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de<br />

landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A041 Kolgans<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 380 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de kolgans met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />

<strong>en</strong> slaapplaats. De draagkrachtschatting <strong>en</strong> de tr<strong>en</strong>danalyse hebb<strong>en</strong><br />

betrekking op de foerageerfunctie. De slaapplaatsfunctie is mogelijk<br />

belangrijker, maar er zijn niet voldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s voor e<strong>en</strong><br />

kwantificering in het doel. De slaapplaats is van regionale betek<strong>en</strong>is.<br />

Aantall<strong>en</strong> fluctuer<strong>en</strong>, maar met e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d. Het aantal slap<strong>en</strong>de<br />

vogels is groter dan het aantal foerager<strong>en</strong>de vogels, tot de orde van<br />

grootte van 4.000 vogels. Deze vogels zijn vooral afkomstig uit Zeeuws-<br />

Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zuid-Beveland. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />

gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A043 Grauwe gans<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 16.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> grauwe ganz<strong>en</strong> zijn van grote nationale <strong>en</strong> grote internationale<br />

betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied <strong>en</strong> slaapplaats. De slaapplaatsfunctie, van regionale<br />

betek<strong>en</strong>is, betreft vooral de grauwe ganz<strong>en</strong> die in Zeeuws-Vlaander<strong>en</strong><br />

foerager<strong>en</strong>. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De<br />

Westerschelde & Saeftinghe, het Haringvliet <strong>en</strong> het Hollands Diep lever<strong>en</strong><br />

de grootste bijdrage aan de grauwe gans in Nederland. Sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />

tachtig is de populatie sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, rec<strong>en</strong>t lijk<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> af te<br />

vlakk<strong>en</strong>, waarbij in Saeftinghe aantall<strong>en</strong> van 50.000-75.000 vogels zijn<br />

bereikt (circa 30% van de internationale populatie). Behoud van de huidige<br />

situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

De doelstelling heeft ge<strong>en</strong> betrekking op de ev<strong>en</strong>tuele functie van het<br />

gebied als broedgebied voor deze soort.<br />

A048 Berge<strong>en</strong>d<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 4.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> berge<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Na<br />

de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage. Net als in de<br />

Voordelta, maar in teg<strong>en</strong>stelling tot de andere zoute deltawater<strong>en</strong> gaat het<br />

vooral om e<strong>en</strong> (na)zomervogel, met hoge aantall<strong>en</strong> in juni-oktober. Er is<br />

ge<strong>en</strong> dip in augustus voor de ruitrek, hoewel e<strong>en</strong> deel wel wegtrekt<br />

(Wadd<strong>en</strong>zee), maar e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d aantal, rec<strong>en</strong>t 4.000-10.000 vogels,<br />

blijft teg<strong>en</strong>woordig om in het gebied zelf te rui<strong>en</strong>. Sinds het begin van de<br />

jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is er e<strong>en</strong> doorgaande populatieto<strong>en</strong>ame, die sterker is dan<br />

in de andere zoute Deltawater<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />

voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

26


A050 Smi<strong>en</strong>t<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 16.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />

slaapplaats. De slaapplaats is van regionale betek<strong>en</strong>is. De<br />

draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Na de Wadd<strong>en</strong>zee<br />

levert het gebied de grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, hoogste<br />

aantall<strong>en</strong> aanwezig in september-maart. De smi<strong>en</strong>t komt sterk<br />

geconc<strong>en</strong>treerd voor in Saeftinghe, waar 30.000-50.000 vogels<br />

overwinter<strong>en</strong>. Sinds de jar<strong>en</strong> tachtig is de populatie toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

factor drie, sterker dan in de andere zoute Deltawater<strong>en</strong>. Rec<strong>en</strong>t heeft<br />

echter e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>tering plaatsgevond<strong>en</strong>, waardoor deze voorsprong weer<br />

verdwijnt. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding. De doelstelling heeft ge<strong>en</strong> betrekking<br />

op de ev<strong>en</strong>tuele functie van het gebied als broedgebied voor deze soort.<br />

A051 Krake<strong>en</strong>d<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 40 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de krake<strong>en</strong>d met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied. De soort is het hele jaar aanwezig, maar vooral in het<br />

winterhalfjaar, met e<strong>en</strong> doortrekpiek in september <strong>en</strong> hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />

december-februari. De populatie is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zoals bijna overal, maar<br />

minder sterk dan in Greveling<strong>en</strong> <strong>en</strong> Oosterschelde, waar de absolute<br />

aantall<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig aanzi<strong>en</strong>lijk hoger zijn dan in de Westerschelde &<br />

Saeftinghe. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding.<br />

A052 Wintertaling<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> wintertaling<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />

de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het gebied levert na de<br />

Wadd<strong>en</strong>zee, Lauwersmeer <strong>en</strong> Oostvaardersplass<strong>en</strong> de grootste bijdrage.<br />

Binn<strong>en</strong> het gebied komt de soort geconc<strong>en</strong>treerd voor in Saeftinghe. De<br />

wintertaling is vooral aanwezig in de winter, met de hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />

september-maart. De populatie is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, weliswaar met sterke<br />

fluctuaties. De aantalsontwikkeling vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van<br />

andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij<br />

wilde e<strong>en</strong>d (A053), pijlstaart (A054), slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)),<br />

zodat verandering<strong>en</strong> in voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij<br />

<strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong><br />

zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau<br />

is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />

A053 Wilde e<strong>en</strong>d<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 11.700 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> wilde e<strong>en</strong>d zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de<br />

soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na de Wadd<strong>en</strong>zee levert<br />

het gebied de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig, maar<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

27


met lage aantall<strong>en</strong> in maart-mei. De aantalsontwikkeling vertoont<br />

overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong><br />

sinds 2000/2001 zoals ook bij wintertaling (A052), pijlstaart (A054),<br />

slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)), zodat verandering<strong>en</strong> in voedselhabitat<br />

waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij <strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon<br />

echter ook in andere water<strong>en</strong> zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is<br />

voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A054 Pijlstaart<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.400 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> pijlstaart<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Na<br />

de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong><br />

wintergast, aanwezig in september-maart, hoogste aantall<strong>en</strong> in oktoberjanuari,<br />

met e<strong>en</strong> beperkte doortrekpiek in oktober. De aantalsontwikkeling<br />

vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde<br />

aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij wilde e<strong>en</strong>d (A053), wintertaling<br />

(A052), slobe<strong>en</strong>d (A056), krake<strong>en</strong>d (A051)), zodat verandering<strong>en</strong> in het<br />

voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij <strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is<br />

dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong> zichtbaar. De to<strong>en</strong>ame wordt bij<br />

de pijlstaart mede veroorzaakt door verbreding van het seizo<strong>en</strong>. Behoud<br />

van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong><br />

herstelopgave geformuleerd.<br />

A056 Slobe<strong>en</strong>d<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 70 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de slobe<strong>en</strong>d met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied. De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t, met lage aantall<strong>en</strong> in<br />

juni/juli <strong>en</strong> doortrekpiek<strong>en</strong> in september <strong>en</strong> maart/april. De aantall<strong>en</strong> zijn<br />

laag in vergelijking met andere Deltawater<strong>en</strong>, ook in Saeftinghe. De<br />

aantalsontwikkeling vertoont overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met die van andere<br />

grondele<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (verhoogde aantall<strong>en</strong> sinds 2000/2001 zoals ook bij wilde<br />

e<strong>en</strong>d (A053), pijlstaart (A054), wintertaling (A052), krake<strong>en</strong>d (A051)),<br />

zodat verandering<strong>en</strong> in het voedselhabitat waarschijnlijk e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Bij<br />

<strong>en</strong>kele van deze soort<strong>en</strong> is dit patroon echter ook in andere water<strong>en</strong><br />

zichtbaar. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding.<br />

A069 Middelste zaagbek<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 30 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de middelste zaagbek met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, aanwezig in oktober-april, met<br />

hoogste aantall<strong>en</strong> in december-maart. Sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig is de<br />

populatie nogal afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> patroon dat overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> vertoont<br />

met dat van fuut (A005) <strong>en</strong> nonnetje (A068) <strong>en</strong> op vergelijkbare wijze<br />

afwijkt van het patroon in de andere deltawater<strong>en</strong>, zodat waarschijnlijk<br />

verandering<strong>en</strong> in de beschikbaarheid van vis in de Westerschelde e<strong>en</strong> rol<br />

spel<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

28


A075 Zeear<strong>en</strong>d<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 2 vogels (seizo<strong>en</strong>smaximum).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> zeear<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft<br />

voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het gebied levert<br />

één van de grootste bijdrag<strong>en</strong> in Nederland. Populatieaantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> toe te<br />

nem<strong>en</strong>, maar de gegev<strong>en</strong>s zijn niet toereik<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse.<br />

Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige<br />

staat van instandhouding.<br />

A103 Slechtvalk<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 8 vogels (seizo<strong>en</strong>smaximum).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> slechtvalk<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />

de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied. Het betreft één van de<br />

belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de slechtvalk in Nederland. Aantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong><br />

stabiel, maar de gegev<strong>en</strong>s zijn niet toereik<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse.<br />

Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige<br />

staat van instandhouding.<br />

A130 Scholekster<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 7.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> scholeksters zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort onder andere e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong><br />

als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />

De soort foerageert in het intergetijd<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> overtijt met name op de<br />

Hooge Plaat<strong>en</strong>, in minder mate op Oss<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> Braakmanhav<strong>en</strong>. Het<br />

seizo<strong>en</strong>sverloop is vergelijkbaar met de Oosterschelde, met de hoogste<br />

aantall<strong>en</strong> in augustus-februari. De populatieontwikkeling is echter heel<br />

anders, met tijdelijk verhoogde aantall<strong>en</strong> in het midd<strong>en</strong> van de jar<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong>tig in plaats van e<strong>en</strong> meer doorgaande afname zoals in de<br />

Oosterschelde. E<strong>en</strong> abrupte afname van 1998/1999 op 1999/2000<br />

suggereert e<strong>en</strong> afname van de draagkracht, maar de aantall<strong>en</strong> zijn niet<br />

lager dan in de tweede helft van de jar<strong>en</strong> tachtig <strong>en</strong> de afname is inmiddels<br />

gestabiliseerd. Ondanks de bijdrage van de Westerschelde aan de landelijk<br />

zeer ongunstige staat van instandhouding is gekoz<strong>en</strong> voor behoud, omdat<br />

herstel van het leefgebied niet realistisch lijkt.<br />

A132 Kluut<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 540 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> klut<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />

heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />

De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t, maar met duidelijke doortrekpiek<strong>en</strong> in<br />

oktober/november <strong>en</strong> maart/april <strong>en</strong> zonder zwaartepunt in het voorjaar<br />

zoals in de Oosterschelde. Het aantalsverloop vertoont e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />

t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s, maar met sterke fluctuaties <strong>en</strong> is niet significant. Behoud van de<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

29


huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave<br />

geformuleerd.<br />

A137 Bontbekplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 430 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> bontbekplevier<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is.<br />

Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />

<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />

functies. Na de Wadd<strong>en</strong>zee levert het gebied de grootste bijdrage voor de<br />

populatie die naar West/Zuid-Afrika trekt. Voor de populatie die in West-<br />

Europa <strong>en</strong> Noord-Afrika overwintert levert het gebied na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong><br />

de Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is grot<strong>en</strong>deels doortrekker<br />

met e<strong>en</strong> scherpe piek in aantall<strong>en</strong> in september die wordt toegeschrev<strong>en</strong><br />

aan de eerstg<strong>en</strong>oemde populatie, ev<strong>en</strong>als de hoogste van de twee veel<br />

lagere voorjaarspiek<strong>en</strong> in mei. E<strong>en</strong> eerdere, nog lagere maar wel<br />

afzonderlijke piek in maart, wordt toegeschrev<strong>en</strong> aan de eerstg<strong>en</strong>oemde<br />

populatie. Deze populatie beleefde e<strong>en</strong> dal in de eerste helft van de jar<strong>en</strong><br />

neg<strong>en</strong>tig maar herstelde zich daarna, om de laatste jar<strong>en</strong> weer wat af te<br />

nem<strong>en</strong>. Over het geheel is sprake van e<strong>en</strong> beperkte afname. Ondanks<br />

grote fluctuaties is er e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met het aantalsverloop in de<br />

verschill<strong>en</strong>de zoute deltawater<strong>en</strong>, zodat het waarschijnlijk is dat de<br />

oorzak<strong>en</strong> van de verandering<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste gedeeltelijk buit<strong>en</strong> de Delta<br />

ligg<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding.<br />

A138 Strandplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 80 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> strandplevier<strong>en</strong> zijn van grote nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied<br />

heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert de grootste bijdrage in Nederland. De soort is aanwezig in<br />

het zomerhalfjaar, maar net als in de Oosterschelde met e<strong>en</strong> sterk acc<strong>en</strong>t<br />

op de periode van de najaarstrek, met e<strong>en</strong> scherpe piek in augustus. Eind<br />

jar<strong>en</strong> tachtig is de populatie fors afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, deze afname heeft zich na<br />

e<strong>en</strong> onderbreking in het midd<strong>en</strong> van de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig, in de rec<strong>en</strong>te jar<strong>en</strong><br />

voortgezet. De aantall<strong>en</strong> doortrekkers in Nederland word<strong>en</strong> grot<strong>en</strong>deels<br />

bepaald door de omvang van de eig<strong>en</strong> broedpopulatie <strong>en</strong> de afname is voor<br />

e<strong>en</strong> groot deel e<strong>en</strong> gevolg van verlies aan geschikte broedgebied<strong>en</strong>. De<br />

draagkrachtschatting is berek<strong>en</strong>d over de periode na de grootste landelijke<br />

afname, 1989-2003.<br />

A140 Goudplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> goudplevier<strong>en</strong> zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />

de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />

draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De soort is<br />

aanwezig in het winterhalfjaar. De hoogste aantall<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor in<br />

oktober-februari, met e<strong>en</strong> sterke piek in november, net als elders in de<br />

zoute Delta. De voorjaarspiek van februari/maart komt in de Westerschelde<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

30


& Saeftinghe minder naar vor<strong>en</strong>. Net als in de Oosterschelde <strong>en</strong><br />

beantwoord<strong>en</strong>d aan het landelijke beeld van de monitoringsgebied<strong>en</strong>,<br />

vertoont het aantalsverloop e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame sinds begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig. De<br />

landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding heeft zijn oorsprong in<br />

e<strong>en</strong> afname van de (veel grotere) aantall<strong>en</strong> in de landelijke gebied<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong> het monitoringsnetwerk. Behoud van de huidige situatie is<br />

voldo<strong>en</strong>de, de waarschijnlijke oorzaak van de landelijk zeer ongunstige<br />

staat van instandhouding is niet geleg<strong>en</strong> in dit gebied.<br />

A141 Zilverplevier<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> zilverplevier<strong>en</strong> zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee, Noordzeekustzone <strong>en</strong> de<br />

Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar pres<strong>en</strong>t met<br />

lage aantall<strong>en</strong> in juni/juli <strong>en</strong> doortrekpiek<strong>en</strong> in september <strong>en</strong> mei, maar ook<br />

relatief hoge aantall<strong>en</strong> overwinteraars. De voorjaarpiek is meer promin<strong>en</strong>t<br />

aanwezig dan in de Oosterschelde. Rond midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig war<strong>en</strong><br />

tijdelijk verhoogde aantall<strong>en</strong> aanwezig. Het patroon lijkt sterk op dat van<br />

de Oosterschelde, <strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> wat positievere variant ook in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />

terug te vind<strong>en</strong> De oorzak<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste voor e<strong>en</strong> deel buit<strong>en</strong><br />

Nederland ligg<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de<br />

landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A142 Kievit<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 4.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de kievit met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />

<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />

functies. Het betreft e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratiegebied met de grootste bijdrage na de<br />

Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde (de verspreiding is echter diffuus).<br />

Populatieaantall<strong>en</strong> zijn sinds de jar<strong>en</strong> tachtig verdubbeld. Behoud van de<br />

huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave<br />

geformuleerd.<br />

A143 Kanoet<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 600 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> kanoet<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in 1993-1997 van internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. De<br />

betek<strong>en</strong>is van het gebied is ondergeschikt aan die van de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de<br />

Oosterschelde, maar het is wel het derde foerageergebied van de kanoet in<br />

Nederland. Op de hoogwatervluchtplaats overwinter<strong>en</strong> in de regel <strong>en</strong>kele<br />

duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> vogels op de Hooge Plat<strong>en</strong>. De hoogste aantall<strong>en</strong> van de<br />

ondersoort islandica kom<strong>en</strong> eind herfst <strong>en</strong> in de winter, van oktober tot<br />

februari, voor. De ondersoort canutus trekt door in veel lagere aantall<strong>en</strong> in<br />

augustus. Er is e<strong>en</strong> kleine voorjaarspiek in mei. De aantall<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

beperkte afname zi<strong>en</strong> die echter binn<strong>en</strong> het deltagebied bijna<br />

verwaarloosbaar is t<strong>en</strong> opzichte van de doorgaande to<strong>en</strong>ame in de<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

31


Oosterschelde. Ondanks de landelijk matig ongunstige staat van<br />

instandhouding is gekoz<strong>en</strong> voor behoud gezi<strong>en</strong> de to<strong>en</strong>ame in de Delta <strong>en</strong><br />

omdat herstel van leefgebied niet realistisch lijkt.<br />

A144 Driete<strong>en</strong>strandloper<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.000 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> driete<strong>en</strong>strandlopers zijn van nationale <strong>en</strong> internationale<br />

betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft<br />

betrekking op beide functies. Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de<br />

Noordzeekustzone de grootste bijdrage. De soort is het hele jaar aanwezig,<br />

maar met lage aantall<strong>en</strong>, tot afwezig in juni/juli <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer sterke<br />

voorjaarspiek in mei; de najaarspiek die met name in de Oosterschelde<br />

duidelijk optreedt is hier veel minder promin<strong>en</strong>t. Het aantalsverloop<br />

vertoont e<strong>en</strong> sterke to<strong>en</strong>ame, net als in de Oosterschelde <strong>en</strong> de Voordelta.<br />

De landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is niet gebaseerd<br />

op e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d maar op verstoring door recreatiedruk in het<br />

leefgebied. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau<br />

is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />

A149 Bonte strandloper<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 15.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> bonte strandlopers zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is.<br />

Het gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied<br />

<strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide<br />

functies. Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de<br />

grootste bijdrage. De soort is e<strong>en</strong> wintergast, met hoogste aantall<strong>en</strong> in<br />

november-januari. Populatieaantall<strong>en</strong> zijn stabiel, maar net als bij e<strong>en</strong><br />

aantal andere soort<strong>en</strong> met schijnbaar cyclische fluctuaties die sterk<br />

overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met die van de Oosterschelde <strong>en</strong> die waarschijnlijk word<strong>en</strong><br />

gestuurd door str<strong>en</strong>ge winters (via invloed daarvan op<br />

voedselbeschikbaarheid). Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />

gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A157 Rosse grutto<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.200 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Het gebied heeft voor de rosse grutto met name e<strong>en</strong> functie als<br />

foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft<br />

betrekking op beide functies. De betek<strong>en</strong>is van het gebied is ondergeschikt<br />

aan die van de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde, maar het betreft wel het<br />

derde foerageergebied van de rosse grutto in Nederland. De soort<br />

foerageert in de intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong>, overtijt met name op de Hooge<br />

Plat<strong>en</strong>. De rosse grutto overwintert ook in het gebied, maar hogere<br />

aantall<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> voor tijd<strong>en</strong>s de najaarstrek in augustus <strong>en</strong> sterk<br />

verhoogde aantall<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de voorjaarstrek in mei. De aantall<strong>en</strong> zijn net<br />

als in de Oosterschelde <strong>en</strong> de Voordelta opvall<strong>en</strong>d stabiel. Behoud van de<br />

huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van<br />

instandhouding.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

32


A160 Wulp<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 2.500 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> wulp<strong>en</strong> zijn van internationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />

de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />

draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied levert<br />

na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Oosterschelde de grootste bijdrage, maar met<br />

aanzi<strong>en</strong>lijk lagere aantall<strong>en</strong>. Vanuit het intergetijd<strong>en</strong>gebied wordt<br />

voornamelijk op de Hooge Plat<strong>en</strong> overtijt. Het seizo<strong>en</strong>sverloop vertoont net<br />

als in de Oosterschelde e<strong>en</strong> grote doortrekpiek in augustus/september, iets<br />

lagere aantall<strong>en</strong> overwinteraars <strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorjaarspiek in januari-maart.<br />

Deze ligt lager dan de najaarspiek. Populatieaantall<strong>en</strong> zijn stabiel met <strong>en</strong>ige<br />

fluctuatie. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk<br />

gunstige staat van instandhouding.<br />

A161 Zwarte ruiter<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 270 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> zwarte ruiters zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste<br />

bijdrage. Saeftinghe is verreweg het belangrijkste deel van het gebied. In<br />

mindere mate is ook de Inlaag 1887 bij Ellewoutsdijk van belang. De soort<br />

is e<strong>en</strong> doortrekker <strong>en</strong> komt sterk geconc<strong>en</strong>treerd voor in de nazomer/herfst<br />

met hoogste aantall<strong>en</strong> in juli-september <strong>en</strong> e<strong>en</strong> piek in juli/augustus. De<br />

soort is in dit gebied duidelijk eerder aanwezig dan in de Oosterschelde. Er<br />

zijn veel lagere aantall<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de voorjaarstrek in april/mei. De aantall<strong>en</strong><br />

zijn min of meer stabiel, mogelijk e<strong>en</strong> lichte to<strong>en</strong>ame, met sterke<br />

fluctuaties die overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> met die in de Oosterschelde <strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan die van andere soort<strong>en</strong> (bonte strandloper (A137);<br />

effect<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge winters). De zwarte ruiter heeft e<strong>en</strong> voorkeur voor de<br />

meest slikkige gebied<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is voldo<strong>en</strong>de<br />

gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A162 Tureluur<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 1.100 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> tureluurs zijn van nationale <strong>en</strong> internationale betek<strong>en</strong>is. Het<br />

gebied heeft voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als<br />

slaapplaats. De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies.<br />

Het gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste<br />

bijdrage. De hoogste aantall<strong>en</strong> zijn aanwezig in de zomer, met e<strong>en</strong> sterke<br />

piek in juli <strong>en</strong> e<strong>en</strong> kleinere in april. De aantall<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> duidelijke<br />

tr<strong>en</strong>d, maar fluctuer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> patroon dat vergelijkbaar is met dat van de<br />

Oosterschelde <strong>en</strong> met de patron<strong>en</strong> van de zwarte ruiter (A161) <strong>en</strong> de bonte<br />

strandloper (A149), hetge<strong>en</strong> suggereert dat fluctuaties in voedselaanbod<br />

<strong>en</strong>/of str<strong>en</strong>ge winters e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Behoud van de huidige situatie is<br />

voldo<strong>en</strong>de, op landelijk niveau is ge<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

33


A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 90 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> gro<strong>en</strong>pootruiters zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft<br />

voor de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats.<br />

De draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied<br />

levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage. Het<br />

gebied levert na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage.<br />

Het seizo<strong>en</strong>sverloop is vergelijkbaar met dat van de tureluur (A162), met<br />

e<strong>en</strong> hoge piek tijd<strong>en</strong>s de najaarstrek in augustus <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lage in mei. In de<br />

wintermaand<strong>en</strong> is de soort nag<strong>en</strong>oeg afwezig. Net als elders in de Delta<br />

verton<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> duidelijke to<strong>en</strong>ame. Behoud van de huidige<br />

situatie is voldo<strong>en</strong>de gezi<strong>en</strong> de landelijk gunstige staat van instandhouding.<br />

A169 Ste<strong>en</strong>loper<br />

Doel Behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied met e<strong>en</strong> draagkracht voor e<strong>en</strong><br />

populatie van gemiddeld 230 vogels (seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

Toelichting Aantall<strong>en</strong> ste<strong>en</strong>lopers zijn van nationale betek<strong>en</strong>is. Het gebied heeft voor<br />

de soort met name e<strong>en</strong> functie als foerageergebied <strong>en</strong> als slaapplaats. De<br />

draagkrachtschatting heeft betrekking op beide functies. Het gebied levert<br />

na de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> de Oosterschelde de grootste bijdrage. De soort is het<br />

hele jaar pres<strong>en</strong>t maar met lage aantall<strong>en</strong> in juni <strong>en</strong> juli. De aantall<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>igszins te zijn afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar deze tr<strong>en</strong>d is niet significant. Omdat<br />

herstel van het leefgebied niet realistisch lijkt <strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> de beperkte<br />

bijdrage van de Westerschelde aan de landelijk zeer ongunstige staat van<br />

instandhouding , is gekoz<strong>en</strong> voor behoud.<br />

5.7 Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Het Natura 2000-gebied omvat één of meer voormalige beschermde<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (zie paragraf<strong>en</strong> 2.1 <strong>en</strong> 3.3 van deze Nota van toelichting).<br />

Ingevolge artikel 15a, derde lid, Natuurbeschermingswet 1998, heeft de bescherming<br />

van dat deel van het gebied, dat zijn status als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t heeft<br />

verlor<strong>en</strong>, mede betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het behoud, herstel <strong>en</strong><br />

de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van<br />

het gebied zoals bepaald in het van rechtswege vervall<strong>en</strong> besluit. Voor zover deze<br />

doelstelling<strong>en</strong> Natura 2000-waard<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> (zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in paragraaf 4.2 van<br />

deze Nota van toelichting), mak<strong>en</strong> deze deel uit van de in voorgaande paragraf<strong>en</strong><br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> de doelstelling<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> Natura 2000waard<strong>en</strong><br />

betreff<strong>en</strong>, houd<strong>en</strong> deze doelstelling<strong>en</strong>, zoals de bescherming van het<br />

natuurschoon, hun zelfstandige betek<strong>en</strong>is. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> is het niet mogelijk<br />

om zowel de doel<strong>en</strong> die voortkom<strong>en</strong> uit de aanwijzing als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<br />

als de Natura 2000-doelstelling<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong> (bijvoorbeeld omdat dat om<br />

teg<strong>en</strong>strijdig beheer vraagt). In deze gevall<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de Natura 2000-doel<strong>en</strong><br />

voorrang om de Europeesrechtelijke verplichting<strong>en</strong> na te kom<strong>en</strong>.<br />

In het beheerplan zull<strong>en</strong> de doel<strong>en</strong> (de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong><br />

landschappelijke waard<strong>en</strong>) van voormalig beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, net als die<br />

van Natura 2000, in ruimte <strong>en</strong> tijd word<strong>en</strong> uitgewerkt. Dan wordt ook uitgewerkt waar<br />

achteruitgang van het natuurschoon <strong>en</strong> de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is is<br />

toegestaan t<strong>en</strong> gunste van Natura 2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. De van<br />

rechtswege vervall<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> zijn ter informatie aan het einde van dit besluit<br />

toegevoegd.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

34


De minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit heeft in e<strong>en</strong> brief van 30 juni<br />

2009 (TK 2008-2009, 31700 XIV, nr. 160) aangekondigd e<strong>en</strong> voorstel tot wijziging van<br />

de Natuurbeschermingswet 1998 in procedure te zull<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, waarin wordt<br />

voorgesteld dat voor de doel<strong>en</strong> die voortkom<strong>en</strong> uit de aanwijzing als beschermd<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t - voor zover deze verder gaan dan de Natura 2000 doel<strong>en</strong> - het<br />

oorspronkelijke beschermingsregime voor natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zal gaan geld<strong>en</strong>.<br />

Wanneer dat aangekondigde wetsvoorstel door het parlem<strong>en</strong>t wordt aanvaard,<br />

betek<strong>en</strong>t dat onder meer dat de uitwerking van die doel<strong>en</strong> in het beheerplan facultatief<br />

wordt, in plaats van dat daartoe e<strong>en</strong> verplichting geldt.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

35


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

36


Natura 2000-gebied #122 overzichtskaart<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

80000<br />

75000<br />

70000<br />

65000<br />

60000<br />

55000<br />

50000<br />

45000<br />

40000<br />

35000<br />

30000<br />

25000<br />

20000<br />

15000<br />

10000<br />

400000 400000<br />

395000 395000<br />

390000 390000<br />

1 2 3 4<br />

385000 385000<br />

380000 380000<br />

6 7 8 9 10 11<br />

5<br />

375000 375000<br />

370000 370000<br />

365000 365000<br />

80000<br />

75000<br />

70000<br />

65000<br />

60000<br />

55000<br />

50000<br />

45000<br />

40000<br />

35000<br />

30000<br />

25000<br />

20000<br />

15000<br />

10000<br />

Opdrachtgever:<br />

Schaal 1 : 280.000 (A4)<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

deze kaart<br />

0 2500 5000 10000 15000 20000<br />

meter<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

VR + HR<br />

VR + HR + BN<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

BN = Beschermd Natuurmonum<strong>en</strong>t<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 25-nov-2009<br />

Topografische ondergrond: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> databankrecht<strong>en</strong> zijn voorbehoud<strong>en</strong> aan de Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009


395000<br />

390000<br />

385000<br />

Opdrachtgever:<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad1<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

VR + HR<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

15000<br />

15000<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

meter<br />

-15<br />

-20<br />

-20<br />

-25<br />

-30<br />

-35<br />

-15<br />

-10<br />

Westka pelse Ze ed ijk<br />

18<br />

-5<br />

Zuiderhoofd<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

20000<br />

Manege<br />

-1.6<br />

-10<br />

20000<br />

Oude Za nd we g<br />

-15<br />

-5<br />

Sl<br />

Ho ge<br />

Westkapelle<br />

Westkapel sche<br />

Prelaat<br />

Wasschappelse<br />

Bos<br />

2<br />

-20<br />

-5<br />

Sl<br />

N288<br />

13<br />

-25<br />

D E U<br />

Spleet<br />

395000<br />

390000<br />

385000


Ho ge<br />

apelle<br />

395000<br />

Wasschappelse<br />

390000<br />

385000<br />

Sl<br />

13<br />

Sl<br />

Weg<br />

De Boomgaard<br />

Paul usw eg el i ng<br />

Kreek<br />

Sl<br />

Grind w eg<br />

No ordw eg<br />

Pre laat we g<br />

Joossesweg<br />

Joossesweg<br />

Pan teg em sspri nk<br />

Ro verswe geling<br />

12<br />

Zuiderduin<br />

Poppek er kse<br />

Scho utsw eg<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Pau lu s<br />

U R L O O<br />

11<br />

Sl<br />

Sl<br />

De Zandput<br />

-5<br />

De Grote Prelaat<br />

Weg<br />

Boudewijnskerke<br />

Oostb aan<br />

Duinzicht<br />

we g<br />

-5<br />

-10<br />

St Jan t<strong>en</strong> Heere<br />

Sl<br />

Melse swe g<br />

Sl<br />

West-<br />

Hout<strong>en</strong>burg<br />

-15<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

-15<br />

St Jan t<strong>en</strong> Heere<br />

Ra p<strong>en</strong> bu rg sch e Sprink<br />

Westka pelsch e<br />

-10<br />

Ti<strong>en</strong> de hof we g<br />

-5<br />

't Hof Klein Haz<strong>en</strong>berg<br />

Gesch ier es weg<br />

Baa i we g<br />

Sprink<br />

Ra p<strong>en</strong> bu rg we g<br />

Geert se s we g<br />

Ke tella pp erswe g<br />

't Oude Hof<br />

't Nieuwe Hof<br />

-10<br />

-5<br />

Koe koeksw eg<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te D omburg)<br />

-15<br />

E<strong>en</strong>d<strong>en</strong>oord<br />

Mole nw eg<br />

Waterlooze Werve<br />

-5<br />

Melis ke rkse<br />

-10<br />

-15<br />

-15<br />

-10<br />

Gro<strong>en</strong>e<br />

-5<br />

-1.7<br />

Peke ling se<br />

Westka pelsch e Wate rg an g<br />

POLDER WALCHEREN<br />

Hol lan dse Weg<br />

2<br />

Zoutelande<br />

St Janshof<br />

Sint Janskerke Boo m we g<br />

Th ijsw eg<br />

O O S T G A T<br />

Opdrachtgever:<br />

Bou d ew ijns<br />

Kerksche Sprink<br />

Bankje<br />

van<br />

Pl<br />

Het Kustlicht<br />

Zoutelande<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Tramzicht<br />

Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />

-1.7<br />

Schoonvelde<br />

9<br />

Pl<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad2<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

Blauw po ortse we g<br />

we g<br />

Geme<strong>en</strong>te Veere<br />

N288<br />

Klaasse<br />

De Hommel<br />

s<br />

De Ruiser<br />

Innerduyn<br />

Groot-Valk<strong>en</strong>isse<br />

we g<br />

Pl n<br />

POLDER<br />

Wer<strong>en</strong>dijke<br />

Lan ged am sp rin k<br />

Elleboog<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

VR + HR<br />

-20<br />

8<br />

-20<br />

-15<br />

Pl 29<br />

1<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

25000<br />

M e liskerksch e<br />

Plom per t w eg<br />

Wat ergang<br />

Meliskerke<br />

't Hof Meliskerke<br />

Kaa sboe rw eg<br />

Zwan<strong>en</strong>hof<br />

Klein-Valk<strong>en</strong>isse<br />

Kaapduin<strong>en</strong><br />

Radartor<strong>en</strong><br />

25000<br />

Lag e Weg<br />

Kloos t erw eg<br />

Pauwhoek<br />

Sl<br />

Kru isw e g<br />

De Vijf Ambacht<strong>en</strong><br />

Het Hof Grijpskerke<br />

Begr pl<br />

Galgeput<br />

Bergw eg<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

7<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Zu id w eg<br />

Dishoek<br />

Pl<br />

6<br />

Weg<br />

Hoeve Lar<strong>en</strong>burg<br />

Do m burg sch e<br />

Ora et labora<br />

Ho ut <strong>en</strong> han d<br />

't Swa<strong>en</strong><strong>en</strong>hof<br />

Weg Weg<br />

Oude Tol<br />

Mariekerke<br />

De Kluithoek<br />

Ho gela ndse Weg<br />

Kluitho ekw eg<br />

Biggekerke<br />

Va lk<strong>en</strong>isse<br />

Zw aa n<br />

Duinzicht<br />

Veb<strong>en</strong>abos<br />

Kr om m<strong>en</strong> h o ekse w eg<br />

N o l l e p l a a t<br />

Weg<br />

Kelde rw eg<br />

De Hofwei<br />

Manege<br />

we g<br />

Galge we g<br />

Oostwe g<br />

Strand we g<br />

Sprink<br />

Wate rg an g<br />

Elz<strong>en</strong>oord<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Marieke rkse<br />

Charlott<strong>en</strong>burg<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Meliskerk sch e<br />

Gre nssprink<br />

2<br />

sc he Sprink<br />

Bouwmanslust<br />

Kra b be n<br />

No ordw eg<br />

Bre ew eg<br />

eila nd<br />

Weg<br />

Kromm<strong>en</strong>hoeke<br />

Gd<br />

Kraai<strong>en</strong>hoek<br />

Geme<strong>en</strong>te Veere<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te D omburg)<br />

5<br />

Westerwijk<br />

Dijksh oe k<br />

Wate rg ang<br />

De Vlegel<br />

Ve rbrand e<br />

sp rin k<br />

Wate r gan g<br />

Ho fwe g<br />

Koksw eg<br />

Paauw<strong>en</strong>burg<br />

Swa<strong>en</strong><strong>en</strong>burgh<br />

Nollebos<br />

Sard ij ngeul<br />

Nollehoofd<br />

Loo dho lse<br />

Zuiverhoeve<br />

Parelvliet<br />

Weg<br />

Ve ldersw eg<br />

Kro mm <strong>en</strong> ho eksche Sprink<br />

Koudekerke<br />

De Lange Pacht<br />

De Nolle<br />

't Hof Rav<strong>en</strong>stein<br />

N660<br />

1<br />

2<br />

4<br />

Km<br />

Popp<strong>en</strong>damme<br />

't Hof Zwagerman<br />

Stee nh e ulwe g<br />

Oostka pelse Weg<br />

't Rav<strong>en</strong>nest<br />

Zw ag erma nw eg<br />

Grijpskerke<br />

3<br />

Br <strong>en</strong> Sl<br />

Het Blauwe Hof<br />

Stee ngracht s<br />

Waaij<strong>en</strong>burg<br />

Fred erik<br />

WALCHEREN<br />

Moesbosch<br />

Kapel van St Maart<strong>en</strong><br />

Bra am<br />

Huis ter<br />

Schelde<br />

Bigge kerk sch e<br />

we g<br />

Waterhoek<br />

Km<br />

Koningshof<br />

Ter<br />

VLISSINGEN<br />

Poo rte we g<br />

Mein ers<br />

Lammer<strong>en</strong>burg<br />

Manege<br />

Ros<strong>en</strong>burg<br />

Zeevaartschool<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

we g<br />

Zorglust<br />

Bunker<br />

Moerweie<br />

Hoogelande<br />

3 N288<br />

Triton<br />

De Vlie<strong>db</strong>erg<br />

(Verpleeginr)<br />

Gevang<strong>en</strong>tor<strong>en</strong><br />

Leug<strong>en</strong>aarshoofd<br />

't Munnik<strong>en</strong>hof<br />

Ja cob<br />

Ho gela ndse<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Wate rg an g<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Jachtlust<br />

Zuid Werve<br />

De Hanekam<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Tor<strong>en</strong>zicht<br />

Ca tswe g<br />

sp rin k<br />

Mol<strong>en</strong>zicht<br />

Ora et labora<br />

't Duuntje<br />

2<br />

Krie ke w eg<br />

Ho nde ge msw eg<br />

Landzicht<br />

Buttinge<br />

Oss<strong>en</strong>b ergw eg<br />

Perdu in swe g<br />

Ter H oog e Sprink<br />

Midd elbu rg se<br />

Radartor<strong>en</strong><br />

Bar bar ossaw eg<br />

Noor<strong>db</strong>eek<br />

Ja co ba van Be ie re nw eg<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

2<br />

Bergw eg<br />

Straat<br />

Sl n<br />

Butt in gse<br />

Wate r gan g<br />

Papegaai<strong>en</strong>burg<br />

Boss<strong>en</strong>burgh<br />

Roeiershoofd<br />

Do m b r<br />

Werf<br />

Ars<strong>en</strong>aal<br />

Ruimzicht<br />

Weg<br />

Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />

meter<br />

u gsch e<br />

Breehof<br />

Gro <strong>en</strong>e<br />

St<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Pitteperk<br />

2<br />

Bergzicht<br />

Weg<br />

Kru isw e g<br />

Zan d voo rt se<br />

Weg<br />

Sl<br />

Roy<strong>en</strong>hove<br />

Zandvoort<br />

Sl<br />

Witte Hof<br />

Weg<br />

Vrijburg<br />

Westerzicht<br />

Bask<strong>en</strong>sburg<br />

-10<br />

-15<br />

Landgoed<br />

Ter Hooge<br />

5<br />

Pl 2<br />

Ho nde ge msw eg<br />

Sint L aure nsche<br />

Singelw eg<br />

West-<br />

West-<br />

Souburg<br />

Souburg<br />

72<br />

-20<br />

4<br />

-5<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

N661<br />

30000<br />

4<br />

Ter Hooge<br />

2<br />

Gro <strong>en</strong>e Weg<br />

-1.8<br />

30000<br />

Abe else Weg<br />

't Huis Om<br />

No orddo rp sw e g<br />

Popk<strong>en</strong>sburg<br />

Wate rg an g<br />

Roz<strong>en</strong>hof<br />

Pro nk<strong>en</strong> burgse Weg<br />

Z a ndv o ort<br />

2<br />

Griffio<strong>en</strong><br />

Vlissing sche<br />

Zin d erwe g<br />

73<br />

we g<br />

Vrijburg<br />

4<br />

Pl 3<br />

1 e Binne nh av<strong>en</strong><br />

-5<br />

-10<br />

-15<br />

-20<br />

Polder<br />

Schot el we g<br />

3<br />

2<br />

Popp<strong>en</strong>roede<br />

't Zand<br />

Toor<strong>en</strong>vliedt<br />

Wate rg an g<br />

Pyramidehoeve<br />

Gp<br />

Pl 4<br />

Buit<strong>en</strong>hav<strong>en</strong><br />

Sch sl n<br />

Strom<strong>en</strong>wijk<br />

2<br />

Voet/fietsveer op B re sk<strong>en</strong>s<br />

Ve erdi<strong>en</strong> st op Sh eern ess<br />

395000<br />

390000<br />

385000


't Huis Om<br />

395000<br />

rp sw e g<br />

Popk<strong>en</strong>sburg<br />

Roz<strong>en</strong>hof<br />

Weg<br />

Popp<strong>en</strong>roede<br />

't Zand<br />

Toor<strong>en</strong>vliedt<br />

390000<br />

midehoeve<br />

71<br />

Sint L aure nsche<br />

Klaverblad<br />

De Brigge<br />

Leliëndale<br />

Wilgeroosje<br />

N57<br />

76<br />

Nieuw-Erve<br />

78<br />

Strom<strong>en</strong>wijk<br />

1<br />

385000<br />

t op Sh eern ess<br />

2<br />

70<br />

N57<br />

27<br />

4<br />

N661<br />

171<br />

4<br />

2<br />

77<br />

Watt els we g E<strong>en</strong>d<strong>en</strong>oord<br />

Sint Laur<strong>en</strong>s<br />

't Hof Fortuin<br />

Sprink<br />

De Weele<br />

Geerheulsp rin k<br />

Weg<br />

Fruitberg<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Sche llach se Weg<br />

't Hof Schellach<br />

Wee l<br />

Nw Veerezicht<br />

Botjeszee<br />

Ban<strong>en</strong>burg<br />

POLDER WALCHEREN<br />

E<strong>en</strong> d e ko tsw e g<br />

va n 't H o ffw eg<br />

Gem Middelburg<br />

Golsteinse<br />

Pro<br />

Kers<strong>en</strong>burg<br />

oye<br />

Brigdamme<br />

Walcher<strong>en</strong><br />

nse W<br />

't Hof Leg-af<br />

eg<br />

Veersepoort<br />

Gr Prooy<strong>en</strong><br />

Kanaal<br />

Pl 5<br />

Wate rg an g<br />

Gd<br />

Lan geville<br />

70<br />

ve st<br />

Oude<br />

Pl 6<br />

Weg<br />

Groot-Abeele<br />

Viso de we g<br />

Seis<br />

69<br />

Erasmuswijk<br />

Klar<strong>en</strong>beek<br />

Pl 7<br />

Re ijersw eg<br />

Schroe we g<br />

Miniatuur<br />

Walcher<strong>en</strong><br />

Lange Jan<br />

Oost-Souburg<br />

Ha v<strong>en</strong><br />

Weltevred<strong>en</strong><br />

ve st<br />

Abe else S prin k<br />

170<br />

we g<br />

Zuiveringsinst<br />

Voorm<br />

Fort de Ruijter<br />

Pl 760<br />

se<br />

Vlissing Vlissing<br />

Opdrachtgever:<br />

Brig dam se Weg<br />

40<br />

Gp<br />

Reijershove<br />

169<br />

Roz<strong>en</strong>burg<br />

Ste<strong>en</strong>vliet<br />

MIDDELBURG<br />

Ritth emse Straat<br />

Zuidersluis<br />

Za nd we g<br />

watergang<br />

1<br />

Westhoek<br />

Nieuw Erve<br />

Kre eksprink<br />

Scho ttew eg<br />

Spuikom<br />

Pl 750<br />

Sl<br />

Tor<strong>en</strong>w e g<br />

Buite nhave n<br />

Dauw<strong>en</strong>daele<br />

Moe rin g we g<br />

Re ijersw eg Sl<br />

Schroe we g<br />

68<br />

Het Meiveld<br />

Magistraatwijk<br />

Lan <strong>db</strong>o uw w eg<br />

door<br />

Zuiveringsinst<br />

Sl<br />

A58<br />

E312<br />

31<br />

Scheesp rin k<br />

Boschzicht<br />

Welz in gse Weg<br />

Midd<strong>en</strong><br />

Prooy<strong>en</strong><br />

Ve ersche _<br />

Bosscha artsw eg<br />

't Hof Waai<strong>en</strong>burg<br />

Berglust<br />

Ter Linde<br />

Ritthem<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

-30<br />

-25<br />

-35<br />

-20<br />

-15<br />

-40<br />

Ve erse<br />

Zeld<strong>en</strong>rust<br />

Grafheuvel Schellach<br />

1 Brand<strong>en</strong>burg<br />

168<br />

Oostp erkwe g<br />

67<br />

Tor<strong>en</strong>hof<br />

Wate r gan g<br />

Kru isw e g<br />

Favorite<br />

Krooneveld<br />

Arnepoort<br />

E<strong>en</strong> dracht sw e g<br />

Man ne zeesch e Wate rg an g<br />

Zu id we g<br />

Veldlust<br />

Mortiere<br />

30<br />

Welzinge<br />

2<br />

Welzing sch e Sprink<br />

Sche ew eg<br />

Schonewal<br />

3<br />

Niet Altijd Winter<br />

Arnekanaal<br />

66<br />

Nieu wla ndse Weg Sl<br />

167<br />

't Hof Welzinge<br />

Rammek<strong>en</strong>shoek<br />

(Natuurreservaat)<br />

Botjesland<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

N663<br />

Chem fabr<br />

Sl<br />

Welzinge po ld er<br />

29<br />

3<br />

Tre k dijk<br />

Sl<br />

Biew eg<br />

4<br />

Kleverskerksche<br />

Sl<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Snavelhof<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Za ag mole npo lder<br />

Mortiere<br />

polder<br />

Schorer<br />

Polder<br />

Sl<br />

Sl<br />

Bosw eg<br />

Klein St Jan<br />

Sprink<br />

Kra aij<strong>en</strong>h olse<br />

Lan gerak<br />

166<br />

polde r<br />

Waa ije nbu rg po ld er<br />

Mol<strong>en</strong>polder<br />

Sl<br />

Zanddijk<br />

Dijkzicht<br />

Za nd dijkse Weg<br />

Popp<strong>en</strong>kinder<strong>en</strong>burg<br />

Do ele weg<br />

Sl<br />

Paspoorthoeve<br />

Slikk<strong>en</strong>burg<br />

Lan tshe er sprink<br />

Weg<br />

Oude Dijk<br />

Sl<br />

52<br />

Kleverskerke<br />

Brak<strong>en</strong>burg<br />

65<br />

Sch sl n<br />

Kanaal door Walcher<strong>en</strong><br />

Pl 12<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Pl 13<br />

Pl 14<br />

Kleverskerke<br />

J o h a n n a po l d e r<br />

Hof Nieuwlands Rust<br />

Pl 50<br />

Wulp<strong>en</strong>burg<br />

Oude M id de lb urgsche H av<strong>en</strong><br />

Platte we g<br />

51<br />

Middel burgsche<br />

165<br />

Nw-Mol<strong>en</strong>zicht<br />

Oudedorp<br />

Zeld<strong>en</strong>rust<br />

28<br />

Polder<br />

Carolin<strong>en</strong>burg<br />

Eerste Weg<br />

sp rin k Pl 60<br />

Zilver<strong>en</strong> sch or<br />

Va n Citte rsw eg<br />

164<br />

Dijkzicht<br />

Oostw eg<br />

Balk<strong>en</strong>stein<br />

Boo m dijk<br />

Sloehav<strong>en</strong><br />

Ora njep olde rsche<br />

we g<br />

Wate rg an g<br />

-2<br />

Scoutc<strong>en</strong>trum Zeeland<br />

Meer<br />

-4<br />

Het Zilver<strong>en</strong> Schor<br />

Sl<br />

Arnemuid<strong>en</strong><br />

50<br />

Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>burg<br />

Sl<br />

polder<br />

-19<br />

Soelekerkeplaat<br />

Aar<strong>db</strong>ei<strong>en</strong>eiland<br />

Oranje<br />

Hof Nieuwerkerke<br />

-8<br />

Arneplaat<br />

Ora njep olde rse Weg<br />

Wilh elm in apo lder<br />

Lan ge Weg<br />

Nieuwerkerke polder<br />

Broederlust<br />

Geme<strong>en</strong>te Middelburg<br />

39<br />

g<br />

Wate r an<br />

N665<br />

g<br />

N663<br />

Karnemelkshoek<br />

Oostperk<br />

Ramsburg<br />

Ve erse Weg<br />

55<br />

Oude Ve erse Weg<br />

Ransburg<br />

Arnestein<br />

Gevang<strong>en</strong>is<br />

2<br />

Walcher<strong>en</strong><br />

N254 4<br />

N662<br />

Voorm Fort Zoutman<br />

ZuidwateringH O<br />

Pl 740<br />

-45<br />

N ie uw la n d se Weg<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad3<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

Oude H av<strong>en</strong> po ld er<br />

4<br />

Lan ge Weg<br />

54<br />

Caisson<br />

Pl 730<br />

-5<br />

Pl 10<br />

Arn em u id <strong>en</strong>sch e<br />

-1.8<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

Z an dd ijksche<br />

D<strong>en</strong> Doel<br />

Koe dijk<br />

38<br />

Zonnehoeve<br />

't Hof Rammek<strong>en</strong>s<br />

-20<br />

VR + HR<br />

Sprink<br />

53<br />

Pl 11<br />

Spijkerplaat<br />

35000<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

Sprink<br />

Kan aalw eg<br />

Nieuw_<br />

Sloe we g- Noord<br />

Voorm Fort<br />

Rammek<strong>en</strong>s<br />

-5<br />

-10<br />

-15<br />

<strong>en</strong><br />

-20<br />

35000<br />

4<br />

Buite nd ijk<br />

't Hollandshof<br />

De rringm oe r<br />

Sint Jooslandpolder<br />

Oude Villa Vesta<br />

Kleversker ks e Weg<br />

-1.8<br />

we g<br />

Konijn<strong>en</strong>berg<br />

Midd elbu r gsch e<br />

N665<br />

Boo m dijksch e<br />

Ruithora<br />

Nieuw_<br />

<strong>en</strong> St Joosland<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

27<br />

Crossbaan<br />

Werf<br />

64<br />

De Bock<strong>en</strong>borgh<br />

-1.9<br />

37<br />

Sprink<br />

Sprink<br />

De rd e Weg<br />

Oud- St Jooslandpolder<br />

Twe ed e Weg<br />

Binne ndijk<br />

13<br />

Sl<br />

Halfweg<br />

't Hof<br />

Reigersberg<br />

26<br />

4<br />

Ve erse Weg<br />

1<br />

163<br />

Sloedam<br />

Europ aw eg- No ord<br />

63<br />

Binne ndijk<br />

Sl<br />

Vlissing<strong>en</strong>-Oost<br />

(Industrieterrein)<br />

Chem fabr<br />

De Weidebloem<br />

120<br />

Oranjepolder<br />

De E<strong>en</strong>dracht<br />

Oud-<br />

Sint-<br />

Chem fabr<br />

Steigerweg<br />

49<br />

Mariahoeve<br />

Jo oslan ds prin k<br />

12<br />

205<br />

Sloew eg<br />

De Kruitmol<strong>en</strong><br />

De nem ark<strong>en</strong> we g<br />

N T E<br />

Suzanna<br />

Rap<strong>en</strong>burg<br />

2<br />

-19<br />

A58<br />

E312<br />

polder<br />

De<br />

polder<br />

Gp<br />

-8<br />

-15<br />

Oranjeplaat<br />

25<br />

N254<br />

Goudplaat<br />

Natuurreservaat<br />

Piet<br />

-5<br />

Veerse Meer<br />

(Zomerpeil 0.0, winterpeil -0.7)<br />

Nieuw- <strong>en</strong><br />

Sint Joosland<br />

polder<br />

W es t hof w eg<br />

Achte rd uinw eg<br />

Jachthav<strong>en</strong><br />

162<br />

Quarleshav<strong>en</strong><br />

119<br />

Meetpaal<br />

Pl 90<br />

62<br />

48<br />

Sl<br />

Jo nke r Fran swe g<br />

Bijleveldhav<strong>en</strong><br />

Aluminiumfabriek<br />

Kaloot<br />

Kaloothav<strong>en</strong><br />

Gp<br />

polder<br />

204<br />

Oranjeplaat<br />

Kra aijertha v<strong>en</strong><br />

3<br />

Spartinahoeve<br />

Postw eg<br />

Quarles<br />

Be rnh ard w eg- West<br />

11<br />

Van Cittershav<strong>en</strong><br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

2<br />

Veerse Meer<br />

Ora njep la at<br />

118<br />

De Witte Raaf<br />

24<br />

Fran krijkwe g<br />

-8<br />

Muid <strong>en</strong>w e g<br />

Oude<br />

203<br />

301<br />

161<br />

St Felixw eg<br />

polder<br />

Bastiaan de Langeplaat<br />

we g<br />

Sl<br />

Sch<strong>en</strong>ge<br />

Gem Goes<br />

4<br />

Spieringplaat<br />

-5<br />

-13<br />

Zandkreekplaat<br />

Geme<strong>en</strong>te Goes<br />

47<br />

61<br />

Sloekreek<br />

10<br />

Luxe mb urgw eg<br />

Ve erw eg<br />

Schelpkreek<br />

Ze ed ijk va n de Jaco bp olde r<br />

Elektr C<strong>en</strong>trale<br />

Hav<strong>en</strong> De Piet<br />

Sl<br />

23<br />

Belgiëw e g - Oo st<br />

117<br />

Vliegveld<br />

Midd<strong>en</strong> Zeeland<br />

Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />

Scaldiahav<strong>en</strong><br />

(Gem huis te Heink<strong>en</strong>szand)<br />

Quarles polde rw e g<br />

Pl 80<br />

Westh ofh av<strong>en</strong><br />

Europ aw eg- Zu id<br />

meter<br />

4<br />

Pl 70<br />

202<br />

N665<br />

Jacobpolder<br />

9<br />

Sl<br />

Sluiswe g<br />

Sl<br />

201<br />

Olieraffinaderij<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

Sl<br />

40000<br />

No ord Kra aije rt se D ijk<br />

22<br />

46<br />

Landlust<br />

300<br />

8<br />

De Piet<br />

160<br />

-23<br />

Pietw eg<br />

Vliegveld<br />

Midd<strong>en</strong>-Zeeland<br />

He rte nw eg<br />

West-<br />

De kke rsw e g<br />

5<br />

60<br />

Sche nkeldijk<br />

polder<br />

Sl<br />

21<br />

Weelhoek<br />

116<br />

Sl<br />

Pietw eg<br />

De Piet<br />

Eb<strong>en</strong> Haëzer<br />

200<br />

Lew ed ijk<br />

Ha lsw eg<br />

7<br />

Mariahoeve<br />

Gem Middelburg<br />

No ord<br />

Buit<strong>en</strong>hof<br />

40000<br />

Kra aijertse<br />

Noord- Kraaijert<br />

2<br />

Oons Uusje<br />

polder<br />

N254<br />

't Plitje<br />

Nieuwe-<br />

14<br />

Oss<strong>en</strong> we g<br />

Nieuwdo<br />

36<br />

Kaa iw eg<br />

395000<br />

390000<br />

385000


395000<br />

-1.4<br />

Go<strong>en</strong>je<br />

Proefstation<br />

Pl 30<br />

Goese Meer<br />

Pl 0<br />

Sl<br />

Wilhelminadorp<br />

Kru kwe g<br />

Oost-Bevelandpolder<br />

Mosselbank<br />

polder<br />

Sl<br />

Hav<strong>en</strong>kanaal<br />

Koo iw eg<br />

Katt <strong>en</strong>d ijkse<br />

Oost have n dijk<br />

De Schaapskooi<br />

Golfterrein<br />

ilhelmina Het Goese Meer<br />

polder<br />

390000<br />

ho ttersw eg<br />

's-Heer Abtskerke<br />

Polder we g<br />

7<br />

Zwake<br />

385000<br />

Radio -TV tor<strong>en</strong><br />

Gro <strong>en</strong>e Weg je<br />

polde r<br />

polder<br />

Pykeswe gje<br />

Zw aa ksche Wee l<br />

Albertinehoeve<br />

Vier Lind<strong>en</strong><br />

Langeweegje Toeristische Spoorweg<br />

49<br />

Toeristische Sp oorw eg<br />

Kru isw e g<br />

Groote<br />

148<br />

Kloet ing se Weg<br />

Bosse Weg<br />

De Poel<br />

Conserv<strong>en</strong>fabr<br />

Polder<br />

Opdrachtgever:<br />

6<br />

Oude -<br />

Sl<br />

Overzuid<br />

Goese Meer<br />

Noordhoek<br />

1<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

's-Gra v<strong>en</strong> polde rse Weg<br />

2<br />

N669<br />

3<br />

Ho ond ert<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

De Groe<br />

147<br />

't Hof Blaemskinder<strong>en</strong><br />

Weeldijk<br />

't Hof Zwake<br />

48<br />

Ora njew eg<br />

Kor<strong>en</strong>polder<br />

Elsahoeve<br />

Midd<strong>en</strong>hof<br />

Coster-Zwakepolder<br />

Vro u we nw eg<br />

Oosterschelde<br />

Gro ew eg<br />

GOES<br />

Oostmol<strong>en</strong>park<br />

Z aaid ij k<br />

polde r<br />

Pieters<br />

Weg<br />

's- Gra v<strong>en</strong> po ld ersche<br />

Pl 10<br />

Magdal<strong>en</strong>ahoeve<br />

5<br />

4<br />

t<br />

Rotterdam<br />

Het Sas<br />

Sch sl<br />

Geme<strong>en</strong>te<br />

Weg<br />

K ap e ls e<br />

Katt <strong>en</strong>d ijkse Dijk<br />

Noordeinde<br />

Kloetinge<br />

47<br />

Abbekinder<strong>en</strong><br />

't Hof Olm<strong>en</strong>stein<br />

's-Grav<strong>en</strong>polder<br />

Noordpolder<br />

Ha agd ijk<br />

Moe r tje s dijk<br />

Waa nw eg<br />

Ste ll ew eg<br />

Wa erleiding<br />

Emergis<br />

Nieuwe- Hoondertpolder<br />

Heer-Geertspolder<br />

Sl<br />

52<br />

A58<br />

E312<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Wee l<br />

Golfterrein<br />

Zeeaaskwekerij<br />

Weg je<br />

Sl<br />

Goes<br />

Bre de Weg<br />

E R S<br />

Pl 40<br />

Pl 50<br />

-5<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

-25<br />

-35 -40<br />

-30<br />

Sluishoek<br />

-1.4<br />

Pl 60<br />

Mon nik<strong>en</strong> dijk<br />

Katt<strong>en</strong>dijke<br />

C<br />

Sl<br />

Katt<strong>en</strong>dijke<br />

H<br />

Oude Zee dijk<br />

Ru isw eg<br />

Sl<br />

Koku its we g<br />

Domburg<br />

Geme<strong>en</strong>te Kapelle<br />

E L D E<br />

-25<br />

-30<br />

-35<br />

-40<br />

-15<br />

-20<br />

-10<br />

Pl 20<br />

-30 -35<br />

Sl<br />

-25<br />

-5 -10 -15 -20<br />

Steld ijk<br />

Sl<br />

Stelhoek<br />

POLDER DE BREEDE WATERING<br />

146<br />

Da niëlsw eg<br />

D<strong>en</strong> Biegank<br />

Spa anw eg<br />

Nieu we Vie r we g<strong>en</strong><br />

Boone<br />

polder<br />

Heer-Janz<br />

polder<br />

51<br />

Ham<br />

Tervat<strong>en</strong><br />

Bre de We g<br />

Zwart<strong>en</strong>burg<br />

BEWESTEN YERSEKE<br />

Prins<strong>en</strong>hof<br />

Goessch e<br />

Geme<strong>en</strong>te Goes<br />

Man n ee we g<br />

De Wranghe<br />

(Pompstation)<br />

Za aidijk<br />

Pl 35<br />

Pl 34<br />

Pl 33<br />

-2.0<br />

4<br />

Sl<br />

N289<br />

2<br />

Vie rw e g<strong>en</strong><br />

Biezelingsche<br />

-2.0<br />

Zuiveringsinst<br />

-5<br />

-30<br />

N670<br />

N666<br />

-10<br />

-25<br />

-15<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad4<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

35<br />

-20<br />

-20<br />

Waanskinder<strong>en</strong><br />

46<br />

50<br />

Diep<br />

Bra an je nw eg<br />

3<br />

Bre ije rw eg<br />

Klazinahoeve<br />

Fran se Weg<br />

Oude Zee dijk<br />

Deessche Water gang<br />

Spo orpad<br />

Sl<br />

1<br />

145<br />

Oost we g<br />

Ve rlo re n we gje<br />

Dijkwel<br />

M i d d e l g a t<br />

Sl<br />

De Noordhoek<br />

Eversdijk se<br />

's-Gra v<strong>en</strong>p olde rse Oude dijk<br />

-2.0<br />

-25<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

Pl 32<br />

-2.0<br />

VR + HR<br />

49<br />

Hoochwal<br />

Brouwerplaat<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

Manege<br />

45<br />

Bre de Weg<br />

55000<br />

Za nd<br />

we g<br />

Mon nik <strong>en</strong> dijk<br />

De Vonk<br />

144<br />

Kloosterhof<br />

55000<br />

Zo ute Weg<br />

Monnik<strong>en</strong>dijk Crossbaan<br />

Monnik<strong>en</strong>hof<br />

Veldzicht<br />

Oude Waterleiding<br />

Plasw eg<br />

Hoeve Carilo<br />

Kapelle<br />

Pl 31<br />

2<br />

Biezeling se We g<br />

Paa rd ewe gje<br />

Biezelinge<br />

48<br />

Eversdijk<br />

Geerhoek<br />

Groote<br />

Eliwerve<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

No ord we g Maalstede<br />

44<br />

Waterleiding<br />

l g<br />

Ja n D om m issewe g e in<br />

143<br />

Lan ge W eg<br />

-10<br />

Ho ge Pad<br />

-20<br />

Pl 30<br />

De Rus<strong>en</strong><br />

Oude Po ld er we g<br />

Janny<br />

3<br />

47<br />

1<br />

Conserv<strong>en</strong>fabr<br />

Landmanslust<br />

-15<br />

Overtieringe<br />

Bosp ad<br />

43<br />

Kapellebank<br />

Ru isw eg<br />

2<br />

Stelhoeve<br />

't Hof Maalkote<br />

Wem elding se Zan dw eg<br />

Da nkerse<br />

Pl 30<br />

3<br />

Klapw eg<br />

Soekowono<br />

Tek<strong>en</strong>burg<br />

De Kleine Hoek<br />

46<br />

42<br />

Vlie<strong>db</strong>erg<br />

Weg<br />

-10<br />

Lurpse<br />

Weg<br />

Tek<strong>en</strong> bu rg se Weg<br />

Geme<strong>en</strong>te Kapelle<br />

Spoorzicht<br />

4<br />

Oost Am bachtw e g<br />

Veiling<br />

Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />

-5<br />

-10<br />

Smokkelhoek<br />

Pl 29<br />

-10<br />

N671<br />

142 34<br />

4<br />

-5<br />

-2.0<br />

-10<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />

WEERT<br />

Kelho ekse We g<br />

N ieu w e S ch oo rse w e g<br />

Pl 28<br />

Eew eg<br />

Biezewe gje<br />

Lerk<strong>en</strong> hoek<br />

A58<br />

E312<br />

Sl<br />

141<br />

Sl<br />

Stee n we g<br />

Postw eg<br />

Scho orse Bre de<br />

5<br />

45<br />

Schore<br />

Pl 27<br />

Meetpaal<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

Pl 40<br />

-5<br />

Middel- plaat<br />

-10<br />

-1.5<br />

Wemeldinge<br />

41<br />

Bre de Weg<br />

Kapelse Moer<br />

't Fopvisje<br />

Doeselaar<br />

N289<br />

Weg<br />

-1.5<br />

Hansweert<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

-15<br />

-30<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-30<br />

Zwaak<br />

1<br />

Kloosterhoek<br />

Westnol<br />

-35<br />

meter<br />

Hav<strong>en</strong><br />

Postbrug<br />

6<br />

N672<br />

Pl 26<br />

Werf<br />

KANAAL DOOR ZUID-BEVELAND<br />

Kan aalw eg<br />

Pl 50<br />

Vlakebrugg<strong>en</strong><br />

Vlaketunnel<br />

Noorder Voorhav<strong>en</strong><br />

-15<br />

Snoodijk<br />

N670<br />

polder<br />

Knobbewerve<br />

De Moer<br />

Re ew eg<br />

Sch sl n<br />

Vlake<br />

44 40<br />

-1.5<br />

-5 -10 -15 -20 -25<br />

Pl 25<br />

Veelust<br />

Ho vijw eg<br />

Kam pe r we g<br />

Zuider Voorhav<strong>en</strong><br />

Sl<br />

Yerseke Moer<br />

Vlake Weg<br />

Kerse nwe g<br />

Zo ute We g<br />

Za nd<br />

Oostnol<br />

Everse W e g<br />

De Moer<br />

Schorebrug<br />

Pl 24<br />

dijk<br />

Kruining<strong>en</strong><br />

Pl 23<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

60000<br />

polder<br />

7<br />

Pl 60<br />

M oerw eg<br />

Middelplaat<br />

-20<br />

Kaars<br />

polder<br />

Sl<br />

't Hof Wijd Ee<br />

Ak k erse Weg<br />

Everse Weg<br />

Pl 70<br />

Geme<strong>en</strong>te<br />

Vlakew eg<br />

Bre ed s<strong>en</strong>d ijk<br />

Deurloohoek<br />

S m a<br />

Polder<br />

De Drie Geule<br />

Vo ornse<br />

De breede<br />

Reimerswaal<br />

De Moer<strong>en</strong><br />

van Vlake<br />

bewest<strong>en</strong><br />

-15<br />

N670<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />

Inter Scaldes<br />

Za nd we g<br />

E<strong>en</strong> d<strong>en</strong> po elwe g<br />

Willem<br />

4<br />

Meers<strong>en</strong>hoek<br />

-15<br />

60000<br />

Kruining<strong>en</strong><br />

H<strong>en</strong>drikshoek<br />

San dee<br />

's Landskot<br />

Pl 22<br />

-10<br />

-5<br />

Pl 0<br />

2<br />

we g<br />

Sluiswe g<br />

-2.0<br />

33<br />

22<br />

N673<br />

138<br />

waterin<br />

Trafostation<br />

Nisse<br />

395000<br />

390000<br />

385000


380000<br />

375000<br />

Opdrachtgever:<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Vogelpark<br />

Vuile Va art<br />

Linie<br />

-5<br />

Zwart Huis<br />

Ze ed ijkad er<br />

Hazegraspolder<br />

Hoeve Hazegras<br />

De Vrede<br />

va n Ca nte lm o<br />

-1.8<br />

No ord Wate rg an g<br />

Dijkgraaf stra at<br />

A p p e l z a k<br />

Het Zwin<br />

(Natuurreservaat)<br />

Kave l 1 st ra at<br />

Pau lu svaartBurkeldijk<br />

Het Vlieg<strong>en</strong>d Paard<br />

Gp 359<br />

Paard<strong>en</strong>markt<br />

Nieu we Wate rg an g<br />

Radio geleidingsstation<br />

Gp 360 a<br />

Gp 360<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad5<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

Willem-<br />

Sl<br />

Gp 361<br />

De Zeemeeuw<br />

Hp 14 87<br />

Burkelpolder<br />

Dikke Dijk<br />

Het Zwin<br />

Maneschijn<br />

Pl 10<br />

Meetpaal<br />

Pl 10<br />

Reddingsboot<br />

Strandloper<br />

Hp 1 4 01<br />

De Plaat<br />

Pl 1 4 01<br />

Kievitte<br />

polder<br />

Zomerdorp<br />

Het Zwin<br />

Oranjehoeve<br />

Hickmanbrug<br />

Brixuspolder<br />

polder<br />

Gouverneur<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

Pl 14 87<br />

Pl 14 87<br />

Pl<br />

Gp 369<br />

Gp 368<br />

Gp 367<br />

Gp 366<br />

Sl<br />

De Wildhof<br />

Gp 365<br />

Gouvernem<strong>en</strong>ts<br />

Leopoldpolder<br />

Gp 362<br />

weide<br />

Sint Anna ter Muid<strong>en</strong><br />

Lan<strong>db</strong>ouwmuseum<br />

VR + HR<br />

Nieu we<br />

Wate rg an g<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

15000<br />

Pl 0<br />

Drieling van<br />

Retranchem<strong>en</strong>t<br />

polder<br />

15000<br />

Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />

Gp 364 <strong>en</strong> 364 a<br />

Sl<br />

-10<br />

Sl<br />

Sl<br />

Zuiveringsinst<br />

Basting sw eg<br />

De Lange Strink<br />

Gp 363<br />

Kleine Pas-<br />

h e H av e np ol d er<br />

Voetbrug<br />

St r<strong>en</strong>gw eg<br />

Ca dz an ds ew e g<br />

Sl<br />

Pasp older<br />

M ar i a p o l d e r<br />

Molinshoeve<br />

Versche<br />

Sl<br />

Hp 13<br />

Pl 13<br />

Cadzand-Bad<br />

Polder<br />

Retranchem<strong>en</strong>t<br />

Bewest<strong>en</strong>-<br />

of Waesberghepolder<br />

-5<br />

De Wachtsluis<br />

-1.8<br />

Gp 364 b<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

-15<br />

Uitwaterings<br />

Weg<br />

Gro <strong>en</strong>e<br />

Terhofstede<br />

Z w i n<br />

14<br />

Lan ge<br />

Koo ls<br />

Terhofstede<br />

polder<br />

Zwinbrug<br />

Pl 20<br />

Strin k<br />

Afwateringskanaal<br />

Caricole<br />

Slagje<br />

Berghoeve<br />

Bra am dijk<br />

Kasteel<br />

De Brabander<br />

Elz<strong>en</strong>hof<br />

Oudelandsche<br />

Breijdelhoeve<br />

Sc he nk el w eg<br />

kanaal<br />

Polder<br />

Kleine<br />

polder<br />

13<br />

we g<br />

Sluissche Veer<br />

p o l d e r<br />

we g<br />

Re t ran ch em<strong>en</strong> ts e Weg<br />

Bos we g<br />

Hp 11 91<br />

Sl<br />

Cadzand<br />

Sl<br />

No ordm answ eg<br />

Vierhonderd- beoost<strong>en</strong>-<br />

R105<br />

Bladelings<br />

polder<br />

naar<br />

De Droogbloemzolder<br />

Buit<strong>en</strong>hof<br />

De Schare<br />

He re n we g<br />

Oude Tol<br />

Pl 10 92<br />

Vierhonderd<br />

Her<strong>en</strong>polre<br />

Prinsehof<br />

Olieslagerspolder<br />

Ze ed ijk<br />

Pl 10<br />

Hp 10 92<br />

11<br />

Hoogduin<br />

De Noorman<br />

Beerhoeve<br />

Prin se w egje<br />

De Vingerling<br />

Vie rh on derd<br />

Ruimzicht<br />

6<br />

Pl 20<br />

Ti<strong>en</strong>honderd polder<br />

Platte<br />

Ti<strong>en</strong> ho nde rd se Midd <strong>en</strong>w e g<br />

Wulp<strong>en</strong><br />

Ring dijk - Zu id<br />

Weg<br />

N675<br />

Terhofstedepolder<br />

12<br />

de<br />

Ring dijk- No ord<br />

't Hof<br />

Oude Ze ed ijk<br />

Sluisse<br />

Dijk<br />

Groote Bladelingspolder<br />

Wieling<strong>en</strong><br />

Zomerweelde<br />

Strijde rsd ijk Kno kk ert w eg<br />

10<br />

polde r<br />

Terhof sted edijk<br />

Slikk<strong>en</strong>burg<br />

't Plank<strong>en</strong>' uus<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

Radarpost<br />

Herdijkte<br />

Strijdersgat polder<br />

dijk<br />

Hp 9 93<br />

Zw arte Polde r we g<br />

De Hoogte<br />

polder<br />

Zw arte<br />

Pl 9 93<br />

5<br />

9<br />

Berghoeve<br />

Pl 10 Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder<br />

(Natuurreservaat) Pl 10<br />

Adornis<br />

Nieuwvliet-Bad<br />

Sl<br />

Vijverhoeve<br />

Potjes<br />

Koke rsw eg<br />

Zuidzandepolder<br />

Berk<strong>en</strong>hoeve<br />

Slikk<strong>en</strong>burg<br />

Bos van<br />

Capellepolder<br />

Kap elle w eg<br />

Erasmus<br />

<strong>en</strong><br />

de Kookkert<br />

Loo dijk<br />

Auste rlitzdijk<br />

Diomede polder<br />

Co xyd ew eg<br />

Pann<strong>en</strong>schuur<br />

4<br />

Gro ote St A nna pold er<br />

Vrede <strong>en</strong> rust<br />

Antwerp<strong>en</strong><br />

De Wielewaal Linie N6<br />

(Pl)<br />

Zu id zan dse Weg<br />

Pro vin ciale Weg<br />

Pom p edi jkje<br />

Kleine Lodijk<br />

polder<br />

Polder<br />

De Knokkert<br />

Geme<strong>en</strong>te Sluis<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te Oostburg)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

meter<br />

Hed<strong>en</strong>esse<br />

N674<br />

Kok ers w eg<br />

Pl 9 20<br />

Pl 9 20<br />

St Jans-<br />

Mariastraa t<br />

8<br />

De Test<br />

polder<br />

Groote Lodijkpolder<br />

Austerlitzpolder<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

20000<br />

Boshoeve<br />

Konijn<strong>en</strong>berg<br />

Kruishoofd<br />

A do rn isd ijk<br />

Nieu we ho v<strong>en</strong>d ijk<br />

7<br />

Pl 8 02<br />

Hp 8 02<br />

Antwerp<strong>en</strong>polder<br />

Mole n<br />

Pl<br />

polder<br />

Nieuwehov<strong>en</strong>polder<br />

Sl<br />

20000<br />

De Waag<br />

Met te nijedijk<br />

D <strong>en</strong> Dri nk<br />

Zuidzandepolder<br />

we g<br />

Zuidzande<br />

Oude Zee dijk<br />

Sl<br />

Vijfhonderd-<br />

beoost<strong>en</strong>- <br />

Baa nstpo lderse Dijk<br />

polder<br />

M ol<strong>en</strong>weg<br />

Ve erho ek<br />

Baanstpolde<br />

St Ja nsdijk<br />

Ve erho ekdijk<br />

Maa gd <strong>en</strong>b erg Sl<br />

380000<br />

Lampzins<br />

Mett<strong>en</strong>ijepolder<br />

375000<br />

Smitsd ijk<br />

Blin de Weg


380000<br />

02<br />

Manege<br />

Baanstpolder<br />

Lampzins<br />

Sl<br />

W I E LI N G E N<br />

M osse ldi jk<br />

Nieuwvliet<br />

-15<br />

Erasmus<br />

's- Gr ave n pol d er<br />

p<strong>en</strong>polder St Jorishoeve<br />

Ve erho ekdijk<br />

polder<br />

Mett<strong>en</strong>ijepolder<br />

St Ja nsdijk<br />

375000<br />

Smitsd ijk<br />

Akkerwe g<br />

Akkerput<br />

Bru gg <strong>en</strong>d ijk<br />

Cranepolder<br />

6<br />

Ho<strong>en</strong>derhuisje<br />

Clet em sp olde r<br />

Z w ar te gat sche<br />

Kre ek<br />

Proostpolder<br />

Ca tswe g<br />

Nieuwesluis<br />

Pl 0<br />

Sl<br />

Puij<strong>en</strong>d ijk<br />

Hp 4 13<br />

Pl 4 13<br />

Pl 10<br />

Hp 3 08<br />

Pl 3 08<br />

O u d - B r e s k e n s p o l d e r<br />

-5<br />

-15<br />

-20<br />

-10<br />

Schoneveld<br />

Schallegalle<br />

polder<br />

-25<br />

-1.7<br />

He re nw eg<br />

Hp 2 08<br />

Pl 2 08<br />

Parasijspolder<br />

Catshoeve<br />

N675<br />

Windkracht 7<br />

Stoute- of Zoutepolder 3<br />

Zuidwesthoekpolder<br />

He nricu s dijk<br />

Stam pe rsh oek<br />

5<br />

Is<strong>en</strong>polder<br />

Geuze n dijk<br />

Sl<br />

De Vlijt<br />

Marolleput<br />

Burghof<br />

Most erdw eg<br />

4<br />

De Mij<strong>en</strong>berg<br />

Bar<strong>en</strong> dijk<br />

Zaemslach<br />

Oostburgsche Brug Maaidijk<br />

La Trampa<br />

2<br />

187<br />

Golfterrein<br />

Blin de Weg<br />

St Ba vod ijk<br />

Sl<br />

De Lerk<br />

Eik<strong>en</strong>polder<br />

Eedepolder<br />

190<br />

Pl 7 05<br />

Oude Ha v<strong>en</strong><br />

Veerhoekpolder<br />

Bru gse Va art<br />

in-<br />

polder<br />

Opdrachtgever:<br />

Pl 10<br />

G ar s- <strong>en</strong> Gr u b eke p ol de r<br />

Eik st ra at<br />

<strong>en</strong><br />

St Joris<br />

polder<br />

St-Anna<br />

189<br />

Bru gg <strong>en</strong> dijk<br />

Kleine<br />

2<br />

1<br />

Oude- Polder<br />

Groo te<br />

Lijsbette<br />

polder<br />

Boom k ree k we g<br />

St Ann a polder<br />

St An na dij k<br />

Els<strong>en</strong>hof<br />

188<br />

St Ba vod ijk<br />

we g<br />

Co mm erswe rve w eg<br />

-5<br />

Pl 20<br />

Ho <strong>en</strong>d er we g<br />

Groote<br />

Pl<br />

02 n 6<br />

Kleine Polder<br />

Thuinpolder<br />

De Bosduif<br />

Het Zuid<strong>en</strong><br />

Sno uck-H u rg ro nje-<br />

Kl H<strong>en</strong>ricuspolder<br />

Bakkersstraa t<br />

Zwarte<br />

Gat<br />

Het Vlaemsche Duyn<br />

pol der<br />

Sl<br />

Hp 5 12<br />

H<strong>en</strong>ricuspolder<br />

Groote<br />

Pl 5 12<br />

Wal<strong>en</strong> dijk<br />

Ring dijk<br />

Zuiveringsinst<br />

Oostburg<br />

Scherpbier<br />

Lev<strong>en</strong>smoed<br />

TragelwijkPhilip swe g<br />

Kaa s <strong>en</strong> Brood se D ijk<br />

Gerard de Moorpolder<br />

Nieu veltw eg<br />

De Mu nte<br />

1<br />

Trafostation<br />

186<br />

Ca the line w eg<br />

Blauwe Hoeve<br />

Welgeleg<strong>en</strong><br />

2<br />

184<br />

Sl<br />

Blontrok<br />

2<br />

Lan ge Weg<br />

Bloks polder<br />

Oude- Groedsche Polder<br />

Nieu we Weg<br />

Tor<strong>en</strong>w e g<br />

Heer<strong>en</strong>polder<br />

Scho on di jkse We g<br />

Bruhane<br />

183<br />

Eik<strong>en</strong>boom<br />

Kreekzicht<br />

Nieuwe- Groedsche- of Oude- IJvepolder<br />

Forell<strong>en</strong>kwekerij<br />

De Ys<strong>en</strong>agel<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

-10<br />

-1.8<br />

Pl 30<br />

Groedse Duintjes<br />

De Blikk<strong>en</strong><br />

Van der Ling<strong>en</strong>s polder<br />

2 e Ho g<strong>en</strong> dijk<br />

Zuiveringsinst<br />

Gerard d e Moo rsw e g<br />

No ordw eg I<br />

Kasteelberg<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad6<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

Gat<br />

Maa idijk<br />

Za nd ertje<br />

Sche rp bierse<br />

Weg<br />

Sl<br />

Wafeldorphuis<br />

Chez Marain<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

Groede<br />

Ni euw kerksc he<br />

Kreek<br />

Tor<strong>en</strong>hoeve<br />

3<br />

Tragel<br />

Kruisweg<br />

Ste<strong>en</strong>hove<br />

Sl<br />

Boer<strong>en</strong>hol<br />

1 Boer<strong>en</strong>hof<br />

De Drieweg<br />

Blin d<strong>en</strong> w eg<br />

Krabbedijk<br />

Veldzicht<br />

Kruisdi jk we g<br />

182<br />

No zem ans we g<br />

Ste<strong>en</strong>hov<strong>en</strong><br />

Philip swe g<br />

Ste<strong>en</strong><strong>en</strong>polder<br />

Kruisdijk<br />

G<strong>en</strong>erale Prins Willempolder<br />

De Schans<br />

Cathalijne<br />

VR + HR<br />

D' Eierkurf<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

Lan ge<br />

Weg<br />

25000<br />

Slikke nbu rg se<br />

Ha v<strong>en</strong>d ijk<br />

Kra bb edijk<br />

25000<br />

Ho ged ijk<br />

Bra m<strong>en</strong> dijk<br />

Groote<br />

He er<strong>en</strong>st ra at<br />

Baarzandsc he Kreek<br />

2<br />

(2 e gedeelte)<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

Pl 20<br />

Corne liap older<br />

Tra ge l-<br />

Mag da le na po ld er<br />

Oude Passageulepolder<br />

Nolle tj esd ijk<br />

Sint Philips polder<br />

Kiew eg<br />

West<br />

Voorm Fort<br />

Frederik H<strong>en</strong>drik<br />

De Zoete inval<br />

N58<br />

Het Heem<br />

4<br />

179<br />

Stee nh ov<strong>en</strong> se Dijk<br />

M o l<strong>en</strong>k re ek<br />

176<br />

N58<br />

Gro <strong>en</strong>e<br />

Pl 30<br />

Waterlandkerkje<br />

Sl<br />

178<br />

Luteyn<br />

180<br />

Veerhav<strong>en</strong><br />

177<br />

Goud <strong>en</strong><br />

Nieu wla nd se<br />

Vo et / fietsve er<br />

Noordwesthoekpolder<br />

polde rd ijk<br />

Goud<strong>en</strong>polder<br />

Nieu we ha v<strong>en</strong>w eg<br />

Kre ek<br />

Weg<br />

5<br />

Sl<br />

op Vlissing<strong>en</strong><br />

Gistelarepolder<br />

Buiz<strong>en</strong>polder<br />

Baarzande<br />

Klein- Baarzandepolder<br />

Midd <strong>en</strong>d ijk<br />

Buyz<strong>en</strong> -<br />

Bresk<strong>en</strong>s<br />

polde rd ijk<br />

Golepolder<br />

Schoondijke<br />

2<br />

Platte Weg<br />

Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />

Zuidoosthoekpolder<br />

Jong- Baarzandepolder<br />

Wolframhoek<br />

Nieuw e-<br />

Prins Willem<br />

-5<br />

-10<br />

11<br />

Hp 0<br />

Reigershoeve<br />

Vrede is Rijkdom<br />

Vaarwater langs Hoofdplaat<br />

Ha nde lsh ave n<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

Visse rsh av<strong>en</strong><br />

Ho ofd plaa tse W eg<br />

Jo ng baa r-<br />

have npolde r<br />

N61<br />

Re ig erswe g<br />

Tra ge l-<br />

Ora nje<br />

Wille msw eg<br />

d'Ooipanne<br />

Ve rbindin gs we g<br />

-25<br />

Voisepolder<br />

Oost<br />

Oranje 3<br />

polder<br />

6<br />

Koo lw eg<br />

J ac ht h ave n<br />

G<strong>en</strong>erale-<br />

Sasp utse Straat<br />

Pl 10<br />

Elisabethpolder<br />

za nd edijk<br />

Du ive lsh oe k<br />

Prins-Willempolder<br />

(2 e gedeelte)<br />

Turkeye<br />

-20<br />

1<br />

N677<br />

-20<br />

J<strong>en</strong>tohoeve<br />

Gate rn isse we g<br />

Gro <strong>en</strong>e We g<br />

Stat <strong>en</strong>d ijk<br />

dijk<br />

4<br />

-10<br />

-15<br />

-25<br />

Zuiveringsinst<br />

't M ole ntje<br />

Maurits polder<br />

Ze v<strong>en</strong> Ho fsted <strong>en</strong> st ra at<br />

N676<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

meter<br />

Sl<br />

-10<br />

Midd <strong>en</strong> dijk<br />

7<br />

2<br />

-5<br />

Sl<br />

-2.0<br />

-1.8<br />

Pl 20<br />

Gaternisse Kre ek<br />

-5<br />

-10<br />

Turkeyew e g<br />

2<br />

-5<br />

De Ki<strong>en</strong>stee<br />

De Wiekslag<br />

Sl<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

30000<br />

-15<br />

5<br />

Rede van Vlissing<strong>en</strong><br />

Wille msw eg<br />

30000<br />

-10<br />

Sl<br />

G<strong>en</strong>erale Prins-<br />

Willempolder<br />

Gate rn isse<br />

Plank<strong>en</strong>poortje<br />

De Punt<br />

Oudeland<br />

6<br />

-15<br />

-1.9<br />

Oranjehoeve<br />

Dier<strong>en</strong>tijd<br />

polder<br />

Sl<br />

Bierkre ek<br />

Sl<br />

Ze v<strong>en</strong>h ofst ede nstraa t<br />

Ora nje<br />

Plaat<br />

kree k<br />

Oranje<br />

Mauritspolder<br />

-5<br />

Nummer Eén<br />

K rom m e Weg<br />

3<br />

Stat <strong>en</strong>d ijk<br />

st ra at<br />

Is<strong>en</strong>dica<br />

Mau ritsw eg<br />

Boer<strong>en</strong> ve rd riet<br />

380000<br />

375000<br />

IJz<strong>en</strong>dijk<br />

Kleine Jonkvrouw B<strong>en</strong>oorde


sing<strong>en</strong><br />

380000<br />

mmer Eén<br />

375000<br />

Stat <strong>en</strong>d ijk<br />

st ra at<br />

van Bresk<strong>en</strong>s<br />

Is<strong>en</strong>dica<br />

Mau ritsw eg<br />

er<strong>en</strong> ve rd riet<br />

-40<br />

Sl<br />

Pl 100<br />

Pl 1 0<br />

Slijkplaat<br />

Sl<br />

Sasput<br />

Ora njed ijk<br />

Retranchem<strong>en</strong>t<br />

polder<br />

IJz<strong>en</strong>dijke<br />

kvrouw B<strong>en</strong>oord<strong>en</strong><br />

-35 -30<br />

Ravelijn<br />

-25<br />

Goede Hope<br />

West Lan ge Weg<br />

Ora nje dijk<br />

Sche rp <strong>en</strong>h eu ve l<br />

Eerste<br />

Manteau<br />

polder Groote Put<br />

Dw arsw eg<br />

Klakba an<br />

Sl<br />

Polder<br />

polder<br />

Schorersgraf<br />

Zacharias polder<br />

(1e gedeelte)<br />

Opdrachtgever:<br />

-20 -15<br />

-10<br />

-5<br />

4<br />

Gro te Put<br />

Le Paradis<br />

Mauritshof<br />

Sl<br />

De Bol<br />

Pl 9 0<br />

Pl 2 0<br />

Kru isw e g<br />

Zachariaspolder<br />

(2e gedeelte)<br />

Bunkerbos<br />

Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />

Nieu we D ijk<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-1.8<br />

Rood<strong>en</strong>hoek<br />

Scho re rw eg<br />

De Komme<br />

Kom se<br />

Sl<br />

H o o ge P l a t e n<br />

Vaarwa ter<br />

5<br />

De Verwagting<br />

Bosd ijk<br />

Pl 3 0<br />

Pl 80<br />

-10<br />

Hoofdplaatpolder<br />

Pl n<br />

Sl n<br />

Driew ege nw eg<br />

Groote Jonkvrouw<br />

Tivoli<br />

Sint Pieterspolder<br />

Hoogeweg<br />

Sint Piete rsdijk<br />

Blin de Weg<br />

Geme<strong>en</strong>te Sluis<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te Oostburg)<br />

Kra bb ega t we g<br />

't Oude Tolhuis<br />

Midd <strong>en</strong>w e g<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Sl<br />

9<br />

Polde rstra at<br />

Lau rina w eg<br />

Ho ge Weg dijk<br />

6<br />

Nieuwland<br />

Ameliapolder<br />

langs<br />

Pl 40<br />

Sl<br />

I Jz<strong>en</strong> d ijks e Weg<br />

Halfweg<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad7<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

N677<br />

Wilh elm in adijk<br />

10<br />

-5<br />

Wilhelminapolder<br />

Nieu wla ndse Weg<br />

Sl<br />

S c h a a r<br />

-1.9<br />

Oranjepolder<br />

-5<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

-5<br />

-5<br />

-5<br />

35000<br />

Spijkerplaat<br />

-10<br />

Sl<br />

0<br />

Sl<br />

Nieuwlandse Mol<strong>en</strong><br />

VR + HR<br />

1<br />

7<br />

2<br />

-10<br />

N678<br />

Zu id L ang e Weg<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

Pl 50<br />

Hoofdplaat<br />

De Gemetschuur<br />

Drieweg<strong>en</strong><br />

3<br />

-5<br />

Hoofdplaat<br />

Sl<br />

Sl<br />

35000<br />

van<br />

Sche nkeldijk<br />

He le na we g<br />

N678<br />

4<br />

Sl<br />

Nooit rust<br />

Geertruida dijk<br />

Welme<strong>en</strong><strong>en</strong>dheid<br />

Pl 60<br />

De Vos<br />

Hel<strong>en</strong>ahoeve<br />

No ordstraa t<br />

Geertruida<br />

Dijkepu tte n<br />

12<br />

Spijkerplaat<br />

Geme<strong>en</strong>te Vlissing<strong>en</strong><br />

Kro mm e<br />

Hel<strong>en</strong>apolder<br />

Ho ofd plaa tse Weg<br />

Meetpaal<br />

W atergan g<br />

Z<br />

Geertruidapolder<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

2<br />

Plask ree k<br />

Groote Zoutpolder<br />

ou te Weg<br />

Kleine Zoutpolder<br />

Antoniushoeve<br />

Kaa id ijk<br />

Sl<br />

-5<br />

Radarpost<br />

-5<br />

Nol Zev<strong>en</strong><br />

Pl 70<br />

Jagershof<br />

Konijn<strong>en</strong>berg<br />

Bril<br />

polder<br />

Mariapolder<br />

Kon ijne nb ergw eg<br />

Sl n<br />

-1.9<br />

Sl<br />

13<br />

-10<br />

Hooge Springer<br />

-10<br />

-15<br />

-1.9<br />

-5<br />

Sl<br />

-10<br />

Oost L an ge Weg<br />

Sl<br />

Sl<br />

Sl<br />

E<br />

V a a r w a t e r l a n g s d e Pa<br />

Pl 0<br />

Beu kelsdijk<br />

Pl 1 0<br />

De Hoekstee<br />

n<br />

Sl Sl<br />

Wilhelmina<br />

polder<br />

Sl Schorreblom<br />

Sl<br />

-10<br />

Nu mm er Ze v<strong>en</strong>w e g<br />

Uitwateringskanaal Nol Zev<strong>en</strong><br />

Olm <strong>en</strong> dijk<br />

Sl<br />

Biervliet<br />

Sl<br />

Thomaespolder<br />

Stellehoeve<br />

-45<br />

-15<br />

Pau lina dijk<br />

Gro <strong>en</strong>e Straat<br />

Beukelspolder<br />

Witte Straa t<br />

Sl<br />

Eiersg atw e g<br />

-40<br />

Sprin ger geul<br />

Sl<br />

-20<br />

Sl<br />

Stelled ijk we g<br />

Lan ge Bet te<br />

-35<br />

-20<br />

-25<br />

-25<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-30<br />

Sl<br />

-30<br />

-35<br />

-1.9<br />

P A S<br />

-40<br />

Pl 0<br />

Pau lina w eg<br />

Noordnol<br />

-60<br />

-50<br />

-45<br />

Sche ld edijk<br />

-55<br />

B O R S S E L E<br />

Lage Springer<br />

De Ste lle we g<br />

u l i n a p o l d e r<br />

Paviljo <strong>en</strong> we g<br />

Oostze edijk<br />

Ha v<strong>en</strong>stra at<br />

Pl 10<br />

Pl 0<br />

Elektr C<strong>en</strong>trale<br />

Pl 50<br />

Pl 20<br />

Borssele<br />

Ca talijn ew eg<br />

Ze ed ijk<br />

Hoek van Borssele<br />

Paulina polder<br />

we g<br />

Elisabeth polder<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

-15<br />

-1.9<br />

V A<br />

N<br />

-5<br />

-10<br />

-15<br />

-20<br />

-5<br />

-1.9<br />

meter<br />

-10<br />

Pl 10<br />

Paviljo<strong>en</strong><br />

Wee lh oe kw e g<br />

polder<br />

Pl 40<br />

Wee lw eg<br />

Eb<strong>en</strong> Haëzer<br />

Galghoek<br />

Borssele<br />

Stadhoek<br />

Ev e r i n g e n<br />

-15<br />

Kru isw e g<br />

-10<br />

-20<br />

-5<br />

-15<br />

-15<br />

-10<br />

-20<br />

-5<br />

Thom aes geul<br />

-5<br />

-5<br />

Lan ge Zu idw eg<br />

-25<br />

Geme<strong>en</strong>te<br />

Terneuz<strong>en</strong><br />

-35<br />

-30<br />

-1.9<br />

-1.9<br />

Braakmankreek<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

40000<br />

Sl<br />

Pl 30<br />

Pl 80<br />

-25<br />

Trooy<strong>en</strong>hoek<br />

Wolph aa rt s w eg<br />

Wolfershoek<br />

-20<br />

Sl<br />

West-<br />

40000<br />

-15<br />

Kaa iw eg<br />

Borssele<br />

Monsterhoek<br />

Gemaal Van Borssele<br />

-25<br />

-5<br />

-10<br />

-2.0<br />

Sl<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

Noorder<br />

Gat<br />

-5<br />

-2.0<br />

Zuidhoek<br />

Pl 20<br />

Dijkzicht<br />

-15<br />

Weve lsw aa ldijk<br />

Pl 70<br />

Valuepark<br />

(Ind terrein in aanleg)<br />

geul<br />

boss<strong>en</strong><br />

Braakmanpolder<br />

Savo ya ards<br />

380000<br />

375000<br />

Braakmankreek


Kaa iw eg<br />

rssele<br />

sterhoek<br />

Zuidhoek<br />

380000<br />

375000<br />

Dijkzicht<br />

Ossevaathoek<br />

Mon sterw eg<br />

Lan ge Zu idw eg<br />

Pl 70<br />

in aanleg)<br />

ve lsw aa ldijk<br />

-10<br />

van<br />

raakmanpolder<br />

Reugersberg<br />

Moolhoek<br />

De Hoop <strong>en</strong> Verwachting<br />

we g<br />

Braakmankreek<br />

-5<br />

Pl 20<br />

De Schephoek<br />

-15<br />

Ked-'ered<br />

-2.0<br />

-1.8<br />

-5<br />

Pl 60<br />

Ju rja new e g<br />

polder<br />

Ovezan dsche<br />

Wate rg an g<br />

Ho llep olde rse D ijk<br />

SluishoekKorte Zu id we g Baa ndijk<br />

Bor ssele<br />

Ze ed ijk<br />

Meetpaal<br />

Pl 10<br />

Sl<br />

Mol<strong>en</strong>hoek<br />

Staartsche N ol<br />

Rug van Borssele<br />

E<br />

Geul van de Sui plaat<br />

Lov<strong>en</strong> w eg<br />

Opdrachtgever:<br />

32<br />

-5<br />

-10<br />

-15<br />

31<br />

Pl 30<br />

't Klompekot<br />

Westeindse Weel<br />

De Hooge Boom<strong>en</strong><br />

N62<br />

Zuidoosthoek<br />

30<br />

De Staart<br />

Sl<br />

Weste indse<br />

Witte Pauw<br />

Staa rt se<br />

Sl<br />

Dijk<br />

Dijk<br />

Ruig<strong>en</strong>hoeve<br />

Holle polder<br />

Sl<br />

Sl<br />

Paulushoek<br />

Polder<br />

Ellewoutsdijk<br />

Ho ogla ndse<br />

Sl<br />

Drieweg<strong>en</strong><br />

Dijk<br />

Blazekop polder<br />

Gro <strong>en</strong>e<br />

Scho ond ijkse D ijk Bushoeve<br />

Meehoek<br />

Tre nte we g<br />

Braakmanhav<strong>en</strong>Nieu w-<br />

Co rridorw eg<br />

No o rd dijk<br />

ker<br />

Pl 50<br />

't Sluisje<br />

-15<br />

-10<br />

Achterhoek<br />

Mole nw eg<br />

Lan ge Mairep olde r<br />

't Hof Tilburg<br />

Drieweg<strong>en</strong><br />

Zuiderhoogland<br />

Gat van Borssele Inlaag 1887<br />

Pl 40<br />

Sl n<br />

Sl<br />

Lov<strong>en</strong><br />

Love nw eg<br />

geul<br />

Kerpelgat<br />

polder<br />

Love npo lder<br />

Achterste<br />

Kreek<br />

Pl 10<br />

Are nd shoe kwe g<br />

Pl 0<br />

Ne uz<strong>en</strong> we g<br />

Willemskerke<br />

(Natuurreservaat)<br />

polder<br />

Dijk<br />

Zak polder<br />

Ru ig <strong>en</strong> dijk<br />

Loire<br />

Weldijk<br />

Koekoek<br />

De Zak<br />

Sl<br />

Sl<br />

Noord polder<br />

Ho ogla ndse<br />

Oud-Ovezandpolder<br />

Plata anw eg<br />

Sl<br />

Ovezande<br />

Blauwe Hoeve<br />

Kamerpolder<br />

erse Weg<br />

Verlor<strong>en</strong>kostpolder<br />

polder<br />

Storm<br />

Sl<br />

Dijkzicht<br />

Ovezan dse<br />

't Hof Schild<br />

12<br />

Kru ipuitse Dijk<br />

Nieuwlande<br />

Weg<br />

O u de la n<br />

Za kdijk<br />

Nieuw- Ovezand<br />

Schuurhoek<br />

polder<br />

Ellewoutsdijk polder<br />

Grind w eg<br />

Dijk<br />

Vijfzo odijk<br />

Ellewoutsdijkse Mol<strong>en</strong><br />

Pap otw eg<br />

De Ellewout<br />

V E RI N G E<br />

Suikerplaat<br />

Geme<strong>en</strong>te Terneuz<strong>en</strong><br />

0<br />

Pl 20<br />

Chemische Fabriek<br />

Loop-<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

-5<br />

-15<br />

-10<br />

-2.0<br />

-5<br />

-5<br />

-2.0<br />

-10<br />

Pl 51<br />

N681<br />

1<br />

Pl 50<br />

-2.0<br />

-25<br />

He rb ert H Do ww eg<br />

Hoogedijk<br />

2<br />

-20<br />

-15<br />

-35<br />

N62<br />

-10<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad8<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

-30<br />

-10<br />

Wille m s<br />

ke rke<br />

Sl<br />

-5<br />

-5<br />

2<br />

105<br />

Pl 49<br />

-2.0<br />

106<br />

-10<br />

Sl<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

-15<br />

Westerschelde tunnel<br />

20<br />

dijk<br />

-5<br />

PAS<br />

4<br />

-2.0<br />

21<br />

VR + HR<br />

-20<br />

-10<br />

-15<br />

-20<br />

-30<br />

-25<br />

Voorm Fort Ellewoutsdijk<br />

De Boerderij<br />

N252<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

-20<br />

Wulp<strong>en</strong>bek<br />

polder<br />

N682<br />

45000<br />

Pl 48<br />

-10 -15<br />

Sl<br />

6<br />

Kno l<br />

15<br />

-25<br />

45000<br />

Sl<br />

Ellewoutsdijk<br />

Sl Hellewoud<br />

Sl<br />

Pl 46<br />

Zuidgors<br />

d sc he<br />

Zakpolder<br />

Platschorre<br />

Tolhoek<br />

11<br />

Nisse- Stelle<br />

Pold er<br />

Sl<br />

Sl<br />

De Beuk<strong>en</strong>hof<br />

't Hof Tolhoek<br />

Isew eg<br />

Simonshoek<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />

Middel plaat<br />

West<br />

buit<strong>en</strong>hav<strong>en</strong><br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

Sl<br />

14<br />

Oost<br />

buit<strong>en</strong><br />

hav<strong>en</strong><br />

Sl<br />

Zuid Evering<strong>en</strong><br />

-2.0<br />

-5<br />

Zijkan aal A<br />

Zw inw eg<br />

Vissers d ijk<br />

Ve erha v<strong>en</strong><br />

Jachthav<strong>en</strong><br />

Sl<br />

Schelhoek<br />

De Hoogte<br />

PJ Isra ëlw eg<br />

't Zwint<br />

Busw eg je<br />

Za ksche<br />

polder<br />

't Hof Boomzicht<br />

Mol<strong>en</strong>polder<br />

Lambrechtshoek<br />

Slikk<strong>en</strong> van Evering<strong>en</strong><br />

VAN TER NEU ZEN<br />

Westelijke<br />

-10<br />

Pl 47<br />

-40<br />

-45<br />

-35<br />

-25<br />

-30<br />

-15<br />

-20<br />

-25<br />

-5<br />

-10<br />

-50<br />

-2.0<br />

-20<br />

-2.0<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-5<br />

-10<br />

Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />

Terneuz<strong>en</strong><br />

Sl<br />

Pl 45<br />

-2.0<br />

Pl 90<br />

-5<br />

-10<br />

Wate rg an g<br />

't Hof de Dierik<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

Dierikwe g<br />

Sl n<br />

Baarland-<br />

Stellepolder<br />

Baa rlan d S telle we g<br />

Quistkostpolder<br />

Oudelande<br />

Oudelande<br />

Sl<br />

Everingepolder<br />

N<br />

Sl<br />

Sl<br />

Sl<br />

Zweemersdam<br />

Pl 44<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

Zorgg<strong>en</strong>ot<br />

Stelse Dijk<br />

Wate rvlietse We g<br />

Kwad<strong>en</strong>damme<br />

Nieuwe-Vreeland<br />

polder<br />

Kleine-<br />

Reinoutpolder<br />

Parelvisserij<br />

Toeristische Spo orwe g<br />

Pl 80<br />

Oth<strong>en</strong>e<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

Oth e<strong>en</strong><br />

-5<br />

De Maelderië<br />

Vijfzo odijk<br />

-25<br />

-2.0<br />

meter<br />

Sl<br />

He ll <strong>en</strong>b urg<br />

Ze ed ijk<br />

Pl 43<br />

Weg<br />

Westd orpse<br />

st ra at<br />

Zuidpolder<br />

Sl<br />

Siguitpolder<br />

Sl<br />

Zu id po ld erdijk<br />

Plaat van Baarland<br />

Pl 0<br />

Mole nw eg<br />

-2.0<br />

-2.0<br />

Westdorp<br />

-5<br />

Groote-<br />

Reinout<br />

polder<br />

Pl 10<br />

Margaretha<br />

polder<br />

-25<br />

Sorgvliet<br />

Ve rko rt in g<br />

Sl<br />

Driew eg<br />

-10<br />

-20<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

50000<br />

-15<br />

Sl<br />

Oude Po ld erdijk<br />

Spoorzicht<br />

Ruïne<br />

Stuyvesant<br />

Pl 42<br />

Vo ge lsa ng se<br />

Kwad<strong>en</strong>damme<br />

Herverka velings<br />

Plaat van Baarland<br />

-20<br />

-25<br />

50000<br />

-10<br />

-2.0<br />

PAS<br />

Pl 0<br />

Margaretha-<br />

Ve rko rt in g<br />

polder<br />

Paa rd <strong>en</strong>d ijk<br />

Schoonoord<br />

Va lwe g<br />

Val<br />

dijk<br />

Baarland<br />

Baarland<br />

Ze e dij k<br />

S t r a a t j e<br />

-5<br />

-15<br />

-30<br />

-5<br />

-10.0<br />

-15<br />

-2.0 -5<br />

Hav<strong>en</strong><br />

-10<br />

Kleine<br />

-2.0<br />

van<br />

VAN<br />

Griete<br />

380000<br />

Lan ge<br />

Pl 41<br />

375000<br />

Mole nw eg


aarland<br />

380000<br />

-2.0<br />

375000<br />

Mole nw eg<br />

Bak<strong>en</strong><br />

Aalw eg<br />

Mole nstraa t<br />

Waa rd we g<br />

Polder<br />

Strie pse Weg<br />

Lan ge Polde rw eg<br />

Pl 41<br />

Hoedek<strong>en</strong>skerke<br />

Scheldeoord<br />

van Willem<br />

VAN<br />

-5<br />

-10<br />

polder<br />

Va lwe g<br />

dorp se w eg<br />

Pl 10<br />

Re uz<strong>en</strong> ho ekse<br />

Oude D ie rikp olde rw eg<br />

De We st er<br />

Pl 0<br />

E<strong>en</strong> dragt we g<br />

Beu ge lta sdijk<br />

Krekepolder<br />

Hoeve Striepe<br />

Bak<strong>en</strong>dorp<br />

Conserv<strong>en</strong>fabr<br />

Dijk<br />

Pl 40<br />

Hoek van Baarland<br />

Sche nkeldijk<br />

Polderschool<br />

Pl 39<br />

st ra at<br />

-5 -10<br />

Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />

T ERN EU Z EN<br />

-20<br />

-30<br />

-25<br />

-2.0<br />

Huiss<strong>en</strong>spolder<br />

Opdrachtgever:<br />

-2.0<br />

-5<br />

Pl 10<br />

-2.0<br />

Pl 38<br />

Hof Reuz<strong>en</strong>hoek<br />

Waa nw eg<br />

M i d d e l g a t<br />

Reuz<strong>en</strong>hoek<br />

Sl<br />

Hoedek<strong>en</strong>skerke<br />

Pl 37<br />

Hav<strong>en</strong> de Val<br />

(Jachthav<strong>en</strong>)<br />

Kwa kkelse<br />

Dijk<br />

Pl 36<br />

Groote Huiss<strong>en</strong>spolder<br />

Geme<strong>en</strong>te Terneuz<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> dragt we g<br />

Kam pe rse<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

-10<br />

-15<br />

-10<br />

-10<br />

-15<br />

-15<br />

-5<br />

-30<br />

-25<br />

-25<br />

-20<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

Copwyck<br />

Hoek van de Dijk<br />

M<br />

Geme<strong>en</strong>te Borsele<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te H eink<strong>en</strong>szand )<br />

-5<br />

Pl 20<br />

Nooitgedacht<br />

E<strong>en</strong>dragt polder<br />

-20<br />

-5<br />

Weg<br />

-2.0<br />

De Moor<br />

De Stelberg<br />

Julianahoeve<br />

Leeuw<strong>en</strong>stein Lee uw <strong>en</strong> steinse We g<br />

Aan dijkse<br />

Kampersche Hoek<br />

Kwakkel<br />

Weg<br />

Aan- <strong>en</strong><br />

Rug van Baarland<br />

Brouwerplaat<br />

GAT VAN OSSENIS SE<br />

De Poonhoeve<br />

Poonhav<strong>en</strong><br />

G<strong>en</strong>derdijke polder<br />

Za am slagse<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-5<br />

-2.0<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad9<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

De Schuttebocht<br />

Pl 10<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

-5<br />

-2.0<br />

-10<br />

Plat<strong>en</strong> van Oss<strong>en</strong>isse<br />

Kam p<br />

E<strong>en</strong>dragt<br />

Kam pe rse Dijk<br />

-2.0<br />

er<br />

se D ijk<br />

polder<br />

VR + HR<br />

Van Lynd<strong>en</strong>-<br />

G<strong>en</strong>d erdijkse W eg<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

Plat<strong>en</strong> van Hulst<br />

Sl<br />

-2.0<br />

Hellegat<br />

Poo n straat<br />

polder<br />

55000<br />

Va n L ijn <strong>en</strong> dijk<br />

Dijkstra at<br />

-5<br />

55000<br />

-10<br />

-15<br />

polder<br />

Kon in g<br />

-20<br />

Pl 0<br />

Sl<br />

Will em lll w eg<br />

Willem III polder<br />

Sluis<br />

Pl 340<br />

Ca mp <strong>en</strong>se<br />

Dijk<br />

-20<br />

Pl 330<br />

Kan aaldijk<br />

Ru mm ersdijkstra at<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

-20<br />

-15<br />

Sl<br />

-10<br />

-30<br />

-5<br />

-25<br />

-35<br />

Camp<strong>en</strong><br />

(Gemaal)<br />

Kamp<strong>en</strong><br />

-20<br />

Ser_<br />

Westd ijk<br />

Kamperhoek<br />

Keizerrijk<br />

-15<br />

Ruisch<strong>en</strong>degat<br />

-15<br />

OVERLOOP VAN HANS WEERT<br />

Ar<strong>en</strong>dspolder<br />

-10<br />

-5<br />

Rummersdijkpolder<br />

Oude_<br />

Schapershoek<br />

Zeedorp<br />

Kam pe rw eg<br />

Copwijkhoeve<br />

Hoek van Oss<strong>en</strong>isse<br />

Pl 300<br />

Ze estraa t<br />

-2.0<br />

Zu id dijk<br />

Copwijkse Weg<br />

-2.1<br />

Knuitershoek<br />

Hooglandpolder<br />

Kleine<br />

Vogelwaarde<br />

Lan ge<br />

Weg<br />

Polder<br />

Westst ra at<br />

Hav<strong>en</strong><br />

Vogelfort<br />

Gro <strong>en</strong>e St ra at<br />

H<strong>en</strong>gstdijk<br />

Oude Stoof<br />

Sl<br />

Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />

Mol<strong>en</strong>polder<br />

Nijs polder<br />

Weverstraat<br />

Oss<strong>en</strong>isse<br />

Vogelzicht<br />

Vo ge lw e g<br />

Pl 290<br />

Kon in gsdijk<br />

Oostd ijk<br />

De Mol<strong>en</strong>burg<br />

Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />

De Streep<br />

-5<br />

Ho ogla ndse _<br />

Burghoeve<br />

Dijk<br />

Sl<br />

De Vogel<br />

Kreverhille<br />

Burgh<br />

Zo utlan dstraa t<br />

polder<br />

Strooi<strong>en</strong>stad<br />

Platte<br />

Ser_ Pauluspolder<br />

-5<br />

-2.0<br />

Dorpzicht<br />

-10<br />

-15<br />

-20<br />

-25<br />

De Vogel<br />

-30<br />

Schaar van Oss<strong>en</strong>isse<br />

Kievitpolder<br />

H<strong>en</strong>gstdijk<br />

Reygerskreek<br />

Pl 280<br />

Noordhof polder<br />

Wilhelminahoeve<br />

Zoute Polder<br />

He ngst dijkse Straat<br />

De Guil Groote H<strong>en</strong>gstdijkpolder<br />

N688<br />

4<br />

3<br />

ge<br />

o<br />

V<br />

Klondyke<br />

2<br />

Kerkw eg<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

Do orndijk<br />

Zo utl and se<br />

Anna Paulownahoeve<br />

Dijk<br />

Noordhof<br />

Drooghuize<br />

Gro<strong>en</strong><strong>en</strong>dijk<br />

Karne me lkstraa t<br />

Drog <strong>en</strong>d ijk<br />

Maria polder<br />

Pauluspolder<br />

Polde rw eg<br />

Pl 270<br />

Perkpolder Veerhav<strong>en</strong><br />

Ze ed ijk<br />

Noordstraat<br />

Rikerohof Kloosterzande<br />

Puttingzicht<br />

Mar garetse<br />

Dijk<br />

Kalv erdijk<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

ld ijk<br />

Zuid<br />

-2.0<br />

1<br />

weg<br />

-2.1<br />

meter<br />

0<br />

West_ Vogel<br />

polder<br />

Perkst ra at<br />

-2.1<br />

-5<br />

De Perk<br />

Waterhoeve<br />

De Grote Putting<br />

(Natuurreservaat)<br />

Oostd ijk<br />

Wate r st ra at<br />

Lett <strong>en</strong>b urgse We g<br />

-10<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

Sl<br />

Fabr<br />

N689<br />

Tasdijk<br />

Vo ge ld ijk<br />

60000<br />

Noordhof<br />

polder<br />

Maria<br />

Pl 260<br />

D<strong>en</strong> Tol<br />

Noorddijk<br />

polder<br />

Meetpaal<br />

polder<br />

Walsoord<strong>en</strong><br />

Zuiveringsinst<br />

Betonfabr<br />

Pl 240<br />

Zandpolder<br />

15<br />

N60<br />

4<br />

16<br />

-10<br />

Vo ge ld ijk<br />

-2.0<br />

Noo rddij kse D ij k<br />

-15<br />

Hoop op<br />

zeg<strong>en</strong><br />

1<br />

Groote<br />

H<strong>en</strong>gstdijk<br />

polder<br />

Grootvogel<br />

Mee rd ijk<br />

60000<br />

-2.0<br />

-5<br />

-15<br />

-10<br />

-20<br />

Schaperspolder<br />

Mariad ijk<br />

Waldeckhoeve<br />

-15<br />

Schapers<br />

17<br />

St Jo se ph stra at<br />

Ser-Paulus<br />

polder<br />

2<br />

-20<br />

-25<br />

Pl 250<br />

Sl<br />

Veerhav<strong>en</strong><br />

Z<br />

Boc ht<br />

Kleine Dijk<br />

De Beaufortsluis<br />

Oude land se<br />

Lepelstraathof<br />

polder<br />

West-<br />

18<br />

Vogelpolder<br />

Lett<strong>en</strong>burg<br />

Tri<strong>en</strong>tjeshoeve<br />

Oudeland-<br />

polder<br />

20<br />

Hu lste rwe g<br />

N60<br />

Sch aper s dijk<br />

-30<br />

Schapershof<br />

Kuitaart<br />

19<br />

380000<br />

375000


Veerhav<strong>en</strong><br />

380000<br />

Z<br />

Boc ht<br />

van<br />

Kleine Dijk<br />

De Beaufortsluis<br />

Lepelstraathof<br />

375000<br />

Oude land se<br />

Wilhelmus<br />

Joh Glerum<br />

polder<br />

Pl 230<br />

D<strong>en</strong> Inkel<br />

Willebroeksnol<br />

Kruisdorp<br />

Inkeld ijk<br />

Kru isst ra at<br />

Oost Inkel<strong>en</strong><br />

D<strong>en</strong> Inkel<br />

polder<br />

Vro onw e g<br />

Vro ond ijk<br />

Schaar van Waarde<br />

UI D E R<br />

Lan ge Nieu wst ra at<br />

Schapershof<br />

s dijk<br />

-30<br />

-15<br />

-20<br />

-25 Have n<br />

Kuitaart<br />

Kleinvogel<br />

Vogelzicht<br />

(Km)<br />

-15<br />

Wals oor d<strong>en</strong><br />

Dijk<br />

Groot m oedersd ijk<br />

Opdrachtgever:<br />

-10<br />

Pl 19<br />

Kru isst ra at<br />

Pl 220<br />

Pl 18<br />

-2.0<br />

-5<br />

-10<br />

G<br />

Pl 17<br />

Zuiveringsinst<br />

Kad ijk<br />

Puth oe kse Weg<br />

Waarde<br />

Lag e Weg<br />

Westveer<br />

polder<br />

Mee ze<br />

Plaat van Walsoord<strong>en</strong><br />

-5<br />

Schaar<br />

Pl 210<br />

Kruispolder<br />

we g<br />

Mid d<strong>en</strong> we g<br />

Marina<br />

Sl<br />

Kru isp olde rd ijk<br />

Waarde<br />

Hav<strong>en</strong><br />

Schor van Baalhoek<br />

Fruetus ex Labora Fluitershoek<br />

Va n R e mo rte lst ra at<br />

-10<br />

-5<br />

-20<br />

-15<br />

-2.0<br />

Bou deloo dijk<br />

-2.0<br />

-10<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

-2.0<br />

A T<br />

Kruispolder<br />

Hoeve Bur<strong>en</strong><br />

Oost-Vogelschor Polder<br />

Dree fk<strong>en</strong><br />

Fred erik He nd rikstraat<br />

Ho efke nsdijk<br />

Koelewei<br />

Mariahoeve<br />

Hoofd- <strong>en</strong><br />

De Wêêl<br />

Vitshoek<br />

polder<br />

Koe dam<br />

Boudeloohoeve<br />

st ra at<br />

Lamswaarde<br />

Ro verbe rg se Dijk<br />

Eeck<strong>en</strong>nisse<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Vit shoe kdijk<br />

Pl 16<br />

Roverberg<br />

Sl<br />

Rov e rb er g se<br />

't Lammetje<br />

Straat<br />

Ooststraa t<br />

Km<br />

134<br />

Waarde<br />

St<br />

Annaput<br />

Bote r<br />

Radarpost<br />

Sonneheerdt<br />

De Vliet<br />

Carpe Diem<br />

dijk<br />

Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />

polder<br />

Ooststraa t<br />

Graauwpolder<br />

Hav<strong>en</strong>oord se Weg<br />

Pl 200<br />

Oud-<br />

Krabb<strong>en</strong>dijke<br />

polder<br />

Kra bb <strong>en</strong><br />

133<br />

dijksch e<br />

Voetpomp<br />

Nolleweg<br />

G<strong>en</strong> t m an sd ijk<br />

Plassew eg<br />

Zuidwesthoek<br />

Vliete<br />

Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />

Wee lw eg<br />

Kruispolder<br />

Monnik<strong>en</strong>polder<br />

polder<br />

van Val k<strong>en</strong> isse<br />

Kruispolderhoeve<br />

Scheldevaartshoek<br />

S che n keld ij k<br />

Kru isp olde rse<br />

Oude<br />

-10<br />

Pl 15<br />

d'Ouwe Graauw<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad10<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

-2.0<br />

4<br />

Baalhoek<br />

132<br />

(Geme<strong>en</strong>tehuis te Kruining<strong>en</strong>)<br />

H<strong>en</strong>ehouwe<br />

Pl 190<br />

Pl 20<br />

Vlie t<br />

Huisjes<br />

Mon nik<strong>en</strong> dijk<br />

Oud-Valck<strong>en</strong>isse<br />

Natuurreservaat<br />

Noordwesthoek<br />

36<br />

De Rozeboom<br />

(Km)<br />

Krabb<strong>en</strong>dijke<br />

Sl<br />

Poldersteyn<br />

Zu s terza nd<br />

Gaw eg e<br />

Gaw ee gse D ijk<br />

De Weel<br />

Pl 10<br />

Meetpaal<br />

Sl<br />

Sl<br />

131<br />

Gawege<br />

Zu id w eg<br />

Valk<strong>en</strong>isse<br />

polder<br />

Emanuelpolder<br />

Turfplat<strong>en</strong><br />

32<br />

35<br />

Nieuw Krabb<strong>en</strong>dijkepolder<br />

Zuidoosthoek<br />

Sl<br />

Verderf<br />

Sl<br />

130<br />

Meib oom<br />

Sl<br />

31<br />

Hav<strong>en</strong><br />

No ordscha ns<br />

Zuidschans<br />

Koe dijk<br />

Mairepolder<br />

Roelshoek<br />

Mairehoeve<br />

Stroodorpepolder<br />

Emanuelhoeve Frederica polder<br />

Pl 0<br />

Vredehof<br />

Pl 40<br />

Oostpolder<br />

34<br />

Kwe ekw eg<br />

Pl 0<br />

Schalkshoeve<br />

129<br />

Pl 30<br />

30<br />

33<br />

Oude R ijksw eg<br />

Fred erika w eg<br />

Midd<strong>en</strong>hoeve<br />

Vink<strong>en</strong>isse<br />

Tweede Bathpolder<br />

Bergkilwe g<br />

Kor<strong>en</strong> we g<br />

Dw arsw eg<br />

Oosthof<br />

Zimmerman polder<br />

Zim me rm an we g<br />

O V E R L O O P V A N V A L K E N I S S E<br />

-20<br />

Konijn<strong>en</strong>schor<br />

Geul Zimmerman<br />

Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse<br />

Zwaantjeshof<br />

-20<br />

Lan ge Nie uw stra at<br />

Oude Gra auw se Dijk<br />

Dijk<br />

Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

VR + HR<br />

-5<br />

-2.0<br />

-10<br />

-10<br />

Kruispolderhav<strong>en</strong><br />

Duiv<strong>en</strong>hoek<br />

Melopolder<br />

Melo<br />

Gra auw se Dijk<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

65000<br />

we g<br />

-5<br />

65000<br />

-2.0<br />

-5<br />

-2.0<br />

Graauw<br />

Erw te nw eg<br />

-2.0<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

Pl 180<br />

Paal<br />

Kleine<br />

Mariahof<br />

Mol<strong>en</strong>polder<br />

Meloborgh<br />

Sl<br />

Melohoeve<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

Pl<br />

-15<br />

-10<br />

-5<br />

Speelmansgat<br />

Paal<br />

Sl<br />

Sl<br />

Weg<br />

Paa lse<br />

Sl<br />

-2.0<br />

Pl 170<br />

Wille m<br />

He ndrik<br />

Sl n<br />

-2.0<br />

Jachthav<strong>en</strong><br />

Pl 160<br />

Sl<br />

Van Alstein-<br />

Midd el<br />

Dw arsstraat<br />

we g<br />

polder<br />

Kro mm e Weg<br />

Polderzicht<br />

A58<br />

E312<br />

-20<br />

-5<br />

Va n der Ha vew eg<br />

Du ive nho ek<br />

(Natuurreservaat)<br />

29<br />

Pl 40<br />

128<br />

Sl<br />

32<br />

Vink<strong>en</strong>isse kreek<br />

Pl 20<br />

Hav<strong>en</strong><br />

't Zuid<strong>en</strong><br />

Akkerwe g<br />

-19<br />

Pl 30<br />

Westhof<br />

Drie H aa sje s<br />

Stationsbuurt<br />

Reigersbergsche Polder<br />

Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe<br />

Speelmansgat<br />

Emm a<br />

Pl 150<br />

Va n Alste in dijk<br />

Spa uw er<br />

Pl<br />

Graauwse Plaat<br />

we g<br />

Parallelw eg<br />

Pl 140<br />

-2.0<br />

-2.0<br />

-2.0<br />

-5<br />

-10<br />

Schelp kre ek<br />

Heuvel<br />

Bezoekersc<strong>en</strong>trum<br />

N289<br />

-2.0<br />

-15<br />

-20<br />

Pl 130<br />

Emmadorp<br />

-15<br />

4<br />

-10<br />

-5<br />

-20<br />

Pl 10<br />

127<br />

Meetpaal<br />

Marlemontsche Plaat<br />

(Natuurreservaat)<br />

Pl 120<br />

31<br />

Eerste Weg<br />

Hof Maire<br />

Kap ucijn ew eg<br />

Zim me rm an we g<br />

Westketel<br />

Westh ofw eg<br />

Tweede<br />

Nieuw Maire<br />

Ho ofd we g<br />

Pl 10<br />

Verdronk<strong>en</strong><br />

Marlemont-<br />

sche<br />

Plaat<br />

Verdronk<strong>en</strong> land van<br />

Schaapskooi<br />

Kon in gin<br />

IJskelder<br />

Saeftinghe<br />

Emm ap olde rd ijk<br />

Tweede<br />

Koningin Emma polder<br />

70000<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

meter<br />

Ro tteg eu l<br />

Le e<br />

laa<br />

r<br />

p<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

Rijksdam<br />

70000<br />

4<br />

Twe ed e<br />

126<br />

Reigersbergsche<br />

NAUW<br />

-15<br />

-10<br />

Hon de<br />

gat<br />

-5<br />

-2.0<br />

Platte Plaat<br />

Emm aw eg<br />

Va lck<strong>en</strong>isse Weg<br />

S c h a<br />

Eerste Platte Plaat<br />

Pl 110<br />

380000<br />

375000<br />

Parallelw eg


27<br />

A58<br />

E312<br />

126<br />

Pl 70<br />

30<br />

N289<br />

Veldzicht<br />

Oude<br />

Du mo ulin w eg<br />

Midd<strong>en</strong>ketel<br />

Lindezorg<br />

Rilland<br />

Reigersberg<br />

Radartor<strong>en</strong><br />

26<br />

125<br />

Meehoeve<br />

Putkil we g<br />

Pl 60<br />

(Natuurreservaat)<br />

Rijkswe g<br />

rsbergsche Polder<br />

Va lck<strong>en</strong>isse Weg<br />

380000<br />

375000<br />

Plaat<br />

Twe ed e Weg<br />

Bathpolder<br />

h a a r v a n d e N o o r d<br />

Pl 110<br />

Parallelw eg<br />

-2.0<br />

Klein Ho nde gat<br />

-5<br />

VAN<br />

-10<br />

31<br />

-15 -20<br />

Saeftinghe<br />

de Pro spe rp older<br />

Opdrachtgever:<br />

Noordketel<br />

Midd<strong>en</strong>hof<br />

29<br />

Pl 0<br />

De Poort<br />

Oostketel<br />

Geme<strong>en</strong>te Hulst<br />

Bath po ld erwe g<br />

't Hof Slicher van Bath<br />

25<br />

124<br />

Zu id ho f<br />

Pl 10<br />

28<br />

Bath<br />

Kru k<br />

Scha nsw eg<br />

we g<br />

Oosthof<br />

Zuidhof<br />

Geme<strong>en</strong>te Reimerswaal<br />

Pl 50<br />

land van Saeftinghe<br />

Hondegat<br />

Pl 100<br />

-5<br />

Sieperda<br />

Majaco<br />

Petrushoeve<br />

BATH<br />

Pl 90<br />

Petrus st ra at<br />

-5<br />

Oude We rkd am<br />

Leidin g<strong>en</strong> dijk<br />

schor<br />

Ligne straat<br />

Bath se Weg<br />

-10<br />

Lionskooi<br />

(Scha apskooi)<br />

Da m n aa r<br />

-15<br />

Eerste<br />

de N o ord<br />

Pl 80<br />

Bathpolder<br />

(Gem huis te Kru ining<strong>en</strong>)<br />

Ter Schelde<br />

Pl 40<br />

PAS VAN RILLAND<br />

-2.0<br />

Meetpaal<br />

-15<br />

Erikstraa t<br />

-20<br />

-5<br />

-10<br />

Bath se D ijk<br />

Sl<br />

Zuid Saeftinghe<br />

Het Zomerverblijf<br />

Gp 269 b<br />

Carolushoeve<br />

-15<br />

-10<br />

He dw ig estraa t<br />

Gp<br />

Prosper polder<br />

Ministerie van LNV, Programmadirectie Natura 2000<br />

Kaartproductie: Directie K<strong>en</strong>nis & Innovatie<br />

Datum kaart: 26-okt-2009<br />

Mariastraa t<br />

Hertogin-<br />

Hedwige polder<br />

Gp<br />

Eng elbert<br />

st ra at<br />

Gp<br />

-20<br />

Paviljo<strong>en</strong><br />

1<br />

Weste lijke Spu ika na alwe g<br />

Bathse Spuisluis<br />

Zuidervoorhav<strong>en</strong><br />

Appelzak<br />

1039<br />

23<br />

121<br />

Het Rak<br />

24<br />

123<br />

27<br />

Trafostation<br />

122<br />

Völckerdorp<br />

Sl Dameshof<br />

Sl<br />

Sl<br />

Crossbaan<br />

-2.0<br />

-5<br />

Pl 70<br />

-5<br />

Lydiastraa t<br />

Natura 2000-gebied #122 kaartblad11<br />

Westerschelde & Saeftinghe<br />

-20<br />

-15<br />

-10<br />

Sl n<br />

Nieu we Kre ekrakw eg<br />

-5<br />

He dw igdijk<br />

Josephushoef<br />

Pl 30<br />

-5<br />

Radartor<strong>en</strong><br />

Antoniushoeve<br />

Sl<br />

Bathse Spuikanaal<br />

-5<br />

Gp 269 a<br />

-2.0<br />

Pl 20<br />

1040<br />

He rto g Pro spe rstraa t<br />

Leg<strong>en</strong>da<br />

VR + HR<br />

-5<br />

-2.0<br />

1041<br />

26<br />

1042<br />

Schietbaan<br />

Gre nsw eg<br />

Kre ekrakw eg<br />

Kreekrakpolder<br />

1043<br />

Sl<br />

SCHELDE- RIJ N V ER BI N DI NG<br />

Bath se W eg<br />

Pl 10<br />

Sl<br />

Sl<br />

Polderhuis<br />

1044<br />

Vie rling we g<br />

22<br />

Zuiveringsinst<br />

25<br />

Völcker-<br />

polder<br />

120<br />

Sl<br />

Sophiahoeve<br />

Plathoeve<br />

Anna -Maria<br />

polder<br />

Golfterrein Fo rt we g<br />

Pl 0<br />

Ballastplaat<br />

Stroom lei dam<br />

-2.0<br />

-2.0<br />

Ooste lijke S cheld e R ijn we g<br />

Schaar van Oud<strong>en</strong> Doel<br />

-20<br />

't Schuurke<br />

VR + HR + NB<br />

VR eraf<br />

VR erbij<br />

Topografische ondergro nd: De auteursrecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> d atabankrecht<strong>en</strong> zijn vo orbehoud<strong>en</strong> aan d e Topografische Di<strong>en</strong>st Kadaster, Emm<strong>en</strong>, 2009<br />

75000<br />

-2.0<br />

SCHELDE<br />

Pl 10<br />

Gp 269<br />

Trafostation<br />

Jachthav<strong>en</strong><br />

Bevrijdinghoeve<br />

Oud<strong>en</strong> Doel<br />

75000<br />

-10<br />

-5<br />

-10<br />

Sl<br />

Oostlan ge we g<br />

-15<br />

Paa rd <strong>en</strong>sch or<br />

Ander Natura 2000-gebied (indicatief)<br />

VR = Vogelrichtlijngebied<br />

HR = Habitatrichtlijngebied<br />

NB = NBwet-gebied<br />

-15<br />

-5<br />

(Kreekrak)<br />

-2.0<br />

Zuiveringsinst<br />

Hogerwaard- polder<br />

1045<br />

Völckerw eg<br />

Ho gerw aa rd we g<br />

Sop hiaw eg<br />

't Scheld<br />

Chemische<br />

Fabriek<br />

21<br />

Dames-<br />

Sint<br />

polder<br />

Ann a M ariaw eg<br />

Martijnsw eg<br />

Gp 268 a<br />

1046<br />

24<br />

Da me sw e g<br />

Agger<br />

Sl<br />

Va n d er D uijnspo ld erw eg<br />

Gp 268<br />

Sl<br />

245<br />

Sl<br />

23<br />

Martinushoeve<br />

Sluishuis Sl<br />

246<br />

1047<br />

Knooppunt<br />

Markiezaat<br />

Agg er<br />

Jachthuis<br />

Boo mp je s<br />

247<br />

polder<br />

Van d<strong>en</strong> Eijnd<strong>en</strong><br />

polder<br />

Polde rsw eg<br />

dijk<br />

Oud-<br />

Hinkel<strong>en</strong>oordpolder<br />

Kil<br />

19<br />

248<br />

Kab elja uw be ek<br />

't Spanjooltje<br />

Geme<strong>en</strong>te Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />

(Gem huis te Hoo gerheide)<br />

Van der<br />

Duijns<br />

polder<br />

Leidin gst ra at<br />

244<br />

119<br />

Martinu sho eve<br />

20<br />

Oud Hinke le-<br />

No orddijk<br />

Polder Nieuw Hinkel<strong>en</strong>oord <strong>en</strong> Hoogerwerf<br />

we g<br />

4<br />

Vijdt<br />

polder<br />

Schaal 1 : 50.000 (A4)<br />

0 250 500 1000 1500 2000<br />

uitw ate r ing<br />

243<br />

A4<br />

Nieu we Dijk<br />

A4<br />

A58<br />

E312<br />

4<br />

Agg er Kap it ale Uit w atering<br />

De Driepolder<br />

Nieuwe<br />

meter<br />

Sl<br />

Gp 267<br />

1048<br />

249<br />

Lan ge Weg<br />

244<br />

Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />

Zo me rb aa n<br />

Zuid polder<br />

van Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />

Sche nkeldijk<br />

Ca lf ve nse Weg<br />

Zuidpolder<br />

Zuidpolder<br />

1049<br />

polder<br />

Bra aksew e g<br />

250<br />

Noordlan<strong>db</strong>rug<br />

't Marktje<br />

Cal f v<strong>en</strong> sche<br />

Noord polder<br />

Na ar he t Le <strong>en</strong><br />

Rijz<strong>en</strong>d e<br />

He re we g<br />

Oude D ijk<br />

Sch<br />

onder<br />

Sl<br />

Weg<br />

ip pers<br />

Oss<strong>en</strong>drecht<br />

Gp 266<br />

K re ek<br />

kil<br />

18<br />

Zandvliet<br />

1 2 3 4<br />

5 6 7 8 9 11<br />

deze kaart<br />

80000<br />

Stee nstraa t<br />

De Braak<br />

Heiakkers<br />

Wo<strong>en</strong>sdrecht<br />

Calfv<strong>en</strong><br />

Noord<br />

polder<br />

Sterbos<br />

Aanwas<br />

53<br />

80000<br />

Lan ge Weg<br />

De Bunt<br />

De Geest<br />

Sl<br />

Berghoeve<br />

Peeberg<br />

Sl<br />

N289<br />

19<br />

De Koepel<br />

Calv<strong>en</strong><br />

Tra mb aa n<br />

Van Lindonkhoeve<br />

Arm <strong>en</strong> dijk<br />

Pott<strong>en</strong>berge<br />

Oss<strong>en</strong><br />

Zuidpolder<br />

Nieu we We g<br />

Kabeljauwbeek<br />

Nieuw-Noordlandpolder<br />

11<br />

Pap <strong>en</strong>b ee k<br />

Zandvliet<br />

Duinhoeve<br />

18<br />

Pu tt erkreek<br />

onder Oss<strong>en</strong>drec<br />

13<br />

Gp<br />

380000<br />

375000


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 49<br />

Nadere onderbouwing van wijziging<strong>en</strong> in Natura 2000-waard<strong>en</strong> waarvoor het<br />

gebied is aangewez<strong>en</strong>, van de selectie als Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> toewijzing<br />

van <strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> in instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

B.1. Wijziging<strong>en</strong> in habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanmelding als<br />

Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2)<br />

B.2. Wijziging<strong>en</strong> in vogelsoort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanwijzing als Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong>/of<br />

het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.3)<br />

B.3. Toepassing selectiecriteria Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (paragraaf 4.3)<br />

B.4. Toewijzing instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (hoofdstuk 5)<br />

B.1. Wijziging<strong>en</strong> in habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanmelding als<br />

Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.1 <strong>en</strong> 4.2.2)<br />

• In aanvulling op de aanmelding als Habitatrichtlijngebied (2003), maar conform het<br />

ontwerpbesluit (2007) is het gebied ook aangewez<strong>en</strong> voor het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />

overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110). Het subtype Noordzee-kustzone komt voor in het<br />

gebied.<br />

B.2. Wijziging<strong>en</strong> in vogelsoort<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van aanwijzing als<br />

Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong>/of het ontwerpbesluit (paragraaf 4.2.3)<br />

De vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe in 1995 is aangewez<strong>en</strong>,<br />

betreff<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsomming van vogelsoort<strong>en</strong> waaraan het gebied zijn natuurwet<strong>en</strong>schappelijke<br />

betek<strong>en</strong>is ontle<strong>en</strong>t. Niet eerder dan bij de aanwijzing van 49 Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000 is<br />

vastgesteld voor welke soort<strong>en</strong> op grond van artikel 4 van de Vogelrichtlijn e<strong>en</strong> verplichting<br />

bestaat voor het treff<strong>en</strong> van speciale beschermingsmaatregel<strong>en</strong> in de vorm van de aanwijzing<br />

van gebied<strong>en</strong> (in de Richtlijn aangeduid als “speciale beschermingszones”) 17 . Dit betreft in de<br />

eerste plaats 46 soort<strong>en</strong> die zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in bijlage I van de Vogelrichtlijn 18 . Daarnaast zijn<br />

gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> voor 51 (andere) trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> zoals bedoeld in artikel 4.2 van<br />

de Vogelrichtlijn.<br />

De vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied Westerschelde in 2000 is aangewez<strong>en</strong>, zijn indertijd<br />

ontle<strong>en</strong>d aan SOVON (2000) 19 . De numerieke criteria die daarin zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn ontle<strong>en</strong>d<br />

aan de Nota van Antwoord Vogelrichtlijn (2000) 20 . E<strong>en</strong> gebied wordt slechts aangewez<strong>en</strong> voor<br />

de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van landelijke betek<strong>en</strong>is is. Hiervan is in beginsel sprake indi<strong>en</strong><br />

het gebied minst<strong>en</strong>s 1% van de landelijke broedpopulatie herbergt, indi<strong>en</strong> 0,1% van de<br />

biogeografische populatie geregeld in het gebied verblijft of indi<strong>en</strong> het gebied in combinatie met<br />

andere gebied<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de bijdrage kan lever<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />

Voor ev<strong>en</strong>tuele toevoeging of verwijdering van vogelsoort<strong>en</strong> is gebruik gemaakt van SOVON &<br />

CBS (2005) 21 waarin de ontwikkeling van vogelaantall<strong>en</strong> in de laatste dec<strong>en</strong>nia is beschrev<strong>en</strong>.<br />

Dit rapport heeft t<strong>en</strong> grondslag geleg<strong>en</strong> aan de formulering van de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de Vogelrichtlijnsoort<strong>en</strong>. In bijlage 1 van dit rapport zijn de<br />

17<br />

Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, bijlage 1. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong><br />

Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />

18<br />

De Nota van Antwoord (2000) vermeldt 44 soort<strong>en</strong> van bijlage I waarvoor gebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>.<br />

Voor één soort zijn ge<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> omdat er ge<strong>en</strong> vaste verblijfplaats<strong>en</strong> zijn (lachstern). Sindsdi<strong>en</strong> zijn<br />

verder drie soort<strong>en</strong> aan bijlage I toegevoegd. Voor twee van deze soort<strong>en</strong> (strandplevier <strong>en</strong> dwergmeeuw) war<strong>en</strong> reeds<br />

gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>. Voor de dwerggans word<strong>en</strong> naar aanleiding van e<strong>en</strong> rechterlijke uitspraak gebied<strong>en</strong><br />

aangewez<strong>en</strong>. Per saldo zijn <strong>en</strong> word<strong>en</strong> er dus voor 46 soort<strong>en</strong> van bijlage I gebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong>.<br />

19<br />

SOVON (2000): Belangrijke vogelgebied<strong>en</strong> in Nederland 1993-97. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-<br />

Ubberg<strong>en</strong>.<br />

20<br />

Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, bijlage 1, selectiecriteria <strong>en</strong> methode van begr<strong>en</strong>zing.<br />

Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />

21<br />

SOVON & CBS (2005): Tr<strong>en</strong>ds van vogelaantall<strong>en</strong> in het Nederlandse Natura 2000 netwerk. SOVONinformatierapport<br />

2005/09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 50<br />

verschill<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de soort<strong>en</strong>lijst<strong>en</strong> per gebied die in beide aangehaalde rapport<strong>en</strong><br />

zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Om ecologische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> hieronder zijn vermeld, is soms van<br />

deze algem<strong>en</strong>e criteria afgewek<strong>en</strong>. Deze werkwijze heeft voor de lijst van vogelsoort<strong>en</strong><br />

waarvoor dit gebied is aangewez<strong>en</strong>, de volg<strong>en</strong>de consequ<strong>en</strong>ties:<br />

• Van de oorspronkelijke aanwijzing<strong>en</strong> zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> gehandhaafd: fuut<br />

(A005), kleine zilverreiger (A026), lepelaar (A034), kolgans (A041), grauwe gans (A043),<br />

berge<strong>en</strong>d (A048), smi<strong>en</strong>t (A050), krake<strong>en</strong>d (A051), wintertaling (A052), wilde e<strong>en</strong>d (A053),<br />

pijlstaart (A054), slobe<strong>en</strong>d (A056), middelste zaagbek (A069), bruine kiek<strong>en</strong>dief (A081),<br />

slechtvalk (A103), scholekster (A130), kluut (A132), bontbekplevier (A137), strandplevier<br />

(A138), goudplevier (A140), zilverplevier (A141), kievit (A142), kanoet (A143),<br />

driete<strong>en</strong>strandloper (A144), bonte strandloper (A149), rosse grutto (A157), wulp (A160),<br />

zwarte ruiter (A161), tureluur (A162), gro<strong>en</strong>pootruiter (A164), ste<strong>en</strong>loper (A169),<br />

zwartkopmeeuw (A176), grote stern (A191), visdief (A193), dwergstern (A195) <strong>en</strong><br />

blauwborst (A272).<br />

• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing<strong>en</strong>, maar conform het ontwerpbesluit (2007)<br />

is het gebied ook aangewez<strong>en</strong> voor één vogelsoort van bijlage I: zeear<strong>en</strong>d (A075) als nietbroedvogel.<br />

Op grond van toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis over aantall<strong>en</strong>, verspreiding <strong>en</strong><br />

populatieomvang zijn voor deze soort instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> geformuleerd voor de<br />

vijf gebied<strong>en</strong> met de grootste bijdrage <strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> die eerder war<strong>en</strong> geselecteerd. Dit<br />

gebied blijkt bij toepassing van dit criterium tot de belangrijkste vijf gebied<strong>en</strong> te behor<strong>en</strong>.<br />

• In vergelijking tot de oorspronkelijke aanwijzing (1995), maar conform het ontwerpbesluit<br />

(2007), is de rietgans (thans aangeduid als to<strong>en</strong>drarietgans), e<strong>en</strong> trekvogelsoort zoals<br />

bedoeld in artikel 4.2, niet meer opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat het voorkom<strong>en</strong> niet voldoet aan het<br />

getalsmatige criterium (minst<strong>en</strong>s 0,1% van de biogeografische populatie).<br />

• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> niet meer<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, omdat deze soort<strong>en</strong> niet behor<strong>en</strong> tot de soort<strong>en</strong> waarvoor<br />

Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn<br />

(zie bov<strong>en</strong>): bosruiter, zilvermeeuw <strong>en</strong> smellek<strong>en</strong>.<br />

• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe<br />

(1995) zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> die war<strong>en</strong> vermeld als broedvogel, niet meer<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat deze soort<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als niet-broedvogel kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong><br />

conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn (zie bov<strong>en</strong>): grauwe gans <strong>en</strong> tureluur.<br />

• In afwijking van de oorspronkelijke aanwijzing van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe<br />

(1995) zijn de volg<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> die war<strong>en</strong> vermeld als niet-broedvogel (functie van<br />

het gebied als slaapplaats), niet meer opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat deze soort<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als broedvogel<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> conform de in 2000 geformuleerde beleidslijn (zie bov<strong>en</strong>):<br />

blauwe kiek<strong>en</strong>dief <strong>en</strong> bruine kiek<strong>en</strong>dief.<br />

B.3. Toepassing selectiecriteria Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (paragraaf 4.3)<br />

In dit onderdeel wordt voor elk habitattype <strong>en</strong> elke soort waarvoor het onderhavige gebied aan<br />

de selectiecriteria voldoet (zie paragraaf 4.3), e<strong>en</strong> overzicht gegev<strong>en</strong> van alle daarvoor<br />

kwalificer<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>. Dit gebeurt zoveel mogelijk in de vorm van e<strong>en</strong> tabel met de gebied<strong>en</strong><br />

die aan de selectiecriteria voldo<strong>en</strong>, onder vermelding van de relatieve bijdrage. In het geval<br />

van habitattyp<strong>en</strong> betreft dit het actuele aandeel van de landelijke oppervlakte dat in het gebied<br />

aanwezig is. Indi<strong>en</strong> kwaliteit e<strong>en</strong> rol heeft gespeeld in de bepaling van de gebied<strong>en</strong>selectie voor<br />

habitattyp<strong>en</strong> is dit tekstueel toegelicht. In het geval van soort<strong>en</strong> betreft de relatieve bijdrage<br />

het aandeel van de landelijke populatie dat (geregeld) in het gebied aanwezig is. Afhankelijk<br />

van de soort wordt dit afgemet<strong>en</strong> aan getelde aantall<strong>en</strong>, aantal bezette plekk<strong>en</strong> of<br />

kilometerhokk<strong>en</strong>.<br />

Er is gebruik gemaakt van de volg<strong>en</strong>de klasse-indeling:<br />

A1 = 15-30%, A2 = 30-50%, A3 = 50-75% <strong>en</strong> A4 = >75%<br />

B1 = 2-6% <strong>en</strong> B2 = 6-15%<br />

C =


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 51<br />

In de kolom “Bronvermelding” zijn de terreinbeher<strong>en</strong>de organisaties, andere instanties <strong>en</strong><br />

bronn<strong>en</strong> vermeld, waaraan de oppervlaktecijfers <strong>en</strong> aantall<strong>en</strong> zijn ontle<strong>en</strong>d, met vermelding<br />

van de jar<strong>en</strong> waarin deze zijn verzameld of gepubliceerd. Verklaring gebruikte afkorting<strong>en</strong>:<br />

RWS = Rijkswaterstaat (kwelderkartering), SBB = Staatsbosbeheer (* = aangevuld met andere<br />

bronn<strong>en</strong>).<br />

Het gebied is één van de belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong>:<br />

H1110B - Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzeekustzone<br />

Landelijke oppervlakte ca. 270.000 ha<br />

N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />

113 Voordelta A1 (15-30%) Aanwijzingsbesluit 2008<br />

007 Noordzeekustzone B2 (6-15%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe B2 (6-15%) Topografische kaart<br />

Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied (2003) zijn de drie volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> voor dit<br />

habitattype geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Voordelta (113) <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007). In<br />

het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype inmiddels in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />

(respectievelijk getijd<strong>en</strong>gebied <strong>en</strong> Noordzeekustzone) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische<br />

variatie <strong>en</strong> gelet op het aanzi<strong>en</strong>lijk verschil in ecologische vereiste. Het subtype getijd<strong>en</strong>gebied<br />

is toegek<strong>en</strong>d aan de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Voordelta.<br />

De Voordelta is het belangrijkste gebied voor dit subtype in Nederland. Op de tweede plaats<br />

komt Noordzeekustzone <strong>en</strong> op de derde plaats het niet-estuari<strong>en</strong>e deel van Westerschelde &<br />

Saeftinghe (122) t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s. Het aandeel van de<br />

Noordzeekustzone zal word<strong>en</strong> vergroot door de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreiding in het kader van de<br />

aanwijzing van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>.<br />

H1130 - Estuaria<br />

Landelijke oppervlakte ca. 44.300 ha<br />

N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe A3 (50-75%) Topografische kaart<br />

001 Eems-Dollard 22 A2 (30-50%) Topografische kaart<br />

Voor de aanmelding van de Habitatrichtlijn (2003) zijn de twee volg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> voor het<br />

habitattype geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) 23 . Eems-<br />

Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied<br />

is aangewez<strong>en</strong>. Dit betreff<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ige gebied<strong>en</strong> waar het habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong><br />

Nederland.<br />

H1310A – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal<br />

Landelijke oppervlakte ca. 2.200 ha<br />

N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe A1 (15-30%) RWS 2004<br />

118 Oosterschelde B1 (2-6%) RWS 2001*<br />

Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn voor dit habitattype de volg<strong>en</strong>de vijf<br />

gebied<strong>en</strong> geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel (002) 24 , Duin<strong>en</strong> Goeree &<br />

Kwade Hoek (101) 25 , Greveling<strong>en</strong> (115) <strong>en</strong> Zwin <strong>en</strong> Kievittepolder (123) 26 .<br />

22<br />

Eems-Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />

23<br />

Destijds bek<strong>en</strong>d als Westerschelde.<br />

24<br />

Destijds bek<strong>en</strong>d als Duin<strong>en</strong> Texel, Waal <strong>en</strong> Burg, Dijkmanshuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Bol.<br />

25 Destijds bek<strong>en</strong>d als Duin<strong>en</strong> Goeree.<br />

26 Destijds bek<strong>en</strong>d als Zwin.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 52<br />

In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />

(respectievelijk zeekraal <strong>en</strong> zeevetmuur) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische variatie <strong>en</strong> gelet<br />

op het aanzi<strong>en</strong>lijke verschil in ecologische vereist<strong>en</strong>. De “belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor dit<br />

subtype zijn: Wadd<strong>en</strong>zee, Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122). Van deze<br />

gebied<strong>en</strong> herbergt Wadd<strong>en</strong>zee de grootste oppervlakte (ongeveer 50% landelijke oppervlakte),<br />

gevolgd door Westerschelde (ongeveer 20%) <strong>en</strong> Oosterschelde (ongeveer 5%). Het vierde <strong>en</strong><br />

vijfde gebied zijn Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007); zij bevatt<strong>en</strong> net iets<br />

meer dan 2% van de landelijke oppervlakte van het subtype. In de overige gebied<strong>en</strong> zijn<br />

slechts relatief kleine oppervlakt<strong>en</strong> aanwezig.<br />

H1330A – Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks<br />

Landelijke oppervlakte ca. 9.900 ha<br />

N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage Bronvermelding<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe A1 (15-30%) RWS 2004<br />

118 Oosterschelde B1 (2-6%) RWS 2001<br />

Voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> (2003) zijn voor dit habitattype de volg<strong>en</strong>de<br />

vijf gebied<strong>en</strong> geselecteerd: Wadd<strong>en</strong>zee (001), Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage land Texel (002) 24 , Duin<strong>en</strong><br />

Goeree & Kwade Hoek (101) 25 , Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) 23 .<br />

In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is dit habitattype in twee subtyp<strong>en</strong> verdeeld<br />

(respectievelijk buit<strong>en</strong>dijks <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>dijks) om recht te do<strong>en</strong> aan de ecologische variatie <strong>en</strong><br />

gelet op het aanzi<strong>en</strong>lijke verschil in ecologische vereist<strong>en</strong>. De drie “belangrijkste gebied<strong>en</strong>” voor<br />

dit subtype zijn: Wadd<strong>en</strong>zee, Westerschelde & Saeftinghe <strong>en</strong> Oosterschelde, waarbij de<br />

Wadd<strong>en</strong>zee aan top staat met meer dan de helft van het landelijk areaal. Op de tweede plaats<br />

staat Westerschelde & Saeftinghe met het uitgestrekte schorr<strong>en</strong>gebied van het Verdronk<strong>en</strong><br />

Land van Saeftinghe. Oosterschelde komt op de derde plaats gevolgd door Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage<br />

Land Texel op de vierde plaats.<br />

Het gebied is één van de belangrijkste gebied<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de habitatsoort:<br />

H1365 – Gewone zeehond<br />

Landelijke populatie 4.200-5.500 individu<strong>en</strong><br />

N2k-nr Natura 2000-gebied Relatieve bijdrage<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee A3 (50-75%)<br />

Bronvermelding<br />

Aanwijzingsbesluit 2009<br />

007 Noordzeekustzone B1 (2-6%) Aanwijzingsbesluit 2009<br />

113 Voordelta C (


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 53<br />

In dit onderdeel wordt voor iedere Natura 2000-waarde waarvoor het onderhavige gebied is<br />

aangewez<strong>en</strong>, inzichtelijk gemaakt hoe de landelijke doelstelling is uitgewerkt in de Natura<br />

2000-gebied<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kader voor de formulering van<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> op gebiedsniveau. De gebiedsdoel<strong>en</strong> bij elkaar “opgeteld”,<br />

ev<strong>en</strong>tueel tezam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> opgave buit<strong>en</strong> het Natura 2000 netwerk, hebb<strong>en</strong> als som het<br />

landelijke doel. Onder iedere tabel wordt de landelijke staat van instandhouding van<br />

betreff<strong>en</strong>de habitattype of (vogel)soort vermeld. Indi<strong>en</strong> de landelijke doelstelling van de<br />

betreff<strong>en</strong>de waarde afwijkt van wat kan word<strong>en</strong> verwacht uit de landelijke staat van<br />

instandhouding, is dit hier gemotiveerd. Gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> die afwijk<strong>en</strong> van de landelijke<br />

doelstelling, word<strong>en</strong> ook zoveel mogelijk gemotiveerd. In gevall<strong>en</strong> waarin motivering ontbreekt,<br />

is aanpassing nog in overweging (met name naar aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>) in het kader van<br />

het besluit voor het betreff<strong>en</strong>de gebied. Doelstelling<strong>en</strong> die volg<strong>en</strong>s de tabell<strong>en</strong> zijn aangepast<br />

t<strong>en</strong> opzichte van het ontwerpbesluit (zie kolom “Besluit”) staan ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s onder de betreff<strong>en</strong>de<br />

tabell<strong>en</strong> gemotiveerd. De instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> (vogel)soort<strong>en</strong> die<br />

zijn toegevoegd naar aanleiding van zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>, zijn in principe op behoud gesteld, omdat de<br />

landelijke doelstelling al haalbaar werd geacht zonder deze toevoeging<strong>en</strong>. De<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> die om deze red<strong>en</strong> op behoud zijn gesteld <strong>en</strong> daarmee afwijk<strong>en</strong><br />

van de landelijke doelstelling voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort, zijn in<br />

de tabell<strong>en</strong> gemarkeerd met e<strong>en</strong> x .<br />

De niet-broedvogelsoort<strong>en</strong> waarvoor zowel landelijk als in alle gebied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> behoudopgave is<br />

gesteld zijn sam<strong>en</strong>gevat in één tabel. Regels in cursief betreff<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> (zie<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, paragraaf 3.3). Bij broedvogels <strong>en</strong> niet-broedvogels wordt in de<br />

kolom “Populatie” tev<strong>en</strong>s aangegev<strong>en</strong> of er sprake is van herstel dan wel uitbreiding (↑). In e<strong>en</strong><br />

aparte kolom is van elk gebied de relatieve bijdrage vermeld. Voor e<strong>en</strong> nadere toelichting <strong>en</strong> de<br />

klasse-indeling wordt verwez<strong>en</strong> naar de inleiding van onderdeel 3 van deze bijlage.<br />

B.4.1. Habitatrichtlijn: habitattyp<strong>en</strong><br />

N2knr<br />

H1110B – Perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzee-kustzone<br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B2 conform ontwerp<br />

Vrijwel het gehele landelijke areaal van dit subtype ligt in Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. De landelijke<br />

staat van instandhouding van dit habitattype is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />

beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />

hierop aan.<br />

De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> wijk<strong>en</strong> in alle gebied<strong>en</strong> van de landelijke doelstelling af op het aspect<br />

kwaliteit. In de Noordzeekustzone (007) zal dit nader word<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong> bij de uitbreiding van het<br />

gebied in het kader van de aanwijzing van de mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>. In de Voordelta (113) is de<br />

doelstelling gericht op het voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang, hetzelfde geldt voor de<br />

Westerschelde & Saeftinghe (122).<br />

N2knr<br />

H1130 – Estuaria<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Eems-Dollard 27 behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding verbetering A3 conform ontwerp<br />

27 Eems-Dollard betreft het gedeelte van de Wadd<strong>en</strong>zee dat nog niet definitief als Habitatrichtlijngebied is aangewez<strong>en</strong>.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 54<br />

Vrijwel het gehele landelijke areaal van het habitattype estuaria ligt binn<strong>en</strong> het Natura 2000netwerk.<br />

De staat van instandhouding van het habitattype is beoordeeld als “zeer ongunstig”.<br />

De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Het relatieve belang van Nederland is groot <strong>en</strong> wordt<br />

verteg<strong>en</strong>woordigd door Eems-Dollard (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122). De<br />

doelstelling<strong>en</strong> van Westerschelde & Saeftinghe sluit<strong>en</strong> aan op de landelijke doelstelling. Voor<br />

Eems-Dollard ligt het acc<strong>en</strong>t op behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit. Het realiser<strong>en</strong> van<br />

kleinschalige zoet-zout gradiënt<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee, is mede t<strong>en</strong> behoeve van verbetering van<br />

de kwaliteit van de habitattyp<strong>en</strong> slik- <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong>, getijd<strong>en</strong>gebied (H1140A) <strong>en</strong> perman<strong>en</strong>t<br />

overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, getijd<strong>en</strong>gebied (H1110A). Voor de Westerschelde houdt<br />

kwaliteitsverbetering in: herstel van de afwisseling aan diverse deelecosystem<strong>en</strong><br />

(laagdynamische <strong>en</strong> hoogdynamische, diepe <strong>en</strong> ondiepe, zoete <strong>en</strong> zoute del<strong>en</strong> <strong>en</strong> geleidelijke<br />

overgang<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> al deze deelsystem<strong>en</strong>) met de bijbehor<strong>en</strong>de hoge biodiversiteit. De<br />

kwaliteitsverbetering komt ook t<strong>en</strong> goede aan de instandhoudingsdoelstelling voor de<br />

bel<strong>en</strong>d<strong>en</strong>de schorr<strong>en</strong> (H1330). Voor dit gebied is behoud van het meergeul<strong>en</strong>stelsel <strong>en</strong><br />

uitbreiding van de oppervlakte met laagdynamische del<strong>en</strong> (droogvall<strong>en</strong>de plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiepe<br />

water<strong>en</strong>) noodzakelijk.<br />

N2knr<br />

H1310A – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A3 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde uitbreiding behoud B1 conform ontwerp<br />

121 Yerseke <strong>en</strong> Kapelse Moer behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding behoud A1 conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />

dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />

habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (subtype A) is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong><br />

kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” <strong>en</strong> “gunstig” 28 . De landelijke<br />

doelstelling sluit hierop aan. De matig ongunstige staat van instandhouding op het aspect<br />

oppervlakte is met name gericht op de sterke achteruitgang in de Oosterschelde (118) <strong>en</strong><br />

Westerschelde & Saeftinghe (122) door erosie van de schorr<strong>en</strong>. Uitbreiding oppervlakte wordt<br />

daarom alle<strong>en</strong> in deze twee gebied<strong>en</strong> beoogd. Voor de overige gebied<strong>en</strong> is behoud oppervlakte<br />

voldo<strong>en</strong>de.<br />

N2knr<br />

H1310B – Zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur<br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

28 In het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) zijn deze twee beoordeling<strong>en</strong> abusievelijk verwisseld.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 55<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A3 ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />

Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />

dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor<br />

het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeevetmuur (subtype B) is beoordeeld als “gunstig”.<br />

De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de<br />

landelijke doelstelling.<br />

N2knr<br />

H1320 – Slijkgrasveld<strong>en</strong><br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit a<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A2 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud A2 doel aangepast b<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B2 conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

(a) In e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong> mag het areaal afnem<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gunste van het habitattype zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong>,<br />

zeekraal (H1310A) 29 .<br />

(b) Voor de Oosterschelde was ge<strong>en</strong> doel geformuleerd voor de kwaliteit van het habitattype. Dit is aangepast; er is<br />

behoud van de kwaliteit t<strong>en</strong> doel gesteld. Het is van belang dat de huidige kwaliteit wordt behoud<strong>en</strong> voor de<br />

instandhouding van het habitattype.<br />

Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />

dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />

habitattype slijkgrasveld<strong>en</strong> is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />

respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling met betrekking tot de<br />

oppervlakte sluit hierop aan. De zeer ongunstige kwaliteit van het habitattype in Nederland<br />

wordt veroorzaakt door het geheel of vrijwel geheel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn van de belangrijkste<br />

typische soort klein slijkgras. Daarvan kom<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> goed ontwikkelde vorm<strong>en</strong> meer voor. Het<br />

habitattype komt wel veel voor in e<strong>en</strong> vorm met <strong>en</strong>gels slijkgras, waarvan de kwaliteit lager<br />

wordt beoordeeld, omdat deze soort die hier niet van nature voorkomt maar in de vorige eeuw<br />

is aangeplant. Deze matige vorm ontstaat vaak op plekk<strong>en</strong> waar kwelders eroder<strong>en</strong>. Daarom<br />

mag in e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong> het areaal afnem<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gunste van het habitattype zilte<br />

pionierbegroeiing<strong>en</strong>, zeekraal (H1310A). Herstel van de kwaliteit van de door klein slijkgras<br />

gedomineerde vorm<strong>en</strong> van het habitattype wordt op dit mom<strong>en</strong>t niet als haalbaar gezi<strong>en</strong>,<br />

doordat de vegetaties teg<strong>en</strong>woordig geheel uit <strong>en</strong>gels slijkgras bestaan. Het landelijk doel is<br />

daarom behoud van de kwaliteit. De gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke<br />

doelstelling.<br />

N2knr<br />

H1330A - Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks<br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering A3 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

29<br />

Nadere toelichting over de “t<strong>en</strong> gunste formulering” wordt gegev<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), p.<br />

35/37.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 56<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud B1 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe uitbreiding verbetering A1 conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

Vrijwel alle kweldergebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t<br />

dat het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor<br />

het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (subtype A) is op de aspect<strong>en</strong><br />

oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De<br />

landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122)<br />

herberg<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> meer dan 80% van de landelijke oppervlakte <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daarmee ook de<br />

grootste bijdrage lever<strong>en</strong> aan de herstelopgave. In de andere gebied<strong>en</strong> is het habitattype reeds<br />

in goede kwaliteit aanwezig (dus behoud is voldo<strong>en</strong>de) of is herstel waarschijnlijk niet mogelijk<br />

gegev<strong>en</strong> de getijd<strong>en</strong>demping t<strong>en</strong>gevolge van de aanleg van de stormvloedkering<br />

(Oosterschelde (118)). In het westelijke deel van de Westerschelde wijkt de oppervlakte<br />

kwelders sterk af van de natuurlijke situatie. Hier vindt nog steeds afbraak van schorr<strong>en</strong> plaats.<br />

Daarom wordt hier uitbreiding van de oppervlakte nagestreefd. Met deze gebiedsdoelstelling<strong>en</strong><br />

wordt de landelijke doelstelling voldo<strong>en</strong>de afgedekt.<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

H1330B – Schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks<br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

091 Polder Westzaan uitbreiding verbetering C ontwerpbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde uitbreiding behoud B2 conform ontwerp<br />

121 Yerseke & Kapelse Moer behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud B1 conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

124 Groote Gat ge<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> C ontwerpbesluit<br />

Van het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) is bijna driekwart van<br />

de landelijke oppervlakte opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000-netwerk. De landelijke staat van<br />

instandhouding van het subtype is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />

respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling wijkt af op het aspect<br />

kwaliteit, omdat de matig ongunstige staat van instandhouding van de kwaliteit het gevolg is<br />

van de ongunstige situatie in het Noord-Hollandse ve<strong>en</strong>weidegebied (onder andere Polder<br />

Westzaan, 091). Door vermindering van zoute kwel staan de betreff<strong>en</strong>de zilte vegetaties daar<br />

sterk onder druk. Daarom is alle<strong>en</strong> in Polder Westzaan (091) e<strong>en</strong> verbeterdoelstelling<br />

neergelegd. In de Oosterschelde ligt e<strong>en</strong> opgave voor uitbreiding van de oppervlakte, omdat de<br />

oppervlakte aan kwelders in dit gebied sterk afwijkt van de natuurlijke situatie.<br />

N2knr<br />

H2110 – Embryonale duin<strong>en</strong><br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 57<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud A2 aanwijzingsbesluit<br />

086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> uitbreiding behoud C conform ontwerp<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />

Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />

het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />

habitattype embryonale duin<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />

hierop aan. Met één uitzondering zijn de gebiedsdoel<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke<br />

doelstelling. Het gebiedsdoel voor Schoorlse Duin<strong>en</strong> (086) wijkt af van het landelijk doel op het<br />

aspect oppervlakte. Het habitattype is langs de Hollandse kust betrekkelijk zeldzaam <strong>en</strong> door<br />

rec<strong>en</strong>te inrichtingsmaatregel<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> situatie ontstaan met uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />

het habitattype in dit gebied. Met e<strong>en</strong> uitbreidingsdoelstelling wordt beoogd optimaal gebruik te<br />

mak<strong>en</strong> van de ecologische pot<strong>en</strong>ties van het gebied.<br />

N2knr<br />

H2120 – Witte duin<strong>en</strong><br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit a<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

085 Zwan<strong>en</strong>water & Pettemerduin<strong>en</strong> behoud verbetering C ontwerpbesluit<br />

086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> uitbreiding verbetering C conform ontwerp<br />

087 Noordhollands Duinreservaat uitbreiding verbetering B2 ontwerpbesluit<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud verbetering C conform ontwerp<br />

097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />

100 Voornes Duin behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud B1 doel toegevoegd x<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud verbetering C ontwerpbesluit<br />

(a) Verbetering kwaliteit wordt vooral nagestreefd in de duin<strong>en</strong> van de vastelandskust <strong>en</strong> het Deltagebied.<br />

Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />

het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />

habitattype witte duin<strong>en</strong> is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit beoordeeld als<br />

respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />

doelstelling van verbetering kwaliteit wordt nagestreefd door het optimaliser<strong>en</strong> van verstuiving.<br />

In de gebied<strong>en</strong> waar deze ontwikkeling conflicteert met de veiligheid van het achterligg<strong>en</strong>de<br />

land, is ge<strong>en</strong> verbeterdoelstelling neergelegd (zoals in Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101)). In<br />

het Wadd<strong>en</strong>gebied komt het habitattype reeds over e<strong>en</strong> groot oppervlakte <strong>en</strong> in goede kwaliteit


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 58<br />

voor. Ook voor deze gebied<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> behoudsopgave geformuleerd. In Westerschelde &<br />

Saeftinghe is er tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> behoudsopgave geformuleerd omdat daar weinig mogelijkhed<strong>en</strong><br />

zijn voor verbetering van de kwaliteit.<br />

Voor de gebied<strong>en</strong> langs de (Noord-)Hollandse kust (Schoorlse Duin<strong>en</strong> (086), Noordhollands<br />

Duinreservaat (087) <strong>en</strong> K<strong>en</strong>nemerland-Zuid (088)) is, in teg<strong>en</strong>stelling tot het landelijk doel,<br />

gekoz<strong>en</strong> voor de doelstelling uitbreiding oppervlakte. Vanwege de grote breedte van het<br />

duingebied is uitbreiding van witte duin<strong>en</strong> in deze gebied<strong>en</strong> goed mogelijk. Dit is vooral van<br />

belang voor de uitbreidingsopgave van het prioritaire habitattype grijze duin<strong>en</strong> (H2130).<br />

N2knr<br />

H2160 – Duindoornstruwel<strong>en</strong><br />

Landelijke doelstelling: behoud oppervlakte <strong>en</strong> behoud kwaliteit… a<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud a behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

086 Schoorlse Duin<strong>en</strong> behoud behoud C doel aangepast b<br />

087 Noordhollands Duinreservaat behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud a behoud A2 ontwerpbesluit<br />

096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud behoud C conform ontwerp<br />

097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />

098 Westduinpark & Wap<strong>en</strong>dal behoud a behoud C ontwerpbesluit<br />

099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />

100 Voornes Duin behoud a behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud a behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud a behoud B2 ontwerpbesluit<br />

117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud a behoud C ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

(a) … van goed ontwikkelde vorm<strong>en</strong> in de gebied<strong>en</strong> waar het type e<strong>en</strong> belangrijke positie in het duinlandschap<br />

inneemt. Enige achteruitgang in oppervlakte is toegestaan t<strong>en</strong> gunste van uitbreiding oppervlakte van habitattyp<strong>en</strong><br />

grijze duin<strong>en</strong> (H2130), duinboss<strong>en</strong> (H2180) of vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190), mits de totale oppervlakte van goed<br />

ontwikkelde vorm<strong>en</strong> niet afneemt 29 .<br />

(b) Het doel van dit habitattype is aangepast, waarbij de t<strong>en</strong> gunste formulering t<strong>en</strong> behoeve van grijze duin<strong>en</strong><br />

(H2130) <strong>en</strong> vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190) is vervall<strong>en</strong>. Het habitattype blijkt met e<strong>en</strong> kleine oppervlakte aanwezig<br />

te zijn in het gebied <strong>en</strong> vormt hiermee ge<strong>en</strong> bedreiging voor de habitattyp<strong>en</strong> grijze duin<strong>en</strong> (H2130) <strong>en</strong> vochtige<br />

duinvallei<strong>en</strong> (H2190). De huidige oppervlakte is noodzakelijk voor behoud van dit type in het gebied Schoorlse<br />

Duin<strong>en</strong>.<br />

Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />

het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding voor het<br />

habitattype duindoornstruwel<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”. De landelijke doelstelling sluit<br />

hierop aan. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn in overe<strong>en</strong>stemming met de landelijke doelstelling. Aan e<strong>en</strong><br />

groot deel van de gebied<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> “t<strong>en</strong> gunste formulering” toegevoegd. Afhankelijk van het<br />

voorkom<strong>en</strong> in deze gebied<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> één of meerdere van de begunstigde habitattyp<strong>en</strong> (H2130,<br />

H2180 of H2190) in de “t<strong>en</strong> gunste formulering” van de betreff<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.


N2knr<br />

H2190B – Vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />

Natura 2000-gebied<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Doel<br />

oppervlakte<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

Bijlage B 59<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland uitbreiding behoud C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding behoud B2 aanwijzingsbesluit<br />

005 Duin<strong>en</strong> Ameland uitbreiding verbetering C aanwijzingsbesluit<br />

006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog uitbreiding verbetering C aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

084 Duin<strong>en</strong> D<strong>en</strong> Helder – Callantsoog uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

087 Noordhollands Duinreservaat uitbreiding behoud B1 ontwerpbesluit<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid uitbreiding verbetering B2 ontwerpbesluit<br />

096 Coepelduyn<strong>en</strong> behoud verbetering C doel toegevoegd a<br />

097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide uitbreiding verbetering C ontwerpbesluit<br />

099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

100 Voornes Duin uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek uitbreiding verbetering B2 aanwijzingsbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak uitbreiding behoud C concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud A2 ontwerpbesluit<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> uitbreiding verbetering B1 ontwerpbesluit<br />

117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud C conform ontwerp<br />

(a) Deze toevoeging betreft herstel van e<strong>en</strong> technische fout. De aanwezige vegetatie behoort niet tot het subtype op<strong>en</strong><br />

water (subtype A), maar tot het subtype kalkrijk (subtype B). Omdat dit e<strong>en</strong> wijziging van subtyp<strong>en</strong> betreft, is de<br />

doelstelling gelijk geblev<strong>en</strong>.<br />

Vrijwel alle duingebied<strong>en</strong> langs de Nederlandse kust zijn Habitatrichtlijngebied. Dit betek<strong>en</strong>t dat<br />

het overgrote deel van dit habitattype zich bevindt binn<strong>en</strong> het landelijke Natura 2000-netwerk<br />

(>95% van de landelijke oppervlakte). De landelijke staat van instandhouding van het<br />

habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>, kalkrijk (2190B) is op de aspect<strong>en</strong> oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit<br />

beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. Wanneer er ge<strong>en</strong><br />

pot<strong>en</strong>tiële herstelmogelijkhed<strong>en</strong> aanwezig zijn binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het gebied door<br />

bijvoorbeeld de mate van dynamiek, zoals in Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> Noordzeekustzone (007), is<br />

er behoudsdoelstelling neergelegd. Alle verbeterdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan op reeds ingezet<br />

hydrologisch herstel (wadd<strong>en</strong>eiland<strong>en</strong> <strong>en</strong> Hollandse kust) <strong>en</strong> reg<strong>en</strong>eratie van duinvallei<strong>en</strong> in<br />

duingebied<strong>en</strong> die door waterwinning zijn aangetast. Voor duurzaam voortbestaan van jonge<br />

stadia <strong>en</strong> de rijke variatie aan vochtige duinvallei<strong>en</strong>, is vergroting van dynamiek door wind <strong>en</strong><br />

zee noodzakelijk in e<strong>en</strong> deel van de gebied<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke ontwikkeling wordt nagestreefd op<br />

plaats<strong>en</strong> waar dit niet in conflict is met de veiligheid van het achterligg<strong>en</strong>d land.<br />

B.4.2. Habitatrichtlijn: soort<strong>en</strong><br />

H1014 – Nauwe korfslak<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />

behoud populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

087 Noordhollands Duinreservaat behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />

097 Meij<strong>en</strong>del & Berkheide behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />

099 Solleveld & Kapittelduin<strong>en</strong> behoud behoud behoud B1 doel toegevoegd


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 60<br />

100 Voornes Duin behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

117 Manteling van Walcher<strong>en</strong> behoud behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />

123 Zwin & Kievittepolder behoud behoud behoud B1 ontwerpbesluit<br />

154 Gele<strong>en</strong>beekdal behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

De landelijke staat van instandhouding van de nauwe korfslak is op het aspect leefgebied<br />

beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hier niet op aan. De matig<br />

ongunstige staat van instandhouding wordt veroorzaakt door de toestand van de duin<strong>en</strong>,<br />

verreweg het belangrijkste leefgebied. De hoeveelheid geschikt habitat (met name<br />

populier<strong>en</strong>bos) vertoont hier e<strong>en</strong> lichte afname. Dit heeft twee oorzak<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste neemt<br />

door natuurlijke successie in de duin<strong>en</strong> de oppervlakte eik<strong>en</strong>bos toe. T<strong>en</strong> tweede word<strong>en</strong><br />

populierachtig<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee vergelijkbare soort<strong>en</strong> op veel plaats<strong>en</strong> gekapt omdat ze niet als<br />

inheems word<strong>en</strong> beschouwd. De landelijke behoudsdoelstelling wordt met deze ontwikkeling<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> behoorlijke opgave. In de kalkrijke duin<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> voor de soort (per saldo)<br />

behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> voor behoud van de populatie. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />

doelstelling die gericht is op behoud. Op langere termijn is meer inzicht nodig in verspreiding,<br />

populatiedynamiek <strong>en</strong> ecologie van deze soort om adequate bescherming mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />

H1095 – Zeeprik<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve<br />

van uitbreiding populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

a Besluit<br />

bijdrage<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

066 Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn behoud verbetering uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

067 Gelderse Poort uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />

150 Roerdal behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

(a) Voor trekviss<strong>en</strong> kan de som van de relatieve bijdrag<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> de 100% uitkom<strong>en</strong>, omdat voor deze soort<strong>en</strong> alle<br />

gebied<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> trekroute van ev<strong>en</strong> groot belang zijn.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de zeeprik is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 30 . De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />

doelstelling van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone (007), Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-<br />

Rijn (066), Haringvliet (109), Hollands Diep (111), Biesbosch (112), Voordelta (113),<br />

Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Roerdal (150) wijkt op het aspect omvang leefgebied af<br />

van de landelijke doelstelling, omdat het leefgebied voor de soort hier niet kan word<strong>en</strong><br />

uitgebreid. De doelstelling van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee, Noordzeekustzone, Hollands Diep,<br />

Biesbosch, Voordelta <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe wijkt op het aspect kwaliteit leefgebied af<br />

van de landelijke doelstelling, omdat de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding op<br />

dit aspect niet wordt veroorzaakt door deze gebied<strong>en</strong>.<br />

30 De beschrev<strong>en</strong> staat van instandhouding wijkt af van de staat van instandhouding zoals gegev<strong>en</strong> in het Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006). Zie het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2008) voor e<strong>en</strong> nadere uitleg.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 61<br />

H1099 – Rivierprik<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve<br />

van uitbreiding populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

a Besluit<br />

bijdrage<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

025 Dr<strong>en</strong>tsche Aa-gebied behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

066 Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn behoud verbetering uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

067 Gelderse Poort uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

068 Uiterwaard<strong>en</strong> Waal uitbreiding verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />

150 Roerdal behoud verbetering behoud B ontwerpbesluit<br />

152 Gr<strong>en</strong>smaas behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

(a) Voor trekviss<strong>en</strong> kan de som van de relatieve bijdrag<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> de 100% uitkom<strong>en</strong>, omdat voor deze soort<strong>en</strong> alle<br />

gebied<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> trekroute van ev<strong>en</strong> groot belang zijn.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de rivierprik is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling sluit hierop aan. De<br />

doelstelling<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone (007), Dr<strong>en</strong>tsche Aagebied<br />

(025), Hollands Diep (111), Biesbosch (112), Voordelta (113), Westerschelde &<br />

Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Gr<strong>en</strong>smaas (152) wijk<strong>en</strong> op de aspect<strong>en</strong> omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied af<br />

van de landelijke doelstelling. De landelijk matig ongunstige staat van instandhouding van de<br />

soort wordt niet veroorzaakt in deze gebied<strong>en</strong>. Door behoud van het leefgebied <strong>en</strong> het nem<strong>en</strong><br />

van maatregel<strong>en</strong> elders wordt in deze gebied<strong>en</strong> uitbreiding van de populatie beoogd. In de<br />

gebied<strong>en</strong> Uiterwaard<strong>en</strong> Neder-Rijn (066), Haringvliet (109) <strong>en</strong> Roerdal (150) is uitbreiding van<br />

het leefgebied ook niet aan de orde, maar is wel kwaliteitsverbetering van het leefgebied als<br />

doel gesteld.<br />

N2knr<br />

H1103 – Fint<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />

uitbreiding populatie<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud uitbreiding B aanwijzingsbesluit<br />

109 Haringvliet behoud verbetering uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding C ontwerpbesluit<br />

111 Hollands Diep behoud behoud uitbreiding B ontwerpbesluit<br />

112 Biesbosch behoud behoud uitbreiding A ontwerpbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud uitbreiding A aanwijzingsbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud uitbreiding C conform ontwerp<br />

De landelijke staat van instandhouding van de fint is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />

beoordeeld als “zeer ongunstig”. Op het aspect leefgebied wijkt de landelijke doelstelling<br />

hiervan af. Oorzaak van de “zeer ongunstige” staat van instandhouding zijn verminderde<br />

migratiemogelijkhed<strong>en</strong>. Door het kierbesluit – het besluit om de Haringvlietsluiz<strong>en</strong> ook bij vloed<br />

op e<strong>en</strong> kier te zett<strong>en</strong> – wordt de migratieroute zi<strong>en</strong>derog<strong>en</strong> verbeterd. Hierdoor zal naar


verwachting ook de populatie in achterligg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong> (zoals het Hollands Diep <strong>en</strong> de<br />

Biesbosch) uitbreid<strong>en</strong>, aansluit<strong>en</strong>d bij internationale populatieontwikkeling<strong>en</strong> 31 .<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 62<br />

H1365 – Gewone zeehond<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied t<strong>en</strong> behoeve van<br />

uitbreiding populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud uitbreiding A3 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud behoud B1 aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud verbetering uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud verbetering uitbreiding C conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud verbetering uitbreiding C conform ontwerp<br />

De gewone zeehond verkeert landelijk in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. De landelijke<br />

doelstelling wijkt hiervan af 32 , t<strong>en</strong> behoeve van herstel van de populatie na rec<strong>en</strong>te afname<br />

(door viruss<strong>en</strong>), met name in het Deltagebied. Zuidwest-Nederland herbergt ge<strong>en</strong><br />

lev<strong>en</strong>svatbare populatie. De oorzaak hiervan is e<strong>en</strong> te laag geboortecijfer in het Deltagebied,<br />

waardoor de kleine populatie zichzelf niet in stand kan houd<strong>en</strong>. In het Deltagebied wordt<br />

gestreefd naar e<strong>en</strong> regionale populatie van t<strong>en</strong>minste 200 exemplar<strong>en</strong>, waarbij de Voordelta<br />

(113) de grootste bijdrage levert. Om dit doel te bereik<strong>en</strong> zal in de gebied<strong>en</strong> Voordelta,<br />

Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) het areaal aan onverstoord gebied<br />

moet<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> zodat deze gebied<strong>en</strong> beter geschikt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor voortplanting.<br />

In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) <strong>en</strong> de Noordzeekustzone (007) wordt van de landelijke doelstelling<br />

afgewek<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee g<strong>en</strong>iet de gewone zeehond goede bescherming van ligplaats<strong>en</strong>,<br />

vooral tijd<strong>en</strong>s zoog- <strong>en</strong> paringstijd. Met behoud van het huidige leefgebied wordt e<strong>en</strong><br />

uitbreiding van de populatie t<strong>en</strong> doel gesteld. De gestage groei van de populatie zal de<br />

kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> naar verwachting doorzett<strong>en</strong>, mits viruss<strong>en</strong> uitblijv<strong>en</strong>. Ook in de<br />

Noordzeekustzone, welke met name e<strong>en</strong> foerageerfunctie voor de populatie uit de Wadd<strong>en</strong>zee<br />

k<strong>en</strong>t, gaat het goed met de soort. In dit gebied is ge<strong>en</strong> uitbreiding voor de populatie t<strong>en</strong> doel<br />

gesteld.<br />

H1903 – Gro<strong>en</strong>knolorchis<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit biotoop t<strong>en</strong> behoeve van<br />

uitbreiding populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Doel<br />

populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud behoud A1 aanwijzingsbesluit<br />

005 Duin<strong>en</strong> Ameland uitbreiding verbetering uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />

006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud behoud C aanwijzingsbesluit<br />

018 Rottige Me<strong>en</strong>the & Brandemeer uitbreiding verbetering uitbreiding C ontwerpbesluit<br />

034 Weerribb<strong>en</strong> behoud behoud behoud A1 ontwerpbesluit<br />

035 De Wied<strong>en</strong> behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />

072 IJsselmeer behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />

088 K<strong>en</strong>nemerland-Zuid behoud behoud uitbreiding C ontwerpbesluit<br />

094 Naardermeer behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

095 Oostelijke Vechtplass<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

100 Voornes Duin uitbreiding behoud uitbreiding C aanwijzingsbesluit<br />

103 Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud behoud B2 ontwerpbesluit<br />

31<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />

pagina 139.<br />

32<br />

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Voordelta (Stcrt. 2008, 41).


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 63<br />

116 Kop van Schouw<strong>en</strong> behoud behoud behoud C ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud behoud C conform ontwerp<br />

De landelijke staat van instandhouding van de habitatsoort gro<strong>en</strong>knolorchis is op de aspect<strong>en</strong><br />

populatie <strong>en</strong> leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 30 . De landelijke opgave sluit hierop<br />

aan. De kans<strong>en</strong> voor uitbreiding van populaties zijn in de meeste gebied<strong>en</strong> echter beperkt; er is<br />

daarom veelal voor e<strong>en</strong> behoudopgave gekoz<strong>en</strong>. In de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel<br />

(002), Duin<strong>en</strong> Vlieland (003), Duin<strong>en</strong> Terschelling (004) <strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog (006) is<br />

voor e<strong>en</strong> behoudopgave gekoz<strong>en</strong>, omdat het biotoop hier in voldo<strong>en</strong>de mate <strong>en</strong> kwaliteit<br />

voorkomt. Hetzelfde geldt voor De Wied<strong>en</strong> (035) <strong>en</strong> Weerribb<strong>en</strong> (034), de soort is hier goed<br />

verteg<strong>en</strong>woordigd. In de Deltagebied<strong>en</strong> (Greveling<strong>en</strong> (115), Kop van Schouw<strong>en</strong> (116) <strong>en</strong><br />

Westerschelde & Saeftinghe (122)), hang<strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> van de populatie sam<strong>en</strong> met de<br />

fluctuer<strong>en</strong>de waterstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> natuurlijke successie. In het IJsselmeer (072) word<strong>en</strong> de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> voor herstel of uitbreiding zeer laag ingeschat. In de gebied<strong>en</strong> Naardermeer<br />

(094), Oostelijke Vechtplass<strong>en</strong> (095) <strong>en</strong> Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck (103) gaat het om<br />

kleine populaties, waarvoor ge<strong>en</strong> tot weinig uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Voor<br />

K<strong>en</strong>nemerland-Zuid (088) is de verwachting dat onder behoud van de huidige omstandighed<strong>en</strong><br />

de populatie zich hier uit zal breid<strong>en</strong>. In Voornes Duin (100) is de doelstelling vastgesteld in<br />

sam<strong>en</strong>hang met de doelstelling voor vochtige duinvallei<strong>en</strong> (H2190).<br />

B.4.3. Vogelrichtlijn: broedvogels<br />

A081 – Bruine kiek<strong>en</strong>dief<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 30 B1 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud 30 B1 aanwijzingsbesluit<br />

003 Duin<strong>en</strong> Vlieland behoud behoud 20 C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling behoud behoud 45 B1 aanwijzingsbesluit<br />

005 Duin<strong>en</strong> Ameland behoud behoud 40 B1 aanwijzingsbesluit<br />

006 Duin<strong>en</strong> Schiermonnikoog behoud behoud 25 B1 aanwijzingsbesluit<br />

008 Lauwersmeer behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />

013 Alde Fean<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 20 (↑) C ontwerpbesluit<br />

014 Deel<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 5 C conform ontwerp<br />

035 De Wied<strong>en</strong> behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />

072 IJsselmeer behoud behoud 25 C doel aangepast a<br />

078 Oostvaardersplass<strong>en</strong> behoud behoud 40<br />

B1 conform ontwerp<br />

092 Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland, … behoud behoud 15 C ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />

112 Biesbosch behoud behoud 30 B1 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 13 C concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 20 C ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 19 C doel toegevoegd<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 20 C conform ontwerp<br />

(a) Het aantal voor IJsselmeer is aangepast conform het gemiddelde van de periode 1999-2003.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de bruine kiek<strong>en</strong>dief is voor de aspect<strong>en</strong> leefgebied<br />

<strong>en</strong> populatie als “gunstig” beoordeeld. Gezi<strong>en</strong> de belangrijke functie van Nederland als<br />

noordwestelijk bolwerk in het broedgebied in Europa is e<strong>en</strong> veilige marge ingebouwd in het<br />

voor Nederland na te strev<strong>en</strong> populati<strong>en</strong>iveau. Het doel heeft betrekking op behoud van het<br />

huidige niveau. De landelijke doelstelling staat dan ook zowel voor omvang als kwaliteit van het<br />

leefgebied op behoud met e<strong>en</strong> landelijk doelniveau van 1.300 broedpar<strong>en</strong>. Voor de realisatie<br />

van de landelijke doelstelling zal aansluiting nodig zijn van nationaal beleid zoals de realisatie<br />

van de Ecologische Hoofdstructuur.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 64<br />

De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> op de landelijke doelstelling aan, met uitzondering van de<br />

gebied<strong>en</strong> Alde Fean<strong>en</strong> (013) <strong>en</strong> Deel<strong>en</strong> (014). Vanwege de voor de regio unieke pot<strong>en</strong>tie voor<br />

e<strong>en</strong> sleutelpopulatie is er voor het gebied Alde Fean<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling.<br />

Vanwege de rec<strong>en</strong>te afname van de populatie in gebied Deel<strong>en</strong> is hier e<strong>en</strong> beperkte<br />

herstelopgave geformuleerd, zodat de soort in het gebied behoud<strong>en</strong> kan blijv<strong>en</strong>.<br />

A132 – Kluut<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering 3.800 A2 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel behoud behoud 120 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />

008 Lauwersmeer behoud behoud 110 C ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 2.000 R B1 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 2.000 R B2 concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 2.000 R B1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 2.000 R B1 conform ontwerp<br />

120 Zoommeer behoud behoud 2.000 R C concept-ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 2.000 R B1 conform ontwerp<br />

127 Markiezaat behoud behoud 2.000 R C ontwerpbesluit<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de kluut is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong> populatie<br />

<strong>en</strong> leefgebied beoordeeld als respectievelijk “gunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. Op het aspect<br />

populatie sluit de landelijke doelstelling hierop aan. De doelstelling luidt: “behoud omvang <strong>en</strong><br />

kwaliteit leefgebied voor behoud populatie van t<strong>en</strong> minste 8.000 par<strong>en</strong>”. Landelijk is op het<br />

aspect leefgebied e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling geformuleerd, omdat de matig ongunstige staat van<br />

instandhouding op het aspect leefgebied alle<strong>en</strong> de afname in de Wadd<strong>en</strong>zee (001) betreft. In<br />

afwijking van de landelijke doelstelling heeft dat gebied dan ook e<strong>en</strong> verbeteropgave gekreg<strong>en</strong>.<br />

De som van de gebiedsdoel<strong>en</strong> is 6.030 broedpar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat is 75% van het landelijke<br />

doelniveau.<br />

A137 – Bontbekplevier<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor behoud<br />

populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 60 A1 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering 20 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 10 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud 20 B1 aanwijzingsbesluit<br />

008 Lauwersmeer behoud behoud 4 C ontwerpbesluit<br />

072 IJsselmeer uitbreiding verbetering 13 (↑) B1 doel aangepast a<br />

109 Haringvliet behoud behoud 100 R (↑) C ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 100 R (↑) B1 concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 100 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 100 R (↑) B2 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 100 R (↑) B1 conform ontwerp<br />

127 Markiezaat behoud behoud 100 R (↑) C ontwerpbesluit<br />

(a) De doelstelling voor IJsselmeer is aangepast, omdat de landelijke doelstelling is gericht op uitbreiding omvang <strong>en</strong><br />

verbetering kwaliteit leefgebied om de negatieve tr<strong>en</strong>d in de Wadd<strong>en</strong>zee gedeeltelijk te kunn<strong>en</strong> comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. Het<br />

aantal is gebaseerd op de historische pot<strong>en</strong>tie van het gebied in het jaar 2000.<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 65<br />

De landelijke staat van instandhouding van de bontbekplevier is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “matig ongunstig” 33 . De landelijke doelstelling voor de bontbekplevier<br />

luidt “uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor behoud populatie van t<strong>en</strong><br />

minste 400 par<strong>en</strong>”. De som van de gebiedsdoel<strong>en</strong> is 227 broedpar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat is 57% van het<br />

landelijke doelniveau. De doelstelling<strong>en</strong> van de gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee (001), Noordzeekustzone<br />

(007), Lauwersmeer (008), Haringvliet (109), Krammer-Volkerak (114), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />

Oosterschelde (118), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) wijk<strong>en</strong> af van de<br />

landelijke doelstelling. De gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> Noordzeekustzone word<strong>en</strong> niet gezi<strong>en</strong> als<br />

gebied<strong>en</strong> met de beste pot<strong>en</strong>ties voor herstel van de leefgebied<strong>en</strong> van locale populaties. In het<br />

gebied Lauwersmeer is ge<strong>en</strong> mogelijkheid het leefgebied van de soort te vergrot<strong>en</strong> of te<br />

verbeter<strong>en</strong>. In de Deltagebied<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> licht herstel van de populatie nagestreefd, om<br />

achteruitgang van de landelijke populatie buit<strong>en</strong> de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> (veelal tijdelijke<br />

populaties) op te vang<strong>en</strong>. Naar verwachting zal dit herstel van de populatie kunn<strong>en</strong><br />

plaatsvind<strong>en</strong> middels behoud van het leefgebied. Voor het gebied Haringvliet is de doelstelling<br />

pass<strong>en</strong>d bij de afsprak<strong>en</strong> die met betrekking tot de “kier” zijn gemaakt <strong>en</strong> voor Krammer-<br />

Volkerak geldt dat de doelstelling afhankelijk is gesteld van de uitkomst<strong>en</strong> van de<br />

inrichtingsvariant zoet of zout 34 . Het gebied Oosterschelde wijkt af van de landelijke<br />

doelstelling omdat er sprake is van e<strong>en</strong> min of meer stabiele stand.<br />

A138 – Strandplevier<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />

populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee uitbreiding verbetering 50 (↑) B2 aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 10 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone uitbreiding verbetering 30 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud 220 R (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 220 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 220 R (↑) B2 concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> uitbreiding verbetering 220 R (↑) A1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde uitbreiding verbetering 220 R (↑) B1 conform ontwerp<br />

120 Zoommeer behoud behoud 220 R (↑) B1 concept-ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 220 R (↑) B2 conform ontwerp<br />

127 Markiezaat behoud behoud 220 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de strandplevier is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “zeer ongunstig”. De landelijke doelstelling omvat e<strong>en</strong> herstelopgave<br />

voor het leefgebied voor herstel van de populatie van t<strong>en</strong> minste 400 paar verdeeld over t<strong>en</strong><br />

minste 10 sleutelpopulaties van t<strong>en</strong> minste 20 par<strong>en</strong>. Er is herstel gew<strong>en</strong>st tot bov<strong>en</strong> het<br />

niveau van de minimum populatie, mede als verzekering naar de toekomst 35 . De doelstelling<br />

van de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101), Haringvliet (109), Krammer-Volkerak<br />

(114), Zoommeer (120), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) wijkt af van de<br />

landelijke doelstelling gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied.<br />

Mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de kwaliteit van het leefgebied zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderzocht<br />

om meer te garander<strong>en</strong> dat de soort zich in Nederland op het niveau van e<strong>en</strong> duurzame<br />

populatie kan handhav<strong>en</strong>. Voor Haringvliet is de doelstelling pass<strong>en</strong>d bij de afsprak<strong>en</strong> die met<br />

betrekking tot de “kier” zijn gemaakt <strong>en</strong> voor Krammer-Volkerak <strong>en</strong> Zoommeer is de<br />

33<br />

De beoordeling van het aspect populatie is aangepast t<strong>en</strong> opzichte van de beoordeling zoals vermeld in het Natura<br />

2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) (aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong> Wadd<strong>en</strong>zee, Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel,<br />

Duin<strong>en</strong> Terschelling <strong>en</strong> Noordzeekustzone, Stcrt. 2009, 38).<br />

34<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />

p. 138.<br />

35<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Tekstkader 4.5.1. Landelijke doel<strong>en</strong> broedvogels.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 66<br />

doelstelling afhankelijk gesteld van de uitkomst<strong>en</strong> van de inrichtingsvariant zoet of zout 36 . Zou<br />

dit consequ<strong>en</strong>ties hebb<strong>en</strong> voor de landelijke doelstelling dan wordt deze daarop aangepast.<br />

N2knr<br />

A176 – Zwartkopmeeuw<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor behoud populatie<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

103 Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck behoud behoud 9 C ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 400 R A1 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 400 R A2 concept-ontwerp<br />

120 Zoommeer behoud behoud 400 R C concept-ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 400 R B1 conform ontwerp<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de zwartkopmeeuw is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “gunstig”. Gezi<strong>en</strong> de gunstige staat van instandhouding is de<br />

landelijke instandhoudingsdoelstelling gericht op behoud van het leefgebied <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de<br />

populatie. Er is slechts e<strong>en</strong> beperkt aantal kolonies van <strong>en</strong>ige omvang aanwezig in het<br />

Deltagebied. Daarbuit<strong>en</strong> broedt de soort verspreid over heel Nederland in geringe aantall<strong>en</strong>. In<br />

het Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plass<strong>en</strong> & De Haeck (103) bevindt zich de <strong>en</strong>ige “kolonie”<br />

buit<strong>en</strong> het Deltagebied welke kwalificeerde op basis van gegev<strong>en</strong>s in 1999-2003. Ongeveer<br />

80% van de Nederlandse populatie zwartkopmeeuw<strong>en</strong> broedt binn<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />

De gebiedsdoel<strong>en</strong> in de aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> all<strong>en</strong> aan bij de landelijke doelstelling.<br />

A191 – Grote stern<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 16.000 (↑) A3 aanwijzingsbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 4.000 R C ontwerpbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 4.000 R A1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 4.000 R C conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 4.000 R A1 conform ontwerp<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de grote stern is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong><br />

populatie <strong>en</strong> leefgebied respectievelijk als “matig ongunstig” 37 <strong>en</strong> “gunstig” beoordeeld. De<br />

landelijke doelstelling sluit hierbij aan: “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor herstel<br />

populatie tot 20.000 par<strong>en</strong>” 37 . Vanwege de kwetsbaarheid van de nestplaats<strong>en</strong> is de soort<br />

vrijwel volledig aangewez<strong>en</strong> op het Natura 2000-netwerk 38 . Alle<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee (001)<br />

wordt herstel van de populatie haalbaar geacht. Alle gebiedsdoel<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />

doelstelling voor het leefgebied van de soort.<br />

A193 – Visdief<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud behoud 5.300 A1 aanwijzingsbesluit<br />

072 IJsselmeer behoud behoud 3.300 B2 doel aangepast a<br />

073 Markermeer & IJmeer behoud behoud 630 B1 conform ontwerp<br />

36<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006): Hoofdstuk 6 gemaakte <strong>en</strong> nog te mak<strong>en</strong> keuzes, verzoeting versus verzouting,<br />

pagina 138.<br />

37<br />

Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Stcrt. 2009, 38).<br />

38<br />

In de peilperiode 1999-2003 100% in aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> maar in 2006 6% broedpopulatie in nieuwe kolonie in<br />

Natura 2000-gebied Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel (002) waarvoor ge<strong>en</strong> gebiedsdoel is gesteld.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 67<br />

077 Eemmeer & Gooimeer Zuidoever behoud behoud 280 B1 doel aangepast b<br />

092 Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland, … behoud behoud 180 C ontwerpbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 6.500 R (↑) B2 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 6.500 R (↑) C concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 6.500 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 6.500 R (↑) B1 conform ontwerp<br />

120 Zoommeer behoud behoud 6.500 R (↑) C concept-ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 6.500 R (↑) B2 conform ontwerp<br />

(a) De doelstelling voor IJsselmeer is aangepast, omdat het aantal par<strong>en</strong> in rec<strong>en</strong>te jar<strong>en</strong> (2004-2008) flink is<br />

toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (maximaal 5.380 broedpar<strong>en</strong> in 2008) door de aanleg van vogeleiland de Kreupel in 2004. Er is<br />

gekoz<strong>en</strong> om het gemiddelde van de laatste ti<strong>en</strong> jaar (1999-2008) als behoudsdoel te stell<strong>en</strong>, waarmee de aantall<strong>en</strong><br />

vóór aanleg <strong>en</strong> na aanleg van de Kreupel gemiddeld zijn aangezi<strong>en</strong> het niet zeker is of de huidige populatie zich in<br />

hoge aantall<strong>en</strong> zal handhav<strong>en</strong> of dat de populatie zich zal stabiliser<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> wat lager niveau. Het aantal heeft<br />

betrekking op gunstige jar<strong>en</strong>.<br />

(b) Het aantal voor Eemmeer & Gooimeer Zuidoever is aangepast conform het gemiddeld aantal broedpar<strong>en</strong> (1999-<br />

2003) op het eiland De Visdief. Dit wijkt af van het gemiddelde g<strong>en</strong>oemd in SOVON & CBS (2005) omdat hierin ook<br />

buit<strong>en</strong> het gebied nestel<strong>en</strong>de par<strong>en</strong> zijn meegeteld. Tev<strong>en</strong>s is de tekst, die onder het kopje “Doel” in paragraaf 5.3<br />

van de Nota van toelichting van het betreff<strong>en</strong>de besluit, na de behoudopgave vermeld staat, verwijderd. Deze tekst<br />

is abusievelijk in het doel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>..<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de visdief is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />

beoordeeld als “matig ongunstig”. Na e<strong>en</strong> sterke terugval rond de jar<strong>en</strong> zestig vindt sindsdi<strong>en</strong><br />

voortdur<strong>en</strong>d herstel plaats, al lijkt dit mom<strong>en</strong>teel te stagner<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling is<br />

behoud van het leefgebied dat plaats biedt aan de herstell<strong>en</strong>de populatie van uiteindelijk<br />

20.000 broedpar<strong>en</strong>.<br />

Het regiodoel voor het Deltagebied sluit hierop aan: behoud van het huidige leefgebied voor<br />

herstel van de populatie van t<strong>en</strong> minste 6.500 broedpar<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) wordt het<br />

stopp<strong>en</strong> van de neergaande tr<strong>en</strong>d t<strong>en</strong> doel gesteld. In het IJsselmeer (072) heeft de<br />

draagkracht betrekking op gunstige jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> bestaat er nog onzekerheid over de draagkracht<br />

van de Kreupel op langere termijn (zie paragraaf 5.5 van de Nota van toelichting). In het<br />

Markermeer & IJmeer (073), Eemmeer & Gooimeer Zuidoever (077) <strong>en</strong> Ilperveld, Vark<strong>en</strong>sland,<br />

Oostzanerveld & Twiske (092) is de bijdrage aan de landelijke doelstelling relatief klein <strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>ties laag ingeschat. Ongeveer drie kwart van de landelijke opgave ligt binn<strong>en</strong><br />

het Natura 2000-netwerk.<br />

A195 – Dwergstern<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor herstel populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee uitbreiding verbetering 210 (↑) A2 aanwijzingsbesluit<br />

002 Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lage Land Texel uitbreiding verbetering 40 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />

004 Duin<strong>en</strong> Terschelling uitbreiding verbetering 20 (↑) B1 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone uitbreiding verbetering 20 (↑) C aanwijzingsbesluit<br />

109 Haringvliet behoud behoud 300 R (↑) A1 ontwerpbesluit<br />

114 Krammer-Volkerak behoud behoud 300 R (↑) C concept-ontwerp<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 300 R (↑) B1 ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 300 R (↑) B2 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 300 R (↑) A1 conform ontwerp<br />

(R) Betreft e<strong>en</strong> regionale doelstelling.<br />

De landelijke staat van instandhouding van de dwergstern is voor wat betreft de aspect<strong>en</strong><br />

populatie 37 <strong>en</strong> leefgebied als “matig ongunstig” beoordeeld. De landelijke doelstelling omvat<br />

alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> herstelopgave voor het populati<strong>en</strong>iveau: “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied<br />

voor herstel populatie tot 600 par<strong>en</strong>” 37 . Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> landelijke behoudopgave<br />

ondanks de matig ongunstige staat van instandhouding aangezi<strong>en</strong> de populatie in historisch<br />

perspectief gunstig afsteekt. Alle<strong>en</strong> in het Wadd<strong>en</strong>gebied, waar de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 68<br />

veel plekk<strong>en</strong> op elkaar aansluit<strong>en</strong>, wordt e<strong>en</strong> herstelopgave met betrekking tot het leefgebied<br />

(naast herstel populatie) haalbaar geacht <strong>en</strong> is het vooral van belang dat de som van de<br />

gebiedsdoel<strong>en</strong> (290) in de regio wordt gehaald. Vanwege de kwetsbaarheid van de<br />

nestplaats<strong>en</strong> is de soort vrijwel volledig aangewez<strong>en</strong> op het Natura 2000-netwerk. De som van<br />

de gebiedsdoel<strong>en</strong>, met daarbij opgeteld het aantal dat buit<strong>en</strong> Natura 2000 broedt (1%), bereikt<br />

het g<strong>en</strong>oemde doelniveau van 600.<br />

A272 – Blauwborst<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied voor behoud populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage Besluit<br />

008 Lauwersmeer behoud behoud 120 C ontwerpbesluit<br />

033 Bargerve<strong>en</strong> behoud behoud 150 C ontwerpbesluit<br />

067 Gelderse Poort behoud behoud 80 C ontwerpbesluit<br />

078 Oostvaardersplass<strong>en</strong> behoud behoud 190 C conform ontwerp<br />

109 Haringvliet behoud behoud 300 B1 ontwerpbesluit<br />

112 Biesbosch behoud behoud 2.300 A1 ontwerpbesluit<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 450 B1 conform ontwerp<br />

139 Deurnsche Peel & Mariapeel behoud behoud 350 B1 aanwijzingsbesluit<br />

140 Groote Peel behoud behoud 200 B1 aanwijzingsbesluit<br />

De landelijke staat van instandhouding van de blauwborst is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong><br />

leefgebied beoordeeld als “gunstig”. De landelijke populatie van de blauwborst is, na dec<strong>en</strong>nia<br />

lange daling, vanaf 1980 sterk toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Daarbij heeft tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> belangrijke uitbreiding<br />

over met name de lage del<strong>en</strong> van het land plaatsgevond<strong>en</strong> (met e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van voorkom<strong>en</strong><br />

met 318% in 1973-2000). De huidige populatie is groter dan ooit eerder in de vorige eeuw <strong>en</strong><br />

groter dan het gew<strong>en</strong>ste basisniveau vanuit populatie-ecologische optiek. Conform het<br />

Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) 39 wordt landelijk behoud van 6.500 par<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong> doel gesteld. De gebiedsdoelstelling<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> aan bij deze landelijke behoudsdoelstelling.<br />

B.4.4. Vogelrichtlijn: niet-broedvogels<br />

De doelniveaus van niet-broedvogels zijn meestal uitgedrukt als seizo<strong>en</strong>sgemiddelde of als<br />

(gemiddeld) seizo<strong>en</strong>smaximum. Deze gemiddeld<strong>en</strong>, die word<strong>en</strong> bepaald aan de hand van<br />

maandelijkse telling<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> als volgt berek<strong>en</strong>d 40 :<br />

Het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde is het gemiddelde aantal in e<strong>en</strong> gebied aanwezige vogels over het<br />

gehele seizo<strong>en</strong>, berek<strong>en</strong>d aan de hand van maandelijks uitgevoerde telling<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> reeks<br />

seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> (1999/2000-2003/2004).<br />

Het (gemiddeld) seizo<strong>en</strong>smaximum is het gemiddelde van het grootste getelde aantal<br />

(piekaantal) per seizo<strong>en</strong> (juli t/m juni van het volg<strong>en</strong>de jaar) berek<strong>en</strong>d over e<strong>en</strong> reeks van<br />

achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de seizo<strong>en</strong><strong>en</strong> (meestal vijf seizo<strong>en</strong><strong>en</strong>: 1999/2000-2003/2004).<br />

Bij voorkeur is het doelniveau uitgedrukt als seizo<strong>en</strong>sgemiddelde omdat dit e<strong>en</strong> indicatie geeft<br />

voor het gebruik van e<strong>en</strong> gebied over het gehele seizo<strong>en</strong>. Bij onvoldo<strong>en</strong>de beschikbaarheid van<br />

jaarrondtelling<strong>en</strong> moet soms word<strong>en</strong> teruggevall<strong>en</strong> op het seizo<strong>en</strong>smaximum.<br />

N2knr<br />

A130 – Scholekster<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />

populatie<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering<br />

Populatie<br />

140.000-<br />

160.000 (↑)<br />

Relatieve<br />

bijdrage* Besluit<br />

sf, A4 aanwijzingsbesluit<br />

39<br />

Boer, T. d<strong>en</strong> (2000): Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004. Rapport Directie Natuurbeheer nr. 47. Ministerie<br />

van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

40<br />

Voorbeeld voor e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong> met de volg<strong>en</strong>de telresultat<strong>en</strong> (juli-juni): 0, 0, 0, 100, 100, 200, 100, 100, 0, 0, 0, 0. Het<br />

seizo<strong>en</strong>smaximum bedraagt in dit geval 200, het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde 50 (som van alle maandcijfers gedeeld door 12).


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 69<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud 3.300 a s, C aanwijzingsbesluit<br />

038 Uiterwaard<strong>en</strong> Ijssel behoud behoud 210 sf, C ontwerpbesluit<br />

101 Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek behoud behoud 790 sf, C aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud 2.500 sf, C aanwijzingsbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 560 sf, C ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 24.000 sf, A1 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 7.500 sf, B1 conform ontwerp<br />

* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />

(a) De populatieschatting is gebaseerd op het gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.<br />

De staat van instandhouding voor de scholekster is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />

beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”, waarbij de laatste<br />

voornamelijk betrekking heeft op de kwaliteit van het leefgebied <strong>en</strong> niet op de omvang. De<br />

landelijke doelstelling sluit hierop aan 41 . In Nederland is de populatie scholeksters fors<br />

afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (bij e<strong>en</strong> internationale to<strong>en</strong>ame) in relatie tot verminderd voedselaanbod in de<br />

intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong> (schelpdier<strong>en</strong>). Alle<strong>en</strong> voor de Wadd<strong>en</strong>zee (001) is e<strong>en</strong> verbeteropgave<br />

geformuleerd voor de kwaliteit van het leefgebied, vanwege het relatief grote belang van dit<br />

gebied <strong>en</strong> omdat de mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de kwaliteit in het Deltagebied, in dit<br />

geval de gebied<strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek (101), Voordelta (113), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />

Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122), beperkt zijn (met name door<br />

zandhonger in de Oosterschelde, welke leidt tot e<strong>en</strong> afname van het foerageergebied). In de<br />

Natura 2000-gebied<strong>en</strong> Uiterwaard<strong>en</strong> IJssel (038), Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek, Voordelta <strong>en</strong><br />

Greveling<strong>en</strong> zijn bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> voor afname van de populatie of voor<br />

vermindering van de kwaliteit van het leefgebied (zelfs aantalsto<strong>en</strong>ame in de gebied<strong>en</strong><br />

Uiterwaard<strong>en</strong> IJssel <strong>en</strong> Duin<strong>en</strong> Goeree & Kwade Hoek sinds respectievelijk 1980/1981 <strong>en</strong><br />

1990/1991). Voor de Westerschelde is de tr<strong>en</strong>d op lange termijn neutraal, in teg<strong>en</strong>stelling tot<br />

de Wadd<strong>en</strong>zee. Daarom is voor de Westerschelde voor behoud gekoz<strong>en</strong>. Voor de<br />

Noordzeekustzone (007) zijn onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse. Er is<br />

daarom ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> behoudopgave geformuleerd.<br />

N2knr<br />

A143 – Kanoet<br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />

populatie<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

Populatie<br />

Relatieve<br />

bijdrage* Besluit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering 44.400 (↑) sf, A4 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud 560 a s, C aanwijzingsbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 7.700 sf, A1 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 600 sf, C conform ontwerp<br />

127 Markiezaat behoud behoud 1.600 a<br />

s, B1 ontwerpbesluit<br />

* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />

(a) De populatieschatting is gebaseerd op het gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.<br />

De staat van instandhouding van de kanoet is op de aspect<strong>en</strong> leefgebied <strong>en</strong> populatie<br />

beoordeeld als respectievelijk “matig ongunstig” <strong>en</strong> “gunstig”. Het seizo<strong>en</strong>sgemiddelde bedroeg<br />

over 1988-2000 circa 60.000, maar was daarvoor aanzi<strong>en</strong>lijk lager (circa 40.000). De afname<br />

van rond 2001 heeft niet geleid tot lagere waard<strong>en</strong> dan in de periode van voor 1988. De<br />

tr<strong>en</strong>dontwikkeling is daardoor over de lange termijn neutraal <strong>en</strong> over kortere termijn onzeker.<br />

Daarom is de herstelopgave niet gericht op het leefgebied voor het strev<strong>en</strong> naar hogere<br />

aantall<strong>en</strong>. Behoud van de huidige populatie (gemiddelde over de periode 1999-2003) vergt<br />

echter wel inspanning<strong>en</strong>, vandaar de verbeteropgave voor kwaliteit leefgebied. Omdat de<br />

Wadd<strong>en</strong>zee (001) ruim 80% van de Nederlandse populatie herbergt <strong>en</strong> de rec<strong>en</strong>te negatieve<br />

t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s hier is geconc<strong>en</strong>treerd terwijl er in de Delta, in dit geval de gebied<strong>en</strong> Oosterschelde<br />

41 Landelijk doel gewijzigd: Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Stcrt. 2009, 38).


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 70<br />

(118), Westerschelde & Saeftinghe (122) <strong>en</strong> Markiezaat (127) sprake is geweest van to<strong>en</strong>ame,<br />

is alle<strong>en</strong> voor de Wadd<strong>en</strong>zee e<strong>en</strong> herstelopgave geformuleerd. Aangezi<strong>en</strong> voor de<br />

Noordzeekustzone onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d zijn voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse, wordt ook hier<br />

volstaan met e<strong>en</strong> behoudopgave.<br />

A169 – Ste<strong>en</strong>loper<br />

Landelijke doelstelling: uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit leefgebied voor herstel<br />

populatie<br />

N2knr<br />

Natura 2000-gebied<br />

Doel<br />

omvang<br />

Doel<br />

kwaliteit<br />

001 Wadd<strong>en</strong>zee behoud verbetering<br />

Populatie<br />

2.300-<br />

3.300 (↑)<br />

Relatieve<br />

bijdrage* Besluit<br />

sf, A3 aanwijzingsbesluit<br />

007 Noordzeekustzone behoud behoud 160 sf, B1 aanwijzingsbesluit<br />

113 Voordelta behoud behoud 70 sf, B1 aanwijzingsbesluit<br />

115 Greveling<strong>en</strong> behoud behoud 30 sf, C ontwerpbesluit<br />

118 Oosterschelde behoud behoud 580 sf, A1 conform ontwerp<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe behoud behoud 230 sf, B2 conform ontwerp<br />

* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf).<br />

De staat van instandhouding van de ste<strong>en</strong>loper is op de aspect<strong>en</strong> populatie <strong>en</strong> leefgebied<br />

beoordeeld als respectievelijk “zeer ongunstig” <strong>en</strong> “matig ongunstig”. De algem<strong>en</strong>e aantalstr<strong>en</strong>d<br />

voor de ste<strong>en</strong>loper in de Wadd<strong>en</strong>zee (001) is licht dal<strong>en</strong>d, voor de Delta, in dit geval de<br />

gebied<strong>en</strong> Voordelta (113), Greveling<strong>en</strong> (115), Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde <strong>en</strong><br />

Saeftinghe (122), stabiel <strong>en</strong> voor de Noordzeekustzone (007) zijn onvoldo<strong>en</strong>de telgegev<strong>en</strong>s<br />

voor e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>danalyse bek<strong>en</strong>d. De herstelopgave is daarom alle<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />

neergelegd. Oorzaak van de licht dal<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d kan in verband word<strong>en</strong> gebracht met het<br />

verdwijn<strong>en</strong> van droogvall<strong>en</strong>de mosselbank<strong>en</strong> in de Wadd<strong>en</strong>zee. De mosselbank<strong>en</strong> zijn in de<br />

Wadd<strong>en</strong>zee in de laatste jar<strong>en</strong> wel teruggekeerd in het oostelijk deel, maar nog niet in het<br />

westelijk deel. Mogelijk spel<strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> in de internationale, biogeografische populatie<br />

ook e<strong>en</strong> rol in de afname van het populatieaantal in de Wadd<strong>en</strong>zee.<br />

Vogelsoort<br />

Overige niet-broedvogelsoort<strong>en</strong><br />

Landelijke doelstelling: behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit leefgebied<br />

Aantal<br />

gebied<strong>en</strong><br />

Landelijke<br />

doelstelling<br />

Populatie<br />

Westerschelde<br />

& Saeftinghe<br />

Relatieve<br />

bijdrage* Besluit<br />

A005 Fuut a;h 24 10.900 100 f, C conform ontwerp<br />

A026 Kleine zilverreiger f 5 140 40 f, A1 conform ontwerp<br />

A034 Lepelaar f 22 1.225 30 sf, B1 conform ontwerp<br />

A041 Kolgans f;g 36 218.300 380 sf, C conform ontwerp<br />

A043 Grauwe gans f;g 31 86.300 16.600 sf, A1 conform ontwerp<br />

A048 Berge<strong>en</strong>d f 14 48.900 4.500 sf, B2 conform ontwerp<br />

A050 Smi<strong>en</strong>t f;g 45 258.200 16.600 sf, B2 conform ontwerp<br />

A051 Krake<strong>en</strong>d f;g 35 10.200 40 f, C conform ontwerp<br />

A052 Wintertaling c 24 21.000 1.100 f, B1 conform ontwerp<br />

A053 Wilde e<strong>en</strong>d f 13 128.000 11.700 f, B2 conform ontwerp<br />

A054 Pijlstaart b 25 7.850 1.400 f, B2 conform ontwerp<br />

A056 Slobe<strong>en</strong>d f;h 38 5.750 70 f, C conform ontwerp<br />

A069 Middelste zaagbek f 7 3.310 30 f, C conform ontwerp<br />

A075 Zeear<strong>en</strong>d f 4 7 k 2 (max) f, A1 conform ontwerp<br />

A103 Slechtvalk f 6 180 k 8 (max) f, B1 conform ontwerp<br />

A132 Kluut b;h 17 9.510 540 sf, B1 conform ontwerp<br />

A137 Bontbekplevier f 10 2.260 430 sf, B2 conform ontwerp<br />

A138 Strandplevier d 3 180 80 (↑) sf, A3 conform ontwerp<br />

A140 Goudplevier e 11 32.300 1.600 sf, B1 conform ontwerp


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 71<br />

A141 Zilverplevier f;i 8 27.600 1.500 sf, B1 conform ontwerp<br />

A142 Kievit b 11 75.500 4.100 sf, B1 conform ontwerp<br />

A144 Driete<strong>en</strong>strandloper j 6 4.310 1.000 sf, B2 conform ontwerp<br />

A149 Bonte strandloper f 8 187.300 15.100 sf, B2 conform ontwerp<br />

A157 Rosse grutto f 7 39.500 1.200 sf, C conform ontwerp<br />

A160 Wulp f 17 101.100 2.500 sf, B1 conform ontwerp<br />

A161 Zwarte ruiter f 5 2.040 270 sf, B2 conform ontwerp<br />

A162 Tureluur b 9 18.480 1.100 sf, B1 conform ontwerp<br />

A164 Gro<strong>en</strong>pootruiter f 3 2.210 90 sf, B1 conform ontwerp<br />

* Het gebied vervult hoofdzakelijk e<strong>en</strong> slaapplaatsfunctie (s), foerageerfunctie (f) of beide (sf). Relatieve bijdrage is<br />

alle<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>d als het landelijke doel <strong>en</strong> het gebiedsdoel beide zijn gebaseerd op dezelfde waarde (òf<br />

seizo<strong>en</strong>smaximum óf seizo<strong>en</strong>sgemiddelde).<br />

a. Fuut: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is landelijk e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling<br />

geformuleerd voor deze soort vanwege slechte stuurbaarheid van vermoedelijke oorzak<strong>en</strong> (Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />

b. Pijlstaart, kluut, kievit <strong>en</strong> tureluur: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is landelijk e<strong>en</strong><br />

behoudsdoelstelling voor deze soort<strong>en</strong> geformuleerd, omdat deze staat van instandhouding alle<strong>en</strong> gebaseerd is op<br />

toekomstverwachting (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />

c. Wintertaling: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding op het aspect populatie is landelijk<br />

e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling voor deze soort geformuleerd. De staat van instandhouding is gebaseerd op e<strong>en</strong><br />

populatie-afname die niet leidt tot e<strong>en</strong> waarde van minder dan 75% van de draagkrachtindicatie (Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />

d. Strandplevier: ondanks de landelijk zeer ongunstige staat van instandhouding is voor deze soort landelijk e<strong>en</strong><br />

behoudopgave geformuleerd. De sterke afname in populatieomvang hangt sam<strong>en</strong> met de afname van de<br />

broedvogelpopulatie. De oorzak<strong>en</strong> van deze afname ligg<strong>en</strong> waarschijnlijk meer in de afname van de geschiktheid<br />

van de broedgebied<strong>en</strong> dan in die van de foerageergebied<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het broedseizo<strong>en</strong>. De condities in het leefgebied<br />

voor de strandplevier zijn grot<strong>en</strong>deels op orde, derhalve word<strong>en</strong> op gebiedsniveau behoudopgav<strong>en</strong> voor het<br />

leefgebied geformuleerd (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />

e. Goudplevier: de goudplevier heeft landelijk e<strong>en</strong> opgave voor uitbreiding omvang <strong>en</strong> verbetering kwaliteit<br />

leefgebied. De verslechtering van de kwaliteit van het leefgebied is niet zichtbaar in de tr<strong>en</strong>d, deze laat e<strong>en</strong><br />

to<strong>en</strong>ame zi<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> Natura 2000-netwerk. Dit betreft echter minder dan de helft van de Nederlandse vogels <strong>en</strong> is<br />

e<strong>en</strong> gevolg van verschuiving<strong>en</strong> in de ligging van de pleisterplaats<strong>en</strong>. Incid<strong>en</strong>tele telling<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het<br />

monitoringsnetwerk suggerer<strong>en</strong> dat de kwaliteit van het leefgebied buit<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Herstelopgav<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het netwerk zijn in dit licht niet geformuleerd (Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2006).<br />

f. Kleine zilverreiger, lepelaar, kolgans, grauwe gans, berge<strong>en</strong>d, smi<strong>en</strong>t, krake<strong>en</strong>d, wilde e<strong>en</strong>d, slobe<strong>en</strong>d, middelste<br />

zaagbek, zeear<strong>en</strong>d, slechtvalk, bontbekplevier, zilverplevier, bonte strandloper, rosse grutto, wulp, zwarte ruiter <strong>en</strong><br />

gro<strong>en</strong>pootruiter: de staat van instandhouding van deze soort<strong>en</strong> is beoordeeld als “gunstig”.<br />

g. Kolgans, grauwe gans, smi<strong>en</strong>t <strong>en</strong> krake<strong>en</strong>d: <strong>en</strong>ige afname landelijk veroorzaakt door ext<strong>en</strong>sivering van landgebruik<br />

(onder andere door natuurontwikkeling) is aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />

h. Fuut, slobe<strong>en</strong>d <strong>en</strong> kluut: <strong>en</strong>ige afname landelijk als gevolg van herstel van zout-zoet overgang<strong>en</strong> is aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />

i. Zilverplevier: <strong>en</strong>ige afname landelijk t<strong>en</strong> behoeve van herstel van het leefgebied voor schelpdiereters is<br />

aanvaar<strong>db</strong>aar.<br />

j. Driete<strong>en</strong>strandloper: ondanks de landelijk matig ongunstige staat van instandhouding is voor de deze soort<br />

landelijk e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling geformuleerd, vanwege de internationaal vooralsnog stabiele <strong>en</strong> nationaal<br />

doorgaand to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de populatie.<br />

k. Zeear<strong>en</strong>d <strong>en</strong> slechtvalk: de landelijke instandhoudingdoelstelling<strong>en</strong> voor deze soort<strong>en</strong> zijn gebaseerd op het<br />

gemiddelde seizo<strong>en</strong>smaximum over de periode 1999/2000-2003/2004.


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage B 72


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Motivering van het besluit op basis van de binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong><br />

1. INLEIDING<br />

Op 27 november 2006 zijn er 111 ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> gepubliceerd voor de eerste<br />

tranche Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />

Deze ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in de periode van 9 januari 2007 tot <strong>en</strong> met 19<br />

februari 2007 ter inzage geleg<strong>en</strong>. Dit heeft ertoe geleid dat er door bijna 7.800 person<strong>en</strong> of<br />

organisaties e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze is ingedi<strong>en</strong>d over één of meer gebied<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijk deel van de<br />

argum<strong>en</strong>tatie in deze zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> heeft betrekking op de gebruikte criteria, de voorgestelde<br />

begr<strong>en</strong>zing van de gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de mogelijke gevolg<strong>en</strong> van Natura 2000 voor burgers <strong>en</strong> het<br />

bedrijfslev<strong>en</strong>. In veel zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> werd dezelfde argum<strong>en</strong>tatie gebruikt <strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

gelijkluid<strong>en</strong>de zorg<strong>en</strong> geuit.<br />

Er is daarom beslot<strong>en</strong> om in één nota tot e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e beantwoording van deze breed geuite<br />

kritiekpunt<strong>en</strong> over te gaan. In deze Nota van Antwoord 42 is op hoofdlijn<strong>en</strong> het te voer<strong>en</strong> beleid<br />

uite<strong>en</strong>gezet. De Nota van Antwoord is op 21 november 2007 aan de Tweede Kamer<br />

aangebod<strong>en</strong> <strong>en</strong> op 13 februari <strong>en</strong> 6 maart 2008 heeft de Tweede Kamer de nota besprok<strong>en</strong>.<br />

Iedere<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze heeft ingedi<strong>en</strong>d, heeft in e<strong>en</strong> persoonlijke brief e<strong>en</strong> antwoord<br />

ontvang<strong>en</strong>, waarin op de algem<strong>en</strong>e opmerking<strong>en</strong> uit de zi<strong>en</strong>swijze is ingegaan.<br />

Gelet op het grote aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> dat voor elk gebied is ingedi<strong>en</strong>d <strong>en</strong> het grote aantal<br />

onderwerp<strong>en</strong> dat daarbij aan de orde is gekom<strong>en</strong>, is beslot<strong>en</strong> om bij elk besluit de individuele<br />

zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> per thema te behandel<strong>en</strong>. Dit gebeurt in deze bijlage C.<br />

Verder wordt in deze bijlage C vermeld welke specifiek op dit gebied betrekking hebb<strong>en</strong>de<br />

inspraakreacties zijn binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe hiermee is omgegaan bij het opstell<strong>en</strong> van het<br />

aanwijzingsbesluit.<br />

Bij de beantwoording van de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn ook de provinciale beschouwing<strong>en</strong> op de<br />

zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>.<br />

Voor het gebied Westerschelde & Saeftinghe zijn 234 zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> ingedi<strong>en</strong>d. De reacties word<strong>en</strong><br />

hieronder thematisch besprok<strong>en</strong>.<br />

2. REACTIES OVER DE PROCEDURE<br />

2.1 ALGEMEEN<br />

In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn vrag<strong>en</strong> gesteld <strong>en</strong> opmerking<strong>en</strong> gemaakt over de gebruikte<br />

aanmeldingsgegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de onderbouwing van de vermelde gegev<strong>en</strong>s in het<br />

standaardgegev<strong>en</strong>sformulier, waaronder “de mate van instandhouding”. Verder wordt<br />

opgemerkt dat er voor de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> met de kwalificatie “aanwezig maar<br />

verwaarloosbaar” ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in de besluit<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> te word<strong>en</strong><br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Daarnaast wordt opgemerkt dat op het standaardgegev<strong>en</strong>sformulier de<br />

bedrijfsactiviteit<strong>en</strong>, die in <strong>en</strong> om het gebied plaatsvind<strong>en</strong>, niet zijn vermeld. M<strong>en</strong> vraagt zich af<br />

of de Europese Commissie bij de selectie van de gebied<strong>en</strong> daarmee rek<strong>en</strong>ing heeft kunn<strong>en</strong><br />

houd<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> vraagt zich ook af of de aanmeldingsprocedure wel zorgvuldig g<strong>en</strong>oeg is doorlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijst<br />

in dit kader mede op de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de huidige besluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eerdere concept<strong>en</strong> die<br />

eind 2005 war<strong>en</strong> opgesteld. Zo wordt er gesteld dat de vertaling van de aanmeldingsgegev<strong>en</strong>s<br />

naar de doelstelling<strong>en</strong> disproportioneel is. Daarnaast zijn de doelstelling<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s deze<br />

insprekers uitgebreider dan de Richtlijn voorschrijft. Door de doelstelling<strong>en</strong> in het ontwerp-<br />

42<br />

Ministerie van LNV (2007): Nota van Antwoord. Inspraakprocedure aanwijzing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Ministerie van<br />

Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

73


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

aanwijzingsbesluit voor alle soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus ook voor die soort<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> typ<strong>en</strong> die niet kwalificer<strong>en</strong>, wordt er naar de m<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong> aantal insprekers t<strong>en</strong> onrechte<br />

de suggestie gewekt dat de maatregel<strong>en</strong> die hieruit voortvloei<strong>en</strong> het gevolg zijn van de<br />

verplichting<strong>en</strong> van de Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn. In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt erop<br />

aangedrong<strong>en</strong> om in e<strong>en</strong> gebied alle<strong>en</strong> die habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>, waarvoor<br />

het gebied tot de categorie van belangrijkste gebied behoort. In e<strong>en</strong> ander verband wordt<br />

verwez<strong>en</strong> naar grote aantall<strong>en</strong> ganz<strong>en</strong> die reeds zonder speciale beschermingsgebied<strong>en</strong> al e<strong>en</strong><br />

gunstige ontwikkeling doormak<strong>en</strong>.<br />

Insprekers wijz<strong>en</strong> verder op docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> eerdere fase van het proces ter beoordeling<br />

zijn aangebod<strong>en</strong>, waarop m<strong>en</strong> wijziging<strong>en</strong> heeft voorgesteld <strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> waarvan<br />

wijziging<strong>en</strong> zijn doorgevoerd in de ontwerpbesluit<strong>en</strong>. Het betreft onder andere de<br />

profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 2006 43 <strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit 2005.<br />

Verder wordt er door diverse insprekers op gewez<strong>en</strong> dat de aanwijzing van e<strong>en</strong> Natura 2000gebied<br />

e<strong>en</strong> nieuwe wettelijke status tot gevolg heeft. Dat zou moet<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat in de<br />

besluitvorming de belang<strong>en</strong> van alle betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zorgvuldig di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> meegewog<strong>en</strong>.<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Selectie <strong>en</strong> aanwijzing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

De selectie <strong>en</strong> aanwijzing van de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn met uitzondering van twee<br />

gebied<strong>en</strong> 44 in 2005 volledig afgerond. De rechter is destijds met betrekking tot de in 2000<br />

gebruikte selectie- <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zingsmethodiek 45 tot de conclusie gekom<strong>en</strong> dat deze criteria niet<br />

onredelijk war<strong>en</strong> 46 <strong>en</strong> heeft alle bezwar<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing van de<br />

to<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> ongegrond verklaard. Dat betek<strong>en</strong>t dat de aanwijzing<br />

van dit Vogelrichtlijngebied al recht<strong>en</strong>s vaststaat. Dit gebied was dus al voor de<br />

terinzagelegging e<strong>en</strong> volwaardig Natura 2000-gebied <strong>en</strong> op dat feit kon daarom niet word<strong>en</strong><br />

ingesprok<strong>en</strong>. In deze procedure zijn nu aan dit gebied instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

toegevoegd <strong>en</strong> daarnaast is e<strong>en</strong> aantal wijziging<strong>en</strong> doorgevoerd. Voor de ev<strong>en</strong>tuele wijziging<strong>en</strong><br />

van de vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied geldt te zijn aangewez<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong> naar bijlage<br />

B.2 van deze Nota van toelichting <strong>en</strong> naar hoofdstuk 4 van deze bijlage C. Voor ev<strong>en</strong>tuele<br />

wijziging<strong>en</strong> in de begr<strong>en</strong>zing van het Vogelrichtlijngebied wordt verwez<strong>en</strong> naar hoofdstuk 3 van<br />

de Nota van toelichting <strong>en</strong> naar hoofdstuk 3 van deze bijlage C.<br />

Stapp<strong>en</strong> in het selectieproces van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

Zoals in het Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t (2003) 47 beschrev<strong>en</strong> staat, heeft de aanmelding van<br />

Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> in twee stapp<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>:<br />

Eerste stap van de selectie:<br />

Bij de eerste stap zijn voor elk prioritair habitattype <strong>en</strong> voor elke prioritaire soort in principe de<br />

ti<strong>en</strong> belangrijkste gebied<strong>en</strong> geselecteerd. Dit zijn de gebied<strong>en</strong> waar het type of de soort het<br />

best ontwikkeld is <strong>en</strong> met de grootste oppervlakte of populatie aanwezig is. Indi<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong><br />

bepaald prioritair habitattype de variatie in soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling zodanig groot is dat er<br />

meerdere subtyp<strong>en</strong> (plant<strong>en</strong>sociologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> op verbondsniveau) zijn te onderscheid<strong>en</strong>,<br />

zijn per subtype de vijf belangrijkste gebied<strong>en</strong> geselecteerd. E<strong>en</strong> onderverdeling in subtyp<strong>en</strong> is<br />

niet toegepast indi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de subtyp<strong>en</strong> in dezelfde gebied<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />

43<br />

Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />

D<strong>en</strong> Haag.<br />

44<br />

Het gebied Abtskolk & De Putt<strong>en</strong> zal als gevolg van e<strong>en</strong> rechterlijke uitspraak als Vogelrichtlijngebied aangewez<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarnaast vindt bij het gebied Strabrechtse Heide & Beuv<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> aanwijzing als Vogelrichtlijngebied<br />

plaats.<br />

45<br />

Ministerie van LNV (2000): Nota van Antwoord Vogelrichtlijn, deel 1, bijlage 1. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw,<br />

Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />

46<br />

Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State, 19 maart 2003, nr. 200201933.<br />

47<br />

Ministerie van LNV (2003): “Verantwoordingsdocum<strong>en</strong>t”. Selectiemethodiek voor aangemelde<br />

Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, D<strong>en</strong> Haag.<br />

74


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Voor elk niet-prioritair habitattype of elke niet-prioritaire soort is in principe dezelfde methodiek<br />

toegepast, met di<strong>en</strong> verstande dat voor die typ<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> slechts de vijf belangrijkste<br />

gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd. Ook hier geldt dat alle<strong>en</strong> die gebied<strong>en</strong> zijn geselecteerd waar het<br />

habitattype of de soort het best ontwikkeld is <strong>en</strong> waar de grootste oppervlakte of populatie<br />

aanwezig is. Indi<strong>en</strong> de variatie in soort<strong>en</strong>sam<strong>en</strong>stelling van e<strong>en</strong> niet-prioritair habitattype<br />

zodanig groot is dat het type meerdere subtyp<strong>en</strong> omvat, zijn per subtype de drie belangrijkste<br />

gebied<strong>en</strong> geselecteerd. Ook hier is deze onderverdeling in subtyp<strong>en</strong> niet gemaakt indi<strong>en</strong> de<br />

verschill<strong>en</strong>de subtyp<strong>en</strong> in dezelfde gebied<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>.<br />

Tweede stap van de selectie:<br />

Bij de tweede stap van het selectieproces is onderzocht in hoeverre de landelijke dekking<br />

<strong>en</strong> de geografische spreiding van de gebied<strong>en</strong> als voldo<strong>en</strong>de kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangemerkt.<br />

De landelijke dekking van habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> betreft de totale oppervlakte van e<strong>en</strong><br />

habitattype of de totale populatie van e<strong>en</strong> soort binn<strong>en</strong> de aangemelde gebied<strong>en</strong> als perc<strong>en</strong>tage<br />

van de landelijke oppervlakte van dat habitattype of als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke populatie<br />

van de soort. Als op basis van de selectie in de eerste stap het aantal geselecteerde<br />

“belangrijkste” gebied<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de dekking oplevert, moet onderzocht word<strong>en</strong> welke<br />

gebied<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>d geselecteerd dan wel aangemeld moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om voldo<strong>en</strong>de landelijke<br />

dekking te hal<strong>en</strong>. Daarnaast is bekek<strong>en</strong> of gebied<strong>en</strong> die één ecologische e<strong>en</strong>heid vorm<strong>en</strong> met<br />

gebied<strong>en</strong> in België of Duitsland aan de lijst van aangemelde gebied<strong>en</strong> toegevoegd moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>.<br />

Voor ieder niet-prioritair habitattype <strong>en</strong> iedere niet-prioritaire soort wordt voldo<strong>en</strong>de landelijke<br />

dekking nagestreefd. De indicaties van het European Topic C<strong>en</strong>tre (ETC) <strong>en</strong> de conclusies van<br />

de biogeografische seminars zijn hiervoor als leidraad gebruikt:<br />

- < 20% wordt in de meeste gevall<strong>en</strong> als onvoldo<strong>en</strong>de dekkingsgraad beschouwd;<br />

- 20-60% is e<strong>en</strong> bespreekbaar dekkingsperc<strong>en</strong>tage;<br />

- > 60% dekking is over het algeme<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de.<br />

Hierbij is uitdrukkelijk rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de specifieke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> eis<strong>en</strong> die de<br />

afzonderlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> relatief laag dekkingsperc<strong>en</strong>tage is<br />

aanvaar<strong>db</strong>aar als er sprake is van weinig bedreigde habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze verspreid<br />

voorkom<strong>en</strong>. Hier geldt het proportionaliteitsbeginsel: voor habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> die sterker<br />

onder druk staan, wordt relatief meer bijgedrag<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk dan voor<br />

meer algeme<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. Voor prioritaire habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

prioritaire soort<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de lidstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijzondere verantwoordelijkheid <strong>en</strong> verwacht de<br />

Europese Commissie dat e<strong>en</strong> hoger dekkingsperc<strong>en</strong>tage wordt bereikt.<br />

Beoordeling aanmelding<strong>en</strong> door de Europese Commissie<br />

In 2003 is de Nederlandse bijdrage aan de communautaire lijst van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> 48<br />

door de Europese Commissie goedgekeurd. Daaraan voorafgaand zijn in respectievelijk 1996 <strong>en</strong><br />

1998 voorlopige aanmelding<strong>en</strong> bij de Europese Commissie ingedi<strong>en</strong>d. In het Lijstdocum<strong>en</strong>t<br />

(2004) 49 is het Nederlandse deel van de communautaire lijst voor de Atlantische<br />

biogeografische regio opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hoofdstuk 3 van het Lijstdocum<strong>en</strong>t geeft per habitattype <strong>en</strong><br />

per soort e<strong>en</strong> toelichting op de selectie van gebied<strong>en</strong>. Hierbij staat steeds expliciet aangegev<strong>en</strong><br />

hoe de Europese Commissie de aanmelding van 1998 heeft beoordeeld. Daaruit blijkt dat de<br />

Europese Commissie voor diverse habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in 2002 heeft gemeld dat er e<strong>en</strong><br />

onvoldo<strong>en</strong>de dekking was. Om die red<strong>en</strong> is de aanmelding van 2003 nog met e<strong>en</strong> aantal<br />

gebied<strong>en</strong> uitgebreid. Het Reactiedocum<strong>en</strong>t (2004) 50 bevat e<strong>en</strong> Nota van Antwoord met<br />

48<br />

Beschikking van de Commissie van de Europese Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van 7 december 2004 tot vaststelling, op grond<br />

van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, van de lijst van gebied<strong>en</strong> van communautair belang voor de Atlantische<br />

biogeografische regio (2004/813/EG). Publicatieblad van de Europese Unie L 387/1 (29 december 2004): p. 1-96.<br />

49<br />

Ministerie van LNV (2004): ”Lijstdocum<strong>en</strong>t”. Overzicht van gebiedsselectie voor de Habitatrichtlijn. Ministerie van<br />

Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

50<br />

Ministerie van LNV (2004): Reactiedocum<strong>en</strong>t aanmelding Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>. Resultat<strong>en</strong> van de ontvang<strong>en</strong><br />

reacties bij de op<strong>en</strong>bare procedure voor de aanmelding van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> in het kader van Natura 2000.<br />

Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

75


etrekking tot de op<strong>en</strong>bare voorbereidingsprocedure voor de aanmelding van<br />

Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong>, die begin 2003 heeft plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Misverstand<strong>en</strong> over de aanmelding<br />

E<strong>en</strong> veel gehoord argum<strong>en</strong>t is dat de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong> die in <strong>en</strong> om het gebied plaatsvind<strong>en</strong><br />

bij de aanmelding gemeld hadd<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zodat de Europese Commissie rek<strong>en</strong>ing had<br />

kunn<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> met bestaand gebruik. Dit berust op e<strong>en</strong> misverstand. Zoals in paragraaf 2.1.1<br />

van de Nota van Antwoord uitvoerig uite<strong>en</strong> is gezet, is het standaardgegev<strong>en</strong>sformulier bedoeld<br />

om de pot<strong>en</strong>tiële Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> met de natuurwaard<strong>en</strong> bij de Europese Commissie<br />

aan te meld<strong>en</strong>. Op het formulier staat per rubriek nauwkeurig aangegev<strong>en</strong> welke gegev<strong>en</strong>s<br />

vóór de aanmelding verstrekt di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke gegev<strong>en</strong>s in e<strong>en</strong> later stadium<br />

verstrekt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Eén van de rubriek<strong>en</strong> die pas ingevuld hoeft te word<strong>en</strong> nadat het<br />

gebied deel uitmaakt van het Natura 2000-netwerk is de rubriek “Activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> invloed<strong>en</strong> in<br />

<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het betrokk<strong>en</strong> gebied”. Die gegev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> vooral als basisinformatie voor de<br />

Europese Commissie om de uitvoering van de Richtlijn te kunn<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> <strong>en</strong> haar rol als<br />

toezichthouder te kunn<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>. Het is dan ook e<strong>en</strong> misvatting te veronderstell<strong>en</strong> dat de<br />

Europese Commissie bij de besluitvorming van onjuiste of onvolledige gegev<strong>en</strong>s zou zijn<br />

uitgegaan.<br />

Zoals in paragraaf 3.3 van de Nota van Antwoord staat beschrev<strong>en</strong>, di<strong>en</strong><strong>en</strong> ook voor de soort<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> die niet direct tot de selectie van dat betreff<strong>en</strong>de Habitatrichtlijngebied hebb<strong>en</strong><br />

geleid, maar die wel in dat gebied voorkom<strong>en</strong>, instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> te word<strong>en</strong><br />

opgesteld. Dat zijn namelijk ook soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangemeld.<br />

Het berust op e<strong>en</strong> misverstand te veronderstell<strong>en</strong> dat uit de Richtlijn uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong><br />

verplichting zou voortvloei<strong>en</strong> met betrekking tot kwalificer<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat<br />

er met betrekking tot de niet-kwalificer<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> verplichting<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> bestaan. Er<br />

word<strong>en</strong> daarom niet alle<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de kwalificer<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong><br />

of de kwalificer<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> geformuleerd, maar voor alle habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong>, waarvoor<br />

e<strong>en</strong> gebied is aangemeld. De Europese Commissie gaat ervan uit dat op het<br />

standaardgegev<strong>en</strong>sformulier alle relevante Natura 2000-waard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vermeld <strong>en</strong> dat de<br />

daarop verstrekte gegev<strong>en</strong>s geregeld word<strong>en</strong> geactualiseerd.<br />

Voor één bepaalde categorie kan het formuler<strong>en</strong> van instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> echter<br />

achterwege blijv<strong>en</strong>. Het betreft de categorie “aanwezig maar verwaarloosbaar”. E<strong>en</strong> habitattype<br />

of soort kan in e<strong>en</strong> bepaald gebied in zodanige minieme oppervlakte of slechts incid<strong>en</strong>teel<br />

aanwezig zijn, dat mag word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat het habitattype of de soort zich in dit gebied<br />

niet blijv<strong>en</strong>d kan handhav<strong>en</strong>. Het ontstaan van deze categorie (aanwezig maar<br />

verwaarloosbaar) is het gevolg van de voorgeschrev<strong>en</strong> aanmeldingssystematiek, waarbij de<br />

lidstaat voor elk gebied alle aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> – ongeachte de mate waarin ze<br />

voorkom<strong>en</strong> – di<strong>en</strong>t te meld<strong>en</strong>. Voor deze categorie zijn dan ook ge<strong>en</strong><br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> geformuleerd.<br />

Motivering<br />

Naar aanleiding van de ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is de selectie van de gebied<strong>en</strong> inzichtelijker<br />

gemaakt. Er is per gebied uite<strong>en</strong>gezet waarom het gebied is aangemeld <strong>en</strong> op grond van welke<br />

criteria dit is gebeurd. Naast de reeds uitgebreide toelichting in de Nota van Antwoord is in de<br />

Nota van toelichting van dit besluit op e<strong>en</strong> overzichtelijke wijze aangegev<strong>en</strong> voor welke soort<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> het gebied is aangemeld.<br />

Betrokk<strong>en</strong>heid bij de voorbereiding van de aanwijzing<br />

Voor de nationale procedure voor de aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> wordt verwez<strong>en</strong><br />

naar de paragraf<strong>en</strong> 1.1.4 <strong>en</strong> 1.3.5 van de Nota van Antwoord. In deze paragraf<strong>en</strong> wordt<br />

uitvoerig ingegaan op de gevolgde procedure, die uiteindelijk tot de terinzagelegging van het<br />

ontwerp-aanwijzingsbesluit van dit gebied heeft geleid. Daaruit blijkt dat dit deel van de<br />

procedure meerdere jar<strong>en</strong> in beslag heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zo hebb<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong> ministeries,<br />

provincies, kamers van koophandel, (regionale) land- <strong>en</strong> tuinbouworganisaties, geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

waterschapp<strong>en</strong>, drinkwaterwinners, visserijorganisaties, recreatieorganisaties,<br />

natuurbeschermingsorganisaties <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>sbeheerders eind 2005 het concept Natura 2000<br />

76


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2005) <strong>en</strong> de concept Natura 2000-gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (2005) voor de 162<br />

gebied<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, met het verzoek om comm<strong>en</strong>taar te gev<strong>en</strong>. Naar aanleiding van de<br />

reacties zijn waar nodig nog aanvull<strong>en</strong>de gesprekk<strong>en</strong> gevoerd. Deze consultatie maakte deel uit<br />

van de voorbereiding van de besluitvorming <strong>en</strong> heeft nog tot wijziging<strong>en</strong> geleid. Het resultaat<br />

van deze voorbereiding heeft ter inzage geleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van deze ontwerpaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />

heeft e<strong>en</strong> ieder e<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>swijze kunn<strong>en</strong> indi<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Zorgvuldigheid van de procedure <strong>en</strong> afweging van belang<strong>en</strong><br />

In de paragraf<strong>en</strong> 2.1.1 <strong>en</strong> 1.1.8 van de Nota van Antwoord is de selectieprocedure uitvoerig<br />

beschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> is uite<strong>en</strong>gezet hoe de verschill<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> elkaar zijn afgewog<strong>en</strong>. De<br />

keuze van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied heeft uitsluit<strong>en</strong>d plaatsgevond<strong>en</strong> op basis van de<br />

aanwezigheid van de in bijlage I <strong>en</strong> II van de Habitatrichtlijn g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de aanwezigheid van de in bijlage I <strong>en</strong> artikel 4.2 van de Vogelrichtlijn g<strong>en</strong>oemde<br />

vogelsoort<strong>en</strong>, trekk<strong>en</strong>de watervogels <strong>en</strong>/of overige trekk<strong>en</strong>de vogels. Deze werkwijze vloeit<br />

voort uit de in de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> Vogelrichtlijn g<strong>en</strong>oemde criteria <strong>en</strong> de hierop gebaseerde<br />

Europese jurisprud<strong>en</strong>tie. Het is niet mogelijk om hiervan af te wijk<strong>en</strong>. Pas in e<strong>en</strong> later stadium<br />

– bij het vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij het vaststell<strong>en</strong> van het<br />

beheerplan – kunn<strong>en</strong> naast de ecologische belang<strong>en</strong> ook andere belang<strong>en</strong> aan de orde kom<strong>en</strong>.<br />

Dit is in de paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 3.5 van de Nota van Antwoord verder uite<strong>en</strong>gezet.<br />

Gesteld mag word<strong>en</strong> dat de procedure die bij de aanwijzing van de gebied<strong>en</strong> is gevolgd<br />

zorgvuldig is geweest <strong>en</strong> geheel overe<strong>en</strong>komstig de wet- <strong>en</strong> regelgeving heeft plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />

2.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE PROCEDURE<br />

E<strong>en</strong> inspreker kan zich niet ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> met de aanwijzing van de Westerschelde tot Natura<br />

2000-gebied voor zover die aanwijzing betrekking heeft op het gebied dat is geleg<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

gr<strong>en</strong>s met de Noordzee <strong>en</strong> de monding van de Scaldiahav<strong>en</strong>. In dit gebied, in het bijzonder de<br />

vaarroutes die toegang gev<strong>en</strong> tot de Scaldiahav<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de Scaldiahav<strong>en</strong> zelf, de optimale<br />

accommodatie van de bedrijfsactiviteit<strong>en</strong> in Vlissing<strong>en</strong>-Oost voorop di<strong>en</strong>t te staan. In dit gebied<br />

di<strong>en</strong>t de ontwikkeling van natuurwaard<strong>en</strong> ondergeschikt te zijn aan exploitatie van<br />

bedrijfsactiviteit<strong>en</strong>.<br />

In bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemd gebied van de Westerschelde zijn ge<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> aanwezig die mede<br />

bepal<strong>en</strong>d zijn voor de stopzetting van de achteruitgang van de biodiversiteit in Europa <strong>en</strong> die<br />

bij afweging van betrokk<strong>en</strong> belang<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> tot aanwijzing tot Natura 2000-gebied. Inspreker<br />

verzoekt de Westerschelde als geheel subsidiair het gebied tuss<strong>en</strong> de lijn Westkapelle-Cadzand<br />

in het west<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s-Borselle in het oost<strong>en</strong> niet aan te wijz<strong>en</strong> als Natura 2000-gebied.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het doel van het Natura 2000-netwerk is om e<strong>en</strong> bijdrage<br />

te lever<strong>en</strong> aan het stopp<strong>en</strong> van de achteruitgang van biodiversiteit <strong>en</strong> deze waar mogelijk te<br />

herstell<strong>en</strong>. Dit netwerk is gekoppeld aan bepaalde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> opgesomd in de<br />

bijlag<strong>en</strong> van de Habitatrichtlijn. Estuaria is één van deze habitattyp<strong>en</strong> (H1130). De gehele<br />

Westerschelde (inclusief het mondingsgebied) is in 2003 aangemeld als Habitatrichtlijngebied.<br />

De voor aanmelding belangrijkste red<strong>en</strong> is dat het één van de twee estuari<strong>en</strong>e system<strong>en</strong><br />

(H1130) betreft die in Nederland nog aanwezig zijn. Dit betreft e<strong>en</strong> habitattype dat overal sterk<br />

onder druk staat of plaatselijk zelfs verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> is. Het is niet mogelijk dit gebied geheel of<br />

gedeeltelijk uit te zonder<strong>en</strong> omdat selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d op ecologische grond<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong> (zie verder Nota van Antwoord, paragraaf 2.1). Ook door andere lidstat<strong>en</strong><br />

zijn de belangrijke estuaria aangemeld. Keuzemogelijkheid is er niet omdat het in Nederland<br />

om slechts twee estuaria gaat. Gedeeltelijke aanwijzing is ook niet mogelijk omdat e<strong>en</strong><br />

estuarium alle<strong>en</strong> als geheel als zodanig kan functioner<strong>en</strong>.<br />

De ondiepe del<strong>en</strong> van de Westerschelde zijn reeds in 2000 aangewez<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied.<br />

De aanwijzing als Natura 2000-gebied behelst onder meer de aanwijzing als<br />

Habitatrichtlijngebied <strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>voeging met het aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied. Het<br />

perman<strong>en</strong>te water van de Westerschelde is van betek<strong>en</strong>is als voedsel- <strong>en</strong> rustgebied voor<br />

watervogels. Dit is de red<strong>en</strong> geweest om de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong> het<br />

Habitatrichtlijngebied gelijk te trekk<strong>en</strong>.<br />

77


3. REACTIES OVER DE BEGRENZING<br />

122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

3.1 ALGEMEEN<br />

Ook bij de begr<strong>en</strong>zing van het gebied heeft e<strong>en</strong> aantal insprekers aangegev<strong>en</strong> dat ge<strong>en</strong><br />

rek<strong>en</strong>ing wordt gehoud<strong>en</strong> met andere dan ecologische eis<strong>en</strong>. Zo hebb<strong>en</strong> insprekers aangegev<strong>en</strong><br />

dat ze bezwaar hebb<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de opname van nieuwe natuur, del<strong>en</strong> van de Ecologische<br />

Hoofdstructuur die e<strong>en</strong> natuurfunctie krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in lan<strong>db</strong>ouwkundig gebruik zijn of war<strong>en</strong>.<br />

Insprekers wijz<strong>en</strong> op de gedane toezegging<strong>en</strong> in het kader van nieuwe natuur <strong>en</strong> de<br />

Ecologische Hoofdstructuur. Tev<strong>en</strong>s wordt in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gemeld dat bepaalde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

soort<strong>en</strong> niet of in beperkte mate aanwezig zijn. Insprekers verwacht<strong>en</strong> dat in ieder geval die<br />

grond<strong>en</strong> waar deze waard<strong>en</strong> niet aanwezig zijn buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000gebied<br />

word<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong>.<br />

Er wordt voor gepleit om de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op e<strong>en</strong>duidige wijze ook in het verticale<br />

vlak te begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> op 500 voet, zijnde de bestaande minimumvlieghoogte. Verder wordt<br />

aangegev<strong>en</strong> dat bij de aanwijzing van de Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> destijds voor e<strong>en</strong> bufferzone<br />

van 100 meter rond jachthav<strong>en</strong>s gekoz<strong>en</strong> is. In die geest wordt er bepleit om e<strong>en</strong> bufferzone<br />

van 300 tot 500 meter rond agrarische- <strong>en</strong> recreatiebedrijv<strong>en</strong> in te stell<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s wordt er<br />

aangegev<strong>en</strong> dat de aanmelding onvoldo<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappelijk onderbouwd is, zodat de<br />

onderzoeksplicht bij de belanghebb<strong>en</strong>de wordt gelegd wanneer deze de begr<strong>en</strong>zing gewijzigd<br />

wil zi<strong>en</strong>. Ook wordt gesteld dat de strand<strong>en</strong> niet binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van e<strong>en</strong> Natura 2000gebied<br />

behor<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong>. Zij herberg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is<br />

aangewez<strong>en</strong>.<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Begr<strong>en</strong>zing van bestaande Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

De aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> is niet bedoeld om de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van reeds eerder<br />

aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> te wijzig<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe reeds<br />

eerder is aangewez<strong>en</strong> als Vogelrichtlijngebied (zie ook het hoofdstuk over de procedure), staat<br />

de oorspronkelijke begr<strong>en</strong>zing in principe nu niet ter discussie. Dat neemt niet weg dat er soms<br />

aanleiding kan zijn om de begr<strong>en</strong>zing aan te pass<strong>en</strong>. Daarbij kan het gaan om technische of<br />

inhoudelijke wijziging<strong>en</strong> (zie “Hoofdlijn<strong>en</strong> aanpassing begr<strong>en</strong>zing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>”<br />

hierna).<br />

Uitgangspunt<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

Zoals in paragraaf 2.2 van de Nota van Antwoord <strong>en</strong> in bijlage 9.1 van het Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) 51 uitvoerig uite<strong>en</strong> is gezet, is ook bij het begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gebied<br />

ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met andere vereist<strong>en</strong> dan die verband houd<strong>en</strong> met de aanwezigheid<br />

<strong>en</strong> de instandhouding van de natuurlijke habitats <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. Daarbij zijn de volg<strong>en</strong>de<br />

algem<strong>en</strong>e uitgangspunt<strong>en</strong> gebruikt:<br />

- Habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> van de bijlag<strong>en</strong>: de habitattyp<strong>en</strong> van bijlage I <strong>en</strong> de leefgebied<strong>en</strong><br />

van de soort<strong>en</strong> van bijlage II van de Habitatrichtlijn (<strong>en</strong> dus niet de soort<strong>en</strong> van bijlage IV)<br />

vorm<strong>en</strong> het uitgangspunt voor de begr<strong>en</strong>zing. Dit is inclusief in kwaliteit achteruitgegane <strong>en</strong><br />

gedeg<strong>en</strong>ereerde terreindel<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> herstel haalbaar is <strong>en</strong> voor zover nodig voor de<br />

instandhouding van de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />

- Herk<strong>en</strong>bare e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit: er is gestreefd naar de begr<strong>en</strong>zing van herk<strong>en</strong>bare <strong>en</strong><br />

beheerbare e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>: ecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> (bijvoorbeeld op basis van vegetatiestructuur,<br />

hydrologie of geomorfologie) of beheere<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. Door e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> op deze manier te<br />

begr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> krijgt het gebied e<strong>en</strong> duidelijke id<strong>en</strong>titeit.<br />

- “Cem<strong>en</strong>t tuss<strong>en</strong> de bakst<strong>en</strong><strong>en</strong>”: de begr<strong>en</strong>zing van ecologische e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> impliceert dat het<br />

Habitatrichtlijngebied bestaat uit de habitattyp<strong>en</strong> van bijlage I <strong>en</strong> het leefgebied van de<br />

soort<strong>en</strong> van bijlage II én e<strong>en</strong> stelsel van natuurwaard<strong>en</strong> waarvoor het gebied niet is<br />

51 Ministerie van LNV (2006): Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. Duidelijkheid bied<strong>en</strong>, richting gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> ruimte lat<strong>en</strong>.<br />

Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

78


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

geselecteerd <strong>en</strong>/of niet is aangemeld. Die natuurwaard<strong>en</strong>, gek<strong>en</strong>merkt als het “cem<strong>en</strong>t<br />

tuss<strong>en</strong> de bakst<strong>en</strong><strong>en</strong>”, mak<strong>en</strong> integraal onderdeel uit van de ecosystem<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn nodig voor<br />

herstel <strong>en</strong>/of instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de in de Richtlijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />

- Deelgebied<strong>en</strong>: bij zeer sterke versnippering in meerdere deelgebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> deze<br />

deelgebied<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>sd. De verschill<strong>en</strong>de deelgebied<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> dan elk afzonderlijk de<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied geselecteerd is. Enclaves: binn<strong>en</strong> grote<br />

e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>claves van grootschalige lan<strong>db</strong>ouw <strong>en</strong>/of bebouwing uitgeslot<strong>en</strong>, voor<br />

zover ze ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke bijdrage lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of soort<strong>en</strong>.<br />

- Aansluiting bij administratieve gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>: er is zoveel mogelijk aangeslot<strong>en</strong> bij bestaande<br />

administratieve gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> (bijvoorbeeld begr<strong>en</strong>zing van onder de Natuurbeschermingswet<br />

aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>, Nationale Park<strong>en</strong>, Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of eig<strong>en</strong>domsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>).<br />

- Herk<strong>en</strong>bare topografische lijn<strong>en</strong>: de gebiedsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> bij voorkeur sam<strong>en</strong> met duidelijk<br />

in het landschap herk<strong>en</strong>bare topografische lijn<strong>en</strong>, zoals weg<strong>en</strong>, slot<strong>en</strong>, hegg<strong>en</strong>, oevers,<br />

bosrand<strong>en</strong> <strong>en</strong> markante verschill<strong>en</strong> in landgebruik.<br />

Hoofdlijn<strong>en</strong> aanpassing begr<strong>en</strong>zing Natura 2000-gebied<strong>en</strong><br />

Bij de aanwijzing van de Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij de aanvulling van de<br />

Vogelrichtlijnaanwijzing<strong>en</strong> met gebiedsdoel<strong>en</strong> zijn overlapp<strong>en</strong>de Vogel- <strong>en</strong><br />

Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> gecombineerd tot één Natura 2000-gebied. Daarbij is ernaar gestreefd<br />

de begr<strong>en</strong>zing van Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> zo goed mogelijk op elkaar af te<br />

stemm<strong>en</strong>.<br />

De herbegr<strong>en</strong>zing is doorgevoerd op basis van technische <strong>en</strong>/of inhoudelijke argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Technische aanpassing<strong>en</strong>:<br />

Dit zijn vaak minieme kaarttechnische verbetering<strong>en</strong> t<strong>en</strong>einde de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> af te stemm<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gelijk te trekk<strong>en</strong>. Het zijn ook pragmatische aanpassing<strong>en</strong>. Hierdoor blijv<strong>en</strong> het beheer <strong>en</strong> de<br />

bescherming hanteerbaar <strong>en</strong> wordt de burger e<strong>en</strong> zo duidelijk <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig mogelijke<br />

begr<strong>en</strong>zing gebod<strong>en</strong>. Dit kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> die voor e<strong>en</strong><br />

belangrijk deel overlap verton<strong>en</strong> met (voormalige) beschermde <strong>en</strong> staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op<br />

deze begr<strong>en</strong>zing afgestemd word<strong>en</strong>. Hierdoor word<strong>en</strong> onlogische verschill<strong>en</strong> vermed<strong>en</strong>.<br />

Verder betreft dit ook het zoveel mogelijk op kaart uitzonder<strong>en</strong> van bestaande bebouwing,<br />

tuin<strong>en</strong> <strong>en</strong> erv<strong>en</strong> die alle<strong>en</strong> tekstueel war<strong>en</strong> geëxclaveerd. Tot deze categorie behor<strong>en</strong> ook<br />

aanpassing<strong>en</strong> aan kadastrale gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> in verband met de kadastrale registratie van bij de<br />

aanwijzing “betrokk<strong>en</strong>” percel<strong>en</strong> (zie Nota van toelichting, paragraaf 3.3). Hiermee wordt<br />

voorkom<strong>en</strong> dat kadastrale percel<strong>en</strong> die slechts voor e<strong>en</strong> onbetek<strong>en</strong><strong>en</strong>d deel met het gebied<br />

overlapp<strong>en</strong>, kadastraal word<strong>en</strong> ingeschrev<strong>en</strong> als deel uitmak<strong>en</strong>d van het gebied.<br />

Inhoudelijke aanpassing<strong>en</strong>:<br />

Verkleining van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> wordt door de Europese Commissie, gelet op de<br />

Europese jurisprud<strong>en</strong>tie, slechts “in uitzonderlijke gevall<strong>en</strong>” aanvaar<strong>db</strong>aar geacht indi<strong>en</strong> bij de<br />

oorspronkelijke aanwijzing e<strong>en</strong> “duidelijke wet<strong>en</strong>schappelijke fout” is gemaakt.<br />

Uit jurisprud<strong>en</strong>tie 52 blijkt dat de oppervlakte van e<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied niet mag word<strong>en</strong><br />

verkleind <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied niet mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewijzigd, als<br />

daardoor zones word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> waarin in het wild lev<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong><br />

waarvan de bescherming de aanwijzing van dat Vogelrichtlijngebied heeft gerechtvaardigd. E<strong>en</strong><br />

uitzondering hierop vorm<strong>en</strong> de van het Vogelrichtlijngebied uitgeslot<strong>en</strong> zones die niet langer<br />

overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met de, voor de instandhouding van de in het wild lev<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong>, meest<br />

geschikte leefgebied<strong>en</strong> in de zin van artikel 4, lid 1, van de Richtlijn. Zo kan de begr<strong>en</strong>zing van<br />

Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> zijn aangepast door bebouwing op de rand van het gebied,<br />

bedrijv<strong>en</strong>terrein<strong>en</strong> (>5 ha) <strong>en</strong> rijksweg<strong>en</strong> zoveel mogelijk ook op kaart<strong>en</strong> te exclaver<strong>en</strong> (de<br />

tekstuele exclaveringsformule geldt alle<strong>en</strong> voor de in 2000 aangewez<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>).<br />

52 Europese Hof van Justitie, 13 juli 2006, zaak C-191/05 <strong>en</strong> 25 november 1999, zaak C-96/98.<br />

79


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

In gevall<strong>en</strong> waar in het verled<strong>en</strong> mogelijk e<strong>en</strong> duidelijke begr<strong>en</strong>zingsfout is gemaakt, wordt<br />

onderzocht of er sprake is van e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke fout die voldoet aan de door de Europese<br />

Commissie gestelde voorwaard<strong>en</strong>. Toekomstige ontwikkeling<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> die criteria; de<br />

vergunningprocedure is daarvoor de aangewez<strong>en</strong> weg.<br />

Zie verder Nota van Antwoord paragraaf 2.2.4.<br />

Uitbreiding van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> kan alle<strong>en</strong> aan de orde zijn als het gebied tev<strong>en</strong>s<br />

Habitatrichtlijngebied is <strong>en</strong> de uitbreiding onderdeel is van het desbetreff<strong>en</strong>de<br />

Habitatrichtlijngebied. Uitbreiding van e<strong>en</strong> “zuiver” Vogelrichtlijngebied is ge<strong>en</strong> onderdeel van<br />

deze procedure. Zie ook Nota van Antwoord paragraaf 2.2.5.<br />

Geblek<strong>en</strong> is dat in e<strong>en</strong> beperkt aantal gevall<strong>en</strong> bij de begr<strong>en</strong>zing van Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

onvoldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de verspreiding van relevante habitattyp<strong>en</strong> of<br />

leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong>, waardoor aanpassing<strong>en</strong> (zowel uitbreiding als verkleining)<br />

noodzakelijk war<strong>en</strong>. Dit is meestal het gevolg van verbeterde <strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis. Ook<br />

uitbreiding<strong>en</strong> die noodzakelijk zijn voor het behal<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van<br />

het gebied, vall<strong>en</strong> in deze categorie van inhoudelijke aanpassing<strong>en</strong>.<br />

Meebegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van nieuwe natuur<br />

Met nieuwe natuur word<strong>en</strong> del<strong>en</strong> van de Ecologische Hoofdstructuur bedoeld die e<strong>en</strong><br />

natuurfunctie krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in lan<strong>db</strong>ouwkundig gebruik zijn of war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> groot deel van deze<br />

nieuwe natuur is inmiddels al verworv<strong>en</strong> <strong>en</strong> als natuurgebied ingericht. Nieuwe natuur is<br />

meebegr<strong>en</strong>sd indi<strong>en</strong> (in geval van e<strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied) één van de volg<strong>en</strong>de situaties van<br />

toepassing is:<br />

1) wanneer het natuurdoel van de nieuwe natuur overe<strong>en</strong>komt met dat van het aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de<br />

aangemelde Natura 2000-gebied (de natuurwaard<strong>en</strong> zijn al aanwezig of zull<strong>en</strong> conform<br />

vastgestelde plann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontwikkeld). Het betreff<strong>en</strong>de natuurdoel di<strong>en</strong>t uiteraard invulling<br />

te gev<strong>en</strong> aan de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van het gebied.<br />

2) wanneer de nieuwe natuur aantoonbaar noodzakelijk is om de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

te kunn<strong>en</strong> realiser<strong>en</strong>.<br />

Voor nieuwe natuur die nodig is voor de realisatie van Natura 2000 blijft het principe van<br />

vrijwilligheid geld<strong>en</strong> bij verwerving van de grond<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij omzetting van cultuurgrond naar<br />

natuur (zie verder paragraaf 2.2.2 van de Nota van Antwoord). De nieuwe natuur die is<br />

toegevoegd na de aanmelding in 2003 is naar aanleiding van ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> op de<br />

ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> nogmaals kritisch getoetst aan de hiervoor g<strong>en</strong>oemde criteria.<br />

Het resultaat staat beschrev<strong>en</strong> in paragraaf 3.3 van de Nota van toelichting.<br />

Exclavering van (jacht)hav<strong>en</strong>s<br />

In paragraaf 2.2.8 van de Nota van Antwoord staat dat in de Nota’s van toelichting, behor<strong>en</strong>de<br />

bij de besluit<strong>en</strong> voor de aanwijzing van Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> in 2000, hav<strong>en</strong>s op de volg<strong>en</strong>de<br />

wijze tekstueel zijn uitgezonderd: “(Jacht)hav<strong>en</strong>s mak<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> deel uit van de speciale<br />

beschermingszone. Bij (jacht)hav<strong>en</strong>s, die geheel binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> speciale beschermingszone ligg<strong>en</strong>,<br />

valt aan de waterzijde e<strong>en</strong> zone van 100 meter, gemet<strong>en</strong> vanaf de hav<strong>en</strong>mond c.q. de<br />

aanlegsteigers, ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing. Gr<strong>en</strong>st e<strong>en</strong> (jacht)hav<strong>en</strong> aan de buit<strong>en</strong>zijde direct<br />

aan de speciale beschermingszone, dan is de zone van 100 meter ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />

van de speciale beschermingszone gehoud<strong>en</strong>. Daar waar de kaart <strong>en</strong> de Nota van toelichting,<br />

bijvoorbeeld om kaarttechnische red<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>, is de hierbov<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

tekst doorslaggev<strong>en</strong>d.”.<br />

De red<strong>en</strong> hiervoor was dat dergelijke hav<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk deel uitmak<strong>en</strong> van het leefgebied<br />

van de betreff<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>. De formule gaf echter aanleiding tot misverstand<strong>en</strong>. Zo vatte e<strong>en</strong><br />

geme<strong>en</strong>te de bov<strong>en</strong>aangehaalde exclavering op als vrijbrief voor de aanleg van e<strong>en</strong> jachthav<strong>en</strong>.<br />

Ook zijn sommige hav<strong>en</strong>s in 2000 op kaart ruimer geëxclaveerd dan de exclaveringsformule<br />

voorschrijft. Er bestond bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> grote onduidelijkheid over de invulling van het begrip<br />

(jacht)hav<strong>en</strong>. Daarom is er beslot<strong>en</strong> om de algem<strong>en</strong>e exclaveringsformule voor hav<strong>en</strong>s te lat<strong>en</strong><br />

vervall<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle hav<strong>en</strong>s die voor exclavering in aanmerking kom<strong>en</strong>, al op de gebiedskaart uit<br />

te zonder<strong>en</strong>. Het exclaver<strong>en</strong> van hav<strong>en</strong>s op kaart geeft bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> uitsluitsel over wat precies<br />

onder het begrip “(jacht)hav<strong>en</strong>s” moet word<strong>en</strong> verstaan, namelijk uitsluit<strong>en</strong>d aanlegplaats<strong>en</strong><br />

80


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

met hav<strong>en</strong>faciliteit<strong>en</strong>. Op zichzelf staande aanlegvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zoals aanlegsteigers word<strong>en</strong><br />

daartoe niet gerek<strong>en</strong>d.<br />

Bufferzones <strong>en</strong> exclavering van recreatieonderneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> agrarische bedrijv<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> bufferzone van 300 tot 500 meter rond recreatieonderneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> agrarische bedrijv<strong>en</strong>,<br />

waar door vele ondernemers om is verzocht, behoort niet tot de mogelijkhed<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong><br />

hiervoor is dat m<strong>en</strong>selijk gebruik of de door de m<strong>en</strong>s toegek<strong>en</strong>de bestemming niet bepal<strong>en</strong>d is<br />

voor de vraag of e<strong>en</strong> gebied of terrein als Natura 2000-gebied aangewez<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong>.<br />

Ecologische red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn daarbij bepal<strong>en</strong>d. E<strong>en</strong> Natura 2000-gebied is in zijn geheel van<br />

belang.<br />

Ook in de uitspraak van de Raad van State over de aanwijzing van één van de eerste Natura<br />

2000-gebied<strong>en</strong> is de vraag over e<strong>en</strong> bufferzone aan de orde gekom<strong>en</strong>. De Raad van State was<br />

to<strong>en</strong> van oordeel dat “het aanhoud<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> minimale afstand tot bedrijfsbebouwing niet<br />

mogelijk is, omdat niet in algem<strong>en</strong>e zin t<strong>en</strong> behoeve van de in het gebied geleg<strong>en</strong> agrarische<br />

bedrijfsbebouwing kan word<strong>en</strong> vastgesteld in hoeverre de binn<strong>en</strong> die afstand geleg<strong>en</strong> grond<strong>en</strong><br />

naar ecologische maatstav<strong>en</strong> al dan niet tot het aan te wijz<strong>en</strong> gebied moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gerek<strong>en</strong>d” 53 .<br />

Bij Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> wordt het hele gebied door de vogels gebruikt voor broed<strong>en</strong>,<br />

foerager<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of rust<strong>en</strong>, hoewel niet elk deel ev<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sief wordt b<strong>en</strong>ut. Voor<br />

Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong> vergelijkbare aanpak hoewel habitattyp<strong>en</strong> meestal ge<strong>en</strong><br />

grote, aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> oppervlakt<strong>en</strong> beslaan. Daar staat teg<strong>en</strong>over dat de instandhouding van<br />

habitattyp<strong>en</strong> meestal e<strong>en</strong> ruimere begr<strong>en</strong>zing vereist omdat ook rek<strong>en</strong>ing moet word<strong>en</strong><br />

gehoud<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> mogelijke verschuiving van de habitatwaard<strong>en</strong> door het gebied (successie).<br />

Daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> bestaande bebouwing, erv<strong>en</strong>, tuin<strong>en</strong>, verharding<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoofdspoorweg<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> deel uit van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied. Zij zijn door hun fysieke geaardheid blijv<strong>en</strong>d<br />

ongeschikt. Ook mijnbouwinrichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> -installaties vall<strong>en</strong> onder de definitie van e<strong>en</strong><br />

bouwwerk <strong>en</strong> daarmee onder de exclaveringsformule (zie paragraaf 3.4 van de Nota van<br />

toelichting). Dat geldt niet voor ondergronds of onderwater voorkom<strong>en</strong>de structur<strong>en</strong> zoals gas-<br />

<strong>en</strong> waterleiding<strong>en</strong>. De aanwezigheid hiervan betek<strong>en</strong>t niet per definitie dat deze gebied<strong>en</strong><br />

ongeschikt zijn voor plant<strong>en</strong> of dier<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze zijn daarom niet geëxclaveerd.<br />

Zie ook paragraaf 2.2.6 van de Nota van Antwoord.<br />

Verticale begr<strong>en</strong>zing<br />

In paragraaf 2.2.9 van de Nota van Antwoord wordt vermeld dat er ge<strong>en</strong> verticale gr<strong>en</strong>s in de<br />

Natura 2000-gebied<strong>en</strong> is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Wel moet gewaarborgd zijn dat vliegbeweging<strong>en</strong> in de<br />

omgeving van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> niet tot aantasting van natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Dat<br />

geldt voor de gehele burgerluchtvaart (inclusief parasail<strong>en</strong>, parachutespring<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

luchtballonvar<strong>en</strong>), het militaire luchtverkeer <strong>en</strong> alle andere activiteit<strong>en</strong> die in sam<strong>en</strong>hang met<br />

deze vliegbeweging<strong>en</strong> in het luchtruim of op de grond plaatsvind<strong>en</strong>, zoals schietoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

parachutespring<strong>en</strong>. De effectbeoordeling van dit soort activiteit<strong>en</strong> kan daarom het best per<br />

gebied plaatsvind<strong>en</strong>, toegesned<strong>en</strong> op de omstandighed<strong>en</strong> ter plekke. Het is dus niet zinvol om<br />

hiervoor g<strong>en</strong>erieke norm<strong>en</strong> in de besluit<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> aan de orde, wordt het<br />

bestaand gebruik door luchtverkeer beoordeeld bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan.<br />

Voorwaarde blijft ook hier dat het bestaande gebruik de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> niet in<br />

gevaar mag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

3.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE BEGRENZING<br />

Enkele insprekers vrag<strong>en</strong> om vooral aan de rand<strong>en</strong> van het gebied te bepal<strong>en</strong> of de kwaliteit<strong>en</strong><br />

van het gebied de begr<strong>en</strong>zing<strong>en</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>. Voorgesteld wordt om waar dit niet het geval<br />

is, de begr<strong>en</strong>zing 300 tot 500 meter zeewaarts bij te stell<strong>en</strong>. Dit beperkt de belemmer<strong>en</strong>de<br />

rechtsgevolg<strong>en</strong>.<br />

Andere insprekers stell<strong>en</strong> voor de begr<strong>en</strong>zing 300 meter naar binn<strong>en</strong> te schuiv<strong>en</strong> zodat niet het<br />

lan<strong>db</strong>ouwgebied maar de nieuwe natuur de buffer vormt.<br />

53 Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State, 5 november 2008, nr. 200802546/1.<br />

81


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Volg<strong>en</strong>s <strong>en</strong>kele insprekers is in het gedeelte van het gebied Westerschelde tot <strong>en</strong> met 3000<br />

meter t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van glastuinbouw Rilland niet mogelijk dat habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied<br />

is aangewez<strong>en</strong> hier aanwezig zijn, vanwege de drukke scheepvaart. Mocht<strong>en</strong> deze habitattyp<strong>en</strong><br />

wel aanwezig zijn dan hebb<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele kans om te overlev<strong>en</strong> vanwege scheepvaart,<br />

klimaatverandering<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeewaterstroming<strong>en</strong>. Ook ontbrek<strong>en</strong> in dit gebied bijna alle<br />

aangewez<strong>en</strong> soort<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker zegt dat in de actuele situatie de natuurdoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> niet of slechts in<br />

beperkte mate aanwezig zijn bij zijn glastuinbouwcomplex. Gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de voet van de<br />

Westerscheldedijk loopt ter hoogte van het complex e<strong>en</strong> brede diepe geul die zelfs bij eb niet<br />

droog valt. De inspreker acht het daarom onmogelijk om zonder m<strong>en</strong>selijk ingrijp<strong>en</strong> de<br />

habitattyp<strong>en</strong> voor dit gebied daar te realiser<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de aanwijzing van de Westerschelde <strong>en</strong> de<br />

begr<strong>en</strong>zing in algem<strong>en</strong>e zin wordt verwez<strong>en</strong> naar het antwoord gegev<strong>en</strong> in paragraaf 2.2 van<br />

deze bijlage. Bij de aanwijzing van Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bufferzones<br />

gehanteerd, omdat de begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d moet word<strong>en</strong> vastgesteld aan de hand van de<br />

waard<strong>en</strong> waarvoor het gebied wordt aangewez<strong>en</strong> (zie verder Nota van Antwoord, paragraaf<br />

2.2.6).<br />

E<strong>en</strong> inspreker maakt gebruik van zog<strong>en</strong>aamde ankerplaats<strong>en</strong> welke minimaal 15 meter diep<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn. Bij de aanwijzing van de Westerschelde als Vogelrichtlijngebied bleek dat<br />

ankerplaats<strong>en</strong> geëxclaveerd werd<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat licht<strong>en</strong> tot best<strong>en</strong>dig gebruik werd gerek<strong>en</strong>d, dus in<br />

huidige omvang <strong>en</strong> int<strong>en</strong>siteit kon blijv<strong>en</strong> bestaan. Nu zijn echter de diepe water<strong>en</strong> inclusief de<br />

bodem wel tot Natura 2000-gebied aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn de ankerplaats<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> als<br />

habitattype estuaria (H1130). Er wordt bezwaar gemaakt teg<strong>en</strong> het opnem<strong>en</strong> van habitattype<br />

estuaria <strong>en</strong> stelt voor om water<strong>en</strong> dieper dan 10 meter te exclaver<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gr<strong>en</strong>s van het Vogelrichtlijngebied is gelijkgetrokk<strong>en</strong><br />

met die van het Habitatrichtlijngebied (zie ook het antwoord in paragraaf 2.2), gelet op het<br />

gebruik dat watervogels in het gebied van het perman<strong>en</strong>te water mak<strong>en</strong>. Gebiedsdel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

niet word<strong>en</strong> uitgezonderd weg<strong>en</strong>s bepaald m<strong>en</strong>selijk gebruik. Het gebruik van ankerplaats<strong>en</strong><br />

zal als bestaand gebruik in het beheerplan aan de orde kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers vrag<strong>en</strong> aandacht voor de strand<strong>en</strong> ter hoogte van het Sloegebied (ook<br />

aangeduid als de Kaloot). Enerzijds wordt gesteld de hele Westerschelde (inclusief strand<strong>en</strong>)<br />

bescherming verdi<strong>en</strong>d. Anderzijds wordt door ander<strong>en</strong> gesteld dat de begr<strong>en</strong>zing ge<strong>en</strong><br />

belemmering mag vorm<strong>en</strong> voor de uitbreiding van het hav<strong>en</strong>gebied.<br />

E<strong>en</strong> andere inspreker w<strong>en</strong>st dat Natura 2000 ge<strong>en</strong> belemmering vormt voor de realisering van<br />

de Westerschelde Container Terminal. Indi<strong>en</strong> blijkt dat dit wel het geval zal zijn, verzoekt de<br />

inspreker de Kaloot uit de begr<strong>en</strong>zing te hal<strong>en</strong>.<br />

De ingedi<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanleiding de begr<strong>en</strong>zing ter hoogte van het Sloegebied<br />

ter herzi<strong>en</strong>. De strand<strong>en</strong> in het estuari<strong>en</strong>e deel van de Westerschelde (het buit<strong>en</strong>dijks gebied<br />

tuss<strong>en</strong> de rijksgr<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s) mak<strong>en</strong> deel uit van het aangewez<strong>en</strong> gebied<br />

als onderdeel van het habitattype estuaria (H1130). Voor wat betreft de bedoelde belemmering<br />

wordt erop gewez<strong>en</strong> dat bij begr<strong>en</strong>zing slechts ecologische motiev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Er kan<br />

ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met toekomstige ontwikkeling<strong>en</strong>; de vergunning<strong>en</strong>procedure<br />

is daarvoor de aangewez<strong>en</strong> weg (Nota van Antwoord, paragraaf 2.2.4).<br />

E<strong>en</strong> inspreker ziet e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>strijdigheid in de Nota van toelichting.Op pagina 8 staat<br />

“Waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong> zijn buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing gebracht”. Op pagina 10 staat “Waar de<br />

buit<strong>en</strong>gr<strong>en</strong>s van het watergebied sam<strong>en</strong>valt met e<strong>en</strong> waterker<strong>en</strong>de dijk ligt de gr<strong>en</strong>s op de<br />

buit<strong>en</strong>kruinlijn van de dijk”.<br />

E<strong>en</strong> inspreker heeft bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing van de waterker<strong>en</strong>de dijk, zoals op de kaart<br />

staat aangegev<strong>en</strong>. De inspreker concludeert echter uit de toelichting dat de waterker<strong>en</strong>de<br />

dijk<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de aanwijzing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> vraagt om op de kaart de gr<strong>en</strong>s aan te<br />

pass<strong>en</strong>.<br />

82


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Er lijkt sprake van teg<strong>en</strong>strijdigheid omdat in het tweede (niet aangehaalde) deel van de zin op<br />

pagina 8 abusievelijk “Oosterschelde” staat vermeld in plaats van “Westerschelde”. Er had<br />

moet<strong>en</strong> staan: “met di<strong>en</strong> verstande dat de gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde t<strong>en</strong> behoeve van de<br />

duidelijkheid is gelegd op de buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong>” 54 . Dit is gedaan<br />

omdat de voorhe<strong>en</strong> gehanteerde “buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong>” tot onduidelijkheid heeft geleid waar schorr<strong>en</strong><br />

langs de dijk ligg<strong>en</strong>. De buit<strong>en</strong>te<strong>en</strong> is dan niet e<strong>en</strong>duidig vast te stell<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou de<br />

gr<strong>en</strong>s dan door habitatyp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> strijdig is met het uitgangspunt<br />

(paragraaf 3.2) dat de ligging van habitattyp<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>d di<strong>en</strong>t te zijn voor de begr<strong>en</strong>zing. De<br />

begr<strong>en</strong>zing op de buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterker<strong>en</strong>de dijk<strong>en</strong> is nu ook op de kaart<strong>en</strong><br />

uitgevoerd.<br />

E<strong>en</strong> inspreker vraagt om de toevoeging van de dijk tuss<strong>en</strong> de Herdijkte Zwarte Polder <strong>en</strong> de<br />

Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder, vanwege de negatieve randwerking <strong>en</strong> afronding.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Aan de w<strong>en</strong>s is echter in e<strong>en</strong> andere vorm wel tegemoet<br />

gekom<strong>en</strong> doordat de gr<strong>en</strong>s de buit<strong>en</strong>kruinlijn volgt (zie bov<strong>en</strong>) waardoor het buit<strong>en</strong>talud binn<strong>en</strong><br />

het aangewez<strong>en</strong> gebied is kom<strong>en</strong> te ligg<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers will<strong>en</strong> dat strand<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>s van<br />

het Natura 2000-gebied op de laagwaterlijn wordt gelegd vanwege de recreatieve functie van<br />

de strand<strong>en</strong>, de uitvoering van waterstaatkundige werkzaamhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> het feit dat er ge<strong>en</strong><br />

leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> of habitattyp<strong>en</strong> op de strand<strong>en</strong> aanwezig zijn waarvoor het gebied is<br />

aangewez<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor zover het het (zee-)gebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn<br />

Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s betreft met uitzondering van het deel ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong><br />

Zwarte Polder (zie t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van deze lijn het vorige antwoord). Dit is als volgt verwoord in<br />

paragraaf 3.3: “De gr<strong>en</strong>s langs de Westerschelde oostelijk van de lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />

ter hoogte van de Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder is uit e<strong>en</strong> oogpunt van duidelijkheid op de<br />

buit<strong>en</strong>kruinlijn van de primaire waterkering<strong>en</strong> gelegd.“ Dit is gedaan omdat de laagwaterlijn de<br />

gr<strong>en</strong>s vormt van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) waarvoor het<br />

gebied t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s vooral is aangewez<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> uitzondering vormt de<br />

Verdronk<strong>en</strong> Zwarte Polder tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Cadzand waar de gr<strong>en</strong>s de buit<strong>en</strong>kruinlijn langs<br />

het (voormalige) beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t volgt. In teg<strong>en</strong>stelling tot bv. de Voordelta<br />

hebb<strong>en</strong> de strand<strong>en</strong> hier weinig betek<strong>en</strong>is voor de vogels waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de gr<strong>en</strong>s van het Habitatrichtlijngebied hier leid<strong>en</strong>d omdat dit de aanleiding was<br />

voor uitbreiding van het Vogelrichtlijngebied.<br />

E<strong>en</strong> inspreker stelt dat de gr<strong>en</strong>s op plaats<strong>en</strong> waar het Natura 2000-gebied gr<strong>en</strong>st aan duin<strong>en</strong><br />

op de duinvoet moet word<strong>en</strong> gelegd, conform de gr<strong>en</strong>s van de Voordelta.<br />

Voor e<strong>en</strong> andere inspreker is het onduidelijk waarom strand<strong>en</strong> <strong>en</strong> duin<strong>en</strong> in het gebied aan de<br />

noordzijde van de Westerschelde buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing zijn gelat<strong>en</strong>. De begr<strong>en</strong>zing is hier<br />

geleg<strong>en</strong> ter hoogte van de kopp<strong>en</strong> van de paalhoofd<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de motivering wordt verwez<strong>en</strong> naar het vorige<br />

antwoord.<br />

Enkele insprekers vind<strong>en</strong> dat de Vlakte van de Raan <strong>en</strong> de Zeeuwse Bank<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

meebegr<strong>en</strong>sd. Dit volgt uit de criteria die voor het vaststell<strong>en</strong> van de begr<strong>en</strong>zing geld<strong>en</strong>. Hier<br />

bevind<strong>en</strong> zich perman<strong>en</strong>t met ondiep zeewater overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110). Het strookt<br />

volg<strong>en</strong>s insprekers niet de plann<strong>en</strong> om de Vlakte van de Raan te bescherm<strong>en</strong>. De gebied<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> veel veel gebruikt word<strong>en</strong> door foerager<strong>en</strong>de sterns (A191 t/m A195) broed<strong>en</strong>d op de<br />

Hooge Plat<strong>en</strong>, door zeehond<strong>en</strong> (H1365) <strong>en</strong> door zwarte zee-e<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (A065).<br />

54 De betreff<strong>en</strong>de zin is anders geformuleerd in verband met het antwoord in de volg<strong>en</strong>de alinea.<br />

83


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

E<strong>en</strong> andere inspreker me<strong>en</strong>t dat het beter is de begr<strong>en</strong>zing van het gebied te lat<strong>en</strong> aansluit<strong>en</strong><br />

bij de zeewaartse begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied Voordelta.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat de aanwijzing van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong> (buit<strong>en</strong> de<br />

Westerschelde) buit<strong>en</strong> het kader van deze aanwijzing valt. Wel is op andere wijze reeds<br />

invulling gegev<strong>en</strong> aan de geuite w<strong>en</strong>s. De Vlakte van de Raan is in december 2008 als<br />

Habitatrichtlijngebied aangemeld in het kader van de aanmelding van mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>. Uit de<br />

beoordeling van de Nederlandse aanmelding van deze gebied<strong>en</strong> door de Europese Commissie<br />

zal moet<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> of dit voldo<strong>en</strong>de wordt geacht. Met deze aanmelding wordt ook aansluiting<br />

bereikt op de Voordelta.<br />

Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat bij de aanwijzing van de Westerschelde tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> stuk<br />

Noordzee is betrokk<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de lijn Bresk<strong>en</strong>s-Vlissing<strong>en</strong>. Dit gebied is zodanig groot<br />

dat e<strong>en</strong> nauwkeurige begr<strong>en</strong>zing op zijn plaats is. Vooral aan de rand<strong>en</strong> moet nader gekek<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> of de kwaliteit<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing rechtvaardig<strong>en</strong>. Waar dit niet het geval is di<strong>en</strong>t de<br />

begr<strong>en</strong>zing naar binn<strong>en</strong> toe te word<strong>en</strong> verlegd.<br />

In de vorige antwoord<strong>en</strong> is reeds verklaard dat de gr<strong>en</strong>s aan de landzijde t<strong>en</strong> west<strong>en</strong> van de<br />

lijn Vlissing<strong>en</strong>-Bresk<strong>en</strong>s is gelegd op de laagwatergr<strong>en</strong>s. De zeewaartse gr<strong>en</strong>s volgt de gr<strong>en</strong>s<br />

van de territoriale zee van Nederland (zie paragraaf 3.3 van deze Nota van toelichting).<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat gebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die weliswaar natuurgebied zijn, maar<br />

waar ge<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> aanwezig zijn die aanwijzing rechtvaardig<strong>en</strong>. Dit laatste geldt<br />

nadrukkelijk voor de Herdijkte Zwarte Polder gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de Zwarte Polder. Deze polder heeft<br />

ge<strong>en</strong> noem<strong>en</strong>swaardige natuurwaarde.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In bedoeld deelgebied zijn wel degelijk habitattyp<strong>en</strong><br />

aanwezig: zilte pionierbegroeiing<strong>en</strong> (H1310), schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks<br />

(H1330B) <strong>en</strong> helmduin<strong>en</strong> (H2120), terwijl mogelijk op termijn ook het habitattype vochtige<br />

duinvallei<strong>en</strong> (H2190) ontwikkeld kan word<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker vindt dat de oostelijke helft van het Rammek<strong>en</strong>sgors, geleg<strong>en</strong> in de monding van<br />

de Sloehav<strong>en</strong>, bestaande uit ondiep op<strong>en</strong> water, slik <strong>en</strong> jong schor t<strong>en</strong> onrechte buit<strong>en</strong> de<br />

begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied is gelat<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gr<strong>en</strong>s van het Habitatrichtlijngebied volgt hier de gr<strong>en</strong>s<br />

van het Vogelrichtlijngebied zoals die bij de aanwijzing in 2000 is vastgesteld. De gr<strong>en</strong>s valt<br />

sam<strong>en</strong> met de gr<strong>en</strong>s van de Ecologische Hoofdstructuur (bestaande natuur) zoals opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

in het provinciale natuurgebiedsplan (2008).<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het natuurgebied De Groedse Duintjes, geleg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van<br />

Groede, in de begr<strong>en</strong>zing op te nem<strong>en</strong> In dit natuurgebied zou het habitattype vochtige<br />

duinvallei<strong>en</strong> (H2190) voorkom<strong>en</strong>, zeldzaam voor de regio.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er zijn <strong>en</strong>kele plasjes aanwezig, die door het ontbrek<strong>en</strong> van<br />

karakteristieke soort<strong>en</strong> echter niet tot het habitattype kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d. Er is dan ook<br />

ge<strong>en</strong> aanleiding om uitbreiding van het gebied te overweg<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker vraagt om de toevoeging van Voorland van Nummer E<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Hoofdplaat. Hier zou e<strong>en</strong> waardevol schorgebied zijn met broe<strong>db</strong>iotoop van<br />

onder andere de dwergstern (A195).<br />

Het bedoelde gebied maakte reeds deel uit van het in 2000 aangewez<strong>en</strong> Vogelrichtlijngebied <strong>en</strong><br />

maakt ook onderdeel uit van het Natura 2000-gebied.<br />

E<strong>en</strong> inspreker is het niet e<strong>en</strong>s met de begr<strong>en</strong>zing van percel<strong>en</strong> die in het kader van<br />

Natuurcomp<strong>en</strong>satie Westerschelde zijn gerealiseerd, zoals het schor bij Oss<strong>en</strong>isse, de<br />

84


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Mol<strong>en</strong>polder bij Oss<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gedeelte van de Vogelkreek. De Mol<strong>en</strong>polder staat overig<strong>en</strong>s<br />

wel op de kaart, maar niet in de gebiedsbeschrijving.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het Schor van Hont<strong>en</strong>isse (in de Mol<strong>en</strong>polder t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong><br />

van Oss<strong>en</strong>isse) is toegevoegd om invulling te gev<strong>en</strong> aan de uitbreidingsdoelstelling die van<br />

toepassing is op het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B). Het<br />

terrein heeft ontwikkelingskans<strong>en</strong> voor dit habitattype. De Vogelkreek betreft e<strong>en</strong> ander Natura<br />

2000-gebied. De gebiedsbeschrijving vermeldt niet alle gebiedsdel<strong>en</strong>, maar het bedoelde<br />

deelgebied komt wel aan de orde in de motivering van de gr<strong>en</strong>swijziging<strong>en</strong> (paragraaf 3.3 van<br />

deze Nota van toelichting).<br />

Enkele insprekers vind<strong>en</strong> dat gebied Klein Mol<strong>en</strong>polder/De Paal niet moet word<strong>en</strong> begr<strong>en</strong>sd met<br />

het oog op e<strong>en</strong> robuuste <strong>en</strong> duidelijke begr<strong>en</strong>zing, de ligging aansluit<strong>en</strong>d aan de dorpskern<br />

Paal, het agrarische gebruik van de polder <strong>en</strong> de barrière die de omgelegde zeedijk vormt<br />

tuss<strong>en</strong> dit perceel <strong>en</strong> het aan de overzijde geleg<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> Natura 2000-gebied.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit terrein, binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong> aan de westzijde van het<br />

Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe, herbergt ge<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> die uitbreiding van het<br />

Habitatrichtlijngebied rechtvaardig<strong>en</strong>. Het provinciale natuurdoel is “vochtig hooiland” waardoor<br />

het terrein ge<strong>en</strong> bijdrage kan lever<strong>en</strong> aan de instandhouding van het gebied als<br />

Habitatrichtlijngebied.<br />

Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat in de Margarethapolder vanwege de zoetwaterhuishouding,<br />

bijna alle soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> ontbrek<strong>en</strong>. De uitbreiding met dit binn<strong>en</strong>dijkse gebied is<br />

daarom niet gerechtvaardigd.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In teg<strong>en</strong>stelling tot oorspronkelijk gew<strong>en</strong>ste natuurdoel wordt<br />

g<strong>en</strong>oemde polder geheel ingericht als “zoetwaternatuur”, waardoor ge<strong>en</strong> directe relatie bestaat<br />

met de zilte natuur van het estuarium. De uitbreiding levert daarom ge<strong>en</strong> bijdrage aan de<br />

instandhouding van het gebied.<br />

Enkele insprekers merk<strong>en</strong> op dat zonder nadere beoordeling alle aan de Westerschelde<br />

gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de natuurgebied<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de begr<strong>en</strong>zing, terwijl voor e<strong>en</strong> aantal van deze<br />

gebied<strong>en</strong> andere afsprak<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>. De insprekers verzoek<strong>en</strong> deze natuurgebied<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de<br />

begr<strong>en</strong>zing te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> omdat ze volg<strong>en</strong>s de insprekers ondanks hun nabijheid niet het karakter<br />

van de Westerschelde hebb<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn deels overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De in ontwerp toegevoegde binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong><br />

terrein<strong>en</strong>, zijn opnieuw beoordeeld. Daarbij is geblek<strong>en</strong> dat de volg<strong>en</strong>de terrein<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

bijdrage lever<strong>en</strong> of kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan de instandhoudingsdoelstelling van Westerschelde &<br />

Saeftinghe als Habitatrichtlijngebied:<br />

• Noordelijk deel Plaskreek (20 ha) t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Biervliet, dit terrein heeft als<br />

natuurdoel<strong>en</strong> “vochtig hooiland” <strong>en</strong> “kruid<strong>en</strong>- <strong>en</strong> faunarijk grasland”. Dit zijn ge<strong>en</strong> zilte<br />

doel<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de instandhouding als Habitatrichtlijngebied;<br />

• Boonepolder onder ’s-Grav<strong>en</strong>polder, uit e<strong>en</strong> rapport van de Provincie Zeeland blijkt dat “zilte”<br />

natuur hier niet haalbaar is. Dit betek<strong>en</strong>t dat het terrein ge<strong>en</strong> ontwikkelingsmogelijkheid<br />

heeft voor het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) zoals eerder<br />

werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>;<br />

• Bathse Schor, dit terrein heeft als natuurdoel “haagbeuk<strong>en</strong>- <strong>en</strong> ess<strong>en</strong>bos” dat ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

levert aan de instandhouding van het Habitatrichtlijngebied;<br />

• Margarethapolder (zie antwoord op bov<strong>en</strong>behandelde zi<strong>en</strong>swijze);<br />

• Klein Mol<strong>en</strong>polder bij Paal (zie antwoord op bov<strong>en</strong>behandelde zi<strong>en</strong>swijze).<br />

E<strong>en</strong> inspreker vindt dat er t<strong>en</strong> onrechte nieuwe natuur rond Hoedek<strong>en</strong>skerke is meebegr<strong>en</strong>sd.<br />

Het getijd<strong>en</strong>gebied zelf biedt voldo<strong>en</strong>de rust voor watervogels. E<strong>en</strong> ruimere begr<strong>en</strong>zing werkt<br />

te beperk<strong>en</strong>d op de omgeving.<br />

85


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor de motivering wordt verwez<strong>en</strong> naar het vorige antwoord<br />

(Boonepolder).<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de percel<strong>en</strong> in de buurt van Hoofdplaat rec<strong>en</strong>te kunstmatig<br />

aangelegde natuurgebied<strong>en</strong> zijn. Het eerste perceel is op<strong>en</strong>baar toegankelijk <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de<br />

inspreker dus ge<strong>en</strong> rustgev<strong>en</strong>de hoogwatervluchtplaats. Bij de instandhoudingdoelstelling<strong>en</strong><br />

wordt de Gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) g<strong>en</strong>oemd, maar deze komt volg<strong>en</strong>s de inspreker alle<strong>en</strong> op<br />

zeer kleine schaal voor op e<strong>en</strong> ander perceel <strong>en</strong> het is door onder meer verzilting <strong>en</strong><br />

ontwatering ge<strong>en</strong> duurzaam voorkom<strong>en</strong>. Deze percel<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> dan ook buit<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing<br />

gebracht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De Inlaag Hoofdplaat maakt deel uit van het in 2003<br />

aangemelde Habitatrichtlijngebied. Dit deelgebied is indertijd toegevoegd weg<strong>en</strong>s het<br />

voorkom<strong>en</strong> van de gro<strong>en</strong>knolorchis <strong>en</strong> vochtige duinvalleivegetaties (H2190B). Deze waard<strong>en</strong><br />

zijn thans aanwezig in het westelijk deel van de inlaag, maar zull<strong>en</strong> ook word<strong>en</strong> ontwikkeld in<br />

het oostelijk deel (na verwijdering van de nutriënt<strong>en</strong>rijke bov<strong>en</strong>laag).<br />

E<strong>en</strong> strook in het verl<strong>en</strong>gde van de binn<strong>en</strong>dijks geleg<strong>en</strong> kreek in de Hedwigepolder is in de<br />

begr<strong>en</strong>zing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hier bevindt zich e<strong>en</strong> hav<strong>en</strong>tje dat tev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong>st dat als afwatering.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de strook Belgisch grondgebied is. Inspreker vreest dat het<br />

onderhoud van het hav<strong>en</strong>tje wordt bemoeilijkt.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van het verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinghe volgt de<br />

gr<strong>en</strong>s van het aangewez<strong>en</strong> Natura 2000-gebied de rijksgr<strong>en</strong>s.<br />

4. REACTIES OVER DE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />

4.1 ALGEMEEN<br />

In de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn veel opmerking<strong>en</strong> gemaakt over de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

over de realisatie hiervan.<br />

Er is voorgesteld om de tekst van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling “behoud van de<br />

bijdrage van het Natura 2000-gebied aan de biologische diversiteit <strong>en</strong> aan de gunstige staat<br />

van instandhouding van natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de Europese Unie” te<br />

vervang<strong>en</strong> door de letterlijke tekst van de Habitatrichtlijn: “behoud van de bijdrage van het<br />

Natura 2000-gebied aan het waarborg<strong>en</strong> van de biologische diversiteit door het instandhoud<strong>en</strong><br />

van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de Europese Unie”.<br />

Verder is voorgesteld om de tekst van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling “behoud <strong>en</strong><br />

waar nodig herstel van de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de sam<strong>en</strong>hang van de ecologische<br />

structuur <strong>en</strong> functie van het gehele gebied voor alle habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waarvoor<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn geformuleerd” te schrapp<strong>en</strong> omdat met de formulering in<br />

het ontwerpbesluit onvoldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de wijze waarop in jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met de term<strong>en</strong> “natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>” <strong>en</strong><br />

“instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>”.<br />

Er zijn vrag<strong>en</strong> gesteld over de gestelde nationale doel<strong>en</strong>, de monitoring van Natura 2000gebied<strong>en</strong>,<br />

de afstemming <strong>en</strong> de verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt de<br />

vraag gesteld of de besluit<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang met elkaar <strong>en</strong> met de gebied<strong>en</strong> daarbuit<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong><br />

voldo<strong>en</strong>de bijdrage lever<strong>en</strong> om de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />

instandhouding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of te houd<strong>en</strong>.<br />

De vrees wordt uitgesprok<strong>en</strong> dat dit niet het geval is. Daarnaast wordt er verzocht om voor die<br />

soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong>, waarvoor sprake is van e<strong>en</strong> ongunstige staat van instandhouding,<br />

zowel landelijk als op gebiedsniveau e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> t<strong>en</strong>zij er ecologische<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn om hiervan af te zi<strong>en</strong>. Het achterwege lat<strong>en</strong> van adequate herstelopgav<strong>en</strong> wordt<br />

door insprekers als onacceptabel gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> in strijd met de wettelijke verplichting<strong>en</strong>.<br />

86


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Er is gevraagd om de doel<strong>en</strong> op gebiedsniveau te herzi<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> aantal broedvogels waarvan<br />

de landelijke doelstelling voor het aantal sleutelpopulaties, met de huidige<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>, niet zal word<strong>en</strong> gerealiseerd. Er is aanbevol<strong>en</strong> om de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> aantal vogelsoort<strong>en</strong> in te vull<strong>en</strong> op basis van de in het<br />

Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) 55 vermelde aantall<strong>en</strong> voor lev<strong>en</strong>svatbare<br />

populaties moerasvogels. In het geval van soort<strong>en</strong> waarvoor actuele gedocum<strong>en</strong>teerde<br />

beschermingsplann<strong>en</strong> beschikbaar zijn di<strong>en</strong><strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> waar mogelijk<br />

daarmee gelijk geschakeld te word<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> aantal broedvogels is ook gevraagd om<br />

aanvull<strong>en</strong>de doel<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>.<br />

Het besluit zou moet<strong>en</strong> aangev<strong>en</strong> wat de gevolg<strong>en</strong> zijn wanneer e<strong>en</strong> soort uit e<strong>en</strong> gebied dreigt<br />

te verdwijn<strong>en</strong>. Daarnaast zou er e<strong>en</strong> gegronde red<strong>en</strong> aanwezig moet<strong>en</strong> zijn wanneer er niet<br />

gestreefd wordt naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding.<br />

Anderzijds wordt in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> aangeduid dat veel doel<strong>en</strong> te hoog gegrep<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> dat deze<br />

alle<strong>en</strong> met grote (financiële) inspanning<strong>en</strong> bereikt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Er wordt over de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> opgemerkt dat ze de status zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

inspanningsverplichting <strong>en</strong> niet van e<strong>en</strong> resultaatsverplichting. Enkele insprekers m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat bij<br />

het vaststell<strong>en</strong> van de doelstelling<strong>en</strong> veel geleund wordt op onwet<strong>en</strong>schappelijke informatie<br />

over het voorkom<strong>en</strong> van flora <strong>en</strong> fauna in vroegere jar<strong>en</strong>, die niet gebaseerd is op voldo<strong>en</strong>de<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke gegev<strong>en</strong>s. Het is onduidelijk of deze waard<strong>en</strong> daadwerkelijk aanwezig zijn.<br />

Om die red<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> kaart aangeduid moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Weer ander<strong>en</strong> m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de uitgangssituatie helder moet word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> in het<br />

aanwijzingsbesluit. Tegelijkertijd zal er e<strong>en</strong> termijn gegev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> de<br />

doelstelling<strong>en</strong> gerealiseerd moet<strong>en</strong> zijn.<br />

In de besluit<strong>en</strong> wordt er volg<strong>en</strong>s insprekers niet ingegaan op de mogelijke gevolg<strong>en</strong> van<br />

klimaatverandering, terwijl deze verandering<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> zijn voor de haalbaarheid van<br />

de natuurdoel<strong>en</strong>. In andere zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt aangevoerd dat er voor veel soort<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

instandhoudingsdoelstelling geformuleerd mag word<strong>en</strong> omdat hiermee soort<strong>en</strong> onterecht onder<br />

de bescherming van de Europese Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn kom<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong>.<br />

Er wordt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> gevraagd om de kernopgav<strong>en</strong> in de aanwijzing<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>, dan wel het<br />

Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) deel uit te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. Uit<br />

het besluit zou duidelijk moet<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> voor welke functie(s) <strong>en</strong> voor welke soort(<strong>en</strong>) het<br />

gebied wordt aangewez<strong>en</strong>, zodat duidelijk is of de soort<strong>en</strong> in al hun lev<strong>en</strong>sbehoeft<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

beschermd. Daar waar niet alle lev<strong>en</strong>sbehoeft<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied zijn beschermd<br />

di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> waar de ontbrek<strong>en</strong>de functies zijn geleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de<br />

beschermingsstatus is.<br />

Er wordt gevraagd om rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong> cultureel<br />

gebied <strong>en</strong> met regionale <strong>en</strong> lokale bijzonderhed<strong>en</strong>. In dat verband wordt dan ook met nadruk<br />

gewez<strong>en</strong> op het belang van het gebied Westerschelde & Saeftinghe voor de recreatie <strong>en</strong> de<br />

scheepvaart, waarbij met name e<strong>en</strong> ongestoord toeristisch gebruik van de strand<strong>en</strong> van groot<br />

economisch belang is voor de lokale economie.<br />

Dat het concretiser<strong>en</strong> van maatregel<strong>en</strong> wordt doorgeschov<strong>en</strong> naar het beheerplan geeft voor<br />

veel insprekers onduidelijkheid; hierdoor kan het overleg over het beheerplan onder grote<br />

spanning kom<strong>en</strong> te staan. Zij bepleit<strong>en</strong> duidelijke kaders voor het beheerplan, zodat er<br />

constructief aan de uitwerking kan word<strong>en</strong> gewerkt. Daarnaast wordt opgemerkt dat bij het<br />

vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> wordt uitgegaan van bestaande<br />

budgett<strong>en</strong>. Welke consequ<strong>en</strong>ties de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in financiële zin<br />

wordt pas duidelijk bij het tot stand kom<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>.<br />

55<br />

Boer, T. d<strong>en</strong> (2000): Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004. Rapport Directie Natuurbeheer nr. 47. Ministerie<br />

van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuurbeheer <strong>en</strong> Visserij, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

87


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

De algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> beog<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e hoofddoelstelling van de<br />

Vogel- <strong>en</strong> Habitatrichtlijn in de individuele aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> te veranker<strong>en</strong>. Daarmee wordt<br />

de bijdrage van de Nederlandse Natura 2000-gebied<strong>en</strong> aan het behoud van de biodiversiteit<br />

vastgelegd. Het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding van de per<br />

aanwijzingsbesluit opgesomde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> is daarvan de uitwerking. Het vormt de<br />

Nederlandse bijdrage aan de ecologische sam<strong>en</strong>hang van het Europese Natura 2000-netwerk.<br />

Per gebied zijn de specifieke doelstelling<strong>en</strong> voor de relevante habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> nader<br />

omschrev<strong>en</strong>. Op basis van de algem<strong>en</strong>e doelstelling<strong>en</strong> wordt naar e<strong>en</strong> landelijk gunstige staat<br />

van instandhouding van de voor Nederland relevante habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> gestreefd. Dit<br />

houdt in dat het natuurlijke verspreidingsgebied van de habitat of van de soort stabiel moet zijn<br />

of moet to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>; dit moet in de toekomst ook zo blijv<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> duurzaam behoud van e<strong>en</strong><br />

habitattype kan alle<strong>en</strong> maar gerealiseerd word<strong>en</strong> wanneer de plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong> die<br />

typisch zijn voor de habitat behoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit geldt ook voor de bescherming van<br />

e<strong>en</strong> bepaalde plant<strong>en</strong>soort of diersoort. De betreff<strong>en</strong>de soort kan alle<strong>en</strong> effectief beschermd<br />

word<strong>en</strong> wanneer de beschermingsmaatregel<strong>en</strong> zich, naast op de soort zelf, ook richt<strong>en</strong> op het<br />

leefgebied van de soort. Zodo<strong>en</strong>de strekt in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied de<br />

instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong> soort zich mede uit tot het leefgebied van de betreff<strong>en</strong>de<br />

soort.<br />

De formulering van de algem<strong>en</strong>e instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is aangepast in hoofdstuk 5 van<br />

de Nota van toelichting van dit besluit. In de aangepaste formulering van het tweede algem<strong>en</strong>e<br />

doel is niet de letterlijke tekst van de Habitatrichtlijn (artikel 2) gevolgd, omdat het in de<br />

Richtlijn e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e doelstelling van de Richtlijn betreft <strong>en</strong> in dit geval om de<br />

gebiedsspecifieke invulling daarvan. Meer in het bijzonder: e<strong>en</strong> Europese Richtlijn kan e<strong>en</strong><br />

bijdrage lever<strong>en</strong> aan het waarborg<strong>en</strong> van de biologische diversiteit, maar e<strong>en</strong> gebied kan alle<strong>en</strong><br />

bijdrag<strong>en</strong> aan het behoud van de biologische diversiteit. Verder is de term “natuurlijke<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>” in de algem<strong>en</strong>e doel<strong>en</strong> gehandhaafd, omdat dit e<strong>en</strong> begrip is dat in de Richtlijn ook<br />

gebruikt wordt in verband met de bescherming van de gebied<strong>en</strong> (artikel 6).<br />

Verder geldt ook dat invloed<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>af op het Natura 2000-gebied van grote invloed<br />

kunn<strong>en</strong> zijn op de staat van instandhouding van e<strong>en</strong> habitattype of soort: de externe werking.<br />

De instandhoudingsdoelstelling richt zich op het gehele biotische <strong>en</strong> abiotische complex van<br />

factor<strong>en</strong>, die het habitattype of de soort haar specifieke aanzi<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die noodzakelijk zijn<br />

voor het behoud van de biologische diversiteit van het gebied.<br />

Met name bij vogels is e<strong>en</strong> belangrijk deel van het leefgebied buit<strong>en</strong> het Natura 2000-gebied<br />

gehoud<strong>en</strong>. Bij e<strong>en</strong> aantal vogelsoort<strong>en</strong> gaat het daarbij vooral om de foerageergebied<strong>en</strong>. Deze<br />

bevind<strong>en</strong> zich in grote aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> agrarische gebied<strong>en</strong> of zijn buit<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />

gehoud<strong>en</strong> omdat niet gegarandeerd kon word<strong>en</strong> dat deze gebied<strong>en</strong>, zoals braakligg<strong>en</strong>de<br />

bouwterrein<strong>en</strong>, hun huidige functie ook in de toekomst behoud<strong>en</strong>. Deze gebied<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>,<br />

vanwege het vervull<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaalde (foerageer)functie voor de soort, e<strong>en</strong> belangrijke rol<br />

bij het realiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> goede staat van instandhouding, zodat ook het verstor<strong>en</strong> van zo’n<br />

gebiedsfunctie van grote invloed kan zijn op de staat van instandhouding van de soort.<br />

Contour “haalbaar <strong>en</strong> betaalbaar”<br />

In de paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 4.1.7 van de Nota van Antwoord staat aangegev<strong>en</strong> dat zowel de<br />

selectie als de begr<strong>en</strong>zing uitsluit<strong>en</strong>d gebaseerd is op ecologische criteria. Dit betek<strong>en</strong>t echter<br />

niet dat andere dan ecologische belang<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> rol hebb<strong>en</strong> gespeeld. Bij het vaststell<strong>en</strong> van de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> heeft het uitgangspunt “haalbaar <strong>en</strong> betaalbaar”, zowel landelijk<br />

als per gebied nadrukkelijk e<strong>en</strong> rol gespeeld. Er is daarbij rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de<br />

economische <strong>en</strong> sociale belang<strong>en</strong> van de directe omgeving. Dit betek<strong>en</strong>t in de praktijk dat voor<br />

e<strong>en</strong> bepaald habitattype of soort de relatief grootste ecologische bijdrage komt van het gebied<br />

waar de ecologische vereist<strong>en</strong> reeds op orde zijn of waar ze op relatief e<strong>en</strong>voudige wijze op<br />

orde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zijn, om zodo<strong>en</strong>de bij het opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtige<br />

balans tuss<strong>en</strong> economie <strong>en</strong> ecologie na te kunn<strong>en</strong> strev<strong>en</strong>.<br />

88


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

In paragraaf 3.4 van de Nota van Antwoord staat dat Nederland zich inspant om zoveel<br />

mogelijk habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding te houd<strong>en</strong> of te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Er kan echter ge<strong>en</strong> onev<strong>en</strong>redige financiële inspanning verwacht word<strong>en</strong> om alle<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> te herstell<strong>en</strong>. Met oog hierop is voor e<strong>en</strong> aantal soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

habitattyp<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006, hoofdstuk 6) gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> lager<br />

niveau dan gunstige staat van instandhouding. In die gevall<strong>en</strong> wordt verbetering van de<br />

ecologische vereist<strong>en</strong> voorlopig niet realistisch geacht of staat de inspanning in ge<strong>en</strong><br />

verhouding tot de extra bijdrage die e<strong>en</strong> gebied kan lever<strong>en</strong> aan de realisering van de Natura<br />

2000-doel<strong>en</strong> op landelijk niveau. Anderzijds is het logisch dat e<strong>en</strong> hogere inzet wordt<br />

nagestreefd voor habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar Nederland relatief belangrijk voor is <strong>en</strong>/of voor<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> die sterk onder druk staan.<br />

Dit geldt bijvoorbeeld voor het habitattype estuaria (H1130) <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> als de gewone zeehond<br />

(H1365) <strong>en</strong> de bontbekplevier (A137). Voor dit habitattype <strong>en</strong> deze soort zijn de ecologische<br />

omstandighed<strong>en</strong> nog niet op orde.<br />

Contour “strategisch lokaliser<strong>en</strong>”<br />

Bij het vaststell<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is ook geanticipeerd op bestaande<br />

plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> project<strong>en</strong> ter realisering van de Ecologische Hoofdstructuur <strong>en</strong> bestaand beleid met<br />

betrekking tot bijvoorbeeld mest <strong>en</strong> waterhuishouding. Dit is het gehanteerde principe van<br />

“strategisch lokaliser<strong>en</strong>”: behoud of herstel nastrev<strong>en</strong> daar waar de grootste pot<strong>en</strong>tie ligt <strong>en</strong><br />

waar dit gemakkelijk kan zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de ecologische uitgangspunt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> ambities. Om daaraan invulling te gev<strong>en</strong> zijn diverse consultatierondes met deskundig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

terreinbeheerders gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn analyses uitgevoerd, waaronder de knelpunt<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

kans<strong>en</strong>analyse van KIWA 56 .<br />

In de toekomst zull<strong>en</strong> inspanning<strong>en</strong> voor het waterbeheer meer gericht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op het<br />

natuurbelang. Waar nodig is de begr<strong>en</strong>zing van gebied<strong>en</strong> aangepast om e<strong>en</strong> op termijn<br />

duurzamere situatie te verkrijg<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> zijn gezi<strong>en</strong> de<br />

urg<strong>en</strong>tie t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van één of meerdere kernopgav<strong>en</strong> (“s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy”) 57 , op de korte én<br />

langere termijn, aanvull<strong>en</strong>de water- of beheermaatregel<strong>en</strong> nodig.<br />

Tr<strong>en</strong>ds, dynamiek <strong>en</strong> autonome ontwikkeling<strong>en</strong><br />

In het aanwijzingsbesluit staat het resultaat van de bov<strong>en</strong>staande contour<strong>en</strong> uitgewerkt in de<br />

vorm van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Op grond daarvan word<strong>en</strong> in het beheerplan de<br />

b<strong>en</strong>odigde maatregel<strong>en</strong> uitgewerkt om de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in de gew<strong>en</strong>ste<br />

staat van instandhouding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of te behoud<strong>en</strong>, zodat het gebied voldo<strong>en</strong>de bijdrage kan<br />

lever<strong>en</strong> aan het realiser<strong>en</strong> van de gew<strong>en</strong>ste staat van instandhouding op landelijk niveau. Eén<br />

van de uitgangspunt<strong>en</strong> in de Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie (2005) 58 is dat doelstelling<strong>en</strong> in de<br />

tijd robuust geformuleerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit is gedaan om zo te kunn<strong>en</strong> anticiper<strong>en</strong> op<br />

bijvoorbeeld de natuurlijke dynamiek of mogelijke klimaatsverandering<strong>en</strong>. Als de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> niet gehaald lijk<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, bijvoorbeeld omdat e<strong>en</strong> populatie<br />

vogels of e<strong>en</strong> bepaald habitattype ondanks de bescherming toch kleiner wordt, moet Nederland<br />

maatregel<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> om deze ontwikkeling te ker<strong>en</strong>. Artikel 6, tweede lid, van de<br />

Habitatrichtlijn, verplicht de lidstaat namelijk om verslechtering van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

leefgebied<strong>en</strong> van (vogel)soort<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>. Soms zull<strong>en</strong> de g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> niet<br />

werk<strong>en</strong>, bijvoorbeeld bij klimaatsverandering, e<strong>en</strong> te grote externe beïnvloeding of als<br />

trekk<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land negatief word<strong>en</strong> beïnvloed. Er zijn dan ge<strong>en</strong> sancties.<br />

Gezi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal onzekerhed<strong>en</strong> over te verwacht<strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong>, die voortkom<strong>en</strong> uit<br />

natuurlijke dynamiek <strong>en</strong> klimaatverandering<strong>en</strong>, is voor het jaar 2015 voorzi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> evaluatie<br />

van het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006). Indi<strong>en</strong> noodzakelijk word<strong>en</strong> dan ook de<br />

betreff<strong>en</strong>de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> aangepast (zie Nota van Antwoord, paragraaf 3.19).<br />

56<br />

KIWA & EGG (2007): Knelpunt<strong>en</strong>- <strong>en</strong> kans<strong>en</strong>analyse Natura 2000 gebied<strong>en</strong>. Versie 2007. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw,<br />

Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag<br />

57<br />

E<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” is toegek<strong>en</strong>d aan e<strong>en</strong> gebied als binn<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> jaar (na 2005) mogelijk e<strong>en</strong> onherstelbare<br />

situatie ontstaat. Zie verder bijlage 2 begripp<strong>en</strong> <strong>en</strong> definities uit de Nota van Antwoord (2007).<br />

58<br />

Ministerie van LNV (2005): Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie. Kaders voor Natura 2000-doel<strong>en</strong>, besluit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

beheersplann<strong>en</strong>. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit, D<strong>en</strong> Haag.<br />

89


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

In bijlage B.4 van de Nota van toelichting van dit besluit wordt nader op de specifieke keuzes<br />

ingegaan.<br />

Herijking instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

De lidstat<strong>en</strong> van de Europese Unie hebb<strong>en</strong> de afspraak gemaakt om alle maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />

die nodig zijn om e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding van de aangewez<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

habitattyp<strong>en</strong> te realiser<strong>en</strong>. Pas wanneer daadwerkelijk is geblek<strong>en</strong> dat de doel<strong>en</strong> om wat voor<br />

red<strong>en</strong> dan ook niet haalbaar zijn, bestaat er – zoals onder andere in paragraaf 1.4.1 van de<br />

Nota van Antwoord staat vermeld – e<strong>en</strong> aantal mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop de doel<strong>en</strong> bijgesteld kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. De drie mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> herijkt <strong>en</strong><br />

zo nodig kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bijgesteld zijn (zie ook Nota van Antwoord, paragraf<strong>en</strong> 3.4 <strong>en</strong> 3.14):<br />

- bij de definitieve aanwijzing;<br />

- bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan;<br />

- bij de geplande evaluatie in 2015.<br />

Ecologische sam<strong>en</strong>hang <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>afweging<br />

De afweging tuss<strong>en</strong> economie <strong>en</strong> ecologie moet zodanig plaatsvind<strong>en</strong> dat de gunstige staat van<br />

instandhouding van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar het gebied voor is aangewez<strong>en</strong> niet in<br />

gevaar komt.<br />

De situatie kan zich voordo<strong>en</strong> dat in e<strong>en</strong> bepaald gebied e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> of soort<strong>en</strong><br />

voorkomt, waarvoor ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> zijn vastgesteld. Er is dan de<br />

inschatting gemaakt dat het betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort weliswaar<br />

marginaal in het gebied aanwezig is, maar dat het gebied op termijn ge<strong>en</strong> bijdrage kan lever<strong>en</strong><br />

aan de instandhouding van het habitattype of de soort. Ook bij de formulering van e<strong>en</strong> doel<br />

voor vogels is bepal<strong>en</strong>d of het gebied e<strong>en</strong> relevante bijdrage aan het realiser<strong>en</strong> van het<br />

landelijke doel levert of kan gaan lever<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 3.11 van de Nota van Antwoord).<br />

Voor elk specifiek gebied komt het erop neer dat de instandhoudingsdoelstelling van e<strong>en</strong><br />

bepaald habitattype of bepaalde soort alle<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang kan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> met de<br />

instandhoudingsdoelstelling op landelijk niveau <strong>en</strong> in andere Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Dat<br />

betek<strong>en</strong>t dat er weliswaar landelijk per soort of per habitattype naar e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />

instandhouding moet word<strong>en</strong> gestreefd, maar dat deze situatie niet in elk gebied afzonderlijk<br />

hoeft te word<strong>en</strong> nagestreefd. Binn<strong>en</strong> dit kader kan ook rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met<br />

vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong> cultureel gebied <strong>en</strong> met regionale <strong>en</strong> lokale<br />

bijzonderhed<strong>en</strong>.<br />

Recreatie <strong>en</strong> toerisme (<strong>en</strong> visserij)<br />

Beseft wordt dat Westerschelde & Saeftinghe e<strong>en</strong> belangrijk onderdeel uitmaakt van het<br />

Zeeuwse toeristische product. Het strand<strong>en</strong> het water zijn de belangrijkste trekpleister voor<br />

toerist<strong>en</strong>. Het toeristische bedrijfslev<strong>en</strong> vindt dat de aard van het gebied zo moet blijv<strong>en</strong>. In die<br />

zin is het belang van e<strong>en</strong> adequaat natuurbeheer ook in het belang van e<strong>en</strong> gezonde<br />

toeristische sector. In onder meer paragraf<strong>en</strong> 4.1.3 <strong>en</strong> 4.1.4 van de Nota van Antwoord is<br />

ingegaan op de ontwikkelingsmogelijkhed<strong>en</strong> van bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> de concurr<strong>en</strong>tiepositie:<br />

afhankelijk van de bedrijfstak biedt de aanwezigheid van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied dikwijls<br />

nieuwe mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

Dit specifieke gebied is e<strong>en</strong> natuurgebied waar ondanks de toeristische druk bepaalde<br />

natuurwaard<strong>en</strong> zich nog steeds in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding bevind<strong>en</strong>. Niettemin<br />

is het door de ongunstige staat van instandhouding van het habitattype estuaria noodzakelijk<br />

om e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong>. Wanneer er e<strong>en</strong> herstelverplichting is, di<strong>en</strong>t bij de te<br />

nem<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met de vereist<strong>en</strong> op economisch, sociaal <strong>en</strong><br />

cultureel gebied. Bij het formuler<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> is dat gedaan. Het<br />

afweg<strong>en</strong> van ecologie <strong>en</strong> economie gebeurt ook in het stelsel van vergunningverl<strong>en</strong>ing. Zie<br />

verder paragraaf 3.5 van de Nota van Antwoord.<br />

Dit gebied heeft e<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” opgave voor watercondities. Dat betek<strong>en</strong>t dat er op<br />

korte termijn maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, omdat herstel anders niet meer te<br />

realiser<strong>en</strong> zal zijn. Ook wordt beseft dat zowel de beroepsvisserij als de sportvisserij e<strong>en</strong><br />

economische rol van betek<strong>en</strong>is spel<strong>en</strong> in het gebied. De belang<strong>en</strong> van de visserij zull<strong>en</strong> aan de<br />

90


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

orde kom<strong>en</strong> in het beheerplanproces. De insteek is hierbij om de visserij <strong>en</strong> de natuur zo goed<br />

mogelijk sam<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> gaan.<br />

Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair doel is e<strong>en</strong> doelstelling voor e<strong>en</strong> habitattype of soort waarvoor het gebied<br />

niet is aangewez<strong>en</strong> op grond van de gebruikelijke methodiek van toewijzing (actueel<br />

voorkom<strong>en</strong> van habitatwaard<strong>en</strong> in Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> van vogels in<br />

Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong>). Dergelijke doel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> wel nodig geacht t<strong>en</strong> behoeve van de<br />

realisering van de landelijke doelstelling. Zij zijn met name bedoeld om de inspanning<strong>en</strong> voor<br />

het bereik<strong>en</strong> van de landelijk gunstige staat van instandhouding zoveel mogelijk neer te legg<strong>en</strong><br />

in Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dus niet daarbuit<strong>en</strong>.<br />

Aan Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> kan om één van de volg<strong>en</strong>de twee red<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair<br />

doel zijn toegevoegd:<br />

- belangrijk voorkom<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> broedvogelsoort van de Vogelrichtlijn, die in e<strong>en</strong> zeer<br />

ongunstige staat van instandhouding verkeert (9 soort<strong>en</strong>).<br />

- ontwikkeldoel voor e<strong>en</strong> habitattype of soort met e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />

instandhouding waar goede kans<strong>en</strong> aanwezig zijn (3 habitattyp<strong>en</strong>, 4 soort<strong>en</strong>).<br />

Aan Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> kan om één red<strong>en</strong> e<strong>en</strong> complem<strong>en</strong>tair doel zijn toegevoegd:<br />

- belangrijk voorkom<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> habitattype of soort met e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van<br />

instandhouding, met e<strong>en</strong> relatief lage landelijke dekking in Habitatrichtlijngebied<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of<br />

met onvoldo<strong>en</strong>de geografische spreiding (9 habitattyp<strong>en</strong>, 14 soort<strong>en</strong>).<br />

Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> zijn gebaseerd op artikel 10a, derde lid van de Natuurbeschermingswet<br />

1998 59 <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> daardoor volwaardig deel uit van het beschermingsregime van Natura 2000gebied<strong>en</strong>.<br />

Complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als onderdeel van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

verder uitgewerkt in de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> nadere toelichting <strong>en</strong> de<br />

vermelding van habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> waar complem<strong>en</strong>taire doel<strong>en</strong> op van toepassing<br />

kunn<strong>en</strong> zijn, wordt verwez<strong>en</strong> naar het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), pagina 35 <strong>en</strong><br />

verder.<br />

Onderbouwing besluit<strong>en</strong><br />

In diverse ecologische rapport<strong>en</strong> 60 <strong>en</strong> databank<strong>en</strong> zijn de natuurwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> vogelgegev<strong>en</strong>s van<br />

Nederland beschrev<strong>en</strong>. Het is voor de selectie of ecologische onderbouwing van e<strong>en</strong> Natura<br />

2000-gebied niet noodzakelijk dat de aanwezige natuurwaard<strong>en</strong> op kaart word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>.<br />

Wel wordt in paragraaf 4.4 van deze Nota van toelichting e<strong>en</strong> globale, niet-uitputt<strong>en</strong>de,<br />

omschrijving gegev<strong>en</strong> van de verspreiding van de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in dit gebied.<br />

Het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) is één van de drag<strong>en</strong>de beleidsdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die aan<br />

de besluitvorming t<strong>en</strong> grondslag heeft geleg<strong>en</strong>. Het beleid zoals daar is uite<strong>en</strong>gezet, is bij de<br />

besluitvorming toegepast, maar het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) maakt géén<br />

onderdeel uit van het besluit.<br />

Met betrekking tot de vraag op welke wijze de gunstige staat van instandhouding voor dat<br />

betreff<strong>en</strong>de habitattype of de betreff<strong>en</strong>de soort kan word<strong>en</strong> bereikt, is er in de Nota van<br />

toelichting e<strong>en</strong> uitgebreid overzicht opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarin alle gebied<strong>en</strong> staan vermeld waaraan<br />

voor het betreff<strong>en</strong>de habitattype of soort e<strong>en</strong> doel is toegek<strong>en</strong>d. Op deze wijze is na te gaan<br />

hoe de landelijke opgave over het Natura 2000-netwerk is verdeeld. Het is echter e<strong>en</strong><br />

indicatieve vermelding, want het is niet de bedoeling in deze aanwijzing e<strong>en</strong> besluit te nem<strong>en</strong><br />

over de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van andere gebied<strong>en</strong>.<br />

Kernopgav<strong>en</strong><br />

In paragraaf 1.3.4 van de Nota van Antwoord staat vermeld dat de kernopgav<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk<br />

hulpmiddel zijn bij de focus <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele prioritering binn<strong>en</strong> de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong>. Ze<br />

beschrijv<strong>en</strong> de belangrijkste behoud- <strong>en</strong> herstelopgav<strong>en</strong> per Natura 2000-landschap <strong>en</strong> zijn in<br />

59<br />

Wet van 25 mei 1998, houd<strong>en</strong>de nieuwe regel<strong>en</strong> ter bescherming van natuur <strong>en</strong> landschap (Natuurbeschermingswet<br />

1998).<br />

60<br />

Zie voor e<strong>en</strong> overzicht van de bronn<strong>en</strong> onder andere Ministerie van LNV (2007): Nota van Antwoord.<br />

Inspraakprocedure aanwijzing Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, bijlage 3. Ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit,<br />

D<strong>en</strong> Haag.<br />

91


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) toebedeeld aan gebied<strong>en</strong>. Het toevoeg<strong>en</strong> van de<br />

kernopgav<strong>en</strong> aan de Nota’s van toelichting bij de definitieve aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong><br />

meerwaarde, omdat die informatie is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t.<br />

Ambiti<strong>en</strong>iveau van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort of habitattype landelijk in e<strong>en</strong> ongunstige staat van instandhouding verkeert,<br />

betek<strong>en</strong>t dit niet automatisch dat in alle gebied<strong>en</strong> waar de betreff<strong>en</strong>de waarde voorkomt<br />

hiervoor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling moet word<strong>en</strong> geformuleerd. In de Natura 2000 contour<strong>en</strong>notitie<br />

(2005) <strong>en</strong> het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) staan de hoofdlijn<strong>en</strong> voor het formuler<strong>en</strong><br />

van de Natura 2000 doel<strong>en</strong> uitgewerkt. Daarmee is het Europese kader toegespitst op de<br />

Nederlandse situatie. Per gebied zijn er gebiedsdoel<strong>en</strong> opgesteld. Deze richt<strong>en</strong> zich op de<br />

kwaliteit <strong>en</strong> oppervlakte van het habitattype of van het leefgebied van e<strong>en</strong> soort. Voor soort<strong>en</strong><br />

wordt daarnaast e<strong>en</strong> doel gesteld voor de gew<strong>en</strong>ste populatie. Voor sommige soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijwel<br />

alle vogels zijn hierbij richtinggev<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. Deze di<strong>en</strong><strong>en</strong> als (minimale)<br />

draagkracht voor het leefgebied binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het gebied. In het geval van herstel<br />

is de uitwerking van de landelijke doel<strong>en</strong> middels het principe van “strategisch lokaliser<strong>en</strong>”<br />

bepaald. Dat wil zegg<strong>en</strong> dat de herstelopgave is neergelegd in de gebied<strong>en</strong> waar de meeste<br />

pot<strong>en</strong>tie is om het habitattype of het leefgebied van de soort te verbeter<strong>en</strong>. Voor verspreid<br />

voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> is het niet mogelijk om de landelijke doelstelling<strong>en</strong><br />

alle<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk te realiser<strong>en</strong>. Opgav<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het Natura 2000-netwerk<br />

word<strong>en</strong> via ander natuurbeleid gerealiseerd, zoals de Flora- <strong>en</strong> faunawet <strong>en</strong> de Ecologische<br />

Hoofdstructuur. Voor e<strong>en</strong> aantal habitattyp<strong>en</strong> is in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t de explicite<br />

keuze gemaakt om niet te strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding (Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006), pagina 138).<br />

Met betrekking tot de vogeldoel<strong>en</strong> is in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

dat voor e<strong>en</strong> gebied “bij e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de <strong>en</strong> stabiele lokale tr<strong>en</strong>d” e<strong>en</strong> behoudopgave wordt<br />

geformuleerd. E<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d wordt als aanwijzing opgevat dat het leefgebied voor deze<br />

soort<strong>en</strong> al geschikt is <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de draagkracht heeft om bij te drag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> populatie hoger<br />

dan het gemiddelde in de periode 1999-2003. In dergelijke gevall<strong>en</strong> wordt volstaan met e<strong>en</strong><br />

behoudopgave omdat ge<strong>en</strong> extra maatregel<strong>en</strong> ter verbetering van het leefgebied nodig word<strong>en</strong><br />

geacht. In gevall<strong>en</strong> waarin de pot<strong>en</strong>tie van het gebied dusdanig wordt geacht dat de<br />

draagkracht van het gebied nog niet bereikt lijkt te zijn, wel gestreefd naar herstel van de<br />

populatie. Naar verwachting zal herstel van de populatie in dit soort gevall<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>, zolang<br />

het leefgebied behoud<strong>en</strong> blijft.<br />

Voor vogels geldt daarnaast dat bij behoudopgav<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> gebaseerd zijn op het<br />

gemiddelde seizo<strong>en</strong>sgemiddelde over de periode 1999-2003 (bij niet-broedvogels geldt de<br />

periode 1999/2000-2003/2004) 61 . Bij herstelopgav<strong>en</strong> zijn de aantall<strong>en</strong> meestal gebaseerd op<br />

de historische pot<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, dat is het maximaal aantal vastgestelde<br />

vogels (of broedpar<strong>en</strong>) over e<strong>en</strong> interval van <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de periode 1980-2003<br />

(SOVON). Dit betek<strong>en</strong>t dat op gebiedsniveau ge<strong>en</strong> streefwaard<strong>en</strong> uit beschermingsplann<strong>en</strong><br />

zoals het Beschermingsplan moerasvogels 2000-2004 (2000) zijn gebruikt. Deze plann<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> wel hun doorwerking gekreg<strong>en</strong> in de landelijke instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> van belang zijn bij het opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong>. Vervolg<strong>en</strong>s is in de toelichting<strong>en</strong><br />

bij de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> of het gebied met het gestelde doel ook kan<br />

voldo<strong>en</strong> aan de minimum eis<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> sleutelpopulatie.<br />

Ook voor broedvogels geldt dat bij verspreid voorkom<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> het niveau van e<strong>en</strong><br />

sleutelpopulatie in e<strong>en</strong> specifiek gebied soms niet gehaald kan word<strong>en</strong>. Vaak is dan op<br />

regionale schaal sprake van e<strong>en</strong> min of meer sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de populatie met meerdere kern<strong>en</strong><br />

(meta-populatie), die qua omvang wel het minimale niveau van de sleutelpopulatie overstijgt.<br />

Bij de evaluatie in 2015 word<strong>en</strong> zowel de ambities van de gebiedsdoel<strong>en</strong> als de landelijke<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>, in geval van broedvogels met inbegrip van het aantal<br />

sleutelpopulaties, teg<strong>en</strong> het licht gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt bekek<strong>en</strong> of bijstelling nodig is.<br />

61 SOVON & CBS (2005): Tr<strong>en</strong>ds van vogelaantall<strong>en</strong> in het Nederlandse Natura 2000 netwerk. SOVONinformatierapport<br />

2005/09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>.<br />

92


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Monitoring<br />

Het ministerie van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit (LNV) is verantwoordelijk voor de<br />

periodieke algem<strong>en</strong>e rapportages aan de Europese Commissie <strong>en</strong> voor de monitoring van de<br />

staat van instandhouding van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> op landelijk niveau. Het ministerie van<br />

LNV zorgt voor e<strong>en</strong> landelijk monitoringssysteem. De gebiedsgerichte monitoring zal<br />

plaatsvind<strong>en</strong> op basis van de monitoringsparagraaf in de beheerplann<strong>en</strong> waarin ook roll<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

verantwoordelijkhed<strong>en</strong> zijn uitgewerkt. Voor zowel de landelijke als de gebiedsgerichte<br />

monitoring wordt mom<strong>en</strong>teel - in sam<strong>en</strong>hang - e<strong>en</strong> programma van eis<strong>en</strong> ontwikkeld in overleg<br />

met de betrokk<strong>en</strong> bevoegde gezag<strong>en</strong> (ministerie van LNV, ministerie van Verkeer <strong>en</strong><br />

Waterstaat, ministerie van Def<strong>en</strong>sie <strong>en</strong> de provincies (Interprovinciaal Overleg)). Zie ook<br />

paragraaf 1.5.1 van de Nota van Antwoord.<br />

Nulsituatie of uitgangspunt<br />

In paragraaf 3.18 van de Nota van Antwoord staat vermeld dat bij het vaststell<strong>en</strong> van de<br />

gebiedsdoel<strong>en</strong> niet is uitgegaan van e<strong>en</strong> bepaald refer<strong>en</strong>tiejaar, zoals het mom<strong>en</strong>t van<br />

aanwijzing als Vogelrichtlijngebied of aanmelding als Habitatrichtlijngebied. Bij het vaststell<strong>en</strong><br />

van de doel<strong>en</strong> is gekek<strong>en</strong> naar de staat van instandhouding van de betreff<strong>en</strong>de soort of het<br />

habitattype op landelijk niveau. Ook is gekek<strong>en</strong> naar de (minimaal) b<strong>en</strong>odigde oppervlakte<br />

leefgebied <strong>en</strong>/of habitattype om e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding op landelijk niveau te<br />

realiser<strong>en</strong>.<br />

Die (landelijke) staat van instandhouding vormde mede de basis voor vaststelling van de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor soort<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of habitattyp<strong>en</strong> per gebied. In de Nota’s van<br />

toelichting bij de besluit<strong>en</strong> is aangegev<strong>en</strong> of voor e<strong>en</strong> soort of habitattype in e<strong>en</strong> concreet<br />

gebied e<strong>en</strong> behoud- of herstelopgave geldt. Zo is bijvoorbeeld e<strong>en</strong> behoudopgave geformuleerd<br />

als het gebied e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de bijdrage levert aan de realisering van het doel op landelijk niveau<br />

of als onev<strong>en</strong>redige maatregel<strong>en</strong> nodig zoud<strong>en</strong> zijn om het gebied e<strong>en</strong> grotere bijdrage te lat<strong>en</strong><br />

lever<strong>en</strong>.<br />

Realisatietermijn<strong>en</strong><br />

Zoals in paragraaf 3.16 van de Nota van Antwoord wordt gesteld, zijn termijn<strong>en</strong> onmisbaar om<br />

de realisatie van doel<strong>en</strong> te plann<strong>en</strong>. Deze planning<strong>en</strong> zijn grot<strong>en</strong>deels afhankelijk van regionale<br />

<strong>en</strong> zelfs lokale omstandighed<strong>en</strong>. Daardoor zijn de op te stell<strong>en</strong> beheerplann<strong>en</strong> de aangewez<strong>en</strong><br />

plaats voor het bepal<strong>en</strong> van de realisatietermijn<strong>en</strong>. Om die red<strong>en</strong> is ervan afgezi<strong>en</strong><br />

realisatietermijn<strong>en</strong> in de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong>.<br />

Flanker<strong>en</strong>d beleid<br />

In paragraaf 5.8 van de Nota van Antwoord staat als uitgangspunt geformuleerd dat de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> met behulp van bestaande budgett<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerealiseerd. De<br />

“bestaande budgett<strong>en</strong>” waaruit realisatie van de Natura 2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

gefinancierd moet word<strong>en</strong>, zijn grot<strong>en</strong>deels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Investeringsbudget Landelijk<br />

Gebied (ILG). Daartoe behor<strong>en</strong> de Subsidieregeling Natuurbeheer, de Subsidieregeling<br />

Agrarisch Natuurbeheer <strong>en</strong> de financiële middel<strong>en</strong> voor de bestrijding van verdroging in de<br />

zog<strong>en</strong>oemde TOP-lijst gebied<strong>en</strong> 62 . Daarnaast is ook het bestaande beheerbudget voor<br />

Staatsbosbeheer e<strong>en</strong> financieringsbron voor de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Waar de Natura<br />

2000-instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> gekoppeld zijn aan waterkwaliteit kunn<strong>en</strong> de additionele<br />

kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gefinancierd via het spoor van de Kaderrichtlijn Water. Veel<br />

subsidiemogelijkhed<strong>en</strong> voor inrichting <strong>en</strong> (agrarisch) natuurbeheer zijn met het ILG onder<br />

verantwoordelijkheid van de provincies gekom<strong>en</strong>. De provincies bied<strong>en</strong> deze<br />

subsidiemogelijkhed<strong>en</strong> aan door middel van provinciale subsidieregeling<strong>en</strong> zoals Provinciale<br />

Subsidieregeling Natuurbeheer <strong>en</strong> de Provinciale Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer.<br />

62<br />

De door de provincies opgestelde lijst<strong>en</strong> met gebied<strong>en</strong> die in het kader van het verdrogingsbeleid met voorrang<br />

word<strong>en</strong> aangepakt.<br />

93


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

4.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN<br />

E<strong>en</strong> inspreker heeft geconstateerd dat de ambities voor <strong>en</strong>kele habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />

soort<strong>en</strong> uit de gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (2005) naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> toe zijn bijgesteld (lagere aantall<strong>en</strong>,<br />

behoudopgave in plaats van verbeteropgave) t<strong>en</strong> opzichte van de ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />

van het Deltagebied. Dit geldt voor de habitattyp<strong>en</strong>: perman<strong>en</strong>t overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong><br />

(H1110) <strong>en</strong> ruigt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zom<strong>en</strong> (H6430), <strong>en</strong> voor de soort<strong>en</strong>: zeeprik (H1095), rivierprik<br />

(H1099), zalm (H1106), fint (H1103), noordse woelmuis (H1340), gewone zeehond (H1365),<br />

topper (A062), strandplevier (A138), scholekster (A130), kanoet (A143), grote stern (A191) <strong>en</strong><br />

visdief (A193). Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat het ambiti<strong>en</strong>iveau teruggebracht moet word<strong>en</strong> naar<br />

dat zoals vermeld in het gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t 2005.<br />

Van de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> zijn in het gebied Westerschelde & Saeftinghe alle<strong>en</strong><br />

de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van de zeeprik, fint, gewone zeehond, strandplevier (als<br />

broedvogel) <strong>en</strong> scholekster naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bijgesteld. De overige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> kom<strong>en</strong><br />

niet in het gebied voor of hebb<strong>en</strong> in het ontwerp-aanwijzingsbesluit dezelfde<br />

instandhoudingsdoelstelling als in het gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t 2005. Voor de visdief (gebiedsdoel<br />

omgezet naar regionale doelstelling) <strong>en</strong> de rivierprik is het ambiti<strong>en</strong>iveau zelfs verhoogd.<br />

De doelstelling<strong>en</strong> van de zeeprik <strong>en</strong> de fint voor het aspect kwaliteit van het leefgebied zijn<br />

aangepast van verbetering naar behoud. Verbetering van de kwaliteit van het leefgebied heeft<br />

betrekking op ontwikkeling<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het gebied geleg<strong>en</strong> zijn, namelijk het Belgische deel<br />

van de Schelde. Voor trekviss<strong>en</strong> geldt de beleidslijn dat alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> herstelopgave voor het<br />

leefgebied wordt geformuleerd in die gebied<strong>en</strong> waar de nodige maatregel<strong>en</strong> daadwerkelijk<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Als gevolg van deze beleidslijn is de doelstelling dan ook op behoud<br />

van de kwaliteit gezet.<br />

Voor de gewone zeehond is de instandhoudingsdoelstelling aangepast van 500 naar 200<br />

exemplar<strong>en</strong> in het Deltagebied. E<strong>en</strong> doel voor 500 gewone zeehond<strong>en</strong> in het Deltagebied wordt<br />

zelfs op lange termijn mom<strong>en</strong>teel niet realistisch geacht. Zie voor nadere toelichting de<br />

beantwoording van de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> over de instandhoudingsdoelstelling van de gewone zeehond<br />

in deze paragraaf. Daarnaast is de gebiedsdoelstelling voor het aspect omvang leefgebied<br />

aangepast van uitbreiding naar behoud. Deze doelstelling is in lijn gebracht met de landelijke<br />

doelstelling, welke ook is aangepast van “uitbreiding omvang leefgebied” naar “behoud omvang<br />

leefgebied”. De red<strong>en</strong> voor deze aanpassing is dat het uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> kwaliteitsprobleem<br />

betreft. Voor uitbreiding van de populatie is to<strong>en</strong>ame van het areaal rustig gebied nodig. Dit<br />

heeft betrekking op de kwaliteit van het reeds aanwezige gebied.<br />

De gebiedsdoelstelling van de strandplevier (als broedvogel), zoals vermeld in het<br />

gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, is omgezet in e<strong>en</strong> regionale doelstelling. Gezi<strong>en</strong> de onzekerheid in de<br />

ontwikkeling<strong>en</strong> in het Deltagebied <strong>en</strong> de beperkte mogelijkhed<strong>en</strong> voor verbetering van de<br />

kwaliteit van het leefgebied in andere gebied<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>de tot de regio, is het aantal g<strong>en</strong>oemd<br />

in de regionale doelstelling verlaagd (aantal nog steeds hoger dan de som van de gemiddeld<strong>en</strong><br />

1999-2003 (SOVON & CBS, 2005)). E<strong>en</strong> regionale doelstelling op het niveau van het<br />

gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t van 2005 wordt daarom niet realistisch geacht.<br />

Betreff<strong>en</strong>de de scholekster is de landelijke doelstelling aangepast. Mede door de ongunstige<br />

situatie in de Oosterschelde wordt uitbreiding niet langer realistisch geacht, met name omdat<br />

het belang van dit gebied veel groter is dan de andere gebied<strong>en</strong> in de Delta <strong>en</strong> die gebied<strong>en</strong> het<br />

verlies onvoldo<strong>en</strong>de kunn<strong>en</strong> comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers stell<strong>en</strong> dat de beoogde natuurdoel<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gehaald omdat de<br />

soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waard<strong>en</strong> niet of slechts in beperkte mate aanwezig zijn. Volg<strong>en</strong>s de insprekers is<br />

zijn beoogde water- <strong>en</strong> luchtkwaliteit niet te verwez<strong>en</strong>lijk<strong>en</strong> als gevolg van de verdieping van<br />

de Westerschelde, industrie, scheepvaart, de teg<strong>en</strong>strijdigheid van natuurontwikkeling <strong>en</strong><br />

verstedelijking, opslibbing <strong>en</strong> vergrassing van de schorr<strong>en</strong> van Saeftinghe <strong>en</strong><br />

klimaatverandering. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> de insprekers bezwaar teg<strong>en</strong> vernatting omdat dit grote<br />

nadelige gevolg<strong>en</strong> heeft voor de omligg<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers merk<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het kustgebied tuss<strong>en</strong> de vaargeul <strong>en</strong> de<br />

Margaretha-, Kleine Huiss<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> de E<strong>en</strong>drachtspolder het volg<strong>en</strong>de op. Door de drukke<br />

scheepvaart is het niet mogelijk dat soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> waarvoor het gebied is<br />

94


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

aangewez<strong>en</strong>, in dit gedeelte van de Westerschelde voorkom<strong>en</strong>. Het is dan ook onmogelijk om<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor dit gebied op te stell<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij het formuler<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong><br />

is rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de actuele situatie in het Natura 2000-gebied: de huidige staat van<br />

instandhouding van e<strong>en</strong> soort of habitattype in e<strong>en</strong> specifiek gebied <strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> voor<br />

ev<strong>en</strong>tueel herstel. Daarbij is ook rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met kans<strong>en</strong> in andere gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

bestaand gebruik van het gebied. E<strong>en</strong> van de uitgangspunt<strong>en</strong> is dat de doelstelling<strong>en</strong> in de tijd<br />

robuust geformuleerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om zo te kunn<strong>en</strong> anticiper<strong>en</strong> op bijvoorbeeld de<br />

natuurlijke dynamiek of e<strong>en</strong> mogelijke klimaatsverandering.<br />

E<strong>en</strong> inspreker stelt dat in de beschrijving van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> bij het<br />

habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks (H1330B) e<strong>en</strong> onjuistheid in de laatste zin<br />

staat. Inspreker stelt dat schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong>dijks, niet voorkom<strong>en</strong> in de<br />

Inlaag Hoofdplaat.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De toelichting op het doel is aangepast.<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het habitattype slikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong> (H1140) te handhav<strong>en</strong> als doel<br />

voor dit Natura 2000-gebied <strong>en</strong> hiervoor e<strong>en</strong> adequate kernopgave <strong>en</strong> doelstelling te<br />

formuler<strong>en</strong> in de definitieve aanwijzing.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het habitattype slikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> zandplat<strong>en</strong> (H1140) maakt<br />

onderdeel uit van het “sam<strong>en</strong>gestelde” habitattype Estuaria (1130). Het habitattype is niet<br />

aangemeld of later aangewez<strong>en</strong> voor het Natura 2000-gebied Westerschelde. Derhalve kan het<br />

habitattype noch word<strong>en</strong> gehandhaafd noch verwijderd. In het Natura 2000-gebied<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<br />

(2006) is abusievelijk e<strong>en</strong> voorstel tot verwijder<strong>en</strong> van het habitattype uit de database<br />

vermeld. De kernopgav<strong>en</strong> per gebied zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura 2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t<br />

(2006) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> richting aan de uitwerking van de doel<strong>en</strong> in de beheerplann<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> niet<br />

in de besluit<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 4.1 van bijlage C). Bij het opstell<strong>en</strong> van de<br />

beheerplann<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> vrij om binn<strong>en</strong> de kaders van het aanwijzingsbesluit aanvull<strong>en</strong>de<br />

prioriteit<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers pleit<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> expliciet hersteldoel voor het habitattype perman<strong>en</strong>t<br />

overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110), omdat voor dit habitattype e<strong>en</strong> matig ongunstige staat van<br />

instandhouding geldt <strong>en</strong> het het meest bedreigd wordt door de verdieping van de<br />

Westerschelde. De insprekers w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het herstel van het onev<strong>en</strong>wichtige stroomgebied dat<br />

door de verdieping is ontstaan.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In de Westerschelde & Saeftinghe is de doelstelling gericht<br />

op het voorkom<strong>en</strong> van de achteruitgang van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstroomde<br />

zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>, Noordzee-kustzone (H1110B). De matige ongunstige staat van instandhouding,<br />

waar de inspreker naar verwijst, geldt landelijk. In de Noordzeekustzone (007), het<br />

belangrijkste gebied voor dit habitattype, zal nader word<strong>en</strong> bezi<strong>en</strong> of daar e<strong>en</strong> doel voor<br />

kwaliteitsverbetering kan word<strong>en</strong> neergelegd bij de uitbreiding van het gebied in het kader van<br />

de aanwijzing van de mari<strong>en</strong>e gebied<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker onderschrijft de doelstelling van “behoud oppervlakte <strong>en</strong> kwaliteit” voor het<br />

habitattype perman<strong>en</strong>te overstroomde zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>. De inspreker stelt dat wat de bodemfauna<br />

in de kustzone betreft het zeker niet bewez<strong>en</strong> wordt geacht dat hierin verandering<strong>en</strong> zijn<br />

opgetred<strong>en</strong> als gevolg van visserijactiviteit<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de inspreker betreft het immers e<strong>en</strong><br />

zeer dynamisch gebied <strong>en</strong> de bodemfauna is aan deze continue verstoring aangepast. De<br />

inspreker concludeert dat, op basis van de criteria die de Europese Commissie stelt aan e<strong>en</strong><br />

gunstige staat van instandhouding, de instandhouding van alle in de Nederlandse kustzone<br />

voorkom<strong>en</strong>de bodemdier<strong>en</strong> gunstig is. Dus ook de staat van instandhouding van dit habitattype<br />

zou op basis van de door de Europese Commissie gepubliceerde criteria als gunstig word<strong>en</strong><br />

beschouwd.<br />

95


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> nadere analyse van de landelijke staat van<br />

instandhouding van het habitattype perman<strong>en</strong>t overstrom<strong>en</strong>de zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong> (H1110) blijkt de<br />

beoordeling, op het aspect kwaliteit, als “matig ongunstig” terecht te zijn. Zie hiervoor de<br />

nieuwe profielbeschrijving waar de motivering van de staat van instandhouding verder is<br />

uitgewerkt, ev<strong>en</strong>als de ecologische vereist<strong>en</strong> van het habitattype (Natura 2000<br />

profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2008).<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat het Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe door afzetting van zand langs<br />

de zeedijk zoveel is opgehoogd dat er van natte natuur ge<strong>en</strong> sprake meer kan zijn.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Grote del<strong>en</strong> van het Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe<br />

bestaan uit het habitattype schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilte grasland<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>dijks (H1330A).<br />

E<strong>en</strong> inspreker vraagt op welke grond<strong>en</strong> de staat van instandhouding van estuaria (H1130)<br />

veranderd is van “ongunstig” naar “zeer ongunstig”. Volg<strong>en</strong>s de inspreker kan voor de<br />

uitvoering van project<strong>en</strong> in het Natura 2000-gebied c.q. de beoordeling van de zog<strong>en</strong>aamde<br />

“externe werking” voor ontwikkeling<strong>en</strong> in de nabijheid van dit gebied bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde wijziging<br />

namelijk zeer nadelige gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

De landelijke staat van instandhouding van het habitattype estuaria (H1130) is onveranderd<br />

beoordeeld als “zeer ongunstig”. Dit hangt sam<strong>en</strong> met het grote areaalverlies dat de afgelop<strong>en</strong><br />

50 jaar is opgetred<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook nog in rec<strong>en</strong>te tijd. Verder wordt verwez<strong>en</strong> naar het profiel waarin<br />

de motivering van de staat van instandhouding is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als de ecologische vereist<strong>en</strong><br />

van het habitattype (Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t, 2008).<br />

De instandhoudingsdoelstelling voor estuaria (H1130) is “uitbreiding oppervlakte <strong>en</strong> verbetering<br />

kwaliteit”. Enkele insprekers mak<strong>en</strong> bezwaar teg<strong>en</strong> de ontpoldering die hiervoor nodig is. Er<br />

wordt voorgesteld om in plaats van ontpoldering buit<strong>en</strong>dijkse maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> zodat de<br />

kwaliteit van het estuarium wordt verbeterd. Op grond van de hoofdlijn<strong>en</strong> voor het bepal<strong>en</strong> van<br />

de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> wordt gevraagd “uitbreiding oppervlakte” voor deze<br />

habitattyp<strong>en</strong> te schrapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de toelichting aan te gev<strong>en</strong> dat het doel niet nagestreefd wordt<br />

door ontpoldering. De insprekers stell<strong>en</strong> dat ontpoldering niet realistisch <strong>en</strong> in strijd met de<br />

hoofdlijn<strong>en</strong> 1, 5, 6 <strong>en</strong> 8 is.<br />

E<strong>en</strong> andere inspreker acht e<strong>en</strong> doelstelling van “verbetering van de kwaliteit” voor Estuaria<br />

(H1130) onhaalbaar, indi<strong>en</strong> verdere verdieping van de vaargeul zal plaatsvind<strong>en</strong>. De inspreker<br />

verzoekt indi<strong>en</strong> de doelstelling wordt behoud<strong>en</strong>, duidelijker aan te gev<strong>en</strong> dat deze verbetering<br />

zal voortkom<strong>en</strong> uit de aanleg van nieuwe natuur <strong>en</strong> verbetering van de waterkwaliteit. De<br />

inspreker stelt voor dat e<strong>en</strong> passage wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat voor bodemberoer<strong>en</strong>de visserij<br />

ge<strong>en</strong> extra maatregel<strong>en</strong> noodzakelijk zijn.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aanleiding tot wijziging<strong>en</strong>. Het gebiedsdoel “uitbreiding oppervlakte<br />

<strong>en</strong> verbetering kwaliteit” volgt uit het landelijk doel zoals vastgesteld in het Natura 2000<br />

doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t. In het <strong>en</strong>ige andere gebied waar het habitattype Estuaria nog aanwezig is<br />

(Wadd<strong>en</strong>zee, Eems-Dollard) geldt e<strong>en</strong> behoudsdoelstelling omdat de karakteristiek<strong>en</strong> van dit<br />

estuarium nog redelijk intact zijn. Dit betek<strong>en</strong>t dat de herstelopgave geheel in de<br />

Westerschelde zal moet<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>.<br />

De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong> zich tot de begr<strong>en</strong>zing van het gebied <strong>en</strong> de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Hoe <strong>en</strong> waar deze word<strong>en</strong> gerealiseerd <strong>en</strong> welke maatregel<strong>en</strong><br />

daarvoor nodig zijn, wordt niet bepaald in deze besluit<strong>en</strong> maar in de beheerplann<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de begr<strong>en</strong>zing van habitattype estuaria (H1130), uitbreiding van<br />

estuaria, niet duidelijk wordt aangegev<strong>en</strong>. De inspreker acht uitbreiding niet noodzakelijk <strong>en</strong><br />

niet haalbaar. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou de noodzaak voor uitbreiding niet duidelijk onderbouwd zijn.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is gedeeltelijk overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting is de<br />

locatie van de g<strong>en</strong>oemde habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in het gebied beschrev<strong>en</strong>. Het habitattype<br />

verkeert landelijk in e<strong>en</strong> zeer ongunstige staat van instandhouding. De relatieve bijdrage op<br />

96


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

basis van de oppervlakte is vermeld in de tabell<strong>en</strong> van bijlage B.4 (zie ook Nota van Antwoord,<br />

paragraaf 1.3.6). Verder wordt verwez<strong>en</strong> naar de beantwoording van vorige zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers stell<strong>en</strong> voor om voor de gewone zeehond (H1365) e<strong>en</strong> doelstelling van<br />

“behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit” te formuler<strong>en</strong>. De insprekers del<strong>en</strong> mee dat de populatie in de<br />

Delta ook zonder specifieke beschermingsmaatregel<strong>en</strong> groeit door aanwas van elders.<br />

Insprekers vind<strong>en</strong> het onzinnig om maatregel<strong>en</strong> te formuler<strong>en</strong>, met het oog op e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame<br />

van het aantal gewone zeehond<strong>en</strong> in de Delta, waardoor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> onnodig gehinderd kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> in hun bewegingsvrijheid. Ook vraagt e<strong>en</strong> inspreker zich af of de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> (zoals met betrekking tot gewone zeehond) haalbaar is gelet op<br />

het recreatief gebruik <strong>en</strong> andere activiteit<strong>en</strong> op de strand<strong>en</strong> rond Vlissing<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gewone zeehond heeft landelijk e<strong>en</strong> hersteldoelstelling.<br />

Voor e<strong>en</strong> duurzame populatie van de gewone zeehond in het Deltagebied is het van belang om<br />

de kans op voorplanting te verbeter<strong>en</strong> (zie voor nadere toelichting bijlage B.4 van de Nota van<br />

toelichting). In het beheerplan zal moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald in hoeverre bestaand gebruik zoals<br />

het recreatief gebruik van strand<strong>en</strong> daarbij in de weg staat.<br />

Enkele insprekers zijn van m<strong>en</strong>ing dat de draagkrachtschatting van de gewone zeehond<br />

(H1365) voor de Delta verhoogd di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> tot 500, omdat de nu gepubliceerde<br />

draagkrachtschatting van slechts 200 onvoldo<strong>en</strong>de is voor e<strong>en</strong> duurzame populatie.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal van 500 gewone zeehond<strong>en</strong> in het Deltagebied<br />

is zelfs op lange termijn mom<strong>en</strong>teel als niet realistisch aan te merk<strong>en</strong>. Onder de huidige<br />

omstandighed<strong>en</strong> is het door omvang leefgebied <strong>en</strong> vervuiling niet waarschijnlijk dat in het<br />

Deltagebied e<strong>en</strong> veel grotere populatie kan voorkom<strong>en</strong>. Ondanks e<strong>en</strong> lichte to<strong>en</strong>ame van de<br />

aantall<strong>en</strong> in het Deltagebied, blijft het aantal dier<strong>en</strong> dat geteld wordt onder de 200. Van e<strong>en</strong><br />

snel groei<strong>en</strong>de populatie (zoals in de Wadd<strong>en</strong>zee) is ge<strong>en</strong> sprake. Zie voor nadere toelichting<br />

bijlage B.4 van de Nota van toelichting.<br />

E<strong>en</strong> inspreker me<strong>en</strong>t dat m<strong>en</strong> voor het bereik<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor de<br />

gewone zeehond (H1365) afhankelijk is van maatregel<strong>en</strong> in België. Hierdoor zoud<strong>en</strong> hier ge<strong>en</strong><br />

herstelmaatregel<strong>en</strong> noodzakelijk zijn <strong>en</strong> vindt de inspreker het onbegrijpelijk waarom de<br />

zeehond toch als doelsoort aangemerkt is.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gewone zeehond is met e<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige populatie<br />

aanwezig in het gebied (zie ook paragraaf 4.4 van de Nota van toelichting). Voor alle in het<br />

gebied aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> in principe instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> te<br />

word<strong>en</strong> geformuleerd (Nota van Antwoord, paragraaf 3.3). Dat de kwaliteit van het leefgebied<br />

afhankelijk is van de situatie bov<strong>en</strong>strooms in Vlaander<strong>en</strong>, zoals ook opgemerkt in de<br />

toelichting op het betreff<strong>en</strong>de doel (paragraaf 5.4) doet daar niets aan af.<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt de bruinvis (H1351) toe te voeg<strong>en</strong> aan de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van de Westerschelde.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De bruinvis heeft de gehele Noordzee als leefgebied <strong>en</strong> de<br />

Westerschelde is niet van specifiek belang voor de soort. Er bevindt zich ge<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige<br />

populatie in de Westerschelde.<br />

E<strong>en</strong> inspreker stelt dat de Westerschelde als doortrekgebied voor de rivierprik (H1099), zeeprik<br />

(H1095) <strong>en</strong> de fint (H1103) van gering actueel Nederlands belang is. Deze viss<strong>en</strong> zijn<br />

anadrome viss<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> deel van hun lev<strong>en</strong> in zee doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar zoet water trekk<strong>en</strong><br />

om zich voort te plant<strong>en</strong>. Door watervervuiling, verstuwing van rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere hinderniss<strong>en</strong><br />

als de Haringvlietdam, zijn deze soort<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong> sterk achteruit gegaan, hoewel voor de<br />

zeeprik <strong>en</strong> de rivierprik nu weer herstel wordt waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit herstel werd waarschijnlijk<br />

veroorzaakt door vermindering van de vervuiling <strong>en</strong> het wegnem<strong>en</strong> van barrières. De inspreker<br />

merkt op dat voor deze twee soort<strong>en</strong> populatie-uitbreiding uitsluit<strong>en</strong>d wordt verwacht indi<strong>en</strong> in<br />

het Belgische deel van de Schelde maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Nu maatregel<strong>en</strong> in de<br />

97


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Westerschelde op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wijze kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan herstel van de prikk<strong>en</strong>populaties die<br />

in het Belgische deel van de Schelde (theoretisch) zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> paai<strong>en</strong> stelt de inspreker<br />

voor om niet tot aanwijzing van de Westerschelde als speciale beschermingszone voor prikk<strong>en</strong><br />

over te gaan. Mocht dit toch noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht, dan stelt de inspreker voor om in<br />

plaats van “herstelmaatregel<strong>en</strong>” het woord “maatregel<strong>en</strong>” te gebruik<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker stelt dat het voor Nederland van groot belang is dat de rivierprik, zeeprik <strong>en</strong> fint<br />

de Westerschelde als doortrekgebied kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>. Deze inspreker doet het<br />

verzoek om e<strong>en</strong> herstelopgave aan het doel voor deze soort<strong>en</strong> toe te voeg<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> zijn niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Waarneming<strong>en</strong> van de rivierprik, zeeprik <strong>en</strong> fint in de<br />

Westerschelde ton<strong>en</strong> aan dat dit gebied van belang is als doortrekgebied voor deze soort<strong>en</strong>.<br />

Voor elk van deze drie soort<strong>en</strong> geldt dat de populatie afhankelijk is van ontwikkeling<strong>en</strong> in<br />

België, daarom wordt behoud van de omvang <strong>en</strong> kwaliteit van het leefgebied voldo<strong>en</strong>de geacht<br />

voor uitbreiding van de populatie die de Westerschelde als doortrekgebied gebruikt. Uitbreiding<br />

van de populatie was reeds als doel gesteld.<br />

E<strong>en</strong> inspreker vindt dat de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor trekviss<strong>en</strong> te vaag zijn<br />

gedefinieerd, waardoor onduidelijk is hoe de ontwikkeling van populaties <strong>en</strong> de ev<strong>en</strong>tuele<br />

invloed van de beroepsvisserij op trekviss<strong>en</strong> hierop, beoordeeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De inspreker<br />

vraagt om de b<strong>en</strong>odigde rechtszekerheid <strong>en</strong> daarom meetbare doel<strong>en</strong> te formuler<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Slechts voor e<strong>en</strong> beperkt aantal habitatsoort<strong>en</strong> zijn<br />

aantall<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd in de instandhoudingsdoelstelling. Dit is alle<strong>en</strong> gedaan wanneer er<br />

voldo<strong>en</strong>de betrouwbare kwantitatieve data over de verspreiding van de soort beschikbaar was.<br />

In het beheerplan word<strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor het Natura 2000-gebied<br />

uitgewerkt in omvang, ruimte <strong>en</strong> tijd. Het beschrijft de resultat<strong>en</strong> die nodig zijn om het behoud<br />

of herstel van de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>. Het beheerplan geeft<br />

verder e<strong>en</strong> overzicht van instandhoudingsmaatregel<strong>en</strong> om deze resultat<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>. Zie voor<br />

verdere informatie Nota van Antwoord paragraaf 1.5 <strong>en</strong> 3.9.<br />

E<strong>en</strong> inspreker meldt dat de noordse woelmuis (H1340) <strong>en</strong> de gro<strong>en</strong>knolorchis (H1903) in het<br />

Natura 2000-gebied voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzoekt deze soort<strong>en</strong> op te nem<strong>en</strong> in het besluit.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tijde van de aanmelding van habitatrichtlijngebied<strong>en</strong><br />

(2003) is het gebied Westerschelde & Saeftinghe reeds aangemeld voor de gro<strong>en</strong>knolorchis <strong>en</strong><br />

blijft onveranderd aangewez<strong>en</strong> voor het gebied. Van de noordse woelmuis is ge<strong>en</strong> best<strong>en</strong>dige<br />

populatie aanwezig in het gebied <strong>en</strong> er is ge<strong>en</strong> instandhoudingsdoelstelling voor opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Voor de grote stern (A191) is landelijk e<strong>en</strong> hersteldoel van 25.000 broedpar<strong>en</strong> geformuleerd.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat er echter slechts voor 13.500 broedpar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelstelling<br />

opgesteld is in de Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> de soort niet voorkomt buit<strong>en</strong> de Natura<br />

2000-gebied<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>st de inspreker dat het rester<strong>en</strong>de, landelijk te herstell<strong>en</strong> aantal<br />

broedpar<strong>en</strong> (11.500) over de gebied<strong>en</strong> waarvoor de soort is aangewez<strong>en</strong> verdeeld wordt,<br />

waaronder de Westerschelde & Saeftinghe. De inspreker verzoekt e<strong>en</strong> herstelopgave voor dit<br />

gebied te formuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij concrete aantall<strong>en</strong> te noem<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De landelijke doelstelling van de grote stern is verlaagd van<br />

25.000 naar 20.000 broedpar<strong>en</strong> 63 . De draagkracht voor deze soort is voor de Wadd<strong>en</strong>zee (001)<br />

vastgesteld op 16.000 broedpar<strong>en</strong>. Voor de gebied<strong>en</strong> Haringvliet (109), Greveling<strong>en</strong> (115),<br />

Oosterschelde (118) <strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122) is e<strong>en</strong> regionale doelstelling<br />

vastgesteld van 4.000 broedpar<strong>en</strong>. Het gehele landelijke doelniveau is hiermee afgedekt.<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt het aantal par<strong>en</strong> van de grote stern (A191) g<strong>en</strong>oemd in de<br />

instandhoudingsdoelstelling te verhog<strong>en</strong> van 4.000 naar 10.000 par<strong>en</strong>. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing<br />

63 Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Strct. 2009, 38).<br />

98


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

dat er t<strong>en</strong>minste 25.000 broedpar<strong>en</strong> in Nederland nodig zijn om e<strong>en</strong> gunstige staat van<br />

instandhouding te bereik<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de inspreker geeft dit, verdeeld tuss<strong>en</strong> Delta <strong>en</strong><br />

Wadd<strong>en</strong>zee met e<strong>en</strong> verhouding 2:3, e<strong>en</strong> streefgetal van 10.000 broedpaar in de Delta.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

De landelijke doelstelling van de grote stern is verlaagd van 25.000 naar 20.000 broedpar<strong>en</strong> 64 .<br />

Van e<strong>en</strong> 2:3 verhouding, zoals op te mak<strong>en</strong> is uit de gegev<strong>en</strong>s in het Natura 2000<br />

profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t van 2006, is gezi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de pot<strong>en</strong>tie van gebied<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> sprake.<br />

Ondanks de mogelijke schommeling<strong>en</strong> wordt op basis van gegev<strong>en</strong>s 65 e<strong>en</strong> regionale doelstelling<br />

voor de Delta met e<strong>en</strong> draagkracht van 4000 gegrond geacht <strong>en</strong> lijkt het verhog<strong>en</strong> van deze<br />

doelstelling e<strong>en</strong> onrealistisch strev<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat het argum<strong>en</strong>t, dat “ondanks de landelijk zeer ongunstige staat<br />

van instandhouding uitbreiding van de populatie niet direct vereist is, daar zich al jar<strong>en</strong> lang<br />

e<strong>en</strong> geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t”, onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt dat herstel tot 25.000<br />

broedpar<strong>en</strong> grote sterns op landelijk niveau gewaarborgd is. De grote stern bevindt zich in zeer<br />

ongunstige staat van instandhouding <strong>en</strong> daarom zijn concrete herstelopgav<strong>en</strong> noodzakelijk,<br />

aldus inspreker. Inspreker acht het terecht dat er e<strong>en</strong> behoud wordt geformuleerd voor<br />

plaats<strong>en</strong> waar de soort rec<strong>en</strong>telijk heeft gebroed <strong>en</strong> dit nu niet meer doet. Er is echter niet<br />

gedefinieerd wat in dit kader als rec<strong>en</strong>telijk wordt gezi<strong>en</strong>, aldus inspreker. Inspreker is van<br />

m<strong>en</strong>ing dat dit deze doelstelling niet meetbaar <strong>en</strong> toetsbaar maakt. Inspreker verzoekt<br />

“rec<strong>en</strong>telijk” in dit kader nader te definiër<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

De landelijke doelstelling van de grote stern is inmiddels verlaagd van 25.000 naar 20.000<br />

broedpar<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> iets minder is dan de ondergr<strong>en</strong>s van de populatieschommeling<strong>en</strong> in de<br />

periode 1900-1960 (voor de grote terugval naar het dieptepunt van 900 in 1965). E<strong>en</strong> hoger<br />

doelniveau werd niet realistisch geacht gelet op het verminderd aanbod aan natuurlijke<br />

broedplaats<strong>en</strong> (uitvoering Deltawerk<strong>en</strong>, verdwijning De Beer) <strong>en</strong> de verslechtering van het<br />

voedselaanbod. Ook di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> opgemerkt dat rond 1990 e<strong>en</strong> nieuwe broedplaats in<br />

Zeebrugge (Vlaander<strong>en</strong>) is ontstaan (rec<strong>en</strong>t 1.000-4.000 par<strong>en</strong>) hetge<strong>en</strong> mogelijk t<strong>en</strong> koste is<br />

gegaan van de Zeeuwse broedpopulatie. De staat van instandhouding voor wat betreft het<br />

aspect populatie is gewijzigd in “matig ongunstig”. De landelijke doelstelling omvat, gezi<strong>en</strong> de<br />

landelijk stijg<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d, e<strong>en</strong> behoudopgave voor het leefgebied. Er wordt gezi<strong>en</strong> de matige<br />

ongunstige staat van instandhouding op het aspect populatie, gestreefd naar e<strong>en</strong> doelniveau<br />

dat 20% groter is dan de som van de gemiddeld<strong>en</strong>. In de Wadd<strong>en</strong>zee (001) wordt herstel van<br />

de populatie, gezi<strong>en</strong> de pot<strong>en</strong>tie van het gebied, haalbaar geacht zonder dat extra maatregel<strong>en</strong><br />

ter verbetering van het leefgebied nodig word<strong>en</strong> geacht. De draagkracht voor deze soort voor<br />

de Wadd<strong>en</strong>zee <strong>en</strong> het Deltagebied (Haringvliet (109), Greveling<strong>en</strong> (115), Oosterschelde (118)<br />

<strong>en</strong> Westerschelde & Saeftinghe (122)) bedraagt tezam<strong>en</strong> 20.000 par<strong>en</strong>, waarmee aan de<br />

landelijk doelstelling wordt voldaan. Het begrip rec<strong>en</strong>telijk heeft betrekking op de afgelop<strong>en</strong> 15<br />

jaar (inclusief 1993-1997, de peilperiode voor de aanwijzing<strong>en</strong> in 2000).<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de doelstelling t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de slechtvalk (A103) teg<strong>en</strong>strijdig<br />

met de doelstelling van de grote stern (A191). Volg<strong>en</strong>s de inspreker ondervond e<strong>en</strong> kolonie<br />

grote sterns veel last van de aanwezigheid van e<strong>en</strong> slechtvalk die in e<strong>en</strong> tor<strong>en</strong> broedde.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij de draagkracht voor grote sterns hoort e<strong>en</strong> zeker<br />

predatierisico. Als het noodzakelijk is dit te stur<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t dat in het beheerplan te word<strong>en</strong><br />

uitgewerkt.<br />

64 Aanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied Wadd<strong>en</strong>zee (Strct. 2009, 38).<br />

65 Aarts, B., Van d<strong>en</strong> Bremer, L., Van Wind<strong>en</strong>, E. & Zoetebier, D. (2008): Tr<strong>en</strong>dinformatie <strong>en</strong> refer<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> voor<br />

Nederlandse kustvogels. WOt-rapport 79. Wettelijke Onderzoekstak<strong>en</strong> Natuur & Milieu, Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (SOVONinformatierapport<br />

2008/06. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubberg<strong>en</strong>).<br />

99


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt voor de dwergstern (A195) in de instandhoudingsdoelstelling e<strong>en</strong> aantal<br />

van t<strong>en</strong>minste 400 broedpar<strong>en</strong> in de Delta op te nem<strong>en</strong>. Dit aantal acht de inspreker<br />

noodzakelijk voor e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de<br />

Westerschelde hieraan reeds e<strong>en</strong> goede bijdrage levert.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

De regionale instandhoudingsdoelstelling behor<strong>en</strong>de tot het Deltagebied, waaraan de<br />

Westerschelde bijdraagt, heeft e<strong>en</strong> draagkracht van t<strong>en</strong> minste 300 broedpar<strong>en</strong>. Dit aantal ligt<br />

gezi<strong>en</strong> de landelijke instandhoudingsdoelstelling “behoud omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor<br />

herstel populatie” hoger dan het gemiddelde aantal broedpar<strong>en</strong> in de periode 1999-2003 (som<br />

gemiddeld<strong>en</strong> Deltagebied<strong>en</strong>). Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> landelijke behoudopgave ondanks de<br />

landelijk matig ongunstige staat van instandhouding, aangezi<strong>en</strong> zich al jar<strong>en</strong>lang e<strong>en</strong><br />

geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t. Het leefgebied in het gebied is voldo<strong>en</strong>de op orde <strong>en</strong> levert<br />

voldo<strong>en</strong>de draagkracht om bij te drag<strong>en</strong> aan de landelijke instandhoudingsdoelstelling.<br />

E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat voor de strandplevier (A138) e<strong>en</strong> te laag landelijke hersteldoel<br />

is geformuleerd. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat er e<strong>en</strong> herstel van 50% van de historische<br />

broedpopulatie (refer<strong>en</strong>tiejaar 1950) di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> nagestreefd, zoals g<strong>en</strong>oemd in het<br />

Beschermingsplan Duin- <strong>en</strong> Kustvogels. Het landelijke hersteldoel di<strong>en</strong>t volg<strong>en</strong>s inspreker<br />

derhalve de uitbreiding omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied voor herstel populatie van 500<br />

broedpar<strong>en</strong> te zijn in plaats van 400 broedpar<strong>en</strong>. Inspreker me<strong>en</strong>t dat uitgaande van e<strong>en</strong><br />

landelijk herstel van 400 broedpaar driekwart van de broedpopulatie strandplevier voorkomt in<br />

Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. In deze gebied<strong>en</strong> is echter slechts voor 276 broedpaar e<strong>en</strong> doel gesteld,<br />

aldus inspreker. Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de overige 24 broedpar<strong>en</strong>, die nu op gebiedniveau<br />

niet gedekt word<strong>en</strong>, over Natura 2000-gebied<strong>en</strong> waarvoor de soort is aangewez<strong>en</strong> verdeeld<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het gevraagde landelijke doelniveau betreft 50% van de<br />

historische refer<strong>en</strong>tie in het begin van de vorige eeuw (1.000 broedpar<strong>en</strong>). E<strong>en</strong> reconstructie<br />

van de populatieontwikkeling in de 20 e eeuw 66 vermeldt echter e<strong>en</strong> lager getal (900<br />

broedpar<strong>en</strong>). Verder is het onduidelijk waar het perc<strong>en</strong>tage van 50, die de inspreker noemt,<br />

aan is ontle<strong>en</strong>d. Het is in feite e<strong>en</strong> correctiefactor voor verlor<strong>en</strong> gegane broedgebied<strong>en</strong> die niet<br />

meer hersteld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Deze is aan de hoge kant want strand<strong>en</strong> waar de soort<br />

ongestoord kan nestel<strong>en</strong> <strong>en</strong> jong<strong>en</strong> grootbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> nog aanwezig in<br />

beschermde gebied<strong>en</strong> (in Wadd<strong>en</strong>- <strong>en</strong> Deltagebied). Door de aanleg <strong>en</strong> versterking van<br />

kustverdediging, de aanleg van hav<strong>en</strong>terrein<strong>en</strong> (Europoort, Sloegebied) <strong>en</strong> de uitvoering van de<br />

Deltawerk<strong>en</strong> zijn ook veel broedplaats<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> gegaan. Beschermde broedgebied<strong>en</strong> (met<br />

name in reservat<strong>en</strong>) bied<strong>en</strong> daarvoor maar beperkt soelaas. Er is dus zeker meer dan 50% van<br />

het geschikte broedareaal verlor<strong>en</strong> gegaan <strong>en</strong> niet meer te herstell<strong>en</strong>.<br />

De vaststelling van het landelijk doelniveau is vastgesteld aan de hand van de actuele <strong>en</strong><br />

pot<strong>en</strong>tiële situatie in de huidige broedgebied<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> werkwijze die ook in de juridische<br />

analyse van Bastmeijer, De Bruin & Verschuur<strong>en</strong> 67 wordt aanbevol<strong>en</strong>. Aan de hand hiervan is<br />

e<strong>en</strong> doelniveau van 400 vastgesteld dat overe<strong>en</strong>komt met de broedpopulatie in de periode<br />

1991-1995. In de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig <strong>en</strong> tachtig van de vorige eeuw kon de soort nog profiter<strong>en</strong> van<br />

de uitvoering van de Deltawerk<strong>en</strong> waarbij door afdamming <strong>en</strong> opspuit- <strong>en</strong> graafwerkzaamhed<strong>en</strong><br />

veel tijdelijke broedplaats<strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker pleit voor e<strong>en</strong> ambitieuzere herstelopgave voor de strandplevier (A138) van 350<br />

paar in de Delta, aangezi<strong>en</strong> het nu g<strong>en</strong>oemde doel van 220 paar nauwelijks hoger is dan het<br />

gemiddelde over de periode 1999-2003 in de Delta (186 paar).<br />

66<br />

Meininger & Arts (1997): De Strandplevier Charadrius alexandrinus als broedvogel in Nederland in de 20e eeuw.<br />

Limosa 70: 41-60.<br />

67<br />

Bastmeijer, C.J., de Bruin, M.K. & Verschuur<strong>en</strong> J.M. (2008): Concept-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> getoetst, Natura 2000 in<br />

Nederland. E<strong>en</strong> onderzoek in opdracht van Vogelbescherming Nederland naar de juridische kwaliteit van de conceptaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />

voor geselecteerde Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Eindrapport. C<strong>en</strong>trum voor wetgevingsvraagstukk<strong>en</strong>,<br />

Universiteit van Tilburg, Tilburg.<br />

100


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De regionale doelstelling van 220 par<strong>en</strong> is, gezi<strong>en</strong> de huidige<br />

systeem- <strong>en</strong> infrastructurele k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het Deltagebied, reeds e<strong>en</strong> behoorlijke opgave.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat viset<strong>en</strong>de niet-broedvogels zoals fuut (A005), nonnetje (A068) <strong>en</strong><br />

middelste zaagbek (A069) ge<strong>en</strong> herstelopgave hebb<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong>, ondanks e<strong>en</strong> gestaag<br />

afnem<strong>en</strong>de tr<strong>en</strong>d. Als red<strong>en</strong> hiervoor wordt de beschikbaarheid van vis aangevoerd. De<br />

inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat deze oorzaak kan word<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door op het niveau van<br />

habitats (inrichting <strong>en</strong> beheer) de nodige herstelmaatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>. De inspreker verzoekt<br />

voor deze viset<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> de habitats waarvan zij afhankelijk zijn e<strong>en</strong> adequate<br />

herstelopgave te formuler<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij ge<strong>en</strong> van deze soort<strong>en</strong> is sprake van e<strong>en</strong> duidelijke<br />

landelijke afname <strong>en</strong> is er dus ge<strong>en</strong> landelijke hersteldoelstelling geformuleerd. De<br />

doelstelling<strong>en</strong> van het gebied Westerschelde & Saeftinghe sluit<strong>en</strong> aan bij de landelijke<br />

doelstelling<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s is Westerschelde & Saeftinghe niet aangewez<strong>en</strong> voor het nonnetje.<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt de kleine mantelmeeuw (A183) als doelsoort (broedvogel) voor dit<br />

Natura 2000-gebied op te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> hiervoor e<strong>en</strong> doelstelling te formuler<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

draagkracht van minimaal 200 broedpar<strong>en</strong>. Inspreker verwijst naar gegev<strong>en</strong>s in Castelijns <strong>en</strong><br />

Wieland (2005); broedvogelonderzoek 2004 Verdronk<strong>en</strong> land van Saeftinghe, uitgave HZL. In<br />

2004 werd<strong>en</strong> 266 broedpar<strong>en</strong> geteld, aldus bron.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Het gebied voldoet niet aan het 1%-criterium voor opname van de soort tijd<strong>en</strong>s de peilperiode<br />

1999-2003 (820 broedpar<strong>en</strong>). In die periode zijn er gemiddeld 33 broedpar<strong>en</strong> geteld.<br />

Enkele insprekers m<strong>en</strong><strong>en</strong> dat de blauwborst (A272) <strong>en</strong> de bruine kiek<strong>en</strong>dief (A081) niet in het<br />

estuarium thuishor<strong>en</strong>. De insprekers stell<strong>en</strong> dat door verzoeting van het land van Saeftinghe <strong>en</strong><br />

de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de rietvorming de vogelsoort<strong>en</strong> daarvan hun verblijfplaats hebb<strong>en</strong><br />

gemaakt. Ook zijn de insprekers van m<strong>en</strong>ing dat vogels die slechts <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong> in het gebied<br />

voorkom<strong>en</strong>, zoals de zeear<strong>en</strong>d (A075), niet in het besluit hor<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Nederland heeft de verplichting om maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong><br />

die soort<strong>en</strong> van communautair belang in e<strong>en</strong> gunstige staat van in standhouding te houd<strong>en</strong> of<br />

te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> gebied wordt slechts aangewez<strong>en</strong> voor de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van<br />

landelijke betek<strong>en</strong>is is, zoals toegelicht in bijlage B.2 van dit besluit. Gegev<strong>en</strong>s lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat<br />

slechts <strong>en</strong>kele bruine kiek<strong>en</strong>diev<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong> in het gebied broedd<strong>en</strong>. Dat aantal is echter<br />

sinds de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig dusdanig toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat het gebied met e<strong>en</strong> gemiddeld aantal in<br />

1999-2003 van 22 broedpar<strong>en</strong> voldoet aan het 1%-criterium voor opname van de soort. Dit<br />

gebied voldoet tev<strong>en</strong>s voor de blauwborst, met e<strong>en</strong> gemiddeld aantal van 450 broedpar<strong>en</strong> in de<br />

periode 1999-2003, aan het 1%-criterium (100 broedpar<strong>en</strong>). Ook voor de zeear<strong>en</strong>d zijn de<br />

beste vijf gebied<strong>en</strong> in Nederland aangewez<strong>en</strong>. “Slechts <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong>” is betrekkelijk voor zo’n<br />

zeldzame soort; het gebied is op grond van de beschikbare gegev<strong>en</strong>s het beste gebied in<br />

Nederland na de Biesbosch.<br />

Enkele insprekers zijn het er niet e<strong>en</strong>s dat voor a) de scholekster (A130), b) de kanoet (A143)<br />

<strong>en</strong> c) de ste<strong>en</strong>loper (A169) ge<strong>en</strong> herstelopgave is geformuleerd, omdat het herstel van het<br />

leefgebied niet realistisch zou zijn. De insprekers acht<strong>en</strong> dit e<strong>en</strong> onbegrijpelijke conclusie <strong>en</strong><br />

mak<strong>en</strong> er bezwaar teg<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> is van m<strong>en</strong>ing dat juist nu er in het Schelde-estuarium op<br />

aanzi<strong>en</strong>lijke schaal wordt ingezet op herstel <strong>en</strong> uitbreiding van habitattype estuaria (H1130) <strong>en</strong><br />

er ook langs andere weg<strong>en</strong> (inperking schelpdiervisserij, beperking toegankelijkheid zeedijk<strong>en</strong>)<br />

voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> op<strong>en</strong> staan om het leefgebied van onder andere deze soort te<br />

herstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit te breid<strong>en</strong>. Eén inspreker verzoekt voor de scholekster, kanoet <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>loper<br />

e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van respectievelijk 11.000, 800<br />

<strong>en</strong> 300 vogels.<br />

E<strong>en</strong> andere inspreker vraagt om e<strong>en</strong> gemiddelde van ruim 12.000 scholeksters te hanter<strong>en</strong>.<br />

Volg<strong>en</strong>s de inspreker is het feit dat het gemiddelde op grond van RIKZ-telling<strong>en</strong> na 2000<br />

101


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

beduid<strong>en</strong>d lager ligt, mogelijk het gevolg van de nog steeds periodiek voorkom<strong>en</strong>de<br />

kokkelvisserij <strong>en</strong> baggerwerkzaamhed<strong>en</strong>.<br />

Ook andere insprekers legg<strong>en</strong> het verband met de mechanische kokkelvisserij <strong>en</strong> verzoek<strong>en</strong> het<br />

mechanische kokkelviss<strong>en</strong> te verbied<strong>en</strong>. De insprekers vrag<strong>en</strong> voor de scholekster <strong>en</strong> de kanoet<br />

e<strong>en</strong> herstelopgave op te nem<strong>en</strong> met als doel e<strong>en</strong> populatieomvang die veel hoger is dan de<br />

thans vermelde getall<strong>en</strong>.<br />

a) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de scholekster is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is in de Westerschelde<br />

ge<strong>en</strong> sprake geweest van doorgaande afname van de scholekster; de huidige aantall<strong>en</strong> zijn<br />

vergelijkbaar met die van eind jar<strong>en</strong> tachtig. De aantall<strong>en</strong> in de Westerschelde bedrag<strong>en</strong><br />

ongeveer 4% van het landelijke aantal, zodat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele to<strong>en</strong>ame in de Westerschelde<br />

slechts beperkt bijdraagt aan het realiser<strong>en</strong> van het landelijke doel.<br />

b) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de kanoet is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het aantal kanoet<strong>en</strong> is in de<br />

Westerschelde nauwelijks afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (<strong>en</strong> minder dan de aantall<strong>en</strong> in de Oosterschelde, die<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> sterk zijn toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>). Het aandeel van de landelijke populatie dat in de<br />

Westerschelde verblijft bedraagt circa 1%. De landelijke opgave moet vooral word<strong>en</strong><br />

gerealiseerd door verbetering van de kwaliteit van het leefgebied in de Wadd<strong>en</strong>zee, waar meer<br />

dan 80% van de Nederlandse vogels verblijft.<br />

c) De zi<strong>en</strong>swijze betreff<strong>en</strong>de de ste<strong>en</strong>loper is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is in de Westerschelde<br />

sprake geweest van <strong>en</strong>ige afname bij de ste<strong>en</strong>loper. De aantall<strong>en</strong> in de Westerschelde bedrag<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 230 echter slechts ongeveer 7% van het landelijke aantal,<br />

zodat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele to<strong>en</strong>ame in de Westerschelde slechts beperkt bijdraagt aan het realiser<strong>en</strong><br />

van het landelijke doel. De landelijke herstelopgave kan daarom het best in de Wadd<strong>en</strong>zee<br />

word<strong>en</strong> gerealiseerd.<br />

E<strong>en</strong> inspreker onderschrijft de doelstelling van “behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit leefgebied” voor<br />

de scholekster (A130), maar vindt het noem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal vogels van 7.500 ongew<strong>en</strong>st. De<br />

inspreker me<strong>en</strong>t dat aantall<strong>en</strong> van deze soort sterk kunn<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> terwijl daar ge<strong>en</strong><br />

aanwijsbare red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor zijn. De inspreker vreest dat e<strong>en</strong> onverhoopte afname onder het<br />

seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 7.500 kan leid<strong>en</strong> tot (voorbarige of onjuiste) conclusies over de<br />

afname van de kwaliteit van het leefgebied, wat onnodige negatieve gevolg<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> voor de mechanische kokkelvisserij in het gebied. De inspreker wijst ook op de<br />

verdiepingswerkzaamhed<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> negatief effect hebb<strong>en</strong> op de kwaliteit van de kokkels.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De getall<strong>en</strong> zijn bedoeld als indicatie van de gew<strong>en</strong>ste<br />

draagkracht, <strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> doel op zich. Fluctuaties zijn ondervang<strong>en</strong> door gebruik te mak<strong>en</strong> van<br />

vijfjarige gemiddeld<strong>en</strong>.<br />

Gezi<strong>en</strong> de ongunstige staat van instandhouding <strong>en</strong> de int<strong>en</strong>tie om de situatie te verbeter<strong>en</strong><br />

stell<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele insprekers voor e<strong>en</strong> hersteldoelstelling op te nem<strong>en</strong> voor de bontbekplevier<br />

(A137).<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Het nagestreefde lichte herstel van de populatie bontbekplevier<strong>en</strong> in de Delta zal naar<br />

verwachting kunn<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> middels behoud van het huidige leefgebied.<br />

E<strong>en</strong> inspreker verzoekt e<strong>en</strong> herstelopgave te formuler<strong>en</strong> voor de strandplevier (A138) als nietbroedvogel,<br />

voor de slaapplaats <strong>en</strong> foerageerfunctie die dit Natura 2000-gebied heeft. De<br />

inspreker verzoekt e<strong>en</strong> draagkracht van dit gebied voor e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sgemiddelde van 200<br />

vogels.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Afname van de aantall<strong>en</strong> niet-broedvogels is in hoge mate<br />

verbond<strong>en</strong> aan verslechtering van de kwaliteit van de broedhabitat. Omdat het leefgebied voor<br />

niet-broedvogels ge<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong>de factor lijkt, is voor wat betreft niet-broedvogels volstaan<br />

met e<strong>en</strong> opgave voor behoud van omvang <strong>en</strong> kwaliteit van het leefgebied.<br />

102


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat binn<strong>en</strong> het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe voor<br />

de driete<strong>en</strong>strandloper (A144) e<strong>en</strong> negatieve tr<strong>en</strong>d wordt geconstateerd t<strong>en</strong> gevolge van<br />

verstoring door recreatiedruk. Uitgaande van de doelstelling behoud omvang <strong>en</strong> kwaliteit<br />

leefgebied me<strong>en</strong>t de inspreker dat bij het beheer reguler<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> met betrekking tot<br />

recreatief gebruik noodzakelijk zijn.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is ge<strong>en</strong> sprake van afname in de Westerschelde, de<br />

aantall<strong>en</strong> zijn sinds begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig verdriedubbeld, net als in de rest van Nederland.<br />

To<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de recreatiedruk kan deze positieve ontwikkeling echter wel onder druk zett<strong>en</strong>.<br />

Ev<strong>en</strong>tuele beperk<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> met betrekking tot recreatie kom<strong>en</strong> in het<br />

beheerplanproces aan de orde.<br />

Enkele insprekers zijn van m<strong>en</strong>ing dat e<strong>en</strong> herstelopgave voor de visdief (A193) met e<strong>en</strong><br />

draagkracht tot 8.000 broedpar<strong>en</strong> (40% van de landelijk b<strong>en</strong>odigde aantall<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />

gunstige staat van instandhouding) gew<strong>en</strong>st is. Het is niet duidelijk waarom e<strong>en</strong> geleidelijke<br />

to<strong>en</strong>ame voor e<strong>en</strong> soort met e<strong>en</strong> landelijk matig ongunstige staat van instandhouding tot de<br />

conclusie leidt dat e<strong>en</strong> uitbreiding van e<strong>en</strong> populatie niet direct vereist is, aldus insprekers.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De regionale instandhoudingsdoelstelling behor<strong>en</strong>de tot het<br />

Deltagebied, waaraan de Westerschelde <strong>en</strong> Saeftinghe bijdraagt, heeft e<strong>en</strong> draagkracht van<br />

6.500 broedpar<strong>en</strong>. Dit aantal ligt gezi<strong>en</strong> de landelijke instandhoudingsdoelstelling: “behoud<br />

omvang <strong>en</strong> behoud kwaliteit voor herstel populatie” hoger dan het gemiddeld aantal<br />

broedpar<strong>en</strong> in de periode 1999-2003 (som gemiddeld<strong>en</strong> Deltagebied<strong>en</strong>). De regionale<br />

doelstelling is niet verhoogd omdat het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> draagkracht van 6.500 reeds <strong>en</strong>igszins<br />

ambitieus te noem<strong>en</strong> is. E<strong>en</strong> verhoging van de draagkracht naar 8.000 wordt op basis van de<br />

huidige gegev<strong>en</strong>s niet haalbaar geacht. Er is gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> behoudopgave ondanks de<br />

landelijk matig ongunstige staat van instandhouding, aangezi<strong>en</strong> zich al jar<strong>en</strong>lang e<strong>en</strong><br />

geleidelijke to<strong>en</strong>ame aftek<strong>en</strong>t in dit gebied. Het leefgebied in het gebied is voldo<strong>en</strong>de op orde<br />

<strong>en</strong> levert voldo<strong>en</strong>de draagkracht om bij te drag<strong>en</strong> aan de landelijke<br />

instandhoudingsdoelstelling.<br />

E<strong>en</strong> inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat de natuurdoel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> met<br />

name voor wat betreft de doelstelling<strong>en</strong> van vogels e<strong>en</strong> zware claim op het binn<strong>en</strong>dijks gebied<br />

legg<strong>en</strong>, bijvoorbeeld voor de grauwe gans (A043) <strong>en</strong> de kievit (A142), die juist buit<strong>en</strong> het<br />

fysieke gr<strong>en</strong>sgebied voorkom<strong>en</strong>. De inspreker vraagt duidelijk aan te gev<strong>en</strong> hoe buit<strong>en</strong> het<br />

fysieke gr<strong>en</strong>sgebied maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om de realisatie van de<br />

doelstelling<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>.<br />

In hoofdstuk 5 van de Nota van toelichting staat beschrev<strong>en</strong> welke functie(s) het gebied vervult<br />

voor de desbetreff<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>. Voor het bescherm<strong>en</strong> van foerageergebied<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het<br />

begr<strong>en</strong>sde gebied geleg<strong>en</strong> zijn kan de provincie ganz<strong>en</strong>foerageergebied<strong>en</strong> aanwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> biedt<br />

de Flora- <strong>en</strong> Faunawet ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong>. Zie voor meer informatie<br />

paragraf<strong>en</strong> 5.9, 6.4.2 <strong>en</strong> 7.1 van de Nota van Antwoord.<br />

Enkele insprekers wijz<strong>en</strong> er op dat de overzomer<strong>en</strong>de populatie grauwe ganz<strong>en</strong> (A043) niet<br />

natuurlijk is. De insprekers stell<strong>en</strong> dat de grauwe ganz<strong>en</strong> nazat<strong>en</strong> zijn van de tamme ganz<strong>en</strong><br />

die weliswaar verwilderd zijn, maar niet de natuurlijke trekdrang verton<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de<br />

insprekers zou het strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> natuurlijkere situatie gebaat zijn met het reducer<strong>en</strong> van de<br />

overzomer<strong>en</strong>de populatie.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze heeft ge<strong>en</strong> aanleiding gegev<strong>en</strong> tot aanpassing. Dit doel betreft de functies voor<br />

niet-broedvogels vanuit e<strong>en</strong> grote verantwoordelijkheid van Nederland voor deze soort als<br />

trekvogel (70% van de internationale populatie in de winter), terwijl de overlast meestal<br />

broedvogels betreft. Voor de grauwe gans als niet-broedvogel is het gebied Westerschelde &<br />

Saeftinghe het belangrijkste gebied in Nederland, met aantall<strong>en</strong> die oplop<strong>en</strong> tot meer dan 20%<br />

van de internationale populatie. Aan de toelichting op de doelstelling van de grauwe gans is wel<br />

toegevoegd dat deze ge<strong>en</strong> betrekking heeft op de functie van het gebied als broedgebied.<br />

103


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Meerdere insprekers verzoek<strong>en</strong> de doelstelling van de grauwe gans (A043) naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bij te<br />

stell<strong>en</strong>, omdat zij nu al last van de ganz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de insprekers heeft het gebied<br />

ge<strong>en</strong> slaapfunctie, zoals beschrev<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> foerageerfunctie wat veel schade toebr<strong>en</strong>gt aan<br />

de lan<strong>db</strong>ouw. Ook zou in bijna alle polders gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>d aan de Westerschelde e<strong>en</strong> verjagings- <strong>en</strong><br />

bejagingsbeleid van kracht zijn.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uit het SOVON-rapport blijkt er wel degelijk sprake te zijn<br />

van e<strong>en</strong> slaapfunctie voor de grauwe gans binn<strong>en</strong> het gebied. Het beheerplan dat voor de<br />

aangewez<strong>en</strong> natuurgebied<strong>en</strong> wordt opgesteld, moet word<strong>en</strong> afgestemd op het verblijf van<br />

ganz<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> Natura 2000-gebied heeft de provincie ganz<strong>en</strong>foerageergebied<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong><br />

waar subsidies geld<strong>en</strong>. Daarbuit<strong>en</strong> bestaat er de mogelijkheid om ganz<strong>en</strong> weg te jag<strong>en</strong>. Zie ook<br />

hoofdstuk 7 van deze bijlage C.<br />

Kokkelvisserij vindt plaats op de locaties die van groot belang zijn voor estuari<strong>en</strong>e steltlopers.<br />

E<strong>en</strong> inspreker me<strong>en</strong>t dat de totale kokkelbiomassa (maatstaf LNV) niet bepal<strong>en</strong>d is voor de<br />

draagkracht van het gebied voor steltlopers, maar dat dit bepaald wordt door de dichtheid<br />

waarin kokkels lokaal aanwezig zijn. De inspreker merkt op dat dit in de relatief beperkte<br />

oppervlakte slikkig intergetijdegebied in de Westerschelde het hoogste is.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De draagkrachtschatting bij e<strong>en</strong> behoudopgave is<br />

gebaseerd op de seizo<strong>en</strong>sgemiddeld<strong>en</strong> van 1999-2003, niet zozeer op de aanwezigheid van<br />

voldo<strong>en</strong>de voedsel. De relatie tuss<strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> van kokkelvisserij <strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> estuari<strong>en</strong>e<br />

steltlopers is iets dat in het beheerplanproces of e<strong>en</strong> vergunningprocedure aan de orde kan<br />

kom<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat veel plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> slikk<strong>en</strong> zanderiger zijn geword<strong>en</strong>, hun hoogteligging<br />

is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> de plaatrand<strong>en</strong> steiler zijn geword<strong>en</strong>. De inspreker me<strong>en</strong>t dat dit sam<strong>en</strong> lijkt<br />

te hang<strong>en</strong> met int<strong>en</strong>sieve bagger- <strong>en</strong> stortbeheer. Hierdoor zoud<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> de<br />

dichthed<strong>en</strong> aan bodemdier<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn, hetge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> minder gunstige voedselsituatie<br />

voor de estuari<strong>en</strong>e steltlopers betek<strong>en</strong>t.<br />

E<strong>en</strong> andere inspreker merkt op dat de aanwezigheid van deze viss<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>d is voor het<br />

voortbestaan <strong>en</strong> broedsucces van de steltlopers. Deze visbestand<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de laatste jar<strong>en</strong><br />

sterk afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn. De inspreker me<strong>en</strong>t dat duidelijke oorzak<strong>en</strong> hiervoor niet direct aan te<br />

wijz<strong>en</strong> zijn, maar dat mogelijk overbevissing of het int<strong>en</strong>sievere baggerbeleid hierbij e<strong>en</strong> rol<br />

spel<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het al dan niet reguler<strong>en</strong> van dit soort activiteit<strong>en</strong> is iets<br />

dat in het beheerplanproces of e<strong>en</strong> vergunningprocedure aan de orde komt.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat als er behoefte is aan jong schor <strong>en</strong> ondiep water, er gedeeltes van<br />

verouderde schorr<strong>en</strong> <strong>en</strong> rietveld<strong>en</strong> afgegrav<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, voor het behoud van de<br />

kraamkamerfunctie van de Westerschelde. De inspreker me<strong>en</strong>t dat als dit niet gebeurt het<br />

aantal steltlopers in de toekomst zal teruglop<strong>en</strong> door gebrek aan voedsel.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Maatregel<strong>en</strong> voor behoud <strong>en</strong> verbetering van<br />

natuurwaard<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in het beheerplan aan de orde.<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat de recreatieve druk op intergetijd<strong>en</strong>gebied<strong>en</strong>, in het bijzonder de<br />

Hooge Plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse, de laatste jar<strong>en</strong> is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, wat gepaard gaat<br />

met meer verstoring van foerager<strong>en</strong>de vogels, broed<strong>en</strong>de vogels <strong>en</strong> rust<strong>en</strong>de of zog<strong>en</strong>de<br />

zeehond<strong>en</strong>. De inspreker stelt dat recreatie <strong>en</strong> toevar<strong>en</strong> zonder sterke verstoring van<br />

natuurwaard<strong>en</strong> in de Westerschelde goed mogelijk is, mits daarvoor e<strong>en</strong> integraal plan van<br />

toezicht <strong>en</strong> zonering in ruimte <strong>en</strong> tijd ingevoerd wordt.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het reguler<strong>en</strong> van activiteit<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot<br />

verstoring komt in het beheerplanproces aan de orde.<br />

104


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

E<strong>en</strong> inspreker merkt op dat kernopgave 1.05 “kwaliteit estuaria” spreekt van verbetering van<br />

de verhouding laagproductieve <strong>en</strong> hoogproductieve onderdel<strong>en</strong>. Inspreker vraagt zich af of hier<br />

“laag dynamisch” <strong>en</strong> “hoogdynamisch” bedoeld wordt <strong>en</strong> verzoekt de kernopgave te corriger<strong>en</strong>.<br />

Inspreker is van m<strong>en</strong>ing dat e<strong>en</strong> kernopgave ontbreekt voor het habitattype estuaria (1130)<br />

gericht op “uitbreiding areaal”. Inspreker verzoekt daarom hiervoor e<strong>en</strong> kernopgave te creër<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> toe te voeg<strong>en</strong> aan dit gebied. Deze herstelopgave wordt ook beoogd door LNV via onder<br />

meer de uitvoering van de zog<strong>en</strong>aamde Ontwikkelingsschets Schelde-estuarium 2010, aldus<br />

inspreker. Inspreker verzoekt e<strong>en</strong> “s<strong>en</strong>se of urg<strong>en</strong>cy” toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> aan deze kernopgav<strong>en</strong>. Bij<br />

de Westerschelde & Saeftinghe ontbrek<strong>en</strong> de relevante kernopgav<strong>en</strong>: 1.03 (Overstroomde<br />

zan<strong>db</strong>ank<strong>en</strong>; biog<strong>en</strong>e structur<strong>en</strong>), 1.04 (Foerageerfunctie viset<strong>en</strong>de vogels), 1.10 (Diversiteit<br />

getijd<strong>en</strong>plat<strong>en</strong>), 1.11 (Rust <strong>en</strong> foerageergebied<strong>en</strong>), 1.12 (Hoogwatervluchtplaats vogels), 1.17<br />

(Broedgeleg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> foerageergebied). Inspreker verzoekt deze kernopgav<strong>en</strong> alsnog aan dit<br />

gebied toe te del<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze te verwerk<strong>en</strong> in concrete behoud of herstelopgav<strong>en</strong> voor soort<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> habitats.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De kernopgav<strong>en</strong> per gebied zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het Natura<br />

2000 doel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t (2006) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> richting aan de uitwerking van de doel<strong>en</strong> in de<br />

beheerplann<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> niet in de besluit<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie ook paragraaf 4.1 van bijlage<br />

C). Bij het opstell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> vrij om binn<strong>en</strong> de kaders van het<br />

aanwijzingsbesluit aanvull<strong>en</strong>de prioriteit<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />

5. REACTIES OVER DE RECHTSGEVOLGEN<br />

5.1 ALGEMEEN<br />

Er wordt gewez<strong>en</strong> op het feit dat de gevolg<strong>en</strong> van het huidig gevoerde natuurbeleid e<strong>en</strong><br />

onev<strong>en</strong>redige belasting vorm<strong>en</strong> voor de bevolking van Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vlissing<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> stelt dat<br />

het onmogelijk is om op basis van de stukk<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong> wat de gevolg<strong>en</strong> van de aanwijzing<br />

zijn voor de individuele bedrijfsvoering. De scheiding in tijd tuss<strong>en</strong> het aanwijzingsbesluit <strong>en</strong><br />

het beheerplan wordt daarvoor verantwoordelijk gehoud<strong>en</strong>. Daarnaast word<strong>en</strong> er veel<br />

opmerking<strong>en</strong> gemaakt <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> gesteld over de diverse facett<strong>en</strong> van bestaand gebruik, de<br />

externe werking, de relatie met het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000, de relatie met<br />

de Kaderrichtlijn Water <strong>en</strong> Kaderrichtlijn Mari<strong>en</strong>e Strategie <strong>en</strong> de relatie met<br />

bestemmingsplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere ruimtelijke plann<strong>en</strong>, zoals de Integrale Visie Deltawater<strong>en</strong>.<br />

Enkele insprekers wijz<strong>en</strong> er op dat 1 oktober 2005 (de inwerkingtreding van de<br />

Natuurbeschermingswet 1998) niet als peildatum voor bestaand gebruik kan di<strong>en</strong>stdo<strong>en</strong>.<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Externe werking<br />

Het is moeilijk aan te gev<strong>en</strong> wat de precieze omvang van de externe werking van e<strong>en</strong> bepaalde<br />

activiteit is. In paragraaf 4.3 van de Nota van Antwoord staat dat dit afhangt van de aard van<br />

de activiteit zelf, de int<strong>en</strong>siteit ervan <strong>en</strong> de gevoeligheid van de aanwezige habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

soort<strong>en</strong>. Het valt op voorhand dus niet te zegg<strong>en</strong> of er beïnvloeding plaatsvindt. Dat betek<strong>en</strong>t<br />

dat wanneer niet uitgeslot<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied door e<strong>en</strong> bepaalde<br />

activiteit wordt beïnvloed, er bekek<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> of er op grond van de<br />

Natuurbeschermingswet 1998 e<strong>en</strong> vergunningplicht voor e<strong>en</strong> bepaalde activiteit aan de orde is.<br />

Het is dus ev<strong>en</strong>min aan te gev<strong>en</strong> waar de externe werking van e<strong>en</strong> bepaalde activiteit eindigt.<br />

Het beleid om nieuwe natuur van ná 1 mei 1988 niet als verzuringgevoelig aan te merk<strong>en</strong>, is<br />

nooit van toepassing geweest op de oude Natuurbeschermingswet. Ook voor de<br />

inwerkingtreding van de Natuurbeschermingswet 1998 was het voor de beoordeling alle<strong>en</strong> van<br />

belang of e<strong>en</strong> bepaalde activiteit schade aan e<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t<br />

toebracht. De vraag of e<strong>en</strong> deel van e<strong>en</strong> bepaald beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t als zog<strong>en</strong>oemde<br />

nieuwe natuur moest word<strong>en</strong> aangemerkt, heeft in deze besluitvorming ge<strong>en</strong> rol gespeeld. Als<br />

105


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

e<strong>en</strong> bepaald gebied als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t was aangewez<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>oot zo’n<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t de volledige bescherming van de Natuurbeschermingswet.<br />

In het beheerplan zal duidelijkheid gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor welke activiteit<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

vergunningplicht aan de orde kan zijn. De afstand tuss<strong>en</strong> de locatie van de activiteit <strong>en</strong> de te<br />

bescherm<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong> is daarbij niet altijd doorslaggev<strong>en</strong>d; het gaat er om of e<strong>en</strong><br />

bepaalde activiteit al dan niet de natuurlijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, waar<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> onderdeel van uitmak<strong>en</strong>, kan aantast<strong>en</strong>.<br />

Rond de Natura 2000-gebied<strong>en</strong> wordt, volg<strong>en</strong>s sommige insprekers, e<strong>en</strong> beschermingszone<br />

ingesteld van 3.000 meter. Dat is echter niet van toepassing op de beoordeling van effect<strong>en</strong> op<br />

Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. In het kader van de Interimwet ammoniak <strong>en</strong> veehouderij 68 werd in<br />

verband met de ammoniakdepositie e<strong>en</strong> zone van 3.000 meter gehanteerd. Binn<strong>en</strong> die zone<br />

was de beïnvloeding door e<strong>en</strong> veehouderijbedrijf van verzuringsgevoelig gebied nog meetbaar.<br />

Tot deze gr<strong>en</strong>s kon e<strong>en</strong> vergunningplicht voor deze verzuringsgevoelige gebied<strong>en</strong> aan de orde<br />

zijn. Deze gr<strong>en</strong>s is inmiddels vervall<strong>en</strong>. Natura 2000 is gericht op de bescherming van de in het<br />

gebied voorkom<strong>en</strong>de habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> exacte gr<strong>en</strong>s waar de externe werking<br />

ophoudt, is in algem<strong>en</strong>e zin niet aan te gev<strong>en</strong>. Dit wordt van geval tot geval beoordeeld.<br />

Bepal<strong>en</strong>d is dus niet de afstand, maar of er sprake kan zijn van verslechtering of significante<br />

verstoring van natuurwaard<strong>en</strong> in het betreff<strong>en</strong>de gebied.<br />

Beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

In de paragraf<strong>en</strong> 3.15, 4.6.4 <strong>en</strong> 4.6.9 van de Nota van Antwoord staat dat e<strong>en</strong> belangrijk deel<br />

van de aan te wijz<strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, zoals dit gebied, reeds onder de oude<br />

Natuurbeschermingswet als beschermd of als staatsnatuurmonum<strong>en</strong>t was aangewez<strong>en</strong>. Op<br />

grond van artikel 15a van de Natuurbeschermingswet 1998 vervalt e<strong>en</strong> besluit tot aanwijzing<br />

van e<strong>en</strong> beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t zodra het gebied is aangewez<strong>en</strong> als Natura 2000-gebied<br />

<strong>en</strong> voor zover het beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t binn<strong>en</strong> dat Natura 2000-gebied ligt. Dat<br />

betek<strong>en</strong>t dat wanneer e<strong>en</strong> deel van het beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t buit<strong>en</strong> het Natura 2000gebied<br />

ligt, de oude aanwijzing als natuurmonum<strong>en</strong>t voor dat gebiedsdeel van kracht blijft.<br />

Voor Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong> was dit reeds aan de orde.<br />

De instandhoudingsdoelstelling heeft, voor het deel van het Natura 2000-gebied waarop de<br />

aanwijzing als beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t betrekking had, vanaf dat mom<strong>en</strong>t mede<br />

betrekking op de doelstelling<strong>en</strong> van dat beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het<br />

behoud, herstel <strong>en</strong> de ontwikkeling van het natuurschoon of de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke<br />

betek<strong>en</strong>is. Bepaling<strong>en</strong> uit de aanwijzing<strong>en</strong> tot beschermd natuurmonum<strong>en</strong>t over natuurschoon,<br />

rust, stilte <strong>en</strong> over de natuurwet<strong>en</strong>schappelijke betek<strong>en</strong>is van het beschermde<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t blijv<strong>en</strong> gewoon van kracht <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> mede de inhoud van het beheerplan<br />

gaan bepal<strong>en</strong>. Op dit onderdeel br<strong>en</strong>gt Natura 2000 ge<strong>en</strong> verandering in de bestaande situatie.<br />

De minister van LNV heeft in De minister van Lan<strong>db</strong>ouw, Natuur <strong>en</strong> Voedselkwaliteit heeft in<br />

e<strong>en</strong> brief van 30 juni 2009 (TK 2008-2009, 31700 XIV, nr. 160) aangekondigd e<strong>en</strong> voorstel tot<br />

wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 in procedure te zull<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zie voor verdere<br />

toelichting met betrekking tot beschermde natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> paragraaf 5.7 “Beschermde<br />

natuurmonum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>” van de Nota van toelichting.<br />

Bestaand gebruik: peildatum <strong>en</strong> vergunningplicht<br />

In paragraf<strong>en</strong> 4.1 <strong>en</strong> 4.2 van de Nota van Antwoord wordt uitvoerig ingegaan op bestaand<br />

gebruik <strong>en</strong> hoe daarmee wordt omgegaan.<br />

Het aanwijz<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied leidt niet tot e<strong>en</strong> verbod op het verricht<strong>en</strong> van<br />

bepaalde handeling<strong>en</strong> zoals het zeil<strong>en</strong> of het vang<strong>en</strong> van vis. In het aanwijzingsbesluit staat<br />

alle<strong>en</strong> voor welke waard<strong>en</strong> het gebied is aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de gr<strong>en</strong>s van het betreff<strong>en</strong>de<br />

gebied is. In het besluit zelf is niet aangegev<strong>en</strong> of, <strong>en</strong> onder welke voorwaard<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> activiteit<br />

kan word<strong>en</strong> toegestaan.<br />

68 Wet van 9 juni 1994, houd<strong>en</strong>de tijdelijke regeling inzake de ammoniakdepositie veroorzaakt door veehouderij<strong>en</strong><br />

(Interimwet ammoniak <strong>en</strong> veehouderij). Staatsblad 1994, nr. 634.<br />

106


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Op grond van de huidige Natuurbeschermingswet 1998 geldt e<strong>en</strong> vergunningplicht voor<br />

activiteit<strong>en</strong> die in <strong>en</strong> om Natura 2000-gebied<strong>en</strong> de beschermde natuur kunn<strong>en</strong> verslechter<strong>en</strong> of<br />

e<strong>en</strong> significant verstor<strong>en</strong>d effect hebb<strong>en</strong> op de soort<strong>en</strong> waarvoor het gebied is aangewez<strong>en</strong>. Het<br />

gaat daarbij niet om e<strong>en</strong> vergunning voor alle activiteit<strong>en</strong>, maar alle<strong>en</strong> voor mogelijk<br />

schadelijke of significant verstor<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong>.<br />

Daarnaast is er in de wet e<strong>en</strong> uitzondering gemaakt voor bestaand gebruik waarvoor ge<strong>en</strong><br />

(nieuwe) vergunning nodig is. Deze uitzondering geldt, totdat het eerste beheerplan voor het<br />

desbetreff<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied onherroepelijk is geword<strong>en</strong>, voor bestaand gebruik “indi<strong>en</strong><br />

dat gebruik e<strong>en</strong> project is dat niet direct verband houdt met of nodig is voor het beheer van<br />

e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied maar dat afzonderlijk of in combinatie met andere project<strong>en</strong> of<br />

plann<strong>en</strong> significante gevolg<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong> voor het desbetreff<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied” (artikel<br />

19c, eerste lid van de Natuurbeschermingswet 1998).<br />

Tot na het onherroepelijk 69 word<strong>en</strong> van het Natura 2000-beheerplan is de vergunningplicht niet<br />

van toepassing op bestaand gebruik. De Natuurbeschermingswet 1998 omschrijft bestaand<br />

gebruik als “iedere handeling die voor 1 oktober 2005 werd verricht <strong>en</strong> sedertdi<strong>en</strong> niet of niet<br />

in betek<strong>en</strong><strong>en</strong>de mate is gewijzigd”.<br />

Om te voorkom<strong>en</strong> dat het bestaand gebruik de kwaliteit van de natuurlijke habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

leefgebied<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied verslechtert <strong>en</strong> dat er door bestaand<br />

gebruik stor<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> significant effect kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op de soort<strong>en</strong><br />

waar het gebied voor is aangewez<strong>en</strong>, draagt het ministerie van LNV de verantwoordelijkheid<br />

dat - totdat het beheerplan onherroepelijk wordt - er in het gebied pass<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In het uiterste geval kan dit betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat op last van het ministerie van<br />

LNV het bestaande gebruik wordt stilgelegd. Het initiatief daartoe zal in alle gevall<strong>en</strong> van het<br />

ministerie van LNV uitgaan. E<strong>en</strong> vergunning blijft echter noodzakelijk als e<strong>en</strong> bedrijf zich nieuw<br />

vestigt of wanneer e<strong>en</strong> (bestaande) activiteit wordt uitgebreid of gewijzigd.<br />

In het beheerplan zal het bestaande gebruik beschrev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zal zo nodig aan<br />

voorwaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong>. Zoals in paragraaf 4.2.4 van de Nota van Antwoord reeds<br />

uite<strong>en</strong> wordt gezet, word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> per definitie gelegaliseerd. Dat e<strong>en</strong> bepaalde<br />

activiteit om wat voor red<strong>en</strong> dan ook als bestaand gebruik wordt aangemerkt, wil nog niet<br />

zegg<strong>en</strong> dat deze activiteit in het beheerplan zal word<strong>en</strong> toegestaan. Dat geldt ook voor<br />

inrichting<strong>en</strong> die niet vergunningplichtig zijn volg<strong>en</strong>s het Besluit lan<strong>db</strong>ouw milieubeheer (2006) 70<br />

uit de Wet milieubeheer of reeds in het bezit zijn van e<strong>en</strong> milieuwetvergunning. Zodra de<br />

Crisis- <strong>en</strong> herstelwet definitief is, is voorzi<strong>en</strong> dat bestaand gebruik dat onverhoopt niet in het<br />

beheerplan wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, vrijgesteld blijft van de vergunningplicht.<br />

Doorwerking aanwijzing in andere plann<strong>en</strong><br />

De verplichting om Natura 2000-gebied<strong>en</strong> aan te wijz<strong>en</strong> volgt direct uit de Habitatrichtlijn <strong>en</strong> uit<br />

de Vogelrichtlijn. Mede op basis van Europeesrechterlijke uitsprak<strong>en</strong> kan er bij de selectie <strong>en</strong> bij<br />

de begr<strong>en</strong>zing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d van ecologische criteria word<strong>en</strong> uitgegaan.<br />

Dat betek<strong>en</strong>t in de praktijk dat de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van deze gebied<strong>en</strong> zijn bepaald door het gebruik dat<br />

de betreff<strong>en</strong>de plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong> diersoort<strong>en</strong> van het gebied mak<strong>en</strong>. Terreindel<strong>en</strong> die van mindere<br />

kwaliteit zijn, kunn<strong>en</strong> deel uitmak<strong>en</strong> van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> als herstel van die terrein<strong>en</strong><br />

haalbaar is <strong>en</strong> als ze nodig zijn voor de realisatie van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>.<br />

Daardoor zal de begr<strong>en</strong>zing van zo’n gebied niet in alle gevall<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> met de<br />

bestemming die in e<strong>en</strong> vastgesteld bestemmingsplan aan het gebied is toegek<strong>en</strong>d. In het<br />

uiterste geval zou dat kunn<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> bepaalde bestemming die in e<strong>en</strong><br />

bestemmingsplan aan zo’n gebied rechtsgeldig is toegek<strong>en</strong>d, toch niet gerealiseerd kan<br />

word<strong>en</strong>, omdat daarvoor ge<strong>en</strong> vergunning op basis van de Natuurbeschermingswet 1998 kan<br />

69 E<strong>en</strong> beheerplan is pas onherroepelijk nadat alle juridische beroepsprocedures, die volg<strong>en</strong> op de definitieve<br />

vaststelling van zo’n beheerplan, definitief zijn afgerond.<br />

70 Besluit van 13 juli 2006, houd<strong>en</strong>de regels voor akkerbouw- of tuinbouwbedrijv<strong>en</strong> met op<strong>en</strong> grondteelt,<br />

melkrundveehouderij<strong>en</strong>, gemechaniseerde loonbedrijv<strong>en</strong>, witloftrekkerij<strong>en</strong>, teeltbedrijv<strong>en</strong> met eetbare paddestoel<strong>en</strong>,<br />

paard<strong>en</strong>houderij<strong>en</strong>, kinderboerderij<strong>en</strong>, kleinschalige veehouderij<strong>en</strong>, spoelbassins <strong>en</strong> opslag<strong>en</strong> van vaste mest (Besluit<br />

lan<strong>db</strong>ouw milieubeheer).<br />

107


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

word<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>d. In paragraf<strong>en</strong> 4.2 <strong>en</strong> 6.1 van de Nota van Antwoord wordt hierop verder<br />

ingegaan. Ook voor reconstructieplann<strong>en</strong> 71 , provinciale waterplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> waterbeheerplann<strong>en</strong><br />

van de waterschapp<strong>en</strong> geldt e<strong>en</strong> gelijksoortige situatie. Het kan zijn dat dit soort plann<strong>en</strong> nog<br />

onvoldo<strong>en</strong>de concreet zijn om ze op de gevolg<strong>en</strong> voor Natura 2000-gebied<strong>en</strong> te toets<strong>en</strong>, maar<br />

op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t zull<strong>en</strong> al deze plann<strong>en</strong>, al dan niet bij hun nadere uitwerking, bij het<br />

opstell<strong>en</strong> van beheerplann<strong>en</strong> afgestemd word<strong>en</strong> (paragraaf 6.3.2 van de Nota van Antwoord).<br />

Veiligheid waterkering <strong>en</strong> kustbeheer in relatie tot Natura 2000<br />

De veiligheid van de gebied<strong>en</strong> geldt als e<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>de red<strong>en</strong> van groot op<strong>en</strong>baar belang die,<br />

bij afwezigheid van alternatiev<strong>en</strong>, ingrep<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> significant effect in het Natura 2000gebied<br />

rechtvaardig<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat Natura 2000 het waarborg<strong>en</strong> van de (kust- <strong>en</strong><br />

water)veiligheid niet in de weg zal staan. Zie ook paragraaf 6.3.3 van de Nota van Antwoord.<br />

Project<strong>en</strong>, plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> die verband houd<strong>en</strong> met het kustbeheer kom<strong>en</strong> aan de orde in<br />

de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> (paragraaf 1.1.8 van de Nota van Antwoord).<br />

Relatie met stikstof<br />

In paragraaf 6.2 van de Nota van Antwoord wordt ingegaan op het toetsingskader Ammoniak<br />

<strong>en</strong> Natura 2000. Bij het realiser<strong>en</strong> van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> voor Natura 2000gebied<strong>en</strong><br />

spel<strong>en</strong> de negatieve gevolg<strong>en</strong> van stikstofdepositie, met name ammoniak, e<strong>en</strong><br />

belangrijke rol. Om duidelijkheid te bied<strong>en</strong> tot het mom<strong>en</strong>t van vaststell<strong>en</strong> van de<br />

beheerplann<strong>en</strong> is beslot<strong>en</strong> interim-beleid te ontwikkel<strong>en</strong>. Dit zog<strong>en</strong>oemde toetsingskader<br />

Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000 is door de Ver<strong>en</strong>iging Nederlandse Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (VNG),<br />

Interprovinciaal Overleg (IPO) <strong>en</strong> het Rijk sam<strong>en</strong> opgesteld <strong>en</strong> in februari 2007 bestuurlijk<br />

geaccordeerd. Land- <strong>en</strong> Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) heeft ingestemd met dit<br />

akkoord. Op 22 mei 2007 is het als handreiking aan het bevoegd gezag verstuurd <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s<br />

aan de Tweede Kamer.<br />

Met behulp van het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong> Natura 2000 kond<strong>en</strong> provincies relatief<br />

e<strong>en</strong>voudig beoordel<strong>en</strong> of veehouderijbedrijv<strong>en</strong> in de buurt van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong><br />

uitbreid<strong>en</strong> of niet. Ook kond<strong>en</strong> provincies met het toetsingskader beoordel<strong>en</strong> of nieuwe<br />

bedrijv<strong>en</strong> zich er kond<strong>en</strong> vestig<strong>en</strong>. De ammoniakuitstoot was daarbij bepal<strong>en</strong>d.<br />

In maart 2008 heeft de Raad van State echter geoordeeld dat het toetsingskader Ammoniak <strong>en</strong><br />

Natura 2000 onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt dat de natuurwaard<strong>en</strong> in Natura 2000-gebied<strong>en</strong> niet<br />

word<strong>en</strong> aangetast. Het toetsingskader is daardoor vervall<strong>en</strong> als g<strong>en</strong>eriek instrum<strong>en</strong>t.<br />

Naar aanleiding van deze uitspraak heeft de minister van LNV de Taskforce Trojan ingesteld. De<br />

taskforce heeft aangegev<strong>en</strong> dat er verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> van invloed zijn op het behal<strong>en</strong> van<br />

de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>; stikstofdepositie is er één van. Het rapport van deze<br />

taskforce heeft vervolg<strong>en</strong>s geleid tot e<strong>en</strong> proeve van e<strong>en</strong> handreiking voor het bevoegd gezag<br />

die op 24 november 2008 aan de Tweede Kamer 72 is gestuurd. Deze handreiking is e<strong>en</strong><br />

hulpmiddel <strong>en</strong> bevat aanwijzing<strong>en</strong> voor de beoordeling van bestaand gebruik <strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

activiteit<strong>en</strong> in of in de omgeving van Natura 2000-gebied<strong>en</strong> die stikstofdepositie veroorzak<strong>en</strong>.<br />

Het is aan het bevoegd gezag om maatwerk te lever<strong>en</strong> bij de beoordeling van (voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>)<br />

activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij zoveel mogelijk de relevante factor<strong>en</strong> die hierop van invloed zijn te<br />

betrekk<strong>en</strong>. Zo kan bijvoorbeeld – afhankelijk van de situatie – e<strong>en</strong> afname van depositie<br />

word<strong>en</strong> verrek<strong>en</strong>d met de depositie veroorzaakt door de activiteit die ter beoordeling voorligt<br />

(saldering), zodat ruimte ontstaat voor economische ontwikkeling. Het voordeel hiervan is dat<br />

economische ontwikkeling, mits deze gepaard gaat met afname van de milieudruk, het<br />

realiser<strong>en</strong> van instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> dichterbij kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit di<strong>en</strong>t echter op<br />

gebiedsniveau op ecologische wijze onderbouwd te word<strong>en</strong>.<br />

In het wetsvoorstel Crisis- <strong>en</strong> herstelwet, zoals ingedi<strong>en</strong>d bij de Eerste Kamer, is e<strong>en</strong><br />

stikstofvoorzi<strong>en</strong>ing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die regelt dat indi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> sprake is van e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van de<br />

stikstofdepositie er e<strong>en</strong> vrijstelling van de vergunningplicht geldt voor het aspect stikstof.<br />

Verder komt er e<strong>en</strong> Programma Stikstof gericht op borging van de dal<strong>en</strong>de lijn van de<br />

depositie.<br />

71 Plann<strong>en</strong> op grond van de Wet van 31 januari 2002, houd<strong>en</strong>de regels inzake de reconstructie van<br />

conc<strong>en</strong>tratiegebied<strong>en</strong> (Reconstructiewet conc<strong>en</strong>tratiegebied<strong>en</strong>). Staatsblad 2002, nr.115.<br />

72 Tweede Kamer, 2008-2009, 30654, nr. 62.<br />

108


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

In het Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe is het habitattype vochtige duinvallei<strong>en</strong>,<br />

kalkrijk (H2190B) het meest gevoelig voor stikstof 73 .<br />

Kaderrichtlijn Water<br />

Het gebied Westerschelde & Saeftinghe maakt deel uit van het stroomgebied Schelde 74 . Voor de<br />

Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is voor de Schelde e<strong>en</strong> stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan<br />

vastgesteld. Natura 2000-gebied<strong>en</strong> zijn in de stroomgebie<strong>db</strong>eheerplann<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als<br />

gebied<strong>en</strong> waar water e<strong>en</strong> bijzondere bescherming behoeft. De in het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan<br />

Schelde op te nem<strong>en</strong> milieudoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dan ook<br />

overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong> met de doel<strong>en</strong> van Natura 2000. De afstemming van doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de weergave<br />

daarvan in het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan beperkt zich tot die del<strong>en</strong> van de doelstelling<strong>en</strong> van<br />

Natura 2000 die e<strong>en</strong> relatie hebb<strong>en</strong> met de ecologische of chemische kwaliteit van het water.<br />

Het stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan wordt uitgewerkt in de provinciale waterplann<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />

waterbeheerplann<strong>en</strong> van waterschapp<strong>en</strong>. Daar waar in de afstemming strijdigheid kan ontstaan<br />

wordt maatwerk toegepast <strong>en</strong> wordt afhankelijk van de situatie de KRW of de Vogel- <strong>en</strong><br />

Habitatrichtlijn<strong>en</strong> als richtinggev<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Tot gebiedsspecifiek maatwerk behoort<br />

bijvoorbeeld de door de waterschapp<strong>en</strong> opgestelde Gew<strong>en</strong>ste Grond <strong>en</strong> Oppervlakte Water<br />

Regiems (GGOR’s) 75 .<br />

Waar nodig zull<strong>en</strong> de lokale watervereist<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daarvoor b<strong>en</strong>odigde maatregel<strong>en</strong> verder<br />

word<strong>en</strong> uitgewerkt <strong>en</strong> in de Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zie ook Nota van<br />

Antwoord paragraaf 6.3.<br />

Gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong><br />

De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> (<strong>en</strong> ook de beheerplann<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> opgesteld vanuit de nationale<br />

Natuurbeschermingswet. Er bestaan daarom ge<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de Natura 2000-gebied<strong>en</strong>.<br />

Wel zijn er Natura 2000-gebied<strong>en</strong> die aansluit<strong>en</strong> op Natura 2000-gebied<strong>en</strong> op Belgisch of Duits<br />

grondgebied, waaronder het gebied Westerschelde & Saeftinghe. De Natuurbeschermingswet<br />

gaat echter niet over de gr<strong>en</strong>s. Er zal daarom e<strong>en</strong> Nederlands beheerplan word<strong>en</strong> opgesteld dat<br />

<strong>en</strong>kel van toepassing is op het beschermde gebied op Nederlandse grond. Hierbij is<br />

sam<strong>en</strong>werking met het betreff<strong>en</strong>de buurland e<strong>en</strong> nadrukkelijk punt van aandacht. Zie ook Nota<br />

van Antwoord paragraf<strong>en</strong> 1.1.5 <strong>en</strong> 1.3.3.<br />

Aangezi<strong>en</strong> de Natuurbeschermingswet 1998 beperkt is tot Nederlands grondgebied, kan<br />

Nederland ge<strong>en</strong> vergunningplicht word<strong>en</strong> opgelegd voor activiteit<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> andere lidstaat<br />

plaatsvind<strong>en</strong>. Die andere lidstaat zal, volg<strong>en</strong>s artikel 6 van de Habitatrichtlijn, zijn eig<strong>en</strong><br />

nationale wetgeving moet<strong>en</strong> hanter<strong>en</strong> om te beoordel<strong>en</strong> of zo’n activiteit mogelijke gevolg<strong>en</strong><br />

heeft voor e<strong>en</strong> Nederlands Natura 2000-gebied. Andersom moet Nederland in het kader van<br />

e<strong>en</strong> vergunningverl<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> habitattoets uitvoer<strong>en</strong>, om te bepal<strong>en</strong> of activiteit<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> onze<br />

landsgr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> mogelijke effect<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op Natura 2000-gebied<strong>en</strong> in Duitsland of België. Zie<br />

ook Nota van Antwoord paragraaf 4.3.3.<br />

5.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE RECHTSGEVOLGEN<br />

Meerdere insprekers vrag<strong>en</strong> naar de relatie tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele ontpoldering van de Hertogin<br />

Hedwigepolder in het kader van het Verdiepingsverdrag Westerschelde. Eén van de vrag<strong>en</strong> die<br />

gesteld is, is of de comp<strong>en</strong>sati<strong>en</strong>atuur, in de Hertogin Hedwigepolder of op e<strong>en</strong> andere locatie,<br />

ook binn<strong>en</strong> de begr<strong>en</strong>zing van het Natura 2000-gebied komt te vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> hiervoor ook<br />

(afrek<strong>en</strong>bare) doel<strong>en</strong> opgesteld word<strong>en</strong>.<br />

Ontpoldering van de Hertogin Hedwigepolder maakt onderdeel uit van de in het verdrag tuss<strong>en</strong><br />

Nederland <strong>en</strong> het Vlaams Gewest over de uitvoering van ontwikkelingschets van het Scheldeestuarium<br />

(Trb. 2005, 310) opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> natuurherstelmaatregel<strong>en</strong>. Uitbreiding van het Natura<br />

73 Van Dobb<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Hinsberg (2008): Overzicht van kritische depositiewaard<strong>en</strong> voor stikstof, toegepast op<br />

habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Natura 2000-gebied<strong>en</strong>. Alterra-rapport 1654.<br />

74 http://www.kaderrichtlijnwater.nl/uitvoering/<br />

75 De te nem<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> voor grondwater word<strong>en</strong> gebiedsspecifiek vastgesteld via het GGOR in het<br />

stroomgebie<strong>db</strong>eheerplan dat opgesteld wordt naar aanleiding van de Kaderrichtlijn Water (EU-richtlijn voor<br />

waterkwaliteit).<br />

109


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

2000-gebied Westerschelde zal plaatsvind<strong>en</strong> door het nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> afzonderlijk besluit <strong>en</strong> is<br />

nu niet aan de orde.<br />

6. REACTIES OVER DE RELATIE MET DE BEHEERPLANNEN<br />

6.1 ALGEMEEN<br />

De wijze waarop de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> al dan niet verwez<strong>en</strong>lijkt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />

wordt in vele zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> aan de orde gesteld. Zo wordt in verschill<strong>en</strong>de zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s<br />

uitgesprok<strong>en</strong> om de plann<strong>en</strong> zo te ontwikkel<strong>en</strong> dat daardoor de aanwezige natuurwaard<strong>en</strong> zich<br />

kunn<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de kom<strong>en</strong>de g<strong>en</strong>eraties behoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>. Er wordt gewez<strong>en</strong> op de<br />

diverse vorm<strong>en</strong> van ongew<strong>en</strong>st gebruik van het gebied. In weer andere zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is m<strong>en</strong> van<br />

m<strong>en</strong>ing dat bepaalde vorm<strong>en</strong> van gebruik ge<strong>en</strong> negatieve invloed op de natuurwaard<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> wordt bepleit dat het huidige landgebruik ongehinderd voortgang moet kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>. In<br />

e<strong>en</strong> ander verband wordt er zorg uitgesprok<strong>en</strong> over de bescherming van habitattyp<strong>en</strong> als<br />

estuaria. Er wordt opgemerkt dat door de nationale procedure, waarbij eerst de gebied<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> doelstelling<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geformuleerd <strong>en</strong> pas in e<strong>en</strong> later stadium de<br />

beheerplann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgesteld, aan sociaal-economische belang<strong>en</strong> voorbij wordt gegaan.<br />

Ook zou er in zijn algeme<strong>en</strong>heid onvoldo<strong>en</strong>de duidelijkheid bestaan over het algehele<br />

ambiti<strong>en</strong>iveau <strong>en</strong> de consequ<strong>en</strong>ties van de aanwijzing <strong>en</strong> het toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Tot slot gev<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de insprekers aan betrokk<strong>en</strong> te will<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan.<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Volgorde aanwijzing <strong>en</strong> beheerplan<br />

In de Nota van Antwoord staat in paragraaf 1.4 het nodige over de relatie tuss<strong>en</strong> de<br />

aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de nog op te stell<strong>en</strong> beheerplann<strong>en</strong>. Ook de onderbouwing van de<br />

keuze om niet gelijktijdig tot vaststelling van de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

beheerplan over te gaan wordt in paragraaf 1.4.1 van de Nota van Antwoord uite<strong>en</strong>gezet.<br />

E<strong>en</strong> uitzondering hierop vorm<strong>en</strong> de gebied<strong>en</strong> waar de provincies het voortouw hebb<strong>en</strong> voor het<br />

opstell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>. Op verzoek van de provincies heeft de minister van LNV in het<br />

Algeme<strong>en</strong> Overleg met de Tweede Kamer van 13 februari 2008 toegezegd te wacht<strong>en</strong> met het<br />

definitief mak<strong>en</strong> van de aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> voor die gebied<strong>en</strong> waarvoor de provincie<br />

voortouwnemer is <strong>en</strong> die daarvoor door de provincie zijn aangemeld. De provincies word<strong>en</strong><br />

voor deze gebied<strong>en</strong> eerst in de geleg<strong>en</strong>heid gesteld met de omgeving concept beheerplann<strong>en</strong><br />

op te stell<strong>en</strong> op basis van de ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>. De besluitvorming van deze<br />

aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> is daarom uitgesteld tot na 1 september 2009. Hierna zull<strong>en</strong> de ontwerpaanwijzingsbesluit<strong>en</strong><br />

verder in procedure word<strong>en</strong> gebracht.<br />

Voor de gebied<strong>en</strong> waar het Rijk het voortouw heeft voor het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan, zoals<br />

bij Westerschelde & Saeftinghe blijft de volgorde: eerst vaststell<strong>en</strong> van aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

daarna vaststell<strong>en</strong> van de beheerplann<strong>en</strong>.<br />

Beheerplan <strong>en</strong> bestaand gebruik<br />

Zoals in paragraf<strong>en</strong> 1.5 <strong>en</strong> 4.2 van de Nota van Antwoord staat vermeld, kan bestaand gebruik<br />

e<strong>en</strong> plaats in het beheerplan krijg<strong>en</strong>. Hierbij wordt zoveel mogelijk ruimte gelat<strong>en</strong> voor het<br />

continuer<strong>en</strong> van bestaand gebruik, echter wel binn<strong>en</strong> de voorwaard<strong>en</strong> die de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> daaraan stell<strong>en</strong>. Uiteindelijk heeft het beheerplan e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale<br />

rol als het gaat om de regulering van bestaand gebruik. In e<strong>en</strong> beheerplan wordt concreet<br />

gemaakt hoe <strong>en</strong> op welke termijn de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> van het gebied gerealiseerd<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het beheerplan zal duidelijkheid verschaff<strong>en</strong> over de vereiste milieukwaliteit <strong>en</strong><br />

over de ruimtelijke sam<strong>en</strong>hang met de omgeving. In het beheerplan zal dus ook aan de orde<br />

kom<strong>en</strong> of bestaand gebruik (mogelijk onder voorwaard<strong>en</strong>) vergunningvrij kan word<strong>en</strong><br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het beheerplan of dat e<strong>en</strong> activiteit het realiser<strong>en</strong> van de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> bemoeilijkt <strong>en</strong> daardoor vergunningplichtig is in het kader van de<br />

Natuurbeschermingswet.<br />

110


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

De opstellers van de beheerplann<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> onderling afstemm<strong>en</strong> hoe zij met bestaand gebruik<br />

om will<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong> hoe zij dit in het beheerplan zull<strong>en</strong> opnem<strong>en</strong>. Mogelijk kan niet voor al het<br />

bestaand gebruik t<strong>en</strong> tijde van het vaststell<strong>en</strong> van het beheerplan word<strong>en</strong> bepaald wat het<br />

effect is op de instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong>. Voor deze gevall<strong>en</strong> van bestaand gebruik zal dan<br />

ook tijd<strong>en</strong>s de looptijd van het beheerplan (maximaal 6 jaar) e<strong>en</strong> traject van<br />

vergunningverl<strong>en</strong>ing aan de orde blijv<strong>en</strong>.<br />

De bescherming van e<strong>en</strong> bepaalde diersoort zoals de driete<strong>en</strong>strandloper (A144) is e<strong>en</strong> thema<br />

dat in e<strong>en</strong> beheerplan thuishoort. Als er voor de bescherming van e<strong>en</strong> bepaalde diersoort<br />

bepaalde specifieke maatregel<strong>en</strong> nodig zijn, dan behoort dit in het beheerplan geregeld te<br />

word<strong>en</strong>. Dat kan betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat er ook maatregel<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het Natura 2000gebied<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Jacht, wil<strong>db</strong>eheer <strong>en</strong> schadebestrijding word<strong>en</strong> gereguleerd door de bepaling<strong>en</strong> van de Flora-<br />

<strong>en</strong> faunawet. Dit betek<strong>en</strong>t dat zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> over dit onderwerp ge<strong>en</strong> directe relatie hebb<strong>en</strong> met<br />

de aanwijzing van Natura 2000-gebied<strong>en</strong>, maar met de bepaling<strong>en</strong> van de Flora- <strong>en</strong> faunawet.<br />

De huidige regels voor jacht <strong>en</strong> wil<strong>db</strong>eheer volg<strong>en</strong>s de Flora- <strong>en</strong> faunawet zijn door de<br />

aanwijzing als Natura 2000-gebied niet gewijzigd. Over wil<strong>db</strong>eheer <strong>en</strong> schadebestrijding zijn<br />

afsprak<strong>en</strong> gemaakt in het Faunabeheerplan. Zie verder paragraaf 6.4.2 van de Nota van<br />

Antwoord.<br />

Betrokk<strong>en</strong>heid bij beheerplan<br />

De w<strong>en</strong>s om betrokk<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> bij het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan <strong>en</strong> de diverse ideeën die<br />

daarover naar vor<strong>en</strong> zijn gebracht, zijn e<strong>en</strong> goed signaal. De integrale b<strong>en</strong>adering die het<br />

beheerplan voorstaat, kan alle<strong>en</strong> succesvol zijn bij voldo<strong>en</strong>de betrokk<strong>en</strong>heid. Per gebied is één<br />

bevoegd gezag de zog<strong>en</strong>aamde voortouwnemer voor het opstell<strong>en</strong> van het beheerplan. Voor dit<br />

gebied is dat Rijkswaterstaat Zeeland.<br />

Het is aan de voortouwnemer om grondeig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, gebruikers, andere overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> of verteg<strong>en</strong>woordigers te betrekk<strong>en</strong> bij het beheerplan. Belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> natuurlijk ook zelf het initiatief nem<strong>en</strong> hun verteg<strong>en</strong>woordigers of de voortouwnemer te<br />

b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Het is niet uitvoerbaar verzoek<strong>en</strong> om betrokk<strong>en</strong>heid bij het beheerplan, zoals<br />

verwoord in e<strong>en</strong> aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong>, door te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aan de voortouwnemer.<br />

6.2 SPECIFIEKE REACTIES OVER DE RELATIE MET DE BEHEERPLANNEN<br />

E<strong>en</strong> inspreker stelt dat er onvoldo<strong>en</strong>de onderbouwing is voor met name verstoringsafstand<strong>en</strong><br />

tot vogelsoort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitats. Daarnaast wordt gesteld dat het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van<br />

soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitats niet wordt g<strong>en</strong>oemd in ontwerp-aanwijzingsbesluit<strong>en</strong>.<br />

Er kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vaste verstoringsafstand<strong>en</strong> tot de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />

De omvang van de externe werking is afhankelijk van welke specifieke activiteit<strong>en</strong> in het<br />

specifieke gebied plaatsvind<strong>en</strong>. Het gaat om het effect van e<strong>en</strong> activiteit op de<br />

instandhoudingsdoelstelling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gebied. Dit is maatwerk dat in het beheerplan sam<strong>en</strong> met<br />

de betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> uitgewerkt.<br />

In het Natura 2000 profiel<strong>en</strong>docum<strong>en</strong>t is ingegaan op de ecologische vereist<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

habitattyp<strong>en</strong>, welke omschrijv<strong>en</strong> onder welke omstandighed<strong>en</strong> zij het best gedij<strong>en</strong>. Naast deze<br />

ecologische vereist<strong>en</strong> is het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> habitattyp<strong>en</strong> sterk<br />

afhankelijk van de omgeving waarin zij voorkom<strong>en</strong>. Het was daarom niet mogelijk om in het<br />

aanwijzingsbesluit e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e indicatie van het aanpassingsvermog<strong>en</strong> van soort<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

habitattyp<strong>en</strong> vast te legg<strong>en</strong>.<br />

Veel insprekers pleit<strong>en</strong> voor één beheerplan voor het gehele Deltagebied, inclusief regionale<br />

doel<strong>en</strong>. Het kan voorkom<strong>en</strong> dat aantall<strong>en</strong> vogels niet altijd in hetzelfde gebied broed<strong>en</strong>,<br />

foerager<strong>en</strong> of rust<strong>en</strong>. Door één beheerplan op te stell<strong>en</strong> wordt ingespeeld op deze dynamiek <strong>en</strong><br />

wordt voorkom<strong>en</strong> dat er onev<strong>en</strong>redig zware maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als soort<strong>en</strong><br />

van het <strong>en</strong>e naar het andere gebied migrer<strong>en</strong>.<br />

De zi<strong>en</strong>swijze is niet overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De gebied<strong>en</strong> in de Delta verschill<strong>en</strong> onderling teveel van<br />

elkaar om als één sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d gebied gezi<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Hierbij valt te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan<br />

111


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> zoet <strong>en</strong> zout water, gebied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vast waterpeil of juist getijd<strong>en</strong>werking <strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>tuele invloed<strong>en</strong> van rivier<strong>en</strong>.<br />

7. REACTIES OVER SCHADE<br />

In e<strong>en</strong> groot aantal zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> wordt erop gewez<strong>en</strong> dat er als gevolg van deze aanwijzing<br />

inkom<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>sschade kan optred<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> mist in het besluit e<strong>en</strong> paragraaf over<br />

schade <strong>en</strong> het betal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> schadevergoeding. Verscheid<strong>en</strong>e insprekers verwacht<strong>en</strong> onder<br />

andere schade te lijd<strong>en</strong> door vraat <strong>en</strong> overlast van foerager<strong>en</strong>de niet-broedvogels (met name<br />

ganz<strong>en</strong> <strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Verder wordt aangevoerd dat bij het aannem<strong>en</strong> van de Habitatrichtlijn de<br />

toezegging is gedaan dat de eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebruikers van de grond niet de financiële last<br />

van deze maatregel<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>. Artikel 31 van de Natuurbeschermingswet 1998 biedt<br />

volg<strong>en</strong>s de insprekers ge<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>de mogelijkheid voor comp<strong>en</strong>satie. Verder zou de aanwijzing<br />

als Natura 2000-gebied e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>ding van het eig<strong>en</strong>domsrecht oplever<strong>en</strong> <strong>en</strong> in strijd zijn met<br />

artikel 1 van het Eerste Protocol van het Europese Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s. Ook<br />

de beperking<strong>en</strong> van artikel 19d tot <strong>en</strong> met 19l <strong>en</strong> artikel 20 van de Natuurbeschermingswet<br />

1998 zou e<strong>en</strong> dermate zware verplichting oplever<strong>en</strong> dat het eig<strong>en</strong>dom of het gebruikersrecht<br />

ge<strong>en</strong> waarde van <strong>en</strong>ige betek<strong>en</strong>is overhoudt. Er wordt in dit kader om e<strong>en</strong> volledige<br />

schadeloosstelling gevraagd.<br />

Met betrekking tot de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de opmerking<strong>en</strong><br />

gemaakt:<br />

Schadevergoeding<br />

Zoals in hoofdstuk 5 van de Nota van Antwoord over dit onderwerp staat vermeld, zijn in de<br />

aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aparte vergoedingsregeling<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De huidige wettelijke<br />

regeling biedt namelijk voldo<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> voor comp<strong>en</strong>satie. Het gaat dan in het<br />

bijzonder om artikel 31 van de Natuurbeschermingswet 1998. M<strong>en</strong> kan in aanmerking kom<strong>en</strong><br />

voor schadevergoeding, indi<strong>en</strong> aan bepaalde voorwaard<strong>en</strong> is voldaan.<br />

De aanwijzingsbesluit<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> naar verwachting niet snel e<strong>en</strong> recht op schadevergoeding<br />

gev<strong>en</strong>, omdat het aanwijzingsbesluit zelf over het algeme<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> oplevert. Pas in<br />

het kader van het beheerplan of bij vergunningverl<strong>en</strong>ing kunn<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld<br />

aan het bestaand gebruik, aan voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uitbreidingsmogelijkhed<strong>en</strong> of aan de ontwikkeling<br />

van nieuwe activiteit<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> komt in aanmerking voor schadevergoeding, indi<strong>en</strong> aan de<br />

volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong> is voldaan:<br />

1. er is schade geled<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> aanwijzing van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, door het weiger<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (of door e<strong>en</strong> daaraan<br />

verbond<strong>en</strong> voorwaarde) of door bepaling<strong>en</strong> in het Natura 2000-beheerplan;<br />

2. de schade behoort redelijkerwijs niet (geheel) voor eig<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing te blijv<strong>en</strong>;<br />

3. de vergoeding van de schade is niet (voldo<strong>en</strong>de) verzekerd door aankoop, onteig<strong>en</strong>ing of<br />

door andere maatregel<strong>en</strong>, zoals beheersubsidies.<br />

Rol van het beheerplan bij schade<br />

In de nog op te stell<strong>en</strong> Natura 2000-beheerplann<strong>en</strong> zal uiteindelijk word<strong>en</strong> bepaald wanneer <strong>en</strong><br />

hoe de doel<strong>en</strong> gerealiseerd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke maatregel<strong>en</strong> daarvoor noodzakelijk zijn. Pas op<br />

dat mom<strong>en</strong>t kan er e<strong>en</strong> nauwkeurige kost<strong>en</strong>inschatting word<strong>en</strong> gemaakt. Er wordt grote<br />

waarde gehecht aan goede financiële dekking van de realisering van de doel<strong>en</strong> in de<br />

beheerplann<strong>en</strong>. Het bov<strong>en</strong>staande houdt niet alle<strong>en</strong> in dat Nederland zich inspant om zoveel<br />

mogelijk habitattyp<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gunstige staat van instandhouding te houd<strong>en</strong> of te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het betek<strong>en</strong>t ook dat de comp<strong>en</strong>satie van mogelijke inkom<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>sschade<br />

van de betrokk<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruikers aan de orde di<strong>en</strong>t te kom<strong>en</strong>. Artikel 31 van de<br />

Natuurbeschermingswet 1998 is juist voor dit doel door de wetgever in de wet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

deze heeft geme<strong>en</strong>d daarmee e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de mogelijkheid voor nadeelcomp<strong>en</strong>satie te bied<strong>en</strong>.<br />

Resolutie 2004/2164(INI) van het Europese Parlem<strong>en</strong>t over de financiering van Natura 2000,<br />

waarnaar verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> in zi<strong>en</strong>swijz<strong>en</strong> is verwez<strong>en</strong>, biedt dan ook ge<strong>en</strong> grond voor de<br />

stelling dat artikel 31 van Natuurbeschermingswet 1998 onvoldo<strong>en</strong>de<br />

comp<strong>en</strong>satiemogelijkhed<strong>en</strong> zou bied<strong>en</strong>.<br />

112


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C<br />

Schade door foerager<strong>en</strong>de vogels<br />

Grondgebruikers met grond<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> of in de nabijheid van e<strong>en</strong> Natura 2000-gebied, waarbij<br />

sprake is van e<strong>en</strong> onbelemmerde lan<strong>db</strong>ouwproductie (dus ge<strong>en</strong> natuurpacht <strong>en</strong> dergelijke),<br />

kunn<strong>en</strong> bij het Faunafonds e<strong>en</strong> verzoek indi<strong>en</strong><strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> tegemoetkoming voor schade die is<br />

veroorzaakt door beschermde inheemse diersoort<strong>en</strong> (zoals wilde ganz<strong>en</strong> <strong>en</strong> smi<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Het<br />

Faunafonds keert e<strong>en</strong> tegemoetkoming uit indi<strong>en</strong> deze schade niet of niet geheel voor rek<strong>en</strong>ing<br />

van de grondgebruiker hoort te vall<strong>en</strong>. Zie ook Nota van Antwoord paragraaf 5.9.<br />

Eig<strong>en</strong>domsrecht<br />

Van sch<strong>en</strong>ding van het eig<strong>en</strong>domsrecht <strong>en</strong> van strijdigheid met artikel 1 van het Eerste Protocol<br />

van het Europese Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s (EVRM) is ge<strong>en</strong> sprake. Artikel 1,<br />

eerste lid, van het Eerste Protocol van het EVRM bepaalt dat alle natuurlijke rechtsperson<strong>en</strong><br />

recht hebb<strong>en</strong> op het ongestoord g<strong>en</strong>ot van hun eig<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> dat niemand van zijn eig<strong>en</strong>dom<br />

zal word<strong>en</strong> beroofd, behalve indi<strong>en</strong> sprake is van algeme<strong>en</strong> belang <strong>en</strong> met inachtneming van de<br />

voorwaard<strong>en</strong> neergelegd in de wet <strong>en</strong> in de algem<strong>en</strong>e beginsel<strong>en</strong> van het internationaal recht.<br />

De voorwaard<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> gesteld aan het beheer van grond, die nodig is voor het realiser<strong>en</strong><br />

van het Natura 2000-netwerk, lever<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> aantasting op van het recht van eig<strong>en</strong>dom. De<br />

bepaling uit het EVRM laat onverlet dat de staat het recht heeft om die wett<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong><br />

die noodzakelijk word<strong>en</strong> geacht om het gebruik van eig<strong>en</strong>dom te reguler<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming<br />

met het algeme<strong>en</strong> belang.<br />

113


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

Bijlage C 114


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

App<strong>en</strong>dix<br />

App<strong>en</strong>dix<br />

Toelichting op de selectie- <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zingscriteria die bij de aanwijzing van<br />

het Vogelrichtlijngebied Westerschelde gebruikt zijn.<br />

Onderstaande paragraf<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de Nota van toelichting van het<br />

Vogelrichtlijnbesluit.<br />

3. Gebiedsbeschrijving, aanduiding leefgebied <strong>en</strong> Begr<strong>en</strong>zing.<br />

3.2 Aanduiding leefgebied<br />

De Westerschelde is aangewez<strong>en</strong> als Speciale Beschermingszone onder de Vogelrichtlijn<br />

vanwege de aanwezigheid van schorr<strong>en</strong>, slikk<strong>en</strong>, plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondiep water die als geheel het<br />

leefgebied vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aantal in artikel 4 van de Richtlijn bedoelde vogelsoort<strong>en</strong>. Het is<br />

e<strong>en</strong> watergebied dat het leefgebied vormt van soort<strong>en</strong> van Bijlage I van de Vogelrichtlijn (art.<br />

4.1) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s fungeert als broed-, rui-, overwinteringsgebied <strong>en</strong> rustplaats in de trekzone van<br />

andere trekvogelsoort<strong>en</strong> (art. 4.2). De begr<strong>en</strong>zing van de Beschermingszone is zo gekoz<strong>en</strong> dat<br />

e<strong>en</strong> in landschappelijk <strong>en</strong> vogelkundig opzicht sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d geheel is ontstaan dat in<br />

sam<strong>en</strong>hang met SBZ Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge, Zwin <strong>en</strong> Oosterschelde voorziet in de<br />

beschermingsbehoefte met betrekking tot het voortbestaan <strong>en</strong>/of voortplant<strong>en</strong> van bedoelde<br />

vogelsoort<strong>en</strong>.<br />

Het onderhavige gebied is tev<strong>en</strong>s aangewez<strong>en</strong> als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is<br />

onder de Wetlands-Conv<strong>en</strong>tie vanwege de aanwezigheid van e<strong>en</strong> bijzonder wetlandtype<br />

(criterium 1), het voorkom<strong>en</strong> van kwetsbare of bedreigde soort<strong>en</strong> of geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />

(criterium 2), het voorkom<strong>en</strong> van plant<strong>en</strong>- <strong>en</strong>/of diersoort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gevoelig deel van hun<br />

lev<strong>en</strong>scyclus (criterium 4) <strong>en</strong> het voorkom<strong>en</strong> van belangrijke aantall<strong>en</strong> watervogels (criterium 5<br />

<strong>en</strong> 6).<br />

4. Vogelkundige- <strong>en</strong> andere wetlandwaard<strong>en</strong><br />

4.1 Kwalificer<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />

De Westerschelde kwalificeert als Speciale Beschermingszone onder de Vogelrichtlijn vanwege<br />

het voorkom<strong>en</strong> van drempeloverschrijd<strong>en</strong>de aantall<strong>en</strong> van Grauwe Gans, Berge<strong>en</strong>d,<br />

Scholekster, Kluut 76 , Bontbekplevier, Zilverplevier, Kanoetstrandloper, Driete<strong>en</strong>strandloper,<br />

Bonte Strandloper, Rosse Grutto, Wulp, Tureluur, Grote Stern <strong>en</strong> Visdief, die het gebied<br />

b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> als broedgebied, ruigebied, overwinteringsgebied <strong>en</strong>/of rustplaats. Het gebied kan<br />

hierdoor tev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> aangemerkt als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is zoals bedoeld<br />

in de Wetlands-Conv<strong>en</strong>tie (criterium 6). Het gebied kwalificeert tev<strong>en</strong>s omdat het behoort tot<br />

één van de vijf belangrijkste broedgebied<strong>en</strong> voor Grote Stern, Visdief <strong>en</strong> Dwergstern in<br />

Nederland.<br />

De Westerschelde wordt verder aangemeld als watergebied van internationale betek<strong>en</strong>is onder<br />

de Wetlands-conv<strong>en</strong>tie vanwege het geregeld voorkom<strong>en</strong> van minst<strong>en</strong>s 20.000 watervogels<br />

(criterium 5).<br />

Soort<strong>en</strong> van Bijlage I waarvoor het gebied tot "e<strong>en</strong> van de vijf belangrijkste" in Nederland behoort<br />

Soort Art. 4 Brv a Aantal NL b % in 5e c % in SBZ d Telperiode<br />

Grote Stern Sterna sandvic<strong>en</strong>sis 1 Ja 11 700 1,8% 18,1% 1993-97<br />

Visdief Sterna hirundo 1 Ja 17 200 5,6% 5,7% 1993-97<br />

Dwergstern Sterna albifrons 1 Ja 430 6% 23% 1993-97<br />

Soort<strong>en</strong> van Bijlage I <strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>de watervogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied aan de 1%-drempel voldoet<br />

Soort Art. 4 Brv a Biogeogr. populatie e 1% Biopop f % in SBZ g Telperiode<br />

Grauwe Gans Anser anser 2 Nee NW/ZW-Europa 2 000 5,8% 1993-97<br />

Berge<strong>en</strong>d Tadorna tadorna 2 Nee NW-Europa 3 000 1,7% 1993-97<br />

76 Onderstreepte soort<strong>en</strong> zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in Bijlage I van de Richtlijn (artikel 4.1).<br />

115


122 Westerschelde & Saeftinghe<br />

App<strong>en</strong>dix<br />

Scholekster Haematopus ostralegus 2 Nee Europa/N&W-Afrika 9 000 2,2% 1993-97<br />

Kluut Recurvirostra avosetta 1 Nee W-Europa/W-Mid. Zee 700 1,1% 1993-97<br />

Bontbekplevier Charadrius hiaticula 2 Nee West/Zuid-Afrika (win) 2 000 1,2% 1993-96<br />

Zilverplevier Pluvialis squatarola 2 Nee Oost-Atlantisch 1 500 2,5% 1993-97<br />

Kanoet C. canutus islandica 2 Nee NO-Canada/NW-Euro 350 000 1,0% 1993-97<br />

Driete<strong>en</strong>strandloper Calidris alba 2 Nee Oost-Atlantisch ... 1 000 1,3% 1993-97<br />

Bonte Strandloper Calidris alpina 2 Nee N-Siberië/West-Afrika 14 000 2,1% 1993-97<br />

Rosse Grutto Limosa lapponica 1 Nee W-Palearctisch (win) 1 000 1,3% 1993-97<br />

Wulp Num<strong>en</strong>ius arquata 2 Nee Europa 3 500 1,1% 1993-97<br />

Tureluur Tringa totanus totanus 2 Nee Oost-Atlantisch (win) 1 500 1,3% 1993-97<br />

Grote Stern Sterna sandvic<strong>en</strong>sis 1 Ja W-Europa/W-Afrika 500 bp 4,2% 1993-97<br />

Visdief Sterna hirundo 1 Ja Zuid-/West-Europa 600 bp 1,6% 1993-97<br />

(a) De kwalificatie betreft in het gebied broed<strong>en</strong>de vogels (indi<strong>en</strong> ingevuld met "ja") of niet-broedvogels (“nee”)<br />

(b) Omvang van de Nederlandse broedpopulatie (in par<strong>en</strong>)<br />

(c) Aantal in het op vier na belangrijkste gebied (5e gebied) uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke broedpopulatie<br />

(d) Aantal in het onderhavige gebied uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de landelijke broedpopulatie<br />

(e) Biogeografische populatie waartoe de in Nederland pleister<strong>en</strong>de exemplar<strong>en</strong> van deze soort word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d<br />

(f) Drempelwaarde zijnde 1% van de betreff<strong>en</strong>de biografische populatie (biografische populaties <strong>en</strong> drempelwaard<strong>en</strong> van nietbroed<strong>en</strong>de<br />

vogels ontle<strong>en</strong>d aan Rose & Scott 1997, Waterfowl Population Estimates – 2 nd edition. Wetlands International,<br />

Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>; broedvogels (par<strong>en</strong>) zie notitie "Selectie <strong>en</strong> begr<strong>en</strong>zing Vogelrichtlijngebied<strong>en</strong>", bijlage 2B)<br />

(g) Aantal in het onderhavige gebied uitgedrukt als perc<strong>en</strong>tage van de biogeografische populatie<br />

4.2 Andere relevante soort<strong>en</strong><br />

Andere soort<strong>en</strong> van Bijlage I waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is, zijn Kluut <strong>en</strong><br />

Zwartkopmeeuw (broedvogels) <strong>en</strong> Kleine Zilverreiger, Lepelaar, Slechtvalk, Goudplevier (nietbroedvogels).<br />

Andere trekk<strong>en</strong>de vogelsoort<strong>en</strong> waarvoor het gebied van betek<strong>en</strong>is is als<br />

overwinteringsgebied <strong>en</strong>/of rustplaats: Fuut, Smi<strong>en</strong>t, Krake<strong>en</strong>d, Wilde E<strong>en</strong>d, Pijlstaart,<br />

Slobe<strong>en</strong>d, Middelste Zaagbek, Strandplevier, Zwarte Ruiter, Gro<strong>en</strong>pootruiter 77 , Ste<strong>en</strong>loper. De<br />

plat<strong>en</strong> <strong>en</strong> strand<strong>en</strong> zijn verder van belang als broedgebied voor Strandplevier <strong>en</strong><br />

Bontbekplevier (trekvogels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de nationale lijst van met uitroeiing bedreigde of<br />

speciaal gevaar lop<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong>).<br />

De biotop<strong>en</strong> van deze vogels hebb<strong>en</strong> mede de begr<strong>en</strong>zing van dit gebied bepaald.<br />

4.3 Plaatselijke omstandighed<strong>en</strong><br />

De broedkolonies van Grote Stern <strong>en</strong> Dwergstern bevind<strong>en</strong> zich op de Hooge Plat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

'Voorland van Nummer E<strong>en</strong>’ (Dwergstern), terwijl Visdief, Kluut, Bontbek- <strong>en</strong> Strandplevier<br />

behalve op de Hooge Plat<strong>en</strong> ook elders in het estuarium <strong>en</strong> omgeving nestel<strong>en</strong>. De Dwergstern<br />

b<strong>en</strong>ut vooral het Vaarwater langs Hoofdplaat tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Hoofdplaat., terwijl van de<br />

Visdief hHet voedselgebied van de Visdief is onder meer geleg<strong>en</strong> in de driehoek De Bol (Hooge<br />

Plat<strong>en</strong>), Bresk<strong>en</strong>s, Vlissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> rond de Hooge Plat<strong>en</strong>; de Pas van Terneuz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ter hoogte<br />

van Terneuz<strong>en</strong>; de Overloop van Valk<strong>en</strong>isse <strong>en</strong> de schaar van de Noord. De Fuut wordt in het<br />

winterseizo<strong>en</strong> vooral aangetroff<strong>en</strong> nabij Saeftinge <strong>en</strong>, t<strong>en</strong> zuid<strong>en</strong> van de Hooge Plat<strong>en</strong>. <strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> Bresk<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Cadzand; Het leefgebied van de Middelste Zaagbek is hoofdzakelijk beperkt<br />

tot de westhelft van het estuarium. De Westerschelde is naast de Oosterschelde de<br />

belangrijkste pleisterplaats voor doortrekk<strong>en</strong>de <strong>en</strong> overwinter<strong>en</strong>de steltlopers in het<br />

Deltagebied. De Hooge Plat<strong>en</strong>, Inlaag 1887 bij Ellewoutsdijk <strong>en</strong> de schorr<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> belangrijke<br />

hoogwatervluchtplaats<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het gebied. De zweme<strong>en</strong>d<strong>en</strong> pleister<strong>en</strong> met name in de<br />

omgeving van Saeftinge, Hellegatschor, Braakmankreek <strong>en</strong> Paulinaschor. Ganz<strong>en</strong> b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong><br />

onder meer de Hooge Plat<strong>en</strong>, Zuidgors <strong>en</strong> de Plat<strong>en</strong> van Valk<strong>en</strong>isse als slaapplaats 78 . Het<br />

gebied fungeert verder als belangrijk ruigebied voor de Berge<strong>en</strong>d (water<strong>en</strong> rond Hooge Plat<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> in oostelijk deel ter hoogte van het Verdronk<strong>en</strong> Land van Saeftinge <strong>en</strong> bij Oss<strong>en</strong>isse).<br />

77 Het voorkom<strong>en</strong> van de Gro<strong>en</strong>pootruiter is ontle<strong>en</strong>d aan Watervogels in de Zoute Delta 1991-94, 1993/94, 1995/96,<br />

1996/97 (RIKZ-Rapport<strong>en</strong> 95.025, 96.009, 97.001, 98.001, Rijkswaterstaat, Middelburg).<br />

78 De slaapplaatsfunctie van het gebied voor ganz<strong>en</strong> wordt onderschat omdat de telling<strong>en</strong> overdag zijn verricht (vgl.<br />

Vogelconc<strong>en</strong>traties <strong>en</strong> vogelbeweging<strong>en</strong> in Zeeland (1990), Rijkswaterstaat, Middelburg).<br />

116

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!