Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ...

Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ... Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ...

samenlevingentechnologie.be
from samenlevingentechnologie.be More from this publisher
17.09.2013 Views

nomie van de meeste OECD-landen groeit de energiebehoefte relatief minder hard dan de economie. Hier wordt de energievraag voor een groot deel bepaald door de omvang van het transport van mensen en goederen en de stijgende vraag naar elektriciteit in huishoudens, door het toenemende bezit van comfortverhogende apparaten, witgoed en communicatiemiddelen. Prijzen voor verschillende energiedragers hebben in deze verhoudingen vooral een sturend effect voor de soort energiedrager die gebruikt wordt. Hier is sprake van de kruislingse elasticiteit, waarbij een verandering in de prijs van een bepaalde energiedrager van invloed is op de vraag naar een andere (Schipper, 1992; Darmstadter, 1977) Een belangrijke overweging in dit verband is dat verhoging van de energie-efficiëntie van energiedragers en toepassingen niet alleen tot een afname van de energiebehoefte leidt in die specifieke toepassingen, maar ook tot een grotere inzet van die toepassingen. Juist vanwege de energiekostenverlaging neemt de populariteit toe. Dit staat bekend als het zogenaamde rebound effect (zie Brookes, 2000, 2004). 3.2 Het aanbod van energie Aan de vraagkant hebben aanpassingen aan de marktomstandigheden betrekking op veranderingen in het gedrag van miljoenen consumenten en van ontwikkelaars en verkopers van apparaten en installaties. De aanbodkant van de energiemarkt bestaat echter uit een relatief klein aantal kolen, olie, gas en uranium gerelateerde ondernemingen. Voor de toestemming voor het zoeken naar deze delfstoffen en het winnen van de voorkomens zijn deze ondernemingen afhankelijk van de overheden van de staten waar de reserves zich bevinden. Bovendien is in veel landen de winning geheel of gedeeltelijk in eigendom van de staat, zodat de industrie rekening moeten houden met de nationale belangen en de lokale politiek in productielanden. Op korte termijn zijn de omvang van ‘bewezenenergievoorkomens en de beschikbare capaciteit en locatie van de installaties om ze uit de grond te halen en te transporteren een betrekkelijk vast gegeven. Op langere termijn kunnen olie- en gasreserves aangevuld worden door te zoeken naar voorkomens door middel van geologische studies en het bestaan ervan te bewijzen door middel van proefboringen en schattingen van de mogelijke winning en de opbrengsten daarvan. De investeringen die nodig zijn voor deze exploratieactiviteiten en vervolgens voor het uit de grond halen en transporteren van ruwe olie, gas en kolen zijn enorm. Bovendien is er nooit een garantie op succes bij de exploratieboringen; slechts één op de tien boringen is succesvol. Tegelijkertijd moet er een zekerheid aan winstgevende afzet tegenover staan. Dat maakt de winning van energie - het zogenaamde up-stream segment - een relatief risicovolle onderneming, waarbij technische, economische, politieke en omgevingsrisico’s, een belangrijke invloed hebben. Dat betekent dat de energieindustrie alleen maar investeert in exploratie en winning als daar een grote zekerheid van winstgevende afzet tegenover staat, op het moment dat de winning aanvangt. Ook voor de down-stream installaties waarmee de ‘ruwe’ energie, olie, kolen, gas, uranium worden omgezet in de verschillende ‘energie producten’, zoals benzine, diesel, briketten, gas, elektriciteit, etc., zijn grote investeringen nodig. In het geval van olie zijn de voornaamste elementen het transport en de opslag van ruwe olie, de raffinaderijen die bij de bron of bij de afzetmarkt kunnen staan, het grootschalige transport van producten naar lokale opslag-en distributiecentra en de distributie naar de verkooppunten, benzinestations en grootverbruikers. 30 Zoeken, vinden en winnen

Bij aardgas gaat het om de behandelingsinstallaties die het gas reinigen nadat het gewonnen is. Vervolgens voeren pijpleidingen het gas naar de afzetmarkten waar het eventueel opgeslagen wordt in een ondergrondse gasopslag, waarna het door de lokale distributienetten naar de verbruikers gevoerd wordt. Alternatief is het transport van aardgas dat onder hoge druk en lage temperatuur vloeibaar gemaakt bij de bron, om als Liquified Natural Gas (LNG) vervolgens met tankers naar de afzetmarkt getransporteerd te worden, waar het weer gasvorming gemaakt wordt. In het geval van kolen gaat het om de reiniging en de bewerking van de ruwe kool tot een bruikbare vorm. Vervolgens vormen het grootschalige transport per tanker of trein naar de afzetmarkt, de grootschalige opslag en uiteindelijk de lokale opslag en distributie de belangrijkste stappen in de keten. Ook uranium doorloopt een complex transformatieproces nadat het gewonnen is en voordat het in een kerncentrale ingezet wordt. Duidelijk is dat deze ketens hoge investeringen vergen en een lange bouwtijd kennen. Het aantal locaties waar grootschalige olie- en kolenhavens gevestigd kunnen worden is beperkt, vanwege de diepgang van de tankers en de omvang van de complexen. Ook is het in de Westerse wereld steeds moeilijker om milieuvergunningen en bedrijfsterreinen te verkrijgen voor dit soort activiteiten en spelen veiligheidsafwegingen een steeds grotere rol. Het aanleggen van gaspijpleidingen is een complex proces, waarbij recht van overpad bij grondeigenaren geregeld moet worden, vergunningen van transit-landen onderhandeld moeten worden en de passage van rivieren en bergketens een grote barrière kan vormen. Ook lokaal is de vestiging van opslag-, productie- en distributieactiviteiten voor de producten ingewikkeld en duur. Doorgaans geldt dan ook dat ondernemingen in de energiesector op de korte termijn slechts kunnen beslissen over de inzet van de bestaande, beschikbare capaciteit. Uitbreiding kost tijd en kapitaal en zal pas plaatsvinden als daar een zekerheid van winstgevende afzettegenover staat. Aanpassing van de productie aan een dalende vraag verloopt ook niet geleidelijk. In algemene zin blijven energieondernemingen produceren zolang de opbrengsten groter zijn dan de variabele kosten van de noodzakelijke processen. De vaste kosten van de investeringen voor het zoeken naar delfstoffen en voor het aanleggen van de winnings- en verwerkingsinstallaties en de transport- en opslaginfrastructuur zijn zogenaamde verzonken kosten. Deze kosten zijn aangegaan en betaald en worden daarom niet meer in beschouwing genomen bij beslissingen over de inzet van bestaande capaciteit. Ondanks het feit dat de totale kosten van de individuele producenten niet meer gedekt worden door de lage prijzen, gaan ze dus toch door met produceren. Naarmate het aandeel vaste kosten in een proces hoger is zal dit effect sterker zijn. In de kolenindustrie, waar arbeidskosten van veel groter belang zijn, is een grotere neiging tot capaciteitsaanpassing. Aan de andere kant hebben een sterke vraag en hoge prijzen ook niet onmiddellijk effect vanwege de lange constructietijden en onzekerheden in hoeverre die situatie blijft voortbestaan op de langere termijn. Er is dus sprake van een vertraagde reactie van vraag en aanbod op de prijs voor olie, gas en in mindere mate kolen. Economen stellen dan dat er sprake is van marktfalen; prijsignalen zijn geen betrouwbare indicatie voor vraag en aanbod verhoudingen (zie Eden, 1992; Frankel, 1976). Hoewel de energiebedrijven in een situatie van overaanbod beter af zouden zijn als ze allemaal iets minder zouden produceren tegen hogere prijzen, houden ze het overaanbod en de lage prijzen zelf in stand door voluit te blijven produceren. Het is Zoeken, vinden en winnen 31

Bij aardgas gaat het om de behandelingsinstallaties die het gas reinig<strong>en</strong> nadat het<br />

gewonn<strong>en</strong> is. Vervolg<strong>en</strong>s voer<strong>en</strong> pijpleiding<strong>en</strong> het gas naar de afzetmarkt<strong>en</strong> waar het<br />

ev<strong>en</strong>tueel opgeslag<strong>en</strong> wordt in e<strong>en</strong> ondergrondse gasopslag, waarna het door de<br />

lokale distributi<strong>en</strong>ett<strong>en</strong> naar de verbruikers gevoerd wordt. Alternatief is het transport<br />

<strong>van</strong> aardgas dat onder hoge druk <strong>en</strong> lage temperatuur vloeibaar gemaakt bij de bron,<br />

om als Liquified Natural Gas (LNG) vervolg<strong>en</strong>s met tankers naar de afzetmarkt getransporteerd<br />

te word<strong>en</strong>, waar het weer gasvorming gemaakt wordt.<br />

In het geval <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> gaat het om de reiniging <strong>en</strong> de bewerking <strong>van</strong> de ruwe kool tot<br />

e<strong>en</strong> bruikbare vorm. Vervolg<strong>en</strong>s vorm<strong>en</strong> het grootschalige transport per tanker of<br />

trein naar de afzetmarkt, de grootschalige opslag <strong>en</strong> uiteindelijk de lokale opslag <strong>en</strong><br />

distributie de belangrijkste stapp<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>.<br />

Ook uranium doorloopt e<strong>en</strong> complex transformatieproces nadat het gewonn<strong>en</strong> is <strong>en</strong><br />

voordat het in e<strong>en</strong> kernc<strong>en</strong>trale ingezet wordt.<br />

Duidelijk is dat deze ket<strong>en</strong>s hoge investering<strong>en</strong> verg<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lange bouwtijd k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />

Het aantal locaties waar grootschalige olie- <strong>en</strong> kol<strong>en</strong>hav<strong>en</strong>s gevestigd kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> is beperkt, <strong>van</strong>wege de diepgang <strong>van</strong> de tankers <strong>en</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de complex<strong>en</strong>.<br />

Ook is het in de Westerse wereld steeds moeilijker om milieuvergunning<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bedrijfsterrein<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong> voor dit soort activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> spel<strong>en</strong> veiligheidsafweging<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> steeds grotere rol.<br />

Het aanlegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> gaspijpleiding<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> complex proces, waarbij recht <strong>van</strong> overpad<br />

bij grondeig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> geregeld moet word<strong>en</strong>, vergunning<strong>en</strong> <strong>van</strong> transit-land<strong>en</strong> onderhandeld<br />

moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> de passage <strong>van</strong> rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> bergket<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> grote barrière<br />

kan vorm<strong>en</strong>.<br />

Ook lokaal is de vestiging <strong>van</strong> opslag-, productie- <strong>en</strong> distributieactiviteit<strong>en</strong> voor de<br />

product<strong>en</strong> ingewikkeld <strong>en</strong> duur. Doorgaans geldt dan ook dat onderneming<strong>en</strong> in de<br />

<strong>en</strong>ergiesector op de korte termijn slechts kunn<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> de bestaande,<br />

beschikbare capaciteit. Uitbreiding kost tijd <strong>en</strong> kapitaal <strong>en</strong> zal pas plaatsvind<strong>en</strong><br />

als daar e<strong>en</strong> zekerheid <strong>van</strong> winstgev<strong>en</strong>de afzetteg<strong>en</strong>over staat.<br />

Aanpassing <strong>van</strong> de productie aan e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de vraag verloopt ook niet geleidelijk. In<br />

algem<strong>en</strong>e zin blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergieonderneming<strong>en</strong> producer<strong>en</strong> zolang de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> groter<br />

zijn dan de variabele kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de noodzakelijke process<strong>en</strong>. De vaste kost<strong>en</strong><br />

<strong>van</strong> de investering<strong>en</strong> voor het zoek<strong>en</strong> naar delfstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het aanlegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />

winnings- <strong>en</strong> verwerkingsinstallaties <strong>en</strong> de transport- <strong>en</strong> opslaginfrastructuur zijn zog<strong>en</strong>aamde<br />

verzonk<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>. Deze kost<strong>en</strong> zijn aangegaan <strong>en</strong> betaald <strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

daarom niet meer in beschouwing g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij beslissing<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> bestaande<br />

capaciteit. Ondanks het feit dat de totale kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de individuele produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

niet meer gedekt word<strong>en</strong> door de lage prijz<strong>en</strong>, gaan ze dus toch door met<br />

producer<strong>en</strong>. Naarmate het aandeel vaste kost<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> proces hoger is zal dit effect<br />

sterker zijn. In de kol<strong>en</strong>industrie, waar arbeidskost<strong>en</strong> <strong>van</strong> veel groter belang zijn, is<br />

e<strong>en</strong> grotere neiging tot capaciteitsaanpassing.<br />

Aan de andere kant hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke vraag <strong>en</strong> hoge prijz<strong>en</strong> ook niet onmiddellijk<br />

effect <strong>van</strong>wege de lange constructietijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> onzekerhed<strong>en</strong> in hoeverre die situatie<br />

blijft voortbestaan op de langere termijn. Er is dus sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> vertraagde reactie<br />

<strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod op de prijs voor olie, gas <strong>en</strong> in mindere mate kol<strong>en</strong>. Econom<strong>en</strong><br />

stell<strong>en</strong> dan dat er sprake is <strong>van</strong> marktfal<strong>en</strong>; prijsignal<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> betrouwbare indicatie<br />

voor vraag <strong>en</strong> aanbod verhouding<strong>en</strong> (zie Ed<strong>en</strong>, 1992; Frankel, 1976).<br />

Hoewel de <strong>en</strong>ergiebedrijv<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> situatie <strong>van</strong> overaanbod beter af zoud<strong>en</strong> zijn als<br />

ze allemaal iets minder zoud<strong>en</strong> producer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hogere prijz<strong>en</strong>, houd<strong>en</strong> ze het<br />

overaanbod <strong>en</strong> de lage prijz<strong>en</strong> zelf in stand door voluit te blijv<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>. Het is<br />

Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />

31

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!