Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ...
Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ...
Rol van Fossiele bronnen: rapport - Instituut Samenleving en ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
viWTA<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> de fossiele<br />
<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> uranium<br />
bij de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ingszekerheid<br />
Studie in opdracht <strong>van</strong><br />
viWTA – <strong>Sam<strong>en</strong>leving</strong> <strong>en</strong> technologie
© 2008 door het Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek<br />
(viWTA), Vlaams Parlem<strong>en</strong>t, 1011 Brussel<br />
Deze studie, met de daarin vervatte resultat<strong>en</strong>, conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong>, is eig<strong>en</strong>dom <strong>van</strong><br />
het viWTA. Bij gebruik <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> uit deze studie wordt e<strong>en</strong> correcte<br />
bronvermelding gevraagd.<br />
Het viWTA biedt dit <strong>rapport</strong> ongewijzigd aan zoals het geschrev<strong>en</strong> werd door de<br />
uitvoerders <strong>van</strong> het onderzoek. De opinies, conclusies <strong>en</strong> aanbeveling<strong>en</strong> in dit <strong>rapport</strong><br />
zijn die <strong>van</strong> de auteurs <strong>en</strong> bind<strong>en</strong> het viWTA op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wijze. Voor informatie<br />
over het viWTA-standpunt over de behandelde onderwerp<strong>en</strong>, gelieve het viWTA te<br />
contacter<strong>en</strong>. Het viWTA heeft er nauwgezet op toegezi<strong>en</strong> dat het onderzoek voldoet<br />
aan de heers<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappelijke norm<strong>en</strong>.
CE<br />
CE<br />
Oplossing<strong>en</strong> voor<br />
Oplossing<strong>en</strong> milieu, economie voor<br />
milieu, <strong>en</strong> technologie<br />
economie<br />
<strong>en</strong> technologie<br />
Oude Delft 180<br />
Oude Delft 180<br />
2611 HH Delft<br />
2611 HH Delft<br />
tel:<br />
tel:<br />
015<br />
015<br />
2 150<br />
2 150<br />
150<br />
150<br />
fax: fax: 015 015 2 150 2 150 151 151<br />
e-mail: ce@ce.nl<br />
website: www.ce.nl<br />
website: www.ce.nl<br />
Beslot<strong>en</strong> V<strong>en</strong>nootschap<br />
Beslot<strong>en</strong><br />
KvK<br />
V<strong>en</strong>nootschap<br />
27251086<br />
KvK 27251086<br />
Rapport<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> analyse <strong>van</strong> de drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong><br />
achter de beschikbaarheid <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiedragers<br />
Delft, november 2007<br />
Olie, gas, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uranium<br />
Opgesteld door: J.H.B. (Jos) B<strong>en</strong>ner, CE<br />
A.F. (Aad) Correljé, CIEP *<br />
H.J. (Harry) Croez<strong>en</strong>, CE<br />
L.C. (Lucia) <strong>van</strong> Geuns, CIEP *<br />
S. (Stephan) Slingerland, CIEP *<br />
J.T.W. (Jan) Vroonhof, CE<br />
* Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme
Colofon<br />
Bibliotheekgegev<strong>en</strong>s <strong>rapport</strong>:<br />
J.H.B. (Jos) B<strong>en</strong>ner, H.J. (Harry) Croez<strong>en</strong>, J.T.W. (Jan) Vroonhof (CE)<br />
L.C. (Lucia) <strong>van</strong> Geuns, A.F. (Aad) Correljé, S. (Stephan) Slingerland (CIEP*)<br />
(met name hfdst. 3, 5, 6 & 9)<br />
* Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>; E<strong>en</strong> analyse <strong>van</strong> de drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> achter de beschikbaarheid<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers; Olie, gas, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uranium<br />
Delft, CE, 2007<br />
D<strong>en</strong> Haag, CIEP, 2007<br />
Uranium / <strong>Fossiele</strong> brandstoff<strong>en</strong> / Delfstoff<strong>en</strong>winning / Grondstoff<strong>en</strong> / Markt / Internationaal<br />
/ Analyse / Vraag / Capaciteit / Prognoses / Duurzaamheid<br />
VT: Vlaander<strong>en</strong><br />
Publicati<strong>en</strong>ummer: 07.3262.07<br />
Alle CE-publicaties zijn verkrijgbaar via www.ce.nl<br />
Alle CIEP publicaties zijn verkrijgbaar via www.cling<strong>en</strong>dael.nl/ciep<br />
Opdrachtgever: Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch<br />
Aspect<strong>en</strong>onderzoek (viWTA).<br />
Meer informatie over de studie is te verkrijg<strong>en</strong> bij de projectleider Jos B<strong>en</strong>ner.<br />
© copyright viWTA; IPR bij CE Delft <strong>en</strong> CIEP D<strong>en</strong> Haag<br />
CE<br />
Oplossing<strong>en</strong> voor milieu, economie <strong>en</strong> technologie<br />
CE is e<strong>en</strong> onafhankelijk onderzoeks- <strong>en</strong> adviesbureau, gespecialiseerd in het ontwikkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> structurele <strong>en</strong><br />
innovatieve oplossing<strong>en</strong> <strong>van</strong> milieuvraagstukk<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>van</strong> CE-oplossing<strong>en</strong> zijn: beleidsmatig haalbaar,<br />
technisch onderbouwd, economisch verstandig maar ook maatschappelijk rechtvaardig.<br />
De meest actuele informatie <strong>van</strong> CE is te vind<strong>en</strong> op de website: www.ce.nl.
Voorwoord<br />
Het <strong>en</strong>ergiebeleid is e<strong>en</strong> fasciner<strong>en</strong>d <strong>en</strong> politiek actueel beleidsterrein. Belangrijke<br />
thema’s als de voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid, de verandering <strong>van</strong> het klimaat, duurzaamheid<br />
<strong>en</strong> de houdbaarheid <strong>en</strong> betaalbaarheid <strong>van</strong> onze welvaart kom<strong>en</strong> hier<br />
sam<strong>en</strong>.<br />
Ondanks het belang <strong>van</strong> het beleidsterrein bestaan hierop veel onduidelijkhed<strong>en</strong>,<br />
onzekerhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> misverstand<strong>en</strong>. Deze betreff<strong>en</strong> de hele <strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong>, maar zijn<br />
wellicht het grootst met betrekking tot de winningaspect<strong>en</strong>. Dit laat zich deels verklar<strong>en</strong><br />
door de veelal grote afstand waarop de winning zich afspeelt, door de relatief<br />
geslot<strong>en</strong> wereld <strong>van</strong> betrokk<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet in het minst door de complexiteit<br />
<strong>van</strong> de materie <strong>en</strong> de specifieke vaktaal.<br />
Dit <strong>rapport</strong> geeft inzicht in de winning <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium, aan het<br />
Vlaams Parlem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> andere geïnteresseerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> beoogt de onduidelijkhed<strong>en</strong>,<br />
onzekerhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> misverstand<strong>en</strong> weg te nem<strong>en</strong> of te verminder<strong>en</strong>.<br />
CIEP <strong>en</strong> CE zijn dankbaar dat het Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong><br />
Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek (viWTA) h<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> opdracht in staat heeft<br />
gesteld om dit inzicht te bied<strong>en</strong>.<br />
CIEP <strong>en</strong> CE dank<strong>en</strong> de led<strong>en</strong> <strong>van</strong> de begeleidingscommissie, te wet<strong>en</strong> prof. dr.<br />
Harry Doust (VU Amsterdam), de heer ir. Piet <strong>van</strong> Luyt (voormalig directeur<br />
NOVEM), mevrouw Lizi Meuleman (federaal Ministerie <strong>van</strong> Economische Zak<strong>en</strong>)<br />
<strong>en</strong> ir. Laur<strong>en</strong>s de Vries M.A. als ver<strong>van</strong>ger <strong>van</strong> prof.dr.ir. M.P.C. Weijn<strong>en</strong> (TU<br />
Delft), voor hun kritische <strong>en</strong> opbouw<strong>en</strong>de kritiek gedur<strong>en</strong>de <strong>en</strong> rond de bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong><br />
in het kader <strong>van</strong> het project.<br />
E<strong>en</strong> bijzonder woord <strong>van</strong> dank gaat uit naar ir. Donaat Cosaert <strong>van</strong> viWTA, die<br />
het project heeft begeleid <strong>en</strong> gestuurd via inspirer<strong>en</strong>de gedacht<strong>en</strong>, comm<strong>en</strong>tar<strong>en</strong>,<br />
bed<strong>en</strong>king<strong>en</strong> <strong>en</strong> hers<strong>en</strong>spinsels.<br />
Jos B<strong>en</strong>ner, CE Delft<br />
Lucia <strong>van</strong> Geuns, CIEP D<strong>en</strong> Haag
Inhoud<br />
Managem<strong>en</strong>tsam<strong>en</strong>vatting 1<br />
Managem<strong>en</strong>t summary 5<br />
Sectie A Hoe <strong>en</strong> waarom; het vertrekpunt 8<br />
1 Inleiding 10<br />
1.1 Aanleiding voor het onderzoek 10<br />
1.2 Energiegebruik in Vlaander<strong>en</strong> in breder perspectief 10<br />
2 De beschikbaarheid <strong>van</strong> de dragers 12<br />
2.1 Definities 12<br />
2.2 Kol<strong>en</strong> 14<br />
2.3 Olie 17<br />
2.4 Gas 21<br />
2.5 Uranium 23<br />
3 Analytisch kader voor toekomstverk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong> 26<br />
3.1 De waardeket<strong>en</strong> 26<br />
3.2 Het aanbod <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie 30<br />
Sectie B Dynamische analyses 34<br />
4 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor kol<strong>en</strong> 36<br />
4.1 De kol<strong>en</strong>waardeket<strong>en</strong> 36<br />
4.2 De organisatie <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>markt 37<br />
4.3 Kol<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong>; vraag <strong>en</strong> aanbod 39<br />
4.4 Conclusie met betrekking tot de kol<strong>en</strong>markt 42<br />
5 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor olie 44<br />
5.1 De oliewaardeket<strong>en</strong> 45<br />
5.2 De verander<strong>en</strong>de organisatie <strong>van</strong> de oliemarkt 47<br />
5.2.1 Pre 1959: The Sev<strong>en</strong> Sisters 51<br />
5.2.2 1959-1973: De Indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ts 52<br />
5.2.3 1973-1983: De oliecrises 53<br />
5.2.4 1983-2001: Overschot <strong>en</strong> onderinvestering<strong>en</strong> 56<br />
5.3 De huidige situatie op de wereldoliemarkt 62<br />
5.4 De nabije Toekomst 66<br />
5.5 Conclusies met betrekking tot het olieaanbod 71<br />
6 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor gas 73<br />
6.1 De gaswaardeket<strong>en</strong> 75<br />
6.2 Coördinatie <strong>en</strong> marktord<strong>en</strong>ing 80<br />
6.3 Herstructurering <strong>van</strong> de gasmarkt<strong>en</strong> 84<br />
6.4 Conclusies met betrekking tot de gaswinning 96
7 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor uranium 99<br />
7.1 De uraniumwaardeket<strong>en</strong> 99<br />
7.2 De organisatie <strong>van</strong> de uraniummarkt 101<br />
7.3 Uraniumprijz<strong>en</strong>; vraag <strong>en</strong> aanbod 102<br />
7.4 Conclusies met betrekking tot de uraniummarkt 104<br />
Sectie C E<strong>en</strong> blik in de toekomst 107<br />
8 Duurzaamheid als uitdaging 109<br />
8.1 Ruwe k<strong>en</strong>schets <strong>van</strong> de problematiek 109<br />
8.2 Financiële om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de schade aan gezondheid <strong>en</strong> milieu 111<br />
8.2.1 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>winning 111<br />
8.2.2 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olie- <strong>en</strong> gaswinning 112<br />
8.2.3 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de uraniumwinning 113<br />
8.3 Bepaling <strong>van</strong> de gerelateerde kost<strong>en</strong> 113<br />
8.3.1 Het begrip externe kost<strong>en</strong> 113<br />
8.3.2 Hoe word<strong>en</strong> externe kost<strong>en</strong> bepaald? 114<br />
8.3.3 De ExternE methode 115<br />
8.4 Milieuschade door brandstofwinning voor Vlaander<strong>en</strong> 116<br />
8.5 De externe kost<strong>en</strong> voor Vlaander<strong>en</strong> 118<br />
8.6 Handelingsperspectiev<strong>en</strong> voor de Vlaamse overheid 120<br />
9 E<strong>en</strong> blik in de kristall<strong>en</strong> bol 121<br />
9.1 Situatie 1: dominantie <strong>van</strong> nieuw opkom<strong>en</strong>de economieën 121<br />
9.2 Situatie 2: snelle transformatie naar duurzaamheid 123<br />
9.3 De les uit de vergelijking <strong>van</strong> beide situaties 126<br />
Sectie D Betek<strong>en</strong>is voor NW Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong> 127<br />
10 Betek<strong>en</strong>is voor Noordwest-Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong> 129<br />
10.1 Eindigheid <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong> 129<br />
10.2 Toegang tot de voorrad<strong>en</strong> 130<br />
10.3 Externe kost<strong>en</strong> 131<br />
10.4 Betek<strong>en</strong>is voor Vlaander<strong>en</strong> 132<br />
Sectie E Bijlag<strong>en</strong> 139<br />
A Begripp<strong>en</strong>lijst 141<br />
B De splijtstofcyclus toegelicht 151<br />
C Het Extern-E programma voor bepaling <strong>van</strong> externe kost<strong>en</strong> 157<br />
D Refer<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> bibliografie 169
Managem<strong>en</strong>tsam<strong>en</strong>vatting<br />
Afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> is het besef dat de beschikbaarheid <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong><br />
uranium beperkt is, sterker dan ooit actueel geword<strong>en</strong>. De oorzaak hier<strong>van</strong> ligt in<br />
fysieke, politieke <strong>en</strong> economische belemmering<strong>en</strong> gekoppeld aan e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de<br />
mondiale vraag. Het belang <strong>van</strong> deze problematiek kan de kom<strong>en</strong>de dec<strong>en</strong>nia alle<strong>en</strong><br />
verder to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
Doel <strong>en</strong> analysekader<br />
Dit <strong>rapport</strong> beoogt de led<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> andere geïnteresseerd<strong>en</strong><br />
inzicht te gev<strong>en</strong> in het zgn. upstream-gedeelte <strong>van</strong> de markt voor fossiele <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong><br />
kern<strong>en</strong>ergie; het traject <strong>van</strong> het lokaliser<strong>en</strong> <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong> tot het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong><br />
ontginning.<br />
Het <strong>rapport</strong> geeft inzicht in de terminologie, de huidige reserves, de techniek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
marktactor<strong>en</strong>. Maar bov<strong>en</strong>al biedt het <strong>rapport</strong> e<strong>en</strong> analysekader om de kracht<strong>en</strong> die<br />
werk<strong>en</strong> op het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers te kunn<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>. De<br />
ontwikkeling<strong>en</strong> in het upstream-gedeelte kunn<strong>en</strong> namelijk niet los word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
wat er verder in de <strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong>s gebeurt. Het analysekader wordt in het <strong>rapport</strong><br />
toegepast op de historische ontwikkeling<strong>en</strong> in met name de olie- <strong>en</strong> de gasmarkt om<br />
daaruit de drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> in de markt te duid<strong>en</strong> <strong>en</strong> toekomstverk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong> mogelijk<br />
te mak<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast geeft het <strong>rapport</strong> inzicht in vijf aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de duurzaamheid <strong>van</strong> de exploratie<br />
<strong>en</strong> winning <strong>van</strong> olie, gas, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uranium <strong>en</strong> de mogelijkheid om hiermee<br />
op e<strong>en</strong> meer duurzame wijze om te gaan. Het <strong>rapport</strong> besluit met de betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong><br />
het voorgaande voor de Noordwest-Europese sam<strong>en</strong>leving in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor<br />
die in Vlaander<strong>en</strong> in het bijzonder.<br />
Voorrad<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de, maar beschikbaarheid niet gegarandeerd<br />
De om<strong>van</strong>g <strong>en</strong> kwaliteit <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorkom<strong>en</strong>s in de wereld is niet exact bek<strong>en</strong>d.<br />
E<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> wordt als reserve getypeerd wanneer de mate <strong>van</strong> waarschijnlijkheid<br />
<strong>van</strong> de aanwezigheid hoog g<strong>en</strong>oeg is <strong>en</strong> de ontginning er<strong>van</strong>, economisch gezi<strong>en</strong>,<br />
interessant is. Beide factor<strong>en</strong> evoluer<strong>en</strong> in de tijd, in relatie tot technische<br />
vooruitgang <strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> op de <strong>en</strong>ergiemarkt. Voorrad<strong>en</strong> zijn in de toekomst<br />
mogelijk commercieel winbaar, teg<strong>en</strong> de dan geld<strong>en</strong>de marktprijz<strong>en</strong>. Deze zijn in<br />
om<strong>van</strong>g minder goed bek<strong>en</strong>d dan de reserves.<br />
De informatie in dit <strong>rapport</strong> maakt duidelijk dat de winbare voorrad<strong>en</strong> aan kol<strong>en</strong>, olie,<br />
gas <strong>en</strong> uranium aanzi<strong>en</strong>lijk zijn <strong>en</strong> t<strong>en</strong>minste toereik<strong>en</strong>d voor vele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>,<br />
zelfs bij e<strong>en</strong> sterk to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de vraag wereldwijd. De additionele voorkom<strong>en</strong>s zijn nog<br />
veel groter.<br />
De aanwezigheid <strong>van</strong> grote voorrad<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t niet automatisch dat de kom<strong>en</strong>de<br />
ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> in Vlaander<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste <strong>en</strong>ergiedragers beschikbaar zull<strong>en</strong> zijn.<br />
Op korte termijn is de beschikbare capaciteit <strong>van</strong> de aanwezige installaties e<strong>en</strong> vast<br />
gegev<strong>en</strong>. Het totale aanbod op deze termijn is vooral afhankelijk <strong>van</strong> besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> capaciteit. Daarnaast kunn<strong>en</strong><br />
zich door calamiteit<strong>en</strong>, politieke onrust of oorlog<strong>en</strong> tijdelijke onderbreking<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de productie voordo<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
1
Op de middellange termijn wordt het aanbod bepaald door de investering<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> in de productie <strong>van</strong> bek<strong>en</strong>de reserves, <strong>en</strong> in geologische<br />
studies, proefboring<strong>en</strong> <strong>en</strong> productieschatting<strong>en</strong> om nieuwe reserves te creër<strong>en</strong>. De<br />
expansie <strong>van</strong> de productiecapaciteit zal voor e<strong>en</strong> belangrijk deel afhang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
investering<strong>en</strong> <strong>van</strong> de nationale oliebedrijv<strong>en</strong> (NOCs) in OPEC-land<strong>en</strong>. Sommige land<strong>en</strong>,<br />
zoals Saoedi-Arabië <strong>en</strong> Koeweit, zijn hiertoe in staat. Andere stat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
echter grote moeite om te invester<strong>en</strong>, omdat ze ge<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands kapitaal will<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> ze hun inkomst<strong>en</strong> vaak sp<strong>en</strong>der<strong>en</strong> aan politiek ingegev<strong>en</strong> zak<strong>en</strong>, zoals lokale<br />
subsidies <strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s.<br />
In veel (pot<strong>en</strong>tiële) productieland<strong>en</strong> bestaan er bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> grote lokale of algem<strong>en</strong>e<br />
weerstand<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> olie- <strong>en</strong> gasproductie, omdat er niet voldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong><br />
wordt met de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de bevolking.<br />
Op de lange termijn kunn<strong>en</strong> zowel de uiteindelijke beschikbaarheid <strong>van</strong> olie als de<br />
inzetbaarheid daar<strong>van</strong> e<strong>en</strong> echt probleem gaan vorm<strong>en</strong>, <strong>van</strong>uit het perspectief <strong>van</strong><br />
de gevolg<strong>en</strong> voor duurzaamheid.<br />
Geopolitieke verhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong> de reactie hierop<br />
Gegev<strong>en</strong> de zich ontwikkel<strong>en</strong>de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong> gaan geopolitieke<br />
overweging<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grotere rol spel<strong>en</strong>. Eén <strong>van</strong> de gevolg<strong>en</strong> hier<strong>van</strong> is dat overhed<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong> de voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie expliciet als doel<br />
gaan hanter<strong>en</strong>.<br />
Zowel met betrekking tot de zekerheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing, als met betrekking tot<br />
duurzaamheidaspect<strong>en</strong>, lijkt het niet voor de hand ligg<strong>en</strong>d dat via marktwerking alle<strong>en</strong><br />
de gew<strong>en</strong>ste situatie bereikt gaat word<strong>en</strong>, zonder duidelijke sturing door de<br />
overheid.<br />
Het aanbod, in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> de beschikbare <strong>en</strong> produceerbare reserves kol<strong>en</strong>, olie,<br />
gas <strong>en</strong> uranium, wordt vooral bepaald door de wijze waarop de industrie <strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong><br />
overhed<strong>en</strong> in staat zull<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> gebalanceerde waardeket<strong>en</strong> te creër<strong>en</strong>. De<br />
interactie tuss<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> marktfactor<strong>en</strong> is fundam<strong>en</strong>teel voor het toekomstige<br />
aanbod <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
Naast e<strong>en</strong> fysieke compon<strong>en</strong>t, omvatt<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> adequate productie-, transport-, <strong>en</strong><br />
opslaginfrastructuur, vereist de ket<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de institutionele compon<strong>en</strong>t.<br />
Daarin moet<strong>en</strong> de financieel-economische verhouding<strong>en</strong> zodanig geregeld zijn dat er<br />
minimale (geo)politieke <strong>en</strong> sociale spanning<strong>en</strong> ontstaan, terwijl voldo<strong>en</strong>de zekerhed<strong>en</strong><br />
aanwezig zijn om de noodzakelijke investering<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>.<br />
Voor het <strong>en</strong>ergiebeleid <strong>van</strong> Noord-West Europese overhed<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t dit dat het op<br />
de kortere termijn internationaal gezi<strong>en</strong> vooral <strong>van</strong> belang is maatregel<strong>en</strong> te treff<strong>en</strong><br />
die effectief zijn in het bevorder<strong>en</strong> het investeringsklimaat. Op termijn zull<strong>en</strong> de prijseffect<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de schaarste <strong>en</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong>zelf meer drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> gaan<br />
vorm<strong>en</strong>.<br />
Om op de midd<strong>en</strong>lange termijn de marktprikkels in de gew<strong>en</strong>ste richting uit te lat<strong>en</strong><br />
werk<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> de mondiale <strong>en</strong> lokale milieu- <strong>en</strong> afhankelijkheidseffect<strong>en</strong> zichtbaar<br />
gemaakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergie.<br />
E<strong>en</strong> voorname conclusie is dat te verwacht<strong>en</strong> marktontwikkeling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het juiste<br />
tijdsbestek beoordeeld moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om adequaat beleid te kunn<strong>en</strong> voer<strong>en</strong>.<br />
2<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Duurzaamheid als uitdaging<br />
E<strong>en</strong> niet te verwaarloz<strong>en</strong> aspect <strong>van</strong> de winning <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers is dat deze<br />
consequ<strong>en</strong>ties heeft voor het milieu <strong>en</strong> voor de omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winninglocaties.<br />
Nadelige gevolg<strong>en</strong> zijn bijvoorbeeld de aantasting <strong>van</strong> het lokale milieu <strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
gezondheid <strong>van</strong> omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, de soms slechte arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uitputting<br />
<strong>van</strong> de lokale grondstofvoorrad<strong>en</strong>.<br />
Duurzame ontwikkeling start met het zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> langetermijnev<strong>en</strong>wicht tuss<strong>en</strong><br />
milieu <strong>en</strong> economie <strong>en</strong> solidariteit met toekomstige g<strong>en</strong>eraties. Het beleidsmatig<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> duurzaamheid, gekoppeld aan de winning <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas<br />
<strong>en</strong> uranium, vraagt niet alle<strong>en</strong> om het verbred<strong>en</strong> <strong>van</strong> de tijd- <strong>en</strong> ruimtehorizon, maar<br />
ook om zicht op de rechtvaardigheid <strong>van</strong> het <strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong> milieubeleid.<br />
Via het begrip ‘externe kost<strong>en</strong>’ zijn in het <strong>rapport</strong> de externe effect<strong>en</strong> waar mogelijk<br />
uitgedrukt in economische term<strong>en</strong>. Hiervoor is het ExternE-programma gebruikt dat<br />
is ontwikkeld in opdracht <strong>van</strong> de Europese Commissie. De totale externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
het gebruik <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> uranium in Vlaander<strong>en</strong> bedrag<strong>en</strong> bijna €<br />
1 miljard per jaar. Bij de bepaling hier<strong>van</strong> is rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de om<strong>van</strong>g <strong>en</strong><br />
de herkomst <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong>.<br />
Het overgrote deel <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> is gekoppeld aan het gebruik <strong>van</strong> olie. Deze kost<strong>en</strong><br />
ontstaan door het affakkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> zuur geassocieerd gas bij de oliewinning in Rusland<br />
<strong>en</strong> de daarbij optred<strong>en</strong>de emissie <strong>van</strong> SO2.<br />
Op de tweede plaats volg<strong>en</strong> de externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan de upstream process<strong>en</strong><br />
in de ket<strong>en</strong> voor uranium. Deze houd<strong>en</strong> voornamelijk verband met blootstelling<br />
aan straling als gevolg <strong>van</strong> radonemissies uit opslagreservoirs <strong>van</strong> radioactief afval<br />
bij de mijn<strong>en</strong>.<br />
Betek<strong>en</strong>is voor Vlaander<strong>en</strong><br />
Voor de Vlaamse overheid zijn er op hoofdlijn twee beleidsterrein<strong>en</strong> waar keuz<strong>en</strong><br />
moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt <strong>en</strong> oplossing<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bevorderd. Dat zijn de beschikbaarheid<br />
<strong>van</strong> voldo<strong>en</strong>de <strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> de meer duurzame ontwikkeling <strong>van</strong> de<br />
winninglocaties. Er zijn politieke keuz<strong>en</strong> vereist om op deze terrein<strong>en</strong> daadwerkelijke<br />
impact te bereik<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> <strong>van</strong> de belangrijkste conclusies die uit het onderzoek wordt getrokk<strong>en</strong> is dat er<br />
expliciet onderscheid gemaakt moet word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>, <strong>en</strong>erzijds, vraag- <strong>en</strong> aanbodaspect<strong>en</strong><br />
die vooral te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met de huidige marktomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong>, anderzijds,<br />
ontwikkeling<strong>en</strong> die pas op langere termijn echt rele<strong>van</strong>t zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Als deze<br />
analyse niet expliciet gemaakt wordt, kunn<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> negatief effect hebb<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>stapeling <strong>van</strong> ingrep<strong>en</strong> in de markt, zonder relatie met het echte probleem<br />
<strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t waarop het zich voordoet, kan serieuze consequ<strong>en</strong>ties voor de<br />
<strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing in bredere zin hebb<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast is de internationale <strong>en</strong> in België federale, compon<strong>en</strong>t <strong>van</strong> belang. Zekerheid<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing is e<strong>en</strong> vitaal belang <strong>van</strong> de EU lidstat<strong>en</strong>. Als daar twijfel<br />
over bestaat of als er sprake is <strong>van</strong> asymmetrie tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong>, ontstaat er e<strong>en</strong> sterke<br />
neiging om unilateraal <strong>en</strong>ergiebeleid te implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. Vanwege de Europese integratie<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de liberalisering <strong>van</strong> deze markt<strong>en</strong> bestaan er echter<br />
steeds minder mogelijkhed<strong>en</strong> om nationaal effectief beleid te voer<strong>en</strong>.<br />
In algem<strong>en</strong>e zin is het <strong>van</strong> belang tot e<strong>en</strong> acceptabele balans te kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> het aangaan <strong>van</strong> dialog<strong>en</strong> over bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde<br />
<strong>en</strong> andere aspect<strong>en</strong>, zoals de technologietransfer, ondersteuning bij het<br />
g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> <strong>van</strong> toegevoegde waarde, etc. Kaders voor het beleid op langere termijn<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
3
<strong>en</strong> op internationaal niveau zijn te vind<strong>en</strong> in de tekst over “geopolitieke verhouding<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de reactie hierop” hierbov<strong>en</strong>.<br />
Voor wat betreft de meer duurzame ontwikkeling op de winninglocaties is het in elk<br />
geval mogelijk de eig<strong>en</strong> lokale subsidies aan te pakk<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> die misstand<strong>en</strong> elders<br />
bevorder<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s zijn deze voor Vlaander<strong>en</strong> nog niet in kaart gebracht, zoals<br />
dit bijv. voor Nederland wel al is gebeurd.<br />
Het is niet e<strong>en</strong>voudig om <strong>van</strong>uit Vlaander<strong>en</strong> betere arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieuzorg<br />
op de winninglocaties af te dwing<strong>en</strong>. Voor sommige dragers lijk<strong>en</strong> hiertoe wel<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> te bestaan. In het <strong>rapport</strong> word<strong>en</strong> diverse maatregel<strong>en</strong> gesuggereerd,<br />
zoals het stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> eis<strong>en</strong> aan de herkomst <strong>van</strong> uranium <strong>en</strong> vergunningeis<strong>en</strong> voor<br />
de b<strong>en</strong>utting <strong>van</strong> biomassa.<br />
4<br />
Opbouw <strong>van</strong> de <strong>rapport</strong>age<br />
Het <strong>rapport</strong> heeft vijf secties. Sectie A bevat e<strong>en</strong> inleiding op de problematiek <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beschrijving<br />
<strong>van</strong> het analystische kader dat in het onderzoek is gehanteerd. Sectie B bevat de feitelijke resultat<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de toepassing <strong>van</strong> het analytische kader op de problematiek. Sectie C werpt e<strong>en</strong> blik op de toekomst,<br />
waarin de belangrijkste paradigima’s rond de voorrad<strong>en</strong> aan de orde kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> nadrukkelijk<br />
aandacht wordt besteed aan het aspect duurzame ontwikkeling. Sectie D focust op de betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong><br />
de resultat<strong>en</strong> voor Noordwest-Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong> in het bijzonder. Sectie E, t<strong>en</strong>slotte, omvat e<strong>en</strong><br />
aantal bijlag<strong>en</strong>.<br />
De hoofdstukk<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de secties zijn zo opgezet dat deze in beginsel zelfstandig leesbaar zijn. De<br />
lezer die bijvoorbeeld alle<strong>en</strong> geïnteresseerd is in de betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong> de bevinding<strong>en</strong> voor Vlaander<strong>en</strong><br />
kan direct hoofdstuk 10 ter hand nem<strong>en</strong>. Lezers die uitsluit<strong>en</strong>d geïnteresseerd zijn in de drijv<strong>en</strong>de<br />
kracht<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de markt <strong>van</strong> de exploratie <strong>en</strong> winning kunn<strong>en</strong> volstaan met hoofdstuk 3. Enzovoort.<br />
Het beste begrip ontstaat wanneer de gehele hoofdtekst wordt gelez<strong>en</strong>. Alles hangt immers sam<strong>en</strong>.<br />
Sectie E (de bijlag<strong>en</strong>) biedt de geïnteresseerde lezer specifieke toelichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> achtergrondinformatie,<br />
alsmede e<strong>en</strong> uitgebreide refer<strong>en</strong>tielijst <strong>en</strong> bibliografie.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Managem<strong>en</strong>t summary<br />
In rec<strong>en</strong>t years, the notion that the availability of fossil <strong>en</strong>ergy carriers and uranium is<br />
limited has become more topical than ever before. The cause of this lies in physical,<br />
political and economic limitations, in combination with a rise in global demand. The<br />
importance of these issues will only increase during the coming decades, according<br />
to the expectations.<br />
Aim and analysis framework<br />
This report int<strong>en</strong>ds to provide the Flemish parliam<strong>en</strong>t and other interested people<br />
with insight in the so-called upstream part of the markets for fossil fuels and uranium;<br />
the route from localising resources up to the mom<strong>en</strong>t of the actual winning. The<br />
report yields insight in the terminology, the curr<strong>en</strong>t reserves, the techniques and the<br />
market actors. But above all the report provides an analysis framework to explain the<br />
forces that work on the searching and winning of the <strong>en</strong>ergy carriers. After all, the<br />
developm<strong>en</strong>ts in the upstream part cannot be se<strong>en</strong> separately from what happ<strong>en</strong>s<br />
further in the <strong>en</strong>ergy chains. The analysis framework is applied in the report on the<br />
historical developm<strong>en</strong>ts, in most detail for the oil and the gas market, to indicate the<br />
driving forces that make future explorations possible.<br />
Moreover, the report gives insight in five aspects of the sustainability of the<br />
exploration and extraction of oil, gas, coal and uranium and in the possibilities to deal<br />
with these processes in a more sustainable way.<br />
The report concludes with the significance of the previous for the North-Western-<br />
European society in g<strong>en</strong>eral and for Flanders in particular.<br />
Resources suffici<strong>en</strong>t, but availability not guaranteed<br />
The volume and quality of the <strong>en</strong>ergy resources in the world is not exactly known.<br />
Resources are qualified as reserves as soon as the probability of their exist<strong>en</strong>ce is<br />
high <strong>en</strong>ough and winning is considered to be economically feasible. Both factors<br />
evolve over time, due to technical progress and to developm<strong>en</strong>ts on the <strong>en</strong>ergy<br />
market. Some resources will be commercially recoverable in the future, against the<br />
market prices th<strong>en</strong> applying. The volume of these resources is less well assessed<br />
than that of the reserves.<br />
The information in this report makes clear that the reserves for coal, oil, gas and<br />
uranium are substantial and that they will suffice for many decades to come, ev<strong>en</strong><br />
under a strongly increasing demand worldwide. The additional resources are ev<strong>en</strong><br />
much larger.<br />
However, the pres<strong>en</strong>ce of huge resources does not imply automatically that the<br />
desired <strong>en</strong>ergy carriers will be available in Flanders in the next decades.<br />
On the short term the production capacity of the pres<strong>en</strong>t installations is fixed and<br />
limited. Total supply dep<strong>en</strong>ds on decisions of governm<strong>en</strong>ts and <strong>en</strong>ergy companies on<br />
the allocation of capacity. On top of that, calamities may occur, as well as political<br />
disorder or wars, which lead to discontinuances in the production.<br />
On middle long term supply is determined by investm<strong>en</strong>ts of <strong>en</strong>ergy companies in the<br />
production of the known reserves and in geological studies, exploratory drilling and<br />
production assessm<strong>en</strong>ts to create new reserves. The expansion of the production<br />
capacity will dep<strong>en</strong>d strongly on the investm<strong>en</strong>ts of the national oil companies<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
5
(NOC’s) in OPEC countries. Some countries, like Saudi Arabia and Kuwait are<br />
capable of doing these. Other countries have problems to invest, since they do not let<br />
in foreign capital or sp<strong>en</strong>d their income on other, politically driv<strong>en</strong>, issues like local<br />
subsidies or weapons.<br />
Moreover, in many (pot<strong>en</strong>tial) production countries local or g<strong>en</strong>eral opposition exists<br />
against the production of coal, oil, gas and uranium, because insuffici<strong>en</strong>t care is<br />
tak<strong>en</strong> of the interest and health of the inhabitants.<br />
On the long term both the availability and use of the <strong>en</strong>ergy resources will become a<br />
real problem, with respect to the effect on sustainability.<br />
Geopolitical relations and responses<br />
As a consequ<strong>en</strong>ce of the developing t<strong>en</strong>sion betwe<strong>en</strong> demand and supply the role of<br />
geopolitical considerations will increase. One of the resulting effects will be that<br />
governm<strong>en</strong>ts of consumer countries will explicitly use the supply certainty of <strong>en</strong>ergy<br />
as an aim in their <strong>en</strong>ergy policy, where this was left to the market in the rec<strong>en</strong>t past.<br />
Both with respect to the certainty of <strong>en</strong>ergy supply and sustainability it does not seem<br />
obvious anymore that market forces alone will yield the desired situation.<br />
Governm<strong>en</strong>tal steering is required.<br />
Supply, in terms of available and producible reserves of coal, oil, gas and uranium, is<br />
especially determined by the way in which the industry and governm<strong>en</strong>ts will be able<br />
to create a balanced value chain. The interaction betwe<strong>en</strong> governm<strong>en</strong>ts and market<br />
actors is fundam<strong>en</strong>tal for the future supply of <strong>en</strong>ergy carriers.<br />
Beside a physical compon<strong>en</strong>t, including adequate production, transport and buffer<br />
capacity, the chain requires a coher<strong>en</strong>t institutional compon<strong>en</strong>t, in which the<br />
financial-economic mix is tak<strong>en</strong> care of in such a way that minimal (geo)political and<br />
social t<strong>en</strong>sions will arise, whereas suffici<strong>en</strong>t certainty exist to make the necessary<br />
investm<strong>en</strong>ts.<br />
For the <strong>en</strong>ergy policy of North West European governm<strong>en</strong>ts this means that it is<br />
important to take measures which are effective in stimulating the investm<strong>en</strong>t climate<br />
on the shorter term and on an international scale. Basic elem<strong>en</strong>ts are the mining and<br />
tax regimes, market regulations and market forces policy, <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal and other<br />
lic<strong>en</strong>ses and freedom of capital movem<strong>en</strong>t. In the long run price effects, related to<br />
shortages and dep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ce effects will automatically become stronger driving forces.<br />
To mould the market forces on the middle long term in the desired direction, mondial<br />
and local <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal effects and dep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ce relationships must<br />
be made visible in the costs and prices of <strong>en</strong>ergy. An important conclusion is that the<br />
expected market developm<strong>en</strong>ts must be assessed within the correct time frame for<br />
an adequate policy reaction.<br />
Sustainability as a chall<strong>en</strong>ge<br />
An aspect not to be neglected is that the extraction of the <strong>en</strong>ergy carriers has<br />
consequ<strong>en</strong>ces for the <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t and for the people living in the vicinity of the<br />
extraction locations. Disad<strong>van</strong>tageous impacts for example are the pollution of the<br />
local <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t, emission with a negative health impact for the local people, but<br />
sometimes also bad working conditions and the exhaustion of the local resources.<br />
Sustainable developm<strong>en</strong>t starts with the search for a long term balance betwe<strong>en</strong> the<br />
<strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t, economy and solidarity with future g<strong>en</strong>erations. Policy thinking that<br />
links sustainability to the extraction of coal, oil, gas and uranium, does require a<br />
6<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
wid<strong>en</strong>ing of the traditional scope, both with respect to time and the area covered, and<br />
asks for insight in the justice of the <strong>en</strong>ergy and <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal policy.<br />
In the report the external impact of the curr<strong>en</strong>t Flemish <strong>en</strong>ergy policy has be<strong>en</strong><br />
expressed in economic terms by means of the concept of ‘external costs’. For this the<br />
Extern-E-programma was used, which has be<strong>en</strong> developed for the European<br />
Commission. The total external costs of the use of fossil <strong>en</strong>ergy carriers and uranium<br />
in Flanders amounts to almost € 1 billion per year. In the cost assessm<strong>en</strong>t the origin<br />
of the <strong>en</strong>ergy flows has be<strong>en</strong> tak<strong>en</strong> into account.<br />
The major part of the external costs is linked to the use of oil. These costs arise by<br />
the burning of acid gasses associated to the oil extraction in Russia and the related<br />
emission of SO2. On the second place the external costs related to the upstream<br />
processes in the chain for uranium follow. These are mainly caused by exhibition to<br />
radiation, as a consequ<strong>en</strong>ce of radon emissions from storage deposits for radioactive<br />
waste at the mining sites.<br />
Significance for Flanders<br />
For the Flemish governm<strong>en</strong>t there are in principle two policy areas where choices will<br />
have to be made and solutions can be promoted. These are the availability of<br />
suffici<strong>en</strong>t sources and the more sustainable developm<strong>en</strong>t of the extraction locations.<br />
Political choices are required to achieve effective impact in these areas.<br />
One of the most important conclusions drawn from the study is that an explicit<br />
distinction has to be made betwe<strong>en</strong>, on one hand, the demand - and supply aspects,<br />
which are related to the curr<strong>en</strong>t market circumstances and, on the other hand, the<br />
developm<strong>en</strong>ts which will become rele<strong>van</strong>t in the longer term. If this distinction is not<br />
made explicitly, wrong policy decisions, with really negative impacts are likely. The<br />
piling-up of market interv<strong>en</strong>tions that do not relate well to the real problems and to<br />
the term on which they occur, can have serious negative consequ<strong>en</strong>ces for the<br />
<strong>en</strong>ergy market and for the <strong>en</strong>ergy security of supply in broader s<strong>en</strong>se.<br />
On top of this, for Flanders the international and the federal policy compon<strong>en</strong>t are<br />
very important. Security of supply is of vital interest for all EU Member States. If any<br />
doubt arises in this area or asymmetry betwe<strong>en</strong> the countries, the t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>cy will grow<br />
to implem<strong>en</strong>t unilateral <strong>en</strong>ergy policies. However, because of the European<br />
integration of <strong>en</strong>ergy markets and the liberalisation of these markets, less and less<br />
possibilities exist to pursue effective national policy.<br />
In g<strong>en</strong>eral s<strong>en</strong>se it is important to create an acceptable balance betwe<strong>en</strong> producers<br />
and consumers by means of starting dialogues on aforesaid and other aspects, such<br />
as technology transfer, support in g<strong>en</strong>erating added value, etc. Frameworks for the<br />
policy in the longer term and at international level are described under the head<br />
"geopolitical relations and the responses to these" above.<br />
With regard to the more sustainable developm<strong>en</strong>t on the extraction locations it is<br />
possible for Flanders to stop own local subsidies, which promote wrong situations<br />
elsewhere. To start with these types of subsidies have to be mapped for Flanders,<br />
like as this for example was done for the Netherlands.<br />
It is not simple to <strong>en</strong>force better working conditions and <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal care from<br />
Flanders. However, for some carriers direct possibilities seem of existing. In the<br />
report several measures are suggested, such as making demands to the origin of<br />
uranium and lic<strong>en</strong>se requirem<strong>en</strong>ts for the exploitation of biomass.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
7
Sectie A Hoe <strong>en</strong> waarom; het vertrekpunt<br />
De eerste sectie <strong>van</strong> het <strong>rapport</strong> omvat e<strong>en</strong> inleiding op de problematiek <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beschrijving<br />
<strong>van</strong> het analystische kader dat in het onderzoek is gehanteerd.<br />
In de inleiding word<strong>en</strong> de vraagstelling <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek toegelicht.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> wordt in de inleiding de context geschetst waarin deze zijn geplaatst, qua<br />
actueel <strong>en</strong>ergiegebruik, belangrijke huidige spelers <strong>en</strong> specifieke verwachting<strong>en</strong>.<br />
Het analytische kader beschrijft hoe het onderzoek door CIEP <strong>en</strong> CE is aangepakt,<br />
waarbij via de zgn. waardeket<strong>en</strong>systematiek de technologische, economische <strong>en</strong> institutionele<br />
aspect<strong>en</strong> met elkaar in verband word<strong>en</strong> gebracht.<br />
8<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
9
1 Inleiding<br />
1.1 Aanleiding voor het onderzoek<br />
Het Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek<br />
(viWTA) is e<strong>en</strong> autonome instelling verbond<strong>en</strong> aan het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t. E<strong>en</strong><br />
belangrijk elem<strong>en</strong>t in de missie <strong>van</strong> het viWTA – <strong>Sam<strong>en</strong>leving</strong> & Technologie is e<strong>en</strong><br />
bijdrage te lever<strong>en</strong> aan het maatschappelijke debat over wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> technologie<br />
<strong>en</strong> het aanreik<strong>en</strong> <strong>van</strong> discussiemateriaal t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de commissievergadering<strong>en</strong><br />
in het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t.<br />
Afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> is het besef dat de beschikbaarheid <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong><br />
uranium beperkt is sterker dan ooit actueel geword<strong>en</strong>. De oorzaak hier<strong>van</strong> ligt in<br />
fysieke, politieke <strong>en</strong> economische belemmering<strong>en</strong> gekoppeld aan e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de mondiale<br />
vraag. De voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> kern<strong>en</strong>ergie is e<strong>en</strong><br />
prioritair thema geword<strong>en</strong> voor politieke leiders. Hoge prijz<strong>en</strong>, de stijg<strong>en</strong>de vraag<br />
wereldwijd, teruglop<strong>en</strong>de reserves <strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de afhankelijkheid <strong>van</strong> wispelturige<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> de beeldvorming rond de fossiele <strong>en</strong>ergiemarkt. Het belang<br />
<strong>van</strong> deze problematiek zal de kom<strong>en</strong>de dec<strong>en</strong>nia naar verwachting verder to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
In dit licht acht viWTA het <strong>van</strong> belang het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> andere geïnteresseerd<strong>en</strong><br />
inzicht te gev<strong>en</strong> in deze materie. De focus daarbij ligt op het zgn. upstreamgedeelte<br />
<strong>van</strong> de markt voor fossiele <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> kern<strong>en</strong>ergie; het traject <strong>van</strong> ‘cradle to<br />
well’. Het traject <strong>van</strong> het lokaliser<strong>en</strong> <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong> tot het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> ontginning<br />
<strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> uranium is complex <strong>en</strong> ondoorzichtig. De technologische<br />
process<strong>en</strong> zijn specifiek <strong>en</strong> vind<strong>en</strong> plaats op afgeleg<strong>en</strong> locaties, terwijl maar<br />
weinig partij<strong>en</strong> deze process<strong>en</strong> geheel overzi<strong>en</strong>. De markt wordt beheerst door e<strong>en</strong><br />
beperkt aantal actor<strong>en</strong>, met eig<strong>en</strong> economische logica <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> jargon.<br />
ViWTA heeft CE in Delft <strong>en</strong> het Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme (CIEP)<br />
in D<strong>en</strong> Haag gevraagd de feit<strong>en</strong> (stand <strong>van</strong> zak<strong>en</strong>) zo helder mogelijk in beeld te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> op basis daar<strong>van</strong> de problematiek voor Vlaander<strong>en</strong> inzichtelijk te mak<strong>en</strong>.<br />
De medewerkers <strong>van</strong> CIEP zijn experts op het onderzoeksterrein, in het bijzonder<br />
voor olie <strong>en</strong> gas. CE heeft in sam<strong>en</strong>werking met CIEP het beeld gecompleteerd met<br />
k<strong>en</strong>nis rond ste<strong>en</strong>kool, kern<strong>en</strong>ergie, de <strong>en</strong>ergie-economie <strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing<br />
in het algeme<strong>en</strong>.<br />
1.2 Energiegebruik in Vlaander<strong>en</strong> in breder perspectief<br />
Figuur 1 geeft e<strong>en</strong> beeld <strong>van</strong> de verdeling <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> (incl. koolteer <strong>en</strong><br />
cokes), olie (ruwe aardolie <strong>en</strong> petroleumproduct<strong>en</strong>), aardgas <strong>en</strong> uranium ('nucleaire<br />
warmte').<br />
10<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 1 Energiegebruik Vlaander<strong>en</strong> (gebaseerd op Mira, 2005)<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
42%<br />
Energiegebruik Vlaander<strong>en</strong><br />
(totaal ca. 1600 PJ/jr)<br />
7%<br />
26%<br />
10%<br />
15%<br />
ste<strong>en</strong>kool<br />
uranium<br />
aardgas<br />
Het totale jaarlijkse <strong>en</strong>ergiegebruik in Vlaander<strong>en</strong> bedraagt minder dan e<strong>en</strong> halve<br />
proc<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de totale vraag naar <strong>en</strong>ergie in de wereld <strong>en</strong> ca. 2% <strong>van</strong> het totale <strong>en</strong>ergieverbruik<br />
in het contin<strong>en</strong>t Europa. Dat lijkt niet veel. Anderzijds betek<strong>en</strong>t deze<br />
vraag, uitgedrukt in vat<strong>en</strong> olie, dat jaarlijks in Vlaander<strong>en</strong> het equival<strong>en</strong>t <strong>van</strong> ruim 280<br />
miljo<strong>en</strong> vat<strong>en</strong> olie wordt ingevoerd, waarbij elk vat 159 liter aardolie bevat.<br />
België verbruikt circa 18 miljard m 3 aardgas 1 per jaar 2 . Het geleverde aardgas is<br />
voornamelijk afkomstig uit drie land<strong>en</strong> (Eurostat):<br />
per on shore pijpleiding circa 270 PJ (calorische bov<strong>en</strong>waarde) uit Nederland (ca.<br />
40%);<br />
per offshore pijpleiding circa 240 PJ (calorische bov<strong>en</strong>waarde) (ca. 40%) <strong>van</strong>af<br />
de Noorse Troll <strong>en</strong> Sleipner olie- <strong>en</strong> gasveld<strong>en</strong> op het Contin<strong>en</strong>taal Plat;<br />
als LNG circa 110 PJ (calorische bov<strong>en</strong>waarde) uit Algerije <strong>en</strong> Quatar.<br />
De ruim 34 Mton aan olie die jaarlijks in België wordt geïmporteerd is voornamelijk<br />
afkomstig uit Rusland (40%), het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> (30%), Skandinavië <strong>en</strong> het Ver<strong>en</strong>igd<br />
Koninkrijk. De kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vooral geïmporteerd uit Zuid-Afrika <strong>en</strong> Australië<br />
(beide ca. 20%), <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> Rusland (beide ca. 15%). Uranium wordt<br />
voornamelijk geïmporteerd <strong>van</strong>uit Canada (30%) <strong>en</strong> Namibië <strong>en</strong> Australië (beide ca.<br />
20%). In totaal is er e<strong>en</strong> brede geografische spreiding.<br />
In vergelijking met de verdeling <strong>van</strong> de wereldvraag over de beschouwde dragers<br />
kom<strong>en</strong> de aandel<strong>en</strong> olie <strong>en</strong> gas in het totale Vlaamse <strong>en</strong>ergiegebruik vrijwel precies<br />
overe<strong>en</strong> met de gemiddelde waarde. Het aandeel kol<strong>en</strong> is kleiner dan gemiddeld <strong>en</strong><br />
het aandeel uranium nav<strong>en</strong>ant groter.<br />
1 1 m 3 aardgas ≈ 35 MJ.<br />
2 http://www.distrigas.be/cont<strong>en</strong>t/aboutus/distrigasprofile/distrigas_in_figures_nl.asp.<br />
olie<br />
overig<br />
11
2 De beschikbaarheid <strong>van</strong> de dragers<br />
Dit hoofdstuk geeft inzicht in de beschikbaarheid <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergie op de langere<br />
termijn. Twee perspectiev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daarbij gehanteerd word<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> het <strong>en</strong>e<br />
streeft naar het in beeld br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> de in theorie mogelijke, uiteindelijk winbare<br />
voorkom<strong>en</strong>s (de ultimately recoverable resources), terwijl het andere er<strong>van</strong> uitgaat<br />
dat e<strong>en</strong> dergelijke analyse weinig zinvol is. Natuurlijke voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers<br />
kunn<strong>en</strong> immers pas als reserves beschouwd word<strong>en</strong> als er vraag naar bestaat<br />
<strong>en</strong> de geschikte technologie beschikbaar is om deze op te spor<strong>en</strong>, te producer<strong>en</strong>, te<br />
transporter<strong>en</strong> <strong>en</strong> om te zett<strong>en</strong> in bruikbare <strong>en</strong>ergievorm<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat het in<br />
principe noodzakelijk is om de hele aanbodket<strong>en</strong> in beschouwing te nem<strong>en</strong>, <strong>van</strong> het<br />
analyser<strong>en</strong> <strong>van</strong> de geologie <strong>en</strong> de winning tot de aanw<strong>en</strong>ding <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers<br />
in specifieke toepassing<strong>en</strong>, zoals vervoer, communicatie, verwarming, etc. Naast het<br />
fysieke voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergie op e<strong>en</strong> specifieke locatie, zijn factor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
technische, economische <strong>en</strong> geopolitieke aard ook doorslaggev<strong>en</strong>d of <strong>en</strong> wanneer ze<br />
geproduceerd <strong>en</strong> verbruikt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De diepte <strong>van</strong> het water, de afstand tot de<br />
markt, de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> investering<strong>en</strong>, de wetgeving, de te verwacht<strong>en</strong> winst<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere<br />
aspect<strong>en</strong> zijn factor<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang bij de beslissing tot winning. Echter, wanneer<br />
het gaat om het aggreger<strong>en</strong> <strong>van</strong> de voorkom<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> deze factor<strong>en</strong> vaak niet<br />
meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de analyse, of slechts als statische elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> beschouwd, waardoor<br />
er - afhankelijk <strong>van</strong> de omstandighed<strong>en</strong> - e<strong>en</strong> overschatting dan wel e<strong>en</strong> onderschatting<br />
zal optred<strong>en</strong> <strong>van</strong> de reserves.<br />
2.1 Definities<br />
Er bestaan e<strong>en</strong> aantal term<strong>en</strong> die <strong>en</strong>ergievoorkom<strong>en</strong>s beschrijv<strong>en</strong>, terwijl verschill<strong>en</strong>de<br />
auteurs <strong>en</strong> instituties ook nog e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de betek<strong>en</strong>is toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> aan<br />
dezelfde term. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> varieert de precieze betek<strong>en</strong>is voor verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>.<br />
De World Energy Council definieert voorkom<strong>en</strong>s (resources) als ‘the occurr<strong>en</strong>ces of<br />
material in recognizable form’ (WEC, 1998). Voor olie omvat dit de hoeveelheid olie<br />
in de aardkorst. De zog<strong>en</strong>aamde ‘reserves’ mak<strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> uit.<br />
Energiemaatschappij BP definieert bewez<strong>en</strong> ‘prov<strong>en</strong>’ reserves als: ‘g<strong>en</strong>erally tak<strong>en</strong> to<br />
be those quantities that geological and <strong>en</strong>gineering information indicates with<br />
reasonable certainty can be recovered in the future from known reservoirs under existing<br />
economic and operating conditions’ (BP, 1999).<br />
Andere veelgebruikte term<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> ‘probable reserves’, ‘indicated reserves’ <strong>en</strong><br />
‘inferred reserves’, die aanduid<strong>en</strong> dat er niet voldaan is aan de criteria voor bewez<strong>en</strong><br />
(prov<strong>en</strong>) reserves. Wanneer in dit <strong>rapport</strong> gesprok<strong>en</strong> wordt over reserves wordt<br />
steeds gedoeld op bewez<strong>en</strong> reserves.<br />
Uiteindelijk winbare voorkom<strong>en</strong>s zijn de som <strong>van</strong> reeds geproduceerde voorkom<strong>en</strong>s<br />
plus alle geïd<strong>en</strong>tificeerde winbare voorkom<strong>en</strong>s plus het mogelijk winbare aandeel<br />
<strong>van</strong> de (nog) niet ontdekte voorkom<strong>en</strong>s. Vervolg<strong>en</strong>s bestaat er e<strong>en</strong> verschil tuss<strong>en</strong><br />
conv<strong>en</strong>tionele voorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> niet conv<strong>en</strong>tionele voorkom<strong>en</strong>s, die olie schalies, teer-<br />
12<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
zand<strong>en</strong>, coalbed methane, gas hydrat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uranium in black shale of opgelost in<br />
zeewater omvatt<strong>en</strong>.<br />
De McKelvey box is e<strong>en</strong> veelgebruikte matrixopzet waarop voorkom<strong>en</strong>s getypeerd<br />
word<strong>en</strong> aan de hand <strong>van</strong> de geologische zekerheid dat ze aanwezig zijn <strong>en</strong> de economische<br />
winbaarheid. Deze opzet is ontwikkeld door het U.S. Bureau of Mines <strong>en</strong><br />
de U.S. Geological Survey (USGS, 1980) <strong>en</strong> ligt ook t<strong>en</strong> grondslag aan de door de<br />
Ver<strong>en</strong>igde Naties <strong>en</strong> SPE/WPC/AAPG 3 gehanteerde systematiek.<br />
In deze systematiek word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>s (resources) gezi<strong>en</strong> als conc<strong>en</strong>traties <strong>van</strong> in<br />
de aardkorst voorkom<strong>en</strong>de hoeveelhed<strong>en</strong> vast, vloeibaar of gasvormig materiaal (Zie<br />
Figuur 2). De geologische dim<strong>en</strong>sie maakt e<strong>en</strong> onderscheid tuss<strong>en</strong> geïd<strong>en</strong>tificeerde<br />
<strong>en</strong> nog niet ontdekte voorkom<strong>en</strong>s. Van geïd<strong>en</strong>tificeerde voorkom<strong>en</strong>s is locatie, het<br />
type, de kwaliteit <strong>en</strong> de hoeveelheid bek<strong>en</strong>d, of kan vastgesteld word<strong>en</strong>. Hierbij wordt<br />
onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> aangetoonde voorkom<strong>en</strong>s (gemet<strong>en</strong> <strong>en</strong> indicated) <strong>en</strong><br />
waarschijnlijke (inferred) voorkom<strong>en</strong>s om de onzekerhed<strong>en</strong> in de geologische analyse<br />
aan te gev<strong>en</strong>.<br />
Figuur 2 McKelvey box voor de classificatie <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> koolwaterstoff<strong>en</strong><br />
3 SPE: Society of Petroleum Engineers; WPC: World Petroleum Congress; AAPG: American Association of<br />
Petroleum Geologists.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
13
2.2 Kol<strong>en</strong><br />
Reserves <strong>en</strong> resources<br />
Reserves zijn geïd<strong>en</strong>tificeerde voorkom<strong>en</strong>s die technisch <strong>en</strong> economische winbaar zijn op het mom<strong>en</strong>t<br />
<strong>van</strong> pres<strong>en</strong>tatie. ‘Nog niet ontdekte voorkom<strong>en</strong>s’ word<strong>en</strong> vermoed of verwacht, gegev<strong>en</strong> analoge<br />
geologische omstandighed<strong>en</strong>. ‘Andere’ voorkom<strong>en</strong>s (‘other occurr<strong>en</strong>ces’) zijn <strong>van</strong> te lage kwaliteit<br />
of kunn<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege specifieke technische of economische red<strong>en</strong><strong>en</strong> niet als winbaar beschouwd word<strong>en</strong>.<br />
Het grootste deel <strong>van</strong> de onconv<strong>en</strong>tionele voorkom<strong>en</strong>s (zware olie, teer zand<strong>en</strong>, olieschalies)<br />
bevindt zich in de categorie ‘other occurr<strong>en</strong>ces’.<br />
De scheidslijn tuss<strong>en</strong> reserves <strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>s (resources) is de teg<strong>en</strong>woordige of verwachte winstgev<strong>en</strong>dheid<br />
<strong>van</strong> de exploitatie, die bepaald wordt door de verkoopprijs <strong>en</strong> de winningskost<strong>en</strong>. Winningskost<strong>en</strong><br />
voor reserves zijn meestal onderbouwd door middel <strong>van</strong> daadwerkelijke analyses <strong>van</strong><br />
lokale productiekost<strong>en</strong>, terwijl die <strong>van</strong> resources vastgesteld word<strong>en</strong> aan de hand <strong>van</strong> ervaring met<br />
winning in vergelijkbare situaties, maar aangepast voor specifieke geologische <strong>en</strong> geografische omstandighed<strong>en</strong>.<br />
Technologie- <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisontwikkeling vergrot<strong>en</strong> de operationele mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>daling<br />
tot gevolg, zodat eerder niet winbare voorkom<strong>en</strong>s nu wel als reserves geboekt kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.<br />
Er kunn<strong>en</strong> meerdere soort<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> natuurlijk gevolg<br />
<strong>van</strong> het proces <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>vorming uit afgestorv<strong>en</strong> vegetatie. In principe voltrekt<br />
zich dit proces vrijwel overal op aarde. De druk, temperatuur <strong>en</strong> ontstaansperiode<br />
verschill<strong>en</strong> echter per locatie waardoor diverse typ<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> zijn ontstaan.<br />
In de literatuur word<strong>en</strong> veelal vier typ<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>. Dit zijn ligniet of bruinkool,<br />
subbitumineuze kol<strong>en</strong>, bitumineuze kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> antraciet (ELC, 2005) <strong>en</strong> (WCI).<br />
Ligniet, of bruinkool, is geologisch gezi<strong>en</strong> de jongste soort, heeft het laagste koolstofgehalte<br />
(25% tot 35%), e<strong>en</strong> hoog vochtgehalte <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoog zwavel- <strong>en</strong> asgehalte.<br />
Ligniet wordt in de praktijk vooral dicht bij de winningplaats gebruikt <strong>en</strong> veelal voor<br />
elektriciteitsopwekking. De calorische waarde loopt op tot ruim 17 MJ/kg.<br />
Subbitumineuze kol<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> meer koolstof (35% tot 45%), zijn droger <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> lager zwavelgehalte dan ligniet. Deze kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> veelal gebruikt voor elektriciteitsopwekking,<br />
cem<strong>en</strong>tproductie <strong>en</strong> andere industriële doeleind<strong>en</strong>. De calorische<br />
waarde ligt tuss<strong>en</strong> de 17 <strong>en</strong> 24 MJ/kg.<br />
Bitumineuze kol<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> koolstofgehalte tuss<strong>en</strong> de 45% <strong>en</strong> 86%. Bij dit type<br />
kol<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> subonderscheid gemaakt in thermal of steam coal <strong>en</strong> metallugical of<br />
coking coal. De thermal coal heeft hier<strong>van</strong> de laagste kwaliteit <strong>en</strong> wordt veelal voor<br />
dezelfde doeleind<strong>en</strong> gebruikt als de subbitumineuze kol<strong>en</strong>. De coking coal wordt<br />
vooral in de staalindustrie gebruikt. De calorische waarde <strong>van</strong> bitumineuze kol<strong>en</strong> ligt<br />
bov<strong>en</strong> de 24 MJ/kg.<br />
Antraciet heeft het hoogste koolstofgehalte (tuss<strong>en</strong> 86% <strong>en</strong> 98%) <strong>en</strong> daarmee de<br />
hoogste <strong>en</strong>ergetische inhoud. Antraciet wordt voor huishoudelijke <strong>en</strong> industriële<br />
doeleind<strong>en</strong> gebruikt.<br />
In Figuur 3 zijn de g<strong>en</strong>oemde kol<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> schema weergegev<strong>en</strong>. De g<strong>en</strong>oemde<br />
perc<strong>en</strong>tages gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> indicatie <strong>van</strong> het aandeel <strong>van</strong> de diverse soort<strong>en</strong> in<br />
de totale wereldreserve aan kol<strong>en</strong>.<br />
14<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 3 Indeling kol<strong>en</strong> in diverse soort<strong>en</strong><br />
laag koolstof/<strong>en</strong>ergieinhoud hoog<br />
hoog vochtgehalte laag<br />
lignite<br />
(or brown coal)<br />
17%<br />
low quality coals<br />
47%<br />
vooral opwekking<br />
elektriciteit<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
sub-bituminous<br />
30%<br />
coal<br />
- opwekking elektriciteit<br />
- cem<strong>en</strong>tproductie<br />
- industrieel gebruik<br />
thermal<br />
steam coal<br />
bituminous<br />
52%<br />
hard coal<br />
53%<br />
metallurgical<br />
coking coal<br />
staalproductie<br />
anthracite<br />
1%<br />
huishoudelijk <strong>en</strong><br />
industrieel<br />
gebruik<br />
Afhankelijk <strong>van</strong> de geologische process<strong>en</strong> die in de afgelop<strong>en</strong> honderdduiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> tot<br />
miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> nu op e<strong>en</strong> aantal plaats<strong>en</strong><br />
aangetroff<strong>en</strong> aan het aardoppervlak <strong>en</strong> op andere plaats<strong>en</strong> op diept<strong>en</strong> die oplop<strong>en</strong><br />
tot <strong>en</strong>kele kilometers. Circa 60% <strong>van</strong> de huidige kol<strong>en</strong>winning in de wereld vindt ondergronds<br />
plaats (The Coal resource: a compreh<strong>en</strong>sive overview of coal). In Australië<br />
is dit perc<strong>en</strong>tage 20% <strong>en</strong> in de USA 33%. In deze land<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> de kol<strong>en</strong>lag<strong>en</strong><br />
zich op relatief veel plaats<strong>en</strong> dichterbij het aardoppervlak.<br />
Er is goed zicht op grote del<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>voorkom<strong>en</strong>s, op grond <strong>van</strong> geologische<br />
prospectie (m.n. in bergachtig gebied, waar reeks<strong>en</strong> aardlag<strong>en</strong> zichtbaar zijn), seismisch<br />
onderzoek <strong>en</strong> andere geofysische opstporingsmethod<strong>en</strong> (o.a. gravimetrie <strong>en</strong><br />
magnetometrie). De bek<strong>en</strong>de voorkom<strong>en</strong>s zijn zo groot dat mom<strong>en</strong>teel weinig aanvull<strong>en</strong>de<br />
exploratie plaatsvindt specifiek voor ste<strong>en</strong>kool. Ste<strong>en</strong>kool wordt wel nog<br />
steeds ‘spontaan’ aangetroff<strong>en</strong> bij de zoektocht naar bijv. olie <strong>en</strong> gas.<br />
perc<strong>en</strong>tage<br />
wereld reserves<br />
15
Figuur 4 Bek<strong>en</strong>de kol<strong>en</strong>voorkom<strong>en</strong>s (eind 2005)<br />
Figuur 5 Winning <strong>en</strong> verbruik <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> in 1995 <strong>en</strong> 2005<br />
De verdeling <strong>van</strong> de bek<strong>en</strong>de kol<strong>en</strong>voorkom<strong>en</strong>s over de wereld is schematisch aangegev<strong>en</strong><br />
in Figuur 4, de winning <strong>en</strong> het verbuik zijn aangegev<strong>en</strong> in Figuur 5. Cijfers<br />
rond de reserves zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in Tabel 1.<br />
16<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 1 Reserves (winbare voorkom<strong>en</strong>s) <strong>van</strong> de vier kol<strong>en</strong>soort<strong>en</strong> per contin<strong>en</strong>t; data 2005 (BP statistical review<br />
of World Energy 2006) in 109 tonn<strong>en</strong> (zie hoofdtekst voor de calorische waarde <strong>van</strong> elke kol<strong>en</strong>soort)<br />
2.3 Olie<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Bitumineus +<br />
antraciet<br />
[Gton]<br />
Subbitumineus +<br />
ligniet<br />
[Gton]<br />
Totaal<br />
[Gton]<br />
Noord-Amerika 116 139 254<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 111 135<br />
Zuid-Amerika 7,7 12,1 20<br />
Colombia 6 0,4<br />
Europa + Eurazië 112 175 287<br />
Kazachstan 28 3<br />
Russ. federatie 49 108<br />
Oekraine 16 18<br />
Pol<strong>en</strong> 14 -<br />
Afrika <strong>en</strong> Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> 51 0,2 51<br />
Zuid-Afrika 49 -<br />
Azië <strong>en</strong> Oceanië 193 104 297<br />
Australië 39 40<br />
China 62 52<br />
India 90 2<br />
TOTAAL 479 430 909<br />
In zowel in de figuur als de tabel valt op dat Afrika <strong>en</strong> Zuid-Amerika nauwelijks e<strong>en</strong><br />
rol spel<strong>en</strong> in het totaalbeeld. Dit komt voor e<strong>en</strong> belangrijk deel doordat deze contin<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
(wellicht met uitzondering <strong>van</strong> Zuid-Afrika <strong>en</strong> del<strong>en</strong> <strong>van</strong> Brazilië) nog ‘terra<br />
incognita’ zijn wat betreft de voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> fossiele dragers. Daarbuit<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong><br />
opgemerkt dat de kol<strong>en</strong>reserves redelijk gelijk zijn verdeeld over de contin<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> over de daarin te onderscheid<strong>en</strong> geopolitieke zones.<br />
Oliereserves zijn geconc<strong>en</strong>treerd in e<strong>en</strong> klein aantal land<strong>en</strong>. Meer dan 60% <strong>van</strong> de<br />
oliereserves bevindt zich in de regio rond de Perzische Golf. Aanzi<strong>en</strong>lijke voorkom<strong>en</strong>s<br />
zijn er voorts nog in Afrika, Zuid-Amerika <strong>en</strong> de voormalige Sovjet-Unie. De<br />
grote consumer<strong>en</strong>de regio’s (VS, EU, China <strong>en</strong> Japan) zijn voor de import <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie<br />
meer <strong>en</strong> meer afhankelijk <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde exporter<strong>en</strong>de regio’s.<br />
De winzekerheid <strong>van</strong> olieveld<strong>en</strong> wordt bepaald door het volume olie in de grond, de<br />
olie eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, de aard <strong>van</strong> het reservoirgeste<strong>en</strong>te maar ook door technische<br />
<strong>en</strong> economische factor<strong>en</strong>.<br />
Volg<strong>en</strong>s de BP Statistical Review of World Energy 2004 is de originele ‘conv<strong>en</strong>tionele’<br />
‘bewez<strong>en</strong>’ olie mondiaal ongeveer 2.150 miljard vat<strong>en</strong> 4 , waar<strong>van</strong> ruim 1.000 (dus<br />
bijna de helft) is verbruikt. Deze schatting is gebaseerd op de gepubliceerde reserves<br />
door internationale <strong>en</strong> nationale oliebedrijv<strong>en</strong> (IOC’s <strong>en</strong> NOC’s) 5 (zie Figuur 6). Er<br />
word<strong>en</strong> ook veel hogere volumina g<strong>en</strong>oemd maar daarbij wordt uitgegaan <strong>van</strong> grootschalige<br />
productie <strong>van</strong> zware olie <strong>en</strong> teerzand<strong>en</strong>. Op het mom<strong>en</strong>t is de bijdrage <strong>van</strong><br />
deze <strong>bronn<strong>en</strong></strong> nog vrij klein.<br />
4<br />
E<strong>en</strong> vat is e<strong>en</strong> standaard inhoudsmaat voor ruwe aardolie <strong>en</strong> is gelijk aan 159 liter.<br />
5<br />
Gepubliceerde data <strong>van</strong> OPEC, Oil and Gas Journal, World Oil, etc.<br />
17
Exploratietechniek<strong>en</strong><br />
<strong>Fossiele</strong> <strong>en</strong>ergiedragers word<strong>en</strong> op de eerste plaats gezocht met behulp <strong>van</strong> geologische prospectie,<br />
met name daar waar op berghelling<strong>en</strong> of glooiing<strong>en</strong> in het landschap reeks<strong>en</strong> aardlag<strong>en</strong> zichtbaar zijn<br />
<strong>en</strong> geste<strong>en</strong>temonsters kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderzocht. Deze lag<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> over het al of niet<br />
aanwezig zijn <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers. Luchtfoto’s <strong>en</strong> satellietbeeld<strong>en</strong> zijn teg<strong>en</strong>woordig ook e<strong>en</strong> belang-<br />
rijke bron bij het verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>van</strong> de geologische gesteldheid <strong>van</strong> de bodem. In strek<strong>en</strong> waar ge<strong>en</strong> spor<strong>en</strong><br />
aan de oppervlakte kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor verder onderzoek wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong><br />
geofysische opsporingsmethod<strong>en</strong>, zoals gravimetrie, magnetometrie <strong>en</strong> seismiek.<br />
De gravimetrische methode is gebaseerd op het principe dat zwaartekracht aan de oppervlakte <strong>van</strong> de<br />
aarde verschilt als gevolg <strong>van</strong> de aanwezigheid <strong>van</strong> meer of minder zware rotslag<strong>en</strong> in de bodem. Daar<br />
waar dicht bij de oppervlakte e<strong>en</strong> omhoog gestuwde zware rotslaag voorkomt neemt de zwaartekracht<br />
toe. Door meerdere peiling<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ondergrondse formaties in kaart word<strong>en</strong> gebracht.<br />
Bij de magnetometrische methode wordt de kracht <strong>en</strong> richting <strong>van</strong> het magnetisch veld gemet<strong>en</strong>. Aard-<br />
lag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> magnetische eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> die afhang<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun sam<strong>en</strong>stelling. Doordat hierover in-<br />
middels veel k<strong>en</strong>nis bestaat kan bijvoorbeeld met behulp <strong>van</strong> e<strong>en</strong> boot of vliegtuig met e<strong>en</strong> magnetome-<br />
ter relatief snel e<strong>en</strong> kaart word<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gesteld <strong>van</strong> de opbouw <strong>van</strong> de rotslag<strong>en</strong>, ook op zee <strong>en</strong> in ge-<br />
bied<strong>en</strong> waar prospectie <strong>van</strong>af het aardoppervlak moeilijk is.<br />
De seismische methode gaat uit <strong>van</strong> de registratie <strong>van</strong> trilling<strong>en</strong> die in de aardkorst word<strong>en</strong> veroorzaakt<br />
door kunstmatig opgewekte explosies. De trilling<strong>en</strong> plant<strong>en</strong> zich voort door de aarde <strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebro-<br />
k<strong>en</strong> <strong>en</strong> gereflecteerd op scheidingsvlakk<strong>en</strong> <strong>van</strong> geste<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Dit geeft weer e<strong>en</strong> beeld <strong>van</strong> de onder-<br />
grondse formaties. Zoals bijvoorbeeld getoond in de figuur.<br />
Specialistische expertise <strong>en</strong> ervaring<br />
zijn vereist voor e<strong>en</strong> goede<br />
interpretatie <strong>van</strong> de prospectieresulta-<br />
t<strong>en</strong>. Zelfs experts kunn<strong>en</strong> niet met<br />
zekerheid vaststell<strong>en</strong> uit welke<br />
geste<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de ondergrond bestaat <strong>en</strong><br />
of er fossiele <strong>en</strong>ergiedragers<br />
gevond<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Er moet<strong>en</strong><br />
aanvull<strong>en</strong>d exploratieboring<strong>en</strong><br />
plaatsvind<strong>en</strong> om duidelijkheid te<br />
verkrijg<strong>en</strong> over de aanwezigheid <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> de kwaliteit<br />
daar<strong>van</strong>.<br />
Beeld <strong>van</strong> bodemlag<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> seismisch onderzoek (Society of Exploration Geo physicists; Virtual geosci<strong>en</strong>ce<br />
c<strong>en</strong>ter)<br />
18<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 6 E<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> gepubliceerde Ultimately Recoverable Resources (URR) (BP Statistical review of<br />
reserves, 2006)<br />
De in de jar<strong>en</strong> ’60 bepaalde Ultimately Recoverable Resources (URR) werd<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong><br />
geaccepteerd als de aanwezige hoeveelheid voorkom<strong>en</strong>s, inclusief cumulatieve<br />
productie, bewez<strong>en</strong> reserves indertijd <strong>en</strong> nog the ontdekk<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>s. Figuur 7<br />
geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> gepubliceerde URR die e<strong>en</strong> variatie laat zi<strong>en</strong> <strong>van</strong> 600 miljard<br />
vat<strong>en</strong> (Weeks, 1959) tot ruim 2.000 miljard vat<strong>en</strong> (USGS, 2000).<br />
De URR-discussie richt zich alle<strong>en</strong> op de voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> conv<strong>en</strong>tionele olie. Schalies,<br />
teerzand<strong>en</strong> <strong>en</strong> zware ruwe olie word<strong>en</strong> beschouwd als voorkom<strong>en</strong>s die niet met<br />
conv<strong>en</strong>tionele method<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, als gevolg <strong>van</strong> technische <strong>en</strong><br />
economische beperking<strong>en</strong> (zie Rogner, 1997; Gregory and Rogner, 1998). Deze<br />
voorkom<strong>en</strong>s vorm<strong>en</strong> echter e<strong>en</strong> aandeel <strong>van</strong> de hoeveelheid fossiele brandstoff<strong>en</strong> in<br />
de aardkorst, dat vrijwel ev<strong>en</strong> groot geacht wordt als de conv<strong>en</strong>tionele olievoorrad<strong>en</strong>.<br />
Deze voorkom<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> niet ontk<strong>en</strong>d door ‘fixed stock’ analyst<strong>en</strong>, maar er bestaat<br />
weinig vertrouw<strong>en</strong> in toekomstige technologie om deze voorkom<strong>en</strong>s naar de markt te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
19
Figuur 7 E<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> gepubliceerde Ultimately Recoverable Resources (URR)<br />
20<br />
USGS 5% 2000<br />
USGS Mean 2000<br />
USGS 95% 2000<br />
Campbell 1995<br />
Masters 1994<br />
Campbell 1992<br />
Bookout 1989<br />
Masters 1987<br />
Martin 1984<br />
Nehring 1982<br />
Halbouty 1981<br />
Meyerhoff 1979<br />
Nehring 1978<br />
Nelson 1977<br />
Folinsbee 1976<br />
Adams & Kirby 1975<br />
Lind<strong>en</strong> 1973<br />
Moody 1972<br />
Moody 1970<br />
Shell 1968<br />
Weeks 1959<br />
MacNaughton 1953<br />
Weeks 1948<br />
Pratt 1942<br />
Published Estimates of World Oil Ultimate Recovery<br />
0 0.5 1 1.5 2 2.5 3 3.5 4<br />
Source: DOE, USGS and Colin Campbell<br />
Trillions of Barrels<br />
Onzekerhed<strong>en</strong> rond oliereserves<br />
De manier <strong>van</strong> het berek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> oliereserves wordt niet door alle oliemaatschappij<strong>en</strong> op dezelfde<br />
wijze gedaan. Internationale oliemaatschappij<strong>en</strong> (IOC’s) gebruik<strong>en</strong> veelal statistische method<strong>en</strong> voor<br />
het berek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> reserves. Ze mak<strong>en</strong> gebruik <strong>van</strong> definities vastgesteld door de Society of Petroleum<br />
Engineers (SPE). Deze definieert de hoeveelheid olie die ‘met 90% zekerheid’ (P90) omhoog te hal<strong>en</strong><br />
is als ‘bewez<strong>en</strong>’ reserves. Voor de ‘waarschijnlijke’ reserves bedraagt die zekerheid maar 50% (P50),<br />
<strong>en</strong> de ‘mogelijke’ reserves hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> winkans <strong>van</strong> 10% (P10). De opgegev<strong>en</strong> oliereserves <strong>van</strong> de<br />
meeste staatsoliemaatschappij<strong>en</strong> (National Oil Companies, NOC’s) zijn niet altijd inzichtelijk, temeer<br />
daar deze bedrijv<strong>en</strong>, in teg<strong>en</strong>stelling tot IOCs, ge<strong>en</strong> verantwoording hoev<strong>en</strong> af te legg<strong>en</strong> over de geboekte<br />
reserves aan bijvoorbeeld de Amerikaanse beurswaakhond SEC. Verwarring is met name ontstaan<br />
midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> tachtig to<strong>en</strong> de Organisation of Petroleum Exporting Countries (OPEC) het quotasysteem<br />
aangepast heeft, hetge<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>de dat naast de productie ook de reserves e<strong>en</strong> rol ging<strong>en</strong><br />
spel<strong>en</strong> bij het vaststell<strong>en</strong> <strong>van</strong> de productiequota. In die periode verdubbeld<strong>en</strong> de meeste OPEC-land<strong>en</strong><br />
de opgegev<strong>en</strong> reserves zonder dat aanwijsbare nieuwe veld<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ontdekt of tot ontwikkeling war<strong>en</strong><br />
gebracht. Toch valt, onder meer op basis <strong>van</strong> historische data <strong>en</strong> geologische profiel<strong>en</strong>, wel iets te<br />
zegg<strong>en</strong> over de waarschijnlijkheid <strong>van</strong> de gepres<strong>en</strong>teerde data. Deze data gev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> tot wez<strong>en</strong>lijke<br />
twijfel.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
2.4 Gas<br />
Kost<strong>en</strong>ontwikkeling <strong>van</strong> exploratie <strong>en</strong> productie<br />
Technologische ontwikkeling, zoals driedim<strong>en</strong>sionale seismiek <strong>en</strong> horizontale boortechniek<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong><br />
de winningsfactor <strong>van</strong> olie in bestaande reservoirs verhoogd <strong>en</strong> winstgev<strong>en</strong>de exploitatie mogelijk gemaakt<br />
<strong>van</strong> veld<strong>en</strong> die in eerste instantie niet als technisch of economisch winbaar beschouwd werd<strong>en</strong>,<br />
waarmee dus de reserves vergroot werd<strong>en</strong>.<br />
In het verled<strong>en</strong> heeft de ontwikkeling <strong>van</strong> technologie geleid tot aanzi<strong>en</strong>lijke kost<strong>en</strong> daling<strong>en</strong> in de exploratie,<br />
ontwikkeling <strong>en</strong> productie, terwijl de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de totale reserves bleef groei<strong>en</strong>. Deze ontwikkeling<br />
zal niet stil blijv<strong>en</strong> staan. T<strong>en</strong> dele zal deze kost<strong>en</strong>daling comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> voor het feit dat er in<br />
steeds meer afgeleg<strong>en</strong>, klimatologisch onvri<strong>en</strong>delijke gebied<strong>en</strong> naar kleinere voorkom<strong>en</strong>s gezocht zal<br />
moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Voor wat betreft de toegepaste technologie zal de off-shore productie aan belang winn<strong>en</strong> (diepere water<strong>en</strong>,<br />
Arctic), terwijl verbeterde winningstechniek<strong>en</strong> (EOR/EGR) zich verder zull<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Indicaties<br />
hier<strong>van</strong> zijn te vind<strong>en</strong> in de strategie <strong>van</strong> de majors, die zich zegg<strong>en</strong> te richt<strong>en</strong> op dit soort moeilijke<br />
‘frontier’ project<strong>en</strong>, bij gebrek aan toegang tot interessante, grootschalige project<strong>en</strong> in de traditionele<br />
gebied<strong>en</strong>. Daarnaast zal het exploratie onderzoek zich waarschijnlijk verder ontwikkel<strong>en</strong> in simulatie <strong>en</strong><br />
schattingstechniek<strong>en</strong>.<br />
Beschikbaarheid <strong>van</strong> olievoorkom<strong>en</strong>s als functie <strong>van</strong> de marktprijs<br />
Bron: IEA, 2005<br />
Aardgas is e<strong>en</strong> schone, veelzijdige <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig te controler<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiebron, die in<br />
huishoud<strong>en</strong>s, de industrie <strong>en</strong> de elektriciteitsopwekking in Europa, Noord- <strong>en</strong> Zuid-<br />
Amerika <strong>en</strong> Azië e<strong>en</strong> belangrijke plaats inneemt. Op dit mom<strong>en</strong>t voorziet gas in ongeveer<br />
e<strong>en</strong> kwart <strong>van</strong> de totale primaire <strong>en</strong>ergiebehoefte op wereldschaal. Verdere<br />
groei <strong>van</strong> de gasconsumptie wordt verwacht, als gevolg <strong>van</strong> de relatief lage CO2uitstoot,<br />
in vergelijking met kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong>.<br />
In vergelijking met olie is er bij gas meer zekerheid over de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de reserves<br />
(Figuur 8) <strong>en</strong> over de toereik<strong>en</strong>dheid hier<strong>van</strong>. De hoeveelheid is vergelijkbaar, maar<br />
de huidige <strong>en</strong> cumulatieve consumptie ligt aanzi<strong>en</strong>lijk lager. De voornaamste uitdaging<br />
voor de ontwikkeling <strong>van</strong> gas is de noodzaak tot het aanlegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> om<strong>van</strong>grijke<br />
transport- <strong>en</strong> distributiesystem<strong>en</strong>, naast de investering<strong>en</strong> in exploratie <strong>en</strong> winning.<br />
Gasvoorkom<strong>en</strong>s die te ver <strong>van</strong> c<strong>en</strong>tra <strong>van</strong> consumptie afligg<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> daarom tot<br />
voor kort niet interssant gevond<strong>en</strong> door de industrie <strong>en</strong> niet tot de reserves gerek<strong>en</strong>d.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
21
De huidige ontwikkeling <strong>van</strong> Liquified Natural Gas (LNG)-ket<strong>en</strong>s zou aan deze situatie<br />
e<strong>en</strong> einde kunn<strong>en</strong> gaan mak<strong>en</strong>.<br />
Figuur 8 Bek<strong>en</strong>de gasvoorkom<strong>en</strong>s wereldwijd<br />
E<strong>en</strong> belangrijk geografisch elem<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> de gasvoorzi<strong>en</strong>ing is de<br />
afstand waarover gas getransporteerd wordt <strong>van</strong> de winningslocatie naar de<br />
afnemers. Economische overweging<strong>en</strong> gaan er<strong>van</strong> uit dat de exploratie, de ontwikkeling<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> de winning zo dicht mogelijk bij de afnemers plaatsvind<strong>en</strong>.<br />
Transport is duur, het vermindert de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> <strong>van</strong> het gas voor produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verbruikers <strong>en</strong> het reduceert de mogelijkhed<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> flexibele inzet <strong>van</strong> het gas, om<br />
dagelijkse <strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>spatron<strong>en</strong> in afname te dekk<strong>en</strong>.<br />
Er wordt veel gas gewonn<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>hang met olie. Deze zog<strong>en</strong>aamde jointproduction<br />
heeft traditioneel tot grote problem<strong>en</strong> geleid, bij het tegelijkertijd afstemm<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> het aanbod <strong>van</strong> gas én olie op de vraag. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was de verkoop <strong>van</strong> dit<br />
gas vaak niet winstgev<strong>en</strong>d, omdat het zover <strong>van</strong> pot<strong>en</strong>tiële klant<strong>en</strong> plaatsvond <strong>en</strong><br />
transport per pijpleiding te duur of onmogelijk was. Pas rec<strong>en</strong>telijk zijn de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
e<strong>en</strong> Liquified Natural Gas (LNG)-systeem, inclusief het vloeibaar mak<strong>en</strong>, het transport<br />
<strong>en</strong> het weer in gasvormige toestand terugbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zover gedaald dat LNG e<strong>en</strong><br />
perspectief geword<strong>en</strong> is. Daarmee zull<strong>en</strong> geografische patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> gasvoorzi<strong>en</strong>ing<br />
zich radicaal gaan wijzig<strong>en</strong>.<br />
22<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
2.5 Uranium<br />
Belangrijke spelers op de exploratiemarkt<br />
De prospectie wordt uitgevoerd door of in opdracht <strong>van</strong> de grote internationale of nationale <strong>en</strong>ergie-<br />
maatschappij<strong>en</strong>. Zij schakel<strong>en</strong> hiervoor veelal gespecialiseerde bedrijv<strong>en</strong> in. De grootste op dit terrein<br />
wereldwijd zijn Halliburton (ca. 100.000 medewerkers), Schlumberger (ca. 70.000 medewerkers) <strong>en</strong><br />
Baker Hughes (ca. 35.000 medewerkers). Deze bedrijv<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> e<strong>en</strong> breed spectrum <strong>van</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan<br />
de <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>. Zo lever<strong>en</strong> zij apparatuur, expertise <strong>en</strong> personeel voor exploratie- <strong>en</strong> exploi-<br />
tatieboring<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het beheer <strong>van</strong> de <strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> mijn<strong>en</strong>. De bedrijv<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong> ook weg<strong>en</strong>, platforms<br />
<strong>en</strong> pijpleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> medewerkers <strong>en</strong> voertuig<strong>en</strong> naar de winninglocatie. Van de g<strong>en</strong>oemde be-<br />
drijv<strong>en</strong> verricht Schlumberger het meeste prospectie-onderzoek, via haar maatschappij WesternGeco.<br />
Er zijn ook vele kleinere <strong>en</strong> meer gespecialiseerde bedrijv<strong>en</strong> op de markt <strong>van</strong> geologisch <strong>en</strong> geofysisch<br />
onderzoek, waar<strong>van</strong> dicht bij huis Fugro <strong>en</strong> Compagnie G<strong>en</strong>erale de Geophysique goede voorbeeld<strong>en</strong><br />
zijn. In deelsegm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> deze bedrijv<strong>en</strong> tot de wereldtop.<br />
Uranium komt over de hele wereld voor in verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> geste<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />
rivier- <strong>en</strong> zeewater. In veel gevall<strong>en</strong> gaat het om zeer lage conc<strong>en</strong>traties die niet, of<br />
niet gemakkelijk gewonn<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> aantal plaats<strong>en</strong> komt<br />
uranium in voldo<strong>en</strong>de conc<strong>en</strong>tratie voor om door middel <strong>van</strong> mijnbouw gewonn<strong>en</strong> te<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
De voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> uranium word<strong>en</strong> door de Nuclear Energy Ag<strong>en</strong>cy <strong>en</strong> de International<br />
Atomic Energy Ag<strong>en</strong>cy in e<strong>en</strong> aantal categorieën ingedeeld (NEA & IAEA,<br />
2006). E<strong>en</strong> gangbare indeling is die naar kwaliteit (gehalte of ‘grade’ + hoeveelheid of<br />
‘tonnage’) <strong>van</strong> het erts:<br />
zeer hoge kwaliteit erts (> 10% U);<br />
hoge kwaliteit erts (‡ 2% U);<br />
lage kwaliteit erts (0,1% U).<br />
Ter vergelijking: de gemiddelde conc<strong>en</strong>tratie <strong>van</strong> uranium in de aardkorst (Clark<br />
Value) bedraagt 3 ppm of 3 gram/ton.<br />
Ook zijn er verschill<strong>en</strong>de locaties waarin uranium e<strong>en</strong> ‘bijproduct’ is in het erts dat<br />
wordt gewonn<strong>en</strong>. Voorrad<strong>en</strong> in Australië betreff<strong>en</strong> deels geassocieerd uranium in kopererts<strong>en</strong><br />
(Olympic Dam). Voorrad<strong>en</strong> in Zuid-Afrika zijn deels geassocieerd uranium<br />
in gouderts<strong>en</strong> (Witwatersrand).<br />
Uraniumwinning heeft specifieke <strong>en</strong> langjarige effect<strong>en</strong> op het milieu in de omgeving<br />
<strong>van</strong> de winninglocatie <strong>en</strong> op de gezondheid <strong>van</strong> de daar aanwezige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Deze<br />
effect<strong>en</strong> word<strong>en</strong> behandeld in het hoofdstuk duurzame ontwikkeling.<br />
Uranium komt wereldwijd op e<strong>en</strong> groot aantal plekk<strong>en</strong> voor, maar de conc<strong>en</strong>tratie <strong>en</strong><br />
winbaarheid hier<strong>van</strong> variër<strong>en</strong> sterk. Figuur 9 geeft e<strong>en</strong> indruk <strong>van</strong> het voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
uranium wereldwijd. Canada, Australië <strong>en</strong> Kazachstan herberg<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk meer<br />
dan de helft <strong>van</strong> de wereldvoorrad<strong>en</strong> uranium (NEA & IAEA, 2006).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
23
Figuur 9 Uranium voorrad<strong>en</strong> wereldwijd<br />
Bron: http://japanfocus.org/products/details/1626.<br />
In Figuur 10 is de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong> per land gegev<strong>en</strong>. Daarbij is per land<br />
aangegev<strong>en</strong> welk deel <strong>van</strong> het totaal bestaat uit – qua hoeveelheid <strong>en</strong> uranium graad<br />
– precies(er) bek<strong>en</strong>de (RAR) <strong>en</strong> minder precies bek<strong>en</strong>de (IR) voorrad<strong>en</strong>. Ook is aangegev<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> welke prijs deze voorrad<strong>en</strong> (waarschijnlijk) winbaar zijn.<br />
Figuur 10 Voorrad<strong>en</strong> uranium in 2005 (uranium in erts)<br />
ton<br />
24<br />
1.400.000<br />
1.200.000<br />
1.000.000<br />
800.000<br />
600.000<br />
400.000<br />
200.000<br />
0<br />
Australie<br />
Kazakhstan<br />
Bron: NEA & IAEA, 2006.<br />
Canada<br />
USA<br />
Voorrad<strong>en</strong> uranium in 2005<br />
Zuid-Afrika<br />
Namibie<br />
IR 80-130<br />
IR
Door OECD <strong>en</strong> IAEA word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de Engelstalige definities gegev<strong>en</strong>:<br />
‘Reasonably Assured Resources’ (RAR) have a high assurance of exist<strong>en</strong>ce<br />
according to the tonnages, grades, recoverability of the uranium and cost assessm<strong>en</strong>t.<br />
‘Inferred Resources’ (IR) (previously Estimated Additional Resources) are basically<br />
geometrically less known ext<strong>en</strong>sions (larger drilling patterns) of the previous (RAR) but<br />
are likely to have similar geological, technical and economic characteristics.<br />
Het betreft in beide gevall<strong>en</strong> ‘Id<strong>en</strong>tified Resources’: ‘Resources that are precisely<br />
positioned geographically (betwe<strong>en</strong> the meter to the hectometer scale or at the<br />
shovel scale)’.<br />
De algem<strong>en</strong>e verwachting is dat mede door de stijg<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergievraag in India <strong>en</strong><br />
China ook het opgestelde vermog<strong>en</strong> aan kern<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> daarmee de vraag naar<br />
uranium zal to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. De cumulatieve consumptie in de periode tot aan 2025 wordt<br />
geschat op 1,8 - 2,1 Mton, terwijl het verwachte aanbod in deze periode uit de mijnbouwsector,<br />
inclusief alle nieuwe mijnbouw project<strong>en</strong>, 1,6 Mton bedraagt. Er zal naar<br />
verwachting dus marktfrictie op gaan tred<strong>en</strong> (CIEP/CE, 2006).<br />
Uiteindelijk winbare voorkom<strong>en</strong>s<br />
Twee perspectiev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gehanteerd word<strong>en</strong> met betrekking tot de uiteindelijk winbare voorkom<strong>en</strong>s<br />
(de ultimately recoverable resources). De Peak oil beweging voorspelt dat de olieproductie - bijna - zijn<br />
hoogtepunt bereikt heeft <strong>en</strong> daarna alle<strong>en</strong> nog kan afnem<strong>en</strong>, terwijl de andere d<strong>en</strong>kschool olie reserves<br />
als e<strong>en</strong> dynamisch f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g bepaald wordt door vraag, aanbod <strong>en</strong><br />
technologische ontwikkeling. Deze school is optimistischer over de uiteindelijk produceerbare hoeveelhed<strong>en</strong><br />
olie <strong>en</strong> gas.<br />
Peak oil gaat uit <strong>van</strong> de gedachte dat er langzamerhand e<strong>en</strong> einde komt aan de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
olie-industrie om voldo<strong>en</strong>de olie te producer<strong>en</strong> om aan de vraag te voldo<strong>en</strong>. De in om<strong>van</strong>g belangrijkste<br />
voorkom<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> geacht inmiddels ontdekt <strong>en</strong> in productie g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te zijn. Toevoeging<strong>en</strong> aan het<br />
productiepot<strong>en</strong>tieel zull<strong>en</strong> daarom kleiner <strong>van</strong> om<strong>van</strong>g, e<strong>en</strong> kleinere capaciteit hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> duurder zijn,<br />
waardoor het steeds moeilijker is om aan de steeds verder stijg<strong>en</strong>de vraag te voldo<strong>en</strong>.<br />
Andere organisaties, waaronder het International Energy Ag<strong>en</strong>cy (IEA), stell<strong>en</strong> dat de sterke prijsstijging<br />
de oliemaatschappij<strong>en</strong> in OPEC <strong>en</strong> non-OPEC-gebied<strong>en</strong> ertoe aan zal zett<strong>en</strong> om te gaan invester<strong>en</strong>. De<br />
hogere olieprijs zou ook het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> producer<strong>en</strong> <strong>van</strong> olie in diep water <strong>en</strong> verder afgeleg<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong><br />
rechtvaardig<strong>en</strong>. Daarmee zal er op termijn voldo<strong>en</strong>de olie beschikbaar blijv<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogere prijs<br />
dan in het verled<strong>en</strong>, maar wellicht onder de prijs <strong>van</strong> 2006 (in reële prijz<strong>en</strong>).<br />
Het statisch perspectief<br />
Lange tijd hebb<strong>en</strong> de wereld oliereserves e<strong>en</strong> kleine maar gestage groei gek<strong>en</strong>d, wat betek<strong>en</strong>de dat de<br />
ontdekking <strong>en</strong> waardering <strong>van</strong> nieuwe reserves in gelijke pas verliep met de winning <strong>van</strong> bestaande<br />
reserves. De meeste geolog<strong>en</strong> gaan uit <strong>van</strong> het concept <strong>van</strong> e<strong>en</strong> vrijwel vaste om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s<br />
<strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergie die afnem<strong>en</strong> zodra er winning plaatsvindt. Met betrekking tot olie wordt gesteld dat<br />
er maar weinig nieuwe veld<strong>en</strong> zijn ontdekt sinds het midd<strong>en</strong> <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong> ‘70s <strong>en</strong> dat de meeste opwaardering<strong>en</strong><br />
in reserves het gevolg zijn <strong>van</strong> opwaardering <strong>en</strong> aanpassing <strong>van</strong> voordi<strong>en</strong> ondergewaardeerde<br />
bestaande reserves <strong>en</strong> verbeterde winningtechniek<strong>en</strong> (Hatfield, 1997; Campbell and Laherrere,<br />
1998).<br />
Het dynamisch perspectief<br />
Econom<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> olie <strong>en</strong> gasreserves als e<strong>en</strong> aandeel <strong>van</strong> het totale voorkom<strong>en</strong> aan fossiele <strong>en</strong>ergie in<br />
de aardkorst. Het volume <strong>van</strong> dat aandeel wordt bepaald door k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> technologie op het gebied <strong>van</strong><br />
exploratie, evaluatie <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de productie <strong>en</strong> het transport <strong>van</strong> de olie <strong>en</strong> het gas <strong>en</strong> door de<br />
bereidheid te invester<strong>en</strong> in deze activiteit<strong>en</strong>. Deze bereidheid tot invester<strong>en</strong> vloeit voort uit het uitzicht<br />
op voldo<strong>en</strong>de winst<strong>en</strong>, gegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaald kost<strong>en</strong>niveau <strong>en</strong> de zekerheid <strong>van</strong> voldo<strong>en</strong>de vraag op<br />
langere termijn.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
25
3 Analytisch kader voor toekomstverk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong><br />
Het doel <strong>van</strong> dit <strong>rapport</strong> is inzicht te verschaff<strong>en</strong> in de betrouwbaarheid inzake gegev<strong>en</strong>s<br />
m.b.t. de toekomstige beschikbaarheid <strong>van</strong> de fossiele <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>, kol<strong>en</strong>,<br />
olie, gas <strong>en</strong> uranium. Hoe verloopt de exploratie <strong>en</strong> winning <strong>van</strong> deze <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong><br />
<strong>en</strong> wat zijn de consequ<strong>en</strong>ties daar<strong>van</strong> voor de beschikbaarheid? Deze vraagstelling<br />
richt zich primair op de aanbodzijde <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> in het bijzonder de<br />
opsporing <strong>en</strong> de winning; de up-stream kant <strong>van</strong> de sector. Waar nodig wordt ook<br />
aandacht besteed aan de down-stream segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> dus ook<br />
aan de vraagzijde.<br />
Zoals hieronder aangegev<strong>en</strong> wordt de beschikbaarheid <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers, kol<strong>en</strong>,<br />
olie <strong>en</strong> gas, voor e<strong>en</strong> belangrijk deel bepaald door de structuur <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong><br />
die in fysieke zin de opwaartse stroom <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers uit de aarde, via<br />
transport <strong>en</strong> conversie naar de eindgebruikers vorm geeft, <strong>en</strong> in economische zin de<br />
beloning voor investering<strong>en</strong> door de verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> in die ket<strong>en</strong> bepaald. Zowel<br />
de fysieke als de financieel economische strom<strong>en</strong>, door de ket<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in grote<br />
lijn<strong>en</strong> bepaald door instituties; regels die vorm krijg<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> context <strong>van</strong> politieke<br />
doelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> machtsverhouding<strong>en</strong>. Verder zijn ruimtelijke <strong>en</strong> geofysische patron<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> technische karakteristiek<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang.<br />
3.1 De waardeket<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> geschikte manier om e<strong>en</strong> dergelijk systeem weer te gev<strong>en</strong> is de waardeket<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> waardeket<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> specifieke sector beschrijft de ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
in het proces <strong>van</strong> het winn<strong>en</strong>, bewerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergievorm<strong>en</strong>.<br />
De mate <strong>van</strong> detail kan variër<strong>en</strong> per segm<strong>en</strong>t, afhankelijk <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong><br />
de analyse, maar het is <strong>van</strong> belang dat de onderlinge afhankelijkheid in de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> deze segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> duidelijk gemaakt kan word<strong>en</strong>. Tegelijkertijd maakt het gebruik<br />
<strong>van</strong> het concept <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> het mogelijk om verschill<strong>en</strong>de ‘strom<strong>en</strong>’ in<br />
e<strong>en</strong> sector te onderscheid<strong>en</strong> <strong>en</strong> die met elkaar in verband te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Enerzijds is dat de fysieke stroom <strong>van</strong> de fossiele <strong>en</strong>ergie, bijvoorbeeld de voorkom<strong>en</strong>s<br />
aan ruwe olie, de winning daar<strong>van</strong>, het transport, de raffinage <strong>en</strong> de eindproduct<strong>en</strong><br />
die uiteindelijk in verschill<strong>en</strong>de markt<strong>en</strong> afgezet word<strong>en</strong>.<br />
Anderzijds bestaat er e<strong>en</strong> parallelle stroom <strong>van</strong> monetaire transacties tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De ess<strong>en</strong>tie hierbij is dat er in die verschill<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
toegevoegde waarde gecreëerd wordt door fysieke bewerking<strong>en</strong> of transport of opslag<br />
<strong>en</strong> uiteindelijk door de verkoop <strong>van</strong> de ‘<strong>en</strong>ergieproduct<strong>en</strong>’ aan afnemers die bereid<br />
zijn e<strong>en</strong> prijs te betal<strong>en</strong> die gerelateerd is aan het nut dat zij aan de uiteindelijke<br />
<strong>en</strong>ergiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
26<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 11 Waardeket<strong>en</strong><br />
Manier <strong>van</strong> coördinatie <strong>en</strong> investering<strong>en</strong><br />
↓ ↓ ↓ ↓ ↓ ↓<br />
Opsporing → Winning → Bewerking → Transport<br />
Beloning<br />
uitvoerders<br />
← Grondstof<br />
Prijs<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
← Groothandels<br />
Prijs product<br />
→ Detailhandel → Verbruik<br />
← transport ← retailprijs ← ‘Nut’<br />
Verder zijn de investering<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang, die nodig zijn om del<strong>en</strong> <strong>van</strong> het systeem in<br />
de loop <strong>van</strong> de tijd aan te pass<strong>en</strong> aan ontwikkeling<strong>en</strong> in vraag <strong>en</strong> aanbod. E<strong>en</strong> belangrijke<br />
driver voor deze investering<strong>en</strong> is de mate waarin bepaalde actor<strong>en</strong> profiter<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de toegevoegde waarde die in het systeem geg<strong>en</strong>ereerd is. Dit is niet alle<strong>en</strong><br />
- of zelfs maar in geringe mate - afhankelijk <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de bewerkingsstapp<strong>en</strong>.<br />
Ook factor<strong>en</strong> als marktmacht, schaalvoordel<strong>en</strong>, innovatie, relatieve<br />
efficiëntie verschill<strong>en</strong> <strong>en</strong> (geo)politiek zijn in sterke mate bepal<strong>en</strong>d voor de verdeling<br />
<strong>van</strong> de toegevoegde waarde <strong>en</strong> de impact daar<strong>van</strong> op investeringsbeslissing<strong>en</strong>.<br />
Op termijn is het <strong>van</strong> belang dat er balans blijft bestaan tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>, anders ontstaan er bottl<strong>en</strong>ecks <strong>en</strong> onderbezetting<br />
<strong>van</strong> die segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Dit vereist e<strong>en</strong> hoge mate <strong>van</strong> afstemming, of coördinatie, in de<br />
investering<strong>en</strong> in die segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijke vraag is hoe deze coördinatie tot<br />
stand gebracht wordt. Aan de <strong>en</strong>e kant kan ‘de markt’ daar zorg voor drag<strong>en</strong>, waarbij<br />
alle pot<strong>en</strong>tiële produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> naar te verwacht<strong>en</strong> winst<strong>en</strong> die voorvloei<strong>en</strong> uit<br />
schaarste aan product<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, om daar vervolg<strong>en</strong>s (al dan niet) in te invester<strong>en</strong>.<br />
Aan de andere kant kunn<strong>en</strong> markt<strong>en</strong> zodanig slecht functioner<strong>en</strong>, door kleine aantall<strong>en</strong><br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, door gebrek aan informatie, hoge investeringskost<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s <strong>en</strong><br />
mogelijkhed<strong>en</strong> tot strategisch gedrag, dat er expliciete coördinatie moet plaatsvind<strong>en</strong><br />
om investering<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. Deze coördinatie kan onder auspiciën <strong>van</strong> de<br />
overheid plaatsvind<strong>en</strong>, door regulering of publiek eig<strong>en</strong>dom, of door private partij<strong>en</strong><br />
georganiseerd word<strong>en</strong>, in kartels, vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> associaties of andere afsprak<strong>en</strong>. Bek<strong>en</strong>de<br />
voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> private kartels zijn het Sev<strong>en</strong> Sisters kartel <strong>en</strong> OPEC in de<br />
olieindustrie.<br />
De structuur <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> is verschill<strong>en</strong>d voor kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium.<br />
Inzicht in deze specifieke structur<strong>en</strong> is ess<strong>en</strong>tieel om de ontwikkeling <strong>van</strong> deze system<strong>en</strong><br />
te kunn<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong> <strong>en</strong> om uitsprak<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> over hun verdere ontwikkeling.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is duidelijk dat de structur<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>s verander<strong>en</strong><br />
door ontwikkeling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de ket<strong>en</strong>s, zoals de ontwikkeling <strong>van</strong> technologie, ruimtelijke<br />
verschuiving<strong>en</strong> <strong>van</strong> activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> schaalaspect<strong>en</strong>, maar ook door zak<strong>en</strong> die<br />
zich feitelijk buit<strong>en</strong> de ket<strong>en</strong> afspel<strong>en</strong>. Belangrijke f<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn hier: economische<br />
groei, de interv<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong>, geopolitiek, wederom technologische ontwikkeling,<br />
sociale <strong>en</strong> ideologische verschuiving<strong>en</strong>, etc.<br />
De vraag naar <strong>en</strong>ergie<br />
Bij het functioner<strong>en</strong> <strong>van</strong> de markt<strong>en</strong> voor <strong>en</strong>ergieproduct<strong>en</strong> is het belangrijk om onderscheid<br />
te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de korte <strong>en</strong> de lange termijn (Zie Tabel 2). Op de langere<br />
termijn kunn<strong>en</strong> er, gestimuleerd via het prijsmechanisme <strong>en</strong> door technologische <strong>en</strong><br />
27
sociaal-economische ontwikkeling, allerlei aanpassing<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> in zowel de<br />
vraag als het aanbod. Op korte termijn - minder dan e<strong>en</strong> jaar - zijn veel <strong>van</strong> de factor<strong>en</strong><br />
die vraag- <strong>en</strong> aanbod bepal<strong>en</strong> statisch <strong>van</strong> aard, waardoor variaties in vraag <strong>en</strong><br />
aanbod vooral tot verandering<strong>en</strong> in de prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorrad<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Het is vooral op<br />
de kortere termijn dat we de effect<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> <strong>van</strong> conflict<strong>en</strong>, speculatieve beweging<strong>en</strong><br />
in prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderbreking<strong>en</strong> in het aanbod.<br />
Op de korte termijn leidt e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> de vraag, bij e<strong>en</strong> gelijkblijv<strong>en</strong>d of dal<strong>en</strong>d<br />
aanbod, tot e<strong>en</strong> prijsstijging. E<strong>en</strong> afname <strong>van</strong> de vraag of e<strong>en</strong> stijging <strong>van</strong> het aanbod<br />
leid<strong>en</strong> tot prijsdaling. Deze prijsverandering<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de mate<br />
<strong>van</strong> invloed op de hoeveelhed<strong>en</strong> product<strong>en</strong> die door de diverse typ<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> begrip dat vaak wordt aangeduid met prijselasticiteit <strong>van</strong> de<br />
vraag. Sommige verbruikers, zoals de elektriciteitsproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zijn sterk gevoelig<br />
voor prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> pass<strong>en</strong> hun verbruik snel aan. Zij kunn<strong>en</strong>, bijvoorbeeld, onmiddellijk<br />
andere <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>, bijvoorbeeld kol<strong>en</strong> of gas, in kunn<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> portfolio<br />
aan opwekkingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, of hebb<strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> voor dual-firing, waarbij olie <strong>en</strong><br />
gas in dezelfde installatie ingezet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Bij andere afnemers word<strong>en</strong> hun<br />
activiteit<strong>en</strong> zodanig onr<strong>en</strong>dabel bij hogere brandstofkost<strong>en</strong> dat zij stopp<strong>en</strong>, of hun<br />
activiteit<strong>en</strong> verplaats<strong>en</strong> naar land<strong>en</strong> met lagere <strong>en</strong>ergieprijz<strong>en</strong>. Weer andere consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
zijn minder prijsgevoelig <strong>en</strong> gaan door met verbruik<strong>en</strong>, ondanks de hogere<br />
kost<strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong> hier<strong>van</strong> zijn te vind<strong>en</strong> in het transport sector, waar ge<strong>en</strong> realistische<br />
alternatiev<strong>en</strong> bestaan voor b<strong>en</strong>zine, diesel <strong>en</strong> LPG. In het theoretische model<br />
bied<strong>en</strong> de verbruikers teg<strong>en</strong> elkaar op met prijz<strong>en</strong> die de waarde weerspiegel<strong>en</strong> die<br />
de brandstof voor h<strong>en</strong> heeft. Uiteindelijk wordt de beschikbare olie verkocht aan die<br />
verbruikers die er relatief de hoogste prijz<strong>en</strong> voor over hebb<strong>en</strong>. Dit complexe spel In<br />
wordt in de praktijk gespeeld door oliemaatschappij<strong>en</strong>, handelar<strong>en</strong> <strong>en</strong> grootverbruikers.<br />
Kleinverbruikers zull<strong>en</strong> de prijs accepter<strong>en</strong> <strong>en</strong> brandstof aanschaff<strong>en</strong> of toch<br />
besluit<strong>en</strong> minder te consumer<strong>en</strong>.<br />
Op de langere termijn hebb<strong>en</strong> aanpassing<strong>en</strong>, <strong>en</strong>erzijds, het karakter <strong>van</strong> verschuiving<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> (zie<br />
Figuur 12). Bij e<strong>en</strong> langdurig hoger niveau <strong>van</strong> de olieprijs zi<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong><br />
het gebruik <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> aardgas <strong>en</strong> <strong>van</strong> ‘alternatieve’ <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>, zoals de<br />
wind <strong>en</strong> de zon. Hierbij wordt olie het eerst ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong> in toepassing<strong>en</strong> waarbij het<br />
minste belang wordt gehecht de specifieke voordel<strong>en</strong> <strong>van</strong> olieproduct<strong>en</strong>, namelijk de<br />
makkelijke vervoerbaarheid <strong>en</strong> opslag <strong>en</strong> de hoge <strong>en</strong>ergie-inhoud per e<strong>en</strong>heid<br />
gewicht of volume. De inzet <strong>van</strong> alternatiev<strong>en</strong> zal gestimuleerd word<strong>en</strong> door investering<strong>en</strong><br />
in onderzoek <strong>en</strong> ontwikkeling <strong>en</strong> door de versnelde toepassing. Anderzijds<br />
vind<strong>en</strong> er verandering<strong>en</strong> plaats in de <strong>en</strong>ergie-int<strong>en</strong>siteit <strong>van</strong> activiteit<strong>en</strong>: bij hoge<br />
<strong>en</strong>ergieprijz<strong>en</strong> is het winstgev<strong>en</strong>d om te invester<strong>en</strong> in de ontwikkeling <strong>en</strong> toepassing<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiebespar<strong>en</strong>de technologie. Hoge olieprijz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op termijn dus tot gevolg<br />
dat er steeds zuiniger met olie wordt omgegaan, waardoor de vraag afneemt.<br />
Lage olieprijz<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> hogere <strong>en</strong>ergie-int<strong>en</strong>siteit <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> het aandeel <strong>van</strong><br />
olie in de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Hieruit blijkt dat er e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk verschil<br />
kan bestaan tuss<strong>en</strong> de korte- <strong>en</strong> de lange-termijn prijselasticiteit <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergievraag<br />
(zie Brookes, 2000, 2004).<br />
28<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 12 Ontwikkeling inzet <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> 1965-2005<br />
Mtoe<br />
12000,0<br />
10000,0<br />
8000,0<br />
6000,0<br />
4000,0<br />
2000,0<br />
0,0<br />
1965 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Oil Natural Gas Coal Hydro Nuclear<br />
Bron: Berek<strong>en</strong>d op basis <strong>van</strong> BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
Tabel 2 Vraag <strong>en</strong> aanbod <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie op de korte <strong>en</strong> lange termijn.<br />
Vraag naar Energie Korte termijn factor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
invloed<br />
- Activiteit<strong>en</strong> (soort, schaal) - Marktstructuur<br />
- Energiedragers<br />
- Prijsvorming <strong>en</strong> contract<strong>en</strong><br />
- Mogelijkheid tot substitutie - Variabele kost<strong>en</strong><br />
- Opslag<br />
- Beleid<br />
- Locatie<br />
- Belasting<strong>en</strong><br />
- Weer, etc.<br />
- Regulering<br />
Vraag naar Energie Lange termijn factor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
invloed<br />
Investering<strong>en</strong> in:<br />
- Prijsrisico<br />
- Efficiëntie<br />
- Volume risico<br />
- Verandering<strong>en</strong> in consumptie- - Integrale kost<strong>en</strong><br />
patroon<br />
- Technologieontwikkeling<br />
- Substitutiemogelijkhed<strong>en</strong> - Ideologie, socio- <strong>en</strong> geo-<br />
- Opslag<br />
politieke verhouding<strong>en</strong><br />
- Verplaatsing<br />
- Stabiliteit<br />
Aanbod <strong>van</strong> Energie<br />
- Productie (soort,<br />
schaal)<br />
- Opslag<br />
- Transport<br />
- Conversie<br />
- Locatie<br />
- Rramp<strong>en</strong>, oorlog, etc.<br />
Aanbod <strong>van</strong> Energie<br />
- Investering<strong>en</strong> in:<br />
- Productie (soort,<br />
schaal)<br />
- Transport<br />
- Opslag<br />
- Conversie<br />
- Verplaatsing<br />
De prijs is echter niet de <strong>en</strong>ige vraagbepal<strong>en</strong>de factor. In algem<strong>en</strong>e zin wordt de behoefte<br />
aan <strong>en</strong>ergie bepaald door de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de economie <strong>en</strong> de structuur er<strong>van</strong>.<br />
Dit f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> wordt aangeduid met de inkom<strong>en</strong>selasticiteit <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergievraag. E<strong>en</strong><br />
hoog niveau aan activiteit<strong>en</strong> gaat meestal gepaard met e<strong>en</strong> grote <strong>en</strong>ergievraag.<br />
Landbouwgerichte economieën hebb<strong>en</strong> per hoofd <strong>van</strong> de bevolking vaak e<strong>en</strong> laag<br />
inkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> relatief laag <strong>en</strong>ergiegebruik. In industrialiser<strong>en</strong>de economieën, zoals<br />
bijvoorbeeld in Zuid-Oost-Azië <strong>en</strong> China, stijg<strong>en</strong> het bruto nationale product <strong>en</strong> de<br />
<strong>en</strong>ergiebehoefte meestal in e<strong>en</strong> 1-op-1 verhouding door het <strong>en</strong>ergie-int<strong>en</strong>sieve<br />
karakter <strong>van</strong> veel industrietakk<strong>en</strong>. In de postindustriële, di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>georiënteerde, eco-<br />
29
nomie <strong>van</strong> de meeste OECD-land<strong>en</strong> groeit de <strong>en</strong>ergiebehoefte relatief minder hard<br />
dan de economie. Hier wordt de <strong>en</strong>ergievraag voor e<strong>en</strong> groot deel bepaald door de<br />
om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het transport <strong>van</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de stijg<strong>en</strong>de vraag naar elektriciteit<br />
in huishoud<strong>en</strong>s, door het to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de bezit <strong>van</strong> comfortverhog<strong>en</strong>de apparat<strong>en</strong>,<br />
witgoed <strong>en</strong> communicatiemiddel<strong>en</strong>. Prijz<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergiedragers<br />
hebb<strong>en</strong> in deze verhouding<strong>en</strong> vooral e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>d effect voor de soort <strong>en</strong>ergiedrager<br />
die gebruikt wordt. Hier is sprake <strong>van</strong> de kruislingse elasticiteit, waarbij e<strong>en</strong> verandering<br />
in de prijs <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bepaalde <strong>en</strong>ergiedrager <strong>van</strong> invloed is op de vraag naar e<strong>en</strong><br />
andere (Schipper, 1992; Darmstadter, 1977)<br />
E<strong>en</strong> belangrijke overweging in dit verband is dat verhoging <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergie-efficiëntie<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> toepassing<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> afname <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiebehoefte<br />
leidt in die specifieke toepassing<strong>en</strong>, maar ook tot e<strong>en</strong> grotere inzet <strong>van</strong> die<br />
toepassing<strong>en</strong>. Juist <strong>van</strong>wege de <strong>en</strong>ergiekost<strong>en</strong>verlaging neemt de populariteit toe.<br />
Dit staat bek<strong>en</strong>d als het zog<strong>en</strong>aamde rebound effect (zie Brookes, 2000, 2004).<br />
3.2 Het aanbod <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie<br />
Aan de vraagkant hebb<strong>en</strong> aanpassing<strong>en</strong> aan de marktomstandighed<strong>en</strong> betrekking op<br />
verandering<strong>en</strong> in het gedrag <strong>van</strong> miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>van</strong> ontwikkelaars <strong>en</strong><br />
verkopers <strong>van</strong> apparat<strong>en</strong> <strong>en</strong> installaties. De aanbodkant <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt bestaat<br />
echter uit e<strong>en</strong> relatief klein aantal kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium gerelateerde onderneming<strong>en</strong>.<br />
Voor de toestemming voor het zoek<strong>en</strong> naar deze delfstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> het winn<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de voorkom<strong>en</strong>s zijn deze onderneming<strong>en</strong> afhankelijk <strong>van</strong> de overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
stat<strong>en</strong> waar de reserves zich bevind<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is in veel land<strong>en</strong> de winning geheel<br />
of gedeeltelijk in eig<strong>en</strong>dom <strong>van</strong> de staat, zodat de industrie rek<strong>en</strong>ing moet<strong>en</strong><br />
houd<strong>en</strong> met de nationale belang<strong>en</strong> <strong>en</strong> de lokale politiek in productieland<strong>en</strong>.<br />
Op korte termijn zijn de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> ‘bewez<strong>en</strong>’ <strong>en</strong>ergievoorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de beschikbare<br />
capaciteit <strong>en</strong> locatie <strong>van</strong> de installaties om ze uit de grond te hal<strong>en</strong> <strong>en</strong> te transporter<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> betrekkelijk vast gegev<strong>en</strong>. Op langere termijn kunn<strong>en</strong> olie- <strong>en</strong> gasreserves<br />
aangevuld word<strong>en</strong> door te zoek<strong>en</strong> naar voorkom<strong>en</strong>s door middel <strong>van</strong> geologische<br />
studies <strong>en</strong> het bestaan er<strong>van</strong> te bewijz<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> proefboring<strong>en</strong> <strong>en</strong> schatting<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de mogelijke winning <strong>en</strong> de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> daar<strong>van</strong>. De investering<strong>en</strong> die nodig<br />
zijn voor deze exploratieactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s voor het uit de grond hal<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
transporter<strong>en</strong> <strong>van</strong> ruwe olie, gas <strong>en</strong> kol<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>orm. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is er nooit e<strong>en</strong> garantie<br />
op succes bij de exploratieboring<strong>en</strong>; slechts één op de ti<strong>en</strong> boring<strong>en</strong> is succesvol.<br />
Tegelijkertijd moet er e<strong>en</strong> zekerheid aan winstgev<strong>en</strong>de afzet teg<strong>en</strong>over staan.<br />
Dat maakt de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie - het zog<strong>en</strong>aamde up-stream segm<strong>en</strong>t - e<strong>en</strong> relatief<br />
risicovolle onderneming, waarbij technische, economische, politieke <strong>en</strong> omgevingsrisico’s,<br />
e<strong>en</strong> belangrijke invloed hebb<strong>en</strong>. Dat betek<strong>en</strong>t dat de <strong>en</strong>ergieindustrie<br />
alle<strong>en</strong> maar investeert in exploratie <strong>en</strong> winning als daar e<strong>en</strong> grote zekerheid <strong>van</strong><br />
winstgev<strong>en</strong>de afzet teg<strong>en</strong>over staat, op het mom<strong>en</strong>t dat de winning aan<strong>van</strong>gt.<br />
Ook voor de down-stream installaties waarmee de ‘ruwe’ <strong>en</strong>ergie, olie, kol<strong>en</strong>, gas,<br />
uranium word<strong>en</strong> omgezet in de verschill<strong>en</strong>de ‘<strong>en</strong>ergie product<strong>en</strong>’, zoals b<strong>en</strong>zine, diesel,<br />
brikett<strong>en</strong>, gas, elektriciteit, etc., zijn grote investering<strong>en</strong> nodig.<br />
In het geval <strong>van</strong> olie zijn de voornaamste elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het transport <strong>en</strong> de opslag <strong>van</strong><br />
ruwe olie, de raffinaderij<strong>en</strong> die bij de bron of bij de afzetmarkt kunn<strong>en</strong> staan, het<br />
grootschalige transport <strong>van</strong> product<strong>en</strong> naar lokale opslag-<strong>en</strong> distributiec<strong>en</strong>tra <strong>en</strong> de<br />
distributie naar de verkooppunt<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>zinestations <strong>en</strong> grootverbruikers.<br />
30<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Bij aardgas gaat het om de behandelingsinstallaties die het gas reinig<strong>en</strong> nadat het<br />
gewonn<strong>en</strong> is. Vervolg<strong>en</strong>s voer<strong>en</strong> pijpleiding<strong>en</strong> het gas naar de afzetmarkt<strong>en</strong> waar het<br />
ev<strong>en</strong>tueel opgeslag<strong>en</strong> wordt in e<strong>en</strong> ondergrondse gasopslag, waarna het door de<br />
lokale distributi<strong>en</strong>ett<strong>en</strong> naar de verbruikers gevoerd wordt. Alternatief is het transport<br />
<strong>van</strong> aardgas dat onder hoge druk <strong>en</strong> lage temperatuur vloeibaar gemaakt bij de bron,<br />
om als Liquified Natural Gas (LNG) vervolg<strong>en</strong>s met tankers naar de afzetmarkt getransporteerd<br />
te word<strong>en</strong>, waar het weer gasvorming gemaakt wordt.<br />
In het geval <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> gaat het om de reiniging <strong>en</strong> de bewerking <strong>van</strong> de ruwe kool tot<br />
e<strong>en</strong> bruikbare vorm. Vervolg<strong>en</strong>s vorm<strong>en</strong> het grootschalige transport per tanker of<br />
trein naar de afzetmarkt, de grootschalige opslag <strong>en</strong> uiteindelijk de lokale opslag <strong>en</strong><br />
distributie de belangrijkste stapp<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>.<br />
Ook uranium doorloopt e<strong>en</strong> complex transformatieproces nadat het gewonn<strong>en</strong> is <strong>en</strong><br />
voordat het in e<strong>en</strong> kernc<strong>en</strong>trale ingezet wordt.<br />
Duidelijk is dat deze ket<strong>en</strong>s hoge investering<strong>en</strong> verg<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lange bouwtijd k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />
Het aantal locaties waar grootschalige olie- <strong>en</strong> kol<strong>en</strong>hav<strong>en</strong>s gevestigd kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> is beperkt, <strong>van</strong>wege de diepgang <strong>van</strong> de tankers <strong>en</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de complex<strong>en</strong>.<br />
Ook is het in de Westerse wereld steeds moeilijker om milieuvergunning<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> bedrijfsterrein<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong> voor dit soort activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> spel<strong>en</strong> veiligheidsafweging<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> steeds grotere rol.<br />
Het aanlegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> gaspijpleiding<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> complex proces, waarbij recht <strong>van</strong> overpad<br />
bij grondeig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> geregeld moet word<strong>en</strong>, vergunning<strong>en</strong> <strong>van</strong> transit-land<strong>en</strong> onderhandeld<br />
moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> de passage <strong>van</strong> rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> bergket<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> grote barrière<br />
kan vorm<strong>en</strong>.<br />
Ook lokaal is de vestiging <strong>van</strong> opslag-, productie- <strong>en</strong> distributieactiviteit<strong>en</strong> voor de<br />
product<strong>en</strong> ingewikkeld <strong>en</strong> duur. Doorgaans geldt dan ook dat onderneming<strong>en</strong> in de<br />
<strong>en</strong>ergiesector op de korte termijn slechts kunn<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> de bestaande,<br />
beschikbare capaciteit. Uitbreiding kost tijd <strong>en</strong> kapitaal <strong>en</strong> zal pas plaatsvind<strong>en</strong><br />
als daar e<strong>en</strong> zekerheid <strong>van</strong> winstgev<strong>en</strong>de afzetteg<strong>en</strong>over staat.<br />
Aanpassing <strong>van</strong> de productie aan e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de vraag verloopt ook niet geleidelijk. In<br />
algem<strong>en</strong>e zin blijv<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergieonderneming<strong>en</strong> producer<strong>en</strong> zolang de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> groter<br />
zijn dan de variabele kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de noodzakelijke process<strong>en</strong>. De vaste kost<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de investering<strong>en</strong> voor het zoek<strong>en</strong> naar delfstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het aanlegg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
winnings- <strong>en</strong> verwerkingsinstallaties <strong>en</strong> de transport- <strong>en</strong> opslaginfrastructuur zijn zog<strong>en</strong>aamde<br />
verzonk<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>. Deze kost<strong>en</strong> zijn aangegaan <strong>en</strong> betaald <strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
daarom niet meer in beschouwing g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij beslissing<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> bestaande<br />
capaciteit. Ondanks het feit dat de totale kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de individuele produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
niet meer gedekt word<strong>en</strong> door de lage prijz<strong>en</strong>, gaan ze dus toch door met<br />
producer<strong>en</strong>. Naarmate het aandeel vaste kost<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> proces hoger is zal dit effect<br />
sterker zijn. In de kol<strong>en</strong>industrie, waar arbeidskost<strong>en</strong> <strong>van</strong> veel groter belang zijn, is<br />
e<strong>en</strong> grotere neiging tot capaciteitsaanpassing.<br />
Aan de andere kant hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke vraag <strong>en</strong> hoge prijz<strong>en</strong> ook niet onmiddellijk<br />
effect <strong>van</strong>wege de lange constructietijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> onzekerhed<strong>en</strong> in hoeverre die situatie<br />
blijft voortbestaan op de langere termijn. Er is dus sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> vertraagde reactie<br />
<strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod op de prijs voor olie, gas <strong>en</strong> in mindere mate kol<strong>en</strong>. Econom<strong>en</strong><br />
stell<strong>en</strong> dan dat er sprake is <strong>van</strong> marktfal<strong>en</strong>; prijsignal<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> betrouwbare indicatie<br />
voor vraag <strong>en</strong> aanbod verhouding<strong>en</strong> (zie Ed<strong>en</strong>, 1992; Frankel, 1976).<br />
Hoewel de <strong>en</strong>ergiebedrijv<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> situatie <strong>van</strong> overaanbod beter af zoud<strong>en</strong> zijn als<br />
ze allemaal iets minder zoud<strong>en</strong> producer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hogere prijz<strong>en</strong>, houd<strong>en</strong> ze het<br />
overaanbod <strong>en</strong> de lage prijz<strong>en</strong> zelf in stand door voluit te blijv<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>. Het is<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
31
namelijk zo dat de bedrijv<strong>en</strong> die wél zoud<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> minder te producer<strong>en</strong> e<strong>en</strong> daling<br />
in inkomst<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong>, maar dat de concurr<strong>en</strong>tie grot<strong>en</strong>deels de vrucht<strong>en</strong><br />
plukt door de prijsstijging als gevolg <strong>van</strong> de aanbodvermindering. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> onderneming<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de kost<strong>en</strong>structur<strong>en</strong>, zodat ze niet allemaal op<br />
dezelfde manier reager<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> situatie waarin alle aanbieders erin slag<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong><br />
te mak<strong>en</strong> loont het voor individuele aanbieders om de sam<strong>en</strong>werking te ontduik<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> (stiekem) meer te producer<strong>en</strong>, te raffiner<strong>en</strong> of te verkop<strong>en</strong>. Zoals hieronder<br />
duidelijk zal word<strong>en</strong> ligt deze situatie t<strong>en</strong> grondslag aan het functioner<strong>en</strong> <strong>van</strong> OPEC<br />
op de oliemarkt. Daarvoor, tuss<strong>en</strong> 1927 <strong>en</strong> eind jar<strong>en</strong> ’50, werd de markt ‘geord<strong>en</strong>d’,<br />
ofwel gedomieerd door het kartel <strong>van</strong> de ‘Sev<strong>en</strong> Sisters’. Ook zijn er vele vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
marktord<strong>en</strong>ing bek<strong>en</strong>d in de kol<strong>en</strong>sector, waarbij zowel de industrie als overhed<strong>en</strong><br />
betrokk<strong>en</strong> zijn. In de gasindustrie zijn langetermijn contract<strong>en</strong> <strong>en</strong> overheidsbetrokk<strong>en</strong>heid<br />
belangrijke stur<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> geweest. Ook de uraniumsector k<strong>en</strong>merkt zich<br />
door vele vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> monopolie <strong>en</strong> overheidsingrijp<strong>en</strong>.<br />
Op de langere termijn zijn de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiereserves, winningsinstallaties <strong>en</strong><br />
transport- <strong>en</strong> distributiesystem<strong>en</strong> wél variabel. In situaties <strong>van</strong> e<strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong>d,<br />
structureel sterke vraag naar <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> de daarmee sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de hoge prijz<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> gaan invester<strong>en</strong> in het zoek<strong>en</strong> naar nieuwe voorkom<strong>en</strong>s, in het aanlegg<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> productiefaciliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het uitbreid<strong>en</strong> <strong>van</strong> de downstream ket<strong>en</strong>. Ook<br />
neerwaartse aanpassing<strong>en</strong> zijn mogelijk, maar wel minder voor de hand ligg<strong>en</strong>d,<br />
<strong>van</strong>wege de lange lev<strong>en</strong>sduur <strong>en</strong> hoge sluitingskost<strong>en</strong> <strong>van</strong> installaties. Olie- <strong>en</strong> gas<strong>bronn<strong>en</strong></strong><br />
word<strong>en</strong> pas afgeslot<strong>en</strong> als de variabele kost<strong>en</strong> om de olie eruit te hal<strong>en</strong> voor<br />
langere tijd hoger word<strong>en</strong> dan de opbr<strong>en</strong>gst. Raffinaderij<strong>en</strong> word<strong>en</strong> regelmatig voor<br />
e<strong>en</strong> laag bedrag verkocht aan nieuwe eig<strong>en</strong>aars die de installaties meestal niet uit<br />
productie nem<strong>en</strong>, maar teg<strong>en</strong> lage kost<strong>en</strong> door blijv<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>.<br />
In de kol<strong>en</strong>winning hebb<strong>en</strong> capaciteitsaanpassing<strong>en</strong> grote werkgeleg<strong>en</strong>heidseffect<strong>en</strong>.<br />
Hier spel<strong>en</strong> de sociale consequ<strong>en</strong>ties e<strong>en</strong> belangrijke rol, die tot gevolg hebb<strong>en</strong><br />
dat overhed<strong>en</strong> over gaan tot subsidiëring, het in eig<strong>en</strong>dom nem<strong>en</strong> <strong>van</strong> mijn<strong>en</strong>, of het<br />
garander<strong>en</strong> <strong>van</strong> afzet aan de lokale (elektriciteit)industrie.<br />
Bov<strong>en</strong>staande relaties hebb<strong>en</strong> tot gevolg gehad dat de <strong>en</strong>ergiemarkt altijd in beweging<br />
is geweest (zie Clarke, 1990; Yergin, 1991; Bohi, Toman, 1996). Afhankelijk <strong>van</strong><br />
interne <strong>en</strong> externe ontwikkeling<strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong> er nieuwe situaties, met specifieke<br />
consequ<strong>en</strong>ties voor de verhouding<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> analyse <strong>van</strong> de verandering<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de period<strong>en</strong> is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in<br />
sectie B. Deze is illustratief voor de afhankelijkhed<strong>en</strong> in de <strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong> oliemarkt <strong>en</strong><br />
draagt bij aan e<strong>en</strong> beter begrip <strong>van</strong> de huidige situatie <strong>en</strong> de mogelijke ontwikkeling<strong>en</strong><br />
in de toekomst.<br />
32<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
33
Sectie B Dynamische analyses<br />
Sectie B bevat de resultat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de toepassing <strong>van</strong> het analytische kader op de problematiek.<br />
In sectie A is de problematiek geschetst <strong>en</strong> de stand <strong>van</strong> zak<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> met betrekking<br />
tot het gebruik <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium. Ook zijn <strong>en</strong>kele verwachtingsbeeld<strong>en</strong><br />
geschetst voor de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> is het analytische kader voor het<br />
verdere onderzoek beschrev<strong>en</strong>.<br />
In deze sectie B wordt het analytische kader b<strong>en</strong>ut om via e<strong>en</strong> dynamische analyse<br />
<strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>, gebaseerd op de ontwikkeling<strong>en</strong> in de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia, uitsprak<strong>en</strong><br />
te do<strong>en</strong> over de drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> achter de ontwikkeling<strong>en</strong> aan de<br />
upstreamzijde <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt.<br />
34<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
35
4 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor kol<strong>en</strong><br />
De historische ontwikkeling rond de markt <strong>van</strong> ste<strong>en</strong>kool vormt zo ongeveer het beste<br />
bewijs dat de problematiek <strong>van</strong> de voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid niet rec<strong>en</strong>t is opgekom<strong>en</strong>.<br />
Het garander<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> ononderbrok<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> staal was het belangrijkste<br />
doel <strong>van</strong> de oprichting <strong>van</strong> de Europese Geme<strong>en</strong>schap voor Kol<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
Staal in 1951/52. Deze EGKS was de eerste <strong>van</strong> de Europese Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
heeft de weg gebaand voor verdere Europese integratie.<br />
Het belang <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> voor de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing was op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de oprichting<br />
<strong>van</strong> de EGKS groot. Dat dit belang in de afgelop<strong>en</strong> vijftig jaar duidelijk is gedaald<br />
blijkt uit het feit dat de EGKS in 2002, to<strong>en</strong> de overe<strong>en</strong>komst afliep, niet is verl<strong>en</strong>gd.<br />
De economische waarde <strong>van</strong> zowel kol<strong>en</strong> als staal, maar vooral die <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, was<br />
sterk verminderd.<br />
De geologische omstandighed<strong>en</strong> waaronder in Europa ste<strong>en</strong>kool wordt gewonn<strong>en</strong><br />
zijn relatief moeilijk. In combinatie met de kost<strong>en</strong> die verbond<strong>en</strong> zijn aan de in de<br />
Europese Unie gehanteerde norm<strong>en</strong> voor sociale voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> liep<strong>en</strong> de productiekost<strong>en</strong><br />
op tot viermaal de prijs <strong>van</strong> ste<strong>en</strong>kool op de internationale markt.<br />
Voor België was ste<strong>en</strong>kool de <strong>en</strong>ige conv<strong>en</strong>tionele fossiele <strong>en</strong>ergiedrager met e<strong>en</strong><br />
voorkom<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ige betek<strong>en</strong>is in eig<strong>en</strong> bodem. Net als in verschill<strong>en</strong>de andere<br />
West-Europese land<strong>en</strong> is hier echter beslot<strong>en</strong> de ste<strong>en</strong>kol<strong>en</strong>mijn<strong>en</strong> te sluit<strong>en</strong> in de<br />
zev<strong>en</strong>tiger <strong>en</strong> tachtiger jar<strong>en</strong> <strong>van</strong> de vorige eeuw.<br />
Inmiddels nem<strong>en</strong> zowel het strategische belang als de economische waarde <strong>van</strong> kol<strong>en</strong><br />
weer toe, <strong>van</strong>wege de grote om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de voorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de – in geopolitiek<br />
opzicht – relatief gunstige geografische spreiding hier<strong>van</strong>.<br />
De uitbreiding <strong>van</strong> de Europese Unie met nieuwe lidstat<strong>en</strong> (Pol<strong>en</strong>, Tsjechische<br />
Republiek <strong>en</strong> in de toekomst Roem<strong>en</strong>ië) heeft grote reserves aan ste<strong>en</strong>kool <strong>en</strong><br />
ste<strong>en</strong>koolindustrie binn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Unie gebracht. Vooralsnog ontbreekt<br />
het ook deze industrie aan concurr<strong>en</strong>tievermog<strong>en</strong> op de internationale markt.<br />
4.1 De kol<strong>en</strong>waardeket<strong>en</strong><br />
De kol<strong>en</strong>markt is e<strong>en</strong> wereldmarkt, die is opgebouwd uit e<strong>en</strong> aantal met elkaar<br />
verbond<strong>en</strong> regionale markt<strong>en</strong> voor de diverse soort<strong>en</strong> kol<strong>en</strong>. Voorin de waardeket<strong>en</strong><br />
bevind<strong>en</strong> zich de up-stream activiteit<strong>en</strong>; het zoek<strong>en</strong> naar <strong>en</strong> uit de grond hal<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
kol<strong>en</strong>. Achteraan in de ket<strong>en</strong> bevindt zich de verkoop <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de typ<strong>en</strong> kol<strong>en</strong>;<br />
het down-stream segm<strong>en</strong>t. Voor de typ<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> lage calorische waarde<br />
zitt<strong>en</strong> de kop <strong>en</strong> de staart <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong> zeer dicht ope<strong>en</strong>. Transport <strong>van</strong> deze typ<strong>en</strong><br />
kol<strong>en</strong> zou te veel kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze word<strong>en</strong> dan ook direct bij de plaats <strong>van</strong> winning<br />
b<strong>en</strong>ut voor bijvoorbeeld elektriciteitsopwekking, cem<strong>en</strong>tproductie <strong>en</strong> andere industrië-<br />
36<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
le doeleind<strong>en</strong>. De typ<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> hogere calorische waarde hebb<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getransporteerd<br />
over de gehele wereld, veelal per schip.<br />
De up-stream activiteit<strong>en</strong> beslaan e<strong>en</strong> heel traject dat weer in e<strong>en</strong> aantal fas<strong>en</strong> kan<br />
word<strong>en</strong> opgedeeld. De eerste fase omvat het geologische onderzoek <strong>van</strong> aardlag<strong>en</strong><br />
naar aanwijzing<strong>en</strong> voor kol<strong>en</strong>voorkom<strong>en</strong>s. Afhankelijk <strong>van</strong> de geologische process<strong>en</strong><br />
die in de afgelop<strong>en</strong> honderdduiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> tot miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> nu op e<strong>en</strong> aantal plaats<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> aan het aardoppervlak <strong>en</strong> op<br />
andere plaats<strong>en</strong> op diept<strong>en</strong> die oplop<strong>en</strong> tot <strong>en</strong>kele kilometers.<br />
Het onderzoek aan de aardlag<strong>en</strong> vindt plaats aan de hand <strong>van</strong> de analyse <strong>van</strong> geologische<br />
data <strong>en</strong> door bodemonderzoek. Daarop volgt het analyser<strong>en</strong> <strong>van</strong> de voorkom<strong>en</strong>s<br />
<strong>en</strong> het beoordel<strong>en</strong> <strong>van</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> om tot productie over te gaan aan<br />
de hand <strong>van</strong> exploratieboring<strong>en</strong>. Als dat oordeel positief uitvalt, di<strong>en</strong><strong>en</strong> er mijn<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
andere faciliteit<strong>en</strong> aangelegd te word<strong>en</strong>.<br />
Figuur 13 geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor de kol<strong>en</strong>markt, <strong>van</strong> de opsporing<br />
<strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s tot het eindverbruik.<br />
Figuur 13 Waardeket<strong>en</strong> kol<strong>en</strong>markt<br />
↓ ↓ ↓ ↓ ↓<br />
Opsporing<br />
voorkom<strong>en</strong>s<br />
Beloning<br />
uitvoerders<br />
→ Winning<br />
kol<strong>en</strong><br />
← Grondstof<br />
Prijs<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
→ Transport → Detailhandel<br />
kol<strong>en</strong>product<strong>en</strong><br />
← Transport<br />
fee<br />
→ Verbruik<br />
← Retailprijs ← ‘Nut’<br />
Bij de laag-calorische kol<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> de up- <strong>en</strong> downstream activiteit<strong>en</strong> in het productieproces<br />
veelal plaats op dezelfde geografische locatie aangezi<strong>en</strong> transport <strong>van</strong> deze<br />
kol<strong>en</strong> te kost<strong>en</strong>int<strong>en</strong>sief zou zijn. De kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de directe omgeving <strong>van</strong> de<br />
mijn b<strong>en</strong>ut, zodat de transportstap in Figuur 13 ontbreekt. De hoog-calorische kol<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> over grote afstand<strong>en</strong> getransporteerd naar de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>markt<strong>en</strong>. De up-<br />
<strong>en</strong> downstream activiteit<strong>en</strong> zijn hier veelal volledig ontkoppeld.<br />
4.2 De organisatie <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>markt<br />
In de kol<strong>en</strong>markt is er vooral sprake <strong>van</strong> niet-geïntegreerde, vaak regionaal operer<strong>en</strong>de,<br />
onderneming<strong>en</strong> die zich in specifieke onderdel<strong>en</strong> <strong>van</strong> het proces specialiser<strong>en</strong>,<br />
bijvoorbeeld in de exploratie <strong>en</strong> productie <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong> of in het transport. Met<br />
name aan de productiezijde zijn dit vooral staatsonderneming<strong>en</strong>. Voor specifieke<br />
winnings- <strong>en</strong> transportactiviteit<strong>en</strong> word<strong>en</strong> lokale sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>.<br />
In de meeste land<strong>en</strong> met kol<strong>en</strong>voorkom<strong>en</strong>s werd <strong>en</strong> wordt de exploratie <strong>van</strong> overheidswege<br />
georganiseerd. In verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>, zoals V<strong>en</strong>ezuela, Colombia,<br />
Australië <strong>en</strong> Zuid-Afrika, zijn de exploratie <strong>en</strong> exploitatie in hand<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> particuliere<br />
bedrijv<strong>en</strong>. De overheid heeft dan wel e<strong>en</strong> rol bij het in concessie gev<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
37
de kol<strong>en</strong>lag<strong>en</strong>. In Tabel 3 is aangegev<strong>en</strong> welke partij<strong>en</strong> in belangrijke kol<strong>en</strong>land<strong>en</strong> de<br />
exploratie <strong>en</strong> exploitatie verricht<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat de eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> zijn. Tev<strong>en</strong>s is<br />
kort aangegev<strong>en</strong> hoe in die land<strong>en</strong> de prijs <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> wordt bepaald.<br />
Tabel 3 Eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> in de belangrijke kol<strong>en</strong>producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> (PWC, 2006)<br />
Eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong><br />
Kol<strong>en</strong>industrie<br />
Exploratie Opmerking<strong>en</strong><br />
Duitsland Winning door private bedrijv<strong>en</strong>, Vindt niet meer plaats Hard coal winning wordt<br />
overheid gecontroleerd<br />
sterk gesubsidieerd<br />
Griek<strong>en</strong>land Winning is in hand<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Vindt niet meer plaats De prijs voor kol<strong>en</strong> wordt<br />
staatsbedrijf PPC<br />
vastgesteld door PPC<br />
Spanje Het belang <strong>van</strong> de publieke sector<br />
is nu 20% <strong>en</strong> neemt verder af<br />
Vindt niet meer plaats Vrije marktprijs<br />
Turkije 90% <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>winning wordt Door staat Het staatsbedrijf bepaalt<br />
gecontroleerd door het staatsbedrijf<br />
de prijs<br />
UK Vanaf 1994 is de mijnbouw verkocht<br />
aan private onderneming<strong>en</strong>, overheid<br />
gecontroleerd<br />
Vindt niet meer plaats Vrije marktprijs<br />
Pol<strong>en</strong> De mijn<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong>dom <strong>van</strong> 7 door<br />
de staat gecontroleerde bedrijv<strong>en</strong><br />
Nauwelijks Vrije marktprijs<br />
Rusland Onder leiding <strong>van</strong> de door de staat<br />
opgerichte Coal Committee wordt de<br />
kol<strong>en</strong>industrie mom<strong>en</strong>teel geherstructureerd<br />
<strong>en</strong> geprivatiseerd<br />
Door staat Vrije marktprijs<br />
Oekraïne Hervorming vindt plaats. E<strong>en</strong> deel is Door staat De industrie is hopeloos<br />
nu in private hand<strong>en</strong><br />
verouderd: financiële<br />
injecties <strong>van</strong> de wereld<br />
bank<br />
Zuid-Afrika Industrie is in private hand<strong>en</strong>, deels<br />
<strong>van</strong> origine Zuid Afrikaans, overheid<br />
gecontroleerd<br />
Door private bedrijv<strong>en</strong> Vrije marktprijs<br />
Australië Industrie is in private hand<strong>en</strong>. De<br />
staat bezit reserves<br />
Door private bedrijv<strong>en</strong> Vrije marktprijs<br />
China Mijn<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong>dom <strong>van</strong> de c<strong>en</strong>tra- Door staat De prijs wordt door de<br />
le overheid, maar buit<strong>en</strong>landse investering<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> verwelkomd<br />
staat gecontroleerd<br />
India De mijnbouw is voornamelijk in Door staat Subsidies word<strong>en</strong> afge-<br />
staatshand<strong>en</strong>. Begonn<strong>en</strong> is met de<br />
bouwd, verder vrije<br />
privatisering <strong>van</strong> de industrie<br />
marktprijs<br />
VS De federale overheid bezit e<strong>en</strong> belangrijk<br />
deel <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong>. De<br />
afzonderlijke stat<strong>en</strong> verl<strong>en</strong><strong>en</strong> concessies<br />
aan private bedrijv<strong>en</strong><br />
Door private bedrijv<strong>en</strong> Vrije marktprijs<br />
De grootste internationaal operer<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> exporteurs <strong>van</strong> hoog-calorische<br />
kol<strong>en</strong> (hard coal) in de wereld zijn vermeld in Tabel 4. Hierbij kan word<strong>en</strong> opgemerkt<br />
dan t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de totale export <strong>van</strong> hard coal wereldwijd ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel bedrijf<br />
meer dan 10% <strong>van</strong> de totale export in hand<strong>en</strong> heeft.<br />
38<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 4 Grootste exporteurs <strong>van</strong> hard coal (AME outlook)<br />
Productieland<strong>en</strong> (productie om<strong>van</strong>g in Mton) Export in Mton/jaar<br />
(gegev<strong>en</strong>s 2003)<br />
Xtrata Australië (54), Zuid-Afrika (16) 35<br />
BHP Billiton Australië (10), Zuid-Afrika (54), Colombia, Indonesië,<br />
VS (14)<br />
34,5<br />
Anglo American Australië (26), Zuid-Afrika (57), Zuid-Amerika (10) 30,5<br />
PT Bumi resources Indonesië (exporteert vrijwel alle<strong>en</strong> naar de regio) 27<br />
Sh<strong>en</strong>hua China (exporteert vrijwel alle<strong>en</strong> naar de regio) 25<br />
Rio Tinto Australië, VS 20<br />
4.3 Kol<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong>; vraag <strong>en</strong> aanbod<br />
Aan de hand <strong>van</strong> de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong> voor de diverse soort<strong>en</strong> kol<strong>en</strong><br />
kom<strong>en</strong> de marktprijz<strong>en</strong> tot stand. Analyse <strong>van</strong> de historische prijsontwikkeling laat<br />
zi<strong>en</strong> dat kol<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> zekere vertraging structurele verandering<strong>en</strong> in olieprijz<strong>en</strong><br />
volg<strong>en</strong>. Verder speelt de verhouding <strong>van</strong> de wisselkoers tuss<strong>en</strong> Euro <strong>en</strong> dollar<br />
e<strong>en</strong> belangrijke rol voor de kol<strong>en</strong>prijs in Europa. De prijs <strong>van</strong> ste<strong>en</strong>kool op de internationale<br />
markt vertoont daarbij e<strong>en</strong> grote stabiliteit t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de andere <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
Figuur 14 toont de ontwikkeling <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>productie <strong>van</strong>af 1980 per contin<strong>en</strong>t gegev<strong>en</strong>.<br />
Van 1960 tot 1980 was er sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> geleidelijke daling <strong>van</strong> de productie in<br />
West-Europa <strong>en</strong> e<strong>en</strong> geleidelijke stijging in andere contin<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Vanaf 1970 begon<br />
de productie in Azië al sterk te stijg<strong>en</strong>.<br />
Figuur 14 Mondiale kol<strong>en</strong>productie per contin<strong>en</strong>t<br />
Mtonne kol<strong>en</strong><br />
3500<br />
3000<br />
2500<br />
2000<br />
1500<br />
1000<br />
500<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Mondiale kol<strong>en</strong>productie per contin<strong>en</strong>t<br />
0<br />
1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010<br />
noord amerika<br />
zuid amerika<br />
europa<br />
eurasie<br />
afrika<br />
azie & oceanie<br />
39
Uit dit figuur blijkt verder dat de productie in Azië <strong>en</strong> Oceanië (China, India <strong>en</strong> Australië)<br />
zeer sterk is gesteg<strong>en</strong>. Vanaf 2000 is de productie zelfs met bijna 50% toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
In Europa <strong>en</strong> Eurazië is de productie gedaald. In Europa zijn vooral in Oost-<br />
Europa (met name in Oost-Duitsland) na de val <strong>van</strong> de ‘muur’ veel mijn<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>.<br />
Ook in Eurazië (vroegere Sovjet-Unie) is de productie na de val <strong>van</strong> de muur ingestort.<br />
De laatste jar<strong>en</strong> is er weer sprake <strong>van</strong> herstel.<br />
In Tabel 5 zijn de belangrijkste productieland<strong>en</strong> <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Tabel 5 Belangrijkste productieland<strong>en</strong> <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> (106 ton) cijfers 1999 (World Energy Council), tuss<strong>en</strong> { } cijfers<br />
voor 2004 <strong>van</strong> het World Coal institute<br />
Bituminous Subbituminous Lignite<br />
Productie Consumptie Productie Consumptie Productie Consumptie<br />
Zuid-Afrika 224 {230} 153 {170}<br />
Canada 37 24 24 27 12 10<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 568 {950} 521 {900} 352 350 77 77<br />
Columbia 33 4<br />
China 985 {1950} 1.035 {1950} 45 45<br />
India 292 {390} 308 {410} 22 22<br />
Indonesië 71 {120} 17<br />
Kazachstan 56 {80} 42 2 2<br />
Noord Korea 60 62 {80} 22 22<br />
Duitsland 41 65 {70} 161 163<br />
Pol<strong>en</strong> 110 89 {100} 61 61<br />
Russische federatie 166 {230} 154 {170} 83 83<br />
Oekraïne 34 {70} 62 46 1 1<br />
Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk 37 56<br />
Australië 222 {250} 45 16 18 66 66<br />
Overige land<strong>en</strong> 75 456 78 105 265 265<br />
TOTAAL Wereld 3.011 3.093 538 522 795 795<br />
Cijfers <strong>van</strong> de World Energy Council voor 1999 <strong>en</strong> het World Coal Institute voor 2004<br />
gev<strong>en</strong> aan dat vooral in China de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> India de consumptie <strong>van</strong> kol<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong>af 1999 zeer sterk is gesteg<strong>en</strong>. Door de to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> de consumptie in deze<br />
land<strong>en</strong> lag in 2004 de consumptie op 4.600 Mton. Het World Coal Institute verwacht<br />
dat de totale productie in 2030 op ongeveer 7.000 Mton zal ligg<strong>en</strong>.<br />
Uit de tabel komt naar vor<strong>en</strong> dat wat import <strong>en</strong> export betreft het vrijwel uitsluit<strong>en</strong>d<br />
gaat om bituminous coal. Lignite <strong>en</strong> subbituminous coal word<strong>en</strong> vrijwel volledig in het<br />
land <strong>van</strong> winning gebruikt. Dit komt doordat transport in verband met het relatieve<br />
hoge vochtgehalte relatief duur is. Tev<strong>en</strong>s heeft bruinkool de neiging tot zelfontbranding<br />
hetge<strong>en</strong> bij het transport risico’s oplevert.<br />
De import- <strong>en</strong> exportstrom<strong>en</strong> <strong>van</strong> bituminous coal zijn relatief gering t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong><br />
de totale productie <strong>en</strong> consumptie <strong>van</strong> ste<strong>en</strong>kool. Volg<strong>en</strong>s het World Coal Institute<br />
werd in 2003 totaal 718 Mton (755 Mton in 2004) internationaal aan kol<strong>en</strong> verhandeld,<br />
wat 18% was <strong>van</strong> de consumptie in 2003 (16% in 2004). Grote productieland<strong>en</strong><br />
als China,<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> India exporter<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer geringe hoeveelheid <strong>van</strong> hun productie.<br />
China, Indonesië <strong>en</strong> India exporter<strong>en</strong> vrijwel niet naar Europa maar naar Japan<br />
<strong>en</strong> andere land<strong>en</strong> in de regio. De VS exporter<strong>en</strong> ook naar Europa. De consumptie<br />
40<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
vindt vrijwel volledig plaats in de thuismarkt. Door de sterke economische groei <strong>van</strong><br />
China neemt de export <strong>van</strong>uit China af.<br />
Figuur 15 toont de import/exportbalans <strong>van</strong>af 1980 per contin<strong>en</strong>t. In de zestiger jar<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de vorige eeuw was de handel vooral tuss<strong>en</strong> de vroegere Sovjet-Unie <strong>en</strong> Europa,<br />
tuss<strong>en</strong> de VS <strong>en</strong> Europa <strong>en</strong> de VS <strong>en</strong> Japan. In de 70-er jar<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> Taiwan <strong>en</strong><br />
Zuid-Korea belangrijke importer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>.<br />
Figuur 15 Import - exportbalans per contin<strong>en</strong>t <strong>van</strong>af 1980<br />
Mtonne kol<strong>en</strong><br />
150<br />
100<br />
50<br />
-100<br />
-150<br />
-200<br />
-250<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Import-exportbalans per contin<strong>en</strong>t<br />
0<br />
1975<br />
-50<br />
1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010<br />
noord amerika<br />
zuid amerika<br />
europa<br />
eurasie<br />
afrika<br />
azie & oceanie<br />
In Figuur 16 is de ontwikkeling <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>productie <strong>van</strong>af 1980 in de belangrijkste<br />
Europese kol<strong>en</strong>producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. In de jar<strong>en</strong> voorafgaand aan 1980<br />
zijn in verschill<strong>en</strong>de West-Europese land<strong>en</strong>, zoals België, Frankrijk, UK, Nederland<br />
<strong>en</strong> West-Duitsland vele mijn<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>.<br />
Figuur 16 Ontwikkeling kol<strong>en</strong>productie in Europa <strong>van</strong>af 1980<br />
Mtonne kol<strong>en</strong><br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
ontwikkeling kol<strong>en</strong>productie in Europa<br />
0<br />
1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010<br />
Bron: Int. Energy Annual 2004 of Energy Information Administration.<br />
tsjechie + slowakije<br />
duitsland<br />
pol<strong>en</strong><br />
UK<br />
griek<strong>en</strong>land<br />
overige<br />
41
Uit deze figuur blijkt dat de kol<strong>en</strong>productie in alle Europese land<strong>en</strong> (behalve in Griek<strong>en</strong>land)<br />
<strong>van</strong>af 1980 is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In Duitsland is de afname het sterkst door de<br />
sluiting <strong>van</strong> veel mijn<strong>en</strong> in Oost-Duitsland in de jar<strong>en</strong> na de her<strong>en</strong>iging. Verwacht<br />
wordt dat de productie in Europa verder zal afnem<strong>en</strong> doordat de subsidies in land<strong>en</strong><br />
als Duitsland <strong>en</strong> Spanje zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgebouwd. Als gevolg daar<strong>van</strong> zull<strong>en</strong> onr<strong>en</strong>dabele<br />
mijn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>. Door de verdere herstructurering <strong>van</strong> de mijnbouw in<br />
Pol<strong>en</strong> zal de productie daar verder afnem<strong>en</strong>. Europa importeert reeds e<strong>en</strong> belangrijk<br />
deel <strong>van</strong> haar kol<strong>en</strong> (hard coal) <strong>en</strong> deze import zal in de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> nog verder<br />
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
Tabel 6 geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de structuurk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, instituties e.d. in de kol<strong>en</strong>markt,<br />
op de wijze zoals die ook voor de andere dragers in dit <strong>rapport</strong> in beeld wordt<br />
gebracht.<br />
Tabel 6 Overzicht <strong>van</strong> de internationale kol<strong>en</strong>markt<br />
De internationale kol<strong>en</strong>markt<br />
Afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia Hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> toekomst<br />
Structuur<br />
Markt/<br />
eig<strong>en</strong>dom<br />
Pricing /<br />
Contracts<br />
42<br />
Niet-geïntegreerde <strong>en</strong> regionaal operer<strong>en</strong>de<br />
bedrijv<strong>en</strong>. In de meeste land<strong>en</strong><br />
staatsbedrijv<strong>en</strong><br />
Op<strong>en</strong> prijsvorming op e<strong>en</strong> wereldmarkt<br />
voor hoog-calorische kol<strong>en</strong><br />
Niet-geïntegreerde <strong>en</strong> regionaal operer<strong>en</strong>de<br />
bedrijv<strong>en</strong>. In de meeste land<strong>en</strong><br />
staatsbedrijv<strong>en</strong><br />
Op<strong>en</strong> prijsvorming op e<strong>en</strong> wereldmarkt<br />
voor hoog-calorische kol<strong>en</strong><br />
OECD<br />
Instituties EGKS tot 2002<br />
OECD<br />
Politieke Werkgeleg<strong>en</strong>heid in eig<strong>en</strong> regio Duurzaamheidsaspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>-<br />
issues<br />
winning<br />
Productie- Europa, Azië, VS <strong>en</strong> Canada Azië, Oceanië, VS, Canada, Europa <strong>en</strong><br />
locatie<br />
Afrika<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> Toepassing in elektriciteits-productie, Met name toepassing in elektriciteitspro-<br />
in <strong>en</strong>ergie<br />
markt<br />
industrie <strong>en</strong> huishoud<strong>en</strong>s<br />
ductie <strong>en</strong> in de industrie<br />
Origine aan- VS: Intern<br />
VS: Intern<br />
voer naar VS, EU: Intern, Rusland, Zuid-Afrika, EU: Rusland, Zuid-Afrika, Australië<br />
EU <strong>en</strong> Japan Australië<br />
Japan: Indonesië <strong>en</strong> Filippijn<strong>en</strong><br />
Japan: Indonesië <strong>en</strong> India<br />
Technologie Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> mijnbouw Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> mijnbouw<br />
Coal to liquids<br />
Vraag Aanbod Daling vraag. Daling aanbod Groei vraag Groei aanbod<br />
Capaciteit<br />
Groei reserves<br />
4.4 Conclusie met betrekking tot de kol<strong>en</strong>markt<br />
Uit dit hoofdstuk kunn<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de conclusies word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> met betrekking<br />
tot de huidige situatie <strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> op de kol<strong>en</strong>markt:<br />
De economische waarde <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> is de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia sterk verminderd.<br />
De geologische omstandighed<strong>en</strong> waaronder in Europa ste<strong>en</strong>kool wordt gewonn<strong>en</strong><br />
zijn relatief moeilijk <strong>en</strong> de in Europa gehanteerde norm<strong>en</strong> voor sociale voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
zijn strikt in vergelijking met andere del<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wereld.<br />
Inmiddels nem<strong>en</strong> zowel het strategische belang als de economische waarde <strong>van</strong><br />
kol<strong>en</strong> weer toe. Dit zowel <strong>van</strong>wege de grote om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de voorkom<strong>en</strong>s als<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
<strong>van</strong>wege de – in geopolitiek opzicht – relatief gunstige geografische spreiding<br />
hier<strong>van</strong>.<br />
Laag-calorische kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de directe omgeving <strong>van</strong> de mijn b<strong>en</strong>ut. Alle<strong>en</strong><br />
de hoog-calorische kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> over grote afstand<strong>en</strong> getransporteerd naar de<br />
consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>markt<strong>en</strong>. De up- <strong>en</strong> downstream activiteit<strong>en</strong> zijn dan veelal volledig<br />
ontkoppeld.<br />
De internationale handel in kol<strong>en</strong> is gering (minder dan 20%) t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de<br />
totale productie <strong>en</strong> consumptie <strong>van</strong> ste<strong>en</strong>kool.<br />
De grootste internationaal operer<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> exporteurs <strong>van</strong> hoogcalorische<br />
kol<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>van</strong> all<strong>en</strong> meer dan 10% <strong>van</strong> de totale internationale<br />
handel in kol<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong>.<br />
De marktprijz<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot stand aan de hand <strong>van</strong> de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong><br />
voor de diverse soort<strong>en</strong> kol<strong>en</strong>. De kol<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> daarbij met e<strong>en</strong> zekere<br />
vertraging structurele verandering<strong>en</strong> in de olieprijz<strong>en</strong>, maar de prijs <strong>van</strong><br />
ste<strong>en</strong>kool op de internationale markt k<strong>en</strong>t daarbij e<strong>en</strong> grote stabiliteit, zeker in<br />
vergelijking met de andere <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
43
5 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor olie<br />
Sinds het begin <strong>van</strong> de 21 ste eeuw zijn de prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> ruwe olie <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong> regelmatig<br />
voorpaginanieuws. Na e<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium <strong>van</strong> relatieve rust op de oliemarkt<br />
begon de olieprijs in maart 1999 aan e<strong>en</strong> stijging die zich ev<strong>en</strong> leek te stabiliser<strong>en</strong>,<br />
op e<strong>en</strong> niveau <strong>van</strong> rond de 30 dollar per vat. Vanaf begin 2004 steeg olieprijs echter<br />
verder tot e<strong>en</strong> niveau rond de 90 dollar in 2007.<br />
De prijsverhoging<strong>en</strong> voor belangrijke brandstoff<strong>en</strong> als b<strong>en</strong>zine, dieselolie <strong>en</strong> kerosine<br />
leid<strong>en</strong> tot onrust bij de verbruikers. Voorspelling<strong>en</strong> over groei <strong>van</strong> de wereldeconomie<br />
werd<strong>en</strong> naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bijgesteld. Er word<strong>en</strong> discussies gevoerd over de oorzak<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de hoge olieprijz<strong>en</strong>, waarbij e<strong>en</strong> drietal visies in het oog spring<strong>en</strong> (zie ook<br />
Stev<strong>en</strong>s, 2005; Bielecki, 2000).<br />
De eerste lijn <strong>van</strong> argum<strong>en</strong>tatie verklaart de huidige situatie aan de hand <strong>van</strong> investeringscycli,<br />
waarbij achterblijv<strong>en</strong>de investering<strong>en</strong> in periodes <strong>van</strong> lage olieprijz<strong>en</strong> tot<br />
gevolg hebb<strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> nieuwe productie- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit gebouwd wordt,<br />
wat tot e<strong>en</strong> tijdelijke schaarste lijdt, waardoor de prijz<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> signaal<br />
voor nieuwe investering<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> vergroting <strong>van</strong> de productiecapaciteit mogelijk<br />
mak<strong>en</strong>, wat e<strong>en</strong> daling <strong>van</strong> prijz<strong>en</strong> tot gevolg heeft. Belangrijk aspect hierbij is de vertraging<br />
in het besluit nieuwe investering<strong>en</strong> te gaan do<strong>en</strong>. Deze vertraging lijkt sam<strong>en</strong><br />
te hang<strong>en</strong> met de uitzicht<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> stabiele hogere olieprijs in de toekomst. In het<br />
verled<strong>en</strong> is geconstateerd dat hierbij gedacht moet word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> periode <strong>van</strong> e<strong>en</strong><br />
jaar of drie voordat nieuwe capaciteit beschikbaar komt om reeds bek<strong>en</strong>de reserves<br />
te producer<strong>en</strong>, terwijl het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> productief mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe reserves na e<strong>en</strong><br />
jaar of zes vrucht<strong>en</strong> begint af te werp<strong>en</strong>.<br />
De tweede lijn lijkt in zekere zin op de eerste, maar stelt dat de wereld door e<strong>en</strong> aantal<br />
fundam<strong>en</strong>tele verandering<strong>en</strong>, waaronder de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong> olie<br />
uit OPEC-lidstat<strong>en</strong>, de veranderde positie <strong>van</strong> de multinationale oliemaatschapppij<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de stijg<strong>en</strong>de vraag in e<strong>en</strong> structureel andere balans tuss<strong>en</strong> vraag, aanbod <strong>en</strong><br />
capaciteitsbezetting terecht gekom<strong>en</strong> is. Additionele factor<strong>en</strong> hierbij zijn de onzekerhed<strong>en</strong><br />
voorvloei<strong>en</strong>de uit verander<strong>en</strong>de geopolitieke verhouding<strong>en</strong> (Correljé, Van der<br />
Linde, 2006; Helm, 2002, 2005) <strong>en</strong> sociaal-politieke spanning<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong> die de olieprijs <strong>van</strong> rond de $ 20 per vat structureel op e<strong>en</strong> hoger niveau<br />
gebracht heeft <strong>van</strong> $ 40-60.<br />
De derde lijn, Peak oil, gaat uit <strong>van</strong> de gedachte dat er langzamerhand e<strong>en</strong> einde<br />
komt aan de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olieindustrie om voldo<strong>en</strong>de olie te producer<strong>en</strong> om<br />
aan de vraag te voldo<strong>en</strong>. De in om<strong>van</strong>g belangrijkste voorkom<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> geacht<br />
inmiddels ontdekt <strong>en</strong> in productie g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te zijn. Toevoeging<strong>en</strong> aan het productiepot<strong>en</strong>tieel<br />
zull<strong>en</strong> daarom kleiner <strong>van</strong> om<strong>van</strong>g, e<strong>en</strong> kleinere capaciteit hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
duurder zijn, waardoor het steeds moeilijker is om aan de steeds verder stijg<strong>en</strong>de<br />
vraag te voldo<strong>en</strong>. Deze lijn gaat er <strong>van</strong>uit dat de olieproductie - bijna - zijn hoogtepunt<br />
heeft bereikt <strong>en</strong> daarna alle<strong>en</strong> nog af kan nem<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> duurzame<br />
44<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
<strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> dan de rol <strong>van</strong> olie innem<strong>en</strong>. Pessimist<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> echter e<strong>en</strong> ine<strong>en</strong>storting<br />
<strong>van</strong> de wereldeconomie <strong>en</strong> felle e<strong>en</strong> strijd om de nog beschikbare fossielle<br />
<strong>en</strong>ergie <strong>bronn<strong>en</strong></strong> (Klare, 2001).<br />
5.1 De oliewaardeket<strong>en</strong><br />
Dit hoofdstuk schetst e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> de internationale oliemarkt.<br />
Het zal in grote lijn<strong>en</strong> aangev<strong>en</strong> hoe deze markt in elkaar zit <strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong> welke<br />
structurele verandering<strong>en</strong> er plaats gevond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Aan de hand <strong>van</strong> deze<br />
structuurverandering<strong>en</strong> kan vervolg<strong>en</strong>s aangegev<strong>en</strong> wat de consequ<strong>en</strong>ties daar<strong>van</strong><br />
geweest zijn voor de winning, het aanbod <strong>en</strong> de prijsvorming <strong>van</strong> ruwe olie <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong>.<br />
De huidige oliemarkt bestaat in feite uit e<strong>en</strong> aantal met elkaar verbond<strong>en</strong> (deels<br />
regionale) markt<strong>en</strong> voor de diverse soort<strong>en</strong> ruwe olie <strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de olieproduct<strong>en</strong>,<br />
zoals b<strong>en</strong>zine, dieselolie, huisbrandolie, kerosine, etc. Binn<strong>en</strong> de waardeket<strong>en</strong><br />
vorm<strong>en</strong> deze markt<strong>en</strong> de aansluiting<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de onderdel<strong>en</strong> <strong>van</strong> het<br />
productieproces in de olie-industrie. Bov<strong>en</strong>in de zog<strong>en</strong>aamde verticale bedrijfskolom<br />
bevind<strong>en</strong> zich de up-stream activiteit<strong>en</strong>; het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit de grond hal<strong>en</strong> <strong>van</strong> ruwe<br />
olie. Onderin vind<strong>en</strong> we de raffinage <strong>van</strong> de ruwe olie <strong>en</strong> de verkoop <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
product<strong>en</strong>; het down-stream segm<strong>en</strong>t.<br />
De up-stream activiteit<strong>en</strong> beslaan e<strong>en</strong> heel traject dat weer in e<strong>en</strong> aantal fas<strong>en</strong> kan<br />
word<strong>en</strong> opgedeeld. De eerste fase omvat het geologische onderzoek <strong>van</strong> aardlag<strong>en</strong><br />
naar aanwijzing<strong>en</strong> voor olie <strong>en</strong>/of gasvoorkom<strong>en</strong>s. Deels vindt dit onderzoek plaats<br />
aan de hand <strong>van</strong> de analyse <strong>van</strong> geologische data, die ofwel reeds beschikbaar zijn<br />
of vergaard moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> bodemonderzoek. Deze fase wordt gevolgd<br />
door het vaststell<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> <strong>van</strong> die voorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> het beoordel<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de mogelijkhed<strong>en</strong> om tot productie over te gaan aan de hand <strong>van</strong> exploratieboring<strong>en</strong>.<br />
Als dat oordeel positief uitvalt, di<strong>en</strong><strong>en</strong> er productieputt<strong>en</strong> geboord te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere<br />
faciliteit<strong>en</strong> aangelegd te word<strong>en</strong>, om bijvoorbeeld olie <strong>en</strong> gas te scheid<strong>en</strong>.<br />
Figuur 17 Waardeket<strong>en</strong> oliemarkt<br />
Manier <strong>van</strong> coördinatie <strong>en</strong> investering<strong>en</strong><br />
↓ ↓ ↓ ↓ ↓ ↓<br />
Opsporing<br />
voorkom<strong>en</strong>s<br />
Beloning<br />
uitvoerders<br />
→ Winning<br />
Ruwe olie<br />
← Grondstof<br />
Prijs<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
→ Raffinage<br />
Ruwe olie<br />
← Groothandels<br />
Prijs product<br />
→ Transport → Detailhandel<br />
olieproduct<strong>en</strong><br />
← Transport<br />
fee<br />
→ Verbruik<br />
← retailprijs ← ‘Nut’<br />
Het volg<strong>en</strong>de traject bestaat uit het transport <strong>van</strong> de ruwe olie <strong>en</strong> het gas naar de<br />
consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>markt<strong>en</strong>. Er moet e<strong>en</strong> transportsysteem aangelegd te word<strong>en</strong> om de<br />
olie naar de tankerterminals of naar lokale raffinaderij<strong>en</strong> te vervoer<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s het<br />
raffinageproces wordt de ruwe olie als het ware opgesplitst in e<strong>en</strong> groot aantal verschill<strong>en</strong>de<br />
product<strong>en</strong>, waaronder lichte brandstoff<strong>en</strong> als LPG <strong>en</strong> andere gass<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>-<br />
45
zine <strong>en</strong> diesel- of huisbrandolie, kerosine <strong>en</strong> zware stookolie. Ook word<strong>en</strong> er allerlei<br />
stoff<strong>en</strong> geproduceerd die als halffabrikaat in de petrochemische industrie gebruikt<br />
word<strong>en</strong>, om bijvoorbeeld smeermiddel<strong>en</strong>, verf, plastics <strong>en</strong> g<strong>en</strong>eesmiddel<strong>en</strong> te<br />
mak<strong>en</strong>. Autobrandstoff<strong>en</strong> als b<strong>en</strong>zine, diesel of LPG word<strong>en</strong> met tankwag<strong>en</strong>s naar<br />
b<strong>en</strong>zinepomp<strong>en</strong> gebracht. Andere product<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in depots opgeslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarna<br />
op verzoek bij klant<strong>en</strong> afgeleverd.<br />
De verschill<strong>en</strong>de up- <strong>en</strong> downstream activiteit<strong>en</strong> in het productieproces kunn<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />
hetzelfde bedrijf word<strong>en</strong> uitgevoerd. Voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> dergelijke geïntegreerde<br />
oliemaatschappij<strong>en</strong> die wereldwijd actief zijn in de hele bedrijfskolom, zijn Shell,<br />
Exxon-Mobil, BP, Total, Repsol <strong>en</strong> Texaco-Chevron; ook wel g<strong>en</strong>oemd de majors.<br />
Ondanks hun grote ‘zichtbaarheid’, in de publiciteit, langs de snelweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de<br />
beurs, controler<strong>en</strong> de majors maar ongeveer 14% <strong>van</strong> de totale bewez<strong>en</strong> reserves<br />
voor olie <strong>en</strong> gas in land<strong>en</strong> zonder staatoliemaatschappij<strong>en</strong> <strong>en</strong> 11% in land<strong>en</strong> met<br />
staatsoliemaatschappij<strong>en</strong>. 58% <strong>van</strong> de reserves wordt gecontroleerd door staatsoliemaatschappij<strong>en</strong><br />
zonder significante betrokk<strong>en</strong>heid <strong>van</strong> private maatschappij<strong>en</strong>.<br />
Ongeveer 14% <strong>van</strong> de reserves is in hand<strong>en</strong> <strong>van</strong> Russiche bedrijv<strong>en</strong>, waarbij er <strong>en</strong>ige<br />
onzekerheid bestaat over de status (Marcel, 2006: 1).<br />
Daarnaast bestaat er e<strong>en</strong> groot aantal niet-geïntegreerde, vaak regionaal operer<strong>en</strong>de,<br />
onderneming<strong>en</strong> die zich in specifieke onderdel<strong>en</strong> <strong>van</strong> het proces specialiser<strong>en</strong>,<br />
bijvoorbeeld in de exploratie <strong>en</strong> productie <strong>van</strong> ruwe olie <strong>en</strong> gas, in de raffinage, <strong>en</strong> in<br />
de verkoop <strong>van</strong> olieproduct<strong>en</strong> <strong>en</strong> gas in de groot- <strong>en</strong>/of detailhandel. Deels zijn dit de<br />
staatsonderneming<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olie-exporter<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>, bijvoorbeeld Saudi Aramco,<br />
de National Iranian Oil Company (NIOC) <strong>en</strong> Petróleos Mexicanos, maar ook bijvoorbeeld<br />
Gazprom, uit Rusland.<br />
Tuss<strong>en</strong> de niet-geïntegreerde bedrijv<strong>en</strong>, maar ook tuss<strong>en</strong> h<strong>en</strong> <strong>en</strong> de majors <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
de majors onderling, word<strong>en</strong> ruwe olie, halffabrikat<strong>en</strong> <strong>en</strong> allerlei olieproduct<strong>en</strong><br />
verhandeld. Wat door het <strong>en</strong>e bedrijf geproduceerd wordt is grondstof of handelswaar<br />
voor andere bedrijv<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>. Ook de majors nem<strong>en</strong> deel aan deze handel,<br />
omdat er vrijwel nooit sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> volledige balans tuss<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> productie<br />
<strong>en</strong> hun behoefte aan ruwe olie <strong>en</strong>/of product<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de stadia <strong>van</strong><br />
de productieket<strong>en</strong> op verschill<strong>en</strong>de locaties.<br />
Deze markt<strong>en</strong> zijn cruciaal voor de prijsvorming <strong>van</strong> ruwe olie <strong>en</strong> product<strong>en</strong>. Aan de<br />
hand <strong>van</strong> de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong> voor de diverse soort<strong>en</strong> ruwe olie kom<strong>en</strong><br />
de prijz<strong>en</strong> daarvoor tot stand op de beurz<strong>en</strong> in Lond<strong>en</strong> <strong>en</strong> New York. Prijz<strong>en</strong><br />
voor product<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de regio’s kom<strong>en</strong> tot stand op lokale beurz<strong>en</strong>, of spotmarkets,<br />
bijvoorbeeld in Rotterdam (voor West-Europa), in G<strong>en</strong>ua (voor het Middellandse<br />
Zeegebied), in Singapore (voor het Verre Oost<strong>en</strong>) <strong>en</strong> in Houston (voor de<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>). De prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de brandstoff<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong>erzijds,<br />
beïnvloed door vraag- <strong>en</strong> aanbodfactor<strong>en</strong> die specifiek zijn voor de productmarkt<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>, anderzijds, door de wereldmarktprijs <strong>van</strong> ruwe olie, als de voornaamste grondstof.<br />
46<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 18 Import <strong>en</strong> export <strong>van</strong> ruwe olie<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
5.2 De verander<strong>en</strong>de organisatie <strong>van</strong> de oliemarkt<br />
Olie wordt gewonn<strong>en</strong> over de hele wereld, zoals geïllustreerd wordt in Figuur 18. Deze<br />
situatie is het resultaat <strong>van</strong> e<strong>en</strong> langdurige ontwikkeling die feitelijk in het midd<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de 19 e eeuw begonn<strong>en</strong> is in de VS, zoals te zi<strong>en</strong> is in Figuur 19. Vervolg<strong>en</strong>s<br />
werd er op verschill<strong>en</strong>de plaats<strong>en</strong> olie gezocht <strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>, bijvoorbeeld in Rusland<br />
<strong>en</strong> Roem<strong>en</strong>ië, <strong>en</strong> later in Indonesië <strong>en</strong> Mexico. Vanaf het begin <strong>van</strong> de 20 e eeuw<br />
kwam<strong>en</strong> langzamerhand de olievoorkom<strong>en</strong>s in het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> onder meer<br />
V<strong>en</strong>ezuela in beeld.<br />
Hieronder zal duidelijk word<strong>en</strong> dat de specifieke organisatie <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>s<br />
voor olie <strong>en</strong> voor gas veranderd is in de loop der tijd. Tabel 7 biedt e<strong>en</strong> schematisch<br />
overzicht <strong>van</strong> de ontwikkeling in e<strong>en</strong> aantal structurele karakteristiek<strong>en</strong> <strong>van</strong> de oliemarkt<br />
over de naoorlogse periode. In de eerste plaats zijn e<strong>en</strong> aantal period<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong><br />
op basis <strong>van</strong> de rele<strong>van</strong>te coördinatiemechanism<strong>en</strong>: pre-1959; 1959-<br />
1973; 1973-1983; 1983-2001 <strong>en</strong> post-2001 (zie ook Adelman, 2002).<br />
In de tweede plaats word<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal ess<strong>en</strong>tiële sectorkarakteristiek<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong>,<br />
waarin variatie te zi<strong>en</strong> is tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de period<strong>en</strong>. Het belang <strong>en</strong> de rol<br />
<strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de typ<strong>en</strong> olie- <strong>en</strong> gasmaatschappij<strong>en</strong> varieert in de tijd <strong>en</strong> ook de<br />
invloed <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>s laat verschuiving<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Dat heeft belangrijke<br />
consequ<strong>en</strong>ties gehad voor het aanbod, de vraag <strong>en</strong> de prijs <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas <strong>en</strong> voor<br />
de plaats<strong>en</strong> waar het geproduceerd werd. Tegelijkertijd, echter, zijn vraag, aanbod<br />
<strong>en</strong> prijs ontwikkeling<strong>en</strong> weer <strong>van</strong> invloed op de organisatie <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong> <strong>en</strong> de belang<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> overhed<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
47
Deze karakteritiek<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> de marktstructuur, het soort <strong>van</strong> contract<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />
mechanism<strong>en</strong> <strong>van</strong> prijsvorming, oliemarkt instituties, de politieke issues, de<br />
winningslocaties, de rol <strong>van</strong> olie in de <strong>en</strong>ergievraag, de origine <strong>van</strong> aanvoer naar<br />
de VS, Europa <strong>en</strong> Japan, technologische karakteristiek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verhouding tuss<strong>en</strong><br />
winnings- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit, aanbod <strong>en</strong> de vraag naar product<strong>en</strong>. Figuur 20<br />
geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de consumptie <strong>van</strong> olie in de verschill<strong>en</strong>de regio’s <strong>en</strong> Figuur<br />
21 illustreert geografische verschuiving<strong>en</strong> in de productie.<br />
Figuur 19 Olieprijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> Marktontwikkeling<strong>en</strong><br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
48<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 7 Crude production in selected years, by country<br />
Miljo<strong>en</strong> Ton 1901 1910 1920 1930 1939 1950 1960 1970 1980 1990 2000 2005<br />
Total World 20,7 100 44 100 92,5 100 189,3 100 278 100 528 100 1.066 100 2.322 100 3.049 100 3.180 100 3613 100 3.895 100<br />
USA 9,3 44,9 28,1 63,9 59,5 64,3 120,5 63,7 168,7 60,7 274 51,9 357 33,5 488 21 436 14,3 417 13,1 353 9,8 310 8<br />
Russia 11,4 55,1 9,4 21,4 3,4 3,7 17 9 29,4 10,6 38 7,2 150 14,1 354 15,2 612 20,1 570 17,9 393 10,9 577 14,8<br />
Romania 1,3 3 1 1,1 5,6 3 6,1 2,2 4 0,8 12 1,1 14 0,6 12 0,4 8,1 0,3 6,3 0,2 5,4 0,1<br />
Mexico 21,1 22,8 5,3 2,8 5,7 2,1 10 1,9 14 1,3 25 1,1 98 3,2 147 4,6 171 4,7 187 4,8<br />
Iran* 1,6 1,7 6,1 3,2 10,4 3,7 32 6,1 54 5,1 194 8,4 84 2,8 161 5,1 189 5,2 200 5,1<br />
V<strong>en</strong>ezuela* 18,3 9,7 27,5 9,9 78 14,8 145 13,6 188 8,1 110 3,6 116 3,6 167,3 4,6 154,7 4<br />
Colombia 2,7 1,4 3,2 1,2 0,2 0,1 11,2 0,5 6 0,2 23 0,7 35 1 27 0,7<br />
Iraq* 4,1 1,5 6 1,1 49 4,6 79 3,4 84 2,8 105 3,3 127 3,5 89,5 2,3<br />
Saudi Arabia* 26 4,9 63 5,9 180 7,8 490 16,1 341 10,7 457,6 12,7 526,2 13,5<br />
Canada 4 0,8 26 2,4 64 2,8 72 2,4 92 2,9 126,9 3,5 145 3,7<br />
Indonesia* 7 1,3 21 2 43 1,9 80 2,6 72 2,3 71,5 2 55,9 1,4<br />
Algeria* 1 0,2 9 0,8 52 2,2 58 1,9 57,5 1,8 66,8 1,8 83,6 2,1<br />
Kuwait* 17 3,2 83 7,8 138 5,9 71 2,3 62 1,9 103,9 2,9 122,5 3,1<br />
China 3 0,3 20 0,9 107 3,5 138 4,3 162,6 4,5 174,1 4,5<br />
Nigeria* 1 0,1 55 2,4 105 3,4 89,8 2,8 105,4 2,9 121,9 3,1<br />
Libia* 168 7,2 93 3,1 69 2,2 69,3 1,9 75,8 1,9<br />
UAR* 39 1,7 87 2,9 105 3,3 123,3 3,4 124,7 3,2<br />
Egypt 16,4 0,7 30 1 45 1,4 38,8 1,1 33,9 0,9<br />
UK 0,2 0 80 2,6 92 2,9 216,2 6 84,7 2,2<br />
Brunei 6,8 0,3 25 0,8 7 0,2 9,4 0,3 10,1 0,3<br />
Arg<strong>en</strong>tia 20 0,9 25,7 0,8 25,9 0,8 40 1,1 36,2 0,9<br />
Brazil 8,3 0,4 9,4 0,3 32,6 1 63,2 1,7 84,7 2,2<br />
Oman 16,4 0,7 14,4 0,5 34,4 1,1 47,6 1,3 38,5 1<br />
Qatar* 17,4 0,7 22,4 0,7 20,4 0,6 38,7 1,1 48,8 1,3<br />
Syria 4,2 0,2 7,9 0,3 20,2 0,6 27,3 0,8 23,3 0,6<br />
Angola 5,1 0,2 7,7 0,3 23,4 0,7 36,9 1 61,2 1,6<br />
Australia 8,2 0,4 19,2 0,6 28,8 0,9 35,3 1 23,3 0,6<br />
India 6,8 0,3 9,4 0,3 34,8 1,1 36,1 1 36,2 0,9<br />
Malaysia 0,9 0 13,2 0,4 13,2 0,4 34,3 0,9 36,8 0,9<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
49
Miljo<strong>en</strong> Ton 1901 1910 1920 1930 1939 1950 1960 1970 1980 1990 2000 2005<br />
Total World 20,7 100 44 100 92,5 100 189,3 100 278 100 528 100 1.066 100 2.322 100 3.049 100 3.180 100 3.613 100 3.895 100<br />
Norway 25,8 0,8 82 2,6 160,2 4,4 138,2 3,5<br />
Congo 3,2 0,1 8 0,3 14,2 0,4 13,1 0,3<br />
Gabon 8,9 0,3 13,5 0,4 16,4 0,5 11,7 0,3<br />
D<strong>en</strong>mark 0,3 0 9 0,3 17,7 0,5 18,4 0,5<br />
Ecuador 10,6 0,3 14,9 0,5 20,9 0,6 27,6 0,7<br />
Vietnam 2,7 0,1 16,2 0,4 19,1 0,5<br />
Yem<strong>en</strong> 8,7 0,3 21,3 0,6 20,1 0,5<br />
Thailand 2,7 0,1 6,6 0,2 11,2 0,3<br />
Eq. Guinea 5,8 0,2 17,6 0,5<br />
Sudan 8,6 0,2 18,7 0,5<br />
Chad 9,1 0,2<br />
Bron: 1901-1960: Clark 1990; 1970-2005: BP International Statistics of Trade, Webversion 2006.<br />
Noot: * betek<strong>en</strong>t OPEC lid<br />
50
Figuur 20 Consumptie <strong>van</strong> olie<br />
Miljo<strong>en</strong> Ton<br />
4000<br />
3500<br />
3000<br />
2500<br />
2000<br />
1500<br />
1000<br />
500<br />
0<br />
1965 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Noord Amerika Zuid Amerika EU Ander Europa FSU Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Afrika Azië/Pacific<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2005.<br />
5.2.1 Pre 1959: The Sev<strong>en</strong> Sisters<br />
In de periode voor 1959 werd de olie markt feitelijk gecoördineerd door zev<strong>en</strong> grote<br />
multinationale oliemaatschappij<strong>en</strong> (MNOC’s): Standard Oil of New Jersey (Exxon),<br />
British Petroleum, Shell, Gulf, Texaco, Socal <strong>en</strong> Mobil. Daarnaast speelde het Franse<br />
CFP e<strong>en</strong> kleinere rol. De Sev<strong>en</strong> Sisters oef<strong>en</strong>d<strong>en</strong> controle uit over de hele olie waardeket<strong>en</strong>,<br />
<strong>van</strong> put tot pomp, in vrijwel de gehele niet-communistische wereld. Dit was<br />
ook mogelijk door de veelal koloniale verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Europa als hun voornaamste<br />
afnemer <strong>en</strong> de productieland<strong>en</strong>. Tabel 7 toont de origine <strong>van</strong> de ruwe olie<br />
<strong>en</strong> laat zi<strong>en</strong> dat de er slechts e<strong>en</strong> beperkt aantal produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De VS war<strong>en</strong><br />
als grootste (rond 60% <strong>van</strong> het totaal) nog in belangrijke mate zelfvoorzi<strong>en</strong><strong>en</strong>d, terwijl<br />
ook de Sovjet-Unie (ca. 10%) voor de eig<strong>en</strong> behoefte produceerde. E<strong>en</strong> belangrijk<br />
exportland was V<strong>en</strong>ezuela (15%), terwijl ook Iran, Saudi-Arabië <strong>en</strong> Koeweit in het<br />
Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> langzaam hun bijdrage (rond de 4% ieder) begonn<strong>en</strong> te lever<strong>en</strong>.<br />
Door hun controle war<strong>en</strong> MNOCs war<strong>en</strong> in staat prijz<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong>, vraag <strong>en</strong> aanbod<br />
af te stemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> investering<strong>en</strong> in productie, raffinage <strong>en</strong> marktontwikkeling te coördiner<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast speelde de politieke controle <strong>van</strong> coloniale mog<strong>en</strong>dhed<strong>en</strong>, zoals<br />
Engeland <strong>en</strong> Frankrijk, over productieland<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rol (zie Blair, 1978; Jacoby,<br />
1974; Odell, 1983; Tug<strong>en</strong>dhat, Hamilton, 1975; Yergin, 1991).<br />
51
5.2.2 1959-1973: De Indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ts<br />
Na 1959 werd de dominantie <strong>van</strong> MNOC’s betwist door e<strong>en</strong> aantal nieuwe bedrijv<strong>en</strong>.<br />
Dit war<strong>en</strong> kleinere, onafhankelijke Amerikaanse maatschappij<strong>en</strong> <strong>en</strong> Europese (nationale)<br />
oliemaatschappij<strong>en</strong> (de NOC’s). Deze bedrijv<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> in de snel groei<strong>en</strong>de<br />
markt de Sev<strong>en</strong> Sisters the beconcurrer<strong>en</strong>. Hieraan lag<strong>en</strong> drie ontwikkeling<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
grondslag. T<strong>en</strong> eerste war<strong>en</strong> deze bedrijv<strong>en</strong> in staat om oliewinningsconcessies te<br />
verkrijg<strong>en</strong> in nieuwe gebied<strong>en</strong>, bijvoorbeeld in Libie <strong>en</strong> Algerije, veelal <strong>van</strong>uit wrevel<br />
teg<strong>en</strong> de dominante multinationals. T<strong>en</strong> tweede beslot<strong>en</strong> de VS quota te stell<strong>en</strong> aan<br />
de import <strong>van</strong> ruwe olie om de interne olie-industrie te bescherm<strong>en</strong> <strong>en</strong> de afhankelijkheid<br />
<strong>van</strong> import<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>. De Amerikaanse indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ts zag<strong>en</strong> de beoogde<br />
afzetmarkt plots geblokkeerd <strong>en</strong> moest<strong>en</strong> elders hun afzetmarkt<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong>. T<strong>en</strong><br />
derde vond<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal Europese land<strong>en</strong>, onder meer Italië <strong>en</strong> Spanje, dat zij ook<br />
minder afhankelijk <strong>van</strong> de MNOC’s zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> daartoe richtt<strong>en</strong> zij<br />
hun eig<strong>en</strong> oliemaatschappij<strong>en</strong> op die ook concessies toegewez<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong>.<br />
Figuur 21 <strong>en</strong> Tabel 7 gev<strong>en</strong> aan dat er e<strong>en</strong> verschuiving plaatsvond in het relatieve<br />
belang <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de regio’s, onder meer door de activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de nieuwe<br />
maatschappij<strong>en</strong> die toegang kreg<strong>en</strong> tot concessies. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was er e<strong>en</strong> sterke<br />
uitbreiding <strong>van</strong> het aantal producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>. Deze ontwikkeling, waarbij de beschikbaarheid<br />
<strong>van</strong> olie ge<strong>en</strong> gelijke tred meer hield met de ontwikkeling <strong>van</strong> de<br />
vraag, had e<strong>en</strong> geleidelijke erosie <strong>van</strong> crude <strong>en</strong> product<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong> tot gevolg die, in<br />
combinatie met de snel groei<strong>en</strong>de wereldeconomie, e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme to<strong>en</strong>ame in de consumptie<br />
<strong>van</strong> olie stimuleerde. Tegelijkertijd, echter, had het tot gevolg dat er weinig<br />
meer geïnvesteerd werd in exploratie <strong>en</strong> winning door de grote oliemaatschappij<strong>en</strong> in<br />
de meest veelbelov<strong>en</strong>de gebied<strong>en</strong>.<br />
Figuur 21 Productie <strong>van</strong> olie<br />
Miljo<strong>en</strong> Ton<br />
52<br />
4000<br />
3500<br />
3000<br />
2500<br />
2000<br />
1500<br />
1000<br />
500<br />
0<br />
1965 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Noord Amerika Zuid Amerika Europa FSU Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Afrika Azië/Pacific<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Daarnaast leidd<strong>en</strong> de dal<strong>en</strong>de inkomst<strong>en</strong> <strong>en</strong> koopkracht voor de olieproducer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>de onvrede gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’60. Immers het loskoppel<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de dollar <strong>van</strong> de goudprijs had e<strong>en</strong> sterke waardedaling <strong>van</strong> de dollar tot gevolg.<br />
In 1960 richtt<strong>en</strong> V<strong>en</strong>ezuela, Iran, Irak, Saoedi-Arabië <strong>en</strong> Kuweit de Organisation of<br />
the Petroleum Exporting Countries (OPEC) op, uit onvrede met het lage 10% staatsaandeel<br />
in de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olie die de grote oliemaatschappij<strong>en</strong>, de Sev<strong>en</strong><br />
Sisters, in deze land<strong>en</strong> produceerd<strong>en</strong>. Later voegd<strong>en</strong> Indonesië (1962), Libië (1962),<br />
Qatar (1961), de Ver<strong>en</strong>igde Arabische Emirat<strong>en</strong> (1967), Algerije (1969) <strong>en</strong> Nigeria<br />
(1971) zich bij de organisatie. Gegev<strong>en</strong> de context werd de rol <strong>van</strong> OPEC steeds<br />
meer erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> ’70 ded<strong>en</strong> zich in Libië de eerste op<strong>en</strong>lijke conflict<strong>en</strong><br />
voor met de oliemaatschappij<strong>en</strong> Occid<strong>en</strong>tal, Marathon <strong>en</strong> Contin<strong>en</strong>tal (zie Odell,<br />
1983, 2001, 2002; Sampson, 1985, Adelman, 1972; Hamilton, 1986; Yergin, 1991,<br />
Van der Linde,1991; Parra, 2005; Hammer, 1988; Roncaglia, 1985, V<strong>en</strong>n, 2002).<br />
5.2.3 1973-1983: De oliecrises<br />
Eind 1973 kwam het ong<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> echte eruptie tijd<strong>en</strong>s de eerste oliecrisis,<br />
waarbij het conflict tuss<strong>en</strong> Israël <strong>en</strong> de Arabische buurstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke katalyser<strong>en</strong>de<br />
rol speelde. Als gevolg reële afname <strong>van</strong> de productie <strong>en</strong> de politieke onrust<br />
schot<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> omhoog, <strong>van</strong> e<strong>en</strong> niveau <strong>van</strong> minder dan $ 2 per vat naar $ 12.<br />
Na deze crisis, versche<strong>en</strong> OPEC als nieuw mechanisme <strong>van</strong> marktcoördinatie.<br />
De marktstructuur wijzigde zich radicaal to<strong>en</strong> de meeste producer<strong>en</strong>de land de upstream<br />
winningsactiviteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de MNOC’s <strong>en</strong> de indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ts nationaliseerd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
hun eig<strong>en</strong> nationale productiemaatschappij<strong>en</strong> oprichtt<strong>en</strong> (NOC’s). De zo verkreg<strong>en</strong><br />
zegg<strong>en</strong>schap over hun eig<strong>en</strong> olieproductie stelde de OPEC-regering<strong>en</strong> in staat<br />
regelmatig onderling overleg te voer<strong>en</strong> over hun productiebeleid. Prijz<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
bepaald tijd<strong>en</strong>s vergadering<strong>en</strong> door de overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> de OPEC-lidstat<strong>en</strong>. State-tostate<br />
contract<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> terwijl er<br />
langzamerhand e<strong>en</strong> spot-market tot ontwikkeling kwam, omdat de verticale integratie<br />
gebrok<strong>en</strong> was <strong>en</strong> er in belangrijke land<strong>en</strong> nu e<strong>en</strong> expliciete scheiding tuss<strong>en</strong> olieproducer<strong>en</strong>de<br />
nationale maatschappij<strong>en</strong> <strong>en</strong> down-stream raffinage <strong>en</strong> verkoopbedrijv<strong>en</strong><br />
bestond.<br />
Het belangrijkste langere termijn effect <strong>van</strong> de crisis aan de aanbodzijde was het feit<br />
dat de consumer<strong>en</strong>de naties besef kreg<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun afhankelijkheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> olie <strong>en</strong> dat de land<strong>en</strong> die deel uitmaakt<strong>en</strong> <strong>van</strong> het ‘machtige’ OPEC-kartel daarin<br />
e<strong>en</strong> sleutelrol speeld<strong>en</strong>. Het International Energy Ag<strong>en</strong>cy (IEA) werd opgericht om<br />
maatregel<strong>en</strong> te ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> te coördiner<strong>en</strong> voor de herverdeling <strong>van</strong> olie bij aanvoeronderbreking<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast bleek het idee dat er e<strong>en</strong> einde gekom<strong>en</strong> was aan<br />
beschikking over (te) goedkope olie e<strong>en</strong> sterke stimulans voor investering<strong>en</strong> in alternatiev<strong>en</strong><br />
voor oliegebruik, op e<strong>en</strong> drietal verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong>. In algem<strong>en</strong>e zin,<br />
echter, was de wereld zich niet bewust dat de olieschaarste die tot de prijsstijging<br />
aanleiding had niet veroorzaakt werd door de definitieve uitputting <strong>van</strong> olievoorkom<strong>en</strong>s,<br />
maar dat de oorzaak lag in de achterblijv<strong>en</strong>de investering<strong>en</strong>.<br />
T<strong>en</strong> eerste zett<strong>en</strong> veel land<strong>en</strong> in op <strong>en</strong>ergiebesparing <strong>en</strong> vergroting <strong>van</strong> de efficiëntie.<br />
T<strong>en</strong> tweede, werd er ook door oliemaatschappij<strong>en</strong> geïnvesteerd in de ver<strong>van</strong>ging<br />
<strong>van</strong> olieproduct<strong>en</strong> door andere vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie, zoals kern<strong>en</strong>ergie, aardgas, kol<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> waterkracht <strong>en</strong> ‘alternatieve’ zonne, wind <strong>en</strong> biomassa <strong>en</strong>ergie. Ook de grote<br />
oliemaatschappij<strong>en</strong>, zoals bijvoorbeeld Exxon, investeerd<strong>en</strong> in de kol<strong>en</strong>industrie <strong>en</strong><br />
andere <strong>en</strong>ergievorm<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
53
T<strong>en</strong> derde werd er krachtig geïnvesteerd in de ontwikkeling <strong>van</strong> de olieproductie in<br />
e<strong>en</strong> aantal Non-OPEC regio’s, zoals Alaska, Canada, V<strong>en</strong>ezula <strong>en</strong> Mexico, <strong>en</strong> offshore<br />
in de Noordzee, de Zuid Chinese Zee, de Bar<strong>en</strong>tszee (zie Tabel 7). De betrokk<strong>en</strong><br />
MNOC’s tracht<strong>en</strong> op deze wijze het verlies <strong>van</strong> hun up-stream assets aan OPEC<br />
te comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. Grote hoeveelhed<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> reserves werd<strong>en</strong> toegevoegd, waardoor<br />
de verhouding tuss<strong>en</strong> de reserves <strong>en</strong> het jaarlijkse verbruik weer to<strong>en</strong>am tot<br />
rond de 40 jaar (zie Figuur 22 <strong>en</strong> Figuur 23). Deze olie zou teg<strong>en</strong> veel hogere kost<strong>en</strong><br />
gewonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan in de traditionele OPEC-gebied<strong>en</strong>. In deze gebied<strong>en</strong> was bek<strong>en</strong>d<br />
dat er significante reserves aanwezig zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn. Vanwege de hoge<br />
kost<strong>en</strong> veroorzaakt door, onder meer, de onvri<strong>en</strong>delijke natuurlijke omgeving, loonkost<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de relatief scherpe royalty voorwaard<strong>en</strong> in Europa war<strong>en</strong> oliemaatschappij<strong>en</strong><br />
terughoud<strong>en</strong>d geweest. De te verwacht<strong>en</strong> reserves werd<strong>en</strong> in eerste instantie<br />
dan ook niet hoog geschat, in teg<strong>en</strong>stelling tot de latere resultat<strong>en</strong>.<br />
In algem<strong>en</strong>e zin kan gesteld word<strong>en</strong> dat, onder invloed <strong>van</strong> e<strong>en</strong> grote diversiteit aan<br />
omstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>, er e<strong>en</strong> grote varieteit aan strategie<strong>en</strong> ontstond. Er bestond<br />
ge<strong>en</strong> gecoördineerde, uniforme b<strong>en</strong>adering (zie bijvoorbeeld V<strong>en</strong>n 2002: 113-<br />
143; Clark 1990: 323-329).<br />
Teg<strong>en</strong> het einde <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong> ’70 begon deze olie de markt te bereik<strong>en</strong> op grote<br />
schaal. Al vrij snel werd gestreefd naar het handhav<strong>en</strong> <strong>van</strong> hoge olieprijz<strong>en</strong>, door<br />
middel <strong>van</strong> het beïnvloed<strong>en</strong> <strong>van</strong> het totale olieaanbod, door de beperking <strong>van</strong> de<br />
productie door de OPEC-led<strong>en</strong>, met name Saoedi Arabië. Uiteindelijk leidde dit midd<strong>en</strong><br />
jar<strong>en</strong> ’80 tot e<strong>en</strong> situatie waarin OPEC niet meer in staat was de markt te beheers<strong>en</strong>.<br />
Ook als gevolg <strong>van</strong> de teruglop<strong>en</strong>de vraag naar olie door de substitutie <strong>van</strong><br />
gas, kern<strong>en</strong>ergie, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> efficiëntie <strong>en</strong> door de wereldwijde recessie ontstond er<br />
e<strong>en</strong> surplus aan productie <strong>en</strong> capaciteit (zie Odell, 1983, 2001, 2002; Sampson,<br />
1985, Grayson, 1981; Adelman, 1982, 1996; Hamilton, 1986; Yergin, 1991, Van der<br />
Linde, 1991; Claes, 2001; Hartshorn, 1993; Luciani, 1984; Roncaglia, 1985; V<strong>en</strong>n,<br />
2002).<br />
Figuur 22 Lange termijn reserve/productie ratio<br />
Bron: UNDP, World Energy Assessm<strong>en</strong>t, 2000, p.148.<br />
In 1979/80 vond er e<strong>en</strong> tweede olieprijsschok plaats doordat de productie <strong>van</strong> Iran <strong>en</strong><br />
Irak wegviel, als gevolg <strong>van</strong> de Iraanse revolutie teg<strong>en</strong> het regime <strong>van</strong> de Sjah <strong>en</strong><br />
vervolg<strong>en</strong>s de oorlog tuss<strong>en</strong> beide land<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal factor<strong>en</strong> speelde e<strong>en</strong> rol in de<br />
54<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
olieprijsstijging <strong>van</strong> $ 12.70 in december 1978, tot teg<strong>en</strong> de $ 40, op het hoogtepunt<br />
<strong>van</strong> de crisis.<br />
T<strong>en</strong> eerste was de consumptie <strong>van</strong> olie weer gaan to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de 1978 <strong>en</strong><br />
verdere groei werd voorzi<strong>en</strong>. De productie dekte de vraag, maar extra vraag als<br />
gevolg <strong>van</strong> de noodzaak tot het aanvull<strong>en</strong> <strong>van</strong> opslag veroorzaakte competitie om<br />
beschikbare aanvoer. IEA-beleid was niet erg effectief aangezi<strong>en</strong> de aanbodmaatregel<strong>en</strong><br />
niet gericht war<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> prijs crisis maar op korte termijn fysieke onderbreking<strong>en</strong>.<br />
In de tweede plaats veroorzaakt<strong>en</strong> de gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in Iran grote angst <strong>en</strong> onzekerheid<br />
onder consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die nog steeds afhankelijk war<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Midd<strong>en</strong>-<br />
Oost<strong>en</strong>. Dit resulteerde in paniek aankop<strong>en</strong> <strong>van</strong> ruwe olie om voorrad<strong>en</strong> aan te<br />
vull<strong>en</strong> <strong>en</strong> speculatieve handel, die de ‘echte’ vraag ver te bov<strong>en</strong> ging<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> derde factor betrof het feit dat andere produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong> hun productie te<br />
verhog<strong>en</strong> om aan de vraag te voldo<strong>en</strong>. In het bijzonder to<strong>en</strong> Saoedi-Arabië niet wilde<br />
bijdrag<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> productieverhoging om Iraanse productie te ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong> explodeerd<strong>en</strong><br />
de spot-prijz<strong>en</strong> (Adelman, 2002: 175).<br />
E<strong>en</strong> vierde aspect was het feit dat OPEC-produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> steeds meer olie op de zich<br />
ontwikkel<strong>en</strong>de spot-markt ging<strong>en</strong> verkop<strong>en</strong>, in plaats <strong>van</strong> via lager geprijsde langere<br />
termijn contract<strong>en</strong>, om te profiter<strong>en</strong> <strong>van</strong> de hoge spot-prijz<strong>en</strong>. Dit dwong steeds meer<br />
consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> olie aan te schaff<strong>en</strong> op de spotmarkt, zodo<strong>en</strong>de nog meer opwaartse<br />
prijsdruk g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>d. De steeds wijdere kloof tuss<strong>en</strong> posted <strong>en</strong> spotprijz<strong>en</strong> motiveerde<br />
de meeste OPEC-led<strong>en</strong> tot het zett<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> premie op hun posted prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
OPEC, uiteindelijk, tot het verhog<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ‘officiele’ prijz<strong>en</strong>. De gerealiseerde markt<br />
prijz<strong>en</strong> (spot <strong>en</strong> contract plus premie) war<strong>en</strong> meestal hoger dan de OPEC posted<br />
prijs (zie V<strong>en</strong>n, 2002: 24-27).<br />
E<strong>en</strong> vijfde k<strong>en</strong>merk <strong>van</strong> de tweede crisis is dat het e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> s<strong>en</strong>tim<strong>en</strong>t stimuleerde<br />
<strong>van</strong> concurr<strong>en</strong>tie tuss<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
geconfronteerd met e<strong>en</strong> in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate complexe oliemarkt met meervoudige<br />
prijssystem<strong>en</strong>. OPEC werd beschuldigd <strong>van</strong> het verhog<strong>en</strong> <strong>van</strong> prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
concurreerd<strong>en</strong> met andere consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om in hun behoefte te voorzi<strong>en</strong>. De variëteit<br />
in markt <strong>en</strong> prijsstrategieën <strong>van</strong> verschill<strong>en</strong>de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> droeg bij aan de<br />
onzekerheid <strong>en</strong> introduceerde politieke <strong>en</strong> diplomatie off<strong>en</strong>siev<strong>en</strong> om voordelige state-to-state<br />
contract<strong>en</strong> af te sluit<strong>en</strong>. De onzekere situatie werd nog versterkt door de<br />
Iraanse gijzelaarscrisis, met e<strong>en</strong> mislukte interv<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> de VS <strong>en</strong> de Sovjet invasie<br />
<strong>van</strong> Afghanistan.<br />
In ess<strong>en</strong>tie, in de context <strong>van</strong> de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde market fundam<strong>en</strong>tals, was de<br />
voornaamste oorzaak <strong>van</strong> de tweede crisis de totale afwezigheid <strong>van</strong> geslaagde<br />
collectieve actie door oliemaatschappij<strong>en</strong> <strong>en</strong> regering, <strong>van</strong> zowel produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> land<strong>en</strong>. Concurr<strong>en</strong>tie tuss<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong>, gedrev<strong>en</strong> door de<br />
perceptie <strong>van</strong> schaarste <strong>en</strong> conflicter<strong>en</strong>de ideeën over olieprijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> state-to-state<br />
contract<strong>en</strong> verlamde e<strong>en</strong> effectief beleid binn<strong>en</strong> OPEC <strong>en</strong> het IEA (zie Clark, 1990:<br />
323-329). Daarnaast ontbrak betrouwbare informatie over de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de bek<strong>en</strong>de<br />
reserves in verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>, de productie, de consumptie, opslag, etc.<br />
In 1981 brak er oorlog uit tuss<strong>en</strong> Irak <strong>en</strong> naburig Iran. Tot dan toe was het Perzische<br />
leger dominant geweest in de Golf-regio, maar na de Iraanse revolutie probeerde<br />
Irak de geleg<strong>en</strong>heid te baat nem<strong>en</strong> om controle te krijg<strong>en</strong> over de gr<strong>en</strong>srivier Shattal-Arab.<br />
De daaruit voorvloei<strong>en</strong>de oorlog duurde 7 jaar <strong>en</strong> beperkte de olieproductie<br />
ernstig in beide land<strong>en</strong>. Deze tweede olieshock droeg bij aan het idee dat olie<br />
schaars aan het word<strong>en</strong> was <strong>en</strong> dat de reserves snel aan het oprak<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
55
vrees bestond dat de Straat <strong>van</strong> Hormuz als gevolg <strong>van</strong> het conflict geblokkeerd zou<br />
word<strong>en</strong>, wat vooral het transport <strong>van</strong>uit Koeweit zou belemmer<strong>en</strong> (zie Claes, 2001:<br />
101-107).<br />
De uiteindelijke consequ<strong>en</strong>ties <strong>van</strong> dit conflict war<strong>en</strong> echter minimaal. In de eerste<br />
plaats was de vraag naar olie aan het afnem<strong>en</strong>, als gevolg <strong>van</strong> de wereldwijde<br />
recessie, begin jar<strong>en</strong> tachtig. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was in de daaraan voorafgaande periode<br />
e<strong>en</strong> grote hoeveelheid olie opgeslag<strong>en</strong>, als gevolg <strong>van</strong> de onzekerheid rond de<br />
Iraanse revolutie. De IEA verzocht haar led<strong>en</strong> deze voorrad<strong>en</strong> aan te sprek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> beroep te do<strong>en</strong> op de spotmarkt. Daarnaast vergroott<strong>en</strong> andere produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
buit<strong>en</strong> de Golf, hun productie. Deze drie factor<strong>en</strong> veroorzaakt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> snelle daling<br />
<strong>van</strong> de olieprijs. Tot midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> ’80, echter, bleef de Iraanse <strong>en</strong> Iraakse productie<br />
achter bij het oorspronkelijke niveau.<br />
Deze episode illustreert dat zelfs e<strong>en</strong> groot conflict in het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> niet tot<br />
aanvoerproblem<strong>en</strong> hoeft te leid<strong>en</strong>, zolang er ge<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> gespann<strong>en</strong><br />
vraag situatie, door consumptie of het aanvull<strong>en</strong> <strong>van</strong> voorrad<strong>en</strong>. Belangrijk was wel<br />
dat er begin jar<strong>en</strong> ’80 e<strong>en</strong> echte markt aan het ontstaan was waarin olie verhandeld<br />
werd via term, spot <strong>en</strong> future contract<strong>en</strong> op beurz<strong>en</strong>. Adelman (2002: 176) stelde dat<br />
deze markt<strong>en</strong> efficiënt war<strong>en</strong> in price discovery, maar dat OPEC de productie <strong>en</strong> de<br />
prijz<strong>en</strong> bepaalde. Anders dan voorhe<strong>en</strong>, stelde dit verkopers <strong>en</strong> kopers in staat handel<br />
te drijv<strong>en</strong> zonder dat daar verdere lange termijn contract<strong>en</strong> mee gemoeid war<strong>en</strong>.<br />
Hoewel OPEC streefde naar het comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardedaling <strong>van</strong> de dollar<br />
door prijsverhoging, zett<strong>en</strong> de daling <strong>van</strong> de consumptie <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> <strong>van</strong> het aandeel<br />
<strong>van</strong> OPEC in de voorzi<strong>en</strong>ing onverminderd door na de crisis. De westerse oliemaatschappij<strong>en</strong>,<br />
die hun olieveld<strong>en</strong> in de OPEC-stat<strong>en</strong> kwijt war<strong>en</strong> geraakt, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>orme voortvar<strong>en</strong>dheid aan de dag gelegd bij het opspor<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong> <strong>van</strong> olie op<br />
nieuwe plaats<strong>en</strong>, zoals in de Noordzee <strong>en</strong> in Alaska.<br />
5.2.4 1983-2001: Overschot <strong>en</strong> onderinvestering<strong>en</strong><br />
Vanaf maart 1983 zag OPEC zich g<strong>en</strong>oodzaakt ruwe olie productie quota in te stell<strong>en</strong><br />
voor haar lidstat<strong>en</strong>. Prijz<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bepaald door vraag <strong>en</strong> aanbod op de beurz<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> New York, Rotterdam <strong>en</strong> Singapore. Saoedi-Arabië kreeg de rol als swing producer<br />
<strong>en</strong> bewaarde de balans tuss<strong>en</strong> de wereld vraag naar olie, de aanvoer uit non<br />
OPEC-land<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ‘vaste’ OPEC-productie. Teg<strong>en</strong> het midd<strong>en</strong> <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong> ’80<br />
bleek dit steeds moeilijker omdat Saoedi-Arabië zijn productie steeds verder terug<br />
moest br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zonder prijsstabiliteit te kunn<strong>en</strong> bewerkstellig<strong>en</strong>; de olieprijs bleef dal<strong>en</strong>.<br />
In 1985 weigerde het koninkrijk deze rol verder te vervull<strong>en</strong>, ook al omdat andere<br />
OPEC-led<strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong> hun productie ook terug te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit veroorzaakte e<strong>en</strong><br />
vrije val <strong>van</strong> de olieprijz<strong>en</strong>. Vanaf dat mom<strong>en</strong>t was de coördinatie <strong>van</strong> de markt e<strong>en</strong><br />
functie <strong>van</strong> de mate waarin OPEC, als ‘clumsy’ cartel, in staat was haar productie<br />
controler<strong>en</strong> (Adelman, 1980).<br />
56<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 23 Bewez<strong>en</strong> oliereserves<br />
Miljard barrels<br />
1400<br />
1200<br />
1000<br />
800<br />
600<br />
400<br />
200<br />
0<br />
1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Noord Amerika Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa EU Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Afrika Azië/Pacific<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
Gedur<strong>en</strong>de deze periode vond<strong>en</strong> er buit<strong>en</strong> OPEC ook grote verandering<strong>en</strong> plaats. In<br />
reactie op de nationalisaties <strong>en</strong>ige tijd daarvoor <strong>en</strong> de lage olieprijs zag<strong>en</strong> de ‘majors’<br />
zich g<strong>en</strong>oodzaakt te fuser<strong>en</strong> om kost<strong>en</strong>daling te bewerkstellig<strong>en</strong>. De Amerikaanse<br />
major Gulf werd in 1984 overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door Chevron dat in 2001 met Texaco fuseerde<br />
<strong>en</strong> in 2005 Unocal overnam. E<strong>en</strong> andere major, Mobil Oil, fuseerde in 1999 met<br />
Exxon. In 1998 vond e<strong>en</strong> fusie plaats tuss<strong>en</strong> Total <strong>en</strong> PetroFina, tot TotalFina, dat in<br />
1999 met Elf fuseerde tot TotalFinaElf. In 2003 werd de Groep TotalFinaElf omgedoopt<br />
tot Total. E<strong>en</strong> groot aantal staatsoliemaatschappij<strong>en</strong> in OECD-land<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
geprivatiseerd, ook in reactie op de algem<strong>en</strong>e t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s tot liberalisering. Voorbeeld<strong>en</strong><br />
zijn de British National Oil Company (BNOC), British Petrol (BP), Repsol uit Spanje,<br />
ENI uit Italië <strong>en</strong> Neste uit Finland. Van steeds groter belang in de prijsvorming was<br />
het ontstaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> contractmarkt met allerlei variant<strong>en</strong>, gericht op het<br />
afdekk<strong>en</strong> <strong>van</strong> prijsrisico’s <strong>en</strong> speculatie. Hiermee werd de oliemarkt in haar prijsvorming<br />
steeds meer liquide <strong>en</strong> steeds gevoeliger voor zowel gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> als verwachting<strong>en</strong>.<br />
In het aanbod <strong>van</strong> olie wordt e<strong>en</strong> onderscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> olie afkomstig uit de<br />
OPEC-lidstat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de zog<strong>en</strong>aamde non-OPEC olie, afkomstig uit Noord-Amerika,<br />
Mexico, Noorweg<strong>en</strong>, Groot-Brittannië, Rusland, China, etc. Er bestaat e<strong>en</strong> belangrijk<br />
verschil tuss<strong>en</strong> het gedrag <strong>van</strong> OPEC <strong>en</strong> non-OPEC olieproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De non-OPEC<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> olie uit de grond hal<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s het hierbov<strong>en</strong> geschetste patroon;<br />
zolang de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> de variabele kost<strong>en</strong> dekk<strong>en</strong> wordt er uit bestaande<br />
<strong>bronn<strong>en</strong></strong> olie gewonn<strong>en</strong>. Als de middellange termijn uitzicht geeft op e<strong>en</strong> redelijke<br />
olieprijs wordt er geïnvesteerd in het zoek<strong>en</strong> naar nieuwe oliereserves <strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
bek<strong>en</strong>de reserves productief gemaakt door het plaats<strong>en</strong> <strong>van</strong> installaties voor de win-<br />
57
ning. Traditioneel werd hiervoor richtprijs <strong>van</strong> ongeveer 15 dollar per vat gehanteerd,<br />
teg<strong>en</strong>woordig ligt dat bedrag rond de 20 dollar.<br />
OPEC streefde er echter naar om door middel <strong>van</strong> volumebeleid de prijs op e<strong>en</strong> bepaald<br />
niveau te houd<strong>en</strong> <strong>van</strong> tuss<strong>en</strong> de 22 <strong>en</strong> 25 dollar per vat. Dat betek<strong>en</strong>de dat<br />
OPEC constant moet blijv<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong> of - bij e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> vraag - het eig<strong>en</strong> productievolume<br />
plus het non-OPEC-aanbod tot de gew<strong>en</strong>ste olieprijs leidt. OPEC di<strong>en</strong>t<br />
daarbij rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met de lange- <strong>en</strong> kortetermijnontwikkeling<strong>en</strong> in de vraag<br />
naar olie <strong>en</strong> in de non-OPEC-productie <strong>en</strong> met kortetermijnfluctuaties in de eig<strong>en</strong><br />
productie. De geschied<strong>en</strong>is laat zi<strong>en</strong> dat OPEC grote moeite heeft met het juist<br />
schatt<strong>en</strong> <strong>van</strong> vraag- <strong>en</strong> aanbodontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> steeds geplaagd wordt door incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
op de oliemarkt, die tot korte termijn verstoring<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong><br />
relatief hoge olieprijz<strong>en</strong> het zoek<strong>en</strong> naar <strong>en</strong> de productie <strong>van</strong> non-OPEC-olie,<br />
waarmee productiebeperking nog moeilijker wordt.<br />
E<strong>en</strong> structureel probleem was bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> dat de eig<strong>en</strong> led<strong>en</strong> (met name V<strong>en</strong>ezuela<br />
<strong>en</strong> Qatar) de overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> productiequota ontduik<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het geheim meer olie<br />
verkop<strong>en</strong>; het zog<strong>en</strong>aamde free rider-gedrag, ofwel cheat<strong>en</strong>. Hierdoor gaat het prijsopdrijv<strong>en</strong>de<br />
effect <strong>van</strong> de gezam<strong>en</strong>lijke productiebeperking verlor<strong>en</strong>. Ook heeft<br />
OPEC grote moeite om de sterk uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de grote <strong>en</strong> kleine produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
onder haar led<strong>en</strong> op één lijn te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De kleinere of dichtbevolkte produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
met beperkte reserves, de zog<strong>en</strong>aamde havik<strong>en</strong> (Algerije, Libië <strong>en</strong> Iran),<br />
strev<strong>en</strong> vooral naar relatief hoge prijz<strong>en</strong> om op korte termijn de vrucht<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun<br />
olieproductie te plukk<strong>en</strong>. De grote produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zoals Saoedi Arabië, Koeweit <strong>en</strong> de<br />
Ver<strong>en</strong>igde Arabische Republiek<strong>en</strong>, hecht<strong>en</strong> echter meer belang aan het handhav<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de rol <strong>van</strong> olie op de wereld<strong>en</strong>ergiemarkt door middel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> stabiele gematigde<br />
olieprijs. Dit verzekert immers dat er op de lange termijn e<strong>en</strong> markt voor hun<br />
gigantische reserves blijft bestaan <strong>en</strong> dat alternatieve brandstoff<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> al te grote<br />
rol gaan spel<strong>en</strong> (zie Odell, 2001, 2002; Adelman, 1996, 1990; Yergin, 1991, Van der<br />
Linde, 1991, 2000; Claes, 2001; Hartshorn, 1993; Verleger, 1990; Parra, 2005;<br />
Nor<strong>en</strong>g, 2002).<br />
Gedrev<strong>en</strong> door de economische boom in de VS, Azië <strong>en</strong> de EU begon de vraag naar<br />
olie vervolg<strong>en</strong>s weer te stijg<strong>en</strong> (zie Figuur 25), wat e<strong>en</strong> opwaartse druk op de prijs<br />
veroorzaakte. OPEC onderschatte in november 1997 echter de vraaguitval als gevolg<br />
<strong>van</strong> de inmiddels op gang kom<strong>en</strong>de Aziatische crisis <strong>en</strong> verhoogde haar productie<br />
met ongeveer 10%. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was Irak weer gaan producer<strong>en</strong>. De combinatie<br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> ruim aanbod, e<strong>en</strong> beperkte vraag <strong>en</strong> de milde winter op het Noordelijk halfrond<br />
leidde tot e<strong>en</strong> sterke prijsdaling (zie Figuur 25).<br />
58<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 24 Consumptie <strong>van</strong> olie<br />
Miljo<strong>en</strong> Ton<br />
1200<br />
1000<br />
800<br />
600<br />
400<br />
200<br />
0<br />
1965 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Noord Amerika Zuid Amerika EU Ander Europa FSU Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Afrika Azië/Pacific<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
Figuur 25 Prijs <strong>van</strong> ruwe olie (Wereld Gemiddelde)<br />
dollars per barrel<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
1/3/1997<br />
4/3/1997<br />
7/3/1997<br />
10/3/1997<br />
1/3/1998<br />
4/3/1998<br />
7/3/1998<br />
10/3/1998<br />
1/3/1999<br />
Bron: DOE, EIA, Nov. 2005.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
4/3/1999<br />
7/3/1999<br />
10/3/1999<br />
1/3/2000<br />
4/3/2000<br />
7/3/2000<br />
10/3/2000<br />
1/3/2001<br />
4/3/2001<br />
7/3/2001<br />
10/3/2001<br />
1/3/2002<br />
4/3/2002<br />
7/3/2002<br />
10/3/2002<br />
1/3/2003<br />
4/3/2003<br />
7/3/2003<br />
10/3/2003<br />
1/3/2004<br />
4/3/2004<br />
7/3/2004<br />
10/3/2004<br />
1/3/2005<br />
4/3/2005<br />
7/3/2005<br />
10/3/2005<br />
59
De ine<strong>en</strong>storting <strong>van</strong> de olieprijz<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’90 veroorzaakte e<strong>en</strong> sterke<br />
daling <strong>van</strong> inkomst<strong>en</strong> voor de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. In februari 1998 daalde de prijs tot $ 10<br />
per vat <strong>en</strong> OPEC zag zich g<strong>en</strong>oodzaakt tot nieuwe onderhandeling<strong>en</strong> om de productie<br />
af te do<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijk psychologisch aspect was dat de ‘markt’ niet<br />
geloofde dat OPEC in staat zou zijn om tot e<strong>en</strong> effectieve productiebeperking te kom<strong>en</strong><br />
(Mabro, 2001). Verschill<strong>en</strong>de OPEC-led<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> zich niet aan quota <strong>en</strong> de<br />
bijdrage <strong>van</strong> de Irakese productie was onzeker als gevolg <strong>van</strong> onduidelijkheid over<br />
de voortduring <strong>van</strong> de VN-sancties. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> belev<strong>en</strong> de voorrad<strong>en</strong> ruwe olie groot,<br />
gedur<strong>en</strong>de 1998. OPEC kon de prijsdaling dan ook pas na drie rond<strong>en</strong> <strong>van</strong> productiebeperking,<br />
in maart <strong>en</strong> juni 1998, <strong>en</strong> in maart 1999, tot stilstand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Deze<br />
productievermindering werd ook gerespecteerd door verschill<strong>en</strong>de non-OPECproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
zoals Noorweg<strong>en</strong>, Egypte, Rusland, Mexico <strong>en</strong> Colombia, die hun productie<br />
niet verhoogd<strong>en</strong>. Immers, ook deze produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn voor e<strong>en</strong> groot gedeelte<br />
<strong>van</strong> olie- <strong>en</strong> gasinkomst<strong>en</strong> afhankelijk <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ernstig te lijd<strong>en</strong> <strong>van</strong> de lage prijz<strong>en</strong>.<br />
De olieprijs begon weer te stijg<strong>en</strong>. Eind 1999 begonn<strong>en</strong> olie-importer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong><br />
druk op OPEC uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> om de productie te verhog<strong>en</strong>, omdat de prijs naar bov<strong>en</strong><br />
doorschoot. OPEC vond het to<strong>en</strong> nog te vroeg, onder meer omdat het de aangehoud<strong>en</strong><br />
olievoorrad<strong>en</strong> bijzonder hoog vond. Echter, het gebruik <strong>van</strong> olie uit opgeslag<strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong>de 1999 <strong>en</strong> de noodzaak die voorrad<strong>en</strong> weer aan te vull<strong>en</strong> voor het<br />
winterseizo<strong>en</strong>, gevoegd bij de afnem<strong>en</strong>de Irakese productie <strong>en</strong> de vrees voor e<strong>en</strong><br />
mill<strong>en</strong>niumcrisis, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke druk op de olieprijs tot gevolg. De koude winter<br />
<strong>en</strong> de voordur<strong>en</strong>de afname <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong> versterkte dit nog.<br />
In maart 2000 beslot<strong>en</strong> OPEC <strong>en</strong> Non-OPEC wel tot e<strong>en</strong> hogere productie wat tijdelijk<br />
tot e<strong>en</strong> prijsdaling leidde. In juli <strong>en</strong> september bleek e<strong>en</strong> tweede <strong>en</strong> e<strong>en</strong> derde<br />
productieverhoging noodzakelijk om de prijs niet te hoog te lat<strong>en</strong> oplop<strong>en</strong>. In september<br />
2000 besloot de Amerikaanse Presid<strong>en</strong>t Clinton om 30 miljo<strong>en</strong> vat<strong>en</strong> olie uit<br />
de Strategic Petroleum Reserve (SPR) te verkop<strong>en</strong> om de prijs te drukk<strong>en</strong> (Horsnell,<br />
2000). Tijd<strong>en</strong>s de winter 2000/2001 had de productieto<strong>en</strong>ame weinig effect omdat de<br />
verwachting<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wintervraag hoog war<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was e<strong>en</strong> groot deel <strong>van</strong><br />
de OPEC-surpluscapaciteit inmiddels in gebruik g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, met uitzondering <strong>van</strong> de<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> in Saoedi Arabië. Ook was de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> voorrad<strong>en</strong> bij raffinaderij<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> hav<strong>en</strong>s afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door consumptie. In de tuss<strong>en</strong>tijd had ge<strong>en</strong> aanvulling plaatsgevond<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong>wege de hoge prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachte lagere prijs in de toekomst<br />
(Correljé, 2001). Kort daarop begonn<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> te dal<strong>en</strong>, in eerste instantie als gevolg<br />
<strong>van</strong> de zwakke vraag door economische recessie in Azië <strong>en</strong> de VS, overproductie<br />
door OPEC <strong>en</strong> door het op de markt br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> strategische reserves. In reactie<br />
verlaagde OPEC in januari, maart <strong>en</strong> juli 2001 haar productie om de prijz<strong>en</strong> in stand<br />
te houd<strong>en</strong>. Daarbij bleef de situatie in Irak <strong>en</strong> de discussie over het oil-for-food programme<br />
e<strong>en</strong> ongewisse factor, zeker in de context <strong>van</strong> e<strong>en</strong> economische recessie<br />
aanzi<strong>en</strong>lijk voorrad<strong>en</strong>. Deze situatie kwam nog meer op scherp te staan door de<br />
aanslag<strong>en</strong> 11 september 2001, die de economische groei terug ded<strong>en</strong> lop<strong>en</strong>. In november<br />
werd<strong>en</strong> verdere reducties in de productie aangekondigd <strong>van</strong>af januari. Bijkom<strong>en</strong>d<br />
probleem was snelle expansie <strong>van</strong> de Russische productie <strong>en</strong> export. Uiteindelijk<br />
volgd<strong>en</strong> de belangrijkste Non-OPEC produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> OPEC door hun productie<br />
te reducer<strong>en</strong> tot het niveau dat de prijs in de afgesprok<strong>en</strong> band zou houd<strong>en</strong> (zie Kohl,<br />
2002).<br />
60<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 8 De Internationale Oliemarkt<br />
Structuur Markt/<br />
eig<strong>en</strong>dom<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Pre-1959 1959-1973 1973-1983 1983-2001<br />
Multinationals (MNOCs) MNOCs, nationale bedrijv<strong>en</strong> (NOCs)<br />
<strong>en</strong> indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ts (VSind) uit de VS<br />
Pricing / Contracts Posted prices <strong>en</strong> verticale <strong>en</strong> Posted prices (MNOC’s) <strong>en</strong> to<strong>en</strong>e-<br />
horizontale coördinatie<br />
m<strong>en</strong>de prijs-competitie<br />
Instituties Afsprak<strong>en</strong> MNOCS Afsprak<strong>en</strong> MNOCS <strong>en</strong> groei <strong>van</strong><br />
OPEC<br />
Politieke issues Sam<strong>en</strong>werking Multinationals Strijd tuss<strong>en</strong> OPEC <strong>en</strong> multinatio-<br />
OECD<br />
nals<br />
Multinationals <strong>en</strong> monopolie gedrag<br />
Productie- locatie VS, Latijns Amerika (LA), Midd<strong>en</strong> VS, LA, MO,<br />
Oost<strong>en</strong> (MO)<br />
USSR voor eig<strong>en</strong> gebruik Noord-<br />
USSR voor eig<strong>en</strong> gebruik<br />
Afrika<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> olie in <strong>en</strong>ergie Transport. Goedkope stook- <strong>en</strong> Transport. Subsitutie <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> door<br />
markt<br />
huisbrandolie concurrer<strong>en</strong> met goedkope stook- <strong>en</strong> huisbrandolie in<br />
kol<strong>en</strong> in huishoud<strong>en</strong>s, elektriciteit huishoud<strong>en</strong>s, elektriciteit <strong>en</strong> indu-<br />
<strong>en</strong> industrie<br />
strie<br />
Origine aanvoer naar US, US: Intern (I), Latijns Amerika (LA) US: I+ LA<br />
EU <strong>en</strong> Japan<br />
EU: Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> (MO)<br />
EU: MO<br />
Japan: MO<br />
Technologie E<strong>en</strong>voudige seismiek, vertikaal Gea<strong>van</strong>ceerder boorgat meting<strong>en</strong>,<br />
bor<strong>en</strong><br />
diepere boring<strong>en</strong><br />
Vraag aanbod<br />
capaciteit<br />
Groei reserves, vraag <strong>en</strong> aanbod;<br />
Controle surplus<br />
Groei reserves, vraag <strong>en</strong> aanbod;<br />
Daling surplus<br />
MNOCs, NOCs (OPEC, OAPEC,<br />
NOPEC, OECD), VSind<br />
Conc<strong>en</strong>tratie MNOCs, NOCs<br />
(OPEC, OAPEC, Non-OPEC).<br />
Privatisering bij OECD <strong>en</strong> NO-<br />
PEC<br />
Fysieke <strong>en</strong> papier<strong>en</strong><br />
spot-markt<br />
Posted prices (OPEC), state-tostate<br />
contr <strong>en</strong> spot-market<br />
OPEC <strong>en</strong> nieuw IEA Markt <strong>en</strong> zwak OPEC<br />
Strijd tuss<strong>en</strong> OPEC / OECD<br />
Strijd OPEC tuss<strong>en</strong> ‘havik<strong>en</strong>’ <strong>en</strong><br />
‘duiv<strong>en</strong>’<br />
VS, LA, MO, USSR voor eig<strong>en</strong><br />
gebruik, Noord-Afrika (NAF),<br />
Noordzee<br />
Transport. Substitutie <strong>van</strong> stook<strong>en</strong><br />
huisbrandolie door kern<strong>en</strong>ergie,<br />
aardgas <strong>en</strong> efficiëntie in<br />
non-transport<br />
US: I+ LA + MO<br />
EU: MO<br />
Japan: MO<br />
Gea<strong>van</strong>ceerder exploratie (start<br />
3D seismiek), offshore <strong>en</strong> schuin<br />
bor<strong>en</strong><br />
Daling reserves, Afname vraag,<br />
Controle aanbod,<br />
Groei surplus<br />
Strijd tuss<strong>en</strong> OPEC, Non-OPEC<br />
<strong>en</strong> free-riders.<br />
Verbond VS <strong>en</strong> Saoedi Arabië<br />
VS, LA, MO,<br />
FSU export, NAF, Noordzee,<br />
Alaska<br />
Transport. Substitutie <strong>van</strong> stook<strong>en</strong><br />
huisbrandolie door aardgas in<br />
non-transport, ook door milieu<br />
aspect<strong>en</strong><br />
US: I + LA + MO<br />
EU: I + MO<br />
Japan: MO<br />
3D seismiek, horizontaal bor<strong>en</strong>,<br />
gea<strong>van</strong>ceerde boorgat meting<strong>en</strong>,<br />
diepwater technologie<br />
Daling reserves, Groei vraag<br />
Controle aanbod<br />
Variatie in control surplus<br />
61
5.3 De huidige situatie op de wereldoliemarkt<br />
Vanaf begin 2002 begon e<strong>en</strong> olie prijsstijging die pas midd<strong>en</strong> 2006 tot stilstand lijkt<br />
gekom<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> niveau <strong>van</strong> rond de 60 dollar. Deze ontwikkeling heeft tot veel verwarring<br />
geleid <strong>van</strong>wege de snelle ope<strong>en</strong>volging <strong>van</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vele pot<strong>en</strong>tiële<br />
verklaring<strong>en</strong> <strong>van</strong> de stijging. In eerste instantie werd de verklaring gezocht in<br />
productiebeperking door OPEC- <strong>en</strong> non-OPEC-produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, in combinatie met de<br />
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de spanning<strong>en</strong> in het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verwachting <strong>van</strong> nieuwe interv<strong>en</strong>ties<br />
in Irak. Hierbij kwam<strong>en</strong> de politieke onrust in V<strong>en</strong>ezuela <strong>en</strong> e<strong>en</strong> koude winter<br />
in de VS, die tot e<strong>en</strong> sterke afname <strong>van</strong> de handelsvoorrad<strong>en</strong> aanleiding gav<strong>en</strong>. Na<br />
het begin <strong>van</strong> militaire acties in Irak op 19 maart 2003 blek<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> olieveld<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong><br />
te zijn <strong>en</strong> daalde de prijs ev<strong>en</strong>. Daarna besloot OPEC tot e<strong>en</strong> verlaging <strong>van</strong><br />
haar productieplafond, begin 2004, om e<strong>en</strong> verdere prijsdaling teg<strong>en</strong> te gaan. Dit was<br />
echter niet nodig want in de daaropvolg<strong>en</strong>de periode verdubbel<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> tot teg<strong>en</strong><br />
de 70 dollar (Zie Figuur 26). Als belangrijke factor wordt hierbij de zog<strong>en</strong>aamde<br />
‘fear premium’ gezi<strong>en</strong>, waarbij de olieprijz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> $ 10 tot $ 15 hoger zoud<strong>en</strong> zijn, als<br />
gevolg <strong>van</strong> de vrees voor aanbodonderbreking<strong>en</strong> door politieke instabiliteit of terroristische<br />
aanslag<strong>en</strong> op cruciale installaties of de belemmering <strong>van</strong> transport routes.<br />
Figuur 26 Surplus ruwe olieproductiecapaciteit in OPEC lidstat<strong>en</strong>, 1970 - 2004<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, IMF.<br />
Deze nieuwe situatie op de oliemarkt is het gevolg <strong>van</strong> e<strong>en</strong> aantal verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong><br />
die op zich niet gerelateerd zijn, maar elkaar wel versterk<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> eerste fundam<strong>en</strong>tele ontwikkeling is dat de grote surplus productiecapaciteit<br />
voor ruwe olieproductie, die <strong>van</strong>af begin jar<strong>en</strong> tachtig door OPEC gebruikt werd om<br />
vraag <strong>en</strong> aanbod te balancer<strong>en</strong> ‘verdampt’ is, door de voortgaande groei in de wereldolievraag<br />
<strong>en</strong> achterblijv<strong>en</strong>de investering in nieuwe capaciteit, zowel in de OPECregio,<br />
als in non-OPEC-productie (zie Figuur 26). Het wat onverwacht snelle succes<br />
<strong>van</strong> de Chinese <strong>en</strong> de Indiase economieën was debet aan de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de vraag.<br />
Het gebrek aan investering<strong>en</strong> vindt zijn verklaring in, <strong>en</strong>erzijds, de geringere g<strong>en</strong>eigdheid<br />
<strong>van</strong> de internationale oliemaatschappij<strong>en</strong> om te invester<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> onzeke-<br />
62<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
e situatie, waarbij niet duidelijk was of er nu e<strong>en</strong> tijdelijk of e<strong>en</strong> structureel capaciteitstekort<br />
zou bestaan, terwijl zij zich in sterke mate op het zeker stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> korte<br />
termijn shareholder value di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te richt<strong>en</strong>, onder druk <strong>van</strong> de financiële markt<strong>en</strong><br />
(zie Skinner, 2006; Stev<strong>en</strong>s, 2005).<br />
E<strong>en</strong> tweede ontwikkeling is het feit dat ook de raffinagecapaciteit in de wereld op e<strong>en</strong><br />
zeer hoog doorzetniveau opereert (zie Figuur 27). Bij e<strong>en</strong> sterk groei<strong>en</strong>de vraag naar<br />
lichte product<strong>en</strong>, zoals b<strong>en</strong>zine, dieselolie <strong>en</strong> kerosine, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkte mogelijkheid<br />
bij de meeste raffinaderij<strong>en</strong> om deze product<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> uit de beschikbare ruwe<br />
olie, heeft dit prijsverhoging<strong>en</strong> <strong>van</strong> lichte product<strong>en</strong> tot gevolg. Dit f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> wordt<br />
versterkt door, <strong>en</strong>erzijds, milieuwetgeving die het zwavel gehalte in product<strong>en</strong> naar<br />
b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> bijstelt <strong>en</strong> anderzijds, e<strong>en</strong> groter aanbod <strong>van</strong> zwavelhoud<strong>en</strong>de ruwe olie,<br />
terwijl ook in dit geval de raffinaderij<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkte ontzwavelingscapaciteit hebb<strong>en</strong>.<br />
Ook hier speelt e<strong>en</strong> investeringsprobleem. Na jar<strong>en</strong> <strong>van</strong> overcapaciteit <strong>en</strong> zeer<br />
geringe marges in de raffinage zijn oliemaatschappij<strong>en</strong> terughoud<strong>en</strong>d met het uitbreid<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de capaciteit <strong>van</strong> installaties, bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn in West-Europa <strong>en</strong> de VS<br />
milieuregels verzwaard.<br />
Figuur 27 Raffinage Capaciteit, Doorzet <strong>en</strong> Ruwe Olieproductie, per jaar, 1965 - 2005<br />
Vat<strong>en</strong> per dag<br />
90000<br />
80000<br />
70000<br />
60000<br />
50000<br />
40000<br />
30000<br />
20000<br />
10000<br />
0<br />
1965 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Productie Consumptie Raffinagecapaciteit<br />
Daarnaast zijn er politieke problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> onzekerheid over het investeringsklimaat in<br />
belangrijk pot<strong>en</strong>tiële non-OPEC-productieland<strong>en</strong>, zoals in voormalige Sovjet-Unie <strong>en</strong><br />
Mexico. E<strong>en</strong> belangrijke factor hierbij is dat de internationale oliemaatschappij<strong>en</strong><br />
maar zeer beperkt toegang hebb<strong>en</strong> tot olieresources <strong>en</strong> reserves. E<strong>en</strong> groot deel <strong>van</strong><br />
de totale resources wordt gecontroleerd door staatsonderneming<strong>en</strong> in de producer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong>.<br />
63
Aan OPEC-zijde spel<strong>en</strong> er aantal zak<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste hebb<strong>en</strong> veel OPEC-lidstat<strong>en</strong><br />
grote moeite om te invester<strong>en</strong> in nieuwe capaciteit omdat ze vaak ge<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands<br />
kapitaal will<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong> in hun olie-industrie. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> speder<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> groot deel<br />
<strong>van</strong> hun inkomst<strong>en</strong> aan uitgav<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de bevolking, wap<strong>en</strong>s <strong>en</strong> andere<br />
weinig productieve, maar politiek belangrijke aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. Ook is het e<strong>en</strong> feit<br />
dat Irak ge<strong>en</strong> significante rol op de markt kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> zolang het niet stabiliseert.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is ook duidelijk dat de relatie tuss<strong>en</strong> de VS <strong>en</strong> Saoedi-Arabië, maar ook<br />
tuss<strong>en</strong> OPEC <strong>en</strong> de consumer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>, zodanig veranderd lijkt na de interv<strong>en</strong>tie<br />
in Irak in 2003, dat er weinig g<strong>en</strong>eigdheid lijkt te bestaan om tot lagere olieprijz<strong>en</strong> te<br />
kom<strong>en</strong> (Marcel, Mitchell, 2003; Morse, Jaffe, 2001; Morse, Richard, 2002; Soligo,<br />
Jaffe, 1999). Net als in 1973/74 <strong>en</strong> in het begin <strong>van</strong> jar<strong>en</strong> tachtig profiter<strong>en</strong> de olieproducer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong> simpelweg <strong>van</strong> de betrekkelijk toevallig ontstane situatie <strong>van</strong><br />
hoge volatiele prijz<strong>en</strong> die op ieder incid<strong>en</strong>t reager<strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong> hier<strong>van</strong> zijn de gevolg<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> aantal orkan<strong>en</strong> in de Golf <strong>van</strong> Mexico (I<strong>van</strong>, Rita, Katrina), staking<strong>en</strong><br />
in de Noorse olie-industrie, etc. (Jaffe, Soligo, 2002).<br />
Duidelijk is dat de olie - <strong>en</strong> gas - producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> bevreesd zijn opnieuw e<strong>en</strong><br />
situatie <strong>van</strong> overaanbod te lat<strong>en</strong> ontstaan, zoals in de jar<strong>en</strong> ’80. Te meer omdat in<br />
deze periode OPEC niet in staat bleek zijn eig<strong>en</strong> capaciteit te beheers<strong>en</strong> <strong>en</strong> de markt<strong>en</strong><br />
te stabiliser<strong>en</strong>, zoals hierbov<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> is.<br />
De peak oil beweging staat op het standpunt dat de wereldolieproductie aan zijn<br />
hoogtepunt aan het kom<strong>en</strong> is. Alle grote olievoorkom<strong>en</strong>s zijn in de optiek <strong>van</strong> deze<br />
beweging gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat er nog rest zijn kleine, dure reserves op moeilijk bereikbare<br />
plaats<strong>en</strong>. De voorspelling <strong>van</strong> peak-oil luidt dan ook dat er steeds minder olie<br />
beschikbaar zal zijn wat tot e<strong>en</strong> nog sterkere stijging <strong>van</strong> de prijz<strong>en</strong> zal leid<strong>en</strong>.<br />
Andere organisaties, waaronder het IEA, stell<strong>en</strong> dat de sterke prijsstijging de oliemaatschappij<strong>en</strong><br />
in OPEC <strong>en</strong> non-OPEC-gebied<strong>en</strong> ertoe aan zal zett<strong>en</strong> om te gaan<br />
invester<strong>en</strong>. De hogere olieprijs zou ook het zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> producer<strong>en</strong> <strong>van</strong> olie in diep<br />
water <strong>en</strong> verder afgeleg<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>. Daarmee zal er op termijn voldo<strong>en</strong>de<br />
olie beschikbaar blijv<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hogere prijs dan in het verled<strong>en</strong>, maar onder<br />
het huidige niveau (zie ook Bielecki, 2000; Shell, 2005). In principe g<strong>en</strong>ereert e<strong>en</strong><br />
significante vraag teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoge prijs investering<strong>en</strong>. Dat is ook te zi<strong>en</strong> in Figuur 28<br />
die de inzet <strong>van</strong> boorplatforms in verschill<strong>en</strong>de regio’s toont <strong>en</strong> e<strong>en</strong> afspiegeling<br />
vormt <strong>van</strong> de activiteit in de exploratie <strong>en</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe winningscapaciteit.<br />
Het probleem ligt echter in de geopolitieke verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
olieconsumer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> -producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> in het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> de instabiele<br />
politieke situatie in aanzi<strong>en</strong>lijke del<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wereld (Rusland <strong>en</strong> de Kaspische Zeestat<strong>en</strong>,<br />
V<strong>en</strong>ezuela, Nigeria <strong>en</strong> ander Afrikaanse land<strong>en</strong>). Hierbij speelt het beleid <strong>van</strong><br />
de huidige Amerikaanse regering <strong>en</strong> de relatief zwakke politieke positie <strong>van</strong> de EU<br />
natuurlijk ook e<strong>en</strong> rol <strong>van</strong> belang. Het is maar zeer de vraag in hoeverre de huidige<br />
situatie zich le<strong>en</strong>t voor e<strong>en</strong> investeringsklimaat waarin de b<strong>en</strong>odigde investering<strong>en</strong> in<br />
capaciteitsuitbreiding inderdaad gedaan word<strong>en</strong>.<br />
Figuur 28 Inzet <strong>van</strong> boorplatforms, per maand, januari 1982 - June 2006<br />
64<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
1-1-1982<br />
1-1-1983<br />
1-1-1984<br />
1-1-1985<br />
1-1-1986<br />
1-1-1987<br />
Bron: Baker Hughes, Inc.<br />
1-1-1988<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
1-1-1989<br />
1-1-1990<br />
1-1-1991<br />
1-1-1992<br />
1-1-1993<br />
1-1-1994<br />
1-1-1995<br />
Europe Middle East Africa Latin America Asia Pacific<br />
Uiteindelijk zal deze situatie <strong>van</strong> schaarste waarschijnlijk tot aanpassing<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong>erzijds omdat de hoge prijz<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> relatieve vermindering <strong>van</strong> de economische<br />
groei <strong>en</strong> de consumptie <strong>van</strong> olie zull<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Daarnaast stimuler<strong>en</strong> hoge productprijz<strong>en</strong><br />
investering<strong>en</strong> in de constructie <strong>van</strong> nieuwe productie- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit.<br />
De resultat<strong>en</strong> daar<strong>van</strong> zull<strong>en</strong> zeker merkbaar word<strong>en</strong> op de markt. Figuur 29 geeft<br />
inzicht in de ontwikkeling <strong>van</strong> de ratio <strong>van</strong> de bewez<strong>en</strong> reserves, gedeeld door<br />
productie in de verschill<strong>en</strong>de regio’s; de RP-ratio. De ratio geeft in wez<strong>en</strong>, op ieder<br />
mom<strong>en</strong>t in de tijd, het aantal jar<strong>en</strong> weer dat er nog geproduceerd kan word<strong>en</strong>, gev<strong>en</strong><br />
de bewez<strong>en</strong> voorrad<strong>en</strong> <strong>en</strong> de productie <strong>van</strong> dat mom<strong>en</strong>t. Hieruit komt e<strong>en</strong> beeld naar<br />
vor<strong>en</strong> dat er op wereldschaal e<strong>en</strong> betrekkelijk stabiele verhouding bestaat tuss<strong>en</strong> de<br />
productie <strong>en</strong> het toevoeg<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe reserves; op ieder mom<strong>en</strong>t zijn er nog bewez<strong>en</strong><br />
reserves die voldo<strong>en</strong>de zijn voor zeker 40 jaar productie. De dynamiek is vooral<br />
terug te vind<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de regio’s. Zo is te zi<strong>en</strong> dat in Noord Amerika <strong>en</strong> Azië<br />
gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’90 de RP-ration terug gelop<strong>en</strong> is tot rond de twaalf jaar, als gevolg<br />
<strong>van</strong> afnem<strong>en</strong>de reserves.<br />
Ook, in Europa daalt het het niveau sinds de jar<strong>en</strong> ’80 langzaam maar zeker naar<br />
rond de ti<strong>en</strong> jaar. In Zuid-Amerika ligt het niveau vrij constant op ongeveer 40 jaar,<br />
sinds midd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> ’80, terwijl in de voormalige Sovjet-Unie <strong>en</strong> Afrika e<strong>en</strong> stijging<br />
heeft plaastgevond<strong>en</strong> sinds 1990. In het eerste geval is dat het gevolg <strong>van</strong> e<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>de<br />
productie; in het tweede speelt e<strong>en</strong> vergroting <strong>van</strong> de reserves e<strong>en</strong> rol. In het<br />
Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> is sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> afname <strong>van</strong> de ratio, door e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de productie<br />
bij gelijkblijv<strong>en</strong>de reserves.<br />
1-1-1996<br />
1-1-1997<br />
1-1-1998<br />
1-1-1999<br />
1-1-2000<br />
1-1-2001<br />
1-1-2002<br />
1-1-2003<br />
1-1-2004<br />
1-1-2005<br />
1-1-2006<br />
65
Figuur 29 Reserves Production Ratio 1980- 2005<br />
66<br />
ratio reserves/productie (jaar)<br />
140<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
1980<br />
1985<br />
1990<br />
Noord Amerika Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong><br />
Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika EU 25 Wereld<br />
Bron: BP, Statistical Review of World Energy, 2006.<br />
5.4 De nabije Toekomst<br />
Belangrijke factor<strong>en</strong> met betrekking tot de ontwikkeling <strong>van</strong> de olieindustrie zijn sam<strong>en</strong>gevat<br />
in Tabel 9. In het voorafgaande is aangegev<strong>en</strong> hoe verschuiving<strong>en</strong> in deze<br />
factor<strong>en</strong> <strong>van</strong> invloed geweest zijn in het verled<strong>en</strong>. Met betrekking tot de situatie in de<br />
toekomst kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal min of meer waarschijnlijke ontwikkeling<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot de marktstructuur <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> is het duidelijk<br />
dat er verschuiving<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> in de rol <strong>van</strong> de majors <strong>en</strong> de nationale onderneming<strong>en</strong><br />
in productieland<strong>en</strong> (NOC’s). Gegev<strong>en</strong> de beperkte toegang <strong>van</strong> de majors tot<br />
e<strong>en</strong> groot deel <strong>van</strong> de bewez<strong>en</strong> reserves lijkt het voor de hand ligg<strong>en</strong>d dat hun aandeel<br />
in de oliewinning verder zal afnem<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> het aandeel <strong>van</strong> de<br />
NOC’s. Daarnaast lijkt het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> zich voor te do<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> aantal gespecialiseerde<br />
sub-contractors e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>de rol speelt in de ontwikkeling <strong>van</strong> allerlei technologie<br />
<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> die aan de zowel de majors <strong>en</strong> de NOC’s aangebod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Naarmate technologie complexer <strong>en</strong> duurder wordt is het voor de hand ligg<strong>en</strong>d meer<br />
gebruik te mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> schaalvoordel<strong>en</strong> in de ontwikkeling <strong>en</strong> bij de toepassing gebruik<br />
te mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> de door deze subcontractors gebundelde ervaring<strong>en</strong> <strong>van</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />
oliemaatschappij<strong>en</strong>. Daarnaast lijkt er e<strong>en</strong> tr<strong>en</strong>d te bestaan waarbij consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
land<strong>en</strong> ook staatsonderneming<strong>en</strong>, of ‘national champions’ inzett<strong>en</strong> voor de<br />
verwerving <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas voor hun thuismarkt<strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong> zijn te vind<strong>en</strong> in<br />
China <strong>en</strong> India, die actief zijn in verscheid<strong>en</strong>e Afrikaanse land<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in Europa in<br />
Spanje (Repsol), Italie (ENI), Duitsland (Eon-Ruhrgas), Frankrijk (Edf <strong>en</strong> Total).<br />
1995<br />
2000<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
2005
E<strong>en</strong> tweede aspect omvat de prijsvorming <strong>en</strong> de contract<strong>en</strong> waarbij, in sam<strong>en</strong>hang<br />
met het voorgaande, gespeculeerd kan word<strong>en</strong> over het weer aangaan <strong>van</strong><br />
langetermijn contract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong>. Naarmate e<strong>en</strong><br />
groter deel <strong>van</strong> de handel in olie buit<strong>en</strong> de markt om plaatsvindt, neemt het risico toe<br />
voor de deelnemers, wat als zodanig weer verticale integratie of langere termijn contract<strong>en</strong><br />
stimuleert. Ook de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> volatiliteit, als gevolg <strong>van</strong> het ontbrek<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
surpluscapaciteit in de winning <strong>en</strong> de raffinage, zal mogelijk leid<strong>en</strong> tot het aangaan<br />
<strong>van</strong> dergelijke contract<strong>en</strong>, zowel <strong>van</strong>uit het perspectief <strong>van</strong> de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als de<br />
afnemers. E<strong>en</strong> laatste argum<strong>en</strong>t betreft de afnem<strong>en</strong>de beschikbaarheid <strong>van</strong> lichte,<br />
hoogkwalitatieve ruwe olie die e<strong>en</strong> goede product balans oplevert in de huidige raffinaderij<strong>en</strong>.<br />
Dit f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> zou ertoe kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> dat bedrijv<strong>en</strong> het risico will<strong>en</strong> vermijd<strong>en</strong><br />
dat hun oliedieet niet meer via de markt aan kunn<strong>en</strong> schaff<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarom<br />
overgaan op langere termijncontract<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot het derde aspect, de rele<strong>van</strong>te instituties, lijk<strong>en</strong> de terugkeer <strong>van</strong><br />
NOC’s <strong>en</strong> meer rigide contractvorm<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> politisering <strong>van</strong> de markt aanleiding te<br />
gev<strong>en</strong>, waardoor allerlei secundaire geopolitieke <strong>en</strong> sociaal-economische factor<strong>en</strong><br />
weer e<strong>en</strong> grotere rol kunn<strong>en</strong> gaan spel<strong>en</strong> in de commerciële verhouding<strong>en</strong>. Dit wordt<br />
ook versterkt door het groei<strong>en</strong>de belang <strong>van</strong> milieuaspect<strong>en</strong> <strong>en</strong> de noodzaak tot het<br />
terugdring<strong>en</strong> <strong>van</strong> CO2, NOx <strong>en</strong> zwavel uitstoot. Anderzijds, zal dit meer aanleiding<br />
gev<strong>en</strong> tot coördinatie <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking, rond leveringszekerheid <strong>en</strong> crises in de<br />
<strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing (Van der Linde, 2005; Correljé, Van der Linde, 2006).<br />
De politieke issues <strong>van</strong> belang zull<strong>en</strong> zich waarschijnlijk toespits<strong>en</strong> op, t<strong>en</strong> eerste,<br />
belang<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> rond toegang<br />
tot olie- <strong>en</strong> gasvoorkom<strong>en</strong>s; t<strong>en</strong> tweede, de middel<strong>en</strong> die zij daartoe inzett<strong>en</strong> (NOC’s,<br />
contractuele verhouding<strong>en</strong>, belastingheffing <strong>en</strong> subsidies, etc.); t<strong>en</strong> derde, kooldioxide<br />
reductiemaatregel<strong>en</strong>; t<strong>en</strong> vierde, het gebruik <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiepolitiek voor algem<strong>en</strong>e<br />
geopolitieke doelstelling<strong>en</strong>. Afhankelijk <strong>van</strong> de bredere context <strong>van</strong> de wereldpolitiek,<br />
waarbij de claim voor meer zegg<strong>en</strong>schap door snel groeid<strong>en</strong>de economieën, zoals<br />
China, India <strong>en</strong> Rusland, <strong>en</strong> ideologische teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de VS, Europa,<br />
Latijns-Amerika <strong>en</strong> Azië e<strong>en</strong> belangrijke rol speelt, zull<strong>en</strong> deze teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> tot<br />
serieuze conflict<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> (zie ook Correljé, Van der Linde 2006).<br />
Voor wat betreft de winningslocaties is duidelijk dat er verschuiving<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
plaatsvind<strong>en</strong> <strong>van</strong> Europa <strong>en</strong> de VS, waar de reserves uitgeput aan het rak<strong>en</strong> zijn,<br />
naar het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> Afrika. Daarnaast zou, ook als gevolg <strong>van</strong> technologische<br />
ontwikkeling <strong>en</strong> on-shore politieke instabiliteit, de off-shore winning <strong>van</strong> nieuwe<br />
reserves to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Hier ligt nog e<strong>en</strong> belangrijke rol voor de majors.<br />
De rol <strong>van</strong> olie in de <strong>en</strong>ergiemarkt zal nog meer toegespitst rak<strong>en</strong> op transport,<br />
aangezi<strong>en</strong> andere sector<strong>en</strong> relatief makkelijk alternatiev<strong>en</strong> als kol<strong>en</strong>, gas, kern<strong>en</strong>ergie<br />
<strong>en</strong> duurzame vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie kunn<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong>. Daarnaast zal ook de efficiëntie<br />
<strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, onder invloed <strong>van</strong> hoge prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> technologische<br />
ontwikkeling.<br />
De origine <strong>van</strong> de aangevoerde olie zal waarschijnlijk licht verschuiv<strong>en</strong>, waarbij de<br />
VS zich op Latijns-Amerika, het Noord<strong>en</strong> <strong>van</strong> Amerika <strong>en</strong> West-Afrika zull<strong>en</strong> richt<strong>en</strong>,<br />
terwijl Europa zich nog sterker met Rusland <strong>en</strong> Noord-Afrika zal verbind<strong>en</strong>. Azië zal<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
67
zich sterk op het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Pacific blijv<strong>en</strong> richt<strong>en</strong>, maar mogelijk zal Rusland<br />
hier ook e<strong>en</strong> rol gaan spel<strong>en</strong>.<br />
Voor wat betreft de toegepaste technologie zal de off-shore productie aan belang<br />
winn<strong>en</strong>, terwijl <strong>en</strong>hanced recovery techniek<strong>en</strong> zich verder zull<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Indicaties<br />
hier<strong>van</strong> zijn te vind<strong>en</strong> in de strategie <strong>van</strong> de majors, die zich zegg<strong>en</strong> te richt<strong>en</strong> op<br />
dit soort moeilijke ‘frontier’ project<strong>en</strong>, bij gebrek aan toegang tot interessante, grootschalige<br />
project<strong>en</strong> in de traditionele gebied<strong>en</strong>. Daarnaast zal het exploratie onderzoek<br />
zich waarschijnlijk verder ontwikkel<strong>en</strong> in simulatie <strong>en</strong> schattingstechniek<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
andere vorm <strong>van</strong> technologieontwikkeling zal te vind<strong>en</strong> zijn in de raffinage waar de<br />
noodzaak tot het vergrot<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opbr<strong>en</strong>gst aan lichte brandstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> het krak<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de residu<strong>en</strong> steeds urg<strong>en</strong>ter wordt, door zowel de ontwikkeling <strong>van</strong> de vraag<br />
naar lichte product<strong>en</strong> <strong>en</strong> het dal<strong>en</strong>de aanbod <strong>van</strong> geschikte ruwe olie. In sam<strong>en</strong>hang<br />
hiermee zal ook de ontwikkeling <strong>van</strong> gecompliceerdere process<strong>en</strong>, mogelijk in sam<strong>en</strong>hang<br />
met multifuel <strong>en</strong> vergassingstechniek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijkere rol gaan spel<strong>en</strong>,<br />
waarmee de flexibiliteit aan de vraagkant vergroot kan word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> olie, residu<strong>en</strong>, kol<strong>en</strong>,<br />
biofuels <strong>en</strong> gass<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bredere inzet kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.<br />
De balans in vraag, aanbod <strong>en</strong> capaciteit is sterk afhankelijk <strong>van</strong> de economische<br />
voorspoed in de verschill<strong>en</strong>de regio’s. Duidelijk is dat zich niet zomaar weer e<strong>en</strong> surplus<br />
winnings- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit zal ontwikkel<strong>en</strong>, zonder dat e<strong>en</strong> economische<br />
teruggang de vraag naar <strong>en</strong>ergie weer zal do<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>. Als zich dat niet voordoet, zal<br />
de industrie alle zeil<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> bijzett<strong>en</strong> om voldo<strong>en</strong>de te invester<strong>en</strong> om de vraag bij<br />
te houd<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>ergiemarkt zal daardoor gevoelig blijv<strong>en</strong> voor vraag-<strong>en</strong> aanbodfluctuaties<br />
<strong>en</strong> prijsvolatiliteit. Deze instabiliteit zal mogelijk e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> zijn voor meer<br />
sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> coördinatie tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, waardoor de<br />
huidige tr<strong>en</strong>d richting meer marktwerking omgebog<strong>en</strong> wordt in meer coördinatie door<br />
internationale sam<strong>en</strong>werking. Met betrekking tot de ontwikkeling <strong>van</strong> bewez<strong>en</strong> reserves<br />
licht het in de lijn der verwachting dat er rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> met<br />
e<strong>en</strong> hoge mate <strong>van</strong> just-in-time. Gezi<strong>en</strong> de grote investeringsbehoefte, in e<strong>en</strong> wereld<br />
die in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate op korte-termijnresultaat gericht is, zull<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> de<br />
financiele ruimte niet hebb<strong>en</strong> om voor lange tijd vooruit exploratie te ondernem<strong>en</strong>.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is er ook e<strong>en</strong> gebrek aan capaciteit <strong>en</strong> m<strong>en</strong>skracht in de exploratie <strong>en</strong><br />
winning.<br />
68<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 9 De Internationale Oliemarkt: De toekomst<br />
Structuur Markt<br />
Eig<strong>en</strong>dom<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
2001-2005 2005><br />
Conc<strong>en</strong>tratie MNOCs, NOCs (OPEC,<br />
OAPEC, Non-OPEC). Privatisering bij<br />
OECD <strong>en</strong> NOPEC<br />
Verandering rol MNOCs<br />
Belangrijkere rol NOCs (OPEC, OAPEC, Non-OPEC)<br />
De-privatisering bij OECD <strong>en</strong> NOPEC<br />
Kleinere oliemaatschappij<strong>en</strong> met andere doel<strong>en</strong> dan MNOCs<br />
Belangrijke rol <strong>van</strong> sub-contractors, suppliers, consultants, etc.<br />
Pricing / Contracts Fysieke <strong>en</strong> papier<strong>en</strong> spot-markt Meer lange termijn contract<strong>en</strong>, naast markt, volatiliteit<br />
Instituties Markt Stat<strong>en</strong>, NOCs <strong>en</strong> Markt<br />
Politieke issues Verwijdering tuss<strong>en</strong> OAPEC, OPEC <strong>en</strong><br />
OECD.<br />
Int. terrorisme.<br />
Unilaterale VS koers<br />
Productie- locatie VS, LA, MO<br />
FSU export, NAF, Noordzee, Alaska, West-<br />
Africa<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> olie in<br />
<strong>en</strong>ergie markt<br />
Transport<br />
Ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> olie in non-transport, ook<br />
door milieu aspect<strong>en</strong><br />
Technologie Aan<strong>van</strong>g Enhanced recovery (EOR), diepzee,<br />
flexibele techiek<strong>en</strong> voor mature area’s<br />
Origine aanvoer<br />
naar US, EU <strong>en</strong><br />
Japan<br />
Vraag; Aanbod;<br />
Capaciteit<br />
US: I + LA + MO<br />
EU: MO + EU + NAF<br />
Japan: ME<br />
Stijging reserves; Groei in vraag; Groei in<br />
aanbod; Verdwijning <strong>van</strong> Surplus<br />
Verwijdering tuss<strong>en</strong> OAPEC, OPEC <strong>en</strong> OECD<br />
Internationaal terrorisme<br />
Verzwakte positie VS als dominante mog<strong>en</strong>dheid<br />
Poging<strong>en</strong> <strong>van</strong> China <strong>en</strong> andere consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om politieke grip te krijg<strong>en</strong> op aanbod<br />
Internationale belang<strong>en</strong>conflict<strong>en</strong> rond post-Kyoto project<br />
VS, LA, MO<br />
FSU export, NAF, Noordzee, Alaska, West-Afrika<br />
Transport; Substitutie <strong>van</strong> fossiele olie in non-transport, ook door milieu aspect<strong>en</strong><br />
Diepzee, teerzand<strong>en</strong>, <strong>en</strong>hanced recovery <strong>van</strong> grote <strong>en</strong> kleine veld<strong>en</strong>, flexibilisering inputs (olie, kool,<br />
gas, bio) <strong>en</strong> outputs <strong>van</strong> conversieprocess<strong>en</strong> (syn-fuels <strong>en</strong> bi- <strong>en</strong>-trig<strong>en</strong>eration), vergroting <strong>van</strong> efficiëntie<br />
in hele ket<strong>en</strong>. CO2-opslag<br />
US: I + LA + MO<br />
EU: MO + EU + FSU<br />
Japan: ME<br />
Stijging reserves, Groei in vraag, Groei in aanbod<br />
69
5.5 Conclusies met betrekking tot het olieaanbod<br />
Duidelijk is dat de markt voor ruwe olie <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong> altijd in beweging is geweest<br />
<strong>en</strong> altijd in beweging zal blijv<strong>en</strong>. Zowel de vraag als het aanbod <strong>van</strong> ruwe olie <strong>en</strong><br />
product<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> vertraging op verandering<strong>en</strong> in de markt, zoals hierbov<strong>en</strong><br />
is uitgelegd. Binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> korte tijd kunn<strong>en</strong> er daarom overschott<strong>en</strong> of tekort<strong>en</strong><br />
ontstaan die, <strong>van</strong>wege het belang <strong>van</strong> olie als bron <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie, tot sterke prijsbeweging<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Deze fluctuaties word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig nog versterkt door het<br />
feit dat zowel de ruwe olie - als de productmarkt<strong>en</strong> elektronische on-line-markt<strong>en</strong><br />
geword<strong>en</strong> zijn, terwijl er e<strong>en</strong> stortvloed aan korte termijn detailinformatie over vraag<br />
<strong>en</strong> aanbod beschikbaar gemaakt wordt door gespecialiseerde informatiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> op<br />
internet.<br />
Paradoxaal g<strong>en</strong>oeg leidt deze overvloed aan informatie niet tot verbeterde inzicht<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> voorspelling<strong>en</strong>. Hoewel in grote lijn<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d is welke verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
invloed zijn op de marktontwikkeling<strong>en</strong>, is het onmogelijk om te voorspell<strong>en</strong> hoe deze<br />
economische <strong>en</strong> politieke factor<strong>en</strong> zich precies zull<strong>en</strong> gaan ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe ze<br />
zull<strong>en</strong> gaan sam<strong>en</strong>vall<strong>en</strong> (zie Lynch, 2002). Bij gebrek aan deze inzicht<strong>en</strong>, die voor<br />
OPEC <strong>en</strong> voor andere overhed<strong>en</strong> noodzakelijk zijn om ‘de markt’ succesvol te kunn<strong>en</strong><br />
stur<strong>en</strong> - maar ook als gevolg <strong>van</strong> politiek opportunisme - wordt de olie-industrie<br />
al bijna e<strong>en</strong> eeuw lang gek<strong>en</strong>merkt door fal<strong>en</strong>de overhed<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> fal<strong>en</strong>de markt <strong>en</strong><br />
de daarbij behor<strong>en</strong>de prijsinstabiliteit, zoals geïllustreerd wordt in Figuur 19 (Bohi<br />
Toman, 1996; Kolstad, 2000).<br />
Daarnaast kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal g<strong>en</strong>erieke conclusies getrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met betrekking<br />
tot de ontwikkeling <strong>van</strong> de oliemarkt:<br />
1 Olie is niet primair gezocht, gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> geproduceerd waar dat het goedkoopste<br />
is. Geopolitieke factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> toeval hebb<strong>en</strong> altijd e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld<br />
in het zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> produceerbaar mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s, resources <strong>en</strong><br />
prov<strong>en</strong> reserves.<br />
2 De vraag naar <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong> is op de korte termijn niet sterk elastisch.<br />
Prijsontwikkeling<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> beperkte invloed. Economische groei heeft e<strong>en</strong><br />
belangrijke impact op de <strong>en</strong>ergievraag <strong>en</strong> vooral ook op de vraag naar olieproduct<strong>en</strong><br />
voor transport.<br />
3 Op de langere termijn zijn prijsontwikkeling<strong>en</strong> wel <strong>van</strong> belang <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ze substitutie-effect<strong>en</strong><br />
tot gevolg, tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>, tuss<strong>en</strong> kapitaalinvestering<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiegebruik <strong>en</strong> in ruimtelijke zin, door verplaatsing <strong>van</strong> de<br />
productie naar gebied<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> lager algeme<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>niveau.<br />
4 Verschuiving<strong>en</strong> in de verhouding tuss<strong>en</strong> de olie-industrie <strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> producer<strong>en</strong>de<br />
<strong>en</strong> consumer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> zijn cruciaal voor het begrijp<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod.<br />
5 De MNOC’s verander<strong>en</strong> in de tijd <strong>en</strong> pass<strong>en</strong> zich aan, naar gelang hun positie in<br />
het geheel <strong>en</strong> de ruimte die gebod<strong>en</strong> wordt. Ze bevind<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> delicate balans<br />
tuss<strong>en</strong> de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun aandeelhouders, overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> olieproducer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong>, de inwoners <strong>van</strong> die land<strong>en</strong> <strong>en</strong> de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de overhed<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> OECD-land<strong>en</strong> die belasting heff<strong>en</strong> <strong>en</strong> doelstelling<strong>en</strong> voor wat duurzaamheid<br />
stell<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
71
6 Er is e<strong>en</strong> redelijk grote flexibiliteit in patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> consumptie, productie, marketing,<br />
etc. De gemiddelde overgang duurt ongeveer 6 à 7 jaar, dat wil zegg<strong>en</strong> de<br />
periode <strong>van</strong> e<strong>en</strong> lange investerings-lead time.<br />
7 Patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe investering<strong>en</strong> in olieproductie <strong>en</strong> raffinage <strong>en</strong> terughoud<strong>en</strong>dheid<br />
daarin zijn duidelijk zichtbaar in de industriecycli, die zich k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />
door hoge <strong>en</strong> lage prijz<strong>en</strong> voor olie <strong>en</strong> product<strong>en</strong>. Hoge prijz<strong>en</strong> stimuleerd<strong>en</strong><br />
nieuwe investering<strong>en</strong>, lage prijz<strong>en</strong> dwong<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s rationalisering <strong>en</strong><br />
efficiëntie af.<br />
8 Overgang<strong>en</strong> <strong>van</strong> het <strong>en</strong>e patroon naar het andere zijn vrij g<strong>en</strong>eriek <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
betrekking op vrijwel de hele industrie.<br />
9 Technologie ontwikkelt zich uiterst snel, als daar vraag <strong>en</strong> stimulans voor bestaat.<br />
In het verled<strong>en</strong> is geblek<strong>en</strong> dat er in de productie altijd verschill<strong>en</strong>de fracties, om<br />
verschill<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>van</strong> m<strong>en</strong>ing verschild<strong>en</strong> met elkaar <strong>en</strong> met diverse groep<strong>en</strong><br />
consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (MNOC’s, Non-OPEC, OPEC, Latijns-Amerika, Europa, VS, lokale<br />
maatschappij<strong>en</strong>, etc.). Dat bood altijd geleg<strong>en</strong>heid tot zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> producer<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> olie, met de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de productiviteit- <strong>en</strong> effectiviteitsgroei.<br />
72<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
6 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor gas<br />
Op dit mom<strong>en</strong>t voorziet gas in ongeveer e<strong>en</strong> kwart <strong>van</strong> de totale primaire <strong>en</strong>ergie<br />
behoefte op wereldschaal. Verdere groei <strong>van</strong> de gasconsumptie wordt verwacht, als<br />
gevolg <strong>van</strong> de relatief lage CO2-uitstoot, in vergelijking met kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong>.<br />
Gas wordt dan ook vaak beschouwd als de ‘brug’ naar de toekomstige duurzame<br />
system<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing in de tweede helft <strong>van</strong> de 21 ste eeuw.<br />
Voortgaande groei <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> aardgas in huishoud<strong>en</strong>s, de industrie <strong>en</strong> de<br />
elektriciteitsopwekking in Europa, Noord- <strong>en</strong> Zuid-Amerika <strong>en</strong> Azië heeft aardgas tot<br />
de belangrijkste <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> gemaakt (zie Figuur 30). Belangrijke drijv<strong>en</strong>de<br />
kracht<strong>en</strong> daarbij zijn de technische <strong>en</strong> economische voordel<strong>en</strong> <strong>van</strong> gas, als schone,<br />
veelzijdige <strong>en</strong> makkelijk te controler<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiedrager. E<strong>en</strong> grote uitdaging ligt echter<br />
in het coördiner<strong>en</strong> <strong>van</strong> de gasmarkt. Dit hoofdstuk zal aangegev<strong>en</strong> hoe gasmarkt<strong>en</strong><br />
in het verled<strong>en</strong> tot stand gekom<strong>en</strong> zijn, als e<strong>en</strong> resultante <strong>van</strong> economische, technische<br />
<strong>en</strong> institutionele aspect<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe ze teg<strong>en</strong>woordig aan het verander<strong>en</strong> zijn.<br />
Daarbij wordt aandacht geschonk<strong>en</strong> aan het functioner<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze markt<strong>en</strong> onder<br />
invloed <strong>van</strong> karakteristiek<strong>en</strong> <strong>van</strong> de productie <strong>en</strong> de transmissie <strong>en</strong> distributie system<strong>en</strong><br />
(zie ook Adelman, 1962).<br />
Het gebruik <strong>van</strong> aardgas op grote schaal is e<strong>en</strong> relatief rec<strong>en</strong>t, twintigste eeuws,<br />
f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong>. Daarvoor, echter, werd er al wel zog<strong>en</strong>aamd stadsgas gebruikt. Dit gas<br />
werd grot<strong>en</strong>deels geproduceerd door de destillatie <strong>van</strong> kol<strong>en</strong> in geme<strong>en</strong>telijke gasfabriek<strong>en</strong>.<br />
Hierbij werd<strong>en</strong> gas <strong>en</strong> cokes gevormd. Soms ook werd gas dat vrijkwam bij<br />
de cokesproductie voor hoogov<strong>en</strong>s verkocht aan geme<strong>en</strong>telijke gasbedrijv<strong>en</strong>. Daarnaast<br />
werd er ook op aardgas ingezet dat gewonn<strong>en</strong> werd uit kleine gasvoorkom<strong>en</strong>s<br />
in de nabijheid <strong>van</strong> sted<strong>en</strong>. In de VS werd voor het eerst aardgas gebruikt in 1821, in<br />
Fredonia bij New York. In Rusland werd voor het eerst aardgas gebruikt in de Bakoe,<br />
waar het beschikbaar kwam als bijproduct <strong>van</strong> de plaatselijke oliewinning, in 1871.<br />
Pas rond 1920 maakte de ontwikkeling <strong>van</strong> de lastechniek het mogelijk dat er stal<strong>en</strong><br />
pijp<strong>en</strong> gemaakt kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> die bestand war<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de hoge druk <strong>van</strong> grootschalige<br />
gasvoorkom<strong>en</strong>s. Dit maakte de ontwikkeling <strong>van</strong> system<strong>en</strong> mogelijk op e<strong>en</strong><br />
veel groter schaalniveau, waarbij verschill<strong>en</strong>de putt<strong>en</strong> <strong>en</strong> veld<strong>en</strong> met elkaar <strong>en</strong> met<br />
diverse verafgeleg<strong>en</strong> lokale distributiesystem<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Leeggeproduceerde<br />
veld<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> dan ook ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door nieuw aangeboorde<br />
reserves. In de VS vond de ontwikkeling <strong>van</strong> dit ‘lange-afstandsgas’ plaats <strong>van</strong>af<br />
1925. Elders zou dat nog tot de jar<strong>en</strong> vijftig dur<strong>en</strong>. In Europa marker<strong>en</strong> de gasvondst<strong>en</strong><br />
in Groning<strong>en</strong> in Nederland in 1959 de start <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> contin<strong>en</strong>taal<br />
systeem dat zich uitstrekte over Duitsland, België, Frankrijk, Italië <strong>en</strong> Zwitserland.<br />
Iets later, <strong>van</strong>af 1967, werd ook het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk <strong>van</strong> e<strong>en</strong> nationaal systeem<br />
voorzi<strong>en</strong> nadat er aardgas onder het Noordzeebekk<strong>en</strong> was aangetroff<strong>en</strong>. Tot in<br />
de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig functioneerde het Engelse systeem vrijwel gescheid<strong>en</strong> <strong>van</strong> de rest<br />
<strong>van</strong> Europa. Ook in de Sovjet-Unie vond de ontwikkeling <strong>van</strong> grootschalige system<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong>af de jar<strong>en</strong> vijftig plaats (Peebles, 1980).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
73
Figuur 30 Gasverbruik per capita 2005<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
Anders dan olie, olieproduct<strong>en</strong> <strong>en</strong> kol<strong>en</strong> wordt gas niet verhandeld op e<strong>en</strong> echte<br />
wereldmarkt. Dat komt omdat, tot nu toe, gas aan de verbruikers geleverd werd via<br />
productiesystem<strong>en</strong> <strong>en</strong> pijpleiding<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> sterk regionaal bereik hadd<strong>en</strong>. De geografische<br />
karakteristiek<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze system<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tiële parameters voor de<br />
ontwikkeling <strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod op lokale markt<strong>en</strong>. Als gevolg <strong>van</strong> deze karakteristiek<strong>en</strong><br />
heeft zich e<strong>en</strong> variëteit aan contractuele <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> ontwikkeld,<br />
tuss<strong>en</strong> gas produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, transporteurs <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Door middel <strong>van</strong> deze<br />
arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> prijs <strong>en</strong> volume risico’s gereduceerd <strong>en</strong> verdeeld over de<br />
verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong>. Daarnaast bod<strong>en</strong> deze institutionele structur<strong>en</strong> de mogelijkheid<br />
om informatie over vraag <strong>en</strong> aanbod ontwikkeling<strong>en</strong> te g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
verspreid<strong>en</strong> over rele<strong>van</strong>te partij<strong>en</strong> zodat er langere termijn zekerheid <strong>en</strong> stabiliteit<br />
gebod<strong>en</strong> werd voor betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>. Veelal kwam<strong>en</strong> er sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
joint-v<strong>en</strong>tures tot stand tuss<strong>en</strong> publieke <strong>en</strong> private <strong>en</strong>titeit<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de<br />
segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de system<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong>. Belangrijk<br />
doel was de risico’s te beperk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het best<strong>en</strong>dig<strong>en</strong> <strong>van</strong> langere termijn<br />
commerciële relaties, zodanig dat noch de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, noch die <strong>van</strong><br />
consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het gedrang kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling <strong>van</strong><br />
daadwerkelijk regionale gas markt<strong>en</strong> in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>, contin<strong>en</strong>taal Europa,<br />
Het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk, Japan, de voormalige Sovjet-Unie <strong>en</strong> de Latijns-<br />
Amerikaanse markt<strong>en</strong>; iedere markt met zijn eig<strong>en</strong> structuur <strong>en</strong> institutionele kader,<br />
met specifieke roll<strong>en</strong> voor nationale <strong>en</strong> lokale overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> het bedrijfslev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
daarmee sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de uitkomst<strong>en</strong> voor wat betreft economische karakteristiek<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong>.<br />
In de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> bestond er strikte regulering <strong>van</strong>uit de stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de federale<br />
overheid om de private gasindustrie te stabiliser<strong>en</strong>. In Europa ontstond er e<strong>en</strong> variëteit<br />
aan nationale arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> international Europees systeem<br />
gecoördineerd werd<strong>en</strong> via lange termijn contract<strong>en</strong> <strong>en</strong> coöperatieve publiek/private<br />
74<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong>. Hierin speeld<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> gasproducer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkt aantal gas producer<strong>en</strong>de oliemaatschappij<strong>en</strong> hoofdroll<strong>en</strong>. In Groot-<br />
Brittannië had e<strong>en</strong> publiek distributiebedrijf, British Gas, had het alle<strong>en</strong>recht op de<br />
afname <strong>van</strong> alle gas <strong>van</strong> publieke <strong>en</strong> private off shore produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> leverde dat<br />
direct aan de eindverbruikers. In Japan werd vloeibaar aardgas (Liquified Natural<br />
Gas of LNG) geïmporteerd via lange termijn contract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> consortia <strong>van</strong> distributiebedrijv<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> elektriciteitsproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de buit<strong>en</strong>landse produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die vaak<br />
staatsbedrijv<strong>en</strong> uit OPEC-land<strong>en</strong> of internationale oliemaatschappij<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. In de<br />
Sovjet-Unie werd de hele markt gereguleerd <strong>en</strong> gestuurd door c<strong>en</strong>trale planning <strong>van</strong>uit<br />
het ministerie. In Latijns-Amerika, werd<strong>en</strong> lokale markt<strong>en</strong>, in Arg<strong>en</strong>tinië, Chili <strong>en</strong><br />
V<strong>en</strong>ezuela, door de staat gereguleerd <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> staatsbedrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rol,<br />
soms naast private produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (Davis, 1984). Hieronder zal nader ingegaan word<strong>en</strong><br />
op de ontwikkeling<strong>en</strong> in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong>, Europa <strong>en</strong> Azië, als voornaamste consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> aardgas.<br />
Gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> tachtig vond er e<strong>en</strong> geleidelijke verschuiving plaats in het<br />
economisch d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, waarbij de rol <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de interv<strong>en</strong>tie in markt<strong>en</strong> ter<br />
discussie werd gesteld. Gesteld werd dat ‘de staat’ nooit bij machte zou zijn de economie<br />
beter te coördiner<strong>en</strong> dan de markt <strong>van</strong>wege gebrek aan informatie, belang<strong>en</strong>conflict<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> politieke grillighed<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou er e<strong>en</strong> groot risico bestaan dat het<br />
beleid <strong>van</strong> stat<strong>en</strong> t<strong>en</strong> prooi zoud<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> aan specifieke belang<strong>en</strong>groep<strong>en</strong>, of aan<br />
politieke besluiteloosheid. De argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor herstructurering <strong>en</strong> e<strong>en</strong> terugtred<strong>en</strong>de<br />
overheid werd<strong>en</strong> versterkt door economische theorieën over internationale handel,<br />
die steld<strong>en</strong> dat integratie <strong>van</strong> nationale <strong>en</strong> regionale markt<strong>en</strong> voor goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> sterke welvaartsverhoging zoud<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>, als gevolg <strong>van</strong> e<strong>en</strong><br />
efficiëntere internationale arbeidsdeling tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> land<strong>en</strong> sterk verschill<strong>en</strong><br />
in hun toegang tot <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> zoud<strong>en</strong> nationale <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
integrer<strong>en</strong>, zodanig dat de productie <strong>en</strong> handel in <strong>en</strong>ergiedragers niet langer beperkt<br />
bleef tot het nationale territorium. Daartoe zoud<strong>en</strong> nationale handelsregimes de bestaande<br />
institutionele barrières moet<strong>en</strong> verwijder<strong>en</strong> terwijl verbetering <strong>van</strong> de fysieke<br />
infrastructuur meer efficiënt transport <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> land<strong>en</strong> mogelijk<br />
zou moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> (Yergin, Stanislaw, 1998).<br />
Voorzichtig werd<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de gasmarkt<strong>en</strong> process<strong>en</strong> <strong>van</strong> herstructurering<br />
<strong>en</strong> aanpassing <strong>van</strong> de regulering in gang gezet. Ook hierbij war<strong>en</strong> lokale economische,<br />
(geo)politieke <strong>en</strong> fysieke factor<strong>en</strong> <strong>van</strong> groot belang in het verloop <strong>van</strong> deze<br />
process<strong>en</strong>. Dat kwam tot uiting in de urg<strong>en</strong>tie waarmee de herstructurering ingezet<br />
werd, het tempo waarin maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>en</strong> de keuze voor het herstructureringsmodel<br />
om tot e<strong>en</strong> daadwerkelijk ‘markt’ voor gas te kom<strong>en</strong>.<br />
6.1 De gaswaardeket<strong>en</strong><br />
Over het algeme<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de gassystem<strong>en</strong> opgedeeld word<strong>en</strong> in aantal segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>:<br />
de up-stream productie <strong>van</strong> gas, (lange-afstands) pijpleidingtransmissie, de downstream<br />
distributi<strong>en</strong>etwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de handel <strong>en</strong> levering. Het productiesegm<strong>en</strong>t omvat<br />
de exploratie, het bor<strong>en</strong>, de productie zelf <strong>en</strong> het verzamel<strong>en</strong> <strong>van</strong> het gas <strong>van</strong> de<br />
verschill<strong>en</strong>de veld<strong>en</strong>, voordat het naar de transmissieleiding<strong>en</strong> gaat. De gasindustrie<br />
is nauw gelieerd is aan de olieindustrie, juist waar het de up-stream activiteit <strong>van</strong> exploratie<br />
<strong>en</strong> productie betreft die over het algeme<strong>en</strong> door ‘olie’- maatschappij<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
uitgevoerd.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
75
Daarna echter, wordt het gas na reiniging direct naar de down-stream afnemers getransporteerd;<br />
er is ge<strong>en</strong> sprake <strong>van</strong> raffinage. Gas wordt door transmissiepijpleiding<strong>en</strong><br />
of, in vloeibare vorm als LNG (Liquified Natural Gas), in tankers naar de markt<strong>en</strong><br />
gebracht. Gastransmissie omvat, meestal, lange, hogedruk pijpleiding<strong>en</strong> die het gas<br />
<strong>van</strong> de productiegebied<strong>en</strong> naar de verbruikersmarkt<strong>en</strong> voert. Vloeibaar aardgas,<br />
LNG, di<strong>en</strong>t na aankomst op de ont<strong>van</strong>gstterminal, eerst weer gasvorming gemaakt te<br />
word<strong>en</strong> in gasification plants. Als het aardgas in de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>markt<strong>en</strong> aangekom<strong>en</strong><br />
is wordt over het algeme<strong>en</strong> verder naar de afnemers getransporteerd via lokale<br />
distributi<strong>en</strong>ett<strong>en</strong>. De lokale gasdistributie omvat het lagedruktransport naar de kleinverbruikers,<br />
de levering, het met<strong>en</strong> <strong>van</strong> het verbruik <strong>en</strong> marketing activiteit<strong>en</strong> gericht<br />
op de verschill<strong>en</strong>de verbruikers. De handel heeft betrekking op de verkoop <strong>van</strong> het<br />
gas door de up-stream produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, aan groothandelsbedrijv<strong>en</strong> die het gas weer<br />
verder verkop<strong>en</strong> naar de retailhandel; vaak grote afnemers in de industrie <strong>en</strong> elektriciteitsopwekking<br />
<strong>en</strong> lokale gasdistributiebedrijv<strong>en</strong> die aan kleinverbruikers lever<strong>en</strong>.<br />
Ook down-stream, in de consumptie, zijn er verband<strong>en</strong> waar gas <strong>en</strong> olieproduct<strong>en</strong><br />
substitut<strong>en</strong> voor elkaar kunn<strong>en</strong> zijn. Er zijn echter belangrijke verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beide<br />
industrieën die aanleiding gegev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> tot sterk afwijk<strong>en</strong>de ontwikkelingspad<strong>en</strong>.<br />
Pas rec<strong>en</strong>telijk, met de groei <strong>van</strong> vloeibaar aardgas als alternatieve vorm <strong>van</strong><br />
gasvoorzi<strong>en</strong>ing, lijk<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> aantal overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> te ontstaan in de structuur <strong>van</strong><br />
de waardeket<strong>en</strong>s voor beide <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>.<br />
Figuur 31 Gas waardeket<strong>en</strong><br />
Manier <strong>van</strong> coördinatie <strong>en</strong> investering<strong>en</strong><br />
↓ ↓ ↓<br />
↓<br />
Opsporing → Winning → Langeafstandstransport<br />
Distributie<br />
Beloning<br />
uitvoerders<br />
76<br />
← Groothandels<br />
Prijs product<br />
↓ ↓<br />
→ Detailhandel → Verbruik<br />
← transport fee ← retailprijs ← ‘Nut’<br />
Zoals gesteld, is het opzett<strong>en</strong>, beher<strong>en</strong> <strong>en</strong> exploiter<strong>en</strong> <strong>van</strong> dergelijke grootschalige,<br />
sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de productie, transport <strong>en</strong> distributiesystem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> complexe aangeleg<strong>en</strong>heid;<br />
ondermee <strong>van</strong>wege de grote investering<strong>en</strong> <strong>en</strong> grote risico’s <strong>en</strong> onzekerhed<strong>en</strong><br />
(Correljé, 2004). Enorme investering<strong>en</strong> zijn nodig in installaties <strong>en</strong> pijpleiding<strong>en</strong><br />
die - e<strong>en</strong>maal gebouwd - slecht één doel <strong>en</strong> bestemming hebb<strong>en</strong>: gasproductie <strong>en</strong><br />
het transport <strong>van</strong> de produc<strong>en</strong>t in A naar de verbruikers in B. Als de noodzaak of behoefte<br />
aan het gas, of het transport daar<strong>van</strong>, weg zou vall<strong>en</strong> werd de investering<br />
waardeloos. Als de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> overgaan op andere brandstoff<strong>en</strong>, <strong>van</strong>wege de<br />
lagere prijs daar<strong>van</strong> of anderszins, of als de produc<strong>en</strong>t besluit te stopp<strong>en</strong> met de<br />
levering <strong>van</strong> gas of hogere prijz<strong>en</strong> gaat vrag<strong>en</strong>, staan de andere partij<strong>en</strong> met lege<br />
hand<strong>en</strong>. Zodo<strong>en</strong>de zijn de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, transporteurs <strong>en</strong> verbruikers, door hun verbond<strong>en</strong>heid<br />
via pijpleiding<strong>en</strong>, veroordeeld tot e<strong>en</strong> sterke afhankelijkheid <strong>van</strong> elkaar.<br />
Zowel produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn onderhevig aan volume- <strong>en</strong> prijsrisico. Het<br />
kapitaal vastgelegd in exploratie, productie <strong>en</strong> transport faciliteit<strong>en</strong> verliest zijn waarde<br />
als deze faciliteit<strong>en</strong> niet - met e<strong>en</strong> minimum opbr<strong>en</strong>gst - in voldo<strong>en</strong>de mate b<strong>en</strong>ut<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
word<strong>en</strong>. Voor de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geldt dat zij zich door investering<strong>en</strong> in apparat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
toepassing<strong>en</strong> vastlegg<strong>en</strong> aan het verbruik <strong>van</strong> gas <strong>en</strong> niet geconfronteerd will<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> met sterke prijsverhoging<strong>en</strong>. Vanwege de wederzijdse afhankelijkheid zijn<br />
alle partij<strong>en</strong> in principe in staat elkaar onder druk te zett<strong>en</strong>, wat leidt tot e<strong>en</strong> initiële<br />
terughoud<strong>en</strong>dheid in het aangaan <strong>van</strong> relaties <strong>en</strong> transacties. Dit laatste is juist wat<br />
voorkom<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> omdat de system<strong>en</strong> anders niet tot stand kom<strong>en</strong>, door middel<br />
<strong>van</strong> de contractuele inbedding <strong>van</strong> de transacties. Aangezi<strong>en</strong> het veelal om<br />
gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de system<strong>en</strong> gaat spel<strong>en</strong> internationale politieke verhouding<strong>en</strong><br />
hierbij vaak e<strong>en</strong> belangrijke rol.<br />
E<strong>en</strong> cruciaal aspect <strong>van</strong> de exploitatie <strong>van</strong> dergelijke grootschalige infrastructur<strong>en</strong> is<br />
dat de beschikbare capaciteit maximaal gebruikt wordt <strong>en</strong> dat de inkomst<strong>en</strong> de totale<br />
kost<strong>en</strong> dekk<strong>en</strong> - <strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> de variabele of marginale kost<strong>en</strong> - plus e<strong>en</strong> redelijke<br />
beloning voor het gelop<strong>en</strong> risico. Vaste kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> kapitaalsinvestering<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> het<br />
leeuw<strong>en</strong>deel uit <strong>van</strong> het kost<strong>en</strong>patroon <strong>van</strong> e<strong>en</strong> gassysteem. In e<strong>en</strong> situatie <strong>van</strong> ‘echte’<br />
concurr<strong>en</strong>tie, echter, zull<strong>en</strong> de marktprijz<strong>en</strong> de t<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s verton<strong>en</strong> te dal<strong>en</strong> tot het<br />
niveau <strong>van</strong> de zeer lage marginale kost<strong>en</strong>, of daaronder bij e<strong>en</strong> overaanbod, waardoor<br />
de kapitaalslast<strong>en</strong> niet meer gedekt word<strong>en</strong>. Deze situatie <strong>van</strong> concurr<strong>en</strong>tie is<br />
natuurlijk voordelig voor de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die dan met e<strong>en</strong> minimale prijs geconfronteerd<br />
word<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiedrager die voor h<strong>en</strong> waarschijnlijk e<strong>en</strong> veel grotere<br />
waarde zal hebb<strong>en</strong>. Op langere termijn echter, zal het ook betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong><br />
investering<strong>en</strong> meer gedaan word<strong>en</strong> in het zoek<strong>en</strong> naar ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong>de gasveld<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />
nieuwe infrastructuur, ter ver<strong>van</strong>ging of <strong>van</strong>wege uitbreiding <strong>van</strong> het systeem. Er bestaat<br />
e<strong>en</strong> aantal mogelijkhed<strong>en</strong> om tot e<strong>en</strong> balans te kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> korte <strong>en</strong> lange<br />
termijn belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de industrie <strong>en</strong> de verbruikers.<br />
E<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t <strong>van</strong> groot belang is het leveringsportfolio, dat e<strong>en</strong> dynamische balans<br />
moet verton<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de levering<strong>en</strong> <strong>van</strong> gas aan de verschill<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
verbruikers in verschill<strong>en</strong>de (deelmarkt<strong>en</strong>). De belangrijkste deelmarkt<strong>en</strong> zijn de<br />
kleinverbruikers, als huishoud<strong>en</strong>s, de kleinzakelijke markt <strong>en</strong> overheidsgebouw<strong>en</strong>, de<br />
middelgrote industrie <strong>en</strong> glastuinbouw, de grote industrie <strong>en</strong> de elektriciteitsproductie.<br />
Belangrijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hier in zijn de prijz<strong>en</strong> die verbruikers in deze deelmarkt<strong>en</strong><br />
maximaal bereid zijn te betal<strong>en</strong> voor hun gasleveranties. In de <strong>en</strong>ergiemarkt, moet<br />
gas concurrer<strong>en</strong> met andere <strong>en</strong>ergiedragers. Afhankelijk <strong>van</strong> het soort afnemer zijn<br />
kol<strong>en</strong>, kern<strong>en</strong>ergie, stookolie, dieselolie, elektriciteit, biofuels, of stadsgas alternatiev<strong>en</strong><br />
voor aardgas. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn sommige afnemers in staat om onmiddellijk, al bij<br />
e<strong>en</strong> klein prijsverschil, te switch<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> andere <strong>en</strong>ergiedrager, omdat ze daarvoor<br />
de installaties hebb<strong>en</strong>. Bij andere afnemers moet er sprake zijn <strong>van</strong> (uitzicht op)<br />
e<strong>en</strong> prijsverschil <strong>van</strong> voldo<strong>en</strong>de om<strong>van</strong>g over e<strong>en</strong> langere periode, om investering<strong>en</strong><br />
in nieuwe apparatuur <strong>en</strong> installaties te rechtvaardig<strong>en</strong>.<br />
In ieder <strong>van</strong> bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde sector<strong>en</strong> leidt het gebruik <strong>van</strong> gas, voor behoeft<strong>en</strong> als<br />
ruimte verwarming, kok<strong>en</strong>, warmwater voorzi<strong>en</strong>ing, ketelondervuring, of als grondstof,<br />
tot specifieke gebruikspatron<strong>en</strong> per seizo<strong>en</strong>, per week <strong>en</strong> per dag. Deze patron<strong>en</strong><br />
vertal<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> geaggregeerde ‘load factor’ die varieert in de tijd. Gas voor<br />
de verwarming <strong>van</strong> huishoud<strong>en</strong>s <strong>en</strong> andere faciliteit<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk zich door e<strong>en</strong> sterk<br />
variabel seizo<strong>en</strong>sgebond<strong>en</strong> verbruikspatroon, terwijl er op korte termijn weinig alternatiev<strong>en</strong><br />
zijn. De elektriciteitssector is e<strong>en</strong> dynamische markt met veel mogelijkhed<strong>en</strong><br />
voor het op korte termijn ‘switch<strong>en</strong>’ tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiedragers binn<strong>en</strong> opwekkingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />
of daartuss<strong>en</strong>. Veel industrieën k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>sdynamiek <strong>en</strong> soms<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> tot uitstel <strong>van</strong> het gasverbruik.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
77
Figuur 32 Cyclische patron<strong>en</strong> in gasverbruik, productie, import<strong>en</strong> <strong>en</strong> gasopslag in OECD-Europa 1984-2004<br />
-80000<br />
1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002<br />
78<br />
80000<br />
60000<br />
40000<br />
20000<br />
0<br />
-20000<br />
-40000<br />
-60000<br />
Bron: CIEP, 2006.<br />
Consumption Ind. Production Net Imports Contribution Stocks +/- Season Stock Change<br />
Deze cyclische patron<strong>en</strong> zijn <strong>van</strong> grote invloed op de exploitatie <strong>van</strong> gassystem<strong>en</strong>,<br />
waar vaak e<strong>en</strong> constante, maximale b<strong>en</strong>uttingsgraad in de productie of het transport<br />
gew<strong>en</strong>st is, <strong>van</strong>wege geologische, technische <strong>en</strong> economische red<strong>en</strong><strong>en</strong>. Daarnaast<br />
zijn deze patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> groot belang voor de langere termijnplanning <strong>van</strong> investering<strong>en</strong><br />
in de expansie <strong>van</strong> deze system<strong>en</strong>, zodanig dat er ge<strong>en</strong> capaciteitstekort<strong>en</strong>,<br />
maar ook ge<strong>en</strong> dure overcapaciteit ontstaat. Feitelijk word<strong>en</strong> er strikte eis<strong>en</strong> gesteld<br />
aan de coördinatie <strong>van</strong> marketing, productie <strong>en</strong> investering<strong>en</strong> in productie, transport<br />
<strong>en</strong> opslagfaciliteit<strong>en</strong> (zie Figuur 32). Afhankelijk <strong>van</strong> de dynamiek in de specifieke<br />
regionale omstandighed<strong>en</strong> is deze coördinatie meer of minder rele<strong>van</strong>t, maar in algem<strong>en</strong>e<br />
zin bestaat er e<strong>en</strong> grote invloed op de mate <strong>van</strong> risico <strong>van</strong> investering<strong>en</strong><br />
door consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> belangrijk ruimtelijk elem<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> de gasvoorzi<strong>en</strong>ing in de<br />
tweede helft <strong>van</strong> de 20ste eeuw, is het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> dat, over het algeme<strong>en</strong>, de afstand<br />
waarover gas getransporteerd wordt <strong>van</strong> de productielocatie naar de afnemers, to<strong>en</strong>eemt.<br />
De economische theorie veronderstelt dat de exploratie, de ontwikkeling<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> de productie zo dicht mogelijk bij de afnemers plaatsvind<strong>en</strong>. Transport<br />
is duur, het vermindert de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> <strong>van</strong> het gas voor produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbruikers<br />
<strong>en</strong> het reduceert de mogelijkhed<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> flexibele inzet <strong>van</strong> het gas, om dagelijkse<br />
<strong>en</strong> seizo<strong>en</strong>spatron<strong>en</strong> in afname te dekk<strong>en</strong>. Dus, in e<strong>en</strong> gestileerd model, zou de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> nieuwe gasveld<strong>en</strong> zich in conc<strong>en</strong>trische ring<strong>en</strong> rond de zwaartepunt<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> consumptie moet<strong>en</strong> voltrekk<strong>en</strong> (zie Boots, 2004; Golombek, 1995, 1998; OME,<br />
2002).<br />
Dit patroon doet zich in de werkelijkheid niet altijd voor. Gasveld<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet op<br />
bestelling ontdekt <strong>en</strong> in productie g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Sommige oudere veld<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>,<br />
omdat ze erg groot, omdat technologische ontwikkeling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘second life’<br />
mogelijk mak<strong>en</strong>, of omdat de productie uitgesteld is met het oog op het beheer <strong>van</strong><br />
nationale bodemschatt<strong>en</strong>. Net als bij olie speelt de factor geluk daar e<strong>en</strong> rol in. In<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
veel gevall<strong>en</strong> wordt gas gevond<strong>en</strong> in “associatie” met olie, dan bevind<strong>en</strong> beide zich in<br />
het zelfde reservoir <strong>en</strong> is het onmogelijk het e<strong>en</strong> zonder het ander te producer<strong>en</strong>. Er<br />
wordt dan ook veel gas geproduceerd in sam<strong>en</strong>hang met olie. Deze zog<strong>en</strong>aamde<br />
joint-production leidt traditioneel tot problem<strong>en</strong> bij het tegelijkertijd afstemm<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
het aanbod <strong>van</strong> gas én olie op de vraag. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was de verkoop <strong>van</strong> dit gas vaak<br />
niet winstgev<strong>en</strong>d, omdat het zover <strong>van</strong> pot<strong>en</strong>tiële klant<strong>en</strong> plaatsvond <strong>en</strong> transport per<br />
pijpleiding te duur of onmogelijk was (Adelman, 1962; Odell, 2002). Dus werd het<br />
aardgas afgefakkeld <strong>en</strong> de olie per tanker afgevoerd. Pas rec<strong>en</strong>telijk zijn de kost<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> Liquified Natural Gas (LNG) systeem, inclusief het vloeibaar mak<strong>en</strong>, het<br />
transport <strong>en</strong> het weer in gasvormige toestand terugbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zover gedaald dat LNG<br />
e<strong>en</strong> perspectief geword<strong>en</strong> is. Daarmee zull<strong>en</strong> geografische patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> gasvoorzi<strong>en</strong>ing<br />
zich radicaal gaan wijzig<strong>en</strong>.<br />
Figuur 33 Patron<strong>en</strong> <strong>van</strong> Internationaal Gastransport 2005<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
E<strong>en</strong> tweede belangrijke consequ<strong>en</strong>tie is het feit dat de wereld gasreserves sterk<br />
kunn<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Immers gas dat vroeger wel bestond als voorkom<strong>en</strong>, maar niet<br />
teg<strong>en</strong> economisch aantrekkelijke voorwaard<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> markt getransporteerd kon<br />
word<strong>en</strong> kon niet als produceerbare reserve gerek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Er was ge<strong>en</strong> vraag,<br />
dus ge<strong>en</strong> commercieel verhandelbare <strong>en</strong> produceerbare hoeveelheid gas. Met het<br />
dal<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> LNG-ket<strong>en</strong>s neemt de wereld gasreserve dus <strong>en</strong>orm toe,<br />
omdat het gas binn<strong>en</strong> het economisch te rechtvaardig<strong>en</strong> bereik <strong>van</strong> de afnemers<br />
komt. Dit f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> moet natuurlijk ook beschouwd word<strong>en</strong> in het licht <strong>van</strong> de huidige<br />
hoge olieprijz<strong>en</strong>. Olieproduct<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> alternatief of e<strong>en</strong> prijsindicator voor<br />
aardgas <strong>en</strong> trekk<strong>en</strong> dus de marktprijs voor gas omhoog. Daardoor kan er nog steeds<br />
e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijke winst gemaakt word<strong>en</strong> op relatief duur gas, zoals LNG, terwijl de<br />
winst<strong>en</strong> op grote veld<strong>en</strong> in buurt <strong>en</strong>orm zijn (J<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, 2003, 2004).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
79
Figuur 34 Ontwikkeling bewez<strong>en</strong> gasreserves 1980-2005<br />
80<br />
Triljo<strong>en</strong> Kubieke meter<br />
200<br />
180<br />
160<br />
140<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
1980<br />
1985<br />
1990<br />
Noord Amerika Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika EU 25<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
6.2 Coördinatie <strong>en</strong> marktord<strong>en</strong>ing<br />
Als gevolg <strong>van</strong> deze karakteristiek<strong>en</strong> heeft zich e<strong>en</strong> variëteit aan contractuele <strong>en</strong><br />
eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> ontwikkeld, tuss<strong>en</strong> gasproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, transporteurs <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
Door middel <strong>van</strong> deze arrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> prijs <strong>en</strong> volume risico’s<br />
gereduceerd <strong>en</strong> verdeeld over de verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong>. Daarnaast bod<strong>en</strong> deze institutionele<br />
structur<strong>en</strong> de mogelijkheid om informatie over vraag <strong>en</strong> aanbod ontwikkeling<strong>en</strong><br />
te g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verspreid<strong>en</strong> over rele<strong>van</strong>te partij<strong>en</strong> zodat er langere termijn<br />
zekerheid <strong>en</strong> stabiliteit gebod<strong>en</strong> werd voor betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>. Veelal kwam<strong>en</strong> er sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> joint-v<strong>en</strong>tures tot stand tuss<strong>en</strong> publieke <strong>en</strong> private <strong>en</strong>titeit<strong>en</strong> in<br />
de verschill<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de system<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong>.<br />
Deze institutionele ontwikkeling heeft geleid tot daadwerkelijk regionale<br />
gasmarkt<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> structuur <strong>en</strong> institutionele kaders <strong>en</strong> specifieke<br />
roll<strong>en</strong> voor de overheid <strong>en</strong> het bedrijfslev<strong>en</strong>.<br />
De Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />
De gasindustrie in de VS is de grootste ter wereld <strong>en</strong> omvat e<strong>en</strong> groot aantal veld<strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> grote variatie in om<strong>van</strong>g. In eerste instantie was gebruik <strong>van</strong> gas e<strong>en</strong> lokale<br />
aangeleg<strong>en</strong>heid met e<strong>en</strong> betrekkelijk willekeurige verspreiding over het land. In deze<br />
periode was er zeer beperkt toezicht, waarbij vooral geme<strong>en</strong>tes betrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De<br />
Natural Gas Act of 1938 vestigde de basis voor de latere regulering <strong>van</strong> gasprijz<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> <strong>van</strong> de activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderneming<strong>en</strong>. In de daaropvolg<strong>en</strong>de periode vond<br />
e<strong>en</strong> snelle groei plaats <strong>van</strong> de industrie <strong>en</strong> <strong>van</strong> het reguleringskader. Interstate<br />
transacties, tuss<strong>en</strong> partij<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de stat<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> gereguleerd door de<br />
Federal Energy Regulatory Commission (FERC), zoals die later ging het<strong>en</strong>.<br />
1995<br />
2000<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
2005
Intrastate transacties, binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> staat ward<strong>en</strong> gereguleerd door state public utility<br />
commissions (PUC). De industrie was verticaal opgesplitst in de productiebedrijv<strong>en</strong>,<br />
pijpleiding<strong>en</strong> voor het transport <strong>en</strong> de lokale distributiebedrijv<strong>en</strong>. Alle transacties war<strong>en</strong><br />
gereguleerd <strong>en</strong> vond<strong>en</strong> plaats onder langetermijncontract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de interstate <strong>en</strong> intrastate transportbedrijv<strong>en</strong>, die het weer doorverkocht<strong>en</strong> aan de<br />
lokale distributiebedrijv<strong>en</strong>, zodat de industrie feitelijk wel verticaal geïntegreerd was.<br />
Poging<strong>en</strong> om de wellhead prijz<strong>en</strong>, de inkomst<strong>en</strong> voor de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, op e<strong>en</strong> laag<br />
niveau te houd<strong>en</strong> ontmoedigd<strong>en</strong> investering<strong>en</strong> in exploratie <strong>en</strong> productie. De transport-<br />
<strong>en</strong> distributiesystem<strong>en</strong>, als private monopolies, berek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hoge kost<strong>en</strong> door<br />
aan de verbruikers. In de jar<strong>en</strong> ’70 vertraagde dit de groei <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> gas<br />
aanzi<strong>en</strong>lijk, terwijl in die periode de ontwikkeling <strong>van</strong> binn<strong>en</strong>landse <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong><br />
<strong>van</strong> het grootste belang geacht werd. Het gebrek aan gas aan het eind <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong><br />
’70, bracht het Congress ertoe over te gaan tot hervorming <strong>van</strong> de gasindustrie. In<br />
1978, werd de Natural Gas Policy Act aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarmee de Federal Energy<br />
Regulatory Commission (FERC) in staat was om tot liberalisering <strong>van</strong> de interstate<br />
gasmarkt over te gaan (MacAvoy 2000).<br />
Europa<br />
Ess<strong>en</strong>tieel voor de ontwikkeling <strong>van</strong> het Europese systeem - <strong>en</strong> in afwijking <strong>van</strong> de<br />
situatie elders - was de mogelijkheid om zeer flexibel gas te producer<strong>en</strong> uit het<br />
Groning<strong>en</strong>veld in Nederland. Vanwege de geologische structuur <strong>van</strong> het veld <strong>en</strong> de<br />
grote investering<strong>en</strong> in de dagelijkse productiecapaciteit, met e<strong>en</strong> totaal <strong>van</strong> circa<br />
100 bcm per jaar, kon het veld e<strong>en</strong> piekproductie lever<strong>en</strong> die voldo<strong>en</strong>de was om de<br />
hele Noordwest Europese markt <strong>van</strong> gas te voorzi<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> lag het veld c<strong>en</strong>traal<br />
in de regio. Op deze basis ontwikkelde zich gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’60 e<strong>en</strong> systeem<br />
waarbij Nederland gas ging lever<strong>en</strong> aan, in eerste instantie, Duitsland, België <strong>en</strong><br />
Frankrijk (Correljé, 1998; Correljé, 2003; Correljé, Verbong, 2004).<br />
Gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’70 dok<strong>en</strong> er nieuwe produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op, aangetrokk<strong>en</strong> door de<br />
hoge inkomst<strong>en</strong> uit de gasverkoop in Europa. Deze produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, vaak oliemaatschappij<strong>en</strong>,<br />
in Nederland, Noorweg<strong>en</strong>, Groot-Brittannië, de Sovjet-Unie <strong>en</strong> Algerije<br />
ondernam<strong>en</strong> exploratieactiviteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> investeerd<strong>en</strong> in productiefaciliteit<strong>en</strong>, waarna het<br />
gas verplicht verkocht werd aan (semi-) publieke gasinkoopbedrijv<strong>en</strong>, zoals Gasunie<br />
in Nederland, British Gas, GFU in Noorweg<strong>en</strong>, de voorloper <strong>van</strong> Gazprom in de<br />
Sovjet-Unie <strong>en</strong> Sonatrach in Algerije. Deze bedrijv<strong>en</strong> verkocht<strong>en</strong> het gas bij hun nationale<br />
gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> aan transportbedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of groothandelsonderneming<strong>en</strong>, die het gas<br />
verder Europa in voerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verkocht<strong>en</strong> aan lokale of nationale distributiebedrijv<strong>en</strong>,<br />
elektriciteitsproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> industriële grootverbruikers. Met uitzondering <strong>van</strong><br />
Duitsland, had ieder land e<strong>en</strong> transmissiebedrijf dat het nationale hogedruktransportsyteem<br />
beheerde. De locale, geme<strong>en</strong>telijke distributie bedrijv<strong>en</strong> beheerd<strong>en</strong> de lagedrukdistributi<strong>en</strong>ett<strong>en</strong>,<br />
waarmee het gas naar de verbruikers werd gevoerd. De kleinverbruikers<br />
hadd<strong>en</strong> exclusieve leveringscontract<strong>en</strong> met hun lokale distributiebedrijv<strong>en</strong>.<br />
Overal in Europa war<strong>en</strong> de transmissie bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> distributiebedrijv<strong>en</strong> locale<br />
monopolies (Mabro Wybrew Bond, 1999).<br />
Aan de hand <strong>van</strong> de afzet <strong>van</strong> gas in de verschill<strong>en</strong>de deelmarkt<strong>en</strong> coördineerd<strong>en</strong> de<br />
gasinkoopbedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> transporteurs/groothandels de investering<strong>en</strong> in de exploratie,<br />
productie <strong>en</strong> transportsystem<strong>en</strong>. De producers leverd<strong>en</strong> hun gas via langetermijncontract<strong>en</strong>,<br />
voor 15 tot 20 jaar, aan de transmissiebedrijv<strong>en</strong>. Die hadd<strong>en</strong> midd<strong>en</strong>langetermijncontract<strong>en</strong>,<br />
1 tot 5 jaar, met de locale distributiebedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> grootverbruikers.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
81
Door middel <strong>van</strong> concessies, gedeeld eig<strong>en</strong>dom, indicatieve planning, cost plus <strong>en</strong><br />
oliegerelateerde prijz<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, transporteurs <strong>en</strong> distributeurs in staat<br />
de aanschaf <strong>en</strong> verkoop <strong>van</strong> gas te coördiner<strong>en</strong>. Door deze contractuele voorwaard<strong>en</strong><br />
was het risico in de financiering <strong>van</strong> dure productie <strong>en</strong> transportfaciliteit<strong>en</strong> beperkt.<br />
Dit stimuleerde de <strong>en</strong>orme investering die nodig war<strong>en</strong> voor de expansie <strong>van</strong><br />
het gassysteem.<br />
Daarbij war<strong>en</strong> drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> cruciaal. T<strong>en</strong> eerste war<strong>en</strong> er de zog<strong>en</strong>aamde take-<br />
or-pay condities, die distributeurs <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> verplicht<strong>en</strong> tot betaling <strong>van</strong> het<br />
gecontracteerde gas, ook wanner dat gas niet afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was, bijvoorbeeld door<br />
achterblijv<strong>en</strong>de ontwikkeling <strong>van</strong> de vraag. Het tweede elem<strong>en</strong>t betrof de prijs. De<br />
belangrijkste concurr<strong>en</strong>tie voor gas bestond eruit dat verbruikers voor andere <strong>en</strong>ergiedragers<br />
zoud<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong>, waarbij olie het meest voor de hand ligg<strong>en</strong>de alternatief<br />
was. De eindgebruikersprijz<strong>en</strong> voor gas werd<strong>en</strong> daarom zodanig vastgesteld dat ze<br />
net iets voordeliger war<strong>en</strong> dan olieproduct<strong>en</strong>; de olieprijskoppeling. Het derde<br />
elem<strong>en</strong>t vormde de verplichting om gas te lever<strong>en</strong> op de plaats waarvoor het gecontracteerd<br />
was <strong>en</strong> het niet door te verkop<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong> hogere of lagere prijz<strong>en</strong>. De<br />
inkomst<strong>en</strong> <strong>van</strong> de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> dus afhankelijk <strong>van</strong> de prijz<strong>en</strong> voor de olieproduct<strong>en</strong><br />
die het alternatief vormd<strong>en</strong> voor de verschill<strong>en</strong>de typ<strong>en</strong> verbruikers; dit heet<br />
het ‘netback principe’. Transporteurs <strong>en</strong> distributiebedrijv<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> beloond via het<br />
cost-plus principe, waarbij de ‘plus’ afhankelijk was <strong>van</strong> de onderhandelingspositie<br />
<strong>van</strong> de operator, die meestal e<strong>en</strong> monopolie positie had (zie Correljé, 2003; Estrada,<br />
1995).<br />
Figuur 35 Ontwikkeling gasverbruik per regio 1965-2005<br />
82<br />
Mtoe<br />
2500,0<br />
2000,0<br />
1500,0<br />
1000,0<br />
500,0<br />
0,0<br />
1965<br />
1966<br />
1967<br />
1968<br />
1969<br />
1970<br />
1971<br />
1972<br />
1973<br />
1974<br />
1975<br />
1976<br />
1977<br />
1978<br />
1979<br />
1980<br />
1981<br />
1982<br />
1983<br />
1984<br />
1985<br />
1986<br />
1987<br />
1988<br />
1989<br />
1990<br />
1991<br />
1992<br />
1993<br />
1994<br />
1995<br />
1996<br />
1997<br />
1998<br />
1999<br />
Noord Amerika Europa Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005
Azië <strong>en</strong> de Pacific<br />
Anders dan in de VS <strong>en</strong> Europa die voorzi<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> pijpleiding<strong>en</strong><br />
zijn de Aziatische markt<strong>en</strong> in ess<strong>en</strong>tie LNG-markt<strong>en</strong>. Japan, Korea <strong>en</strong> Taiwan importer<strong>en</strong><br />
het grootste deel <strong>van</strong> hun LNG-behoefte onder lange-termijn contract<strong>en</strong>. Dit<br />
gas wordt grot<strong>en</strong>deels gebruikt in de elektriciteitsopwekking. In vergelijking met de<br />
VS <strong>en</strong> Europa is het aandeel <strong>van</strong> de industrie <strong>en</strong> kleinverbruikers veel kleiner.<br />
Traditioneel is het gebruik <strong>van</strong> pijpleiding<strong>en</strong> in Azië e<strong>en</strong> probleem, als gevolg <strong>van</strong> politieke<br />
spanning<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, afnemers <strong>en</strong> (pot<strong>en</strong>tiële) transitland<strong>en</strong>, terwijl<br />
ook de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de marktvraag <strong>en</strong> de relatief lage prijz<strong>en</strong> voor alternatieve<br />
brandstoff<strong>en</strong> e<strong>en</strong> probleem vorm<strong>en</strong>. Daarom bestaat de regio feitelijk uit e<strong>en</strong><br />
aantal deelmarkt<strong>en</strong>, ieder met zijn eig<strong>en</strong> dynamiek, economische verhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
institutionele kader.<br />
Figuur 36 Ontwikkeling gasproductie per regio 1970-2005<br />
Mtoe<br />
3000,0<br />
2500,0<br />
2000,0<br />
1500,0<br />
1000,0<br />
500,0<br />
0,0<br />
1970<br />
1971<br />
1972<br />
1973<br />
1974<br />
1975<br />
1976<br />
1977<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
1978<br />
1979<br />
1980<br />
1981<br />
1982<br />
1983<br />
1984<br />
1985<br />
1986<br />
1987<br />
1988<br />
Noord Amerika Europa Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
De nationale markt<strong>en</strong> <strong>van</strong> Japan, India, China, Taiwan, Korea zijn sterk gereguleerd.<br />
Nieuw-Zeeland <strong>en</strong> Australië daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> radicaal geliberaliseerde markt<strong>en</strong><br />
naar Anglo-Saksisch model. In e<strong>en</strong> aantal land<strong>en</strong> wordt het gasgebruik sterk gesubsidieerd;<br />
in andere wordt het teg<strong>en</strong> kostprijs geleverd. Beide situaties kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong><br />
tot e<strong>en</strong> achterblijv<strong>en</strong>de consumptie. Subsidiering betek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> financiële last voor de<br />
betrokk<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> hoge kostprijs kan echter moeilijk concurrer<strong>en</strong> met goedkopere<br />
substitut<strong>en</strong>. In het algeme<strong>en</strong> kan gesteld word<strong>en</strong> dat de Aziatische markt e<strong>en</strong><br />
grote pot<strong>en</strong>tiële vraag k<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk aanbod mogelijk zou mak<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
1989<br />
1990<br />
1991<br />
1992<br />
1993<br />
1994<br />
1995<br />
1996<br />
1997<br />
1998<br />
1999<br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
83
veelheid <strong>van</strong> regio specifieke (geo)politieke <strong>en</strong> economische problem<strong>en</strong>, echter,<br />
houdt die ontwikkeling teg<strong>en</strong> (Wybrew Bond, 2002).<br />
6.3 Herstructurering <strong>van</strong> de gasmarkt<strong>en</strong><br />
In algem<strong>en</strong>e zin kan gesteld word<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> hoofddoelstelling <strong>van</strong> het introducer<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> marktwerking in gasmarkt<strong>en</strong> het strev<strong>en</strong> naar prijsverlaging is. Daarnaast speeld<strong>en</strong><br />
nog andere doel<strong>en</strong>, zoals verbetering <strong>van</strong> de efficiëntie in het gebruik <strong>van</strong> de<br />
infrastructuur, vergroting <strong>van</strong> met marktaandeel <strong>van</strong> gas <strong>en</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong><br />
nieuwe geografische markt<strong>en</strong>.<br />
Door handelar<strong>en</strong> <strong>en</strong> afnemers de keus te gev<strong>en</strong> bij welke produc<strong>en</strong>t, respectievelijk<br />
leverancier, zij hun gas aanschaff<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke contract<strong>en</strong> zij preferer<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> zij<br />
die leveranciers selecter<strong>en</strong> die teg<strong>en</strong> de beste <strong>en</strong> voordeligste condities lever<strong>en</strong>.<br />
Daarbij wordt er<strong>van</strong> uitgegaan dat die produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> leveranciers zull<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong><br />
hun marktaandeel te bescherm<strong>en</strong>, of te vergrot<strong>en</strong>, door prijs <strong>en</strong> leveringscondities te<br />
vergrot<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde groothandelar<strong>en</strong> <strong>en</strong> distributiebedrijv<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> nieuwe<br />
strategieën <strong>en</strong> contract<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun organisatie aanpass<strong>en</strong>. Zij verliez<strong>en</strong><br />
immers hun gegarandeerde markt<strong>en</strong>, terwijl de integratie <strong>en</strong> coördinatie tuss<strong>en</strong><br />
de verschill<strong>en</strong>de schakels <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> gaat. De bedrijv<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
hun structuur <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> aanpass<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> fusies <strong>en</strong> overnames, zodanig<br />
dat hun om<strong>van</strong>g <strong>en</strong> de spreiding <strong>van</strong> hun risico’s overe<strong>en</strong>stemming met de uitdaging<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> concurrer<strong>en</strong>de markt.<br />
Volg<strong>en</strong>s moderne economische theorie kan competitie in gasmarkt<strong>en</strong> tot stand<br />
gebracht word<strong>en</strong> door de structuur <strong>van</strong> de markt aan te pass<strong>en</strong>. Het traditionele perspectief<br />
wees de mogelijkheid <strong>van</strong> concurr<strong>en</strong>tie af, <strong>van</strong>wege de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde<br />
risico’s <strong>en</strong> de noodzaak tot integratie <strong>en</strong> coördinatie <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>. De voorstanders<br />
<strong>van</strong> herstructurering ging<strong>en</strong> uit <strong>van</strong> het idee dat concurr<strong>en</strong>tie mogelijk was<br />
in bepaalde segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat dit het functioner<strong>en</strong> <strong>van</strong> het hele<br />
voorzi<strong>en</strong>ingssysteem zou verbeter<strong>en</strong>. Slechts het lange-afstandspijpleidingtransport<br />
<strong>en</strong> het lokale distributiesysteem werd<strong>en</strong> geaccepteerd als natuurlijk monopolie, <strong>van</strong>wege<br />
de bek<strong>en</strong>de argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Andere segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zoals de productie, de groothandel<br />
<strong>en</strong> de retailverkoop werd<strong>en</strong> echter als pot<strong>en</strong>tieel concurrer<strong>en</strong>de markt<strong>en</strong><br />
beschouwd. Door het herstructurer<strong>en</strong> <strong>van</strong> de eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> zou dus concurr<strong>en</strong>tie<br />
tot stand gebracht kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Daarbij kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal modell<strong>en</strong><br />
toegepast word<strong>en</strong> (Juris, 1998a,b; Newbery, 2001).<br />
Het meest simpele model br<strong>en</strong>gt concurr<strong>en</strong>tie teweeg tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
in de verkoop <strong>van</strong> hun gas aan e<strong>en</strong> nationaal, regionaal of lokaal gasbedrijf,<br />
dat het verder verkoopt aan de afnemers. De transacties tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> gasbedrijv<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot de ontwikkeling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> groothandelsmarkt.<br />
Regulering is nodig om de marktmacht <strong>van</strong> de gasbedrijv<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in goede ban<strong>en</strong> te leid<strong>en</strong> <strong>en</strong> om eindverbruikersprijz<strong>en</strong> te<br />
bepal<strong>en</strong>. De groothandelsprijz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald door de op<strong>en</strong>bare aanbesteding<br />
<strong>van</strong> leveringscontract<strong>en</strong> met het gasbedrijf.<br />
E<strong>en</strong> ambitieuzer model introduceert zog<strong>en</strong>aamde ‘Third Party Access’ tot de pijpleiding<strong>en</strong>,<br />
zodat produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, handelar<strong>en</strong>, grootverbruikers <strong>en</strong> gasbedrijv<strong>en</strong> onderling<br />
gas kunn<strong>en</strong> verhandel<strong>en</strong>. De gasbedrijv<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> de leveranciers voor kleinverbruikers<br />
<strong>en</strong> verzorg<strong>en</strong> de distributie daar<strong>van</strong>. Daarnaast moet e<strong>en</strong> ander bedrijf het<br />
transport verzorg<strong>en</strong> naar de gasbedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar grote afnemers, die hun gas zelf<br />
aanschaff<strong>en</strong>. Deze marktvorm voorziet competitie in de groothandels <strong>en</strong> groot-<br />
84<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
afnemersmarkt. Dit is e<strong>en</strong> voordeel voor produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, omdat het e<strong>en</strong> vergroting betek<strong>en</strong>t<br />
<strong>van</strong> het aantal pot<strong>en</strong>tiële afnemers. De variatie in afnemers zal e<strong>en</strong> grotere<br />
keuze aan contractvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> leveranciers tot gevolg hebb<strong>en</strong>. De hoge transactiekost<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> het handel<strong>en</strong> in de gasmarkt voor afnemers leidt tot het ontstaan <strong>van</strong><br />
echte gashandelar<strong>en</strong>, die vraag <strong>en</strong> aanbod kunn<strong>en</strong> aggreger<strong>en</strong> <strong>en</strong> transportdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />
regel<strong>en</strong> <strong>en</strong> contracter<strong>en</strong> om het gas te kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>. In dit model di<strong>en</strong><strong>en</strong> kleinverbruikers<br />
nog steeds beschermd te word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de monopoliepositie <strong>van</strong> de gasbedrijv<strong>en</strong>.<br />
Prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegangscondities voor gastransport zijn e<strong>en</strong> cruciale factor in dit<br />
model <strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> daarom ook aan e<strong>en</strong> zekere vorm <strong>van</strong> regulering of toezicht onderworp<strong>en</strong><br />
te zijn.<br />
Het derde model scheidt het transport <strong>en</strong> de distributie af <strong>van</strong> de productie, de groothandel<br />
<strong>en</strong> de detailhandel <strong>en</strong> introduceert concurr<strong>en</strong>tie in de laatste drie segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
De zog<strong>en</strong>aamde ‘unbundling’ wordt geacht e<strong>en</strong> gelijke positie voor allerlei partij<strong>en</strong> op<br />
de markt te creër<strong>en</strong>, die met elkaar zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> handel<strong>en</strong> <strong>en</strong> concurrer<strong>en</strong> om de<br />
afnemers. Concurr<strong>en</strong>tie tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zou hoge marges op de productie do<strong>en</strong><br />
afnem<strong>en</strong> <strong>en</strong> h<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s dwing<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>daling<strong>en</strong> door te gev<strong>en</strong> aan de eindgebruikers.<br />
Dit zou de noodzaak tot prijsregulering in de groot- <strong>en</strong> detailhandel wegnem<strong>en</strong>.<br />
Het model voorziet het ontstaan <strong>van</strong> nieuwe contractvorm<strong>en</strong> voor de korte <strong>en</strong><br />
langere termijn levering, vergelijkbaar met die in de olieindustrie, om vraag <strong>en</strong> aanbod<br />
te balancer<strong>en</strong>. Liquide spotmarkt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geacht te ontstaan op plaats<strong>en</strong> waar<br />
pijpleiding<strong>en</strong> uit verschill<strong>en</strong>de productie- <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>regio’s bij elkaar kom<strong>en</strong>,<br />
Hier zoud<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> constante reflectie vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> de marktwaarde <strong>van</strong> het<br />
gas.<br />
De theoretische voordel<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze markt<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> echter afgewog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
nadel<strong>en</strong>, in de vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> hoge transactiekost<strong>en</strong>, hoge risico’s <strong>en</strong> volatiliteit in<br />
prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> volumes <strong>en</strong> gebrekkige coördinatie <strong>van</strong> het gedrag <strong>van</strong> bedrijv<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de<br />
de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>. Dit veroorzaakt onzekerhed<strong>en</strong> in de<br />
vraag naar gas <strong>en</strong> transportdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, in relatie tot de beschikbare capaciteit<strong>en</strong>. Deels<br />
kan dit opgelost word<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> contract<strong>en</strong> die gegarandeerde of afschakelbare<br />
transport, opslag <strong>en</strong> conversiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong> <strong>en</strong> door mogelijkhed<strong>en</strong> aan<br />
de vraagkant, om gasgebruik uit te stell<strong>en</strong> of te tijdelijk te verminder<strong>en</strong> (CIEP, 2003;<br />
CIEP/IGU, 2006).<br />
Duidelijk is dat herstructurering <strong>van</strong> de gasmarkt om concurr<strong>en</strong>tie te introducer<strong>en</strong><br />
complexe organisaties <strong>en</strong> administratieve systeem vergt om de transacties uit te voer<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast is strikt <strong>en</strong> onafhankelijk toezicht noodzakelijk t<strong>en</strong>einde de verschill<strong>en</strong>de<br />
partij<strong>en</strong> er<strong>van</strong> te weerhoud<strong>en</strong> hun marktmacht te misbruik<strong>en</strong>. Immers de transportsystem<strong>en</strong><br />
blijv<strong>en</strong> natuurlijke monopolies die di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> verzorg<strong>en</strong> die ess<strong>en</strong>tieel<br />
zijn voor de verschill<strong>en</strong>de andere partij<strong>en</strong> in het systeem (Correljé, 2005).<br />
De Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />
In 1978, werd door het Congres de Natural Gas Policy Act aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarmee de<br />
Federal Energy Regulatory Commission (FERC) in staat was om tot liberalisering<br />
<strong>van</strong> de interstate gasmarkt over te gaan. Aangezi<strong>en</strong> de belangrijkste productie- <strong>en</strong><br />
consumptiegebied<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de stat<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> had deze wet e<strong>en</strong> belangrijke impact<br />
in het functioner<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Amerikaanse gasindustrie. Gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ‘80<br />
<strong>en</strong> ’90 construeerde de FERC, stap voor stap e<strong>en</strong> kader voor marktwerking in de<br />
sector.<br />
Door middel <strong>van</strong> Order No. 436, introduceerde FERC e<strong>en</strong> Third Party Access (TPA)<br />
regime voor het zog<strong>en</strong>aamde interstate gastransport. Dit regime stelde lokale distri-<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
85
utiebedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> grootverbruikers in staat direct met produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te onderhandel<strong>en</strong>,<br />
om zodo<strong>en</strong>de de groothandelsbedrijv<strong>en</strong> die ook de pijpleiding<strong>en</strong> exploiteerd<strong>en</strong> te<br />
omzeil<strong>en</strong> - althans de handelsdivisies daar<strong>van</strong>. Hoewel het TPA regime vrijwillig kon<br />
word<strong>en</strong> ingevoerd door de transporteurs werd het vrij breed ingevoerd, omdat het<br />
h<strong>en</strong> in staat stelde de bezettingsgraad <strong>van</strong> de pijpleiding te vergrot<strong>en</strong>. Echte grootschalige<br />
implem<strong>en</strong>tatie vond echter pas plaats nadat de FERC het zog<strong>en</strong>aamde<br />
‘stranded cost’ probleem opgelost had. Aangezi<strong>en</strong> afnemers de mogelijkheid hadd<strong>en</strong><br />
gekreg<strong>en</strong> om onder lange-termijn leveringscontract<strong>en</strong> met de groothandelsbedrijv<strong>en</strong><br />
uit te kom<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> die zitt<strong>en</strong> met grote ‘take-or-pay’ verplichting<strong>en</strong> naar de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
FERC Order No. 500 stond het vervolg<strong>en</strong>s toe dat deze ‘overgangskost<strong>en</strong>’<br />
verdeeld werd<strong>en</strong> over de afnemers; de gasbedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> eindgebruikers. Vervolg<strong>en</strong>s<br />
regelde de Wellhead Decontrol Act <strong>van</strong> 1989 de deregulering <strong>van</strong> de prijz<strong>en</strong> voor de<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in alle interstate transactie, waarmee concurr<strong>en</strong>tie tuss<strong>en</strong> de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
in de groothandels markt e<strong>en</strong> feit werd.<br />
Order No. 636 verplichtte de transportbedrijv<strong>en</strong> om hun handelsactiviteit<strong>en</strong> af te splits<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> het transport <strong>en</strong> die in aparte onderneming<strong>en</strong> onder te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Hiermee<br />
werd<strong>en</strong> veel nieuwe handelsbedrijv<strong>en</strong> aangetrokk<strong>en</strong> die in felle concurr<strong>en</strong>tie met<br />
elkaar ging<strong>en</strong> om de afnemers te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>. Order No. 636 paste ook de regulering<br />
<strong>van</strong> het interstate pijpleidingtransport aan <strong>en</strong> maakte de zog<strong>en</strong>aamde ‘secondary<br />
transportation market’ mogelijk, waarop de shippers hun met de het transportbedrijf<br />
gecontracteerde transport recht<strong>en</strong> met andere partij<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> verhandel<strong>en</strong>.<br />
Zodo<strong>en</strong>de werd<strong>en</strong> tijdelijke tekort<strong>en</strong> <strong>en</strong> overschott<strong>en</strong> aan transportmogelijkhed<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
de verschill<strong>en</strong>de shippers opgelost, waarmee e<strong>en</strong> efficiënter gebruik <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
hogere b<strong>en</strong>uttingsgraad <strong>van</strong> het hele transportsysteem bereikt werd.<br />
Daaropvolg<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> gericht op het vergrot<strong>en</strong> <strong>van</strong> transparantie <strong>en</strong><br />
flexibiliteit. Korte-termijn transfers <strong>van</strong> capaciteit op het systeem, vrijheid in de keuze<br />
<strong>van</strong> de locatie <strong>van</strong> levering, de standaardisering <strong>van</strong> contract<strong>en</strong> <strong>en</strong> toegangscondities<br />
operatie <strong>en</strong> de introductie <strong>van</strong> afschakelbare contract<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> transporteurs <strong>en</strong><br />
handelar<strong>en</strong> maakte e<strong>en</strong> steeds meer liquide handel mogelijk.<br />
Teg<strong>en</strong> het einde <strong>van</strong> de 20ste eeuw, echter, rez<strong>en</strong> er steeds vrag<strong>en</strong> over de toekomstige<br />
gas - <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie - markt in de VS. De vrees ontstond dat er te weinig, extra,<br />
nieuwe gas aangebod<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> uit de binn<strong>en</strong>landse <strong>en</strong> importproductie om aan<br />
de langzaam maar zeker stijg<strong>en</strong>de vraag naar gas te voldo<strong>en</strong>. Lage prijz<strong>en</strong>, in e<strong>en</strong><br />
context <strong>van</strong> e<strong>en</strong> competitieve markt, e<strong>en</strong> weinig aantrekkelijk fiscaal klimaat, disput<strong>en</strong><br />
over de constructie <strong>van</strong> pijpleiding<strong>en</strong>, gasopslagfaciliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> LNG-terminals<br />
drag<strong>en</strong> bij tot terughoud<strong>en</strong>dheid in investering<strong>en</strong> in gasproductie. De import <strong>van</strong> gas,<br />
via LNG, is e<strong>en</strong> optie, maar ook daar zijn grootschalige investering<strong>en</strong> nodig. Deze<br />
situatie - in de context <strong>van</strong> e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de olieprijs - heeft tot e<strong>en</strong> sterke stijging <strong>van</strong> de<br />
Amerikaanse gasprijz<strong>en</strong> geleid.<br />
86<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 37 Verhouding regionale productie <strong>en</strong> gasafname 1970-2005<br />
ratio production/consumption<br />
3,500<br />
3,000<br />
2,500<br />
2,000<br />
1,500<br />
1,000<br />
0,500<br />
0,000<br />
1970<br />
1971<br />
1972<br />
1973<br />
1974<br />
1975<br />
1976<br />
1977<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
1978<br />
1979<br />
1980<br />
1981<br />
1982<br />
1983<br />
1984<br />
1985<br />
1986<br />
1987<br />
Noord Amerika Europa Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika EU 25<br />
Bron: Berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
De problem<strong>en</strong> in de langere termijn voorzi<strong>en</strong>ing op de Amerikaanse markt lijk<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
uitvloeisel te zijn <strong>van</strong> het feit dat surplus-capaciteit in de productie, transport <strong>en</strong> opslagfaciliteit<strong>en</strong><br />
‘verdampt’ is door voortgaande groei <strong>van</strong> de vraag, terwijl er (nog) niet<br />
grootschalig geïnvesteerd werd in nieuwe capaciteit, zoals ook werd geïllustreerd<br />
door e<strong>en</strong> aantal locale <strong>en</strong> regionale ‘<strong>en</strong>ergy’ crises in de VS. Marktwerking <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
scherper beursgeoriënteerde bedrijfsstrategie hebb<strong>en</strong> de industrie ertoe aangezet<br />
terughoud<strong>en</strong>d te zijn in het do<strong>en</strong> <strong>van</strong> investering<strong>en</strong>. De belangrijke vraag is of, <strong>en</strong><br />
aan de hand <strong>van</strong> welke signal<strong>en</strong>, de industrie wél tot invester<strong>en</strong> zal besliss<strong>en</strong>, of dat<br />
de marktgedrev<strong>en</strong> gassector in de VS simpelweg niet in staat is tot e<strong>en</strong> gebalanceerde<br />
langere termijn ontwikkeling.<br />
Europa<br />
In Europa is de situatie minder kritiek dan in de VS. Er zijn nog ge<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
onmiddellijke capaciteitstekort<strong>en</strong> in de gasindustrie, met uitzondering <strong>van</strong> Groot-<br />
Brittannië. Daar, echter, lijkt e<strong>en</strong> snelle to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> de importcapaciteit de oplossing<br />
te bied<strong>en</strong>. De grootste zorg <strong>van</strong> de EU Commissie is de voortgang <strong>van</strong> het liberaliseringproject<br />
in de Europese gasindustrie, zoals ook de Groot-Brittannië wordt aangegev<strong>en</strong>.<br />
Gedur<strong>en</strong>de de jar<strong>en</strong> ’80 rees de gedachte dat de Europese land<strong>en</strong> veel beter<br />
af zoud<strong>en</strong> zijn als hun economieën geïntegreerd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> tot één markt voor<br />
goeder<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, kapitaal <strong>en</strong> arbeid. Europa werd geconfronteerd in de internationale<br />
markt<strong>en</strong> met concurr<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> grote sterke multinationals uit de VS <strong>en</strong> Japan,<br />
terwijl de Europese bedrijv<strong>en</strong> hun product<strong>en</strong> voornamelijk verkocht<strong>en</strong> in hun relatief<br />
kleine <strong>en</strong> vaak beschermde thuismarkt<strong>en</strong>. Dit leidde er in 1985 toe dat Jacques<br />
Delors, de voorzitter v<strong>en</strong> de Europese Commissie, gesteund door de Europese industrie<br />
leiders, het Single European Market initiatief kon lancer<strong>en</strong>. De bedoeling was tot<br />
1988<br />
1989<br />
1990<br />
1991<br />
1992<br />
1993<br />
1994<br />
1995<br />
1996<br />
1997<br />
1998<br />
1999<br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
87
e<strong>en</strong> Europese vrijmarkt te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle bestaande belemmering<strong>en</strong> in het vrije handelsverkeer<br />
te slecht<strong>en</strong>. In eerste instantie bleef de <strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong> vooral de gassector -<br />
<strong>en</strong>igszins buit<strong>en</strong> deze ontwikkeling, als e<strong>en</strong> sterk door overhed<strong>en</strong> gedomineerde industrie<br />
<strong>van</strong> strategisch belang. Na verloop <strong>van</strong> tijd, echter werd<strong>en</strong> toch, weliswaar<br />
schoorvoet<strong>en</strong>d, de elektriciteit- <strong>en</strong> de gassector betrokk<strong>en</strong> in het herstructureringsproces.<br />
Om dit mogelijk te mak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er twee belangrijke stapp<strong>en</strong> nodig. T<strong>en</strong> eerste,<br />
moest<strong>en</strong> de Lidstat<strong>en</strong> hun productiewetgeving zodanig aanpass<strong>en</strong> dat de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
niet langer verplicht war<strong>en</strong> hun gas te verkop<strong>en</strong> aan de nationale groothandelsmonopolies.<br />
Het EU Hydro-carbons Directive, in 1994, bepaalde dat produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het<br />
recht verkreg<strong>en</strong> hun gas te verkop<strong>en</strong> aan ieder die daartoe interesse had, inclusief<br />
grootverbruikers, tuss<strong>en</strong>handelar<strong>en</strong> <strong>en</strong> kleinverbruikers. Overhed<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong><br />
depletiebeleid voer<strong>en</strong>, maar dit moest non-discriminatoir zijn t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
De tweede stap was gericht op de down-stream activiteit<strong>en</strong> in de waardeket<strong>en</strong>. De<br />
verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> toegang krijg<strong>en</strong> tot de transport- <strong>en</strong> distributi<strong>en</strong>etwerk<strong>en</strong><br />
door middel <strong>van</strong> het contracter<strong>en</strong> <strong>van</strong> capaciteit in deze system<strong>en</strong>, om hun gas<br />
naar de afnemers te voer<strong>en</strong>. Het eerste EU Gas Directief (98/30/EC) beval dat de<br />
lidstat<strong>en</strong> de organisatie <strong>en</strong> regulering <strong>van</strong> de nationale gasindustrie zodanig di<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
aan te pass<strong>en</strong> dat consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het recht kreg<strong>en</strong> zelf te kiez<strong>en</strong> <strong>van</strong> wie ze hun gas<br />
zoud<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong>. Dit had fundam<strong>en</strong>tele consequ<strong>en</strong>ties voor de structuur <strong>en</strong> de<br />
operaties <strong>van</strong> de bestaande gasindustrie. Om te beginn<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> de lidstat<strong>en</strong> de<br />
mogelijkheid verschaff<strong>en</strong> tot gereguleerde of onderhandelde toegang (TPA) tot de<br />
nationale transmissie <strong>en</strong> lokale distributie netwerk<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tweede moest<strong>en</strong>, stapsgewijs,<br />
groep<strong>en</strong> afnemers de vrij keuze krijg<strong>en</strong> om hun leverancier te kiez<strong>en</strong>; te beginn<strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> eerste tranche <strong>van</strong> 20% <strong>van</strong> de nationale markt<strong>en</strong> die veelal de<br />
grootverbruikers omvatte. In navolg<strong>en</strong>de stapp<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de middelgrote afnemers,<br />
zo’n 35% <strong>van</strong> de markt <strong>en</strong> de rester<strong>en</strong>de kleinverbruikers toegang moet<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.<br />
Het derde belangrijke elem<strong>en</strong>t was de scheiding in de bedrijfsvoering <strong>van</strong> de productie,<br />
transmissie, distributie <strong>en</strong> handels activiteit<strong>en</strong>.<br />
Voortgang in de implem<strong>en</strong>tatie in de Lidstat<strong>en</strong> varieerde sterk <strong>en</strong> daarom werd op<br />
26 juni 2003 door het Europese Parlem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de Raad e<strong>en</strong> nieuwe Richtlijn aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
De nieuwe Richtlijn (2003/55/EC) was explicieter <strong>en</strong> string<strong>en</strong>ter <strong>en</strong> beperkte<br />
de vrijheid <strong>van</strong> de Lidstat<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste vereiste het TPA voor transmissie <strong>en</strong> distributie<br />
netwerk<strong>en</strong> op basis gepubliceerde of gereguleerde tariev<strong>en</strong>, in plaats <strong>van</strong><br />
onderhandelde tariev<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tweede voorzag het in het recht voor alle afnemers om<br />
hun leveranciers te kiez<strong>en</strong> <strong>van</strong>af 1 juli 2007. T<strong>en</strong> derde vereiste het, in plaats <strong>van</strong><br />
slechts het bijhoud<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> boekhouding, e<strong>en</strong> wettelijke splitsing <strong>van</strong><br />
de bedrijfsvoering <strong>van</strong> de transmissie <strong>en</strong> grotere distributie onderneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />
handelsactiviteit<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vierde, nieuwe, elem<strong>en</strong>t was dat Lidstat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> toezichthouder<br />
- of regulator - moest<strong>en</strong> instell<strong>en</strong> met omschrev<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> vijfde<br />
werd bepaald dat toegang tot opslag <strong>en</strong> LNG faciliteit<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>d zou moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
op onderhandelde of gereguleerde basis. Vervolg<strong>en</strong>s publiceerde de Commissie<br />
e<strong>en</strong> serie <strong>van</strong> verklar<strong>en</strong>de notities hoe deze voorzi<strong>en</strong>ing geïmplem<strong>en</strong>teerd di<strong>en</strong>de te<br />
word<strong>en</strong> (DG TREN, 2004).<br />
DG TREN volgde de nationale implem<strong>en</strong>tatie <strong>van</strong> de Richtlijn <strong>en</strong>, in maart 2004,<br />
werd geconcludeerd dat: ‘For gas, it would seem that further progress is dep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>t<br />
on improved conditions for cross border exchanges and the developm<strong>en</strong>t of a<br />
coher<strong>en</strong>t tarification and capacity allocation regime at EU level. The implem<strong>en</strong>tation<br />
88<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
of the Madrid Guidelines and their developm<strong>en</strong>t through the process set out in the<br />
Commission’s proposal for a Regulation will allow such improvem<strong>en</strong>ts to be made’<br />
(CEC, 2004). De docum<strong>en</strong>tatie rond de consultatie rond<strong>en</strong> in het European Gas Regulatory<br />
Forum in Madrid geeft e<strong>en</strong> duidelijk beeld <strong>van</strong> de manier waarop regulering<br />
<strong>en</strong> guidelines (CEC, 2003) ontwikkeld word<strong>en</strong>.<br />
Deze documnetatie geeft <strong>en</strong>ig inzicht in hoe verschill<strong>en</strong>de belanggroep<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong><br />
aan dit proces <strong>en</strong> hoe zijn hun belang<strong>en</strong> formuler<strong>en</strong>. De variatie in de implem<strong>en</strong>tatie<br />
door de verschill<strong>en</strong>de lidstat<strong>en</strong> kwam vooral voort uit hun vrijheid om de eerste Richtlijn<br />
te implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> dit kader war<strong>en</strong> de Lidstat<strong>en</strong> vrij om de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de vorm <strong>van</strong> toezicht zelf te kiez<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aantal Lidstat<strong>en</strong>, zoals Groot-Brittannie,<br />
Nederland, Spanje, Oost<strong>en</strong>rijk <strong>en</strong> D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong> liep<strong>en</strong> hiermee vooruit. In latere instantie<br />
werd<strong>en</strong> er ook handelsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontwikkeld door de industrie (Ar<strong>en</strong>ts<strong>en</strong>,<br />
Künneke, 2003).<br />
Andere land<strong>en</strong>, zoals Duitsland, Frankrijk, België <strong>en</strong> Italië lop<strong>en</strong> echter achter in de<br />
implem<strong>en</strong>tatie <strong>van</strong> de Richtlijn. Dit geeft aanleiding tot e<strong>en</strong> sterke variatie in de verschill<strong>en</strong>de<br />
vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> toegangsregulering <strong>en</strong> netwerk-unbundling. Ook zijn er grote<br />
verschill<strong>en</strong> in de posities <strong>van</strong> de voormalige inkoop <strong>en</strong> verkoopmonopolies <strong>en</strong> de<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> voor nieuwe toetreders in de sector<strong>en</strong>. Sommige land<strong>en</strong> handhav<strong>en</strong>,<br />
of versterk<strong>en</strong>, de posities <strong>van</strong> deze bedrijv<strong>en</strong>, terwijl andere nadrukkelijk strev<strong>en</strong> naar<br />
concurr<strong>en</strong>tie in de sector. E<strong>en</strong> belangrijke factor, in dit verband, zijn de verschill<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> de perspectiev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Lidstat<strong>en</strong> met betrekking tot hun security of supply<br />
(European Commission, 2000) De afhankelijkheid <strong>van</strong> externe leveranciers, in Europa<br />
of daarbuit<strong>en</strong>, de toegang tot alternatieve <strong>en</strong>ergiedragers, <strong>en</strong> hun relaties met die<br />
leveranciers zijn belangrijke factor<strong>en</strong> die bepal<strong>en</strong> wat voor positie land<strong>en</strong> in kunn<strong>en</strong><br />
nem<strong>en</strong>. Daarnaast zijn er de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> gasproducer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> Europa,<br />
zoals Nederland, Noorweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> het VK vis a vis de consumer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
89
Tabel 10 De Europese gasmarkt<br />
Pre-1959:<br />
1959-1975:<br />
Stadsgas<br />
Groning<strong>en</strong><br />
Structuur Markt/ Lokale geme<strong>en</strong>telijke gasbe- Private produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, Gas-<br />
eig<strong>en</strong>dom<br />
drijv<strong>en</strong>unie<br />
(50/50 staat-<br />
Shell/Exxon), publike/private<br />
transmissie, publieke<br />
distributie bedrijv<strong>en</strong><br />
Pricing / Contracts Cost plus Langetermijncontract<strong>en</strong>,<br />
oliepariteit, bestemmingsclausule<br />
Instituties Geme<strong>en</strong>telijke di<strong>en</strong>st Olie pariteit, bestemmingsclausules,<br />
staats controleerde<br />
depletie<br />
Politieke issues Discussie over prijsaanpassing<strong>en</strong><br />
in Nederlandse<br />
exportcontract<strong>en</strong><br />
Productie- locatie Lokaal, Geimporteerde kol<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> LPG<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> gas in<br />
<strong>en</strong>ergie markt<br />
Vraag Aanbod<br />
Capaciteit<br />
90<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Warmwatervoorzi<strong>en</strong>ing <strong>en</strong><br />
fornuiz<strong>en</strong> in huishoud<strong>en</strong>s<br />
Beperkte capaciteit <strong>van</strong><br />
stadsgas system<strong>en</strong>, t.o.v.<br />
pot<strong>en</strong>tiele vraag<br />
Nederland on-shore <strong>en</strong><br />
kleinschalige lokale productie<br />
Warmwatervoorzi<strong>en</strong>ing,<br />
fornuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwarming in<br />
huishoud<strong>en</strong>s. Hoogwaardige<br />
industriële toepassing<br />
Sterke groei reserves,<br />
vraag <strong>en</strong> aanbod coördinatie<br />
1975-1998:<br />
De EU gasmarkt<br />
Private produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
Staatsmonopolies, publieke/private<br />
transmissie, publieke<br />
distributie bedrijv<strong>en</strong><br />
Langetermijncontract<strong>en</strong>,<br />
oliepariteit, bestemmingsclausule<br />
Olie pariteit, bestemmingsclausules,<br />
staats controleerde<br />
depletie<br />
Discussie over Russische<br />
gaslevering<strong>en</strong>, prijsaanpassing<strong>en</strong><br />
Nederland on shore,<br />
Noordzee, Noorweg<strong>en</strong>,<br />
USSR, Algerije<br />
Warmwatervoorzi<strong>en</strong>ing,<br />
fornuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwarming in<br />
huishoud<strong>en</strong>s. Algem<strong>en</strong>e<br />
industriële toepassing <strong>en</strong><br />
elektriciteits opwekking<br />
Sterke groei reserves,<br />
vraag <strong>en</strong> aanbod coördinatie<br />
1998-2005:<br />
Liberalisering<br />
Private produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, unbundling<br />
handel, transmissie<br />
<strong>en</strong> distributie<br />
Flexibele Langetermijncontract<strong>en</strong>,<br />
kleine spotmarkt<br />
EU Commissie, nationale<br />
regulators, hubs, Gaspec<br />
Strijd tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> EU over deregulering,<br />
Strijd tuss<strong>en</strong> export <strong>en</strong><br />
transit land<strong>en</strong>, implem<strong>en</strong>tatie<br />
Gas directiev<strong>en</strong><br />
Nederland on shore,<br />
Noordzee, Noorweg<strong>en</strong>,<br />
USSR, Algerije, LNGimport<br />
Warmwatervoorzi<strong>en</strong>ing,<br />
fornuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwarming in<br />
huishoud<strong>en</strong>s. Algem<strong>en</strong>e<br />
industriële toepassing <strong>en</strong><br />
elektriciteits opwekking<br />
Sterke groei reserves<br />
Sterke groei vraag<br />
2005><br />
Internationaliseri<strong>en</strong>g<br />
Private produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, unbundling<br />
handel, transmissie<br />
<strong>en</strong> distributie, verticale<br />
<strong>en</strong> horizontale integratie<br />
Afname lange termijn contract<strong>en</strong>,<br />
grotere spotmarkt<br />
Internationale Markt via<br />
LNG, EU Commissie,<br />
nationale regulators, hubs,<br />
Gaspec<br />
Strijd tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> afnemers over r<strong>en</strong>ts,<br />
strijd tuss<strong>en</strong> export <strong>en</strong><br />
transit land<strong>en</strong><br />
Nederland on shore,<br />
Noordzee, Noorweg<strong>en</strong>,<br />
USSR, Algerije, to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />
LNG-import<br />
Warmwatervoorzi<strong>en</strong>ing,<br />
fornuiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwarming in<br />
huishoud<strong>en</strong>s. Algem<strong>en</strong>e<br />
industriële toepassing <strong>en</strong><br />
elektriciteits opwekking,<br />
transport?<br />
Tragere groei reserves,<br />
Sterke groei vraag, Problem<strong>en</strong><br />
met aanbod coördinatie
De toekomst <strong>van</strong> aardgas in Europa na 2005: Nieuwe vraag- <strong>en</strong> aanbodpatron<strong>en</strong><br />
T<strong>en</strong>zij er in Europa e<strong>en</strong> aantal radicale verandering<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> in de positie<br />
voor wat betreft kern<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergieefficiëntie, lijkt e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de afhankelijkheid<br />
<strong>van</strong> aardgas voor de hand ligg<strong>en</strong>d in de nabije toekomst. Hierbij kan het<br />
aandeel <strong>van</strong> gas tot ongeveer 30% <strong>van</strong> de primaire <strong>en</strong>ergiebehoefte to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
In principe, is er g<strong>en</strong>oeg gas in de nabijheid <strong>van</strong> Europa om aan deze additionele<br />
vraag te voldo<strong>en</strong>. Er kunn<strong>en</strong> echter vrag<strong>en</strong> gesteld word<strong>en</strong> bij de vraag in hoeverre<br />
het <strong>en</strong>ergiebeleid in de consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing houdt met de voorwaard<strong>en</strong><br />
waaronder dit gas geproduceerd kan word<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar Europa verscheept<br />
zal word<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> cruciaal elem<strong>en</strong>t in de beantwoording <strong>van</strong> deze vraag heeft te mak<strong>en</strong> met de<br />
om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de b<strong>en</strong>odigde investering<strong>en</strong> <strong>en</strong> de timing er<strong>van</strong>. De hoeveelhed<strong>en</strong><br />
gas die geproduceerd <strong>en</strong> getransporteerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zijn zo groot dat het de<br />
vraag is of de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> Europa zich aan deze investering<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
committer<strong>en</strong> zonder dat daarvoor de geschikte randvoorwaard<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> Europa<br />
geschap<strong>en</strong> zijn.<br />
E<strong>en</strong> belangrijk aspect hierbij is de zekerheid dat dit gas afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wordt, als het<br />
geproduceerd is. Hiertoe is het noodzakelijk dat er e<strong>en</strong> zekere coördinatie plaatsvindt<br />
<strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod <strong>en</strong> de constructie <strong>van</strong> infrastructuur.<br />
Daarnaast moet de winst die de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> op de verkoop<br />
<strong>van</strong> dat gas, gegev<strong>en</strong> de investering<strong>en</strong>, aantrekkelijk g<strong>en</strong>oeg zijn.<br />
Zoals hierbov<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> is, heeft de gasindustrie sinds de jar<strong>en</strong> ’60 aan de<br />
aanbodkant zekerhed<strong>en</strong> gecreëerd door middel <strong>van</strong> langetermijnleveringscontract<strong>en</strong><br />
met take-or-pay <strong>en</strong> bestemmingsclausules <strong>en</strong> olieprijsindexatie voor<br />
specifieke markt<strong>en</strong>. Zoals ook is aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> deze institutionele randvoorwaard<strong>en</strong><br />
ontmanteld, terwijl e<strong>en</strong> nieuw systeem wordt opgebouwd dat is<br />
gebaseerd op marktwerking <strong>en</strong> gereguleerd infrastructuurbeheer. De nadruk<br />
binn<strong>en</strong> dit systeem ligt op de korte termijn efficiëntie; noch de markt, noch de reguleringskaders<br />
grijp<strong>en</strong> aan op de langere termijn dynamiek in de <strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong><br />
gasmarkt.<br />
Dit leidt tot e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijke onzekerheid met betrekking tot de ontwikkeling <strong>van</strong><br />
zowel de markt als het investeringsklimaat. Gas producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>, zoals<br />
Rusland, Algerije <strong>en</strong> Noorweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook de grotere oliemaatschappij<strong>en</strong> <strong>en</strong> financiers<br />
lat<strong>en</strong> hun zorg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontevred<strong>en</strong>heid over deze ontwikkeling<strong>en</strong> - niet altijd<br />
ev<strong>en</strong> duidelijk - blijk<strong>en</strong>, zoals op de Confer<strong>en</strong>ties <strong>van</strong> Algiers, in mei <strong>en</strong> september<br />
2002, waar duidelijk stelling werd g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de consequ<strong>en</strong>ties <strong>van</strong> liberalisering<br />
<strong>en</strong> poging<strong>en</strong> marktwerking ‘te exporter<strong>en</strong>’ naar de produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
91
Figuur 38 Verhouding tuss<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> in productie 1965-2005<br />
92<br />
Mtoe<br />
12000,0<br />
10000,0<br />
8000,0<br />
6000,0<br />
4000,0<br />
2000,0<br />
0,0<br />
1965<br />
1966<br />
1967<br />
1968<br />
1969<br />
1970<br />
1971<br />
1972<br />
1973<br />
1974<br />
1975<br />
1976<br />
1977<br />
1978<br />
1979<br />
1980<br />
1981<br />
Oil Natural Gas Coal Hydro Nuclear<br />
1982<br />
1983<br />
1984<br />
1985<br />
1986<br />
1987<br />
1988<br />
1989<br />
1990<br />
1991<br />
1992<br />
1993<br />
1994<br />
1995<br />
1996<br />
1997<br />
1998<br />
1999<br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
Bron: Berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
In de huidige gasmarkt kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal belangrijke ontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> vraagstukk<strong>en</strong><br />
aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>:<br />
De consumptie <strong>van</strong> gas is sterk gesteg<strong>en</strong> de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het valt te<br />
verwacht<strong>en</strong> dat gas de fuel of choice zal blijv<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege technische, milieu<br />
<strong>en</strong> - in mindere mate - economische red<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Over middellange tot lange termijn uitzicht<strong>en</strong> voor gas bestaat verschil <strong>van</strong><br />
m<strong>en</strong>ing. Fundam<strong>en</strong>tele onzekerhed<strong>en</strong> met betrekking tot de vraag <strong>en</strong> het<br />
aanbod <strong>van</strong> gas vertal<strong>en</strong> zich in onzekere relatieve prijsverhouding<strong>en</strong> voor<br />
gas, in relatie met andere brandstoff<strong>en</strong>. Deze onzekerhed<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op de<br />
korte termijn het effect dat beslissing<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> gas in de elektriciteitsproductie<br />
niet g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of uitgesteld word<strong>en</strong>. Hierdoor wordt ook<br />
de korte termijn vraag voor gas beïnvloed, terwijl projecties <strong>van</strong> de productie<br />
<strong>van</strong> gas in de toekomst uiterst onzeker word<strong>en</strong>. Deze vraag- <strong>en</strong> aanbod patron<strong>en</strong><br />
zijn opgebouwd uit seizo<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> dagelijkse patron<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />
vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> prijs-, kruis <strong>en</strong> inkom<strong>en</strong>selasticiteit, waardoor de uiteindelijke<br />
gasvraag slecht te voorspell<strong>en</strong> valt (IEA, 2003, 2004).<br />
Het groei<strong>en</strong>de aandeel <strong>van</strong> gas in de elektriciteitsopwekking heeft onbek<strong>en</strong>de<br />
consequ<strong>en</strong>ties voor de balans tuss<strong>en</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod in de EU<strong>en</strong>ergiemarkt<br />
waar<strong>van</strong> nog niet zeker is hoe vraag <strong>en</strong> aanbod zull<strong>en</strong><br />
match<strong>en</strong>. De huidige beweging suggereert nog e<strong>en</strong> voortgang <strong>van</strong> het herstructureringsproces,<br />
waarbij de prijsvorming in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate door korte<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
termijn vraag <strong>en</strong> aanbodpatron<strong>en</strong> bepaald zal word<strong>en</strong>. Tegelijkertijd kan, met<br />
de huidige druk op de <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong>, niet word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> dat andere<br />
vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> marktord<strong>en</strong>ing gekoz<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, die tot andere prijsstrategieën<br />
aanleiding zull<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />
Figuur 39 Ratio <strong>van</strong> reserves <strong>en</strong> productie 1980-2005<br />
ratio reserves/productie (jaar)<br />
700<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
1980<br />
1981<br />
1982<br />
1983<br />
1984<br />
1985<br />
1986<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
1987<br />
1988<br />
1989<br />
1990<br />
1991<br />
1992<br />
1993<br />
Noord Amerika Zuid Amerika FSU <strong>en</strong> Oost Europa Midd<strong>en</strong> Oost<strong>en</strong> Azië <strong>en</strong> Pacific Afrika EU 25<br />
Bron: Berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
De drie grote consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>markt<strong>en</strong>, in de VS, Europa <strong>en</strong> Azië, word<strong>en</strong><br />
geconfronteerd met de noodzaak steeds grotere hoeveel hed<strong>en</strong> gas te importer<strong>en</strong><br />
uit het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong>, Rusland <strong>en</strong> Afrika. De daaruit voortvloei<strong>en</strong>de<br />
toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> afhankelijkheid tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in combinatie<br />
met principiële belang<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> kan leid<strong>en</strong> tot conflict<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
politisering <strong>van</strong> de gasmarkt. Dit heeft consequ<strong>en</strong>ties voor de mate <strong>van</strong> coördinatie<br />
tuss<strong>en</strong> vraag- <strong>en</strong> aanbodontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de aanleg <strong>en</strong> het beheer<br />
<strong>van</strong> infrastructur<strong>en</strong> (Correljé, Van der Linde, 2006).<br />
Opgemerkt is dat voor wat betreft olie de internationale oliemaatschappij<strong>en</strong><br />
toegang hebb<strong>en</strong> tot ongeveer e<strong>en</strong> derde <strong>van</strong> de bek<strong>en</strong>de olievoorkom<strong>en</strong>s. In<br />
het geval <strong>van</strong> gas is deze verhouding ongeveer gelijk. Het grootste deel <strong>van</strong><br />
de gasreserves wordt beheerd door overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> publieke gas- <strong>en</strong> oliemaatschappij<strong>en</strong>.<br />
1994<br />
1995<br />
1996<br />
1997<br />
1998<br />
1999<br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
93
Figuur 40 Bewez<strong>en</strong> reserves in 2005<br />
Bron: BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web version).<br />
94<br />
Gegev<strong>en</strong> de zich ontwikkel<strong>en</strong>de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong> zal het<br />
(weer) mogelijk zijn dat geopolitieke overweging<strong>en</strong> weer e<strong>en</strong> rol <strong>van</strong> belang<br />
gaan spel<strong>en</strong>. Dit kan de vorm krijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> geopolitieke acties gericht op de<br />
controle over <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> transportsystem<strong>en</strong>. Daarnaast kan de controle<br />
over <strong>en</strong>ergie als ‘instrum<strong>en</strong>t’ gebruikt word<strong>en</strong> in internationale conflict<strong>en</strong>.<br />
Eén <strong>van</strong> de gevolg<strong>en</strong> hier<strong>van</strong> is dat overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong> opnieuw<br />
de veiligheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie expliciet als doel hanter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op zoek gaan<br />
garanties voor de toegang tot gas. Dit geeft aanleiding tot e<strong>en</strong> situatie waarin<br />
afnemers in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate met elkaar concurrer<strong>en</strong> rond dezelfde gasvoorkom<strong>en</strong>s<br />
(Perner, Seeliger 2004).<br />
De vraag rijst in hoeverre deze (geo)politieke ontwikkeling<strong>en</strong> <strong>van</strong> invloed zull<strong>en</strong><br />
zijn op de exploratie- <strong>en</strong> productieregimes <strong>en</strong> wat de consequ<strong>en</strong>tie daar<strong>van</strong><br />
zal zijn voor investering<strong>en</strong> in nieuwe productiefaciliteit<strong>en</strong>. De verdeling<br />
<strong>van</strong> investering<strong>en</strong>, winst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> risico over de hele waardeket<strong>en</strong> is <strong>van</strong> fundam<strong>en</strong>teel<br />
belang voor het tot stand kom<strong>en</strong> <strong>van</strong> vraag <strong>en</strong> aanbod, waarbij geopolitieke<br />
<strong>en</strong> lokale sociaal-economische verhouding<strong>en</strong> cruciaal zijn (CIEP,<br />
2006; Stern, 1999, 2001; Van der Linde, Stern, 2005).<br />
Naast exploratie <strong>en</strong> productie <strong>van</strong> gas is het lange-afstandstransport <strong>van</strong> gas<br />
in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> complexe aangeleg<strong>en</strong>heid. Zowel in het geval <strong>van</strong> de VS<br />
als in Europa is groei<strong>en</strong>d aantal land<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> bij het transport <strong>van</strong> gas<br />
<strong>van</strong> de productiegebied<strong>en</strong> naar de afnemers, via pijpleiding<strong>en</strong> of LNG (Opitz,<br />
Von Hirschhaus<strong>en</strong>, 2001).<br />
Kom<strong>en</strong>de <strong>van</strong>uit e<strong>en</strong> situatie <strong>van</strong> regionale markt<strong>en</strong>, zoals hierbov<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>,<br />
transformer<strong>en</strong> de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de LNG-strom<strong>en</strong> de regionale markt<strong>en</strong> in<br />
de VS, Europa <strong>en</strong> Azië geleidelijk in e<strong>en</strong> wereld gasmarkt, waarin arbitrage<br />
de regionale vraag <strong>en</strong> aanbodbalans<strong>en</strong> zal gaan beïnvloed<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tot slot moet dit effect financieel gewaardeerd word<strong>en</strong>. Bij schade aan bouwmaterial<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> landbouwgewass<strong>en</strong> gaat het om directe economische schades.<br />
In deze studie word<strong>en</strong> emissies <strong>van</strong> zware metal<strong>en</strong> <strong>en</strong> kankerverwekk<strong>en</strong>de koolwaterstoff<strong>en</strong><br />
niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> omdat voor deze stoff<strong>en</strong> de inv<strong>en</strong>tarisatie <strong>van</strong><br />
emissies per kWh lastig is. De specifieke emissies zijn namelijk zeer afhankelijk<br />
<strong>van</strong> precieze geïnstalleerde technologie <strong>en</strong> brandstofsam<strong>en</strong>stelling.<br />
Schade aan ecosystem<strong>en</strong><br />
Bij verzuring <strong>en</strong> vermesting (als gevolg <strong>van</strong> emissie <strong>van</strong> SO2, NOx, NH3) wordt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> binn<strong>en</strong><br />
ExternE (2005) de schade aan ecosystem<strong>en</strong> gewaardeerd via prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong>. Deze zijn afgeleid<br />
uit Europese doelstelling<strong>en</strong>, met name de NEC-richtlijn. Op dit mom<strong>en</strong>t zijn hieruit echter<br />
nog ge<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> per e<strong>en</strong>heid emissie afgeleid; de aanbevol<strong>en</strong> monetarisering is € 100<br />
per hectare waar de ‘critical load’ wordt overschred<strong>en</strong>. Voor deze studie is dit niet hanteerbaar.<br />
In principe zoud<strong>en</strong> we hiervoor de voor Nederland bepaalde prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> voor verzuring <strong>en</strong><br />
vermesting kunn<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> (CE, 2002). De vraag is echter ook in hoeverre er bij gebruik <strong>van</strong><br />
prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> sprake zou zijn <strong>van</strong> dubbeltelling, omdat bij het stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> de beleiddoel<strong>en</strong> zeer<br />
waarschijnlijk ook rek<strong>en</strong>ing is gehoud<strong>en</strong> met gezondheid- <strong>en</strong> gewasschade.<br />
Tabel 23 Aanpak voor bepaling externe kost<strong>en</strong> luchtvervuiling<br />
Inv<strong>en</strong>tarisatie NOx, SO2, PM10, VOS<br />
CO, NH3, HCl, HF (ge<strong>en</strong> schadekost<strong>en</strong> voorhand<strong>en</strong>)<br />
Effectbepaling Gemiddeld (EU) voor rest <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong> ExternE implem<strong>en</strong>taties<br />
Schaduwprijs € 50.000 / € 75.000 per verlor<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sjaar<br />
Diverse kost<strong>en</strong> voor morbiditeit<br />
Economische schade voor landbouwgewas <strong>en</strong> bouwmateraal<br />
Gevoeligheid? € 18.000/€ 27.000 (onder) <strong>en</strong> € 150.000/€ 225.000 (bov<strong>en</strong>) Niet<br />
toegepast<br />
De schoorste<strong>en</strong>hoogte is <strong>van</strong> invloed op de verspreiding <strong>van</strong> emissies <strong>en</strong> daardoor<br />
op de schades. Omdat de effectbepaling in deze studie niet lokaal, maar<br />
regionaal is, blijkt dit in praktijk hooguit 1% verschil te mak<strong>en</strong> in de resultat<strong>en</strong>.<br />
Voor effect<strong>en</strong> op zeer lokale schaal is er waarschijnlijk e<strong>en</strong> groter effect<br />
C.4 Radioactieve straling<br />
Radioactieve straling (radiologische emissies) treedt behalve in de nucleaire<br />
ket<strong>en</strong> ook in alle fossiele brandstofket<strong>en</strong>s op, maar in de fossiele ket<strong>en</strong>s zijn de<br />
effect<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> verwaarloosbaar. In de nucleaire ket<strong>en</strong> is het de belangrijkste<br />
bron <strong>van</strong> externe kost<strong>en</strong>. De emissie-naar-schade berek<strong>en</strong>ing is voor<br />
radioactieve stoff<strong>en</strong> anders dan voor de andere stoff<strong>en</strong>.<br />
De schade wordt uitgedrukt in dodelijke <strong>en</strong> niet-dodelijke kankergevall<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
erfelijke afwijking<strong>en</strong>. Deze word<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s aan de hand <strong>van</strong> de VPF (zie<br />
paragraaf 2.2.1) in geld uitgedrukt. In NewExt is ge<strong>en</strong> update gemaakt <strong>van</strong> de<br />
methodiek die in ExternE (1995) is vastgelegd. Wel is e<strong>en</strong> nieuwe bepaling <strong>van</strong><br />
de VPF gemaakt.<br />
160<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 41 Import <strong>van</strong> gas via pijpleiding <strong>en</strong> LNG in EU 2005<br />
Australia<br />
Malaysia<br />
UAE<br />
Trinidad & Tobago<br />
Libya<br />
Turkm<strong>en</strong>istan<br />
Oman<br />
Ukraine<br />
other Europe & Eurasia<br />
Iran<br />
Belgium<br />
Libya<br />
Qatar<br />
Egypt<br />
D<strong>en</strong>mark<br />
UK<br />
Nigeria<br />
Germany<br />
Netherlands<br />
Algeria<br />
Norway<br />
Russian Fed.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
0 20 40 60 80 100 120 140 160<br />
Pipeline gas LNG<br />
Bron: Berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> BP Statistical Review of World Energy 2005 (Web versie).<br />
Daarnaast is e<strong>en</strong> belangrijke vraag hoe de transitland<strong>en</strong> land<strong>en</strong> beloond word<strong>en</strong><br />
voor het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> toestemming tot het aanlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de pijpleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel LNG-installaties. In dit verband is zowel het<br />
aantal betrokk<strong>en</strong> transitland<strong>en</strong> <strong>van</strong> belang, als het bestaan <strong>van</strong> alternatieve<br />
routes <strong>en</strong> leveranciers. Deze factor<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> in sterke mate de strategische<br />
positie <strong>van</strong> transitland<strong>en</strong> <strong>en</strong> de mate waarin deze in staat zijn hoge beloning<strong>en</strong><br />
te beding<strong>en</strong> voor het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> transitrecht<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> ander aspect <strong>van</strong> belang is de coher<strong>en</strong>tie <strong>van</strong> de ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de transitregimes<br />
in e<strong>en</strong> waardeket<strong>en</strong>. Hierbij speelt het korte-termijn coördinatievraagstuk<br />
e<strong>en</strong> rol, waarbij het contracter<strong>en</strong> <strong>van</strong> transportfaciliteit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ongestoord<br />
transito door verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> mogelijk moet mak<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> twee<br />
punt <strong>van</strong> aandacht is de vraag in hoeverre de regulering <strong>en</strong> organisatie <strong>van</strong><br />
internationale transitbeweging<strong>en</strong> op dezelfde voet kan geschied<strong>en</strong> als de regimes<br />
voor lokaal gastransport.<br />
De aanvoer <strong>van</strong> gas over lange afstand<strong>en</strong>, via pijpleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> LNG, betek<strong>en</strong>t<br />
over het algeme<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> hoge b<strong>en</strong>uttingsgraad wordt nagestreefd voor<br />
de infrastructuur. Gegev<strong>en</strong> de grote impact <strong>van</strong> dagelijkse, wekelijkse <strong>en</strong><br />
seizo<strong>en</strong>spatron<strong>en</strong> in de vraag naar gas, betek<strong>en</strong>d dit dat het aanbod gemoduleerd<br />
moet word<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> locale opslag <strong>en</strong> ander vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
flexibiliteit.<br />
95
Figuur 42 Netto ontrekking <strong>van</strong> gas aan opslag in EU<br />
96<br />
Storage Withdrawals (BCM)<br />
Bron: CIEP, 2006.<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
1984/1985<br />
1987/1988<br />
1990/1991<br />
1993/1994<br />
E<strong>en</strong> punt <strong>van</strong> aandacht is de aanleg <strong>van</strong> nieuwe voorzi<strong>en</strong>ingsystem<strong>en</strong> in de<br />
VS <strong>en</strong> Europa. Dit betreft LNG terminals, ondergrondse gasopslag <strong>en</strong> conversieinstallaties.<br />
De ‘vrije’ gasmarkt ontbeert mechanism<strong>en</strong> om de timing <strong>en</strong><br />
de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> investering<strong>en</strong> in infrastructuur te coördiner<strong>en</strong>, anders dan<br />
door prijsvorming. Gegev<strong>en</strong> het gereguleerde monopoliekarakter <strong>van</strong> deze infrastructur<strong>en</strong><br />
zal de systematiek <strong>van</strong> de regulering e<strong>en</strong> belangrijke rol te spel<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> tijdige efficiënte ontwikkeling er<strong>van</strong>.<br />
De vraag is hier welke partij<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> invester<strong>en</strong> in deze system<strong>en</strong> <strong>en</strong> wie ze<br />
zull<strong>en</strong> beher<strong>en</strong>. De voornaamste discussie betreft hier de vraag hoe <strong>en</strong> of deze<br />
(del<strong>en</strong> <strong>van</strong>) system<strong>en</strong> gereguleerd zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, of dat ze vrijgesteld<br />
word<strong>en</strong> <strong>van</strong> regulering. De voornaamste uitdaging bestaat hier uit het vind<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> balans tuss<strong>en</strong> de aantrekkelijkheid voor invester<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong>, het<br />
vermijd<strong>en</strong> <strong>van</strong> het misbruik <strong>van</strong> economische machtsposities <strong>en</strong> het efficiënte<br />
inzett<strong>en</strong> <strong>van</strong> de aanwezige infrastructuur.<br />
6.4 Conclusies met betrekking tot de gaswinning<br />
De hierbov<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> verandering<strong>en</strong> in de <strong>en</strong>ergiehuishouding stell<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong><br />
bij het huidige marktgedomineerde sturingsparadigma. Dit is ook aangegev<strong>en</strong> in<br />
Correljé (2005), Helm (2005), Van der Linde (2005), AER (2005) <strong>en</strong> bijvoorbeeld<br />
de rec<strong>en</strong>te Shell sc<strong>en</strong>ario’s (2005). Zowel met betrekking tot de zekerheid <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing, als met betrekking tot duurzaamheidaspect<strong>en</strong>, lijkt het niet<br />
voor de hand ligg<strong>en</strong>d dat via marktwerking alle<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste situatie bereikt<br />
gaat word<strong>en</strong>, zonder duidelijke sturing door overhed<strong>en</strong> (zie ook Correljé, 2004;<br />
Van der Linde, 2006). Hoewel deze heroverweging slechts zeer aarzel<strong>en</strong>d<br />
plaatsvindt wordt langzamerhand toch duidelijk dat het noodzakelijk is om tot<br />
nieuwe b<strong>en</strong>adering<strong>en</strong> <strong>en</strong> modell<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> voor de interactie tuss<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> marktactor<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun respectievelijke roll<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoordelijkhed<strong>en</strong> in de<br />
waardeket<strong>en</strong>.<br />
1996/1997<br />
1999/2000<br />
2002/2003<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
De rol <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> in de verschill<strong>en</strong>de segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> gassector <strong>en</strong> hun sam<strong>en</strong>werking<br />
met private actor<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong> <strong>en</strong> sociale kracht<strong>en</strong> rond die ket<strong>en</strong> is<br />
fundam<strong>en</strong>teel voor de toekomstige ontwikkeling <strong>van</strong> de gasmarkt <strong>en</strong> het aanbod<br />
<strong>van</strong> gas. Het aanbod <strong>van</strong> gas, in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> de beschikbare <strong>en</strong> produceerbare<br />
reserves, is e<strong>en</strong> functie <strong>van</strong> de manier waarop de industrie <strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong><br />
in staat zijn e<strong>en</strong> ononderbrok<strong>en</strong> waardeket<strong>en</strong> te creër<strong>en</strong>. Naast e<strong>en</strong> fysieke<br />
compon<strong>en</strong>t, omvatt<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> adequate productie-, transport-, <strong>en</strong> opslaginfrastructuur,<br />
vereist de ket<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de institutionele compon<strong>en</strong>t, waarin financieel-economische<br />
verhouding zodanig geregeld zijn dat er minimale (geo)politieke<br />
<strong>en</strong> sociale spanning<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ontstaan in de betrokk<strong>en</strong> land<strong>en</strong>, terwijl bedrijv<strong>en</strong><br />
belang blijv<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> in het do<strong>en</strong> <strong>van</strong> noodzakelijke investering<strong>en</strong>. Als die ket<strong>en</strong><br />
niet geslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> in balans is zal er weliswaar gas geproduceerd <strong>en</strong> geleverd word<strong>en</strong><br />
via de bestaande infrastructuur, maar zal ge<strong>en</strong> uitbreiding of vernieuwing<br />
<strong>van</strong> het systeem plaatsvind<strong>en</strong>. Zonder zekerheid <strong>van</strong> afzet <strong>en</strong> transport <strong>en</strong> uitzicht<br />
op voldo<strong>en</strong>de inkomst<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> up-stream activiteit<strong>en</strong> stagner<strong>en</strong>, terwijl de<br />
vraagkant het gebruik <strong>van</strong> gas zal mijd<strong>en</strong> als daar e<strong>en</strong> onzekere, prijsvolatiele,<br />
afhankelijkheid uit voortvloeit.<br />
Hoewel aardgas inher<strong>en</strong>te voordel<strong>en</strong> heeft, in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> gemak, veelzijdigheid<br />
<strong>en</strong> milieuaspect<strong>en</strong>, spel<strong>en</strong> er ook e<strong>en</strong> aantal gevoelighed<strong>en</strong> met betrekking tot<br />
technische, financiële, politieke <strong>en</strong> marktrisico’s. In het verled<strong>en</strong>, zoals geïllustreerd,<br />
hebb<strong>en</strong> die in de groeimarkt<strong>en</strong> <strong>van</strong> de VS, Europa <strong>en</strong> Azië, aanleiding<br />
gegev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> strakke coördinatie <strong>van</strong> de economische, technische <strong>en</strong> institutionele<br />
compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze system<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de laatste twee dec<strong>en</strong>nia <strong>van</strong><br />
de vorige eeuw werd gesteld dat de wereld aan het verander<strong>en</strong> was <strong>en</strong> dat de<br />
staat ge<strong>en</strong> partij mee moest zijn. Rec<strong>en</strong>te ervaring<strong>en</strong>, echter, lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat de<br />
mogelijkhed<strong>en</strong> om de dergelijke grootschalige complexe system<strong>en</strong> door de markt<br />
te lat<strong>en</strong> manag<strong>en</strong> beperkt zijn.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
97
98<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
7 Dynamische analyse <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor uranium<br />
De uraniummarkt is e<strong>en</strong> bijzondere markt t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> de andere markt<strong>en</strong><br />
die in deze <strong>rapport</strong>age word<strong>en</strong> beschouwd. De uraniummijnbouw vertoont sterke<br />
overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> met de kol<strong>en</strong>mijnbouw, maar daar houdt de vergelijking ook op.<br />
Uranium wordt vrijwel uitsluit<strong>en</strong>d toegepast als brandstof in kernc<strong>en</strong>trales voor<br />
elektriciteitopwekking. Andere toepassing<strong>en</strong> (m.n. voor kernwap<strong>en</strong>s <strong>en</strong> medische<br />
toepassing<strong>en</strong>) drag<strong>en</strong> nauwelijks bij aan de totale vraag naar uranium. De vraag<br />
naar uranium is dan ook direct gerelateerd aan de rol <strong>van</strong> kern<strong>en</strong>ergie in de elektriciteitmarkt.<br />
Vanwege de toepasbaarheid <strong>van</strong> uranium in kernwap<strong>en</strong>s is er e<strong>en</strong> strikt toezicht<br />
op de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong> de handel in uranium, hetge<strong>en</strong> onder meer is geregeld in<br />
diverse non-proliferatieverdrag<strong>en</strong>. Er is dan ook ge<strong>en</strong> vrije handel in uranium. Er<br />
bestaan vrij directe relaties tuss<strong>en</strong> de uiteindelijke gebruikers <strong>en</strong> de bedrijv<strong>en</strong> die<br />
het uranium winn<strong>en</strong>.<br />
Bijzonder aan de uraniummarkt is verder dat de grondstof die wordt gewonn<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> groot aantal bewerking<strong>en</strong> moet ondergaan om als <strong>en</strong>ergiedrager te kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> ingezet. Hierbij wordt gemiddeld 4.500 maal zoveel grondstof verzet als<br />
uiteindelijk wordt b<strong>en</strong>ut, waar<strong>van</strong> het grootste deel als verontreinigde afvalstof<br />
achterblijft op de winninglocatie. E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> deze bewerking<strong>en</strong> wordt op of nabij<br />
de winninglocatie uitgevoerd door, of onder auspiciën <strong>van</strong> het winningbedrijf.<br />
Andere bewerking<strong>en</strong>, zoals de verrijking <strong>van</strong> het materiaal, word<strong>en</strong> uitgevoerd in<br />
opdracht <strong>van</strong> de eindgebruiker.<br />
7.1 De uraniumwaardeket<strong>en</strong><br />
Voor de opwekking <strong>van</strong> elektriciteit door kernc<strong>en</strong>trales is e<strong>en</strong> ket<strong>en</strong> <strong>van</strong> process<strong>en</strong><br />
nodig. Die begint met de winning <strong>van</strong> uranium <strong>en</strong> eindigt met de langdurige<br />
opberging of recyclage <strong>van</strong> afvalstoff<strong>en</strong>. Deze ket<strong>en</strong> wordt ook wel aangeduid als<br />
de ‘splijtstofcyclus’ (Figuur 43).<br />
Uranium wordt gewonn<strong>en</strong> als hoofdproduct <strong>van</strong> mijnbouw, maar ook als nev<strong>en</strong>product<br />
<strong>van</strong> andere metal<strong>en</strong>. Dat laatste geldt voor zo’n 10% <strong>van</strong> de wereldproductie<br />
<strong>van</strong> uranium.<br />
De winning <strong>van</strong> uranium via dagbouw of ondergrondse mijnbouw wijkt niet af <strong>van</strong><br />
andere erts<strong>en</strong> die op deze manier gewonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In beide gevall<strong>en</strong> wordt<br />
erts dat ‘rijk’ is aan uranium afgegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> afgescheid<strong>en</strong> <strong>van</strong> het moedergeste<strong>en</strong>te.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
99
Na de mijnbouw wordt het uranium onttrokk<strong>en</strong> aan het erts via extractieprocess<strong>en</strong>.<br />
Daarbij ontstaat e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>traat <strong>van</strong> uraniumoxide (U3O8) dat ook wel<br />
‘yellowcake’ wordt g<strong>en</strong>oemd. Het conc<strong>en</strong>traat wordt verder gebruikt in de ket<strong>en</strong>.<br />
Het restproduct <strong>van</strong> het verwerkte erts moet als mijnbouwafval word<strong>en</strong> opgeslag<strong>en</strong>.<br />
Figuur 43 De kern<strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong><br />
Om het gehalte 235 U te kunn<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong> wordt de yellowcake verrijkt. De verrijkte<br />
fractie wordt verwerkt tot brandstofstav<strong>en</strong>. Deze word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> kernreactor<br />
gebruikt om elektriciteit op te wekk<strong>en</strong>. De verarmde fractie blijft over als afval.<br />
Figuur 44 geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> voor de uraniummarkt, <strong>van</strong> de<br />
opsporing <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s tot het eindverbruik.<br />
Figuur 44 Waardeket<strong>en</strong> uraniummarkt<br />
↓ ↓ ↓ ↓ ↓ ↓ ↓<br />
Opsporing<br />
voorkom<strong>en</strong>s<br />
Beloning<br />
uitvoerders<br />
100<br />
→ Winning<br />
uranium<br />
← Grondstof<br />
Prijs<br />
→ Conversie → Handel &<br />
transport<br />
← Product<br />
Prijs<br />
← Marktprijs ← Verrijkingskost<strong>en</strong><br />
→ Verrijking → Verbruik → Opslag<br />
afval<br />
← ‘Nut’ ← Opslag<br />
kost<strong>en</strong><br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
De geschetste waardeket<strong>en</strong> is al relatief ingewikkeld t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> die bij de<br />
andere beschouwde <strong>en</strong>ergiedragers, terwijl het feitelijk nog e<strong>en</strong> sterk vere<strong>en</strong>voudigde<br />
weergave is. In de praktijk is de marktsituatie minder complex omdat er<br />
e<strong>en</strong> strikt toezicht bestaat op de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong> de handel in uranium <strong>en</strong> er, mede<br />
als gevolg daar<strong>van</strong>, vrij directe relaties bestaan binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkte groep<br />
<strong>van</strong> actor<strong>en</strong>.<br />
De scheiding tuss<strong>en</strong> wat kan word<strong>en</strong> aangeduid als het upstream-gedeelte <strong>van</strong><br />
de waardeket<strong>en</strong> <strong>en</strong> het downstreamtraject ligt precies in het midd<strong>en</strong> <strong>van</strong> de geschetste<br />
ket<strong>en</strong>, bij de handel. Daar treff<strong>en</strong> aanbieders <strong>en</strong> afnemers elkaar, waarbij<br />
op deze markt in de regel sprake is <strong>van</strong> langjarige <strong>en</strong> stabiele handelsrelaties.<br />
7.2 De organisatie <strong>van</strong> de uraniummarkt<br />
Zoals hierbov<strong>en</strong> al is aangegev<strong>en</strong> is de organisatie <strong>van</strong> de uraniummarkt relatief<br />
e<strong>en</strong>voudig, in die zin dat er e<strong>en</strong> vrij directe relatie bestaat tuss<strong>en</strong> de uiteindelijke<br />
gebruikers (m.n. exploitant<strong>en</strong> <strong>van</strong> kernc<strong>en</strong>trales) <strong>en</strong> de bedrijv<strong>en</strong> die het uranium<br />
winn<strong>en</strong>.<br />
Acht grote mijnbouwconcerns zijn verantwoordelijk voor ruim 80% <strong>van</strong> de<br />
uraniumproductie in de wereld (WNA, 2006). Dit zijn zowel overheidsbedrijv<strong>en</strong> als<br />
onafhankelijke bedrijv<strong>en</strong>, zoals blijkt uit het overzicht <strong>van</strong> de organisaties in Tabel<br />
11.<br />
Tabel 11 Organisaties met e<strong>en</strong> jaarproductie <strong>van</strong> meer dan 1.000 ton uranium<br />
Organisatie Land Onafhankelijk of overheidsbedrijf? Tonn<strong>en</strong> U<br />
(in erts)<br />
Cameco Canada Onafhankelijk 8.038<br />
Cogema(nu AREVA NC) Frankrijk Overheidsbedrijf 5.317<br />
ERA Australië Onafhankelijk (dochter <strong>van</strong> Rio Tinto) 4.356<br />
KazAtomProm Kazachstan Overheidsbedrijf 3.718<br />
BHP Billiton Groot-Brittannië Onafhankelijk 3.706<br />
Rossing Namibië Onafhankelijk (dochter <strong>van</strong> Rio Tinto) 3.038<br />
Priargunsky Rusland Overheidsbedrijf 3.000<br />
Navoi Oezbekistan Overheidsbedrijf 2.050<br />
Bron: WNA, 2006<br />
De transacties tuss<strong>en</strong> de aanbieders <strong>en</strong> vragers <strong>van</strong> uranium lop<strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong><br />
(meer dan 85%) via lange-termijncontract<strong>en</strong>. Deze contract<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> looptijd tot ti<strong>en</strong> jaar hebb<strong>en</strong>, maar lop<strong>en</strong> meestal <strong>van</strong> 3 tot 5 jaar. Vaak hebb<strong>en</strong><br />
deze contract<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere mate <strong>van</strong> flexibiliteit, om aanpassing<strong>en</strong> aan de<br />
marktontwikkeling<strong>en</strong> mogelijk te mak<strong>en</strong>. Ook bestaan spotmarktcontract<strong>en</strong>, die<br />
bestaan uit één levering teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> prijs rond de prijs die op dat mom<strong>en</strong>t op de<br />
spotmarkt geldt.<br />
Op de markt wordt toezicht gehoud<strong>en</strong> door onder meer het International Atomic<br />
Energy Ag<strong>en</strong>cy (IAEA).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
101
7.3 Uraniumprijz<strong>en</strong>; vraag <strong>en</strong> aanbod<br />
De afgelop<strong>en</strong> twintig jaar is erg weinig exploratie verricht naar nieuwe voorrad<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> uranium, waardoor de bek<strong>en</strong>de <strong>en</strong> afgeleide voorrad<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> beperkt zijn<br />
veranderd. Sinds 2001 zijn de uitgav<strong>en</strong> voor exploratie weer aan het stijg<strong>en</strong>. De<br />
verwachting is dat e<strong>en</strong> hogere inspanning <strong>van</strong> exploratie de economische winbare<br />
voorrad<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk zal do<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, vergelijkbaar met bijvoorbeeld<br />
goudwinning, waar aantrekk<strong>en</strong>de prijz<strong>en</strong> geleid hebb<strong>en</strong> tot het zoek<strong>en</strong> naar, <strong>en</strong><br />
vind<strong>en</strong> <strong>van</strong>, nieuwe voorrad<strong>en</strong>. Ook de technische ontwikkeling <strong>van</strong> exploratieinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
zal de voorraad in conv<strong>en</strong>tionele ertsvoorrad<strong>en</strong> in de toekomst lat<strong>en</strong><br />
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
Duidelijk is dat, wanneer alle nu in aanbouw zijnde kernreactor<strong>en</strong> gereed zijn <strong>en</strong><br />
de geplande reactor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerealiseerd, de vraag naar uranium sterk zal<br />
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> (zie figuur 45). Op basis <strong>van</strong> de projecties <strong>van</strong> de vraag naar kern<strong>en</strong>ergie<br />
gemaakt door de WNA (Figuur 45), komt deze organisatie tot e<strong>en</strong> uraniumvraag<br />
tuss<strong>en</strong> 50 <strong>en</strong> 160 kton uranium per jaar in 2030.<br />
Figuur 45 Prognoses <strong>van</strong> de vraag naar uranium in de kom<strong>en</strong>de 25 jaar (uranium als in erts)<br />
Bron: Gitzel, 2005.<br />
De vraag naar uranium is afhankelijk <strong>van</strong> e<strong>en</strong> groot aantal factor<strong>en</strong>, waaronder<br />
de ontwikkeling<strong>en</strong> bij met name gas, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> hernieuwbare <strong>en</strong>ergie, het aantal<br />
draai<strong>en</strong>de kernreactor<strong>en</strong> wereldwijd, technologische ontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beschikbaarheid<br />
<strong>van</strong> andere <strong>bronn<strong>en</strong></strong> dan primair uranium. Er zijn, zoals opgemerkt,<br />
meerdere reactor<strong>en</strong> in aanbouw, met name in China <strong>en</strong> India, <strong>en</strong> er zijn<br />
wereldwijd plann<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> nog groter aantal reactor<strong>en</strong>. De vraag naar uranium<br />
zal hierdoor in ieder geval op korte termijn stijg<strong>en</strong>, maar of deze groei <strong>van</strong> de<br />
vraag ook op langere termijn doorzet is nog onzeker.<br />
102<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Het aanbod <strong>van</strong> uranium wordt in de huidige marktomstandighed<strong>en</strong> mede bepaald<br />
door de beschikbaarheid <strong>van</strong> zog<strong>en</strong>oemde secundaire voorrad<strong>en</strong>, zoals uit<br />
opwerking, kernwap<strong>en</strong>s, civiele voorrad<strong>en</strong> <strong>en</strong> verarmd uranium. Deze gaan naar<br />
verwachting tot circa 2015 mee.<br />
De prijs <strong>van</strong> uranium op de spotmarkt varieert sterk (Figuur 46). In het verled<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> minder dan 10$/kg tot meer dan 40$/kg betaald. Eind jar<strong>en</strong><br />
zev<strong>en</strong>tig was de prijs hoog door e<strong>en</strong> verwachte sterke stijging <strong>van</strong> de vraag. In<br />
de jar<strong>en</strong> ‘80 <strong>en</strong> ‘90 daalde de prijs sterk omdat veel land<strong>en</strong> na het ongeluk in<br />
Tsjernobyl ge<strong>en</strong> toekomst meer zag<strong>en</strong> voor kern<strong>en</strong>ergie. De laatste jar<strong>en</strong> loopt<br />
de prijs <strong>van</strong> uranium weer op door e<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>de houding t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong><br />
kern<strong>en</strong>ergie in Europa <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de aanbouw <strong>van</strong> nieuwe<br />
c<strong>en</strong>trales in onder andere China <strong>en</strong> India.<br />
Figuur 46 Prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> uranium op de spotmarkt 1972 - 2005<br />
Bron: WNA, 2006.<br />
De uraniumprijz<strong>en</strong> in lange-termijncontract<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk bov<strong>en</strong> die <strong>van</strong> de<br />
spotmarkt.<br />
Bij stijg<strong>en</strong>de vraag <strong>en</strong> continuering <strong>van</strong> de huidige productiecapaciteit zal mogelijk<br />
rond 2015 e<strong>en</strong> gat ontstaan tuss<strong>en</strong> productiecapaciteit <strong>en</strong> vraag, met hogere<br />
uraniumprijz<strong>en</strong> tot gevolg. In het uiterste geval ontstaat dan e<strong>en</strong> gat tuss<strong>en</strong> vraag<br />
<strong>en</strong> aanbod. Gelet op de mogelijke to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> de vraag naar uranium wereldwijd<br />
<strong>en</strong> de wet<strong>en</strong>schap dat het ontwikkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe mijn<strong>en</strong> (<strong>en</strong> zelfs het herop<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> geslot<strong>en</strong> mijn<strong>en</strong>) veel tijd kost, <strong>van</strong>wege de daaraan gekoppelde<br />
procedures, is e<strong>en</strong> dergelijk tekort niet ond<strong>en</strong>kbaar. Wanneer de gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de schaarste beperkt blijv<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> hogere uraniumprijs zull<strong>en</strong> deze ge<strong>en</strong><br />
belemmer<strong>en</strong>de factor vorm<strong>en</strong> voor de inzet <strong>van</strong> kern<strong>en</strong>ergie, aangezi<strong>en</strong> de<br />
uraniumprijs maar e<strong>en</strong> klein deel uitmaakt <strong>van</strong> de totale kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> kern<strong>en</strong>ergie.<br />
Wel is het aantal land<strong>en</strong> met grote aangetoonde voorrad<strong>en</strong> net als bij olie <strong>en</strong> gas<br />
beperkt, zodat bij to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de schaarste e<strong>en</strong> afhankelijkheid zal kunn<strong>en</strong> ontstaan<br />
<strong>van</strong> de grote leveranciers. Dat zijn met name Canada, Kazachstan <strong>en</strong><br />
Australië.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
103
Tabel 12 geeft e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> de structuurk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, instituties, e.d. in de<br />
uraniummarkt, op de wijze zoals die ook voor de andere dragers in dit <strong>rapport</strong> in<br />
beeld wordt gebracht.<br />
Tabel 12 Overzicht <strong>van</strong> de internationale uraniummarkt<br />
De internationale uraniummarkt<br />
Afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia Hed<strong>en</strong> <strong>en</strong> toekomst<br />
Structuur Beperkt aantal grote mijnbouwcon- Beperkt aantal grote mijnbouwcon-<br />
Markt/<br />
cerns (in overheidshand<strong>en</strong> <strong>en</strong> pricerns (in overheidshand<strong>en</strong> <strong>en</strong> privaat).<br />
eig<strong>en</strong>dom vaat). Directe relaties tuss<strong>en</strong> de Directe relaties tuss<strong>en</strong> de aanbieders<br />
aanbieders <strong>en</strong> afnemers<br />
<strong>en</strong> afnemers<br />
Pricing / Con- Grot<strong>en</strong>deels via lange termijncon- Prijz<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> naar verwachting sterk<br />
tractstract<strong>en</strong><br />
gaan stijg<strong>en</strong> a.g.v. marktschaarste<br />
rond 2015<br />
Instituties IAEA IAEA<br />
Politieke Non-proliferatie, reactorveiligheid In to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate aandacht voor<br />
issues<br />
<strong>en</strong> afvalberging<br />
voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>en</strong> afvalproblematiek<br />
bij de winning<br />
Productie- Australië, Kazachstan <strong>en</strong> Canada. Australië, Kazachstan <strong>en</strong> Canada.<br />
locatie<br />
Sluiting <strong>van</strong> kleinere sites<br />
Herop<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> kleinere sites?<br />
<strong>Rol</strong> <strong>van</strong> Met name toepassing in elektrici- Met name toepassing in elektriciteits-<br />
uranium in<br />
<strong>en</strong>ergiemarkt<br />
teitsproductie <strong>en</strong> in de industrie productie <strong>en</strong> in de industrie<br />
Origine aan- VS: Intern, Canada<br />
VS: Intern, Canada<br />
voer naar VS, EU: Canada, Australië, Kazachstan EU: Canada, Australië, Kazachstan<br />
EU <strong>en</strong> Japan Japan: Australië<br />
Japan: Australië<br />
Technologie Traditionele mijnbouw <strong>en</strong> oplos- Als in het verled<strong>en</strong>, met meer aansingsmijnbouw,<br />
specifieke converdacht voor de langjarige berging <strong>van</strong><br />
sie- <strong>en</strong> verrijkingsprocess<strong>en</strong> afval dat vrijkomt bij de winning<br />
Vraag Aanbod Daling vraag. Daling aanbod. Over- Groei vraag. Trage groei <strong>van</strong> het aan-<br />
Capaciteit capaciteitbod.<br />
Marktschaarste rond 2015?<br />
7.4 Conclusies met betrekking tot de uraniummarkt<br />
Uit dit hoofdstuk kunn<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de conclusies word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> met betrekking<br />
tot de huidige situatie <strong>en</strong> de ontwikkeling<strong>en</strong> op de uraniummarkt:<br />
Uranium wordt vrijwel uitsluit<strong>en</strong>d toegepast als brandstof in kernc<strong>en</strong>trales<br />
voor elektriciteitopwekking. De vraag naar uranium is direct gerelateerd aan<br />
de rol <strong>van</strong> kern<strong>en</strong>ergie in de elektriciteitmarkt.<br />
Vanwege de toepasbaarheid <strong>van</strong> uranium in kernwap<strong>en</strong>s is er e<strong>en</strong> strikt toezicht<br />
op de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong> de handel in uranium. Er is ge<strong>en</strong> vrije handel in<br />
uranium. Er bestaan directe relaties tuss<strong>en</strong> de uiteindelijke gebruikers <strong>en</strong> de<br />
bedrijv<strong>en</strong> die het uranium winn<strong>en</strong>.<br />
Acht grote mijnbouwconcerns zijn verantwoordelijk voor ruim 80% <strong>van</strong> de<br />
uraniumproductie in de wereld (WNA, 2006). Dit zijn zowel overheidsbedrijv<strong>en</strong><br />
als onafhankelijke bedrijv<strong>en</strong>.<br />
De transacties tuss<strong>en</strong> de aanbieders <strong>en</strong> vragers <strong>van</strong> uranium verlop<strong>en</strong> over<br />
het algeme<strong>en</strong> via lange-termijncontract<strong>en</strong>.<br />
De afgelop<strong>en</strong> twintig jaar is weinig exploratie verricht naar nieuwe voorrad<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> uranium, waardoor de voorrad<strong>en</strong> slechts beperkt zijn veranderd. De verwachting<br />
is dat e<strong>en</strong> hogere inspanning <strong>van</strong> exploratie <strong>en</strong> technische ontwik-<br />
104<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
keling <strong>van</strong> de exploratie-instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de voorraad op termijn zal do<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>.<br />
De vraag naar uranium zal in ieder geval op korte termijn stijg<strong>en</strong>, maar of deze<br />
groei <strong>van</strong> de vraag ook op langere termijn doorzet is onduidelijk.<br />
Bij stijg<strong>en</strong>de vraag <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkte/trage groei <strong>van</strong> de huidige productiecapaciteit<br />
zal mogelijk rond 2015 e<strong>en</strong> gat ontstaan tuss<strong>en</strong> productiecapaciteit <strong>en</strong><br />
vraag.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
105
106<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Sectie C E<strong>en</strong> blik in de toekomst<br />
Naast voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid speelt bij de politiek beleidsmatige besluitvorming<br />
over de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing ook het aspect duurzame ontwikkeling e<strong>en</strong> rol, onder<br />
meer in het kader <strong>van</strong> de internationale Ag<strong>en</strong>da 21.<br />
In deze sectie wordt de duurzaamheidsproblematiek geschetst <strong>en</strong> waar mogelijk<br />
ook via kwantificatie in beeld gebracht in relatie tot de Vlaamse <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
107
108<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
8 Duurzaamheid als uitdaging<br />
De winning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers heeft consequ<strong>en</strong>ties voor het milieu <strong>en</strong> voor de<br />
omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winninglocaties. Deze gevolg<strong>en</strong> zijn deels positief, als het<br />
gaat om de aanleg <strong>van</strong> infrastructuur, om werkgeleg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> om economische<br />
ontwikkeling. De consequ<strong>en</strong>ties zijn minder positief wanneer wordt gedacht aan<br />
de aantasting <strong>van</strong> het lokale milieu <strong>en</strong> <strong>van</strong> de gezondheid <strong>van</strong> omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, aan<br />
de soms slechte arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan de uitputting <strong>van</strong> de lokale<br />
grondstofvoorrad<strong>en</strong>. Deze gevolg<strong>en</strong> staan de duurzame ontwikkeling in de weg.<br />
In 1992 hebb<strong>en</strong> regeringsleiders <strong>en</strong> milieuministers in de verklaring <strong>van</strong> Rio de<br />
Janeiro zich verbond<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> wereldwijde duurzame ontwikkelingsstrategie:<br />
Ag<strong>en</strong>da 21. Hierin is vastgelegd dat milieubescherming <strong>en</strong> e<strong>en</strong> rechtvaardige<br />
verdeling <strong>van</strong> inkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> milieurisico’s integrale bestanddel<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
deze duurzame ontwikkeling. Dit hoofdstuk gaat in op de duurzaamheidsproblematiek,<br />
in relatie tot de winning <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium. Daarbij wordt<br />
eerst beknopt de problematiek in de breedte gek<strong>en</strong>schetst. Vervolg<strong>en</strong>s wordt met<br />
name aan de schade voor de gezondheid <strong>en</strong> voor het milieu, via diverse internationaal<br />
geaccepteerde method<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> financiële waarde gekoppeld. Dit zijn de<br />
zog<strong>en</strong>oemde externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winning. Rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met de herkomst<br />
<strong>van</strong> de in Vlaander<strong>en</strong> gebruikte <strong>en</strong>ergiedragers word<strong>en</strong> de externe kost<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de Vlaamse <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing ingeschat. Nagegaan wordt wat het zou betek<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
voor bijvoorbeeld de <strong>en</strong>ergieprijs, wanneer de externe kost<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> door de eindgebruiker. Ook wordt beschouwd welke invloed de<br />
Vlaamse eindgebruikers <strong>en</strong> overheid hebb<strong>en</strong> op de herkomst <strong>van</strong> de dragers <strong>en</strong><br />
of comp<strong>en</strong>satie voor de externe kost<strong>en</strong> überhaupt mogelijk zou zijn.<br />
Van belang is hierbij te realiser<strong>en</strong> dat de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de fossiele brandstofdragers<br />
vooral tot uiting kom<strong>en</strong> aan de downstreamkant <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>,<br />
die in dit <strong>rapport</strong> niet in beschouwing wordt g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor kol<strong>en</strong>, olie <strong>en</strong> gas zijn<br />
de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de upstreamprocess<strong>en</strong> relatief klein t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> die<br />
in de rest <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong>. Voor uranium is dat niet het geval.<br />
8.1 Ruwe k<strong>en</strong>schets <strong>van</strong> de problematiek<br />
Duurzame ontwikkeling start met het zoek<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> langetermijnev<strong>en</strong>wicht tuss<strong>en</strong><br />
milieu <strong>en</strong> economie <strong>en</strong> solidariteit met toekomstige g<strong>en</strong>eraties. Duurzame<br />
ontwikkeling kan <strong>en</strong>erzijds word<strong>en</strong> opgevat als het vermijd<strong>en</strong> <strong>van</strong> toekomstige<br />
problem<strong>en</strong> als de uitputting <strong>van</strong> niet-vernieuwbare voorrad<strong>en</strong>, het pleg<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
roofbouw op vernieuwbare natuurlijke hulp<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> accumulatie <strong>van</strong> stoff<strong>en</strong> in<br />
bodem, water, voedselket<strong>en</strong>s <strong>en</strong> atmosfeer. Anderzijds zal e<strong>en</strong> duurzame ontwikkeling<br />
ook aandacht moet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan gezondheidsaspect<strong>en</strong>, arbeidsomstandighed<strong>en</strong><br />
(incl. kinderarbeid) <strong>en</strong> andere maatschappelijke aspect<strong>en</strong>, gekoppeld<br />
aan ongelijkheid, onvrijheid of het ontbrek<strong>en</strong> <strong>van</strong> solidariteit.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
109
De ontwikkelingsaspect<strong>en</strong> die spel<strong>en</strong> bij de winning <strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong><br />
uranium zijn relatief onzichtbaar in de Westerse wereld omdat ze zich voordo<strong>en</strong><br />
in andere del<strong>en</strong> <strong>van</strong> de wereld of pas optred<strong>en</strong> na jar<strong>en</strong>lange uitputting <strong>van</strong> de<br />
buffercapaciteit <strong>van</strong> system<strong>en</strong>. Mede in het licht <strong>van</strong> Ag<strong>en</strong>da 21 di<strong>en</strong><strong>en</strong> ze wel in<br />
beschouwing te word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Het beleidsmatig d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> duurzaamheid, gekoppeld aan de winning<br />
<strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium, vraagt niet alle<strong>en</strong> om het verbred<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
tijd- <strong>en</strong> ruimtehorizon, maar ook om e<strong>en</strong> visie op de rechtvaardigheid <strong>van</strong> het<br />
<strong>en</strong>ergie- <strong>en</strong> milieubeleid.<br />
Het uitwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> het beleid vergt derhalve primair politieke keuz<strong>en</strong> rond de doel<strong>en</strong><br />
die met dit beleid beoogd word<strong>en</strong>. Daarbij kan onder meer word<strong>en</strong> gedacht<br />
aan natuurwaarde, gezondheid, inkom<strong>en</strong>sgelijkheid of veiligheid. Daarop aansluit<strong>en</strong>d<br />
zull<strong>en</strong> beleidskeuz<strong>en</strong> gemaakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> over de k<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> waarop de<br />
ontwikkeling <strong>van</strong> de duurzaamheid kan word<strong>en</strong> gevolgd <strong>en</strong> beoordeeld. Daarbij<br />
kan word<strong>en</strong> gedacht aan conc<strong>en</strong>traties <strong>en</strong> emissies, maar ook aan sociale factor<strong>en</strong><br />
als kindersterfte, analfabetisme <strong>en</strong> inkom<strong>en</strong>sverdeling in de land<strong>en</strong> <strong>van</strong> herkomst<br />
<strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
De politieke keuzes die gemaakt word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> bijvoorbeeld economische continuïteit,<br />
ecologische stabiliteit <strong>en</strong> sociale rechtvaardigheid zull<strong>en</strong> verschuiv<strong>en</strong> in<br />
de loop <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong>. Dat is ook zichtbaar in het rec<strong>en</strong>te verled<strong>en</strong>. Daarbij lijkt<br />
met name de sociale verdeling <strong>van</strong> milieurisico’s e<strong>en</strong> echt aandachtspunt te word<strong>en</strong>,<br />
ev<strong>en</strong>als de mate waarin buit<strong>en</strong>landse investering<strong>en</strong>, internationale handel,<br />
toerisme <strong>en</strong> ontwikkelingssam<strong>en</strong>werking invloed hebb<strong>en</strong> op duurzame ontwikkeling.<br />
De keuzeprocess<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bemoeilijkt door het feit dat de integrale duurzaamheidsproblematiek<br />
diverse ongelijksoortige aspect<strong>en</strong> omvat, waarvoor niet<br />
één maat bestaat. Zo kunn<strong>en</strong> natuurwaard<strong>en</strong>, gezondheidsrisico’s, arbeidsomstandighed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de beleving <strong>van</strong> omgevingskwaliteit niet zonder e<strong>en</strong> subjectieve<br />
weging bij elkaar word<strong>en</strong> opgeteld. E<strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>d probleem is hoe in e<strong>en</strong> liberaliser<strong>en</strong>de<br />
<strong>en</strong> globaliser<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>leving, met e<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong>de rol <strong>van</strong> nationale<br />
overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de invloed <strong>van</strong> multinationaal operer<strong>en</strong>de bedrijv<strong>en</strong>,<br />
duurzaamheid door overhed<strong>en</strong> bevorderd kan word<strong>en</strong>.<br />
Om de problematiek zo tastbaar mogelijk te mak<strong>en</strong> wordt in de rest <strong>van</strong> dit hoofdstuk<br />
e<strong>en</strong> financiële waarde gekoppeld aan de schade <strong>van</strong> de winningprocess<strong>en</strong><br />
voor de gezondheid <strong>van</strong> omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor het milieu, via diverse internationaal<br />
geaccepteerde method<strong>en</strong>. Op grond hier<strong>van</strong> word<strong>en</strong> de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de Vlaamse <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing ingeschat, waarbij rek<strong>en</strong>ing wordt gehoud<strong>en</strong> met<br />
de herkomst <strong>van</strong> de in Vlaander<strong>en</strong> gebruikte <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
Uitgedrukt in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> gesteld dat voor de fossiele<br />
<strong>en</strong>ergedragers 80 à 90 % <strong>van</strong> de externe gezondheids- <strong>en</strong> milieueffect<strong>en</strong> betrekking<br />
heeft op de verbruiksstap, downstream, die in dit <strong>rapport</strong> niet in beschouwing<br />
wordt g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor uranium is het aandeel aan de upstreamzijde,<br />
met name <strong>van</strong> de winning, juist aanzi<strong>en</strong>lijk, <strong>van</strong>wege de grote hoeveelheid radonemitter<strong>en</strong>d<br />
afvalmateriaal die daar achterblijft.<br />
110<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
8.2 Financiële om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de schade aan gezondheid <strong>en</strong> milieu<br />
8.2.1 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong>winning<br />
Bij de kol<strong>en</strong>winning tred<strong>en</strong> relatief veel ongelukk<strong>en</strong> op met dodelijke afloop. In de<br />
westerse land<strong>en</strong> is het aantal ongelukk<strong>en</strong> met dodelijke afloop in de loop der jar<strong>en</strong><br />
sterk afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In China is het aantal ongelukk<strong>en</strong> met dodelijke afloop ook<br />
afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> maar ligt nog e<strong>en</strong> factor 100 hoger per ton gewonn<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> dan in de<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> factor 30 hoger dan in Zuid-Afrika. In Tabel 13 word<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kele cijfers gepres<strong>en</strong>teerd.<br />
Tabel 13 Aantal omgekom<strong>en</strong> person<strong>en</strong> bij de kol<strong>en</strong>winning per Mton gewonn<strong>en</strong> kol<strong>en</strong> (US departm<strong>en</strong>t of<br />
labour, State Administration of Work Safety)<br />
1980 1990 2000 2005<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 0,18 0,071 0,039 0,028<br />
China 4,9 3,1<br />
Zuid-Afrika 0,11 0,09<br />
De productie per mijnwerker in de USA is in 2003 ongeveer 9.500 ton per jaar, in<br />
China ongeveer 321 ton <strong>en</strong> in Zuid-Afrika ongeveer 1.200 ton (Global mining;<br />
China Daily Nov. 2004).<br />
Kol<strong>en</strong>winning heeft ook negatieve milieueffect<strong>en</strong>. De belangrijkste zijn:<br />
acid mine drainage;<br />
verspreiding <strong>van</strong> stof;<br />
bij oppervlakte mijnbouw erosie <strong>en</strong> verlies aan habitat;<br />
emissies <strong>van</strong> methaan.<br />
Acid mine drainage ontstaat wanneer het mineraal pyrite, dat veelal aanwezig is<br />
in de rots<strong>en</strong> die gelijk met de kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong>, aan lucht <strong>en</strong> water wordt<br />
blootgesteld. De st<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> aarde die <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> na het<br />
delv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op hop<strong>en</strong> of in tailings gestort. Wanneer neerslag op deze hop<strong>en</strong><br />
of tailings valt, ontstaan zwavelzuur <strong>en</strong> ijzerhydroxide. Door dit zwavelzuur kunn<strong>en</strong><br />
gebond<strong>en</strong> zware metal<strong>en</strong> oploss<strong>en</strong> <strong>en</strong> het grondwater of oppervlaktewater<br />
verontreinig<strong>en</strong>. De hoeveelheid afval die bij kol<strong>en</strong>winning ontstaat is sterk afhankelijk<br />
<strong>van</strong> de locatie <strong>en</strong> of het dagbouw of mijnbouw is. Bronn<strong>en</strong> meld<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
typisch getal <strong>van</strong> 15% afval, dat ook bij mijnbouw grot<strong>en</strong>deels bov<strong>en</strong> de grond<br />
wordt opgeslag<strong>en</strong>.<br />
Bij de transport<strong>en</strong>, de verwerking, opslag <strong>en</strong> overslag <strong>van</strong> de kol<strong>en</strong> tred<strong>en</strong> stofemissies<br />
op. De stofemissies kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gereduceerd door de kol<strong>en</strong> vochtig<br />
te houd<strong>en</strong>.<br />
Bij oppervlaktemijnbouw wordt de bov<strong>en</strong>ste grondlaag verwijderd. Dit geeft verlies<br />
aan habitat <strong>en</strong> kan aanleiding gev<strong>en</strong> tot erosie. Teg<strong>en</strong>woordig wordt veelal<br />
de eis gesteld dat het mijngebied wanneer de mijn is uitgeput, weer met e<strong>en</strong> leeflaag<br />
wordt bedekt <strong>en</strong> weer begroeiing wordt aangeplant.<br />
Emissies <strong>van</strong> methaan ontstaan door het ontsnapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> het methaan dat in de<br />
kol<strong>en</strong>lag<strong>en</strong> (Coal Bed Methane) aanwezig is. Volg<strong>en</strong>s EPA was in 2001 de<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
111
kol<strong>en</strong>winning in de VS verantwoordelijk voor 10% <strong>van</strong> de totale methaanemissies.<br />
E<strong>en</strong> kilo methaan draagt ruim twintigmaal zo sterk bij aan het broeikaseffect<br />
als e<strong>en</strong> kilo CO2. Door sterke v<strong>en</strong>tilatie in de mijnschacht<strong>en</strong> wordt het methaan<br />
uit de mijn<strong>en</strong> afgevoerd. Coal bed Methane wordt steeds vaker onttrokk<strong>en</strong> om te<br />
gebruik<strong>en</strong> als <strong>en</strong>ergiebron. De kol<strong>en</strong>laag wordt dan aangeboord <strong>en</strong> in situ gebrok<strong>en</strong>.<br />
Het ontsnapp<strong>en</strong>de methaan wordt dan opge<strong>van</strong>g<strong>en</strong>.<br />
8.2.2 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olie- <strong>en</strong> gaswinning<br />
Er zijn ongeveer 40,000 olieveld<strong>en</strong> in de wereld. Daar wordt met steeds gecompliceerdere<br />
process<strong>en</strong> olie gezocht <strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> met effect<strong>en</strong> voor het milieu, de<br />
lokale cultuur <strong>en</strong> de gezondheid. Gemiddeld komt per jaar ruim 35.000 ton olie<br />
per jaar in het milieu terecht komt door lekkages bij de winning of het eerste<br />
transport. De aantasting <strong>van</strong> het milieu door de exploratie <strong>en</strong> winning is echter<br />
groter. De effect<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> ontbossing, aantasting <strong>van</strong> het lokale ecosysteem,<br />
chemische vervuiling <strong>van</strong> land <strong>en</strong> water, schade aan flora <strong>en</strong> fauna, schade aan<br />
de m<strong>en</strong>selijke gezondheid <strong>en</strong> veiligheidsrisico’s voor arbeiders <strong>en</strong> nabijgeleg<strong>en</strong><br />
geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verstoring <strong>van</strong> inheemse geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />
Exploratie vereist het toepass<strong>en</strong> <strong>van</strong> zware apparatuur in afgeleg<strong>en</strong> gebied<strong>en</strong>.<br />
Mobiele platforms voor tijdelijke winning kunn<strong>en</strong> 1000 ton weg<strong>en</strong>. Het vrijmak<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> land voor weg<strong>en</strong> <strong>en</strong> platforms kan leid<strong>en</strong> tot ontbossing <strong>en</strong> erosie.<br />
De grootste vervuiler is het zgn. productiewater, dat met de olie uit de grond naar<br />
bov<strong>en</strong> komt <strong>en</strong> giftig <strong>en</strong> schadelijk is. Dit water wordt voor het grootste deel (90<br />
%) teruggepompt in de ondergrond, mede om de druk daar te verhog<strong>en</strong> <strong>en</strong> meer<br />
olie te kunn<strong>en</strong> winn<strong>en</strong>. Productiewater dat niet wordt teruggepompt wordt geloosd<br />
in het oppervlaktewater. Dit water is t<strong>en</strong>minste vier maal zouter dan oceaanwater<br />
<strong>en</strong> bevat vaak toxische stoff<strong>en</strong> als b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, xyle<strong>en</strong>, tolue<strong>en</strong> <strong>en</strong> ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> zware metal<strong>en</strong> als barium, arse<strong>en</strong>, cadmium, chroom <strong>en</strong> kwik. Productiewater<br />
kan radioactief zijn, soms zelfs radioactiever dan het afval <strong>van</strong> e<strong>en</strong><br />
kernc<strong>en</strong>trale. Dit water heeft effect<strong>en</strong> op zee <strong>en</strong> op land.<br />
Bij het bor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> oliën <strong>en</strong> chemicaliën gebruikt om de boorkop te koel<strong>en</strong>, de<br />
boorwand<strong>en</strong> te stabiliser<strong>en</strong> e.d. Deze stoff<strong>en</strong> accumuler<strong>en</strong> in grote hoeveelhed<strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong>de het winningproces <strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> op de winninglocatie aanwezig. De olieexploratie<br />
<strong>en</strong> -winning kan leid<strong>en</strong> tot acute <strong>en</strong> chronische gezondheidseffect<strong>en</strong> bij<br />
arbeiders <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Daarnaast is het risico <strong>van</strong> explosies bij<br />
olie- <strong>en</strong> gaswinning relatief hoog.<br />
T<strong>en</strong>slotte heeft de exploratie <strong>en</strong> winning <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas op meerdere plaats<strong>en</strong> in<br />
de wereld invloed op de leefomgeving <strong>van</strong> inheemse groep<strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong><br />
daar<strong>van</strong> zijn in Zuid-Amerika de Tagaeri <strong>en</strong> Huaorani in Ecuador, de Mascho-<br />
Piro, Nahua <strong>en</strong> Kugapakori in Peru <strong>en</strong> de Nukak <strong>en</strong> U’Wa in Columbia. In C<strong>en</strong>traal-Afrika<br />
betreft het onder meer de Baka, Bakoli <strong>en</strong> Ogoni, in Birma de Tavoyan<strong>en</strong>,<br />
Mon <strong>en</strong> Kzijnn, in Siberië de Khanty <strong>en</strong> in Alaska de Gwich’in. Deze volker<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> soms voor de winning <strong>van</strong> hun oorspronkelijke leefomgeving verdrong<strong>en</strong>.<br />
Mom<strong>en</strong>teel zijn er alternatiev<strong>en</strong> voor de klassieke oliewinning in ontwikkeling,<br />
zoals de ontginning <strong>van</strong> teerzand<strong>en</strong> in Canada <strong>en</strong> V<strong>en</strong>ezuela. Aan deze vorm<br />
<strong>van</strong> oliewinning kleeft specifieke milieuproblematiek, <strong>van</strong>wege de <strong>en</strong>orme hoeveelheid<br />
water die nodig is om de olie uit te spoel<strong>en</strong>. In Canada (Alberta) dreigt<br />
112<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
het betreff<strong>en</strong>de watergebruik de lokale watervoorzi<strong>en</strong>ing voor de oorspronkelijke<br />
bewoners in gevaar te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
8.2.3 Externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de uraniumwinning<br />
Afval uit de uraniummijnbouw bevat hoge conc<strong>en</strong>traties zware metal<strong>en</strong>. Ook tred<strong>en</strong><br />
door het mijnbouwafval emissies op <strong>van</strong> de vervalproduct<strong>en</strong> <strong>van</strong> uranium,<br />
waaronder radon. Afdekking beperkt deze emissies. Als de ’tailings’ niet word<strong>en</strong><br />
afgedekt, kunn<strong>en</strong> deze ook verstuiv<strong>en</strong> <strong>en</strong> afspoel<strong>en</strong> waardoor dit materiaal in de<br />
omgeving wordt verspreid <strong>en</strong> daarmee ook de zware metal<strong>en</strong> <strong>en</strong> radioactieve<br />
stoff<strong>en</strong> die zich daarin bevind<strong>en</strong>. Dit kan zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>de belasting<br />
<strong>van</strong> de omgeving in de vorm <strong>van</strong> lokaal verhoogd stralingniveau <strong>en</strong> verspreiding<br />
<strong>van</strong> (radioactief) stof <strong>en</strong> radon. Bij mijn<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong> heeft deze afdekking<br />
niet plaatsgevond<strong>en</strong>. Teg<strong>en</strong>woordig word<strong>en</strong> bij zorgvuldige mijnbouw de ‘tailings’<br />
wel afgedekt <strong>en</strong> wordt het landschap na beëindig<strong>en</strong> <strong>van</strong> de mijnbouwactiviteit<br />
hersteld. Onduidelijk is of dit ook bij alle mijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> in alle land<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> nauwkeurig<br />
gebeurt.<br />
Blootstelling aan conc<strong>en</strong>traties zware metal<strong>en</strong>, radioactieve stof <strong>en</strong> radon die<br />
vrijkom<strong>en</strong> uit de bov<strong>en</strong>gronds opgeslag<strong>en</strong> ‘tailings’ <strong>en</strong> ander mijnafval’, heeft<br />
nadelige effect<strong>en</strong> op de gezondheid, ev<strong>en</strong>als de blootstelling (op locatie) aan de<br />
ioniser<strong>en</strong>de straling <strong>van</strong> uit de opgeslag<strong>en</strong> afvalstoff<strong>en</strong>. Vanwege de lange halfwaardetijd<br />
<strong>van</strong> uranium blijft e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de risico’s bestaan tot ti<strong>en</strong>duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
jar<strong>en</strong> na sluiting <strong>van</strong> de uraniummijn.<br />
Afhankelijk <strong>van</strong> het type mijnbouw, dagbouw, ondergrondse mijnbouw of oplossingsmijnbouw<br />
bedraagt bij uraniumwinning de hoeveelheid geproduceerd afval<br />
per ton gewonn<strong>en</strong> uranium maximaal 5.000 ton voor dagbouw. Bij oplossingsmijnbouw<br />
wordt de kleinste hoeveelheid afval geproduceerd. Bij oplossingsmijnbouw<br />
met e<strong>en</strong> goede nazorg, na beëindiging <strong>van</strong> de activiteit, zijn de milieueffect<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> daarmee de gezondheidseffect<strong>en</strong> het geringst.<br />
Bij to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de schaarste <strong>van</strong> uranium in de toekomst zull<strong>en</strong> de milieueffect<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de uraniumwinning to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, doordat de hoeveelheid te verwerk<strong>en</strong> materiaal<br />
to<strong>en</strong>eemt <strong>en</strong> het (fossiele) <strong>en</strong>ergieverbruik voor winning zal stijg<strong>en</strong>. Door dat<br />
laatste nem<strong>en</strong> ook CO2-emissies in de kern<strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong> toe.<br />
8.3 Bepaling <strong>van</strong> de gerelateerde kost<strong>en</strong><br />
8.3.1 Het begrip externe kost<strong>en</strong><br />
Via het begrip ‘externe kost<strong>en</strong>’ wordt e<strong>en</strong> poging gedaan de externe effect<strong>en</strong> uit<br />
te drukk<strong>en</strong> in economische term<strong>en</strong>. Dat kan bijvoorbeeld door de schade in te<br />
schatt<strong>en</strong> die door de externe effect<strong>en</strong> wordt aangericht of door de kost<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong><br />
die gemaakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om de effect<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>.<br />
De huidige praktijk is dat het overgrote deel <strong>van</strong> de externe kost<strong>en</strong> niet in de<br />
marktprijz<strong>en</strong> verdisconteerd is. E<strong>en</strong> gevolg hier<strong>van</strong> is dat consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> feitelijk<br />
ge<strong>en</strong> maatschappelijke optimale keuzes mak<strong>en</strong>. Omdat de externe kost<strong>en</strong> voor<br />
rek<strong>en</strong>ing kom<strong>en</strong> <strong>van</strong> de maatschappij <strong>en</strong> deze niet in rek<strong>en</strong>ing word<strong>en</strong> gebracht<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
113
ij de veroorzaker beschouw<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> het drag<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze kost<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
soort subsidie (EEA, 2004).<br />
Soms wordt het ‘subsidiebedrag’ door overhed<strong>en</strong> nog verhoogd doordat zij de<br />
activiteit<strong>en</strong> actief stimuler<strong>en</strong>, bijvoorbeeld met het oog op behoud <strong>van</strong> werkgeleg<strong>en</strong>heid,<br />
met als keerzijde dat het milieu onev<strong>en</strong>redig wordt belast (CE, 2003).<br />
Dit betreft bijvoorbeeld subsidies voor kol<strong>en</strong>winning in Duitsland <strong>en</strong> Spanje.<br />
De externe kost<strong>en</strong> die noodgedwong<strong>en</strong> voor rek<strong>en</strong>ing kom<strong>en</strong> <strong>van</strong> de maatschappij<br />
word<strong>en</strong> wel aangeduid als ‘off budget’-kost<strong>en</strong>. De bewuste subsidies <strong>van</strong> de<br />
overheid die activiteit<strong>en</strong> met externe effect<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong> als ‘on budget’. Tabel 14<br />
geeft e<strong>en</strong> indruk <strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de marktverstor<strong>en</strong>de externe kost<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
subsidies (EEA, 2004) voor de <strong>en</strong>ergiesector in de EU15.<br />
Tabel 14 Externe kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> ‘subsidies’ <strong>en</strong>ergiesector in EU15 in 2001 in miljard<strong>en</strong> Euro’s<br />
Vaste Olie, gas Nucleair Hernieuw- Totaal<br />
brandstoff<strong>en</strong><br />
baar<br />
On budget > 6,4 > 0,2 > 1,0 > 0,6 > 8,2<br />
Off budget > 6,6 > 8,5 > 1,2 > 4,7 > 21<br />
Totaal > 13 > 8,7 > 2,2 > 5,3 > 29<br />
Externe kost<strong>en</strong><br />
(schatting totaal, EEA, 2004)<br />
Bron: EEA, 2004.<br />
114<br />
25,6-46,2 12,0-21,4 2,7-2,7 2,0-2,7 41-73<br />
Dit voorbeeld laat zi<strong>en</strong> dat de onbetaalde rek<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie in<br />
de EU15 jaarlijks tuss<strong>en</strong> de € 41 <strong>en</strong> € 73 miljard bedraagt. Dit komt overe<strong>en</strong> met<br />
ongeveer 0,5 - 0,8% <strong>van</strong> het BNP <strong>van</strong> de EU15 in 2005.<br />
In dit hoofdstuk wordt verder alle<strong>en</strong> ingegaan op de ‘off-budget’-kost<strong>en</strong>, omdat de<br />
on-budget kost<strong>en</strong> al vrij nauwkeurig bek<strong>en</strong>d zijn.<br />
8.3.2 Hoe word<strong>en</strong> externe kost<strong>en</strong> bepaald?<br />
Er zijn diverse manier<strong>en</strong> om externe kost<strong>en</strong> te kwantificer<strong>en</strong>. Omdat de externe<br />
kost<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de gewone markt vall<strong>en</strong> gaan alle werkwijz<strong>en</strong> uit <strong>van</strong> de bepaling<br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde schaduwprijs. Dit is de prijs die zou bestaan als er e<strong>en</strong><br />
echte markt bestond voor het betreff<strong>en</strong>de milieu- of gezondheidseffect. De werkwijz<strong>en</strong><br />
k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> twee hoofdb<strong>en</strong>adering<strong>en</strong>: schade- <strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong>.<br />
Schadekost<strong>en</strong><br />
In deze methode word<strong>en</strong> alle effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> emissie helemaal doorgerek<strong>en</strong>d tot de verschill<strong>en</strong>de<br />
schades die kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> (aan gezondheid, natuur, landbouwgewass<strong>en</strong>, etc.). Hier<strong>van</strong><br />
wordt vervolg<strong>en</strong>s bepaald wat de kost<strong>en</strong> zijn. Dit kunn<strong>en</strong> directe economische schadekost<strong>en</strong><br />
zijn, bijvoorbeeld <strong>van</strong> ziek<strong>en</strong>huisopname, maar ook meer indirecte kost<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld bij de<br />
hinder die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> <strong>van</strong> geluid is niet altijd te zegg<strong>en</strong> dat er economische schade<br />
optreedt. Toch hebb<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> er extra geld voor over om op e<strong>en</strong> rustige plek te won<strong>en</strong>; uit<br />
huisprijz<strong>en</strong> kan dus word<strong>en</strong> afgeleid wat m<strong>en</strong> er voor over heeft om het geluidniveau te verlag<strong>en</strong>.<br />
Deze methode wordt ‘hedonische beprijzing’ g<strong>en</strong>oemd. E<strong>en</strong> meer subjectieve manier is om<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> direct te vrag<strong>en</strong> wat ze ervoor over zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om bijvoorbeeld ge<strong>en</strong> ongeluk te<br />
krijg<strong>en</strong> (‘willingness to pay’, WTP) of hoeveel ze betaald zoud<strong>en</strong> will<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> om toch in de<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
uurt <strong>van</strong> Schiphol te won<strong>en</strong> (‘willingness to accept’, WTA). Schadekost<strong>en</strong> zijn tot op zekere<br />
hoogte absoluut <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> bij beleidvorming. Daarbij moet wel in gedacht<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> dat veel schades nog niet bek<strong>en</strong>d zijn <strong>en</strong> dat berek<strong>en</strong>de schadekost<strong>en</strong> dus<br />
waarschijnlijk e<strong>en</strong> ondergr<strong>en</strong>s weergev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de werkelijke schade.<br />
Prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> 6<br />
In dit geval wordt gekek<strong>en</strong> naar de huidige doelstelling<strong>en</strong> (<strong>van</strong> beleid of mogelijk wet<strong>en</strong>schappelijk<br />
bepaalde duurzaamheiddoel<strong>en</strong>) voor reductie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> emissie <strong>en</strong> hoe duur het zal zijn om<br />
deze doelstelling<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>. Hieruit wordt afgeleid hoeveel het mag kost<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> kg emissie<br />
te voorkom<strong>en</strong>. De maatschappij kiest er k<strong>en</strong>nelijk voor om die prijs voor reductie over te hebb<strong>en</strong>;<br />
hoe hoger de prijs voor e<strong>en</strong> bepaalde stof, hoe erger de maatschappij het vindt dat deze stof<br />
nog wordt geëmitteerd. De prijs is daarom e<strong>en</strong> maat voor de externe kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> in zekere zin e<strong>en</strong><br />
soort WTP op maatschappelijk niveau in plaats <strong>van</strong> individueel. Er is echter ge<strong>en</strong> expliciete relatie<br />
tuss<strong>en</strong> reële schadekost<strong>en</strong> <strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong>. Prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> zijn beleidvolg<strong>en</strong>d <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> bij implem<strong>en</strong>tatie (kost<strong>en</strong>effectiviteit).<br />
In beide werkwijz<strong>en</strong> is het uiteindelijke doel om de marginale externe kost<strong>en</strong> te<br />
bepal<strong>en</strong>. Voor schadekost<strong>en</strong> wil dat zegg<strong>en</strong> dat precies die extra kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
berek<strong>en</strong>d die het gevolg zijn <strong>van</strong> de kilogram extra emissie. In de meeste gevall<strong>en</strong><br />
wordt er - soms bij gebrek aan betere k<strong>en</strong>nis - <strong>van</strong>uit gegaan dat effect<strong>en</strong><br />
lineair zijn. In dat geval zijn de marginale externe kost<strong>en</strong> gewoon gelijk aan de<br />
gemiddelde externe kost<strong>en</strong>. Voor prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t marginaal dat de prijs<br />
wordt bepaald aan de hand <strong>van</strong> de duurste maatregel die nog nodig is om het<br />
beleidsdoel te hal<strong>en</strong>. De prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> zijn - zo blijkt uit empirische waarneming<br />
- vrijwel nooit lineair.<br />
E<strong>en</strong> belangrijk discussiepunt bij externe kost<strong>en</strong>bepaling<strong>en</strong> is de discontovoet,<br />
waarmee de kost<strong>en</strong>, die in de toekomst gemaakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, netto contant<br />
gemaakt word<strong>en</strong>. Het idee is dat toekomstige schades minder zwaar meetell<strong>en</strong><br />
omdat je er nu al voor kunt ‘spar<strong>en</strong>’. Afhankelijk <strong>van</strong> de r<strong>en</strong>te hoeft er nu minder<br />
opzij gezet te word<strong>en</strong> dan er straks nodig is. Dit speelt vooral bij de schadekost<strong>en</strong><br />
methode, omdat sommige schades tot ver in de toekomst kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>.<br />
Met e<strong>en</strong> discontovoet <strong>van</strong> 0% kan (op dit aspect) e<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>gr<strong>en</strong>s <strong>van</strong> de schadekost<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> bepaald.<br />
8.3.3 De ExternE methode<br />
In opdracht <strong>van</strong> de Europese Commissie is de ExternE methodiek ontwikkeld om<br />
de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiegebruik in de EU te bepal<strong>en</strong>, ter ondersteuning <strong>van</strong><br />
beleidbeslissing<strong>en</strong>. In dit <strong>rapport</strong> wordt deze methodiek gehanteerd (m.n. de versie<br />
uit 2005; update <strong>van</strong> het NewExt programma). In ExternE word<strong>en</strong> voornamelijk<br />
schadekost<strong>en</strong> gebruikt om de externe kost<strong>en</strong> te berek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> ExternE<br />
word<strong>en</strong> de basisberek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> gemaakt met e<strong>en</strong> discontovoet <strong>van</strong> 3%, behalve<br />
voor schade door blootstelling aan straling.<br />
In Tabel 15 zijn de schaduwprijz<strong>en</strong> per kilo voor emissie kost<strong>en</strong>.<br />
Tabel 15 Schaduwprijz<strong>en</strong> gebruikt voor de basisvergelijking (prijz<strong>en</strong> 2005)<br />
Emissies (€/kg)<br />
6 Ook wel vermijdingskost<strong>en</strong> (avoidance costs) g<strong>en</strong>oemd.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Upstreamprocess<strong>en</strong><br />
115
CO2<br />
0.019<br />
CH4<br />
0.437<br />
N2O 5.624<br />
SO2<br />
3.3<br />
NOx<br />
3.2<br />
NH3<br />
6.6<br />
PM10<br />
10<br />
VOC<br />
Radiologische emissies<br />
0.9<br />
€/man Sievert 90.000<br />
Deze schaduwprijz<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in ExternE <strong>en</strong>kel gehanteerd voor de process<strong>en</strong> bij<br />
bereidstelling <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers, bij mijnbouw, bewerking, transport <strong>en</strong> andere<br />
process<strong>en</strong> voorafgaand aan consumptie. Voor consumptie in bijvoorbeeld<br />
e<strong>en</strong> elektriciteitc<strong>en</strong>trale, of transformatie <strong>van</strong> de ruwe grondstoff<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> raffinaderij,<br />
word<strong>en</strong> in ExternE weer andere, locatiespecifieke set <strong>van</strong> schaduwprijz<strong>en</strong><br />
gehanteerd, maar deze zijn voor dit <strong>rapport</strong> niet <strong>van</strong> belang.<br />
Meer informatie over de bepaling <strong>van</strong> de hoogte <strong>van</strong> de set schaduwprijz<strong>en</strong> is te<br />
vind<strong>en</strong> in de bijlag<strong>en</strong> (Bijlage C).<br />
8.4 Milieuschade door brandstofwinning voor Vlaander<strong>en</strong><br />
Op basis <strong>van</strong> EcoInv<strong>en</strong>t 7 <strong>en</strong> bij de onderzoekers beschikbare data is e<strong>en</strong> schatting<br />
gemaakt <strong>van</strong> de aan de winning <strong>en</strong> verdere bewerking <strong>van</strong> olie, aardgas,<br />
ste<strong>en</strong>kool <strong>en</strong> uranium gerelateerde milieubelasting. Daarbij is zo goed mogelijk<br />
rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de herkomst <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> de locatie waar<br />
bewerking<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. Bij aardgas is ook rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de vorm<br />
waarin het wordt getransporteerd (LNG of gasvormig).<br />
Tabel 16 Beschouwde process<strong>en</strong> voor het schatt<strong>en</strong> <strong>van</strong> de aan upstream process<strong>en</strong> bij het bereidstell<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiedragers voor Vlaander<strong>en</strong> gerelateerde externe kost<strong>en</strong><br />
Energiedrager Analyse stopt bij Stapp<strong>en</strong><br />
Aardolie Raffinaderij Winning<br />
Aardgas Nationaal distributiesysteem - Winning<br />
- Processing (cond<strong>en</strong>saat afscheiding, drog<strong>en</strong>,<br />
ev<strong>en</strong>tueel aanpass<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stelling)<br />
- Transmissie per pijpleiding of omzetting in<br />
<strong>en</strong> transport <strong>van</strong> LNG<br />
Ste<strong>en</strong>kool Afname door <strong>en</strong>ergiebedrijf of<br />
cokesproduc<strong>en</strong>t<br />
116<br />
- Winning<br />
- Fysische voorbewerking<br />
- Transport<strong>en</strong><br />
Uranium Kernc<strong>en</strong>trale - Winning erts<br />
- Extractie U3O8<br />
- Conversie<br />
- Verrijking<br />
- Brandstof productie<br />
7 EcoInv<strong>en</strong>t is e<strong>en</strong> uitgebreide database met milieuk<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> voor productie <strong>en</strong> winning <strong>van</strong> brandstoff<strong>en</strong>,<br />
chemische grondstoff<strong>en</strong>, landbouwproduct<strong>en</strong>, metal<strong>en</strong>, eindproduct<strong>en</strong>, etc. De database is door de Eidg<strong>en</strong>össische<br />
Technische Hochschule in Bern, Zwitserland ontwikkeld voor het Zwitserse ministerie voor<br />
milieu <strong>en</strong> natuur (BUWAL = Bundesamt für Umwelt, Walt und Luft).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Tabel 17 Overzicht herkomst <strong>van</strong> de in België geconsumeerde <strong>en</strong>ergiedragers (Eurostat, OECD/IEA)<br />
Olie (Mton) Gas (PJ HHV) Kol<strong>en</strong> (Mton) Uranium (ton),<br />
via ESA<br />
D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong> 1,9 5%<br />
Nederland 283 42%<br />
Noorweg<strong>en</strong> 2,9 9% 252 37%<br />
UK 3,1 9%<br />
Pol<strong>en</strong> 0,3 3%<br />
Rusland 14,0 41% 1,3 13%<br />
Algerije, Libië 114 17%<br />
Iran 4,6 13%<br />
Saoedi-Arabië 5,4 16%<br />
Zuid-Afrika 3,1 32%<br />
C<strong>en</strong>traal-Afrika, aardolie/gas<br />
Namibië, Niger 270 20%<br />
Australië 2,6 27% 236 18%<br />
Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 1,7 17%<br />
Canada 0,4 4% 405 30%<br />
HEU <strong>en</strong> andere sec. <strong>bronn<strong>en</strong></strong> 135 10%<br />
Rest 2,5 7% 29 4% 0,4 4% 304 23%<br />
34,4 677 9,8 1.350<br />
De milieubelasting voor winning <strong>en</strong> bewerking varieert in de praktijk zeer sterk<br />
tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>. Om dit te illustrer<strong>en</strong> hieronder <strong>en</strong>kele voorbeeld<strong>en</strong>:<br />
Uraniummijnbouw in Niger <strong>en</strong> Namibië gaat gepaard met vervuiling <strong>van</strong> het<br />
om de mijn ligg<strong>en</strong>de gebied met radioactieve stoff<strong>en</strong>, terwijl mijnbouw in<br />
Australië kan plaatsvind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> natuurgebied zonder dat dit gebied meetbaar<br />
wordt belast (Rangermijn).<br />
Transport <strong>van</strong> Siberisch gas per pijpleiding naar Europa (afstand <strong>van</strong> ruim<br />
6.000 km) vergt e<strong>en</strong> hoeveelheid <strong>en</strong>ergie vergelijkbaar met het gebruik <strong>van</strong><br />
10% <strong>van</strong> het gewonn<strong>en</strong> gas, terwijl daarnaast 1% als lekverlies verlor<strong>en</strong> gaat.<br />
Transport <strong>van</strong> Noors gas (afstand <strong>van</strong> 600 – 800 km voor gas <strong>van</strong>af Noordzee)<br />
vergt slechts 1,2% <strong>van</strong> het gewonn<strong>en</strong> gas <strong>en</strong> lekverliez<strong>en</strong> bedrag<strong>en</strong><br />
slechts 0,02%.<br />
Er is in de berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beperkte set aan emissiecijfers gehanteerd, voornamelijk<br />
cijfers voor verbrandingsemissies <strong>en</strong> andere procesemissies naar lucht.<br />
Daarnaast is voor uranium blootstelling aan radioactieve stoff<strong>en</strong> verdisconteerd<br />
<strong>en</strong> zijn het aantal dodelijke slachtoffers als gevolg <strong>van</strong> blootstelling bij de burgerbevolking<br />
meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Van de toxische emissies zijn alle<strong>en</strong> emissies <strong>van</strong> CO,<br />
fijn stof <strong>en</strong> VOC beschouwd, waarbij voor VOS ge<strong>en</strong> onderscheid is gemaakt<br />
naar de precieze aard <strong>van</strong> de geëmitteerde koolwaterstoff<strong>en</strong>. Emissies naar water<br />
naar lucht zijn niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Over de emissies naar water zijn onvoldo<strong>en</strong>de<br />
gegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d. Deze emissies zijn zo verschill<strong>en</strong>d per mijn of veld,<br />
dat het onmogelijk is om zinvolle gemiddelde waard<strong>en</strong>, zelfs voor e<strong>en</strong> land of regio,<br />
te bied<strong>en</strong>.<br />
Ook grondgebruik, uitputting <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>, geluid, stank, visuele hinder, sociale<br />
misstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> aantasting <strong>van</strong> ecoystem<strong>en</strong> <strong>en</strong> biodiversiteit kond<strong>en</strong> niet in<br />
de kwantiatieve beschouwing word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Deze effect<strong>en</strong> zijn daarvoor<br />
onvoldo<strong>en</strong>de gedocum<strong>en</strong>teerd. Dit is e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> probleem voor dit type <strong>van</strong><br />
analyses <strong>en</strong> voor goede beschouwing<strong>en</strong> <strong>van</strong> echte duurzaamheid. Doordat deze<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
117
effect<strong>en</strong> in de schadekost<strong>en</strong> niet zijn meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> vormt de hier gegev<strong>en</strong> analyse<br />
e<strong>en</strong> onderschatting <strong>van</strong> de daadwerkelijke externe kost<strong>en</strong>.<br />
8.5 De externe kost<strong>en</strong> voor Vlaander<strong>en</strong><br />
Op basis <strong>van</strong> de actuele importgegev<strong>en</strong>s voor Vlaander<strong>en</strong> resulteert het volg<strong>en</strong>de<br />
globale overzicht <strong>van</strong> milieubelasting per e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong>ergiedrager zoals gegev<strong>en</strong><br />
in Tabel 18. De achtergronddata per land <strong>van</strong> herkomst <strong>en</strong> per <strong>en</strong>ergiedrager<br />
zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de bijlag<strong>en</strong>.<br />
Tabel 18 Overzicht gemiddelde milieubelasting per ton of per GJ <strong>en</strong>ergiedrager voor Vlaamse afnemers<br />
gerelateerd aan de upstream process<strong>en</strong> (mijnbouw, bewerking, transport)<br />
118<br />
Ste<strong>en</strong>kool<br />
(ton)<br />
Olie (ton) Aardgas (GJ) Uranium in<br />
brandstof (ton)<br />
Broeikasgass<strong>en</strong><br />
CO2 36,9 120,9 2,6 158.257,7<br />
CH4 2,8 0,01 0,03 113,8<br />
N2O<br />
verzur<strong>en</strong>de emissies<br />
0,0 0,003 0,9<br />
SO2 0,1 4,9 0,004 295,6<br />
NOx<br />
NH3<br />
HCl<br />
HF<br />
Toxische emissies<br />
0,2 0,9 0,01 345,3<br />
CO 0,1 0,3 88,1<br />
PM10 0,02 0,1 32,0<br />
VOS 1,8<br />
Straling (€ man·Sievert) 1,1<br />
De emissies per ton uranium zijn hoog vergelek<strong>en</strong> met de emissies per e<strong>en</strong>heid<br />
aardgas, aardolie <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>kool. E<strong>en</strong> belangrijke red<strong>en</strong> hiervoor is dat <strong>van</strong> het bij<br />
mijnbouw gedolv<strong>en</strong> erts uiteindelijk maar e<strong>en</strong> klein deel in Vlaander<strong>en</strong> bij de<br />
kernc<strong>en</strong>trales komt. Voor één ton uranium brandstof is ruim 10 ton uranium in<br />
erts <strong>en</strong> bijna 4.500 ton erts nodig. Het hanter<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> zulke grote<br />
hoeveelhed<strong>en</strong> materiaal per e<strong>en</strong>heid eindproduct betek<strong>en</strong>t dat <strong>en</strong>ergiegebruik<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> emissies in de ‘upstream process<strong>en</strong>’ word<strong>en</strong> verm<strong>en</strong>igvuldigd met grote factor<strong>en</strong><br />
wanneer uitgedrukt per ton brandstof.<br />
De combinatie <strong>van</strong> de emissiek<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> uit Tabel 18 met de schaduwprijz<strong>en</strong> uit<br />
Tabel 19 geeft de schaduwprijs per ton of GJ <strong>en</strong>ergiedrager.<br />
Tabel 19 Schaduwprijs per ton of GJ <strong>en</strong>ergiedrager gerelateerd aan bereidstelling (mijnbouw, bewerking,<br />
transport)<br />
Ste<strong>en</strong>kool (ton) Olie (ton) Aardgas Uranium in<br />
(GJ) brandstof (ton)<br />
Schaduwprijs per e<strong>en</strong>heid 3,8 36,7 0,1 100.149,4<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Uranium scoort hier in vergelijking met de andere <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> wederom hoog<br />
<strong>van</strong>wege de <strong>en</strong>ergie-int<strong>en</strong>sieve mijnbouw. De schaduwprijs voor aardolie wordt<br />
vooral bepaald door de emissie <strong>van</strong> SO2 als gevolg <strong>van</strong> het affakkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> zuur<br />
geassocieerd gas bij oliewinning in Rusland – bijna 5 kg/ton ruwe olie (zie Tabel<br />
18).<br />
De externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de fossiele brandstofdragers kom<strong>en</strong> vooral tot uiting aan<br />
de downstreamkant die in dit <strong>rapport</strong> niet in beschouwing wordt g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor<br />
kol<strong>en</strong>, olie <strong>en</strong> gas zijn de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> de upstreamprocess<strong>en</strong> relatief klein<br />
t<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> die in de rest <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong>. Voor uranium is dat niet het geval.<br />
De oorzaak hier<strong>van</strong> is dat in het downstreamdeel voor uranium de te hanter<strong>en</strong><br />
hoeveelhed<strong>en</strong> zeer gering zijn t.o.v. die in het upstreamtraject. Gemiddeld wordt<br />
voor iedere kilo verrijkt uranium, die wordt ingezet in kernc<strong>en</strong>trales, 1400 kilo erts<br />
verzet op de winninglocatie. Het erts dat achterblijft op of nabij de winninglocatie<br />
bevat zware metal<strong>en</strong> <strong>en</strong> emitteert radon.<br />
De combinatie <strong>van</strong> de schaduwprijz<strong>en</strong> per e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong>ergiedrager met de geconsumeerde<br />
hoeveelhed<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie geeft de totale externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan<br />
het <strong>en</strong>ergiegebruik in Vlaander<strong>en</strong>.<br />
Tabel 20 Jaarlijkse externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan consumptie <strong>van</strong> aardolie, ste<strong>en</strong>kool, aardgas <strong>en</strong> uranium<br />
in Vlaander<strong>en</strong><br />
Ste<strong>en</strong>kool Olie Aardgas Nucleair<br />
Vlaams gebruik 6,5 22,4 434,9 691,5<br />
Mton Mton PJ ton<br />
Schaduwprijs per e<strong>en</strong>heid 3,8 36,7 0,1 100.149,4<br />
Product 25 822 55 72 972 miljo<strong>en</strong> €/jaar<br />
Vanwege de in vergelijking met de andere <strong>en</strong>ergiedragers grote hoeveelheid geimporteerde<br />
aardolie <strong>en</strong> de in vergelijking met ste<strong>en</strong>kool <strong>en</strong> aardgas hoge schaduwprijs<br />
per e<strong>en</strong>heid aardolie wordt de totale hoogte <strong>van</strong> de aan het gebruik <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiedragers in Vlaander<strong>en</strong> gerelateerde externe kost<strong>en</strong> feitelijk bepaald door<br />
de externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan toevoer <strong>van</strong> aardolie. En deze word<strong>en</strong> weer<br />
voornamelijk bepaald door affakkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> zuur geassocieerd gas bij oliewinning<br />
in Rusland <strong>en</strong> de daarbij optred<strong>en</strong>de emissie <strong>van</strong> SO2.<br />
De externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan de upstream process<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong> voor uranium<br />
houd<strong>en</strong> voornamelijk verband met blootstelling aan straling als gevolg <strong>van</strong><br />
radon emissies uit de tailing opslag. De resulter<strong>en</strong>de collectieve dosis gerelateerd<br />
aan de winning <strong>en</strong> bewerking <strong>van</strong> 690 ton natuurlijk uranium bedraagt iets<br />
meer dan 1 man·Sv per ton uranium. Omdat e<strong>en</strong> collectieve dosis <strong>van</strong> 1 man·Sv<br />
leidt tot gemiddeld 0,05 dod<strong>en</strong> als gevolg <strong>van</strong> door de blootstelling aan radioactieve<br />
straling veroorzaakte kanker leidt de productie <strong>en</strong> verwerking <strong>van</strong> 690 ton<br />
uranium tot 35 – 40 dod<strong>en</strong>. Dit overig<strong>en</strong>s in e<strong>en</strong> periode <strong>van</strong> 100.000 jaar <strong>en</strong> in<br />
gebied met e<strong>en</strong> straal <strong>van</strong> 2.000 km.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
119
8.6 Handelingsperspectiev<strong>en</strong> voor de Vlaamse overheid<br />
Voor de Vlaamse overheid zijn er twee hoofdopties om meer duurzame ontwikkeling<br />
op de winninglocaties te bevorder<strong>en</strong>:<br />
a Het aanpakk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de milieuschadelijke subsidies in eig<strong>en</strong> land (de ‘onbudget’<br />
externe kost<strong>en</strong>).<br />
b Het <strong>van</strong>uit Vlaander<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong> <strong>van</strong> betere arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
milieuzorg op de winninglocaties.<br />
Het aanpakk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de milieuschadelijke subsidies (de ‘on-budget’ externe kost<strong>en</strong>)<br />
is iets dat de Vlaamse overheid volledig zelf in de hand heeft. Voor zover<br />
bek<strong>en</strong>d is echter in Vlaander<strong>en</strong> nog ge<strong>en</strong> onderzoek verricht naar de huidige<br />
om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> deze subsidies, zoals dat bijvoorbeeld wel in Nederland in kaart is<br />
gebracht (CE, 2005). Daarnaast is het w<strong>en</strong>selijk beleid te formuler<strong>en</strong> om nieuwe<br />
gevall<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>, bijvoorbeeld rond de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de import <strong>van</strong> biomassa.<br />
Het bijdrag<strong>en</strong> aan betere arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> betere milieuzorg op de<br />
winninglocaties, <strong>van</strong>uit Vlaander<strong>en</strong>, is ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige zaak, alle<strong>en</strong> al omdat de<br />
herkomst <strong>van</strong> de dragers in veel gevall<strong>en</strong> gewoonweg niet bek<strong>en</strong>d is <strong>en</strong> deze<br />
voornamelijk wordt bepaald door marktactor<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geliberaliseerde <strong>en</strong>ergiemarkt.<br />
Toch kan de Vlaamse overheid meer do<strong>en</strong> dan het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> morele<br />
druk op de marktactor<strong>en</strong>.<br />
Zo is bij de import <strong>van</strong> uranium het land <strong>van</strong> herkomst redelijk te bepal<strong>en</strong>, doordat<br />
de afnemers het uranium min of meer direct bestell<strong>en</strong> bij de mijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eis<strong>en</strong><br />
die word<strong>en</strong> gesteld in het kader <strong>van</strong> non-proliferatie. Hierdoor is het <strong>van</strong>uit de<br />
overheid mogelijk, om bijvoorbeeld via vergunningeis<strong>en</strong>, voorwaard<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong><br />
aan het land <strong>van</strong> herkomst voor het uranium. Dat kan e<strong>en</strong> groot verschil mak<strong>en</strong><br />
voor wat betreft duurzaamheid. Zulke eis<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t ook in Nederland<br />
overwog<strong>en</strong>. Bij aardgas <strong>en</strong> aardolie is de herkomst <strong>van</strong> de dragers, via de<br />
loop <strong>van</strong> pijpleiding<strong>en</strong>, beperkt vast te stell<strong>en</strong>, maar is het stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> eis<strong>en</strong> veel<br />
lastiger. In wez<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gecertificeerd of<br />
gelabeld om dit mogelijk te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> het is om verschill<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> niet realistisch<br />
om te veronderstell<strong>en</strong> dat dit op afzi<strong>en</strong>bare termijn haalbaar zal zijn. Dit is<br />
dus e<strong>en</strong> aspect waar Vlaander<strong>en</strong> zich alle<strong>en</strong> in internationaal kader sterk voor<br />
zou kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> laatste handelingsperspectief voor dit type <strong>van</strong> dragers zou zijn in eig<strong>en</strong> land<br />
extra belasting te heff<strong>en</strong> op het gebruik <strong>van</strong> fossiele dragers <strong>en</strong> met deze middel<strong>en</strong><br />
zelf gerichte actie te nem<strong>en</strong> naar waarschijnlijke land<strong>en</strong> <strong>van</strong> herkomst, om<br />
daar de leefomstandighed<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieueffect<strong>en</strong> te beperk<strong>en</strong>. Of dit<br />
dan één op één gekoppeld is aan het <strong>en</strong>ergieverbruik in Vlaander<strong>en</strong> of niet kan<br />
daarbij dan als <strong>van</strong> secundair belang word<strong>en</strong> beschouwd.<br />
120<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
9 E<strong>en</strong> blik in de kristall<strong>en</strong> bol<br />
Het in dit <strong>rapport</strong> beschrev<strong>en</strong> kader biedt de mogelijkheid om de toekomstige<br />
<strong>en</strong>ergiemarkt in e<strong>en</strong> breder perspectief te plaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> na te gaan wat de consequ<strong>en</strong>ties<br />
kunn<strong>en</strong> zijn <strong>van</strong> specifieke ontwikkeling<strong>en</strong> daarin. De voornaamste factor<strong>en</strong><br />
met betrekking tot de ontwikkeling <strong>van</strong> de olie-industrie <strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt<br />
zijn geschetst, <strong>en</strong> er is aangegev<strong>en</strong> hoe verschuiving<strong>en</strong> in deze factor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
invloed geweest zijn in het verled<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe de ontwikkeling<strong>en</strong> op de midd<strong>en</strong>lange<br />
termijn eruit zou kunn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>.<br />
Hieronder wordt dit kader gebruikt om kort aan te gev<strong>en</strong> wat zich voor zou kunn<strong>en</strong><br />
do<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> tweetal situaties rond het jaar 2030. Dit zou t<strong>en</strong> eerste e<strong>en</strong> situatie<br />
kunn<strong>en</strong> zijn waarin zich mom<strong>en</strong>teel snel ontwikkel<strong>en</strong>de economieën, zoals<br />
China <strong>en</strong> India e<strong>en</strong> dominante positie hebb<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> in de <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong>. In<br />
e<strong>en</strong> tweede situatie heeft de wereld<strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing zich snel getransformeerd<br />
naar e<strong>en</strong> sterk duurzaam georiënteerd systeem, als gevolg <strong>van</strong> het terugdring<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de CO2-uitstoot.<br />
Het is daarbij niet de bedoeling toekomstvoorspelling<strong>en</strong> te g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>. Wel kan zo<br />
aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dat op basis <strong>van</strong> de onderscheid<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote variatie mogelijk<br />
is in het belang <strong>en</strong> de rol <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de typ<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> de invloed <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>s. Dat heeft in het verled<strong>en</strong> belangrijke<br />
consequ<strong>en</strong>ties gehad voor het aanbod, de vraag <strong>en</strong> de prijs <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas <strong>en</strong><br />
andere <strong>en</strong>ergievorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de plaats<strong>en</strong> waar het geproduceerd <strong>en</strong> geconsumeerd<br />
werd. Vergelijkbare verschuiving<strong>en</strong> zijn niet ond<strong>en</strong>kbaar in de toekomst <strong>en</strong><br />
gev<strong>en</strong> daarmee e<strong>en</strong> indruk <strong>van</strong> de “speelruimte”. Anders dan de lineaire extrapolaties<br />
die vaak voor voorspelling<strong>en</strong> doorgaan, gev<strong>en</strong> deze exercities e<strong>en</strong> veel<br />
bredere kijk op de toekomst. De blik op het verled<strong>en</strong>, hierbov<strong>en</strong> gepres<strong>en</strong>teerd,<br />
geeft aan dat e<strong>en</strong> dergelijke speelruimte niet d<strong>en</strong>kbeeldig is. Het bestuder<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de toekomstvisies uit de OECD <strong>en</strong>ergie<strong>rapport</strong><strong>en</strong> uit de jar<strong>en</strong> ’50, ’60 <strong>en</strong> ‘70 <strong>en</strong><br />
de vergelijking daar<strong>van</strong> met de huidige situatie ondersteunt ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s de keuze<br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> brede kijk, die e<strong>en</strong> hoop ruimte laat voor verandering (zie ook Correljé,<br />
2004).<br />
9.1 Situatie 1: dominantie <strong>van</strong> nieuw opkom<strong>en</strong>de economieën<br />
De rol <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas in de <strong>en</strong>ergiemarkt, mom<strong>en</strong>teel ongeveer 60% <strong>van</strong> het<br />
totale verbruik, zal gelijk blijv<strong>en</strong> in de eerste helft <strong>van</strong> de 21 e eeuw. Echter, de<br />
totale om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de vraag zal sterk gesteg<strong>en</strong> zijn door de <strong>en</strong>ergiebehoefte <strong>van</strong><br />
de snel groei<strong>en</strong>de economiën in Azië. E<strong>en</strong> groter deel <strong>van</strong> deze <strong>en</strong>ergievraag zal<br />
door aardgas ingevuld word<strong>en</strong>.<br />
Voor wat betreft de winningslocaties <strong>en</strong> de origine <strong>van</strong> de aangevoerde olie is<br />
duidelijk dat er e<strong>en</strong> verdere verschuiving plaatsvindt <strong>van</strong> Europa <strong>en</strong> de VS, waar<br />
de reserves uitgeput aan het rak<strong>en</strong> zijn, naar niet-OECD-land<strong>en</strong> in het Midd<strong>en</strong>-<br />
Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> Afrika <strong>en</strong> de voormalige Sovjet-Unie. De non-conv<strong>en</strong>tionele olie <strong>en</strong><br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
121
gasvoorrad<strong>en</strong> in toegankelijke OECD-land<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> steeds meer aangesprok<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> <strong>van</strong>wege hun politieke <strong>en</strong> economische aantrekkelijkheid.<br />
Voor wat betreft de technologie zal de off-shore productie aan belang winn<strong>en</strong>,<br />
terwijl <strong>en</strong>hanced recovery <strong>en</strong> non conv<strong>en</strong>tional techniek<strong>en</strong> zich verder zull<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> steeds efficiënter zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Daarnaast zal het exploratieonderzoek<br />
zich verder ontwikkel<strong>en</strong> in waarnemingsmethodiek<strong>en</strong>, de simulatie <strong>van</strong> veld<br />
gedrag <strong>en</strong> schattingstechniek<strong>en</strong>.<br />
Met betrekking tot de marktstructuur <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> is het duidelijk<br />
dat er e<strong>en</strong> verschuiving optreedt in de rol <strong>van</strong> de majors <strong>en</strong> de nationale onderneming<strong>en</strong><br />
in productieland<strong>en</strong> (NOC’s). Gegev<strong>en</strong> de beperkte toegang <strong>van</strong> de<br />
majors tot e<strong>en</strong> groot deel <strong>van</strong> de bewez<strong>en</strong> reserves lijkt het voor de hand ligg<strong>en</strong>d<br />
dat hun aandeel in de conv<strong>en</strong>tionele oliewinning verder zal afnem<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> voordele<br />
<strong>van</strong> het aandeel <strong>van</strong> de NOC’s. Daarnaast zull<strong>en</strong> gespecialiseerde subcontractors<br />
e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>de rol spel<strong>en</strong> in de ontwikkeling <strong>van</strong> allerlei technologie<br />
<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, die aan zowel de majors als de NOC’s aangebod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
De grootse rol <strong>van</strong> de majors is geleg<strong>en</strong> in hun exploitatie <strong>van</strong> de commerciële<br />
downstream netwerk<strong>en</strong>, die zowel olieproduct<strong>en</strong>, als gas, elektriciteit <strong>en</strong> hybride<br />
product<strong>en</strong> verkop<strong>en</strong>. Daarnaast zijn hoogwaardige activiteit<strong>en</strong> in de multichemische<br />
industrie <strong>van</strong> belang geword<strong>en</strong>, waarbij m<strong>en</strong> <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas als voornaamste<br />
grondstof overgegaan is op e<strong>en</strong> veelheid <strong>van</strong> inputs (kol<strong>en</strong>, biomassa,<br />
verschill<strong>en</strong>de gass<strong>en</strong>, etc.).<br />
Met betrekking tot de rele<strong>van</strong>te instituties, is er sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> UN International<br />
Energy Organisation, om <strong>en</strong>ergievraagstukk<strong>en</strong> gecoördineerd aan te pakk<strong>en</strong>.<br />
Deze organisatie wordt in sterke mate gestuurd <strong>van</strong>uit de uiterst machtige Organisation<br />
of Petroleum Exporting Countries, die de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> haar led<strong>en</strong> behartigt<br />
in de oliemarkt. Deze UNIEO is echter niet volledig almachtig, <strong>van</strong>wege de<br />
belangrijke rol <strong>van</strong> aardgas. In de gasmarkt zal er teg<strong>en</strong> 2020 sprake zijn <strong>van</strong><br />
e<strong>en</strong> geord<strong>en</strong>de gasmarkt. De Greater European Strategic Gas Authority coördineert<br />
de gigantische gasreserves in Rusland, het Kaspische Zeegebied, het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong>,<br />
Noord-Afrika <strong>en</strong> Noorweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Bar<strong>en</strong>tszzee.<br />
De balans in vraag, aanbod <strong>en</strong> capaciteit is sterk afhankelijk <strong>van</strong> de economische<br />
voorspoed in de verschill<strong>en</strong>de regio’s. Er ontwikkelt zich ge<strong>en</strong> surplus in<br />
winning- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit meer. Economische teruggang <strong>en</strong> daling <strong>van</strong> de<br />
<strong>en</strong>ergievraag war<strong>en</strong> nooit structureel. De <strong>en</strong>ergiemarkt bleef gevoelig blijv<strong>en</strong> voor<br />
vraag- <strong>en</strong> aanbodfluctuaties <strong>en</strong> prijsvolatiliteit, <strong>van</strong>daar het ontstaan <strong>van</strong> internationale<br />
sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> coördinatie tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Hoge<br />
prijz<strong>en</strong> zijn het gevolg. Gezi<strong>en</strong> de grote algem<strong>en</strong>e behoefte aan kapitaal, capaciteit<br />
<strong>en</strong> m<strong>en</strong>skracht in e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>de wereld vind<strong>en</strong> exploratie <strong>en</strong> winning gecoördineerd<br />
plaats. De ontwikkeling <strong>van</strong> bewez<strong>en</strong> reserves verloopt relatief just-intime,<br />
aangezi<strong>en</strong> er weinig megaveld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, maar wel e<strong>en</strong> grote<br />
hoeveelheid kleinere <strong>en</strong> middelgrote voorkom<strong>en</strong>s.<br />
Voor wat betreft de prijsvorming <strong>en</strong> de contract<strong>en</strong> zal het huidige paradigma,<br />
gebaseerd op liberalisering, globalisering <strong>en</strong> concurr<strong>en</strong>tie ingewisseld word<strong>en</strong><br />
122<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
voor e<strong>en</strong> geord<strong>en</strong>de olie- <strong>en</strong> gasmarkt. Langere termijn contract<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
aanzi<strong>en</strong>lijk deel <strong>van</strong> de totale levering omvatt<strong>en</strong>. Spotmarkt<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vooral korte<br />
termijn fluctuaties op<strong>van</strong>g<strong>en</strong>. De hoogte <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergieprijz<strong>en</strong> reflecteert de kost<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> langere termijn ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> transportsystem<strong>en</strong>,<br />
inclusief e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de externe milieueffect<strong>en</strong>.<br />
De politieke issues <strong>van</strong> belang spitst<strong>en</strong> zich in eerste instantie toe op belang<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> rond toegang tot<br />
olie- <strong>en</strong> gasvoorkom<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de middel<strong>en</strong> die zij daartoe inzett<strong>en</strong> (NOC’s, contractuele<br />
verhouding<strong>en</strong>, belastingheffing <strong>en</strong> subsidies, participatie <strong>van</strong> MNOC’s, etc.).<br />
Het inruil<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ongelimiteerde ‘markt’ <strong>en</strong> competitie als instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om de<br />
uitkomst <strong>van</strong> transacties te beïnvloed<strong>en</strong> voor coördinatie <strong>en</strong> overleg, waarbij e<strong>en</strong><br />
balans tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong> nagestreefd werd, had tot gevolg dat<br />
security of supply <strong>en</strong> security of demand als onderdel<strong>en</strong> <strong>van</strong> hetzelfde doel werd<strong>en</strong><br />
gezi<strong>en</strong>, namelijk het wijs omgaan met beschikbare <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>.<br />
In de bredere context <strong>van</strong> de wereldpolitiek, waarbij de rol <strong>van</strong> snel groei<strong>en</strong>de<br />
economieën, zoals China, India <strong>en</strong> Rusland, de ideologische overmacht <strong>van</strong> de<br />
VS balanceert, ontstaat e<strong>en</strong> multipolaire wereld. Wissel<strong>en</strong>de coalities ontstaan<br />
rond verschill<strong>en</strong>de issues tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong> in Europa, Latijns-Amerika, het Midd<strong>en</strong>-<br />
Oost<strong>en</strong>, Azië <strong>en</strong> de VS. Echte problem<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zich vooral voor als gevolg <strong>van</strong><br />
lokale politieke ongeregeldhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstand<strong>en</strong>, die vooral gericht zijn teg<strong>en</strong><br />
lokale machthebbers die onvoldo<strong>en</strong>de oog hebb<strong>en</strong> voor hun bevolking.<br />
9.2 Situatie 2: snelle transformatie naar duurzaamheid<br />
E<strong>en</strong> snelle transformatie richting duurzaamheid zou vergelijkbaar kunn<strong>en</strong> zijn met<br />
de ontwikkeling <strong>van</strong> de regulering <strong>en</strong> coördinatie <strong>van</strong> arbeidsverhouding<strong>en</strong>,<br />
tuss<strong>en</strong> werkgevers <strong>en</strong> werknemers <strong>van</strong>af het einde <strong>van</strong> de 19 e eeuw. De belangrijkste<br />
drijfveer was to<strong>en</strong> dat conflict<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beide groep<strong>en</strong> <strong>en</strong> de politieke<br />
gevolg<strong>en</strong> daar<strong>van</strong> e<strong>en</strong> bedreiging ging<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> voor de ontwikkeling <strong>van</strong> de<br />
industrialiser<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> in West-Europa <strong>en</strong> de Anglo-Saksische koloniën. Vanuit<br />
gedeelde belang<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit noodzaak tot overlev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de to<strong>en</strong>malige maatschappij<br />
ontstond het inzicht dat wederzijdse verantwoordelijkheid <strong>en</strong> ord<strong>en</strong>ing<br />
<strong>van</strong> arbeidsverhouding<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ige uitweg bod<strong>en</strong> naar vooruitgang.<br />
In plaats hier<strong>van</strong> kwam e<strong>en</strong> rationele geïnstitutionaliseerde onderhandelingsrelatie.<br />
In de huidige context spel<strong>en</strong> bedreiging<strong>en</strong> als het broeikaseffect, lokale gevolg<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergieproductie <strong>en</strong> -verbruik <strong>en</strong> geopolitieke verdelingsconflict<strong>en</strong>.<br />
Het lijkt er op dat er e<strong>en</strong> proces op gang gekom<strong>en</strong> is wet uiteindelijk tot e<strong>en</strong> vergelijkbare<br />
verandering in het omgaan met <strong>en</strong>ergie zou kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Daarmee<br />
verliest mogelijk ook de religieus, ideologisch gedrev<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stelling tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />
regio’s zijn splijt<strong>en</strong>de werking. Dit sc<strong>en</strong>ario gaat daar <strong>van</strong> uit.<br />
De rol <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas in de <strong>en</strong>ergiemarkt, mom<strong>en</strong>teel ongeveer 60% het totale<br />
verbruik, zal afnem<strong>en</strong> in de eerste helft <strong>van</strong> deze eeuw. Daarna kan het aandeel<br />
stabiel blijv<strong>en</strong> rond de 40% teg<strong>en</strong> 2100. De olie-industrie zal dan 50/50 gebaseerd<br />
zijn op conv<strong>en</strong>tionele <strong>en</strong> niet-conv<strong>en</strong>tionele olie. Aardgas zal gedur<strong>en</strong>de<br />
het eerste kwart <strong>van</strong> de 21 ste eeuw de belangrijkste <strong>en</strong>ergiedrager word<strong>en</strong>. Het<br />
gebruik <strong>van</strong> olie zal zeer sterk toegespitst rak<strong>en</strong> op luchttransport <strong>en</strong> de gespeci-<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
123
aliseerde chemie. Andere sector<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> alternatiev<strong>en</strong> als aardgas, schone kol<strong>en</strong>,<br />
kern<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> duurzame vorm<strong>en</strong>, zoals tweede g<strong>en</strong>eratie bio-<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong><br />
zonne-<strong>en</strong>ergie, kunn<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong>. Daarnaast zal ook de efficiëntie <strong>van</strong> het gebruik<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie zeer sterk to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, onder invloed <strong>van</strong> prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> technologische<br />
ontwikkeling. Ook word<strong>en</strong> in China <strong>en</strong> India allerlei nieuwe technologieën gelijk<br />
geïmplem<strong>en</strong>teerd.<br />
Voor wat betreft de winningslocaties <strong>en</strong> de origine <strong>van</strong> de aangevoerde olie<br />
zal er e<strong>en</strong> verdere verschuiving plaatsvindt <strong>van</strong> Europa <strong>en</strong> de VS, waar de reserves<br />
uitgeput aan het rak<strong>en</strong> zijn, naar niet-OECD-land<strong>en</strong> in het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
Afrika <strong>en</strong> de voormalige Sovjet-Unie <strong>en</strong> naar nieuwe gebied<strong>en</strong> waar nietconv<strong>en</strong>tionele<br />
voorkom<strong>en</strong>s <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas gevond<strong>en</strong> zijn. Daarnaast krijg<strong>en</strong> de<br />
overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> e<strong>en</strong> steeds directere invloed, via eig<strong>en</strong>dom<br />
<strong>en</strong> regulering <strong>van</strong> de exploratie, de winning <strong>en</strong> de raffinage. In land<strong>en</strong> als China,<br />
India <strong>en</strong> Latijns-Amerika <strong>en</strong> vele OECD-land<strong>en</strong> ziet de overheid security of<br />
supply liever in hand<strong>en</strong> <strong>van</strong> national champions <strong>en</strong> staatsonderneming<strong>en</strong>.<br />
De leveranciers <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> voor tweede g<strong>en</strong>eratie biobrandstoff<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
ook e<strong>en</strong> rol <strong>van</strong> groot belang gekreg<strong>en</strong>. Hun besluitvorming rond het toestaan<br />
<strong>van</strong> biomassaproductie op voormalige landbouwgrond<strong>en</strong> of nieuw te ontwikkel<strong>en</strong><br />
grond<strong>en</strong> domineert de beschikbaarheid <strong>van</strong> biomassa <strong>en</strong> het grondgebruik voor<br />
voedselgewass<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> consequ<strong>en</strong>tie hier<strong>van</strong> dat er e<strong>en</strong> relatie ontstaat tuss<strong>en</strong><br />
prijsvorming op de <strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> die in bepaalde segm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>van</strong> de voedselproductie.<br />
Voor wat betreft de technologie zal de off-shore productie aan belang winn<strong>en</strong>,<br />
terwijl <strong>en</strong>hanced recovery techniek<strong>en</strong> zich verder zull<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. Daarnaast<br />
zal het exploratieonderzoek zich waarschijnlijk verder ontwikkel<strong>en</strong> in waarnemingsmethodiek<strong>en</strong>,<br />
de simulatie <strong>van</strong> veldgedrag <strong>en</strong> schattingstechniek<strong>en</strong>.<br />
Andere vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> technologieontwikkeling zijn te vind<strong>en</strong> zijn in de raffinagesector,<br />
<strong>van</strong>wege de noodzaak tot het vergrot<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opbr<strong>en</strong>gst aan lichte brandstoff<strong>en</strong>.<br />
Het krak<strong>en</strong> <strong>van</strong> de zware residu<strong>en</strong> werd steeds urg<strong>en</strong>ter, ook door het<br />
dal<strong>en</strong>de aanbod <strong>van</strong> geschikte ruwe olie. In sam<strong>en</strong>hang hiermee is ook de ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> gecompliceerdere destillatieprocess<strong>en</strong>, in sam<strong>en</strong>hang met multifuel<br />
<strong>en</strong> vergassingstechniek<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stroomversnelling gekom<strong>en</strong>. Hierdoor is de<br />
flexibiliteit aan de vraagkant vergroot <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ruwe olie, zware residuën, kol<strong>en</strong>,<br />
biofuels <strong>en</strong> gass<strong>en</strong> e<strong>en</strong> brede complem<strong>en</strong>taire inzet krijg<strong>en</strong>. Hierbij wordt<br />
aardgas ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> elektriciteit opgewekt, terwijl er kans<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> om traditionele<br />
fossiele grondstoff<strong>en</strong> te ver<strong>van</strong>g<strong>en</strong>. Deze oplossing<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> ook mogelijkhed<strong>en</strong><br />
voor het af<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> CO2.<br />
Met betrekking tot de marktstructuur <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>domsverhouding<strong>en</strong> is het duidelijk<br />
dat er e<strong>en</strong> verschuiving optreedt in de rol <strong>van</strong> de majors <strong>en</strong> de nationale onderneming<strong>en</strong><br />
in productieland<strong>en</strong> (NOC’s). Als gevolg <strong>van</strong> de beperkte toegang<br />
<strong>van</strong> de majors tot e<strong>en</strong> groot deel <strong>van</strong> de bewez<strong>en</strong> reserves is hun aandeel in de<br />
oliewinning verder afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> voordele <strong>van</strong> het aandeel <strong>van</strong> de NOC’s.<br />
Daarnaast spel<strong>en</strong> gespecialiseerde sub-contractors zoals Schlumberger <strong>en</strong><br />
Halliburton e<strong>en</strong> cruciale rol in de ontwikkeling <strong>van</strong> allerlei technologie <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,<br />
die aan zowel de majors als de NOC’s aangebod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het wegvall<strong>en</strong><br />
124<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
<strong>van</strong> de ‘majors’ als dominante partij<strong>en</strong>, zowel up- als down-stream, heeft e<strong>en</strong> belangrijke<br />
invloed op het d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing in de OECD-land<strong>en</strong>. Aspect<strong>en</strong><br />
als publieke di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing, gepolitiek <strong>en</strong> nationaal belang, anders dan<br />
shareholder-value, bepal<strong>en</strong> nu het nieuwe beeld <strong>van</strong> de publiek-private industrie.<br />
De grootse rol <strong>van</strong> de majors is geleg<strong>en</strong> in de exploitatie <strong>van</strong> hun commerciële<br />
downstream netwerk<strong>en</strong>, die zowel olieproduct<strong>en</strong>, als gas, elektriciteit <strong>en</strong> hybride<br />
product<strong>en</strong> verkop<strong>en</strong>. Daarnaast zijn zij e<strong>en</strong> hoofdrol gaan spel<strong>en</strong> in innovatieve<br />
activiteit<strong>en</strong> in de multi-chemische industrie, waarbij m<strong>en</strong> <strong>van</strong> petroleum als<br />
grondstof overgegaan is op e<strong>en</strong> veelheid <strong>van</strong> inputs, zoals kol<strong>en</strong>, biomassa, gass<strong>en</strong>,<br />
etc.<br />
Met betrekking tot de rele<strong>van</strong>te instituties, is er sprake <strong>van</strong> e<strong>en</strong> UN International<br />
Energy Organisation, om <strong>en</strong>ergievraagstukk<strong>en</strong> gecoördineerd aan te pakk<strong>en</strong>,<br />
in sam<strong>en</strong>hang met landbouw <strong>en</strong> voedselvoorzi<strong>en</strong>ing, technologieuitwisseling <strong>en</strong><br />
emissiehandel. De coördiner<strong>en</strong>de rol <strong>van</strong> de Greater European Strategic Gas<br />
Authority in de gasmarkt <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de infrastructur<strong>en</strong>, waarbij gasproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in overleg handel<strong>en</strong> bleek e<strong>en</strong> voorbeeld voor vergelijkbare<br />
ontwikkeling<strong>en</strong> elders in de wereld. De regionale gasmarkt<strong>en</strong> in Latijns-Amerika,<br />
Zuid-Afrika, Zuidoost-Azië <strong>en</strong> het West Pacific Rim ontwikkel<strong>en</strong> zich dan ook gestaag.<br />
De prijsvorming <strong>en</strong> de contract<strong>en</strong>. Het huidige paradigma, gebaseerd op liberalisering,<br />
globalisering <strong>en</strong> concurr<strong>en</strong>tie zal tijd<strong>en</strong>s de eerste dec<strong>en</strong>nia ingewisseld<br />
word<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> geord<strong>en</strong>de oliemarkt, waarbij belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> min of meer in ev<strong>en</strong>wicht gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong> hiervoor<br />
is dat de afhankelijkheid <strong>van</strong> speculatie <strong>en</strong> vrije markt prijz<strong>en</strong> (NYMEX, IPE) tot<br />
e<strong>en</strong> chaotische prijsvorming aanleiding heeft gegev<strong>en</strong>, die onacceptabel werd<br />
voor consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> uiterst negatieve consequ<strong>en</strong>ties had voor<br />
de ontwikkel<strong>en</strong>de wereld.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is, als gevolg <strong>van</strong> het to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de gebruik <strong>van</strong> biomassa e<strong>en</strong> verband<br />
met voedselproductie <strong>en</strong> landbouw tot stand gekom<strong>en</strong>. Het werd politiek onhoudbaar<br />
om beide markt<strong>en</strong> aan de prijsfluctuaties bloot te stell<strong>en</strong> die het gevolg<br />
war<strong>en</strong> <strong>van</strong> de koppeling tuss<strong>en</strong> deze sector<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> internationale organisatie<br />
houdt toezicht op de <strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> maakt via onder meer het monitor<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
door overhed<strong>en</strong> ondersteunde langetermijncontract<strong>en</strong> de investering<strong>en</strong> mogelijk<br />
die noodzakelijk zijn om in de vraag te kunn<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>. Deze ingreep is voldo<strong>en</strong>de<br />
om de landbouwmarkt<strong>en</strong> op acceptable wijze te balancer<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />
houdt deze organisatie toezicht op de handel in emissierecht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de controle<br />
<strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> CO2-strom<strong>en</strong>.<br />
De balans in vraag, aanbod <strong>en</strong> capaciteit is sterk afhankelijk <strong>van</strong> de economische<br />
voorspoed in de verschill<strong>en</strong>de regio’s. Er ontwikkelde zich ge<strong>en</strong> surplus in<br />
winnings- <strong>en</strong> raffinagecapaciteit meer. Economische ontwikkeling <strong>en</strong> e<strong>en</strong> daling<br />
<strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergievraag blek<strong>en</strong> toch mogelijk. De <strong>en</strong>ergiemarkt bleef gevoelig voor<br />
vraag- <strong>en</strong> aanbodfluctuaties <strong>en</strong> prijsvolatiliteit, <strong>van</strong>daar het ontstaan <strong>van</strong> internationale<br />
sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> coördinatie tuss<strong>en</strong> produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Gezi<strong>en</strong><br />
de grote algem<strong>en</strong>e behoefte aan kapitaal, nieuwe innovatieve capaciteit vind<strong>en</strong><br />
exploratie <strong>en</strong> winning gecoördineerd plaats. Er word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> megaveld<strong>en</strong><br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
125
gevond<strong>en</strong>, maar wel e<strong>en</strong> grote hoeveelheid kleinere <strong>en</strong> middelgrote voorkom<strong>en</strong>s.<br />
Daarnaast is er e<strong>en</strong> zekere vorm <strong>van</strong> coördinatie waar het de inzet <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers<br />
<strong>en</strong> de lokale financieel economische verhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong> stabiliteit betreft.<br />
De sterkste <strong>en</strong> stabielste schouders drag<strong>en</strong> meestal de zwaarste last<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebied<strong>en</strong><br />
aan het begin <strong>van</strong> hun ontwikkeling krijg<strong>en</strong> de beschikking over de daarbij<br />
meest gepaste c<strong>en</strong>trale dan wel dec<strong>en</strong>trale vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing.<br />
De politieke issues <strong>van</strong> belang spitst<strong>en</strong> zich in eerste instantie toe op belang<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de groep<strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> rond toegang tot<br />
verschill<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> voedingsgewass<strong>en</strong> <strong>en</strong> de middel<strong>en</strong> die zij<br />
daartoe inzett<strong>en</strong> (NOC’s, contractuele verhouding<strong>en</strong>, belastingheffing <strong>en</strong> subsidies,<br />
douaneheffing<strong>en</strong>, participatie <strong>van</strong> MNOC’s, etc.). Ongelimiteerde ‘markt’ <strong>en</strong><br />
competitie als instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor coördinatie <strong>en</strong> overleg zijn uit. Hierdoor ontstond<br />
e<strong>en</strong> balans tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong>, waarbij verdelingsvraagstukk<strong>en</strong><br />
tot op zekere hoogte opgelost kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hierdoor werd<strong>en</strong> security<br />
of supply <strong>en</strong> security of demand <strong>en</strong> duurzaamheid als facett<strong>en</strong> <strong>van</strong> hetzelfde doel<br />
werd<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, namelijk het wijs omgaan met beschikbare <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong>.<br />
Natuurlijk blijv<strong>en</strong> er conflict<strong>en</strong> bestaan rond de uitvoering <strong>van</strong> kooldioxide reductiemaatregel<strong>en</strong>,<br />
landbouwpolitiek <strong>en</strong> het gebruik <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiepolitiek voor algem<strong>en</strong>e<br />
geopolitieke doelstelling<strong>en</strong>. In de bredere context <strong>van</strong> de wereldpolitiek,<br />
waarbij de rol <strong>van</strong> snel groei<strong>en</strong>de economieën, zoals China, India <strong>en</strong> Rusland, de<br />
ideologische overmacht <strong>van</strong> de VS balanceert, ontstaat e<strong>en</strong> multipolaire wereld.<br />
Wissel<strong>en</strong>de coalities ontstaan rond verschill<strong>en</strong>de issues tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong> in Europa,<br />
Latijns-Amerika, het Midd<strong>en</strong>-Oost<strong>en</strong>, Azië <strong>en</strong> de VS. Echte problem<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zich<br />
vooral voor als gevolg <strong>van</strong> lokale politieke ongeregeldhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstand<strong>en</strong>, die<br />
vooral gericht zijn teg<strong>en</strong> lokale machthebbers die onvoldo<strong>en</strong>de oog hebb<strong>en</strong> voor<br />
hun bevolking.<br />
9.3 De les uit de vergelijking <strong>van</strong> beide situaties<br />
De belangrijkste les uit de vergelijking <strong>van</strong> de twee beschrev<strong>en</strong> – op zich teg<strong>en</strong>gesteld<br />
extreme - situaties is dat opvall<strong>en</strong>d veel ontwikkeling<strong>en</strong> in beide situaties<br />
id<strong>en</strong>tiek zijn. Het staat dan ook vrijwel vast dat deze ontwikkeling<strong>en</strong> op zull<strong>en</strong> tred<strong>en</strong>.<br />
Het gaat daarbij o.m. om de to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> aardgas als <strong>en</strong>ergiedrager,<br />
het nog zwaardere leun<strong>en</strong> op productie <strong>van</strong> olie in e<strong>en</strong> handvol gebied<strong>en</strong>,<br />
de ontwikkeling <strong>van</strong> verbeterde winningtechniek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verschuiving <strong>van</strong><br />
macht <strong>van</strong> de internationale <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> naar nationale <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> belangrijk verschil zit in de mate waarin afhankelijkheid ontstaat <strong>van</strong> het explorer<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> exploiter<strong>en</strong> <strong>van</strong> nieuwe olie- <strong>en</strong> gas<strong>bronn<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> uraniummijn<strong>en</strong>, maar<br />
ook die <strong>van</strong> bijv. biomassa <strong>en</strong> <strong>van</strong> de verwerkingscapaciteit verder in de waardeket<strong>en</strong>.<br />
De spanning in de markt is in situatie 2, in dat opzicht, veel minder groot<br />
dan die in situatie 1.<br />
126<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Sectie D Betek<strong>en</strong>is voor NW Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong><br />
Deze sectie gaat in op de invloed <strong>van</strong> de geconstateerde feit<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>van</strong> de marktkracht<strong>en</strong><br />
op de upstreamzijde <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt <strong>en</strong> op de betek<strong>en</strong>is hier<strong>van</strong><br />
voor Noordwest-Europa in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor Vlaander<strong>en</strong> in het bijzonder.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
127
128<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
10 Betek<strong>en</strong>is voor Noordwest-Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong><br />
10.1 Eindigheid <strong>van</strong> de voorrad<strong>en</strong><br />
Het aanbod, in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> de beschikbare <strong>en</strong> produceerbare reserves kol<strong>en</strong>,<br />
olie, gas <strong>en</strong> uranium, wordt vooral bepaald door de wijze waarop de industrie <strong>en</strong><br />
betrokk<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> in staat zull<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> gebalanceerde waardeket<strong>en</strong> te creer<strong>en</strong>.<br />
De interactie tuss<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> marktfactor<strong>en</strong> is fundam<strong>en</strong>teel voor het<br />
toekomstige aanbod <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
Naast e<strong>en</strong> fysieke compon<strong>en</strong>t, omvatt<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> adequate productie-, transport-,<br />
<strong>en</strong> opslaginfrastructuur, vereist de ket<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de institutionele compon<strong>en</strong>t,<br />
waarin financieel-economische verhouding zodanig geregeld zijn dat er<br />
minimale (geo)politieke <strong>en</strong> sociale spanning<strong>en</strong> ontstaan, terwijl voldo<strong>en</strong>de zekerhed<strong>en</strong><br />
aanwezig zijn om de noodzakelijke investering<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> statisch perspectief op het aanbod gaat uit <strong>van</strong> winbaarheid gegev<strong>en</strong> de<br />
huidige olieprijs <strong>en</strong> techniek. In de visie <strong>van</strong> de peak oil aanhangers zal de wereldolieproductie<br />
binn<strong>en</strong>kort haar piek bereik<strong>en</strong>, omdat alle grote olievoorkom<strong>en</strong>s<br />
reeds gevond<strong>en</strong> zijn. Wat nog rest zijn kleine, dure reserves op moeilijk bereikbare<br />
plaats<strong>en</strong>. Hierdoor zull<strong>en</strong> de prijz<strong>en</strong> sterk stijg<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> dynamische interpretatie gaat uit <strong>van</strong> e<strong>en</strong> autonome technologieontwikkeling,<br />
als gevolg <strong>van</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de ervaring met het exploratie- <strong>en</strong> productieproces.<br />
Deze interpretatie leidt tot veel hogere reserveschatting<strong>en</strong>, waarbij ook grootschalige<br />
productie <strong>van</strong> reserves in de diepzeebodem <strong>en</strong> <strong>van</strong> (onconv<strong>en</strong>tionele)<br />
zware olie <strong>en</strong> teerzand<strong>en</strong> wordt ingecalculeerd.<br />
Op de langere termijn is het onmogelijk om te voorspell<strong>en</strong> hoe technische, economische<br />
<strong>en</strong> politieke factor<strong>en</strong> elkaar zull<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>. Bij gebrek aan deze<br />
inzicht<strong>en</strong>, lijkt het belangrijk ernaar te strev<strong>en</strong> dat beleid <strong>en</strong> strategie op de kortere<br />
termijn consist<strong>en</strong>t zijn met de doel<strong>en</strong> <strong>van</strong> het mom<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de midd<strong>en</strong>lange termijn.<br />
Het lijkt verstandig niet direct op langere termijn uitdaging<strong>en</strong>, zoals ondermeer<br />
peak oil, te reager<strong>en</strong>.<br />
Uit de historische ontwikkeling<strong>en</strong> valt af te leid<strong>en</strong> dat de reserve/productieverhouding<br />
(R/P-ratio) altijd met <strong>en</strong>ige vertraging reageert op de verhoging <strong>van</strong><br />
de prijs. Op grond daar<strong>van</strong> moet word<strong>en</strong> verwacht dat de rec<strong>en</strong>te prijsstijging<strong>en</strong><br />
(2000-2006) ook zull<strong>en</strong> resulter<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vernieuwde zoektocht naar nieuwe<br />
voorrad<strong>en</strong>. Daarbij resteert de vraag of deze nieuwe voorrad<strong>en</strong> er wel zijn. Dat<br />
hangt mede af <strong>van</strong> de prijsontwikkeling<strong>en</strong>. Als de prijs hoog g<strong>en</strong>oeg is dan kom<strong>en</strong><br />
ook marginale <strong>bronn<strong>en</strong></strong>, zoals teerzandolie, binn<strong>en</strong> bereik <strong>van</strong> economisch<br />
aantrekkelijke exploitatie. Volg<strong>en</strong>s IEA (2005) bevatt<strong>en</strong> de Canadese teerzand<strong>en</strong><br />
alle<strong>en</strong> al meer olie dan alle nu bek<strong>en</strong>de reserves. Er zijn ook om<strong>van</strong>grijke teerzandreserves<br />
in andere werelddel<strong>en</strong> zoals de Baltische Stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> Rusland. E<strong>en</strong><br />
vergelijkbaar beeld gaat op voor de andere dragers. Er zijn echter nog grote onzekerhed<strong>en</strong><br />
rond deze opties, <strong>van</strong>wege de grote investering<strong>en</strong> <strong>en</strong> technologische<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
129
problem<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>van</strong>wege de politieke <strong>en</strong> economische factor<strong>en</strong> die de toegang tot<br />
deze reserves bepal<strong>en</strong>.<br />
Op korte termijn zijn de beschikbare capaciteit <strong>van</strong> de aanwezige installaties e<strong>en</strong><br />
vast gegev<strong>en</strong>. Variaties in vraag <strong>en</strong> aanbod leid<strong>en</strong> vooral tot verandering<strong>en</strong> in de<br />
prijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorrad<strong>en</strong>.<br />
Het totale aanbod op korte termijn is vooral afhankelijk <strong>van</strong> besluit<strong>en</strong> <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> over de inzet <strong>van</strong> capaciteit. Daarnaast kunn<strong>en</strong><br />
zich door calamiteit<strong>en</strong>, politieke onrust of oorlog<strong>en</strong> tijdelijke onderbreking<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
de productie voordo<strong>en</strong>. Ontspanning kan dan alle<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> door afname<br />
<strong>van</strong> de vraag <strong>en</strong> door de inzet <strong>van</strong> alternatieve brandstoff<strong>en</strong>, met name in de<br />
elektriciteitsproductie.<br />
Op de middellange termijn wordt het aanbod bepaald door de investering<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>en</strong>ergiemaatschappij<strong>en</strong> in de productie <strong>van</strong> bek<strong>en</strong>de reserves, <strong>en</strong> in geologische<br />
studies, proefboring<strong>en</strong> <strong>en</strong> productieschatting<strong>en</strong> om nieuwe reserves te creër<strong>en</strong>.<br />
Voor e<strong>en</strong> deel di<strong>en</strong><strong>en</strong> deze investering<strong>en</strong> ter ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> uitgeputte veld<strong>en</strong>.<br />
Op e<strong>en</strong> termijn <strong>van</strong> 10 tot 25 jaar zal de wereld waarschijnlijk steeds afhankelijker<br />
word<strong>en</strong> <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas uit e<strong>en</strong> beperkt aantal land<strong>en</strong>. De expansie <strong>van</strong> de productiecapaciteit<br />
zal daarom voor e<strong>en</strong> belangrijk deel afhang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de investering<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de NOCs in OPEC-land<strong>en</strong>. Sommige land<strong>en</strong>, zoals Saoedi-Arabië <strong>en</strong><br />
Koeweit, zijn hiertoe in staat. Andere stat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> echter grote moeite om te<br />
invester<strong>en</strong>, omdat ze ge<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands kapitaal will<strong>en</strong> toelat<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze hun inkomst<strong>en</strong><br />
vaak sp<strong>en</strong>der<strong>en</strong> aan weinig productieve maar politiek gevoelige aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>,<br />
zoals subsidies voor de bevolking <strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s.<br />
In veel (pot<strong>en</strong>tiële) productieland<strong>en</strong> bestaan er bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> grote lokale of algem<strong>en</strong>e<br />
weerstand<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> olie- <strong>en</strong> gasproductie, omdat er niet voldo<strong>en</strong>de rek<strong>en</strong>ing<br />
gehoud<strong>en</strong> wordt met de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> de bevolking <strong>en</strong> de noodzakelijke legitimiteit<br />
<strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong>winning door buit<strong>en</strong>landse bedrijv<strong>en</strong>.<br />
Op de lange termijn kunn<strong>en</strong> zowel de uiteindelijke beschikbaarheid <strong>van</strong> olie als<br />
de inzetbaarheid daar<strong>van</strong>, <strong>van</strong>uit het perspectief <strong>van</strong> duurzaamheid, e<strong>en</strong> echt<br />
probleem gaan vorm<strong>en</strong>. Op deze termijn wordt het aanbod <strong>van</strong> olie bepaald door<br />
de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de reserves. De winzekerheid <strong>van</strong> olieveld<strong>en</strong> wordt door geologische,<br />
technische <strong>en</strong> economische factor<strong>en</strong> bepaald.<br />
10.2 Toegang tot de voorrad<strong>en</strong><br />
Het feit dat er nog zeer grote reserves bestaan <strong>van</strong> de fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong><br />
uranium houdt niet automatisch in dat de kom<strong>en</strong>de ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste<br />
<strong>en</strong>ergiedragers voor Noordwest-Europa <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong> beschikbaar zull<strong>en</strong> zijn.<br />
Het probleem ligt <strong>en</strong>erzijds in de winnings- <strong>en</strong> verwerkingscapaciteit <strong>en</strong> anderzijds<br />
in de geopolitieke verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de olieconsumer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> -producer<strong>en</strong>de<br />
land<strong>en</strong>.<br />
De specifieke organisatie <strong>van</strong> de waardeket<strong>en</strong>s voor primaire <strong>en</strong>ergie dragers,<br />
m.n. olie <strong>en</strong> gas is veranderd in de loop der tijd. Het belang <strong>en</strong> de rol <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
typ<strong>en</strong> olie- <strong>en</strong> gasmaatschappij<strong>en</strong> varieert in de tijd <strong>en</strong> ook de invloed<br />
130<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
<strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> in de ket<strong>en</strong>s laat verschuiving<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Dat heeft belangrijke consequ<strong>en</strong>ties<br />
gehad voor het aanbod, de vraag <strong>en</strong> de prijs <strong>van</strong> olie <strong>en</strong> gas <strong>en</strong> voor<br />
de plaats<strong>en</strong> waar het geproduceerd werd. Tegelijkertijd zijn vraag, aanbod <strong>en</strong><br />
prijs ontwikkeling<strong>en</strong> weer <strong>van</strong> invloed op de organisatie <strong>van</strong> de ket<strong>en</strong> <strong>en</strong> de belang<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> overhed<strong>en</strong>.<br />
Hoge olieprijz<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de vraag, de perceptie <strong>van</strong> teruglop<strong>en</strong>de oliereserves<br />
<strong>en</strong> uitputting <strong>en</strong> e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de afhankelijkheid <strong>van</strong> instabiele produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
bepal<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>teel de beeldvorming rond de <strong>en</strong>ergiemarkt.<br />
Gegev<strong>en</strong> de zich ontwikkel<strong>en</strong>de vraag- <strong>en</strong> aanbodverhouding<strong>en</strong> gaan geopolitieke<br />
overweging<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grotere rol spel<strong>en</strong>. Eén <strong>van</strong> de gevolg<strong>en</strong> hier<strong>van</strong> is dat<br />
overhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>land<strong>en</strong> de voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie expliciet<br />
als doel gaan hanter<strong>en</strong>.<br />
Zowel met betrekking tot de zekerheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing, als met betrekking<br />
tot duurzaamheidaspect<strong>en</strong>, lijkt het niet voor de hand ligg<strong>en</strong>d dat via marktwerking<br />
alle<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste situatie bereikt gaat word<strong>en</strong>, zonder duidelijke sturing<br />
door overhed<strong>en</strong>.<br />
Er bestaat e<strong>en</strong> grote mate <strong>van</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong> de EU <strong>van</strong> gas geïmporteerd<br />
via pijpleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> er zijn weinig alternatiev<strong>en</strong>. Strategisch <strong>en</strong> economisch gezi<strong>en</strong><br />
is het onw<strong>en</strong>selijk om afhankelijk te zijn <strong>van</strong> <strong>en</strong>kele exporteurs, <strong>en</strong>erzijds,<br />
<strong>van</strong>wege het gevaar <strong>van</strong> onderbreking <strong>van</strong> de aanvoer <strong>en</strong>, anderzijds, <strong>van</strong>wege<br />
de mogelijkhed<strong>en</strong> voor het misbruik<strong>en</strong> <strong>van</strong> marktmacht om de <strong>en</strong>ergieprijz<strong>en</strong> op<br />
te drijv<strong>en</strong>.<br />
De groei<strong>en</strong>de capaciteit in LNG-terminals biedt <strong>en</strong>ig soulaas de mogelijkhed<strong>en</strong><br />
daar zijn ook beperkt. Voortgaande ontwikkeling <strong>van</strong> deze optie hangt sam<strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> geschikt investeringsklimaat voor terminals <strong>en</strong> transito pijpleiding<strong>en</strong>,<br />
waarbij de reguleringssystematiek e<strong>en</strong> factor <strong>van</strong> groot belang is.<br />
Voor het <strong>en</strong>ergiebeleid <strong>van</strong> Noordwest-Europese overhed<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t dit dat het<br />
op de kortere termijn internationaal gezi<strong>en</strong> vooral <strong>van</strong> belang is maatregel<strong>en</strong> te<br />
treff<strong>en</strong> die effectief zijn in het bevorder<strong>en</strong> het investeringsklimaat. Basiselem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
hierin zijn het mijnbouw- <strong>en</strong> belastingsregime, marktregulering <strong>en</strong> marktwerkingbeleid,<br />
milieu- <strong>en</strong> andere vergunning<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijheid <strong>van</strong> kapitaalverkeer. Op<br />
termijn zull<strong>en</strong> de prijseffect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de schaarste <strong>en</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong>zelf meer<br />
drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> gaan vorm<strong>en</strong>.<br />
Om op de midd<strong>en</strong>lange termijn de marktprikkels in de gew<strong>en</strong>ste richting uit te<br />
lat<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> de mondiale <strong>en</strong> lokale milieu- <strong>en</strong> afhankelijkheidseffect<strong>en</strong><br />
zichtbaar gemaakt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> prijz<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergie.<br />
E<strong>en</strong> voorname conclusie is dat te verwacht<strong>en</strong> marktontwikkeling<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het<br />
juiste tijdsbestek beoordeeld moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om adequaat beleid te kunn<strong>en</strong> voer<strong>en</strong>.<br />
10.3 Externe kost<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> ander aspect <strong>van</strong> de winning <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers is dat deze consequ<strong>en</strong>ties<br />
heeft voor het milieu <strong>en</strong> voor de omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winninglocaties. Nade-<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
131
lige gevolg<strong>en</strong> zijn bijvoorbeeld de aantasting <strong>van</strong> het lokale milieu <strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
gezondheid <strong>van</strong> omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uitputting <strong>van</strong> de lokale grondstofvoorrad<strong>en</strong>.<br />
Via het begrip ‘externe kost<strong>en</strong>’ zijn in het <strong>rapport</strong> de externe effect<strong>en</strong> uitgedrukt in<br />
economische term<strong>en</strong>. Hiervoor is het ExternE- programma gebruikt dat is ontwikkeld<br />
in opdracht <strong>van</strong> de Europese Commissie. De totale externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> het<br />
gebruik <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> uranium in Vlaander<strong>en</strong> bedrag<strong>en</strong> bijna<br />
€ 1 miljard per jaar. Bij de bepaling hier<strong>van</strong> is rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de om<strong>van</strong>g<br />
<strong>en</strong> de herkomst <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong>.<br />
Het overgrote deel <strong>van</strong> de kost<strong>en</strong> is gekoppeld aan het gebruik <strong>van</strong> olie. Deze<br />
kost<strong>en</strong> ontstaan door het affakkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> zuur geassocieerd gas bij de oliewinning<br />
in Rusland <strong>en</strong> de daarbij optred<strong>en</strong>de emissie <strong>van</strong> SO2.<br />
Op de tweede plaats volg<strong>en</strong> de externe kost<strong>en</strong> gerelateerd aan de upstream process<strong>en</strong><br />
in de ket<strong>en</strong> voor uranium. Deze houd<strong>en</strong> voornamelijk verband met blootstelling<br />
aan straling als gevolg <strong>van</strong> radonemissies uit opslagreservoirs <strong>van</strong> radioactief<br />
afval bij de mijn<strong>en</strong>.<br />
De g<strong>en</strong>oemde kost<strong>en</strong> zijn de kost<strong>en</strong> die noodgedwong<strong>en</strong> voor rek<strong>en</strong>ing kom<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de maatschappij, ook wel aangeduid als ‘off budget’-kost<strong>en</strong>. Er zijn ook bewuste<br />
subsidies <strong>van</strong> de overheid die activiteit<strong>en</strong> met externe effect<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> zo de effect<strong>en</strong> vererger<strong>en</strong>. Deze kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangeduid als ‘on budget’.<br />
Europees onderzoek toont aan dat vooral bij kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uranium de ‘on budget’kost<strong>en</strong><br />
nag<strong>en</strong>oeg dezelfde om<strong>van</strong>g hebb<strong>en</strong> als de ‘off budget’-kost<strong>en</strong>.<br />
10.4 Betek<strong>en</strong>is voor Vlaander<strong>en</strong><br />
De hiervoor beschrev<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> voor Noordwest-Europa zijn zonder uitzondering<br />
<strong>van</strong> toepassing op Vlaander<strong>en</strong>. De winbare voorkom<strong>en</strong>s voor kol<strong>en</strong>, olie, gas<br />
<strong>en</strong> uranium zijn aanzi<strong>en</strong>lijk, maar er zijn ook onzekerhed<strong>en</strong>.<br />
Belangrijk is dat het bestaan <strong>van</strong> om<strong>van</strong>grijke reserves niet automatisch betek<strong>en</strong>t<br />
dat de kom<strong>en</strong>de ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> in Vlaander<strong>en</strong> de gew<strong>en</strong>ste <strong>en</strong>ergiedragers beschikbaar<br />
zull<strong>en</strong> zijn. Het probleem ligt <strong>en</strong>erzijds in de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de winning-<br />
<strong>en</strong> verwerkingscapaciteit <strong>en</strong> anderzijds in de geopolitieke verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
de olieconsumer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> -producer<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>. Daar ligg<strong>en</strong> de grootste onzekerhed<strong>en</strong>.<br />
Daarnaast heeft de winning <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers consequ<strong>en</strong>ties voor het milieu<br />
<strong>en</strong> voor de omwon<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winninglocaties. Uitgedrukt in economische term<strong>en</strong><br />
kost<strong>en</strong> de externe effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong><br />
uranium in Vlaander<strong>en</strong> bijna € 1 miljard per jaar. Deze kost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet door<br />
de Vlaamse geme<strong>en</strong>schap betaald. Daarnaast zijn er ‘milieuschadelijke’ subsidies,<br />
waarvoor wel wordt betaald maar die de negatieve effect<strong>en</strong> juist vererger<strong>en</strong>.<br />
Naar de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> deze subsidies in Vlaander<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> onderzoek verricht.<br />
Voor de Vlaamse overheid zijn er op hoofdlijn twee beleidsterrein<strong>en</strong> waar keuz<strong>en</strong><br />
moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt <strong>en</strong> oplossing<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bevorderd. Dat zijn de<br />
beschikbaarheid <strong>van</strong> voldo<strong>en</strong>de dragers <strong>en</strong> de meer duurzame ontwikkeling <strong>van</strong><br />
de winninglocaties.<br />
132<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid<br />
Op het terrein <strong>van</strong> de voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>van</strong> de dragers zijn er feitelijk twee<br />
hoofdspor<strong>en</strong>:<br />
a Verminder<strong>en</strong> <strong>van</strong> de eig<strong>en</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong> fossiele <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong><br />
uranium.<br />
b Bijdrag<strong>en</strong> aan internationale initiatiev<strong>en</strong> om de waardeket<strong>en</strong>s beter in balans<br />
te krijg<strong>en</strong>.<br />
Er zijn politieke keuz<strong>en</strong> vereist om op deze terrein<strong>en</strong> daadwerkelijke impact te<br />
bereik<strong>en</strong>. De afhankelijkheid <strong>van</strong> Vlaander<strong>en</strong> is immers groot (in olieterm<strong>en</strong> ruim<br />
280 miljo<strong>en</strong> vat<strong>en</strong> per jaar) <strong>en</strong> de relatieve inbr<strong>en</strong>g op wereldschaal gering<br />
(0,4%). Op beide vlakk<strong>en</strong> zijn er echter zeker mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> <strong>van</strong> de belangrijkste conclusies die uit het onderzoek wordt getrokk<strong>en</strong> is dat<br />
er expliciet onderscheid gemaakt moet word<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>, <strong>en</strong>erzijds, vraag- <strong>en</strong> aanbodaspect<strong>en</strong><br />
die vooral te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met de huidige marktomstandighed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>, anderzijds, ontwikkeling<strong>en</strong> die pas op langere termijn echt rele<strong>van</strong>t zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Als deze analyse niet expliciet gemaakt wordt, kunn<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
negatief effect hebb<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>stapeling <strong>van</strong> ingrep<strong>en</strong> in de markt, zonder<br />
heldere relatie met het probleem <strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t waarop het zich voordoet, kan<br />
serieuze consequ<strong>en</strong>ties hebb<strong>en</strong> voor de oliemarkt <strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing in<br />
bredere zin.<br />
Daarnaast is de internationale <strong>en</strong> in België federale, compon<strong>en</strong>t <strong>van</strong> belang. Zekerheid<br />
<strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing is e<strong>en</strong> vitaal belang <strong>van</strong> de EU-lidstat<strong>en</strong>. Als daar<br />
onzekerheid over bestaat of als er sprake is <strong>van</strong> asymmetrie tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong>, ontstaat<br />
er e<strong>en</strong> sterke neiging om unilateraal <strong>en</strong>ergiebeleid te implem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. Vanwege<br />
de Europese integratie <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong> <strong>en</strong> de liberalisering <strong>van</strong> deze<br />
markt<strong>en</strong> bestaan er echter steeds minder mogelijkhed<strong>en</strong> om nationaal effectief<br />
beleid te voer<strong>en</strong>.<br />
Nationale strategieën op het gebied <strong>van</strong> prefer<strong>en</strong>tiële buit<strong>en</strong>landse betrekking<strong>en</strong><br />
met produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of met betrekking tot de reservering <strong>van</strong> brandstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> capaciteit<br />
voor eig<strong>en</strong> gebruik kunn<strong>en</strong> tot gevolg hebb<strong>en</strong> dat EU-beleid ineffectief<br />
wordt. Tegelijkertijd betek<strong>en</strong>t dat de EU moet strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> coher<strong>en</strong>t beleid<br />
voor veiligheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing, dat rek<strong>en</strong>ing houdt met de asymmetrie in<br />
de mate waarin lidstat<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door onderbreking<strong>en</strong> in de<br />
<strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing.<br />
In algem<strong>en</strong>e zin is het <strong>van</strong> belang tot e<strong>en</strong> acceptabele balans te kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
produc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> door middel <strong>van</strong> het aangaan <strong>van</strong> dialog<strong>en</strong> over<br />
bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde <strong>en</strong> andere aspect<strong>en</strong>, zoals de technologietransfer, ondersteuning<br />
bij het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> <strong>van</strong> toegevoegde waarde, etc.<br />
Daarbij is hier uitgegaan <strong>van</strong> twee toekomstsc<strong>en</strong>ario’s. In het eerste sc<strong>en</strong>ario<br />
mondialiseert <strong>en</strong> integreert de wereldeconomie steeds verder <strong>en</strong> is vrijhandel -<br />
ook voor <strong>en</strong>ergie - het motto (de economisch gedrev<strong>en</strong> wereld). Hierbij zull<strong>en</strong> de<br />
<strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong> via marktwerking hun weg vind<strong>en</strong> naar de consum<strong>en</strong>t <strong>en</strong> zal de<br />
rol <strong>van</strong> overhed<strong>en</strong> relatief beperkt <strong>en</strong> faciliter<strong>en</strong>d <strong>van</strong> aard zijn.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
133
In het tweede sc<strong>en</strong>ario operer<strong>en</strong> land<strong>en</strong>, <strong>van</strong>uit hun nationale belang<strong>en</strong>, meer<br />
politiek-strategisch. Energiestrom<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in dit sc<strong>en</strong>ario gepolitiseerd word<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergiehandel vooral tot stand kom<strong>en</strong> via overheidshandel<strong>en</strong> (de politiek<br />
gedrev<strong>en</strong> wereld). De uiteindelijke beslissing<strong>en</strong> over belangrijke kwesties omtr<strong>en</strong>t<br />
de <strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> in dit sc<strong>en</strong>ario bij de overheid.<br />
Het Vlaamse <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ingszekerheidbeleid zal effectief <strong>en</strong> robuust moet<strong>en</strong><br />
zijn voor beide sc<strong>en</strong>ario’s, omdat het nog onduidelijk is welk sc<strong>en</strong>ario dominant<br />
zal blijk<strong>en</strong> te zijn.<br />
Duurzame ontwikkeling<br />
Voor wat betreft de meer duurzame ontwikkeling op de winninglocaties zijn er<br />
ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s twee hoofdspor<strong>en</strong>:<br />
a Het aanpakk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de milieuschadelijke subsidies in eig<strong>en</strong> land, die misstand<strong>en</strong><br />
elders bevorder<strong>en</strong>.<br />
b Het <strong>van</strong>uit Vlaander<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong> <strong>van</strong> betere arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
milieuzorg op de winninglocaties.<br />
Het aanpakk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de milieuschadelijke subsidies (de ‘on-budget’ externe kost<strong>en</strong>)<br />
is iets dat de Vlaamse overheid in eig<strong>en</strong> hand heeft. Voor zover bek<strong>en</strong>d is<br />
echter in Vlaander<strong>en</strong> nog ge<strong>en</strong> onderzoek verricht naar de huidige om<strong>van</strong>g <strong>van</strong><br />
deze subsidies, zoals dat bijvoorbeeld wel in Nederland in kaart is gebracht (CE,<br />
2005). Daarnaast is het w<strong>en</strong>selijk beleid te formuler<strong>en</strong> om nieuwe gevall<strong>en</strong> te<br />
voorkom<strong>en</strong>, bijvoorbeeld rond de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de import <strong>van</strong> biomassa.<br />
De noodzaak tot e<strong>en</strong> duurzamere <strong>en</strong>ergievoorzi<strong>en</strong>ing zal op deze termijn e<strong>en</strong><br />
factor <strong>van</strong> belang gaan vorm<strong>en</strong>. Het mondiale broeikaseffect, lokale milieueffect<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong>wege de productie <strong>en</strong> consumptie <strong>van</strong> steeds grotere hoeveelhed<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>ergie <strong>en</strong> de voortgaande ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergietechnologieën <strong>en</strong> material<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> druk uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> op de toepassing <strong>van</strong> nieuwe system<strong>en</strong> <strong>en</strong> toepassing<strong>en</strong><br />
waarbij duurzaamheid <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie-efficiëntie e<strong>en</strong> steeds grotere rol kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>.<br />
Op termijn zull<strong>en</strong> de prijseffect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de schaarste <strong>en</strong> afhankelijkheid <strong>van</strong>zelf<br />
e<strong>en</strong> drijv<strong>en</strong>de kracht gaan vorm<strong>en</strong>. Daarnaast zal het noodzakelijk zijn om de<br />
mondiale <strong>en</strong> lokale milieu- <strong>en</strong> afhankelijkheidseffect<strong>en</strong> zichtbaar te mak<strong>en</strong> in kost<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> prijz<strong>en</strong> voor de betrokk<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie.<br />
Het bijdrag<strong>en</strong> aan betere arbeidsomstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> betere milieuzorg op de<br />
winninglocaties, <strong>van</strong>uit Vlaander<strong>en</strong>, is ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige zaak, alle<strong>en</strong> al omdat de<br />
herkomst <strong>van</strong> de dragers in veel gevall<strong>en</strong> gewoonweg niet bek<strong>en</strong>d is <strong>en</strong> deze<br />
voornamelijk wordt bepaald door marktactor<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geliberaliseerde <strong>en</strong>ergiemarkt.<br />
Toch kan de Vlaamse overheid meer do<strong>en</strong> dan het uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> morele<br />
druk op de marktactor<strong>en</strong>.<br />
Zo is bij de import <strong>van</strong> uranium het land <strong>van</strong> herkomst redelijk te bepal<strong>en</strong>, doordat<br />
de afnemers het uranium min of meer direct bestell<strong>en</strong> bij de mijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> de eis<strong>en</strong><br />
die word<strong>en</strong> gesteld in het kader <strong>van</strong> non-proliferatie. Hierdoor is het <strong>van</strong>uit de<br />
overheid mogelijk, om bijvoorbeeld via vergunningeis<strong>en</strong>, voorwaard<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong><br />
aan het land <strong>van</strong> herkomst voor het uranium. Dat kan e<strong>en</strong> groot verschil mak<strong>en</strong><br />
134<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
voor wat betreft duurzaamheid. Zulke eis<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t ook in Nederland<br />
overwog<strong>en</strong>. Bij aardgas <strong>en</strong> t<strong>en</strong> dele ook voor aardolie is de herkomst <strong>van</strong> de<br />
dragers, via de loop <strong>van</strong> pijpleiding<strong>en</strong>, beperkt vast te stell<strong>en</strong>, maar is het stell<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> eis<strong>en</strong> veel lastiger. In wez<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> de <strong>en</strong>ergiestrom<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gecertificeerd<br />
of gelabeld om dit mogelijk te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> het is om verschill<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
niet realistisch om te veronderstell<strong>en</strong> dat dit op afzi<strong>en</strong>bare termijn haalbaar<br />
zal zijn. Dit is dus e<strong>en</strong> aspect waar Vlaander<strong>en</strong> zich alle<strong>en</strong> in internationaal<br />
kader sterk voor zou kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> laatste handelingsperspectief voor dit type <strong>van</strong> dragers zou zijn in eig<strong>en</strong> land<br />
extra belasting te heff<strong>en</strong> op het gebruik <strong>van</strong> fossiele dragers <strong>en</strong> met deze middel<strong>en</strong><br />
zelf gerichte actie te nem<strong>en</strong> naar waarschijnlijke land<strong>en</strong> <strong>van</strong> herkomst, om<br />
daar de leefomstandighed<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieueffect<strong>en</strong> te beperk<strong>en</strong>. Of dit<br />
dan één op één gekoppeld is aan het <strong>en</strong>ergieverbruik in Vlaander<strong>en</strong> of niet kan<br />
daarbij dan als <strong>van</strong> secundair belang word<strong>en</strong> beschouwd.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
135
136<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
CE CE<br />
Oplossing<strong>en</strong> Oplossing<strong>en</strong> voor voor<br />
milieu, economie economie<br />
<strong>en</strong> <strong>en</strong> technologie<br />
Oude Delft 180<br />
2611 Oude HH Delft Delft 180<br />
tel: 015 2611 2 150 HH 150 Delft<br />
fax: tel: 015 015 2 150 2 150 151150<br />
e-mail: ce@ce.nl<br />
fax: 015 2 150 151<br />
website: www.ce.nl<br />
Beslot<strong>en</strong> e-mail: V<strong>en</strong>nootschap ce@ce.nl<br />
website: KvK 27251086<br />
www.ce.nl<br />
Beslot<strong>en</strong> V<strong>en</strong>nootschap<br />
KvK 27251086<br />
Rapport<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> analyse <strong>van</strong> de drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong> achter<br />
de beschikbaarheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers<br />
Delft, juli 2007<br />
Olie, gas, kol<strong>en</strong> <strong>en</strong> uranium<br />
Bijlag<strong>en</strong><br />
Opgesteld door: J.H.B. (Jos) B<strong>en</strong>ner, CE<br />
A.F. (Aad) Correljé, CIEP *<br />
H.J. (Harry) Croez<strong>en</strong>, CE<br />
L.C. (Lucia) <strong>van</strong> Geuns, CIEP *<br />
S. (Stephan) Slingerland, CIEP *<br />
J.T.W. (Jan) Vroonhof, CE<br />
* Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme<br />
137
138<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Sectie E Bijlag<strong>en</strong><br />
Deze sectie omvat e<strong>en</strong> aantal bijlag<strong>en</strong>, die de geïnterresseerde lezer specifieke<br />
toelichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> achtergrondinformatie bied<strong>en</strong>, alsmede e<strong>en</strong> uitgebreide refer<strong>en</strong>tielijst<br />
<strong>en</strong> bibliografie.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
139
140<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
A Begripp<strong>en</strong>lijst<br />
Deze bijlage bevat e<strong>en</strong> woord<strong>en</strong>lijst met de belangrijkste begripp<strong>en</strong> rond de winning<br />
<strong>van</strong> kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium. De begripp<strong>en</strong> uit de eerste drie sector<strong>en</strong><br />
kom<strong>en</strong> in hoge mate overe<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn in één blok sam<strong>en</strong>gevoegd. Voor de uraniumwinning<br />
bestaan sectorspecifieke begripp<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> separaat blok zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Omdat de markt internationaal is word<strong>en</strong> hiervoor in vele land<strong>en</strong> dezelfde Engelse<br />
term<strong>en</strong> gehanteerd <strong>en</strong> Engelse omschrijving<strong>en</strong> <strong>van</strong> de betek<strong>en</strong>is. De woord<strong>en</strong>lijst<br />
gaat dan ook primair uit <strong>van</strong> deze Engelse begripp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verklaring<strong>en</strong>. Bij<br />
elke term is ook getracht hieraan e<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>de Nederlandse aanduiding te koppel<strong>en</strong>.<br />
A.1 Kol<strong>en</strong>-, olie- <strong>en</strong> gaswinning<br />
1P<br />
Equival<strong>en</strong>t to Proved Reserves<br />
2P<br />
The Sum of Proved Reserves plus Probable Reserves<br />
3P<br />
The Sum of Proved Reserves plus Probable Reserves plus Possible Reserves<br />
Accumulation – verzameling / ope<strong>en</strong>hoping<br />
Earth formation containing conc<strong>en</strong>trated quantities of coal, oil or gas.<br />
Barrel - Vat<br />
A unit of measure for oil and petroleum products that is equival<strong>en</strong>t to 42 U.S.<br />
gallons.<br />
Carrier - drager<br />
Coal, oil and gas are referred to as <strong>en</strong>ergy-carriers. Sometimes the term fuel<br />
carrier is also used for e.g. rock or tarsands, which contains substantial quantities<br />
of coal, oil or gas.<br />
Coalbed Methane – Ste<strong>en</strong>koolgebond<strong>en</strong> methaan<br />
Natural gas contained in coal deposits, whether or not stored in gaseous phase.<br />
Coalbed methane, though usually mostly methane, may be produced with<br />
variable amounts of inert or ev<strong>en</strong> non-inert gases.<br />
Conting<strong>en</strong>t Resources – Voorwaardelijke voorrad<strong>en</strong><br />
Those quantities of coal, oil or gas which are estimated, on a giv<strong>en</strong> date, to be<br />
pot<strong>en</strong>tially recoverable from known accumulations but which are not curr<strong>en</strong>tly<br />
considered to be commercially recoverable.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
141
Crude Oil Equival<strong>en</strong>t – Equival<strong>en</strong>t <strong>van</strong> ruwe olie<br />
Converting coal, oil or gas volumes to the crude oil equival<strong>en</strong>t is customarily<br />
done on the basis of the heating cont<strong>en</strong>t or calorific value of the fuel. Industry gas<br />
conversion factors usually range betwe<strong>en</strong> 1.0 barrel of oil equival<strong>en</strong>t (boe) = 180<br />
to 200 standard m 3 gas. Coal ore quality is too differ<strong>en</strong>t to provide such a range.<br />
Developed Reserves – Ontwikkelde reserves<br />
Developed reserves are expected to be recovered from existing wells including<br />
reserves behind pipe. Improved recovery reserves are considered developed<br />
only after the necessary equipm<strong>en</strong>t has be<strong>en</strong> installed, or wh<strong>en</strong> the costs to do<br />
so are relatively minor. Developed reserves may be sub-categorized as<br />
producing or non-producing.<br />
Discovered - Blootgelegd<br />
The term applied to a coal, oil or gas resource whose exist<strong>en</strong>ce has be<strong>en</strong><br />
determined by its actual p<strong>en</strong>etration by a well or shaft, which has also clearly<br />
demonstrated the exist<strong>en</strong>ce of moveable fuel carrier or at least some recovery of<br />
a sample of the carrier. Log and/or core data may suffice for proof of exist<strong>en</strong>ce<br />
of fuel if an analogous reservoir is available for comparison.<br />
Discovered Fuel-initially-in-place – Oorspronkelijk aanwezige brandstof<br />
That quantity of coal, oil or gas which is estimated, on a giv<strong>en</strong> date, to be<br />
contained in known accumulations, plus those quantities already produced<br />
therefrom. Discovered Fuel-initially-in-place may be subdivided into Commercial<br />
and Sub-commercial categories, with the estimated pot<strong>en</strong>tially recoverable portion<br />
being classified as Reserves and Conting<strong>en</strong>t Resources respectively.<br />
Downhole - Boorgat<br />
A term used to describe tools, equipm<strong>en</strong>t, and instrum<strong>en</strong>ts used in the wellbore<br />
or the shaft or conditions or techniques applying to those.<br />
Downstream – Het finale deel <strong>van</strong> het productie- <strong>en</strong> marktproces<br />
Wh<strong>en</strong> referring to the oil and gas industry, this term indicates the refining and<br />
marketing sectors of the industry. More g<strong>en</strong>erically, the term can be used to refer<br />
to any step further along in the process than the exploration and production.<br />
E&P - Exploratie <strong>en</strong> productie<br />
Exploration and production. The "upstream" sector of the coil, oil and gas<br />
industry.<br />
Enhanced recovery (ER) – Verhoogde winning<br />
Refers to a variety of processes to increase the amount of coal, oil or gas<br />
removed from a reservoir, e.g. by injecting a liquid (e.g., water, surfactant) or gas<br />
(e.g., nitrog<strong>en</strong>, carbon dioxide).<br />
142<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Estimated Ultimate Recovery – Geschatte uiterste winning<br />
Those quantities of coal, oil or gas which are estimated, on a giv<strong>en</strong> date, to be<br />
pot<strong>en</strong>tially recoverable from an accumulation, plus those quantities already<br />
produced therefrom.<br />
Exploration - Exploratie<br />
Prospecting for undiscovered petroleum.<br />
Injection - Inbr<strong>en</strong>ging<br />
The forcing or pumping of substances into a porous and permeable subsurface<br />
rock formation. Examples of injected substances can include either gases or<br />
liquids.<br />
Low/Best/High Estimates – Laagste/beste/hoogste schatting<strong>en</strong><br />
The range of uncertainty reflects a reasonable range of estimated pot<strong>en</strong>tially<br />
recoverable volumes for an individual accumulation or a project. In the case of<br />
reserves, and where appropriate, this range of uncertainty can be reflected in<br />
estimates for proved reserves (1P), proved plus probable reserves (2P), and<br />
proved plus probable plus possible reserves (3P) sc<strong>en</strong>arios. For other resource<br />
categorisations, the equival<strong>en</strong>t terms Low Estimate, Best Estimate, and High<br />
Estimate are used.<br />
Non-producing Reserves – Niet geproduceerde voorrad<strong>en</strong><br />
Reserves subcategorized as non-producing include shut-in and behind-pipe<br />
reserves. Shut-in reserves are expected to be recovered from (1) completion<br />
intervals which are op<strong>en</strong> at the time of the estimate, but which have not started<br />
producing, (2) wells or mines which were shut-in for market conditions or pipeline<br />
connections, or (3) wells or mines not capable of production for mechanical<br />
reasons. Behind-pipe reserves are expected to be recovered from zones in<br />
existing wells, which will require additional completion work or future<br />
recompletion prior to the start of production.<br />
Planned for Developm<strong>en</strong>t – Gepland voor ontwikkeling<br />
Satisfies all the criteria for reserves, and there is a firm int<strong>en</strong>t to develop, but<br />
detailed developm<strong>en</strong>t planning and/or necessary approvals/contracts have yet to<br />
be finalized.<br />
Possible Reserves – Mogelijke voorrad<strong>en</strong><br />
Possible reserves are those unproved reserves which analysis of geological and<br />
<strong>en</strong>gineering data suggests are less likely to be recoverable than probable<br />
reserves. In this context, wh<strong>en</strong> probabilistic methods are used, there should be at<br />
least a 10% probability that the quantities actually recovered will equal or exceed<br />
the sum of estimated proved, plus probable, plus possible reserves. In g<strong>en</strong>eral,<br />
possible reserves may include (1) reserves which, based on geological<br />
interpretations, could possibly exist beyond areas classified as probable, (2)<br />
reserves in formations that appear to be petroleum bearing, based on log and<br />
core analysis but may not be productive at commercial rates, (3) increm<strong>en</strong>tal<br />
reserves attributed to infill drilling that are subject to technical uncertainty, (4)<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
143
eserves attributed to improved recovery methods wh<strong>en</strong> (a) a project or pilot is<br />
planned, but not in operation and (b) rock, fluid, and reservoir characteristics are<br />
such that a reasonable doubt exists that the project will be commercial, and (5)<br />
reserves in an area of the formation that appears to be separated from the<br />
proved area by faulting and geological interpretation indicates the subject area is<br />
structurally lower than the proved area. Oft<strong>en</strong> referred to as 3P.<br />
Mate <strong>van</strong> zekerheid (in %)<br />
Probable Reserves – Waarschijnlijke reserves<br />
Probable reserves are those unproved reserves which analysis of geological and<br />
<strong>en</strong>gineering data suggests are more likely than not to be recoverable. In this<br />
context, wh<strong>en</strong> probabilistic methods are used, there should be at least a 50%<br />
probability that the quantities actually recovered will equal or exceed the sum of<br />
estimated proved plus probable reserves. In g<strong>en</strong>eral, probable reserves may include<br />
(1) reserves anticipated to be proved by normal step-out drilling where subsurface<br />
control is inadequate to classify these reserves as proved, (2) reserves in<br />
formations that appear to be productive, based on well log characteristics, but<br />
lack core data or definitive tests and which are not analogous to producing or<br />
proved reservoirs in the area, (3) increm<strong>en</strong>tal reserves attributable to infill drilling<br />
that could have be<strong>en</strong> classified as proved if closer statutory spacing had be<strong>en</strong><br />
approved at the time of the estimate, (4) reserves attributable to improved<br />
recovery methods that have be<strong>en</strong> established by repeated commercially<br />
successful applications wh<strong>en</strong> (a) a project or pilot is planned, but not in operation<br />
and (b) rock, fluid, and reservoir characteristics appear favorable for commercial<br />
application, (5) reserves in an area of the formation that appears to be separated<br />
from the proved area by faulting and the geologic interpretation indicates the<br />
subject area is structurally higher than the proved area, (6) reserves attributable<br />
to a future workover, treatm<strong>en</strong>t, re-treatm<strong>en</strong>t, change of equipm<strong>en</strong>t, or other<br />
mechanical procedures, where such procedure has not be<strong>en</strong> proved successful<br />
in wells which exhibit similar behavior in analogous reservoirs, and (7)<br />
increm<strong>en</strong>tal reserves in proved reservoirs where an alternative interpretation of<br />
performance or volumetric data indicates more reserves than can be classified as<br />
proved. Oft<strong>en</strong> referred to as 2P.<br />
144<br />
90%<br />
50%<br />
10%<br />
totale voorraad<br />
totale bek<strong>en</strong>de voorraad<br />
totale reserves<br />
bewez<strong>en</strong> reserves<br />
waarschijnlijke reserves niet winbaar geacht onbek<strong>en</strong>de voorraad<br />
mogelijke reserves<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Producing Reserves – Producer<strong>en</strong>de reserves<br />
Reserves subcategorized as producing are expected to be recovered from<br />
intervals which are op<strong>en</strong> and producing at the time of the estimate. Improved<br />
recovery is considered producing only after the improved recovery project is in<br />
operation.<br />
Production - Productie<br />
Exploration, drilling, production, and the collection of coal, oil or gas.<br />
Prospect – Mogelijke vindplaats<br />
Pot<strong>en</strong>tial accumulation that is suffici<strong>en</strong>tly well defined to repres<strong>en</strong>t a viable drilling<br />
target.<br />
Proved Developed Reserves – Aangetoonde ontwikkelde reserves<br />
Proved Developed Reserves are those Proved Reserves that can be expected to<br />
be recovered through existing wells and facilities and by existing operating<br />
methods. Improved recovery reserves can be considered as Proved Developed<br />
Reserves only after an improved recovery project has be<strong>en</strong> installed and<br />
favorable response has occurred or is expected with a reasonable degree of<br />
certainty. Developed reserves are expected to be recovered from existing wells or mines,<br />
including reserves behind pipe. Improved recovery reserves are considered<br />
developed only after the necessary equipm<strong>en</strong>t has be<strong>en</strong> installed, or wh<strong>en</strong> the<br />
costs to do so are relatively minor.<br />
Proved Reserves – Aangetoonde reserves<br />
Proved reserves are those quantities of coal, oil or gas which, by analysis of<br />
geological and <strong>en</strong>gineering data, can be estimated with reasonable certainty to<br />
be commercially recoverable, from a giv<strong>en</strong> date forward, from known reservoirs<br />
and under curr<strong>en</strong>t economic conditions, operating methods, and governm<strong>en</strong>t<br />
regulations. Proved reserves can be categorized as developm<strong>en</strong>t or<br />
undeveloped.<br />
If deterministic methods are used, the term reasonable certainty is int<strong>en</strong>ded to<br />
express a high degree of confid<strong>en</strong>ce that the quantities will be recovered. If<br />
probabilistic methods are used, there should be at least a 90% probability that<br />
the quantities actually recovered will equal or exceed the estimate. Oft<strong>en</strong> referred<br />
to as 1P, sometimes referred to as “prov<strong>en</strong>”.<br />
Proved Undeveloped Reserves – Aangetoonde onontwikkelde reserves<br />
Proved Undeveloped Reserves are those Proved Reserves that are expected to<br />
be recovered from future wells and facilities, including future improved recovery<br />
projects which are anticipated with a high degree of certainty in reservoirs which<br />
have previously shown favorable response to improved recovery projects.<br />
Recoverable Resources – Winbare olie<strong>bronn<strong>en</strong></strong><br />
Those quantities of hydrocarbons which are estimated to be producible from<br />
accumulations, either discovered or undiscovered.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
145
Reserves – Reserves<br />
Reserves are those quantities of hydrocarbons which are anticipated to be<br />
commercially recovered from known accumulations from a giv<strong>en</strong> date forward.<br />
Reservoir<br />
A subsurface rock formation containing one or more individual and separate<br />
natural accumulations of coal, oil or gas.<br />
Resource Uncertainty Categories<br />
– Indeling <strong>van</strong> voorkom<strong>en</strong>s in categorieën <strong>van</strong> onzekerheid<br />
Any estimation of resource quantities for an accumulation or group of<br />
accumulations is subject to uncertainty and should, in g<strong>en</strong>eral, be expressed as a<br />
range. The function of the three primary categories of reserves (proved,<br />
probable, possible) is to illustrate the range of uncertainty in the estimate of the<br />
pot<strong>en</strong>tially recoverable volume of coal, oil or gas from a known accumulation.<br />
Such estimates, which are done initially for each well or reservoir, may be made<br />
deterministically or probabilistically and are th<strong>en</strong> aggregated for the<br />
accumulation/project as a whole. Provided a similar logic is applied for all<br />
volumetric estimates (including conting<strong>en</strong>t and prospective resources), the<br />
estimate of uncertainty for each accumulation can be tracked over time from<br />
exploration through discovery, developm<strong>en</strong>t, and production. This approach<br />
provides an extremely effective basis for evaluating the validity of the<br />
methodology used for the estimate of pot<strong>en</strong>tially recoverable volumes. The range<br />
of uncertainty reflects a reasonable range of estimated pot<strong>en</strong>tially recoverable<br />
volumes for an individual accumulation or a project. In the case of reserves, and<br />
where appropriate, this range of uncertainty can be reflected in estimates for<br />
proved reserves (1P), proved, plus probable reserves (2P), and proved, plus<br />
probable, plus possible reserves (3P) sc<strong>en</strong>arios.<br />
Total Fuel Initially-in-place<br />
The <strong>en</strong>tire resource base (Total Fuel-initially-in-place) includes all estimated<br />
quantities of coal, oil or gas, as well as those quantities already produced.<br />
Undeveloped Reserves – Niet ontwikkelde reserves<br />
Undeveloped reserves are expected to be recovered: (1) from new wells on<br />
undrilled acreage, (2) from deep<strong>en</strong>ing existing wells to a differ<strong>en</strong>t reservoir, or (3)<br />
where a relatively large exp<strong>en</strong>diture is required to (a) recomplete an existing well<br />
or (b) install production or transportation facilities for primary or improved<br />
recovery projects.<br />
Unproved Reserves – Niet aangetoonde reserves<br />
Unproved reserves are based on geologic and/or <strong>en</strong>gineering data similar to that<br />
used in estimates of proved reserves; but technical, contractual, economic, or<br />
regulatory uncertainties preclude such reserves being classified as proved.<br />
Unproved reserves may be further classified as probable reserves and possible<br />
reserves. Unproved reserves may be estimated assuming future economic<br />
conditions differ<strong>en</strong>t from those prevailing at the time of the estimate. The effect of<br />
possible future improvem<strong>en</strong>ts in economic conditions and technological<br />
146<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
developm<strong>en</strong>ts can be expressed by allocating appropriate quantities of reserves<br />
to the probable and possible classifications.<br />
Unrecoverable Resources<br />
– Voorkom<strong>en</strong>s waar ge<strong>en</strong> winning plaats kan vind<strong>en</strong><br />
The portion of discovered or undiscovered petroleum-initially-in-place quantities<br />
not curr<strong>en</strong>tly considered to be recoverable. A portion of these quantities may<br />
become recoverable in the future as commercial circumstances change,<br />
technological developm<strong>en</strong>ts occur, or addition data is acquired.<br />
Upstream<br />
The exploration and production portions of the coal, oil and gas industry.<br />
A.2 Glossary uranium mining<br />
Activity – Activiteit<br />
The number of disintegrations per unit time inside a radioactive source.<br />
Expressed in becquerels.<br />
ALARA<br />
As Low As Reasonably Achievable, economic and social factors being tak<strong>en</strong> into<br />
account. This is the optimisation principle of radiation protection.<br />
Background radiation – Achtergrondstraling<br />
The naturally occurring ionising radiation which every person is exposed to,<br />
arising from the earth's crust (including radon) and from cosmic radiation.<br />
Becquerel<br />
The SI unit of intrinsic radioactivity in a material. One Bq measures one<br />
disintegration per second and is thus the activity of a quantity of radioactive<br />
material which averages one decay per second (in practice, GBq or TBq are the<br />
common units).<br />
Decay – Verval<br />
Disintegration of atomic nuclei resulting in the emission of alpha or beta particles<br />
(usually with gamma radiation). Also the expon<strong>en</strong>tial decrease in radioactivity of<br />
a material as nuclear disintegrations take place and more stable nuclei are<br />
formed.<br />
Enriched uranium – Verrijkt uranium<br />
Uranium in which the proportion of U-235 (to U-238) has be<strong>en</strong> increased above<br />
the natural 0.7%. Reactor-grade uranium is usually <strong>en</strong>riched to about 3.5%<br />
U-235, weapons-grade uranium is more than 90% U-235.<br />
Half-life – Halfwaardetijd<br />
The period required for half of the atoms of a particular radioactive isotope to<br />
decay and become an isotope of another elem<strong>en</strong>t.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
147
In situ leaching (ISL)<br />
The recovery by chemical leaching of minerals from porous orebodies without<br />
physical excavation. Also known as solution mining.<br />
Ionising radiation – Ioniser<strong>en</strong>de straling<br />
Radiation (including alpha particles) capable of breaking chemical bonds, thus<br />
causing ionisation of the matter through which it passes and damage to living.<br />
Mixed oxide fuel (MOX)<br />
Reactor fuel which consists of both uranium and plutonium oxides, usually about<br />
5% Pu, which is the main fissile compon<strong>en</strong>t.<br />
Natural uranium<br />
Uranium with an isotopic composition as found in nature, containing 99.3%<br />
U-238, 0.7% U-235 and a trace of U-234. Can be used as fuel in heavy<br />
water-moderated reactors.<br />
Oxide fuels – Oxide brandstof<br />
Enriched or natural uranium in the form of the oxide UO2, used in many types of<br />
reactor.<br />
Radioactivity - Radioactiviteit<br />
The spontaneous decay of an unstable atomic nucleus, giving rise to the<br />
emission of radiation.<br />
Radiotoxicity – Radiotoxiciteit<br />
The adverse health effect of a radionucleide due to its radioactivity.<br />
Radium<br />
A radioactive decay product of uranium oft<strong>en</strong> found in uranium ore. It has several<br />
radioactive isotopes. Radium-226 decays to radon-222.<br />
Radon (Rn)<br />
A heavy radioactive gas giv<strong>en</strong> off by rocks containing radium (or thorium).<br />
Rn-222 is the main isotope.<br />
Separative Work Unit (SWU) – Gescheid<strong>en</strong> werke<strong>en</strong>heid<br />
This is a complex unit which is a function of the amount of uranium processed<br />
and the degree to which it is <strong>en</strong>riched, ie the ext<strong>en</strong>t of increase in the<br />
conc<strong>en</strong>tration of the U-235 isotope relative to the remainder. The unit is strictly:<br />
Kilogram Separative Work Unit, and it measures the quantity of separative work<br />
(indicative of <strong>en</strong>ergy used in <strong>en</strong>richm<strong>en</strong>t) wh<strong>en</strong> feed and product quantities are<br />
expressed in kilograms.<br />
Sievert (Sv)<br />
Unit indicating the biological damage caused by radiation. One Joule of beta or<br />
gamma radiation absorbed per kilogram of tissue has 1 Sv of biological effect; 1<br />
J/kg of alpha radiation has 20 Sv effect and 1 J/kg of neutrons has 10 Sv effect.<br />
148<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Uranium (U)<br />
A mildly radioactive elem<strong>en</strong>t with two isotopes which are fissile (U-235 and<br />
U-233) and two which are fertile (U-238 and U-234). Uranium is the basic fuel of<br />
nuclear <strong>en</strong>ergy.<br />
Uranium hexafluoride (UF6)<br />
A compound of uranium which is a gas above 56 o C and is thus a suitable form in<br />
which to <strong>en</strong>rich the uranium.<br />
Uranium oxide conc<strong>en</strong>trate (U3O8)<br />
The mixture of uranium oxides produced after milling uranium ore from a mine.<br />
Sometimes loosely called yellowcake. It is khaki in colour and is usually<br />
repres<strong>en</strong>ted by the empirical formula U3O8. Uranium is sold in this form.<br />
Yellowcake<br />
Ammonium diuranate, the p<strong>en</strong>ultimate uranium compound in U3O8 production,<br />
but the form in which mine product was sold until about 1970. See also Uranium<br />
oxide conc<strong>en</strong>trate.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
149
150<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
B De splijtstofcyclus toegelicht<br />
De bewerkingscyclus/waardeket<strong>en</strong> voor uranium is dermate complex <strong>en</strong> specifiek<br />
dat deze hieronder in <strong>en</strong>ig detail wordt toegelicht.<br />
B.1 Exploratie<br />
Regio’s waar uranium voorrad<strong>en</strong> te verwacht<strong>en</strong> zijn word<strong>en</strong> geselecteerd aan de<br />
hand <strong>van</strong> zog<strong>en</strong>aamde ‘deposit models’ geologische modell<strong>en</strong> <strong>van</strong> de geologische<br />
geschied<strong>en</strong>is het geste<strong>en</strong>te in e<strong>en</strong> regio. Voor opsporing <strong>van</strong> uraniumvoorrad<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> luchtmobiele elektromagnetische meting<strong>en</strong> <strong>en</strong> graviteitmeting<strong>en</strong><br />
toegepast. Bij elektromagnetische meting<strong>en</strong> wordt de weerstand <strong>van</strong> het geste<strong>en</strong>te<br />
bij gravitatiemeting<strong>en</strong> de dichtheid (a.h.v. zwaartekracht). Het preciezer<br />
bepal<strong>en</strong> <strong>van</strong> locatie <strong>en</strong> structuur <strong>en</strong> om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de voorraad gebeurt middels<br />
seismische meting<strong>en</strong>.<br />
De technologie voor exploratie wordt continu verbeterd. Zo kan m<strong>en</strong> met elektromagnetische<br />
meting<strong>en</strong> steeds dieper doordring<strong>en</strong> in de bodem (nu tot 1.000<br />
meter) <strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> meetgegev<strong>en</strong>s steeds beter intepreter<strong>en</strong>. De geologische<br />
modell<strong>en</strong> word<strong>en</strong> steeds beter <strong>en</strong> seismische techniek<strong>en</strong> steeds goedkoper.<br />
Mijnbouwbedrijv<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan dat in e<strong>en</strong> aantal land<strong>en</strong> de overheid exploratie<br />
naar uranium voorrad<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>houdt. Daarnaast signaleert de sector dat in met<br />
name Australië <strong>en</strong> Canada vergunningsprocedures voor mijnbouw <strong>en</strong> extractie<br />
project<strong>en</strong> moeizaam verlop<strong>en</strong> <strong>en</strong> veel tijd verg<strong>en</strong>. Mede daardoor ligt tuss<strong>en</strong> tijdstip<br />
<strong>van</strong> ontdekking <strong>van</strong> e<strong>en</strong> economisch r<strong>en</strong>dabele voorraad <strong>en</strong> het begin <strong>van</strong> de<br />
exploitatie daar<strong>van</strong> in deze land<strong>en</strong> e<strong>en</strong> periode <strong>van</strong> 10, soms 30 jaar.<br />
Voor uraniumertswinning word<strong>en</strong> voornamelijk drie mijnbouwmethod<strong>en</strong> gebruikt:<br />
dagbouw;<br />
ondergrondse mijnbouw;<br />
oplossingsmijnbouw (in het Engels: ‘in situ leaching’ of ‘solution mining’).<br />
B.2 Dagbouw <strong>en</strong> ondergrondse mijnbouw<br />
Dagbouw <strong>en</strong> ondergrondse mijnbouw zijn gangbare vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> mijnbouw voor<br />
elk mineraal of vaste brandstof (zoals bijvoorbeeld turf, bruinkool <strong>en</strong> ste<strong>en</strong>kool).<br />
De winning <strong>van</strong> uranium via dagbouw of ondergrondse mijnbouw wijkt niet af <strong>van</strong><br />
andere erts<strong>en</strong> die op deze manier gewonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In beide gevall<strong>en</strong> wordt<br />
erts dat ‘rijk’ is aan uranium afgegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> afgescheid<strong>en</strong> <strong>van</strong> het moedergeste<strong>en</strong>te.<br />
Het niet gebruikte deel <strong>van</strong> het afgegrav<strong>en</strong> moedergeste<strong>en</strong>te wordt als<br />
‘waste rock’ gestort op hop<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
151
Gewonn<strong>en</strong> erts wordt vervolg<strong>en</strong>s fijn gemal<strong>en</strong>, waarna 90% - 95% <strong>van</strong> het uranium<br />
wordt opgelost in zwavelzuur of e<strong>en</strong> oplossing <strong>van</strong> natriumcarbonaat <strong>en</strong><br />
natriumbicarbonaat in water. De aard <strong>van</strong> het geste<strong>en</strong>te (met name de aanwezigheid<br />
<strong>van</strong> carbonaat) waarin het uranium aanwezig is, bepaalt welk oplosmiddel<br />
wordt toegepast.<br />
Bij gebruik <strong>van</strong> zwavelzuur word<strong>en</strong> ook andere elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opgelost zoals nikkel<br />
<strong>en</strong> arse<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s komt het edelgas radon, e<strong>en</strong> vervalproduct <strong>van</strong> uranium, vrij.<br />
Om die red<strong>en</strong> wordt uranium in deze route eerst uit de zwavelzuur oplossing geextraheerd<br />
door het op te loss<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> organisch oplosmiddel waaruit het weer<br />
geïsoleerd kan word<strong>en</strong> via ion<strong>en</strong>wisseling of door het e<strong>en</strong> derde maal op te loss<strong>en</strong><br />
in weer e<strong>en</strong> oplosmiddel - ditmaal e<strong>en</strong> zoute oplossing. Uranium wordt vervolg<strong>en</strong>s<br />
in vaste vorm gebracht door het te lat<strong>en</strong> neerslaan met ammoniak of<br />
loog. De neerslag wordt afgefilterd, gec<strong>en</strong>trifugeerd <strong>en</strong> thermisch gedroogd. De<br />
zwavelzuuroplossing wordt g<strong>en</strong>eutraliseerd met kalk <strong>en</strong> barium (om radon te bind<strong>en</strong>)<br />
<strong>en</strong> gestort in het zog<strong>en</strong>oemde ‘tailing reservoir’. Bij extractie met natriumcarbonaat<br />
(in carbonaatrijke erts<strong>en</strong>) wordt uranium geëxtraheerd <strong>en</strong> kan het uranium<br />
direct <strong>van</strong>uit de oplossing word<strong>en</strong> neergeslag<strong>en</strong>.<br />
Het restproduct <strong>van</strong> de extractie - de ‘tailings’ - word<strong>en</strong> in het ‘tailing’ reservoir<br />
opgeslag<strong>en</strong>. De tailings bevatt<strong>en</strong> nog zo’n 70% <strong>van</strong> de radioactiviteit <strong>van</strong> het oorspronkelijke<br />
erts in de vorm <strong>van</strong> radioactieve elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> - met name thorium,<br />
radium <strong>en</strong> radon. Om emissies <strong>van</strong> gasvormige radon <strong>en</strong> verwaaiing <strong>van</strong> radioactief<br />
stof naar de omgeving te voorkom<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de tailings tijd<strong>en</strong>s het vull<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
het reservoir met e<strong>en</strong> laag water afgedekt. Nadat het reservoir in de loop <strong>van</strong><br />
jar<strong>en</strong> of dec<strong>en</strong>nia is gevuld wordt het, bij zorgvuldige verwerking, afgedekt met<br />
klei <strong>en</strong> aarde. Door middel <strong>van</strong> boring<strong>en</strong> rondom wordt de kwaliteit <strong>van</strong> het<br />
grondwater dan gemonitord om vroegtijdig lekkages op te spor<strong>en</strong>.<br />
B.3 Oplossingsmijnbouw<br />
Bij oplossingsmijnbouw wordt e<strong>en</strong> aantal gat<strong>en</strong> geboord naar de aardlaag waarin<br />
zich het uranium bevindt. Door deze boorgat<strong>en</strong> wordt zwavelzuur of e<strong>en</strong> oplossing<br />
<strong>van</strong> natriumcarbonaat <strong>en</strong> natriumbicarbonaat in water in de ondergrond<br />
gepompt. De rijke oplossing wordt opgepompt, waarna het uranium net als bij<br />
dagbouw <strong>en</strong> ondergrondse mijnbouw uit de oplossing wordt geïsoleerd.<br />
152<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Figuur 47 Schematisch overzicht <strong>van</strong> oplossingsmijnbouw<br />
Bron: http://www.world-nuclear.org/info/inf27.html.<br />
Anders dan bij dagbouw <strong>en</strong> ondergrondse mijnbouw ontstaan bij oplossingsmijnbouw<br />
ge<strong>en</strong> tailings <strong>en</strong> waste rock. Er ontstaat wel slib <strong>en</strong> vervuilde oplossing. De<br />
oplossing wordt in de diepe ondergrond gepompt, vaak in diepligg<strong>en</strong>de aquifers.<br />
Slib wordt bov<strong>en</strong>gronds opgeslag<strong>en</strong> in bescheid<strong>en</strong> tailing reservoirs.<br />
Oplossingsmijnbouw is ge<strong>en</strong> ongebruikelijke mijnbouwtechniek. Het wordt met<br />
name toegepast voor de winning <strong>van</strong> goed oplosbare mineral<strong>en</strong>, bijvoorbeeld<br />
voor bepaalde oplosbare erts<strong>en</strong> <strong>van</strong> koper, zink <strong>en</strong> lood.<br />
Oplossingsmijnbouw is alle<strong>en</strong> mogelijk wanneer het uranium zich in waterdoorlat<strong>en</strong>de<br />
(sub-)horizontale aardlag<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> twee waterafsluit<strong>en</strong>de lag<strong>en</strong> bevindt.<br />
Deze techniek maakt het mogelijk om ook armere ertslag<strong>en</strong> economisch r<strong>en</strong>dabel<br />
te winn<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
153
B.4 Conversie<br />
Figuur 48 De kern<strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong><br />
Na de mijnbouw wordt het uranium gewonn<strong>en</strong> uit het erts via extractieprocess<strong>en</strong><br />
(‘milling’). Daarbij ontstaat e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>traat <strong>van</strong> uraniumoxide (U3O8) dat ook wel<br />
‘yellowcake’ g<strong>en</strong>oemd wordt. Dit conc<strong>en</strong>traat wordt verder gebruikt in de ket<strong>en</strong>.<br />
Het restproduct <strong>van</strong> het verwerkte erts (‘tailings’) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> het nev<strong>en</strong>geste<strong>en</strong>te<br />
(‘waste rock’) moet als mijnbouwafval word<strong>en</strong> opgeslag<strong>en</strong>. Het bevat lage<br />
conc<strong>en</strong>traties radioactieve elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook zware metal<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet geïsoleerd<br />
word<strong>en</strong> <strong>van</strong> de omgeving.<br />
Uranium bevat <strong>van</strong> nature 0,7% <strong>van</strong> het isotoop U-235 (ook wel geschrev<strong>en</strong> als<br />
235 U) <strong>en</strong> bestaat verder vooral uit U-238 ( 238 U) met kleine perc<strong>en</strong>tages aan andere<br />
isotop<strong>en</strong> (zie voor meer informatie de bijlag<strong>en</strong>). Alle<strong>en</strong> 235 U wordt gebruikt voor<br />
elektriciteitsopwekking in de meest gangbare typ<strong>en</strong> kernc<strong>en</strong>trales. Voor e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />
grote warmteontwikkeling per kilo uranium moet het perc<strong>en</strong>tage 235 U in<br />
het in de kernc<strong>en</strong>trale gebruikte uranium over het algeme<strong>en</strong> hoger zijn dan de<br />
natuurlijke conc<strong>en</strong>tratie - minst<strong>en</strong>s 3%. Om het gehalte 235 U te kunn<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong><br />
wordt yellowcake omgezet in e<strong>en</strong> verbinding die al bij lage temperatur<strong>en</strong> gasvormig<br />
is, uraniumhexafluoride (UF6). Verhoging <strong>van</strong> het gehalte aan 235 U - verrijking<br />
- is alle<strong>en</strong> mogelijk in de gasfase.<br />
Bij conversie naar UF6 wordt de uranium in de yellowcake in 8 stapp<strong>en</strong> omgezet<br />
in het beoogde product UF6. Om e<strong>en</strong> indruk te gev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de complexiteit <strong>van</strong> het<br />
proces <strong>en</strong> de veelheid aan b<strong>en</strong>odigde chemicaliën hieronder e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong><br />
deze stapp<strong>en</strong>:<br />
de in yellowcake aanwezige uraniumverbinding<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgelost in e<strong>en</strong><br />
warme salpeterzuur oplossing;<br />
154<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
uranium wordt <strong>van</strong> andere opgeloste verbinding<strong>en</strong> uit de yellowcake gescheid<strong>en</strong><br />
door het selectief op te loss<strong>en</strong> uit de salpeterzuur oplossing in tributylfosfaat;<br />
hieruit wordt het weer geïsoleerd door het weer op te loss<strong>en</strong> in verdund warm<br />
salpeterzuur;<br />
hieruit wordt het geïsoleerd door het te lat<strong>en</strong> neerslaan (als uranylnitraat);<br />
uranylnitraat wordt omgezet in UO3;<br />
UO3 wordt gereduceerd tot UO2;<br />
UO2 wordt met waterstoffluoride omgezet in UF4;<br />
UF4 laat m<strong>en</strong> met fluor gas (F2) reager<strong>en</strong> tot UF6.<br />
Het geproduceerde UF6 wordt tot slot in stal<strong>en</strong> containers naar het verrijkingsbedrijf<br />
getransporteerd.<br />
Bij conversie tred<strong>en</strong> emissies naar lucht <strong>en</strong> water <strong>van</strong> toxische stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> radioactieve<br />
elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op. Emissies word<strong>en</strong> beperkt door gasreiniging. Er ontstaat<br />
toxisch radioactief slib door afscheiding <strong>van</strong> de niet-uranium verbinding<strong>en</strong> in de<br />
yellowcake.<br />
B.5 Verrijking<br />
Het bij conversie gevormde UF6 wordt in deze stap gescheid<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> fractie rijk<br />
aan 235 U <strong>en</strong> e<strong>en</strong> fractie verarmd aan 235 U. Dit wordt gedaan door gasdiffusie door<br />
e<strong>en</strong> membraan of door c<strong>en</strong>trifuger<strong>en</strong>. In beide gevall<strong>en</strong> wordt gebruik gemaakt<br />
<strong>van</strong> het gegev<strong>en</strong> dat 235 U lichter is <strong>en</strong> als gas sneller kan beweg<strong>en</strong> dan het<br />
zwaardere 238 U. Het verschil tuss<strong>en</strong> beide isotop<strong>en</strong> is echter zo klein dat het<br />
scheidingsproces heel vaak moet word<strong>en</strong> herhaald voordat de conc<strong>en</strong>tratie 235 U<br />
in de verrijkte fractie 3% - 5% bedraagt. Gasdiffusie kost aanzi<strong>en</strong>lijk meer <strong>en</strong>ergie<br />
dan gasc<strong>en</strong>trifuge. Deze techniek wordt daarom wereldwijd steeds minder gebruikt.<br />
Het overblijv<strong>en</strong>de verarmde uranium bevat 0,25% ± 0,05% 235 U <strong>en</strong> is dus nog<br />
steeds radioactief. Het moet als laag radioactief afval word<strong>en</strong> opgeslag<strong>en</strong>.<br />
De verrijkte fractie wordt weer omgezet in UO2, dat wordt verwerkt tot brandstofstav<strong>en</strong>.<br />
Deze word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> kernreactor gebruikt om elektriciteit op te wekk<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de gebruikte brandstof kan na elektriciteitsproductie in de reactor<br />
weer word<strong>en</strong> opgewerkt tot nieuwe brandstof <strong>en</strong> komt opnieuw in de ket<strong>en</strong> terecht.<br />
E<strong>en</strong> ander deel moet langdurig als hoogradioactief afval word<strong>en</strong> opgeborg<strong>en</strong>.<br />
B.6 Productie brandstofstav<strong>en</strong> <strong>en</strong> elektriciteitsproductie<br />
Verrijkt UF6 wordt via e<strong>en</strong> tweetal chemische reacties omgezet in UO2. Het gevormde<br />
UO2 wordt in tablett<strong>en</strong> geperst welke vervolg<strong>en</strong>s bij hoge temperatuur<br />
(1.400°C) word<strong>en</strong> gesinterd. De gesinterde tablett<strong>en</strong> word<strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte in e<strong>en</strong> metal<strong>en</strong><br />
buis <strong>van</strong> standaard afmeting<strong>en</strong> - de brandstofstaaf - geperst, waarna de<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
155
uis wordt dichtgelast. De brandstofstav<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> kernc<strong>en</strong>trale gebruikt<br />
voor elektriciteitsproductie.<br />
Dit hoofdstuk gaat in op de belangrijkste chemische, fysische <strong>en</strong> geologische<br />
k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiedragers <strong>en</strong> <strong>van</strong> hun vindplaats<strong>en</strong>. Aan de orde kom<strong>en</strong><br />
de cijfers over de huidige reserves aan kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium die circuler<strong>en</strong><br />
op de markt <strong>en</strong> in de media. We gev<strong>en</strong> aan <strong>van</strong> wie deze cijfers afkomstig zijn <strong>en</strong><br />
welke onzekerhed<strong>en</strong> eraan zijn gekoppeld. Ook legg<strong>en</strong> we de cijfers naast de<br />
huidige <strong>en</strong> de te verwacht<strong>en</strong> vraag naar de dragers.<br />
Tabel 21 illustreert de splijtstofcyclus nogmaals aan de hand <strong>van</strong> de massabalans<br />
voor e<strong>en</strong> bepaald type 1.000 MWe kernc<strong>en</strong>trale. Uit 20.000 ton uraniumerts<br />
met e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratiegraad <strong>van</strong> 1% ontstaan 230 ton uraniumoxide-conc<strong>en</strong>traat<br />
<strong>en</strong> 19.770 ton ertsafval. Dit wordt verrijkt tot 35 ton UF6, waarbij 253 ton UF6 met<br />
e<strong>en</strong> laag gehalte aan 235 U overblijft. De brandstofstav<strong>en</strong> producer<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s<br />
7.000 GWh aan elektriciteit. Er blijft 27 ton gebruikte brandstof over, die vooral<br />
bestaat uit uranium met e<strong>en</strong> laag 235 U-gehalte <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> klein deel uit<br />
plutonium <strong>en</strong> splijtingsproduct<strong>en</strong>.<br />
Tabel 21 Voorbeeld <strong>van</strong> e<strong>en</strong> massabalans <strong>van</strong> de splijtstofcyclus voor e<strong>en</strong> 1.000 ME c<strong>en</strong>trale <strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
opwerking <strong>van</strong> gebruikte splijtstof<br />
Delv<strong>en</strong> 20.000 ton erts met 1% uraniumgehalte<br />
Bewerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> extractie 230 ton uraniumoxide conc<strong>en</strong>traat met 195 t U)<br />
Conversie 288 ton UF6 (met 195 t U)<br />
Verrijking 35 ton UF6 (met 24 t verrijkt U) - balans is verarmd uranium<br />
Brandstoffabricage 27 ton UO2 (met 24 t verrijkt U)<br />
Reactorbedrijf 7.000 miljo<strong>en</strong> kWh elektrisch vermog<strong>en</strong><br />
Gebruikte brandstof<br />
27 ton, <strong>en</strong> bevat 240 kg plutonium, 23 t uranium (0,8% 235 U), 720<br />
kg splijtingsproduct<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook actinid<strong>en</strong>.<br />
156<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
C Het Extern-E programma voor bepaling <strong>van</strong> externe<br />
kost<strong>en</strong><br />
In opdracht <strong>van</strong> de Europese Commissie is de ExternE methodiek ontwikkeld om<br />
de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiegebruik in de EU te bepal<strong>en</strong>, ter ondersteuning <strong>van</strong><br />
beleidbeslissing<strong>en</strong>. Deze bijlage beschrijft hoeft in de Extern systematiek wordt<br />
omgegaan met de diverse exter<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de winning <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiedragers.<br />
C.1 Waardering gezondheideffect<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterfgevall<strong>en</strong><br />
Veel stoff<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot gezondheideffect<strong>en</strong>, voornamelijk doordat ze ingeademd<br />
word<strong>en</strong> (luchtvervuiling). Er wordt in ExternE onderscheid gemaakt<br />
naar twee soort<strong>en</strong> gezondheideffect 8 :<br />
Mortaliteit. Hierbij gaat het om ziekte die daadwerkelijk tot voortijdig overlijd<strong>en</strong><br />
lijdt; dit kan acuut zijn of op termijn (‘chronisch’).<br />
Morbiditeit. Hierbij gaat het om langdurige ziekte die het functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> welbevind<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> de zieke beïnvloedt.<br />
Het eerste effect wordt uitgedrukt in verlor<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sjar<strong>en</strong> (YOLL) met e<strong>en</strong> daarbij<br />
behor<strong>en</strong>de ‘value of life year’ (VOLY). De aanbevol<strong>en</strong> waarde is € 50.000 of<br />
€ 75.000 voor acute sterfgevall<strong>en</strong>. Deze waard<strong>en</strong> zijn afgeleid uit WTP bepaling<strong>en</strong>.<br />
Voor morbiditeit word<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal verschill<strong>en</strong>de kost<strong>en</strong>post<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
In grote lijn gaat het om:<br />
resource costs: ziektekost<strong>en</strong>, al dan niet door verzekering betaald, <strong>en</strong> andere<br />
directe kost<strong>en</strong>, op basis <strong>van</strong> marktprijz<strong>en</strong>;<br />
opportunity costs: schade <strong>van</strong> verminderde productiviteit <strong>en</strong> vrijetijdbesteding,<br />
op basis <strong>van</strong> marktprijz<strong>en</strong>;<br />
disutility costs: schade door pijn, zorg<strong>en</strong>, trauma <strong>van</strong> betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, op basis<br />
<strong>van</strong> WTP/WTA.<br />
In ExternE (2005) wordt e<strong>en</strong> gedetailleerde lijst gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verschill<strong>en</strong>de<br />
externe kost<strong>en</strong> per effect (ziek<strong>en</strong>huisbezoek, beperkte activiteit, etc.) die word<strong>en</strong><br />
aanbevol<strong>en</strong>.<br />
Voor sterfgevall<strong>en</strong> als gevolg <strong>van</strong> dodelijke ongelukk<strong>en</strong> wordt niet uitgegaan <strong>van</strong><br />
verlor<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sjar<strong>en</strong> maar <strong>van</strong> e<strong>en</strong> waarde voor het lev<strong>en</strong> zelf, de zog<strong>en</strong>oemde<br />
‘value of statistical life’ of ‘value of prev<strong>en</strong>ted fatality’ (VSL of VPF). De aanbevol<strong>en</strong><br />
waarde hiervoor is € 1.000.000 (WTP-bepaling).<br />
8 In praktijk met name hart-longziekt<strong>en</strong> <strong>en</strong> kanker.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
157
C.2 Klimaatverandering<br />
Klimaatverandering is het milieueffect dat wordt veroorzaakt door de emissie <strong>van</strong><br />
broeikasgass<strong>en</strong>. Hoewel dit milieuthema op dit mom<strong>en</strong>t zeer veel aandacht krijgt<br />
in zowel wet<strong>en</strong>schap als beleid blijkt het nog heel lastig om de schade die met de<br />
emissie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> kilogram broeikasgas gepaard gaat te bepal<strong>en</strong>.<br />
De eerste stapp<strong>en</strong> <strong>van</strong> de berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zijn wel makkelijk, omdat broeikasgass<strong>en</strong><br />
zich heel snel door te hele atmosfeer verspreid<strong>en</strong> <strong>en</strong> daardoor e<strong>en</strong> ‘globaal’<br />
effect veroorzak<strong>en</strong>: het maakt helemaal niets uit waar de emissie optreedt, het<br />
effect is altijd hetzelfde. Dit geldt zeker voor het belangrijkste gas, CO2. Het bepal<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> het impact pot<strong>en</strong>tieel, in term<strong>en</strong> <strong>van</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> infrarood-absorptie in<br />
de atmosfeer, is daarom relatief simpel. Wat de bepaling bemoeilijkt is het feit dat<br />
de broeikasgass<strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lange lev<strong>en</strong>sduur hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> het effect<br />
daarom over honderd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> kan blijv<strong>en</strong> bestaan. Er wordt daarom e<strong>en</strong> tijdhorizon<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor de effectbepaling <strong>van</strong> in het algeme<strong>en</strong> 100 jaar. De<br />
effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> broeikasgass<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgedrukt in CO2-equival<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
Hoe dit impact pot<strong>en</strong>tieel zich vertaalt naar daadwerkelijk impacts is met grote<br />
onzekerheid omgev<strong>en</strong>. Wat wordt de gemiddelde temperatuurstijging, hoe<br />
beïnvloedt dit weerextrem<strong>en</strong>, zeespiegelniveau <strong>en</strong> de verspreiding <strong>van</strong> ziektes?<br />
Welke schades <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hiermee gemoeid zijn? Zijn dod<strong>en</strong> bij overstroming<strong>en</strong><br />
in Bangladesh goedkoper dan dod<strong>en</strong> bij overstroming<strong>en</strong> in Nederland?<br />
De bepaling<strong>en</strong> <strong>van</strong> schadekost<strong>en</strong> per ton CO2 lop<strong>en</strong> dan ook uite<strong>en</strong> <strong>van</strong> € 0,5 tot<br />
zo’n € 90 (Tol, 2005). In de eerste versie <strong>van</strong> ExternE werd dan ook aangerad<strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> range aan schadekost<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>. In ExternE 2005 (hoofdstuk 8 daarin)<br />
word<strong>en</strong> schadekost<strong>en</strong> <strong>van</strong> € 9/ton CO2 berek<strong>en</strong>d, maar hier word<strong>en</strong> terecht<br />
diverse vraagtek<strong>en</strong>s bij gezet. De aanbevol<strong>en</strong> prijs voor CO2 is € 19/ton, met onder-<br />
<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>waarde voor ev<strong>en</strong>tuele gevoeligheidanalyse € 9/ton <strong>en</strong> € 50/ton.<br />
Deze waard<strong>en</strong> zijn deels gebaseerd op prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong>, naast schadekost<strong>en</strong>.<br />
Dat wil zegg<strong>en</strong> dat beleiddoelstelling<strong>en</strong> als leidraad zijn g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De externe<br />
kost<strong>en</strong>bepaling<strong>en</strong> voor klimaatverandering zijn daarom intrinsiek anders dan die<br />
voor andere milieueffect<strong>en</strong> <strong>en</strong> het is niet te zegg<strong>en</strong> welke schades wel <strong>en</strong> niet<br />
meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn in de prijs. Rechtvaardiging hiervoor ligt in het feit dat het effect<br />
zelf ook intrinsiek anders is dan de andere <strong>en</strong> dat door ontbrek<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>nis<br />
de schadekost<strong>en</strong>berek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t waarschijnlijk systematisch te lage<br />
uitkomst<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />
Tabel 22 Aanpak voor bepaling externe kost<strong>en</strong> broeikasgass<strong>en</strong><br />
Inv<strong>en</strong>tarisatie CO2, CH4, N2O<br />
Effectbepaling Globaal voor alle <strong>bronn<strong>en</strong></strong>,<br />
tijdhorizon 100 jaar<br />
Waarde GWP100 volg<strong>en</strong>s IPCC, 2001<br />
Schaduwprijs € 19/ton CO2-equival<strong>en</strong>t C<strong>en</strong>trale waarde <strong>van</strong> schadekost<strong>en</strong>,<br />
prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> <strong>en</strong> emissiehandelprijs<br />
Gevoeligheid? € 9/ton tot € 50/ton Beperkte schadebepaling / prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> NL<br />
158<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Aan het eind <strong>van</strong> dit hoofdstuk wordt nog uitgebreider ingegaan op b<strong>en</strong>adering<strong>en</strong><br />
om de externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> broeikasgass<strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong>.<br />
C.3 Luchtvervuiling<br />
Met de term luchtvervuiling wordt e<strong>en</strong> groot aantal emissies aangeduid. Deze<br />
emissies hebb<strong>en</strong> niet allemaal dezelfde effect<strong>en</strong>; het kan gaan om verzur<strong>en</strong>de,<br />
vermest<strong>en</strong>de of toxische stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> diverse stoff<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> meerdere effect<strong>en</strong>,<br />
deels doordat ze chemische reacties veroorzak<strong>en</strong> waarbij weer andere stoff<strong>en</strong><br />
ontstaan.<br />
De belangrijkste industriële emissies in deze categorie zijn:<br />
NOx: stikstofoxid<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> verzuring, vermesting, smogvorming (via ozon)<br />
<strong>en</strong> hart-longstoorniss<strong>en</strong> (via nitrat<strong>en</strong>).<br />
SO2: zwaveldioxide, effect<strong>en</strong> verzuring <strong>en</strong> hart-longstoorniss<strong>en</strong> (via sulfat<strong>en</strong>).<br />
PM: de verzameling ‘deeltjes’ (particulate matter), effect<strong>en</strong> ademwegstoorniss<strong>en</strong>,<br />
aantasting bouwmaterial<strong>en</strong> (TSP).<br />
VOS: de verzameling vluchtige organische stoff<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> smogvorming (via<br />
ozon) met als gevolg ademwegstoorniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> schade aan landbouwgewass<strong>en</strong>.<br />
Voor deze vier stoff<strong>en</strong> geldt dat de effect<strong>en</strong> e<strong>en</strong> complex geheel vorm<strong>en</strong> met<br />
deels onderlinge invloed<strong>en</strong>: het effect <strong>van</strong> VOS emissies is bijvoorbeeld afhankelijk<br />
<strong>van</strong> de aanwezigheid <strong>van</strong> NOx.<br />
Binn<strong>en</strong> ExternE wordt ook e<strong>en</strong> aantal andere emissies meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, waarvoor<br />
de oorzaak-gevolg ket<strong>en</strong> wat minder complex is:<br />
CO: koolmonoxide, effect hartstoorniss<strong>en</strong>.<br />
PAK, etc.: kankerverwekk<strong>en</strong>de koolwaterstoff<strong>en</strong>.<br />
Kankerverwekk<strong>en</strong>de zware metal<strong>en</strong> (As, Cd, Cr, Ni).<br />
Zware metal<strong>en</strong> met neuro-toxicologische effect<strong>en</strong> (Pb).<br />
Voor elke emissie wordt t<strong>en</strong> eerste gekek<strong>en</strong> naar de verspreiding. Hoe ver <strong>van</strong><br />
de bron kunn<strong>en</strong> de stoff<strong>en</strong> nog voorkom<strong>en</strong>, waar slaan ze neer, tot welke conc<strong>en</strong>tratieverandering<strong>en</strong><br />
leidt dit? Sommige stoff<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> zeer lokaal<br />
effect, andere regionaal. Weersomstandighed<strong>en</strong> zijn hierbij e<strong>en</strong> belangrijke<br />
factor, want windrichting, UV-straling <strong>en</strong> neerslag kunn<strong>en</strong> de verspreiding beïnvloed<strong>en</strong>.<br />
De locatie <strong>van</strong> emissie is hier dus al <strong>van</strong> belang, want op verschill<strong>en</strong>de<br />
locaties zijn de gemiddelde weersomstandighed<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d.<br />
Vervolg<strong>en</strong>s wordt gekek<strong>en</strong> naar de blootstelling. Tred<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratieverandering<strong>en</strong><br />
op in dichtbevolkte gebied<strong>en</strong> (voor gezondheidseffect<strong>en</strong>) of in landbouwgebied<strong>en</strong><br />
(voor gewasschade)? Hoeveel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, of oppervlakte, word<strong>en</strong> blootgesteld<br />
aan de stof? De locatie <strong>van</strong> emissie is hier met name <strong>van</strong> belang, in verband<br />
met afstand tot (dicht)bevolkte <strong>en</strong>/of landbouw gebied<strong>en</strong> .Vervolg<strong>en</strong>s wordt<br />
e<strong>en</strong> dosis-effect relatie toegepast. Wat is het gezondheidseffect bij blootstelling<br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s aan e<strong>en</strong> bepaalde (extra) dosis? Hoeveel gewasverlies (winst)<br />
treedt op bij blootstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> hectare aan e<strong>en</strong> bepaalde (extra) dosis?<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
159
Dit betek<strong>en</strong>t dat de volg<strong>en</strong>de schadekost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt:<br />
dodelijke kankergevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> erfelijke afwijking<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewaardeerd met de<br />
VPF, dat wil zegg<strong>en</strong> € 1.000.000 per geval;<br />
voor niet-dodelijke kankergevall<strong>en</strong> wordt in ExternE (1995) e<strong>en</strong> schade <strong>van</strong><br />
0,25 MECU per geval gehanteerd. Dit is ongeveer 10% <strong>van</strong> de daarin gebruikte<br />
VPF. In deze studie hanter<strong>en</strong> we daarom € 100.000 per geval.<br />
Nog meer dan voor klimaatverandering is de gebruikte tijdhorizon <strong>van</strong> groot belang.<br />
Omdat radioactieve stoff<strong>en</strong> nog vele tot honderd<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong><br />
bestaan <strong>en</strong> dus effect blijv<strong>en</strong> veroorzak<strong>en</strong>, wordt vaak e<strong>en</strong> tijdhorizon <strong>van</strong><br />
100.000 jaar gehanteerd. Met e<strong>en</strong> discontovoet <strong>van</strong> 3% (zie hoofdstuk 1) zou dit<br />
echter helemaal ge<strong>en</strong> zin hebb<strong>en</strong> omdat de schadewaardering daarmee op veel<br />
kortere termijn al naar nul gaat. Het is daarom niet ongebruikelijk om voor effect<strong>en</strong><br />
<strong>van</strong> radiologische emissies ge<strong>en</strong> discontovoet te gebruik<strong>en</strong> (0%) temeer omdat<br />
er op dergelijke termijn<strong>en</strong> sowieso niets te zegg<strong>en</strong> is over e<strong>en</strong> realistische<br />
hoogte.<br />
Tabel 24 Aanpak voor bepaling externe kost<strong>en</strong> radiologische emissies<br />
Inv<strong>en</strong>tarisatie ExternE UK e.a.<br />
Effectbepaling manSievert naar kankergevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> erfelijke afwijking<br />
Tijdhorizon 100.000 jaar<br />
Schaduwprijs Dodelijke kanker/erfelijke afwijking € 1.000.000 per geval<br />
Niet-dodelijke kanker € 100.000 per geval<br />
Discontovoet 0%<br />
Gevoeligheid? Tijdhorizon?<br />
C.5 Ongevall<strong>en</strong><br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
Volg<strong>en</strong>s ExternE<br />
UK e.a.<br />
In alle brandstofket<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> ernstige ongevall<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>. De meest bek<strong>en</strong>de<br />
voorbeeld<strong>en</strong> zijn waarschijnlijk die in kernc<strong>en</strong>trales <strong>en</strong> kol<strong>en</strong>mijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij<br />
oliebrand<strong>en</strong> of gasexplosies. Ook hernieuwbare <strong>en</strong>ergie<strong>bronn<strong>en</strong></strong> zijn er echter<br />
niet vrij <strong>van</strong>, d<strong>en</strong>k bijvoorbeeld aan het instort<strong>en</strong> <strong>van</strong> stuwmeerdamm<strong>en</strong>.<br />
Energiegerelateerde ongelukk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in databestand<strong>en</strong> bijgehoud<strong>en</strong>. Op<br />
basis hier<strong>van</strong> is statistische gezi<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d hoe groot kans<strong>en</strong> op ongelukk<strong>en</strong> met<br />
e<strong>en</strong> bepaalde om<strong>van</strong>g (i.e. aantal dod<strong>en</strong> / gewond<strong>en</strong>) zijn. Deze kans<strong>en</strong> zijn belangrijk<br />
in de bepaling <strong>van</strong> het risico. De gehanteerde risicomaat, om de impact<br />
per kWh (per jaar) te kunn<strong>en</strong> uitdrukk<strong>en</strong>, is technisch ofwel risiconeutraal:<br />
risico = kans x om<strong>van</strong>g<br />
Voor werkgerelateerde ongevall<strong>en</strong> (dat wil zegg<strong>en</strong>, de getroff<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn alle<strong>en</strong><br />
werknemers <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> publiek) hanteert ExternE (2005) voor schadewaardering<br />
in principe de VPF-waarde. E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de externe kost<strong>en</strong> is in dit<br />
geval echter geïnternaliseerd, bijvoorbeeld via verzekering<strong>en</strong> <strong>en</strong> hogere lon<strong>en</strong>.<br />
Aanname is dat in OESO-land<strong>en</strong> 80% is geïnternaliseerd <strong>en</strong> daarbuit<strong>en</strong> 50%.<br />
Voor niet-werkgerelateerde ongevall<strong>en</strong> waarbij publieke slachtoffers vall<strong>en</strong> wordt<br />
dezelfde VPF gehanteerd, maar de mate <strong>van</strong> internalisering is voor publieke on-<br />
161
gevall<strong>en</strong> kleiner. ExternE geeft 50% (OESO) <strong>en</strong> 20% (niet-OESO) als c<strong>en</strong>trale<br />
waard<strong>en</strong>.<br />
Andere schadekost<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn die voor gewond<strong>en</strong>, trauma,<br />
het opruim<strong>en</strong> <strong>van</strong> vervuild landoppervlak, economische schade <strong>van</strong> bijvoorbeeld<br />
landvervuiling (voedselban), kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> evacuatie.<br />
Als het gaat om e<strong>en</strong> ongeval in de nucleaire ket<strong>en</strong> waarbij radioactieve straling<br />
vrijkomt dan gaat het om dezelfde kost<strong>en</strong>post<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> zijn de effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus<br />
schades waarschijnlijk groter. Daarbov<strong>en</strong>op zijn er de gezondheidseffect<strong>en</strong>; bij<br />
e<strong>en</strong> kernongeval gaat het immers niet alle<strong>en</strong> om directe dod<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewond<strong>en</strong>,<br />
ook op lange tot zeer lange termijn zull<strong>en</strong> er ziekte- <strong>en</strong> sterfgevall<strong>en</strong> zijn. De mate<br />
<strong>van</strong> internalisering <strong>van</strong> deze radiologische schades, met name de laat optred<strong>en</strong>de,<br />
ligt waarschijnlijk veel lager dan de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde perc<strong>en</strong>tages. Zoals<br />
de dec<strong>en</strong>nia sinds het ongeval in Tschernobyl hebb<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> zijn er types<br />
kanker die pas na vele jar<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> toe te nem<strong>en</strong>; rec<strong>en</strong>te schatting<strong>en</strong> <strong>van</strong> het<br />
aantal dod<strong>en</strong> als gevolg <strong>van</strong> dit ongeval lop<strong>en</strong> <strong>van</strong> 4.000 in totaal tot rond de<br />
100.000 tot nu toe (Ver<strong>en</strong>igde Naties, 2005, Gre<strong>en</strong>peace, 2006). Het Zwitserse<br />
Paul Scherrer Institut, dat de ENSAD 9 beheert, gaat voor het totaal aantal dod<strong>en</strong><br />
(‘lat<strong>en</strong>t fatalities’) als gevolg <strong>van</strong> het ongeval in Tschernobyl uit <strong>van</strong> e<strong>en</strong> range<br />
<strong>van</strong> zo’n 9.000 tot ruim 30.000 (Hirschberg <strong>en</strong> Burgherr, 2004).<br />
In dit <strong>rapport</strong> word<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>ties <strong>van</strong> ongevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> resulter<strong>en</strong>de externe kost<strong>en</strong><br />
in de verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong>s overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> uit Hirschberg <strong>en</strong> Burgherr<br />
(2004) <strong>en</strong> Burgherr <strong>en</strong> Hirschberg (2004). Het betreft hier alle<strong>en</strong> ongevall<strong>en</strong> met<br />
5 of meer dodelijke slachtoffers, omdat dit e<strong>en</strong> goede vergelijkbaarheid geeft tuss<strong>en</strong><br />
ket<strong>en</strong>s. Er wordt onderscheid gemaakt naar OESO <strong>en</strong> niet-OESO-land<strong>en</strong>,<br />
omdat vooral in de olie- <strong>en</strong> kol<strong>en</strong>ket<strong>en</strong>s grote verschill<strong>en</strong> zijn in zowel aantall<strong>en</strong><br />
ongevall<strong>en</strong> als in aantall<strong>en</strong> slachtoffers.<br />
In Tabel 25 word<strong>en</strong> de slachtoffers voor de grootste ramp<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de<br />
<strong>en</strong>ergieket<strong>en</strong>s gegev<strong>en</strong>s als eerste illustratie. Terwijl in de kol<strong>en</strong>- <strong>en</strong> olieket<strong>en</strong>s<br />
verreweg de meeste slachtoffers word<strong>en</strong> gemaakt, is de grootste ramp wat betreft<br />
directe dodelijke slachtoffers het instort<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> stuwdam voor waterkracht<br />
in China in 1975.<br />
Tabel 25 Aantal dodelijke slachtoffers in grootste ramp in betreff<strong>en</strong>de ket<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 1969 <strong>en</strong> 2000<br />
OESO Niet-OESO<br />
Kol<strong>en</strong> 272 434<br />
Olie 577 4.375<br />
Gas 109 100<br />
LPG 498 600<br />
Nucleair ~30 (~30.000) Tuss<strong>en</strong> haakjes ‘lat<strong>en</strong>te dod<strong>en</strong>’<br />
Waterkracht ~15 26.000<br />
Bron: Burgherr <strong>en</strong> Hirschberg 2004, Hirschberg <strong>en</strong> Burgherr, 2000.<br />
9 Energy-related Severe Accid<strong>en</strong>t Database.<br />
162<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
C.5.1 Risicomaat<br />
Het is de vraag of voor met name niet-werkgerelateerde ongevall<strong>en</strong> de technische<br />
risicomaat kan word<strong>en</strong> gebruikt. In ExternE (2005) is de discussie deels opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
(hoofdstuk 9 daarin). Vaak wordt in deze discussie gesuggereerd dat<br />
de red<strong>en</strong> dat het publiek technische gelijke risico’s toch heel verschill<strong>en</strong>d inschat<br />
voornamelijk emotioneel is. Ook in ExternE wordt ‘misperceptie’ g<strong>en</strong>oemd.<br />
Hoewel hier e<strong>en</strong> kern <strong>van</strong> waarheid in zal zitt<strong>en</strong>, zijn er ook rationele red<strong>en</strong><strong>en</strong> om<br />
e<strong>en</strong> niet-technische risicomaat te hanter<strong>en</strong>:<br />
Het risico is voor het publiek grot<strong>en</strong>deels onvrijwillig, dit blijkt in praktijk de<br />
waarde die aan e<strong>en</strong> risico wordt toegek<strong>en</strong>d (willingness to pay) sterk te verhog<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> dit heeft deels te mak<strong>en</strong> met marktinefficiënties.<br />
T<strong>en</strong> opzichte <strong>van</strong> werkgerelateerde ongelukk<strong>en</strong> gaat het meestal om risico’s<br />
met (veel) kleinere kans maar (veel) groter gevolg, ook wel Damocles risico<br />
g<strong>en</strong>oemd. Dit geldt met name voor nucleaire ongevall<strong>en</strong>. Als gekek<strong>en</strong> wordt<br />
naar verzekering<strong>en</strong> dan blijkt dat voor dergelijke risico’s hogere premies word<strong>en</strong><br />
betaald ook al is het risico in technisch opzicht ev<strong>en</strong> groot als e<strong>en</strong> ander<br />
risico. Red<strong>en</strong> hiervoor is dat de meeste economische spelers risico avers zijn<br />
<strong>en</strong> dat de hoge gevolg<strong>en</strong> (financiële schade) moeilijker te drag<strong>en</strong> zijn áls ze<br />
e<strong>en</strong>maal optred<strong>en</strong>.<br />
Er wordt veel onderzoek gedaan naar risicomat<strong>en</strong> die deze risicoaversie beter<br />
kwantificer<strong>en</strong> (zie bijv. Jonkman, 2003). In de bepaling <strong>van</strong> de schadekost<strong>en</strong> voor<br />
kern<strong>en</strong>ergie wordt gekek<strong>en</strong> naar het effect dat het gebruik <strong>van</strong> zo’n risico-averse<br />
maat daarop zou kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. In ExternE Volume 5 (1995) wordt hier al kort<br />
naar verwez<strong>en</strong>, waarbij gezegd wordt dat auteurs met andere schadeb<strong>en</strong>adering<br />
tot zo’n 35 maal hoger uitkom<strong>en</strong> dan de hoogste waarde die in ExternE wordt<br />
afgeleidt (0,1 mECU per kWh). In Jonkman (2003) wordt echter besprok<strong>en</strong> dat<br />
e<strong>en</strong> mogelijke risico-averse maat kan bestaan uit verwachtingswaarde + standaarddeviatie.<br />
De verwachtingswaarde (simpel gezegd kans x gevolg) is de neutrale<br />
risicomaat. De standaarddeviatie geeft invulling aan het idee dat hoe minder<br />
voorspelbaar de gevolg<strong>en</strong> zijn waar je ‘morg<strong>en</strong>’ mee geconfronteerd zult word<strong>en</strong>,<br />
hoe zwaarder ze mee moet<strong>en</strong> tell<strong>en</strong>.<br />
Als we aannem<strong>en</strong> dat we niet te mak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> kansverdeling <strong>van</strong><br />
risico’s maar met één type ongeval met kans P (<strong>en</strong> dus kans 1-P dat er niks<br />
gebeurt) dan wordt de factor tuss<strong>en</strong> risico-neutrale <strong>en</strong> risico-averse maat weergegev<strong>en</strong><br />
in Tabel 26.<br />
Tabel 26 Verschilfactor tuss<strong>en</strong> risico-neutrale <strong>en</strong> risico-averse maat (bij <strong>en</strong>kel risico)<br />
Kans Factor<br />
1 1<br />
0.1 4<br />
0.01 11<br />
0.001 33<br />
1.00E-04 101<br />
1.00E-05 317<br />
1.00E-06 1001<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
163
E<strong>en</strong> ongeval met dezelfde gevolg<strong>en</strong> (bijv. aantal dod<strong>en</strong>) maar e<strong>en</strong> kans <strong>van</strong> 1 op<br />
10.000 in plaats <strong>van</strong> 1 op 100 zou dus niet 100 maal minder mee moet<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>,<br />
maar slechts 10 maal minder.<br />
In praktijk hebb<strong>en</strong> we natuurlijk in het algeme<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met kansverdeling<strong>en</strong>,<br />
waarbij op elk ongeval <strong>van</strong> bepaalde om<strong>van</strong>g e<strong>en</strong> kans bestaat. Zeker voor ongelukk<strong>en</strong><br />
in de kol<strong>en</strong>ket<strong>en</strong>, met name mijnbouw, zijn hier ook empirische gegev<strong>en</strong>s<br />
voor voorhand<strong>en</strong> (ENSAD, zie Burgherr <strong>en</strong> Hirschberg, 2004, Hirschberg <strong>en</strong><br />
Burgherr, 2004) maar voor kern<strong>en</strong>ergie is dit niet het geval omdat het aantal ongelukk<strong>en</strong><br />
met directe dodelijke gevolg<strong>en</strong> nog klein is.<br />
Tabel 27 Aanpak voor bepaling externe kost<strong>en</strong> ongevall<strong>en</strong><br />
Inv<strong>en</strong>tarisatie Gegev<strong>en</strong>s PSI / ENSAD<br />
Voor kern<strong>en</strong>ergie ook ExternE<br />
Effectbepaling Risicomaat = [kans op ongeval] x [om<strong>van</strong>g gevolg<strong>en</strong>]<br />
(risico)<br />
Schaduwprijs € 1.000.000 per direct sterfgeval (WTP)<br />
(aanpassing t.o.v. PSI waarde voor VSL <strong>van</strong> € 1.045.000)<br />
Voor kern<strong>en</strong>ergie ook andere gevolg<strong>en</strong><br />
Gevoeligheid? Wet<strong>en</strong>schappelijke literatuur: risicoaversie in plaats <strong>van</strong><br />
risiconeutraal bij ongevall<strong>en</strong> met kleine kans<br />
C.6 Buit<strong>en</strong> beeld<br />
164<br />
Niet specifiek<br />
voor NL<br />
Deels geïnternaliseerd<br />
Het is onmogelijk om alle ingrep<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> mee te nem<strong>en</strong> in de beschouwing.<br />
We volg<strong>en</strong> in deze studie de ExternE methode 10 , omdat dit de in de<br />
EU geaccepteerde methode voor de beoordeling <strong>van</strong> externe kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergiegebruik<br />
is, maar deze methode is uiteraard ook niet compleet.<br />
We gev<strong>en</strong> hier e<strong>en</strong> overzicht <strong>van</strong> wat in de studie niet wordt meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij de<br />
bespreking <strong>van</strong> de inv<strong>en</strong>tarisatie <strong>van</strong> ingrep<strong>en</strong> per type c<strong>en</strong>trale in hoofdstuk 3 <strong>en</strong><br />
bijlag<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> inschatting <strong>van</strong> (de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong>) de belangrijkste omissies<br />
voor dat type.<br />
Wat betreft ingrep<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> niet gekwantificeerd:<br />
Landgebruik; de inv<strong>en</strong>tarisatie hiervoor kan word<strong>en</strong> gemaakt, maar de externe<br />
kost<strong>en</strong> hiervoor zijn niet te kwantificer<strong>en</strong>. Het zou deels gaan om externe<br />
kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> verlies aan biodiversiteit of andere schade aan ecosystem<strong>en</strong> (zie<br />
onder).<br />
Grondstofgebruik; hiervoor geldt ook dat externe kost<strong>en</strong> moeilijk te kwantificer<strong>en</strong><br />
zijn. De uitputting <strong>van</strong> grondstoff<strong>en</strong> kan allerlei negatieve economische <strong>en</strong><br />
milieueffect<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit is dus in ieder geval e<strong>en</strong> post die<br />
in het voordeel <strong>van</strong> hernieuwbare (waaronder biotische) <strong>en</strong>ergie is.<br />
Diverse toxische emissies; de focus in deze studie is op de ‘grote’ vervuilers<br />
NOx, SO2, PM <strong>en</strong> VOS, maar er zijn nog vele andere luchtemissies met voornamelijk<br />
toxische effect<strong>en</strong>.<br />
10 We wijk<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> paar punt<strong>en</strong> af: niet-radiologische emissies in de splijtstofket<strong>en</strong> word<strong>en</strong> wel meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />
andere risicobeoordeling bij grootschalige ongevall<strong>en</strong> met kleine kans <strong>en</strong> schade aan ecosystem<strong>en</strong>.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Geluid <strong>en</strong> visuele vervuiling; in de ExternE studie word<strong>en</strong> deze twee onderwerp<strong>en</strong><br />
bekek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de kost<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> verwaarloosbaar. Het<br />
thema visuele vervuiling, zoals bijvoorbeeld door hoogspanningslijn<strong>en</strong>, speelt<br />
in Europa minder dan bijvoorbeeld in de VS <strong>en</strong> zou bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de<br />
brandstofket<strong>en</strong>s min of meer gelijke effect<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Emissies naar water (behalve radiologisch) <strong>en</strong> grond; deze effect<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze<br />
emissies zijn hoogst waarschijnlijk niet verwaarloosbaar, zeker niet in het<br />
mijnbouwstadium voor de verschill<strong>en</strong>de ket<strong>en</strong>s, maar er zijn ge<strong>en</strong> schadekost<strong>en</strong>bepaling<strong>en</strong><br />
voorhand<strong>en</strong>.<br />
Koelwatergebruik; het loz<strong>en</strong> <strong>van</strong> koelwater dat warmer is dan het omgevingswater<br />
kan milieubelasting met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar er zijn norm<strong>en</strong><br />
voor maximale temperatuur(verschill<strong>en</strong>) <strong>van</strong> geloosd water. Aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> is<br />
dat daarmee schade verwaarloosbaar is; ook hiervoor bestaan overig<strong>en</strong>s<br />
ge<strong>en</strong> schadekost<strong>en</strong>bepaling<strong>en</strong>.<br />
Ingrep<strong>en</strong> <strong>van</strong> ‘hogere orde’; in deze ket<strong>en</strong>analyse richt<strong>en</strong> we ons op de zogehet<strong>en</strong><br />
eerste orde ket<strong>en</strong>. Dit betek<strong>en</strong>t dat alle<strong>en</strong> de emissies die optred<strong>en</strong> bij<br />
productieprocess<strong>en</strong> word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar niet die <strong>van</strong> de bouw <strong>en</strong><br />
ontmanteling <strong>van</strong> c<strong>en</strong>trales (hierover wel e<strong>en</strong> <strong>en</strong> ander in hoofdstuk 3), <strong>van</strong><br />
woon-werk verkeer <strong>van</strong> werknemers, <strong>van</strong> constructie of reparatie <strong>van</strong> mijnbouwmachines,<br />
et cetera.<br />
Wat betreft effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> schadekost<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> niet gekwantificeerd:<br />
Sociale misstand<strong>en</strong>.<br />
Schade aan ecosystem<strong>en</strong>; er wordt in ExternE (2005) wel e<strong>en</strong> methode voor<br />
de financiële waardering hier<strong>van</strong> besprok<strong>en</strong> maar deze is nog niet beschikbaar<br />
in voor onze studie bruikbare vorm. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kan het gebruik <strong>van</strong> prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong><br />
naast schadekost<strong>en</strong> (voor dezelfde stoff<strong>en</strong>) leid<strong>en</strong> tot dubbeltelling.<br />
Afname <strong>van</strong> biodiversiteit; hieraan wordt gewerkt binn<strong>en</strong> het ‘NEEDS’ project.<br />
Doel is om biodiversiteitverlies als gevolg <strong>van</strong> verzuring, vermesting <strong>en</strong> landgebruik<br />
financieel te kunn<strong>en</strong> waard<strong>en</strong>.<br />
Economische externe kost<strong>en</strong>; in e<strong>en</strong> <strong>rapport</strong> <strong>van</strong> de NEA (OESO, 2003) word<strong>en</strong><br />
o.a. voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid <strong>en</strong> prijsstabiliteit als externe effect<strong>en</strong> (positief<br />
in het geval <strong>van</strong> kern<strong>en</strong>ergie) g<strong>en</strong>oemd. Voor voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid is dit<br />
waarschijnlijk correct, maar prijsstabiliteit is e<strong>en</strong> volledig geïnternaliseerd<br />
effect. Dergelijke effect<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in deze studie niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar<br />
voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid kan uiteraard e<strong>en</strong> (extra) argum<strong>en</strong>t vorm<strong>en</strong> voor o.a.<br />
multifuel c<strong>en</strong>trales.<br />
C.7 Klimaatverandering<br />
De ExternE methodiek gebruikt e<strong>en</strong> mix <strong>van</strong> schade/prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong>.<br />
Hier besprek<strong>en</strong>: prev<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> duurzaamheid (€ 91/ton) uit Gre<strong>en</strong>Calc <strong>en</strong> het<br />
gebruik <strong>van</strong> emissiehandelprijs in windmol<strong>en</strong>stuk <strong>van</strong> CPB.<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
165
Daarnaast word<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t al concrete adaptatiekost<strong>en</strong> gemaakt. Hieronder<br />
volgt e<strong>en</strong> korte beschrijving <strong>van</strong> de adaptatiekost<strong>en</strong> <strong>van</strong> klimaatverandering<br />
voor:<br />
Nederland;<br />
Europa;<br />
ontwikkelingsland<strong>en</strong>.<br />
C.8 Adaptatiekost<strong>en</strong> Nederland<br />
Adaptatiekost<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk onderdeel uit <strong>van</strong> de totale kost<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
klimaatbeleid. De schatting <strong>van</strong> adaptatiekost<strong>en</strong> is erg onzeker, wat weer zijn<br />
oorzaak vindt in de onzekerheid <strong>van</strong> de klimaatmodell<strong>en</strong>. Uitgaande <strong>van</strong> e<strong>en</strong><br />
mondiale temperatuurstijging <strong>van</strong> 2°C <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeespiegelstijging <strong>van</strong> 60 cm in<br />
2100 zijn de belangrijkste kost<strong>en</strong>post<strong>en</strong> <strong>van</strong> het adaptatiebeleid voor Nederland<br />
waterbeheer <strong>en</strong> landbouw. De kost<strong>en</strong>post<strong>en</strong> voor waterbeheer bestaan uit aanpassing<br />
<strong>van</strong> regionale watersystem<strong>en</strong>, aanpassing<strong>en</strong> in rivier<strong>en</strong>, IJsselmeer <strong>en</strong><br />
dijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kustverdediging.<br />
De kost<strong>en</strong>post<strong>en</strong> voor de landbouw bestaan voornamelijk uit kost<strong>en</strong> voor verdroging.<br />
Regionale watersystem<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangepast om de grotere seizo<strong>en</strong>svariaties<br />
<strong>en</strong> extrem<strong>en</strong> op te kunn<strong>en</strong> <strong>van</strong>g<strong>en</strong>. De zeespiegelstijging maakt<br />
zandsuppletie <strong>en</strong> dijkverhoging<strong>en</strong> noodzakelijk. De kom<strong>en</strong>de vijftig jaar zull<strong>en</strong> de<br />
extra kost<strong>en</strong> voor waterbeheer maximaal 0,13% <strong>van</strong> het BBP bedrag<strong>en</strong> (CE,<br />
Klimaatverandering, klimaatbeleid, september 2004). Na 2050 zal de zeespiegel<br />
verder stijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> ook verder oplop<strong>en</strong>. Deze kost<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> bov<strong>en</strong><br />
de huidige uitgav<strong>en</strong> aan waterbeheer. Bij deze schatting is ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing<br />
gehoud<strong>en</strong> met ramp<strong>en</strong> zoals overstroming<strong>en</strong> <strong>en</strong> dijkdoorbrak<strong>en</strong>. Die kunn<strong>en</strong> aanleiding<br />
gev<strong>en</strong> tot <strong>en</strong>orme kost<strong>en</strong>. De geschatte ver<strong>van</strong>gingswaarde <strong>van</strong> investering<strong>en</strong><br />
in Nederland beschermd door waterkering<strong>en</strong> bedraagt meer dan € 4.000<br />
miljard, bijna neg<strong>en</strong> maal het BBP <strong>van</strong> 2004. De landbouw maakt nu al <strong>en</strong>orme<br />
kost<strong>en</strong> om de gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> verdroging teg<strong>en</strong> te gaan. Die zull<strong>en</strong> de kom<strong>en</strong>de<br />
jar<strong>en</strong> verder oplop<strong>en</strong>. Omdat de economische betek<strong>en</strong>is <strong>van</strong> de agrarische sector<br />
echter afneemt, blijv<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong> voor de Nederlandse economie beperkt tot<br />
ongeveer 0,1% <strong>van</strong> het BBP.<br />
Voor andere aanpassing<strong>en</strong> aan klimaatverandering word<strong>en</strong> thans de eerste concrete<br />
beleidstapp<strong>en</strong> in gang gezet. E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de b<strong>en</strong>odigde investering<strong>en</strong> vall<strong>en</strong><br />
onder normale sectorale investeringsontwikkeling<strong>en</strong>. Om het hoofd te bied<strong>en</strong><br />
aan klimaatverandering is in concreto e<strong>en</strong> bedrag <strong>van</strong> ruim € 2 miljard in de<br />
periode tot 2015 ingeboekt voor waterafvoer in het rivier<strong>en</strong>gebied (zie tekstkader<br />
hieronder).<br />
166<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
PKB Ruimte voor de Rivier<br />
De Tweede Kamer heeft de Planologische Kernbeslissing Ruimte voor de Rivier op vrijdag 7 juli<br />
vastgesteld. Daarmee heeft de Kamer gro<strong>en</strong> licht gegev<strong>en</strong> voor de investering <strong>van</strong> ruim € 2 miljard<br />
om het rivier<strong>en</strong>gebied beter teg<strong>en</strong> overstroming<strong>en</strong> te beveilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ruimtelijke kwaliteit in<br />
het gebied te verbeter<strong>en</strong>.<br />
Wanneer ook de Eerste Kamer met de PKB instemt, is de PKB <strong>van</strong> kracht <strong>en</strong> kan de verdere<br />
uitwerking start<strong>en</strong> <strong>van</strong> de in de PKB opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> aantal in de PKB opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
maatregel<strong>en</strong> die de status <strong>van</strong> koploperproject hebb<strong>en</strong>, is deze verdere uitwerking overig<strong>en</strong>s<br />
al eerder begonn<strong>en</strong>.<br />
De PKB is e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk initiatief <strong>van</strong> V<strong>en</strong>W, LNV <strong>en</strong> VROM. De PKB bestaat uit ongeveer 40<br />
maatregel<strong>en</strong> langs de IJssel, de Neder-Rijn, Lek, Waal <strong>en</strong> het b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong>stroomse deel <strong>van</strong> de<br />
Maas. Voor deze maatregel<strong>en</strong> zijn locatie <strong>en</strong> het soort maatregel (dijkverlegging, ontpoldering of<br />
uiterwaardvergraving) vastgelegd. Waar voorhe<strong>en</strong> sprake was <strong>van</strong> dijkversterking om het rivier<strong>en</strong>gebied<br />
teg<strong>en</strong> overstroming<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>, wordt nu gekoz<strong>en</strong> voor rivierverruiming <strong>en</strong> dijkversterking<br />
waar dit niet mogelijk is.<br />
In de PKB zijn onder meer de volg<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>: langs de Waal zijn de dijkteruglegging<br />
L<strong>en</strong>t bij Nijmeg<strong>en</strong> <strong>en</strong> de dijkverlegging Buit<strong>en</strong>polder het Munnik<strong>en</strong>land in de nabijheid<br />
<strong>van</strong> Gorinchem voorzi<strong>en</strong>. Langs de Merwede is gekoz<strong>en</strong> voor het ontpolder<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Noordwaard<br />
in combinatie met de uiterwaardvergraving Aveling<strong>en</strong> in de omgeving <strong>van</strong> Gorinchem.<br />
Langs de Bergsche Maas wordt de Overdiepsche Polder in de omgeving <strong>van</strong> Waalwijk ontpolderd.<br />
Het pakket langs de Neder-Rijn/Lek bestaat uit ingrep<strong>en</strong> in zes uiterwaard<strong>en</strong> waaronder: Vian<strong>en</strong>-Hagestein,<br />
Doorwerth <strong>en</strong> Meinerswijk (Arnhem). Langs de IJssel is gekoz<strong>en</strong> voor de aanleg<br />
<strong>van</strong> e<strong>en</strong> hoogwatergeul bij Veess<strong>en</strong>-Wap<strong>en</strong>veld aan te legg<strong>en</strong> in combinatie met drie dijkverlegging<strong>en</strong><br />
(Cort<strong>en</strong>oever, Voorster Klei <strong>en</strong> West<strong>en</strong>holte).<br />
De maatregel<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> uiterlijk in 2015 zijn uitgevoerd. Als gevolg <strong>van</strong> klimaatverandering zull<strong>en</strong><br />
naar verwachting ook daarna investering<strong>en</strong> nodig blijv<strong>en</strong>. Het kabinet heeft daarom in de<br />
PKB reeds <strong>en</strong>kele gebied<strong>en</strong> gereserveerd om ook in de toekomst rivierverruiming mogelijk te<br />
mak<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> dat nodig mocht zijn.<br />
Bron: www.ruimtevoorwater.nl<br />
C.9 Adaptatiekost<strong>en</strong> Europa<br />
De gebied<strong>en</strong> die het meeste risico lop<strong>en</strong> zijn getijd<strong>en</strong>delta's, kustvlakt<strong>en</strong>, zandstrand<strong>en</strong>,<br />
eiland<strong>en</strong>, water- <strong>en</strong> moerasgebied<strong>en</strong> langs de kust <strong>en</strong> estuaria. In<br />
Europa lop<strong>en</strong> de kuststrok<strong>en</strong> in Nederland, Duitsland, de Baltische stat<strong>en</strong>,<br />
Oekraïne, Rusland <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal delta's rond de Middellandse Zee de grootste<br />
risico's (IPCC, 1997). In 1990 woond<strong>en</strong> in Europa ongeveer 30 miljo<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
onder het niveau met e<strong>en</strong> stormvloedkans <strong>van</strong> 1 maal per 1.000 jaar; e<strong>en</strong> zeespiegelstijging<br />
<strong>van</strong> 1 meter zou dit aantal tot ongeveer 40 miljo<strong>en</strong> do<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><br />
(IPCC, 1997).<br />
Behalve door de stijging <strong>van</strong> de zeespiegel kunn<strong>en</strong> kustgebied<strong>en</strong> ook op andere<br />
manier<strong>en</strong> met klimaatverandering te mak<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. In Nederland bijvoorbeeld<br />
zou e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame <strong>van</strong> 10% in de kracht <strong>van</strong> storm<strong>en</strong>, waarbij de maximumkracht<br />
het belangrijkst is, gepaard met verandering<strong>en</strong> in de windrichting, meer schade<br />
kunn<strong>en</strong> aanricht<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> zeespiegelstijging <strong>van</strong> 60 cm (Bijlsma, 1996; Peerbolte,<br />
1991).<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
167
Mogelijke reacties op de dreiging <strong>van</strong> e<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong>de zeespiegel zijn:<br />
gecontroleerde terugtrekking: land <strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong> <strong>en</strong> landinwaarts<br />
verhuiz<strong>en</strong>;<br />
aanpassing: zich aanpass<strong>en</strong> aan de dreiging maar de gebied<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>;<br />
bescherming: kwetsbare gebied<strong>en</strong> verdedig<strong>en</strong>.<br />
De kost<strong>en</strong> <strong>van</strong> aanpassing <strong>en</strong> bescherming teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeespiegelstijging <strong>van</strong> één<br />
meter zijn voor Nederland geschat op 12.300 miljo<strong>en</strong> US-dollar, voor Pol<strong>en</strong> op<br />
1.400 miljo<strong>en</strong> US-dollar <strong>en</strong> voor Duitsland op 23.500 miljo<strong>en</strong> US-dollar (allemaal<br />
in dollarwaarde <strong>van</strong> 1990) (Bijlsma, 1996).<br />
C.10 Adaptatiekost<strong>en</strong> ontwikkelingsland<strong>en</strong><br />
Adaptatie mag dan in Nederland <strong>en</strong> andere delta’s in rijke westerse land<strong>en</strong> wel<br />
financierbaar zijn, volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t <strong>rapport</strong> <strong>van</strong> de Wereldbank (5) kunn<strong>en</strong> de<br />
adaptatiekost<strong>en</strong> als gevolg <strong>van</strong> e<strong>en</strong> mondiale temperatuurstijging <strong>van</strong> 2-3°C voor<br />
ontwikkelingsland<strong>en</strong> deze eeuw oplop<strong>en</strong> tot $ 40 miljard per jaar. De schatting<strong>en</strong><br />
variër<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>en</strong>kele miljard<strong>en</strong> tot $ 100 miljard per jaar. De financiële consequ<strong>en</strong>tie<br />
voor veel ontwikkelingsland<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> reductie <strong>van</strong> het Bruto Nationaal Product<br />
met 5-10%. Er bestaan ge<strong>en</strong> schatting<strong>en</strong> <strong>van</strong> de totale adaptatiekost<strong>en</strong> aan<br />
klimaatverandering. In de praktijk betek<strong>en</strong>t dit dat e<strong>en</strong> boer in Bangladesh zal<br />
moet<strong>en</strong> verhuiz<strong>en</strong> als de zeespiegel verder stijgt; er is ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele donor bereid<br />
dergelijke bedrag<strong>en</strong> op tafel te legg<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is de boer in Bangladesh niet<br />
in staat te verhuiz<strong>en</strong> door de <strong>en</strong>orme bevolkingsdichtheid <strong>en</strong> de slechte economische<br />
situatie. Dit geldt niet alle<strong>en</strong> voor de delta in Bangladesh (meer dan 17<br />
miljo<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>), maar voor de deltagebied<strong>en</strong> in vrijwel alle ontwikkelingsland<strong>en</strong>.<br />
168<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
D Refer<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> bibliografie<br />
De refer<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> bibliografie zijn t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de toegankelijkheid opgesplitst<br />
in e<strong>en</strong> vijftal rubriek<strong>en</strong>: reserves, kol<strong>en</strong>, olie, gas <strong>en</strong> uranium.<br />
D.1 Reserves<br />
Arnott, 2004<br />
R. Arnott<br />
Oil and Gas Reserves: Communication with the Financial Sector<br />
Briefing Paper SDP BP 04/02, Chatham House/ The Oxford Institute for Energy<br />
Studies<br />
October, 2004<br />
Adelman, 2004<br />
M.A. Adelman<br />
The Real Oil problem, Regulation<br />
Spring, 2004<br />
Bardi, 2005<br />
U. Bardi<br />
The Mineral Economy<br />
In : Energy policy 33, Elsevier 2005<br />
B<strong>en</strong>tly, 2006<br />
R.W. B<strong>en</strong>tley<br />
Global Oil and Gas Depletion - A letter to the Energy Modelling Community<br />
In : IAEE Newsletter, 2 nd Quarter 2006, pp. 6-14<br />
Campbell, 1997<br />
C.J. Campbell<br />
The Coming Oil Crisis<br />
Multi-Sci<strong>en</strong>ce Publishing Company, 1997<br />
Campbell, 1998<br />
C.J. Campbell, J.H. Laherrere<br />
The End of Cheap Oil<br />
In : Sci<strong>en</strong>tific American, March 1998<br />
Cairns, 2001<br />
R.D. Cairns, A.D. Graham<br />
Adelmans Rule and the Petroleum Firm<br />
In : The Energy Journal, 2001<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
169
CERA, 2005<br />
CERA<br />
Worldwide Liquids Capacity Outlook to 2010<br />
Cambridge Energy Research Associates, 2005<br />
Correljé, A.F., 2004<br />
De toekomstige beschikbaarheid <strong>van</strong> <strong>en</strong>ergie voor Nederland’ (The Future<br />
Availability of Energy to the Netherlands)<br />
Reeks: WRR Verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong> no. 5, Wet<strong>en</strong>schappelijke Raad voor<br />
Regereringsbeleid (WRR), D<strong>en</strong> Haag/ Amsterdam University Press, pp. 25-33,<br />
ISBN 90-5356-730-5<br />
European Union, 2005a<br />
Gre<strong>en</strong> paper: Toward a European Strategy for the Security of Energy Supply<br />
Office for Official Publications of the European Communities, 2005a<br />
http://europa.eu.int/comm/<strong>en</strong>ergy_transport/<strong>en</strong>/lpi_lv_<strong>en</strong>1.html<br />
Exxon, 2004a<br />
Energy Outlook to 2030<br />
Internet : www.Exxonmobile.com, 2004<br />
Exxon, 2004b<br />
Gasoline: A Global Market Meets Your Needs<br />
Internet : www.Exxonmobile.com, 2004<br />
Exxon, 2003<br />
Energy Beyond 2020<br />
Internet : www.Exxonmobile.com, 2003<br />
Exxon, 2002<br />
The Future of the Oil and Gas Industry<br />
Internet : www.Exxonmobile.com, 2002<br />
Geuns, 2005<br />
L. <strong>van</strong> Geuns, L. Gro<strong>en</strong><br />
Fossil Fuels Reserves and Alternatives – a sci<strong>en</strong>tific approach<br />
Royal Netherlands Academy of Arts and Sci<strong>en</strong>ces, 2005<br />
Gordon, 2005<br />
R.L. Gordon<br />
Viewing Energy Prospects Book review<br />
In : The Energy Journal 26.3, 2005<br />
Featherstone, 2005<br />
C. Featherstone<br />
The Myth of ‘Peak oil’<br />
Commodities Now, 19 October 2005<br />
http://www.mises.org/fullstory.aspx?Id=1717<br />
170<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
IEA, 1995<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
Supply Outlook 1995<br />
OECD/IEA, 1995<br />
IEA, several years<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
World Energy Outlook<br />
OECD/IEA, (several years)<br />
IEA, 2003a<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
Energy to 2050<br />
OECD/IEA, 2003<br />
http://www.iea.org/textbase/nppdf/free/2000/2050_2003.pdf<br />
Kaufmann, 1993<br />
G.M. Kaufmann<br />
Statistical issues in the assessm<strong>en</strong>t of undiscovered Oil and Gas Resources<br />
In : The Energy Journal, Volume 14 Number 1, 1993<br />
Kemp, 2005<br />
A.G. Kemp, A.S. Kasim<br />
Are decline rates really expon<strong>en</strong>tial?<br />
In : The Energy Journal Vol. 26 No. 1, 2005<br />
Kemp, 2003<br />
A.G. Kemp, A.S. Kasim<br />
An econometric model of oil and gas exploration developm<strong>en</strong>t and production in<br />
the UK contin<strong>en</strong>tal shelf: A system approach<br />
In : The Energy Journal vol 24 no.2., 2003<br />
Klett, 2004<br />
T.R. Klett, D.L. Gautier<br />
Reserves growth in oil fields of the North Sea<br />
In : Petroleum Geosci<strong>en</strong>ce PG620, 2004<br />
Lynch, 1992<br />
M.C. Lynch<br />
The fog of commerce: the failure of long-term oil market forecasting<br />
MIT, 1992<br />
Lynch, 2004<br />
M.C. Lynch<br />
A review of Expectations for long term <strong>en</strong>ergy<br />
In : The Journal of Energy Literature 2004<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
171
Lynch, 1996<br />
M.C. Lynch<br />
The long term petroleum outlook<br />
Testimony to the Subcommittee on Energy and Environm<strong>en</strong>t of the Committee on<br />
Sci<strong>en</strong>ce U.S. House of Repres<strong>en</strong>tatives ,March 14 1996<br />
http://www.house.gov/sci<strong>en</strong>ce/michael_lynch.htm<br />
Mitchell, 2004<br />
J. Mitchell<br />
Petroleum Reserves in Question<br />
Briefing Paper SDP BP 04/03, Chatham House/ The Oxford Institute for Energy<br />
Studies, October 2004<br />
Nicol, 2004<br />
P. Nicol, B. Rhodes, A. Crouch<br />
The Value of Oil and gas Reserves<br />
Oxford Energy Forum, August 2004, pp. 13-18<br />
Odell,<br />
P.R. Odell<br />
A guide to oil reserves and resources<br />
http://archive.gre<strong>en</strong>peace.org/climate/arctic99/reports/odell317.html<br />
Odell, 2004<br />
P.R. Odell<br />
World oil resources, reserves and production<br />
In : The Energy Journal Special issue, 1994<br />
Perrine, 2004<br />
C.H. Perrine<br />
A Second look at the real oil problem<br />
In : Regulation fall, pp 3-4<br />
Goldemberg, 2000<br />
J. Goldemberg (Ed)<br />
Energy and the chall<strong>en</strong>ge of sustainability<br />
World Energy Assessm<strong>en</strong>t, United Nations, 2000<br />
UNFC, 2001<br />
UN Economic and social council<br />
Key for the classification of reserves/resources<br />
Internet : http://www.natural-resources.org/minerals/CD/docs/regional/unece/<br />
misc/<strong>en</strong>ergy_2001_11.pdf<br />
Salehi-Isfahami, 1995<br />
D. Salehi-Isfahami<br />
Models of the oil market revisited<br />
In : The Journal of Energy Literature I.1, 1995<br />
172<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
D.2 Kol<strong>en</strong><br />
Tilton, 2003<br />
J.E. Tilton<br />
On borrowed time? Assessing the Threat of Mineral Depletion<br />
RFF press, 2003<br />
WEC, 2001<br />
World Energy Council<br />
Survey of <strong>en</strong>ergy resources<br />
Internet :<br />
http://www.world<strong>en</strong>ergy.org/wec-geis/publications/reports/ser/overview .asp<br />
WEC, 2000<br />
World Energy Council<br />
Energy for tomorrows world<br />
Internet : http://www.world<strong>en</strong>ergy.org/wec-geis/publications/reports/etwan/policy_<br />
actions/policy_actions.asp<br />
BP, 2006<br />
BP<br />
Statistical review of World Energy<br />
2006<br />
EIA, 2004<br />
Energy Information Administration<br />
Internet : http://www.eia.doe.gov/fuelcoal.html<br />
ELC, 2005<br />
Environm<strong>en</strong>tal Literacy Council<br />
Internet : www.<strong>en</strong>viroliteracy.org, December 2005<br />
IEA, 2006<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
World Energy Outlook 2006<br />
IEA, 2006<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
Key World Energy Statistics 2006<br />
Thomas, 2002<br />
Larry Thomas<br />
Coal Geology<br />
ISBN 0-471-48531-4; Chichester UK, 2002<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
173
D.3 Olie<br />
PWC, 2006<br />
Price Waterhouse Coopers<br />
The b<strong>en</strong>efits and defici<strong>en</strong>cies of <strong>en</strong>ergy sector liberalization<br />
In : World<strong>en</strong>ergy; February 2006<br />
World coal institute, 2005<br />
World coal institute<br />
The coal resource: a compreh<strong>en</strong>sive overview of coal<br />
Internet : http://www.worldcoal.org/assets_cm/files/PDF/thecoalresource.pdf<br />
World coal institute<br />
Internet : www.worldcoal.org<br />
World Energy Council<br />
Internet :<br />
http://www.world<strong>en</strong>ergy.org/wec-geis/publications/reports/ser/coal/coal.asp<br />
Adelman, 1982<br />
M. Adelman<br />
OPEC as a cartel<br />
In : J.M. Griffin, D.J. Teece<br />
OPEC Behavior and World Oil Prices<br />
Boston : All<strong>en</strong> and Unwin, 1982<br />
Adelman, 1990<br />
M.A. Adelman<br />
The 1990 Oil Shock is Like the Others<br />
In : The Energy Journal, Vol. 11, No. 4, pp 1-13<br />
Adelman, 1996<br />
M.A. Adelman<br />
The G<strong>en</strong>ie out of the Bottle: World Oil since 1970<br />
In : The MIT Pres, Cambridge, Massachusetts, London England, 1996<br />
Adelman, 2002<br />
M.A. Adelman<br />
World oil production & prices 1947-2000<br />
In : The Quarterly Review of Economics and Finance, Vol. 42, pp 169-191, 2002<br />
AER, 2005<br />
Algem<strong>en</strong>e Nederlandse Energieraad<br />
Gas voor Morg<strong>en</strong><br />
D<strong>en</strong> Haag : Algem<strong>en</strong>e Nederlandse Energieraad, 2005<br />
174<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Bielecki, 2000<br />
J. Bielecki<br />
Energy security: is the wolf at the door?<br />
In : The Quarterly Review of Economics and Finance 42, p. 235-250<br />
London : Elsevier Sci<strong>en</strong>ce, 2000<br />
Blair, 1978<br />
J.M. Blair<br />
The Control of Oil<br />
New York : Vintage books, 1978<br />
Bohi, 1996<br />
D.R. Bohi, M.A. Toman<br />
The economics of <strong>en</strong>ergy security<br />
Kluwer Academic Publishers<br />
Boston, Dordrecht, London : 1996<br />
BP, 1973-2006<br />
BP<br />
Statistical Review of World Energy<br />
1973, 1980, 1990, 1999, 2000, 2002, 2003, 2006<br />
Brookes, 2000a<br />
Brookes<br />
Energy effici<strong>en</strong>cy fallacies revisited<br />
In : Energy Policy, 28, 255-366, 2000<br />
Brookes, 2000b<br />
Brookes<br />
Energy effici<strong>en</strong>cy fallacies revisited - a postscript<br />
In : Energy Policy, 32, 945-947, 2000<br />
Claes, 2001<br />
D.H. Claes<br />
The Politics of oil-producer cooperation<br />
Boulder, Colorado : Westview Press, 2001<br />
Clark, 1997<br />
I. Clark<br />
Globalisation and Fragm<strong>en</strong>tation: International Relations in the Tw<strong>en</strong>tieth<br />
C<strong>en</strong>tury<br />
Oxford : Oxford University Press, 1997<br />
Clarke, 1990<br />
J.G. Clarke<br />
The Political Economy of World Energy: A Tw<strong>en</strong>tieth C<strong>en</strong>tury Perspective<br />
Wheatsheaf: Harvester, 1990<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
175
Correljé, 1994<br />
A.F. Correljé<br />
The Spanish Oil Industry: Structural Change and Modernization<br />
Amsterdam : Thesis Publishers, 1994 [PhD thesis]<br />
Correljé, 2003<br />
A. Correljé<br />
Cost B<strong>en</strong>efit Analysis of Security of Supply: Part1a: Definition of concepts and<br />
historical analysis<br />
Delft : Working paper Sectie Economie <strong>van</strong> Infrastructur<strong>en</strong>, Fac. TBM, TU Delft,<br />
August 2003<br />
Correljé, 2003<br />
A. Correljé, C. <strong>van</strong> der Linde, T. Westerwoudt<br />
Natural gas in the Netherlands, from Cooperation to Competition?<br />
Amsterdam/The Hague : Oranje-Nassau Groep/ CIEP, 2003<br />
Correljé, 2006a<br />
A. Correljé, C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Energy supply security and geopolitics: A European perspective<br />
In : Energy Policy, 34 (2006) 532–543, 2006<br />
Correljé, 2006b<br />
A. Correljé, L. <strong>van</strong> Geuns<br />
Signal<strong>en</strong> uit de oliemarkt: de juiste strategie op het juiste mom<strong>en</strong>t<br />
In : Internationale Spectator, 60, nr. 4 april 2006, 171-174, 2006<br />
Darmstadter, 1997<br />
J. Darmstadter, J. Dunkerley, J. Alterman<br />
How Industrial Societies Use Energy<br />
Baltimore/London : John Hopkins University Press, 1997<br />
Grayson, 1981<br />
L.E. Grayson<br />
National Oil Companies<br />
Chichester : John Wiley and Sons, 1981<br />
Gre<strong>en</strong>e, 1998<br />
D.L. Gre<strong>en</strong>e, D.W. Jones, P.N. Leiby<br />
The Outlook for US Oil Dep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ce<br />
In : Energy Policy, Vol. 26, no. 1, 1998<br />
Hamilton, 1986<br />
A. Hamilton<br />
Oil, The Price of Power<br />
London : Michael Joseph/Rainbird, 1986<br />
176<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Hammer, 1988<br />
A. Hammer<br />
Hammer, Witness to History<br />
London : Coronet, 1988<br />
Hans<strong>en</strong>, 2003<br />
S. Hans<strong>en</strong><br />
Pipeline Politics; the Struggle for Control of the Eurasian Energy Resources<br />
The Hague : CIEP, 2003<br />
Hartshorn, 1993<br />
J.E. Hartshorn<br />
Oil Trade, Politics and Prospects<br />
Cambridge : Cambridge University Press, 1993<br />
Harvey, 1988<br />
D. Harvey<br />
The Condition of Postmodernity: an Enquiry into the Origins of Cultural Change<br />
Oxford : Blackwell, 1988<br />
Hellema, 1998<br />
D. Hellema, C. Wiebes, T. Witte<br />
Doelwit Rotterdam: Nederland <strong>en</strong> de oliecrisis 1973-1974<br />
D<strong>en</strong> Haag : Sdu Uitgevers, 1998<br />
Helm, 1989<br />
D. Helm<br />
The Economic Borders of the State<br />
In : D. Helm (ed.)<br />
The Economic Borders of the State<br />
Oxford : Clar<strong>en</strong>don/OUP, 1989<br />
Helm, 2002<br />
D. Helm<br />
Energy policy: security of supply, sustainability and competition<br />
In : Energy Policy 30, pp. 173-184, 2002<br />
Helm, 2003<br />
D. Helm<br />
Energy, the State, and the Market: British Energy Policy since 1979<br />
Oxford University Press, 2003<br />
Jacoby. 1974<br />
N.H. Jacoby<br />
Multinational Oil, A Study in Industrial Dynamics<br />
New York : Macmillan Publishing Co., 1974<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
177
Jaffe, 2002<br />
A.M. Jaffe, R. Soligo<br />
The role of inv<strong>en</strong>tories in oil market stability<br />
The Quarterly Review of Economics and Finance, Vol. 42, p. 401-415, 2002<br />
Keohane, 1996<br />
R.O. Keohane<br />
The Theory of hegemonic Stability and Changes in International Economic<br />
Regimes, 1967-1977<br />
In : C. Roe Goddard, J.T. Passe-Smith, J.G. Conklin (eds.)<br />
International Political Economy, State-Market Relations in the Changing Global<br />
Order<br />
Boulder/London : Lynne Ri<strong>en</strong>ner Publishers, 1996<br />
Klare, 2001<br />
M.T. Klare<br />
Resource Wars – The New Landscape of Global Conflict<br />
Markham, Ontario : Metropolitan Books, 2001<br />
Kohl, 2002<br />
W.L. Kohl<br />
OPEC Behaviour, 1998-2001<br />
In : The Quarterly Review of Economics and Finance, Vol. 42, (2002), pp 209-<br />
233, 2002<br />
Kolstad, 2000<br />
Charles D. Kolstad<br />
Energy and Depletable Resources: Economics and Polic, 1973-1998<br />
In : Journal of Environm<strong>en</strong>tal Economics and Managem<strong>en</strong>t 39, 282-305, 2000<br />
Lefeber, 1987<br />
R. Lefeber, J.G. <strong>van</strong> der Linde<br />
Europese integratie vergt e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie(k) beleid<br />
In : Sociaal-Economische Wetgeving, Vol. 35, June 1987<br />
Luciani, 1984<br />
G. Luciani<br />
The Oil Companies and The Arab World<br />
London : Croom Helm, 1984<br />
Lynch, 2002<br />
M.C. Lynch<br />
Forecasting oil supply: theory and practice<br />
In : The Quarterly Review of Economics and Finance 42, pp. 373-389, 2002<br />
178<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Marcel, 2003<br />
V. Marcel, J.V. Mitchell<br />
Iraq’s Oil Tomorrow<br />
RIIA Paper, April 2003<br />
Morse, 1999<br />
E.L. Morse<br />
A New Economy of Oil?<br />
In : Journal of International Affairs, Vol. 53, no. 1, 1999<br />
Morse, 2001<br />
E.L. Morse, A.M. Jaffe<br />
Strategic Energy Policy Chall<strong>en</strong>ges for the 21st C<strong>en</strong>tury<br />
New York : Council on Foreign Relations, 2001<br />
Morse, 2002<br />
E.L. Morse, J. Richard<br />
The Battle for Energy Dominance’<br />
In : Foreign Affairs, Vol. 81, no. 2, 2002<br />
Nor<strong>en</strong>g, 2002<br />
O. Nor<strong>en</strong>g<br />
Crude Power, Politics and the Oil market<br />
London/New York : I.B. Tauris Publishers, 2002<br />
Odell, 1978<br />
P.R. Odell, L. Vall<strong>en</strong>illa<br />
The Pressures of Oil, a Strategy for Economic Survival<br />
In : London: Harper Row, 1978<br />
Odell, 1983<br />
P. Odell<br />
Oil and World Power<br />
Harmondsworth : P<strong>en</strong>guin Books, 1983<br />
Odell, 1997<br />
P.R. Odell<br />
The Global Oil Industry: The Location of Production – Middle East Domination or<br />
Regionalization<br />
In : Regional Studies, Vol. 31, 3, pp. 311-322, 1997<br />
Odell, 2001<br />
P.R. Odell<br />
Oil and Gas: Crisis and Controversies 1961-2000, Volume 1: Global Issues<br />
Br<strong>en</strong>twood : England: Multi Sci<strong>en</strong>ce Publishing Company Ltd., 2001<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
179
Odell, 2002<br />
P.R. Odell<br />
Oil and Gas: Crisis and Controversies 1961-2000, Volume 2: Europe’s<br />
Entanglem<strong>en</strong>t<br />
Br<strong>en</strong>twood, England : Multi Sci<strong>en</strong>ce Publishing Company Ltd., 2002<br />
Odell, 2006<br />
P.R. Odell<br />
The Response on the occasion of his acceptance of The Bi<strong>en</strong>nial OPEC Award –<br />
2006<br />
The Third OPEC International Seminar, Vi<strong>en</strong>na, Austria, September 12-15, 2006<br />
OPEC, 1997<br />
OPEC Annual Statistical Bulletin<br />
Parra (2003) Oil Politics: a modern history of petroleum, I.B. Taurus, London,<br />
1997<br />
Roncaglia, 1985<br />
A. Roncaglia<br />
The International Oil Market, a case of Trilateral Oligopoly<br />
Basingstoke : Macmillan, 1985<br />
Sampson, 1985<br />
A. Sampson<br />
The Sev<strong>en</strong> Sisters, the greatest companies and the world they made<br />
London : Coronet, 1985<br />
Schipper, 1992<br />
L. Schipper, S. Meyers<br />
Energy Effici<strong>en</strong>cy and Human Activity: Past Tr<strong>en</strong>ds, Future Prospects<br />
Cambridge : Cambridge University Press, 1992<br />
Schurr, 1984<br />
S.H. Schurr<br />
Energy Use, Technical Change, and Productive Effici<strong>en</strong>cy: An Economic-Historical<br />
Approach<br />
In : Annual Review of Energy, Vol. 9, 1984<br />
Shell, 2001<br />
Shell<br />
Energy Needs, Choices and Possibilities: Sc<strong>en</strong>arios to 2050<br />
Global Business Environm<strong>en</strong>t, Shell International, 2001<br />
Shell, 2005<br />
Shell International Limited<br />
Shell Global Sc<strong>en</strong>arios to 2025. The future business <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t: tr<strong>en</strong>ds, tradeoffs<br />
and choices<br />
Shell International Limited, London, 2005<br />
180<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Sinclair, 1984<br />
S. Sinclair<br />
The World Petroleum Industry, The Market for Petroleum and Petroleum<br />
Products in the 1980s<br />
London : Euromonitor Publications, 1984<br />
Skinner, 2006<br />
R. Skinner<br />
Strategies for Greater Energy Security and Resource Security, Background<br />
Notes<br />
Oxford : Oxford Institute for Energy Studies, June 2006<br />
Soligo, 1999<br />
R. Soligo, A.M. Jaffe<br />
China’s Growing Energy Dep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>ce: The Costs and Policy Implications of<br />
Supply Alternatives<br />
Baker Institute Working Paper, April 1999<br />
Stern, 2001<br />
J. Stern<br />
Traditionalists versus the new economy: Competing Ag<strong>en</strong>das for European Gas<br />
Markets to 2020<br />
In : Briefing Paper No. 26, 2001, Royal Institute of International Affairs, 2001<br />
Stern, 2002<br />
J. Stern<br />
The Security of European Natural Gas Supplies<br />
London : The Royal Institute for International Affairs, 2002<br />
Stev<strong>en</strong>s, 2005<br />
P. Stev<strong>en</strong>s<br />
Oil Markets<br />
In : Oxford Review of Economic Policy, Vol. 21, no. 1, pp. 19-42, 2005<br />
Stork, 1975<br />
J. Stork<br />
Middle East Oil and the Energy Crisis<br />
New York : Monthly Review Press, 1975<br />
Tug<strong>en</strong>dhat, 1975<br />
C. Tug<strong>en</strong>dhat, A. Hamilton<br />
Oil, the biggest business<br />
London : Eyre Methu<strong>en</strong>, 1975<br />
Turner, 1983<br />
L. Turner<br />
Oil Companies in the International System<br />
London : George All<strong>en</strong> & Unwin, 1983<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
181
Van der Linde, 1988<br />
J.G. <strong>van</strong> der Linde, R. Lefeber<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy Captures the Developm<strong>en</strong>t of European Community<br />
Energy Law<br />
In : Journal of World Trade, Vol. 22, no. 5, 1988<br />
Van der Linde, 1991<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Dynamic International Oil Markets, (dissertation)<br />
Amsterdam : University of Amsterdam, 1991<br />
Van der Linde, 1995<br />
C. <strong>van</strong> der Linde, P. <strong>van</strong> Bergeijk<br />
Economic Alliances, Cartel Instability, and the Future of OPEC<br />
In : Acta Politica, July 1995<br />
Van der Linde, 1999<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Van Zwart Goud naar Zwart Zaad<br />
In : Internationale Spectator, April 1999<br />
Van der Linde, 2000<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
The State and the International Oil Market, Competition and the Changing<br />
Ownership of Crude Oil Assets<br />
Boston, Dordrecht, London : Kluwer Academic Publishers, 2000<br />
Van der Linde, 2001<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Bakkelei<strong>en</strong> om Olie<br />
The Hague : Cling<strong>en</strong>dael, 2001<br />
Van der Linde, 2003<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Is Iraq a ‘Game Changer’?<br />
In : A. <strong>van</strong> Stad<strong>en</strong>, J. Rood, H. Labohm (eds.)<br />
Canons and Cannons, Cling<strong>en</strong>dael Views of Global and Regional Politics<br />
Ass<strong>en</strong> : Van Gorcum, forthcoming 2003<br />
V<strong>en</strong>n, 2002<br />
F. V<strong>en</strong>n<br />
The Oil Crisis<br />
London : Longman, 2002<br />
Verleger, 1990<br />
P.K. Verleger<br />
Understanding the 1990 Oil Crisis<br />
In : The Energy Journal, Vol. 11. No. 4, pp 15-33, 1990<br />
182<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
D.4 Gas<br />
Victor, 2003<br />
D.G. Victor, N.M. Victor<br />
Axis of Oil?<br />
In : Foreign Affairs, Vol. 82, no. 2, 2003<br />
Yergin, 1998<br />
D. Yergin, J. Stanislaw<br />
Commanding Heights, The Battle Betwe<strong>en</strong> Governm<strong>en</strong>t And The Marketplace<br />
That Is Remaking The Modern World<br />
New York : Touchstone, 1998<br />
Yergin, 1991<br />
D. Yergin<br />
The Prize<br />
New York : Simon & Schuster, 1991<br />
Zweiffel, 1995<br />
P. Zweiffel, S. Bonomo<br />
Energy security, coping with multiple risks<br />
In : Energy Economics, vol. 17, no. 3, p.179-183. London: Elsevier Sci<strong>en</strong>ce, 1995<br />
Adelman, 1962<br />
M.A. Adelman<br />
The Supply and Price of Natural Gas. Supplem<strong>en</strong>t to the Journal of Industrial<br />
Economics<br />
Oxford : Basil Blackwell, 1962<br />
Ar<strong>en</strong>ts<strong>en</strong>, 2003<br />
M.J. Ar<strong>en</strong>ts<strong>en</strong>, R.W. Künneke<br />
National reforms in Eureopean Gas<br />
Amsterdam : Elsevier, Amsterdam, 2003<br />
Boot, 2004<br />
M.G. Boot, F.A.M.Rijkers, B.F. Hobbs<br />
Trading in the.Downstream European Gas Market: A Successive Oligopoly<br />
Approach<br />
In : The Energy Journal, 25(3): 73-102, 2004<br />
BP, 2003<br />
BP<br />
Statistical Review of World Energy, June 2003: A consist<strong>en</strong>t and objective series<br />
of historical <strong>en</strong>ergy data<br />
London : BP (BP.com), 2003<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
183
CIEP, 2003<br />
CIEP<br />
The case for gas is not self-fulfilling<br />
The Hague : CIEP 01/2003, Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme,<br />
January 2003<br />
Chollet, 2001<br />
A. Chollet<br />
Russische Gasexporte für Westeuropa<br />
Berlin : Master Thesis at Free University, 2001<br />
Correljé, 1996<br />
A.F. Correljé, P.R. Odell<br />
The politics of European Gas: Dutch play for a return to C<strong>en</strong>tre-Stage<br />
In : Geopolitics of Energy, Issue 18, number 9, September, 1996, pp. 7-10,<br />
Calgary: The Canadian Energy Research Institute, 1996<br />
Energy Policy, 1997<br />
Energiebeleid, H. 13<br />
In : Aanpassing onder druk: Nederland <strong>en</strong> de gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de<br />
internationalisering [Adjustm<strong>en</strong>t under pressure: The Netherlands and the<br />
consequ<strong>en</strong>ces of globalization], (ed. W. Hout, M. Sie Dhian Ho), Ass<strong>en</strong> : Van<br />
Gorcum, pp. 165-178, 1997<br />
Correljé, 2001<br />
A.F. Correljé, P.R. Odell<br />
Four Decades of Groning<strong>en</strong> Production and Pricing Policies<br />
In : Netherlands Journal of Geosci<strong>en</strong>ces: Geologie <strong>en</strong> Mijnbouw, Vol. 80, (1),<br />
April 2001, pp. 137- 144<br />
Rogg<strong>en</strong>kamp, 2001<br />
M. M. Rogg<strong>en</strong>kamp, J.A.M. Bos, (Eds.)<br />
Dutch Natural Gas in Europe: Towards a competitive market?<br />
In : Energieliberalisatie in Nederland, Inters<strong>en</strong>tia Rechtswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, Antwerp<strong>en</strong>/Groning<strong>en</strong>,<br />
pp. 1-14, 2001<br />
Correljé, 2003<br />
A.F. Correljé, D. de Jong, J.G. <strong>van</strong> der Linde, C. Thönjes, T. Westerwoudt<br />
The case for gas is not self-fulfilling<br />
The Hague : CIEP 01/2003, Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme,<br />
January 2003<br />
Correljé, 1998<br />
A.F. Correljé<br />
Hollands Welvar<strong>en</strong>: De geschied<strong>en</strong>is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> Nederlandse bodemschat<br />
Hilversum : Teleac/Not, 1998<br />
184<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
Correljé, 2000<br />
A.F. Correljé, P.R. Odell<br />
Four Decades of Groning<strong>en</strong> Production and Pricing Policies and a View to the<br />
Future<br />
In : Energy Policy, 28, (1) pp. 19-27, 2000<br />
Correljé, 2003<br />
A.F. Correljé, J.C. <strong>van</strong> Der Linde, T. Westerwoudt<br />
Natural Gas in the Netherlands: From cooperation to competition?<br />
The Hague : CIEP, Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme/Oranje Nassau,<br />
CIEP, 2003<br />
Correljé, 2004<br />
A.F. Correljé, G. Verbong<br />
The Transition to Gas in the Netherlands, Break on through to the other side:<br />
Technological transitions to sustainability through system innovation (eds. Boelie<br />
Elz<strong>en</strong>, Frank Geels, K<strong>en</strong> Gre<strong>en</strong>)<br />
Chelt<strong>en</strong>ham UK : Edward Elgar, 2004<br />
Correljé, 2004<br />
A.F. Correljé<br />
Markets for Natural Gas<br />
In : Encyclopedia of Energy Volume 3. (ed. Cutler Cleveland), Academic Press<br />
Refer<strong>en</strong>ce Series, Elsevier Sci<strong>en</strong>ce, pp. 799-808, 2004<br />
Correljé, 2005<br />
A.F. Correljé<br />
Dilemmas in Network Regulation: The Dutch Gas Industry<br />
In : R. Künneke, J. Gro<strong>en</strong>eweg<strong>en</strong>, A. Correljé (eds.) Innovations in liberalized<br />
network industries: Betwe<strong>en</strong> private initiatives and public interest, Edward Elgar<br />
‘Adempauze biedt kans<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> veel beter Gasgebouw’, Het Financieel Dagblad,<br />
Energie: De gevolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de Vrije Markt, Special Edition with Universiteit<br />
Ny<strong>en</strong>rode, 15 januari 2003, nr 295, pp. 19-20<br />
Davis, 1984<br />
J.D. Davis<br />
Blue Gold: The Political Economy of Natural Gas. World Industries Studies 3.<br />
London : George All<strong>en</strong> & Unwin, 1984<br />
Estrada, 1995<br />
J. Estrada, A. Moe, K.D. Martins<strong>en</strong><br />
The Developm<strong>en</strong>t of European Gas Markets: Environm<strong>en</strong>tal, Economic and<br />
Political Perspectives<br />
Chichester : John Wily & Sons, 1995<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
185
EC, 2000a<br />
European Commission<br />
Gre<strong>en</strong> Paper - Towards a European Strategy for the Security of Energy Supply<br />
Luxembourg : Commission Docum<strong>en</strong>t COM (2000) 769 final, 2000<br />
EC, 2000b<br />
Energy Supply<br />
Luxembourg : Commission Docum<strong>en</strong>t COM (2000) 769 final, 2000<br />
Golombek, 1995<br />
R. Golombek, E. Gjelsvik, K.E. Ros<strong>en</strong>dahl<br />
Effects of Liberalizing the Natural Gas Markets in Western Europe<br />
In : The Energy Journal, 16(1): 85-111, 1995<br />
Golombek, 1998<br />
R. Golombek, E. Gjelsvik, K.E. Ros<strong>en</strong>dahl<br />
Increased Competition on the Supply Side of the Western European Natural Gas<br />
Market<br />
In : The Energy Journal 19(3): 1-18, 1998<br />
Grais, 1996<br />
W. Grais, K. Zh<strong>en</strong>g<br />
Strategic Interdep<strong>en</strong>dance in European East-West Gas Trade: A Hierarchical<br />
Stackelberg Game Approach<br />
In : The Energy Journal 17(3): 61-84, 1996<br />
Greer, 1982<br />
B.I. Greer, J.L. Russel<br />
European Reliance on Soviet Gas Exports: The Yamburg-Ur<strong>en</strong>goi Natural Gas<br />
Project<br />
In : The Energy Journal 3(3): 15-37, 1982<br />
Helm, 2005a<br />
D. Helm<br />
The assessm<strong>en</strong>t: The new <strong>en</strong>ergy paradigm<br />
In : Oxford Review of Economic Policy, Vol. 21, no. 1, pp. 1-13, 2005<br />
Helm, 2005b<br />
D. Helm<br />
European Energy Policy: Securing supplies and meeting the chall<strong>en</strong>ge of climate<br />
change<br />
Oxford : Paper prepared for the UK Presid<strong>en</strong>cy of the UK, 25 th of October 2005<br />
Hubert, 2004<br />
F. Hubert, S. Ikonnikova<br />
Strategic Investm<strong>en</strong>t and Bargaining Power in Supply Chains: A Shapley Value<br />
Analysis of the Eurasian Gas Market<br />
Berlin/Moscow : Discussion Paper, 2004<br />
186<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
IEA, 2002<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
Russia Energy Survey<br />
Paris : OECD, 2002<br />
IEA/OECD, 2002<br />
International Energy Ag<strong>en</strong>cy/Organization for Economic Co-operation and<br />
Developm<strong>en</strong>t (various issues)<br />
Energy Prices and Taxes<br />
Paris : IEA/OECD, 2002<br />
OMdL, 2002<br />
Observatoire Méditerrané<strong>en</strong> de l’Energie<br />
Assessm<strong>en</strong>t of Internal and External Gas Supply Options for the EU, Executive<br />
Summary<br />
Sophia-Antipolis : Study for the European Union, 2002<br />
J<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, 2003<br />
J.T. J<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
The LNG Revolution<br />
The Energy Journal 24 (2): 1-45, 2003<br />
J<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, 2004<br />
J.T. J<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
U.S. reliance on international liquefied natural gas supply : a policy paper<br />
prepared for the national commission on <strong>en</strong>ergy policy<br />
February, 2004, J<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Associates<br />
Juris, 1998a<br />
A. Juris<br />
The Emerg<strong>en</strong>ce of Markets in the Natural Gas Industry, Policy Research Working<br />
Paper 1895<br />
Washington : The World Bank, Private Sector Developm<strong>en</strong>t Departm<strong>en</strong>t, Private<br />
Participation in Infrastructure Group, 1998<br />
Juris, 1998b<br />
A. Juris<br />
Developm<strong>en</strong>t of Natural Gas and Pipeline Capacity Markets in the United States,<br />
Policy Research Working Paper 1897<br />
Washington : The World Bank, Private Sector Developm<strong>en</strong>t Departm<strong>en</strong>t, Private<br />
Participation in Infrastructure Group, 1998<br />
Mabro, 1999<br />
R. Mabro, I. Wybrew-Bond (eds.)<br />
Gas to Europe: The strategies of the Four Major Suppliers<br />
Oxford : Oxford University Press, 1999<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
187
MacAvoy, 2000<br />
P.W. MacAvoy<br />
The natural Gas market: Sixty years of regulation and deregulation<br />
New Hav<strong>en</strong>, London : Yale University Press, 2000<br />
Newbery, 2001<br />
D.M. Newbery<br />
Privatization, Restructuring and regulation of Network Utilities<br />
Cambridge MA : The MIT Press, 2001<br />
Odell, 2001<br />
P.R. Odell<br />
Oil and Gas: Crises and Controversies 1961–2000<br />
In : Vol. 1 Global Issues, Br<strong>en</strong>twood England: Multi Sci<strong>en</strong>ce Publishing Company<br />
Ltd., 2001<br />
Odell, 2002<br />
P.R. Odell<br />
Oil and Gas: Crises and Controversies 1961–2000<br />
In : Vol. 2 Europe’s Entanglem<strong>en</strong>t. Br<strong>en</strong>twood England: Multi Sci<strong>en</strong>ce Publishing<br />
Company Ltd., 2002<br />
Opitz, 2001<br />
P. Opitz, C. von Hirschhaus<strong>en</strong><br />
Ukraine as the Gas Bridge to Europe? Economic and Geopolitical Considerations<br />
In : Hoffmann, Lutz; Möllers, Felicitas (eds.): ‘Ukraine on the Road to Europe.’<br />
Heidelberg, New York: Springer, 149-165, 2001<br />
Peebles, 1980<br />
M.W.H. Peebles<br />
Evolution of the Gas Industry<br />
London : The MacMillan Press Ltd., 1980<br />
Perner, 2004<br />
J. Perner, A. Seeliger<br />
Impact of a Gas Cartel on the European Market - Selected Results from the<br />
Supply Model EUGAS<br />
In : Utilities Policy 12(4), 2004<br />
Stern, 1999<br />
J.P. Stern<br />
Soviet and Russian Gas: The Origins and Evolution of Gazprom’s Export<br />
Strategy<br />
In : R. Mabro; I. Wybrew-Bond (eds.)<br />
Gas to Europe: The Strategies of Four Major Suppliers<br />
Oxford : Oxford University Press, 135-200, 1999<br />
188<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
D.5 Uranium<br />
Stern, 2001<br />
J.P. Stern<br />
Traditionalists versus the New Economy: Competing ag<strong>en</strong>das for European gas<br />
markets to 2020<br />
London : Briefing Paper No. 26, November, Royal Institute of International<br />
Affairs, Energy and Environm<strong>en</strong>tal Programme, London, 2001<br />
Van der Linde, 2005<br />
C. <strong>van</strong> der Linde<br />
Energy in a Changing World, Eurasiagroup, Managing Strategic Surprise<br />
New York : September 2005<br />
Van der Linde, 2006<br />
C. <strong>van</strong> der Linde, A. Correljé, J. de Jong, C. Tönjes<br />
The paradigm change in international natural gas markets and the impact on<br />
regulation<br />
D<strong>en</strong> Haag : International Gas Union / Cling<strong>en</strong>dael International Energy<br />
Programme, CIEP 02/2006<br />
We<strong>en</strong>ink, 1999<br />
A. We<strong>en</strong>ink, A.F. Correljé<br />
The state and the <strong>en</strong>ergy sector in Russia’s transformation<br />
In : K. <strong>van</strong> Kersberg<strong>en</strong>, R.H. Lieshout, G. Lock (eds)<br />
Expansion and Fragm<strong>en</strong>tation: Internationalisation, Political Change and the<br />
Transformation of the Nation-State<br />
Amsterdam : Amsterdam University Press, pp. 145-160<br />
Weybrew-Bond, 2002<br />
I. Wybrew-Bond, J. Stern (eds.)<br />
Natural Gas in Asia: The Chall<strong>en</strong>ges of Growth in China, India, Japan and Korea<br />
Oxford : Oxford University Press, 2002<br />
Borssele, 2005<br />
Kernc<strong>en</strong>trale Borssele na 2013<br />
ECN-C- -05-094/NRG 21264/05.69766/C, November 2005<br />
Bs, 2002<br />
Besluit stralingbescherming<br />
In : Staatsblad 81, 2002<br />
CIEP, 2006<br />
Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme<br />
Uraniumwinning; Voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid, milieu- <strong>en</strong> gezondheidseffect<strong>en</strong> <strong>en</strong> rele<strong>van</strong>tie<br />
voor Nederland<br />
D<strong>en</strong> Haag : Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme, 2006<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
189
Diehl, 2006<br />
P. Diehl<br />
Reichweite der Uran-Vorräte der Welt<br />
Berlijn : Rapport voor Gre<strong>en</strong>peace Duitsland, Berlijn, januari 2006<br />
ECOINVENT, 2006<br />
Internet : http://www.ecoinv<strong>en</strong>t.ch<br />
EIA, 2006<br />
Energy Information Administration<br />
International Energy Outlook 2006<br />
Internet :<br />
http://www.eia.doe.gov/oiaf/ieo/pdf/electricity.pdf#search=%22iea%20electricity%<br />
20outlook%22<br />
EXTERNE, 2000<br />
Internet : http://externe.jrc.es/<br />
Gitzel, 2005<br />
T. Gitzel<br />
Chall<strong>en</strong>ging or Easy? Natural Uranium Availability to fuel a Nuclear R<strong>en</strong>aissance<br />
London : World Nuclear Association Nuclear Symposium, London, 7-9<br />
September 2005<br />
Maeda, 2006<br />
H. Maeda<br />
The Global Nuclear Fuel Market - Supply and Demand 2005 to 2030<br />
World Nuclear Association 2006<br />
Internet : http://www.world-nuclear.org/sym/2005/pdf/Maeda.pdf<br />
IAEA, 1993<br />
Uranium Extraction Technology<br />
W<strong>en</strong><strong>en</strong> : IAEA Technical Report Series No. 359, W<strong>en</strong><strong>en</strong>, 1993<br />
MIT, 2003<br />
Massachusetts Institute of Technology (MIT)<br />
The Future of Nuclear Power<br />
Cambridge : Massachusetts, Mudd, 2003<br />
IAEA, 2003<br />
Uranium Mining in Australia: Environm<strong>en</strong>tal impact, radiation releases and<br />
rehabilitation<br />
Page 179 of the proceedings of ‘Protection of the Environm<strong>en</strong>t from Ionizing<br />
Radiation: the Developm<strong>en</strong>t and Application of a System of Radiation Protection<br />
for the Environm<strong>en</strong>t<br />
W<strong>en</strong><strong>en</strong> : IAEA-CSP-17, IAEA, W<strong>en</strong><strong>en</strong>, May 2003<br />
190<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
NEA, 2000<br />
Radiological Impacts of Sp<strong>en</strong>t Nuclear Fuel Managem<strong>en</strong>t Options<br />
OECD/NEA, OECD, ISBN 92-64-17657-8 (2000)<br />
NEA, 2001<br />
OECD/NEA Expert Group on Tr<strong>en</strong>ds in the Nuclear Fuel Cycle<br />
Tr<strong>en</strong>ds in the Nuclear Fuel Cycle: Economic Environm<strong>en</strong>tal and Social<br />
Considerations<br />
OECD, 2001<br />
NEA, 2001<br />
Tr<strong>en</strong>ds in the nuclear fuel cycle : Economic, Environm<strong>en</strong>tal and Social Aspects<br />
Parijs : 2001<br />
NEA/IAEA, 2002<br />
Environm<strong>en</strong>tal Remediation of Uranium Production Facilities:<br />
A joint report by the OECD/NEA and the IAEA, OECD 2002<br />
NORM, 1997<br />
Radioactivity of combustion residues from coal fired power stations (VGB<br />
Duitsland <strong>en</strong> Saar Universiteit): Contribution to the proceedings of the<br />
International symposium on radiological problems with natural radioactivity in the<br />
Non-Nuclear Industry<br />
Amsterdam : September 1997<br />
NORM IV, 2004<br />
Bijdrage op bladzijde 512 <strong>van</strong> de proceedings <strong>van</strong> de ‘Naturally Occurring Radioactive<br />
Materials (NORM IV)<br />
Poland : May 2004, IAEA-TECDOC-1472<br />
NEA, 2006<br />
Nuclear Energy Ag<strong>en</strong>cy (NEA)<br />
Forty Years of Uranium Resources, Production and Demand in Perspective<br />
Parijs : 2006<br />
NEA/IAEA, 2006<br />
Nuclear Energy Ag<strong>en</strong>cy and International Atomic Energy Ag<strong>en</strong>cy<br />
Uranium 2005: Resources, Production and Demand<br />
Parijs : 2006<br />
SENES, 1998<br />
D.B. Chambers, L.M. Lowe, R.H. Stager<br />
Long-term population due to Radon from Uranium Mill Tailings<br />
www.world-nuclear.org/sym/1998/chambe.htm<br />
UNSCEAR, 2000<br />
http://www.unscear.org/docs/reports/annexc.pdf<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong><br />
191
WISE Uranium project, 2006<br />
http://www.wise-uranium.org<br />
World Nuclear Association, 2006<br />
Information briefs<br />
http://www.world-nuclear.org/info/printable_information_papers<br />
UIC 1999<br />
Uranium institute Information C<strong>en</strong>tre, 1999<br />
UNSCEAR, 2000<br />
Report of the United Nations Sci<strong>en</strong>tific Committee on the Effects of Atomic<br />
Radiation to the G<strong>en</strong>eral Assembly, 2000<br />
WNA, 2006<br />
World Nuclear Association, 2006, Information briefs<br />
http://www.world-nuclear.org/info/printable_information_papers<br />
192<br />
Zoek<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> winn<strong>en</strong>
CE Oplossing<strong>en</strong> voor milieu, economie <strong>en</strong> technologie<br />
CE Delft<br />
CE Delft is e<strong>en</strong> onafhankelijk onderzoeks- <strong>en</strong> adviesbureau, gespecialiseerd in het<br />
ontwikkel<strong>en</strong> <strong>van</strong> innovatieve oplossing<strong>en</strong> <strong>van</strong> milieuvraagstukk<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />
oplossing<strong>en</strong>: beleidsmatig haalbaar, technisch onderbouwd, economisch verstandig, maar<br />
ook maatschappelijk rechtvaardig.<br />
De circa 35 gespecialiseerde ing<strong>en</strong>ieurs, econom<strong>en</strong>, filosof<strong>en</strong> <strong>en</strong> milieukundig<strong>en</strong> will<strong>en</strong> graag<br />
dat hun werk werkelijk resulteert in verandering. Dat vereist professionaliteit, creativiteit én<br />
de durf om problem<strong>en</strong> onorthodox te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Financiële resultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> volledig<br />
geïnvesteerd in vergroting <strong>van</strong> de eig<strong>en</strong> deskundigheid. Inhoudelijke resultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij<br />
voorkeur op<strong>en</strong>baar gemaakt. CE Delft wil zijn k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> graag del<strong>en</strong>.<br />
Thema’s waarop CE Delft onderzoek uitvoert zijn onder meer productie <strong>van</strong> elektriciteit &<br />
warmte, efficiënt <strong>en</strong>ergiegebruik, bio-<strong>en</strong>ergie, klimaatbeleid, biobrandstoff<strong>en</strong>, verkeer &<br />
Klimaat <strong>en</strong> luchtkwaliteit.<br />
CE Delft is goed ingevoerd in zowel de inhoudelijke thema's als in de rele<strong>van</strong>te<br />
beleidsnetwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> bedrijv<strong>en</strong>, overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatschappelijke organisaties. E<strong>en</strong> breed<br />
scala aan opdrachtgevers (overhed<strong>en</strong>, bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> maatschappelijke organisaties, zowel<br />
Nederlandse als internationale) weet de weg naar CE Delft te vind<strong>en</strong>.<br />
Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme (CIEP)<br />
Het Cling<strong>en</strong>dael International Energy Programme (CIEP) is aangeslot<strong>en</strong> bij het Nederlands<br />
<strong>Instituut</strong> voor Internationale Betrekking<strong>en</strong> Cling<strong>en</strong>dael. Het CIEP opereert als onafhankelijk<br />
forum voor overhed<strong>en</strong>, NGO's, bedrijv<strong>en</strong>, de private sector, media, politici <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> met<br />
interesse in verandering<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> in de <strong>en</strong>ergie sector. CIEP organiseert<br />
seminars, confer<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> ronde tafel gesprekk<strong>en</strong>. De onderzoeks- <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>ag<strong>en</strong>da <strong>van</strong><br />
het CIEP conc<strong>en</strong>treert zich op drie thema’s:<br />
De regulering <strong>van</strong> de <strong>en</strong>ergiemarkt<strong>en</strong> (olie, gas, elektriciteit) in de Europese Unie;<br />
De internationale economische <strong>en</strong> geo-politieke aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de olie- <strong>en</strong> gasmarkt<strong>en</strong>, in<br />
het bijzonder met betrekking tot de Europese voorzi<strong>en</strong>ingszekerheid;<br />
Energie <strong>en</strong> duurzame ontwikkeling.<br />
De medewerkers <strong>van</strong> het CIEP gev<strong>en</strong> lezing<strong>en</strong> over verschill<strong>en</strong>de onderwerp<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />
veelheid aan cursuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> trainingsprogramma’s.
Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek<br />
Het Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek is e<strong>en</strong><br />
onafhankelijke <strong>en</strong> autonome instelling verbond<strong>en</strong> aan het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t, die de<br />
maatschappelijke aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> technologische ontwikkeling<strong>en</strong> onderzoekt.<br />
Dit gebeurt op basis <strong>van</strong> studie, analyse <strong>en</strong> het structurer<strong>en</strong> <strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong> <strong>van</strong> het maatschappelijk<br />
debat. Het viWTA observeert wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> technologische ontwikkeling<strong>en</strong> in binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />
buit<strong>en</strong>land <strong>en</strong> verricht prospectief onderzoek over deze ontwikkeling<strong>en</strong>. Op basis <strong>van</strong> deze<br />
activiteit<strong>en</strong> informeert het viWTA doelgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> verle<strong>en</strong>t het advies aan het Vlaams Parlem<strong>en</strong>t.<br />
Op die manier wil het viWTA bijdrag<strong>en</strong> tot het verhog<strong>en</strong> <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>van</strong> het maatschappelijk<br />
debat <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> beter onderbouwd besluitvormingsproces.<br />
De heer Robert Voorhamme is voorzitter <strong>van</strong> de Raad <strong>van</strong> Bestuur <strong>van</strong> het viWTA. De heer Jean-<br />
Jacques Cassiman is ondervoorzitter.<br />
De Raad <strong>van</strong> Bestuur <strong>van</strong> het viWTA bestaat uit:<br />
De heer Jaak Gabriels;<br />
De heer Eloi Glorieux;<br />
Mevrouw Kathle<strong>en</strong> Hels<strong>en</strong>;<br />
De heer Jan Peumans;<br />
De heer Erik Tack;<br />
Mevrouw Monica Van Kerrebroeck;<br />
Mevrouw Marle<strong>en</strong> Van d<strong>en</strong> Eynde;<br />
De heer Robert Voorhamme<br />
als Vlaams Volksverteg<strong>en</strong>woordigers;<br />
De heer Paul Berckmans;<br />
De heer Jean-Jacques Cassiman;<br />
De heer Stefan Gijssels;<br />
Mevrouw Ilse Loots;<br />
De heer Harry Mart<strong>en</strong>s;<br />
De heer Freddy Mortier;<br />
De heer Nicolas <strong>van</strong> Larebeke-Arschodt;<br />
Mevrouw Irèna Veret<strong>en</strong>nicoff<br />
als verteg<strong>en</strong>woordigers <strong>van</strong> de Vlaamse wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> technologische wereld<br />
Vlaams <strong>Instituut</strong> voor Wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>en</strong> Technologisch Aspect<strong>en</strong>onderzoek - viWTA<br />
Directeur: Robby Berloznik.<br />
Vlaams Parlem<strong>en</strong>t<br />
B-1011 Brussel<br />
Belgium<br />
Tel: +32 (0)2 552 40 50<br />
Fax: +32 (0)2 552 44 50<br />
viwta@vlaamsparlem<strong>en</strong>t.be<br />
website: www.viwta.be<br />
Verantwoordelijke uitgever: Robby Berloznik – viWTA – Vlaams Parlem<strong>en</strong>t – 1011 Brussel