Cultuurhistorische inventarisatie centrum Coevorden - Planviewer
Cultuurhistorische inventarisatie centrum Coevorden - Planviewer
Cultuurhistorische inventarisatie centrum Coevorden - Planviewer
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Cultuurhistorische</strong> <strong>inventarisatie</strong> <strong>centrum</strong> <strong>Coevorden</strong>; gemeente <strong>Coevorden</strong> (provincie Drenthe)<br />
RAAP-rapport 968 / eindversie 07-01-2004<br />
R A A P<br />
Met betrekking tot het kasteel blijven er twee intrigerende vragen over: wanneer<br />
werd het eerste kasteel gebouwd en hoe zag dat er uit. Op de eerste vraag is<br />
nauwelijks antwoord te geven. Reeds voordat de bisschop in 1024 Graaf van<br />
Drenthe werd, moet de voorde bij <strong>Coevorden</strong> van groot strategisch belang zijn<br />
geweest. Van het spel van macht en kracht op regionaal niveau is echter niets<br />
bekend. Of er bij de voorde reeds voor 1024 een versterking aanwezig was, blijft<br />
speculeren. Sterker nog: het is niet bekend of er in die tijd al een nederzetting<br />
aanwezig was. Wat wel verwacht mag worden, is dat de bisschop direct na de<br />
verwerving van het graafschap Drenthe zijn bezit en de strategische noord-zuid<br />
georiënteerde verbinding bij <strong>Coevorden</strong> veilig wilde stellen door de aanleg van<br />
een versterking. Mogelijk is dit direct al in de vorm van een zogenaamd chateau<br />
à motte geweest (een kasteel op een -kunstmatige- heuvel). Deze motte is nog<br />
steeds duidelijk herkenbaar, met name vanaf de Weeshuisstraat. Op basis van de<br />
datering van het (tegenwoordige) oudste bouwdeel van het kasteel (het steenhuis<br />
in het midden van het huidige gebouw) kan geconcludeerd worden dat de motte<br />
in de 13e eeuw (de datering van het steenhuis) er in ieder geval al lag, terwijl<br />
de vroegste vermelding van het kasteel (1143) doet vermoeden dat de motte ook<br />
toen al aanwezig was, te meer daar dit een gebruikelijk type versterking was in<br />
die periode (vergelijk bijvoorbeeld de burchten van Kuinre en de waterburcht te<br />
Eelde). Het blijft in dit geval spijtig dat de archeologische onderzoeken door<br />
Renaud niet tot publicatie hebben geleid. Nu is niet bekend of er dateerbaar<br />
vondstmateriaal uit de motte tevoorschijn is gekomen. De opgravingstekeningen<br />
van Renaud zijn als figuren 1 en 2 in dit rapport opgenomen. Wel bleek uit het<br />
onderzoek door Renaud dat de motte omgeven was door een gracht die pal tegen<br />
het kasteel aan lag. De enorme breedte van de gracht (misschien betreft het een<br />
aantal parallelle, smallere grachten) blijkt vooral uit onderhavig booronderzoek<br />
(zie § 2.2 en kaartbijlage 1). Janssen (1972) veronderstelt voorzichtig dat de<br />
motte bij de aanpassingen/nieuwbouw van het kasteel na het gedwongen vertrek<br />
van Reinoud IV verlaagd zou kunnen zijn. Dit lijkt geen juiste veronderstelling<br />
vanwege de aanwezigheid van het bouwdeel (woontoren) uit de 13e eeuw in het<br />
huidige kasteel. Deze zou immers bij verlaging moeten zijn afgebroken. Meer<br />
voor de hand liggend is een uitbreiding van de motte om plaats te bieden aan<br />
de bredere opzet van de nieuw op te trekken gebouwen. Bij deze uitbreiding is<br />
vermoedelijk een deel van de gracht opgevuld om een breder bouwplateau (podium)<br />
te creëren. Deze veronderstelling laat zich voorzichtig afleiden uit de opgravingsplattegrond<br />
van Renaud (figuren 1 en 2): de woontoren uit de 13e eeuw lag<br />
exact in het <strong>centrum</strong> van de ringvormige gracht, terwijl de jongere, ronde toren<br />
gedeeltelijk ‘over’ de gracht lijkt te zijn gebouwd. Dit veronderstelt een gedeeltelijke<br />
demping van de gracht toen de toren werd gebouwd. Een fraaie afbeelding<br />
van het kasteel is opgenomen op de stadsplattegrond van Jacob van Deventer uit<br />
circa 1550 (figuur 3). Het kasteel, inclusief bijgebouwen, is omgeven door een<br />
ronde gracht. Deze is aanmerkelijk smaller dan uit het booronderzoek blijkt (zie<br />
§ 2.3); dit bevestigt de veronderstelling dat de aanvankelijk brede gracht bij de<br />
uitbreiding van het kasteel werd versmald en misschien zelfs iets naar ‘buiten’<br />
werd gelegd om plaats te maken voor een groter podium. Ook is op de kaart van<br />
Van Deventer zichtbaar dat de bijgebouwen (voorburcht) nog deels afgescheiden<br />
[13]