Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tijdens de VIII European Conference on Traumatic Stress <strong>22</strong>-<br />
25 mei Berlijn 2003, werd door Ulrich Sachsse de workshop:<br />
"Disstress systems of human beings: Consequences for PTSD<br />
therapy strategies" gepresenteerd.<br />
In deze workshop werd een uiterst interessante theorie over<br />
verschil- lende disstress-systemen bij de mens uiteengezet,<br />
gebaseerd op het boek Biologie der Angst van Jaak Panksepp,<br />
en op werk van Allan M. Schore. Deze theorie is controversieel<br />
en niet geaccepteerd door andere onder- zoekers, die<br />
overwegend uitgaan van één disstress-regulatie systeem. Voor<br />
mij is de theorie echter <strong>voor</strong>al daarom interessant omdat die<br />
over- eenkomt met de klinische ervaring, met kennis en met<br />
onderzoeks- gegevens vanuit verschillende richtingen. De<br />
theorie zou de stukjes van de puzzel theoretisch zo mooi<br />
kunnen verbinden. Daarover later meer. Eerst de theorie zelf.<br />
In de hersenen zijn verschillende centra van agressie<br />
gelokaliseerd. Territoriale agressie, maternale agressie,<br />
agressie bij seksuele rivaliteit of bij een gevecht om voedsel<br />
wordt vanuit verschillende plekken in de hersenen gereguleerd.<br />
Panksepp stelt dat er tenminste twee disstress-systemen zijn<br />
en hij maakt onderscheid tussen het Panieksysteem en het<br />
Angstsysteem. Dit komt overeen met wat uit onderzoek en<br />
praktijk al langer bekend is: namelijk dat je angst pas kan<br />
behandelen als de anxiety (dat wil zeggen de acute angst)<br />
teruggebracht is.<br />
Paniek treedt alleen op in vreemde situaties, men voelt zich<br />
klein, hulpeloos als een kind, en de distress wordt<br />
gevocaliseerd door piepen, huilen, schreeuwen. Deze<br />
vocalisaties (dv’s = distress vocalisaties) kun je als<br />
onderzoeker tellen. Voor de meeste mensen uit de omgeving<br />
zijn deze geluiden onprettig; ze geven stress en hebben als<br />
functie “moeder” of “de kudde” te activeren.<br />
Het panieksysteem is gericht op verbondenheid en relatie.<br />
Door “moeders" aanraking en warmte verdwijnt de paniek. Een<br />
moeilijkheid kan ontstaan als moeder angstig reageert en niet<br />
om kan gaan met de stressor.<br />
Muziek, geuren, een spiegel, nicotine, heroïne en andere<br />
opiaten kunnen moeders functie psychologisch en/of<br />
fysiologisch overnemen als het er om gaat het panieksysteem<br />
tot rust te brengen.<br />
Dv’s kunnen geproduceerd worden door elektrische stimulatie<br />
op drie plaatsen: de hersenstam, het limbische systeem, en<br />
de cortex. Bij de moederbinding en de sociale “kuddebinding”<br />
zijn dezelfde centra actief, waarbij als vuistregel geldt: hoe<br />
meer opioïde in de hersenen van een organisme wordt<br />
aangemaakt, hoe meer kuddevorming; ook het omge- keerde<br />
geldt. Dit mechanisme ontbreekt bij<strong>voor</strong>beeld bij roofdieren.<br />
Bij kuddedieren blijft het panieksysteem reactief.<br />
Symptomen van paniek zijn verbonden met het<br />
parasympathische autonome zenuwstelsel: keel dicht, druk op<br />
de borst, verhoogde darm- mobiliteit, aandrang om te plassen,<br />
weke knieën.<br />
Angst treedt op als een situatie als gevaarlijk wordt<br />
beoordeeld. De bekende fight-flight reactie treedt op. De<br />
adrenaline stroomt toe, de hartslag en de bloedruk gaan<br />
omhoog, bloedsuiker wordt gemobiliseerd en de spierspanning