Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Bulletin 22 - Vereniging voor Klinische Psychotherapie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Er zijn twee geheugensystemen:<br />
- het expliciete geheugen<br />
- het impliciete geheugen.<br />
Het expliciete geheugen betreft het opslaan van<br />
gebeurtenissen. In de hersenen zijn de hippocampus en de<br />
frontale schors hierbij van groot belang. De hippocampus is<br />
eerst op vier jarige leeftijd volgroeid. Dat betekent dat er vóór<br />
die leeftijd geen bewuste herinnering kan zijn. Men spreekt<br />
hierbij van infantiele amnesie. Freud meende dat er sprake<br />
was van verdringing. Maar wanneer iemand dus een<br />
herinnering vertelt over iets wat op tweejarige leeftijd plaats<br />
vond dan kan hij dat niet uit eigen herinnering weten, maar<br />
alleen doordat bij<strong>voor</strong>beeld iemand dat later heeft verteld.<br />
Het impliciete geheugen betreft de verdringingsfantasieën.<br />
Hierbij zijn mentale inhouden weggemaakt. Dat kan dus na het<br />
vierde levensjaar een rol gaan spelen. Welke oorzaken kunnen<br />
een rol spelen als bepaalde geheugeninhouden niet meer<br />
beschikbaar zijn.<br />
- Bij de opslag vindt selectiviteit plaats. Bij slechte<br />
aandacht is de opslag minder goed en bij goede aandacht is de<br />
opslag beter. Bij dit laatste speelt adrenaline een rol.<br />
- Bij stress is de opslag minder goed.<br />
- De herinneringscontext van het actuele moment speelt<br />
een rol. Bepaalde herinneringen komen alleen weer<br />
beschikbaar in een bepaalde situatie. Bij<strong>voor</strong>beeld bij een<br />
reunie. Of naar aanleiding van zogenoemde<br />
herinneringswachtwoorden.<br />
- Er kan ook sprake zijn van ophaalremming. Daarmee<br />
wordt bedoeld dat het in herinnering brengen van bepaalde<br />
dingen geremd wordt onder invloed van andere herinneringen.<br />
- Men kan ook het vergeten van dingen bevorderen door<br />
vermijdingsgedrag. Bij<strong>voor</strong>beeld kan iemand gebeurtenissen<br />
uit de oorlog vergeten en dit vergeten versterken door geen<br />
krant te lezen of geen radionieuws te beluisteren.<br />
- Het verdringen.<br />
Ladan illustreert bovenstaande met het <strong>voor</strong>lezen van enkele<br />
fragmenten uit de roman 'Austerlitz' van W.G. Sebald.<br />
Hij oppert verder dat verdringen soms wellicht opgeheven<br />
wordt doordat herinneringswachtwoorden helpen de<br />
herinnering weer naar boven te halen.<br />
Wat de biologische kant betreft is het zo dat het<br />
herinneringsproces in de precuneus begint. In de frontale kwab<br />
is een controlesysteem. Die laat de herinnering door of<br />
blokkeert deze. Ladan oppert dat bij verdringing dit<br />
controlesysteem wellicht werkzaam is.<br />
Herinnering en fantasie.<br />
'Iedere waarneming is een daad van creatie, iedere herinnering<br />
is een daad van verbeelding'. Aldus een uitspraak van Edelman<br />
en Tononi.<br />
Bij het creëren van herinneringen spelen verschillende<br />
aspecten een rol:<br />
- De herinneringscontext van dit moment (present<br />
remembering context), dus van het moment dat men zich iets<br />
tracht te herinneren.<br />
- De terugkijkvertekening. Als men ergens op terug kijkt<br />
wordt het beeld vertekend.<br />
- Een egocentrische vertekening; een herinnering in<br />
eigen <strong>voor</strong>deel worden vertekend.