Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland
Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland
Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
© Ton van de Coevering<br />
Onweer<br />
PRAKTIJK<br />
Het is broeierig heet als ik ‘s avonds de dienst in ga. De weers<strong>voor</strong>spellingen<br />
beloven dan ook niet veel goeds; flinke onweersbuien. “Hopelijk zal het niet te<br />
erg tekeer gaan” denk ik nog. Dan gaat de diensttelefoon. Het is Mohammed;<br />
Semira, zwanger van haar tweede kindje, heeft weeën.<br />
Een minuut of tien later sta ik in de slaapkamer van de familie. Semira vangt net<br />
een wee op. “Hoi, het gaat goed hè” zeg ik, “maar wat een nacht om te<br />
bevallen”. Semira knikt en lacht. “Je hebt helemaal gelijk” zegt ze, “maar deze<br />
weeën verdwijnen echt niet meer!” Na het toucheren bevestig ik elk woord van<br />
Semira; deze baby wordt vannacht geboren!<br />
Wanneer de kraamverzorger een uurtje later arriveert, heeft Semira een nette<br />
zeven centimeter. Het vruchtwater is mooi<br />
helder. Het duurt dan ook niet lang of Semira<br />
mag gaan persen.<br />
Maar dan valt de tot nu toe zo vlotte bevalling<br />
plotseling stil. Semira krijgt nauwelijks persdrang.<br />
“Dit klopt niet” denk ik. Het kindje lijkt ook<br />
niks dieper te komen. “Gelukkig hebben we<br />
prima cortonen” denk ik nog. Ik besluit het<br />
nog heel even aan te zien.<br />
Helaas verandert er niet veel in de minuten<br />
erna. Net wanneer ik besluit Semira te vertellen<br />
dat we beter naar het ziekenhuis kunnen gaan<br />
hoor ik een daling in de hartslag van het kindje.<br />
Niet dramatisch en gelukkig met herstel. “Semira zou je nog een keer met alle<br />
kracht kunnen persen?!” roep ik “Het zou fijn zijn als je kindje hier thuis geboren<br />
zou kunnen worden.” Ik zie dat Semira haar best doet, maar het levert geen enkel<br />
resultaat op. Als ik de doptone er weer op zet zijn de cortonen slecht, heel slecht.<br />
Dan gaat het snel; ambulance en collega worden in een paar luttele seconde<br />
gebeld. Mohammed schrikt, ziet mijn bezorgde blik. Gelukkig hoor ik mijn<br />
collega enkele minuten later binnenstappen. “Slechte cortonen, geen enkele<br />
vordering, matige weeën, waarschijnlijk groot kind, ambulance is gebeld,<br />
dwarsbed, epi, expressie, ritgen!” roep ik.<br />
In een roes werken we samen. Semira perst of haar leven ervan afhangt. Een<br />
minuut of zes later wordt het hoofdje geboren, maar het kindje zit vast, muurvast.<br />
Vlug wordt Semira omgedraaid. Dan wordt het doodstil in de kamer. Het lijkt een<br />
eeuwigheid te duren maar plots voel ik het armpje, beweeg het naar voren en<br />
voel beweging komen in het kindje. Ik hoor de opluchting om mij heen. Deze<br />
vreugde duurt maar heel kort; een groot jongetje wordt levenloos geboren. In<br />
een flits haal ik een strakke omstrengeling van zijn nek. Wanneer ik me omdraai<br />
zie ik mijn collega al met de zuurstof klaarstaan.<br />
Hoe lang ik heb beademd weet ik niet meer, maar ineens was het daar, uit het<br />
niets, een hele diepe ademteug en twee kleine oogjes die open gingen! “Het<br />
gaat echt goed met hem!” hoor ik mijn collega zeggen. Ik wist het, ik zag het,<br />
maar ik was de woorden kwijt.<br />
Als ik opkijk, zie ik in de ravage twee ambulancebroeders binnenstappen. Terwijl<br />
ik buiten in alle hevigheid de onweersbui hoor losbarsten, pak ik het krijsende<br />
jongetje op en geef hem aan Semira, die met een verbijsterde blik en uitgestrekte<br />
armen haar zoon aanpakt. n<br />
Beppie Benschop<br />
TvV februari 2012 • KNOV 49