Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland

Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland Tijdschrift voor Verloskundigen - Cross Media Nederland

crossmedianederland.com
from crossmedianederland.com More from this publisher
17.09.2013 Views

36 Sociaal-economische ongelijkheid bij aangeboren afwijkingen Smith L, Budd L, Field D et al. Socioeconomic inequalities in outcome of pregnancy and neonatal mortality associated with congenital anomalies: population based study. BMJ 2011;343:d4306 Onderzoekers bestudeerden het effect van variatie in zwangerschapsafbrekingen voor aangeboren afwijkingen op daaraan gerelateerde neonatale sterfte. Zij analyseerden retrospectief alle geregistreerde gevallen tussen 1998 en 2007 in Engeland van negen geselecteerde aangeboren afwijkingen met slechte prognoses. In deze periode werden 1.579 foetussen met een aangeboren afwijking geregistreerd. Daarbij was er geen verschil in prevalentie tussen de meest en minst achtergestelde buurten (90 e percentiel). De meeste afwijkingen (86%) werden vóór de geboorte gedetecteerd. Zelfs na jaren onderzoek blijft preeclampsie (PE) een moeilijk te voorspellen zwangerschapscomplicatie. Onderzoekers van het VUmc in Amsterdam hebben onderzocht of de eerste trimester concentratie van de placenta groeifactor (PIGF) en pregnancy­associated protein­A (PAPP­A) als screenings markers te gebruiken zijn voor een vroeg optredende PE en intra uteriene groeiretardatie (IUGR). Voor het onderzoek werden tussen januari 2006 en december 2008 23 vrouwen met vroege PE (

Eind november vorig jaar werden in Engeland de resultaten gepresenteerd van de Birthplace study, een groot opgezette studie naar de uitkomsten van de zwangerschap in relatie tot de geplande plaats van bevalling [Birthplace in England collaborative group 2011]. de studie kreeg veel aandacht; ook in het Tijdschrift voor Verloskundigen en op de KNOV website [jans s, 2011]. Vooral de resultaten van de prospectieve cohortstudie werden besproken. de Birthplace onderzoekers voerden echter nog drie andere studies uit: een inventarisatie van de beschikbare verloskundige zorg in Engeland (de zgn. Mapping study); een kosteneffectiviteitsstudie en een kwalitatieve studie. de zorg in kaart De Mapping study is uitgevoerd om inzicht te krijgen in hoe de verloskundige zorg in Engeland is georganiseerd en waar het aanbod van zorg uit bestaat; door wie en waar wordt zorg aan zwangeren gegeven? Uit de studie blijkt een grote verscheidenheid in het verloskundig zorgaanbod in Engeland. Hoewel het aantal geboortecentra in Engeland is gestegen, bevallen de meeste vrouwen (95%) in zogenaamde obstetric units (OU). Een kwart van deze obstetrische afdelingen doet meer dan 4000 bevalling per jaar! Het aantal midwifery led units is wel gestegen tussen 2007 en 2010 maar deze verloskundige centra zijn nog lang niet in alle regio’s beschikbaar. Ook tussen de verloskundige geboortecentra zijn veel verschillen: er wordt onderscheid gemaakt tussen Alongside Midwifery-led Units (AMU) en Free standing Midwifery Units (FMU). Het verschil tussen al deze organisatievormen zit voornamelijk in twee dingen: wie is er verantwoordelijk voor de gegeven zorg en waar is de afdeling gesitueerd? In een OU hebben de gynaecologen de eindverantwoordelijkheid voor de zorg aan zowel hoog- als laag-risico zwangeren. Een team van artsen en verloskundigen verleent er de zorg en OU’s zijn altijd gelegen in het ziekenhuis. In AMU’s en FMU’s zijn de verloskundigen eindverantwoordelijk voor de gegeven zorg aan laagrisico zwangeren; een AMU is gesitueerd in het ziekenhuis in de buurt van de OU en heeft daarom gemakkelijk toegang tot tweedelijns zorg; een FMU is gesitueerd buiten het ziekenhuisterrein. Bij verwijzing moet de zwangere vrouw per auto of per ambulance vervoerd worden naar een OU. ONDERWIJS Birthplace: meer dan een cohort studie Suze Jans is lid van de redactie Er is altijd veel discussie geweest of een geboortecentrum de vorm van een AMU of een FMU zou moeten hebben. Ook in Nederland wordt deze discussie gevoerd. Vooral het verplaatsen van de zwangere bij complicaties, wordt naar voren gebracht als een bezwaar bij FMU’s. Birthplace laat zien dat er geen verschil is in perinatale uitkomsten tussen een AMU en een FMU. Vrouwen die in een AMU of een FMU bevielen ondergingen minder interventies vergeleken met vrouwen die in een OU bevielen. Uiteraard is het verschil in de profielen, van de vrouwen die in een geboortecentrum of op een obstetrische afdeling bevielen, gecorrigeerd. Ondanks dat de resultaten goed zijn in de AMU’s en FMU’s blijven deze, als gevolg van sluiting, maar beperkt beschikbaar. Birthplace laat wel zien dat het aantal AMU’s en FMU’s steeg in de periode van de dataverzameling. Echter tijdens de presentatie van de studieresultaten in Londen [zie TvV dec. 2011] meldde de afvaardiging van de Royal College of Midwives (RCM) dat veel AMU’s en FMU’s in 2011 zijn gesloten. Volgens Birthplace bevalt 3% van de vrouwen in Engeland thuis. Wat de Mappingstudy vooral laat zien, is dat het overgrote deel van de zwangeren in Engeland geen volledige keuze heeft in de plek van bevalling; simpelweg omdat niet alle vier de vormen overal beschikbaar zijn. Thuis is goedkoper Birthplace onderzocht wat de kosten en de kosteneffectiviteit zijn van zorg naar geplande plaats van bevalling. De zorg van meer dan 62.000 vrouwen werd meegenomen in de analyses. Niet verassend bleek dat de kosten per bevalling het hoogst waren in de OU’s (rond de € 2000,-) en het laagst bij de thuisbevalling (rond de € 1300,-). De AMU’s en de FMU’s zaten hier tussenin (rond de € 1700,-). Alle kosten met betrekking tot de bevalling zijn hierin meegenomen: personeelskosten, kosten van interventies (ook bij een thuisbevalling met overdracht), verblijfskosten etc. Kosten op lange termijn zijn niet meegenomen. Een kosteneffectiviteitsanalyse kijkt niet alleen naar de kosten van de zorg, maar ook naar wat de kosten opbrengen, met andere woorden: krijg je waar voor je geld? Bijvoorbeeld als er meer geld wordt uitgegeven aan de zorg, worden dan de uitkomsten van die zorg beter? Uit deze studie blijkt dat, voor zowel de maternale als de neonatale uitkomsten, de thuisbevalling het meest kosteneffectief is. Hoewel de neonatale uitkomsten voor vrouwen, die hun eerste kind thuis kregen, iets minder goed waren, geldt dit ook voor deze groep. Er waren grote verschillen in de karakteristieken van de TvV februari 2012 • KNOV 37

Eind november vorig jaar werden in Engeland<br />

de resultaten gepresenteerd van de Birthplace<br />

study, een groot opgezette studie naar de<br />

uitkomsten van de zwangerschap in relatie tot<br />

de geplande plaats van bevalling [Birthplace in<br />

England collaborative group 2011]. de studie<br />

kreeg veel aandacht; ook in het <strong>Tijdschrift</strong> <strong>voor</strong><br />

<strong>Verloskundigen</strong> en op de KNOV website [jans s,<br />

2011]. Vooral de resultaten van de prospectieve<br />

cohortstudie werden besproken. de Birthplace<br />

onderzoekers voerden echter nog drie andere<br />

studies uit: een inventarisatie van de beschikbare<br />

verloskundige zorg in Engeland (de zgn.<br />

Mapping study); een kosteneffectiviteitsstudie<br />

en een kwalitatieve studie.<br />

de zorg in kaart<br />

De Mapping study is uitgevoerd om inzicht te krijgen in<br />

hoe de verloskundige zorg in Engeland is georganiseerd<br />

en waar het aanbod van zorg uit bestaat; door wie en<br />

waar wordt zorg aan zwangeren gegeven?<br />

Uit de studie blijkt een grote verscheidenheid in het<br />

verloskundig zorgaanbod in Engeland. Hoewel het aantal<br />

geboortecentra in Engeland is gestegen, bevallen de<br />

meeste vrouwen (95%) in zogenaamde obstetric units<br />

(OU). Een kwart van deze obstetrische afdelingen doet<br />

meer dan 4000 bevalling per jaar!<br />

Het aantal midwifery led units is wel gestegen tussen<br />

2007 en 2010 maar deze verloskundige centra zijn nog<br />

lang niet in alle regio’s beschikbaar. Ook tussen de verloskundige<br />

geboortecentra zijn veel verschillen: er wordt<br />

onderscheid gemaakt tussen Alongside Midwifery-led<br />

Units (AMU) en Free standing Midwifery Units (FMU).<br />

Het verschil tussen al deze organisatievormen zit <strong>voor</strong>namelijk<br />

in twee dingen: wie is er verantwoordelijk <strong>voor</strong><br />

de gegeven zorg en waar is de afdeling gesitueerd?<br />

In een OU hebben de gynaecologen de eindverantwoordelijkheid<br />

<strong>voor</strong> de zorg aan zowel hoog- als laag-risico<br />

zwangeren. Een team van artsen en verloskundigen<br />

verleent er de zorg en OU’s zijn altijd gelegen in het<br />

ziekenhuis. In AMU’s en FMU’s zijn de verloskundigen<br />

eindverantwoordelijk <strong>voor</strong> de gegeven zorg aan laagrisico<br />

zwangeren; een AMU is gesitueerd in het ziekenhuis in de<br />

buurt van de OU en heeft daarom gemakkelijk toegang tot<br />

tweedelijns zorg; een FMU is gesitueerd buiten het<br />

ziekenhuisterrein. Bij verwijzing moet de zwangere vrouw<br />

per auto of per ambulance vervoerd worden naar een OU.<br />

ONDERWIJS<br />

Birthplace: meer dan een cohort studie<br />

Suze Jans is lid van de redactie<br />

Er is altijd veel discussie geweest of een geboortecentrum<br />

de vorm van een AMU of een FMU zou moeten hebben.<br />

Ook in <strong>Nederland</strong> wordt deze discussie gevoerd. Vooral<br />

het verplaatsen van de zwangere bij complicaties, wordt<br />

naar voren gebracht als een bezwaar bij FMU’s. Birthplace<br />

laat zien dat er geen verschil is in perinatale uitkomsten<br />

tussen een AMU en een FMU. Vrouwen die in een AMU<br />

of een FMU bevielen ondergingen minder interventies<br />

vergeleken met vrouwen die in een OU bevielen. Uiteraard<br />

is het verschil in de profielen, van de vrouwen die in een<br />

geboortecentrum of op een obstetrische afdeling<br />

bevielen, gecorrigeerd.<br />

Ondanks dat de resultaten goed zijn in de AMU’s en<br />

FMU’s blijven deze, als gevolg van sluiting, maar beperkt<br />

beschikbaar. Birthplace laat wel zien dat het aantal AMU’s<br />

en FMU’s steeg in de periode van de dataverzameling.<br />

Echter tijdens de presentatie van de studieresultaten in<br />

Londen [zie TvV dec. 2011] meldde de afvaardiging van<br />

de Royal College of Midwives (RCM) dat veel AMU’s en<br />

FMU’s in 2011 zijn gesloten. Volgens Birthplace bevalt<br />

3% van de vrouwen in Engeland thuis.<br />

Wat de Mappingstudy <strong>voor</strong>al laat zien, is dat het overgrote<br />

deel van de zwangeren in Engeland geen volledige<br />

keuze heeft in de plek van bevalling; simpelweg omdat<br />

niet alle vier de vormen overal beschikbaar zijn.<br />

Thuis is goedkoper<br />

Birthplace onderzocht wat de kosten en de kosteneffectiviteit<br />

zijn van zorg naar geplande plaats van bevalling.<br />

De zorg van meer dan 62.000 vrouwen werd meegenomen<br />

in de analyses. Niet verassend bleek dat de kosten per<br />

bevalling het hoogst waren in de OU’s (rond de € 2000,-)<br />

en het laagst bij de thuisbevalling (rond de € 1300,-). De<br />

AMU’s en de FMU’s zaten hier tussenin (rond de € 1700,-).<br />

Alle kosten met betrekking tot de bevalling zijn hierin<br />

meegenomen: personeelskosten, kosten van interventies<br />

(ook bij een thuisbevalling met overdracht), verblijfskosten<br />

etc. Kosten op lange termijn zijn niet meegenomen.<br />

Een kosteneffectiviteitsanalyse kijkt niet alleen naar de<br />

kosten van de zorg, maar ook naar wat de kosten<br />

opbrengen, met andere woorden: krijg je waar <strong>voor</strong> je<br />

geld? Bij<strong>voor</strong>beeld als er meer geld wordt uitgegeven aan<br />

de zorg, worden dan de uitkomsten van die zorg beter?<br />

Uit deze studie blijkt dat, <strong>voor</strong> zowel de maternale als de<br />

neonatale uitkomsten, de thuisbevalling het meest<br />

kosteneffectief is. Hoewel de neonatale uitkomsten <strong>voor</strong><br />

vrouwen, die hun eerste kind thuis kregen, iets minder<br />

goed waren, geldt dit ook <strong>voor</strong> deze groep.<br />

Er waren grote verschillen in de karakteristieken van de<br />

TvV februari 2012 • KNOV 37

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!