WATERVAL twee
WATERVAL twee WATERVAL twee
1. Als je bovenstaande tekst goed leest kun je concluderen a. dat Nederland vóór 1815 geen koninkrijk was. b. dat Nederland vóór 1815 geen koloniën had. c. dat Indonesië in 1815 niet tot Nederland behoorde. 2. De Nederlandse Antillen en Aruba a. zijn nu nog steeds koloniën van Nederland b. zijn zoals alle koloniën onafhankelijk geworden c. hebben een aparte status binnen Nederland Tijdens de Gouden Eeuw was de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, via de Verenigde Oost-Indische Compagnie en de Verenigde West-Indische Compagnie, een koloniale grootmacht. Sommige van de handelsposten der compagnieën, bijvoorbeeld die op Kaap de Goede Hoop en in Nederlands-Indië, evolueerden tot echte kolonies. Anderen gingen verloren of bleven kleine pleisterplaatsen voor Nederlandse schepen. De koloniën werden enkel gebruikt om de rijkdom van Nederland te vergroten. Uit Nederlands-Indië werden grote hoeveelheden kruiden, koffie en thee naar Europa verscheept. De "inlanders" werden onderdrukt en uitgebuit op plantages. Er werd op de lokale bevolking neergekeken, en er werden ook geen pogingen gedaan om haar (bijvoorbeeld via onderwijs) te "verheffen". Op de Surinaamse plantages bestond zelfs een systeem van slavernij. De Nederlanders, die een belangrijke rol speelden in de internationale slavenhandel, voerden de arbeiders uit Afrika aan: de lokale ("Indiaanse") bevolking kon het werk niet aan. Veel slaven ontsnapten naar de jungle (=het oerwoud). Later werden ook arbeiders uit Indonesië (Javanen) en India (hindoestanen) gecontracteerd. 3. Veel van de overzeese gebiedsdelen a. waren eerst private handelsposten. b. waren altijd al koloniën. c. waren eerst privébezit. 4. Op de Surinaamse plantages a. hebben alleen maar Afrikaanse arbeiders gewerkt. b. hebben zowel Amerikaanse, Afrikaanse als Aziatische mensen gewerkt. c. hebben enkel en alleen slaven gewerkt. Nederlandse Handelsposten tijdens de Gouden Eeuw Tijdens de Engels-Nederlandse Oorlogen (17de en 18de eeuw) verloor Nederland een groot deel van zijn koloniën aan Engeland. Het won er echter ook enkele bij. In ruil voor Nieuw-Amsterdam, dat nu New York heet, en dat Nederland opgaf aan het eind van de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog, kreeg Nederland gebied in Zuid-Amerika terug ("Nederlands Guyana"). Na de oorlogen tussen het Verenigd Koninkrijk en Napoleon verloor Nederland echter weer kolonies aan Engeland: Ceylon, de Kaap en de helft van Nederlands Guyana, Engels Guyana, dat Nederland oorspronkelijk van Engeland had ontvangen. Nederland hield de andere helft, "Suriname", in bezit. Zuid-Afrika was een VOC-gebied van 1652 tot 1806, waarna het in Engelse handen viel. De taal Afrikaans is een hieruit voortgekomen mengeling van verbasterd Nederlands, Engels en oorspronkelijke Afrikaanse talen. Réunion en Mauritius werden veroverd door Frankrijk; Nederlands Brazilië, enkele handelsposten op de Braziliaanse kust, werd veroverd door Portugal, Tobago werd een Engelse kolonie, net als Singapore. Formosa (nu Taiwan) werd in 1662 veroverd door de Chinezen na sinds 1624 eigendom geweest te zijn van de VOC. Verder waren er Nederlandse handelsposten in Malakka (Maleisië), Goudkust (Ghana), en Dejima (Japan). 98
5. Door wie is New York gesticht? a. Door de Engelsen b. Door de Amerikanen c. Door de Nederlanders 6. In Zuid-Afrika a. was tot 1806 een officiële Nederlandse kolonie b. werd en wordt een soort Nederlands gesproken Net als alle andere koloniale rijken begon ook het Nederlandse te verbrokkelen na de Tweede Wereldoorlog: de dekolonisatie. Nederlands-Indië verklaarde zich na de terugtrekking van de Japanse bezettingstroepen eenzijdig onafhankelijk, maar Nederland verzette zich ("Indië verloren, rampspoed geboren.") Na een dubbele oorlog met vele duizenden doden - door Nederland "politionele acties" genoemd - werd de onafhankelijkheid door het moederland erkend in 1949, en het land heet nu Indonesië. De Nederlanders behielden echter Nederlands Nieuw-Guinea. In 1963 werd, opnieuw onder druk van de Verenigde Staten en de Verenigde Naties, ook deze laatste Nederlandse kolonie in het gebied overgedragen aan Indonesië. Suriname werd onafhankelijk in 1975, maar de dekolonisatie werd een ramp. Een-derde van de bevolking emigreerde meteen naar Nederland, en het land zakte steeds verder weg in een chaos. De corruptie bij politici en overheidsdienaren nam bijvoorbeeld enorme proporties aan, en ontwikkelingshulp verdween als sneeuw voor de zon. Het ergste was echter dat Suriname een eigen leger wilde hebben, en dat pleegde in 1980 een staatsgreep. Tijdens de dictatuur van "bevel" Desi Bouterse, die tot 1988 duurde, werden veel oppositieleiders vermoord, en brak een binnenlandse jungleoorlog uit met bosneger-stammen. 7. Wat waren de "politionele acties"? a. Oorlogen die Nederland voerde om het koloniaal bezit te behouden. b. Drie pogingen om de Indonesische opstand te beteugelen. c. Nederland probeerde met militaire middelen Nieuw-Guinea niet te verliezen. 8. Wat verklaart de mislukking van Surinames dekolonisering? a. Nederland gaf te weinig hulp. b. Corruptie en militair ingrijpen. c. De emigratie naar Nederland. d. a en b zijn beide goed. e. a en c zijn beide goed. f. b en c zijn beide goed. De gevolgen van Nederlands koloniaal verleden zijn nu nog in Nederland te zien, bijvoorbeeld in de pracht van de Amsterdamse grachten. Ook kun je, met name in de Randstad, mensen zien lopen die afstammen van Afrikaanse creolen, Indonesiërs, of van de hindoestaanse contractarbeiders. Nederland heeft nog steeds een band met de voormalige koloniën, geeft hun hulp en bemoeit zich met hen. En de Nederlandse Antillen zijn nog steeds een "overzees gebied" van het Koninkrijk der Nederlanden, met een vorm van zelfstandigheid. Het eiland Aruba hoort niet meer bij de Nederlandse Antillen, omdat het een status aparte heeft gekregen. 9. Waar zie je Nederlands koloniaal verleden terug in het straatbeeld? a. Overal zie je het terug in de gebouwen. b. Aan de hulp die Nederland aan ex-koloniën biedt. c. In Holland: aan de gebouwen en aan de mensen. 66. Woorden met vaste prepositie 8. Vul in en controleer de antwoorden. 1. Ik schaam me niet _____________ mijn gedrag. 2. Ik leef nu gescheiden _____________ mijn man. 3. Hij schold altijd _____________ mij. 4. Ik schrok vaak _____________ het gescheld. 5. Ik vroeg hem wel eens: "Waar slaat dat nu _____________?" 6. Hij was slecht _____________ communiceren, _____________ zeggen wat hij voelde. 7. Heb je wel eens spijt _____________ een beslissing? 8. Hij kon niet stoppen _____________ het geweld. 9. Ik wilde best strijden (vechten) _____________ het huwelijk. 10. Maar ik kon niet _____________ hem steunen. 11. Ik was zo teleurgesteld _____________ hem. 12. Je bent niet meer tevreden _____________ je situatie. 13. Dat is beroerd, als je _____________ iemand getrouwd bent. 14. Je kunt gaan twijfelen _____________ alles, ook _____________ jezelf. 15. Toen nam ik een beslissing, en ik kwam niet er_____________ terug. 16. Je moet je afvragen: wat voegt dit toe _____________ mijn leven? 17. Niets. Dit is tegengesteld _____________ alles waarin ik geloof. 18. Ik kan nu niet meer treuren _____________ ons huwelijk. 19. Nu ben ik weer trots _____________ mezelf en wat ik doe. 20. En ik breng een toost uit _____________ iedereen die hetzelfde doet! 99
- Page 47 and 48: 91. Vul nu de juiste prepositie in
- Page 49 and 50: 99. Rollenspel: een kletspraatje ov
- Page 51 and 52: Toen de les van Sara begon, was Lis
- Page 53 and 54: huizen mijlen spot peper dood kern
- Page 55 and 56: 25. "Wat kan ik voor u doen?" 26. "
- Page 57 and 58: HOOFDSTUK 5: AAN DE SLAG 5a. Aan de
- Page 59 and 60: 5. Gereedschappen en wat je ermee k
- Page 61 and 62: Overstroming, Willem! refrein: Hup,
- Page 63 and 64: Universiteit (WO) Hogeschool (HBO)
- Page 65 and 66: 1. Waarover gaat de tekst? a. Klein
- Page 67 and 68: 6. Welke factoren bevorderden de po
- Page 69 and 70: 4. beter - hij - voelt - zich - in
- Page 71 and 72: 29. Het hondje van Dirkie - Wim Son
- Page 73 and 74: 10. _______________________________
- Page 75 and 76: Opdracht: lees de volgende brief en
- Page 77 and 78: Regel: de plaats van "er", hier" en
- Page 79 and 80: 40. Herman van Veen / Willem Wilmin
- Page 81 and 82: 44. Lezen: Amsterdam. In de dertien
- Page 83 and 84: 9. Waardoor werd Amsterdam midden j
- Page 85 and 86: 47. (Geen zin in) Nachtdienst. Vul
- Page 87 and 88: evolkingsgroepen, met name qua werk
- Page 89: 53. Schrijven. 1. De Nederlanders w
- Page 92 and 93: 57. Luisteren. Ga naar de site http
- Page 94 and 95: 5e: Met de muziek mee Jeroen en Far
- Page 96 and 97: 62. Spreken 1. Bespeel jij een inst
- Page 100 and 101: 67. Scheidbaar (klemtoon op voorvoe
- Page 102 and 103: Diezelfde avond. Aras zit maar wat
- Page 104 and 105: 5f. Rechtpraten wat krom is Bahar e
- Page 106 and 107: ordje van de overheid. Of zij aan d
- Page 108 and 109: c. Een meter of twee 5. Wat is het
- Page 110 and 111: liggen. Zegt die priester: "Gelukki
- Page 112 and 113: Gerard Cox - Arme Ouwe Tekstdichter
- Page 114 and 115: 5g: Ik schrijf je Jeroen en Farid g
- Page 116 and 117: 82. Werkwoorden met vaste prepositi
- Page 118 and 119: Nederlandse arbeidswereld, leze men
- Page 120 and 121: liefdesverhaal as such. Prachtig. L
- Page 122 and 123: 5h. Welterusten! Sara wil naar bed.
- Page 124 and 125: 96. Lied: Vlaanderen boven Waar er
- Page 126 and 127: 5. En dan win ik _____________ jou.
- Page 128 and 129: 103. Lezen: België, Nederlands and
- Page 130 and 131: 9. België is surrealistisch. Het m
- Page 132 and 133: Bijlage 1: Verleden tijd Tip: gebru
- Page 134 and 135: infinitief in jouw taal infinitief
- Page 136 and 137: II. Onregelmatige werkwoorden 1: we
- Page 138 and 139: 6: zeer onregelmatige werkwoorden 1
- Page 140 and 141: BIJLAGE 3: WOORDEN MET VASTE PREPOS
- Page 142 and 143: M mankeren aan Het mankeert hem aan
- Page 144 and 145: verstoken zijn van Die man is van a
- Page 146 and 147: 7. Piano. 8. Een snotaap "komt maar
1. Als je bovenstaande tekst goed leest kun je concluderen<br />
a. dat Nederland vóór 1815 geen koninkrijk was.<br />
b. dat Nederland vóór 1815 geen koloniën had.<br />
c. dat Indonesië in 1815 niet tot Nederland behoorde.<br />
2. De Nederlandse Antillen en Aruba<br />
a. zijn nu nog steeds koloniën van Nederland<br />
b. zijn zoals alle koloniën onafhankelijk geworden<br />
c. hebben een aparte status binnen Nederland<br />
Tijdens de Gouden Eeuw was de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, via de Verenigde Oost-Indische Compagnie en<br />
de Verenigde West-Indische Compagnie, een koloniale grootmacht. Sommige van de handelsposten der compagnieën,<br />
bijvoorbeeld die op Kaap de Goede Hoop en in Nederlands-Indië, evolueerden tot echte kolonies. Anderen gingen verloren of<br />
bleven kleine pleisterplaatsen voor Nederlandse schepen.<br />
De koloniën werden enkel gebruikt om de rijkdom van Nederland te vergroten. Uit Nederlands-Indië werden grote<br />
hoeveelheden kruiden, koffie en thee naar Europa verscheept. De "inlanders" werden onderdrukt en uitgebuit op plantages. Er<br />
werd op de lokale bevolking neergekeken, en er werden ook geen pogingen gedaan om haar (bijvoorbeeld via onderwijs) te<br />
"verheffen".<br />
Op de Surinaamse plantages bestond zelfs een systeem van slavernij. De Nederlanders, die een belangrijke rol speelden in de<br />
internationale slavenhandel, voerden de arbeiders uit Afrika aan: de lokale ("Indiaanse") bevolking kon het werk niet aan. Veel<br />
slaven ontsnapten naar de jungle (=het oerwoud). Later werden ook arbeiders uit Indonesië (Javanen) en India (hindoestanen)<br />
gecontracteerd.<br />
3. Veel van de overzeese gebiedsdelen<br />
a. waren eerst private handelsposten.<br />
b. waren altijd al koloniën.<br />
c. waren eerst privébezit.<br />
4. Op de Surinaamse plantages<br />
a. hebben alleen maar Afrikaanse arbeiders gewerkt.<br />
b. hebben zowel Amerikaanse, Afrikaanse als Aziatische mensen gewerkt.<br />
c. hebben enkel en alleen slaven gewerkt.<br />
Nederlandse Handelsposten tijdens de Gouden Eeuw<br />
Tijdens de Engels-Nederlandse Oorlogen (17de en 18de eeuw) verloor Nederland een groot deel van zijn koloniën aan Engeland.<br />
Het won er echter ook enkele bij. In ruil voor Nieuw-Amsterdam, dat nu New York heet, en dat Nederland opgaf aan het eind<br />
van de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog, kreeg Nederland gebied in Zuid-Amerika terug ("Nederlands Guyana"). Na de<br />
oorlogen tussen het Verenigd Koninkrijk en Napoleon verloor Nederland echter weer kolonies aan Engeland: Ceylon, de Kaap<br />
en de helft van Nederlands Guyana, Engels Guyana, dat Nederland oorspronkelijk van Engeland had ontvangen. Nederland hield<br />
de andere helft, "Suriname", in bezit.<br />
Zuid-Afrika was een VOC-gebied van 1652 tot 1806, waarna het in Engelse handen viel. De taal Afrikaans is een hieruit<br />
voortgekomen mengeling van verbasterd Nederlands, Engels en oorspronkelijke Afrikaanse talen. Réunion en Mauritius werden<br />
veroverd door Frankrijk; Nederlands Brazilië, enkele handelsposten op de Braziliaanse kust, werd veroverd door Portugal,<br />
Tobago werd een Engelse kolonie, net als Singapore. Formosa (nu Taiwan) werd in 1662 veroverd door de Chinezen na sinds<br />
1624 eigendom geweest te zijn van de VOC. Verder waren er Nederlandse handelsposten in Malakka (Maleisië), Goudkust<br />
(Ghana), en Dejima (Japan).<br />
98