You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
5c: De rammelkast<br />
Na zevenen zit Carla televisie te kijken. Tegelijk neust ze in de tv-gids waarop ze is<br />
geabonneerd. Als Maarten gniffelt kijkt ze op.<br />
Carla: Wat is er?<br />
Maarten: Niks. Ik vind het alleen schattig dat je altijd in<br />
dat gidsje kijkt. Je weet toch wat er komt, en wat<br />
je gaat kijken?<br />
Carla: Hoezo?<br />
Maarten: Kom nou. Je kijkt eerst altijd naar een<br />
natuurprogramma, zoals nu.<br />
Carla: Ik vind dieren nu eenmaal interessant. Kijk, hoe<br />
die mamabeer voor haar jongen zorgt! Dat is toch<br />
prachtig?.<br />
Maarten: En dan kijk je naar het journaal.<br />
Carla: Ik wil op de hoogte blijven van wat er<br />
in de wereld gebeurt.<br />
Maarten: Prima. Maar daarvoor hoef je toch niet in de gids<br />
te kijken? Het nieuws is altijd om half acht!<br />
Carla: Ik ben tenminste niet verslaafd aan<br />
sport, zoals jij.<br />
Maarten: Dat is voor mij de enige reden om tv te<br />
kijken. Verder geef ik niet om die troep.<br />
Carla: Je kletst uit je nek, het wemelt van de<br />
interessante programma’s. Maar jij kijkt<br />
niet verder dan je neus lang is.<br />
Maarten: Wie weet. Ik kijk ook te weinig naar de<br />
treurbuis om dat te weten. Het is gewoon te veel<br />
voor me. Al die zenders! Al die omroepen! Al<br />
die presentatoren en hun kabaal! Ik luister<br />
liever naar de radio. Als ik een programma<br />
met klassieke muziek vind tenminste.<br />
Carla: En nu? Waar heb jij nu behoefte aan?<br />
Maarten haalt zijn schouders op.<br />
Carla: Ja, daar geef je geen antwoord op.<br />
Maarten: Ik heb meer zin in een spelletje.<br />
Carla: Een spelletje? Jij? Wat dan? Toch geen<br />
tv-quiz of kaarten?<br />
Maarten legt zijn hoofd op Carla’s schouder.<br />
Maarten: Ja, een spelletje. Eerst jou wat plagen,<br />
en dan een knuffel vragen.<br />
Carla: Jij bent een halve gare!<br />
Maarten: En je kunt mij niet aan- en uitzetten!<br />
76<br />
nieuwe woorden<br />
werkwoorden:<br />
neuzen(=kijken)<br />
gniffelen<br />
(zich) abonneren op<br />
(op de) hoogte zijn van<br />
zin hebben in<br />
zorgen voor<br />
verslaafd zijn aan<br />
geven om<br />
(uit je nek) kletsen<br />
wemelen van (=vol zijn met)<br />
antwoorden<br />
antwoord geven op<br />
behoefte hebben aan<br />
de schouders ophalen<br />
aanzetten/uitzetten<br />
substantieven:<br />
de (rammel)kast=de (treur)buis=de<br />
televisie<br />
de gids<br />
de (moeder)beer<br />
het journaal=het nieuws<br />
de reden<br />
de troep (=de rommel)<br />
de zender=het kanaal<br />
de omroep<br />
het kabaal=het lawaai<br />
het spel(letje)<br />
de knuffel<br />
adjectieven:<br />
schattig=lief<br />
verslaafd aan<br />
overige:<br />
na zevenen<br />
nou eenmaal<br />
uitdrukkingen:<br />
verder kijken dan je neus lang is<br />
35. Spreken. Vragen:<br />
1. Vind jij het belangrijk op de hoogte te blijven van wat er in de wereld gebeurt?<br />
2. Waarom wel, waarom niet? Zo ja, wat doe je dan daarvoor?<br />
3. Kijk je wel eens naar een tv-quiz? Zo ja, welke?<br />
4. Welke spelletjes ken je? 4<br />
5. Wat voor spel vind je leuk om te doen?<br />
6. Ga je wel eens naar de bioscoop?<br />
7. Wat voor soort films vind je leuk? Wat is je favoriete (=lievelings)film?<br />
8. Heb je een computer? Zo ja, wat voor een?<br />
9. Wat doe je zoal met je pc, surfen op het net, games spelen?<br />
10. Welke sites bezoek je vaak?<br />
11. Ken je iemand die verslaafd is aan iets? Waaraan? Is dat gevaarlijk?<br />
12. Stel, je werkt in een audio-videozaak. Iemand wil een niet al te dure MP3-speler kopen. Welke raad je aan? Waarom?<br />
I-bol<br />
2 Gigabyte<br />
batterijen met 10 uur speeltijd<br />
€ 221,-<br />
ukkel<br />
512 Megabyte<br />
batterijen met 12 uur speeltijd<br />
€ 229,-<br />
Amp<br />
1,5 Gigabyte<br />
batterijen met 5 uur<br />
speeltijd<br />
€ 122,-<br />
13. Op de tv zie je steeds meer reclame. Wat vindt u daarvan? Wat doet u ermee?<br />
14. Een kennis wil een platte tv ("flatscreen") aanschaffen, maar jij vindt die duur. Bovendien hebben ze slechte kleuren. Overtuig<br />
hem of haar.<br />
15. Een vriend of vriendin wil een programma opnemen. Vertel dat ze je videoapparaat mag lenen, dat ze een band nodig heeft,<br />
en dat ze het apparaat op het juiste kanaal en de juiste tijd moet instellen.