Toelichting - Gemeente Terneuzen
Toelichting - Gemeente Terneuzen
Toelichting - Gemeente Terneuzen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Kaart 12: Gebieden met welstandstoezicht Zuiddorpe.<br />
De (geel) gekleurde gebieden van de kaarten 10, 11 en 12 geven aan dat er op deze<br />
plaatsen een regulier welstandstoezicht geldt. Bij een bouwaanvraag vindt vooraf<br />
toetsing plaats aan de welstandscriteria. Regulier toezicht vindt plaats aan het dorpslint<br />
in Koewacht, aan het lint in Overslag en aan het plein en lint in Zuiddorpe. In de<br />
overige gebieden geldt repressief toezicht, hier vindt geen toetsing plaats bij<br />
bouwaanvragen. Wel is achteraf handhaving mogelijk bij excessen. Het buurtschap<br />
Nieuwe Molen valt onder repressief toezicht.<br />
2.3 Woonbeleid<br />
Provinciaal beleid<br />
Provinciale beleidsnota Wonen en Stedelijke Vernieuwing (mei 2000)<br />
Deze nota gaat in op de Wet Stedelijke Vernieuwing (WSV) die per 1 januari 2000<br />
van kracht is. Deze wet bundelt oude geldstromen voor de dagelijkse leefomgeving in<br />
een Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV), om te komen tot een meer<br />
samenhangend en integraal beleid voor steden en dorpen. Met de inwerkingtreding van<br />
de WSV en het ISV is het Fonds Stads- en dorpsvernieuwing vervallen.<br />
Omgevingsplan Zeeland 2006-2012 (2006)<br />
Het provinciale beleid over het wonen is opgenomen in het Omgevingsplan Zeeland<br />
2006-2012 en bouwt voort op de uitgangspunten welke eerder in de provinciale<br />
Woonvisie geformuleerd waren. Het bevorderen van de sociale en culturele dynamiek<br />
en het komen tot een gematigde bevolkingsgroei zijn daarbij twee hoofddoelen. Een<br />
belangrijk uitgangspunt is dat sociale effecten worden meegenomen in projecten om te<br />
komen tot de gewenste omgevingskwaliteit. Omgevingskwaliteit is verder uitgewerkt<br />
in de onderdelen ruimte, kwaliteit, voorzieningenniveau en veiligheid.<br />
<strong>Gemeente</strong>n geven zelf inhoud aan het woningbouwprogramma, waarbij de provincie<br />
aan de hand van een planningslijst en –monitor sturing geeft aan de bouwopgave. Als<br />
randvoorwaarde geldt daarbij dat 50% van de woningbouwplannen in bebouwd gebied<br />
plaatsvinden. Daartoe worden de grenzen van het bestaande bebouwde gebied om de<br />
vijf jaar beschouwd op actualisering. Voor zorgwoningen is een spreidingsplan<br />
opgesteld.<br />
24