Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken
Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken
Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
MER <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong><br />
2 Beleidskader<br />
2.1 Rijksbeleid<br />
Het relevante beleid op rijksniveau betreft:<br />
• Nota Ruimte<br />
• Nationaal Milieubeleidsplan 4<br />
• Werkprogramma Schoon en Zuinig<br />
• Energierapport 2008<br />
• Aanwijzing Oosterschelde en Voordelta als Natura2000-gebieden<br />
• Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines in, op en over rijkswaterstaatwerken.<br />
Ruimtelijk beleid<br />
De Nota Ruimte [Ministerie van VROM et al., 2006] bevat het nationale ruimtelijk beleid. In<br />
de Nota Ruimte staat dat realisering van 1.500 MW aan windenergie op land geschiedt om<br />
dwingende redenen van groot openbaar belang. Inmiddels is de doelstelling van 1.500 MW<br />
met 2.000 MW extra verhoogd in het Werkprogramma Schoon en Zuinig [Ministerie van<br />
VROM, 2007a] (zie ook paragraaf Energie- en milieubeleid verderop in dit hoofdstuk).<br />
In de Nota Ruimte zijn gebieden met bijzondere natuurwaarden aangewezen. Naast het<br />
beleid voor beschermingsgebieden conform de Vogel- en Habitatrichtlijn bevat de Nota<br />
Ruimte aanvullend beleid voor gebieden, die deel uitmaken van de Ecologische<br />
Hoofdstructuur (EHS).<br />
Energie- en milieubeleid<br />
In het landelijk milieubeleid, het Nationaal Milieubeleidsplan 4 (NMP4) [Ministerie van VROM,<br />
2001], wordt een sterke reductie van de uitstoot van kooldioxide (CO2), stikstofoxides (NOx)<br />
en zwaveldioxide (SO2) nagestreefd. Ook in het Energierapport 2008 [Ministerie van EZ,<br />
2008] stelt de regering dat de belasting voor het milieu drastisch omlaag moet. Om dit doel te<br />
bereiken wordt onder andere de toepassing van duurzame energiebronnen bevorderd.<br />
Windenergie is momenteel de meest kosteneffectieve vorm van duurzame energie. Het<br />
(inmiddels demissionaire) kabinet wil komen tot een energiebesparing van 2% per jaar en<br />
een verhoging van het aandeel duurzame energie tot 20% in 2020. Het kabinet acht in<br />
Europa in 2050 een reductie van de uitstoot van CO2 van 50% ten opzichte van 1990<br />
mogelijk [Ministerie van EZ, 2008].<br />
In het Werkprogramma Schoon en Zuinig [Ministerie van VROM, 2007a] is een en ander<br />
verder uitgewerkt. De groei van duurzame energie moet de komende jaren vooral uit<br />
windenergie komen. Om de doelstelling te kunnen realiseren heeft het (inmiddels<br />
demissionaire) kabinet zich, naast andere maatregelen, gebonden tot 2012 2.000 MW<br />
windenergie op land te committeren. Dat is meer dan een verdubbeling ten opzichte van het<br />
windenergievermogen dat er eind 2008 stond.<br />
Tot 2020 verwacht de regering een verdere groei van het windenergie vermogen op land tot<br />
6.000 MW. Volgens de beheerder van het landelijk hoogspanningsnet, TenneT, is dit<br />
vermogen zonder grote aanpassingen in te passen in de Nederlandse stroomvoorziening.<br />
Door een toename van het aandeel van windenergie in de productie van elektriciteit neemt<br />
de afhankelijk van (fossiele brandstoffen uit) politiek instabiele regio’s af. Dit heeft een<br />
stabiliserend effect op de (groothandels)prijs. Daarnaast blijkt uit Duitse en Europese studies<br />
dat een toenemend aandeel windenergie leidt tot een daling van de elektriciteitsprijs.<br />
Dit is als volgt te verklaren. De marginale kosten van windenergie zijn vrijwel nihil. De<br />
productie van windstroom is afhankelijk van het windaanbod.<br />
11