16.09.2013 Views

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

MER <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong><br />

Tijdens de periode met de hoogste vogeldichtheden tijdens de trek in het najaar in het<br />

windpark bij Oosterbierum is gemiddeld 0,09 vogelslachtoffer per windturbine per dag<br />

gevonden [Winkelman, 1992a]. Deze driebladige windturbines hadden een hoge<br />

draaisnelheid (tot 48 rpm 2 ), een rotordiameter van 30 meter en een ashoogte van 35 meter.<br />

Op grond van de soortensamenstelling van de gevonden aanvaringsslachtoffers leek<br />

ongeveer de helft van de gevonden vogels te behoren tot plaatselijk verblijvende vogels en<br />

de andere helft tot de trekkers. Dit betekent dat in Noord-Friesland per windturbine per dag<br />

0,045 aanvaringsslachtoffer onder de trekvogels is gevonden.<br />

De rotoroppervlakte van windturbines met een rotordiameter van 126 meter (de 6 MW<br />

windturbine) is per windturbine circa 17,6 keer groter dan die van de windturbines in<br />

Noord-Friesland. Het aantal slachtoffers per windturbine zal dus hoger zijn. De toename van<br />

het aantal slachtoffers is echter niet recht evenredig met de grootte van het rotoroppervlak<br />

van de windturbines, ondermeer omdat de draaisnelheid van grote windturbines veel lager is.<br />

In Baptist [2010] wordt voor trekvogels een correctie van 0,72 ten opzichte van het<br />

rotoroppervlak gegeven.<br />

Wanneer het rotoroppervlak 17,6 keer zo groot is, is het aantal aanvaringsslachtoffers onder<br />

trekvogels tijdens intensieve trek 17,6*0,72*0,045 is 0,571 per windturbine per dag 3 . Tijdens<br />

minder intensieve trek ligt het aantal slachtoffers, in navolging van de berekeningen<br />

uitgevoerd in het kader van het MER/Projectnota Interprovinciaal <strong>Windpark</strong> Afsluitdijk naar<br />

verwachting op een derde [van Mameren & Voet, 2001].<br />

In tabel 9.4 is het aantal slachtoffers voor de verschillende varianten van <strong>Windpark</strong><br />

<strong>Bouwdokken</strong> per dag gegeven.<br />

Tabel 9.4 Aantal slachtoffers onder trekvogels per dag<br />

Aantal slachtoffers per dag<br />

tijdens intensieve trek<br />

Aantal slachtoffers per dag<br />

tijdens minder intensieve trek<br />

Voorkeursvariant Max<br />

9x6 MW<br />

Alternatief 9x3,6 MW<br />

9x3,6 MW<br />

120<br />

Alternatief Blok<br />

4x6 MW<br />

5,1 3,7 2,3<br />

1,7 1,2 0,8<br />

In navolging van de berekeningen uitgevoerd in het kader van het MER/Projectnota<br />

Interprovinciaal <strong>Windpark</strong> Afsluitdijk [van Mameren & Voet, 2001] wordt er van uitgegaan dat<br />

de trek gedurende drie maanden (92 dagen) het meest intensief is en gedurende drie<br />

maanden (91 dagen) minder intensief is. Dit betekent dat realisatie van de voorkeursvariant<br />

Max van <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong> naar verwachting resulteert in circa 92*5,1 + 91*1,7 is<br />

629 aanvaringsslachtoffers onder de trekvogels per jaar. In tabel 9.5 wordt het aantal<br />

verwachte slachtoffers onder trekvogels per inrichtingsvariant per jaar weergegeven.<br />

2<br />

Rpm= rounds per minute. Ter vergelijking: de 3,6 MW en 6 MW windturbines in dit MER hebben een<br />

draaisnelheid van maximaal 13 rpm.<br />

3<br />

Bij de berekening van de aanvaringsslachtoffers onder broedvogels is een andere benadering<br />

gekozen omdat onderzoek onder broedvogels op een vergelijkbare nabijgelegen locatie<br />

(Roggenplaat) voorhanden was. Daarnaast verschilt de lokale situatie te Oosterbierum veel van de<br />

lokale situatie in de <strong>Bouwdokken</strong>.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!