16.09.2013 Views

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

Milieueffectrapport Windpark Bouwdokken

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

MER <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong><br />

Weidevogels en zangvogels die zich naarmate de successie in het zanddepot vordert, zich<br />

daar mogelijk als broedvogels vestigen, vliegen normaal gesproken op lagere hoogte dan de<br />

rotor van de 3,6 MW en 6 MW windturbines. De onderkant van de rotor bevindt zich op<br />

respectievelijk 54 en 26,5 meter voor de 6 MW en de 3,6 MW windturbine. Ook gezien de<br />

grote afstand tussen de windturbines (meer dan 500 meter) is de kans op<br />

aanvaringsslachtoffers onder deze vogels klein (persoonlijke communicatie Baptist, mei<br />

2010).<br />

9.4.1.3 Trekvogels<br />

De effecten op trekvogels door <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong> kunnen niet los gezien worden van de<br />

andere windparken op de Oosterscheldekering. Trekvogels komen immers niet alleen het<br />

voorgenomen windpark tegen, maar altijd in combinatie met de andere nabij gelegen<br />

windparken. Toch worden in deze paragraaf onder “aanvaringsslachtoffers” alleen de<br />

slachtoffers door <strong>Windpark</strong> <strong>Bouwdokken</strong> behandeld. Voor de cumulatieve effecten op<br />

trekvogels verwijzen wij naar paragraaf 9.4.1.5.<br />

Aanvaringsslachtoffers<br />

In de periode juli-september kunnen grote aantallen sterns (met name visdieven en grote<br />

sterns) worden aangetroffen op Neeltje Jans. Dit zijn trekvogels uit heel Noordwest-Europa.<br />

Deze vogels gebruiken Neeltje Jans als rustplaats tijdens de trek. Ze slapen onder anderen<br />

op het Oogeiland. Over het algemeen zullen deze sterns overdag onder de rotor door<br />

vliegen. De huidige 400 kW windturbines op de Roggenplaat vormen een groter risico voor<br />

deze vogels vanwege hun lage rotor (de onderkant van de rotor bevindt zich op 18,5 meter<br />

boven het maaiveld). Deze windturbines worden echter vervangen door grotere windturbines<br />

waardoor de onderkant van de rotor hoger boven de grond komt (op 37 meter). Bij <strong>Windpark</strong><br />

<strong>Bouwdokken</strong> bevindt de onderkant van de rotor zich bij de 6 MW windturbines op 54 meter<br />

en bij de 3,6 MW windturbines op 26,5 meter. Tot nu toe hebben de bestaande windturbines<br />

op Neeltje Jans en Roggenplaat niet geleid tot aantallen slachtoffers van betekenis [Baptist,<br />

2010].<br />

In het winterhalfjaar is er een grote slaapplaats voor spreeuwen op Neeltje Jans. Gedurende<br />

deze periode bevinden zich grote aantallen spreeuwen, tot honderdduizend exemplaren, op<br />

het eiland. Twee keer per dag trekken deze vogels over de Oosterscheldekering naar zowel<br />

Schouwen als Noord-Beveland. De totale populatie spreeuwen bestaat echter uit miljoenen<br />

vogels met een hoog natuurlijk sterftecijfer. Juist de kans op slachtoffers heeft er toe geleid<br />

dat geen lange rij windturbines op de Oosterscheldekering is geplaatst, maar dat is gekozen<br />

voor het blokkenmodel van Bosch & Slabbers [2004]. De kans op grote aantallen<br />

aanvaringsslachtoffers op de populatie spreeuwen op Neeltje Jans is naar verwachting<br />

gering [Baptist, 2010].<br />

Bij tegenwind vliegen trekvogels over het algemeen lager dan bij meewind [LWVT/SOVON,<br />

2002]. Bij harde tegenwind en zware regen wachten trekvogels meestal een<br />

weersverbetering af voordat ze verder trekken. Wanneer slecht weer enige tijd aanhoudt,<br />

wordt de interne trekdrang groter en bij een kleine weersverbetering kan massale trek<br />

optreden [LWVT/SOVON, 2002]. Vooral tijdens donkere nachten met dergelijk weer is er een<br />

vergrote kans op aanvaringsslachtoffers onder trekvogels.<br />

Bij het windpark Oosterbierum heeft uitgebreid onderzoek plaatsgevonden naar de aantallen<br />

vogelslachtoffers onder trekvogels. In Noord-Friesland vindt stuwing plaats langs de<br />

Waddenkust.<br />

119

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!