blok 15 lever en hepatobiliair systeem.pdf - VETserieus.nl

blok 15 lever en hepatobiliair systeem.pdf - VETserieus.nl blok 15 lever en hepatobiliair systeem.pdf - VETserieus.nl

vetserieus.nl
from vetserieus.nl More from this publisher
16.09.2013 Views

Wanneer je een histologiefoto wilt maken en de lobuli goed wilt kunnen onderscheiden zul je met name rondom een portaal driehoek moeten fotograferen. Dit omdat je dan goed verschillende lobuli in beeld kunt krijgen. Leververvetting is in plaatje b te zien, waarbij je grote vetdruppels in het parenchym kunt ontdekken. Dit komt bij meerdere diersoorten voor. Het is het gevolg van onvoldoende aanvoer van energie, NEB, waardoor er veel vet wordt gemobiliseerd in NEFA’s en glycerol. Dit kan in de lever weer tot TAG omgezet worden, en daar gaan stapelen. Het is met name het geval wanneer het dier veel vet heeft en daarna heel erg moet hongeren. In dat geval is er namelijk ook veel vet beschikbaar om te stapelen. Dit proces is pathologisch maar reversibel, dus een tijdelijke situatie. De platen van hepatocyten worden afgewisseld door sinusoïden waardoor het bloed vanuit de portale gebieden naar de centrale vene wordt getransporteerd. Aan de buitenzijde van de lobulus bevindt zich een plaat leverparenchymcellen die loodrecht staat op de overige celplaten en zo de perifere afsluiting van het leverweefsel van de lobulus vormt, de zgn. “limiting plate” (lamina limitans).Op die plaatsen waar twee leverparenchymcellen aan elkaar grenzen bevinden zich de galcapillairen (apicale zijde!!). Zij ontstaan doordat plaatselijk de leverparenchymcellen enigszins uiteenwijken. Galcapillairen zijn dus niets anders dan verwijde intercellulaire spleten, die aan alle zijden zijn afgesloten door “zonulae occludentes”. De vorming en secretie van gal gaat niet gepaard met microscopisch waarneembare exocytotische activiteit. Wel beschikt de canaliculaire membraan actieve transport mechanismen, ondersteund door ATP-ase. Galzouten worden in de hepatocyten gesynthetiseerd. Ongeveer 95% van de, in het duodenum afgegeven, galzouten wordt aan het eind van de dunne darm, het ileum, geresorbeerd en aan het bloed afgegeven. Hier wordt het grotendeels aan albumine en lipoproteïnen gebonden en in de lever bereikt het, via de perisinusoïdale ruimte (de ruimte van Disse), de basolaterale membraan van de hepatocyt. De galzouten worden hier actief m.b.v. transporteiwitten naar het cytosol getransporteerd en vervolgens opnieuw actief aan de galgangen afgegeven. De aanvulling van de totale galzoutpool is een voornamelijk cytosolair proces in de lever. In principe zijn alle leverparenchymcellen tot galvorming in staat, maar zijn er lobulaire gradienten. De galcapillairen beginnen blind maar vormen een anastomoserend netwerk dat zich uitstrekt over de vlakke laterale celmembranen van naburige parenchymcellen. Om de gal vanuit de galcanaliculi gaat de gal naar de ductus van Hering, de eerste verzamelbuis parallel aan de sinusoïden. Deze komen samen in een grotere buis, ductus interlobulares. Deze buis hoort bij de portale driehoek. De interlobulares gaan uiteindelijk naar de linker en rechter galbuis. Wanneer deze samenkomen heet het de ductus hepaticus communis. Welke, indien aanwezig, uitmondt op de galblaas, via de ductus cysticus. In het duodenum komt het uiteindelijk vanuit de ductus choledochus na aanwezigheid van voedsel in het MDK. Deze mondt samen met de ductus pancreaticus uit op de papilla duodeni major in het proximale deel van het duodenum descendens. Het is dus een convergerend systeem. In de kleinere delen van de galgangen vinden we kubisch epitheel (t/m interlobulares), en gaat geleidelijk over in cillindrisch epitheel met daartussen slijmbekercellen. Dit om te kunnen wapenen tegen het gal. Gal zorgt er voor dat er makkelijker vet opgenomen kan worden, door de aanmaak van een emulsie. In gal zit galzouten, bilirubine, 95% water. De galzouten worden door de levercellen gemaakt uit cholesterol en vetzuren. Andere functies van gal is het detoxificeren van toxinen, transporteren van billirubine en galzouten en ze hebben een anti-bacteriële werking. Een veelvoorkomend probleem bij herkauwers is Distomatose. Hierbij kunnen platwormen, vooral de grote leverbot, Fasciola hepatica, de galgangen blokkeren. De problemen die je hiermee kunt krijgen is het stapelen van gal in de lever door obstructie van de galafvoer. De vetten en vetoplosbare vitamines kunnen niet meer opgenomen, maar de levercellen krijgen zelf ook last van de stapeling in

de gangen. Door de uitzetting van de gangen gaan de cellen door verdrukking in apoptose. Er is dus sprake van verlies van levercellen. Mogelijk gaat de lever hierdoor kapot, als er heel ernstig wordt. Practicum 1: anatomie De lever ligt voorin de buikholte, direct achter het middenrif. De lever ligt bij de meeste diersoorten zowel links als rechts, in tegenstelling tot de situatie bij bijvoorbeeld het rund waar de lever geheel rechts in de buikholte ligt. De lever heeft een zestal lobben. Het rechter deel van de lever is het grootst en reikt het meest caudaal; het heeft dan ook een impressie van de rechter nier, de impressio renalis. De namen van de leverlobben zijn: • de lobus sinister lateralis en -medialis • de lobus dexter lateralis en –medialis • de lobus quadratus (die de galblaas omvat) • en de lobus caudatus: De lobus caudatus heeft bij hond en kat een smal middenstuk en twee uitsteeksels: de processus caudatus met een impressio renalis, die aansluit bij de rechter nier en de processus papillaris, die tegen de curvatura minor van de maag ligt. De parietale zijde van de lever is door zeer korte stukken ventraal mesenterium bevestigd aan het middenrif. Het ligamentum coronarium is het mesenterium tussen lever en middenrif rond de vena cava caudalis en de venae hepaticae. Het gaat links en rechts over in ligamenta triangularia. Het ligamentum triangulare dextrum ligt tussen het rechter crus van het middenrif en de lobus dexter lateralis van de lever. Het ligamentum triangulare sinistrum loopt van het linker crus van het middenrif naar de lobus sinister lateralis van de lever. Het ligamentum falciforme loopt uit op de mid-ventrale zijde van het ligamentum coronarium. De viscerale zijde van de lever is met de maag verbonden via het omentum minus en ligt tegen de maag, de pancreas, de rechter nier en het duodenum en soms tegen de milt. De hilus (leverpoort) van de lever bevindt zich aan de viscerale zijde. Op deze plaats komen een tweetal vaten de lever in (arteria hepatica en vena portae) en komt de ductus hepaticus de lever uit. De arteria coeliaca is kort en ontspringt uit de aorta tussen de crura van het pars lumbalis van het middenrif. Het is de eerste ongepaarde zijtak van de aorta in de buikholte. Hij splitst zich in drie zijtakken waarvan 1 naar de lever (arteria hepatica). De overige 2 gaan naar de maag (arteria gastrica) en naar de milt (arteria lienalis). Het bloed uit de buikholte wordt langs verschillende routes teruggevoerd naar het hart. Het meeste bloed wordt vanuit de achterpoten, de bekkenholte en de buikholte teruggevoerd via de vena cava caudalis. Deze vene loopt rechts naast de aorta descendens en vervolgens dorsaal langs de lever naar het rechter atrium. De toevoerende venen lopen naast de betrokken, gelijknamige arteriën. Het bloed uit de darmtractus wordt afgevoerd via de vena portae naar de lever en vandaar via de venae hepaticae naar de vena cava caudalis. Thema 2: Syllabus H2 en H3: HE (hepato-encephalopathie) Net als icterus is dit geen ziektebeeld maar een symptoom. Het komt heel regelmatig voor bij de hond, minder bij kat en het paard. Er zijn twee vormen van HE, acuut en chronisch. De acute vorm komt heel zelden voor en is het gevolg van complete uitval van de lever als gevolg van massale necrose. Het kan bijvoorbeeld voorkomen bij een fulminante hepatitis (zie later) en leidt binnen enkele dagen tot de dood. Er komen dan naast HE ook andere verschijnselen voor, zoals icterus en DIS. De chronische vorm komt wel regelmatig voor, en de dieren kunnen hiervan zelfs volledig herstellen. In het algemeen ligt de oorzaak hiervan in een afwijkende circulatie van de lever, hoewel er diersoort verschillen zijn.

de gang<strong>en</strong>. Door de uitzetting van de gang<strong>en</strong> gaan de cell<strong>en</strong> door verdrukking in apoptose. Er is dus<br />

sprake van verlies van <strong>lever</strong>cell<strong>en</strong>. Mogelijk gaat de <strong>lever</strong> hierdoor kapot, als er heel ernstig wordt.<br />

Practicum 1: anatomie<br />

De <strong>lever</strong> ligt voorin de buikholte, direct achter het midd<strong>en</strong>rif. De <strong>lever</strong> ligt bij de meeste diersoort<strong>en</strong><br />

zowel links als rechts, in teg<strong>en</strong>stelling tot de situatie bij bijvoorbeeld het rund waar de <strong>lever</strong> geheel<br />

rechts in de buikholte ligt. De <strong>lever</strong> heeft e<strong>en</strong> zestal lobb<strong>en</strong>. Het rechter deel van de <strong>lever</strong> is het<br />

grootst <strong>en</strong> reikt het meest caudaal; het heeft dan ook e<strong>en</strong> impressie van de rechter nier, de<br />

impressio r<strong>en</strong>alis. De nam<strong>en</strong> van de <strong>lever</strong>lobb<strong>en</strong> zijn:<br />

• de lobus sinister lateralis <strong>en</strong> -medialis<br />

• de lobus dexter lateralis <strong>en</strong> –medialis<br />

• de lobus quadratus (die de galblaas omvat)<br />

• <strong>en</strong> de lobus caudatus: De lobus caudatus heeft bij hond <strong>en</strong> kat e<strong>en</strong> smal midd<strong>en</strong>stuk <strong>en</strong><br />

twee uitsteeksels: de processus caudatus met e<strong>en</strong> impressio r<strong>en</strong>alis, die aansluit bij de<br />

rechter nier <strong>en</strong> de processus papillaris, die teg<strong>en</strong> de curvatura minor van de maag ligt.<br />

De parietale zijde van de <strong>lever</strong> is door zeer korte stukk<strong>en</strong> v<strong>en</strong>traal mes<strong>en</strong>terium bevestigd aan het<br />

midd<strong>en</strong>rif. Het ligam<strong>en</strong>tum coronarium is het mes<strong>en</strong>terium tuss<strong>en</strong> <strong>lever</strong> <strong>en</strong> midd<strong>en</strong>rif rond de v<strong>en</strong>a<br />

cava caudalis <strong>en</strong> de v<strong>en</strong>ae hepaticae. Het gaat links <strong>en</strong> rechts over in ligam<strong>en</strong>ta triangularia. Het<br />

ligam<strong>en</strong>tum triangulare dextrum ligt tuss<strong>en</strong> het rechter crus van het midd<strong>en</strong>rif <strong>en</strong> de lobus dexter<br />

lateralis van de <strong>lever</strong>. Het ligam<strong>en</strong>tum triangulare sinistrum loopt van het linker crus van het<br />

midd<strong>en</strong>rif naar de lobus sinister lateralis van de <strong>lever</strong>. Het ligam<strong>en</strong>tum falciforme loopt uit op de<br />

mid-v<strong>en</strong>trale zijde van het ligam<strong>en</strong>tum coronarium.<br />

De viscerale zijde van de <strong>lever</strong> is met de maag verbond<strong>en</strong> via het om<strong>en</strong>tum minus <strong>en</strong> ligt teg<strong>en</strong> de<br />

maag, de pancreas, de rechter nier <strong>en</strong> het duod<strong>en</strong>um <strong>en</strong> soms teg<strong>en</strong> de milt.<br />

De hilus (<strong>lever</strong>poort) van de <strong>lever</strong> bevindt zich aan de viscerale zijde. Op deze plaats kom<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

tweetal vat<strong>en</strong> de <strong>lever</strong> in (arteria hepatica <strong>en</strong> v<strong>en</strong>a portae) <strong>en</strong> komt de ductus hepaticus de <strong>lever</strong> uit.<br />

De arteria coeliaca is kort <strong>en</strong> ontspringt uit de aorta tuss<strong>en</strong> de crura van het pars lumbalis van het<br />

midd<strong>en</strong>rif. Het is de eerste ongepaarde zijtak van de aorta in de buikholte. Hij splitst zich in drie<br />

zijtakk<strong>en</strong> waarvan 1 naar de <strong>lever</strong> (arteria hepatica). De overige 2 gaan naar de maag (arteria<br />

gastrica) <strong>en</strong> naar de milt (arteria li<strong>en</strong>alis). Het bloed uit de buikholte wordt langs verschill<strong>en</strong>de routes<br />

teruggevoerd naar het hart. Het meeste bloed wordt vanuit de achterpot<strong>en</strong>, de bekk<strong>en</strong>holte <strong>en</strong> de<br />

buikholte teruggevoerd via de v<strong>en</strong>a cava caudalis. Deze v<strong>en</strong>e loopt rechts naast de aorta desc<strong>en</strong>d<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s dorsaal langs de <strong>lever</strong> naar het rechter atrium. De toevoer<strong>en</strong>de v<strong>en</strong><strong>en</strong> lop<strong>en</strong> naast de<br />

betrokk<strong>en</strong>, gelijknamige arteriën. Het bloed uit de darmtractus wordt afgevoerd via de v<strong>en</strong>a portae<br />

naar de <strong>lever</strong> <strong>en</strong> vandaar via de v<strong>en</strong>ae hepaticae naar de v<strong>en</strong>a cava caudalis.<br />

Thema 2:<br />

Syllabus H2 <strong>en</strong> H3:<br />

HE (hepato-<strong>en</strong>cephalopathie)<br />

Net als icterus is dit ge<strong>en</strong> ziektebeeld maar e<strong>en</strong> symptoom. Het komt heel regelmatig voor bij de<br />

hond, minder bij kat <strong>en</strong> het paard. Er zijn twee vorm<strong>en</strong> van HE, acuut <strong>en</strong> chronisch. De acute vorm<br />

komt heel zeld<strong>en</strong> voor <strong>en</strong> is het gevolg van complete uitval van de <strong>lever</strong> als gevolg van massale<br />

necrose. Het kan bijvoorbeeld voorkom<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> fulminante hepatitis (zie later) <strong>en</strong> leidt binn<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> tot de dood. Er kom<strong>en</strong> dan naast HE ook andere verschijnsel<strong>en</strong> voor, zoals icterus <strong>en</strong><br />

DIS. De chronische vorm komt wel regelmatig voor, <strong>en</strong> de dier<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hiervan zelfs volledig<br />

herstell<strong>en</strong>. In het algeme<strong>en</strong> ligt de oorzaak hiervan in e<strong>en</strong> afwijk<strong>en</strong>de circulatie van de <strong>lever</strong>, hoewel<br />

er diersoort verschill<strong>en</strong> zijn.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!