klik hier om deel toneelstuk te lezen - Carl Slotboom

" EEN VERHUIZING EN ANDERE ONGEMAKKEN "
KOMEDIE IN DRIE BEDRIJVEN
VOOR
6 DAMES EN 4 HEREN
DOOR
CARL SLOTBOOM
IK DRAAG DIT TONEELSTUK OP AAN MIJN LIEVE VRIENDIN WIL STOOP

ROLVERDELING
Richard Koenen(40-50)
Dorris Koenen Zijn echtgenote (40-50)
Maria Geliefde van Richard (30-40)
Koos Verhage Broer van Dorris (40-50)
Bets Verhage Zijn echtgenote (40-50)
Cornelia Zijtveld Buurvrouw (50-65)
Sjaak Verhuizer (25-55)
Ruud Verhuizer (25-55)
Mathilde Hoekstra Spiritistisch medium (50-70)
Natalie Monteur van KPN-Telecom (30-50)
KORTE INHOUD
Richard en Dorris Koenen kopen een leegstaand herenhuis. Volgens de overbuurvrouw
Cornelia Zijtveld heeft de vorige bewoner zijn vrouw vermoord en gebeuren er sindsdien
vreemde, onverklaarbare dingen in het huis. Een spiritistische seance, onder leiding van het
medium Mathilde Hoekstra, moet uitkomst bieden.
DECOR
Het toneel stelt de woonkamer in een herenhuis voor. Links de deur naar de hal en voordeur.
Rechts de deur naar de serre en de spreekkamer van Richard.
In de achterwand is over een behoorlijke breedte een gedeelte open gelaten, zodat het idee
van een gang wordt gecreëerd.
Over de gehele breedte van de opening is een verhoging gemaakt, bestaande uit één of
twee treden, zodat de indruk wordt gewekt, dat de gang hoger ligt dan de woonkamer.
Linksachter is een gedeelte van de trap naar de bovenverdieping te zien. Rechtsachter gaat
men naar de keuken en andere kamers.
EERSTE BEDRIJF-EERSTE SCENE Als het doek opgaat is de kamer leeg. Op de
grond staat een telefoon.
EERSTE BEDRIJF-TWEEDE SCENE Als het doek opgaat is de kamer leeg. Op de
grond staat een telefoon. In de loop van de
scene worden er een stoel een een kartonnen
doos gebracht.
TWEEDE BEDRIJF-EERSTE SCENE Als het doek opgaat is de kamer slechts
gedeeltelijk ingericht. Links en rechts staan
meubels, dozen en schilderijen.
TWEEDE BEDRIJF-TWEEDE SCENE Als het doek opgaat is de kamer zo goed als
ingericht. Hier en daar staan nog een paar
dozen en schilderijen.
DERDE BEDRIJF-EERSTE SCENE Als het doek opgaat is de kamer helemaal
ingericht.
LEEFTIJDEN EN TYPERINGEN
Richard Goed uitziende heer. Sportief en met smaak gekleed
Dorris Charmante vrouw. Met smaak gekleed
Maria Jonge vrouw. Sportief.
Koos Beetje slungelig, sloom type. Kleding is uit de mode.
Bets Zeurderig type. Ontzettend stijf en ouderwets gekleed.
Cornelia Pinnige, bemoeizuchtige vrouw.
Sjaak Zeer adrem, maar vaak zonder fatsoen.
Ruud Aardige, rustige vent.
Mathilde Excentrieke dame.
Natalie Aardige jonge vrouw.
Eerste voorstelling van dit toneelstuk
14 maart 1999 in Schermerhorn.
Regie Carl Slotboom.

EERSTE BEDRIJF - EERSTE SCENE
(Als het doek opgaat is het toneel leeg. De telefoon rinkelt. Na
enkele ogenblikken zijn er voetstappen te horen van iemand
die heel erg langzaam loopt. De telefoon houdt na enkele
ogenblikken op. Dan weer het geluid van voetstappen die
langzaam wegebben. Enkele ogenblikken hierna komen Richard
en Dorris van links op. Ze lopen door de lege ruimte en
kijken om zich heen en nemen hier ruimschoots de tijd voor.
Dorris gaat naar boven en Richard gaat rechtsvoor af. Telefoon
rinkelt en stopt weer. Na enkele ogenblikken komt Dorris terug.
Terwijl ze om zich heen kijkt zijn er weer voetstappen te
horen. Dorris kijkt naar boven, loopt dan naar de trap en
roept)
DORRIS Richard ? (Voetstappen houden op. Geen antwoord. Na enkele
ogenblikken) Richard !
RICHARD (Komt van rechts) Ja ?
DORRIS (Verwonderd) Waar kom jij nu vandaan ?
RICHARD (Wijst naar rechts) Van daar.
DORRIS Maar je was toch boven ?
RICHARD Nee, ik was hiernaast. Er is hiernaast een serre met een prachtig
uitzicht op de tuin.
DORRIS Maar ik hoorde je toch duidelijk boven lopen.
RICHARD Dat kan niet want ik was (Wijst) daar. Ik ben helemaal nog niet
boven geweest.
DORRIS Maar ik hoorde voetstappen en die kwamen vol- gens mij van boven.
RICHARD Je hebt me gewoon hiernaast horen lopen. In een leeg huis klinkt
alles even hol en het is moeilijk om precies te zeggen waar iets
vandaan komt. Je zult je vergist hebben.
DORRIS Ja, dat zal dan wel. Het is boven overigens heel ruim. Er stond
trouwens een raam open, ik heb het dicht gedaan. Ik kijk even
hiernaast. (Dorris rechts af. Richard naar boven. Beiden komen
na enkele ogenblikken weer terug)
RICHARD Nou, heb ik te veel gezegd ? Een schitterend huis, vind je niet ?
DORRIS Wat ik tot nu toe heb gezien bevalt me uitstekend. Die serre is werkelijk
prachtig.
RICHARD Het ziet er boven heel goed uit. Alles zit keurig in de verf.
DORRIS Aan de tuin moet echter nodig iets worden gedaan. Het onkruid staat
huizenhoog.
RICHARD De tuin is jouw afdeling.
DORRIS En dat blijft het ook. Jij hebt absoluut geen verstand van tuinieren.
RICHARD Nee en dat wil ik ook vooral zo houden. (Kijkt om zich heen en
kijkt dan met een vragende blik naar Dorris) En ?
DORRIS Wat en ?
RICHARD Wat doen we ?
DORRIS Waarom moet ik hier altijd de beslissingen nemen ?
RICHARD Omdat ik de beslissing vorige week al heb genomen toen ik hier met
Hamakers was. Ik was er onmiddellijk verliefd op en ik heb je meteen
gezegd dat dit een ideaal huis voor ons zou zijn. Bovendien is het al
jarenlang jouw wens om in een herenhuis te wonen.
DORRIS (Kijkt om zich heen) Het huis bevalt me. Het heeft karakter.
RICHARD Mag ik hieruit afleiden dat je ja zegt ?
DORRIS Ja. Ja, ik vind dat we het maar moeten doen.
RICHARD Goed, dan zal ik Hamakers bellen. (Pakt een mobiele telefoon uit
zijn zak)
DORRIS Dus jij bent het er mee eens ?
RICHARD Tegen een huis met een schitterende ligging, dat bovendien beschikt
over een aparte praktijkruimte kan ik geen nee zeggen. (Wil een
nummer intoetsen)
DORRIS (Wijst naar de telefoon die op de grond staat) Neem die

telefoon.
RICHARD (Neemt de hoorn van de haak) Dood.
DORRIS Wat zeg je ?
RICHARD De lijn is dood. Logisch natuurlijk. Die telefoon wordt pas aangesloten
als we ons aangemeld hebben. (Pakt zijn mobiele telefoon en
toetst een nummer) Goedemorgen Sylvia met Koenen. Is meneer
Hamakers in de buurt ?... Ja, ik wacht.
DORRIS (Verbaasd) Sylvia ?
RICHARD Wat ?
DORRIS Jij zei Sylvia.
RICHARD Ja, nou en ?
DORRIS Ik had geen idee dat jij het personeel van makelaar Hamakers al zo
goed kende.
RICHARD Ze meldde zich met Sylvia... vandaar.
DORRIS Probeer nog iets van de prijs af te krijgen.
RICHARD (Tegen Dorris) Toch niet door de telefoon. (In de telefoon) Ja ?...
Dag meneer Hamakers, met Koenen... Ja hoor, met ons gaat het
uitstekend.
DORRIS Slijmerd.
RICHARD Een ogenblik meneer Hamakers, ik geloof dat mijn vrouw iets zegt.
(Hand op het spreekgedeelte van de telefoon) Wat zei je ?
DORRIS Slijmerd.
RICHARD Wie ?
DORRIS Die Hamakers.
RICHARD Waarom in hemelsnaam ?
DORRIS Denk je nu werkelijk dat het die man ene donder interesseert hoe het
met ons gaat ?
RICHARD Hij vroeg er anders wel naar.
DORRIS Die man ruikt geld, dat is alles.
RICHARD (In de telefoon) Hier ben ik weer meneer Hamakers... Ja, we zijn in
het huis en ik moet U zeggen dat... (Dorris maakt gebaren) Een
ogenblik meneer Hamakers. (Hand op het spreekgedeelte) Wat is
er ?
DORRIS Zeg dat die tuin een chaos is.
RICHARD Waarom ?
DORRIS Zodat die centennaaier iets van de prijs afhaalt.
RICHARD Dat komt later allemaal wel. (In de telefoon) Daar ben ik weer... Of
mijn vrouw enthousiast is ? Dat had ik U de vorige week toen ik met
U het huis bekeken heb al voorspeld meneer Hamakers... Jaja... In
principe voelen we er dus wel voor, misschien kunnen we op korte
termijn een afspraak met U maken. (Dorris maakt gebaren) Oh...
een ogenblik meneer Hamakers. (Hand op het spreekgedeelte.
Gerriteerd) Wat nou weer ?
DORRIS Laat je geen oor aannaaien.
RICHARD Zou je me nu even rustig willen laten telefoneren ? (In de hoorn)
Ben ik weer... Morgenmiddag om twee uur. Dat is prima. Om twee
uur zijn we bij U. Tot dan. Dag meneer Hamakers. (Tegen Dorris)
Morgenmiddag om twee uur op zijn kantoor.
DORRIS Ik hoop dat 'ie een raam openzet.
RICHARD Een raam open zetten ? Waarom in hemelsnaam ?
DORRIS Omdat het er de vorige keer zo muf rook. Volgens mij heeft 'ie
zweetvoeten.
RICHARD (Vermoeid) Lieve Dorris, ik wil een huis van die man kopen, ik hoef
hem niet te pedicuren.
DORRIS En alles zwart op wit.
RICHARD Ja... ik zal de kassabon vragen.
DORRIS Ik weet hoe je bent.
RICHARD En hoe ben ik dan ?
DORRIS Slordig en onzorgvuldig als het om geld gaat.
RICHARD Als jij het dan allemaal zo goed weet, dan stel ik voor dat jij de zaken

afhandelt.
DORRIS Daar zal het uiteindelijk wel op neer komen, tenslotte zal ik het
moeten betalen.
RICHARD Oh... nou krijgen we dat. Ja Dorris ik weet dat je vermogend bent...
zéér vermogend zelfs.
DORRIS Beschouw het als een geluk.
RICHARD Dat doe ik ook, maar ik heb geen zin om dat de rest van m'n leven te
moeten horen.
DORRIS Een dergelijk herenhuis zou jij niet kunnen bekostigen. Heb ik gelijk
of niet ?
RICHARD Ja Dorris, je hebt gelijk.
DORRIS Zo'n vetpot is jouw praktijk als therapeut nu ook weer niet.
RICHARD Ik heb een behoorlijk inkomen.
DORRIS En dat inkomen zou nog behoorlijker zijn als je die secretaresse, (Met
enige minachting) die juffrouw Maria, niet zo dik zou betalen voor
dat lullige beetje werk dat ze verricht.
RICHARD Maria is een uitstekende kracht en doet meer dan ik van haar
verwacht.
DORRIS Dat doen secretaresses altijd, daarom gaan er ook zoveel huwelijken
stuk.
RICHARD Je bent weer zeer tactvol.
DORRIS Het tocht hier.
RICHARD Misschien heb je op de bovenverdieping het raam niet goed
afgesloten. Ik ga wel even kijken. (Richard naar boven. Zo gauw
Richard uit het zicht verdwenen is, klinkt het geluid van een
plotseling opkomende storm, die weer wegebt. Dorris kijkt
verbaasd om zich heen. Dan gaat de telefoon. Dorris kijkt
weer heel verbaasd, loopt naar de telefoon, die daarop
onmiddellijk stopt met rinkelen)
RICHARD (Komt van boven) Het raam was afgesloten.
DORRIS De telefoon ging.
RICHARD De telefoon ?
DORRIS Ja.
RICHARD Hoe kan dat nou ? (Pakt de hoorn van de haak) De lijn is dood, je
zult je vergist hebben.
DORRIS Nee, dat heb ik niet. Bovendien begon het plotseling te waaien.
RICHARD Te waaien ?
DORRIS Ik hoorde een storm die plotseling opkwam en weer ging liggen.
RICHARD Maar Dorris, het is windstil buiten.
DORRIS Toch heb ik het heel duidelijk gehoord.
RICHARD Je zult je vergist hebben.
DORRIS Hè Richard, doe me een plezier en zeg niet telkens dat ik me vergist
heb.
RICHARD Denk er maar niet meer aan, het is niet belangrijk. Nou, wat doen we
nu ?
DORRIS We gaan naar de tuin.
RICHARD Naar de tuin ? Wat moeten we daar nu doen ?
DORRIS Ik wil de zaak indelen.
RICHARD Kan dat niet wachten tot we er eenmaal wonen ? Bovendien is een
tuin toch wel het laatste waar je je druk over maakt als je van plan
bent te verhuizen.
DORRIS Nee, dat wil ik nu doen. (Dorris rechts af. Richard haalt zijn
schouders op en volgt haar)
KOOS (Steekt zijn hoofd om de deur) Niemand aan het front ? (Komt
naar binnen en roept door de deuropening) Kom Binnen Bets.
BETS (Achter het toneel) Heb je gekeken ?
KOOS Ze zullen ongetwijfeld in de buurt zijn, Dorris zei dat ze hier om elf
uur zouden zijn. Bovendien stond de voordeur open.
BETS Ik wil dat je eerst kijkt. Ik ga hier niet naar binnen voordat ik zeker
weet dat er geen spinnen zijn.

KOOS Er zijn hier geen spinnen Bets.
BETS Heb je gekeken dan ?
KOOS (Met een zucht) Ja Bets.
BETS (Verschijnt in de deuropening) Als ik spinnen zie bestaat de kans
dat ik in coma raak.
KOOS Zo snel raakt een mens niet in coma Bets.
BETS (Komt naar binnen) Ik wel. Ik ben toevallig heel gevoelig voor
coma's.
KOOS Ja Bets, het is goed.
BETS En dan ? En dan ? En dan ?
KOOS Wat nou en dan ?
BETS Wat doe je als ik het bewustzijn verlies ?
KOOS Dan gooi ik een kopje water over je heen.
BETS Een kopje water ? Nou, een kopje water helpt echt niet hoor als je in
een diepe coma ligt.
KOOS Nou, een émmer water dan voor mijn part.
BETS Ik vind het ongepast met mijn ziekte de draak te steken Koos.
KOOS Je bent niet ziek Bets, dat heb ik nou al zovaak gezegd.
BETS Ben jij dokter ?
KOOS Nee.
BETS Nou dan.
KOOS De dokter zegt ook dat je niet ziek bent. Je bent alleen wat angstig
voor bepaalde dingen, dat is alles.
BETS Die dokter moet z'n schoolgeld terughalen. Kwakzalver !
KOOS Als het zo'n kwakzalver is dan begrijp ik niet waarom je er elke week
naar toe gaat.
BETS De reden dat ik naar de dokter ga is dat ik elk ogenblik in coma kan
raken.
KOOS Ja, ik begrijp het. Jij gaat vast bij die man in de wachtkamer zitten,
zodat hij er als eerste bij is. Nou, ga nou maar zitten.
BETS Waarom moet ik zitten ?
KOOS Dan val je niet zo diep, als je in coma raakt.
BETS (Kijkt om zich heen) Bovendien zou ik niet weten waar ik moet
gaan zitten, er staat nog geen enkel meubel in dit huis.
KOOS Dan ga je zolang op de grond zitten.
BETS Ik pieker er niet over. Wie weet hoe veel ongedierte er over die
smerige vloer kruipt.
KOOS (Kwaad) En nu ga je zitten en je houdt op met je gezever !
BETS Eerst kijken... voor je eigen bestwil.
KOOS Mijn bestwil ? Jouw bestwil zul je bedoelen.
BETS Nee de jouwe, want als ik wegraak zul jij me moeten reanimeren.
KOOS Nee Bets, reanimeren doe je alleen als iemand... (Met een zucht)
Laat maar zitten. (Kijkt om zich heen) Waar zouden ze zijn ?
(Loopt naar de trap en roept) Dorris ?... Richard ?
BETS Moet je nou persé zo hard krijsen ?
KOOS Zo hard krijs ik toch niet ?
BETS Je weet dat ik hele gevoelige oren heb.
KOOS Gevoelige oren ? Sinds wanneer ?
BETS Dat heeft de dokter zelf gezegd. Hij heeft mijn oren onderzocht en
gezegd dat mijn trommelvel dunner is als bij andere mensen.
KOOS Je zou eens wat minder naar de dokter moeten gaan. Elke keer als je
daar bent geweest, heb je weer een ander kwaal.
BETS Ik ben nu eenmaal een kasplantje. Kan ik er wat aan doen ? Nee
toch, wel dan, niet toch. Zeg nu zelf. (Telefoon gaat) De telefoon
gaat.
KOOS Het is niet mijn huis en ook niet mijn telefoon. (Boven klinken
voetstappen) Ah... ik hoor ze al, ze komen er aan. (Roept naar
boven) Dorris ? Richard ? Telefoon. (Telefoon stopt, voetstappen
ebben weg)
DORRIS (Komt van rechts. Verrast) Kijk nou ! (Bets loopt op Dorris toe,

die onmiddellijk op Koos afstapt en Bets helemaal niet ziet
staan) Koos... wat een verrassing. We hebben jullie helemaal niet
binnen horen komen, wij waren in de tuin. (Geeft hem een kus op
beide wangen)
KOOS Dag lieve zuster van me.
DORRIS (Ziet Bets en loopt in haar richting) Oh... dag Bets.
BETS (Deinst terug) Je hebt toch geen spinnen aan je lijf hè ?
DORRIS Wát heb ik ?
BETS Je komt net uit de tuin en daar zijn in dit jaargetijde altijd heel veel
spinnen.
KOOS Bets is de laatste weken nogal bang voor spinnen.
DORRIS Ik dacht dat het hommels waren.
KOOS Dat was vorig jaar zomer, nu zijn het spinnen. Tussendoor hebben we
nog mieren, kakkerlakken en strontvliegen gehad.
BETS Jaja... neem me maar in de maling. Je zult nog anders piepen als ik
er vandaag of morgen plotseling niet meer ben.
KOOS Ik dacht dat je alleen maar in coma zou raken.
BETS Ken jij de gevolgen van coma ?
KOOS Niet echt.
BETS Nou dan, beweeg je dan alsjeblieft niet op medisch grondgebied.
DORRIS (Tegen Bets) Maak je geen zorgen, er zijn hier geen spinnen en ik
draag ze zeker niet met me mee.
KOOS Ze is bang dat ze in coma raakt.
DORRIS (Voor zichzelf) Nou dat weer.
KOOS Waar is Richard ?
DORRIS In de tuin, hij zal zo wel komen.
KOOS Hebben jullie al een beslissing genomen ?
DORRIS We voelen er wel voor. Morgenmiddag hebben we een afspraak met
de makelaar.
BETS Wanneer is de verhuizing ?
DORRIS Dat zal nog wel even duren, er zal eerst een hoop geregeld moeten
worden.
BETS Kunnen we bij jullie overnachten ?
DORRIS Overnachten ?
BETS Ik ga niet weer in die enge trein.
DORRIS Wat was er zo eng aan die trein ?
BETS Je hoort de laatste tijd zoveel over treinen die ontsporen.
DORRIS Daar is mij niets van bekend.
BETS Er is er drie weken geleden nog een ontspoord.
DORRIS Waar ?
KOOS (Droog) In Siberië... een goederentrein, machinist ongedeerd.
Sindsdien is Bets bang voor treinen.
BETS Treinangst is een heel normaal verschijnsel zegt mijn dokter.
DORRIS Nou ja, als jullie willen kunnen jullie overnachten. Doe je jas toch uit
Bets.
BETS Ik houd hem liever aan, ik ben zo vreselijk bevattelijk.
DORRIS Maar Bets, het is toch helemaal niet koud.
BETS En dan raken m'n darmen weer van slag.
DORRIS Nou ja, zoals je wilt. Kom, dan zal ik jullie het huis laten zien. Gaan
jullie mee ? (Dorris, Koos en Bets naar boven)
RICHARD (Komt van rechts op) Dorris ? (Mobiele telefoon gaat) Met
Koenen... Oh, dag Maria... Wat zeg je ?... Mevrouw Vriezeman weet
heel goed dat ik deze week niet werk. Maak maar een afspraak voor
volgende week... Nee, ik kom deze week niet meer op de praktijk...
Wees nou even redelijk Maria, ik heb deze week vrij genomen omdat
ik een paar huizen wilde bezichtigen en omdat dit nogal veel tijd in
beslag neemt... Ik ook van jou, maar dat heeft er toch helemaal niets
mee te maken ?... Dat herenhuis in de Kastanjelaan... Ja, dat huis op
de hoek... Ja, Dorris voelt er ook voor en daar ben ik blij om want zij
zal het tenslotte moeten betalen. Maar dat is geen enkel probleem

zoals je weet, want haar vader heeft haar een vermogen nagelaten,
meer dan ze in één leven op kan maken... (Geluid van stemmen)
Ik moet nu ophangen, want Dorris is in aantocht... Ja Maria, ik ook
van jou. (Verbreekt de verbinding en stopt de telefoon in zijn
zak. Dorris, Koos en Bets komen op) Verrek, wat doen jullie hier ?
KOOS Dorris belde ons gisteren met de mededeling dat jullie een huis op het
oog hadden.
BETS We blijven logeren.
RICHARD Logeren ?
BETS Er ontsporen elke dag een paar treinen.
RICHARD Treinen ?
KOOS We zijn met de trein, de auto staat in de garage.
RICHARD Ik breng jullie naar huis.
DORRIS Hè Richard, doe alsjeblieft niet zo moeilijk. Koos en Bets hebben een
lange reis achter de rug en blijven slapen. (Er wordt gebeld)
BETS Volgens mij wordt er gebeld.
RICHARD Als er nog meer logees komen ga ik gillen. (Richard links af)
DORRIS Jullie moeten het Richard maar niet kwalijk nemen. Hij wat
prikkelbaar de laatste tijd.
BETS Daar heb ik sinds een paar weken ook last van. De dokter zei dat...
KOOS (Onderbreekt Bets) Ja Bets, het is goed. Ga maar even zitten.
BETS Waarom moet ik toch telkens zitten ?
KOOS Omdat je in de weg staat. (Bets gaat achterop het toneel zitten)
RICHARD (Komt samen met Cornelia op) Dorris dit is mevro...
CORNELIA (Onderbreekt Richard) Cornelia Zijtveld. Ik ben de buurvrouw, ik
woon hier tegenover. Ik zei tegen m'n broer, ik geloof dat de nieuwe
buren gearriveerd zijn, ik ga eens even kennismaken.
DORRIS (Steekt haar hand uit) Aangenaam kennis te maken mevro...
CORNELIA (Tegen Richard) Ik woon samen met m'n broer moet U weten. Een
nietsnut van de bovenste plank, te beroerd dat 'ie z'n handen uit de
mouwen steekt. Maar technisch zal ik U vertellen. Wat z'n ogen zien
maken z'n handen... maar ja, daar is 'ie te beroerd voor zoals ik al
zei.
RICHARD Ik moet heel snel maar eens kennis maken met Uw broer, zijn
technische kant spreekt me aan.
CORNELIA Bent U ook technisch meneer Koenen ?
RICHARD Ik heb wel eens een paar kleine uitvindinkjes gedaan op technisch
gebied. Ja, geheel voor eigen gebruik hoor.
DORRIS (Voor zichzelf) Gelukkig wel. (Met een gebaar naar Koos en
Bets) Dit is mijn broer Koos Verhage en dit is zijn vrouw Bets. (Koos
komt met uitgestoken hand naar Cornelia. Deze loopt aan
Koos voorbij en gaat naar Bets)
CORNELIA M'n broer woont al jaren bij me... een ramp zal ik U vertellen. Hij had
op een gegeven moment zes maanden huurachterstand. Ik had
medelijden met 'm, ach U weet hoe dat gaat. (Loopt nu naar
Richard) Kom tijdelijk bij mij wonen, zei ik in m'n goedheid. Na een
paar dagen had ik spijt als haren op m'n hoofd. Maar ja, hij piekerde
er niet over om te vertrekken.
RICHARD Wij hebben...
CORNELIA (Tegen Dorris) Ja, en wat doe je in zo'n geval. Het blijft je broer
hè ? En... hoe bevalt het huis ?
DORRIS We hebben in ieder geval...
CORNELIA (Tegen Koos) Het is een prachthuis, vindt U niet. Een huis met stijl.
Ik zei vanmorgen nog tegen mijn broer, de mensen die dit huis kopen
moeten mensen met allure zijn. Een dergelijk huis is niet voor
iedereen weggelegd. Het is een keurige buurt moet U weten, met allemaal
hele keurige mensen. Goed, het meisje van Petersen loopt er
misschien wat uitdagend bij en heeft, naar men zegt, een verhouding
met een oudere man die getrouwd is en vier kinderen heeft, maar
verder is er op die familie niets aan te merken.

KOOS Ach dit soort dingen komt...
CORNELIA (Tegen Dorris) Mevrouw Henssen van nummer vijftien is wat
eigenaardig, maar het is voor de rest een bijzonder aardige vrouw. Ze
is gewoon erg op haar privacy gesteld, dat is alles. Dat mag toch,
daar is toch helemaal niets mis mee ?
DORRIS Wij hebben nog niet zo heel veel...
CORNELIA (Tegen Bets) Alleen meneer van Veen van nummer zesentwintig is
een probleem. Hij laat zijn hond elke keer in de tuinen van andere
mensen zijn plasje doen. Ja, mij kan het niet zoveel schelen, maar er
zijn altijd mensen die zich hieraan ergeren. (Loopt naar Richard) Ik
zeg weleens, de mensen zouden niet zoveel op anderen moeten
letten. Wat maakt zo'n klein beetje hondewater nu uit ? Verder is het
een keurige nette straat hoor en wat men in de buurt ook beweert...
niets van geloven.
RICHARD Beweert ? Wat beweert men in de buurt dan ?
CORNELIA Ach meneer Koenen, er wordt zoveel beweerd, U weet hoe dat gaat.
RICHARD Nee, geen...
CORNELIA (Tegen Dorris) Toegeven, er hebben zich eigenaardige dingen in dit
huis afgespeeld, maar als U het mij vraagt zijn al die verhalen sterk
overdreven. Ik zei vanmorgen nog tegen mijn broer, de mensen
maken van een mug een olifant. Heeft U iets te drinken ?
DORRIS Het spijt me, we kunnen U helemaal...
CORNELIA (Onderbreekt Dorris) Geen probleem mevrouw Koenen, U hoeft
zich niet te verontschuldigen. Ik begrijp het volkomen. Ik zei
vanmorgen nog tegen mijn broer...
BETS (Staat op, tegen Cornelia) Mens, hou je vervelende kwek eindelijk
eens dicht ! (Koos geeft Bets een duw, die met een
hinkstapsprong een eind verderop belandt)
KOOS Maar zou U ons eindelijk eens willen vertellen wat er zich in dit huis
heeft afgespeeld mevrouw Zijtveld ?
CORNELIA Gunst, weet U dat niet ?
KOOS Nee, geen idee.
CORNELIA Het heeft destijds in alle kranten gestaan. Heeft U dat niet gelezen ?
KOOS Niet dat ik weet.
CORNELIA Hè dat spijt me nou, nu heb ik Uw goede stemming bedorven.
KOOS Mijn stemming is opperbest, U heeft tenslotte nog altijd niet verteld
wat zich in dit huis heeft afgespeeld.
CORNELIA Een moord meneer Verhage.
DORRIS (Geschrokken) Een wát ?!
BETS Een echte moord ?
CORNELIA Onechte moorden bestaan niet mevrouw Verhage. Je vermoordt
iemand of je vermoordt iemand niet, een tussenweg bestaat niet.
(Tegen Dorris) Heb ik gelijk of niet ?
DORRIS Maar wie is hier dan vermoord ?
CORNELIA De vorige bewoner heeft zijn vrouw vermoord.
RICHARD Hij heeft...
CORNELIA In koelen bloede meneer Koenen, in koelen bloede.
KOOS Mijn hemel.
BETS Kom Koos, wij gaan.
CORNELIA Maar dat is inmiddels al meer dan een jaar geleden. Het huis heeft al
die tijd leeg gestaan.
BETS Wij blijven geen ogenblik langer in dit griezelige pand. Wij gaan.
KOOS Wacht nou even Bets.
BETS Wachten ? Waarop als ik vragen mag ? Denk je dat ik het volgende
slachtoffer wil zijn ?
KOOS Stel je niet aan, die moordenaar zit allang achter de tralies. (Ietwat
onzeker) Ja toch mevrouw Zijtveld ?
CORNELIA (Resoluut) Nee.
RICHARD Maar U zei dat de vorige bewoner...
CORNELIA De politie heeft geen bewijzen.

DORRIS Maar hoe weet U dan dat die man het heeft gedaan ?
CORNELIA Dat was wel duidelijk, dat zag een blind paard.
KOOS Maar als de politie geen bewijzen heeft, dan kunt U toch moeilijk
beweren dat deze man de dader is ? Dit is een ernstige beschuldiging
mevrouw Zijtveld.
CORNELIA Het was een vreselijke onsympathieke kerel.
RICHARD Wat nog altijd niet wil zeggen dat iemand daarom een moordenaar is.
CORNELIA Hij wel. Je zag het aan zijn lugubere kopwerk. Een typische
moordernaarstronie.
BETS Koos, wij gaan !
KOOS Hou nou eens even op Bets.
BETS Die vent loopt nog vrij rond en men zegt dat een misdadiger altijd
terugkomt naar de plaats van het misdrijf.
DORRIS Het is helemaal niet zeker dat hij de moordenaar van zijn vrouw is.
BETS Dat is hij wel, ik voel het. (Tegen Cornelia) Ik ben heel begaafd in
dat soort dingen, een zesde zintuig noemen ze zoiets. Als kind had ik
er al last van. Ik zag altijd dingen die anderen niet zagen.
KOOS Spinnen bijvoorbeeld.
BETS (Opgewonden) Ik blijf geen ogenblik langer in dit huis. Koos ga
onmiddellijk mee anders word ik hysterisch !
KOOS Als je nu niet ogenblikkelijk ophoudt met je afschuwelijke gekrijs sla
ik je tegen de vlak-te !
CORNELIA Er hebben al veel mensen naar dit huis gekeken, maar die hebben
allemaal bedankt toen ze hoorden wat zich hier afgespeeld heeft... en
nog afspeelt trouwens.
RICHARD Nog afspeelt ? Wat bedoelt U ?
CORNELIA Het fijne weet ik er niet van, maar er schijnen sinds die moord
vreemde dingen in dit huis te gebeuren.
KOOS Vreemde dingen ? Weest U toch eens duidelijk.
CORNELIA Ik zei U toch dat ik het fijne er niet van weet... vreemde dingen...
dingen die er niet zijn.
DORRIS Vreemde dingen ?
CORNELIA U moet er niets van geloven, er wordt zoveel verteld, de mensen zijn
gek op sensatie. Ik zeg altijd tegen m'n broer, ik ben blij dat wij ons
tenminste nergens mee bemoeien. Wij weten van niemand iets en
kunnen het met iedereen uitstekend vinden. Ik heb een vreselijke
hekel aan roddel en achterklap en zo denkt mijn broer, hoewel het
een lapzwans is, er ook over.
RICHARD In ieder geval zijn wij nu op de hoogte.
CORNELIA U gaat nu ongetwijfeld op zoek naar een ander huis, nietwaar meneer
Koenen ?
RICHARD Op zoek naar een ander huis ? Hoe komt U daar nu bij ? Wij kopen dit
huis en we nemen de vreemde verschijnselen, wat het dan ook moge
zijn, op de koop toe.
CORNELIA U bent een man met karakter meneer Koenen, een man met
karakter. Ik had ook niet anders van U verwacht. Ik zei gisteravond
nog tegen m'n broer, kijk die nieuwe bewoner nu eens vol trots door
zijn nieuwe woning lopen.
RICHARD Gisteravond ?
CORNELIA Tegen elven zal het geweest zijn. Ik neem aan dat U het was.
DORRIS Ben jij gisteravond hier geweest Richard ?
RICHARD Nee.
CORNELIA Ik zou toch zweren dat U het was meneer Koenen. Ja, Uw gezicht heb
ik niet kunnen zien, maar het was een persoon van Uw postuur.
RICHARD (Tegen Dorris) Ik heb gisteravond met Karel in de stad gegeten en
ben aansluitend meteen naar huis gereden.
DORRIS (Tegen Cornelia) En die persoon was hier in dit huis ?
CORNELIA Ja, op de bovenverdieping. Hij deed zelfs een raam open.
DORRIS Heeft U ook gezien of hij het raam weer dicht gedaan heeft ?
CORNELIA Nee dat heb ik niet gezien. Weet U, het is niet mijn gewoonte om te

kijken wat de buren doen. Dat ik Uw man zag lopen...
RICHARD (Onderbreekt Cornelia) Ik ben hier gisteravond niet geweest
mevrouw Zijtveld.
CORNELIA Neemt U mij niet kwalijk meneer Koenen. Dat ik dus die eh... die
persoon zal ik maar zeggen hier gisteravond zag lopen, was louter
toeval. Ik stond heel toevallig voor het raam toen ik op de
bovenverdieping het licht aan zag gaan. Nadat hij het raam had
geopend was er iets leuks op de televisie en heb daar naar zitten
kijken. Ik heb dus niet gezien of hij het raam weer gesloten heeft.
Nou, ik ga maar weer eens, ik heb U al veel te lang opgehouden.
RICHARD Dorris wil jij onze buurvrouw even uitlaten ?
CORNELIA (Tegen iedereen) Goedemiddag. (Dorris en Cornelia af)
KOOS (Kijkt hen na) Goeie genade...
RICHARD Geschift... stapelgek.
BETS Ben jij werkelijk van plan dit huis te kopen Richard ?
RICHARD Ja, wat dacht jij dan ? Of dacht je soms dat ik me liet afschrikken
door ouwewijvepraat ? Ik ben gek op spoken en andere
onverklaarbare verschijnselen.
BETS Agat... griezel.
RICHARD Kom mee, we gaan naar huis en drinken op mevrouw Zijtveld en op
een huis waar zo veel vreemde dingen gebeuren. (Richard, Koos en
Bets links af. Na enkele ogenblikken gaat de telefoon. Vervolgens
zijn er voetstappen te horen. Telefoon stopt. Daarna
weer voetstappen die wegebben)
DOEK

EERSTE BEDRIJF - TWEEDE SCENE
(Als het doek opgaat is het toneel leeg. Na enkele ogenblikken
komen Richard, Ruud en Sjaak op)
RICHARD (Geeft een sleutel aan Sjaak) Ik geef jullie de sleutel voor het
geval de deur dicht mocht vallen. Ik heb nog een aantal zaken in de
stad te regelen en zogauw ik daar mee klaar ben kom ik terug.
SJAAK Doet U vooral rustig aan meneer.
RICHARD En doe in hemelsnaam voorzichtig met mijn bureau, het is een heel
kostbaar meubelstuk.
RUUD Voorzichtigheid is onze specialiteit meneer.
RICHARD Mijn vrouw heeft duidelijk verteld waar alles moet staan hè ? Op de
kartonnen dozen staan letters...
SJAAK (Onderbreekt Richard) De k voor kamer, de keu voor keuken, de b
voor boven, de s voor serre en de spree voor spreekkamer. Alles
volkomen duidelijk meneer.
RICHARD (Geeft Sjaak een visitekaartje) Mochten er vragen of problemen
zijn dan ben ik via mijn mobiele telefoon te bereiken. Ik neem aan dat
jullie ook een mobiele telefoon hebben.
SJAAK Jawel meneer.
RICHARD Mijn vrouw komt in de loop van de ochtend en zij kan jullie ook helpen
als er vragen zijn.
RUUD Vindt U het goed dat we even boven kijken meneer ?
RICHARD Ja natuurlijk. (Ruud en Sjaak naar boven)
MARIA (Steekt haar hoofd om de deur) Richard ?
RICHARD Verdorie Maria, wat doe jij hier ?
MARIA (Gaat om zijn hals hangen) Ik moest je zien en ik moet weten of je
nog van me houdt.
RICHARD Ben je helemaal gek geworden, Dorris kan ieder moment hier zijn.
MARIA (Windt zich op) Dorris, Dorris, Dorris !
RICHARD Ben je van plan een scene te maken ?
MARIA Altijd als ik eens iets wil kom je met Dorris op de proppen.
RICHARD Ze is nu eenmaal mijn vrouw.
MARIA Van wie je allang niet meer houdt.
RICHARD Maria...
MARIA Maar dat is volkomen wederzijds, want zij geeft ook niets om jou.
RICHARD Alsjeblieft...
MARIA Het enige dat je aan haar bindt is haar geld.
RICHARD Houdt alsjeblieft je mond.
MARIA Je zult een keuze moeten maken, zij of ik, want lang houd ik dit niet
meer vol.
RICHARD Ja Maria, ik weet het.
MARIA Bovendien heb je me beloofd dat we samen naar Zuid Amerika
zouden gaan... voor altijd.
RICHARD Heb toch nog een beetje geduld.
MARIA Me dunkt, ik heb niets anders dan geduld.
RICHARD Ga nu weg, want ik heb een belangrijke afspraak in de stad.
MARIA Ik moet met je praten.
RICHARD Kan dat niet wachten ?
MARIA Het is nogal dringend.
RICHARD (Windt zich op) Maria, ik zit midden in een verhuizing.
MARIA Dorris kan er toch niets op tegen hebben wanneer een secretaresse
haar werkgever, die al meer dan twee dagen zijn gezicht niet heeft
laten zien, bezoekt om enkele zakelijke aangelegenheden te bespreken
?
RICHARD Dat kan ook telefonisch. Bovendien heb ik de indruk dat Dorris
argwanend is.
MARIA Dorris is altijd argwanend.
RICHARD Maria, ik wil dat je verdwijnt. Nu, meteen !
MARIA (Verleidelijk) Weet je dat je onweerstaanbaar bent als je boos bent.

RICHARD Nee dat is nieuw voor me.
MARIA Kus me.
RICHARD Wat ?
MARIA Gut man, ik spreek toch geen Chinees ? Kus me.
RICHARD Nu even niet Maria. (Maria kust hem. Op dat moment komen
Sjaak en Ruud van boven)
SJAAK Oh... neem ons niet kwalijk.
RICHARD (Geschrokken) Dit eh... het is eh... het is niet wat jullie denken.
RUUD Wij denken niet meneer.
SJAAK Wij zijn verhuizers.
RUUD Wij verhuizen en eh... horen, zien en zwijgen.
RICHARD (Met een gebaar naar Maria) Dit is eh... dit is eh...
SJAAK U gaat ons toch niet vertellen dat U niet weet hoe ze heet hè ?
RICHARD Natuurlijk weet ik hoe ze heet.
SJAAK Mooi zo.
RICHARD Ik kom er alleen zo snel even niet op.
MARIA Maria.
RICHARD Verrek ja... Maria.
SJAAK (Tegen Ruud) Maar alles behalve maagd.
RICHARD Pardon ?
RUUD Luistert U maar niet naar hem meneer. Hij kan af en toe zo lollig uit
de hoek komen, dat je hem er zo weer in zou slaan.
RICHARD Maria is mijn eh... mijn secretaresse.
SJAAK Dat is ons volkomen duidelijk meneer. U was net bezig met
werkoverleg als U het mij vraagt.
RICHARD (Weet met zijn figuur geen raad) Nou jullie eh... jullie redden je
verder alleen wel hè ?
RUUD Komt dik voor mekaar meneer.
MARIA Ik moet je spreken Richard.
RICHARD Nu niet Maria, nu niet. (Richard snel af)
SJAAK Ja schoonheid, daar sta je nu met je goeie gedrag.
MARIA (Staart naar de deur waar Richard af gegaan is) Zou je zo'n
hufter niet ?!
SJAAK Getrouwde kerels hebben nooit geen tijd en als ze al eens tijd hebben
is het een vluggertje. Wat jij Ruud ?
RUUD Geen flauw idee. Ik heb geen ervaring met getrouwde kerels.
MARIA Niet eens tijd om even naar me te luisteren.
RUUD Ach dan zeg je het later, dat heeft toch nog wel even tijd ?
MARIA Ja hoor, negen maanden om precies te zijn. (Maria af)
SJAAK Nou, wat zei ik ? Alles behalve maagd.
RUUD (Staart naar de deur waar Maria af gegaan is) Verrek, dat mens
is zwanger.
SJAAK Je doet net alsof je nog nooit een zwangere vrouw hebt gezien.
RUUD Zou ze zwanger zijn van die vent ?
SJAAK Zwanger word je alléén maar van een vent.
RUUD Dan ben ik blij dat ik niet in zijn schoenen sta.
SJAAK Zal ik je eens iets zeggen ? Die vent heeft alle kwaliteiten in huis om
president van Amerika te worden.
RUUD Nou, kom op, de verhuizing gaat beginnen. (Sjaak en Ruud af.
Telefoon gaat. Voetstappen. Telefoon stopt. Voetstappen
ebben weg. Sjaak en Ruud komen weer terug. Sjaak draagt
een stoel en Ruud een kartonnen doos)
SJAAK (Zet de stoel neer en gaat zitten) Zo... en nu eerst pauze.
RUUD Verrek, nou al ? We zijn nauwelijks begonnen.
SJAAK Neem nou één ding van mij aan, als je dit beroep lang wilt
uitoefenen, moet je veel pauzes nemen. Waar is de pils ?
RUUD In de wagen. Ik haal wel even twee flesjes. (Ruud links af)
SJAAK (Maakt de kartonnen doos open, pakt er een boek uit en slaat
dit open. Leest) Wondere wetten der natuur. (Bladert door het
boek)

RUUD (Komt na enkele ogenblikken van links op met twee flesjes
bier) Is het de bedoeling dat we de zaak uitpakken ? (Geeft een
flesje aan Sjaak)
SJAAK Nee, ik keek alleen maar even wat er in die doos zat.
RUUD En ? Spannend ? (Gaat op de grond zitten)
SJAAK Wondere wetten der natuur. (Slaat het boek dicht en legt het in
de doos) Vertel mij wat van de wondere wetten der natuur. Gistermiddag
was ik op het strand... nou... natuur te over... het kon niet
op. (Geeft met zijn handen de omvang van borsten aan)
Goeiemorgen jongens.
RUUD (Kijkt om zich heen) Je moet toch wel goed in je slappe was zitten
als je zo'n kast van een huis kunt betalen.
SJAAK Die zwangere troel kost natuurlijk ook een paar duiten en die wil
straks nog meer geld zien natuurlijk, daar kun je gif op innemen.
RUUD Wat hij natuurlijk zonder problemen betaalt, want zijn vrouw mag
niets weten.
SJAAK Een leuk chantagemiddel om heel snel aan heel veel geld te komen.
RUUD Die vent schijnt een soort hulpverlener te zijn.
SJAAK Je bedoelt zo'n pief die tegen je aan gaat zitten ouwehoeren als je
problemen hebt ?
RUUD M'n zuster is ook eens bij zo'n vent geweest. Ze moest op een bank
gaan liggen en die vent begon heel zeikerig tegen d'r aan te lullen. Ze
werd op een gegeven moment hartstikke slaperig en kan zich van de
hele behandeling niets meer herinneren, maar ze moest wel
honderdvijftig piek betalen.
SJAAK Zou die secretaresse ook op zo'n bank hebben gelegen ?
RUUD Welnee man, dat was even tussendoor, gewoon op de rand van het
bureau... huppetta.
SJAAK (Ziet de telefoon) Verrek, een telefoon.
RUUD Je doet alsof het ding vanmorgen pas uitgevonden is.
SJAAK Heb jij enig idee hoe laat het nu in Melbourne is ?
RUUD Waar ?
SJAAK Melbourne.
RUUD Als je eerst eens even vertelt waar daar ligt, kan ik je misschien
helpen.
SJAAK Australië.
RUUD Waarom wil jij weten hoe laat het daar is ?
SJAAK Omdat m'n zuster daar woont.
RUUD Nou, bel d'r op en vraag hoe laat het is.
SJAAK Volgens mij zou ze het hartstikke leuk vinden als ik haar bel.
RUUD Nou, kom op dan, de hulpverlening betaalt.
SJAAK Ja en als 'ie commentaar heeft zeggen we tegen z'n vrouw dat z'n
vriendin zwanger is. (Lachen allebei. Sjaak loopt naar de
telefoon en neemt de hoorn van de haak) Verrek, ik hoor niks, de
lijn is dood.
RUUD Dat ding is nog niet aangesloten natuurlijk.
SJAAK Hè, dat is nou jammer.
RUUD Laten we maar weer wat gaan doen. De hele wagen staat nog vol.
SJAAK Hè man, doe toch even rustig aan. Ik heb m'n pils nog niet eens op.
CORNELIA (Steekt haar hoofd om de deur) Goedemorgen.
RUUD Goedemorgen.
CORNELIA (Komt naar binnen) Zijn jullie de verhuizers ?
SJAAK Helemaal mevrouw. En wie bent U als ik vragen mag ?
CORNELIA Cornelia Zijtveld, de overbuurvrouw. Wat zijn jullie aan het doen ?
RUUD Wij pauzeren.
CORNELIA Pauze ? Nu al ?
RUUD Hoe bedoelt U.
CORNELIA Jullie zijn nauwelijks begonnen. Ik zei nog tegen m'n broer, daar zijn
de verhuizers en het is al half tien geweest. In mijn tijd begonnen
verhuizers 's ochtends om zeven uur.

SJAAK Ja, dat was in Uw tijd, maar de tijden zijn veranderd. Bovendien was
Uw tijd tachtig jaar geleden.
CORNELIA Deze opmerking heb ik niet gehoord.
SJAAK Daar geloof ik helemaal niets van.
CORNELIA Het enige dat jullie naar binnen hebben gebracht is een stoel en een
kartonnen doos. Niet dat ik nieuwsgierig ben, maar ik zag het toevallig.
Die hele wagen staat nog vol.
SJAAK Ja en die komt heus wel leeg hoor.
CORNELIA Niet als jullie in dit tempo door blijven gaan.
SJAAK Maakt U zich maar niet benauwd, het is niet de eerste verhuizing.
CORNELIA Bovendien geeft het geen pas om tijdens het werk te drinken.
SJAAK We werken niet, we hebben pauze.
CORNELIA Jullie hebben geluk dat ik me nooit ergens mee bemoei, maar anders
zou ik je baas inlichten.
SJAAK Mag ik U eens iets zeggen ? Hoe eh... hoe was Uw naam ook alweer ?
CORNELIA Cornelia Zijtveld.
SJAAK Luister mevrouw Cornelia Zeikveld.
CORNELIA (Met nadruk) Zijtveld.
SJAAK Ja, dat zei ik. Hebt U weleens een verhuiswagen leeggepakt ?
CORNELIA Waar zie je me voor aan ?
SJAAK Dat zeg ik liever niet. Maar ik zeg U iets anders bemoeit U zich niet
met ons werk en hoepel op.
CORNELIA Pardon ?!
SJAAK Wegwezen, opzouten, moeven.
CORNELIA Ik zal mijn beklag doen bij meneer Koenen.
SJAAK Die zit echt niet op U te wachten, die heeft hele andere zorgen op dit
moment. (Terwijl Cornelia af gaat) Dag Cor en niet meer komen
klieren hè. (Cornelia af) Dat was de buurvrouw. Proost. (Drinkt
zijn flesje leeg)
RUUD (Staat op) Nou... laten we maar verder gaan. (Ruud en Sjaak
links af)
DORRIS (Komt na enkele ogenblikken met Bets van links op. Dorris
kijkt om zich heen) Nou, veel is er nog niet gebeurd. Een stoel en
een doos.
BETS Vind je dit nu geen vreselijk eng huis ?
DORRIS Eng ? Hoe kom je daar nu bij ?
BETS Overal donkere kleine hoekjes. Wie weet hoeveel ongedierte daar
kruipt.
DORRIS Het stikt er van het ongedierte... hele zwermen.
BETS Agattegat, nee toch ?
DORRIS Ik maak maar een grapje. Fijn dat jullie gekomen zijn om ons te
helpen met de verhuizing.
BETS Ik mag niet zwaar tillen van de dokter. Ik heb een hele zwakke
ruggegraat.
DORRIS Je zou eens in therapie moeten Bets.
BETS In therapie ? En waarom dan wel als ik vragen mag ?
DORRIS Voor al je klachten en kwalen. Waarom maak je niet eens een
afspraak met Richard ?
BETS Oh nee, niet met je eigen familie.
DORRIS Wat is daarop tegen ?
BETS Dat is incest.
DORRIS Nee Bets, incest is heel wat anders.
BETS Bovendien heb ik geen therapie nodig, ik weet zelf wel wat ik
mankeer.
DORRIS Ja, dat is duidelijk. Maar door in therapie te gaan zou je misschien
van die angsten af kunnen komen.
BETS Zo angstig ben ik niet.
DORRIS Oh.
BETS Ik ben gewoon een heel gevoelig type, dat is alles. Een supergevoelig
type. Kan ik er wat aan doen ? Nee toch, wel dan, niet toch ? Zeg nu

zelf.
DORRIS Doe daar dan iets aan.
BETS Ik heb het niet zo op doktoren en hulpverleners.
DORRIS Maar je zult toch wát moeten Bets, zo kan het toch niet doorgaan ?
BETS Ik zoek het in de alternatieve sector.
DORRIS Alternatieve sector ? En wat moet ik me daarbij voorstellen ?
BETS Ik ben toegetreden tot een spiritistische kring.
DORRIS Wát voor kring ?
BETS Een kring van spiritisten.
DORRIS Je bedoelt... je bedoelt eh... geesten oproepen en zo ?
BETS Dat komt er ook bij.
DORRIS (Gaat op de stoel zitten) Goeie genade.
BETS (Gaat op de doos zitten) Allemaal hele aardige mensen hoor.
DORRIS Wie ? Die geesten ?
BETS Nee, die mensen van de kring. Gene zijde helpt me bij het
overwinnen van m'n angsten.
DORRIS Wie is gene zijde ?
BETS Zo noemen wij het hiernamaals. De wereld waar de geesten wonen.
Nou, die geesten dus, die helpen me.
DORRIS En... werkt het ?
BETS Ik ben nog niet zo bekend in het hiernamaals, dat heeft even tijd
nodig. Maar als ik daar eenmaal geregistreerd sta, gaat het in een
vlot tempo zegt mevrouw Hoekstra.
DORRIS Mevrouw Hoekstra ? Is dat ook een geest ?
BETS Mevrouw Hoekstra is het medium.
DORRIS Mevrouw Hoekstra is wat ?
BETS Een medium is een tussenpersoon tussen de aarde en het
hiernamaals. De geesten maken van haar gebruik om boodschappen
door te geven. Begrijp je ?
DORRIS Ik probeer het. Maar ben je daar dan allemaal niet bang voor ? Ik
bedoel... geesten en zo, dat is toch hartstikke eng ?
BETS Valt reuze mee hoor.
DORRIS Heb je al een geest gezien tijdens zo'n bijeenkomst van die kring ?
BETS Nee, maar dat komt omdat ze mij nog niet zo goed kennen. Voordat
ze zich laten zien, moeten ze eerst weten wat voor vlees ze in de kuip
hebben. Ze zijn een beetje angstig hè ? Maar mevrouw Hoekstra zegt
dat ik heel veel gaven heb om een goed medium te worden.
DORRIS Je bedoelt dat jij in de toekomst ook geesten kunt oproepen ?
BETS In de nabije toekomst zelfs.
DORRIS Meen je dat nou ?
BETS Ik heb het al wel geprobeerd.
DORRIS En ?
BETS Het was tijdens het stofzuigen. Ik denk dat het lawaai van de
stofzuiger ze heeft afgeschrikt. Ja, ze kunnen niet tegen lawaai hè ?
DORRIS Oh, dat wist ik eerlijk gezegd niet.
BETS Bovendien was ik vergeten in trance te gaan. Maar ja, wie denkt daar
nou aan tijdens het stofzuigen. Nee toch, wel dan, niet toch ? Zeg nu
zelf.
DORRIS Vind je het erg wanneer ik zeg dat ik niet geloof aan dergelijke on-
zin ?
BETS Nee.
DORRIS Mooi, dan bestaat hierover geen misverstand. Ga je mee. (Tijdens
het afgaan zegt Dorris) Geesten... het idéé ! (Dorris en Bets af.
Na enkele ogenblikken gaat de telefoon. Voetstappen. Telefoon
stopt. Voetstappen ebben weg)
DOEK