F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
232www.cgfdejong.nl<br />
rukking en uitbuiting. Het was goed dat dit kwaad zo duidelijk werd benoemd.<br />
Wat men niet had voorzien was dat deze sociaal-economische<br />
vragen een zelfstandig leven zouden gaan leiden en alle andere vragen haast<br />
zouden overwoekeren. Niet langer werd het aanbieden van het heil in Christus<br />
(tenminste!) even belangrijk geacht als de bevrijding uit de slavernij van<br />
de machten dezer wereld. Niet langer werd de missionaire oproep tot bekering<br />
ervaren als een oproep zich te keren tot de levende God, naast een<br />
oproep zich af te keren van de afgoden van rijkdom en macht. Het Interuniversitair<br />
Instituut voor Missiologie en Oecumenica (IIMO), waarvan Bergema<br />
de oprichting aankondigde, bemoeide zich maar spaarzaam met deze<br />
vragen en wist zeker niet de hierboven aangegeven dubbele agenda van de<br />
zending te onderbouwen. 13 Andere, overigens ook gewichtige vragen, b.v.<br />
van confessioneel belang of van dialoog tussen de godsdiensten, zouden het<br />
programma van het IIMO gaan bepalen. Zo konden velen, in en buiten de<br />
missiologie, door de wijze waarop ze – op zichzelf terecht – aandacht gaven<br />
aan het sociaal-economische onrecht in deze wereld, uiteindelijk zelf in de<br />
kuil vallen en huns ondanks de hegemonie van geld en goed bevestigden.<br />
Een derde en laatste punt in Bergema’s afscheidscollege betrof de eschatologie.<br />
Het was een thema dat hem ook al bij zijn aantreden als hoogleraar in<br />
1956 had beziggehouden. Terugziende is het opvallend dat Bergema in zijn<br />
bespreking van de eschatologie het meest actueel is. Het gaat hem daarbij<br />
niet zozeer om een evaluatie van allerlei theologische categorieën, al worden<br />
heel wat dogmatici, van Schweitzer tot Moltmann, aangehaald, maar hij lijkt<br />
vooral aandacht te geven aan de vraag hoe het rijk van God, dat immers de<br />
toekomst heeft, gerealiseerd zal worden. Natuurlijk zullen wij onze voeten<br />
moeten richten naar dat rijk, zullen we ons moeten voorbereiden op zijn<br />
komst. De realisering ervan zal echter niet afhangen van menselijke activiteiten,<br />
maar van de genade van God, aldus Bergema. Hij relativeert de ‘theologie<br />
van de revolutie’, die eind jaren zestig opkomt en die een krachtdadige,<br />
eventueel gewelddadige omslag naar het rijk van God lijkt te sanctioneren.<br />
Bergema wijst er terecht op, aan de hand van de gebeurtenissen in Rusland,<br />
dat revoluties niet alleen bevrijding betekenen, maar ook een nieuwe slavernij<br />
kunnen inhouden en in ieder geval gepaard gaan met veel lijden van<br />
onschuldige mensen. Hij verschilde in die opstelling niet van zijn collega<br />
Verkuyl, die toentertijd pleitte voor een theologie van de evolutie in plaats<br />
van een theologie van de revolutie. Hun opvattingen werden bepaald niet<br />
13 A.J. van den Berg, “Het interuniversitair Instituut voor Missiologie en Oecumenica, 1969-<br />
1994” in: Terugblik en perspectief (Utrecht-Leiden, 1994) 1-38.