F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
www.cgfdejong.nl<br />
gereformeerd theoloog wist hij van de onvolkomenheid van alle menselijk<br />
handelen, “... dat ook onze beste werken in dit leven alle onvolkomen en met<br />
zonden bevlekt zijn.” 6 Als man met rijke zendingservaring zal hij het zelf in<br />
zijn werk en in dat van anderen zijn tegengekomen, dat het positieve resultaat<br />
van het zendingswerk niet alleen dankzij, maar vaak ook ondanks het<br />
menselijk handelen tot stand komt. Maar wel was de waardering en de<br />
balans van de zending voor hem positief. De indringende kritiek die na 1968<br />
losbarstte op alle zendingsactiviteit en de mensen van de zending behalve<br />
nederig en bescheiden ook onzeker en zelfs ontredderd achterliet, 7 stempelde<br />
niet zijn beeld van de zending. Deze (latere) kritiek kon dus evenmin zijn<br />
toekomstvisie op de zending zoals die in zijn afscheidscollege naar voren<br />
komt, toonzetten. Dat is een belangrijk punt bij het analyseren van die rede<br />
om te zien wat de waarde ervan is voor de huidige stand van zaken in zending<br />
en missiologie.<br />
Bergema geeft in dit college getiteld “De toekomst is zijn rijk” drie punten<br />
aan die zijns inziens van groot belang zijn voor de toekomst van de missionaire<br />
opdracht: de confrontatie met de messianistische bewegingen, de<br />
futurologie en de bezinning op het eigen eschatologisch karakter van de<br />
zending. Met de eerste, de messianistische bewegingen, bedoelt hij die<br />
bewegingen die op grond van de prediking van het evangelie een uitgesproken<br />
heilsverwachting hebben ontwikkeld voor de nabije toekomst. Hij wijst<br />
op de Taiping-beweging in China, op de “Vailala-razernij” onder de Papoea’s,<br />
op messianistische bewegingen onder de Xhosa in Zuid-Afrika. Ook<br />
lijkt hij de onafhankelijke kerken in Afrika, zoals de Kimbanguïsten, in deze<br />
categorie te plaatsen. Terugkijkend moet gezegd worden dat verschillende<br />
van deze bewegingen uiteindelijk weinig historische continuïteit hebben<br />
gekend en vandaag nauwelijks meer van belang zijn, anders dan uit historisch<br />
of cultureel-antropologisch oogpunt. Er zijn sindsdien andere ‘messianistische’<br />
bewegingen ontstaan en ten onder gegaan, die een heilsverwachting<br />
in de nabije toekomst plaatsten. Het waren sektarische groepen, die vaak<br />
aanhangers opriepen zich te isoleren van de andere mensen (zoals de groep<br />
rond Jones in Guyana, 1978) en uiteindelijk zelfs om collectief zelfmoord te<br />
plegen. Zij werden als gevaarlijk gezien; instanties als het Europese Parlement<br />
vonden in hun optreden een aanleiding om een anti-sektenwetgeving<br />
te ontwikkelen. Maar over het algemeen waren het incidenten en hebben<br />
eschatologische motieven niet dat stempel op zending en missiologie gezet<br />
6 Heidelbergse catechismus, antw. 62.<br />
7 L. Newbigin, Unfinished Agenda. An autobiography (Geneva, 1985) 168 e.v.<br />
229