F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ... F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

16.09.2013 Views

204www.cgfdejong.nl ring van de VN op 28 november 1961. Ondanks het feit dat Luns – ten onrechte – bleef volhouden dat de VS Nederland militair zouden steunen, meldde premier De Quay op 2 januari 1962 in de Tweede Kamer dat de regering zonder voorwaarden vooraf met Indonesië zou gaan onderhandelen. Na enkele spannende weken van militaire en diplomatieke schermutselingen en bedreigingen, greep President Kennedy persoonlijk in. Zijn broer Robert bezocht zowel Jakarta als Den Haag en op basis van een formule van de Amerikaanse diplomaat Ellsworth Bunker werden de onderhandelingen in maart 1962 te New York voortgezet. Uitkomst daarvan: Nieuw-Guinea wordt per direct overgedragen aan Indonesië; na een bepaalde tijd zouden de Papoea’s zich over hun eigen toekomst kunnen uitspreken. Aangezien de Nederlandse regering inzag dat een andere oplossing niet meer mogelijk was, werd de strijd om Nieuw-Guinea op deze wijze beëindigd. Nederland en Indonesië kwamen in augustus 1962 tot overeenstemming over de overdracht. Zowel Tweede als Eerste Kamer gaven vervolgens in september hun fiat. Per 1 oktober droeg Nederland het bestuur over Nieuw-Guinea over aan de Verenigde Naties, die het op hun beurt per 1 mei 1963 aan Indonesië overdroegen. Afgesproken werd dat in 1969, na een volksstemming onder de Papoea’s, een definitieve beslissing over de toekomst van Nieuw-Guinea zou worden genomen. 19 Oktober 2002 was het 40 jaar geleden dat de overdracht van Nieuw-Guinea aan de VN plaatsvond. De media hebben er veel aandacht aan besteed. In Trouw van 10 augustus 2002 stond een interview met de destijds jonge bestuursambtenaar F. Springer (pseudoniem van de auteur Jan Carl Schneider), die van 1958 tot 1962 in de Baliemvallei werkzaam was geweest. Een citaat: Ik heb heel lang schuldgevoelens gehad over ons vertrek. Ik voelde me verantwoordelijk voor de bewoners van mijn gebied. Ik vond dat ik de Papoea’s had laten stikken. Dat kon ik niet helpen – maar het was wel zo. Bijna alle oud-bestuursambtenaren hebben daar last van. We hadden ons hart verpand aan Nieuw-Guinea. We voelden ons een soort ontwikkelingswerkers avant la lettre. Het kolonialisme in Nieuw-Guinea was absoluut niet te vergelijken met het kolonialisme in het Nederlands-Indië van voor de oorlog, dat ik als jongen nog heb gekend. Die oud-koloniale 19 Zie over deze materie: P.J. Drooglever, Een Daad van Vrije Keuze. De Papoea's van westelijk Nieuw-Guinea en de grenzen van het zelfbeschikkingsrecht. Amsterdam: Uitgeverij Boom, 2005.

www.cgfdejong.nl sfeer ontbrak in Nieuw-Guinea bijna helemaal. Wij waren nuchtere idealisten, bezig een land vanaf nul op te bouwen. En toen moesten we weg. Samen met ds. P.G. van Berge en ds. K.A. Schippers nam Bergema in de jaren zestig deel aan de West-Iriancommissie van de Gereformeerde Kerken; deze commissie viel onder de koepel van Nederlandse Zendingsraad. Regelmatig werd daar gesproken over de toezegging die aan de Papoea-bevolking was gedaan om zich in 1969 uit te spreken over (eventuele) zelfbeschikking. Elk half jaar waren er ook gesprekken met de Evangelisch Christelijke Kerk van West-Irian (ECK). De “volksraadpleging” werd in 1969 gehouden volgens het zogenoemde musyawarah-systeem, waarbij 1025 afgevaardigden voor 800.000 Papoea’s beslisten dat het gebied bij Indonesië zou blijven. Een echte raadpleging van het volk was het dus niet. Indonesië schond op deze wijze de afspraken door 1025 (gekochte) afgevaardigden te laten beslissen. De Nederlandse regering heeft hier overigens niet tegen geprotesteerd. De “ommezwaai” van Bruins Slot Bruins Slot voelde niets voor een bloedige oorlog met Nieuw-Guinea als inzet; ook was hij geen voorstander van een derde politionele actie. De Nederlandse overheid stond zijns inziens zonder militaire steun van de VS voor een onmogelijke opgave. Bruins Slot had er ook moeite mee dat de belofte, destijds aan de bevolking van Nieuw-Guinea gedaan (te zijner tijd zelf over haar toekomst te kunnen beschikken), niet nagekomen zou worden. Bij hem was het echter toch vooral een andere visie op christelijke politiek die doorslaggevend is geworden voor zijn wending. Het waren, ook voor hem persoonlijk, jaren van intense spanningen. Deugden de traditionele bijbelse argumenten met betrekking tot gezagshandhaving eigenlijk nog wel?, vroeg hij zich onder meer af. Jarenlang heeft Bruins Slot in de schaduw van Jan Schouten gestaan. Schouten was moedig, en hij inspireerde mij in die tijd buitengewoon. Mijn genegenheid voor hem is geboren in het verzet, en mijn verering voor deze man heb ik zijn gehele leven lang gehouden ... maar, we zouden eerlijk praten, en dan is het echt voor mij oneerlijk het daarbij te laten. Ik geloof namelijk dat het ondanks alles voor de Anti-Revolutionaire Partij een ramp is geweest dat hij zo lang partijvoorzitter is ge- 205

204www.cgfdejong.nl<br />

ring van de VN op 28 november 1961. Ondanks het feit dat Luns – ten<br />

onrechte – bleef volhouden dat de VS Nederland militair zouden steunen,<br />

meldde premier De Quay op 2 januari 1962 in de Tweede Kamer dat de<br />

regering zonder voorwaarden vooraf met Indonesië zou gaan onderhandelen.<br />

Na enkele spannende weken van militaire en diplomatieke schermutselingen<br />

en bedreigingen, greep President Kennedy persoonlijk in. Zijn broer Robert<br />

bezocht zowel Jakarta als Den Haag en op basis van een formule van de<br />

Amerikaanse diplomaat Ellsworth Bunker werden de onderhandelingen in<br />

maart 1962 te New York voortgezet. Uitkomst daarvan: Nieuw-Guinea<br />

wordt per direct overgedragen aan Indonesië; na een bepaalde tijd zouden de<br />

Papoea’s zich over hun eigen toekomst kunnen uitspreken. Aangezien de<br />

Nederlandse regering inzag dat een andere oplossing niet meer mogelijk<br />

was, werd de strijd om Nieuw-Guinea op deze wijze beëindigd.<br />

Nederland en Indonesië kwamen in augustus 1962 tot overeenstemming over<br />

de overdracht. Zowel Tweede als Eerste Kamer gaven vervolgens in september<br />

hun fiat. Per 1 oktober droeg Nederland het bestuur over Nieuw-Guinea<br />

over aan de Verenigde Naties, die het op hun beurt per 1 mei 1963 aan<br />

Indonesië overdroegen. Afgesproken werd dat in 1969, na een volksstemming<br />

onder de Papoea’s, een definitieve beslissing over de toekomst van<br />

Nieuw-Guinea zou worden genomen. 19<br />

Oktober 2002 was het 40 jaar geleden dat de overdracht van Nieuw-Guinea<br />

aan de VN plaatsvond. De media hebben er veel aandacht aan besteed. In<br />

Trouw van 10 augustus 2002 stond een interview met de destijds jonge<br />

bestuursambtenaar F. Springer (pseudoniem van de auteur Jan Carl Schneider),<br />

die van 1958 tot 1962 in de Baliemvallei werkzaam was geweest. Een<br />

citaat:<br />

Ik heb heel lang schuldgevoelens gehad over ons vertrek. Ik voelde me<br />

verantwoordelijk voor de bewoners van mijn gebied. Ik vond dat ik de<br />

Papoea’s had laten stikken. Dat kon ik niet helpen – maar het was wel zo.<br />

Bijna alle oud-bestuursambtenaren hebben daar last van. We hadden ons<br />

hart verpand aan Nieuw-Guinea. We voelden ons een soort ontwikkelingswerkers<br />

avant la lettre. Het kolonialisme in Nieuw-Guinea was<br />

absoluut niet te vergelijken met het kolonialisme in het Nederlands-Indië<br />

van voor de oorlog, dat ik als jongen nog heb gekend. Die oud-koloniale<br />

19 Zie over deze materie: P.J. Drooglever, Een Daad van Vrije Keuze. De Papoea's van<br />

westelijk Nieuw-Guinea en de grenzen van het zelfbeschikkingsrecht. Amsterdam: Uitgeverij<br />

Boom, 2005.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!