F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ... F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

16.09.2013 Views

20www.cgfdejong.nl Langzaam aan pakte men de draad weer op. Families werden herenigd; bestuurstaken opnieuw uitgevoerd. Huizen werden toegewezen, rapporten geschreven, het moederland ingelicht. De terugkerende artsen hadden bijvoorbeeld heel wat te doen; de hospitalen hadden in de oorlog met minder artsen door moeten werken. Henny werd hier geconfronteerd met zijn stokpaard dat er te weinig inheemse krachten waren opgeleid. Scholen werden opgezet. Henny gaf, zoals in het kamp, geschiedenis aan de HBS. De kerk kwam op gang en Henny ging weer preken – in geleende kleren, want kleding bezat men nog nauwelijks. Sommige mannen vertrokken met hun gezinnen naar hun oude standplaatsen in andere gedeelten van de archipel. Velen repatrieerden. Australië: 1946 Henny en zijn gezin konden naar Australië om op te knappen. Daar kwam het gezin gedurende een half jaar op krachten. Henny had weer problemen met zijn hart en ook twee kinderen bleken in het kamp een hartkwaal te hebben opgelopen. De kinderen leerden in die korte tijd prima Engels – wèl met een zwaar Australisch accent. Eind 1946 was deze verlofperiode voorbij en ging Henny weer terug naar zijn standplaats Makassar. De drie oudste kinderen (Leneke, Pieter en Agatha) vertrokken naar Nederland voor hun opleiding en werden daar ondergebracht bij familie of in een pleeggezin. De twee jongste kinderen, Ineke en Betty, gingen mee terug naar Celebes. Makassar: 1947-1948 Meestal schreef Jitske aan de kinderen in Nederland, maar in een brief aan zijn zoon Pieter ging Henny in op diens vraag, hoe hij dacht over de Vrijmaking (‘artikel 31’). Hij reageerde met te zeggen dat in Indië totaal andere zaken aan de orde waren. “Er is hier zoveel werk op het gebied van zending, evangelisatie, kerkbouw en nationale opbouw”. In al deze zaken die Henny noemde, heeft hij veel werk verricht. Indië was in een vrijheidsstrijd verwikkeld. In een paar jaar tijd zou het dekolonisatieproces zijn voltooid. Henny was daar nauw bij betrokken. Al voor de oorlog had hij gesteld dat de politiek van grote invloed was op de zending. De Nederlandse regering moest volgens hem dan ook samenwerken met de ‘goede’ nationalistische stromingen in Indië en de ‘foute’[dit waren voor hem vooral de communistische] zo veel mogelijk bestrijden.

www.cgfdejong.nl In Makassar liepen de zaken natuurlijk anders dan in Yogyakarta op Java. Yogyakarta was het centrum van de onafhankelijkheidsbeweging in Indië. De centralistische politiek vanuit Java zegevierde op den duur. Maar Makassar was als hoofdstad van de deelstaat Oost-Indonesië toch een brandpunt. Deze deelstaat Oost-Indonesië (als onderdeel van de federatieve staat Indonesië) was gevormd op de conferenties van Malino en Den Pasar – respectievelijk in juli en december 1946. Henny was twee jaar lid van het parlement van Oost-Indonesië als spreekbuis van de protestantse kerken en zending en heeft in die periode veel gedaan voor een grondwettelijke regeling van deze deelstaat. Vooral de godsdienstvrijheid was een hot item. Om de eigen positie van de deelstaat Oost-Indonesië op Java te bepleiten, werd in 1948 een Goodwill-missie vanuit Makassar naar Yogyakarta gestuurd. Er zaten twee Nederlanders in deze delegatie, waaronder Henny. Ik herinner me nog goed als kind, dat mijn vader vertelde dat hem in Yogyakarta – per slot in het hol van de leeuw – als Nederlander werd toegeroepen Indonesia merdeka en dat hij terugriep: tetap [= voorgoed]. Hij had op Java ontmoetingen met onder meer Van Mook, Soekarno en Hatta. Hij vond de sfeer over het geheel “gemoedelijk”. Als puritein vond hij wel dat Van Mook behoorlijk wat whisky-soda’s dronk. In Makassar kwamen in deze tijd ook de nodige Nederlandse vertegenwoordigers als Beel en Jonkman. Zij waren er in mei 1947 vlak voor de eerste politionele actie. Als afgevaardigden van de Anti-Revolutionaire Partij kwamen Schouten en Bruins Slot. De gesprekken met hen vond Henny “teleurstellend”. Op kerkelijk gebied was er ook veel in beweging in deze na-oorlogse periode. In de oorlog was er al overleg gepleegd in de kampen over samenwerking tussen de verschillende protestantse kerken. Na de oorlog werd dit in praktijk gebracht. In Makassar werkten hervormden en gereformeerden nauw samen. Op den duur werden de beide kerken officieel tot één kerk geïnstitueerd. De gereformeerden hadden uiteraard wel iets aparts: de ‘gereformeerde kring’. Eens in de veertien dagen kwam deze ‘kring’ bij Henny en Jits thuis bijeen. Op deze ‘kring’ werden onder meer lezingen gehouden en er werd natuurlijk gediscussieerd over de politieke situatie. Daar kwamen ook de gereformeerde Nederlandse militairen die in Makassar gestationeerd waren. Toen Henny en Jits later in 1949 met verlof in Nederland waren, werden ze door ouders van deze militairen daarvoor nog hartelijk bedankt. Deze eenheidsgedachte èn de zelfstandigheid van de kerken in Indonesië kwamen mede tot uiting op de Malino-conferentie van kerken en zending in 21

20www.cgfdejong.nl<br />

Langzaam aan pakte men de draad weer op. Families werden herenigd;<br />

bestuurstaken opnieuw uitgevoerd. Huizen werden toegewezen, rapporten<br />

geschreven, het moederland ingelicht. De terugkerende artsen hadden bijvoorbeeld<br />

heel wat te doen; de hospitalen hadden in de oorlog met minder<br />

artsen door moeten werken. Henny werd hier geconfronteerd met zijn stokpaard<br />

dat er te weinig inheemse krachten waren opgeleid. Scholen werden<br />

opgezet. Henny gaf, zoals in het kamp, geschiedenis aan de HBS. De kerk<br />

kwam op gang en Henny ging weer preken – in geleende kleren, want kleding<br />

bezat men nog nauwelijks. Sommige mannen vertrokken met hun<br />

gezinnen naar hun oude standplaatsen in andere gedeelten van de archipel.<br />

Velen repatrieerden.<br />

Australië: 1946<br />

Henny en zijn gezin konden naar Australië om op te knappen. Daar kwam<br />

het gezin gedurende een half jaar op krachten. Henny had weer problemen<br />

met zijn hart en ook twee kinderen bleken in het kamp een hartkwaal te<br />

hebben opgelopen. De kinderen leerden in die korte tijd prima Engels – wèl<br />

met een zwaar Australisch accent.<br />

Eind 1946 was deze verlofperiode voorbij en ging Henny weer terug naar<br />

zijn standplaats Makassar. De drie oudste kinderen (Leneke, Pieter en Agatha)<br />

vertrokken naar Nederland voor hun opleiding en werden daar ondergebracht<br />

bij familie of in een pleeggezin. De twee jongste kinderen, Ineke en<br />

Betty, gingen mee terug naar Celebes.<br />

Makassar: 1947-1948<br />

Meestal schreef Jitske aan de kinderen in Nederland, maar in een brief aan<br />

zijn zoon Pieter ging Henny in op diens vraag, hoe hij dacht over de Vrijmaking<br />

(‘artikel 31’). Hij reageerde met te zeggen dat in Indië totaal andere<br />

zaken aan de orde waren. “Er is hier zoveel werk op het gebied van zending,<br />

evangelisatie, kerkbouw en nationale opbouw”. In al deze zaken die Henny<br />

noemde, heeft hij veel werk verricht. Indië was in een vrijheidsstrijd verwikkeld.<br />

In een paar jaar tijd zou het dekolonisatieproces zijn voltooid. Henny<br />

was daar nauw bij betrokken. Al voor de oorlog had hij gesteld dat de politiek<br />

van grote invloed was op de zending. De Nederlandse regering moest<br />

volgens hem dan ook samenwerken met de ‘goede’ nationalistische stromingen<br />

in Indië en de ‘foute’[dit waren voor hem vooral de communistische]<br />

zo veel mogelijk bestrijden.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!