F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ... F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...

16.09.2013 Views

188www.cgfdejong.nl De politieke dimensie van de zending bracht Bergema ertoe voortdurend aandacht te vragen voor recente ontwikkelingen in Azië en Afrika en voor de problemen waarmee de ontwikkelingslanden te maken hadden. Samen met anderen publiceerde hij in 1959 het populair-wetenschappelijke Pioniers van het nieuwe Azië. 59 Het boek geeft een situatietekening van dit werelddeel en was bedoeld om meer begrip te wekken voor het herlevend nationaal bewustzijn en de mentaliteit van landen als India, China, Pakistan en Indonesie. In Onze verhouding tot de jonge staten beschrijft hij, hoe de ARP zich op grond van haar beginselen zou moeten opstellen tegenover de landen van Azië en Afrika. Volgens hem moet het streven naar een internationale rechtsorde niet alleen gebaseerd worden op recht en gerechtigheid, maar ook op naastenliefde en verantwoordelijkheid. 60 Bergema deelde de opvattingen van Hendrik Kraemer over de principiële discontinuïteit tussen de boodschap van het evangelie en de niet-christelijke godsdiensten. Aanhangers van deze religies moeten zich tot God bekeren en zich onderwerpen aan de openbaring Gods in Christus. Hun godsdienstig leven moet geheel opnieuw geboren worden. Anders dan Kraemer hechtte hij wel veel waarde aan voorstellingen en gedachten in de niet-christelijke religies, die volgens hem vrucht waren van Gods algemene openbaring. Door het totalitaire karakter van deze religies worden zij verwrongen in ongerechtigheid en leugen, zodat zij hoogstens als antithetische aanknopingspunten bij de prediking van het evangelie kunnen dienen. Indien een aanhanger van een niet-christelijke religie echter tot God is bekeerd, dan kunnen deze oude voorstellingen en gedachten op God worden gericht en als legitieme waarheidselementen in het christelijke leven worden geïntegreerd. 61 Voor wat Bergema’s relatie tot de islam betreft verwijs ik naar het artikel van dr. D.C. Mulder in dit boek. Hij had veel belangstelling voor de islam, maar heeft weinig over deze godsdienst gepubliceerd. Hij pleitte dikwijls voor de dialoog tussen christenen en moslims ter bevordering van meer onderling begrip. Toch wilde hij niet spreken van een gemeenschappelijk geloof in God, omdat hij te veel fundamentele verschillen tussen islamitische 59 H. Bergema e.a., ed., Pioniers van het nieuwe Azië. Franeker, z.j. [1959]. Bergema schreef zelf het inleidende hoofdstuk, “Het nieuwe Azië”, Ibidem, 15-72. 60 H. Bergema, Onze verhouding tot de jonge staten. ’s-Gravenhage, 1964. 61 H. Bergema, “Continuïteit en discontinuïteit. Enkele beschouwingen naar aanleiding van ‘Religion and the Christian Faith’ van prof. dr.. H. Kraemer”, Vox Theologica 27 (1956- 1957) 171-179; vgl: het door hem opgestelde rapport over Oost-Sumba (Karuni 1939, archief Sumba-zending).

www.cgfdejong.nl en christelijke opvattingen over God en Zijn werk meende te moeten vaststellen. In 1965 vestigde Bergema de aandacht op “het evangelie van Barnabas”. In dit uit de zestiende eeuw uit een kring van Spaanse “crypto-islamieten” stammende maar aan Barnabas, de metgezel van Paulus, toegeschreven evangelie, voorspelt Jezus de komst van de profeet Mohammed en wordt Judas in de plaats van Jezus gekruisigd. Bergema voorzag dat moslims dit pseudo-evangelie zouden opvoeren als bewijs voor de waarheid van de islam. Hij hoopte dat islamitische geleerden zich hiervan echter zouden distantiëren omwille van de dialoog. 62 Tenslotte iets over de bijdrage van Bergema aan de problematiek van de verhouding tussen kerk en Israël. Tijdens zijn bezoek aan Israël in 1956 raakte hij nog meer onder de indruk van het ontstaan en de geschiedenis van de staat Israël dan hij al was. 63 Wij hebben al gezien, hoe hij als theologisch adviseur van deputaten voor de zending onder de joden, als hoogleraar en als rector de bezinning op de verhouding jodendom en christendom voortdurend heeft gestimuleerd. Hij schreef ook een aantal publicaties op dit terrein. 64 Gert van Klinken heeft erop gewezen, hoezeer Bergema bereid was om een werkelijke ontmoeting met de opvattingen van andersdenkende schrijvers aan te gaan en zich open wilde stellen voor hun steekhoudende kritiek. 65 In zijn inaugurele oratie en in Rondom Israël (1957) pleitte hij nog voor zending onder de joden. 66 Op de synode van Apeldoorn (1961-1962) stemde hij echter in met de vervanging van de term “zending onder de joden” door “evangelieverkondiging onder Israël” en in 1963 ging hij zelfs akkoord met de tijdelijke opschorting van de zending in de christelijke nederzetting Nes Ammim. Hij wilde de schadelijke gevolgen van de naam “zending” voor het werk in Israël voorkomen en een basis voor wederzijds vertrouwen schep- 62 H. Bergema, “Het ‘evangelie naar Barnabas’”, in: J. van den Berg e.a., Christusprediking in de wereld. Studiën op het terrein van de zendingswetenschap gewijd aan de nagedachtenis van professor dr. Johan Herman Bavinck (Kampen, 1965) 91-110. Zie ook: Jan Slomp, “Professor Bergema en het zogenaamde Evangelie van Barnabas”, in Communiqué 17 (2000-2001) 46-60. 63 H. Bergema, Rondom Israël. Kampen, 1957 (Zendingsreeks). 64 H. Bergema, “'The relation between Israël and the Church during the first three Centuries”, in: Report of the Summer-course of the International Committee on the Church and the Jewish People at Driebergen, Augustus 1964. z.p., [1964]; Idem, “Israël in het Midden- Oosten” in: Studiemap Midden-Oosten, NSZC, 1964; Idem, “Kerk en synagoge. Enkele wenken voor hen, die het vraagstuk van de verhouding van kerk en jodendom willen bestuderen”, Vox Theologica 35 (1964-1965) 122-129; Idem, Verbroken eenheid. Kampen, 1968 (Verkenning en bezinning, 2e jrg., 3). 65 Van Stegeren-Keizer, Een kerk op zoek naar Israël, 185-186; Van Klinken, Opvattingen, 524. 66 Bergema, Universaliteit, 11,12; Idem, Rondom Israël, 47-53. 189

188www.cgfdejong.nl<br />

De politieke dimensie van de zending bracht Bergema ertoe voortdurend<br />

aandacht te vragen voor recente ontwikkelingen in Azië en Afrika en voor de<br />

problemen waarmee de ontwikkelingslanden te maken hadden. Samen met<br />

anderen publiceerde hij in 1959 het populair-wetenschappelijke Pioniers van<br />

het nieuwe Azië. 59 Het boek geeft een situatietekening van dit werelddeel en<br />

was bedoeld om meer begrip te wekken voor het herlevend nationaal bewustzijn<br />

en de mentaliteit van landen als India, China, Pakistan en Indonesie.<br />

In Onze verhouding tot de jonge staten beschrijft hij, hoe de ARP zich op<br />

grond van haar beginselen zou moeten opstellen tegenover de landen van<br />

Azië en Afrika. Volgens hem moet het streven naar een internationale<br />

rechtsorde niet alleen gebaseerd worden op recht en gerechtigheid, maar ook<br />

op naastenliefde en verantwoordelijkheid. 60<br />

Bergema deelde de opvattingen van Hendrik Kraemer over de principiële<br />

discontinuïteit tussen de boodschap van het evangelie en de niet-christelijke<br />

godsdiensten. Aanhangers van deze religies moeten zich tot God bekeren en<br />

zich onderwerpen aan de openbaring Gods in Christus. Hun godsdienstig<br />

leven moet geheel opnieuw geboren worden. Anders dan Kraemer hechtte<br />

hij wel veel waarde aan voorstellingen en gedachten in de niet-christelijke<br />

religies, die volgens hem vrucht waren van Gods algemene openbaring.<br />

Door het totalitaire karakter van deze religies worden zij verwrongen in<br />

ongerechtigheid en leugen, zodat zij hoogstens als antithetische aanknopingspunten<br />

bij de prediking van het evangelie kunnen dienen. Indien een<br />

aanhanger van een niet-christelijke religie echter tot God is bekeerd, dan<br />

kunnen deze oude voorstellingen en gedachten op God worden gericht en als<br />

legitieme waarheidselementen in het christelijke leven worden geïntegreerd.<br />

61<br />

Voor wat Bergema’s relatie tot de islam betreft verwijs ik naar het artikel<br />

van dr. D.C. Mulder in dit boek. Hij had veel belangstelling voor de islam,<br />

maar heeft weinig over deze godsdienst gepubliceerd. Hij pleitte dikwijls<br />

voor de dialoog tussen christenen en moslims ter bevordering van meer<br />

onderling begrip. Toch wilde hij niet spreken van een gemeenschappelijk<br />

geloof in God, omdat hij te veel fundamentele verschillen tussen islamitische<br />

59 H. Bergema e.a., ed., Pioniers van het nieuwe Azië. Franeker, z.j. [1959]. Bergema schreef<br />

zelf het inleidende hoofdstuk, “Het nieuwe Azië”, Ibidem, 15-72.<br />

60 H. Bergema, Onze verhouding tot de jonge staten. ’s-Gravenhage, 1964.<br />

61 H. Bergema, “Continuïteit en discontinuïteit. Enkele beschouwingen naar aanleiding van<br />

‘Religion and the Christian Faith’ van prof. dr.. H. Kraemer”, Vox Theologica 27 (1956-<br />

1957) 171-179; vgl: het door hem opgestelde rapport over Oost-Sumba (Karuni 1939,<br />

archief Sumba-zending).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!