F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
F:\Wpdocs\WZOK\Kleine Reeks\Bundel Bergema\BundelBergema ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
www.cgfdejong.nl<br />
Meer nog dan de concurrentie van de missie vroeg de scheuring in eigen gelederen<br />
zijn aandacht. De problemen met ds. S.J.P. Goossens (1902-1983),<br />
missionair predikant van Appingedam te Melolo (Oost-Sumba), kwamen<br />
eind 1934 tijdens een kerkvisitatie aan het licht. Op diens aandrang waren<br />
tientallen gedoopte christenen geëxcommuniceerd zonder het voorgeschreven<br />
overleg met de collega’s en de zendende kerk. Deze excommunicatie<br />
was een gevolg van de opvatting van Goossens dat Sumbanese christenen<br />
moesten breken met ‘heidense gebruiken’ als ongehuwd samenwonen, eten<br />
van offervlees, betalen van een bruidsprijs e.d. Als zij deze gebruiken voortzetten,<br />
moesten zij onder tucht worden gesteld. De andere missionair predikanten<br />
waren het niet eens met deze tuchtoefening. Nu had dit meningsverschil<br />
op zichzelf nog niet tot een conflict hoeven leiden, ware het niet dat<br />
Goossens zijn eigen mening als de enig schriftuurlijke beschouwde en zijn<br />
collega’s in een kwaad daglicht stelde door de bewering dat zij zich lieten<br />
leiden door wereldse motieven. Toen de vergadering van missionair predikanten<br />
in 1937 de klacht van enkele leden van de gemeente Melolo over de<br />
tuchtoefening aan de Sumba-deputaten in Nederland voorlegde, kwam het<br />
tot een breuk tussen hen en Goossens. Een door de kerk van Appingedam<br />
benoemde commissie, bestaande uit de missionair predikanten F.L. Bakker<br />
en J.H. Bavinck van Yogya, slaagde er niet in de partijen met elkaar te<br />
verzoenen. Op 29 april 1938 verzocht de zendende kerk aan Goossens zijn<br />
werkzaamheden tijdelijk te staken. Toen hij weigerde aan dit verzoek te voldoen<br />
en de gemeenten van Oost-Sumba hem hierin steunden, werd hij per 1<br />
juni geschorst en naar Nederland teruggeroepen om zich te verantwoorden.<br />
Pas op 9 januari 1939 vertrok Goossens van het eiland. Niet lang na aankomst<br />
in Nederland werd hij afgezet. 146<br />
Bergema werd op Sumba vrijwel onmiddellijk met de kwestie geconfronteerd.<br />
“De toestand in Oost-Soemba is zeer droevig. Ds. Goossens begint op<br />
allerlei wijze op Midden- en West-Soemba de menschen tegen de zending op<br />
te zetten”, schreef hij een paar dagen na aankomst. 147 Het was veel erger dan<br />
hij in Nederland had gedacht, vooral omdat Goossens in de tweede helft van<br />
1938 na zijn schorsing doorging met allerlei beschuldigingen tegen zijn<br />
collega’s, met name tegen ds. Lambooy van Payeti. Toch voelde Bergema er<br />
niets voor als consulent van de gemeenten in Oost-Sumba op te treden en de<br />
opleidingsschool in verband hiermee naar Melolo te verplaatsen. Sommigen<br />
in Nederland, zoals de kerkenraad van Appingedam en de zendingssynode<br />
146 Reenders, “Zending voor de oorlog”, 21-22.<br />
147 Bergema aan Sumba-deputaten, 7 okt. 1938, ADS 131.<br />
101