Handboek Heilige Boontjes - KMKG

Handboek Heilige Boontjes - KMKG Handboek Heilige Boontjes - KMKG

COVER<br />

1


2<br />

<strong>Handboek</strong><br />

<strong>Heilige</strong> <strong>Boontjes</strong><br />

Kunstwijzer:<br />

lekkerbekken in<br />

het Jubelparkmuseum<br />

p. 3<br />

Ingrediëntenwijzer:<br />

wat zit er in mijn stoofpotje?<br />

p. 11<br />

Eet(cultuur)wijzer:<br />

tafeltje dek je, ezeltje strek je<br />

p. 22<br />

Liedjes:<br />

hop Marianneke stroop in ’t<br />

kanneke<br />

p. 26<br />

Woordenlijst:<br />

van appulmos tot zurkel<br />

p. 29


1. Kunstwijzer: lekkerbekken<br />

in het Jubelparkmuseum<br />

1. Eikenhouten beeld van de<br />

heilige Bartholomeus, 13 de eeuw.<br />

Dit beeld toont de heilige Bartholomeus<br />

met een groot boek in de hand en in<br />

zijn andere hand een mes. Was de heilige<br />

Bartholomeus dan een kok? Neen,<br />

al preekte hij wellicht de oude Joodse<br />

spijswetten. Het mes in zijn hand verwijst<br />

naar zijn ongelukkige dood - hij<br />

werd levend gestroopt. Het boek (de<br />

Bijbel) wijst op zijn werk als apostel in<br />

India. Voor dit spel doen we even alsof<br />

het een kookboek is.<br />

Lees meer over kookboeken<br />

in je eet(cultuur)wijzer.<br />

2. Ivoren diptiek met de verheerlijking<br />

van Maria, 14 de eeuw.<br />

Dit diptiekje was het kostbare bezit van<br />

een rijke dame of heer. Het was bedoeld<br />

om devotie op te wekken voor de heilige<br />

maagd Maria. Je ziet haar met Jezus op<br />

de arm, klaar om het kind borstvoeding<br />

te geven. Haar ene ontblote borst zou<br />

ook een appel kunnen zijn. Die dubbele<br />

betekenis ontging de middeleeuwse<br />

gelovige zeker niet. Met de appel als<br />

symbool van de zondeval werd Maria<br />

gezien als een tweede Eva.<br />

Lees meer over melk (borstvoeding)<br />

in je ingrediëntenwijzer.<br />

3. Wandtapijt over het spel van<br />

de Wildemannen,15 de eeuw.<br />

In dit wandtapijt, gemaakt van wol en<br />

zijde, zie je twee roodharige figuren<br />

met blote voeten en kronen op hun<br />

hoofd. Dit zijn de koning en de konin-<br />

gin van de wildemannen. De koningin<br />

heeft haar man uitgedaagd voor een<br />

spelletje triktrak. De inzet van het spel<br />

is de troon! Eerst eten ze samen nog een<br />

hapje. Het is wellicht hun laatste maaltijd<br />

samen, want wie het spel verliest,<br />

zal zich terugtrekken in het woud.<br />

Lees meer over brood in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

4. Houten koffertje, 15 de eeuw.<br />

We weten niet precies waarvoor dit koffertje<br />

heeft gediend. Het kon worden afgesloten<br />

met een ijzeren slot, wat erop<br />

wijst dat er iets kostbaars in zat. Op het<br />

buitenste leder zijn verschillende dieren<br />

gegraveerd. Rijke mensen jaagden<br />

op deze dieren met de bedoeling ze op<br />

te eten. Misschien werd er in dit koffertje<br />

peper bewaard voor het kruiden van<br />

een heerlijke wildmaaltijd.<br />

Lees meer over peper in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

5. Houten pronkkast,<br />

begin 16 de eeuw.<br />

De middeleeuwse naam voor deze kast<br />

was dressoor. De achterste wand werd<br />

bekleed met stoffen waartegen men<br />

schabben plaatste. Hierop werd mooi<br />

tafelgerei in zilver en majolica uitgestald.<br />

In de buik van het dressoor – het<br />

stuk dat kon worden afgesloten – bewaarde<br />

een heer of dame kostbare bezittingen.<br />

Het vloertje onderaan diende<br />

om een waterbekken klaar te zetten.<br />

Zoek de pronkkast in het wandtapijt<br />

met Judith en Holofernes (nr. 9)<br />

3


4<br />

6. Glasraam met Christus in<br />

de olijfhof,14 de eeuw.<br />

Dit glasraam hing vroeger in een kerk.<br />

Het fragment toont Christus in de olijfhof.<br />

Je ziet verschillenden bomen en<br />

planten in gekleurd glas die met stukjes<br />

lood aan elkaar zijn gezet. Links zie je<br />

een oranje stengel met een plukje groen<br />

erop. Het doet wat denken aan een<br />

groot uitgevallen wortel, maar wellicht<br />

is het een olijfboom. Wortels hadden in<br />

de middeleeuwen een andere kleur!<br />

Lees meer over de wortel in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

7. Eikenhouten hangkastje,<br />

16 de eeuw.<br />

Ook dit hangkastje in eikenhout diende<br />

voor het opbergen van kleine kostbaarheden<br />

zoals documenten, gebedenboekjes<br />

of kruiden. Dat men een slot op<br />

een kruidenkastje zette, hoeft ons niet<br />

te verbazen. Sommige kruiden waren<br />

hun gewicht waard in goud. Het woord<br />

“peperduur” drukt dat op overtuigende<br />

manier uit.<br />

Lees meer over peper op in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

8. Wandtapijt over de slag<br />

van Roncevaux, 15 de eeuw.<br />

Op dit wandtapijt zie je de middeleeuwse<br />

held Roeland uit het beroemde<br />

Roelandslied. Hij vocht in het leger van<br />

Keizer Karel tegen de Moren in Spanje.<br />

Bovenaan in het wandtapijt zie je de<br />

hoofdman Marcille in een exotische<br />

wapenrusting. Hoewel ridders zoals<br />

Roeland werden voorgesteld als voorbeeldige<br />

christenen werden zij in feite<br />

geronseld voor hun deelname aan de<br />

kruistochten. De keizer nodigde hen uit<br />

voor een banket en beloofde hen rijkdom<br />

en land.<br />

Lees meer over het banket in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

9. Wandtapijt met Judith<br />

en Holofernes,16 de eeuw.<br />

Dit wandtapijt in wol en zijde toont een<br />

banketscène met op de ereplaats twee<br />

mensen: de Babylonische generaal Holofernes<br />

en de mooie Judith van Betulia.<br />

Volgens het bijbelverhaal werd deze<br />

maaltijd aangeboden in de veldkeuken<br />

van de generaal. Toch doet het decor<br />

meer denken aan een goed uitgerust<br />

paleis dan aan een tent.<br />

Lees meer over brood, vlees,<br />

wijn in je ingrediëntenwijzer.<br />

Lees er meer over het banket in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

10. Wandtapijt met<br />

Sint-Anna-ten-drieën, 16 de eeuw.<br />

Dit weefsel van wol, zijde en gouddraad<br />

toont de heilige maagd Maria met haar<br />

moeder Sint-Anna en het kindje Jezus.<br />

Merk op hoe het drietal omgeven is<br />

door druivenranken waaraan prachtige<br />

trossen blauwe druiven hangen. Die<br />

druiven hadden naast een decoratieve<br />

functie ook een religieuze betekenis.<br />

Ze verwezen immers naar het offer van<br />

Christus.<br />

Lees meer over druiven in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

11. Retabel met de familie van<br />

de heilige Anna, 16 de eeuw.<br />

Deze beeldenkast in eikenhout toont de<br />

familie van de heilige maagd Maria. Onderaan<br />

links zie je twee kinderen: één<br />

met een stokpaardje en één die knabbelt


op een stuk zoethout. Snoepgoed was<br />

net zoals speelgoed heel uitzonderlijk<br />

in de middeleeuwen. Kinderen maakten<br />

hun speelgoed meestal zelf en snoepten<br />

tussen de maaltijden van noten, bessen<br />

en fruit uit de boomgaard.<br />

Lees meer over snoep in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

12. Claudio Villa en Gentina<br />

Solaro, Passieretabel, 15 de eeuw.<br />

Deze beeldenkast uit eikenhout was<br />

ooit beschilderd en verguld. Helemaal<br />

links zie je Christus aan tafel bij Simon<br />

en Maria Magdalena die zijn voeten<br />

wast. Op een bord voor de beide heren<br />

liggen twee vissen klaar om te worden<br />

opgepeuzeld.<br />

Lees meer over vis in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

13. Beeld van<br />

de <strong>Heilige</strong> Lambertus in noten-<br />

en eikenhout, 16 de eeuw.<br />

Voor alle duidelijkheid, dit is niet Sinterklaas,<br />

maar als je er een heilige man<br />

in herkent is het goed. De heilige Lambertus<br />

was ook een bisschop en droeg<br />

net als Sinterklaas een mijter. Rechts<br />

zie je nog een heilige met een mijter. Ja,<br />

die met zijn hoofd in zijn handen, dat is<br />

Sint-Dionisius. Die heeft ook een spannend<br />

verhaal. Maar het verhaal dat wij<br />

willen vertellen is dat van drie kinderen<br />

die gered werden uit een zoutvat. Weet<br />

je wie hen redde?<br />

Lees meer over zout in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

14. Beeld in eikenhout van<br />

de liefdadigheid van de heilige<br />

Anna, 16 de eeuw.<br />

In dit wondermooie beeldje zie je de<br />

heilige Anna die een aalmoes geeft aan<br />

een bedelvrouw. Let op het kindje op<br />

haar schouders. In de middeleeuwen<br />

waren kinderen en ouderen de eerste<br />

slachtoffers van armoede. Meestal gaf<br />

men hen geen geld maar brood. Er werd<br />

speciaal armenbrood gebakken dat van<br />

mindere kwaliteit was dan het brood<br />

dat de schenker zelf at.<br />

Lees meer over brood in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

15. Beeld van het Christuskind<br />

in beschilderd notenhout,<br />

16 de eeuw.<br />

Dit kleine beeldje valt op door zijn witte<br />

beschildering, en in de handen van het<br />

kind een gouden appel. Het is een devotiebeeld,<br />

bedoeld om bij het bidden<br />

vrome gevoelens op te wekken. De gouden<br />

appel is namelijk een verwijzing<br />

naar de erfzonde en moet de gelovige<br />

ertoe aanzetten om berouw te tonen.<br />

Lees meer over de appel in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

16. Houten beeld van Maria met<br />

een Moorse soldaat, 16 de eeuw.<br />

Het gebeurt niet vaak dat de beschildering<br />

van een oud beeld zo goed bewaard<br />

is als in dit fragment. De kleuren bleven<br />

fris en levendig en door de elegante<br />

houding van Maria lijkt het wel of de<br />

dame en de soldaat samen dansen. De<br />

aandacht van de beeldhouwer voor de<br />

kledij van de moor wijst duidelijk op<br />

culturele invloed vanuit de islamitische<br />

wereld.<br />

Lees meer over exotisme in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

5


6<br />

17. Wandtapijt met Christus<br />

voor Pilatus, 16 de eeuw.<br />

Het onderwerp van dit wandtapijt is de<br />

veroordeling van Christus door Pilatus.<br />

Let op het wasbekken waarin Pilatus<br />

zijn handen in onschuld waste. Let<br />

ook op de soldaten die de beklaagde<br />

voorbrengen. De wevers deden erg hun<br />

best om ze er Romeins te laten uitzien.<br />

In die tijd werden soldaten uitbetaald<br />

in zout. Het geheel is omkaderd door<br />

wijnranken en druiven, die zoals in het<br />

voorgaand voorbeeld een verwijzing<br />

zijn naar de kruisiging van Christus.<br />

Lees meer over druiven en<br />

zout in je ingrediëntenwijzer.<br />

18. Lezenaar in eikenhout,<br />

16 de eeuw.<br />

Op de zijkant van deze lezenaar zie je<br />

de heilige Rochus met een hondje dat<br />

hem een brood ontfutselt. Sint-Rochus<br />

werd aanbeden voor zijn liefdadigheid<br />

en zijn zorg aan armen en zieken. Je ziet<br />

hem dan ook vaak met een straathondje<br />

of met een armenbrood.<br />

Lees meer over brood in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

19. Geborduurd antependium,<br />

16 de eeuw.<br />

Dit borduurwerk van goud-, zilver- en<br />

zijdedraad is waarschijnlijk een ontwerp<br />

van Jan Gossaert van Mabuse. Van<br />

links naar rechts zie je: de bruiloft van<br />

Kana, Simon en de Farizeeër, het Laatste<br />

Avondmaal, Mattheus de tollenaar<br />

en de Emmaüsgangers. Vijf maaltijden,<br />

waaraan je inspiratie kan opdoen!<br />

Lees meer over het bord in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

20. Houten preekstoel,<br />

15 de eeuw.<br />

Op de voorzijde van deze preekstoel<br />

zie je Johannes de evangelist. Van hem<br />

werd gezegd dat hij in de woestijn overleefde<br />

op wilde honing en sprinkhanen.<br />

Twee bijbelse ‘snoepjes’ die wellicht<br />

meer zeggen over zijn godvruchtigheid<br />

dan over zijn werkelijke eetgewoonten.<br />

Je ziet Johannes gehuld in de mantel<br />

van kameelhaar die hij uit de woestijn<br />

meebracht en een lammetje aan zijn<br />

voeten. Dit vriendelijke dier wijst op<br />

zijn vriendschapsband met Jezus die in<br />

sommige teksten het lam Gods wordt<br />

genoemd.<br />

Lees meer over snoep in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

21. Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In deze kamer van ‘tapisserieën’ zie je<br />

acht wandtapijten met de geschiedenis<br />

van Jakob. De ontwerpers hadden veel<br />

aandacht voor de planten en dieren in<br />

het landschap. Ook in de boorden duiken<br />

verschillende eetbare planten op:<br />

artisjok, augurk, braambessen, druiven,<br />

frambozen, granaatappel, hibiscus,<br />

kersen, sinaasappel, uien, vijgen,<br />

venkel.<br />

Lees meer over brood, linzen,<br />

lamsvlees, paddenstoelen, uien,<br />

venkel in je ingrediëntenwijzer.<br />

22. Brugse pot in glas, 18 de eeuw.<br />

Deze zogenaamde Brugse pot is een<br />

wijn- of bierfles uit de Zuidelijke Nederlanden.<br />

In de 18de eeuw was het water<br />

vaak besmet en vond men het - ook voor<br />

kinderen -veiliger om bier te drinken.<br />

In het zuiden van het land dronk men


vooral wijn. Beide vloeistoffen werden<br />

in gelijkaardige potten bewaard.<br />

Lees meer over bier en wijn in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

23. Glazen roemer, 17 de eeuw.<br />

Middeleeuws glas is erg zeldzaam maar<br />

toch staan er enkele mooie voorbeelden<br />

in het Jubelparkmuseum. Deze roemer<br />

is een glas met een bolle kelk en een<br />

dikke, holle stam. Er staan noppen op<br />

met druiven, die dienden om het glas<br />

goed vast te houden.<br />

Lees meer over wijn in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

24. Geelkoperen paaskandelaar,<br />

16 de eeuw.<br />

Deze kandelaar in messing komt uit een<br />

oude abdij in Rochefort. We zien Maria<br />

in een schitterend decor van spitsbogen<br />

die uitmonden in granaatappels. Dit<br />

soort versiering moest de indruk wekken<br />

dat het tafereel zich binnenin een<br />

kerk afspeelde. De kerkarchitectuur<br />

zelf wilde een afspiegeling zijn van het<br />

Hemelse Jeruzalem: het land van melk<br />

en honing.<br />

Lees meer over granaatappels<br />

in je ingrediëntenwijzer.<br />

25. Geelkoperen ketel op<br />

drievoet, 15 de eeuw.<br />

In een deftig middeleeuws huishouden<br />

kon dit soort ketel niet ontbreken. De<br />

drievoet diende om hem stevig in het<br />

haardvuur op de hete kolen te plaatsen.<br />

Andere potten waren voorzien van een<br />

hendel waarmee je hem aan een haak<br />

boven het vuur kon hangen.<br />

Lees meer over de ketel in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

26. Engel met wapenschild,<br />

15 de eeuw.<br />

Deze engel is gegoten en gegraveerd<br />

in messing. Je ziet dat er op het wapenschild<br />

een snoek is afgebeeld. We<br />

kennen de familie aan wie dit schild<br />

toebehoorde niet, maar de snoek verwijst<br />

wellicht naar hun dapperheid en<br />

vroomheid. Als goed Christen werd je<br />

verondersteld om bepaalde visdagen in<br />

achting te nemen.<br />

Lees meer over vis in je<br />

ingrediëntenwijzer.<br />

27. Tinnen zout- en pepervaatjes,<br />

19 de eeuw.<br />

Deze twee schaaltjes dienden om zout<br />

en of peper aan te bieden. Vaak was er<br />

nog een derde recipiënt voor mosterdzaad.<br />

Elke van deze kruiden was peperduur<br />

en belangrijke oorlogen werden<br />

gevochten voor het bezit ervan.<br />

Lees meer over zout en peper<br />

in je ingrediëntenwijzer.<br />

28. Tinnen nap en schaal,<br />

16 de eeuw.<br />

Omdat zilver erg duur was, lieten de<br />

adellijke dames en heren in de 16de<br />

eeuw hun huisraad in tin maken. Dit<br />

materiaal was niet zo duurzaam als<br />

zilver, maar kon toch worden opgeblonken<br />

tot het een mooie glans kreeg.<br />

Lees meer over het bord in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

29. Tinnen bierpul op<br />

een houten kern, 18 de eeuw.<br />

Deze pul van een liter was niet bedoeld<br />

om in één teug leeg te drinken, maar<br />

om enkele uren te genieten, bijvoorbeeld<br />

op een feest. Ook de versieringen<br />

7


8<br />

op de wand wijzen erop dat hij voor een<br />

speciale gelegenheid gemaakt werd. Dat<br />

kon zijn: een keizerskroning, verkiezingen,<br />

een huwelijk, een doopsel…<br />

Lees meer over bier in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

30. Tegelvloer uit majolica,<br />

16 de eeuw.<br />

Deze prachtige tegelvloer komt uit een<br />

oude abdij. Hij werd opgegraven in de<br />

ruïnes van een van de belangrijkste<br />

kamers, namelijk de keuken. Geen enkel<br />

tegel is dezelfde: beroemde mensen,<br />

magische dieren en dieren die je kon<br />

eten zoals konijnen, hazen, herten.<br />

In de middeleeuwen at men ook zwanen,<br />

vinken en reigers.<br />

Lees meer over wildgebraad in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

31. Wandtapijt met wilde dieren,<br />

16 de eeuw.<br />

Rijke mensen kochten wandtapijten<br />

uit Oudenaarde om hun huiskamers te<br />

versieren. Jachtscènes waren populair<br />

omdat die de wevers de kans gaven om<br />

veel dieren en planten voor te stellen.<br />

Het ging hen niet om het verhaal maar<br />

om de sfeer. In de boord zie je soms<br />

wel figuren maar die zijn net zoals de<br />

afbeelding in het midden vooral als<br />

versiering bedoeld.<br />

Lees meer over druiven, granaatappels<br />

en wild in je ingrediëntenwijzer.<br />

32. Robrecht de Nole,<br />

Borstbeeld van aartshertog<br />

Albrecht, 17 de eeuw.<br />

Dit kleine borstbeeld toont Albrecht<br />

in een fantastische plooikraag. Tijdens<br />

zijn regentschap heerste er in onze<br />

streken een relatieve vrede en welvaart.<br />

De textielindustrie bloeide op, wat de<br />

mode van deze kragen ten goede kwam.<br />

Een tikkeltje onpraktisch waren ze wel,<br />

vooral aan tafel. Je moest enorm handig<br />

zijn om zonder morsen een hap naar je<br />

mond te brengen. Voor het eerst in de<br />

geschiedenis at men met vorken.<br />

Lees meer over de vork in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

33. Wandtapijt met Vertumnus<br />

en Pomona, 17 de eeuw.<br />

In dit renaissance wandtapijt zie je twee<br />

geliefden uit een verhaal van Ovidius.<br />

Na lang aandringen heeft de god Vertumnus<br />

het hart van de nimf Pomona<br />

veroverd en nu gaat hij haar helpen in<br />

de tuin. Achter hen in de boomgaard is<br />

de appelpluk al begonnen. In de boord<br />

zie je naast plaatselijke fruitsoorten ook<br />

enkele citrusvruchten die het mediterrane<br />

karakter van dit verhaal benadrukken.<br />

Lees meer over appels, kersen,<br />

druiven, noten, peren en citrusvruchten<br />

in je ingrediëntenwijzer.<br />

34. Zilveren plooivork en lepel,<br />

17 de eeuw.<br />

Deze plooivork met monteerbare lepelbak<br />

is gemaakt in zilver en behoorde<br />

toe aan een edele dame of heer. Werd<br />

je uitgenodigd op een feest, dan werd<br />

je verondersteld zelf tafelgerei bij te<br />

hebben. Dit soort plooivork kon gemakkelijk<br />

opgeborgen worden in de binnenzak<br />

van je mantel.<br />

Lees meer over de vork in<br />

je eet(cultuur)wijzer.<br />

35. Wandtapijt met rustende<br />

Orpheus, 17 de eeuw.<br />

Orpheus, een figuur uit de Griekse my-


thologie, was een heerlijke zanger die<br />

zelfs de dieren betoverde met zijn stem.<br />

Ze verzamelden zich rond hem om te<br />

komen luisteren. In deze voorstelling<br />

rust hij even uit en de natuur gaat zijn<br />

gewone gangetje. Je kan rustig alle dieren<br />

en planten bekijken.<br />

Lees meer over kersen, vijgen,<br />

wild in je ingrediëntenwijzer.<br />

36. Zilveren boot, 17 de eeuw.<br />

Deze mooie boot is een zoutvat. Het<br />

ruim is afgedekt omdat de heren die<br />

dit zoutvat gebruikten op hun hoede<br />

waren voor gif. Het was in die tijd<br />

niet ongewoon dat edelen, koningen,<br />

pausen of kardinalen elkaar naar het<br />

leven stonden. Een vijandig gezinde<br />

kon ongemerkt arsenicum bij het zout<br />

doen. Je zag het niet, het was geurloos<br />

en smaakloos.<br />

Lees meer over zout in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

37. Houten binnendeur met lijst,<br />

17 de eeuw.<br />

Deze prachtige, donker eikenhouten<br />

deur staat in een lijst met aan weerskanten<br />

gedraaide zuiltjes omslingerd met<br />

wijnranken. Let op de fijn uitgesneden<br />

bladeren en druiven. De datum “1633”<br />

staat in een cartouche bovenaan.<br />

Lees meer over druiven in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

38. Zwitserse kachel in faience,<br />

17 de eeuw.<br />

De kachel in deze huiskamer komt uit<br />

Zwitserland. De tegels zijn beschilderd<br />

met bloemen, fruit en groenten. Als je<br />

goed kijkt, ontdek je bovenaan rechts<br />

een citroen. Deze citrusvrucht maakte<br />

al lang deel uit van ons voedsel, maar<br />

erg populair was hij niet tot aan de ontdekking<br />

van de vitamine C in de 20ste<br />

eeuw.<br />

Lees meer over citroenen in<br />

je ingrediëntenwijzer.<br />

39. Eikenhouten tafel op<br />

bolpoten, 17 de eeuw.<br />

Dit soort massieve tafel werd pas populair<br />

in de 17 de eeuw. Voordien was<br />

de tafel geen vast onderdeel van het<br />

interieur. Nodigde je iemand uit om<br />

te blijven eten dan legde je planken op<br />

schragen en op het einde van de avond<br />

zette je alles weer netjes weg.<br />

Lees meer over de tafel in<br />

je eet(cultuur)wijzer<br />

40. Wandtapijt over de terugkomst<br />

van Briseus, 17 de eeuw.<br />

Dit wandtapijt werd gemaakt naar olieverfschetsen<br />

van Pieter Paul Rubens.<br />

Achiles die zijn geliefde Briseus verwelkomt,<br />

is blij en tegelijk droevig. Achter<br />

de held zie je het sterfbed van Patrocles,<br />

de vriend van Achiles. Toch is het de<br />

beeldschone Briseus die centraal staat<br />

en de sfeer van dit barokke wandtapijt<br />

bepaalt. In de boord zien we talloze<br />

vruchten en bloemen.<br />

Lees meer over druiven, granaatappels,<br />

peren, perziken, sinaasappelen<br />

in je ingrediëntenwijzer.<br />

41. Wandtapijten over<br />

het leven van Zenobia, 17 de eeuw.<br />

Twee van deze vier wandtapijten over<br />

Zenobia gaan over haar huwelijk met<br />

Odentatus. De plechtigheden spelen<br />

zich buiten af onder baldakijnen. Een<br />

overvloed aan florale en architecturale<br />

9


10<br />

versieringen en enkele elegante figuren<br />

zorgen voor een barokke sfeer. De festoenen<br />

met bloemen en fruit lopen over<br />

vanuit de rand naar het middenveld.<br />

Lees meer over granaatappels, look,<br />

peren, suiker in je ingrediëntenwijzer.


2.Ingrediëntenwijzer:<br />

wat zit er in mijn stoofpotje?<br />

Aardbei<br />

lekker: aardbeien met<br />

yoghurt en suiker<br />

Wandtapijt met<br />

Sint-Anna-ten-drieën, 16 de eeuw.<br />

Kleine bosaardbeitjes groeien aan de<br />

voeten Sint-Anna, Maria en Jezus. De<br />

aardbei zoals wij die kennen ontstond<br />

pas in de 18de eeuw door een kruising<br />

van twee uitheemse soorten uit Chili en<br />

Virginia. De bosaardbei, die nog steeds<br />

voorkomt in onze streken is veel kleiner<br />

en minder zoet, maar kan wel gegeten<br />

worden. De kleine vruchten hebben een<br />

frisse smaak, lekker in een vruchtensalade,<br />

in siroop of jam. Met de bladeren<br />

kan je thee maken of je kunt ze in de sla<br />

doen.<br />

Appel<br />

lekker: appeltaart<br />

en appelmoes<br />

Beeld van het Christuskind in<br />

beschilderd notenhout, 16 de eeuw.<br />

De appel in de hand van Jezus is de<br />

vrucht van de boom van kennis van<br />

goed en kwaad. Adam en Eva werden<br />

uit het paradijs gejaagd nadat ze ervan<br />

proefden. Dat je Jezus hier met diezelfde<br />

appel ziet is geen toeval. De appel<br />

werd in de middeleeuwen het symbool<br />

voor de erfzonde. De vrucht die de zondeval<br />

veroorzaakte kon nochtans net zo<br />

goed een druif of een vijg geweest zijn,<br />

afhankelijk van de bijbelvertaling. In de<br />

Latijnse tekst staat ‘malum’ wat appel<br />

betekent, maar ook kwaad. Dit paste<br />

beter in de kerkelijke visie dan bijvoorbeeld<br />

het Griekse ‘melon’ dat meloen<br />

betekent of in het meervoud borsten.<br />

Wandtapijt met Vertumnus<br />

en Pomona, 17 de eeuw.<br />

Vertumnus, de god van de seizoensveranderingen,<br />

probeerde Pomona<br />

te verleiden door het lente, zomer en<br />

herfst te laten worden. Maar Pomona<br />

maakte pas tijd voor hem in de winter,<br />

toen Vertumnus haar opzocht, verkleed<br />

als een oud vrouwtje. “Het zou de wens<br />

zijn van Venus dat jij Vertumnus een<br />

kans gaf ”, zei hij het oudje. Pas toen<br />

Vertumnus zijn vermomming afdeed,<br />

ontvlamde Pomona’s liefde. Voor ze het<br />

wist was het weer lente, zomer en herfst<br />

geweest en hingen er weer appelen aan<br />

de bomen. Die gingen Vertumnus en<br />

Pomona voortaan samen plukken. De<br />

naam Pomona komt van het Latijns<br />

‘Pomum’ wat ‘boomvrucht’ betekent.<br />

Bier<br />

lekker: konijn met bier<br />

liedje: “Iene miene mutte”<br />

Brugse pot in glas, 18 de eeuw.<br />

Bier werd meestal gemaakt van gerst<br />

of hop, aangevuld met gruit. Dat zijn<br />

kruiden zoals tijm en kamille. Soms<br />

werden ook bessen gebruikt, die de<br />

spontane gisting versnelden. Dit soort<br />

bier noemde men lambiek. Vanaf de<br />

9 de eeuw werd door Keizer Karel het<br />

11


12<br />

hopbier gepropageerd. In bier gemaakt<br />

van hop hadden bacteriën minder kans<br />

om te overleven. Hoe dan ook werd bier<br />

gekookt en gefilterd waardoor de kans<br />

op besmetting veel kleiner was dan bij<br />

gewoon putwater.<br />

Tinnen bierpul op<br />

een houten kern, 18 de eeuw.<br />

Aanvankelijk werd het bier in kloosters<br />

gebrouwen en pas vanaf de 15 de eeuw<br />

ontstonden de eerste brouwerijen die,<br />

naar Duits voorbeeld, met gist werkten.<br />

Vanaf dat moment ging de gemiddelde<br />

consumptie omhoog. In 1472 dronk de<br />

gemiddelde inwoner van Leuven 271<br />

liter bier per jaar. Ook kinderen dronken<br />

bier en in tijden van schaarste en<br />

slechte hygiëne gaf men het zelfs aan<br />

zuigelingen. Bier bevatte immers graan<br />

dat rijk was aan vitamine B.<br />

Boter<br />

lekker: boter bij de vis<br />

liedje: “Ik ben met Katootje<br />

naar de botermarkt gegaan”<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In ‘De verdeling van de kudde’ zie je<br />

rechts een herderin met een picknickmand.<br />

Ze heeft zich neergezet voor<br />

de lunch of eet haar ontbijt. Het is zo<br />

te zien een karig maal. De oorspronkelijke<br />

betekenis van ontbiten’ is een<br />

hap “bijten uit”. Ook herders die een<br />

zware dagtaak te wachten stond, aten<br />

‘s ochtends niet meer dan enkele happen<br />

brood. Ze slikten het door met een<br />

beetje wei of kaasstremsel. ’s Middags<br />

bestond de lunch uit een boterham met<br />

kaas of boter. Boter als vetstof was typisch<br />

voor de noordelijke landen, omwille<br />

van de beperkte houdbaarheid. In<br />

Zuidelijke regio’s gebruikte men vooral<br />

olijfolie. Zuivelproducten werden in het<br />

algemeen alleen door arme mensen gegeten.<br />

Bij gebrek aan vlees was het vaak<br />

hun enige bron van proteïnen.<br />

Brood<br />

lekker: boterham met choco<br />

liedje: “Elsje, fiederelsje”<br />

Wandtapijt over het spel van<br />

de Wildemannen,15 de eeuw.<br />

De tafel is gedekt voor het vorstelijke<br />

paar met wildgebraad, wijn en broden.<br />

Onderaan in de boord van dit wandtapijt<br />

zie je een watermolen. Dit was een<br />

belangrijke uitvinding in de 9 de eeuw.<br />

Vroeger werd het graan fijngestampt<br />

en gezeefd. De bloem die dat opleverde<br />

was niet goed kneedbaar en het kostte<br />

veel moeite om er brood van te maken.<br />

Tot in de Karolingische tijd was het<br />

graan vaak zo slecht dat je er eigenlijk<br />

alleen pap van kon maken of pannenkoeken.<br />

Beeld in eikenhout van de<br />

liefdadigheid van de heilige Anna,<br />

16 de eeuw.<br />

Het armenbrood dat als aalmoes werd<br />

uitgedeeld, was een plat brood zonder<br />

gist gemaakt van rogge, haver en gierst.<br />

De boeren aten meestal roggebrood<br />

met zuurdesem en de rijken wittebrood<br />

gemaakt van tarwebloem en gist. Het<br />

brood werd per gewicht verkocht en er<br />

waren officiële broodwegers die ervoor<br />

instonden dat er niet geknoeid werd


met ingrediënten. Hoewel het vrijwel<br />

onmogelijk was om in te schatten hoeveel<br />

een brood na het bakken precies<br />

zou wegen, kon je als bakker zwaar<br />

beboet worden voor een inbreuk van<br />

minder dan 25 g.<br />

Lezenaar in eikenhout, 16 de eeuw.<br />

Het eten van armenbrood was niet<br />

ongevaarlijk. Er deed een graanschimmel<br />

de ronde waar je erg ziek van kon<br />

worden. Die schimmel heette moederkoorn,<br />

omdat vroedvrouwen het<br />

vroeger gebruikten om de weeën op<br />

gang te brengen. De ziekte heette de<br />

kriebelziekte of Sint-Antoniusvuur. Je<br />

kreeg eerst jeuk en daarna aanvallen<br />

van waanzin. Had je de kriebelziekte<br />

dan werd je op bedevaart gestuurd. Je<br />

keerde meestal gezond terug, omdat je<br />

die periode niet van het besmette brood<br />

at. De symptomen kwamen jammer<br />

genoeg terug zodra je weer brood van<br />

de dorpsbakker at.<br />

Wandtapijt metJudith en<br />

Holofernes,16 de eeuw.<br />

Onder de rijk gedekte tafel zie je een<br />

mand met brood staat waaraan een<br />

hond zich te goed doet. De vorm van<br />

het brood is rond en in het oud Nederlands<br />

heette de bakker dan ook een ‘bulleghier’,<br />

afgeleid van het woord ‘bulle’<br />

of bol. Vanaf de 15 de eeuw, toen gist<br />

algemeen in gebruik kwam, werd brood<br />

voor arm en rijk het hoofdbestanddeel<br />

van de voeding. Ongeveer 80% van het<br />

gemiddelde gezinsbudget ging naar<br />

brood.<br />

Citroen<br />

lekker: vlierbloesem limonade<br />

Zwitserse kachel in faience,<br />

17 de eeuw.<br />

In de 18 de eeuw, honderd jaar na deze<br />

kachel, verplichtte de Engelse zeemacht<br />

haar matrozen om dagelijks citroensap<br />

te drinken om hen te beschermen tegen<br />

vreselijke ziekten zoals scheurbuik en<br />

diaree. Kapitein Cook was een van de<br />

eersten die het verband zag tussen de<br />

slechte voeding aan boord en enorme<br />

sterftecijfers bij zijn bemanning. Hij<br />

ging de geschiedenis in als de ontdekker<br />

van Australië, maar werd door de<br />

matrozen op handen gedragen omwille<br />

van het feit dat hij hen allen levend<br />

terugbracht naar huis. Dit was de eerste<br />

keer in de geschiedenis! De echte weldoener<br />

in dit verhaal was de scheepskok<br />

die hen - tegen hun zin - de hele reis<br />

zuurkool te eten gaf. Zuurkool bevat net<br />

zoals citroenen veel vitamine C.<br />

Druiven<br />

lekker: blokje kaas met<br />

een druif op een prikstokje<br />

Druivenranken en druiventrossen komen<br />

erg vaak voor in kunstvoorwerpen<br />

uit de middeleeuwen en de renaissance.<br />

Meestal waren ze decoratief bedoeld,<br />

maar soms hadden ze ook een religieuze<br />

betekenis. In wandtapijten zoals<br />

Sint-Anna-ten-drieën en Christus<br />

voor Pilatus legde men zeker het<br />

verband met de kruisiging van Christus.<br />

Ook in de barokke sierkunsten<br />

maakt men gretig gebruik van slingers<br />

13


14<br />

en festons, waarin zowel bloemen als<br />

fruit waren verwerkt. In het wandtapijt<br />

over De terugkomst van Briseus<br />

benadrukken de sappige vruchten in de<br />

boord zonder twijfel de bekoorlijkheid<br />

van het meisje.<br />

Granaatappel<br />

lekker: grenadinesorbetijs<br />

Wandtapijt over de terugkomst<br />

van Briseus, 17 de eeuw.<br />

Het hoeft geen twijfel dat het fruit in de<br />

boord van dit wandtapijt over de mooie<br />

Briseus haar bekoorlijkheid moesten<br />

beklemtonen. Al van in de oudheid was<br />

de granaatappel de vrucht van de verleiding.<br />

Egyptische vrouwen maakten<br />

er liefdesdranken van en de Grieken<br />

vertelden het verhaal van de mooie<br />

Persephone die zich na het eten van zes<br />

granaatappelpitten liet verleiden door<br />

de lelijke Hades.<br />

Geelkoperen paaskandelaar,<br />

16 de eeuw.<br />

De betekenis van de verleidingskracht<br />

van de granaatappel drong zelfs door<br />

tot in de Bijbel. ‘Als het rood van een<br />

granaatappel fonkelt je lach’ staat er<br />

in het Hooglied. Exotisch fruit sierde<br />

niet alleen de hofinterieurs, maar ook<br />

de kerken. Later zag je het ook bij de<br />

rijke burgers: in kunstwerken en in<br />

prachtige fruitschalen die gewoon als<br />

decoratie op tafel stonden en waarin de<br />

granaatappel niet ontbrak.<br />

Kersen<br />

lekker: kersen aan je oren<br />

Wandtapijt met Vertumnus<br />

en Pomona, 17 de eeuw.<br />

Net onder de bovenste boord van dit<br />

wandtapijt zie je breed uitwaaierende<br />

takken van een kersenboom. De wevers<br />

kozen om zoveel mogelijk vruchten<br />

tegelijk af te beelden, hoewel hun bloeiperiode<br />

eigenlijk niet samenviel: kersen<br />

zijn veel vroeger rijp dan appelen. Op de<br />

markt kocht je in die tijd ook alleen seizoensfruit.<br />

Vers fruit ging in het beste<br />

geval enkele weken mee. Marktkramers<br />

die onfrisse kersen wilden verkopen,<br />

bevochtigden het fruit met een doek, of<br />

ze namen de vruchten even in de mond<br />

en legden ze daarna terug in de kisten.<br />

In laatste instantie verkochten ze het<br />

rottende fruit voor een zacht prijsje aan<br />

een bierhandelaar. Je kon er jam van<br />

maken, maar daar had je veel suiker<br />

voor nodig en die was duur. Fruit werd<br />

soms ook ingelegd in azijn - deze combinatie<br />

zoet - zuur was typisch voor de<br />

middeleeuwse keuken.<br />

Lamsvlees<br />

liedje: “heb je al gehoord van<br />

de hollebollewagen”<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In ‘De verdeling van de kudde’ tellen<br />

Jakob en zijn oom Laban de schapen<br />

om ze eerlijk onder elkaar te verdelen.<br />

Jakob heeft zeven jaar voor Laban ge-


werkt en mag als beloning met Rachel<br />

trouwen. De bruiloftsmaaltijd die ooit<br />

te zien was in de rechter bovenhoek, is<br />

weggeknipt en vervangen door een paar<br />

zuilen, maar je kunt wel raden wat er op<br />

het menu stond: lamsvlees. Was je een<br />

herder, dan hield je de dieren nochtans<br />

niet in de eerste plaats voor het vlees.<br />

De bijproducten zoals: wol, melk, mest<br />

en spierkracht, brachten genoeg op.<br />

Enkel bij belangrijke gebeurtenissen<br />

werden dieren geslacht bijvoorbeeld<br />

voor een bruiloft.<br />

Linzen<br />

lekker: rode Linzensoep<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In ‘De verzoening van Jakob en Essau’<br />

zie je hoe de twee broers het weer bijleggen<br />

na een jarenlange ruzie. Je kunt<br />

je nauwelijks voorstellen waarover hun<br />

ruzie ging: een bord linzensoep! In ruil<br />

voor dit sober maal ontfutselde Jakob<br />

namelijk van zijn oudere broer diens<br />

eerstgeboorterecht. Kennelijk had Essau<br />

veel honger of dacht hij niet dat Jakob<br />

het meende. Toen hij erop uitkwam<br />

wat hem was ontnomen werd hij van<br />

boosheid zo rood als de soep. Gelukkig<br />

konden ze op het einde van hun leven<br />

opnieuw verbroederen.<br />

Look<br />

lekker: lookboter<br />

Wandtapijten over het leven<br />

van Zenobia, 17 de eeuw.<br />

In ‘Het huwelijk van Zenobia met<br />

Odenatus’ zie je hoe de priester look<br />

verbrandt om boze geesten af te schrikken<br />

van het echtpaar. In het geval van<br />

Odenatus leverde dat weinig op. Zijn<br />

mooie, maar hebzuchtige vrouw vergiftigde<br />

hem kort na haar kroning. In<br />

die tijd kreeg je als kind ook veel look<br />

te eten om je te beschermen tegen<br />

ziekten. Deze Romeinse plantenkennis<br />

werd overgenomen door de christenen<br />

die er nog een religieuze betekenis aan<br />

toevoegden. Toen Satan het paradijs<br />

verliet, zou hij voetsporen hebben<br />

nagelaten waarin zowel look als uien<br />

opschoten. Look werd ook gebruikt om<br />

demonen, weerwolven en vampieren af<br />

te weren.<br />

(Moeder)melk<br />

lekker: voor baby’s!<br />

liedje: “klein Katrijntje”<br />

Ivoren diptiek met de verheerlijking<br />

van Maria, 14 de eeuw.<br />

Over borstvoeding in de middeleeuwen<br />

is weinig geweten. Was je een kind van<br />

adellijke ouders dan kreeg je borstvoeding<br />

van een min die thuis inwoonde.<br />

Minder rijke mensen besteedden hun<br />

kinderen uit aan jonge moeders op het<br />

platteland. Als die meisjes niet genoeg<br />

melk hadden, kregen de zuigelingen<br />

bijvoeding en dat kon slecht aflopen.<br />

Zo wist men niet dat gerstepap onverteerbaar<br />

is voor baby’s. Men deed soms<br />

beroep op kastanjemelk, wortelsap, wei<br />

(kaasstremsel) of geitenmelk. Koeienmelk,<br />

wist men algauw, was te vet voor<br />

kleine kinderen. Zelfs volwassenen<br />

dronken het niet omdat men dacht dat<br />

het slecht was voor de tanden!<br />

15


16<br />

Retabel met de familie van<br />

de heilige Anna, 16 de eeuw.<br />

Links in beeld zie je de zus van Maria,<br />

Salome, met een kind aan de borst.<br />

Borstvoeding was heel normaal bij<br />

mensen van eenvoudige afkomst zoals<br />

de familie van Maria. Ze werden<br />

bijgestaan door vroedvrouwen die bij<br />

hen inwoonden tot enkele weken na de<br />

geboorte. Een vroedvrouw uit het begin<br />

van de 16de eeuw gaf volgend advies:<br />

‘Om de vrouwen het melck te doen comen<br />

oft dat sy genoeg te suygen mag<br />

crijgen: Neem groene venkel bladeren<br />

ende maecter een decoctie (afkooksel)<br />

af in wijn ofte water; geefter die vrouwe<br />

af te drincken so wel over den maeltijt<br />

als andersins soo dicwils als ghy cont,<br />

ende sy sal overvloedich van melck<br />

worden.’<br />

Paddenstoelen<br />

lekker: gebakken in de pan met<br />

citroen en marjolein<br />

liedje: “op een grote paddenstoel”<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In ‘De ontmoeting tussen Jakob en Rachel’,<br />

zie je de mooie Rachel te midden<br />

van haar kudde schapen staan. Jakob<br />

is samen met twee andere mannen een<br />

waterput aan het openmaken. Op een<br />

strategische plaats heeft de wever een<br />

culinair detail verwerkt: aan de voet<br />

van de boom waarnaast Rachel staat,<br />

groeien midden in beeld een handvol<br />

wilde paddenstoelen. Ongetwijfeld was<br />

Bernard van Orley, de ontwerper van dit<br />

wandtapijt, een liefhebber van kampernoelies.<br />

Peper<br />

lekker: peperkoek<br />

Houten koffertje, 15 de eeuw.<br />

Was je een adellijke heer of dame, dan<br />

bewaarde je de kruiden voor het eten<br />

in een specerijendoos die je overal mee<br />

naartoe nam. Peper was in de 15de eeuw<br />

zo duur dat je er goed aan deed om hem<br />

achter slot te bewaren. Peper en andere<br />

kruiden vormden de aanleiding tot<br />

bloedige oorlogen en ook de ontdekkingstochten<br />

naar de nieuwe wereld<br />

(Amerika) stonden in het teken ervan.<br />

Tinnen zout- en pepervaatjes,<br />

19 de eeuw.<br />

Als je peper op tafel had staan, dan was<br />

je een rijk iemand. Ook het schaaltje<br />

waarin de peper werd opgediend was<br />

meestal erg elegant, want men maakte<br />

er graag een hebbedingetje van. Meestal<br />

had je een set van drie schaaltjes: eentje<br />

voor peper, eentje voor zout en eentje<br />

voor mosterd. Die dingen werden al<br />

snel verzameld. Koningin Elizabeth van<br />

Engeland nam steevast de zout- en pepervaatjes<br />

van haar gastheer mee als ze<br />

ergens ging eten.<br />

Sinaasappel<br />

lekker: sinaasappel met kaneel<br />

liedje: “appeltjes van oranje”<br />

Wandtapijt over de terugkomst<br />

van Briseus, 17 de eeuw.<br />

De sappige vruchten in de boord van dit


wandtapijt moeten zonder twijfel de<br />

bekoorlijkheid van het meisje Briseus<br />

benadrukken, maar ook de welstand<br />

van de opdrachtgever van dit kunstwerk.<br />

In de 17 de eeuw waren sinaasappelen<br />

nog exotisch fruit. Het woord<br />

sinaasappel komt van ‘china-appel’.<br />

Marco Polo proefde er voor het eerst<br />

een in de 14 de eeuw. Later brachten handelaren<br />

pitjes mee, die zorgden voor de<br />

verspreiding van de vrucht in Europa.<br />

Het stond heel stijlvol om een eigen sinaasappelboom<br />

te hebben in een soort<br />

serre die men ‘orangerie’ noemde.<br />

Sla<br />

lekker: sla met gebakken reepjes spek<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

Heb je zin om in deze wandtapijten alle<br />

eetbare gewassen op te zoeken? Je zou<br />

er even werk mee hebben. De wevers<br />

kenden hun planten heel goed omdat<br />

ze zelf vaak bloemen, zaden of wortels<br />

fijnmaalden voor het maken van<br />

kleurstoffen. Heel wat bloemen werden<br />

vers gegeten in een sla of zomaar uit de<br />

hand. Sla als bladgroente ontwikkelde<br />

zich uit verschillende wilde soorten zoals<br />

zurkel en rucola. Doorgaans waren<br />

ze bitterder van smaak en het was dan<br />

ook de gewoonte om er een zoet vinaigrette<br />

sausje bij te doen. Het aloude<br />

recept van vinaigrette - drie delen olie<br />

tegen één deel azijn - kwam al voor in<br />

Romeinse kookboeken.<br />

Snoep<br />

lekker: gedroogd fruit<br />

liedje: “Jantje zag eens<br />

pruimen hangen”<br />

Retabel met de familie van<br />

de heilige Anna, 16 de eeuw.<br />

Zoethout of ‘kalissenhout’ bestaat nog<br />

altijd, al heeft het als snoep wat aan<br />

populariteit ingeboet ten aanzien van<br />

ander en kleurrijker suikergoed. De<br />

wortelstok van de zoethoutplant bevat<br />

een zoetstof die 30 tot 50 keer zo sterk<br />

is als suiker, maar die niet schadelijk is<br />

voor de tanden. Het sap uit de wortel<br />

wordt ook gebruikt als grondstof voor<br />

drop.<br />

Wandtapijt over het spel van<br />

de Wildemannen,15 de eeuw.<br />

In de onderste boord van dit wandtapijt<br />

zie je boeren met een beienkorf.<br />

Het verzamelen van honing gaat heel<br />

ver terug in de geschiedenis, minstens<br />

8000 jaar geleden. In de middeleeuwen<br />

werd honing niet alleen ingezet als<br />

zoetmiddel, maar ook als geneesmiddel<br />

en liefdesdrank. Hippocras, een oude<br />

drank op basis van wijn, honing, kaneel<br />

en gember, was gekend in heel middeleeuws<br />

Europa.<br />

Houten preekstoel, 15 de eeuw.<br />

Dat Johannes net zoals Jezus uit de<br />

Joodse traditie stamt, blijkt duidelijk<br />

uit het verhaal over zijn afzondering<br />

in de woestijn en meer bepaald uit zijn<br />

eetgewoonten daar. Hij leefde naar men<br />

zegt op honing en sprinkhanen. In de<br />

Joodse traditie is honing het symbool<br />

voor het nieuwe jaar. Het ‘land van<br />

17


18<br />

melk en honing’ is de beschrijving<br />

van het beloofde land (Jeruzalem). De<br />

sprinkhaan is het enige gevleugelde<br />

insect dat koosjer is om te eten. De gewoonte<br />

om sprinkhanen te eten komt<br />

overigens vanuit het Oosten.<br />

Wandtapijt met Vertumnus<br />

en Pomona, 17 de eeuw.<br />

Noten en vruchten, al dan niet gedroogd,<br />

at je tussendoor als snoep of<br />

tijdens een banket bij het nagerecht.<br />

In de Noordelijke Nederlanden kon je<br />

verschillende inheemse notensoorten<br />

vinden zoals walnoten, okkernoten, hazelnoten<br />

en kastanjes. Andere soorten<br />

zoals amandelnoten werden ingevoerd<br />

vanuit het zuiden. Amandelpoeder en<br />

amandelmelk werden gebruikt bij het<br />

bereiden van gebak en marsepein.<br />

Suiker<br />

lekker: rijstpap met bruine suiker<br />

liedje: “hop Marjanneke”<br />

Onze suiker werd ingevoerd vanuit<br />

de Arabische wereld. De Arabieren<br />

ontdekten het suikerriet in India en de<br />

naam ‘suiker’ kwam van het Sanskriet:<br />

‘sjarkara’. De teelt kwam via Italië naar<br />

Europa in de 14 de eeuw. Nog eeuwen<br />

daarna handhaafde Sicilië een monopoly<br />

op de suikerhandel.<br />

Wandtapijten over het leven<br />

van Zenobia, 17 de eeuw.<br />

Valt het je op dat er tijdens ‘Het bruiloftsmaal<br />

van Zenobia en Odenatus’<br />

opvallend weinig eten op tafel stond?<br />

Morsige banketscènes pasten niet meer<br />

in de nette interieurs van de 17de eeuw.<br />

Net binnen handbereik van de mollige<br />

Zenobia staat wel een schaaltje met<br />

suiker. Dit kleinood bewijst dat het deze<br />

rijke dame aan niets ontbrak, want suiker<br />

betekende rijkdom. De marktprijs<br />

van suiker daalde in de 17de eeuw wel<br />

eventjes door de Engelse rietplantages<br />

op de Caribische eilanden. Na de Franse<br />

revolutie en de Britse blokkade werd het<br />

weer duurder. Men ging op zoek naar<br />

vervangingsproducten en ontdekte de<br />

suikerbiet. Die zorgde ervoor dat suiker<br />

in de 18de eeuw gemeengoed werd.<br />

Uien<br />

lekker: Uiensoep<br />

liedje: “de boer die roert zijn soep”<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In het wandtapijt ‘De verdeling van de<br />

kudde’, zit rechts onderaan een herdersvrouw<br />

te eten. Ze heeft een picknickmand<br />

meegebracht, waaruit ze net een<br />

half brood heeft gehaald. Naast haar<br />

in de boord prijkt een bosje uien. Voor<br />

de arme boeren waren uien de belangrijkste<br />

bron van vitamines en calcium.<br />

Uien die in de herfst geoogst waren,<br />

bedierven niet voor het einde van de<br />

winter. Door hun hoge suikergehalte<br />

bevroren ze niet en je kon ze lang bewaren.<br />

Uiensoep was dan ook een gerecht<br />

dat vooral in de winter erg gesmaakt<br />

werd.


Varkensvlees<br />

lekker: hutsepot<br />

liedje: “bim bam Beieren”<br />

Eikenhouten beeld van de heilige<br />

Bartholomeus, 13 de eeuw.<br />

De <strong>Heilige</strong> Bartholomeus predikte wellicht<br />

nog de Joodse voedselwetten die<br />

dateren van de tijd dat Mozes zijn volk<br />

uit Egypte leidde. Het eten van varkensvlees<br />

werd toen afgeraden omdat dit<br />

schadelijk of zelfs dodelijk kon zijn bij<br />

grote hitte. Daar zit een kern van waarheid<br />

in: onverzadigde vetten belemmeren<br />

het lichaam immers om water op te<br />

nemen.<br />

Venkel<br />

lekker: pasta met gebakken venkel<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

In ‘Het vertrek en de droom van Jakob’<br />

zie je Jakob die uitrust nadat hij een<br />

hele dag heeft gelopen. Hij vluchtte<br />

weg van huis om de woede van zijn<br />

oudere broer Essau te ontlopen. Terwijl<br />

hij uitrustte, kreeg hij een droom over<br />

engelen die hem gerust stelden. Zie je<br />

de engelen? Zie je ook ergens venkel?<br />

Via middeleeuwse handelsroutes kwam<br />

deze groente rond de 10 de eeuw vanuit<br />

Azië in Europa terecht. In de mediterrane<br />

wereld kende men de plant al langer.<br />

Prometheus, de Griekse held, had<br />

immers de stam van een venkelplant<br />

gebruikt om het vuur van de goden te<br />

stelen.<br />

Vijgen<br />

lekker: verse vijgen in prosciuto<br />

Wandtapijten over de geschiedenis<br />

van Jakob, 16 de eeuw.<br />

De vijgen in de boordversieringen van<br />

deze wandtapijten verwijzen wellicht<br />

naar de mediterrane smaak van de<br />

ontwerpers. De vijg is een van de oudst<br />

bekende vruchten van de wereld. Verse<br />

vijgen kon je in onze streken niet kopen,<br />

maar wel gedroogde. De uitdrukking<br />

“Vijgen na Pasen” houdt verband<br />

met de vastenperiode. De kerk schreef<br />

voor dat je dan geen fruit mocht eten,<br />

maar wel gedroogde vijgen. In de weken<br />

voor Pasen at je er zo veel van dat je<br />

er na Pasen, als je weer andere dingen<br />

mocht eten, eventjes genoeg van had.<br />

Vis<br />

lekker: vis met citroensap en<br />

koriander<br />

liedje: “handjes draaien”<br />

12. Claudio Villa en Gentina Solaro,<br />

Passieretabel, 15 de eeuw.<br />

Christus en Simon zitten aan tafel met<br />

een boord waarop twee vissen liggen.<br />

Ze geven het goede voorbeeld. Middeleeuwers<br />

aten enorm veel vis - niet noodzakelijk<br />

omdat ze dat lekker vonden,<br />

maar omdat de kerk dat voorschreef.<br />

Iedere vrijdag en zaterdag gold het<br />

vleesverbod en er moest gevast worden<br />

tussen Aswoensdag en Pasen, op de<br />

kruisdagen, tijdens de advent en op de<br />

vigilies. Als je al die dagen optelt zijn<br />

dat meer dan vijf maanden per jaar of<br />

130 visdagen.<br />

19


20<br />

Engel met wapenschild, 15 de eeuw.<br />

Een adellijke familie koos deze snoek<br />

om hun wapenschild te versieren, wellicht<br />

om hun godvruchtigheid te benadrukken.<br />

Was je een goede Christen dan<br />

moest je de visdagen in acht nemen. Je<br />

mocht alles eten wat zwom: snoek, barbel,<br />

prik, karper, paling, louw, bruinvis,<br />

rog, platvis, spiering, elft, kabeljauw,<br />

labberdaan, heilbot, rode poon, schelvis,<br />

brasem, zalm en haring. In de 15de<br />

eeuw werd via de haven van Brugge<br />

1500 ton haring per jaar ingevoerd vanuit<br />

de Oostzee gebieden.<br />

Wijn<br />

lekker: peterseliewijn<br />

liedje: “klappen in de handjes”<br />

Wandtapijt met Judith<br />

en Holofernes,16 de eeuw.<br />

Kijk hoe de twee disgenoten bovenaan<br />

dit wandtapijt vorstelijk bediend worden<br />

door wijnschenkers en ander tafelpersoneel.<br />

De invloedrijke Joodse dame<br />

heeft zelfs haar eigen dienstmaagd<br />

meegebracht - ze staat rechts van de<br />

tafel met een zilveren kruik wijn in de<br />

hand. Deze kruik wijn is belangrijk<br />

in het verhaal, aangezien Judith haar<br />

gastheer met deze wijn dronken voert<br />

en hem daarna in de slaapkamer om het<br />

leven brengt.<br />

Glazen roemer, 17 de eeuw.<br />

Het woord roemer komt van het Duitse<br />

woord ‘Römer’ en betekent letterlijk<br />

een Romein. In onze streken werden dit<br />

soort glazen gemaakt vanaf ongeveer<br />

het jaar 1000 tot het begin van de 18de<br />

eeuw. Valt het je op dat het glas een<br />

beetje groen is? Dat komt omdat het<br />

gemaakt werd van woudzand dat veel<br />

hout bevat en tijdens het smelten groen<br />

kleurde. De noppen op de voet van het<br />

glas dienden om het glas stevig vast te<br />

houden, ook als je vettige handen had.<br />

Wildgebraad<br />

lekker: wildpastei<br />

Wandtapijt met Judith<br />

en Holofernes,16 de eeuw.<br />

Op de tafel staan schotels vol wildgebraad.<br />

Overal in Europa en in de<br />

mediterrane wereld was men dol op<br />

wild. De jacht was een privilege dat<br />

alleen de adel toekwam en als je wild<br />

kon aanbieden wees dat op een zeker<br />

prestige. Holofernes liet zijn kok een<br />

konijn klaarmaken, een everzwijn en<br />

een vogel. Was het een eend of een kip<br />

of een ander dier met vleugels? Men at<br />

in die tijd alles wat vloog, ook zwanen,<br />

reigers, vinken en mussen.


Wortel<br />

lekker: geraspte wortel<br />

met rozijnen<br />

Glasraam met Christus in<br />

de olijfhof,14 de eeuw.<br />

Allerlei groenten zoals komkommers<br />

en wortelen zijn in de loop van de tijd<br />

sterk van vorm en smaak veranderd.<br />

Wortels in de oudheid en de middeleeuwen<br />

waren niet oranje maar wit, paars<br />

of donkerrood. Ze waren ook bitterder<br />

en smaakten een beetje zoals radijzen.<br />

Zout<br />

lekker: zachtgekookt eitje met zout<br />

Beeld van de <strong>Heilige</strong> Lambertus in<br />

noten- en eikenhout, 16 de eeuw.<br />

Het zoutvat uit het verhaal van Sinterklaas<br />

kan je vergelijken met onze huidige<br />

koelkast. Dat er af en toe kinderen in<br />

werden gestopt, wijst erop dat er tekort<br />

was aan ander vlees. Je kon ook vis of<br />

groenten pekelen. Door het eten met<br />

zout te bestrooien droogde het uit ging<br />

het minder snel rotten. Deze gepekelde<br />

lekkernijen waren erg duur omdat zout<br />

duur was. Het moest worden ingevoerd<br />

– bijvoorbeeld vanuit de zoutmijnen bij<br />

Salzburg.<br />

Wandtapijt met Christus<br />

voor Pilatus, 16 de eeuw.<br />

Ons woord voor salaris (maandloon)<br />

komt van het Latijn en betekent letterlijk<br />

zoutrantsoen. Romeinse soldaten<br />

werden gedeeltelijk uitbetaald in zakken<br />

zout. In de middeleeuwen werden<br />

de rijken belast op hun zoutvoorraad.<br />

Was je arm dan moest je met een minimum<br />

aan zout proberen rond te komen.<br />

Net zoals bij een tekort aan vitamine<br />

C, kon je ernstige ziek worden door te<br />

weinig zout te eten. Krop bijvoorbeeld<br />

zorgde dat je moeilijk kon slikken of<br />

ademen. Vandaag ligt het probleem eerder<br />

omgekeerd: te veel aan zout wordt<br />

gezien als de oorzaak van veel hart- en<br />

vaatziekten.<br />

Zilveren boot, 17 de eeuw.<br />

Je kunt zout in de natuur in de grond<br />

vinden op plaatsen waar lang geleden<br />

binnenzeeën zijn opgedroogd en de<br />

zoutmijn bij Salzburg is zo een plaats,<br />

genoemd naar het Duitse woord ‘salz’<br />

(zout). Het beste en duurste zout kwam<br />

van de Middellandse Zee. Men vulde<br />

grote bassins met vers zeewater en zette<br />

deze in de zon totdat er een dun vlies op<br />

kwam dat men ‘fleur de sel’ (zoutbloem)<br />

noemde. In Bretagne en de Camargue<br />

werd sinds de Romeinse tijd zout gewonnen.<br />

21


22<br />

3. Eet(cultuur)wijzer:<br />

tafeltje dek je, ezeltje strek je<br />

Beleefdheidsregels<br />

Wandtapijt over het spel van<br />

de Wildemannen,15 de eeuw.<br />

De wildemannen werden afgeschilderd<br />

met een dierenvacht en blootsvoets.<br />

Maar aan tafel gedroegen ze<br />

zich blijkbaar keurig. Er heerste in de<br />

middeleeuwen en de daarop volgende<br />

eeuwen dan ook een strikte etiquette.<br />

‘Niet vloeken als er een vlieg in je soep<br />

drijft’, schreef Erasmus in zijn traktaat<br />

over wellevendheid (1526). ‘De hond niet<br />

aaien met de hand waarmee je eet’ en ‘Je<br />

neus niet snuiten in het tafellaken’. Het<br />

was anders wel de gewoonte om te applaudisseren<br />

als iemand een wind had<br />

gelaten. ‘Een goddelijke wind legt men<br />

niets in de weg’, zei men.<br />

Banketten<br />

Wandtapijt met Judith en<br />

Holofernes,16 de eeuw.<br />

Deze maaltijdscène met Judith en Holofernes<br />

is geen onderonsje. Het is een<br />

heus banket met verschillende gasten<br />

en een hoop personeel. Dat ze allemaal<br />

aan een kant van de tafel zitten is geen<br />

pose voor de kunstenaar. Dat deed men<br />

om de muzikanten, dansers en narren<br />

beter te kunnen zien. Tijdens de maaltijd,<br />

die verschillende uren kon duren,<br />

werd niet gepraat, maar men danste wel<br />

tussen de menugangen. Kreeg je een<br />

stoel of bankje, dan was je een geëerde<br />

gast. Het woord banket komt van het<br />

Franse ‘banquet’ (bankje). Anders stond<br />

je recht, zoals de dienstmaagd van Judith<br />

(rechts).<br />

Wandtapijt over de slag van<br />

Roncevaux, 15 de eeuw.<br />

Het fameuze banket van de fazant in<br />

1454 illustreert hoe de keizer mankrachten<br />

en sponsors ronselde voor de kruistochten.<br />

Voor zijn gasten werden verschillende<br />

dorpen tegelijk uitgekocht:<br />

900 witte broden, 4800 fijne broden, 6<br />

kuipen Germolewijn, 24 kuipen Beaune<br />

wijn, 2 kuipen Hippocras, 800 kippen<br />

pastijen, 1600 braadvarkens, 1600 stukken<br />

kalfsgebraad, 1600 ramsbouten,<br />

400 stuks wild gevogelte, 600 pastijen,<br />

1400 konijnen, 400 reigers, 36 pauwen,<br />

6 paarden.<br />

Bord (teljoor)<br />

Geborduurd antependium,<br />

16 de eeuw.<br />

De gasten van de bruiloft in Kana kregen<br />

geen borden maar dikke sneden<br />

brood die als bord dienst deden. Zoiets<br />

noemde men in de middeleeuwen een<br />

‘teljoor’ van het Franse woord ‘tailler’<br />

(snijden). Het brood was te hard om er<br />

je tanden in te zetten, maar je kon er<br />

sauzen op scheppen. Zelfs rijke mensen<br />

hadden meestal niet genoeg servies in


huis voor hun gasten. Daarom was het<br />

gebruikelijk dat echtparen samen aten.<br />

Je deelde je bord of nap natuurlijk het<br />

liefst met iemand die je aardig vond.<br />

Exotisme<br />

Houten beeld van Maria met<br />

een Moorse soldaat, 16 de eeuw.<br />

De term ‘moor’ betekende een moslim<br />

of Afrikaan in de middeleeuwen. Ondanks<br />

de vijandige instelling tegenover<br />

de moslims, had de beeldhouwer oog<br />

voor details in de kledij van de soldaat.<br />

Zowel de vijandschap als het respect<br />

voor de islamitische cultuur kwam<br />

wellicht voort uit hun monopolie op de<br />

handel in specerijen. Dankzij de Arabieren<br />

kwam Europa in aanraking met een<br />

heel nieuw soort verfijning en smaak:<br />

olijven, kaas, gevulde druivenbladeren,<br />

gekonfijt fruit, amandelgebak. Hoe<br />

kwam Sinterklaas anders aan denk je?<br />

Gezond<br />

Wandtapijten over de<br />

geschiedenis van Jakob, 16 de eeuw.<br />

Gek genoeg aten de boeren in de vroege<br />

middeleeuwen doorgaans beter dan<br />

de rijken in de steden of aan het hof.<br />

Stoofpotjes en soep zijn duizenden<br />

jaren oud en bevatten alles wat je nodig<br />

hebt om te overleven. Toch klaagden<br />

de boeren vaak dat ze niets te eten hadden.<br />

Men dacht namelijk dat groenten<br />

geen voedingswaarde hadden en als je<br />

de kans kreeg at je spek, eieren of vis.<br />

Aan het hof at men te veel vlees, te veel<br />

suiker en te veel zout en dronk men te<br />

veel wijn.<br />

Ketel<br />

Geelkoperen ketel op drievoet,<br />

15 de eeuw.<br />

Dit soort ketels waren kostbaar en arme<br />

mensen kookten hun gerechten vaak<br />

nog in een lederen kookzak. Je gooide<br />

een kapotte ketel nooit weg, maar liet<br />

een ketellapper komen die de versleten<br />

plekken ‘oplapte’ door er een lap tin<br />

op te solderen. De ketellapper was een<br />

rondreizende ambachtsman en hij werd<br />

‘ketelboeter’ of ‘pannenboeter’ genoemd.<br />

‘Boeten’ is het oude woord voor<br />

repareren.<br />

Kookboeken<br />

Eikenhouten beeld van de<br />

heilige Bartholomeus, 13 de eeuw.<br />

Het zou wat minnetjes zijn om de Bijbel<br />

af te doen als een kookboek, maar als<br />

je graag wil weten wat er werd gegeten<br />

door de christelijke voorvaderen ben<br />

je er aan het juiste adres. Verhalen over<br />

manna (korianderzaad) en gedroogde<br />

sprinkhanen hoeven je de eetlust niet<br />

te ontnemen, er komen ook sappige<br />

stukjes in voor. De Bijbel had een grote<br />

invloed op de middeleeuwse keuken<br />

want de spijswetten bepaalden op welke<br />

dagen je vlees mocht eten en op welke<br />

dagen niet,<br />

De eerste echte kookboeken werden met<br />

de hand geschreven en waren erg duur.<br />

Was je een boer dan ging je eenvoudig<br />

aan de slag met wat je in huis had en<br />

met wat je van je grootouders wist over<br />

lokale gewassen. Zelfs de Koninklijke<br />

kok gebruikte geen kookboek. Als hij al<br />

23


24<br />

kon lezen, dan waren de instructies niet<br />

praktisch en de hoeveelheden te vaag.<br />

Een kookboek was een hebbedingetje<br />

voor de vorst die ermee pronkt bij zijn<br />

gasten, net zoals hij met zijn tafelzilver<br />

pronkte.<br />

Specerijen<br />

Eikenhouten hangkastje,<br />

16 de eeuw<br />

Met specerijen bedoelde men niet<br />

de gewone kruiden uit de tuin, maar<br />

exotische planten, fijngemalen zaden,<br />

wortels en bloemknoppen uit verre<br />

landen: foelie, gember, kaneel, kardemom,<br />

kruidnagel, nootmuskaat, peper,<br />

vanille en saffraan. Saffraan was onmisbaar<br />

in de laat middeleeuwse keuken als<br />

kleurstof (geel) en als smaakstof. Het<br />

werd gemaakt van de meeldraden van<br />

krokussen en het was een van de duurste<br />

specerijen die bestonden.<br />

Tafel<br />

Eikenhouten tafel op bolpoten,<br />

17 de eeuw.<br />

Vroeger was de tafel geen vast onderdeel<br />

van het interieur. Het was niet<br />

meer dan een plank die bij speciale<br />

gelegenheden op schragen werd gezet,<br />

precies zoals de uitdrukking “de tafel<br />

zetten” beschrijft. In een boerengezin<br />

was er dikwijls geen tafel. Men at gezeten<br />

op krukjes met kleine plankjes op<br />

de knieën. In grote kasteel- of kloosterkeukens<br />

waren er wel vaste tafels,<br />

meestal voorzien van lange banken aan<br />

weerszijden.<br />

Vork<br />

Robrecht de Nole, Borstbeeld van<br />

aartshertog Albrecht, 17 de eeuw.<br />

Het is niet toevallig dat het model van<br />

de vork met drie tanden populair werd<br />

in de 17 de eeuw. Dat had alles te maken<br />

met de mode van de plooikragen die in<br />

die tijd overwaaide vanuit het Spaanse<br />

hof. Deze kragen werden gemaakt van<br />

meterslange repen fijn linnen, batist<br />

of kant. Om niet verstrikt te raken in<br />

de stof of de kraagijzers, droegen de<br />

jongens hun haar kort en de meisjes<br />

kamden hun haren omhoog. Ook<br />

de tafelgewoonten moesten worden<br />

aangepast aan deze kledij. In de rijke<br />

milieus deden de vorken voor het eerst<br />

hun intrede.<br />

Wasbekken<br />

(Lavoor)<br />

Geborduurd antependium,<br />

16 de eeuw.<br />

Bij feestmaaltijden stonden verschillende<br />

lavoren discreet opgesteld in de<br />

eetzaal. De uitdrukking ‘Manus lavat<br />

manum’ (de ene hand wast de andere)<br />

slaat op het handgewriemel tussen<br />

jongens en meisjes die zich even terugtrekken<br />

uit de feestvreugde om samen<br />

hun handen te gaan wassen. Wilde je<br />

iemand uitnodigen om samen naar het<br />

‘lavoor’ te gaan, dan zei je op zachte<br />

toon: “Gawi dwaen ic ende ghi te gader”.<br />

“Dwaen” betekent hier “wassen”,<br />

niet “dwijlen”.


26<br />

5. Liedjes: hop Marjanneke,<br />

stroop in ‘t kanneke”<br />

Vier weverkens<br />

Vier weverkens zag men ter botermarkt<br />

gaan en de boter, die was er zo diere. Zij<br />

hadden geen duitje meer in hunne tas<br />

en ze kochten een pond sa vieren. Schiet<br />

spoele, sjerrebekke, spoelza. Djikke djakke,<br />

kerrekoltjes, klits klets. En ze kochten<br />

een pond sa vieren.<br />

En als zij dat boterken hadden gekocht,<br />

zij en hadden nog geen platelen. Zij spraken<br />

dat vrouwken zo vriendelijk aan, om<br />

hun boter in vieren te delen. Refrein. Om<br />

hun boter in vieren te delen.<br />

« Wel geren, » zei ‘t vrouwken, « zal ik<br />

u dat doen. Ja, zo wel als een vrouwken<br />

vol eren. Want wel weet ik, wat er de<br />

weverkens zijn en de weverkens zijn geen<br />

heren. Refrein. « En de weverkens zijn<br />

geen heren. »<br />

Wat zouden de weverkens dan heren zijn.<br />

Zij en hebben noch goed noch erven. En<br />

kruipt er een muisken in hunne schapraai,<br />

van honger zo moet het er sterven.<br />

Refrein. Van honger zo moet het er sterven.<br />

En als dan dat muisken gestorven<br />

zal zijn, waar zullen zij dat begraven? Al<br />

onder de weverkens hun getouw, en het<br />

grafken zal rozekens dragen. Refrein. En<br />

het grafken zal rozekens dragen.<br />

Katootje<br />

Ik ben met katootje naar de botermarkt<br />

gegaan naar de botermarkt gegaan en<br />

ze kon maken wat ze wou (...) ze maakte<br />

van boter een dominee, een dominee<br />

pardoes (...) een wafelvrouw, een boze<br />

heks, een kastelein, een barones, een<br />

lichtmatroos, een dikke meid, een oude<br />

heer pardoes. In de kerk, in de kerk zei<br />

de dominee, kom maar binnen, kom<br />

maar binnen zei de wafelvrouw, ik zal<br />

je pakken, ik zal je pakken, zei de boze<br />

heks, eerst betalen, eerst betalen zei de<br />

kastelein, in de suite, in de suite zei de<br />

barones, mooie benen, mooie benen zei<br />

de lichtmatroos, lekker zoenen, lekker<br />

zoenen zei de dikke meid, wees voorzichtig,<br />

wees voorzichtig zei de oude heer. De<br />

domi­dominee de domi­dominee en mijn<br />

zuster die heet Kee.<br />

Bim bam beieren<br />

Bim bam beieren, de koster lust geen<br />

eieren. Wat lust hij dan? Spek in de pan!<br />

Dat komt van al dat meieren.<br />

Men bedoelde het “hertogdom Beieren”.<br />

Dit liedje dateert mogelijk van<br />

het einde van de 17de eeuw toen Max<br />

Emanuel, bijgenaamde De Blauwe<br />

Keurvorst van Beieren, landvoogd<br />

van de Spaanse Nederlanden was.<br />

Het bevat dus naast een ludieke<br />

boodschap over de vette koster wellicht<br />

ook een politieke boodschap.<br />

“Meieren” heeft twee betekenissen:<br />

zeuren (preken) of: pachtgeld innen.<br />

De meier was een beambte in dienst<br />

van de landsheer die de pachten controleerde<br />

en was niet graag gezien<br />

door de boeren.


Juju paardje<br />

Juju paardje. Trek maar aan mijn staartje.<br />

Ik heb lekker koekskes. Koekskes met<br />

vier hoekskes. Alles voor ons kindeke en<br />

voor d’ander kindekes niks.<br />

Hop Marjanneke<br />

Hop Marjanneke, stroop in ‘t kanneke,<br />

laat de poppekes dansen. Eertijds was de<br />

Pruis in ‘t land en nu die kale Fransen.<br />

Hop Marjanneke, stroop in het kanneke<br />

laat de poppekes dansen. Hij wiegt het<br />

kind, hij roert de pap, hij laat zijn hondje<br />

dansen.<br />

Marjanneke is een verwijzing naar de<br />

Franse heldin: de maagd Marianne.<br />

De Pruis verwijst gezongen naar de<br />

Pruisische inval uit 1787. In sommige<br />

varianten van het liedje zingt men<br />

‘prins’ in plaats van Pruis. Dat is dan<br />

de stadhouder, Willem V die naar<br />

Engeland vluchtte. De poppetjes zijn<br />

de Franse<br />

soldaten. Die kwamen berooid toe in<br />

de Nederlanden, zonder spullen en<br />

vooral: zonder pruiken. Fransen mét<br />

pruiken waren de bourgeois van voor<br />

de Franse Revolutie. Dit liedje dateert<br />

dus van na 1789.<br />

De boer die<br />

roert zijn soep<br />

De boer die roert zijn soep. De boer die<br />

roert zijn soep. De boer die roert zijn<br />

kermissoep. Kerremerremisse. Kerremerremisse.<br />

De boer die roert zijn soep.<br />

Jantje zag eens<br />

pruimen hangen<br />

Jantje zag eens pruimen hangen, o als<br />

eieren zo groot. ‘t Scheen, dat Jantje wou<br />

gaan plukken. Schoon zijn vader ‘t hem<br />

verbood. Hier is, zei hij, noch mijn vader<br />

noch de tuinman, die het ziet. Aan een<br />

boom, zo vol geladen mist men vijf zes<br />

pruimen niet, maar ik wil gehoorzaam<br />

wezen en niet plukken: ik loop heen. Zou<br />

ik, om een hand vol pruimen ongehoorzaam<br />

wezen? Neen. Voord ging Jantje:<br />

maar zijn vader die hem stil beluisterd<br />

had, kwam hem in het lopen tegen voor<br />

aan op het middelpad. Kom mijn Jantje!<br />

zei de vader, kom mijn kleine hartendief.<br />

Nu zal ik u pruimen plukken, nu heeft<br />

vader Jantje lief. Daarop ging Papa aan ‘t<br />

schudden en Jantje raapte ‘t schielijk op.<br />

Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen en liep<br />

heen op een galop.<br />

Elsje, Fiederelsje<br />

Elsje, Fiederelsje, Elsje, Fiederelsje, zet je<br />

klompjes bij ‘t vuur. Moeder bakt pannenkoeken,<br />

maar het meel is zo duur.<br />

Handjes draaien<br />

Handjes draaien, koekebakkenvlaaien.<br />

Handjes draaien, koekebakkenvis. Je<br />

kunt het niet geloven hoe lekker dat ‘t is,<br />

stokvis.<br />

27


28<br />

De hollebollewagen<br />

Heb je wel gehoord van die hollebollewagen.<br />

Waar die hollebolle Gijs op zat. Hij<br />

kon schrokken, grote brokken. Een koe<br />

en een kalf, en een heel paard half. Een os<br />

en een stier, en zeven tonnen bier. En een<br />

hok met schapen. En nog kon Gijs van de<br />

honger niet slapen.<br />

Iene miene mutte<br />

Iene miene mutte<br />

Tien pond grutten<br />

Tien pond kaas<br />

Iene miene mutte is de baas.<br />

Kleine Katrijntje<br />

Kleine Katrijntje zat midden op het gras<br />

met een bordje en een lepeltje waar lekkere<br />

pap op was. Toen kwam een dikke<br />

spin die viel er middenin. Kleine Katrijntje,<br />

die huilde van verdriet. Papa, die<br />

pap, die spinnenpap, die lust Katrijntje<br />

niet.<br />

Molenaartje<br />

Molenaartje maal je molen. Maal voor<br />

‘t kindje een zakje meel. Dan zal moeder<br />

pannenkoek bakken. Die in kindjes keel<br />

zal zakken. Stroop, stroop, stroop met<br />

meel. Dat glijdt zacht door kindjes keel<br />

Appeltjes van oranje<br />

Sinterklaas, goed heilig man<br />

Trek je beste tabberd an<br />

Rijd ermee naar Spanje<br />

Appeltjes van oranje<br />

Rijd ermee naar Rome<br />

Sinterklaas moet komen!


6. Woordenlijst:<br />

van appulmos tot zurkel<br />

A<br />

Aalmoes: liefdadigheid<br />

Aartsvader: stamvader<br />

Advent: periode voor Kerstmis<br />

Antependium: altaarvoorhangsel<br />

Architecturaal: met gebouwde<br />

elementen<br />

Arsenicum: gif<br />

Aswoensdag: begin van<br />

de Katholieke vasten<br />

Auteur: schrijver<br />

Appulmos: appelmoes<br />

B<br />

Barok: stijlperiode in de 17 de – 18 de Eeuw<br />

Boer: van het Franse woord labourer,<br />

iemand die het land bewerkt; boer<br />

Bruwet: ragout met een saffraansaus<br />

op basis van broodkruimels<br />

Bulleghier: van het Franse woord<br />

boulle (rond); bakker<br />

C<br />

Cameline: kaneel<br />

Centraal: in het midden<br />

Christen: iemand die gelooft in Christus<br />

Christianiseren: anderen overtuigen<br />

van het geloof in Christus<br />

Culinair: met betrekking tot de keuken<br />

D<br />

Décor: omgeving<br />

Devotie: toewijding<br />

Discreet: geheim<br />

Dressoor: pronkkast<br />

Droogen coeck: soort pannenkoek<br />

E<br />

Eerstgeboorterecht: recht van<br />

het oudste kind op de hele erfenis<br />

Emmaüsgangers: Paasgasten in<br />

het dorp Emmaüs (Jeruzalem).<br />

Etiquette: beleefdheidsregels<br />

F<br />

Farizeërs: Joodse geleerden die<br />

Christus uitnodigen voor een maaltijd.<br />

Floraal: met bloemen<br />

Funghi: (Italiaans) bospaddenstoelen<br />

G<br />

Geelkoper: legering van koper en zink<br />

Gemeengoed: voor iedereen<br />

Gesmoord: gerookt<br />

Grutten: bierkruiden<br />

H<br />

Heiden: iemand met een<br />

natuurgodsdienst<br />

Hippocras: honing- wijndrank<br />

I<br />

Injectie: inspuiting<br />

J<br />

Jacopijne taart: mergpijpjes pastij<br />

29


30<br />

K<br />

Kampernoelie: bospaddenstoel<br />

Kluizenaar: iemand die in<br />

afzondering leeft<br />

Koorbank: rij zitplaatsen voor<br />

de monniken in de kerk<br />

Kruisridder: Adellijke ridder die<br />

aan een kruistocht deelneemt<br />

L<br />

Lavoor: wasbekken<br />

Lezenaar: staander waarop een<br />

boek kan worden gelegd<br />

M<br />

Maagschap: verwantschap<br />

Majolica: beschilderd aardewerk<br />

Medicijn: geneesmiddel<br />

Mediterraan: uit het Middellandse<br />

Zeegebied<br />

Messing: geelkoper; legering van<br />

koper en zink<br />

Mijter: hoofddeksel van een bisschop<br />

Milieu: omgeving<br />

Moor: Arabier<br />

N<br />

Nap: kom<br />

Nar: grappenmaker<br />

O<br />

Ontbiten: een hap nemen uit<br />

Orangerie: serre voor het kweken van<br />

sinaasappelen<br />

P<br />

Pekelen: zouten<br />

Peperduur: zo duur als peper, heel duur<br />

Potagie: groentenbrij<br />

Prossen: fijn stampen<br />

Proteïnen: eiwitten; belangrijk deel<br />

van de voeding<br />

R<br />

Religie: geloof<br />

Renaissance: periode in de kunst<br />

Retabel: beeldenkast<br />

Ritueel: ceremoniële handeling<br />

Roffioelen: gevulde pasteitjes<br />

S<br />

Salaris: loon<br />

Sanskriet: oude Indische taal<br />

Saraseen: Arabier<br />

Soken: weken<br />

Soppe: brood geweekt in vleesnat<br />

Specerij: kruid<br />

Spijzen: eten<br />

Strategisch: goed geplaatst<br />

Struiven: omelet<br />

Symbolisch: een idee door<br />

een beeld uitdrukken<br />

T<br />

Teljoor: van het Franse woord tailler<br />

(snijden); snede brood; bord<br />

Textiel: stof<br />

Tin: een soort metaal<br />

Tollenaar: belastingambtenaar<br />

Traktaat: geschrift<br />

Triktrak: backgammon


V<br />

Verdure: groenwerk<br />

Verguld: bekleed met goudblad<br />

Verjus: sap van onrijpe druiven<br />

Vigilie: de avond voor een religieuze<br />

feestdag<br />

Vinaigrette: slasaus op basis van<br />

olie en azijn<br />

W<br />

Wei: kaasstremsel<br />

Wijnranken: de takken van<br />

een druivelaar<br />

Z<br />

Zieden: koken<br />

Zurkel: breedbladgroente<br />

31


32<br />

KONINKLIJKE MUSEA<br />

VOOR KUNST EN GESCHIEDENIS<br />

Educatieve en Culturele Dienst<br />

Service Éducatif et Culturel<br />

Concept en teksten : Karen Vanhercke<br />

Vormgeving: Kenneth Mottar<br />

Vertaling naar het Frans: Isabelle Therasse<br />

© <strong>KMKG</strong> / MRAH 2012

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!