15.09.2013 Views

Mod2 - De Kracht van je Stem

Mod2 - De Kracht van je Stem

Mod2 - De Kracht van je Stem

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

Module 1 112


46<br />

Module 2<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

Vooraf<br />

Het begrip rechtsstaat (zie Algemene infomap voor de leerkracht, module 2) voor jongeren duidelijk maken,<br />

ligt niet zomaar voor de hand. In een rechtsstaat is het recht de norm, niet de wil <strong>van</strong> een dictator, <strong>van</strong> een<br />

partij of <strong>van</strong> verontwaardigde burgers. In een rechtsstaat bestaan wettelijke regels die zowel gelden voor de<br />

onderdanen als voor de regeerders. Een rechtsstaat aanvaardt het recht als het hoogste gezag.<br />

Daar moet in het kader <strong>van</strong> opvoeden tot burgerzin aandacht aan besteed worden. Als burger kunnen<br />

jongeren nu reeds verantwoordelijkheden op hun niveau opnemen, bijvoorbeeld in schoolverband, in <strong>je</strong>ugdbewegingen.<br />

Vanaf 18 jaar worden ze voor hun politieke verantwoordelijkheid gesteld: ze zullen moeten<br />

deelnemen aan het beleid <strong>van</strong> het land. We moeten stimuleren dat dit verder gaat dan het uitbrengen (of niet<br />

uitbrengen) <strong>van</strong> een stem.


Doelstellingen<br />

Cognitieve doelstellingen<br />

<strong>De</strong> leerlingen<br />

• weten dat regels voor iedereen moeten gelden;<br />

• weten wat een democratische rechtsstaat is en hoe ze die kunnen herkennen;<br />

• kennen de voorwaarden waaraan de democratische rechtsstaat moet voldoen;<br />

• weten dat de basisregels voor een democratische rechtsstaat staan neergeschreven in de Grondwet;<br />

• kennen de drie machten;<br />

• weten waarom de machten gescheiden moeten zijn;<br />

• maken kennis met de werking <strong>van</strong> de rechterlijke macht;<br />

• kennen het verschil tussen democratie en dictatuur.<br />

Vaardigheden<br />

<strong>De</strong> leerlingen<br />

• kunnen op een communicatieve manier in groep werken met respect voor elkaar;<br />

• kunnen organisaties en mensen aanspreken of aanschrijven die meer inzicht kunnen geven in de werking<br />

<strong>van</strong> de rechtsstaat hier in België maar ook in de andere landen;<br />

• kunnen met behulp <strong>van</strong> de Grondwet een aantal oefeningen oplossen die peilen naar de kenmerken <strong>van</strong><br />

een democratische rechtsstaat.<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

47


48<br />

Attitudes<br />

<strong>De</strong> leerlingen<br />

• aanvaarden dat regels en afspraken noodzakelijk zijn om het samenleven vlot te laten verlopen;<br />

• brengen respect op voor de democratische rechtsstaat;<br />

• zijn bereid de regels <strong>van</strong> de democratische rechtsstaat toe te passen;<br />

• aanvaarden dat de scheiding der machten een noodzaak is in een democratische rechtsstaat.<br />

Toelichting bij de Werkmap voor de leerlingen<br />

[A] <strong>De</strong> democratische rechtsstaat<br />

Start (blz. 34)<br />

Bij deze start is niet zozeer wat de leerlingen toevoegen belangrijk dan wel de uitspraak “…omdat ik het zeg.”<br />

<strong>De</strong>ze uitspraak is gekozen omdat veel jongeren er terecht moeite mee hebben. En niet alleen jongeren. Het<br />

is de uitspraak bij uitstek die wijst op willekeur.<br />

Vandaar dat de leerlingen op zoek moeten naar een regel die deze willekeur uitschakelt.<br />

En dat is niet gemakkelijk want ze moeten rekening houden met de anderen, ze moeten het eens worden en<br />

ze moeten deze regel zelf ook respecteren. In deze oefening staat de dialoog centraal. Het probleem <strong>van</strong> het<br />

naar mekaar leren luisteren kan <strong>je</strong> door een eenvoudig middelt<strong>je</strong> oplossen. Elk groep<strong>je</strong> zorgt voor een kartonnen<br />

of houten micro. Wie aan het woord is, gebruikt die micro; wie de micro niet heeft, moet luisteren.<br />

Activeren (blz. 35)<br />

Regels die positief worden opgesteld, klinken positiever dan regels die wijzen op ‘wat niet mag’. Je kan dus<br />

beter stellen dat <strong>je</strong> als leerling andere leerlingen moet respecteren, ook al voldoen die niet helemaal aan <strong>je</strong><br />

eigen normen, dan dat <strong>je</strong> zou stellen dat <strong>je</strong> de anderen niet mag pesten.<br />

Document (blz. 35)<br />

<strong>De</strong> achtergrond bij dit document zit in de Algemene infomap voor de leerkracht, module 2, 2.2 Rechtsstaat<br />

en democratie: vijf voorwaarden.


Activeren (blz. 36)<br />

<strong>De</strong>ze oefening gaat uit <strong>van</strong> vorig document. <strong>De</strong> moeilijkheid die zich daarbij stelt is dat de voorwaarden voor<br />

de democratische rechtsstaat comprehensief zijn. Dat betekent dat zij onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden.<br />

Het is dus zo goed als onmogelijk om fragmenten te vinden die op slechts één <strong>van</strong> die voorwaarden <strong>van</strong><br />

toepassing zouden zijn. Veeleer dient gezegd dat in die fragmenten de democratische rechtsstaat niet wordt<br />

gerespecteerd en dat één <strong>van</strong> de voorwaarden vooral met de voeten wordt getreden.<br />

Strip 1 komt uit “Maus, vertelling <strong>van</strong> een overlevende”. Art Spiegelman beschreef de jodenvervolging in<br />

een stripverhaal waarin hij de joden voorstelt als muizen, de nazi’s als katten en de Polen als varkens. Art<br />

Spiegelman is in 1948 geboren in Stockholm als zoon <strong>van</strong> de Poolse joden Vladek en Anna Spiegelman. Hij<br />

vertelt ons het verhaal <strong>van</strong> de holocaust en transformeert Duitsland tot een monsterlijke muizenval.<br />

Fragment 1 slaat op de 4de voorwaarde. Discriminatie kan niet, vrijheid en gelijkheid zijn grondprincipes.<br />

Maar fragment 1 slaat ook op de 3de voorwaarde. Burgers moeten erop kunnen vertrouwen dat de regels<br />

altijd worden toegepast. Het kan dus niet dat de politie alleen maar toekeek terwijl er twee doden te betreuren<br />

vielen. Om die redenen kan men hier niet <strong>van</strong> een democratische rechtsstaat spreken.<br />

Fragmenten 2 en 3 slaan evenzeer op de 4de voorwaarde. Bovendien kan hierbij ook voorwaarde 5 betrokken<br />

worden: burgers moeten weten waarom de overheid die beslissingen neemt. In elk <strong>van</strong> deze fragmenten<br />

worden de mensenrechten met de voeten getreden. In deze context kan module 1 gebruikt worden. <strong>De</strong><br />

mensenrechtenbingo kan ook op deze strips toegepast worden.<br />

Strip 2 komt uit “<strong>De</strong> Lotelingen” uit de reeks Bakelandt <strong>van</strong> Hector Leemans en is uitgegeven bij Standaard<br />

Uitgeverij. Ook hier worden de meest elementaire rechten <strong>van</strong> mensen met de voeten getreden. <strong>De</strong> willekeur<br />

is groot: de arrestatie <strong>van</strong> de vrouw, het feit dat ze geen papieren heeft en dat dat blijkbaar voldoende is om<br />

haar op transport te zetten naar de kolonies. Eventueel kan dit fragment gebruikt worden bij de problematiek<br />

<strong>van</strong> de ‘sans papiers’ in ons land. Ook hier staan de voorwaarden 2, 3 en 4 centraal. Dit fragment leent zich<br />

bijzonder goed tot het herschrijven <strong>van</strong> het scenario: de manier waarop de vrouw gearresteerd wordt, haar<br />

behandeling door de politie, de verbanning zonder vorm <strong>van</strong> proces.<br />

Strip 3 is een stuk<strong>je</strong> uit “<strong>De</strong> matras <strong>van</strong> Madras”, een album in de reeks “<strong>De</strong> avonturen <strong>van</strong> Nero en C°” <strong>van</strong><br />

Marc Sleen, uitgegeven bij Standaard Uitgeverij. In dit fragment verzeilt Nero nogmaals in een hachelijke situatie.<br />

<strong>De</strong> voorwaarden 1 en 2 worden hier duidelijk niet gerespecteerd. Een despoot beslist alleen en zonder<br />

vorm <strong>van</strong> proces tot de liquidatie <strong>van</strong> de helden.<br />

<strong>De</strong>ze willekeur hoort niet thuis in een democratische rechtsstaat. Tussen haak<strong>je</strong>s: onderaan rechts komt de<br />

redding reeds aangezwommen.<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

49


50<br />

Strips 4 en 5 zijn paradoxen. Strip 4 komt uit “<strong>De</strong> gouden cirkel”, een avontuur <strong>van</strong> Suske en Wiske door Willy<br />

Vandersteen en uitgegeven bij Standaard Uitgeverij. Strip 5 is een stuk<strong>je</strong> uit “<strong>De</strong> diktator <strong>van</strong> San Doremi” uit<br />

Piet Pienter en Bert Bibber, door POM en uitgegeven bij Standaard Uitgeverij.<br />

In Strip 4 wordt de wet streng toegepast.<br />

<strong>De</strong> twee sigarenrokende figuren hebben recht op een kapsule X025 die het leven <strong>van</strong> professor Barabas<br />

kan redden. Maar de wet is de wet en iedereen is gelijk voor de wet. Dit fragment kan aanleiding geven tot<br />

een discussie rond de wet en de menselijkheid <strong>van</strong> de wet. Hier kan bijvoorbeeld verwezen worden naar de<br />

afbraak <strong>van</strong> gebouwen en woningen die niet over de noodzakelijke bouwvergunning beschikten.<br />

Strip 5 daarentegen benadrukt de willekeur in een dictatoriale staat. Hier heerst het recht <strong>van</strong> de sterkste. <strong>De</strong><br />

confrontatie <strong>van</strong> de strips 4 en 5 kan tot een genuanceerd beeld leiden <strong>van</strong> de regelgeving in de democratische<br />

rechtsstaat.<br />

Document (blz. 41)<br />

Extra (blz. 42)<br />

<strong>De</strong> belangrijkste doelstelling <strong>van</strong> deze oefening is dat de leerlingen inzien dat er nog andere staatsvormen<br />

bestaan dan de democratische. <strong>De</strong>ze etymologische oefening is dus een middel en helemaal geen doel. In<br />

sterke BSO-klassen mag maximaal verwacht worden dat de leerlingen een korte beschrijving kunnen geven<br />

<strong>van</strong> de woorden democratie t.e.m. totalitaire staat.<br />

Probleem Cijfer etymologische verklaring Letter inhoudelijke verklaring<br />

<strong>De</strong>mocratie 7 g<br />

Dictatuur 3 e<br />

Particratie 8 h<br />

Republiek 1 c<br />

Theocratie 6 b<br />

Monarchie 4 d<br />

Oligarchie 5 a<br />

Totalitaire staat 2 f


Activeren (blz. 45)<br />

<strong>De</strong> doelstelling <strong>van</strong> deze opdracht betrekt de actualiteit bij de verschillende staatsvormen. <strong>De</strong> leerlingen<br />

ondervinden dat de toestand in sommige landen bijlange niet zo rooskleurig is als in ons land en dat de<br />

persoonlijke vrijheid in dergelijke landen dikwijls zwaar bedreigd wordt.<br />

Adressen en informatie kan <strong>je</strong> vinden in o.a. jaaroverzichten (cd-roms, boeken, video), kranten en tijdschriften,<br />

Keesings historisch archief (op school of in de bibliotheek), het antwoord op een brief (naar de ambassade,<br />

naar het ministerie <strong>van</strong> Buitenlandse Zaken), reisgidsen (in de bibliotheek), internet, de jaarboeken <strong>van</strong> Amnesty<br />

International, speciale reisfolders en encyclopedieën.<br />

Ongetwijfeld moet <strong>je</strong> bij deze oefening de vorderingen in de groep<strong>je</strong>s nauwgezet in het oog houden. Vooral<br />

met de nieuwe media is de verleiding immers groot om met andere dingen bezig te zijn.<br />

[B] <strong>De</strong> Grondwet<br />

Start (blz. 46)<br />

<strong>De</strong> Belgische Grondwet vind <strong>je</strong> op www.senate.be of www.vlaamsparlement.be, rubriek info - rele<strong>van</strong>te<br />

regelgeving.<br />

Wie de mogelijkheid niet heeft om te surfen kan de Grondwet bestellen bij:<br />

<strong>De</strong> Federale Voorlichtingsdienst (FVD)<br />

<strong>De</strong> Belgische Federale Voorlichtingsdienst (FVD) is een overheidsinstelling die tot taak heeft informatie te<br />

verschaffen en te verspreiden over het federale België zowel in het binnenland als naar het buitenland.<br />

Het adres <strong>van</strong> de FVD is:<br />

Federale Voorlichtingsdienst (FVD)<br />

Informatiecentrum<br />

Regentlaan 54<br />

B-1000 Brussel<br />

Tel.: +32 (0)2/514.08.00<br />

Fax: +32 (0)2/512.51.25<br />

E-mail: shop@belgium.fgov.be<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

51


52<br />

Document (blz. 47)<br />

Dit document is tegelijkertijd een opdracht, omdat het ervoor zorgt dat de leerlingen een zicht hebben op<br />

de verschillende rechten, vrijheden en plichten die in de Belgische Grondwet staan ingeschreven. Omdat een<br />

Grondwet niet zo makkelijk leest, lijkt het aangewezen om in groep<strong>je</strong>s <strong>van</strong> maximum vier leerlingen te werken.<br />

Zo kunnen de leerlingen elkaar aanvullen wat de leesvaardigheid betreft.<br />

<strong>De</strong> antwoorden bij deze opdracht zijn in de Grondwet te vinden onder Titel II:<br />

de Belgen en hun rechten.<br />

1. vrijheid <strong>van</strong> persoon (= niemand kan worden vervolgd dan in de gevallen die de wet bepaalt)<br />

(art. 12)<br />

2. vrijheid <strong>van</strong> godsdienst (art. 19 en 20)<br />

3. vrijheid <strong>van</strong> taal (art. 30)<br />

4. vrijheid <strong>van</strong> onderwijs, het onderwijs is kosteloos (art. 24)<br />

5. persvrijheid (art. 25)<br />

6. onschendbaarheid <strong>van</strong> woning (art. 15)<br />

7. het briefgeheim is onschendbaar (art. 29)<br />

8. recht op arbeid (art. 23)<br />

9. recht op sociale zekerheid (art. 23)<br />

10. recht op sociale, geneeskundige en juridische bijstand (art. 23)<br />

11. recht op een behoorlijke huisvesting (art. 23)<br />

12. recht op vergaderen (art. 26)<br />

13. recht <strong>van</strong> vereniging (art. 27)<br />

14. petitierecht of het recht om verzoekschriften in te dienen (art. 28)<br />

15. eigendomsrecht (art. 17)<br />

16. gelijkheid <strong>van</strong> alle mensen (art. 10 en 11)<br />

Activeren (blz. 48)<br />

<strong>De</strong>ze Activeren is opgesplitst in twee delen. <strong>De</strong>el 1 gaat terug in de geschiedenis en wijst dus op de evolutie<br />

die onze burgerrechten hebben doorgemaakt. <strong>De</strong>el 2 stelt een aantal situaties voor die recentelijk in de<br />

wereld zijn voorgekomen.


Probleem<br />

<strong>De</strong>el 1<br />

1 In de Middeleeuwen:<br />

2 Heel Europa <strong>van</strong>af 1480:<br />

3 Einde 17de eeuw in Frankrijk:<br />

4 Tussen 1760 en 1820 in Engeland:<br />

5 Begin 19de eeuw in de V.S .<br />

<strong>De</strong>el 2<br />

1 Ben Maliban<br />

2 Getta Mosis<br />

3 Febe Velàsquez<br />

4 Andreas Christo<br />

5 Wang Xizhe<br />

6 Mamadou Ba<br />

7 Kapitein Dogo<br />

8 Straatkinderen<br />

Belgisch grondwettelijk<br />

recht<br />

art. 24<br />

art. 19 en 20<br />

art. 12<br />

art. 17<br />

art. 10, 11 en 12<br />

art. 27<br />

art. 11<br />

art. 27<br />

art. 19<br />

art. 25<br />

art. 10, 11 en 30<br />

art. 19 en 20<br />

art. 12<br />

Een Grondwet is inderdaad een belangrijk instrument om de burgerrechten te vrijwaren. Als de vergelijking<br />

gemaakt zou worden met de mensenrechten, dan is deze uiteraard welkom.<br />

Voor meer achtergrond hierbij verwijzen wij naar de Algemene infomap voor de leerkracht, module 1, 1.2<br />

de twintigste eeuw: mondialisering <strong>van</strong> de mensenrechten en naar module 2, 4. <strong>De</strong> drie grondwettelijke<br />

machten.<br />

Document (blz. 50)<br />

Extra (blz. 50)<br />

Naast de burgerrechten, beschrijft de Grondwet ook de staatsindeling. Het is zeker niet de bedoeling dat de leerlingen<br />

dit kader als leerstof beschouwen. <strong>De</strong> Belgische realiteit is nu eenmaal ingewikkeld en daar wil deze Extra<br />

een licht op werpen. <strong>De</strong> leerlingen moeten weten dat er een onderscheid dient gemaakt tussen een gewest en<br />

een gemeenschap en dat <strong>je</strong> dat onderscheid geografisch kan weergeven.<br />

Ook voor deze oefening werken de leerlingen het best in groep<strong>je</strong>s. Zo kunnen ze hun kennis over de verschillende<br />

taalgroepen en vooral de geografische plaatsing <strong>van</strong> die taalgroepen optimaal gebruiken. <strong>De</strong>ze opdracht<br />

verwijst naar de Grondwet Titel 1, meer bepaald artikels 4 en 5.<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

53


54<br />

[C] <strong>De</strong> scheiding der machten<br />

Document (blz. 52)<br />

Activeren (blz. 52)<br />

<strong>De</strong>ze oefening wil laten aanvoelen dat de machten echt wel gescheiden moeten zijn. Dat is de beste garantie<br />

voor ieders vrijheid. Toch is deze redenering niet altijd evident. <strong>De</strong> scheiding der machten leidt soms tot zeer<br />

emotionele discussies. Soms wil de burger zijn rechtvaardigheidsgevoel laten primeren op het principe <strong>van</strong><br />

de scheiding der machten. Met deze oefening kan uitgelegd worden dat dan een mechanisme in werking<br />

treedt dat de willekeur heel dichtbij brengt.<br />

<strong>De</strong> situaties in deze oefening kunnen slechts worden vermeden door de machten te scheiden. <strong>De</strong> rechter in<br />

“Nachtmerrie” mag geen betrokken partij zijn, hij mag de wet niet zelf schrijven of herschrijven en hij mag ze<br />

ook niet laten toepassen.<br />

<strong>De</strong>zelfde redenering geldt voor de zogenaamde droom in het 2de geval. Een scheidsrechter moet onafhankelijk<br />

zijn en hij mag uiteraard het reglement niet zomaar aanpassen aan de omstandigheden.<br />

Document (blz. 53)<br />

Activeren (blz. 54)<br />

Wetten maken WM parlement<br />

Wetten uitvoeren UM regering<br />

Conflicten oplossen RM hoven en rechtbanken<br />

Activeren (blz. 54)<br />

Misschien is het goed om het eerste voorbeeld gezamenlijk op te lossen.<br />

Na de schoolfuif<br />

Uitvoerende macht: het verkeersreglement is een koninklijk besluit. Daarin wordt bepaald dat een fietser in<br />

het donker niet zonder licht mag rijden. <strong>De</strong> regering heeft als uitvoerende macht de politie belast met de<br />

controle op de naleving <strong>van</strong> het verkeersreglement. Tot dusver dus geen probleem.


Rug aan rug<br />

In dit geval is de scheiding der machten niet aanwezig. <strong>De</strong> studiemeester bepaalt zelf wat kan en wat niet kan<br />

(wetgevend). Hij plakt daar zelf ook een straf op (uitvoerend) en bestraft bovendien de leerling die de regel<br />

overtreedt die hijzelf heeft uitgevaardigd (rechterlijk). Waarom is dat zo? Is een school een democratische<br />

rechtsstaat? Moet een school een democratische rechtsstaat zijn? Als <strong>je</strong> deze handelwijze niet goedkeurt,<br />

verantwoord hem dan toch. Bij dit voorbeeld kunnen immers nogal wat reacties <strong>van</strong> leerlingen komen.<br />

Sigaret<strong>je</strong> paffen<br />

Dit is een goed voorbeeld <strong>van</strong> de scheiding der machten:<br />

• wetgevend: schoolbestuur, directie, ouders en leerlingen stellen het schoolreglement op;<br />

• uitvoerend: de leerkracht met toezicht;<br />

• rechterlijk: het begeleidingsteam (vier leerkrachten).<br />

Activeren (blz. 27)<br />

Wetgevende macht Uitvoerende macht Rechterlijke macht<br />

<strong>De</strong> gemeente Gemeenteraad Burgemeester en schepenen Rechtbanken en gerechtshoven<br />

<strong>De</strong> provincie Provincieraad Gouverneur en bestendige<br />

deputatie<br />

Vlaanderen Vlaams Parlement Vlaamse Regering Rechters door de koning benoemd<br />

België Kamer Senaat Koning Federale regering Koning<br />

<strong>De</strong> Europese Unie Europese Europees Raad <strong>van</strong> de Europese Commissie Europees Hof in Straatsburg<br />

Raad Parlement Europese Unie<br />

Je kan de leerlingen helpen bij het invullen <strong>van</strong> de poster. Daarna gaan de leerlingen zelf op zoek naar<br />

bijpassende foto’s. Die foto’s zoeken ze bij voorkeur in de actualiteit. Dat betekent dat niet alleen gebouwen<br />

in aanmerking komen, maar ook en vooral personen. Die personen sluiten beter aan bij de actualiteit, bij de<br />

leefwereld <strong>van</strong> de jongeren, dan een onpersoonlijk gebouw.<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

55


56<br />

[D] <strong>De</strong> rechterlijke macht<br />

Start (blz. 58)<br />

Je legt indien nodig het verschil uit tussen de verschillende straffen.<br />

Daarna beoordelen (en veroordelen) de leerlingen de verdachten. Dit kan op zeer uiteenlopende manieren<br />

gebeuren, een beet<strong>je</strong> afhankelijk <strong>van</strong> de tijd die <strong>je</strong> eraan besteedt.<br />

Je kan de leerlingen op een zeer informele manier te werk laten gaan. In dat geval overleggen ze in groep<strong>je</strong>s en<br />

proberen ze samen tot een veroordeling of vrijspraak te komen. Ze dienen dan wel te verklaren waarom ze voor<br />

deze oplossing opteren. Worden ze het niet eens, dan kunnen ze toch uitleggen hoe dat komt.<br />

Wie meer tijd ter beschikking heeft, kan deze opdracht uitwerken als een rollenspel. Je hebt dan een rechter, een<br />

openbare aanklager, een jury en een verdachte nodig. Elk speelt zijn rol. <strong>De</strong> aanklager leest de aanklacht voor. Hij<br />

ondervraagt ook de verdachte. <strong>De</strong> advokaat verdedigt zijn cliënt.<br />

<strong>De</strong> rechter leidt alles in goede banen. <strong>De</strong> jury hakt de knoop door. Als <strong>je</strong> opteert voor deze uitwerking, denk er dan<br />

aan dat de jury ook verschillende zaken kan beoordelen. Je hoeft ook niet alle zaken uit te werken.<br />

In de realiteit kan een rechter niet zo maar om het even welke straf geven. Hij is hiervoor gebonden aan de straffen<br />

die in de strafwetten bepaald worden.<br />

Suggestie: Je kan in de opdracht gevallen voorleggen die aansluiten bij recente rechtszaken, bijvoorbeeld een<br />

geval over pesten op het werk (of op school), een juwelier die een inbreker doodschiet, …<br />

Document (blz. 61)<br />

Document (blz. 62)<br />

Activeren (blz. 65)<br />

1 correctionele rechtbank<br />

2 assisenhof<br />

3 burgerlijke rechtbank<br />

4 <strong>je</strong>ugdrechtbank<br />

5 Hof <strong>van</strong> Cassatie<br />

6 politierechtbank<br />

7 vredegerecht<br />

8 burgerlijke rechtbank<br />

9 militair gerechtshof<br />

10 rechtbank <strong>van</strong> koophandel<br />

11 correctionele rechtbank


Document (blz. 66)<br />

Activeren (blz. 67)<br />

• Wat was er gebeurd?<br />

Een jongen gooide een betonblok <strong>van</strong> een brug naar beneden. Dat kwam op een trein terecht.<br />

<strong>De</strong> bestuurder was op slag dood.<br />

• Wat gebeurde er met Ralph?<br />

Ralph ging vrijuit.<br />

• Wat gebeurde er met Frederic?<br />

<strong>De</strong> <strong>je</strong>ugdrechter stuurde Frederic naar een instelling.<br />

• <strong>De</strong> <strong>je</strong>ugdrechter stuurde Frederic eerst naar een instelling en daarna naar het assisenhof.<br />

Waarom deed hij dat, denk <strong>je</strong>?<br />

In uitzonderlijke gevallen en wanneer de jongere ouder is dan 16, kan de <strong>je</strong>ugdrechter de zaak door een<br />

volwassenenrechtbank laten behandelen. In dit geval oordeelde de <strong>je</strong>ugdrechter dat er sprake was <strong>van</strong><br />

uitzonderlijke omstandigheden.<br />

• Wat is een voorwaardelijke straf?<br />

Bij een voorwaardelijke straf word <strong>je</strong> bijvoorbeeld veroordeeld tot een bepaalde ge<strong>van</strong>genisstraf, die <strong>je</strong><br />

pas moet uitzitten als <strong>je</strong> binnen een vooropgestelde tijd opnieuw een misdaad pleegt. Dit systeem geeft<br />

aan de veroordeelde dus een tweede kans.<br />

• Waarom kreeg Frederic een voorwaardelijke straf?<br />

<strong>De</strong> rechter oordeelde dat er verzachtende omstandigheden waren. Verzachtende omstandigheden<br />

zijn een belangrijk element in onze rechtspraak.<br />

• Wat vind <strong>je</strong> zelf <strong>van</strong> de straf die Frederic kreeg?<br />

Document (blz. 68)<br />

<strong>De</strong>mocratie en rechtsstaat<br />

2module<br />

module<br />

57


58<br />

[E] Dictatuur en democratie<br />

Document (blz. 69)<br />

Activeren (blz. 70)<br />

<strong>De</strong>ze Activeren kan <strong>je</strong>, samen met het voorafgaande document, opvatten als een Extra. <strong>De</strong>mocratie is geen<br />

verworven feit, het is niet vaststaand. Ook niet in ons maatschappelijk bestel. Aan de democratie moet<br />

dagelijks gewerkt worden. <strong>De</strong> historische realiteit laat zien dat wie niet op zijn hoede is, kan verzeilen in een<br />

politiek systeem dat alle democratische verworvenheden overboord gooit, dat de rechtsstaat zelf uitschakelt.<br />

Vandaar dit Document en deze Activeren. Zij verwittigen de leerlingen ervoor dat democratie niet evident<br />

is.<br />

1 Het eerste fragment toont duidelijk aan dat er in Nazi-Duitsland geen plaats was voor de scheiding der<br />

machten. <strong>De</strong> leider <strong>van</strong> de NSDAP beschikte over de drie machten. Bovendien werd hij niet geruggensteund<br />

door wetgevende bepalingen, zoals dat in een rechtsstaat het geval is, maar door zijn verwezenlijkingen.<br />

Dit alles maakte Hitler tot de enige leider in Duitsland.<br />

2 • regels 1 en 2 • regel 4 • regel 3 • regel 5<br />

[F] Hoe democratisch ben ik?<br />

Afsluiten (blz. 72)

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!