Algemene huurvoorwaarden voor zelfstandige woonruimte - Actium

Artikel 8 Ontstoppingsfonds
8.1 Indien in de servicefondsen een bedrag is opgenomen voor riool ontstoppen, is het risico van verstopping van
putten, riolen, gootstenen, closets, afvoer- en afwateringsleidingen gedekt tegen het hiervoor bedoelde bedrag.
8.2 Verhuurder verplicht zich de goten periodiek schoon te maken middels bijdragen uit dit fonds.
8.3 Het door huurder ter zake van riool ontstoppen aan verhuurder verschuldigde (voorschot)bedrag kan door
verhuurder jaarlijks worden verhoogd nadat verhuurder een overzicht van dit fonds heeft verstrekt met de
inkomsten en uitgaven. Verhoging van het (voorschot)bedrag is mogelijk als uit voornoemd overzicht blijkt dat het
fonds niet kostendekkend is.
8.4 Verhuurder spant zich er voor in om verstoppingen die door huurder worden gemeld zo spoedig mogelijk te
verhelpen.
8.5 Verstoppingen in of schade aan het leidingstelsel die zijn ontstaan door onjuist gebruik door huurder worden niet
door dit fonds gedekt. Dit betekent dat de kosten hiervan voor rekening komen van de huurder die de verstopping
heeft veroorzaakt.
8.6 Verhuurder is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door verstoppingen en/of werkzaamheden welke uit
noodzaak moeten worden verricht om ontstane verstoppingen te verhelpen, behoudens in geval van opzet of
grove schuld van verhuurder.
Artikel 9 Glasfonds
9.1 Indien in de servicefondsen een bedrag is opgenomen voor glasherstel dan worden gebroken of gescheurde
glasruiten in of aan het gehuurde door verhuurder vervangen.
9.2 In het in 9.1 bedoelde geval spant verhuurder zich ervoor in om alle schade die het gebruik en de functie van
glasruiten nadelig beïnvloedt zo spoedig mogelijk na melding van de huurder te herstellen. De beoordeling over
de noodzaak tot herstel/vervanging ligt bij verhuurder.
9.3 Het door huurder ter zake van glasherstel aan verhuurder verschuldigde (voorschot)bedrag kan door verhuurder
jaarlijks worden verhoogd nadat verhuurder een overzicht van dit fonds heeft verstrekt met de inkomsten en
uitgaven. Verhoging van het (voorschot)bedrag is mogelijk als uit voornoemd overzicht blijkt dat het fonds niet
kostendekkend is.
9.4 De huurder is verplicht verhuurder te informeren over de oorzaak van de te herstellen/vervangen zaak zodat
verhuurder schade op (eventuele) derden kan verhalen.
9.5 Voor de toepassing van dit artikel zijn door huurder aangebrachte glasruiten, afwijkende beglazing en eventuele
op de beglazing aangebrachte voorzieningen zoals folies en raambekledingen uitgesloten. Hiervoor geldt artikel
14.4.
9.6 Wanneer er sprake is van noodzakelijk herstel als gevolg van onachtzaamheid, nalatigheid of onzorgvuldigheid
van de huurder, kan huurder geen beroep doen op dit fonds.
9.7 Verhuurder kan huurder van dit fonds uitsluiten door schriftelijke opzegging met een opzegtermijn van één
maand wanneer er naar het oordeel van verhuurder sprake is van herhaalde en/of onevenredig hoge schade.
Artikel 10 Algemene verplichtingen van verhuurder
10.1 Verhuurder is verplicht op verzoek van de huurder gebreken aan het gehuurde waarvoor verhuurder
aansprakelijk is te verhelpen.
10.2 De herstelplicht van verhuurder als bedoeld in lid 1 rust niet op verhuurder, indien herstel onmogelijk is of
uitgaven vereist die in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs niet van verhuurder zijn te vergen, dan wel
voor zover herstel op grond van de wet, de huurovereenkomst of het gebruik, voor rekening en risico van huurder
(dienen te) komen.
10.3 De in 10.1 en 10.2 omschreven verplichtingen rusten niet op verhuurder, voor zover sprake is van een gebrek dat
is ontstaan door toedoen van huurder, althans dat op grond van de wet, de huurovereenkomst of deze algemene
huurvoorwaarden voor rekening van huurder komt.
Artikel 11 Algemene verplichtingen van huurder
11.1 Huurder is verplicht om het gehuurde en de eventuele gemeenschappelijke ruimten gedurende de looptijd van
de huurovereenkomst steeds als een goed huurder te gebruiken en te onderhouden, geheel overeenkomstig de
daaraan bij de huurovereenkomst gegeven bestemming, te weten woonruimte. Deze bestemming kan en mag
door huurder niet worden gewijzigd.
Huurder is gehouden om ter zake van het gebruik van gemeenschappelijke ruimten door verhuurder gegeven of
te geven redelijke aanwijzingen op te volgen.
11.2 Huurder is verplicht om:
a) ervoor zorg te dragen dat door hem, zijn eventuele huisgenoten en al degenen die met zijn toestemming in
het gehuurde, de gemeenschappelijke ruimten en/of de directe omgeving daarvan verblijven geen overlast
of hinder wordt veroorzaakt aan omwonenden. Onder overlast wordt in ieder geval doch niet uitsluitend
verstaan: iedere vorm van overlast, zoals geluidsoverlast, stankoverlast, overlast door alcohol- en/of
drugsgebruik, drugshandel, hennepteelt, prostitutie, (het stallen van) auto’s en andere rij- of voertuigen, en
door (huis)dieren, in of nabij het gehuurde;