JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap

JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap

reynaertgenootschap.be
from reynaertgenootschap.be More from this publisher
15.09.2013 Views

246 doodgemoedereerd doorging met zijn les. Paul Wackers opent de reeks van referaten met een lezing ter ere van Brian Levy die is getiteld: How comic can a villain be? Reflections on the character of Reynaert the fox. Hij schetst het verschil in de karakters van hemzelf en Brian Levy. Zelf is hij in zijn onderzoek vaak streng op zoek naar de bedoeling en de moraal van de teksten terwijl Brian Levy veel meer de humor op wilde sporen, die met name in de fabliaux veelvuldig voorkomt. Tijdens de koffiepauze die volgt, schudden veel deelnemers elkaar de hand en halen zij oude banden aan. Deze amicale sfeer zou de hele week zo blijven. Men noemt elkaar bij de voornaam en tutoyeert alsof men elkaar al jarenlang kent en in sommige gevallen is dat natuurlijk ook zo. Ik voel me al snel op mijn gemak tussen zoveel Weledelzeergeleerde en Hooggeleerde Vrouwen en Heren. Na de koffiepauze beginnen de eerste lezingen. In totaal zijn er 47 referaten die, verdeeld over de dinsdag, woensdag en vrijdag, gehouden worden in twee zalen in het Agora-Congrescentrum. De sessies, bestaande uit maximaal drie lezingen, zijn gegroepeerd rond elf thema’s: ‘Consortia vulpes – Kulturen der Lüge’ (viermaal), ‘Bestiarien’ (tweemaal), ‘Editionskritik’, ‘Fabeln’ (tweemaal), ‘Fabliaux’ (tweemaal), ‘Darstellungsformen des Tieres’ (afbeeldingen van dieren), ‘Miserikordien’ (versierde steunstukken aan klepzittingen in koorgestoelten), ‘Neuere Entwicklungen der Tierepik’, ‘Tiere als moralisches Instrument’, ‘Tiere in Erbauungstexten’ (dieren in stichtelijke teksten) en ‘Überlieferungsgeschichte’. Vanwege het grote aanbod aan lezingen moeten de deelnemers van tevoren een keus maken omdat de sessies tegelijkertijd in de twee zalen gehouden worden. De sessies worden voorgezeten door steeds wisselende moderators en zij houden de tijd zeer strikt in de gaten. Het is natuurlijk ondoenlijk om hier, als dat al zou kunnen, de lezingen te bespreken. De neerslag zal men terugvinden in de jaarboeken Reinardus 18, 19 en 20. Het groot aantal lezingen wordt woensdagavond onderbroken met een ontvangst op het ‘historische stadhuis’ van Münster aan de Prinzipalmarkt. Daar ontvangt de onderburgemeester mevrouw Reissmann de al dan niet betrouwbare volgelingen van Reynaert. Zij had zich terdege voorbereid en geeft een meer dan een uur durende uiteenzetting over de geschiedenis van de stad en haar huidige zegeningen. Vanwege de Franstalige deelnemers wordt elke zin direct door een studente in het Frans vertaald. In de Friedenssaal gaat zij zich gênant te buiten aan a-historische superlatieven als zou na de Vrede van Westfalen (bij ons bekend als de Vrede van Münster) de wereld vanaf 1648 alleen nog maar vrede hebben gekend. Noboru Harano (Hiroshima) bedankt haar desalniettemin in perfect Duits en met een eigen samenvatting in het Frans voor de gastvrije ontvangst waarna het glas geheven wordt. Een president om trots op te zijn. Het merendeel van de congresgangers gaat daarna naar de Mühlenhof, een kleinschalig openluchtmuseum, voor het officiële banket van de IRS. Ik was daar niet bij aanwezig omdat ik bij de inschrijving niet kon inschatten hoe vriendelijk men voor nieuwkomers zou zijn. Het moet een genoeglijke bijeenkomst geweest zijn, compleet met een rondleiding door een Münsterlandse boer in het kleine voor een groot deel uit authentieke bouwwerken bestaande dorpje. Volgens fijnproevers was het geserveerde scharrelvarkensvlees een culinair hoogtepunt. De dag daarop is het vroeg verzamelen geblazen. Om ‘Stau und stockende Verkehr’ aan de Bismarckallee te voorkomen, moet men stipt om kwart over acht voor het Agora-hotel aanwezig zijn om in de bus te stappen voor de excursie naar Keulen. Daar krijgen wij een rondleiding door het Museum Schnüttgen en een stadswandeling die ons door het Romeinse gedeelte van de stad naar de Dom zou Tiecelijn, 18, 2005

247 voeren. In het museum, de voormalige Romaanse Sankt Cäcilienkirche, bevinden zich talrijke kerkelijke middeleeuwse kunststukken die een herbezoek zeker waard zijn omdat de beide gidsen niet in één uur de volledige expositie konden toelichten. Opvallend in de tentoonstelling zijn de glimlachende Mariabeelden, al dan niet met het Kind op haar schoot. Volgens de gids zouden de Keulenaren, als ik het goed begrepen heb, hier het adjectief van ‘dümmlich’ aan over hebben gehouden. De rondleiding door het oude Romeinse gedeelte van Keulen door een voormalige medewerker van het Keulse Institut für Niederländische Philologie is door het lawaaiige verkeer vermoeiend. De toch al in het Frans niet luid sprekende gids getroost zich nochtans veel moeite om ons op de bezienswaardigheden, waaronder zowaar een heuse vos in een monumentaal deurportaal, te wijzen. Voor de echte diehards geeft Amand Berteloot om negen uur ‘s avonds spontaan en terecht trots een rondleiding door het Haus der Niederlande waar onder andere het Institut für Niederländische Philologie is gevestigd. In dit huis, dat tijdens de geallieerde bombardementen in de Tweede Wereldoorlog wonderwel gespaard is gebleven, woonden van 1643 tot 1648 de afgezanten van de zeven opstandige Nederlandse provincies. In de omvangrijke bibliotheek wordt natuurlijk lang stilgestaan bij de Reynaertafdeling om te checken of alles wel in huis is. Tot onze verrassing staat buiten het Haus der Niederlande een uit het Waasland en het Land van Hulst afkomstige Reynaertbank, geheel in de traditie van de Reynaertbanken in het Soete land van Waes maar dan met een Nederduits citaat. Na de zittingen op de vrijdagochtend en de ook dit keer uitstekend verzorgde lunch in het bij het Agora-Congrescentrum aangrenzende restaurant Uferlos, volgt de slotzitting. Het gezelschap, of wat er dan nog van overgebleven is, verzamelt in de grote Bühnensaal. Na de opening van de Assemblée Générale door Noboru Harano handelt Paul Wackers als enig overgebleven eindredacteur van Reinardus enkele praktische zaken af en maakt hij bekend dat de eindredactie met drie leden is uitgebreid: Baudouin van den Abeele, Richard Trachsler en Gabriella Parussa. Het organiserende comité kondigt het zeventiende colloquium aan dat in 2007 plaats zal vinden in de Giardini Botanici Hanbury, gelegen tussen Menton en Ventimiglia aan de Côte d’Azur, waar de IRS ondergebracht gaat worden in een riante villa. Als hoofdthema stelt het organiserend comité voor watercreaturen die voorkomen in de dierenepiek, fabels en fabliaux te behandelen. Een excursie naar het zeeaquarium in Monaco behoort tot de mogelijkheden. Het colloquium in 2009 zal, tot ieders verrassing, plaats gaan vinden in Utrecht. Nog meer verrassingen: Paul Wackers wordt voorgedragen als president van de IRS en de aftredende Noboru Harano wordt meteen benoemd tot erelid. Paul Wackers had aanvankelijk bezwaren gemaakt tegen zijn voordracht omdat de colloquia, sinds de oprichting van de IRS in 1975 door Kenneth Varty, de Oudfranse teksten als voornaamste onderwerp op de agenda hadden staan en hij een specialist is in de laat-Middelnederlandse Reynaertteksten. Maar de IRS drong bij hem aan en, zo meent Paul Wackers, is hiermee met recht volwassen te noemen door het aandachtsgebied uit te breiden van de Oudfranse naar de Europese historische literatuur. Hij hoopt dat de leden van de IRS net zo blij zijn met zijn benoeming als hij met de Société, wat met een instemmend applaus bevestigd wordt. Na dit officiële gedeelte volgen de dankwoorden, de boeken, de flessen wijn en de bloemen voor de organisatoren en de medewerkers van het colloquium waarbij Ettina Nieboer zich ontpopt als een charmante presentatrice die voor elke medewerk(st)er een passend dankwoord heeft. Met het ‘Colloquium finitum est’ (het ‘Ite missa est’, ontbrak er nog maar net aan) Tiecelijn, 18, 2005

247<br />

voeren. In het museum, de voormalige Romaanse Sankt Cäcilienkirche, bevinden<br />

zich talrijke kerkelijke middeleeuwse kunststukken die een herbezoek zeker waard<br />

zijn omdat de beide gidsen niet in één uur de volledige expositie konden toelichten.<br />

Opvallend in de tentoonstelling zijn de glimlachende Mariabeelden, al dan niet met<br />

het Kind op haar schoot. Volgens de gids zouden de Keulenaren, als ik het goed<br />

begrepen heb, hier het adjectief van ‘dümmlich’ aan over hebben gehouden. De<br />

rondleiding door het oude Romeinse gedeelte van Keulen door een voormalige<br />

medewerker van het Keulse Institut für Niederländische Philologie is door het<br />

lawaaiige verkeer vermoeiend. De toch al in het Frans niet luid sprekende gids<br />

getroost zich nochtans veel moeite om ons op de bezienswaardigheden, waaronder<br />

zowaar een heuse vos in een monumentaal deurportaal, te wijzen.<br />

Voor de echte diehards geeft Amand Berteloot om negen uur ‘s avonds spontaan<br />

en terecht trots een rondleiding door het Haus der Niederlande waar onder andere<br />

het Institut für Niederländische Philologie is gevestigd. In dit huis, dat tijdens de<br />

geallieerde bombardementen in de Tweede Wereldoorlog wonderwel gespaard is<br />

gebleven, woonden van 1643 tot 1648 de afgezanten van de zeven opstandige<br />

Nederlandse provincies. In de omvangrijke bibliotheek wordt natuurlijk lang stilgestaan<br />

bij de Reynaertafdeling om te checken of alles wel in huis is. Tot onze verrassing<br />

staat buiten het Haus der Niederlande een uit het Waasland en het Land<br />

van Hulst afkomstige Reynaertbank, geheel in de traditie van de Reynaertbanken in<br />

het Soete land van Waes maar dan met een Nederduits citaat.<br />

Na de zittingen op de vrijdagochtend en de ook dit keer uitstekend verzorgde lunch<br />

in het bij het Agora-Congrescentrum aangrenzende restaurant Uferlos, volgt de slotzitting.<br />

Het gezelschap, of wat er dan nog van overgebleven is, verzamelt in de<br />

grote Bühnensaal. Na de opening van de Assemblée Générale door Noboru Harano<br />

handelt Paul Wackers als enig overgebleven eindredacteur van Reinardus enkele<br />

praktische zaken af en maakt hij bekend dat de eindredactie met drie leden is uitgebreid:<br />

Baudouin van den Abeele, Richard Trachsler en Gabriella Parussa. Het<br />

organiserende comité kondigt het zeventiende colloquium aan dat in 2007 plaats zal<br />

vinden in de Giardini Botanici Hanbury, gelegen tussen Menton en Ventimiglia aan<br />

de Côte d’Azur, waar de IRS ondergebracht gaat worden in een riante villa. Als<br />

hoofdthema stelt het organiserend comité voor watercreaturen die voorkomen in de<br />

dierenepiek, fabels en fabliaux te behandelen. Een excursie naar het zeeaquarium<br />

in Monaco behoort tot de mogelijkheden. Het colloquium in 2009 zal, tot ieders verrassing,<br />

plaats gaan vinden in Utrecht. Nog meer verrassingen: Paul Wackers wordt<br />

voorgedragen als president van de IRS en de aftredende Noboru Harano wordt<br />

meteen benoemd tot erelid. Paul Wackers had aanvankelijk bezwaren gemaakt<br />

tegen zijn voordracht omdat de colloquia, sinds de oprichting van de IRS in 1975<br />

door Kenneth Varty, de Oudfranse teksten als voornaamste onderwerp op de agenda<br />

hadden staan en hij een specialist is in de laat-Middelnederlandse<br />

Reynaertteksten. Maar de IRS drong bij hem aan en, zo meent Paul Wackers, is<br />

hiermee met recht volwassen te noemen door het aandachtsgebied uit te breiden<br />

van de Oudfranse naar de Europese historische literatuur. Hij hoopt dat de leden<br />

van de IRS net zo blij zijn met zijn benoeming als hij met de Société, wat met een<br />

instemmend applaus bevestigd wordt. Na dit officiële gedeelte volgen de dankwoorden,<br />

de boeken, de flessen wijn en de bloemen voor de organisatoren en de<br />

medewerkers van het colloquium waarbij Ettina Nieboer zich ontpopt als een charmante<br />

presentatrice die voor elke medewerk(st)er een passend dankwoord heeft.<br />

Met het ‘Colloquium finitum est’ (het ‘Ite missa est’, ontbrak er nog maar net aan)<br />

Tiecelijn, <strong>18</strong>, 2005

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!