JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
zodat hij geen pijn zou voelen.<br />
Dan richtte hij zich op zijn voeten<br />
en hij liet een kort gefluit horen.<br />
Toen een zwart beest kwam aangevlogen<br />
wist Reynaert dat hij slagen zou<br />
in ‘t wonder dat hij daar doen wou.<br />
Hij liet zich naar beneden vallen<br />
en ging met luide stem aan ‘t brallen:<br />
‘Salto mortale, salto mortale!’<br />
Grimbert stortte hete tranen,<br />
want de das, Reins volle neve,<br />
vreest dat hij ‘t niet zal overleven,<br />
maar Reynaert had zeer goed gevlogen<br />
en was op zijn poten terechtgekomen,<br />
dankzij Satan, zonder iets te breken.<br />
Zij maakten allen het kruisteken.<br />
Reynaert ging naar de koningin<br />
en sprak haar toe in deze zin.<br />
– Dame, uw beurt voor deze toer.<br />
– Rein, ‘t is niet aan mij om het te doen,<br />
want ik wil mijn mensen niet dood.<br />
De leeuwin verhief trots het hoofd<br />
en werd meteen een ander dier.<br />
Hoe het vertellen? Er is hier<br />
geen bekend beest of dier waarin<br />
niet veranderde de koningin.<br />
Daarna werd ze weer een leeuwin.<br />
Nobel was vol belangstelling.<br />
Reynaert zei hem: – Heer koning,<br />
dunkt het u dat ik quitus ben<br />
met wat ik u voorgespiegeld heb?<br />
Nobel zei: – Ze is zeer minzaam,<br />
maar één detail staat me niet aan.<br />
Als dat kon worden weggewerkt<br />
dan was zij vast een meesterwerk.<br />
Baron, denk daar eens over na.<br />
– Zeg mij, vorst, waarover ‘t gaat.<br />
De koning nam zijn baron apart.<br />
– Ik zal het u zeggen, vriend Reynaert.<br />
Gij kunt mij helpen als geen ander.<br />
Mijn bruid heeft zich vaak veranderd<br />
en telkens hoopte ik op een beest<br />
dat zo gebouwd zou zijn geweest,<br />
dat zijn kut zou zijn gelegen<br />
ver van de aars en er niet tegen.<br />
Maar ik heb er geen gezien<br />
en dat precies bezorgt mij verdriet.<br />
d’Aars is een stinkende opening<br />
en de kut een toch zo lieflijk ding,<br />
242<br />
zo heerlijk geurend als een roos<br />
dat men ze zo gaarne liefkoost.<br />
Hun buurtschap is niet acceptabel.<br />
Een wijs man die is capabel<br />
om beide van elkaar te scheiden<br />
zou menig sterveling verblijden.<br />
Reynaert denkt na een lang moment<br />
over die koninklijke wenk.<br />
Daar hij van nature trouwloos is,<br />
verzint hij een magistrale list<br />
en aanvaardt hij Nobels bevel.<br />
– Een dergelijke opdracht, vorst Nobel,<br />
kan niet goed worden volbracht,<br />
tenzij met moeite en met macht,<br />
tenzij met grote inspanningen<br />
en na herhaalde pogingen.<br />
Maar ik denk, vorst, te kunnen slagen,<br />
als het de Schepper zou behagen,<br />
en als het uw hoogheid wou behagen<br />
mij te geven wat nodig is<br />
voor een dergelijke besnijdenis.<br />
– Rein, vraagt Nobel, zegt gij waarheid?<br />
– Heer koning, gij hebt ongelijk,<br />
mij, uw baron, niet te geloven.<br />
Ge zult het zien met eigen ogen<br />
als ik het nodige kan krijgen.<br />
– Baron, als het is te verkrijgen,<br />
ik zweer het bij mijn beide ogen,<br />
zult gij ‘t probleemloos kunnen kopen<br />
en gij zult, zei Nobel tot Rein,<br />
voor altijd mijn vertrouweling zijn.<br />
Rein die elke gek met dwaasheid voedt,<br />
weet nu wat hij weten moet.<br />
– Heer koning, het moge u behagen,<br />
geef mij respijt van zeven dagen<br />
en viert feest met de koningin.<br />
Ik ga opzoeken mijn Hermelin<br />
die op de hoogte is van die zaken.<br />
Zij zal mij helpen en mij raden,<br />
want in al wat de kut betreft<br />
is ervaren mijn wederhelft.<br />
De vorst antwoordt: – Haast u dan<br />
en kom terug zo vlug als ‘t kan.<br />
Reynaert heeft afscheid genomen,<br />
is langs een sluippoort weggekomen,<br />
zodat geen levend dier hem zag.<br />
Zo verliet hij de vorst met hoongelach.<br />
En om hem nog meer te vernederen,<br />
laat hij hem wachten zonder redenen,<br />
Tiecelijn, <strong>18</strong>, 2005