JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
JG 18 nr 3 - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Ik bad hem ook in uw naam<br />
om met hem aan tafel te gaan,<br />
maar hij sprak een andere taal<br />
en hij weigerde ‘t mij brutaal.<br />
Uitdagend heeft hij nog verklaard<br />
dat hij u, en mij uiteraard,<br />
niet genoeg in zijn harte droeg<br />
om te doen wat ik hem vroeg.<br />
Ik sloeg een andere toon toen aan<br />
en bedreigde hem in uw naam.<br />
Ik zei dat ik mij zou beklagen<br />
bij u en dat geen dag zou dagen<br />
dat ik hem geen kwaad zou doen.<br />
Maar vijandig antwoordde hij toen:<br />
– Uit eerbied voor uw opdrachtgever,<br />
zal ik u een viaticum geven<br />
waarbij ge zo wordt afgerost<br />
dat geen geklaag helpt bij de vorst.<br />
Toen maakte hij zijn honden los<br />
en hitste ze tegen mij op.<br />
Vijandig gingen zij te keer<br />
en telkens ik achter mij keek<br />
zag ik hun opengesperd gebit.<br />
Tenslotte na een lange rit<br />
kon ik op een hoge rots springen<br />
en bleef daar geruisloos zitten.<br />
Gerust ademhalen kon ik pas<br />
toen ik de meute afdruipen zag.<br />
Ik heb, heer Nobel, heel die nacht<br />
helse momenten doorgebracht<br />
en ‘t was, omwille van u, vorst,<br />
dat men mij zo behandelen dorst.<br />
Die man heeft mij kwalijk gehoond<br />
en nog meer, Nobel, uw kroon,<br />
omdat ik het had durven wagen<br />
in uw naam onderdak te vragen.<br />
Was mij de gelegenheid geboden,<br />
ik had mij al op hem gewroken,<br />
mij en bovenal u, koning,<br />
voor laster en belediging.<br />
In de ochtend, ‘s anderendaags,<br />
trof ik daar vrouw Coppe aan<br />
voor wie boer Gombert heel goed zorgt.<br />
Zij keek mij aan vol trots en spot<br />
en zij stak met mij de draak:<br />
deed ik haar het minste kwaad<br />
dan ging ik daar niet vrij vandaan.<br />
Van haar meester was zij vol lof,<br />
die haar liet scharrelen buiten ‘t hof.<br />
222<br />
Verongelijkt voelde ik in mij<br />
groeien woede en razernij<br />
en om uw opdracht uit te voeren<br />
verzamelde ik al mijn moed en<br />
nam daarom een beetje wraak<br />
voor de schande u aangedaan.<br />
Heb ik daarin een fout begaan<br />
dan komt het toe aan uw raad<br />
de vergoeding te beoordelen.<br />
Maar als ge mij zoudt veroordelen<br />
tot de grootste en zwaarste straf,<br />
adieu dan drossaard of maarschalk<br />
om over uw landgoed te waken<br />
en de boeren gedwee te maken.<br />
Overigens voel ik geen haat<br />
voor sinjeur Canteclaer, de haan.<br />
Als hij zijn beschuldiging intrekt<br />
dan wil ik volledig en volstrekt<br />
hem de schadeloosstelling geven<br />
die bepaalden uw raadsleden.<br />
– Bij ons Heer, zei Nobel de koning,<br />
een reden tot verbittering<br />
is van die boer het misprijzen<br />
om mijn afgezant af te wijzen<br />
en hem ook te laten verscheuren<br />
door zijn wilde hondenmeute.<br />
Bij mijn baard, hij zal ‘t betreuren<br />
al bij d’eerste gelegenheid.<br />
Maar Canteclaer, tot onze spijt,<br />
moest het verlies niet ondergaan.<br />
Barons, beslis nu in uw raad<br />
welk eerherstel de vos Reynaert<br />
dient te geven aan Canteclaer.<br />
Maar de overige aanklagers<br />
riepen: – Heer, laat dat voor later<br />
en luister naar wat we beweren.<br />
Opgestaan is dan Bruin, de bere,<br />
kokend van woede en van gram<br />
omdat Nobel Rein ernstig nam<br />
en hem niet verwees naar de galg,<br />
maar zich schaarde aan zijn kant.<br />
– Vorst, o vorst, zei Bruin, de beer,<br />
dat God uw rechtsraad en de heer<br />
die hem leidt beschermen moge<br />
als zij zulk een rechtspraak gedogen.<br />
Ik bid u, vorst, wil mij toch wreken<br />
voor het leed door mij geleden,<br />
toen gij, om Rein naar ‘t hof te noden,<br />
mij gezonden hebt als uw bode<br />
Tiecelijn, <strong>18</strong>, 2005