Hoorzitting 19 april 2012 door Paul Vansteelandt - t Groot Gedelf

Hoorzitting 19 april 2012 door Paul Vansteelandt - t Groot Gedelf Hoorzitting 19 april 2012 door Paul Vansteelandt - t Groot Gedelf

tgrootgedelf.be
from tgrootgedelf.be More from this publisher
15.09.2013 Views

achteruitgaan. Enkel in uitzonderlijke omstandigheden die niet waren te voorzien (met name extreme overstromingen of lange droogteperioden) kan er een tijdelijke achteruitgang van de toestand van oppervlaktewaterlichamen of grondwaterlichamen worden aanvaard. Lange droogteperioden die door alle wetenschappers in het licht van de klimaatswijziging te voorspellen zijn komen hierbij niet in aanmerking. Uit het voorgaande kan worden afgeleid dat het “Seine-Schelde West”- project, dat hoe dan ook gepaard gaat met een belangrijke zoutintrusie, totaal in strijd is met de Europese Kaderrichtlijn Water. Het periodiek doorspoelen van de oprukkende zouttong is een brug te ver en is niet aanvaardbaar. 2 Diagnose van de bestaande zoutintrusie vanuit de haven van Zeebrugge 2.1 Boudewijnkanaal en Achterhaven = meer met zeewater De Pierre Vandammesluis (fig. 8) te Zeebrugge, die in tegenstelling tot de zeesluizen in Terneuzen en Duinkerke over geen enkel zoutweringssysteem beschikt, heeft een gemiddeld waterverlies van 33.345 m³ per versassing. Indien er per dag gemiddeld 15 versassingen worden uitgevoerd is er een aanvoer van 5,79 m³/s zoet water nodig om het waterverlies door het versassen van schepen te compenseren. Eveneens dient men de schutverliezen van de Visartsluis en van de sluizen in Oostende in rekening te brengen. Om de schutverliezen in de panden van het Boudewijnkanaal en van het Kanaal Brugge-­‐Oostende te compenseren en de verzilting tegen te gaan dient er nagenoeg 10 m³/s zoet water uit het Scheldebekken te worden aangevoerd (MaIS-­‐studie). Figuur 8: schutverlies per versassing voor de Pierre Vandammesluis te Zeebrugge 6

Gelet op de beperkte aanvoer van zoet water via de Verbindingssluis dient men de schutverliezen d.m.v. zeewater te compenseren. Hiertoe zet men de spuiriolen bij vloed gewoon wijd open waarbij er massale hoeveelheden zeewater via de achterhaven en het Boudewijnkanaal landinwaarts stromen. Met deze miljoenen kubieke meters zeewater houdt men het waterpeil op peil en komt de bevaarbaarheid van onze waterlopen niet in het gedrang. De bestaande dokken in de achterhaven en het Boudewijnkanaal staan met elkaar in verbinding en vormen samen een waterpartij van 355 ha op het peil +3,5 TAW. De Boudewijnsluis of Verbindingssluis tussen het kanaal Brugge-­‐Oostende en het Boudewijnkanaal verwerkt ongeveer 10 schepen per dag. Het verval tussen opwaarts en afwaarts bedraagt ongeveer 0,44 m. De sluis wordt nooit voor afvoerdoeleinden geopend, doch in de winter kan het gebeuren dat het water van het kanaal Gent-­‐Oostende over de opwaartse sluisdeuren naar het Boudewijnkanaal stort. Meestal duurt dit een paar dagen met een overstorthoogte van 20 cm. Het Boudewijnkanaal heeft quasi geen waterafvoerende functie (enkel de schutverliezen van de Boudewijnsluis en een deel van het gezuiverde afvalwater afkomstig van het RWZI Brugge aan de Herdersbrug). Uit een meetcampagne van mei-­‐juli 2008, die door IMDC in functie van de Haalbaarheidsstudie Seine-­‐Schelde West (Verkennend onderzoek over de waterbeschikbaarheid en verziltingsaspecten) werd uitgevoerd, blijkt dat de saliniteit in ppt (parts per thousand of aantal grammen zouten per kilogram water) van het water in het Boudewijnkanaal en de Achterhaven deze van zeewater benadert: -­‐ aan de Verbindingssluis neemt de verzilting toe van ca 14-­‐16 ppt (oppervlakte) tot 23-­‐26 ppt op 5 meter diepte; -­‐ aan de Herdersbrug bedroeg de saliniteit aan het oppervlak ca. 20-­‐21 ppt, en is ook ca. 23-­‐26 ppt op 5 m diepte; -­‐ in de haven is gemeten opwaarts de sluizen waar de saliniteit 26-­‐29 ppt bedroeg; -­‐ afwaarts de sluizen, nl. in zee, bedroeg de saliniteit 30-­‐32 ppt . 2.2 Oprukken van de zouttong in het Kanaal Gent-­‐Oostende Tot voor kort dacht men dat de zeewaterintrusie via de zeesluizen te Zeebrugge beperkt was tot het Boudewijnkanaal, de achterhaven en zijn onmiddellijke omgeving. Uit de ‘Haalbaarheidsstudie Seine-­‐ Schelde West’ met als deelrapport ‘Verkennend onderzoek over de waterbeschikbaarheid en verziltingsaspecten’ d.d. 2 december 2008, die door IMDC werd opgemaakt, blijkt echter dat de zouttong via de Verbindingssluis in het Kanaal Brugge-­‐Oostende is opgerukt (fig. 9). Op 6 augustus 2008 en 20 mei 2008 is vanaf een meetboot een profiel genomen in raaien op regelmatige afstanden van de Dampoortsluis tot de N31 (expressweg). De saliniteitsmetingen zijn samengevat in de figuren 10 en 11. Ter hoogte van de Verbindingssluis wordt op de bodem 22 ppt gemeten, ter hoogte van de Krakelebrug 19 ppt, ter hoogte van de intake van het Lisseweegs Vaartje 6 ppt,.. Het betreft catastrofale verziltingscijfers die in strijd zijn met de zoutnorm van maximum 800 mg chloriden per liter voor het oppervlaktewaterlichaam VL08_164: Kanaal Gent-­‐Oostende III (fig. 1). 7

Gelet op de beperkte aanvoer van zoet water via de Verbindingssluis dient men de schutverliezen<br />

d.m.v. zeewater te compenseren. Hiertoe zet men de spuiriolen bij vloed gewoon wijd open waarbij<br />

er massale hoeveelheden zeewater via de achterhaven en het Boudewijnkanaal landinwaarts<br />

stromen. Met deze miljoenen kubieke meters zeewater houdt men het waterpeil op peil en komt de<br />

bevaarbaarheid van onze waterlopen niet in het gedrang.<br />

De bestaande dokken in de achterhaven en het Boudewijnkanaal staan met elkaar in verbinding en<br />

vormen samen een waterpartij van 355 ha op het peil +3,5 TAW.<br />

De Boudewijnsluis of Verbindingssluis tussen het kanaal Brugge-­‐Oostende en het Boudewijnkanaal<br />

verwerkt ongeveer 10 schepen per dag. Het verval tussen opwaarts en afwaarts bedraagt ongeveer<br />

0,44 m. De sluis wordt nooit voor afvoerdoeleinden geopend, doch in de winter kan het gebeuren<br />

dat het water van het kanaal Gent-­‐Oostende over de opwaartse sluisdeuren naar het<br />

Boudewijnkanaal stort. Meestal duurt dit een paar dagen met een overstorthoogte van 20 cm. Het<br />

Boudewijnkanaal heeft quasi geen waterafvoerende functie (enkel de schutverliezen van de<br />

Boudewijnsluis en een deel van het gezuiverde afvalwater afkomstig van het RWZI Brugge aan de<br />

Herdersbrug).<br />

Uit een meetcampagne van mei-­‐juli 2008, die <strong>door</strong> IMDC in functie van de Haalbaarheidsstudie<br />

Seine-­‐Schelde West (Verkennend onderzoek over de waterbeschikbaarheid en verziltingsaspecten)<br />

werd uitgevoerd, blijkt dat de saliniteit in ppt (parts per thousand of aantal grammen zouten per<br />

kilogram water) van het water in het Boudewijnkanaal en de Achterhaven deze van zeewater<br />

benadert:<br />

-­‐ aan de Verbindingssluis neemt de verzilting toe van ca 14-­‐16 ppt (oppervlakte) tot 23-­‐26 ppt op 5<br />

meter diepte;<br />

-­‐ aan de Herdersbrug bedroeg de saliniteit aan het oppervlak ca. 20-­‐21 ppt, en is ook ca. 23-­‐26 ppt op<br />

5 m diepte;<br />

-­‐ in de haven is gemeten opwaarts de sluizen waar de saliniteit 26-­‐29 ppt bedroeg;<br />

-­‐ afwaarts de sluizen, nl. in zee, bedroeg de saliniteit 30-­‐32 ppt .<br />

2.2 Oprukken van de zouttong in het Kanaal Gent-­‐Oostende<br />

Tot voor kort dacht men dat de zeewaterintrusie via de zeesluizen te Zeebrugge beperkt was tot het<br />

Boudewijnkanaal, de achterhaven en zijn onmiddellijke omgeving. Uit de ‘Haalbaarheidsstudie Seine-­‐<br />

Schelde West’ met als deelrapport ‘Verkennend onderzoek over de waterbeschikbaarheid en<br />

verziltingsaspecten’ d.d. 2 december 2008, die <strong>door</strong> IMDC werd opgemaakt, blijkt echter dat de<br />

zouttong via de Verbindingssluis in het Kanaal Brugge-­‐Oostende is opgerukt (fig. 9).<br />

Op 6 augustus 2008 en 20 mei 2008 is vanaf een meetboot een profiel genomen in raaien op<br />

regelmatige afstanden van de Dampoortsluis tot de N31 (expressweg). De saliniteitsmetingen zijn<br />

samengevat in de figuren 10 en 11. Ter hoogte van de Verbindingssluis wordt op de bodem 22 ppt<br />

gemeten, ter hoogte van de Krakelebrug <strong>19</strong> ppt, ter hoogte van de intake van het Lisseweegs Vaartje<br />

6 ppt,..<br />

Het betreft catastrofale verziltingscijfers die in strijd zijn met de zoutnorm van maximum 800 mg<br />

chloriden per liter voor het oppervlaktewaterlichaam VL08_164: Kanaal Gent-­‐Oostende III (fig. 1).<br />

7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!