15.09.2013 Views

Nieuwsbrief overheidsopdrachten nr. 7 - juni 2011 - GD&A-advocaten

Nieuwsbrief overheidsopdrachten nr. 7 - juni 2011 - GD&A-advocaten

Nieuwsbrief overheidsopdrachten nr. 7 - juni 2011 - GD&A-advocaten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

* Raoul M. DE PUYDT –<br />

VAN CAUWELAERT<br />

*° Cies GYSEN<br />

*° Bert DE KEYSER<br />

*° ◊ Tom SWERTS<br />

* Koen DE PUYDT<br />

* Thomas RYCKALTS<br />

*° Gitte LAENEN<br />

* Steven MICHIELS<br />

Advocaten - vennoten<br />

° Dominique VANHAELEWYN<br />

Joyce VAN GENDEREN-NAAR<br />

° Bert KELCHTERMANS<br />

° Joep VAN DER FRAENEN<br />

Steve PARYS<br />

° Bart ENGELEN<br />

Kris VAN DEN BROECK<br />

° Laura VALGAEREN<br />

Advocaten aan de Balie te Mechelen °<br />

Advocaten aan de Balie te Brussel •<br />

Advocaat aan de Balie te Gent <br />

Burgerlijke vennootschap o.v.v. BVBA,<br />

R.B.V. Mechelen <strong>nr</strong>. 884.605.752 *<br />

Burgerlijke vennootschap o.v.v. BVBA,<br />

R.B.V. Hasselt <strong>nr</strong>.885.050.269 <br />

° Johan GEERTS<br />

Mathieu LOQUET<br />

Julie LAUWERS<br />

Toon RUMMENS<br />

Ulrike BEUSELINCK<br />

Stéphanie TAELEMANS<br />

° Laurent VAN ROSSOM<br />

° Alisa KONEVINA<br />

°Claudine VANDERHEYDEN<br />

Advocaten<br />

Kantoor Kantoor te te Mechelen<br />

Mechelen<br />

Antwerpsesteenweg 16-18<br />

B-2800 MECHELEN<br />

T +32 15 40 49 40<br />

F +32 15 27 62 76<br />

Kantoor Kantoor Kantoor te te Brussel<br />

Brussel<br />

Wolvengracht 38 (2de verdiep)<br />

B-1000 BRUSSEL<br />

De Brouckère<br />

T +32 2 410 10 66<br />

F +32 2 410 39 71<br />

info@gdena<br />

info@gdena-<strong>advocaten</strong>.be<br />

info@gdena <strong>advocaten</strong>.be<br />

www.gdena<br />

www.gdena-<strong>advocaten</strong>.be<br />

www.gdena<br />

<strong>advocaten</strong>.be<br />

In In netwerk netwerk met<br />

met<br />

Guffenslaan 36<br />

B-3500 HASSELT<br />

Correspondenten<br />

Correspondenten<br />

Correspondenten<br />

R.W. DE VOS VAN STEENWIJK<br />

Emmapark 10<br />

NL- 2595 ET Den Haag<br />

Christian FREMAUX<br />

51 Avenue R. Poincaré<br />

F – 75116 Paris<br />

Advocaten aan de Balie te Brussel<br />

° Advocaten aan de Balie te Mechelen<br />

* Burgerlijke vennootschap o.v.v. BVBA,<br />

R.B.V. Mechelen <strong>nr</strong>. 884.605.752<br />

Burgerlijke vennootschap o.v.v. BVBA,<br />

R.B.V. Leuven <strong>nr</strong>. 887.875.048<br />

◊Burgerlijke vennootschap o.v.v. BVBA,<br />

<strong>Nieuwsbrief</strong> Overheidsopdrachten<br />

EEN EEN GROTE GROTE BELANGSTELLING BELANGSTELLING voor voor de<br />

de<br />

studienamiddag<br />

studienamiddag studienamiddag van van van GD&A D&A Advocaten die die<br />

heeft heeft plaat plaat gevonden gevonden op vrijdag vrijdag 27 27 mei mei <strong>2011</strong><br />

<strong>2011</strong><br />

in in in De De Notelaer Notelaer te te Bornem Bornem<br />

Bornem<br />

De studienamiddag georganiseerd door de Cel<br />

Overheidsopdrachten en de Cel Milieurecht<br />

van GD&A Advocaten heeft kunnen rekenen op<br />

een massale belangstelling. Hierbij onze dank<br />

aan alle aanwezigen.<br />

De slides van de studienamiddag van 27 mei<br />

<strong>2011</strong> zullen binnenkort beschikbaar zijn via<br />

onze website.<br />

Er zijn bovendien reeds plannen voor een<br />

gelijkaardig initiatief in het najaar <strong>2011</strong>.<br />

Hopelijk mogen we U dan opnieuw in grote<br />

getale verwelkomen.<br />

ONDERAANNEMING ONDERAANNEMING IN IN HET HET KADER KADER VAN<br />

VAN<br />

OVERHEIDSOPDRACHTEN: OVERHEIDSOPDRACHTEN: BESPREKING BESPREKING VAN VAN<br />

VAN<br />

TWEE EE RECENTE ARRESTEN VAN DE RAAD<br />

1.- Het is algemeen geweten dat aannemers<br />

die wensen deel te nemen aan een<br />

overheidsopdracht voor de (mede-)uitvoering<br />

ervan, steeds meer een beroep doen op<br />

derden, in dit geval onderaannemers genoemd.<br />

Gelet de complexiteit van vele projecten is het<br />

vaak onmogelijk voor een aannemer om alle<br />

prestaties middels eigen personeel en middelen<br />

te verrichten.<br />

Gelet deze toename in het gebruik van<br />

onderaannemers heeft bijgevolg ook de<br />

rechtspraak zich de laatste jaren verschillende<br />

malen moeten uitspreken over de inschakeling<br />

van onderaannemers en in het bijzonder over<br />

de voorwaarden onder dewelke een<br />

hoofdaannemer de capaciteiten van zijn<br />

onderaannemer kan i<strong>nr</strong>oepen teneinde een<br />

overheidsopdracht binnen te halen.<br />

In wat volgt zal worden stilgestaan bij twee<br />

recente arresten van de Raad van State. Het<br />

arrest van 25 januari <strong>2011</strong> bakent de grenzen<br />

af voor aannemers die zich beroepen op de<br />

erkenningen van onderaannemers om deel te<br />

nemen aan <strong>overheidsopdrachten</strong>.<br />

Nummer 7 – Juni <strong>2011</strong><br />

Het arrest van 24 maart <strong>2011</strong> bepaalt dan<br />

weer de rechtspositie van onderaannemers bij<br />

het aanvechten van een gunningsbeslissing<br />

voor de Raad van State.<br />

1. De De inschakeling inschakeling van van onderaannemers<br />

onderaannemers<br />

onderaannemers<br />

bij bij <strong>overheidsopdrachten</strong><br />

<strong>overheidsopdrachten</strong><br />

<strong>overheidsopdrachten</strong><br />

2.- Artikel 90 § 1, 3° KB 08.01.1996 verplicht<br />

de inschrijvers om in hun offerte de nationaliteit<br />

van de eventuele onderaannemers en van het<br />

personeel door de inschrijver tewerkgesteld<br />

alsook, bij een overheidsopdracht voor<br />

aanneming van werken, de identificatie van de<br />

eventuele onderaannemers te vermelden.<br />

In de Europese aanbestedingsrichtlijn<br />

2004/18/EG werd deze verplichting eveneens<br />

voorzien voor aanneming van levering en<br />

diensten. In overeenstemming met deze richtlijn<br />

werd in het nieuwe KB “gunning klassieke<br />

sectoren” huidig onderscheid opgeheven.<br />

Vanaf de inwerkingtreding (voorzien begin<br />

2012) van het nieuwe KB zal de verplichting<br />

voor de inschrijvers om hun onderaannemers te<br />

identificeren ook worden opgelegd bij<br />

aanneming van diensten of leveringen.<br />

Uit deze verplichting kan echter niet zonder<br />

meer worden afgeleid dat een aanbestedende<br />

overheid de inschakeling van onderaannemers<br />

zou mogen verbieden. Dit zou namelijk in strijd<br />

zijn met de doelstellingen van de Europese<br />

regelgever om de drempel voor kleine en<br />

middelgrote ondernemingen om in te schrijven<br />

op grote <strong>overheidsopdrachten</strong> te verminderen<br />

door hen de mogelijkheid te geven om in<br />

onderaanneming aan dergelijke<br />

<strong>overheidsopdrachten</strong> deel te nemen.<br />

Uit de rechtspraak van het Hof van Justitie blijkt<br />

bovendien dat een inschrijver zich, als bewijs<br />

dat hij beantwoordt aan de economische,<br />

financiële en technische voorwaarden om deel<br />

te nemen aan de opdracht, mag beroepen op<br />

de bekwaamheden van andere entiteiten,<br />

ongeacht de juridische aard van de met hen<br />

bestaande banden, voor zover hij kan aantonen<br />

dat hij daadwerkelijk kan beschikken over de


middelen van die entiteiten die voor de<br />

uitvoering van de opdracht noodzakelijk zijn. 1<br />

In de zaak Siemens van 18 maart 2004 heeft<br />

het Hof van Justitie geoordeeld dat een<br />

aanbestedende overheid het beroep op<br />

onderaannemers niet kon uitsluiten om redenen<br />

dat de dienstverstrekker, die zelf niet voldoet<br />

aan de minimumvoorwaarden om deel te<br />

nemen aan de opdracht, zich baseert tegenover<br />

de aanbestedende overheid op de middelen<br />

van een derde waarmee hij scheep zal gaan<br />

indien hij de opdracht bekomt. 2<br />

3.- De Raad van State deed in haar arrest Nv<br />

de Meeuw van 25 januari <strong>2011</strong> uitspraak over<br />

de mogelijkheid van een aannemer om zich<br />

post factum te beroepen op haar<br />

onderaannemers om te voldoen aan de<br />

vooropgestelde vereiste erkenning.<br />

In deze zaak oordeelde de Raad het volgende :<br />

“Daargelaten de vraag of het toegestaan is om<br />

bewijs van voormelde verbintenis ook nog na<br />

de indiening van de offerte voor te leggen -<br />

eventueel met toepassing van artikel 20, § 3,<br />

van het voormelde koninklijk besluit van 8<br />

januari 1996 op grond waarvan de inschrijvers<br />

kan worden gevraagd de overgelegde<br />

getuigschriften en documenten aan te vullen-,<br />

lijkt uit samenlezing van het hiervoor<br />

aangehaalde artikel 20, § 1, eerste lid, en<br />

voormeld artikel 90, § 1, 3°, op het eerste<br />

gezicht te kunnen worden afgeleid dat, indien<br />

een inschrijver zich wat betreft het voldoen aan<br />

het erkenningsvereiste wenst te beroepen op<br />

een onderaannemer, hij deze onderaannemer,<br />

evenals het feit dat deze onderaannemer is<br />

ingeschreven op de lijst van de erkende<br />

aannemers, dan wel zich beroept op de<br />

toepassing van artikel 3, § 1, 2°, van de<br />

voormelde wet van 20 maart 1991, dient te<br />

vermelden in de aanvraag tot deelneming of de<br />

offerte zelf.” 3<br />

De Raad van State was aldus van oordeel dat<br />

de erkenningsvereiste volledig zou worden<br />

uitgehold, indien het toelaatbaar zou worden<br />

geacht om na na de indiening van de offerte een<br />

andere onderneming als onderaannemer te<br />

vermelden met het oog op het voldoen aan het<br />

erkenningsvereiste, zonder dat bovendien de<br />

verbintenis vanwege deze beweerde<br />

onderaannemer concreet wordt onderzocht en<br />

zonder dat blijkt op welke prestaties de<br />

onderaanneming precies betrekking heeft.<br />

1 HvJ, 18 december 2000, C-5/97, BALLAST<br />

NEDAM; HvJ, 14 april 1994, C-389/92, BALLAST<br />

NEDAM.<br />

2 HvJ, 18 maart 2004, C-314/01, SIEMENS.<br />

3 RvS, <strong>nr</strong>. 210.658, 25 januari <strong>2011</strong>, Nv De Meeuw.<br />

Aannemers doen er aldus goed aan om bij de<br />

indiening van hun offerte de identiteit van de<br />

onderaannemers waarop zich zullen beroepen<br />

uitdrukkelijk te vermelden, evenals de relevante<br />

documenten (o.m. verklaring uitgaande van de<br />

onderaannemer) waaruit blijkt dat de aannemer<br />

zich kan beroepen op de middelen van de<br />

onderaannemer, zeker indien zij gebruik<br />

wensen te maken van hun erkenningen.<br />

De aanbestedende overheid zal alsdan de<br />

deelneming van de aannemer aan de<br />

overheidsopdracht niet kunnen weigeren indien<br />

deze aantoont dat hij kan beschikken over de<br />

middelen van zijn onderaannemers die voor de<br />

uitvoering van de opdracht noodzakelijk zijn.<br />

2. Belang Belang van van de de onderaannemer onderaannemer bij bij de<br />

de<br />

nietigverklaring nietigverklaring<br />

gunning gunningsbeslissing<br />

gunning sbeslissing<br />

van van de<br />

de<br />

4.- In beginsel beschikken enkel zij die zelf een<br />

offerte hebben ingediend in de betrokken<br />

gunningsprocedure over het rechtens vereiste<br />

belang om de nietigverklaring/schorsing te<br />

vorderen van een beslissing die een<br />

overheidsopdracht toewijst aan een andere<br />

inschrijver.<br />

Verwijzend naar bovenstaande stelling<br />

oordeelde de Raad van State in haar arrest van<br />

24 maart <strong>2011</strong> dat verzoekende partij niet over<br />

het vereiste belang beschikte. Zij omschreef in<br />

het verzoekschrift haar belang bij het beroep<br />

als dit van de “benadeelde deelgenoot van de<br />

inschrijving”. De betrokken offerte ging echter<br />

enkel uit van de tussenkomende partij, namelijk<br />

de partij aan wie de opdracht werd<br />

toegewezen.<br />

Verzoekende partij werd nergens in de offerte<br />

aangeduid als “deelgenoot” in de inschrijving,<br />

noch als een “partner” van de tussenkomende<br />

partij, doch enkel als vereniging met wie<br />

tussenkomende partij zal “samenwerken” om<br />

de opdracht te organiseren. De offerte blijkt<br />

daarnaast enkel te zijn ondertekend door de<br />

zaakvoerder van tussenkomende partij.<br />

Aldus blijkt verzoekende partij hoogstens als<br />

een onderaannemer van tussenkomende partij<br />

betrokken te zijn in de gunningsprocedure -<br />

alleszins heeft zij zelf geen offerte in eigen<br />

naam ingediend met het oog op het bekomen<br />

van de opdracht.<br />

Het verzoek wordt door de Raad van State dan<br />

ook afgewezen.


5.- Deze rechtspraak van de Raad van State<br />

wekt toch wel enige verbazing.<br />

In deze zaak werd de opdracht gegund aan de<br />

tussenkomende partij terwijl deze in haar<br />

inschrijving gebruik maakte van de referenties<br />

die aan verzoekster toebehoorden. Sterker nog,<br />

uit het gunningsverslag blijkt dat de opdracht<br />

werd gegund op op voorwaarde voorwaarde voorwaarde dat binnen de<br />

week een samenwerkingsovereenkomst tussen<br />

de tussenkomende partij en verzoekster diende<br />

te worden voorgelegd.<br />

Deze samenwerkingsovereenkomst is echter<br />

nooit tot stand gekomen.<br />

Bijgevolg zou kunnen worden verondersteld dat<br />

de tussenkomende partij, aan wie uiteindelijk<br />

de overheidsopdracht werd toegewezen, geen<br />

regelmatige offerte heeft ingediend nu zij “op<br />

bedrieglijke wijze” het criterium ‘referenties’<br />

heeft toegevoegd.<br />

Indien het verzoekschrift zou zijn ingediend<br />

door een afgewezen inschrijver, wat in dit geval<br />

niet mogelijk was aangezien de tussenkomende<br />

partij zich blijkbaar als enige had ingeschreven,<br />

dan was de kans groot geweest dat de<br />

gunningsbeslissing wél door de Raad van State<br />

vernietigd zou zijn geweest op basis van<br />

bovenstaande motivering.<br />

Het verzoekschrift werd echter ingediend door<br />

de “loutere onderaannemer” van<br />

tussenkomende partij. Volgens de Raad van<br />

State diende het dan ook te worden afgewezen<br />

wegens het ontbreken over het rechtens vereiste<br />

belang.<br />

6.- Verder stelde de Raad van State in haar<br />

overweging nog het volgende :<br />

“10. Voorts kan niet worden ingezien welk<br />

rechtstreeks nadeel de bestreden<br />

gunningsbeslissing verzoekende partij<br />

berokkent.<br />

Immers, zoals tussenkomende partij terecht<br />

opwerpt, blijkt uit het feite<strong>nr</strong>elaas dat<br />

verzoekende partij de kans werd geboden om<br />

deel te nemen aan de uitvoering van de<br />

opdracht. Zij heeft echter zelf haar<br />

medewerking geweigerd, waardoor<br />

tussenkomende partij uiteindelijk een andere<br />

onderaannemer met ervaring in de wielrennerij<br />

heeft aangezocht.<br />

Het nadeel dat verzoekende partij stelt te<br />

ondergaan blijkt aldus in de eerste plaats aan<br />

haar eigen handelen te wijten.<br />

Bovendien geeft verzoekende partij in geen<br />

enkele van haar procedurestukken enige<br />

concrete toelichting omtrent het nadeel dat zij<br />

stelt te ondergaan. Zij beperkt zich integendeel<br />

tot de nietszeggende affirmatie dat haar nadeel<br />

“niet kan worden betwist”.<br />

11. In zoverre verzoekende partij in het<br />

verzoekschrift en de memorie van<br />

wederantwoord haar nadeel situeert in het feit<br />

dat tussenkomende partij in haar offerte verwijst<br />

naar de referenties van verzoekende partij en<br />

aldus een o<strong>nr</strong>egelmatige offerte heeft<br />

ingediend, kan worden volstaan met de<br />

vaststelling dat zij ook op dat punt niet<br />

verduidelijkt welk voordeel een mogelijke<br />

nietigverklaring op grond van de<br />

o<strong>nr</strong>egelmatigheid van de offerte van<br />

tussenkomende partij haar biedt.<br />

12. Het feit dat verzoekende partij in artikel<br />

2 van de bestreden beslissing wordt vermeld,<br />

zoals verzoekende partij aanvoert in de laatste<br />

memorie, doet geen afbreuk aan de<br />

voorgaande vaststellingen. Artikel 2 van de<br />

bestreden beslissing heeft immers enkel<br />

rechtsgevolgen voor tussenkomende partij, aan<br />

wie door deze bepaling de plicht wordt<br />

opgelegd om aan verwerende partij het bewijs<br />

van de samenwerking met verzoekende partij te<br />

leveren.” 4<br />

De vraag kan hier worden gesteld of de Raad<br />

van State tot hetzelfde oordeel zou zijn<br />

gekomen indien verzoekende partij niet zelf<br />

haar medewerking aan de opdracht had<br />

geweigerd.<br />

Alleszins lijkt het niet aanvaardbaar dat een<br />

aannemer, leverancier of dienstverlener zomaar<br />

gebruik kan maken van referenties en<br />

erkenningen van derden om een opdracht<br />

binnen te halen, en nadien blijkt dat deze<br />

derden uit de opdracht wordt uitgesloten.<br />

De huidige situatie waarin de inschakeling van<br />

onderaannemers een frequent gegeven is<br />

geworden, noodzaakt dan ook mogelijk een<br />

heroverweging van de vaststaande rechtspraak<br />

dat enkel zij die zelf een offerte hebben<br />

ingediend over het rechtens belang beschikken<br />

om een gunningsbeslissing aan te vechten.<br />

4 RvS, <strong>nr</strong>. 212.215 van 24 maart <strong>2011</strong>.


3. Besluit<br />

Besluit<br />

Aannemers, leveranciers en dienstverleners die<br />

een beroep willen doen op de<br />

referenties/erkenningen van onderaannemers<br />

dienen reeds bij het indienen van hun offerte<br />

het bewijs te leveren dat zij daadwerkelijk<br />

kunnen beschikken over de middelen van deze<br />

onderaannemers. Het voorleggen van een<br />

samenwerkingsovereenkomst tussen de<br />

hoofdaannemer en de betreffende<br />

onderaannemer is hier een minimumvereiste.<br />

Indien dergelijk bewijs niet kan worden<br />

geleverd, dan zal de aanbestedende dienst de<br />

offerte moeten afwijzen wegens het ontbreken<br />

van de vereiste referenties/erkenningen/…<br />

U weze bij deze gewaarschuwd…<br />

Meer Meer info?<br />

info?<br />

Contacteer<br />

Contacteer<br />

Gitte Gitte LAENEN<br />

LAENEN<br />

Advocaat-vennoot GD&A Advocaten<br />

Stéphanie Stéphanie TAELEMANS<br />

TAELEMANS<br />

Advocaat GD&A Advocaten<br />

Tel 015/40.49.40<br />

gitte.laenen@gdena-<strong>advocaten</strong>.be<br />

stephanie.taelemans@gdena-<strong>advocaten</strong>.be

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!