Edw. Ainsworth - Vereniging Familie Heringa / Heringa Fonds
Edw. Ainsworth - Vereniging Familie Heringa / Heringa Fonds
Edw. Ainsworth - Vereniging Familie Heringa / Heringa Fonds
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Grols verleden 10 02-12-2008 21:15 Pagina 4<br />
“Grols verleden” - Nummer 10<br />
4<br />
gesprek met Willem de Clerq. Bij deze gelegenheid<br />
sprak, volgens de overlevering, Thomas de<br />
historische woorden: “Geef mij een snelspoel en<br />
een Twentse jongen en ik zal u in korte tijd calicots<br />
4 leveren zoveel u wilt”. Het resultaat van dit<br />
gesprek was dat er met goedkeuring van de<br />
directie van de N.H.M. een weefschool te Goor<br />
werd opgericht met het doel de arbeiders in<br />
Twente het gebruik van het nieuwe weefgetouw<br />
met de snelspoel te leren.<br />
Dat Twente een textielindustrie zou krijgen,<br />
kwam door de afsplitsing van België uit het<br />
Koninkrijk Nederland, in 1830. Nederland raakte<br />
toen het grootste deel van haar textielindustrie<br />
kwijt, dat zich rond Gent bevond. Koning<br />
Willem I gaf de N.H.M. direct opdracht om een<br />
nieuwe locatie te zoeken. De directeur, Willem<br />
de Clercq, vertrok op inspectiereis naar Twente.<br />
Een geïsoleerde regio waar de boeren als bijverdienste<br />
thuis veel sponnen en weefden. Het doel<br />
van de weefschool was de leerling vertrouwd te<br />
maken met de snelspoel. Na hun opleiding<br />
mochten de leerlingen het weefgetouw mee<br />
naar huis nemen. Zo kreeg de rest van de familie<br />
onderricht over de werking van de snelspoel.<br />
In juni 1833 werd de weefschool geopend. De<br />
leiding was in handen van Thomas. Hij kreeg<br />
een benoeming voor drie jaar met een salaris<br />
van minstens f 2400, - per jaar. Voor een studiereis<br />
naar Engeland werd hem f 4800, - vergoed.<br />
Namens de N.H.M. huurde Gerrit<br />
Schimmelpenninck in Goor voor f 200, - per<br />
jaar een vrij grote schuur van logementhouder<br />
August van Delden. Na enige verbouwingen<br />
was de schuur geschikt voor 85 weefgetouwen.<br />
Onder leiding van Thomas onderwezen vier<br />
1 Calicots is het woord voor een fijne linnenachtige stof<br />
geweven in stukken van 22,5 meter lang en doorgaans 85<br />
cm breed die vooral na 1830 in Nederlands Oost-Indië<br />
op grote schaal werden gebruikt voor het vervaardigen<br />
van gebatikte sarongs. De calicots werden door de NHM<br />
verscheept naar Nederlands Oost-Indië en daar met over<br />
heidssteun op de markt gebracht.<br />
3a. Batikken is een eeuwenoude techniek om stoffen te<br />
bedrukken. Na het opbrengen van een basiskleur wordt<br />
met de hand of met een mal een gedeelte van de stof<br />
bedekt met was. Hierna gaat de stof een tweede maal in<br />
een verfbad. Deze nieuwe kleur komt alleen op die plekken<br />
waar geen was aanwezig is. Na het drogen wordt de<br />
was er uit gewassen welke weer opnieuw kan worden<br />
gebruikt. Dit proces kan men afhankelijk van het aantal<br />
kleuren blijven herhalen tot dat de uiteindelijke design is<br />
bereikt. Hoe meer kleuren er worden gebruikt des te<br />
duurder het eindproduct wordt<br />
3 b. Sarongs zijn gemaakt van 100% katoen. Het materiaal<br />
is sterk en toch gemakkelijk opvouwbaar tot een<br />
klein pakje.<br />
geschoolde Engelse wevers de aangenomen volwassenen<br />
mannen de nieuwe manier van weven<br />
op de ter plaatse naar Engels model vervaardigde<br />
calicotgetouwen, die van de snelspoel met<br />
zweepje waren voorzien. Ook werden in deze<br />
jaren weefscholen geopend in Diepenheim,<br />
Enter en Holten.<br />
De in dienst genomen volwassen mannen waren<br />
binnen acht weken zover gevorderd dat zij als<br />
leermeesters konden optreden en elk van hen<br />
een kind onder zijn toezicht kreeg. Daar de<br />
school tevens een fabriek was, maakte de<br />
N.H.M. winst op de daar vervaardigde goederen.<br />
Van smietspoel naar snelspoel<br />
Thomas is voorstander van de introductie van<br />
verbeterde handweefgetouwen. Met de nieuwe<br />
techniek van de snelspoel konden wevers tijdsefficiënter<br />
werken. Met één handgebaar werd de<br />
draad langs de schering geslagen. Bij de nieuwe<br />
techniek werd de smietspoel vervangen door de<br />
zogenaamde snelspoel, een primitief gemechaniseerd<br />
onderdeel van het wevershandwerk. In<br />
België en Engeland werkte men daar al langer<br />
mee. De Twentse huiswevers gebruikten nog de<br />
oude smietspoel, die de wever met twee handen<br />
heen en weer smeet. De snelspoel bewoog heen<br />
en weer met behulp van een ingenieus samenstel<br />
van koordjes.Deze Engelse methode van<br />
snelweven was de beste van vele in gebruik<br />
zijnde methodes. Bij dit systeem kon het oude<br />
handgetouw in gebruik blijven, slechts werd<br />
een andere lade, een “snellade” ingehangen. Bij<br />
het weven wordt de inslag door de schering<br />
gevoerd. De schering is in het getouw gespannen,<br />
de inslag is op een pijpje gewikkeld, dat in<br />
de spoel wordt bevestigd, die door de “sprong”<br />
wordt geworpen, van links naar rechts en van<br />
rechts naar links. De sprong wordt gevormd<br />
doordat men sommige scheringdraden uit het<br />
horizontale vlak naar beneden trekt en de andere<br />
naar boven. Dit gebeurt zó, dat men het<br />
gewenste patroon krijgt. Na iedere ingelegde<br />
inslagdraad wordt de sprong veranderd. De<br />
oude handwevers wierpen (smeten) de spoel<br />
met de hand door de sprong heen. Op die wijze<br />
kon de wever de tweede hand aan de lade houden,<br />
die na iedere inslagdraad naar voren bewogen<br />
moet worden om de draad aan te schuiven.<br />
Een systeem dat ten opzichte van de Belgische<br />
snelspoel een verdere vooruitgang betekende.<br />
Het weven geschiedde nu twee a drie keer zo<br />
Oudheidkundige <strong>Vereniging</strong> Groenlo