fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren
fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren
A8.Fiets – bromfietstechniek - Controleer alle tanden van het ringwiel op slijtage en beschadiging. - Controleer alle lagers op slijtage en beschadiging. - Controleer de planeetwieltjes, asjes, sterclutch op slijtage en beschadiging en de inwendige nokken van het ringwiel op afrondingen. - Controleer de paltanden en pallen op slijtage. Montage: - Klem de as in- de hand en wel zo dat de gleuf in de as boven het zonnewiel ligt. Monteer de planeetdrager en breng de planeetwieltjes en asjes aan. De dunne gedeelten van de asjes steken daarbij uit. - Monteer het glijbuisje met de flenskant naar beneden, vervolgens de sterclutch, het dwarsbalkje met de afplatting naar boven, de controlestift en veerdrukring. Zorg ervoor dat de afplattingen van het dwarsbalkje precies in de gleuven van de veerdrukring passen. - Breng de pallen, asjes en veertjes in het ringwiel aan en monteer het geheel over de planeetdrager. - Monteer de rechtercup en de drijfkop. Zorg dat de drijfkop goed over de sterclutch valt. - Breng de clutchveer over de as aan en monteer vervolgens het veerkapje. Draai de rechter conus handvast aan. Daarna dient de rechter conus een halve slag teruggedraaid te worden. Zet in deze stand de rechter conus vast met borgschijf en moer. - Klem nu het rechter as- eind in de bankschroef en monteer de pallen, asjes en veertjes in de planeetdrager. Denk er aan dat de pallen zo gemonteerd moeten worden dat het afgeschuinde gedeelte naar de gesloten naafkant wijst en de palasjes met de puntige kant naar de planeetwieltjes wijzen. - Breng het binnenwerk in de naafhuls aan en draai de rechter cup vast. Monteer nu de linker asconus. Wanneer de naaf in het wiel gemonteerd is moet deze asconus met de sleutel zo afgesteld worden dat aan de velg een geringe speling voelbaar is. Aan de naaf zelf dient er geen speling voelbaar te zijn. Borg in deze stand de asconus met het borgplaatje en contramoer. - Monteer het kettingwiel met de daar bijhorende stofring en schijven. Afstellen schakelinrichting Het afstellen van de versnellingen dient, wanneer het wiel in de fiets gemonteerd is, op de volgende manier te gebeuren: - Controleer of de kabel juist is gemonteerd en of de controlestift voldoende is aangedraaid. - Draai de gekartelde stelnippel 3 op het draadeind van de controlestift. - Zet de stuurversteller in de tweede versnelling en verstel de stelnippel zodanig dat het eindvlak van de controlestift gelijk ligt met het uiteinde van de as. - Draai daarna het borgmoertje vast en controleer de afstelling. - Smeer de naaf tenslotte met enige druppels olie met een viscositeit SAE 20. 17
d) Drieversnellingsnaaf met terugtraprem. A8.Fiets – bromfietstechniek De besproken drieversnellingsnaaf bestaat ook in een uitvoering met gecombineerde terugtrapremnaaf. De remwerking is onafhankelijk van de afstelling van de versnellingen. De opbouw van deze naaf is te zien in de figuur. Drijfkop 21 is van rempallen voorzien, terwijl inwendig vier groeven zijn aangebracht. De rempallen grijpen in nokkenring 19. Aan de zijkant van de ring zijn twee rechthoekige vlakjes aangebracht die bij montage in uitsparingen van ringwiel 17 passen. Deze remconus ligt aan de linkerzijde met een conische rand tegen de remtrommel. Inwendig is de remconus voorzien van grove schroefdraad, waarin een overeenkomstig schroefdraadgedeelte van de planeetdrager past. De remmantel wordt via een inwendige nok door de hevelconus vastgehouden. De hevelconus wordt op zijn beurt door de remhevel met bandage vastgehouden. De naafhuls is ter plaatse van de remmantel versterkt uitgevoerd. Sterclutch 34 is ook aangepast. Deze heeft een cilindrisch gedeelte, waarop 4 ruggen zijn aangebracht. De sterclutch past met dit deel in de drijfkop. De werking van de versnellingen komt overeen met het vorige systeem. Remmen Zodra teruggetrapt wordt, zullen de rempallen van de drijfkop in de nokkenring grijpen. Deze ring neemt het ringwiel mee, die op zijn beurt via planeethouder, remconus, remmantel en naafhuls weer voor de benodigde remwerking zorgt. De sterclutch is dus niet opgenomen in deze krachtoverbrenging. Daardoor heeft een foutieve afstelling ook geen invloed meer op het remmen. 18
- Page 187 and 188: Dan volgt de berekening: A6. Fiets
- Page 189 and 190: A6. Fiets - bromfietstechniek. Bere
- Page 191 and 192: A6. Fiets - bromfietstechniek. Voor
- Page 193 and 194: Als laatste bestaat er ook nog een
- Page 195 and 196: A6. Fiets - bromfietstechniek. Naaf
- Page 197 and 198: SPECIALE WIELEN 36 A6. Fiets - brom
- Page 199 and 200: 38 A6. Fiets - bromfietstechniek. E
- Page 201 and 202: A7. Fiets - bromfietstechniek. A7.
- Page 203 and 204: A7. Fiets - bromfietstechniek. Door
- Page 205 and 206: A7. Fiets - bromfietstechniek. Wann
- Page 207 and 208: P asmaken van crankspieën: A7. Fie
- Page 209 and 210: Crank schade: A7. Fiets - bromfiets
- Page 211 and 212: 3. DE PEDALEN: Een pedaal kan uitge
- Page 213 and 214: A7. Fiets - bromfietstechniek. de d
- Page 215 and 216: A7. Fiets - bromfietstechniek. - Kl
- Page 217 and 218: A7. Fiets - bromfietstechniek. Verb
- Page 219 and 220: 8 . VERSNELLING EN VERZET. V ersnel
- Page 221 and 222: N ota’s: A7. Fiets - bromfietstec
- Page 223 and 224: A8.Fiets - bromfietstechniek klein
- Page 225 and 226: A8.Fiets - bromfietstechniek De maa
- Page 227 and 228: 6 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 229 and 230: Onderdelen: d)Defecten A8.Fiets - b
- Page 231 and 232: g) Ander type remnaaf: A8.Fiets - b
- Page 233 and 234: Versnelling: A8.Fiets - bromfietste
- Page 235 and 236: Werking: A8.Fiets - bromfietstechni
- Page 237: A8.Fiets - bromfietstechniek sameng
- Page 241 and 242: 20 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 243 and 244: Deel 1 ALGEMENE INFORMATIE A8.Fiets
- Page 245 and 246: 3.1 Demontage Afb.1 A8.Fiets - brom
- Page 247 and 248: 3.2 Controle binnenwerk 26 A8.Fiets
- Page 249 and 250: 28 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 251 and 252: 2.3 Montage van de stuurversteller
- Page 253 and 254: A8.Fiets - bromfietstechniek Deel -
- Page 255 and 256: A8.Fiets - bromfietstechniek 1. As;
- Page 257 and 258: 7.7 Afstellen van de linkerconus A8
- Page 259 and 260: 38 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 261 and 262: 40 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 263 and 264: 42 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 265 and 266: De terugtraprem A8.Fiets - bromfiet
- Page 267 and 268: A8.Fiets - bromfietstechniek Afbeel
- Page 269 and 270: A8.Fiets - bromfietstechniek -De du
- Page 271 and 272: A9. Fiets - bromfietstechniek. A9.
- Page 273 and 274: A9. Fiets - bromfietstechniek. Door
- Page 275 and 276: A9. Fiets - bromfietstechniek. Verv
- Page 277 and 278: Deze stand zien we op de rechter fi
- Page 279 and 280: A9. Fiets - bromfietstechniek. schr
- Page 281 and 282: SIDEPULL-REM A10. Fiets - bromfiets
- Page 283 and 284: A10. Fiets - bromfietstechniek. 4.
- Page 285 and 286: A10. Fiets - bromfietstechniek. Het
- Page 287 and 288: A10. Fiets - bromfietstechniek. dia
d) Drieversnellingsnaaf met terugtraprem.<br />
A8.Fiets <strong>–</strong> brom<strong>fiets</strong>techniek<br />
De besproken drieversnellingsnaaf bestaat ook<br />
in een uitvoering met gecombineerde<br />
terugtrapremnaaf.<br />
De remwerking is onafhankelijk van de afstelling<br />
van de versnellingen.<br />
De opbouw van deze naaf is te zien in de figuur.<br />
Drijfkop 21 is van rempallen voorzien, terwijl<br />
inwendig vier groeven zijn aangebracht.<br />
De rempallen grijpen in nokkenring 19.<br />
Aan de zijkant van de ring zijn twee rechthoekige<br />
vlakjes aangebracht die bij montage in<br />
uitsparingen van ringwiel 17 passen.<br />
Deze remconus ligt aan de linkerzijde met een<br />
conische rand tegen de remtrommel.<br />
Inwendig is de remconus voorzien van grove<br />
schroefdraad, waarin een overeenkomstig<br />
schroefdraadgedeelte van de planeetdrager<br />
past.<br />
De remmantel wordt via een inwendige nok door<br />
de hevelconus vastgehouden.<br />
De hevelconus wordt op zijn beurt door de<br />
remhevel met bandage vastgehouden.<br />
De naafhuls is ter plaatse van de remmantel<br />
versterkt uitgevoerd.<br />
Sterclutch 34 is ook aangepast.<br />
Deze heeft een cilindrisch gedeelte, waarop 4<br />
ruggen zijn aangebracht.<br />
De sterclutch past met dit deel in de drijfkop.<br />
De werking van de versnellingen komt overeen<br />
met het vorige systeem.<br />
Remmen<br />
Zodra teruggetrapt wordt, zullen de rempallen<br />
van de drijfkop in de nokkenring grijpen.<br />
Deze ring neemt het ringwiel mee, die op zijn<br />
beurt via planeethouder, remconus, remmantel<br />
en naafhuls weer voor de benodigde remwerking<br />
zorgt.<br />
De sterclutch is dus niet opgenomen in deze<br />
krachtoverbrenging.<br />
Daardoor heeft een foutieve afstelling ook geen<br />
invloed meer op het remmen.<br />
18