fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren
fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren
A6. Fiets - bromfietstechniek. krijgen door het gebruik van bvb. de Sapim Strong (Ø 2,30 mm, verdund naar 2,00 mm). Voor koerswielen zal men de voorkeur geven aan bvb. Sapim CX-Ray en Sapim RACE, die beter bestand zijn tegen extreme trillingen. Voor MTB en CYCLO CROSS zal men de voorkeur geven aan bvb. Sapim CX-Ray, Sapim RACE of Sapim LASER. Juiste kruisingspat roon: Warm vlechten (spaken achterdoor) zorgt voor een meer stabiele montage. De standaard methode = kruisen over 3 (wel opletten voor kniktoestand in de spaak/nippellijn!) Opgelet met radiale montage (zie hiervoor de montagevoorschriften van de naaf - en velgleveranciers). Voor naven met extra grote flenzen (groter risico kniktoestand) zal men 2 x kruisen zoals bijv. Nexus, Elan etc. Indien de kruising van de spaken te dicht bij de naafflens ligt, zal men liefst ‘koud’ kruisen om kniktoestanden te vermijden. Trekkende / duwende spaken: Indien correct gemonteerd zijn de: trekkende spaken = spaakkop aan de binnenkant. duwende spaken = spaakkop aan de buitenkant. Opgelet: schijfremmen vormen een uitzondering, omdat de belasting bij het remmen (downhill-MTB) extra krachten oproept. Is er een knik in de spaak - nippellijn: Een knik kan optreden op het niveau van de spaakbuiging -flens of spaak -nippelverbinding. Check daarom: Is de naafflens aangepast aan de spaakbuiging ? Werd gekozen voor het beste kruisingspatroon ? De offset van de velggaten (zigzag) De wielgeometrie Welke nippels gebruiken: Lengte: 12-14-16 mm Speciale nippels: 19-21-25 mm Gebruik bij voorkeur de Sapim Polyax nippel voor de optimale spaak -nippellijn. Nippels niet extra lang kiezen, dit verslechtert de spaak -nippellijn. Kies ze echter ook niet te kort (te weinig greep op 4-kant zorgt voor beschadiging van de nippel, zeker bij het gebruik van alu nippels.) Draaien de nippels los: Hoogprofielwielen of radiaal gevlochten wielen zijn onderworpen aan extra trillingen, ondermeer op slechte wegen. Gebruik daarom bij voorkeur de nieuwe SILS -nippel (Sapim Integrated Locking System), doe dit ook bij wielen met schijfremmen. SILS-nippels hebben e en speciaal schroefdraadsysteem om niet los te trillen en het wiel toch veelvuldig te kunnen hercentreren (zelfborgend). Voor wie andere nippeltypes monteert met vetvrije schroefdraad, is de lijm SAPIM FREEZE bijzonder geschikt: deze is immers speciaal samengesteld om toch nadien te kunnen centreren. Stabiele velg: Kies altijd voor een stevige kwaliteitsvelg vanwege de zijwaartse en verticale stabiliteit of stijfheid. 33
A6. Fiets - bromfietstechniek. Naaf met aangepaste gaten: Houd de naafflens horizontaal, spaak met de kop binnen moet iets schuin omhoog wijzen. Men zal tijdens het centreren de kruising van de spaken lichtjes aandrukken, waardoor de spaken zich dan zonder moeite zullen "zetten". (Let op: niet op de spaakbuiging drukken!). Te grote naafgaten voor de spaken zijn een gemaksoplossing, maar zorgen voor veel speling, wat dus minder goed is. Denk eventueel aan het gebruik van spakenplaatjes of -ringetjes. Te veel druk op de spaakkop is ook slecht. Ø naafgaten ideaal : Ø spaakschroefdraad + 0,1 mm (vb. : spaak 14G/2 mm gemeten op schroefdraad 2,25 mm + 0,1 = 2,35 mm : max. gaten Ø 2,50 ) Naaf met aangepaste f lenzen: Flenzen in de richting van de spaken, schuine hoek flens 96° aanbevolen. Goede verdeling van middellijn / axiaal zal voor een meer gelijke spaakspanning per wielzijde zorgen. Opgelet voor: te dunne flenzen en / of te grote gaten (denk aan spakenplaatjes/-ringetjes): dan trekken de spaken hun buiging terug open, een hoek van 95° kan terug gaan naar 107 à 110° Let wel: een GOEDE -spaak verlengt nooit, door een verkeerde naafkeuze zou de buiging wel kunnen opentrekken. Zo ontstaat er snel slag in het wiel. te dikke flenzen: deze geven een extra druk op de spaakkop; hierdoor kunnen de koppen er afspringen. DE HOOFDZAAK IN HET MAKEN VAN EEN GOED WIEL is dat alle spaken van het wiel - ieder voor zich - een zo evenredig mogelijk deel van de totale belasting op zich nemen Wij geven u hierna de meest voorkomende feiten die de fiets mecaniciens in de praktijk hebben ondervonden en vastgesteld. 1.Wanneer breken spaken? Bij een goed wiel breken de spaken alléén als gevolg van een normale metaalvermoeidheid, zoals die optreedt na jaren intensief gebruik. a. Op het einde van de levensduur van het materiaal verliest het materiaal zijn oorspronkelijke cohesie en elasticiteit. b. De meeste wiel - of spaakbreuken gebeuren door te weinig en/of te onregelmatige spanning op de spaken. c. Een spaak breekt als metaalvermoeidheid over een kritiek niveau gaat. Men kan door een correcte montage de weerstand gunstig beïnvloeden. De kunst van het wielenmaken bestaat er in, dat door een gelijkmatige opvoering van de individuele spaakspanning de oorspronkelijke rondheid en slagvrijheid van de velg intact blijft. Bij het finaal afwerken van het wiel moet de individuele spaakspanning aangepast worden om de spanningen in het materiaal te compenseren (bijv. zeker in de buurt waar de velg aan elkaar werd gezet). Hoe minder een belast wiel kan ovaliseren bij het rijden, hoe minder metaalmoeheid bij de spaak, velg en naaf optreedt. Door het gewicht: een persoon van 90 kg op "slappe wielen" zal een constante ovalisatie 34
- Page 143 and 144: A5.Fiets - bromfietstechniek. zal d
- Page 145 and 146: A5.Fiets - bromfietstechniek. vloei
- Page 147 and 148: A5.Fiets - bromfietstechniek. geval
- Page 149 and 150: 17. Een binnenband plakken: A5.Fiet
- Page 151 and 152: 18. Een tublessband plakken 32 A5.F
- Page 153 and 154: A5.Fiets - bromfietstechniek. wordt
- Page 155 and 156: Bromfiets en scooterbanden: Algemen
- Page 157 and 158: Opbouw van de band. 38 A5.Fiets - b
- Page 159 and 160: Banden voor bromfietsen (100 Km / u
- Page 161 and 162: 42 A5.Fiets - bromfietstechniek.
- Page 163 and 164: Inleiding: A6. Fiets - bromfietstec
- Page 165 and 166: DE KRACHTEN OP DE SPAAK 4 A6. Fiets
- Page 167 and 168: 6 A6. Fiets - bromfietstechniek. gr
- Page 169 and 170: A6. Fiets - bromfietstechniek. Het
- Page 171 and 172: 10 A6. Fiets - bromfietstechniek. H
- Page 173 and 174: 12 A6. Fiets - bromfietstechniek. L
- Page 175 and 176: V IERDE KWART 14 A6. Fiets - bromfi
- Page 177 and 178: HET AANSPANNEN 16 A6. Fiets - bromf
- Page 179 and 180: 18 A6. Fiets - bromfietstechniek. V
- Page 181 and 182: Op de tekening hiernaast ziet u het
- Page 183 and 184: 22 A6. Fiets - bromfietstechniek. A
- Page 185 and 186: A6. Fiets - bromfietstechniek. Spaa
- Page 187 and 188: Dan volgt de berekening: A6. Fiets
- Page 189 and 190: A6. Fiets - bromfietstechniek. Bere
- Page 191 and 192: A6. Fiets - bromfietstechniek. Voor
- Page 193: Als laatste bestaat er ook nog een
- Page 197 and 198: SPECIALE WIELEN 36 A6. Fiets - brom
- Page 199 and 200: 38 A6. Fiets - bromfietstechniek. E
- Page 201 and 202: A7. Fiets - bromfietstechniek. A7.
- Page 203 and 204: A7. Fiets - bromfietstechniek. Door
- Page 205 and 206: A7. Fiets - bromfietstechniek. Wann
- Page 207 and 208: P asmaken van crankspieën: A7. Fie
- Page 209 and 210: Crank schade: A7. Fiets - bromfiets
- Page 211 and 212: 3. DE PEDALEN: Een pedaal kan uitge
- Page 213 and 214: A7. Fiets - bromfietstechniek. de d
- Page 215 and 216: A7. Fiets - bromfietstechniek. - Kl
- Page 217 and 218: A7. Fiets - bromfietstechniek. Verb
- Page 219 and 220: 8 . VERSNELLING EN VERZET. V ersnel
- Page 221 and 222: N ota’s: A7. Fiets - bromfietstec
- Page 223 and 224: A8.Fiets - bromfietstechniek klein
- Page 225 and 226: A8.Fiets - bromfietstechniek De maa
- Page 227 and 228: 6 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 229 and 230: Onderdelen: d)Defecten A8.Fiets - b
- Page 231 and 232: g) Ander type remnaaf: A8.Fiets - b
- Page 233 and 234: Versnelling: A8.Fiets - bromfietste
- Page 235 and 236: Werking: A8.Fiets - bromfietstechni
- Page 237 and 238: A8.Fiets - bromfietstechniek sameng
- Page 239 and 240: d) Drieversnellingsnaaf met terugtr
- Page 241 and 242: 20 A8.Fiets - bromfietstechniek
- Page 243 and 244: Deel 1 ALGEMENE INFORMATIE A8.Fiets
A6. Fiets - brom<strong>fiets</strong>techniek.<br />
krijgen door het gebruik van bvb. de Sapim Strong (Ø 2,30 mm, verdund naar 2,00 mm).<br />
Voor koerswielen zal men de voorkeur geven<br />
aan bvb. Sapim CX-Ray en Sapim RACE,<br />
die beter bestand zijn tegen extreme trillingen.<br />
Voor MTB en CYCLO CROSS zal men<br />
de voorkeur geven aan bvb. Sapim CX-Ray,<br />
Sapim RACE of Sapim LASER.<br />
Juiste kruisingspat roon: Warm vlechten (spaken achterdoor) zorgt voor een meer stabiele<br />
montage.<br />
De<br />
standaard methode = kruisen over 3 (wel opletten voor kniktoestand in de<br />
spaak/nippellijn!)<br />
Opgelet<br />
met radiale montage (zie hiervoor de montagevoorschriften van de naaf - en<br />
velgleveranciers).<br />
Voor naven met extra grote flenzen (groter risico kniktoestand) zal men 2 x kruisen zoals<br />
bijv. Nexus, Elan etc.<br />
Indien de kruising van de spaken te dicht bij de naafflens ligt, zal men liefst ‘koud’ kruisen<br />
om kniktoestanden te vermijden.<br />
Trekkende / duwende spaken: Indien correct gemonteerd zijn de:<br />
trekkende spaken = spaakkop aan de binnenkant.<br />
duwende spaken = spaakkop aan de buitenkant.<br />
Opgelet: schijfremmen vormen een uitzondering, omdat de belasting bij het remmen<br />
(downhill-MTB) extra krachten oproept.<br />
Is er een knik in de spaak - nippellijn: Een knik kan optreden op het niveau van de<br />
spaakbuiging -flens of spaak -nippelverbinding.<br />
Check daarom:<br />
Is de naafflens aangepast aan de spaakbuiging ?<br />
Werd gekozen voor het beste kruisingspatroon ?<br />
De offset van de velggaten (zigzag)<br />
De wielgeometrie<br />
Welke nippels gebruiken:<br />
Lengte: 12-14-16 mm Speciale nippels: 19-21-25 mm<br />
Gebruik bij voorkeur de Sapim Polyax nippel voor de optimale spaak -nippellijn.<br />
Nippels niet extra lang kiezen, dit verslechtert de spaak -nippellijn.<br />
Kies ze echter ook niet te kort (te weinig greep op 4-kant zorgt voor beschadiging van de<br />
nippel, zeker bij het gebruik van alu nippels.)<br />
Draaien de nippels los:<br />
Hoogprofielwielen of radiaal gevlochten wielen zijn onderworpen aan extra trillingen,<br />
ondermeer op slechte wegen. Gebruik daarom bij voorkeur de nieuwe SILS -nippel (Sapim<br />
Integrated<br />
Locking System), doe dit ook bij wielen met schijfremmen. SILS-nippels hebben<br />
e en speciaal schroefdraadsysteem om niet los te trillen en het wiel toch veelvuldig te<br />
kunnen hercentreren (zelfborgend). Voor wie andere nippeltypes monteert met vetvrije<br />
schroefdraad, is de lijm SAPIM FREEZE bijzonder geschikt: deze is immers speciaal<br />
samengesteld om toch nadien te kunnen centreren.<br />
Stabiele velg:<br />
Kies altijd voor een stevige kwaliteitsvelg vanwege de zijwaartse en verticale stabiliteit<br />
of<br />
stijfheid.<br />
33