fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren

fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren fiets – bromfietstechniek - Fietstoeren

fietstoeren.be
from fietstoeren.be More from this publisher
15.09.2013 Views

12 A. Fiets bromfietstechniek. C.V.O. “ DE AVONDSCHOOL” Oostende.

A1. Fiets bromfiets techniek A. FIETSTECHNIEK. A1. INLEIDING TOT DE FIETS - BROMFIETS : 1. Inleiding: Vervoermiddel bestaande uit een frame van stalen buizen, waarin twee wielen ( soms driewielig ) van gelijke diameter, die voorzien zijn van luchtbanden, achter elkaar in één lijn zijn gemonteerd. Het voorste wiel is bestuurbaar. De berijder beweegt, zittend op een zadel, met zijn voeten de fiets voort door middel van twee cranks met pedalen, die op een as zijn gemonteerd. Deze as, die gelagerd is, bevindt zich in het laagste punt van het frame. De hieruit resulterende ronddraaiende beweging van deze trapas wordt door twee kettingwielen (een groot op de trapas en een kleiner op de naaf van het achterwiel) en een ketting overgebracht op het achterwiel. Er zijn afzonderlijke framemodellen voor dames -, heren - en kinderfietsen, terwijl voorts kunnen worden onderscheiden de zwaardere, specifiek Nederlandse toerfiets (ca. 20 kg), de wat lichtere sportfiets (ca. 18 kg), de lichtgewicht sportfiets (ca. 15kg) en ten slotte de racefiets (5 -11kg, al naar gelang het een fiets voor de wielerbaan of voor de weg betreft). Evenals de fiets is de bromfiets een populair, uiterst handig en relatief goedkoop gemotoriseerd voertuig. Er zijn tal van redenen om met een bromfiets te rijden: vrije tijd, ontspanning, vakantie, maar ook als vervoermiddel naar het werk, de school of om boodschappen te halen of omdat het rijden met een bromfiets zuiniger is dan tram, bus of auto. 2. Geschiedenis: Het is niet bekend wanneer de eerste fiets verscheen. Vermoedelijk werd echter reeds in 1691 door de Fransman Ozanam een vervoermiddel vervaardigd, dat enigszins op de tegenwoordige fiets leek. Maar pas in 1790 (en volgens anderen in 1796) bereed een Fransman, graaf Mède de Sivrac, de eerste tweewieler: de céIerifère. Daar is ongeveer de ontwikkeling van de fiets en de ligfiets ontstaan, door te starten met een “ loopfiets”. Die fiets bestond uit twee houten wielen die aan de uiteinden van een houten balk waren gemonteerd; trappers en stuur ontbraken. Het was een loopfiets, d.w.z. dat voortbeweging plaatsvond doordat de berijder zich beurtelings met de linker - en de rechtervoet afzette op de grond. Later, tussen 1815, 1817 en 1818, verbeterde de Duitse edelman Freiherr Karl Friedrich Drais von Sauerbronn deze loopfiets van de Sivrac. Hij ontwierp de ‘draisine’. 1817 de uitvinding van het stuur. Deze tweewieler, die nog steeds geen trappers had, was wel voorzien van een soort zadel en de voornaamste nieuwigheid was een bestuurbaar voorwiel. In de daaropvolgende jaren werd de fiets van de Duitse edelman geleidelijk verbeterd: C.V.O. “DE AVONDSCHOOL” Oostende. 1.

12<br />

A. Fiets <strong>–</strong> brom<strong>fiets</strong>techniek.<br />

C.V.O. “ DE AVONDSCHOOL” Oostende.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!