14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

Verder kan men alleen maar speculeren. Dat heeft men dan ook gedaan.<br />

Er zijn vele hypothesen. Heeft Herman Bote zijn Ulenspiegel in het<br />

Nederduits geschreven, en is die oer-Ulenspiegel verloren gegaan? Zijn de<br />

Straatsburgerdrukken dus vertalingen van een verloren origineel?<br />

Weer anderen nemen aan dat Herman Bote tweetalig was. Tweetaligheid Nederduits/Hoogduits<br />

kwam wel meer voor (Lindow). En vooral: in 1976 publiceerde<br />

Günther Schmitz in het Eulenspiegel Jahrbuch een brief van Herman<br />

Bote, die zijn tweetaligheid Nederduits/Hoogduits bewijst! Maar waarom zou<br />

Herman Bote, die zijn andere werken in het Nederduits schreef, speciaal voor<br />

Ulenspiegel het Hoogduits gekozen hebben? Volgens sommigen om de lokale<br />

censuur in Braunschweig te omzeilen. Volgens anderen zou hij het Hoogduits<br />

om de tegenovergestelde reden gekozen hebben: omdat hij juist meer weerklank<br />

wilde vinden, koos hij een algemeen literair idiolect met het oog op een bredere<br />

verspreiding! Hij zou gevoeld hebben dat hij met Ulenspiegel iets van een grotere<br />

orde in huis had. Dit zou overeenkomen met wat Henric van Veldeke eeuwen<br />

eerder zou hebben gedaan: als Limburger van Hasselt zou Henric voor de<br />

Duitse taal gekozen hebben, die literair voor grotere verspreiding moest zorgen.<br />

Honegger was ervan overtuigd dat Bote zijn Ulenspiegel in het Hoogduits geschreven<br />

had, zij het met Nederduitse uitdrukkingen. 7 De meeste onderzoekers<br />

gaan hierin mee, slechts een kleine minderheid niet. Die enkelingen blijven aanhikken<br />

tegen het onvolmaakte auteursacrostichon ermanb. Vooral het ontbreken<br />

van de H werd betreurd. En waarom dan alleen de B van Bote, en niet de<br />

hele achternaam? 8<br />

Zo was er in 1999 de lijvige studie van Jurgen Schulz-Grobert, Das Strassburger<br />

Eulenspiegelbuch, die stelde dat de rol van de Straatsburgse drukken in de<br />

Ulenspiegelproductie te lang onderbelicht is gebleven door het zoeken naar een<br />

Nederduits fantoom en de fixatie op Herman Bote.<br />

Schulz-Grobert vindt ook dat de letters ermanb niets bewijzen; het kan toeval<br />

zijn! Sic! Grüningers Ulenspiegel was volgens hem Straatsburgs en Hoogduits<br />

van in het begin, met hier en daar een grappig bedoelde, pseudo-authentieke<br />

verwijzing naar het Nederduits voor de couleur locale.<br />

Honegger (1973) versus Schulz-Grobert (1999)? Twee grote namen en data<br />

in het Ulenspiegelonderzoek? Braunschweig versus Straatsburg? De slinger gaat<br />

heen en weer. Overdreef Honegger het spoor naar Herman Bote? Overdrijft<br />

Schulz-Grobert het spoor naar Straatsburg? Maar hoe stimulerend de inzichten<br />

van deze laatste ook zijn, de letters ermanb aan het toeval toeschrijven lijkt<br />

me een zwaktebod.<br />

~ 88 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!