14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

als een argument wordt beschouwd om de homoseksuele interpretatie van deze<br />

passage te onderstrepen. Er zijn suggesties gedaan o.a. door F. Buitenrust Hettema<br />

en J.W. Muller, die hier een variant menen te bespeuren op de uitdrukking<br />

‘iemand burgemeester maken’ of ‘iemand tot monnik maken’, wat ‘lubben’ of castreren<br />

kan betekenen (Buitenrust Hettema en Van den Bosch 1909, p. 10; Muller<br />

1942, p. 28). Hellinga beweert dat ‘iemand kapelaan maken’ een uitdrukking is<br />

voor masturberen (Hellinga 1958-1959, p. 353-373). De dubbelzinnige betekenissen<br />

zijn echter tot nu toe niet aangetroffen in Middelnederlandse teksten.<br />

Volgens Buitenrust-Hettema kunnen wij de betekenis van deze passage ook<br />

zoeken in een satirische verwijzing naar het lage peil van de opleiding van de geestelijkheid<br />

in de twaalfde en dertiende eeuw (1909, p. 9-10). Ook Wackers meent<br />

dat ‘het kapelaan maken’ als ‘spot met de geestelijkheid’ moet worden opgevat: ‘je<br />

bent al kapelaan als je het credo kunt opzeggen’ (Wackers 1993, p. 198-199). Voor<br />

deze interpretatie is veel te zeggen. Het is bekend dat de lagere geestelijkheid uit<br />

arme en weinig beschaafde milieus voortkwam (Hamans, 1986, p. 51; Post 1963,<br />

p. 272). Aan de opleiding en vorming van priesters werd in de twaalfde en dertiende<br />

eeuw weinig aandacht besteed en er werden minimale eisen aan gesteld. Een<br />

aankomend priester, die na de wijding zijn loopbaan begon als kapelaan, moest<br />

minstens in de volkstaal kunnen lezen en schrijven. Het peil van de ontwikkeling<br />

van de clerus was over het algemeen laag en vaak onderwerp van spot voor satiredichters<br />

(Hamans 1986, p. 61-63; Post 1963, p. 272-273 en 284). 9<br />

(1) Reynaert wordt niet door Cuwaert bedreigd. De vos wordt pas bedreigd<br />

wanneer de haas bij de koning geroepen wordt om hem te vertellen waar Kriekeputte<br />

zich bevindt. De van angst sidderende haas flapt er meer uit dan Reynaert<br />

lief is. Valsmunterij en toespelingen op sodomie maken het verhaal van de vos<br />

over de vermeende schat er niet geloofwaardiger op. (2) Van een vleiende begroeting<br />

bij het credo leren is geen sprake. (3) Reynaert belooft Cuwaert kapelaan<br />

te maken (de verborgen verleider). De gretigheid waarmee Cuwaert ingaat<br />

op het voorstel van Reynaert is begrijpelijk, als we bedenken dat veel priesters<br />

in de twaalfde en dertiende eeuw het priesterambt zien als een beroep met een<br />

vast inkomen en rechtszekerheid (Post 1963, p. 272-273). (4) Als tegenprestatie<br />

neemt Cuwaert plaats tussen de achterpoten van de vos. (5) Samen zingen zij<br />

het credo. (6) Reynaert kri<strong>jg</strong>t Cuwaert niet te pakken, want de bever voorkomt<br />

dat de strot van de haas doorgebeten wordt. Het doden van de haas voltrekt<br />

zich aan het eind van het verhaal. Wanneer Reynaert het hof als pelgrim verlaat,<br />

om zogenaamd naar het Heilige Land te vertrekken, wil hij eerst nog afscheid<br />

~ 66 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!