14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

De blijkende wonden van Cuwaert<br />

De zo door mij geliefde passage over Cuwaert die het credo leert van Reynaert<br />

om kapelaan te worden, wordt door Posthuma als volgt vertaald: ‘Bood zich<br />

Reynaert soms niet aan hem het credo te doen smaken / en hem kapelaan te<br />

maken/ waarbij hij hem tussen zijn benen / heeft gedwongen plaats te nemen.’<br />

Van Altena vertaalt deze passage op de volgende manier: ‘Reinaert gaf hem te<br />

verstaan / dat hij hem in ‘s Konings Naam / maken zou tot kapelaan / en dat<br />

hij, zonder mankeren, hem het Credo wel zou leren, als Cuwaert maar onverdroten<br />

/ plaatsnam tussen Reinaert’s (sic) poten. / Zo beklemd moest Cuwaert<br />

bidden / tot het heiligdom in ‘t midden...’ De tekst in A is: ‘Ghelovede te leerne<br />

sinen crede / Ende soudene maken capelaen / Doe dedine sitten gaen / Vaste<br />

tusschen sine beene’ (v. 142-145).<br />

Een vergelijking tussen deze drie teksten leert ons dat Van Altena negen<br />

versregels nodig heeft om de vier regels uit A om te zetten. Posthuma heeft<br />

slecht vijf regels nodig. Van Altena voegt, om de dubbelzinnigheid van<br />

deze passages aan te tonen, gedachtepuntjes toe waarmee het ‘heiligdom in<br />

‘t midden’ een heel andere betekenis kri<strong>jg</strong>t. Hiermee dringt de homoseksuele<br />

interpretatie van Van Altena over deze gebeurtenis door in de vertaling.<br />

Posthuma onthoudt zich hier van interpretatie en probeert zo dicht mogelijk<br />

bij A te blijven. Overigens licht hij in de aantekeningen deze passage toe. ‘Het<br />

kapelaan maken’ van Cuwaert betekent volgens hem dat Cuwaert van achteren<br />

gepenetreerd wordt. Mijn bezwaar tegen de vertaling van Van Altena is dat<br />

hij zijn interpretatie mee laat klinken in zijn vertaling. Er blijft bij Van Altena<br />

niets te raden over, wat nu juist een kenmerk is van goede literatuur. Als alles<br />

tot in detail wordt uitgelegd, zeker in een humoristische dubbelzinnige passage,<br />

blijft er weinig over van het spel dat een auteur met zijn lezer speelt. Het is te<br />

vergelijken met een niet begrepen mop die uitgelegd wordt. De pointe verliest<br />

dan al snel zijn glans. Posthuma heeft dit, naar mijn mening, goed begrepen en<br />

de tekst, in ieder geval op deze plaats, zoveel mogelijk intact gelaten.<br />

Edoch, vijftien versregels verderop bezondigt Posthuma zich toch aan interpretatie.<br />

Pancer de bever laat aan de koning de wonden zien die Cuwaert door de<br />

overval van Reynaert heeft opgelopen. Nergens staat dat de hals van Cu-waert is<br />

verwond. Volgens Posthuma wel: ‘Kijk toch eens naar deze wonden, / bloedige<br />

getuigen, Sire, / die nog Cuwaerts hals ontsieren.’ In A is niets van deze wonden<br />

~ 406 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!