14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

arTikel / Tiecelijn <strong>22</strong><br />

de val van een onwaardige priesTer<br />

Belijn en het slot van Van den vos Reynaerde<br />

jan de Putter<br />

Over geen Middelnederlandse tekst is zoveel inkt gevloeid als over Van den<br />

vos Reynaerde. Meer dan één onderzoeker heeft dan ook wel eens verzucht dat<br />

de vos altijd weer ontsnapt aan de ordenende principes van wetenschappers.<br />

Vroeger zagen onderzoekers er een bijtende satire in waarmee de opkomende<br />

Vlaamse burgerij afstand nam van de Franstalige adel. Tegenwoordig zien<br />

sommige onderzoekers het verhaal als de eerste moderne, cynische roman die<br />

demonstreert hoe leugenachtige taal de samenleving naar de verdoemenis voert.<br />

Voor Van Daele is de Reynaert een spiegel van menselijk gedrag waarin de zeven<br />

hoofdzonden worden tentoongesteld: de hoogmoed, de hebzucht, de wellust,<br />

de nijd, de vraatzucht, de woede en de vadsigheid. Hij ziet het verhaal als een<br />

parodie op de hoofse ridderroman, waarbij in het slot de hoofse orde wordt<br />

ontmaskerd als een illusie. Deze opvatting ontlokte Jo Reynaert het commentaar<br />

dat dit ‘een zonderlinge omweg was, zo niet een dwaalspoor’. In zijn visie hield<br />

deze benadering geen rekening met het eigen karakter van de dierenepiek. 1<br />

Bouwman en Besamusca plaatsen het verhaal binnen een feodaalrechtelijk<br />

kader. De aanvankelijke feodale harmonie wordt verstoord doordat de koning<br />

niet meer luistert naar de raad van baronnen. Het slot kan in hun visie gelezen<br />

worden als een omkering van het Jesajaanse vredesvisioen. Een opvatting die Jo<br />

Reynaert ook niet geheel overtuigde. 2<br />

De paradijselijke toestand zoals die met verwijzing naar de dierenwereld<br />

geschetst wordt in Jesaja 11: 6-7 (‘De wolf zal omgaan met het<br />

lam en de luipaard met de bokjes…’) is voor de dierengemeenschap<br />

niet haalbaar of althans niet houdbaar gebleken. De interpretatie is<br />

– hoewel op zich misschien niet nieuw – in deze formulering en mét<br />

de verwijzing naar de toepasselijke bijbelplaats een goede vondst. Toch<br />

blijft dan nog steeds de vraag welke zin en welk genoegen de auteur en zijn<br />

publiek aan zo’n kaleidoskopische uitbeelding van zondeval kunnen hebben<br />

gesmaakt. 3 (Mijn cursivering, JdP)<br />

~ 290 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!