14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

~ 269 ~<br />

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

meer dan in de eigenlijke handelingen, die meestal erg kort worden beschreven.<br />

Deze overdaad en ambiguïteit van het gesproken woord (voor sommigen een<br />

tekortkoming), de wijze waarop de vos zijn tegenstander in zijn scone tale<br />

verstrikt, is voor de goede verstaander juist een bron van vermaak; het gebruik<br />

dan wel misbruik van taal behoort immers tot de essentie van het dierenepos.<br />

De kloosterlingen die het publiek vormden van de Ysengrimus zullen genoten<br />

hebben van de vos en de wolf die in hun leugenverhalen te pas en te onpas<br />

passages en motieven uit de Bijbel, de Regel van Benedictus, klassieke teksten<br />

en bekende spreekwoorden aanhalen – in de omgekeerde wereld van sprekende<br />

dieren en zich beestachtig gedragende geestelijken is immers alles mogelijk.<br />

Noten<br />

1 Mann 1977.<br />

2 Mikhail Bakhtin, Rabelais and his World, translated by Helene Iswolsky, Cambridge, Massachusetts<br />

& Londen, 1968.<br />

3 De Latijnse tekst waar ik naar verwijs is die van Mann 1987; de vertalingen, episode-indeling<br />

en titels zijn overgenomen uit Nieuwenhuis 1997.<br />

4 Cf. c. 39 van de Regel van Benedictus, c. 39; cf. Mann 1987, p. 235.<br />

5 Cf. (o.a.) I 129, 917; II 13.<br />

6 Vgl. de wijze waarop Reynaert Bruun aanspreekt in Van den vos Reynaerde: ‘soete vriend’<br />

(549), ‘oem Bruun’ (629), ‘soete oem’ (669), ‘oem Brune’ (704).<br />

7 Cf. Lulofs 1983, ad 1540.<br />

8 Vangen komt ook nog voor in I 864 (captos), I 880 (captum ... capis), I 902 (capturum), I 907<br />

(capturus), I 908 (captum) en I 602 (gratus captor), de welkome vanger.<br />

9 Siste gradum teque aspectu ne subtrahe nostro. Quem fugis? Extremum fato quod te adloquor hoc<br />

est’ (Aeneis VI 465-466).<br />

10 Cf. Nieuwenhuis 2008, p. 40-41.<br />

11 Cf. 1 Kor., 10,12: ‘Laat daarom iedereen die denkt dat hij stevig overeind staat oppassen dat<br />

hij niet valt’; Jer., 8, 4: ‘Als iemand valt, staat hij toch op?’; Pred., 4, 10: ‘Wanneer twee vrienden<br />

samen zijn en een van beiden valt, helpt de ander hem weer overeind, maar wie alleen is en ten<br />

val komt is beklagenswaardig, want hij heeft niemand die hem op de been helpt’; cf. Van Acker<br />

1966, p. 346.<br />

12 Mann 1987, p. 44-58.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!