14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

~ 251 ~<br />

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

De door Reynaert genoemde verwantschapsbanden zijn ook een fraai voorbeeld<br />

van ironie: wanneer de wolf later zit vastgevroren, zal blijken dat wolf en<br />

vos heel wat minder sterk met elkaar zijn verbonden dan de wolf met het ijs.<br />

Reynaert gebruikt zijn zogenaamde familieband met Isegrim louter instrumenteel<br />

om de wolf aan het ijs vast te ‘binden’. Twee motieven komen hier samen: de<br />

(verzonnen) verwantschap en vastzitten, in dit verhaal in het ijs, maar elders in<br />

een deuropening (De bedevaart, IV 501-666) of in een wolfsklem (Isegrims eed,<br />

VI 515-550).<br />

‘Ik zeg het je nog een keer: als je jezelf lief hebt, raad ik je aan met beleid te vissen,<br />

als je tenminste raad nodig hebt. Ik denk dat de overtredingen van je ruime<br />

buik om kritiek zullen roepen wanneer je boven een grote last staat vastgenageld’<br />

(I 733-734). Maar Isegrim gaat niet met beleid (perite) te werk, luistert<br />

niet naar deze goede raad van de vos, die wel zal zorgen voor de kritiek die de<br />

wolf over zichzelf zal afroepen omdat hij alleen naar zijn onverzadigbare buik<br />

luistert. En daarom heeft hij nu nog niet door dat hij vastzit, al zegt de vos het<br />

hem nog zo duidelijk.<br />

Reynaert rooft een haan / De dorpers trekken ten strijde (I 735-765)<br />

Doelbewust gaat Reynaert naar een nabi<strong>jg</strong>elegen dorp om een dubbele slag te<br />

slaan: hij maakt de vette haan van de pastoor buit en leidt de woedende dorpers<br />

die hem achtervolgen naar Isegrim, zoals hij de wolf eerder naar de visvijver<br />

bracht.<br />

Voor de dorpers uitrukken wordt er eerst een weinig florissant portret van de<br />

pastoor geschilderd. Met de vroomheid van de man is het droevig gesteld: hij<br />

geeft de bisschop, die hem van het zingen had moeten ontheffen, een veeg uit<br />

de pan, hij klaagt dat niet hij maar de vos beter werd van de mis en zweert op<br />

het altaar dat hij de mis liever 27 keer niet had gevierd dan dat hij nu zijn haan<br />

kwijt is (I 749-752). De schuld van de diefstal van zijn haan legt hij bij God, alle<br />

heiligen, maar bovenal bij Maria (I 953-958). Met zijn kennis van de liturgie is<br />

het al niet beter gesteld: de hymne Welkom, feestelijke dag (Salve, festa dies, I 740),<br />

die hij elke zondag zingt, verdraait hij onmiddellijk tot ‘Vervloekt, droeve dag,<br />

ellendig tot in eeuwigheid (ve tibi, mesta dies, ve tibi, mesta dies, toto miserabilis<br />

aevo, I 744). Ook de dorpers nemen het niet zo nauw met de juiste vorm: ze verbasteren<br />

het Kyrie eleison tot Kyrie ole (I 742). Komt dat omdat ze nu eenmaal

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!