jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap
jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap
Tiecelijn 22 er weer van de raaf te doden, onder het motto ‘geen kwaad met kwaad vergelden’. Ze laten de raaf, die ‘zijn lesje wel heeft gehad’, vrij. Terwijl de vos en Kiekerjan de goede afloop vieren, is de raaf echter naar de boerderij gevlogen en heeft hij de boer gewaarschuwd ‘dat de vos Kiekerjan lastigvalt’. De boer pakt zijn geweer en schiet de vos dood. Als de boer inziet wat hij heeft aangericht, krijgt hij onmiddellijk spijt. Bij wijze van boetedoening neemt de boer dan de plaats in van de vogelverschrikker en Kiekerjan krijgt van hem de boerderij en zijn vrouw als genoegdoening. Af en toe vangt de boer-vogelverschrikker uit de boerderij klanken op van rauwe seks. En de raaf leeft nog steeds… Einde verhaal, na zes minuten. De wraak van de raaf: een fabelparodie In de digitale Verhalenbank van het Meertens Instituut is ‘Kiekerjan’ opgenomen als een parodie op een fabel, en dan wel in het bijzonder op de bekende fabel van de vos en de raaf met de kaas in zijn snavel. 9 De sketch van Teeuwen voldoet inderdaad aan een aantal kenmerken van dit genre: het is een kort, vermakelijk verhaaltje waarin sprekende dieren als hoofdpersonen worden opgevoerd, die zich als mensen gedragen; de dieren hebben geen namen en houden de mensen een spiegel voor. 10 En er valt ook wel wat voor te zeggen dat het een parodie is: er zit in het verhaaltje zelfs een toespeling op de fabel van de raaf met de kaas. Dat is althans de meest voor de hand liggende uitleg van de opmerking die de vos maakt als hij de raaf om hulp smeekt, dat zij nooit vrienden zijn geweest en elkaar het leven zuur hebben gemaakt. De vos heeft de raaf immers de kaas afhandig gemaakt door met een glad praatje diens ijdelheid te strelen (al zou deze opmerking ook kunnen worden opgevat als een algemene verwijzing naar de natuurlijke vijandschap tussen het roofdier en zijn potentiële prooi). De omkering van de rollen – de te relaxte vos als slachtoffer van de doortrapte raaf – past goed in deze lijn. Zo ook het ontbreken van een expliciete moraal aan begin of einde. Eigenlijk wordt het publiek opgescheept met het tegendeel ervan: een slechte afloop waarin de raaf, de verpersoonlijking van het kwade, triomfeert. Komt er echter binnen de vertelling niet een moraal voorbij als de vos tegen Kiekerjan zegt: ‘geen kwaad met kwaad vergelden’? Maar als iets wordt ontkracht in dit verhaaltje, dan is het die vredelievende boodschap. De raaf heeft zijn lesje nu juist niet geleerd. ‘Kiekerjan’ een fabelparodie? Ja, dus. Toch er is ~ 174 ~
~ 175 ~ Tiecelijn 22 meer aan de hand. Een aantal afwijkingen van het genre vraagt nog om een verklaring. Zo is het verhaal erg lang in verhouding tot de doorsnee fabel. En alleszins ongebruikelijk in de fabelwereld is de titel- en hoofdrol voor een held met een naam. Het is dit laatste gegeven dat ons op het spoor zet van een verklaring voor de genoemde verschillen. De vogelverschrikker als held: ‘Kiekerjan’ als heldendicht Hans Teeuwen heeft een ander genre met de fabel vermengd: het heldendicht. Daarmee belanden we in middeleeuwse sferen. De fabel zelf is immers allerminst strikt middeleeuws, maar van oorsprong klassiek, al is de huidige bekendheid van het genre vooral te danken aan de zeventiende-eeuwse versies van La Fontaine. Op twee manieren is hier het heldendicht met de fabel vervlochten. Ten eerste is er de boven aangehaalde lofzang op Kiekerjan, die expliciet wordt betiteld als een heldendicht. Hoewel het erg lastig is te bepalen wat Teeuwen precies bij een heldendicht voor ogen stond toen hij ‘Kiekerjan’ bedacht, de gezongen voordracht van deze verzen op een verheven toon en de genreaanduiding geven samen het geheel een middeleeuwse connotatie. Toch lijkt de gekozen vorm welbeschouwd eigenlijk niet of nauwelijks op die van een bestaand epos of heldendicht. Het Kiekerjan-dicht doet nog het meeste denken aan Germaanse heldenliederen zoals de Edda, vanwege de inhoud (een inheemse held) en een soort van heffingenvers dat het een galopperend ritme geeft. Maar het grote verschil in lengte en het geheel ontbreken van handeling, maken het een geval apart. Met het klassieke en bijbelse epos heeft het al helemaal niets te maken. 11 De komiek heeft zijn fantasie de vrije loop gelaten. En wat maakt het uit? De genreaanduiding, de manier van voordragen en de inhoud doen hun werk. Wie het nog niet wist: dit is nou een heldendicht. Behalve dat Kiekerjan een fabelparodie is waarin een pseudo-heldendicht is opgenomen, kan de vertelling zelf ook als een heldendicht worden beschouwd, zij het één in proza. En de centrale held is… een vogelverschrikker. Hier wordt eveneens het humoristische procedé van de omkering optimaal uitgebuit: ondanks zijn grote roem en verdiensten als vogelverschrikker is Kiekerjan levenloos en machteloos als het erop aankomt. Een zak hooi, niet meer en niet minder. De naam Kiekerjan klinkt al niet erg heroïsch, het wordt er niet beter op als je weet dat dit in sommige Brabantse dialecten ‘Kippen-Jan’ moet betekenen.
- Page 124 and 125: Tiecelijn 22 hé.’ En weg was hij
- Page 126 and 127: Tiecelijn 22 Tiecelijnlezers een hi
- Page 128 and 129: Tiecelijn 22 Petrus Franciscus Sava
- Page 130 and 131: Tiecelijn 22 belt aan, zegt Savatte
- Page 132 and 133: Tiecelijn 22 Peegie spitste zijn or
- Page 134 and 135: Tiecelijn 22 De kleren van de… bo
- Page 136 and 137: Tiecelijn 22 De boer placeerde zich
- Page 138 and 139: Tiecelijn 22 uitbuiten, meester zij
- Page 140 and 141: Tiecelijn 22 Noten 1 Marcellijn Dew
- Page 142 and 143: Thema / Tiecelijn 22 pua moders - d
- Page 144 and 145: Tiecelijn 22 Waar kwam hij ter dood
- Page 146 and 147: Tiecelijn 22 aan - net zoals wij da
- Page 148 and 149: Tiecelijn 22 5 Als kind; zie Schmid
- Page 150 and 151: Tiecelijn 22 Robert Johnson werd ni
- Page 152 and 153: Tiecelijn 22 Laarmans moet echter o
- Page 154 and 155: Tiecelijn 22 binnenvallen, want een
- Page 156 and 157: Tiecelijn 22 aan het schaakbord van
- Page 158 and 159: Tiecelijn 22 Lauwereyssen per ongel
- Page 160 and 161: Tiecelijn 22 Na Boormans verhaal is
- Page 162 and 163: Tiecelijn 22 eindigt met het ‘won
- Page 164 and 165: Tiecelijn 22 de markt lijkt Boorman
- Page 166 and 167: Tiecelijn 22 rond Robert Johnson. Z
- Page 168 and 169: Tiecelijn 22 gelisten, een bloemlez
- Page 170 and 171: Tiecelijn 22 zijn verre van kindera
- Page 172 and 173: Tiecelijn 22 Zo begint een van de b
- Page 176 and 177: Tiecelijn 22 Teeuwen is geboren en
- Page 178 and 179: Tiecelijn 22 Jonge en sindsdien doo
- Page 180 and 181: Tiecelijn 22 De Rudi is achter zijn
- Page 182 and 183: Tiecelijn 22 Wim Helsen op het dvd-
- Page 184 and 185: Tiecelijn 22 machtswellust, zijn pu
- Page 186 and 187: Tiecelijn 22 7 Deze en andere citat
- Page 188 and 189: Tiecelijn 22 minder scherpe tanden
- Page 190 and 191: Tiecelijn 22 liberalen Julius de Ge
- Page 192 and 193: Tiecelijn 22 in 1863 uitgegeven als
- Page 194 and 195: Tiecelijn 22 In wat volgt presenter
- Page 196 and 197: Tiecelijn 22 Nederlandsche Poesjen
- Page 198 and 199: Tiecelijn 22 ’t Cenakel sprak zoo
- Page 200 and 201: Tiecelijn 22 Janssens (Antwerpen 18
- Page 202 and 203: Tiecelijn 22 © Hendrik Conscienceb
- Page 204 and 205: Tiecelijn 22 Daardoor zijt gij in d
- Page 206 and 207: Tiecelijn 22 bij alle Boek- en Gaze
- Page 208 and 209: Tiecelijn 22 kels de pen hebben geh
- Page 210 and 211: Tiecelijn 22 titels zich ideologisc
- Page 212 and 213: Tiecelijn 22 leverd, zowel binnen h
- Page 214 and 215: Tiecelijn 22 vos Reynaerde kiest Wi
- Page 216 and 217: Tiecelijn 22 alfabetisering en de d
- Page 218 and 219: Tiecelijn 22 Van den vos Reynaerde
- Page 220 and 221: Tiecelijn 22 De medewerkers van Rei
- Page 222 and 223: Tiecelijn 22 Alleen al in afleverin
Tiecelijn <strong>22</strong><br />
er weer van de raaf te doden, onder het motto ‘geen kwaad met kwaad<br />
vergelden’. Ze laten de raaf, die ‘zijn lesje wel heeft gehad’, vrij.<br />
Terwijl de vos en Kiekerjan de goede afloop vieren, is de raaf echter<br />
naar de boerderij gevlogen en heeft hij de boer gewaarschuwd ‘dat de<br />
vos Kiekerjan lastigvalt’. De boer pakt zijn geweer en schiet de vos<br />
dood. Als de boer inziet wat hij heeft aangericht, kri<strong>jg</strong>t hij onmiddellijk<br />
spijt. Bij wijze van boetedoening neemt de boer dan de plaats in<br />
van de vogelverschrikker en Kiekerjan kri<strong>jg</strong>t van hem de boerderij en<br />
zijn vrouw als genoegdoening. Af en toe vangt de boer-vogelverschrikker<br />
uit de boerderij klanken op van rauwe seks. En de raaf leeft nog<br />
steeds…<br />
Einde verhaal, na zes minuten.<br />
De wraak van de raaf: een fabelparodie<br />
In de digitale Verhalenbank van het Meertens Instituut is ‘Kiekerjan’ opgenomen<br />
als een parodie op een fabel, en dan wel in het bijzonder op de bekende fabel van<br />
de vos en de raaf met de kaas in zijn snavel. 9 De sketch van Teeuwen voldoet<br />
inderdaad aan een aantal kenmerken van dit genre: het is een kort, vermakelijk<br />
verhaaltje waarin sprekende dieren als hoofdpersonen worden opgevoerd, die<br />
zich als mensen gedragen; de dieren hebben geen namen en houden de mensen<br />
een spiegel voor. 10 En er valt ook wel wat voor te zeggen dat het een parodie is:<br />
er zit in het verhaaltje zelfs een toespeling op de fabel van de raaf met de kaas.<br />
Dat is althans de meest voor de hand liggende uitleg van de opmerking die de<br />
vos maakt als hij de raaf om hulp smeekt, dat zij nooit vrienden zijn geweest<br />
en elkaar het leven zuur hebben gemaakt. De vos heeft de raaf immers de kaas<br />
afhandig gemaakt door met een glad praatje diens ijdelheid te strelen (al zou<br />
deze opmerking ook kunnen worden opgevat als een algemene verwijzing naar<br />
de natuurlijke vijandschap tussen het roofdier en zijn potentiële prooi).<br />
De omkering van de rollen – de te relaxte vos als slachtoffer van de doortrapte<br />
raaf – past goed in deze lijn. Zo ook het ontbreken van een expliciete moraal<br />
aan begin of einde. Eigenlijk wordt het publiek opgescheept met het tegendeel<br />
ervan: een slechte afloop waarin de raaf, de verpersoonlijking van het kwade,<br />
triomfeert. Komt er echter binnen de vertelling niet een moraal voorbij als de<br />
vos tegen Kiekerjan zegt: ‘geen kwaad met kwaad vergelden’? Maar als iets wordt<br />
ontkracht in dit verhaaltje, dan is het die vredelievende boodschap. De raaf heeft<br />
zijn lesje nu juist niet geleerd. ‘Kiekerjan’ een fabelparodie? Ja, dus. Toch er is<br />
~ 174 ~