14.09.2013 Views

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

jg 22 jaarboek 2 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tiecelijn <strong>22</strong><br />

gelisten, een bloemlezing uit de ‘Schriftoverdenkingen’ (zoals te lezen op www.dbnl.org/tekst/schi-<br />

008prof01_01/schi008prof01_01_0062.htm) zagen de schriftgeleerden de vergelijking met<br />

slang of adder niet per se als iets negatiefs: ze gingen ervan uit dat hun logica en redeneervermogen<br />

listig moest zijn als de slang, en dus even ongrijpbaar… als de demonische Boorman?<br />

<strong>22</strong> Ik citeer uit de Willibrordvertaling, Katholieke Bijbelstichting (Boxtel, 1978, in Vlaanderen<br />

verspreid door de Vlaamse Bijbelstichting).<br />

23 Vergelijkbaar: Marcus, 14, 66-72; Lucas, <strong>22</strong>, 55-62; Johannes, 18, 17 en 25-27.<br />

24 En wel niet uit het lijdensverhaal, maar toch Bijbels: als neef Jan de meid om kaas stuurt,<br />

wordt er direct gereageerd: ‘En hij riep niet in de woestijn’ (HB, p. 374 en Jesaja, 40, 3). In het<br />

latere werk van Elsschot komen wel meer bijbelse uitdrukkingen voor. In Het Dwaallicht (Elsschots<br />

laatste werk) is dat heel opvallend, ook buiten de discussie over het geloof (‘Verloochend<br />

heb ik u niet’ (p. 720), ‘De wil des heren is immers ondoorgrondelijk’ (p. 7<strong>22</strong>)). Net als in Het<br />

Been ‘je hebt toch ook al van dat kalf gehoord?’ (p. 377) komt het Gouden Kalf voor in De<br />

Leeuwentemmer (p. 601). Pensioen eindigt dan weer met ‘zoals Prediker gezegd heeft, jongen, er<br />

is voor alles een tijd.’ (p. 653, en Prediker, 3, 1).<br />

25 Een zaak die Boorman overigens later zelf afsluit, en met succes. Nadat Laarmans zijn contract<br />

heeft teruggestuurd naar Boorman, wordt hij klerk op de scheepstimmerwerf, en net als al<br />

zijn collega’s heeft hij een exemplaar van het Wereldtijdschrift in de bus gekregen; hij vermoedt<br />

dat ‘de gehuldigde er werkelijk aan ieder Belgisch gezin een geadresseerd heeft, zijnde dus minstens<br />

een miljoen vijfhonderdduizend exemplaren.’ (HB, p. 409).<br />

26 Die dwingende kracht van de ‘letter’ van het al dan niet geschreven contract of de afspraak<br />

met de misleider is heel typisch. In het verhaal van Loki en de reus bepaalt het contract dat<br />

de muur tegen een bepaalde tijd moet af zijn, en is dat niet het geval, dan vervallen ook alle<br />

andere bepalingen van de afspraak. Boorman maakt er dus een punt van zijn tijdschriften ook<br />

werkelijk af te leveren bij de klanten, anders kan hij geen betaling bedingen, en vandaar dat hij<br />

heel precies uitkient hoe hij de door Lauwereyssen geweigerde zending toch met een vrachtrijder<br />

op het grondgebied van de firma kan kri<strong>jg</strong>en. Het speculeren op de ‘kleine lettertjes’ of het<br />

verkeerd begrijpen ervan komt wel vaker voor in overgeleverde sagen. Een klassiek voorbeeld is<br />

het verhaal van de boer die een schuur nodig heeft. De duivel belooft hem er een te bezorgen<br />

voor het ochtend wordt – voor de haan kraait. Als ’s nachts kabouters, duivels of geesten aan de<br />

slag gaan, vertelt de boer aan zijn vrouw wat er gaande is. De vrouw heeft uiteraard direct door<br />

dat de geheimzinnige man waar de boer een afspraak mee gemaakt heeft, de duivel zelf is en<br />

dat zijn zielenheil dus in het gedrang komt. Als de schuur bijna af is, wekt ze de haan, die dan<br />

iets te vroeg begint te kraaien. Op dat moment verlaten alle werkers de werf. Er blijft een klein<br />

stukje van de schuur onafgewerkt. De schuur kan door mensenhanden niet worden afgewerkt,<br />

en blijft voor eeuwig staan met een klein manco, bijvoorbeeld een dakpan te weinig. Een typisch<br />

voorbeeld is te vinden in: S. Top, De Blauwe Schuur, in: Op verhaal komen, Limburgs sagenboek,<br />

Leuven, 2004, p. 188.<br />

27 ‘Welke Jeanne?’ ‘Zwart […] en dik. En vijf jaar terug’ (HB, p. 380).<br />

28 En ook wel mijn collega F. Franckaert, die zo vriendelijk was per mail met mij een leerzame<br />

discussie te voeren over deze zin, waarvoor dank.<br />

~ 168 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!