14.09.2013 Views

Hoofdstuk 4 Ademweg en Ventilatie - ICverpleegkundige.com

Hoofdstuk 4 Ademweg en Ventilatie - ICverpleegkundige.com

Hoofdstuk 4 Ademweg en Ventilatie - ICverpleegkundige.com

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Doelstelling<strong>en</strong>:<br />

<strong>Hoofdstuk</strong> 4<br />

<strong>Ademweg</strong> <strong>en</strong> V<strong>en</strong>tilatie<br />

Na bestuder<strong>en</strong> van het hoofdstuk is de kandidaat in staat om:<br />

1. Lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de ademweg problem<strong>en</strong> te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

2. Lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatieproblem<strong>en</strong> te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />

3. De pathosfysiologische verandering<strong>en</strong> te beschrijv<strong>en</strong> die de basis<br />

vorm<strong>en</strong> voor de verschijnsel<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> bij ademweg <strong>en</strong><br />

v<strong>en</strong>tilatieproblem<strong>en</strong><br />

4. De verpleegkundige zorg voor e<strong>en</strong> patiënt met ademweg- of e<strong>en</strong><br />

v<strong>en</strong>tilatieprobleem te beschrijv<strong>en</strong><br />

5. De juiste interv<strong>en</strong>ties te plann<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> patiënt met ademweg- of<br />

v<strong>en</strong>tilatieproblem<strong>en</strong><br />

6. De effectiviteit van de verpleegkundige interv<strong>en</strong>ties bij e<strong>en</strong> patiënt<br />

met ademweg of ademhalingsproblem<strong>en</strong> te evaluer<strong>en</strong><br />

K<strong>en</strong>nis van de normale fysiologie di<strong>en</strong>t ter ondersteuning om de verandering<strong>en</strong> die<br />

op kunn<strong>en</strong> tred<strong>en</strong> in de anatomie <strong>en</strong> fysiologie t<strong>en</strong> gevolge van e<strong>en</strong> trauma te<br />

verklar<strong>en</strong>.<br />

Voordat de kandidaat dit hoofdstuk gaat bestuder<strong>en</strong> wordt aanbevol<strong>en</strong> dat de<br />

volg<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>vatting wordt doorgelez<strong>en</strong>. Het bestuder<strong>en</strong> van de specifieke<br />

anatomische <strong>en</strong> fysiologische k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> die in deze sam<strong>en</strong>vatting word<strong>en</strong><br />

beschrev<strong>en</strong>, zal de kandidaat in staat stell<strong>en</strong> om beter deze k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong><br />

relater<strong>en</strong> met specifiek trauma. De anatomie <strong>en</strong> fysiologie word<strong>en</strong> niet in de less<strong>en</strong><br />

behandeld <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ook niet geëxamineerd word<strong>en</strong>.<br />

Sam<strong>en</strong>vatting anatomie <strong>en</strong> fysiologie<br />

E<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige methode om naar de anatomie <strong>en</strong> fysiologie te kijk<strong>en</strong> van de<br />

ademweg <strong>en</strong> het pulmonale systeem is deze te verdel<strong>en</strong> in bov<strong>en</strong>ste <strong>en</strong> onderste<br />

luchtweg<strong>en</strong>.<br />

De bov<strong>en</strong>ste luchtweg bestaat uit: neus, mond, pharynx, larynx <strong>en</strong> de trachea.<br />

De onderste luchtweg bestaat uit bronchi <strong>en</strong> de long<strong>en</strong>. Het functionele gedeelte van<br />

het pulmonale systeem is de alveolus.<br />

Als er sprake is van e<strong>en</strong> obstructie in de bov<strong>en</strong>ste luchtweg door zwelling, bloed of<br />

vreemde object<strong>en</strong> of door de tong, dan kan lucht de lagere luchtweg<strong>en</strong> niet bereik<strong>en</strong>.<br />

Anatomie bov<strong>en</strong>ste luchtweg<br />

Fig. 4-1 laat de structur<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> van de bov<strong>en</strong>ste luchtweg. De geïnhaleerde lucht<br />

passeert als eerste de neus. De neus is driehoekig <strong>en</strong> bestaat voor het grootste<br />

gedeelte uit kraakbe<strong>en</strong>. Naast de reukzin filtert, verwarmt <strong>en</strong> bevochtigt de neus de<br />

ingeademde lucht. De arteria carotis interna <strong>en</strong> de arteria carotis externa zorg<strong>en</strong> voor<br />

de bloedvoorzi<strong>en</strong>ing van de neus.<br />

Bij letsels aan de neus kan door bloedverlies e<strong>en</strong> belemmering ontstaan voor e<strong>en</strong><br />

adequate ademhaling.<br />

Fig. 4-2 laat de structur<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> van de mond inclusief de tand<strong>en</strong> <strong>en</strong> tong. De mond is<br />

de tweede weg voor inhalatie van lucht. E<strong>en</strong> van de meest voorkom<strong>en</strong>de ding<strong>en</strong> die<br />

77


zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> obstructie in de bov<strong>en</strong>ste luchtweg is de tong, met name bij e<strong>en</strong><br />

bewusteloze patiënt. Gebrok<strong>en</strong> tand<strong>en</strong>, bloed, braaksel <strong>en</strong> vreemde voorwerp<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> normale v<strong>en</strong>tilatie verstor<strong>en</strong>.<br />

Fig. 4-1: Bov<strong>en</strong>ste luchtwegstructur<strong>en</strong><br />

Fig. 4.2: Structur<strong>en</strong> in de mond<br />

78


De pharynx is e<strong>en</strong> u-vormige fibromusculaire buis die begint bij de schedelbasis <strong>en</strong><br />

reikt tot de gr<strong>en</strong>s bij het cricoïd kraakbe<strong>en</strong>. Aan de voorzijde komt de pharynx uit in<br />

de neusholte, de mond <strong>en</strong> de larynx. De pharynx bevat belangrijke structur<strong>en</strong> die<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> als gids om de trachea te lokaliser<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> intubatie nodig is om e<strong>en</strong><br />

optimale luchtweg te verkrijg<strong>en</strong>.<br />

De larynx, soms wordt dit de stembox g<strong>en</strong>oemd, is e<strong>en</strong> buisvormige structuur van<br />

kraakbe<strong>en</strong> die de trachea met de pharynx verbindt. Bov<strong>en</strong>aan de larynx ligt e<strong>en</strong> groot<br />

bladvormige structuur: de epiglottis. De primaire functie van de larynx is<br />

luchttransport in de trachea. De larynx is de meest geïnnerveerde gevoelige structuur<br />

in het lichaam. De nervus vagus zorgt voor de innervatieprikkel, dit betek<strong>en</strong>t dat<br />

tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> intubatie er stimulatie van de larynx ontstaat, met als gevolg activatie van<br />

het parasympathische z<strong>en</strong>uwstelsel. Dit geeft e<strong>en</strong> verhoging van de bloeddruk <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> verlaging van de hartslag. Onder de larynx bevindt zich het cricoïd (Figuur 4.3).<br />

Fig. 4.3: Anatomie van de larynx <strong>en</strong> de trachea<br />

Het cricothyroïd membraan strekt zich uit van het bov<strong>en</strong>ste oppervlakkig ligg<strong>en</strong>de<br />

cricoïdkraakbe<strong>en</strong> tot de lagere gr<strong>en</strong>s van het thyroïd kraakbe<strong>en</strong>. Dit cricothyroid<br />

membraan is e<strong>en</strong> belangrijke structuur die snel herk<strong>en</strong>d moet word<strong>en</strong> <strong>en</strong> is de plaats<br />

waar in noodgevall<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> cricothyrotomie e<strong>en</strong> toegang tot de luchtweg moet<br />

word<strong>en</strong> gezocht. Probeer allereerst de promin<strong>en</strong>tia van het thyroïd kraakbe<strong>en</strong><br />

(adamsappel) te lokaliser<strong>en</strong>, het cricoïd membraan ligt één tot anderhalve<br />

vingerbreedte onder het thyroïd kraakbe<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> zachte inkeping ligt onder het<br />

voorste oppervlakte met e<strong>en</strong> erg harde richel direct daaronder. Dit is het cricothyroïd<br />

membraan <strong>en</strong> de richel is het cricoïd kraakbe<strong>en</strong>. Bij vrouw<strong>en</strong> ligt dit hoger in de hals<br />

<strong>en</strong> is het relatief kleiner dan bij mann<strong>en</strong>. Aan de ondergr<strong>en</strong>s van de cricoïd<br />

kraakbe<strong>en</strong>ring begint de trachea, deze wordt ook geïnnerveerd door de nervus<br />

vagus. De l<strong>en</strong>gte van de trachea is 12-15 cm <strong>en</strong> de doorsnee is 9–15 mm.<br />

79


Anatomie van de lagere luchtweg<br />

De lagere luchtweg<strong>en</strong> bestaan uit borstkas, de bronchi, de long<strong>en</strong>, de alveoli <strong>en</strong> de<br />

capillair<strong>en</strong> <strong>en</strong> arteriol<strong>en</strong>. Bronchi <strong>en</strong> bronchioli zorg<strong>en</strong> voor het verplaats<strong>en</strong> van lucht<br />

naar de alveoli, waar gasuitwisseling plaatsvindt. De pulmonaire capillair<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

alveoli zijn verantwoordelijk voor de gasuitwisseling.<br />

De borstholte strekt zich uit van de top van het sternum tot het diafragma (fig 4-4a).<br />

De long<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ruimte tuss<strong>en</strong> de long<strong>en</strong>, het mediastinum g<strong>en</strong>oemd, hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

belangrijke positie in de borstholte (fig. 4b).<br />

Fig. 4-4a: Thoraxholte <strong>en</strong> daarmee sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>de structur<strong>en</strong><br />

Het mediastinum zit aan de voorkant vast aan het sternum, aan de achterkant met<br />

twaalf thoracale wervels <strong>en</strong> aan de onderzijde is het verbond<strong>en</strong> met het diafragma.<br />

Het mediastinum bevat het hart, de thoracale aorta, de oesophagus, trachea, v<strong>en</strong>a<br />

cava inferior <strong>en</strong> superior, nervus vagus, nervus fr<strong>en</strong>icus <strong>en</strong> andere vaatstructur<strong>en</strong>. In<br />

onderling verband kunn<strong>en</strong> de anatomische structur<strong>en</strong> <strong>en</strong> oppervlakkige<br />

oriëntatiepunt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke bijdrage lever<strong>en</strong> aan het lichamelijk onderzoek van<br />

de thorax.<br />

80


Fysiologie<br />

V<strong>en</strong>tilatie, of ademhaling begint met het inhaler<strong>en</strong> van lucht. De lucht wordt gefilterd,<br />

bevochtigd <strong>en</strong> verwarmd <strong>en</strong> passeert de bov<strong>en</strong>ste luchtweg. Als de patiënt gezond is<br />

<strong>en</strong> ongeschond<strong>en</strong>, zal de hoeveelheid zuurstof in het algeme<strong>en</strong> adequaat zijn voor<br />

e<strong>en</strong> adequate v<strong>en</strong>tilatie. E<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie wordt tot stand gebracht door e<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de<br />

Fig. 4-5: Interactie van kracht<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s in- <strong>en</strong> expiratie<br />

contractie <strong>en</strong> relaxatie van het diafragma <strong>en</strong> de intercostaal spier<strong>en</strong> (fig. 4-5). Het<br />

diafragma verdeeld de buik- <strong>en</strong> de borstholte. Het diafragma trekt sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> vlakt af<br />

tijd<strong>en</strong>s inspiratie, hierdoor vergroot de inhoud van de thorax. Tijd<strong>en</strong>s expiratie<br />

ontspann<strong>en</strong> het diafragma <strong>en</strong> de long<strong>en</strong> <strong>en</strong> ontstaat er weer e<strong>en</strong> normale<br />

borstkasgrootte. Tijd<strong>en</strong>s expiratie stijgt het diafragma tot de 4 e intercostale ruimte <strong>en</strong><br />

het diafragma kan bij inspiratie tot de 10 e -12 e intercostale ruimte reik<strong>en</strong>. De long<strong>en</strong><br />

zett<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> contraher<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame of afname van de anterior-posterior<br />

diameter van de borstholte door het omhoog <strong>en</strong> naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> gaan van de ribb<strong>en</strong>.<br />

De intercostaal spier<strong>en</strong> drag<strong>en</strong> bij tot e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van de voor- achterwaartse<br />

diameter van de borstholte door het omhoog gaan van de borstkas. Andere spier<strong>en</strong>,<br />

zoals de sternocleidomastoïdus <strong>en</strong> scal<strong>en</strong>uspier<strong>en</strong>, verhog<strong>en</strong> het sternum ter hoogte<br />

van de eerste twee ribb<strong>en</strong>; deze word<strong>en</strong> hulpademhalingsspier<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd. De<br />

inw<strong>en</strong>dige intercostaal spier<strong>en</strong> <strong>en</strong> de rechte buikspier<strong>en</strong> zijn spier<strong>en</strong> voor expiratie<br />

(m. abdominalis recti).<br />

De long<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kegelvormige vorm. De basis van de long<strong>en</strong> rust op het<br />

diafragma <strong>en</strong> de top van elke long reikt ongeveer vier c<strong>en</strong>timeter bov<strong>en</strong> de<br />

claviculae. De pleura bestaat uit e<strong>en</strong> dubbele dunne laag transparante membran<strong>en</strong>.<br />

81


De buit<strong>en</strong>ste laag, de pleura parietale, loopt rondom de thoraxholte <strong>en</strong> de<br />

binn<strong>en</strong>laag, de pleura viscerale ligt rondom de long<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> de twee lag<strong>en</strong> zit de<br />

pleurale ruimte, deze is gevuld met 5-15 ml slijmerige vloeistof. De parietale- <strong>en</strong><br />

viscerale pleura kunn<strong>en</strong> afzonderlijk van elkaar verschuiv<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s elke ademhaling.<br />

Om de long<strong>en</strong> volledig te kunn<strong>en</strong> uitzett<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> negatieve pleurale druk nodig<br />

van ongeveer - 4mm Hg in relatie met de atmosferische druk. De long<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

door hun elasticiteit de neiging tot inkrimp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de thoraxholte heeft de elasticiteit tot<br />

vergrot<strong>en</strong>. Deze teg<strong>en</strong>overgestelde kracht<strong>en</strong> creër<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lichte negatieve druk,<br />

welke lijkt op e<strong>en</strong> zuigkracht of vacuüm. Deze zuigkracht, of negatieve druk, zorgt<br />

voor het contact tuss<strong>en</strong> de twee pleurablad<strong>en</strong>. De negatieve intrapleurale druk<br />

vergroot tijd<strong>en</strong>s de inspiratie <strong>en</strong> vermindert tijd<strong>en</strong>s de expiratie. De intrapleurale druk<br />

kan positief word<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de uitademing.<br />

Introductie<br />

De eerste prioriteit in de opvang van e<strong>en</strong> patiënt met letsel is te zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> vrije<br />

ademweg <strong>en</strong> e<strong>en</strong> effectieve v<strong>en</strong>tilatie. Handhav<strong>en</strong> van oxyg<strong>en</strong>atie <strong>en</strong> het voorkom<strong>en</strong><br />

van hypercapnie zijn cruciaal in de opvang van e<strong>en</strong> traumapatiënt. Hypercapnie kan<br />

schadelijk zijn voor e<strong>en</strong> patiënt met hoofdletsel.<br />

Vele factor<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belemmering vorm<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> vrije luchtweg <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

effectieve v<strong>en</strong>tilatie. Dit kan e<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>tale status, obstructie van de<br />

luchtweg door vloeistoff<strong>en</strong> of door de tong of door thoraxletsel kom<strong>en</strong>.<br />

Pathofysiologie als basis voor verschijnsel<strong>en</strong><br />

Luchtwegobstructie<br />

De patiënt met letsel heeft e<strong>en</strong> groot risico op e<strong>en</strong> luchtwegobstructie. De<br />

bewusteloze patiënt, onder invloed van alcohol of drugs, of met e<strong>en</strong> aangezichts- ,<br />

nek- of thoraxtrauma heeft e<strong>en</strong> groot risico op e<strong>en</strong> belemmerde ademweg. De tong is<br />

de meest voorkom<strong>en</strong>de belemmering van de ademweg bij e<strong>en</strong> traumapatiënt.<br />

Bloed of losse tand<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> oraal of aangezichtsletsel, of e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van<br />

secretie kunn<strong>en</strong> er toe bijdrag<strong>en</strong> dat de ademweg niet vrij gehoud<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. In<br />

de meeste gevall<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> patiënt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> volle maag <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gaan brak<strong>en</strong>. Het<br />

kan voorkom<strong>en</strong> dat de patiënt net aan het et<strong>en</strong> was of kauwgom aan het kauw<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

tijde van het ongeval. Bewustzijnsverlies of e<strong>en</strong> wissel<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>tale status kan de<br />

veroorzaker zijn van e<strong>en</strong> belemmerde ademhaling. E<strong>en</strong> laceratie in de larynx of<br />

trachea veroorzaakt door nekletsel, initieert bloeding of zwelling <strong>en</strong> leidt tot e<strong>en</strong><br />

ademwegobstructie.<br />

Ineffectieve v<strong>en</strong>tilatie<br />

De patiënt kan e<strong>en</strong> vrije ademweg hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> toch e<strong>en</strong> probleem met de ademhaling<br />

hebb<strong>en</strong>.<br />

Factor<strong>en</strong> die bijdrag<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> slechte v<strong>en</strong>tilatie:<br />

• Wissel<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>tale status<br />

• Bewustzijnsverlies<br />

• Neurologisch letsel<br />

• Rugg<strong>en</strong>mergletsel (resulteert in e<strong>en</strong> diafragma-ademhaling <strong>en</strong> veroorzaakt<br />

hypoxie)<br />

• Intracraniëel letsel (veroorzaakt e<strong>en</strong> abnormaal ademhalingspatroon <strong>en</strong> kan<br />

de v<strong>en</strong>tilatie beïnvloed<strong>en</strong>)<br />

• Stomp trauma met ribfractur<strong>en</strong> <strong>en</strong> instabiliteit van de thoraxwand<br />

82


• Pijn veroorzaakt door ribfractur<strong>en</strong> (kan e<strong>en</strong> oppervlakkige ademhaling<br />

veroorzak<strong>en</strong> <strong>en</strong> resulter<strong>en</strong> in hypoxie)<br />

• P<strong>en</strong>etrer<strong>en</strong>d trauma (gevolg is e<strong>en</strong> bloeding of e<strong>en</strong> pneumothorax, welke de<br />

long sam<strong>en</strong>drukt <strong>en</strong> invloed heeft op v<strong>en</strong>tilatie <strong>en</strong> oxyg<strong>en</strong>atie)<br />

• Voorgeschied<strong>en</strong>is van respiratoire aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (COPD)<br />

• Verhoogde leeftijd<br />

Verpleegkundige zorg voor de patiënt met e<strong>en</strong> ademweg- <strong>en</strong>/of<br />

ademhalingsprobleem<br />

Onderzoek van de ademweg<br />

Anamnese<br />

Raadpleeg hoofdstuk 3, Initial Assesm<strong>en</strong>t, voor e<strong>en</strong> gedetailleerde beschrijving van<br />

de algem<strong>en</strong>e informatie die verzameld di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> bij elke traumapatiënt. In dit<br />

hoofdstuk volg<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> de specifieke vrag<strong>en</strong> bij patiënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> luchtweg- of<br />

ademhalingsprobleem.<br />

• Is er sprake van aangezichts-, nek of thoraxletsel?<br />

• Is er inhalatieletsel dat kan leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> luchtwegobstructie?<br />

• Is er sprake van bewustzijnsverlies?<br />

• Is de patiënt onder invloed van alcohol of andere drugs?<br />

• Is er sprake van misselijkheid of is m<strong>en</strong> getuige geweest van brak<strong>en</strong> met als<br />

gevolg aspiratierisico?<br />

• Heeft de patiënt e<strong>en</strong> respiratoire aando<strong>en</strong>ing, zoals astma of chronische<br />

obstructive pulmonary disease?<br />

• Rookt de patiënt, wat, hoeveel <strong>en</strong> hoelang?<br />

• Wat zijn de klacht<strong>en</strong> van de patiënt? Dyspnoe, dysfagie (slikstoornis) <strong>en</strong><br />

dysfonie (stoornis in de stemvorming)?<br />

Lichamelijk Onderzoek<br />

Inspectie<br />

Inspectie van de ademweg moet gebeur<strong>en</strong> terwijl iemand de cervicale wervelkolom<br />

stabiliseert. Omdat e<strong>en</strong> partiële of totale ademwegobstructie de doorgankelijkheid<br />

van de bov<strong>en</strong>ste luchtweg in gevaar kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> observer<strong>en</strong> we de volg<strong>en</strong>de<br />

punt<strong>en</strong>:<br />

• Vocaliser<strong>en</strong><br />

• Bewustzijnsniveau: bij e<strong>en</strong> niet-aanspreekbare patiënt, of bij e<strong>en</strong> patiënt met<br />

verminderd bewustzijnsniveau kan de tong kan de luchtweg obstruer<strong>en</strong>.<br />

Angst of onrust kunn<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn van hypoxie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> patiënt kan stil zijn<br />

door e<strong>en</strong> hypercapnie<br />

• Vreemde voorwerp<strong>en</strong>, losse tand<strong>en</strong>, bloed of braaksel of ander secreet<br />

• Zwelling of bloeding door mond-, gezichts- of nekverwonding of hematom<strong>en</strong><br />

die de ademweg hinder<strong>en</strong><br />

• Onmogelijkheid om de kaak te op<strong>en</strong><strong>en</strong> vanwege e<strong>en</strong> gelaats- of mandibula<br />

fractur<strong>en</strong><br />

• Aangezichtsfractur<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> gevaar voor nasopharynx of<br />

oropharynx<br />

• P<strong>en</strong>etrer<strong>en</strong>de letsels in de nek<br />

83


Auscultatie<br />

Luister met de stethoscoop naar de ademgeluid<strong>en</strong>. Hoorbare luchtstroom tijd<strong>en</strong>s de<br />

inspiratie, zoals stridor of piep<strong>en</strong>, kan duid<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> partiële of dreig<strong>en</strong>de obstructie.<br />

Luchtwegobstructie is moeilijker te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> patiënt met e<strong>en</strong><br />

ademhalingsstilstand.<br />

Palpatie<br />

Palpeer het gezicht, de nek, sleutelbe<strong>en</strong> <strong>en</strong> de borstkas op gevoeligheid, fractur<strong>en</strong>,<br />

zwelling <strong>en</strong> subcutaan emfyseem of hematom<strong>en</strong>.<br />

Interv<strong>en</strong>ties<br />

Vrije ademweg<br />

De patiënt is in staat om zijn of haar vrije luchtweg zonder hulp te handhav<strong>en</strong>.<br />

• Behoud stabilisatie van de cervicale wervelkolom<br />

• Als de patiënt wakker is <strong>en</strong> ademt, zal hij/zij e<strong>en</strong> voorkeurspositie hebb<strong>en</strong><br />

aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> maximale ademhaling. Voordat m<strong>en</strong> overgaat tot<br />

cervicale wervelkolomimmobilisatie, moet m<strong>en</strong> er zeker van zijn dat dit niet de<br />

ademhaling in gevaar br<strong>en</strong>gt<br />

Gedeeltelijk- of e<strong>en</strong> totale obstructie van de ademweg<br />

De patiënt vertoont e<strong>en</strong> gedeeltelijke of e<strong>en</strong> totale luchtwegobstructie. Dit moet<br />

verholp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voordat m<strong>en</strong> verder gaat met het vervolgonderzoek van de patiënt.<br />

• Plaats de patiënt in rugligging<br />

Is de patiënt nog niet in deze positie, draai de patiënt dan door middel<br />

van de logroll op zijn rug met behoud van CWK stabilisatie. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

helm aanwezig is, verwijder deze met de nodige voorzichtigheid om zo<br />

toegang te krijg<strong>en</strong> tot inspectie van de ademweg <strong>en</strong> cervicale<br />

wervelkolom. Voorkom manipulatie van de wervelkolom<br />

• Bescherm de cervicale wervelkolom. Deze behoort in e<strong>en</strong> neutrale stand<br />

gehoud<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Hyperext<strong>en</strong>sie, flexie of rotatie van de nek is niet<br />

toegestaan in de onderstaande procedures<br />

Als er nog stabilisatie van de cervicale wervelkolom is gestart, begin<br />

dan met manuele fixatie van het hoofd<br />

Als de patiënt al gestabiliseerd is met behulp van e<strong>en</strong> nekkraag <strong>en</strong><br />

bevestigd is op e<strong>en</strong> backboard, laat de band<strong>en</strong> dan vast. Controleer of<br />

de kraag <strong>en</strong> de band<strong>en</strong> goed zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> belemmering vorm<strong>en</strong> voor<br />

de ademhaling<br />

• Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> reinig de ademweg. Techniek<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> geobstrueerde ademweg te<br />

op<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong>/of te reinig<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het primaire onderzoek volg<strong>en</strong> hierna<br />

Jaw thrust (figuur 4-6): de hoek<strong>en</strong> van de onderkaak kunn<strong>en</strong> aan beide<br />

zijde met de wijsvingers beetgepakt word<strong>en</strong> <strong>en</strong> de duim<strong>en</strong> op het jukbe<strong>en</strong><br />

geplaatst om de mandibula naar vor<strong>en</strong> te beweg<strong>en</strong><br />

Chin lift (figuur 4-7): de vingers van e<strong>en</strong> hand zijn geplaatst onder de<br />

onderkaak, om voorzichtig de kin opwaarts te till<strong>en</strong>, terwijl de duim aan de<br />

onderlip trekt om de mond te op<strong>en</strong><strong>en</strong>. Deze manoeuvre moet voorzichtig<br />

word<strong>en</strong> uitgevoerd om hyperext<strong>en</strong>sie van de nek te vermijd<strong>en</strong><br />

84


Verwijder<strong>en</strong> van losse object<strong>en</strong> <strong>en</strong> vreemde voorwerp<strong>en</strong>. Verwijder secreet<br />

manueel of zuig het indi<strong>en</strong> nodig weg<br />

Uitzuig<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere manipulaties van de mond- of keelholte moet<strong>en</strong><br />

voorzichtig gebeur<strong>en</strong> om kokhalz<strong>en</strong>, brak<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of aspiratie te voorkom<strong>en</strong><br />

fig. 4-6: Jaw thrust fig. 4-7: Chin lift<br />

• Heeft de patiënt e<strong>en</strong> veranderd bewustzijn <strong>en</strong> kan hij of zij de ademweg niet<br />

vrijhoud<strong>en</strong>, br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong> oropharyngeale (mayo/gadell) of e<strong>en</strong> nasopharyngeale<br />

tube in <strong>en</strong> start met masker/ballon v<strong>en</strong>tilatie indi<strong>en</strong> de patiënt ge<strong>en</strong> adequate<br />

v<strong>en</strong>tilatie heeft.<br />

E<strong>en</strong> nasopharyngeale airway kan geplaatst word<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> aanspreekbare <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> niet aanspreekbare patiënt, maar niet bij patiënt<strong>en</strong> met aangezichtsletsel<br />

of e<strong>en</strong> schedelbasisfractuur.<br />

Plaats de grootste maat die past in het neusgat van de patiënt. Meet de<br />

correcte l<strong>en</strong>gte af door het proximale einde bij de neus te houd<strong>en</strong>. Het<br />

distale einde moet dan reik<strong>en</strong> tot de oorlel<br />

Bevochtig het hulpmiddel met e<strong>en</strong> wateroplossing voor het inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

Br<strong>en</strong>g de nasopharyngeale airway in, schuin met de voorkant langs het<br />

neusseptum. Daar voorzichtig draai<strong>en</strong> richting oor tot de opstaande rand<br />

rust teg<strong>en</strong> het neusgat. Vermijd inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> airway bij e<strong>en</strong><br />

geobstrueerd neusgat bij septumdeviatie, poliep<strong>en</strong> of andere problem<strong>en</strong>.<br />

De meeste nasale airways zijn bestemd om in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in het rechter<br />

neusgat. Indi<strong>en</strong> het linker neusgat gebruikt moet word<strong>en</strong>, dan moet de<br />

airway op zijn kop ingebracht word<strong>en</strong><br />

Herbeoordeel de vrije ademweg<br />

• E<strong>en</strong> mayo kan gebruikt word<strong>en</strong> bij bewusteloze patiënt<strong>en</strong><br />

Meet e<strong>en</strong> juiste maat mayo af door het proximale eind bij de mondhoek te<br />

houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> het distale einde bij de oorlel<br />

Gebruik e<strong>en</strong> tongspatel of gebruik e<strong>en</strong> vinger om de tong teg<strong>en</strong> de<br />

mondbodem te houd<strong>en</strong>. De opstaande rand van de mayo moet teg<strong>en</strong> de<br />

lipp<strong>en</strong> van de patiënt rust<strong>en</strong><br />

Herbeoordeel de vrije ademweg<br />

• Overweeg de noodzaak voor e<strong>en</strong> definitieve luchtwegoplossing<br />

E<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotracheale tube plaats<strong>en</strong> heeft als doel e<strong>en</strong> vrije ademweg te verkrijg<strong>en</strong><br />

of te behoud<strong>en</strong>.<br />

Tot intubatie wordt beslot<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> de patiënt niet in staat is geblek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrije<br />

ademweg te behoud<strong>en</strong> of ter bescherming van e<strong>en</strong> vrije ademweg.<br />

85


Is de patiënt onmogelijk in staat om adequaat te v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> goede<br />

oxyg<strong>en</strong>atie? In welke richting wordt de behandeling uitgezet? Bijvoorbeeld: heeft<br />

de patiënt e<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> hoofdletsel waarbij de intracraniële druk behandeld moet<br />

word<strong>en</strong>, of is de patiënt in diepe shock <strong>en</strong> heeft hij/ zij oxyg<strong>en</strong>atie nodig?<br />

Definitieve airway procedures eis<strong>en</strong> e<strong>en</strong> specifieke vaardigheid <strong>en</strong> behor<strong>en</strong> door<br />

getraind personeel uitgevoerd te word<strong>en</strong>. De spoedeis<strong>en</strong>de hulp verpleegkundige<br />

is e<strong>en</strong> lid van het team <strong>en</strong> is van cruciaal belang voor het succes van deze<br />

procedures. De taak van de verpleegkundige is de patiënt te monitor<strong>en</strong><br />

gedur<strong>en</strong>de de procedure. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> behoort de verpleegkundige op de hoogte te<br />

zijn van alternatieve method<strong>en</strong> of middel<strong>en</strong> voor airwaymanagem<strong>en</strong>t indi<strong>en</strong> de<br />

intubatie mislukt.<br />

Endotracheale intubatie (orale- of nasale route)<br />

Indi<strong>en</strong> de patiënt niet goed ademt, moet deze ondersteund word<strong>en</strong> door<br />

masker/ballon beademing tot de ademweg is gezekerd. Later in dit hoofdstuk<br />

wordt dit uitgebreid beschrev<strong>en</strong>. In verband met het risico voor brak<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

aspiratie met masker/ballonbeademing, moet voldo<strong>en</strong>de tidal-volume gegev<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> om de thorax op <strong>en</strong> neer te zi<strong>en</strong> gaan.<br />

• Orale intubatie wordt gedaan met het hoofd van de patiënt in e<strong>en</strong> neutrale<br />

positie <strong>en</strong> zonder ext<strong>en</strong>sie of flexie van de cervicale wervelkolom. E<strong>en</strong><br />

tweede persoon houdt daarom het hoofd in deze positie<br />

• Blinde nasotracheale intubatie mag niet plaatsvind<strong>en</strong> bij patiënt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

apnoe of bij tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van grote aangezichtsfractur<strong>en</strong> (zoals bov<strong>en</strong>kaak<br />

fractur<strong>en</strong> (Le Fort II of III). Schedelbasisfractur<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> fractuur van de<br />

frontale sinus of het cribriform (zeefachtige plaat) zijn relatieve contraindicaties<br />

• Medicatie – inclusief sedativa, premedicatie <strong>en</strong> spierverslapp<strong>en</strong>de<br />

middel<strong>en</strong> – kunn<strong>en</strong> als ondersteuning gebruikt word<strong>en</strong> voor intubatie.<br />

Afhankelijk van het protocol van de instelling <strong>en</strong> van de ervaring van het<br />

personeel om de procedure uit te voer<strong>en</strong>, zal de soort medicatie bepaald<br />

word<strong>en</strong>.<br />

• Walls 8 beveelt het woord LOAD als geheug<strong>en</strong>steun aan bij het<br />

voorschrijv<strong>en</strong> van de premedicatie voor Rapid Sequ<strong>en</strong>ce Intubation (RSI):<br />

Lidocaïne; Opiat<strong>en</strong>; Atropine <strong>en</strong> Defasciculating ag<strong>en</strong>ts (spierverslapp<strong>en</strong>de<br />

middel<strong>en</strong>). Tabel 4-1 bevat e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de medicatie om de<br />

intubatie te ondersteun<strong>en</strong><br />

• Als Rapid Sequ<strong>en</strong>ce Intubation nodig is, hanteer dan goedgekeurde<br />

protocoll<strong>en</strong> door bekwame klinische specialist<strong>en</strong>. Walls 8 stelt 7 stapp<strong>en</strong><br />

vast die moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevolgd voor e<strong>en</strong> RSI. Tabel 4-2 bevat e<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>vatting van deze stapp<strong>en</strong>. 8<br />

Alternatieve method<strong>en</strong><br />

Indi<strong>en</strong> de luchtweg om welke red<strong>en</strong> dan ook niet vrij gehoud<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>,<br />

gaat m<strong>en</strong> over op e<strong>en</strong> beschikbaar alternatief tot e<strong>en</strong> definitieve vrije luchtweg<br />

is gerealiseerd.<br />

Lukt het niet om e<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotracheale tube in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, v<strong>en</strong>tileer de patiënt<br />

dan met de masker- ballonbeademing (Figuur 4-8) totdat e<strong>en</strong> alternatief<br />

geregeld is. Alternatiev<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> aanwezig te zijn <strong>en</strong> het personeel moet<br />

bekwaam zijn om hiermee om te gaan <strong>en</strong> de desbetreff<strong>en</strong>de specialist kunn<strong>en</strong><br />

assister<strong>en</strong>.<br />

86


Fig. 4-8: Masker/ballon beademing door één hulpverl<strong>en</strong>er<br />

Tabel 4-1 Meest voorkom<strong>en</strong>de medicatie voor Rapid Sequ<strong>en</strong>ce Intubation<br />

Premedicatie<br />

• Atropine: aanbevol<strong>en</strong> bij pediatrische patiënt<strong>en</strong><br />

• Lidocaïne: aanbevol<strong>en</strong> bij patiënt<strong>en</strong> met hoofdletsel of met<br />

pot<strong>en</strong>tieel verhoogde intracraniële druk<br />

• Spierverslapper (kortwerk<strong>en</strong>de)<br />

Sedatie<br />

• B<strong>en</strong>zodiazepines<br />

Midazolam<br />

Lorazepam<br />

• Opiat<strong>en</strong><br />

Morfinepreparat<strong>en</strong><br />

F<strong>en</strong>tanyl<br />

Verdoving / inductie middel<br />

• Etomidate<br />

• Thiop<strong>en</strong>tal<br />

• Methohexital<br />

• Propofol<br />

Spierverslapp<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong><br />

• Depolariser<strong>en</strong>d middel: Succinylcholine<br />

• Niet depolariser<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>:<br />

Pancuronium<br />

Vecuronium<br />

Rocuronium<br />

87


Tabel 4-2: Stapp<strong>en</strong>plan Rapid Sequ<strong>en</strong>ce Intubation<br />

Voorbereiding<br />

Pre-oxyg<strong>en</strong>eer<br />

Voorbehandeling<br />

Verslapping met inductie<br />

Bescherming <strong>en</strong> positie<br />

Juiste plaatsing<br />

Beleid na intubatie<br />

Verzamel de b<strong>en</strong>odigdhed<strong>en</strong> voor de procedure. Zorg<br />

voor materiaal voor e<strong>en</strong> alternatieve methode,<br />

aanvull<strong>en</strong>d bekwaam personeel zoals<br />

anesthesiemedewerkers, of materiaal voor e<strong>en</strong><br />

operatieve methode<br />

Gebruik 100% zuurstof. Om het risico van aspiratie te<br />

voorkom<strong>en</strong> heeft het de voorkeur om de patiënt zelf<br />

te lat<strong>en</strong> adem<strong>en</strong><br />

Medicatie toedi<strong>en</strong>ing om alle effect<strong>en</strong> van de intubatie<br />

te verminder<strong>en</strong> (Tabel 4-1)<br />

E<strong>en</strong> inductiemiddel wordt gegev<strong>en</strong> om de patiënt in<br />

slaap te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Daarna di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

spierverslapper toe, meestal succinylcholine<br />

Geef cricoïddruk (Sellick Maneuvre). Deze druk moet<br />

continu word<strong>en</strong> toegepast om de kans op brak<strong>en</strong> of<br />

aspirer<strong>en</strong> te verklein<strong>en</strong><br />

• Elke poging mag niet langer dur<strong>en</strong> dan 30<br />

second<strong>en</strong>, maximaal drie poging<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> er<br />

meer dan één poging nodig is, v<strong>en</strong>tileer de patiënt<br />

dan 30-60 second<strong>en</strong> voor de volg<strong>en</strong>de poging.<br />

• Na intubatie de cuff opblaz<strong>en</strong><br />

• Bevestig de tube aan e<strong>en</strong> End-tidal Co2 meter<br />

• Vastzett<strong>en</strong> van de tube<br />

• Stel de beademingsmachine in<br />

• Maak e<strong>en</strong> thoraxfoto<br />

• Continueer de medicatie<br />

• Controleer vitale functies <strong>en</strong> saturatie<br />

• Combitube<br />

De Combitube is e<strong>en</strong> dubbellum<strong>en</strong>, dubbel gecuffte airway, die blind geplaatst<br />

kan word<strong>en</strong> in de oesophagus. (fig. 4-9) Het kan kortdur<strong>en</strong>d als e<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>dotracheale tube functioner<strong>en</strong> bij foutieve positionering in de trachea. Er zijn<br />

twee mat<strong>en</strong> Combitubes, e<strong>en</strong> voor kleine volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> de andere voor forse<br />

volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>. E<strong>en</strong> Combitube zorgt voor isolatie van de luchtweg, het voorkom<strong>en</strong><br />

van het risico van aspiratie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> verbetering van de v<strong>en</strong>tilatie. M<strong>en</strong> kan deze<br />

gebruik<strong>en</strong> in geval van ernstige brandwond<strong>en</strong> in het aangezicht of als de mond<br />

van de patiënt niet goed geop<strong>en</strong>d kan word<strong>en</strong>. De Combitube kan alle<strong>en</strong> gebruikt<br />

word<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> bewusteloze patiënt bij wie de bescherm<strong>en</strong>de reflex<strong>en</strong> van de<br />

luchtweg niet meer intact zijn. Patiënt<strong>en</strong> die bek<strong>en</strong>d zijn met ziekt<strong>en</strong> van de<br />

oesophagus, bijt<strong>en</strong>de vloeistoff<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gedronk<strong>en</strong> in de voorgeschied<strong>en</strong>is,<br />

bov<strong>en</strong>ste luchtwegtrauma met laryngeaal letsel, vreemde licham<strong>en</strong> of pathologie<br />

in dit gebied kom<strong>en</strong> niet in aanmerking voor de Combitube. De Combitube kan<br />

laryngeaal- <strong>en</strong> oesophagaal trauma veroorzak<strong>en</strong>.<br />

88


Fig. 4-9: Combitube luchtweg, distale positie in de oesophagus<br />

• Larynxmasker<br />

Het larynxmasker ziet eruit als e<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotracheale silicone tube <strong>en</strong> bestaat distaal<br />

uit e<strong>en</strong> opblaasbare elipsvormige silicon<strong>en</strong>ring. Het masker is ontworp<strong>en</strong> om het<br />

supraglottische gebied te bedekk<strong>en</strong>. Het heeft twee rubber<strong>en</strong> schott<strong>en</strong> die de<br />

tubeop<strong>en</strong>ing kruis<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> instulping van de epiglottis in het tubedeel<br />

voorkom<strong>en</strong> (figuur 4-10). Intuber<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> larynxmasker is mogelijk via e<strong>en</strong><br />

speciaal voorgevormd masker. Het masker is ontworp<strong>en</strong> om blind ingebracht te<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> het is dan ook niet nodig om de stemband<strong>en</strong> te visualiser<strong>en</strong>.<br />

Het gebruik is door verpleegkundig<strong>en</strong>, v<strong>en</strong>tilation practitioners <strong>en</strong> pre hospitaal<br />

personeel toegestaan na training. Het larynxmasker is verkrijgbaar in<br />

verschill<strong>en</strong>de mat<strong>en</strong> <strong>en</strong> daardoor geschikt voor zowel volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> als kinder<strong>en</strong>.<br />

Het kan het risico op regurgitatie verminder<strong>en</strong> <strong>en</strong> is e<strong>en</strong> succesvol middel om te<br />

v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong>. Bij sommige patiënt<strong>en</strong> lukt v<strong>en</strong>tilatie niet op deze wijze <strong>en</strong> er zal e<strong>en</strong><br />

andere methode gezocht moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

• Naald cricothyreotomie (percutane transtracheale v<strong>en</strong>tilatie)<br />

Om e<strong>en</strong> vrije luchtweg te verkrijg<strong>en</strong> kan het nodig zijn om e<strong>en</strong> “over the needle<br />

catheter” procedure uit te voer<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> speciale naald(10-16 Gauge) met mandrin wordt ingebracht door het cricoïd<br />

membraan. De naald heeft e<strong>en</strong> speciale connectie voor zuurstof of<br />

beademingsaansluiting. De patiënt ademt hierbij passief uit. Dit is e<strong>en</strong> tijdelijke<br />

techniek, verdere interv<strong>en</strong>ties moet<strong>en</strong> in 30- 45 minut<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geregeld.<br />

Complicaties bij deze techniek: inadequate v<strong>en</strong>tilatie die hypoxie veroorzaakt;<br />

hematoomvorming of beschadiging van de oesophagus; aspiratie; thyroïd<br />

perforatie <strong>en</strong> subcutaan emfyseem.<br />

89


Figuur 4-11: Naald cricothyreotomie<br />

• Chirurgische cricothyreotomie<br />

Hiervoor wordt e<strong>en</strong> incisie in het cricothyroïde membraan gemaakt, middels de<br />

Seldinger techniek, waarbij e<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotrachale of tracheostomie tube naar binn<strong>en</strong><br />

wordt gebracht. E<strong>en</strong> <strong>com</strong>plete set met alle middel<strong>en</strong> hiervoor is in de handel<br />

verkrijgbaar. E<strong>en</strong> cricothyreotomie (figuur 4-13) is e<strong>en</strong> laatste redmiddel als alle<br />

andere techniek<strong>en</strong> niet werk<strong>en</strong>, om de patiënt optimaal te v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />

oxyg<strong>en</strong>er<strong>en</strong>. Indicaties: glottisoedeem; fractuur van de larynx of e<strong>en</strong> ernstige<br />

oropharyngeale bloeding. Alle<strong>en</strong> getraind personeel voert deze procedure uit.<br />

Complicaties: aspiratie; bloeding; hematoomvorming in het gebied; laceraties van<br />

trachea of de oesophagus, creër<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> valse doorgang <strong>en</strong> larynxst<strong>en</strong>ose.<br />

Als er e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>d probleem is in de A – airway- pas e<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tie toe<br />

<strong>en</strong> ga dan verder met het onderzoek van de ademhaling (B). Voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de situaties in dit gebied zijn: gedeeltelijk of gehele obstructie van de<br />

ademweg door vreemde voorwerp<strong>en</strong> of door debris (bloed, slijm, braaksel),<br />

obstructie van de tong of beide. P<strong>en</strong>etrer<strong>en</strong>de letsels kunn<strong>en</strong> de integriteit van de<br />

ademweg aantast<strong>en</strong> <strong>en</strong> stomp trauma kan leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> larynxbeschadiging of<br />

beschadiging van de bov<strong>en</strong>ste structur<strong>en</strong> van de ademweg.<br />

90


Figuur 4-12: E<strong>en</strong>richtingsklep voor v<strong>en</strong>tilatie translaryngeal gedur<strong>en</strong>de naald-<br />

of chirurgische cricothyreotomie<br />

Plaatsing van e<strong>en</strong> alternatieve luchtweg <strong>en</strong> vaststelling van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotracheale<br />

tube.<br />

Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>dotracheale tube of e<strong>en</strong> alternatieve airway is geplaatst, moet<br />

duidelijk word<strong>en</strong> of deze wel of niet in de trachea zit. Vaststelling van de juiste<br />

plaatsing:<br />

• Visualisatie van de stemband<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het intuber<strong>en</strong><br />

• Gebruik van e<strong>en</strong> fiberscoop voor plaatsing van e<strong>en</strong> tube<br />

• Luister<strong>en</strong> naar de ademgeluid<strong>en</strong> over het maagkuiltje (epigastrio) <strong>en</strong> de thorax<br />

terwijl de patiënt beademd wordt<br />

• Aansluit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> CO2 detector aan de uitgang van de tube<br />

• E<strong>en</strong> oesophageal detectiemiddel (dit moet direct na het inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de tube<br />

gebeur<strong>en</strong>). Dit middel voorziet niet in e<strong>en</strong> continue zekerheid<br />

• Maak e<strong>en</strong> X-Thorax<br />

Bevestig de tube zodat deze niet kan verschuiv<strong>en</strong>. Verzeker je ervan dat e<strong>en</strong> tube of<br />

e<strong>en</strong> alternatieve airway niet verplaatst is na e<strong>en</strong> verandering of e<strong>en</strong> verplaatsing van<br />

de patiënt.<br />

91


Onderzoek van de ademhaling<br />

Figuur 4-13: chirurgische cricothyreotomie<br />

Anamnese<br />

Raadpleeg hoofdstuk 3, Initial Assessm<strong>en</strong>t, voor e<strong>en</strong> gedetailleerde beschrijving van<br />

de algem<strong>en</strong>e informatie die verzameld di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> bij elke traumapatiënt. In dit<br />

hoofdstuk volg<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> de specifieke vrag<strong>en</strong> bij patiënt<strong>en</strong> met v<strong>en</strong>tilatieproblem<strong>en</strong>.<br />

• Is er sprake van stomp of p<strong>en</strong>etrer<strong>en</strong>d letsel van de thorax?<br />

• Heeft de patiënt e<strong>en</strong> voorwerp geraakt met zijn of haar thorax?<br />

• Zijn de letsels het resultaat van e<strong>en</strong> acceleratie, deceleratie of e<strong>en</strong> <strong>com</strong>binatie<br />

van beide types of kracht<strong>en</strong> (o.a. motorongeval, val of crushletsel)?<br />

• Klaagt de patiënt over dyspnoe?<br />

• Is de patiënt onder invloed van drugs of alcohol?<br />

• Is er pré-exist<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> longprobleem?<br />

• Is de patiënt eerder geïntubeerd?<br />

• Rookt de patiënt? Welke soort, hoeveel <strong>en</strong> hoe lang?<br />

• Wat is de leeftijd van de patiënt?<br />

92


Lichamelijk onderzoek<br />

Inspectie<br />

• Observeer de m<strong>en</strong>tale status. Wat is het bewustzijnsniveau? Verandering in<br />

de m<strong>en</strong>tale status kan e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> zijn van hypoxie<br />

• Observeer de ademhalingsfrequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> ademhalingspatroon<br />

Is er e<strong>en</strong> spontane ademhaling?<br />

Normale frequ<strong>en</strong>te, langzaam of snel, afhankelijk van de leeftijd?<br />

Regelmatig of onregelmatig, diep of oppervlakkig?<br />

Wordt er gebruik gemaakt van hulpademhalingsspier<strong>en</strong>, buikspier<strong>en</strong> of<br />

beide, is er neusvleugel<strong>en</strong>?<br />

• Kijk naar de borstkas of er e<strong>en</strong> symmetrische beweging van de thorax is. Er<br />

kan e<strong>en</strong> vermindering van e<strong>en</strong> excursie zijn aan de kant van het letsel. De<br />

aanwezigheid van e<strong>en</strong> fladdersegm<strong>en</strong>t kan voor e<strong>en</strong> paradoxale ademhaling<br />

zorg<strong>en</strong><br />

• Kijk of er verwonding<strong>en</strong> zijn die van ernstige invloed zijn op de ademhaling,<br />

zoals e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> thoraxwond. Verwijder bloed <strong>en</strong> vuil, maak de wond schoon,<br />

om te voorkom<strong>en</strong> dat verwonding<strong>en</strong> over het hoofd gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

• Observeer de kleur van de patiënt. Is er sprake van cyanose?<br />

• Is er sprake van opgezette jugularisv<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe is de positie van de<br />

trachea? Opgezette v<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschuiving van de trachea zijn late<br />

tek<strong>en</strong><strong>en</strong> behor<strong>en</strong>d bij e<strong>en</strong> spanningspneumothorax<br />

• Observeer voor leeftijd-gerelateerde verandering<strong>en</strong><br />

Pediatrische <strong>en</strong> geriatrische patiënt<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> meer tonvormige thorax<br />

Pediatrische patiënt<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> buikspier<strong>en</strong> als ondersteuning voor de<br />

ademhaling. Sternale of intercostale intrekking<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> niet op letsel of<br />

respiratoire distress<br />

Pediatrische patiënt<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> snellere ademhaling dan volwass<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Auscultatie<br />

Ausculteer bilateraal ademgeruis. Afwezigheid van ademgeruis kan e<strong>en</strong><br />

pneumothorax, hemothorax of e<strong>en</strong> luchtwegobstructie betek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Verminderd ademgeruis kan door e<strong>en</strong> spalkeffect (spierspanning) ontstaan. Als<br />

gevolg van pijn kan iemand oppervlakkig adem<strong>en</strong>.<br />

Percussie<br />

Percuteer de thorax. Demping wordt geassocieerd met e<strong>en</strong> hemothorax <strong>en</strong><br />

hyperresonantie met e<strong>en</strong> pneumothorax.<br />

Palpatie<br />

Palpeer de thoraxwand, sleutelbe<strong>en</strong>der<strong>en</strong> <strong>en</strong> nek op gevoeligheid, zwelling of<br />

subcutaan emfyseem (krak<strong>en</strong> of klapp<strong>en</strong>de klank) <strong>en</strong> trapvormige deformaties.<br />

Subcutaan emfyseem kan ontstaan door oesophagaal-, pleuraal-, tracheaal- of<br />

bronchiaalletsel. Palpeer de trachea bov<strong>en</strong> de suprasternale notch (kuiltje).<br />

Tracheadeviatie indiceert e<strong>en</strong> spanningspneumothorax of e<strong>en</strong> massale hemothorax.<br />

93


Interv<strong>en</strong>ties<br />

Ademhaling: effectief<br />

De patiënt laat e<strong>en</strong> normaal ademhalingspatroon zi<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> normale frequ<strong>en</strong>tie,<br />

diepte <strong>en</strong> zuurstofsaturatie <strong>en</strong> toont ge<strong>en</strong> respiratoire problem<strong>en</strong> die e<strong>en</strong><br />

onmiddellijke interv<strong>en</strong>tie nodig hebb<strong>en</strong>.<br />

Alle traumapatiënt<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> extra zuurstof toegedi<strong>en</strong>d te krijg<strong>en</strong>. Di<strong>en</strong> zuurstof toe<br />

middels e<strong>en</strong> non-rebreathermasker met e<strong>en</strong> flow, zodanig dat het reservoir<br />

opgeblaz<strong>en</strong> blijft tijd<strong>en</strong>s de inspiratie, minimaal 12 liter tot 15 liter per minuut of meer.<br />

Ademhaling pres<strong>en</strong>t: ineffectief<br />

Indi<strong>en</strong> de ademhaling aanwezig is maar ineffectief, kunn<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de<br />

lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> aanwezig zijn:<br />

• Veranderde m<strong>en</strong>tale status (bijv. agitatie, rusteloosheid)<br />

• Cyanose; met name rond de mond<br />

• Asymmetrische thoraxbeweging<strong>en</strong><br />

• Paradoxale ademhaling gedur<strong>en</strong>de de in- <strong>en</strong> expiratie<br />

• Gebruik van hulpademhalings- <strong>en</strong>/of buikademhalingsspier<strong>en</strong><br />

• Zuig<strong>en</strong>de thoraxwond(<strong>en</strong>)<br />

• Tracheadeviatie vanuit de mid-line positie<br />

Voor e<strong>en</strong> goede inspectie <strong>en</strong> palpatie, van het aan de voorkant geleg<strong>en</strong> gedeelte van<br />

de nek (voor de jugularisv<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> trachea), is het soms noodzakelijk om het voorste<br />

deel van de halskraag los te mak<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> tweede persoon houdt in dat geval het<br />

hoofd stabiel.<br />

• Uitgezette of afgevlakte halsv<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

• Afwezig of verminderd ademgeruis<br />

Interv<strong>en</strong>ties bij e<strong>en</strong> ineffectieve ademhaling:<br />

• Geef zuurstof via e<strong>en</strong> non-rebreathermasker of beadem met behulp van e<strong>en</strong><br />

ballon/masker (Ambu of waterset), afhankelijk van de toestand van de patiënt<br />

• Sluit de saturatiemeter aan<br />

E<strong>en</strong> saturatiemeter is e<strong>en</strong> noninvasief hulpmiddel dat continue de arteriële<br />

zuurstofsaturatie (Sp) meet. Let op, het meet ge<strong>en</strong> partiële zuurstofdruk (Pa);<br />

deze bepaling gaat via e<strong>en</strong> arteriële bloedgas. De normale SpO2 is groter dan<br />

95%, dit betek<strong>en</strong>t dat 95% van het hemoglobine gesatureerd is met zuurstof. E<strong>en</strong><br />

onbetrouwbare meting ontstaat bij e<strong>en</strong> slechte bloedcirculatie <strong>en</strong>/of<br />

vasoconstrictie, laag Hb of e<strong>en</strong> veranderd Hb, bijvoorbeeld veroorzaakt door de<br />

aanwezigheid van carboxyhemoglobine. Ook indi<strong>en</strong> de patiënt maar e<strong>en</strong> kleine<br />

verandering heeft in de SpO2 kan de arteriële partiële zuurstofdruk significant<br />

verander<strong>en</strong>, met name indi<strong>en</strong> de verandering<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de 100-60 mm Hg.<br />

Het perc<strong>en</strong>tage van het met zuurstof gesatureerde Hb, staat in verhouding met de<br />

partiële zuurstofdruk, zoals te zi<strong>en</strong> is in de zuurstof- Hb dissocatiecurve (fig 4-14).<br />

De curve plat af bij hoge Pa waard<strong>en</strong>, maar op dat mom<strong>en</strong>t zal de SpO2 niet<br />

significant verander<strong>en</strong> omdat het hemoglobine 100% gesatureerd is.<br />

Bij lage waard<strong>en</strong> van de Pa zal de curve grote verandering<strong>en</strong> in de SpO2<br />

aangev<strong>en</strong>. Bijvoorbeeld, 10 mm Hg verschil in e<strong>en</strong> Pa van 90–80 geeft e<strong>en</strong><br />

verandering in de SpO2 van 96,5% - 94,5%. Maar, als de Pa waard<strong>en</strong> dal<strong>en</strong> van<br />

50 mm Hg naar 40 mm Hg, dan zal de SpO2 dal<strong>en</strong> van 83,5% naar 75%.<br />

Het klinische verschil is dat de patiënt die e<strong>en</strong> saturatiemeterwaarde heeft bov<strong>en</strong><br />

de 90% variër<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong> van de Pa <strong>en</strong> daarom is het gebruik van<br />

alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> saturatiemeter onvoldo<strong>en</strong>de om de waarde van de Pa te met<strong>en</strong>.<br />

94


Zuurstofsaturatie meting<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook bepaald word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> arteriëel<br />

bloedmonster (SaO2).<br />

• Assisteer bij intubatie volg<strong>en</strong>s voorschrift<br />

• Zet klaar of assisteer bij e<strong>en</strong> naaldthoracosynthese indi<strong>en</strong> de patiënt tek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> symptom<strong>en</strong> vertoond van e<strong>en</strong> spanningspneumothorax<br />

Plaatsbepaling; tweede intercostaal ruimte, midclaviculair. Br<strong>en</strong>g de<br />

naald in de aan de zijde met verminderd of afwezig ademgeruis <strong>en</strong><br />

contralateraal van de tracheashift<br />

Br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong> groot kaliber iv (10-14 gauge) naald in, met e<strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte van<br />

3-6 cm, over de derde rib in de pleurale ruimte tot lucht ontsnapt. Lucht<br />

ontsnapt onder druk<br />

Laat de naald zitt<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> thoraxdrain is ingebracht. Moet de naald<br />

langer blijv<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> bevestig dan e<strong>en</strong> one-way klep (figuur 4-15)<br />

Figuur 4-15: Eénrichtingsklep (Heimlich klep)<br />

• Assisteer bij inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van thoraxdrainage<br />

• Monitor het thoraxdrainagesysteem. Er zijn diverse types<br />

thoraxdrainagesystem<strong>en</strong>:<br />

Waterslotsysteem, lucht <strong>en</strong> bloed kan ontsnapp<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong>richtingsklep voorkomt het teruglop<strong>en</strong> van deze vloeistoff<strong>en</strong><br />

Waterloze drainagesystem<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> mechanische klep die water<br />

verplaatst voor drainage van bloed of lucht. De e<strong>en</strong>richtingsklep<br />

voorkomt terugstrom<strong>en</strong><br />

• Controleer <strong>en</strong> docum<strong>en</strong>teer de fluctuatie, output, kleur van de drainage <strong>en</strong><br />

controleer op luchtlekkage (FOCA)<br />

• Monitor de patiënt met thoraxletsel nauwgezet indi<strong>en</strong> deze aan de<br />

beademingsmachine ligt<br />

Indi<strong>en</strong> er lev<strong>en</strong>sbedreigde letsels zijn die de ademhaling belemmer<strong>en</strong>, interv<strong>en</strong>ieer<br />

voordat verder gegaan wordt met het onderzoek<strong>en</strong> van de circulatie. Voorbeeld<strong>en</strong><br />

van lev<strong>en</strong>sbedreigde letsels die de ademhaling bedreig<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong><br />

spannningspneumothorax, op<strong>en</strong> pneumothorax <strong>en</strong> hemothorax. In deze toestand is<br />

e<strong>en</strong> simultane behandeling <strong>en</strong> onmiddellijke interv<strong>en</strong>tie vereist (zie hoofdstuk 8,<br />

Thoraxtrauma, voor specifieke interv<strong>en</strong>ties). Onthoud dat oudere patiënt<strong>en</strong> zich<br />

onwel kunn<strong>en</strong> voel<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> minimaal thoraxletsel <strong>en</strong> dat kinder<strong>en</strong> significant<br />

thoraxletsel kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met weinig evid<strong>en</strong>t of zichtbaar letsel.<br />

95


Afwezige ademhaling<br />

De patiënt met e<strong>en</strong> afwezige ademhaling vereist onmiddellijke interv<strong>en</strong>tie.<br />

• Beadem de patiënt met 100% zuurstof via e<strong>en</strong> masker/ballon (Ambu)<br />

• Assisteer met de <strong>en</strong>dotracheale intubatie, v<strong>en</strong>tileer met e<strong>en</strong> beademingsballon<br />

met zuurstofreservoir<br />

• Controleer of er aanvull<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de letsels zijn die onmiddellijke<br />

interv<strong>en</strong>ties vereis<strong>en</strong><br />

Diagnostische Procedures<br />

Raadpleeg hoofdstuk 3, Initial Assessm<strong>en</strong>t, voor de beschrijving van de meest<br />

voorkom<strong>en</strong>de röntg<strong>en</strong>- <strong>en</strong> laboratoriumonderzoek<strong>en</strong>. Aanvull<strong>en</strong>de onderzoek<strong>en</strong> voor<br />

e<strong>en</strong> patiënt met luchtwegobstructie of e<strong>en</strong> ineffectieve v<strong>en</strong>tilatie word<strong>en</strong> hierin<br />

beschrev<strong>en</strong>.<br />

Röntg<strong>en</strong>onderzoek<strong>en</strong><br />

• E<strong>en</strong> thoraxfoto kan de aanwezigheid van e<strong>en</strong> hemothorax of e<strong>en</strong><br />

pneumothorax aanton<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> X-thorax kan help<strong>en</strong> om de positie van de<br />

<strong>en</strong>dotracheale tube te bepal<strong>en</strong>, maar geeft ge<strong>en</strong> uitsluitsel of de tube niet in<br />

de oesophagus zit<br />

• E<strong>en</strong> CT-scan van de thorax om ev<strong>en</strong>tueel letsel aan longweefsel te ontdekk<strong>en</strong><br />

Laboratoriumonderzoek<strong>en</strong><br />

• Arteriële bloedgass<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt om de effectieve respiratoire status van<br />

de patiënt te evaluer<strong>en</strong>.<br />

Herbeoordeling <strong>en</strong> voortgang van zorg<br />

Onderzoek van de respiratoire status behoort voortdur<strong>en</strong>d plaats te vind<strong>en</strong> in het<br />

zorgproces.<br />

• Monitor de frequ<strong>en</strong>tie van de ademhaling, ademarbeid <strong>en</strong> het<br />

bewustzijnsniveau frequ<strong>en</strong>t om verandering<strong>en</strong> in de toestand van de patiënt te<br />

ontdekk<strong>en</strong><br />

• Herbeoordeel regelmatig de ademhalingsgeluid<strong>en</strong><br />

• Evalueer de interv<strong>en</strong>ties, zoals e<strong>en</strong> afsluit<strong>en</strong>d verband <strong>en</strong> e<strong>en</strong> thoraxdrain, om<br />

de hoeveelheid <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele verandering<strong>en</strong> op te merk<strong>en</strong>. Gebruik het woord<br />

DOPE als ezelsbruggetje voor het functioner<strong>en</strong> van de thoraxdrain<br />

• Evalueer de pijnscore van de patiënt, verzeker je ervan dat de patiënt<br />

sufficiënt kan adem<strong>en</strong><br />

• Werk sam<strong>en</strong> met de andere traumateamled<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> optimale<br />

v<strong>en</strong>tilatiestatus van de patiënt. Observeer de patiënt aan de<br />

beademingsmachine. Gebruik het ezelsbruggetje DOPE om problem<strong>en</strong> of<br />

alarm<strong>en</strong> van de machine op te loss<strong>en</strong><br />

D Dislocatie Tube (verschuiving)<br />

O Obstructie, check of er secreet is, of dat de patiënt zijn tube dichtbijt.<br />

P Pneumothorax, dit kan ontstaan na het trauma of door barotrauma van<br />

de beademingsmachine.<br />

E Equipm<strong>en</strong>t failure, Fal<strong>en</strong> van het materiaal. De patiënt kan losgekoppeld<br />

rak<strong>en</strong> van de machine, controleer of er e<strong>en</strong> knik in de slang<strong>en</strong> zit.<br />

• De positie van de <strong>en</strong>dotracheale tube moet, elke keer als de patiënt verplaatst<br />

is, gecheckt word<strong>en</strong> op de juiste ligging om e<strong>en</strong> adequate luchtweg <strong>en</strong><br />

beademing te garander<strong>en</strong>.<br />

96


• Vervolg arteriële bloedgass<strong>en</strong><br />

Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Onderzoek <strong>en</strong> vrijhoud<strong>en</strong> van de luchtweg <strong>en</strong> de ademhaling van de traumapatiënt is<br />

e<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tieel deel van zowel het primaire als secundaire onderzoek. De<br />

spoedeis<strong>en</strong>de hulp verpleegkundige behoort snel lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de ademweg- <strong>en</strong><br />

ademhalingsproblem<strong>en</strong> te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> te start<strong>en</strong> met interv<strong>en</strong>ties die ess<strong>en</strong>tieel<br />

zijn voor e<strong>en</strong> succesvolle resuscitatie.<br />

Vroege herk<strong>en</strong>ning van alle letsels vraagt e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adering van e<strong>en</strong> multidisciplinair<br />

team om alle diagnostische <strong>en</strong> therapeutische interv<strong>en</strong>ties te kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. Het<br />

vaststell<strong>en</strong> of iemand in ademnood is <strong>en</strong> of iemand e<strong>en</strong> definitieve ondersteuning<br />

nodig heeft voor behoud van zijn/haar ademhaling, is e<strong>en</strong> belangrijke beslissing voor<br />

de led<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> traumateam. Het herbeoordel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ademweg <strong>en</strong> de<br />

beademing van de patiënt is e<strong>en</strong> continu proces <strong>en</strong> de verpleegkundige behoort alert<br />

te zijn op elke verandering om e<strong>en</strong> optimale out<strong>com</strong>e voor de patiënt te garander<strong>en</strong>.<br />

97


App<strong>en</strong>dix 4 A: Analyse, verpleegkundige diagnoses, interv<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> uitkomst<strong>en</strong><br />

Het primaire <strong>en</strong> secundaire onderzoek geeft de verpleegkundige informatie, letsels kunn<strong>en</strong> geanalyseerd word<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

verpleegkundig diagnoses word<strong>en</strong> vastgesteld. Elke verpleegkundige diagnose is afgeleid van e<strong>en</strong> gedachte die gebaseerd is op<br />

de prioriteit van interv<strong>en</strong>tie. Elke diagnose geeft e<strong>en</strong> actueel risico of gezondheidsprobleem weer of kan zich voor de kwetsbare<br />

patiënt ontwikkel<strong>en</strong> als risico factor<strong>en</strong>. De problem<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> door de verpleegkundig<strong>en</strong> gecorrigeerd word<strong>en</strong> of eist e<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tie van andere led<strong>en</strong> van het trauma team. De herk<strong>en</strong>ning van de verwachte specifieke uitkomst<br />

correspondeert met de doelstelling<strong>en</strong> van het team om elke diagnose of gezondheidsprobleem te corriger<strong>en</strong>.<br />

Verpleegkundige diagnose Interv<strong>en</strong>ties Verwachte uitkomst<br />

Onvoldo<strong>en</strong>de vrije ademweg t<strong>en</strong> gevolge<br />

van:<br />

• Oedeem van de luchtweg,<br />

stemband<strong>en</strong>, epiglottis of bov<strong>en</strong>ste<br />

luchtweg<br />

• Irritatie van het ademhalingssysteem<br />

• Larynxspasme<br />

• Veranderd bewustzijnsniveau<br />

• Pijn<br />

• Aanwezigheid van hulpmiddel om<br />

vrije luchtweg te behoud<strong>en</strong><br />

• Direct trauma<br />

• Secreet in het luchtweggebied of<br />

obstructie<br />

• Aspiratie van vreemd voorwerp<br />

• Stabiliseer de cervicale wervelkolom<br />

• Positioneer de patiënt<br />

• Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> reinig de ademweg<br />

• Br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong> oropharyngeale of naso-<br />

pharyngeale tube in<br />

• Overweeg <strong>en</strong>dotracheale intubatie<br />

De patiënt blijft e<strong>en</strong> vrije ademweg houd<strong>en</strong><br />

zoals blijkt uit:<br />

• Regelmatige ademfrequ<strong>en</strong>tie, diepte <strong>en</strong><br />

patroon<br />

• Symmetrische excursies van de thorax<br />

• Effectieve hoest- <strong>en</strong> slikreflex<br />

• Afwezigheid van verschijnsel<strong>en</strong> die<br />

kunn<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> op luchtwegobstructie:<br />

stridor, dyspnoe, hese stem<br />

• Helder, normale hoeveelheid sputum<br />

zonder abnormale kleur of geur<br />

• Afwezigheid van verschijnsel<strong>en</strong> die wijz<strong>en</strong><br />

op sputumret<strong>en</strong>tie: koorts, tachycardie,<br />

tachypnoe<br />

98


• Inhalatie van rook of toxische substanties<br />

Aspiratierisico als gevolg van:<br />

• Secundair verminderd<br />

bewustzijnsniveau door letsel, of<br />

sam<strong>en</strong>gaand met alcohol of<br />

drugsgebruik<br />

• Onvermog<strong>en</strong> om te hoest<strong>en</strong> of te<br />

brak<strong>en</strong><br />

• Trauma van het hoofd, aangezicht of<br />

nek<br />

• Secreet of vuil in de luchtweg<br />

• Verhoogde intragastrische druk<br />

• Gestoorde slikfunctie<br />

• Stabiliseer de cervicale wervelkolom<br />

• Positioneer de patiënt<br />

• Op<strong>en</strong> <strong>en</strong> reinig de ademweg<br />

• Br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong> oropharyngeale of naso-<br />

pharyngeale tube in<br />

• Assisteer bij intubatie<br />

• Br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong> maagsonde in <strong>en</strong> verwijder<br />

maaginhoud<br />

• Neem e<strong>en</strong> arterieel bloedgas af<br />

De patiënt zal niet aspirer<strong>en</strong> dat blijkt uit:<br />

• E<strong>en</strong> vrije ademweg<br />

• Beiderzijds gelijk ademgeruis<br />

• Regelmatige ademfrequ<strong>en</strong>tie, diepte <strong>en</strong><br />

patroon<br />

• Normale bloedgaswaard<strong>en</strong>:<br />

- PaO2 – 80-100 mm HG ( 10-13,3 KPa)<br />

- SaO2 > 95 %<br />

- PaCO2 35-45 mm HG (4,7-6,0 KPa)<br />

- pH 7.35 – 7,45<br />

• Schone X-thorax, zonder evid<strong>en</strong>te<br />

infiltrat<strong>en</strong><br />

• Vermog<strong>en</strong> om secretie zelfstandig te<br />

verwerk<strong>en</strong><br />

Gasuitwisseling bemoeilijkt door: • Geef zuurstof via non- De patiënt heeft e<strong>en</strong> adequate<br />

99


• Ineffectief ademhalingspatroon:<br />

verlies integriteit thorax, verminderde<br />

beweging thoraxwand door letsel,<br />

achteruitgaan van<br />

ademhalingskracht<strong>en</strong><br />

• Ineffectieve reiniging van de luchtweg<br />

• Aspiratie<br />

• Verandering<strong>en</strong> in bloedstroom,<br />

zuurstof transport mogelijkheid van<br />

het bloed, zuurstof toevoer<br />

• Aspiratie vreemd voorwerp<br />

• Hypo- of hyperv<strong>en</strong>tilatie<br />

• Inhalatie van toxische substantie of<br />

rook<br />

Insufficiënt ademhal<strong>en</strong> als gevolg van:<br />

• Pijn<br />

• Beperking<strong>en</strong> van het<br />

bewegingsapparaat<br />

• Instabiel deel thoraxwand<br />

• Gebrek aan intacte thoraxwand<br />

• Collaps van long<br />

rebreathermasker<br />

• Bereid de patiënt voor op kunstmatige<br />

beademing via masker/ballon of<br />

beademingsmachine<br />

• Assisteer bij <strong>en</strong>dotracheale intubatie<br />

<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie<br />

• Monitor de zuurstofsaturatie met<br />

continue saturatiemeter<br />

• Geef bloed indi<strong>en</strong> nodig<br />

• Geef zuurstof via nonrebreathermasker<br />

• Bereid de patiënt voor op kunstmatige<br />

beademing via masker/ballon of<br />

beademingsmachine<br />

• Neem bloedgas af<br />

• Bedek op<strong>en</strong> wond<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> steriel,<br />

niet poreus gaas<br />

• Indi<strong>en</strong> er verschijnsel<strong>en</strong> ontstaan die<br />

wijz<strong>en</strong> op de ontwikkeling van e<strong>en</strong><br />

spanningspneumothorax:<br />

Na aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van verband:<br />

verwijder verband<br />

Neem direct voorbereiding<strong>en</strong> voor<br />

gasuitwisseling wat blijkt uit:<br />

• Normale bloedgaswaard<strong>en</strong>:<br />

- PaO2 – 80-100 mm HG ( 10-13,3 KPa)<br />

- SaO2 > 95 %<br />

- PaCO2 35-45 mm HG (4,7-6,0 KPa)<br />

- pH7.35 – 7,45<br />

• Normale huidskleur, warm <strong>en</strong> droog<br />

• bewustzijnsniveau: wakker <strong>en</strong> alert<br />

normaal voor leeftijd<br />

• Frequ<strong>en</strong>tie is regelmatig, regelmatige<br />

diepte <strong>en</strong> patroon<br />

De patiënt heeft e<strong>en</strong> goede<br />

gasuitwisseling wat blijkt uit:<br />

• Regelmatige frequ<strong>en</strong>tie, diepte <strong>en</strong><br />

patroon<br />

• Symmetrische thoraxbeweging<strong>en</strong><br />

• Afwezigheid van stridor, dyspnoe <strong>en</strong><br />

cyanose<br />

• Beiderzijds helder vesiculair ademgeruis<br />

• Normale bloedgaswaard<strong>en</strong>:<br />

- PaO2 – 80-100 mmHG ( 10-13,3 KPa)<br />

- SaO2 > 95 %<br />

- PaCO2 35 -45 mm HG (4,7-6,0 KPa)<br />

- Ph 7.35 – 7,45<br />

100


thoracosyntese • Trachea in midline<br />

101


102

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!